muze uz HET MEDISCH MAGAZINE VAN HET UZ BRUSSEL Driemaandelijks SEPTEMBER 2014 nr. 31
6 DRS. DEMAEREL EN VAN DIERDONCK: "Meer dan vroeger is het samen zoeken met de patiënt"
10 CONSTIPATIE BIJ KINDEREN, niet altijd eenvoudig te behandelen
16 VROEGTIJDIG ONTSLAG OP NEONATOLOGIE: een win-win voor ouder en kind
12 actueel
GENEZING VAN MUCOVISCIDOSE, dan toch geen science fiction?
Kantoor van Afgifte: Brussel X • Erkenningsnummer P2 06218
Kom terug naar d’unief een redelijk eigenzinnige alumnidag
zaterdag 20 september 2014, doorlopend vanaf 14u00 De campus herontdekken Bijpraten met medestudenten en proffen van toen Dineren in het studentenrestaurant Nog eens een college bijwonen
Inschrijven kan via: www.vub.ac.be/alumni/ktu
Iets meer dan 15 jaar geleden was iedereen het er over eens dat er teveel artsen waren in ons land. De onbeperkte instroom tot het beroep was o.a. een gevolg van de tactiek gevoerd door de overheid in de jaren ’70 van de vorige eeuw: de hierboven vermel-
voorwoord
de uitspraak van de toenmalige premier Leburton was kenschetsend. Aan Vlaamse kant werd via een toelatingsexamen gekozen voor een instroombeperking. De Franstaligen kozen voor een tussentijdse selectie (nou ja ...), en door een beperkte toegang tot het beroep op het einde van de rit (niet elke afgestudeerde
“On les aura par leur nombre”
zou een RIZIV-nummer krijgen). Zoals verwacht, heeft dit gezorgd voor een relatief overaanbod aan Franstalige artsen, terwijl de striktere opvolging aan Vlaamse kant nu zorgt voor een tekort in bepaalde specialismen. Wat opvalt, is de geïmproviseerde manier waarmee dit werd beslist. Zo weet men tot op vandaag niet hoeveel artsen actief zijn in ons land! Een kadaster van actieve artsen werd aangekondigd in 2009, maar zou pas eind dit jaar ter beschikking komen. Bij het vastleggen van het aantal toegelaten studenten, werd o.a. weinig rekening gehouden met het feit dat tot 30% van de startende huisartsen afhaakt binnen de 5 jaar, een deel van de afstuderende artsen deeltijds zal werken en er nauwelijks een beeld is van de uitstroom van oudere artsen. Bovendien verandert de regelgeving m.b.t. een aantal specialismen/diensten (bijv. pediatrie) sneller dan de traagheid (jarenlange opleiding tot arts/ specialist) van het systeem toelaat te reageren. Als voorbeeld
Brussel en de Rand zullen door ‘gemengdtalige’ of Franstalige (tand)artsen overspoeld worden hoe het misschien beter kan, verwijs ik naar Nederland, waar men tot op de kop weet welke arts in welk specialisme actief is, hoeveel er op de markt zullen komen, hoeveel vacatures er zijn, hoeveel er wanneer met pensioen zullen gaan*. Een recente VUB-studie wijst bovendien op een aantal belangrijke effecten die de slaagkans voor de toelatingsproef significant beïnvloeden en die zelfs discriminerend zijn: Nederlandstalige jongeren met hoogopgeleide ouders maken gewoon méér kans.
Prof. dr. Marc Noppen
Voor onze Faculteit, die toch voor een groot deel uit Brussel zou
Gedelegeerd bestuurder
moeten rekruteren, betekent dit een extra handicap. Vele Brusselse jongeren uit het Brussels Nederlandstalig onderwijs zijn de facto meertalig, wat betekent dat zij sneller kiezen voor de vrije toegang tot de Franstalige studies geneeskunde. Indien er niets wijzigt, zullen Brussel en de Rand vooral door ‘gemengdtalige’ of Franstalige (tand)artsen overspoeld worden.
Reageren ?
Werk op de plank dus voor de Planningscommissie, en voor onze
Mail naar marc.noppen@uzbrussel.be. Inhoudelijke reacties worden gepubliceerd in mUZe, uiteraard indien akkoord van de auteur ervan.
mesures” zou vandaag de nieuwe regel moeten zijn. Ook en
nieuwgekozen politici! “D’abord des nombres exacts, puis des vooral aan Franstalige kant. Makkelijk, zo hoef ik niet te vertalen ... *zie Medisch Contact, 31 juli 2014, pp 1502-3
12 ACTUEEL
GENEZING VAN MUCOVISCIDOSE: DAN TOCH GEEN SCIENCE FICTION?
6 muze sprak met ...
DR. HANNAH DEMAEREL EN DR. SYLKE VAN DIERDONCK
HUISARTSEN IN LAKEN
van naderbij bekeken
OOK HUISARTSEN VALLEN TEN PROOI AAN BURN OUT
4
18
In dit nummer 10
VOORWOORD “On les aura par leur nombre”
3
CONSTIPATIE BIJ KINDEREN, NIET ALTIJD EENVOUDIG TE BEHANDELEN
MUZE SPRAK MET… Dr. Hannah Demaerel en dr. Sylke Van Dierdonck, huisartsen in Laken: “Meer dan vroeger is het zoeken samen met de patiënt.”
6
16
ZIEKTEBEELD Constipatie bij kinderen, niet altijd eenvoudig te behandelen
10
VROEGTIJDIG ONTSLAG OP NEONATOLOGIE: EEN WIN WIN VOOR OUDERS EN KIND
ACTueel • Genezing van mucoviscidose, dan toch geen science fiction?
12
ETHISCHE REFLECTIE JCWhy?
15
23
Van naderbij bekeken • Vroegtijdig ontslag op neonatologie: een win-win voor ouders en kind • Ook huisartsen vallen ten prooi aan burn-out
16 18
COLUMN Melancholia
22
DIENST IN DE KIJKER Oftalmologie
23
Academisch en ander nieuws
24
COLOFON
28
ziektebeeld
actueel
dienst in de kijker
OFTALMOLOGIE
5
muze SPRAK MET ...
vlnr: dr. Demaerel en dr. Van Dierdonck
DRS. SYLKE VAN DIERDONCK EN HANNAH DEMAEREL van duopraktijk De Tandem in Laken 6
“MEER DAN VROEGER IS HET ZOEKEN SAMEN MET DE PATIËNT”
Ze hebben geen tandem, maar zijn er wel een. Sylke Van Dierdonck en Hannah Demaerel zullen in oktober precies één jaar samen duopraktijk ‘De Tandem’ in de statige Prudent Bolslaan in Laken afvlaggen. Een boeiend gesprek over als huisarts starten en vandaag huisarts zijn. Le nouveau huisarts est arrivé!
hun zwangerschap waardoor de combinatie wat gemakkelijker was. Financieel kwam er steun van Impulseo omdat ze zich hebben gevestigd in een zone waar extra huisartsen nodig zijn. Hannah: “Het is leuk om je eerste patiënt binnen te krijgen. Je voelt hier goed aan de reacties van de inwoners dat er nood is aan Nederlandstalige huisartsen, vooral vanwege jonge Vlaamse gezinnen die anders naar Brussel stad zouden moeten gaan of naar de Vlaamse rand. De mond-aanmondreclame moet zijn tijd krijgen”. Ze zijn ook te vinden op
“De administratie bij het opstarten van een praktijk, is niet te
het internet, en merken dat patiënten ook via dat kanaal bij
onderschatten”, stellen beide huisartsen vast. Ze zijn beiden
hen terechtkomen. www.praktijkdetandem.be laat toe om
afgestudeerd aan de KULeuven en hebben in de huisartsar-
een afspraak te maken via de site – het wordt zelfs aanbevo-
me omgeving in Laken een eigen duopraktijk opgestart. “Je
len. “Dat vinden we handig omdat we anders altijd onze twee
bent dan ineens zelfstandige en tijdens de opleiding word je
agenda’s naast elkaar moeten leggen en de digitale agenda
niet echt voorbereid op de managementaspecten van de op-
geeft een totaalbeeld van onze beschikbaarheden”. Een af-
start van een praktijk, je moet zelfs de basics nog leren”, stelt
spraak boeken kan voor bestaande patiënten met login en
Sylke vast, “daardoor is ook dit op alle vlakken een enorm
paswoord, maar ook via Facebook, elektronische identiteits-
leerproces. Zo’n eerste jaar is echt wel zoeken hoe je best te
kaart en zelfs met behulp van een QR-code kan de app om
organiseren, er komen zoveel financiële en administratieve
een afspraak te maken, worden geopend. Zou dat een indi-
taken bij”. Ook het opbouwen van een patiëntenbestand
catie zijn dat beide 28 jaar jonge huisartsen met de digitale
neemt tijd en dat viel gelukkig voor beiden samen met elk
tijd mee zijn?
7
muze SPRAK MET ...
De digitale tijd. De veranderende patiënt. Is er ook sprake
nissen, rookstop, … dus daar wordt meer aandacht aan be-
van een nieuwe huisarts? Sylke: “De focus van de huisarts
steed.” Hannah: “Je hebt een zorgverlenerspositie en dat is
ligt nu meer dan vroeger op een evenwicht tussen werk en
altijd een beetje assymmetrisch, de andere is afhankelijk en
privé, dat is ook één van de redenen waarom we met een
dat is in een ziekenhuis ongetwijfeld nog sterker. Als een pa-
groepspraktijk zijn begonnen.” Wat nog? Hannah: “De auto-
tiënt om een attest komt, is hij meer een klant, maar wie ziek
riteit van (huis)artsen wordt vandaag meer in vraag gesteld
is, zit in een zwakkere positie en is kwetsbaarder. Je moet op
dan vroeger, door mondige en vaak kritische patiënten.
dat moment als arts een rots in de branding zijn, een hou-
Ik merk bij mijzelf dat die mondige patiënten, die ook veel
vast.” Ook daarin zit een evolutie. Hannah: “Als huisarts is het
meer zelf opzoeken op het internet, mij scherp houden. Ik
'er zijn' in het ganse zorgproces belangrijker geworden, je
ben ook wat voorzichtiger in het geven van informatie om-
begeleidt de patiënt, je bewaart het overzicht, je gidst. Dat is
dat een stellige bewering van de arts vandaag gemakkelijker
zeker voor een grootstad als Brussel belangrijk. Het netwerk
te verifiëren en te weerleggen is. Meer dan vroeger is het
hier is tweetalig en zeer dynamisch met een enorme turnover van assistenten, specialisten en diensten, en dat is soms
“De arts moet zich vandaag meer verantwoorden.”
een ongelofelijke soep. Het is echt niet evident om je door al die hindernissen te worstelen voordat je de patiënt echt kan helpen. De huisarts is vandaag niet meer degene die alles weet, wél degene die de methodes kent om te trachten hoe het te weten te komen.” Is de huisarts dan meer een soort thermometer geworden die het probleem identificeert en dan doorstuurt? Sylke: “Ja, een soort poortwachter, ook
zoeken samen met de patiënt. Ook al heb je een duidelijke
omdat er meer technische onderzoeken mogelijk zijn dan
diagnose en behandeling, het is niet evident dat de patiënt
vroeger, waarvan er veel zijn die we als huisarts niet kunnen
die zomaar aanneemt; je moet overtuigen en argumenteren.
uitvoeren”. Hannah: “We zijn minder dan vroeger gefocust
De arts moet zich vandaag meer verantwoorden. Je voelt je
op het vinden van dé diagnose. Echt een diagnose kunnen
veel meer in vraag gesteld en dat is niet altijd gemakkelijk
stellen, geeft natuurlijk voldoening, maar steeds vaker gaat
en soms is het confronterend. Maar het komt ten goede aan
het meer over ‘wat moet hier gebeuren?’ en ‘hoe kan ik die
de patiëntenzorg omdat je een stuk bescheidener bent en
patiënt het best helpen?’. Niet altijd natuurlijk, omdat je als
fouten sneller kan toegeven. Er werd ons tijdens onze oplei-
huisarts de rol blijft spelen om alles breed open te trekken
ding echt wel kritische zin bijgebracht tegenover onszelf en
doordat je een totaalvisie hebt van de patiënt. Het is dus niet
tegenover huisartsgeneeskunde.” “De patiënt slikt niet meer
louter doorverwijzen, je moet meedenken en daarin creatief
zomaar wat”, zegt Sylke. Sociologen zullen in die beschrijving
zijn. Soms ben je dan de second opinion nadat een patiënt
van de patiënt-artsrelatie misschien egalitarianism zien, het
naar het ziekenhuis is geweest.” Hannah: “Onze generatie is
tegenovergestelde van ongelijkheid. Meer dan vroeger heb-
ook echt anders dan de vorige en dat uit zich bij zowel de
ben mensen geen automatisch respect meer voor rollen of
artsen als de patiënten.”
functies. Ook de arts moet dat respect verdienen, elke dag. Meer egalitarianism is vandaag een trend.
De huisarts als second opinion
Maar ze staan er positief tegenover, want op de vraag of ze zich binnen 30 jaar nog als huisarts zien, antwoorden ze beiden volmondig ja, bijna samen, als een echte tandem.
Sylke: “Meer dan vroeger tracht je bewust te achterhalen wat de patiënt juist verwacht en dat is niet altijd wat hij zelf als eerste reden aangeeft. Soms zit achter een biomedisch probleem een sociale vraag of een psychologische bekommernis. Meer dan vroeger gebruik je als huisarts cognitieve gedragstherapeutische hulpmiddelen en je verwijst door waar mogelijk natuurlijk. In het HAIO-jaar heb je speciale opleidingen over burn-out, depressie, persoonlijkheidsstoor-
8
EDGARD EECKMAN
« Uw budget en planning perfect onder controle » Specialist in modulaire constructie
Eagle Construct n.v. Industrieweg Noord 1130, B-3660 Opglabbeek - Belgique T : +32 (0)89 81 02 02 F : +32(0)89 81 02 09 e-mail : info@polycab.be www.eagleconstruct.be
www.polycab.be
ONTWIKKELING Het bouwsysteem met een staal- en betonskelet van POLYCAB is een interessant alternatief voor traditionele bouwmethodes en heeft een korte bouwtermijn. Staal- en betonskeletbouw is ook veel goedkoper en gemakkelijker te combineren met de recentste energiezuinige innovaties. Dankzij het gepatenteerde POLYCAB systeem kunnen architecten en ingenieurs nieuwe projecten flexibeler uitvoeren.
muze Ziektebeeld
CONSTIPATIE BIJ KINDEREN,
niet altijd eenvoudig te behandelen Constipatie bij kinderen is een vaak voorkomend probleem en vertegenwoordigt 3 tot 10 % van de consultaties bij een algemeen kinderarts en 25 % bij een kindergastro-enteroloog. Vanaf 3 jaar ligt het normale defecatiepatroon tussen de 3 stoelgangen per dag en 3 per week. Het moeilijkste, voor zowel ouders als artsen, is het juist omschrijven en definiëren van constipatie.
De klachten zijn zo veelzijdig, soms met een normale frequentie maar abnormale (te harde) consistentie; of zelfs normale frequentie en consistentie, dat het soms moeilijk is om de ouders te overtuigen van de diagnose. Naast de klassieke harde stoelgang, pijnlijke defecatie en verminderde frequentie kunnen kinderen klachten hebben als vermoeidheid, braken, slecht verteren, slecht slapen, gedragsproblemen, verminderde eetlust, vertraagde gewichtsevolutie, enuresis diurna en/of nocturna. Heel recent hebben de Europese en Noord-Amerikaanse verenigingen voor kindergastro-enterologie
een
richt-
lijn opgesteld voor constipatie. Men spreekt van constipatie wanneer tenminste twee van de volgende symptomen aanwezig zijn: defecatiefrequentie ≤ 2 per week; ophouden van ontlasting; pijnlijke of harde defecatie; grote hoeveelheid in luier of toilet; grote fecale massa palpabel in abdomen of rectum; fecale incontinentie ≥ 1 episode per week (indien zindelijk). Er is sprake van functionele constipatie wanneer er geen aanwijzingen zijn voor een onderliggende somatische oorzaak. Het algemeen geloof dat constipatie zelflimiterend is, wordt tegengesproken
10
door alle lange-termijn opvolgstudies.
De klachten en het aanslepend karakter
vaak overbodig. Bijkomende onderzoe-
een regelmatig toiletbezoek en ophoud-
verstoren regelmatig de levenskwaliteit.
ken zijn meestal niet nodig in een eerste
gedrag moet worden afgeleerd. Meer
Bovendien komt onvrijwillig stoelgang-
stap. Ze moeten wel worden gepland, in
vezels dan de dagelijks aangewezen
verlies voor bij meer dan de helft van de
samenspraak met een kindergastro-ente-
hoeveelheid geneest geen constipatie.
constipanten, wat leidt tot gedragspro-
roloog, indien er het minste vermoeden
Aangezien 99 % van alle kinderen on-
blemen. Deze kinderen worden regel-
van een onderliggende pathologie is en
voldoende vezels innemen moet je dus
matig gepest door leeftijdsgenoten en
zeker wanneer een klassieke behandeling
wel nadruk leggen bij de behandeling
geconfronteerd met ouders die onte-
werd opgestart en het kind niet gunstig
op meer vezels om te voldoen aan de
recht kwaad of gefrustreerd zijn.
evolueert na 1 tot 2 maanden. Een bloed-
aangewezen
afname bevat best een ionogram, schild-
Pro- en prebiotica lijken weliswaar veel-
De pathofysiologie is multifactorieel en
kliertesten en een coeliakieserologie.
belovend maar er zijn nog onvoldoende
nog niet volledig opgehelderd. Bij min-
Een RX of een echo abdomen zijn enkel
wetenschappelijke bewijzen om ze als
der dan 10 % is er een objectiveerbare
nodig om fecalomen aan te tonen bij
behandeling aan te raden. Psychologi-
onderliggende oorzaak. Het is belang-
een niet te palperen abdomen, zoals
sche ondersteuning is enkel nuttig als er
rijk als arts om op basis van een aantal
bij obesitas. Een colon transittijd met
onderliggende gedragsproblemen zijn.
De pathofysiologie van constipatie is multifactorieel en nog niet volledig opgehelderd
dagelijkse
hoeveelheid.
Alternatieve geneeskunde is nutteloos. Polyethyleen glycol (PEG) zoals macrogol met of zonder elektrolyten aan een dosis van 0,4 g/kg/d is een goede behandeling voor vrijwel alle kinderen. Lactulose kan gebruikt worden bij jonge zuigelingen. Wanneer desimpactie nodig is, blijken
risicofactoren deze patiënten te identi-
radio-opake markers is enkel nuttig om
retrograde enemas met fysiologisch se-
ficeren. Bij de meeste gaat het echter
het onderscheid te maken tussen stoel-
rum onder de 2 jaar of een fleet boven
om een functionele constipatie.
gangverlies op constipatie en een zeld-
de 2 jaar en oraal PEG aan 1,5 g/kg/dag
zamere vorm zonder stoelgangverlies
gedurende 3 tot 6 dagen even efficiënt.
In de anamnese kijken we naar het stoel-
zonder constipatie.
gangpatroon: frequentie, consistentie
Een normale anorectale manometrie
Het algemeen geloof dat constipatie
en volume van de stoelgang. We vragen
sluit een ziekte van Hirschsprung uit in-
zelflimiterend is, wordt tegengesproken
naar pijn bij defecatie, onvrijwillig stoel-
dien er een goede inhibitie reflex aan-
door alle lange-termijn opvolgstudies.
gangverlies, bloed op de stoelgang of toi-
wezig is. Het geeft ook informatie over
Slechts 60 % van de kinderen met con-
letpapier, buikpijn, ophoudgedrag en uri-
de gevoeligheid voor stoelgang en de
stipatie is klachtenvrij na 6 tot 12 maan-
naire klachten. Ook familiale wijzigingen
defecatiedrang. Wanneer een manome-
den, al dan niet onder laxativa. Na 16 jaar
en gedragsproblemen zijn belangrijk.
trie niet kan worden uitgevoerd (omdat
follow-up is 80 % volledig klachtenvrij.
Bij fysiek onderzoek palperen we grondig
het kind onvoldoende meewerkt) of in-
Omdat constipatie niet eenvoudig is om
het abdomen op zoek naar fecalomen.
dien deze geen uitsluitsel geeft, kan een
te diagnosticeren, te behandelen en op
Een perianale inspectie geeft informatie
rectum biopt worden genomen om gan-
te volgen, heeft de dienst kindergastro-
over de positie van de anus, aangekoek-
glioncellen aan te tonen en een ziekte
enterologie van het UZ Brussel beslist
te stoelgang, stuitdermatitis, fissuren,
van Hirschsprung uit te sluiten. Soms is
om een multidisciplinaire constipatiekli-
hemorroïden, en soms laesies die een
een simpel biopt onvoldoende en moet
niek op te starten.
seksueel misbruik doen vermoeden. Een
een rectum zuigbiopt worden genomen.
asymmetrie van de billen, een dimple, of
Donderdagnamiddag: consultatie
een abnormaal neurologisch onderzoek
Lange behandeling
van de onderste ledematen moeten wor-
De behandeling is niet altijd eenvoudig
den uitgesloten. Een palpatio per anum
en kan soms heel lang duren. Er moet
DR. THIERRY DEVREKER
is psychologisch lastig voor het kind en
in elk geval aangedrongen worden op
KINDERGASTRO ENTEROLOGIE
constipatie TEL 02 477 60 61
11
muze actueel
GENEZING VAN MUCOVISCIDOSE, dan toch geen science fiction? Ruim 20 jaar na de ontdekking van het defecte gen dat verantwoordelijk is voor mucoviscidose of CF en dat gelegen is op chromosoom 7, is er nog altijd geen gentherapie voorhanden die deze levensbedreigende ziekte kan genezen. Dankzij het onderzoek naar de intracellulaire stoornis die door dit gendefect wordt veroorzaakt, wordt de hoop op een corrigerende behandeling wel reĂŤel. Dit type behandeling (CFTRmodulerende therapie) zal minstens in staat zijn om deze ernstige erfelijke ziekte te stabiliseren en mogelijk te genezen.
H
et in 1989 geïdentificeerd CF-gen dat codeert voor
Corrigerende therapie
het proteïne CFTR (Cystic Fibrosis Transmembrane
Het definitief genezen van de ziekte blijft de ultieme uitda-
conductance Regulator) regelt het transport van
ging in de strijd tegen mucoviscidose. Er zijn 2 manieren om
water en zout doorheen de celwand. Mutaties van dit gen
dit aan te pakken, die allebei de laatste jaren een enorme
veroorzaken een verstoorde aanmaak of werking van het
wetenschappelijke vooruitgang hebben geboekt. Genthe-
CFTR-proteïne waardoor de oppervlakkige slijmlaag in onder
rapie beoogt om via verneveling (aerosol) een kopie van
andere de pancreas en de luchtwegen onvoldoende gehy-
het juiste gen in de kern van de luchtwegcellen te brengen,
drateerd zijn, met als gevolg de vorming van taaie secreties
waardoor er een normaal actief CFTR-eiwit kan aangemaakt
en orgaandysfunctie. Dit geeft aanleiding tot chronische sur-
worden met een normaal transepitheliaal ionentransport tot
infectie van de luchtwegen, exocriene pancreasinsufficiëntie
gevolg. Een andere strategie om actief CFTR op de celwand
en vele andere complicaties, die eigen zijn aan deze multi-
te brengen heet CFTR-modulerende therapie en maakt ge-
orgaanaandoening. In 1989 dacht men na de ontdekking van
bruik van kleine moleculen (correctors en/of potentiators)
het verantwoordelijke gen binnen de 5 tot 10 jaar een ge-
die het intracellulaire defecte CTRF-eiwit opnieuw functio-
nezende behandeling te vinden via gentherapie: een ietwat
neel maken. Bepaalde correctoren en/of potentiatoren zijn
voorbarige voorspelling blijkt nu, want deze weliswaar mo-
al succesvol in vitro en in vivo uitgetest. Er lopen studies in
nogenetische aandoening is veel moeilijker te behandelen
fase I, II en III met diverse gencorrigerende moleculen, zowel
dan eerst werd aangenomen. Ondertussen werden onge-
bij CF-patiënten met vaak voorkomende als met zeldzaam
veer 2000 verschillende mutaties ontdekt op het CFTR-gen.
voorkomende mutaties. Ook in het Mucoviscidose Centrum van het UZ Brussel (MucoJette) wordt actief deelgenomen
Dankzij een betere kennis van de ziekte en het ontwikke-
aan internationale fase II en III-studies met kandidaat correc-
len van een betere ondersteunende therapie voor longen,
tors en potentiators, zowel bij kinderen als bij volwassenen.
spijsvertering, de gepaarde infecties, en een adequate aan-
Deze zomer werd ivacaftor (Kalideyco®), een potentiator
dacht voor de nutritionele toestand is mucoviscidose al lang
van het CFTR, door het Europees Geneesmiddelenbureau
geen kinderziekte meer. De gemiddelde levensverwachting
(EMA) goedgekeurd voor de 'genezende' behandeling van
ligt vandaag rond de 40 jaar, waardoor het aantal volwas-
de ‘G551D’ en verwante mutaties. Deze mutatie wordt ge-
sen patiënten met CF groter wordt dan het aantal kinderen
zien in 4-5% van de personen met CF, dus jammer genoeg de
onder de18 jaar. Momenteel blijven veel patiënten stabiel
minderheid. Toch is dit eerste succes een mijlpaal.
door aangepaste en dagelijkse therapie, waardoor het aanminderheid behoort. Dit neemt niet weg dat de dagelijkse
15 jaar ‘MucoJette’, een tweede reden tot feesten
behandeling voor deze patiënten arbeidsintensief is, met
In België zijn 7 mucoviscidosecentra erkend, waar mucopati-
nood aan hospitalisaties om infecties te behandelen, wat de
enten multidisciplinair behandeld en opgevolgd worden. Het
levenskwaliteit van personen met CF nog erg beïnvloedt.
centrum van het UZ Brussel is de afgelopen 15 jaar enorm
tal patiënten dat een longtransplantatie nodig heeft, tot de
geëvolueerd. Sinds de beginperiode van het mucocentrum zijn vernieuwende technieken voor drainage van slijmen met de kinesitherapie en de expertise in het uitvoeren van de zweettest, de gouden standaard voor de diagnose, onze
Symposium ‘15 jaar Muco Jette’
speerpunten. Het labo microbiologie van het UZ Brussel is het referentielabo in België voor één van de meest agressieve CF-pathoge-
27 september 2014
nen, namelijk het Burkholderia cepacia complex. De nasaalpo-
De voormiddag bestaat uit plenaire sessies, de namiddag uit workshops. Meer informatie op www.uzbrussel.be/15jaarmucojette.
twijfelachtige zweettest de diagnose kan stellen of verwer-
tentiaalmeting is een experimentele test die in geval van een pen. Het UZ Brussel heeft hiervoor een Europees certificaat van bekwaamheid verkregen. Daarnaast wordt ook zeer actief meegewerkt aan klinische studies en aan basisonderzoek.
13
muze actueel
mucoviscidose is al lang geen kinderziekte meer
We staan voor een nieuwe hoopvolle mijlpaal. Onderzoekers beseffen dat mucopatiënten nog altijd een levenslange behandeling nodig hebben, hetzij een genezende, hetzij een verzorgende, hetzij beiden samen. Indien het onderzoek in de komende jaren verder aan onze verwachtingen voldoet,
In samenwerking met de VUB wordt onderzoek verricht naar
dan zullen de meeste personen met mucoviscidose met hun
de ontwikkeling van de biofilm rond het muco-sputum, een
behandeling een ‘normaal’ leven kunnen leiden met een nor-
film die wordt gevormd door Pseudomonas bacteriën.
male levensverwachting, zoals dit nu ook het geval is voor de
Naast de deelname aan wetenschappelijk onderzoek werd
meeste personen met astma, een ziekte die enkele decennia
de afgelopen jaren geïnvesteerd in de opbouw van een
geleden ook als levensbedreigend werd bestempeld.
volwassen CF-centrum. We kunnen hier spreken van een geslaagde transitie. Volwassen CF-patiënten worden sinds enkele jaren gevolgd door pneumologen met een bijzondere bekwaamheid in mucoviscidose. Zowel de hospitalisaties als de ambulante zorg gebeurt in het volwassen ziekenhuis van het UZ Brussel, zodat deze patiënten zich niet meer moeten aanmelden op de pediatrie.
Welke zorg krijgt Michelle als ze even oud is als Jozefien? UZ Brussel analyseert 2013 De hindernissen, uitdagingen, vooruitzichten, trends Ontdek het volledige verhaal op http://jaarverslag2013.uzbrussel.be
UZ Brussel, Brussels Health Campus, Laarbeeklaan 101, 1090 Jette www.uzbrussel.be
PROF. ANNE MALFROOT, DR. ELKE DE WACHTER ¢KINDERPNEUMOLOGIE¤ EN SHARI JANSEGERS ¢PSYCHOLOGE¤
muze Ethische reflectie
Patrick Lacor is internist en voorzitter van de reflectiegroep voor biomedische ethiek van het UZ Brussel
JCwhy ? M
et man en macht is het
Wij kunnen en moeten echter ook naar
neer men, gedwongen door de omstan-
UZ Brussel de uitdaging
de ‘output’ kijken (en voor een bedrijf
digheden, de gebruikelijke standaard
aangegaan om binnen af-
is dat niet ongewoon). Voor een zieken-
van het geleverde werk overboord zet,
zienbare tijd beoordeeld te worden
huis omvat die ‘output’ onder andere
dan dreigt het gevaar dat men zich aan
door de Joint Commission Internati-
de gezondheidstoestand van de patiën-
de veranderde normen aanpast en de
onal - kort JCI – met het oog op een
ten, en de wijze waarop de zorgverle-
uitlokkende omstandigheden aanvaardt
internationale accreditatie onder de
ners daarmee omgaan. Een elementai-
en omzeilt.
vorm van een “Gold Seal of Appro-
re vraag is of de kwaliteit van deze twee
val®”. Deze erkenning wordt ver-
‘producten’ al dan niet lijdt onder de nu
Er dient dus ook naar accreditatie geke-
leend als na een grondige doorlich-
alom aanwezige besparingsdrang.
ken te worden in het licht van een be-
ting gebleken is dat het ziekenhuis
spiegeling als deze. Een objectieve eva-
de hoogste standaarden voor kwali-
In zijn boek ‘Het ziekenhuis’ (daterend
luatie van het eigen werk door een
teit en veiligheid hanteert. Voor het
van 1964) beschrijft Jan de Hartog de
neutrale observator is de beste manier
ziekenhuis is dit een belangrijke stap
harde werkomstandigheden van artsen
om de kwaliteit van dit werk te beoorde-
in het immer dynamische proces van status- en reputatieverwerving. Men kan er niet onderuit dat de gezondheidszorg deel uitmaakt van een
Het gevaar dreigt dat men zich aan de veranderde normen aanpast
competitieve markt, waarin ‘overleven’ ironisch genoeg een prioritair doel is. Ziekenhuizen ruilden hun imago van
en verpleegkundigen (onder wie hijzelf
len omdat men zich vrijgemaakt weet
'zorgtempel' in voor dat van 'zorgbe-
als vrijwilliger) in een overdruk Ameri-
van de vergoelijkende gedachte dat
drijf', waar elke verrichting niet alleen
kaans ziekenhuis dat voortdurend af te
‘men roeit met de riemen die men
medisch-wetenschappelijk maar ook
rekenen heeft met de besnoeiingsmaat-
heeft’. Zo kan de erkenning door JCI uit-
financieel-economisch getoetst wordt.
regelen van de overheid. Ergens in het
eindelijk de patiënt rechtstreeks ten
In die context wordt een bijzondere
verhaal wordt de term ‘rampsyndroom’
goede komen. En dat is ongetwijfeld
erkenning inderdaad een dankbaar
opgevoerd ter benoeming van de situ-
een waardevolle drijfveer.
instrument bij de rekrutering van pa-
atie die ontstaat wanneer een normale
tiënten (soms ook klanten genoemd).
reactie van protest en verontwaardi-
Men zou dit enigszins zakelijk de
ging over ontoelaatbare toestanden
broodnodige ‘input’ van het ziekenhuis
omgebogen wordt naar permanente
kunnen noemen.
aanvaarding. Of anders gezegd: wan-
PROF. DR. PATRICK LACOR
15
muze van naderbij bekeken
VROEGTIJDIG ONTSLAG OP NEONATOLOGIE: EEN WIN WIN VOOR OUDER EN KIND Thuis is nog altijd de meest geschikte plaats voor een kind om zich te ontwikkelen. Daarom loopt op de dienst neonatologie van het UZ Brussel sinds 2000 een project ‘vroegtijdig ontslag’. Vroegtijdig ontslag draagt bij tot een optimalere borstvoeding, een snellere ouder-kind binding en minder stress bij de ouders.
V
roegtijdig ontslag op neona-
Uit de resultaten blijkt dat het vroeg-
drinken. Ook de ouders moeten aan een
tologie betekent dat ouders
tijdig ontslag bijdraagt tot het opti-
aantal criteria voldoen. Zo moeten de
hun kind(eren), die enkel nog
maliseren van borstvoeding. Bij het
ouders in het arrondissement Brussel-
sondevoeding nodig hebben, vroeger
afsluiten van het vroegtijdig ontslag
Halle-Vilvoorde wonen, moeten ze
(t.o.v. een klassieke ontslagprocedure)
gaven 63% van de moeders volledige
beschikken over een auto en een (mo-
naar huis kunnen meenemen. Sinds de
borstvoeding. Ruim 11% combineerde
biele) telefoon, moet er een stabiele
start in 2000 tot eind juli 2014 stapten
borstvoeding met flesvoeding (met
thuissituatie zijn en moeten de ouders
163 ouders in dit project. Deze ouders
soms afgekolfde moedermelk). 5% van
bereid zijn om te leren met sondevoe-
vertegenwoordigen 191 kinderen (130
de moeders gaven alleen hun afgekolf-
ding omgaan.
eenlingen, 28 tweelingen en 5 baby’s
de moedermelk via flesvoeding. Vooral
Als ouders en hun kind(jes) voldoen aan
waarvan het broertje of zusje van bij
moeders van tweelingen combineer-
de criteria, vraagt de verpleegkundige
de geboorte bij de moeder kon zijn).
den borstvoeding en flesvoeding met
de toestemming van de neonatologen.
De gemiddelde verbeterde leeftijd op
afgekolfde moedermelk. Bij ongeveer
Nadien krijgen de ouders uitleg over
het moment van het vroegtijdig ont-
20% van de 191 kinderen kozen ouders
het vroegtijdig ontslag. De ouders krij-
slag bedroeg 36 weken en 5 dagen
om enkel flesvoeding te geven.
gen bedenktijd. Er moet ook rekening
(jongste: 34 weken en 1 dag, oudste:
gehouden worden met andere facto-
gewicht op het moment van het vroeg-
Niet voor elke baby, niet voor alle ouders
tijdig ontslag bedroeg 2280 gram (min.
De baby moet aan een aantal criteria
nakijken van onderzoeken (oogfundus,
1710 gram en max. 4642 gram). De
voldoen om in vroegtijdig ontslag te
BERA-onderzoek,…), of de thuisomge-
gemiddelde duur van het vroegtijdig
gaan. Het kind moet minstens 34 we-
ving zelf in orde is…
ontslag is 13 dagen (min. 3 dagen, max.
ken oud zijn, fysiologisch matuur zijn
Als de ouders bereid zijn om in het
43 dagen). Sinds de start van dit project
(goede algemene toestand, gewichts-
project in te stappen, wordt de ont-
ruim 14 jaar geleden waren er slechts
controle, behoud lichaamstempera-
slagprocedure voor vroegtijdig ontslag
4 heropnames nodig.
tuur), het moet net beginnen zijn met
opgestart. De ouders krijgen duide-
44 weken 6 dagen). Het gemiddelde
16
ren tijdens het vroeger opstarten van de ontslagprocedure: monitoring thuis,
ven. Als er bij het kind acute problemen zouden optreden, kunnen ouders onmiddellijk terecht op de afdeling neonatologie. Een eventuele heropname gebeurt op de dienst neonatologie. Het vroegtijdig ontslag wordt afgesloten als het kind geen sondevoeding meer nodig heeft. Het afsluiten van het vroegtijdig ontslag gebeurt altijd in overleg met de behandelende neonatoloog. Na het
Borstvoeding lukt beter bij vroegtijdig ontslag stopzetten van het vroegtijdig ontslag worden de ouders nog 2 keer telefonisch gecontacteerd door een verpleegkundige. Dit contact is voor ouders een Tony Waterschoot: “Vroegtijdig ontslag vermindert de hospitalisatieduur met ongeveer 13 dagen”
geruststelling. Ze voelen zich zo nog voldoende ondersteund. De meeste ouders vonden het vroegtij-
lijke instructies over het toedienen van
En hoe verloopt het thuis?
sondevoeding, het controleren van de
Ouders krijgen minstens één keer per
end maar minder stresserend dan de
positie van de maagsonde en het invul-
week een thuisbezoek van een neona-
dagelijkse bezoeken aan de afdeling.
len van een observatieblad waarbij het
tologieverpleegkundige. Zij controleren
Daarom blijven we vanuit de afdeling
voedingspatroon wordt genoteerd. Als
het gewicht van het kind, de positie van
neonatologie het vroegtijdig ontslag
de ouders zich zeker genoeg voelen,
de maagsonde en beantwoorden vra-
stimuleren. Het zorgt voor een snellere
mag hun kind(eren) vroeger mee naar
gen van ouders. Verder beoordelen ze
ouder-kind binding. Bovendien redu-
huis. De ervaring leert dat de tijdsduur
het voedingsschema en passen dit zo
ceert het vroegtijdig ontslag de hospi-
tussen het voorstel naar de ouders toe
nodig aan. Alle bevindingen en obser-
talisatieduur met ongeveer 13 dagen.
en het vroegtijdig ontslag gemiddeld
vaties van de thuisbezoeken worden
Door de succesvolle resultaten wordt
4 tot 5 dagen duurt. Ondertussen or-
genoteerd. De ouders op hun beurt
het vroegtijdig ontslag zowel door het
ganiseert de werkgroep ‘Vroegtijdig
komen met hun kind(eren) één keer per
ziekenhuis als de afdeling neonatologie
Ontslag’ van de dienst neonatologie de
week op consultatie bij een neonato-
gezien als een standaardzorg naar ou-
follow-up. De werkgroep bestaat uit 5
loog. Als de ouders thuis zijn met hun
ders en hun kind(eren) toe.
ervaren
neonatologieverpleegkundi-
kind(eren), kunnen ze bij problemen en
gen. Een goede follow-up zorgt ervoor
vragen 24/24 contact opnemen met de
dat ouders minder stress hebben en
afdeling waar afhankelijk van de vraag
het geeft hen een veilig gevoel.
verpleegkundigen of artsen advies ge-
dig ontslag vooral in het begin vermoei-
TONY WATERSCHOOT ADJUNCT HOOFDVERPLEEGKUNDIGE NEONATOLOGIE
17
muze van naderbij bekeken
Ook huisartsen vallen ten prooi aan
BURN OUT
Al meer dan dertig jaar is hij huisarts in Vilvoorde, maar pas recent kreeg hij collega-huisartsen met burn-out over de vloer van zijn praktijk. “Heeft het te maken met het almaar groeiende takenpakket dat we op ons bord krijgen?”, vraagt dr. François Pauwels zich luidop af.
18
Patrick Mesters, neuropsychiater en directeur EIIRBO Als directeur van het European Institute for Intervention & Research on Burn-Out (EIIRBO) heeft neuropsychiater dr. Patrick Mesters een klare kijk op de problematiek. “Uit Europese studies blijkt dat de prevalentie van burn-out bij huisartsen hoog is. Maar het aantal huisartsen dat professionele hulp zoekt, is jammer genoeg beperkt”, stelt hij vast. “Hoe dat komt? Veel mensen hebben – ongeacht hun beroep – moeite om toe te geven dat ze met symptomen van burn-out kampen, en dus zoeken ze geen hulp. Maar er zijn ook factoren specifiek voor artsen. Zo hebben ze de neiging om zichzelf te behandelen en leeft het idee dat artsen ‘zelfbedruipend’ moeten zijn.”
onevenwicht tussen werk en privé, geweld, middelenmisbruik, te weinig waardering van de omgeving, verregaande empathie met het leed van patiënten, weinig steun bij persoonlijke problemen, financiële problemen, enz.”, somt dr. Mesters op. “Het is dus duidelijk een ‘systemisch’ probleem, en dat vraagt een brede aanpak. Belangrijk is dat we het taboe doorbreken dat burn-out een gevolg is van zwakheid. Daarnaast moeten we netwerken uitbouwen om collega’s met burn-out moreel én financieel bij te staan, de relaties tussen artsen verstevigen via interdisciplinair overleg en uiteraard inzetten op organisaties die vanuit het veld zijn gegroeid om hulp te bieden aan artsen in nood, zoals bijvoorbeeld Doctors4Doctors De oorzaken voor burn-out bij huisartsen zijn velerlei. in Antwerpen en EIIRBO.” “Terugkomende factoren zijn werk- en tijdsdruk, veeleisende patiënten, administratieve overlast, www.burnout-institute.org
François Pauwels. Misschien doet die naam wel een bel-
nen, wel dat ze ons controleren via bureaucratische syste-
letje bij u rinkelen. In het digitale jaarverslag 2013 van het
men. En zoiets werkt cynisme in de hand.”
UZ Brussel getuigt de huisarts uit Vilvoorde over het groei-
“Meer werken dan vroeger doen huisartsen niet”, gaat dr.
ende aantal gevallen van burn-out bij collega’s. In ruim dertig
Pauwels verder. “Integendeel, vroeger werkte men langer.
jaar kreeg hij nooit een collega-huisarts over de vloer van zijn
Maar je mag niet kijken naar absolute cijfers, het is het totaal-
praktijk met klachten van burn-out. Maar daar kwam vorig
plaatje dat telt. Zo zijn de verwachtingen over ons beroep
jaar verandering in. “Dat ik teamarts ben bij de palliatieve
sterk veranderd, niet alleen bij onszelf, maar ook bij de pa-
thuisequipe Omega is niet onbelangrijk om weten”, schetst
tiënten. Daarnaast vraagt de maatschappij vandaag dat we
hij eerst wat achtergrond. “Huisartsen kunnen beroep doen op ons team als ze ondersteuning nodig hebben bij het verlenen van palliatieve zorg. Daardoor heb ik een ‘bevoorrechte relatie’ met collega-huisartsen, ik ben iemand tegen wie ze kunnen spreken. En dus durven ze sneller bij mij aankloppen, bijvoorbeeld met een probleem als burn-out.”
Kloof tussen willen en kunnen Ziet dr. Pauwels oorzaken voor de opmars van burn-out in het huisartskorps? “Feit is dat er veel meer van ons gevraagd wordt dan vroeger. De complexiteit van ons takenpakket is enorm gegroeid, maar jammer genoeg is de waardering achtergebleven”, stelt hij vast. “Zeker instanties zoals het Riziv en de mutualiteiten schatten ons werk onvoldoende naar
Wij huisartsen verkondigen graag dat we een belangrijke rol spelen. Welnu, dat we er dan eerst voor zorgen dat we zelf ook een huisarts hebben!
waarde. Wij hebben niet het gevoel dat ze ons ondersteu-
19
muze van naderbij bekeken
Veerle Devriendt, coach in Brussel
Dr. Pauwels: “Huisartsen hebben niet het gevoel dat het Riziv en de mutualiteiten ons ondersteunen.” naast ons werk ook tijd en ruimte maken voor onszelf, voor onze partner, voor hobby’s, enzovoort. In een ideale wereld vallen al die ‘opdrachten’ misschien perfect te combineren, maar de realiteit toont dat dit verre van eenvoudig is. Resultaat: de kloof tussen wat we willen en wat we effectief (aan) kunnen, groeit. En het ongenoegen dat daarmee gepaard gaat, kan in sommige gevallen – persoonlijkheidskenmerken spelen nu eenmaal ook een rol – een opstapje zijn naar een burn-out.”
Eigen gezondheid “Ver moeten we niet gaan zoeken naar een aanpak voor dit probleem”, gaat hij verder. “Wij huisartsen verkondigen graag dat we een belangrijke rol spelen – voor alle duidelijkheid: daar ben ik het zeker mee eens. Welnu, dat we dan zelf het goede voorbeeld geven en ons allemaal een huisarts zoeken waarbij we jaarlijks op controle gaan! Ieder van ons zou een globaal medisch dossier moeten hebben bij een andere huisarts. Meer zelfs, ik vind dat dit verbonden zou moeten worden aan de accreditering. Dat zou een duidelijk signaal naar de huisartsenwereld zijn dat we ook zorg moeten dragen voor onze eigen gezondheid.” “Preventieve vragenlijsten moet die collega-huisarts niet afnemen tijdens zo’n jaarlijkse controle, wel wat routineonderzoeken uitvoeren, vaccins toedienen, …”, vult dr. Pauwels aan. “Hoe dat kan helpen om burn-out voortijdig op te sporen en eventueel te voorkomen? Een huisarts die bij een andere huisarts aanklopt, dat is geen alledaagse situatie. Wie een collega over de vloer krijgt, zal hoe dan ook achteruit leunen en de tijd nemen om in te schatten hoe het is met de gezondheid van die man of vrouw. En alleen dat contact is volgens mij al voldoende.” TIJS RUYSSCHAERT
20
Als coach komt psychologe Veerle Devriendt niet enkel in aanraking met managers die kampen met burn-out, maar ook met huisartsen. “Cijfers heb ik niet, maar ik stel wel vast dat meer en meer huisartsen aankloppen met symptomen van burn-out. En dat is voor velen van hen allerminst evident”, vertelt ze. “Heel vaak moeten we de oorzaak voor de klachten zoeken bij werkoverbelasting. Huisartsen hebben een erg zwaar beroep dat niet gemakkelijk te verenigen is met een privéleven. Een oplossing kan een groepspraktijk zijn, tenminste op voorwaarde dat er duidelijke afspraken zijn gemaakt over de werkverdeling. Is dat niet het geval, dan dreigt het samenwerken onder een dak net een extra aanleiding tot wrevel te worden”, aldus Devriendt. “Ook de rol van de patiënten mogen we niet vergeten. Die zijn tegenwoordig enorm veeleisend: ze willen meteen een afspraak of ze gaan naar een andere arts, ze willen medicatie voorgeschreven krijgen, … Misschien is het tijd om hen te sensibiliseren?” In haar praktijk ziet de psychologe vooral jongere huisartsen met een burn-out. “Maar dat betekent niet dat het probleem minder frequent voorkomt bij ouderen. Volgens mij zoekt de jongere generatie gewoon sneller professionele hulp. En dat heeft uiteraard voordelen: hoe sneller iemand het probleem aankaart, hoe sneller wij kunnen ingrijpen en hoe beperkter de gevolgen zijn.” www.veerledevriendtconsulting.be
Louis Ferrant, huisarts in Kuregem Ook dr. Louis Ferrant, al meer dan 35 jaar huisarts in Kuregem, stelt vast dat burn-out steeds vaker voorkomt bij zijn collega’s. “Burn-out verschijnt typisch wanneer iemands perfectionisme botst met een te hoge werkbelasting en een gevoel van onderwaardering. En die situatie doet zich voor bij veel huisartsen omdat zij aan een pak uitlokkende factoren blootstaan”, stelt hij. “De werkbelasting is groot – vooral voor soloartsen, maar ook in groepspraktijken waar de taken niet goed zijn verdeeld; patiënten komen steeds vaker aankloppen met ‘banale klachten’ waarvoor de arts zijn kennis en kunde niet moet benutten; de waardering voor ons werk blijft soms uit; veel collega’s kunnen met niemand praten over eigen onzekerheden of moeilijkheden met patiënten;
de administratieve taken stapelen zich op; sommige artsen voelen zich verplicht om aan de lopende band prestaties te leveren, bijvoorbeeld omdat ze een grote financiële investering deden; …” “Er valt gelukkig wel iets aan te doen”, gaat dr. Ferrant verder. “We kunnen al preventief werken tijdens de opleiding, bijvoorbeeld door huisartsen in opleiding te leren communiceren over hun keuzes, twijfels en moeilijkheden. Gevestigde huisartsen moeten we (opnieuw) leren spreken over gevoelens, we moeten hen wijzen op het belang van tijdige ontspanning, hen samenbrengen tijdens intervisiemomenten, hen de weg tonen naar initiatieven zoals Doctors4Doctors, enzovoort.”
SVR-ARCHITECTS ♥ Zorg, labo’s en kantoren.
SVR-ARCHITECTS nv Volhardingstraat 26 B-2020 Antwerpen www.svr-architects.eu
Fotografie Toon Grobet Revarte, Revalidatiecentrum, Edegem. BNP-Paribas, Kanselarij, Brussel
21
COLUMN
JEANÀPAUL VAN BENDEGEM IS GEWOON HOOGLERAAR AAN DE FACULTEIT LETÀ TEREN EN WIJSBEGEERTE VAN DE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL. HIJ IS LICENÀ TIAAT WISKUNDE EN DOCTOR IN DE WIJSBEGEERTE. HIJ WOONT IN GENT.
Prof. dr.
Jean Paul Van Bendegem
MELANCHOLIA I
De lezer moet zich niet ongerust ma-
schat ze nog geen dertig, speelt er viool
ningen in orde is want de politie laat haar
ken: ik zal het niet hebben over de be-
met de klassieke schikking: de vioolkist
begaan. Het contrast is hemelsgroot met
roemde gravure van Albrecht Dürer met
open voor de voeten om de giften te
de andere straatmuzikanten, waarschijn-
dezelfde titel waar een melancholische
ontvangen. Ik zal eerlijk zijn, slechts af en
lijk omdat de klanken die ze produceert
engel, omringd door wiskundige, al-
toe geef ik iets, meestal is een mens zo
daar vandaan lijken te komen. Je blijft spontaan stilstaan, althans ik toch. Wat
chemistische en andere symbolen, een zandloper, een paar dieren en nog een paar mysterieuze objecten, mijmert over, tja, wie zal het zeggen? En neen, ik zal het ook niet hebben over het beroemde magische vierkant op de achtergrond waar de twee getallen in het midden onderaan precies de datum weergeven van creatie: 15-14. Ik laat
Ik laat even de wiskunde opzij, om een ervaring van melancholie te beschrijven
even de wiskunde opzij, hoewel indirect
mij deze keer onverwacht melancholisch heeft gemaakt. Vandaag liep in het station, de vakantieperiode draait op volle toeren, heel veel volk, heel veel jeugdig volk, kortom, ik liep temidden van een bonte mengeling van pendelaars die snel thuis willen zijn, van scouts en Chirogroepen, luid roe-
toch aanwezig, om een ervaring van me-
pend en schreeuwend, van adolescen-
lancholie te beschrijven die mij zo net is
haastig en, ja, eigenlijk is dat aalmoezen
ten die automaten die het juiste blikje
overvallen en die ik graag wil delen.
geven geen goede zaak, dit zou structu-
niet afleveren in elkaar rammen en van
reel moeten aangepakt worden, we ken-
een jonge violiste die moedig bleef spe-
Mijn vrouw en ik wonen aan de achter-
nen allemaal de redenen, terecht of niet,
len. De kreten van de aarde waren zo
kant van het Sint-Pietersstation in Gent.
om te negeren wat we zien. Maar soms
luid dat haar etherische klanken niet ho-
Dat zorgt ervoor dat ik vaak, heel vaak in
gebeurt het en dat was ook hier het
ger kwamen dan de knieën van die men-
het station ben om een trein te nemen
geval: ik heb ze een artieste genoemd
senmassa. Ik heb mij dan ook gebukt om
maar ook om er doorheen te lopen op
omdat haar vioolspel schitterend is. Mijn
twee euro in haar kist te leggen. Maar je
weg naar het stadscentrum. Sinds enige
vermoeden is dat we hier een conserva-
wordt er wel melancholisch van.
tijd is er in de centrale gang een straat-
toriumstudente hebben die graag wat
artieste aan de slag. Een jonge vrouw, ik
bijverdient en, neem ik aan, met vergun-
22
PROF. DR. JEAN PAUL VAN BENDEGEM
muze DIENST IN DE KIJKER
OFTALMOLOGIE
Oogchirurgie in UZ Brussel in volle evolutie Dr. Hament is een autoriteit op het gebied van cataract en re-
De dienst oogheelkunde van het UZ Brussel trok recent meerdere internationaal opgeleide topchirurgen aan, die op de hoogte zijn van de meest moderne ontwikkelingen. De technologische vooruitgang verandert de diagnostiek en behandeling van aandoeningen, die voorheen soms niet, of minder adequaat, konden worden behandeld. Een geheel nieuw oftalmologisch team van oogartsen, optometristen en orthoptisten in het UZ Brussel, biedt patiënten met de meest uiteenlopende oogheelkundige problemen een state- of- the- art oplossing.
fractiechirurgie. Hoewel een cataractoperatie al behoort tot de meest succesvolle operatieve ingrepen, is het resultaat en de tevredenheid van de patiënt nog afhankelijk van de kromming van het hoornvlies en de centratie van de opening in het kapsel. Dr. Hament zet de volgende stap in het beheersen van deze factoren m.b.v. een femtosecondlaser. Hierdoor wordt de kromming van het hoornvlies van het oog minimaal beïnvloed, is de positie van de kunstlens voorspelbaar en verloopt het verwijderen van de lens veiliger. Met de modernste apparatuur kan iedere behandeling worden toegesneden op de wensen en aangepast aan de noden van de individuele patiënt.
Netvlieschirurgie Dr. Marc Veckeneer is verantwoordelijk voor netvlieschirurgie. Hij behaalde zijn diploma geneeskunde in Leuven.
Kinderoogheelkunde
Tijdens zijn opleiding tot oogarts werkte hij in Leuven, in het Torbay Hospital (UK) en in het Oogziekenhuis Rot-
Dr. Anne Cees Houtman is een ervaren kinderoogarts en kin-
terdam. Hij specialiseerde zich in Rotterdam verder in de
deroogchirurg. Hij werd in Nederland en Engeland opgeleid.
netvlieschirurgie (vitreoretinale chirurgie). Vaak worden
Als kinderoogarts deed hij ervaring op in Manchester, Leuven,
netvliesoperaties uitgevoerd ter behandeling van een net-
Groningen en Nieuw-Zeeland. Hij doet samen met twee or-
vliesloslating of glasvochtbloeding, maar dr. Veckeneer
thoptistes (Chantal Heiming en Anne van den Bergh) en prof.
is tevens een autoriteit op het gebied van complexe patho-
Marcel ten Tusscher de kinderoogheelkunde in het UZ Brussel.
logie en chirurgie van het netvlies.
Cataract-, cornea- en refractiechirurgie
Tel. algemeen: 02 477 60 02
Dr. Wim Hament, opgeleid in Rotterdam en Maastricht, is ver-
Huisartsen: 02 477 68 79
antwoordelijk voor de cataract-, cornea- en refractiechirurgie.
Een nieuw oftalmologisch team biedt patiënten met de meest uiteenlopende oogheelkundige problemen een state- of- the- art oplossing
23
ACADEMISCH EN ANDER
NIEUWS Inkomhal Kinderziekenhuis wordt gerenoveerd
De komende maanden ondergaan de passerelle en de inkomhal van het Kinderziekenhuis een grote metamorfose. Het wordt een pak aangenamer om het ziekenhuis binnen te wandelen en patiĂŤnten kunnen vanaf het najaar voor kassaverrichtingen, inschrijvingen en opnames (KIO) terecht op ĂŠĂŠn centrale plaats in de inkomhal. Het einde van de werken wordt voorzien tegen eind 2014.
Prof. Brigitte Velkeniers is de nieuwe voorzitter van de Planningscommissie Minister Onkelinx heeft prof. dr. Brigitte Velkeniers, diensthoofd
Interne
Geneeskunde
van
het
UZ Brussel, aangesteld als nieuwe voorzitter van de Planningscommissie voor de volgende vijf jaar. De Planningscommissie brengt in kaart hoeveel mankracht er nodig is in de uiteenlopende gezondheidsberoepen en adviseert de regering daarover. De commissie is een uitgebreide vergadering, met huisartsen en specialisten, verpleegkundigen, kinesitherapeuten, tandartsen,...
24
Nieuwe dienstverantwoordelijke Verloskunde en Prenatale Geneeskunde Dr. Leonardo Gucciardo is op 2 juni 2014 gestart in het UZ Brussel als nieuwe dienstverantwoordelijke Verloskunde en Prenatale Geneeskunde. Hij heeft zijn studies geneeskunde volbracht aan de Universiteit van Luik en specialiseerde zich vervolgens aan het ULB (UVC Brugmann) en in het Universitair Ziekenhuis van Genève. In september 2014 zal hij zijn doctoraatsproefschrift verdedigen.
VUB-prof Karen Sermon krijgt ABMM-beurs UZ BRUSSEL OPENT CONSULTATIE RADIOLOGIE IN DILBEEK De al langer bestaande radiologiepraktijk in de Verheydenstraat 65, 1700 Dilbeek werd onlangs overgenomen door UZ Brussel. Radiologen van het UZ Brussel zullen er klassieke RX-foto’s, mammo-
Op woensdag 18 juni ontving professor Karen Sermon van de VUB de prijs ‘Projets Téléthon Belgique Aide à la Recherche 2013-2014’. De prijs bedraagt 20.000 euro en is uitgereikt door de ‘Association Belge contre Association Belge contre les Maladies neuro-Musculaires’ (ABMM). Karen Sermon kreeg de prijs voor onderzoek naar Myotone Dystrofie type 1, ook gekend als de ziekte van Steiner. Die ziekte is een erfelijke spierziekte die ongeveer één op de tienduizend mensen treft.
grafieën en echografieën kunnen nemen. Zo hoeven patiënten in en rond Dilbeek die standaard radiologische onderzoeken nodig hebben (in eerste instantie RX, mammografie en echografie), niet meer tot in Jette te komen. Tel.: 02 569 45 54 Openingsuren: maandag, dinsdag en donderdag: 08.30u -12.30u en 13.30u-18.30u woensdag en vrijdag: 08.30u-12.30u en 13.30u-16.30u.
25
ACADEMISCH EN ANDER
NIEUWS Opleiding palliatieve zorg voor medici Vanaf 8 november gaat de tweede editie van PALM,
lange praktijkervaring. De informatieoverdracht en
permanente vorming PALliatieve zorg voor Medici en
training gaan gepaard met een respectvolle houding
Masters, van start. PALM heeft aandacht voor de pro-
voor zwaar zieken, waarbij eerbied voor de wil van de
blemen van palliatieve en chronische zieken zoals pijn-
patiënt cruciaal is. De PALM-opleiding in het academie-
en symptoomcontrole, psychologische begeleiding,
jaar 2014 – 2015 zal doorgaan gedurende 5 zaterdagen
sociale opvang en aandacht voor existentieel lijden.
op 08/11/2014, 13/12/2014, 07/02/2015, 14/03/2015
Ze doet dit op een (zelf)kritische, empathische maar
en 09/05/2015. Accreditering werd aangevraagd. Info
nuchtere manier, rekening houdend met de realiteit
en inschrijvingen via de Leerstoel Waardig Levenseinde:
en de actuele mogelijkheden. De kwaliteit van de op-
vorming@waardiglevenseinde.eu of 02/456 82 09.
leiding wordt gewaarborgd door experten met jaren-
Brussels Health Campus De campus Jette heet sinds enige tijd Brussels Health Campus. De naam werd gekozen omdat Brussel als merk wereldwijd bekender is dan België. Daarnaast bevinden zich op de campus het UZ Brussel, de faculteit Geneeskunde en Farmacie van de VUB en de opleiding verpleeg- en vroedkunde van de Erasmus Hogeschool Brussel, een ruim aanbod dus aan gezondheidszorg, gezondheidsopleidingen en onderzoek. Maar er zijn ook allerhande diensten zoals het kinderdagverblijf van de VUB en een sportcentrum. De nieuwe campusnaam is dus een combinatie van plaats en activiteit. Er wordt bewust gekozen voor het Engels, een duidelijk teken en uitnodiging aan alle Brusselaars en de aanzienlijke internationale gemeenschap, dat ze welkom zijn op de Brussels Health Campus.
26
Vertrouwensarts Kindermishandeling GEZOCHT Het
Vertrouwenscentrum
Kindermishandeling
Brussel “Kind in Nood” zoekt een halftijdse Vertrouwensarts Kindermishandeling. Het centrum wordt gesubsidieerd door Kind en Gezin en staat in voor diagnostiek, advies, coördinatie, ondersteuning van hulpverlening en behandeling indien nodig. Het richt zich tot kinderen die slachtoffer zijn van geweld in hun eigen vertrouwde omgeving én tot hun gezin. Meer info? Ga naar www.werkeninhetuzbrussel.be.
Symposia op Brussels Health Campus najaar 2014 • 18/09/2014: Dag tegen Kanker • 20/09/2014: A new area in pain medicine: the use of ultrasound in acute & chronic pain • 27/09/2014: 15 Jaar MucoJette • 23/10/2014: Allergy in practice 2014: from mechanism to prevention and treatment • 5/11/2014: The role of the general practitioner in the treatment of psoriasis • 29/11/2014: 1st Brussels Dermato-Esthetic Symposium De volledige programma’s zijn te vinden op www.uzbrussel.be.
INDUSTRIAL WATER TREATMENT
INDUSTRIAL WATER TREATMENT
INDUSTRIAL WATER TREATMENT
Waterbehandeling op maat: Apparatuur voor waterbehandeling Chemicaliën voor stoom- en koelcircuits Analyse en technische ondersteuning
Voeding
Medische
Textiel
Industrie WWW.EKOPAK.BE
27 WWW.EKOPAK.BE
Meulebeeksesteenweg 67 B-8700 Tielt T +32 (0)51 75 51 05 info@ekopak.be
Colofon mUZe is het driemaandelijks medisch magazine van het UZ Brussel. Redactionele coördinatie en eindredactie: Edgard Eeckman en Inge Staelens Redactieraad: Johan Braeckman, Toon De Backer, Wim Distelmans, Edgard Eeckman, Martine Huybrechts, Patrick Lacor, Marc Noppen, Denis Piérard, Jan Schots, Inge Staelens, Ria Vanschoenwinkel, Brigitte Velkeniers. In dit nummer staan redactionele bijdragen van Thierry Devreker, Elke De Wachter, Edgard Eeckman, Shari Jansegers, Patrick Lacor, Anne Malfroot, Marc Noppen, Tijs Ruysschaert, Inge Staelens, Marcel ten Tusscher, Jean Paul Van Bendegem en Tony Waterschoot. De foto’s in dit nummer zijn o.m. van Edgard Eeckman, Lander Loeckx en Bart Moens. De vormgeving werd verzorgd door The Factory Brussels. mUZe wordt gedrukt op de persen van Leleu Printing op milieuvriendelijk papier.
Wie dat wil, kan zich gratis abonneren. Het volstaat een mail te sturen naar muze@uzbrussel.be of te telefoneren naar de dienst Communicatie van het UZ Brussel op 02 477 80 80. mUZe is een realisatie van de dienst Communicatie van het UZ Brussel. Verantwoordelijke uitgever: Marc Noppen, Laarbeeklaan 101, 1090 Brussel Algemene info over het UZ Brussel: www.uzbrussel.be Algemene info over werken in het UZ Brussel: www.werkeninhetuzbrussel.be Volg het ziekenhuis ook op twitter, facebook, Google+ en via de blog http://blog.uzbrussel.be www.facebook.com/UZBrussel en www.twitter.com/uzbrussel ( @uzbrussel )
Adverteren in m
UZe?
Contacteer Publiest Be lgië op telefoon nummer 0484 08 91 55