zet een stap verder!
Met 2
zet je een stap verder ...
Waarom kiezen voor zWISo? zWISo is de wiskundemethode van Uitgeverij Zwijsen BE voor leerjaar 1 tot 6. Met zWISo zet je een stap verder in je wiskundeonderwijs. Kwaliteit en aantrekkelijkheid zoals je van ons gewend bent. Ontdek hier de troeven van zWISo. 3
Inhoud Doordachte structuur & haalbare planning
4
Sterk didactisch concept garandeert meer inzicht en betere resultaten!
6
Maximale ondersteuning van de leerkracht
10
zWISo werkt stimulerend voor uw leerlingen
14
Differentiatie op maat van elk kind
16
Evaluatie & remediĂŤring op maat van elk kind
18
Materialen voor de leerkracht
20
Materialen voor de leerling
22
Meer informatie
23
Doordachte structuur & zWISo schenkt veel aandacht aan een zorgvuldige structuur. Structuur biedt een houvast zowel voor de leerlingen als voor de leerkracht. Het maakt de wiskundeles voor iedereen inzichtelijk en haalbaar.
Aandacht voor structuur Doorgaande lijn De doorgaande lijn van het eerste tot en met het zesde leerjaar is een wezenlijk kenmerk van de methode. zWISo bouwt de leerinhouden gestructureerd op. Daarnaast is er een perfecte aansluiting van de leerlijnen tussen de verschillende leerjaren. Eén rekendomein per les zWISo behandelt één rekendomein per les. Waar het zinvol is, leggen we uiteraard het verband tussen verschillende domeinen.
4
Al onze leerlijnen en de didactische aanpak van alle inhouden vind je terug in de gebruikswijzers van leerjaar 1 tot leerjaar 6. Bekijk op www.zwiso.be.
Vlotte overgang tussen de verschillende leerjaren Bijzondere aandacht gaat uit naar de overgang tussen kleuter- en lager onderwijs en een vloeiend aansluiten van leerlijnen tussen de verschillende leerjaren. Het eerste en het laatste blok zijn herhalingsblokken. Op die manier wordt de leerstof goed verankerd.
Opbouw van een blok leerjaar 1 - 3 Week 1, 2 en 3 Basislessen
Oefenlessen
Week 4
Instructie (o.a. met concrete materialen)
Verwerking (zelfstandig of begeleid)
Automatiseren en inoefenen (zelfstandig of begeleid)
Observeren remediëren evalueren
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Maandag
Basisles 1
Basisles 1
Basisles 1
Observatietoets
Dinsdag
Basisles 2 + 25’ automatiseren
Basisles 2 + 25’ automatiseren
Basisles 2 + 25’ automatiseren
Woensdag
Basisles 3
Basisles 3
Basisles 3
Donderdag
Basisles 4
Basisles 4
Basisles 4
Vrijdag
Basisles 5 + 25’ automatiseren
Basisles 5 + 25’ automatiseren
Basisles 5 + 25’ automatiseren
Indicatief blokken 1 tot 7
Extra remediëren en gedifferentieerd oefenen (tempo en niveau) Eindtoets
ur & haalbare planning Opbouw & planning zWISo werkt met één leertraject. Daarin komen alle inhouden aan bod die door de eindtermen en leerplannen voorgeschreven worden.
Bekijk de doelenlijst van jouw leerjaar op
www.zwiso.be.
Opbouw • Elk leerjaar bestaat uit 7 blokken. • Blok 1 en blok 7 zijn herhalingsblokken. • In leerjaar 1, 2 en 3 bestaat een blok uit 4 weken. In leerjaar 4, 5 en 6 bestaat een blok uit 5 weken. De herhalingsblokken (blokken 1 en 7) beslaan 4 weken. Een haalbare planning en voldoende buffertijd Verschillende weken buffertijd geven de ruimte om extra tijd te spenderen aan verlengde instructie, remediëring, verdieping...
n k van terug s van r 6.
5
e. Opbouw van een blok leerjaar 4 - 6 Week 1, 2, 3 en 4 Basislessen Instructie (o.a. met concrete materialen)
Oefenlessen
Verwerking (zelfstandig of begeleid)
Inoefenen (zelfstandig of begeleid)
Week 5 Observeren remediëren evalueren
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Maandag
Basisles 1
Basisles 1
Basisles 1
Basisles 1
Observatietoets
Dinsdag
Basisles 2
Basisles 2
Basisles 2
Basisles 2
Woensdag
Basisles 3
Basisles 3
Basisles 3
Basisles 3
Donderdag
Basisles 4
Basisles 4
Basisles 4
Basisles 4
Basisles 5
Basisles 5
Basisles 5
Basisles 5
Oefenles
Oefenles
Oefenles
Oefenles
Vrijdag
Indicatief blokken 2 tot 6 Blokken 1 en 7 beslaan 4 weken.
Extra remediëren en gedifferentieerd oefenen (tempo en niveau)
Eindtoets Extra-toets
Sterk didactisch concept garandeert m zWISo zet een stap verder… We werken inzichtelijk in élke rekenles! zWISo leert kinderen functioneel rekenen Kinderen leren wiskundige problemen uit het dagelijks leven herkennen en hiervoor oplossingen bedenken door hun kennis en vaardigheden flexibel in te zetten. Door te werken met betekenisvolle contexten en herkenbare materialen bouwen de leerlingen deze kennis en vaardigheden inzichtelijk op. Les 11 • Vraagstukken: Op zeeklas! De vijfdeklassers van de school Tiptop! gaan op zeeklas naar Middelkerke. Ze nemen de trein in
4 2
g en in Leuven op maandagmorgen en komen terug op donderdagavond. In 5A zijn er 21 leerlingen 5B 25. Met elke klas gaan twee begeleiders mee.
Op dinsdag Lees en verbind. verkennen de leerlingen van 5A ‘s ochtends het strand en de duinen onder leiding van een natuurgids. Dit kost € 1,50 per leerling. Na de middag bouwen ze een zandkasteel en mogen ze met een gocart rijden. Ze worden verrast met een ijsje. Dat kost samen € 2,60 per leerling. Wat is de totale prijs voor klas 5A? Reken uit:
Antwerpen
Oostende Middelkerke Nieuwpoort
Antwoord:
Turnhout
Brugge
Maaseik
3
Mechelen
Gent
Dinsdagochtend bouwen de leerlingen van 5B het zandkasteel, rijden ze met de gocart en krijgen ze een ijsje. Na de middag maken zij de wandeling met de natuurgids. Bereken de totale prijs voor klas 5B.
Hasselt
6
Ieper
Kortrijk
Reken uit:
Leuven
Aalst Brussel
Antwoord:
1
4 Voor de treinreis heen en terug van Leuven naar Oostende wordt een groepskaartje gekocht. Hiervoor betaalt elke leerling € 4,80. De begeleiders reizen gratis met de trein. Voor de tramrit van Oostende naar Middelkerke betaalt iedereen € 1,20 enkele rit. Geef het trein- en het tramtraject aan op de kaart. Wat is de totale prijs voor de heen- en de terugreis?
Op donderdag bezoeken alle leerlingen van het vijfde leerjaar het natuurreservaat ‘IJzermonding’ in Nieuwpoort. Ze nemen daarvoor de tram (€ 1,20 enkel). De gids kost € 2,30 per persoon. Bij de picknick nemen ze een drankje: € 0,80 per persoon. Hoeveel kost deze uitstap per persoon? Hoeveel kost deze uitstap voor de leerlingen en de begeleiders samen? Reken uit:
Reken uit: Antwoord:
5
Antwoord:
22
Bereken hoeveel het kost per leerling om op zeeklas te gaan als je weet dat het verblijf per persoon (slapen en eten) 78 euro kost. Gebruik je zakrekenmachine. • Bewerking: • Antwoord:
23
Uit werkboek leerjaar 5, blok 2
Het concreet-schematisch-abstract model in de opbouw van de lessen Als basismodel voor de handelingstheorie wordt in zWISo het concreet-schematisch-abstract model gebruikt.
Concreet niveau De leerlingen verdelen een papieren strook in vier gelijke delen en kruisen 2 aan. 4
igheden inzichtelijk op te bouwen. Bij het rengen van nieuwe leerstof wordt er zoveel elijk uitgegaan van een concrete situatie of een enisvolle context. ehanteerde wiskundige modellen, die in hillende leerjaren worden gebruikt, worden ebracht met de bedoeling het leerproces te makkelijken. De modellen moeten een middel m tot leerresultaten te komen en mogen geen op zich worden. zWISo zet een stap verder… begrippen en handelingen te verwoorden en We bouwen alle inhouden handelend op! r te discussiëren met klasgenoten leren de Leren door te handelen ngen bewust met wiskundige begrippen om te In zWISo-lessen gaan kinderen actief aan de slag. Kinderen onthouden immersde beter wat ze zien, dan wat ze horen vertellen Op basis van vaststellingen van de doe-en ze onthouden nog beter wat ze zelf doen. teit worden besluiten genomen en modellen Kinderen werken dikwijls met concrete materialen. bouwd. De• • verschillende oplossingswijzen In de hogere leerjaren werken kinderen mee op een Doe!-blad. e leerlingen aanbrengen worden in deze Breukendoos ystematisch gestroomlijnd tot een standaard Lessen 8 en 9 • Meetcircuit lengte, inhoud 8 9 singsprocedure die snel tot goede oplossingen De aangebrachte modellen, strategieën of dures worden dan verder ingeoefend. erkboeken bevatten de schematische stracte neerslag van de klassikale nmomenten en sluiten dus naadloos aan bij de voerde handelingen.
rt meer inzicht en betere resultaten!
Lessen
en
• Meetcircuit lengte, inhoud en gewicht
Blok 1
Doe! - Blok 1
Lengte
Leeractiviteit
Opdrachtkaart 1
Hoofddoel
Gebruik voor deze opdracht je lichaam als meetinstrument. Gebruik de volgende maateenheden:
➜ De lengte, de inhoud en het gewicht van voorwerpen schatten en meten met
natuurlijke maateenheden.
➜ De lengte, de inhoud en het
Duim
Voet
Handspan
Stap
gewicht van voorwerpen
El
schatten en meten met
a) Kies een passende lichaamsmaat om de volgende voorwerpen te meten. Ik kies als maateenheid
Ik schat
standaardmaateenheden.
Mijn schatting is
Ik meet
De breedte van de klas
vrij goed te hoog te laag
De lengte van het touw
vrij goed te hoog te laag
De lengte van het potlood
vrij goed te hoog te laag
➜ Het geschikte
meetinstrument kiezen.
➜ Het resultaat van een
meting uitdrukken en noteren in de meest
geschikte maateenheid.
Materiaal
b) Schat en meet de lengte van de volgende voorwerpen. Gebruik een passende maateenheid (m - dm - cm - mm).
➜ Voorwerp om te
bespreken (emmer, doos, …)
➜ Hoek lengte (2 x): lintmeter,
Ik kies als maateenheid
Ik schat
Ik meet
Ik gebruikte als meetinstrument een
vouwmeter, meetlat,
Mijn schatting is
meetstok, touw en potlood ➜ Hoek inhoud (2 x):
De lengte van de gang
vrij goed te hoog te laag
maatbeker/literfles, emmer
De omtrek van de nek van je partner
vrij goed te hoog te laag
smalle fles, roomijsdoos,
Je schoenlengte
vrij goed te hoog te laag
c) Meet je natuurlijke maten.
Breuken
duim:
voet:
handspan:
stap:
water, trechter en dweil Opdrachtkaart 1: lange en
Toon een voorwerp (een emmer, doos, ...). • Wat kunnen we van dit voorwerp vertellen? (kleur, materiaal, hoogte, prijs, hoeveel erin kan, ...) • Wat kunnen we van dit voorwerp meten? Vraag de leerlingen bij de verschillende grootheden (lengte, prijs, ...) naar de maateenheden die ze nog kennen.
‘Vandaag voeren we in verschillende hoeken meetopdrachten in verband met lengte, inhoud en gewicht uit.’ Maak de volgende afspraken: • Elke leerling krijgt een taak binnen de groep. • De organisator zorgt ervoor dat alles vlot verloopt, dat iedereen zijn opdrachten leest en begrijpt. • De verslaggever leest de opdrachtkaart voor. • De materiaalmeester haalt materiaal en zet alles bij het wisselen van hoek klaar voor de volgende groep. • De planner let op de tijd en zorgt ervoor dat alle opdrachten binnen de gegeven tijd zijn opgelost. • Je voert samen de opdracht uit. Te beginnen met opdracht 1, daarna opdracht 2, … • Je voert de metingen zo nauwkeurig mogelijk uit. • Iedereen vult zijn/haar opdrachtkaart in.
Bespreek het doorschuifsysteem en leg de werking uit. Ga eventueel in de verschillende hoeken kijken en leg indien nodig de opdrachten kort uit.
De leerlingen krijgen ongeveer 30 minuten per hoek om de opdrachten uit te voeren. Observeer de leerlingen bij de meetopdrachten en stuur eventueel bij. Ga na of elke leerling actief deelneemt. 1. Hoek lengte Opdrachtkaart 1 - Kies een passende lichaamsmaat om de volgende voorwerpen te meten. - Schat en meet de lengte van de volgende voorwerpen. Gebruik een passende maateenheid (m – dm – cm – mm). - Meet je natuurlijke maten.
Opdrachtkaart 2 - Kleding uit catalogus of online bestellen. Je hebt je maat nodig. Meet en bepaal zo jouw patroonmaat. Gebruik de tabel.
Opdrachtkaart 3 - Bepaal je schoenmaat. Klopt dit met de waarde in de tabel? Deze opdracht maken de leerlingen als ze nog tijd over hebben!
koekjestrommel en bokaal Opdrachtkaart 2: wijnfles, soepkom, soepbord, wijnglas en soeplepel Opdrachtkaart 3: 10 bekers Opdrachtkaart 4: plastic kom
el:
met inhoud > 1 l
11
Opdrachtkaart 5: glazen bokaaltje, melkkuipje, diepvrieszakje, eetlepel en
Uit scheurblok leerjaar 5
maatbekers voor het bepalen
van inhoud in l, dl, cl enleerjaar ml Uit handleiding 5, blok 1 Opdrachtkaart 6: leeg
2 4
frisdrankblikje van 33 cl (inhoud niet zichtbaar) en kopje ➜ Hoek gewicht (2 x): digitale keukenweegschaal, personenweegschaal en
1 1 2 1 3
Schematisch niveau 2 De leggen leerlingen2leggen De leerlingen met 4 4 van met de stroken de breukendoos op
de stroken ophet het breukenbord. breukenbord.
kleerhanger met 2 zakken Opdrachtkaart 1: groot en licht voorwerp, klein zakje chips, lege schoenendoos en schoenendoos gevuld met een klein zwaar voorwerp
2 4
22
Abstract niveau
1 5 1 6 1 7 1 8 1 9 1 10 1 11 1 12
De leerlingen verdelen een papieren strook in vier gelijke delen en kruisen 2 aan. 4
2 4
7
Sterk didactisch concept garandeert m zWISo zet een stap verder‌ We maken consequent gebruik van dezelfde modellen en procedures. zWISo kiest consequent voor dezelfde modellen en standaardprocedures. Dit vergemakkelijkt het leerproces. De modellen zijn een middel om tot leerresultaten te komen. Ze vormen geen doel op zich. Een model wordt in een lager leerjaar aangebracht om in een hoger leerjaar uit te breiden en te verdiepen.
zWISo kiest bijvoorbeeld resoluut en bewust voor het lineair model. De beste keuze voor maximale leerresultaten bij alle leerlingen! We behouden altijd ons begingetal.
13
8
In het eerste leerjaar wordt de bewerking weergegeven op een gestructureerde getallenlijn. Na het bepalen van de beginpositie van het getal tekenen de leerlingen een boog tot 10. Vervolgens tekenen ze een tweede boog tot aan de uitkomst. Na verloop van tijd stellen ze de bewerking voor aan de hand van ĂŠĂŠn boog.
In het tweede leerjaar wordt de bewerking ook weergegeven op een gestructureerde getallenlijn. Vanaf blok 6 tekenen de leerlingen op een lege getallenlijn. Na het plaatsen van het begingetal splitsen ze de tweede term en stellen ze de sprongen voor met bogen. Wie het nodig heeft, maakt nog andere sprongen en schrijft de tussenresultaten op.
Leerlingen verwoorden stelselmatig de bewerkingen. In het derde leerjaar wordt de bewerking weergegeven op een lege getallenlijn. De uitgangshoeveelheid wordt steeds vastgezet door een kruisje. Bij de aftrekking wordt het kruisje rechts op de getallenlijn gezet, omdat er naar links gesprongen wordt. Volgens de standaardprocedure worden eerst de honderdtallen, dan de tientallen en ten slotte de eenheden van de eerste term afgetrokken.
Lineair werken = snelle foutenanalyse Bij de optellingen met kommagetallen in het vierde leerjaar is het belangrijk dat de leerlingen goed naar de getallen kijken. De algemene strategie is om eerst de eenheden, dan de tienden, dan de hondersten en ten slotte de duizendsten op te tellen.
De leerlingen gebruiken de lege getallenlijn ook voor optellingen en aftrekkingen met grote getallen.
rt meer inzicht en betere resultaten! zWISo zet een stap verder… We combineren formele en speelse inoefening. Het is belangrijk dat kinderen goed de basisvaardigheden beheersen zoals hoofdrekenen, cijferen, splitsen... Zo kunnen ze de wiskundige problemen uit het dagelijks leven vlot aanpakken. Nadat die vaardigheden in de basislessen aangebracht zijn, worden ze verder ingeoefend tijdens de oefenlessen.
Met zWISo doe je dit op twee manieren: Les 24 • Matz oefent 1
Formele inoefening in het scheurblok
Blok 2
Reken uit.
D H T E 6
7
5
D H T E 5
8
6
4
D H T E
D H T E 9
5
3
4
D H T E
6 D H T E
Werkblaadjes voor verdere inoefening van de basisleerstof Het quotiënt is
Les 14 • Wisse oefent 6
.
De rest is
Blok 2
Het quotiënt is
.
D H T E
Vul in.
7
7
6
3
=
50 + 50
=
40 + 40
=
10 + 70
=
80 + 10
=
40 + 50
=
10 + 10
=
20 + 60
=
10 + 30
=
2
9
7
50 + 40
=
30 + 20
=
0
=
+ 90
30 + 40
=
70 + 30
=
60 + 40
=
50 + 30
=
70 + 20
=
80 + 20
=
50 + 20
=
10 + 40
=
60 + 30
=
100 +
=
30 + 60
=
30 + 10
=
2
.
D H T E 4
8
6
8
9
D H T E
.
Het quotiënt is
.
De rest is
9 D H T E
.
Het quotiënt is
.
.
Lees de vraagstukken. Reken uit. Noteer een antwoordzin.
262
249
219 173
248
237
De Klimboom 231
Bewerking:
De Poort
Bewerking:
__________________________________
__________________________________
Antwoord:
Antwoord:
_________________________________________. _________________________________________.
4 44
15
Uit scheurblok leerjaar 4, blok 2
Uit scheurblok leerjaar 2, blok 2
De inoefening gebeurt niet altijd door aanbieding van rijtjes met oefeningen. Ik reik de leerlingen ook spelletjes aan om al spelenderwijs de leerstof in te oefenen. Ook handig voor tijdens het hoekenwerk. De spelletjes zijn bijzonder leerrijk en de leerlingen vinden ze geweldig.
Speelse inoefening met rekenspellen Uit kopieermap leerjaar 3, blok 6
Les 21 • Het tafelwebbenspel
Blok 6
9
.
De rest is
Op de speelplaats worden nieuwe tegels gelegd. Er zijn vier kleuren tegels. Hoeveel tegels ege elss worden worden er in elke ke school scc gelegd?
138
0
4
.
De rest is
D H T E 6
Het quotiënt is De rest is
Het quotiënt is
.
D H T E
20 + 50
.
De rest is
Spelregels
Blok 6
Les 21 • Het tafelwebbenspel ✂
spelkaarten
• 2, 3 of 4 spelers • Neem de dobbelsteen met de cijfers 4, 5, 6, 7, 8 en 9.
48
16
• Neem elk een speelkaart met 2 webben.
12
10
30
24
• De jongste speler begint. • Gooi met de dobbelsteen.
Juf Eline, 5de leerjaar, Boodschapinstituut, Schaarbeek
6
2
• Vermenigvuldig dat getal telkens met het middelste getal van het web. Kleur het product. Voorbeeld: Je gooit 4. Doe 4 x 2 = 8. Je mag
8
14
kleuren.
Of doe 4 x 7 = 28. Je mag 28 kleuren.
35
56 12
28
18
42
24
7
3
7
49 14
54 21
28
35
2
36
12
56
8
16 10
42
18
18
49
8
42 63
63
✂
16
20
• Let op! Je mag per beurt maar 1 product kleuren.
28
• Nu is de volgende speler aan de beurt.
15 27
32
45
35
• Kun je geen product kleuren? De volgende speler is dan aan de beurt.
4
5
• Wie het eerst alle producten heeft gekleurd, is de winnaar!
20
24
56 32 6-20
© Uitgeverij Zwijsen.be 2009
002900131_KM_B3-6.indd.indd 20
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 3, blok 6, les 21
36 40
25
30 63
40 36
8 19-03-2009 10:50:16
48
72
81
72 54
64
© Uitgeverij Zwijsen.be 2009
002900131_KM_B3-6.indd.indd 21
45
9
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 3, blok 6, les 21
6-21
19-03-2009 10:50:16
Maximale ondersteuning Een gebruiksvriendelijke handleiding In zWISo is er voor elk blok een handleiding. De handige verzamelband voor de leerkracht bevat: • 7 handleidingen, telkens in een apart boekje • 1 correctiesleutel bij alle toetsen • 1 doelenkatern met een overzicht van alle lesdoelen, met verwijzingen naar de eindtermen, OVSG-doelen, VVKBaO-doelen en GO!-doelen
Hoofding
Blok 3
Situering van de les: het blok, het lesnummer, de titel van de les en het domein
Hoofddoel
Les 1 • Positieve en negatieve temperatuur Instructie
➜ Temperatuur aflezen, noteren en aangeven in graden Celsius op verschillende soorten thermometers.
Doelen
10
Hoofddoelen (methodeeigen doelen, noodzakelijk voor de les) en nevendoelen (gelegenheidsdoelen)
➜ Temperaturen vergelijken en rangschikken. ➜ Het verschil bepalen tussen 2 temperaturen. ➜ Negatieve getallen in concrete situaties lezen en noteren. ➜ Negatieve getallen in concrete situaties vergelijken en rangschikken. ➜ Positieve en negatieve getallen op een getallenlijn plaatsen.
Nevendoel
Opbouw les Elke les is op dezelfde manier opgebouwd: instructie verwerking - reflectie.
Geef telkens twee thermometers aan (tweemaal positief, positief en negatief, tweemaal negatief). • Welke thermometer geeft de hoogste/ laagste temperatuur aan? • Hoe zie je dat op deze thermometer? (hoger/lager niveau van de vloeistof) • Hoe zie je dat bij een digitale thermometer? (grotere getallen, eventueel minteken)
Doe-activiteit
➜ Tabellen lezen en invullen.
Materiaal ➜ Thermometers (met vloeistof, digitaal, wijzer, …)
Positieve en negatieve temperatuur Houd met de leerlingen een gesprek over hun gevonden temperaturen (zie voortaak). Verwijs naar °C en bespreek de verschillende soorten thermometers. Lees de bewaartemperaturen op de verpakkingen van de diepvriesproducten. • Waarom staan er op dezelfde verpakking verschillende bewaartemperaturen? • Hoe lang kun je het product bewaren? • Wat hebben de temperatuur en de bewaartijd met elkaar te maken? Bekijk de folder met de koelkasten en diepvriezers. • Welk toestel gebruik je het best om diepvriesproducten te bewaren?
Positieve en negatieve getallen Teken of hang een thermometer horizontaal op het bord boven een getallenlijn. Plaats 0 op de getallenlijn ter hoogte van 0 op de thermometer. Laat de positieve getallen bij de getallenlijn plaatsen naar analogie met de thermometer (weglaten van de eenheid °C). • Waar komen de negatieve temperaturen? (links van de 0) Leg opnieuw het verband met de horizontale thermometer. Leg ook de nadruk op nul als beginpunt om te tellen. Vul de getallenlijn volledig in. • Ik bedek een getal. Welk getal zie je niet meer? • Welk getal is het grootste? 3 of 5, -1 of 0, -5 of -3, -2 of -4, -1 of 1? Geef elke leerling de getalkaartjes (-1, 5, -10, -5, -3, 2 en 20). • Steek de negatieve getallen omhoog. • Steek de positieve getallen omhoog. • Maak een rij van groot naar klein. • Tussen welke twee getallen komt -4? En -2?
Ga met de leerlingen naar de verschillende plaatsen waar een thermometer ligt. Laat een leerling de temperatuur lezen. Een andere leerling noteert die op een kaartje. Laat de leerlingen verwoorden dat ze moeten beginnen bij nul om juist af te lezen. Schenk ook voldoende aandacht aan de notatie van negatieve temperaturen. Laat de kaartjes van koud naar warm op het bord hangen. De leerlingen geven op thermometers op het bord de verschillende temperaturen aan.
➜ Folder diepvriezers/ koelkasten ➜ Verpakkingen van diepvriesproducten ➜ Enkele blanco kaartjes
Dit kan zowel methodegebonden materiaal zijn (kopieermap, werkboek, scheurblok, voorwerpen uit de materialenkist) als nietmethodegebonden materiaal.
Bord
➜ Per leerling:
C
Materiaal
getalkaartjes
-9
-8
-7
-6
-5
-4
-3
-2
-1
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
-9 9
-8 8
-7 7
-6 6
-5 5
-4 4
-3 3
-2 2
-1 1
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
(zie organisatie) ➜ Matz doet p. 29 ➜ Werkboek p. 2 en 3
C
Duur 50 minuten
C
C
C
40
40
40
40
30
30
30
30
20
20
20
10
10
10
0
0
0
0
-10
-10
-10
-10
-20
-20
-20
-20
-30
-30
-30
-30
Dagen
Ochtendtemperatuur Nachttemperatuur (9.00) (23.00)
maandag
- 3°C
- 6°C
20
dinsdag
- 2°C
0°C
10
woensdag
4°C
5°C
donderdag
Temperatuurverschil
2°C
5°C
1°C
vrijdag
- 1°C
- 3°C
4°C
zaterdag
- 4°C
- 8°C
4°C
zondag
- 2°C
1°C
3°C
Duur Tijdschema bij de les
2
Bord Handige bordschema’s zoals ze tijdens de les opgebouwd worden.
uning van de leerkracht
Blok 3
Meten
Verschil bepalen tussen positieve en negatieve temperaturen/getallen. Laat de tabel (zonder temperatuurverschil) op het bord zien. In de tabel vind je de gegevens van de gemeten temperaturen in de maand januari te Ukkel. • Welk seizoen zou het zijn? • Wat is de temperatuur op maandagnacht/ woensdagnacht/vrijdagnacht? (-6°C/5°C/-3°C) • Wanneer was het het koudst/warmst? (zaterdagnacht en donderdagochtend/ woensdagnacht) • Wanneer was het kouder dan -5°C? (maandagnacht en zaterdagnacht) Teken of hang een (papieren) thermometer op het bord. Laat de leerlingen enkele temperaturen aangeven op de thermometer op het bord.
Verwerking
De leerlingen nemen het 'Ik doe mee!'-blad (Matz doet pagina 29). • Zoek het verschil tussen de ochtend- en nachttemperatuur van donderdag. Werk mee met de thermometer op het bord. Laat de leerlingen een antwoordzin formuleren. Laat verwoorden als … graden kouder of warmer. • Zoek het verschil tussen de ochtend- en nachttemperatuur van dinsdag, zaterdag en zondag. Schenk extra aandacht aan het verschil in ochtend- en nachttemperatuur van zondag (overgang van negatieve naar positieve temperatuur). De leerlingen kunnen op de thermometer het temperatuurverschil aflezen door de sprongen te tellen en/of eerst tot nul te tellen.
5. Op de kaartjes vind je de temperatuur in °C. Verbind deze kaartjes met de getallenlijn.
• Waar vind je nog negatieve getallen? (lift, parkeergarage, rekeningafschriften, …) De leerlingen maken oefening 2 van het ‘Ik doe mee!’-blad. Bespreek de gevonden resultaten.
Organisatie
Werkboek pagina 2 1. Kijk naar de kaart van Europa. Geef de temperatuur aan.
3. Rangschik deze landen volgens temperatuur. Begin bij de hoogste temperatuur. Nummer van 1 tot 6. 4. Kleur het warmste land. Vul de temperatuur in. Bereken het temperatuurverschil.
6. Lees de zinnen. Noteer de temperaturen in de tabel.
verschillende plaatsen met een duidelijk temperatuurverschil (klas, speelplaats, koelkast, kelder, …). ➜ Maak voor elke leerling de getalkaartjes -1, 5, -10, -5, -3, 2 en 20. ➜ Schrijf de tabel met temperaturen op het bord. Vul de kolom met het temperatuurverschil nog niet in. ➜ Teken of hang enkele (papieren) thermometers
Maak papieren thermometers met een schuifstrook die het aantal graden weergeeft. Zo hoef je de thermometers niet telkens op het bord te tekenen.
Taal zWISo heeft veel aandacht voor taalzwakke rekenaars. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen rekentaal en contexttaal die de leerlingen moeten beheersen om de lesinhouden te begrijpen.
op het bord.
Ta a l Rekentaal
Contexttaal
➜ positief
➜ bedienings-
➜ negatief
Ti p
Aanwijzingen voor de klasorganisatie: noodzakelijke voorbereidingen, verzamelen van materiaal…
➜ Leg de thermometers op
2. Lees de temperatuur en vul in. Zoek de temperatuur op de kaart. Werkboek pagina 3
Organisatie
paneel
➜ temperatuur
Tip Ideeën om een extra speels element toe te voegen aan de les.
➜ temperatuurverschil
Observatie Observatie • Gebruiken de leerlingen 0
➜ Voor de leerkracht: Voor les 20,
als beginpunt om te tellen,
blok 3: Maak een klassikaal spijkerbord
zowel in positieve als
op een plank van 1 m² groot. Maak met
Observatiepunten gekoppeld aan de lesdoelen. Aan de hand hiervan stel je vast of er problemen zijn.
negatieve richting?
spijkers een rooster van 9 hokjes op 9 hokjes, elk hokje is 1 dm². De achterzijde van dit bord kan gebruikt worden als referentiemaat voor m². Verdeel het bord in 100 dm² alsook 1 dm² in 100 cm². Maak per twee leerlingen ook een spijkerbord waarvan elk hokje 2 bij 2 cm is. Je kunt die ook laten maken door de leerlingen van het vijfde/zesde leerjaar.
-/+
Differentiatie
Makkelijker Verwerking: De leerlingen werken met een getallenlijn.
Spijkerborden zijn ook in de handel te verkrijgen. Als je die verkiest, let dan wel op de afmetingen.
zWISo-box
3
Winkelkarretje Seintje als jij of je leerlingen materiaal moeten verzamelen voor een van de volgende lessen.
Differentiatie Extra aanwijzingen voor differentiatie (makkelijker of moeilijker) tijdens de doeactiviteit of de verwerking en verwijzing naar differentiatiematerialen.
11
Maximale ondersteuning zWISo zet een stap verder… De Leerkrachtassistent, veel meer dan het klassieke bordboek De zWISo-Leerkrachtassistent brengt de kwaliteit van jouw rekenlessen op een nog hoger niveau! Software voor het digitaal schoolbord met unieke mogelijkheden!
12
Het digimenu • Per blok een duidelijk overzicht van alle lessen • Per les een overzicht van alle lesfasen • Digitale versie van de gedrukte materialen: werkboek, scheurblok, kopieermap, toetsen en correctiesleutels
De instructiehulp In de instructiehulp vind je alle modellen voo van het instructieproces. Handig en efficiënt opmaken van bordschema’s. Uit een ‘digitale kast’ kies je de zWISo-model wiskundeles. Er zijn modellen bij elk domein: meten en meetkunde.
uning van de leerkracht www.zwiso.be
De zWISo-Leerkrachtassistent • • • •
Hier vind je heel wat nuttige informatie over zWISo en tal van praktische downloads: jaarplanningen, doelenlijsten, zWISo-meters…
Ondersteuning en verrijking van de gedrukte uitgaven Inzetbaar tijdens alle lesfasen Grotere leerlingbetrokkenheid Voor leerjaar 1 tot 6
modellen voor de ondersteuning g en efficiënt bij het (vooraf)
WISo-modellen passend bij jouw j elk domein: getallen, bewerkingen,
13
Tal van extra’s • Allerlei extra’s en handige hulpmiddelen: wijzerklok, digitale klok, alarmklok, rekenmachine en geodriehoek • Uitgebreide en gebruiksvriendelijke pennentool: toetsenbord, tool om rechte lijnen te tekenen, eenvoudige aanpassing van lijndikte van het potlood, markeerstift, gom en ruime keuze aan kleuren • Gebruiksvriendelijke zoomfunctie
zWISo werkt stimulerend zWISo zet een stap verder… Niet alleen goed, maar ook graag rekenen! Graag wiskunde doen! Kinderen leren niet alleen goed, maar ook graag.
© KBO Ename
Duidelijk herkenbare pictogrammen
Aantrekkelijke materialen 14
Werkboek De kennis en vaardigheden die aan bod komen tijdens de basislessen worden verwerkt in het werkboek. Dit verloopt al dan niet onder jouw begeleiding.
Les 2 • Meer, minder of evenveel 1
Maak vast.
3
20
Teken.
19
8
9 17
5
11 10 12 13
Duidelijke korte opdrachten
18
4
14 2
Vul een getal, >, < of = in
0
Vul een getal, >, < of = in.
5
1
2
3
4
6
5
6
8
9
12
20
19
Teken en vul in.
10 minder dan 12 is 0
Herkenbare situaties vanuit de doe-activiteit
10 meer dan 4 is 0
10 meer dan 7 is 0
10 minder dan 19 is
4
0
rend voor uw leerlingen Aandacht voor leren leren
zWISo-wijzer j 6
zWISo-wijzer • Opzoekboek om snel en efficiënt leerstof terug te vinden. • Tabbladen per domein • Inzetbaar tijdens instructiemomenten, zelfstandig werk en remediëring • Ook handig voor de ouders
Kijk eerst of je de breuken niet kunt vereenvoudigen.
Breuken: optellen
3
Ik eet
8
.
Ik eet
1 4
.
1
Hoeveel samen?
3 8
Overzichtelijke bladspiegel
In de breukendoos:
+
1
=
4
- Leg de strook
3
+
8 3 8
- Leg er deze van
1
2
=
8
1 2
5 2
1 3
8 3
1 4 1 5 1 6
.
1 4
1 7 1 8
achter.
3 8
1 4
1 9
- Welke breuk bekom je?
1 10
15
1 11 1 12
Ongelijknamige breuken optellen: 1 breuken gelijknamig maken 2 tellers optellen 3 noemer behouden 9 10
7
10
20
12
12
14
13
15
14
5
3
6
16
12
5
17
10 6
9
13
18 16
11
7
15
4 7
8
8
9
19
14
20
6
5
8
9
10
7
11
12
13
14
15
14
3
15
17
18
19
20
=
>
12 19
18
Lees het vraagstuk. Wat wordt er gevraagd?
Lees het vraagstuk.
Wat wordt er gevraagd?
zWISo
6
16
© 2011 uitgeverij Zwijsen.be
8
7
zWISo
4
Stappenplan Vraagstukken voor het oplossen van vraagstukken © 2011 uitgeverij Zwijsen.be
getal, >, < of = in.
3
Uit zWISo-wijzer, leerjaar 6
18
15
10
2
1
. .
19
17
65
13
6 5
11
11
zWISo-wijzer 6
8
16
Wat moet je weten om het probleem op te lossen?
Wat moet je weten om het probleem op te lossen?
Hoegaga je het oplossen? Hoe je het oplossen?
- een tekening - een procentstrook - een verhoudingstabel - een lijnstuk - een tabel - ...
18 © 2011 uitgeverij Zwijsen.be
n vul in.
zWISo
Voer de bewerking uit. Voer de bewerking uit.
12 is 0
5
10
15
20
0
5
10
15
20
0
5
10
15
20
0
5
10
15
20
© 2011 uitgeverij Zwijsen.be
is
zWISo
is
Formuleer een antwoordzin. Controleer.
Formuleer een antwoordzin. Controleer.
19 is
161
5 Vraagstukken
zWISo is er voor alle kinderen: differ In een doorsnee klas zijn er veel individuele verschillen tussen kinderen. zWISo komt tegemoet aan die diversiteit en spreekt elke leerling op zijn niveau aan. Zo heeft elk kind plezier in het rekenen en boek je als leerkracht de beste resultaten. Eén basisniveau met differentiatie op maat van elk kind • In het basisniveau komen alle door de eindtermen en leerplannen voorgeschreven leerinhouden aan bod. • Door een doordacht observatie- en differentiatiesysteem worden uitvallers tijdig gesignaleerd en geremedieerd. • zWISo biedt ook heel wat differentiatiemateriaal voor betere rekenaars. Uniek: aandacht voor taalzwakke rekenaars! • Met zWISo beperk je de uitval van taalzwakke leerlingen. • Aandacht voor specifieke rekentaal en contexttaal • Korte instructieteksten • Gebruik van pictogrammen
Elke leerling kan zelfstandig aan de slag. Een correctiesleutel bij alle differentiatiematerialen!
Differentiatiemateriaal leerjaar 1 tot 3 Naam:
16
1 Ü Springen maar!
Datum:
Ik ken de tafels van 3, 6 en 9!
Getallen
1. Welke sprong? Zet de rij verder. 1. Welke sprong? Vul de ontbrekende getallen in.
1
Reken uit. Zoek het juiste resultaat in het rooster en kleur.
5x6= .
3x9= .
45
0
54
9
12 : 3 = .
21 : 3 = .
20
7
15
48
16
7x9= .
8x6= .
64
35
27
25
6
3
32
30
14
90
8
Naam: 4 24
63
80
2
72 42 181 Model
60
18 : 9 = .
81 : 9 = .
10 x 6 = .
4x9= .
2
36
8x9 . 7x9
. van . = . . 4x3 . 4x6
2x6 . 3x9
3x9 . 9x3
8 x 6 . 10 x 3
3
1
6x6= .
7 2x6= . 8 9x9= .
3 12 : 3 = .
9 48 : 6 = .
4 3x9= .
10 15 : 3 = .
5 54 : 6 = .
11 5 x 9 = .
6 6x3= .
12 1 x 6 = .
63
. van .
.
1
We verdelen in
=
8
.
=
.
. van .
.
=
.
keer 1 van .
.
=
.
x
.
=
18
Uit oefenmap, leerjaar 3
14
individueel.
10
7
. van .
.
. van .
.
=
6
2
2
5
20
16
20
17
9
11
8
=
1
Welke sprong? Vul de ontbrekende getallen in.
. .
keer 1 van .
.
=
.
x
.
=
12
3
8
18
10
18
. 11
2
gelijke delen.
81 . van .
.
=
.
. van .
.
=
.
1 keer 1 van .
.
=
.
x
.
=
Kun je tot bij de vlag geraken? Maak sprongen op de getallenlijn. Schrijf de getallen op een rij.
:[ lbW] ijWWj ef (&$ @[ ce[j _d + [l[d ]hej[ ifhed][d lWd & jej (& ][hWa[d$
.
© Uitgeverij Zwijsen.be 2009
=
5
gelijke delen.
We verdelen in
.
0
De leerlingen werken
.
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 3, blok 2, vanaf les 20
. van .
18
.
27
© Uitgeverij Zwijsen BE 2013
. van .
12 =
20
gelijke delen.
We verdelen in
4
.
Blok 1
Welke sprong? Zet de rij verder.
5
.
6 start
9
1 Ü Springen maar!
Datum:
36 45
. van .
82
Materiaal
VM p. 1-2
Maak de oefeningen op volgorde. Zoek het antwoord bij een stip. Maak de stippen ook in deze volgorde vast.
2 7x9= .
Heen- en terugtellen t.e.m. 20.
1. Kun je tot bij de vlag geraken? Maak sprongen op de getallenlijn. Schrijf de getallen op een rij.
Organisatie
4x6 . 6x4
Vul =, > of < in.
Blok 1
Hoofddoel
0
.
Dit blad hoort bij 'zWISo' leerjaar 2, blok 1, les 3
5
1-1
10
15
20
0, _______, _______, _______, _______, _______
We verdelen in . van . . van .
. .
= =
gelijke delen.
Uit verdiepingsmap, leerjaar 1
. .
keer 1 van .
.
=
.
x
.
=
:[ lbW] ijWWj ef ($ @[ ce[j _d ) [l[d ]hej[ ifhed][d lWd (& dWWh ( ][hWa[d$
.
0
5
10
20, _______, _______, _______, © Uitgeverij Zwijsen BE 2013
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 3
41
Oefenmap • Geschikt voor verdere inoefening van de leerstof. • Het niveau van de oefeningen is hetzelfde als dat van de werkboeken en het scheurblok. • In de oefenmap vind je achteraan een aantal sjablonen om eigen oefenbladen te maken. De digitale versie van deze sjablonen vind je terug op de bijbehorende cd-rom.
1-2
© Uitgeverij Zwijsen.be 2009
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 2, blok 1, les 3
Verdiepingsmap • Bevat uitdagende opdrachten op drie niveaus voor snellere en betere rekenaars. Flexibel inzetbaar en perfect bruikbaar bij elke gangbare methode.
15
20
differentiatie op maat van elk kind!
DIFFERENTIATIE ZWAKKE REKENAARS • Verlengde instructie (o.a. door opnieuw te handelen op concreet en schematisch niveau) • Herhalingsoefeningen (oefenmap)
g
• Eén basisniveau • Leerinhouden beantwoorden aan de eindtermen en leerplannen (werkboek en scheurblok)
el bij e-
8 • Weiland en schapen 1
Blok 3
Verdeel het weiland in twee delen zo dat het stuk weiland voor elk schaap even groot is én dezelfde vorm heeft. Noteer ook telkens uit hoeveel hokjes elk deel bestaat. voorbeeld:
Uit zWISo-box, leerjaar 5
• Toepassingen op deelbaarheid door 4, door 25 en door 100 maken.
les 19 • loperkaart 1
les 19 • loperkaart 1
1
Weet jij nog wanneer een getal deelbaar is door …? Verbind telkens met de juiste zin!
deelbaar door 4
2
Het laatste cijfer is 0, 2 2, 4 4, 6 off 8 8.
deelbaar door 25
De laatste twee cijfers zijn 00, 25, 50 of 75.
deelbaar door 10
De laatste twee cijfers zijn 00.
deelbaar door 100
Het laatste cijfer is 0 of 5.
deelbaar door 5
De laatste twee cijfers vormen een getal dat deelbaar is door 4.
2
• De rest bepalen bij delingen door 4.
les 19 • ladderkaart 1
1
0
1
2
5
Bij elk getal ontbreekt het cijfer van de eenheden. Vul bij elk getal een ander cijfer in. Kies het cijfer zo dat bij deling door 4 de rest steeds 1 is.
93__
2
Maak telkens met alle cijfers een getal. Let op, de vijf getallen moeten allemaal verschillend zijn!
0
8 • Weiland en schapen • Toepassingen op deelbaarheid door 4, door 25 en door 100 maken.
Het laatste cijfer is 0.
deelbaar door 2
17
Elk deel heeft dezelfde vorm en is even groot. Hier zijn dat vier hokjes.
les 19 • ladderkaart 1
Blok 1
654__
85__
52__
Blok 3
Plaats de twee schapen zo dat elk schaap een even groot stuk land met dezelfde vorm krijgt. Er is al één schaap geplaatst. Duid met een pijl aan waar je het tweede schaap plaatst.
elk deel: _______ hokjes elk deel: _______ hokjes
Controleer ook of de vorm van de 2 delen dezelfde is!
Onderzoek of het bekomen getal deelbaar is door 2, 4, 5, 10, 25 en 100. Vul alle mogelijkheden in.
elk deel: _______ hokjes
Controleer of jouw oefening opgelost kan worden en kleur de 2 stukken land.
Als ik 2323 vermeerder met 7 dan is het bekomen getal deelbaar door ________________.
6
3
Als ik van 2450 de helft neem is het resultaat deelbaar door _______________.
Verdeel het weiland in drie delen zo dat het stuk weiland voor elk schaap even groot is én dezelfde vorm heeft.
Als ik 565 vermeerder met 3 is het bekomen getal deelbaar door __________________.
Deelbaar door 4.
Deelbaar door 100.
Het getal is _______________.
Het getal is _______________.
Deelbaar door 25.
Deelba aar door 5.
Het getal is _______________.
Het ge etal is _______________.
3
Kleur alle vakjes met getallen die deelbaar zijn door 4. Opgelet, deze getallen mogen niet deelbaar zijn door 10 of door 100! Welke figuur komt er tevoorschijn?
6
311 Deelbaar door 2.
38
Het getal is _______________.
7
1
914 Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 5, zWISo-box
Blok 4
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
0
94
41
64 1004
1000
60
225
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
41 491
116
44
380
5
800 57
21
128
113
688
elk deel: _______ hokjes
80
3-38
91
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
4
496
27
9 199
476
elk deel: _______ hokjes zWISo_VO_B4-3.indd 38
400
8
27/10/11 16:28
4
Maak zelf een opgave en plaats de drie schapen zo dat elk schaap een even groot stuk land met dezelfde vorm krijgt om te grazen. Duid met een pijl aan waar de schapen moeten staan.
360
175 172 214 325
elk deel: _______ hokjes
elk deel: _______ hokjes
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 4, blok 3, vanaf les 20
1001
212
880 49
zWISo-box: loperkaart • Tempodifferentiatie: geschikt voor snellere rekenaars • De oefeningen sluiten qua moeilijkheidsgraad aan bij de oefeningen van het werkboek. • Het doel van deze kaarten is het verder inoefenen van de leerstof uit de basislessen.
720 65
440 9
540 10 13
420
93
3
40
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 5, zWISo-box
Controleer of jouw oefening opgelost kan worden en kleur de 3 stukken land.
Blok 4
0
Uitdieping van de lesdoelen • Tempodifferentiatie • Niveaudifferentiatie (zWISo-box - verdiepingsmap)
Uit verdiepingsmap, leerjaar 4
Differentiatiemateriaal leerjaar 4 tot 6
ijn.
DIFFERENTIATIE SNELLERE EN BETERE REKENAARS OP 3 NIVEAUS
BASISNIVEAU
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
zWISo_VO_B4-3.indd 39
zWISo-box: ladderkaart • Niveaudifferentiatie: geschikt voor betere rekenaars • Creatieve oefeningen met een hogere moeilijkheidsgraad, die motiverend zijn voor sterke leerlingen.
Verdiepingsmap • Bevat uitdagende opdrachten en breinkrakers voor heel sterke rekenaars. Flexibel inzetbaar en perfect bruikbaar bij elke gangbare methode.
Dit blad hoort bij 'zWISo' leerjaar 4, blok 3, vanaf les 20
3-39
27/10/11 16:28
zWISo is er voor alle kinderen: evaluatie & Doordachte opbouw van evaluatie & remediëring zWISo werkt met een bijzonder evaluatiesysteem. Om goed te kunnen omgaan met verschillen tussen leerlingen en om zo vroeg mogelijk te kunnen ingrijpen bij rekenproblemen is er bij zWISo een methodegebonden en fijnmazig volgsysteem uitgewerkt.
STAP 1
STAP 2
Observatietoets per blok (Alleen 1)
Blok 5
Lessen
Registratie en foutenanalyse met behulp van de digitale toetsmeter
26 en 27 • Alleen 1
Gratis op www.zwiso.be (downloads - zWISo-meters)
Naam: Datum:
18
1
Nieuwsfeiten uit 2010! Noteer de getallen in cijfers.
Wist je dat … - ruim een kwart miljoen mensen de film Loft bekeken in de bioscoop? - er 6,3 miljoen inwoners waren in Vlaanderen? - er in Knokke een villa verkocht werd voor 3 750 000 euro? - er een half miljoen Chinezen werden geëvacueerd voor overstromingen op het Chinese eiland Hainan?
Rangschik van klein naar groot. <
2
<
<
Hoeveel kinderen? Reken uit en vul in.
Toetsen eenvoudig op te splitsen in domeintoetsen . (getallen, bewerkingen, 2 meten en meetkunde).
120 kinderen treden op tijdens het schoolfeest.
• 100 % van de kinderen sluit het optreden af met het zingen van het schoollied. Dat zijn _____ kinderen. 1 van de kinderen of ____ % brengt een toneelstukje. Dat zijn _____ kinderen. 5 . • 25 % van de kinderen of is verkleed in een dier. Dat zijn _____ kinderen. . . . • 40 % van de kinderen of danst. Dat zijn _____ kinderen. . 4 •
3
Waar of niet waar? Vul in. Er zijn
kralen.
• 20 % van de kralen is driehoekig. • Minder dan 50 % van de kralen is rond. • 60 % van de kralen is vierkant.
. 1,5 5-10
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
Uit kopieermap, leerjaar 5
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 5, blok 5, Alleen 1
atie & remediëring op maat van elk kind! Ik vind het werken met het evaluatiesysteem zeer zinvol, omdat er eerst een observatietoets plaatsvindt. Zo krijgen we een duidelijk beeld van de kinderen. Welke kinderen kunnen goed volgen en welke kinderen moet we nog extra remediëren? Juf Inge, 2de leerjaar De Dames, Antwerpen
STAP 3
STAP 4
Remediëring voor leerlingen die er nood aan hebben.
Eindtoets (Alleen 2)
(2 lessen, voorzien in de handleiding en het werkboek)
Blok 5
Les
30
Vul in. . .
Les
30
• Extra-toets
2
Extratoetsen beschikbaar voor het evalueren van je betere rekenaars vanaf leerjaar 4.
0,125 miljoen
een kwart miljoen
6 000 000
0,7 miljoen
%
2 = 5
%
75 % =
19
. .
.
Hoeveel kinderen? Reken uit en vul in.
1 9,5 miljoen
1 = 4
2
Naam: Datum:
driekwart miljoen
Naam: Datum:
1
Blok 5
• Alleen 2
250 kinderen nemen deel aan een grote talentenwedstrijd.
1 van 8 000 000 2
875 000 1 miljoen 2
3HD • 100 % van de kinderen krijgt na afloop een geschenkje. Dat zijn
250 000
• 50 % van de kinderen of
9 750 000
•
Zoek telkens twee getallen die samen 1 miljoen vormen. Zoek telkens twee getallen die samen 10 miljoen vormen. Je mag elk getal maar een keer gebruiken. Noteer de getallen zoals in de tabel.
1 van de kinderen of 10
• 20 % van de kinderen of
. is jonger dan 12 jaar. Dat zijn . % haalt een finaleplaats. Dat zijn . schreef een verhaal. Dat zijn .
kinderen. kinderen. kinderen. kinderen.
. 4
3
1 000 000
10 000 000
en
en
en
en
en
en
Waar of niet waar? Vul in.
. 3
2
Vorm getallen. Gebruik telkens de vier kaarten.
3 78 24 4 35 Het grootste even getal dat je kunt maken is
.
Het kleinste oneven getal dat je kunt maken is
3
.
• 25 % van de ballonnen is rond. • 50 % van de ballonnen is gestreept.
. 1
• Meer dan 25 % van de ballonnen is langwerpig. • Minder dan 75 % van de ballonnen is hartvormig.
De kaartenverkoop van ‘Circus Luna’ loopt al op volle toeren. 60 % van de kaarten of 1200 kaarten zijn al verkocht. Hoeveel toeschouwers kunnen er in totaal in de circustent?
. 2 5-20
0%
.
Antwoord:
2
Uit kopieermap, leerjaar 5
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 5, blok 5, Alleen 2
Uit kopieermap, leerjaar 5
100 %
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
© Uitgeverij Zwijsen.be 2011
Dit blad hoort bij ‘zWISo’ leerjaar 5, blok 5, Extra-toets
5-25
Materialen voor de Handleiding Gebruikswijzer Kopieermap Correctiesleutel Oefenmap zWISo-box Verdiepingsmap Materialenkist/set Leerkrachtassistent
leerjaar 1 1 1 1 1 1 1 1 1
leerjaar 2 1 1 1 1 1 1 1 1
leerjaar 3 1 1 1 1 1 1 1 1
leerjaar 4 1 1 1 1
leerjaar 5 1 1 1 1
leerjaar 6 1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
Voor de leerkracht Handleiding (leerjaar 1 tot 6)
• Praktische verzamelband met 7 handleidingen telkens in een apart boekje, een doelenkatern en een correctiesleutel van de toetsen
Gebruikswijzer (leerjaar 1 tot 6)
• Schetst een duidelijk beeld van de uitgangspunten, de leerlijn, de materialen, de modellen en de manier van observeren, remediëren en evalueren in zWISo.
20
Correctiesleutel (leerjaar 1 tot 6)
• Bevat alle oplossingen bij de werkboekjes en het scheurblok. • Inzetbaar voor zelfcorrectie.
Kopieermap (leerjaar 1 tot 6)
• Bevat schema’s, spelborden, pictogrammen, opdrachtbladen, toetsen…
Oefenmap (leerjaar 1 tot 3) oefenmap leerjaar 1
leerjaar
Francine Vervenne
Illustraties Hilde Groven, Gemma de Roos, Saskia Halfmouw, Ina Hallemans, Mark Janssen, Anjo Mutsaers, Hester van de Grift
Fotografie Bert de Jong, Kasper van ‘t Hoff
Uitgever Patrick Vandevelde
Inne Van Herbruggen
Projectredacteur Ann Weyn
WISo wijsen wiskunde onderwijs
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot de reproductie vindt u op www.reprobel.be.
o e f e n m a p
Projectleider
© 2012 Uitgeverij Zwijsen België N.V., Antwerpen Maakt deel uit van de WPG groep. Voor de ontwikkeling en realisatie van deze uitgave van ‘zWISo’ konden wij rekenen op de medewerking en deskundigheid van het project- en auteursteam van ‘Wizwijs’, realistische reken- en wiskundemethode voor het basisonderwijs van Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg. D/2012/1919/141
wijsen wiskunde onderwijs
wijsen wiskunde onderwijs
WISo
WISo Advies
1
Aan het verwerven, waar nodig, van toestemming tot overname is door de uitgever de uiterste zorg besteed. Zou desondanks blijken dat een rechthebbende over het hoofd is gezien, dan verzoeken wij deze contact op te nemen met Uitgeverij Zwijsen België N.V.
Ellie Kloots
Vormgeving Vrijdag Grafis bvba
ISBN 978-905535-6270 NUR 192
reken- en wiskundemethode voor het lager onderwijs
oefenmap
Productie
reken- en wiskundemethode voor het lager onderwijs
• Bevat werkbladen op het basisniveau (werkboek en scheurblok). • Geschikt voor verdere inoefening van de basisleerstof. • Met sjablonen voor opmaak van eigen oefenbladen (ook op cd-rom)
zWISo-box (leerjaar 4 tot 6)
• Bevat loperkaarten (tempodifferentiatie) en ladderkaarten (niveaudifferentiatie). • Inzetbaar tijdens de basislessen, oefenlessen en remediëringslessen of tijdens hoeken- of contractwerk. • Geen nieuwe leerstof, maar verdere uitdieping van de lesdoelen • Inclusief correctiesleutel en registratiesysteem
Verdiepingsmap (leerjaar 1 tot 6)
• Uitdagend oefenmateriaal voor snellere en betere rekenaars • Geen nieuwe leerstof, maar verdere uitdieping van de lesdoelen • Inclusief correctiesleutel
or de leerkracht Handelingsmateriaal voor de leerkracht Leerjaar 1 - Materialenkist 1
Roefie Rupskaarten • Getalbeeldkaarten 0 tot 20 • Getalkaarten 0 tot 20 • Getallenlijnkaarten 0 tot 20 • Touw en knijpers (voor getallenlijnkaarten) • Groene zakjes zonder T • Ballenbak met ballen • Spiegels • Dobbelstenen • Roefie Rupskop magnetisch • Bordschijven magnetisch (blauw en geel) • Rode en groene magnetische wimpel • Springwisse • Wissepop • Roefie Rupspop • Gestructureerde en minder gestructureerde getallenlijn tot 20 • Zakje met clips en haakjes
Leerjaar 2 - Materialenkist 2
Getallenkaarten 0 tot 20 • Getalbeeldkaarten 0 tot 20 • Groene zakken met T • Dobbelstenen • Rode bordschijven • Rode en groene magnetische wimpel • Springwisse • Wissepop • Gestructureerde en minder gestructureerde getallenlijn tot 100 • Zakje met clips en haakjes • Tafelkaarten • Flitskaarten (maal- en deeltafels) • 10-zakkaarten • 100-kistkaart
21
Leerjaar 3 - Materialenkist 3
Rode, groene, gele en blauwe magnetische bordschijven • Rode en groene magnetische wimpel • Getallenlijnkaarten (zuiver H en sprongen van 50) • Flitskaarten (maal- en deeltafels) • Gestructureerde en minder gestructureerde getallenlijn tot 1000 • Zakje met clips en haakjes • 10-zakkaarten • 100-kistkaarten • 1000-containerkaart • Picto’s ingeklede bewerkingen • Matzpop
Leerjaar 4 - Materialenset 4
Set meetkundige figuren • Picto’s ingeklede bewerkingen • Kommagetallenlijnen (2) • Matzpop
Leerjaar 5 en 6 - Materialenset 5 en 6 Set meetkundige figuren • Picto’s ingeklede bewerkingen • Kommagetallenlijnen (2)
Materialen voor de leerling Werkboek Scheurblok Getallendoos Schijfjes en rekensteeltjes Individuele kaarten Breukendoos zWISo-wijzer KomMatz-kaarten
leerjaar 1 7 1 1
leerjaar 2 7 1 1
leerjaar 3 7 1 1
leerjaar 4 7 1
leerjaar 5 7 1
leerjaar 6 7 1
1 1 1
1 per 2 lln 1 optioneel
optioneel 1
1 1
Voor de leerling 7 werkboeken (leerjaar 1 tot 6)
• 1 werkboek per blok. • Verwerking van de lesinhouden die aan bod kwamen tijdens de instructie.
Scheurblok (leerjaar 1 tot 6)
• Automatisering en inoefening bij de 7 blokken.
zWISo-wijzer (leerjaar 4 tot 6)
22
• Een opzoekboek om snel en efficiënt leerstof terug te vinden. • Inzetbaar tijdens alle lessen en thuis.
Handelingsmateriaal voor de leerling Leerjaar 1
• Getallendoos 1: voor het aanbrengen van het getalbegrip en optellen en aftrekken zonder en met brug. • Individuele kaartjes: voor het aanbrengen van het getalbegrip.
Leerjaar 2
• Getallendoos 2: voor het aanbrengen van het getalbegrip en optellen en aftrekken zonder en met brug.
Leerjaar 3
• Getallendoos 3: voor het aanbrengen van het getalbegrip, optellen en aftrekken zonder en met brug en cijferen.
Leerjaar 4
• Magnetische breukendoos: voor het leren werken met breuken, kommagetallen en procenten. Bevat 2 breukenborden, breukenstroken, een kommagetallenstrook en een procentstrook. • KomMatz-kaarten: voor het aanbrengen van het getalbegrip bij kommagetallen.
Leerjaar 5 en 6 • Magnetische breukendoos (optioneel)
Meer informatie Een ter inzagepakket bij jou op school? Dat kan! Gratis en volledig vrijblijvend! Het pakket bestaat uit een representatief deel van de leerkracht- en leerlingmaterialen. Vraag je ter inzagepakket nu aan via www.zwiso.be. Een toelichting bij jou op school. Onze regioverantwoordelijken komen zWISo graag bij jou op school voorstellen.
23 Katleen Ledent gsm 0478 609 759
Evelyn Vernimmen gsm 0473 360 221 Annouk Thijs gsm 0474 680 102
• Evelyn Vernimmen regioverantwoordelijke Oost- en West-Vlaanderen evelyn.vernimmen@uitgeverijzwijsen.be • Annouk Thijs regioverantwoordelijke Vlaams-Brabant (incl. Brussel), Limburg en alle immersiescholen annouk.thijs@uitgeverijzwijsen.be • Katleen Ledent regioverantwoordelijke Waasland, Antwerpen en Limburg katleen.ledent@uitgeverijzwijsen.be
www.zwiso.be Op www.zwiso.be vind je actuele informatie over de methode en allerlei downloads voor gebruikers. Uitgeverij Zwijsen BE Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 205 94 94 F 03 205 94 99 info@uitgeverijzwijsen.be
Met zWISo gaan leerresultaat en leerplezier hand in hand! Meer lesgeefplezier voor de leerkracht
Gemotiveerde leerlingen
Graag wiskunde doen!
Inzicht & betere leerresultaten
breng leren tot leven
www.uitgeverijzwijsen.be Uitgeverij Zwijsen BE | Nassaustraat 37-41 | 2000 Antwerpen | T 03 205 94 94 | F 03 205 94 99 | info@uitgeverijzwijsen.be | www.uitgeverijzwijsen.be