6 minute read

Uitstap: Naar het bos

Doel: Ga met de kleuters op stap in het bos. Zelf een uitstap naar het bos maken zorgt ervoor dat ze intens ervaringen zullen opdoen die enorm waardevol zijn voor hun ontwikkeling. Verzamel tijdens de tocht materiaal waar je verder mee aan de slag kunt gaan.

OD WO 1.2 De kleuters tonen een explorerende en experimenterende aanpak om meer te weten te komen over de natuur.

OD WO 1.13 De kleuters tonen een houding van zorg en respect voor de natuur.

OD WO 1.1 De kleuters kunnen verschillen onderscheiden in geluid, geur, kleur, smaak en voelen.

OD WIS 3.4 De kleuters kunnen vanuit een patroon een rij of een reeks dingen verderzetten. In het patroon kunnen aantallen (beperkt tot vijf) en/of kwalitatieve kenmerken (beperkt tot twee gemeenschappelijke) voorkomen.

OD WIS 2.3 De kleuters kunnen dingen rangschikken volgens de toenemende of afnemende mate van een welbepaald kwalitatief kenmerk.

OD WO 1.12 De kleuters weten dat ze door de inname van sommige producten en planten ziek kunnen worden.

OD WIS 2.3 De kleuters kunnen dingen rangschikken volgens de toenemende of afnemende mate van een welbepaald kwalitatief kenmerk.

Net als de dierenvrienden ga je samen op stap in het bos. Daar doen kleuters op een intense manier ervaringen op die erg waardevol zijn voor hun ontwikkeling. Zelf kastanjes rapen brengt veel meer bij dan spelen met kastanjes die jij naar de klas meebracht. Dompel de kleuters zo veel mogelijk onder in de echte wereld om die ook echt ‘eigen’ te maken. Respectvol omgaan met de natuur kun je het best leren door zelf op stap te gaan. Laat de kleuters zo veel mogelijk genieten met hun zintuigen. Richt hun aandacht op geluiden. Wat hoor je? Laat ze bewust geuren opsnuiven. Laat ze voelen: Wat prikt dat! / Dit is glibberig. / Het mos is zacht. Laat ze proeven van beukennootjes, kastanjes, noten … Maar geef ook mee dat er gevaar is. Je mag en kunt niet zomaar alles opeten. Laat ze bewust observeren. Laat ze op een andere manier naar de natuur kijken. Neem vergrootpotjes, vergrootglazen en spiegels mee.

De bedoeling van deze uitstap is zo veel mogelijk ervaringen en belevenissen opdoen. Gooi blaadjes in de lucht, laat de kleuters onder een bladerdek gaan liggen, snuif de geur van het bos op, observeer de dieren en imiteer ze, wees opmerkzaam voor de dauw, de zonnestralen …

Als tweede focus verzamel je materiaal dat je tijdens de activiteiten na de uitstap zult gebruiken. Het is een plezier om aan de slag te gaan met materiaal dat je zelf verzamelde. We voorzien een aantal opdrachten. Maak zelf de keuze of je die op voorhand bespreekt met de kleuters. Je kunt er ook voor kiezen om tijdens de uitstap spontaan de opdrachten te geven. Op die manier kun je goed inspelen op wat zich voordoet en kun je de natuur intensief beleven en inspelen op de groep, individuele kleuters, vragen, de omgeving of gebeurtenissen die zich voordoen.

Bekijk zelf welke opdrachten haalbaar zijn voor je groep. Bestudeer op voorhand de omgeving. Welke vruchten kun je rapen in het bos? Is er een appelboom in de buurt? Zijn er kastanjebomen? Eiken? ... Neem niet te veel vruchten mee. Ook dat draagt bij tot de ontwikkeling van een respectvolle houding voor de natuur binnen je klasgroep.

BENODIGDHEDEN

- werkkaart 1

WERKWIJZE

Print werkkaart 1. Verknip ze tot kaarten en lamineer ze.

Neem de opdrachtkaarten mee naar het bos. Maak zelf een zinvolle selectie van de opdrachten op basis van de haalbaarheid voor je klasgroep en de omgeving. De afbeeldingen zorgen ervoor dat de kleuters mee kunnen ‘lezen’ en bedenken wat de opdracht zou zijn.

Maak voor het vertrek duidelijke afspraken over respectvol omgaan met de natuur:

- Maak niets stuk.

- Neem geen paddenstoelen mee.

- Maak geen paddenstoelen stuk.

- Maak niet te veel lawaai. De dieren willen rust en ze kunnen bovendien bang zijn.

- Neem niet te veel herfstvruchten mee. De dieren hebben ze nodig in de winter om te eten.

- Blijf bij de groep.

- Ga respectvol om met dieren in het bos.

Opdrachten

VERZAMEL TAKKEN

Laat de kleuters verschillende takken verzamelen.

Observeer de takken: Er zijn er dikke, dunne, lange, korte Bekijk ook de schors.

Leg de takken eens van groot naar klein of van klein naar groot. Wat is de grootste tak? De kleinste?

Doe hetzelfde van dik naar dun.

Verzamel de takken met mos en de takken zonder mos.

BLAADJESREGEN (maak een foto)

Verzamel blaadjes op een hoge berg. Of verstop iemand onder een bladerdek. Wie is er verstopt? KIEKEBOE!

Bestudeer de verschillen en gelijkenissen: kleur, vorm, grootte

ZOEK PADDENSTOELEN

Bekijk en bestudeer de paddenstoelen. Neem eventueel een spiegel mee zodat je onder de paddenstoelen kunt kijken.

- Wat zie je? Plaatjes of buisjes?

- Welke vorm heeft de paddenstoel?

- Waar groeit hij? Op een stam?

- Welke kleur heeft de paddenstoel?

Bespreek de delen van de paddenstoel. ‘Steel’ en ‘hoed’ zijn termen die de kleuters zeker kunnen onthouden.

Dit is een uitgelezen moment om het te hebben over hoe je paddenstoelen kunt bestuderen of bekijken. We kijken met onze ogen, niet met onze handen. Bespreek dat je ziek kunt worden als je van de paddenstoelen eet en leg de kleuters het gevaar uit. Maak een foto van de paddenstoelen. Je kunt in de klas opzoeken over welke paddenstoel het gaat. Je kunt de foto’s eventueel tweemaal printen en er een memory of ander spel mee maken.

ZOEK EEN PLEK MET MOS

Er zijn verschillende soorten mos. Mnium hornum of sterrenmos komt het meest voor in het bos. Bestudeer het samen met de kleuters. Voel er eens aan.

Zoek Dennenappels

In de klas kun je met de dennenappels een proef doen. Dennenappels sluiten zich in een vochtige omgeving. Als je de dennenappels in een droge, warme omgeving zet, dan openen ze hun schubben. Neem een paar dennenappels mee en leg ze op de verwarming. Bestudeer wat er verandert. Magisch!

Vind je een dennenappel met open schubben? Ga dan op zoek naar de zaadjes die zich tussen de schubben bevinden. Die zijn een lekkernij voor de dieren in het bos.

Met de dennenappels volgt Activiteit 2: Dennenappelboom

Zoek Eikels En Eikeldopjes

Verzamel eikels tijdens de uitstap. Als je geluk hebt, zul je verschillende eikels en dopjes vinden. Toon de kleuters op de vindplaats het blad van de eikenboom. Bewaar telkens een blad, eikel en dopje. Bestudeer de verschillende eikels en dopjes.

De kleuters zullen misschien zelf opmerken dat er verschillende soorten eikels zijn, afkomstig van verschillende bomen. Met de dopjes volgt Activiteit 3: Een eikeltje van wol

Zoek Tamme Kastanjes

Zie je een plek met bolsters of veervormige bladen? Bestudeer daar samen de kastanjes.

- Hoe zien ze eruit?

- Welke kleur hebben ze? - Waar zitten ze in? (bolster)

- Kun je de bolster vastnemen? (prikt)

Ze hebben een pluisje/staartje.

Toon de kleuters een blad van een tamme kastanje.

- Welke vorm heeft het?

- Waar lijkt het op?

Als je goed kijkt, heeft het de vorm van een veer/pluim.

Laat de kleuters een kastanje proeven. Toon hoe je een kastanje uit een bolster haalt zonder je pijn te doen. Toon ook hoe je de schil eraf doet en vertel hun dat de schil bitter is. Vinden ze de kastanje lekker?

Kastanjes zijn nodig voor de dieren. Ze verstoppen ze voor tijdens de winter. Vertel de kleuters dat ze niet te veel kastanjes mogen meenemen. Neem allemaal één kastanje mee. Het is fijn om op school de kastanjes te poffen. Gepofte kastanjes hebben een andere smaak. Maak daarvoor een kruisvormige inkeping onderaan in de kastanje. Pof ze in een pan op het vuur.

Zoek Wilde Kastanjes

Bestudeer samen de kastanjes.

- Zie je bolsters? Handvormige bladen? - Hoe zien ze eruit?

- Hoe voelen ze?

- Waar zitten ze in?

- Ziet deze bolster er hetzelfde uit als de bolster van de tamme kastanje?

- Kun je deze bolster wel vastnemen?

- Heeft deze kastanje een pluisje?

- Mogen we deze kastanje opeten?

Maak Een Mandala

Maak met het verzamelde bosmateriaal een mandala. Vorm vakken met de takken die je vond in het bos en vul die met gevonden schatten.

Meet Een Boom

Zie je een dikke boom?

- Hoeveel kleuters passen errond?

- Geef elkaar de hand, tel en meet.

- Welke boom is het dikst?

Rond welke boom passen de meeste kleuters?

Herhaal dat een paar keer rond verschillende bomen.

- Wat was de dikste boom?

We zetten onze oren ‘op scherp’ en luisteren goed.

Welke geluiden hoor je in het bos?

Een tak die kraakt? Vogels die fluiten? Blaadjes die ritselen? De wind? ...

ZOEK EEN KLEIN DIER (INSECT)

Kleuters zijn enorm gefascineerd door kleine beestjes. Zie je ergens een dode boom? Ligt er ergens een stam, een steen …? Draai hem om en kijk welke beestjes er wonen. Neem een vergrootglas of vergrootpotje mee. Op die manier kunnen alle kleuters de beestjes bestuderen.

- Hoeveel poten tel je?

- Welke kleur zie je?

- Is het een snel of een traag dier?

- Heeft het vlekjes?

Geef ook hier aandacht aan hoe je respectvol met dieren kunt omgaan: niet met het potje schudden, niet roepen en de dieren altijd weer vrijlaten in hun eigen omgeving.

ZOEK IETS GROENS/GEELS/BRUINS/ROODS…

Bestudeer de herfstkleuren in het bos. Ga samen op zoek naar herfstmateriaal in verschillende kleuren.

ZOEK HELIKOPTERTJES

Vind je zaden van een esdoorn? Gooi ze in de lucht en kijk wat er gebeurt. Ze komen als een helikopter naar beneden. Gooien maar! Wie zijn helikopter is als eerste beneden?

ZOEK EEN PLAS EN SPRING ERIN (OF NIET)

WERKKAART

1

VERZAMEL TAKKEN BLAADJESREGEN (maak een foto)

ZOEK PADDENSTOELEN

ZOEK EEN PLEK MET MOS

ZOEK TAMME KASTANJES

ZOEK DENNENAPPELS

ZOEK WILDE KASTANJES

ZOEK EIKELS EN EIKELDOPJES

MAAK EEN MANDALA

MEET EEN BOOM

ZOEK IETS GROENS/ GEELS/BRUINS/ROODS/…

SST, WAT HOOR JE?

ZOEK HELIKOPTERTJES

ZOEK EEN KLEIN DIER (INSECT)

ACTIVITEIT 2

This article is from: