VFW 7 | 4

Page 1

F O N D S E N W E RV I N G I S H E T VA K B L A D OV E R H E T W E RV E N VA N G I F T E N , L E D E N , V R I J W I L L I G E R S , S U B S I D I E S , D O N AT E U R S E N S P O N S O R S

Een Funds magazine augustus 2005 jaargang 7 nummer 4

Die CAO komt er, hoe dan ook!

Harry Gerding, bestuurder CNV Dienstenbond



Vakblad Fondsenwerving (een Funds magazine) augustus 2005 Jaargang 7 – nr. 4 Verschijnt zes maal per jaar Leden van het Nederlands Genootschap van Fondsenwervers ontvangen het vakblad Fondsenwerving uit hoofde van hun lidmaatschap. Redactie Jaap Zeekant, hoofdredacteur ad interim Anneke Hakman, redacteur Hidde van Kersen, redacteur drs. Marianne Zeekant, tekstredacteur Vaste Medewerkers Maerten C. Verstegen (columnist) Erica Waasdorp (correspondent VS) Mr. Jutta Wolf (notaris) Jan Krol, David Berg, Nicole Reijnen en Anne van der Meulen Met medewerking van Harry Gerding, Adi Coyajee, Arno Reints Redactie, administratie, proefnummers en verzending Bosboom Toussaintlaan 78-B 2103 SN Heemstede telefoon 023 54 76 968 fax 023 52 98 279 vakblad@fondsenwerving.nl Abonnementen € 99,50 per jaar (ex. btw): zes nummers van het vakblad én volledige toegang tot www.fondsenwerving.nl. Alle info: www.fondsenwerving.nl Productie & advertentiecoördinatie PSI Direct Response b.v. Arianne Gelderblom arkel@psidirect.com telefoon 0183 56 39 12 Lay-out SQZI Conceptstudio, Arkel telefoon 0183 56 37 27 Druk Hoekman Grafische Groep telefoon 038 38 52 385 Oplage: plm 3.900 ex. Papier Bührmann Ubbens Omslag GO Matt 150 g/m2 Binnenwerk GO Matt 90 g/m2 Prepostale verwerking Intermail, Nieuw Vennep telefoon 0252 67 38 66 Uitgever Jaap Zeekant, namens Stichting NIF K.v.K. Amsterdam 41217025 BTW nr. NL 8067 60710 B01 Deadlines Zie de rubriek: mensen, zaken, data

Civil Society En alweer is er een succesvol Civil Society congres achter de rug, in het inmiddels vertrouwde Figi in Zeist. Het congres is het jaarlijkse ontmoetingspunt geworden van de goededoelensector. Aan diverse belangwekkende gebeurtenissen op 'Civil Society' besteden we in dit nummer aandacht: plannen van Herman Wijffels en de VFI, plannen van Joop Wijn, plannen van Gerrit Zalm en plannen van het CBF. Kortom: aan plannen geen gebrek.

4

Lezersservice Vakblad Fondsenwerving

5

De Goede Doelen Winkel

7

International Fundraising Congress 25 jaar

9

Die CAO die komt er, column Harry Gerding van het CNV

10

Transparant of transpirant?

13

Meer regels dan passie?

Uiteraard gaat columnist Maerten Verstegen in op het plan van het CBF, om te onderzoeken of er een keur moet komen voor de locale wervers. Het plan van het NGF voor een goededoelen-CAO is bepaald nog niet omarmd door de brancheorganisaties. In dit nummer ruimte voor het CNV om, ongetwijfeld met instemming van NGF, uit te leggen dat die CAO er toch echt komt.

15

Goed vermogensbeheer

Gespecialiseerde leveranciers leveren een prominente bijdrage aan het succes van fondsenwervers, met de vele kennis en ervaring die ze in huis hebben. In dit nummer besteden we op diverse plaatsen aandacht aan nieuwe producten en diensten, waar fondsenwervers van kunnen profiteren. We krijgen veel informatie van leveranciers, maar onze ruimte is beperkt. De redactie beoordeelt de kopij puur op het belang voor de lezers. Advertorials (betaalde uitingen) nemen we niet op. Lees meer over leveranciersnieuws op blz. 4.

23 Charimago-onderzoek Acxiom

Amref Flying Docters won onlangs een prestigieuze prijs. Een goede reden iets over deze boeiende organisatie te vertellen. Ook bij Artsen zonder Grenzen wordt hard gewerkt aan verbreding van de fondsenwerving. Lespakketten staan niet direct bovenaan de prioriteitenlijstjes van fondsenwervers. We laten een expert aan het woord. EDM legt in dit nummer uit dat het verstandig is om, nog voor je vertrek naar zonniger oorden, een direct-mailactie op te zetten.

40 Stichtingen oprichten

Het kabinet heeft besloten om in de toekomst bestuursleden van stichtingen serieus te gaan screenen, net zoals dat nu al voor B.V.'s gebeurt. Dat er bij het oprichten van een stichting meer komt kijken legt notaris Jutta Wolf uit. Jaap Zeekant, hoofdredacteur a.i.

Overname artikelen Het overnemen en vermenigvuldigen van artikelen is slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van de uitgever en met bronvermelding. © Copyright Stichting NIF 1998-2005 ISSN 1388-7785.

Inhoud

Het Vakblad Fondsenwerving wordt bezorgd door

16 Instelling Edward Straub Beurs 17

Beroepsopleiding fondsenwerving

18

Approach: de campagnecockpit

20 Bill Gates prijst Amref Flying Doctors

27 Lespakketten en fondsenwerving 30 Nationale Goede Doelen Test 31

Internationaal Automatisch Incasseren

37 Mailen in de zomer 39 Eindelijk, column Maerten Verstegen

43 Artsen zonder bedrijfsangst 46 Schoenendozen vol adressen 49 De GoedeDoelPolis 50 Mensen, zaken, data

VFW WORKSHOPS

[Colofon]

VERGROOT JE KENNIS Volg de VFW-workshops! VFW-WORKSHOPS: • zeer praktijkgericht • scherp geprijsd: € 67,50 • ervaren docenten • vergroten je netwerk Kijk op www.fondsenwerving.nl en ga naar WORKSHOPS Fondsenwerving augustus 2005

P.

3


Lezersservice Vakblad Fondsenwerving De bezoekers van Fondsenwerving.NL blijken veel belangstellng te hebben voor vacatures Daarom hebben we het vacaturegebied van Fondsenwerving.NL vrij toegankelijk gemaakt. Net als de nieuwsberichen worden er nu ook bijna dagelijks jobs op onze vacaturesite gezet.

Jan Krol

Goede doelen, culturele instellingen, organisaties in de gezondheidszorg en welzijn, sportorganisaties en andere non-profits kunnen hun vacatures voor fondsen- en ledenwervers, medewerkers voorlichting, (marketing-) communicatie en voor functies in directie, raad van toezicht of

Vooruitblik workshopprogramma najaar 2005: • (Meer) inkomsten uit nalatenschappen en legaten. • Free publicity en stoppercampagnes. • Donateurs-en ledenwerving. • Sponsorwerving en giften van bedrijven. • Meer rendement uit je bestaande donateurs en leden. • Basiskennis productie en verspreiding van direct mail en drukwerk. • Introductie in de fondsenwerving • Datanalyse en -management voor gevorderden. • Succesvolle evenementen bedenken en organiseren. • Copywriting voor fondsen- en ledenwervers. • Databasics. • Wensen van je achterban: wat willen ze en wat doet u ermee? • Doelgroepbepaling en adressenhuur. • Werven met nieuwe media. • Media basics: van mediaplan tot resultaatanalyse. • Fun(d)raising: anders fondsenwerven.

bestuur, gratis op onze vacaturesite laten zetten. Stuur ze daarvoor per e-mail naar jobs@fondsenwerving.nl. Onze website Fondsenwerving.NL heeft sinds begin vorig jaar een

P.

4

Fondsenwerving augustus 2005

onderdeel, waar de belangrijkste leveranciers op staan van producten en diensten voor de goede doelen en andere wervende nonprofits. Deze adressengids is ingrijpend vernieuwd en verbeterd. Bovendien kunnen de adverteerders op de site voortaan hun eigen gegevens bijhouden en wijzigen. Samen met de nieuwe site presenteren we ook ons speciale nieuwsgebied voor leveranciers. Voortaan kunnen zij hun nieuwsitems, berichten over nieuwe producten, een nieuwe accountmanager of bijzondere projecten, zelf op de website zetten. Als extra krijgen de adverteerders op de adressengids ook een korte vermelding in elk nummer van Vakblad Fondsenwerving. De adressengids is bereikbaar via www.fondsenwerving.nl, of rechtstreeks via www.fondsenwervers.nl. Lezerskorting jublieumcongres IFC IFC is hét toonaangevende congres voor professionele fondsenwervers in de hele wereld. Het congres staat bekend om zijn hoge kwaliteit. Met honderden deelnemers van allerlei organisaties uit tientallen landen, biedt het ongeëvenaarde mogelijkheden voor leren en netwerken. Het 25ste IFC congres vindt plaats van 18 tot 21 oktober 2005 in het NH Leeuwenhorst Hotel in Noordwijkerhout in Nederland. Lezers van Vakblad Fondsen-

werving en leden van het Nederlands Genootschap van Fondsenwervers, krijgen maar liefst £ 50 (ca. € 75) korting op de de deelnamekosten van het International Fundraising Congress 2005. Maak nu gebruik van deze speciale korting en mail naar: workshops@fondsenwerving.nl. Workshops Vakblad Fondsenwerving biedt (zijn lezers) kwalitatief uitstekende workshops aan, tegen de laagstmogelijke prijs van € 67,50 ex. B.T.W. (niet lezers € 89,50 ex. B.T.W.). Ze zijn toegankelijk voor betaalde of vrijwillige medewerkers van goede doelen en andere non-profits. De workshops worden gegeven in ons landelijke, centraal gelegen en uitstekend bereikbare Meeting Point Arkel. Door het aantal deelnemers tot 16 te beperken is er optimale interactie tussen de cursusleiding en de deelnemers. Na afloop ontvangt iedere deelnemer een certificaat en is er tijdens een borrel ruimte voor informeel contact tussen de deelnemers en met de cursusleiding. Na de zomervakantie starten we het programma voor de tweede helft van 2005, met nieuwe workshops over aansprekende onderwerpen, op alle donderdagen van 15 september tot en met 8 december 2005. Ga voor het volledige en actuele workshopprogramma najaar 2005 en voor aanmeldingen naar www.fondsenwerving.nl. Voor nadere mondelinge informatie kunt u bellen met Arianne Gelderblom, VFW Meeting Point Arkel: 0183 - 56 39 12, of e-mailen naar workshops@fondsenwerving.nl. " Jan Krol


Bijna honderd vierkante meter goed doel De eerste vestiging van De Goede Doelen Winkel heeft haar deuren geopend aan Lange Poten 21 in Den Haag. Op deze drukke winkellocatie wordt een overzicht gegeven van goede doelen in Nederland en presenteren zo’n vijftien goede doelen zich nadrukkelijk aan het publiek. De bezoeker vindt in deze winkel uitgebreide informatie van vele goede doelen. De Goede Doelen Winkel is een initiatief van Streetwise Direct Dialogue, van oorsprong gespecialiseerd in het via direct dialogue werven van donateurs voor goede doelen. Het idee van de winkel is mede ontstaan door de steeds groeiende behoefte aan transparantie bij consument en goede doelen. Kees-Jan Heijdra van Streetwise: "Er is op dit moment niet één plek waar informatie, actie én producten van goede doelen bij elkaar te vinden zijn. Bij de goede doelen is grote behoefte aan nieuwe manieren om met het publiek te communiceren. Shoppen In de winkel worden ook producten verkocht als de wandelroutes van Natuurmonumenten, T-shirts van de Hartstichting en klassieke muziek cd’s van het Prins

Bernhard Cultuur Fonds. De consument kan zelf de winkel binnenstappen als hem dat uitkomt, dat is wel de minst bedreigende vorm van informatie vragen. Het web is natuurlijk nog makkelijker, maar het biedt niet direct één op één mogelijkheid. Heijdra: "In de winkel staat goed getraind personeel, dat veel informatie kan aanreiken en dat direct donateurs kan werven. We zijn ook van plan de notaris er een spreekuur te laten geven zodat je je kan laten informeren over het opnemen van een goed doel in je testament. De primaire insteek is comunicatie, niet fondsenwervend maar toch hoopt Heijdra dat er in de winkel ook donateurs binnengehaald worden voor de goede doelen. Deze eerste winkel is een pilotstore. Gedurende een jaar worden vele mogelijkheden ‘in het veld uit-

getest’. Als dit nieuwe initiatief aanslaat bij het publiek, dan is het de bedoeling dat in 2006 ook de andere grote steden van Nederland een eigen vestiging van De Goede Doelen Winkel krijgen. Overigens benadrukt Heijdra dat het niet gaat om de Goede Doelen Winkel, maar de goede doelen die erin staan. De

winkel zal 7 dagen per week open zijn, net als alle andere winkels. Er is een servicedeskfunctie en er kunnen on line allerlei details opgezocht worden terwijl de klant meekijkt. " Informatie: Kees Jan Heijdra, 030- 272 70 70 " Anneke Hakman

Zonder deze steunpilaren zou Vakblad Fondsenwerving niet bestaan! Founders: • Annie Connect - Veenendaal (0318 545 845) • Acxiom - Amsterdam Zuidoost (020 750 44 00) • Bendion - 's-Gravenhage (070 427 46 41) • BratPack - Zwanenburg (020 197 70 81) • Crossing Channels webpowering business - Maarssen (0346 59 90 00) • Datapartners B.V. - Rotterdam (010 292 91 87) • Delphi Communications - Haarlem (0235 334 646) • PSI Direct Response BV - Amsterdam (www.psidirect.com) • SAZ Dialog Marketing B.V. - Hoofddorp (023 562 94 44) • Selekt Mail Nederland - Utrecht (030 214 95 00) • Support Actie - Tilburg (013 455 28 25)

Sponsors: • Adequaat B.V. - Purmerend (0299 433 855) • Corris B.V. - Maarssen (034 621 00 41) • Drukkerij Hoekman - Genemuiden (038 385 23 85) • EDM Doelgroepadvies - Haarlem (023 553 0510) • Cendris - 's Gravenhage (070 334 42 00) • Fundraising Company - Amsterdam (020 427 00 27) • Impress - Woerden (0348 433 144) • Intermail - Nieuw Vennep (0252 673 866) • Speciaaldrukkerij Lijnco - Groningen (050 366 99 11) • SPSS Business Intelligence Division - Gorinchem (0183 651 777) • Wegener DM - Nieuwegein (www.wegenerdm.nl)



Jubileum International Fundraising Congress Het was op een internationaal direct-marketingsymposium in de jaren 70 van de vorige eeuw, dat John Erickson en Harold Sumption met elkaar spraken over de behoefte bij fondsenwervers aan een eigen congres. In dit tijd was er, behalve in Amerika, nog geen sprake van gespecialiseerde congressen voor fondsenwervers. John Erickson herinnert zich: ‘Eind jaren 70 waren Harold en ik ervan overtuigd dat we iets dergelijks moesten opzetten voor de fondsenwervers." In 1981 kwamen vierendertig mensen uit verschillende landen in Europa, bijeen voor de allereerste International Fundraising Workshop. Enkele jaren geleden is het congres omgedoopt tot International Fundraising Congress. Voor eventuele verliezen stonden twee betrokken computerondernemers en businesspartners garant: Murray Miller uit de Verenigde

Staten en Walter Schmidt uit Zwitserland. De workshop werd gehouden in het voormalige seminarie in Noordwijkerhout. Ericson: "De eerste jaren maakten Harold, Murray en ik het programma en benaderden we de sprekers. John: ‘We gebruikten de diensten van IDMS voor de promotie van het congres en voor allerlei uitvoerende zaken. De congrestasjes vulden we toen nog zelf, een voor een." Met de oprichting van The International Fundraising Group, nu the Resource Alliance,

kreeg de organisatie een stevige basis. Inspiratie Het IFC heeft in al die jaren een enorme bijdrage geleverd aan de professionele ontwikkeling van honderden fondsenwervers. Pierre Le Bas: "In 1981 was ik net terug van twee jaar vrijwilligerswerk in India. Ik was van plan om een nieuwe NGO op te richten, een Franse zusterorganisatie van Action Aid. De belangrijkste vraag die ik daarbij had was: waar haal ik de vaardigheden en kennis vandaan om professioneel fondsen te kunnen werven?" Pierre werd uitgenodigd om op de eerste IFC te spreken over zijn ervaringen. Hij ontmoette er Harold Sumption. Sumption hielp en stimuleerde Le Bas, die daardoor een "fascinerende start maakte als fondsenwerver." Pierre heeft in al die jaren # Fondsenwerving augustus 2005

P.

7


Bernard Ross

Pierre Le Bas

# slechts één keer de workshop gemist. Hij is een van de gewaardeerde deelnemers en sprekers geworden. Hij vervult tegenwoordig een sleutelrol als fondsenwerver voor de Verenigde Naties, ten behoeve van vluchtelingen. Maar zelfs een ervaren fondsenwerver als Le Bas laat weten "nog elk jaar op het IFC te leren." Pierre: "Zonder mijn geweldige vrienden van het International Fundraising Congress, zou mijn leven er heel anders uitgezien hebben. Usha Menon, Director of Resource Development bij Habitat for Humanity-Asia Pacific, kwam in het begin van de jaren 90 voor het eerst in Noordwijkerhout. Usha: "Ik was ondersteboven van de ervaring die de ontwikkelde landen hadden met fondsenwerving." Usha wilde dat ook in Azië de fondsenwerving tot ontwikkeling

belangrijke bijdrage aan de wereld van de fondsenwerving" Wereldwijd Vanuit de jaarlijkse happening in Noordwijkerhout is inderdaad een enorme verspreiding van kennis en ervaring over de hele wereld in gang gezet. In Europa is er geen fondsenwervingscongres, of het is wel schatplichtig aan het IFC. Het was daar dat ik voor het eerst, begin jaren 90, de weinige aanwezige Nederlandse fondsenwervers vroeg wat ze van het idee vonden een beroepsorganisatie op te richten. En ik had er collega's leren kennen en vrienden gemaakt, zoals de toenmalige directeur van the Institute of Fundraising, Stephen Lee, wiens advies en steun van grote waarde zijn geweest, toen wij in Nederland de fondsenwervingsbranche begonnen te ontwikkelen, met de oprichting van het Nederlands Genootschap van Fondsenwervers en de Vereniging van Fondsenwervende Instellingen in 1994. Het eerste regionale IFC werd in november 1992 in Acapulco, Latijns Amerika, gehouden. Het betekende voor dat werelddeel het keerpunt in een kentering, die in de fondsenwerving was opgetreden. Door alles wat men op dit en volgende congressen leerde kwam de fondsenwerving in een nieuwe ontwikkelingsfase. Ook elders in de wereld zijn er tegenwoordig, vanuit het IFC ontstaan, vele congressen en workshops waar fondsenwervers elkaar inspireren en van elkaar leren.

zou komen. Dat gebeurde, mede doordat de deelname aan het congres vanuit de ontwikkelingslanden van jaar tot jaar toenam, waardoor op nog bredere schaal ideeën, kennis en ervaring konden worden uitgewisseld. Usha: "Bovendien is het IFC de standaard geworden, voor vergelijkbare workshops in andere delen van de wereld. Dit alleen al vormt een

P.

8

Fondsenwerving augustus 2005

Per Stenbeck, actieve IFC'er en voormalig voorzitter, gebruikte de netwerken van Save the Children, Oxfam, Action Aid en andere organisaties om lokale fondsenwervers te leren kennen met wie hij kon samenwerken bij het ontwikkelen van regionale congressen. Het kostte jaren om het op te bouwen. Maar In het midden van de jaren 90 waren er al zo'n tien regionale

fondsenwervingscongressen gehouden. Het programma loopt door tot op de dag van vandaag: in 2005 worden acht regionale en nationale congressen georganiseerd, grotendeels door de lokale vrijwilligers, die zich gesteund weten door het netwerk van IFC. Stenbeck: "Het congres in Nederland heeft het gezicht van de fondsenwerving in Europa blijvend veranderd. Het veroorzaakte bovendien een vergelijkbare ontwikkeling elders in de wereld. Sinds het ontstaan van de regionale workshops, was het voor het eerst mogelijk voor fondsenwervers in alle delen van de wereld, om kennis en ervaring te delen met collega's" Het IFC functioneert niet alleen als plek waar initiatieven tot ontwikkeling komen, maar het is ook de natuurlijke omgeving waar goede sprekers zich kunnen ontwikkelen tot inspirerende docenten. Sommigen onder hen, zoals Bernard Ross, hebben hun educatieve vaardigheden ontwikkeld tot op het niveau waar het entertainment gaat heten. Honderden fondsenwervers vanuit tientallen landen zorgen met elkaar voor een grote diversiteit op het IFC. Richard Radcliffe, voormalig vooorzitter van het IFC organisatiecomité: "Vooral het feit dat het IFC een internationale smeltkroes van ideeën is, maakt het tot zo'n bijzondere gebeurtenis. Het zijn de grote culturele verschillen die ons aan het denken zetten en waardoor we ons realiseren dat niets vanzelfsprekend is. Voor mij als spreker is het altijd heel belangrijk dat iedere deelnemer er vaardigheden bijleert. IFC is voor mij het congres dat de manier, waarop we naar de wereld van fondsenwerving kijken heeft veranderd. " Jaap Zeekant, met dank aan de redactie van Professinal Fundraising - Londen UK


Column De jas van Wijffels Onstuimige ontwikkelingen in een branche brengen, als vanzelf, vragen om ordening. In de goededoelensector is dat niet anders. Aangespoord door uitbundige salarissen aan de top, kwam de vraag naar een manier om paal en perk te stellen aan deze uitwassen. Volgens onze beste tradities is een zware commissie benoemd, die ruim de tijd kreeg een rapport op te stellen. Deze commissie Wijffels heeft inmiddels een kloek rapport afgescheiden. Als buitenstaander heb ik het uitvoerige en zorgvuldige voorstel met interesse gelezen. Met grote nieuwsgierigheid las ik de richtlijn voor beloning van directeuren. Van verwondering viel ik even stil. Een systeem van functiewaardering voor directeuren was mijn deel. Misschien een tikkeltje abstract, maar toch! De commissie Wijffels heeft een instrument uit de kast gehaald dat ook bij een vakbondsbestuurder op de plank ligt. Hoe zorgen we ervoor dat de hoogte van functiebeloning objectief wordt gerechtvaardigd, ten opzichte van anderen en van het werk dat wordt verricht? Perfect! Doe mij zo’n systeem voor de sector en iedereen kan daarvan de vruchten plukken. Voor allen die in de sector werken is dit een belangrijke bijdrage aan het debat over een CAO en aan de transparantie in arbeidsvoorwaarden. Dat de commissie het woord CAO niet heeft willen noemen is te billijken. De uitvoering van de adviezen is immers de verantwoordelijkheid van de sector. Het is aan de sector ze in een CAO-jasje te gieten. Aan de slag ermee!

Jatwerk De commissie Wijffels heeft het plafond van een beloningsgebouw in de goededoelensector alvast opgehangen: de beloning door de Rijksoverheid voor soortgelijke functies is de maat voor de directiesalarissen. Dit is een politieke en dus willekeurige keuze. De fout waarvoor ik de sector wil behoeden, is dat ook voor arbeidsvoorwaarden en functies klakkeloos uit de regelingen van de rijksoverheid wordt gekopieerd. Dit 'knip- en plakwerk' doet geen recht aan de maatwerkoplossing die vereist is: een eigen CAO. Een CAO, doe je zo! Ordening betekent dat je weet waaraan je toe bent. Als CNVonderhandelaar ben ik uitgedaagd om ordening aan te brengen in de arbeidsvoorwaarden in de sector. Een CAO is daarbij een verdienstelijk middel. Als CAO-onderhandelaar in de zakelijke dienstverlening moet ik vaak eerst allerlei vooroordelen bestrijden, voordat ik aan mijn werk toekom. Ondanks dat men de vele (juridische) voordelen erkent, krijg ik dan te horen dat een CAO statisch en klemmend is en de dood in de pot voor innovatie en flexibiliteit in het bedrijf. Natuurlijk luister ik eerst. En dan corrigeer ik dat beeld. Een CAO

maken is belangenbehartiging. Wat leden aangeven als belangrijk, moet worden geregeld. Als zij het belangrijk vinden dat er geen grote beloningsverschillen zijn, is dat mijn opdracht. Als zij een overwerktoeslag niet belangrijk vinden, dan is dat ook voor mij onbelangrijk. Als zij vinden dat de CAO afspraken met ondernemingsraden moet ondersteunen, dan is dat mijn missie. Als zij extra loonruimte vrij willen maken om de medewerkers in de sector tot hogere professionaliteit te brengen, dat is dat mijn taak.

Harry Gerding

Het moet een CAO-jasje worden dat de leden past. Het zijn de vakbondsleden zelf die bepalen of het lekker ruim zit. In het overleg met werkgevers wordt getoetst of die wensen reĂŤel zijn. Daar vinden de onderhandelingen plaats. De uitnodiging aan de VFI om die gesprekken te beginnen is de deur uit. Wie de jas past, trekke hem aan. " Harry Gerding Vakbondsbestuurder CAO Goede Doelen CNV Dienstenbond

Fondsenwerving augustus 2005

P.

9


Transparant of transpirant? Als ergens in de goededoelensector de mensen zich in het zweet werken is het op het gebied van de transparantie. We zijn er zo druk mee dat je je kunt afvragen of er nog tijd over is om fondsen te werven, of aan de doelstellingen te werken. Hoog tijd alle ontwikkelingen op een rijtje te zetten. Wijffels: Besturen, toezicht houden en verantwoorden Op verzoek van brancheorganisatie VFI stelde een commissie onder voorzitterschap van Herman Wijffels een voorstel op voor een code voor goed bestuur voor goede doelen. Daarin staan de functies besturen, toezicht houden en verantwoording afleggen centraal. De commissie stelt: "De kern is dat de organisatie ‘de goede dingen doet’ en ‘de dingen goed doet’. De commissie vindt dat omwille van checks and balances de functies ‘besturen’ en ‘toezicht houden daarop’ helder van elkaar gescheiden behoren te zijn. Het afleggen van verantwoording wordt zeer belangrijk geacht, omdat ook dat een vorm van checks and balances creëert. Maar ook speelt daarbij een rol dat leden, vrijwilligers, gevers, begunstigden en andere belanghebbenden vragen om transparantie, die ook vanuit het oogpunt van behoorlijk bestuur vanzelfsprekend is. De activiteiten van de instelling moeten zijn gericht op realisering van haar doelstelling. De beschikbare middelen moeten efficiënt en effectief worden besteed. De methoden ter verkrijging van middelen voor de doelstelling moeten efficiënt, effectief en behoorlijk zijn. Er moet zorgvuldig worden omgegaan met vrijwilli-

P.

10

Fondsenwerving augustus 2005

gers. De organisatie moet professioneel functioneren en adequaat worden beheerst. De VFI zal binnen een jaar de voorgestelde code in al dan niet aangepaste vorm definitief maken en voor al haar leden verplicht stellen.

CBF-Keur lokale doelen Het CBF presenteerde op het congres Civil Society 2005 een onderzoek naar omvang en werkwijze van de lokale goede doelen. Ongeveer 11.000 van de plm. 18.000 bij de fiscus geregistreerde goede doelen blijkt aan fondsenwerving te doen. Net als brancheorganisatie van lokale doelen ISF, blijkt 68 procent van de geënquêteerde lokale goede doelen vóór certificatie te zijn.Van het publiek is zelfs zo'n 80 procent het daarmee eens. Tot nu toe verwees het CBF de lokale doelen naar de Verklaring


van Geen Bezwaar. Het ISF heeft deze situatie nooit willen accepteren en altijd gepleit voor een specifiek en volwaardig keurmerk voor de lokale doelen. Toen dat streven nog onvoldoende steun kreeg, is het ISF begonnen met de ontwikkeling van een eigen kwaliteitssystematiek met visitaties. Op basis van een onlangs afgerond haalbaarheidsonderzoek, is een pilotproject in voorbereiding. Door de recente ontwikkelingen aan het trasparantiefront is de discussie over het lokale keur weer actueel geworden. ISF en CBF hebben nu besloten gezamenlijk een werkgroep op te richten, die voorstellen zal ontwikkelen voor een nieuw CBF-Keurmerk voor de lokale, fondsenwervende doelen. De samenstelling van de commissie en de taakstelling zullen snel

bekend gemaakt worden. Het advies moet op korte termijn klaar zijn. Het Wijncerficitaat Op 13 maart 2000 werd het rapport met de titel "De warme, de koude en de dode hand" van de werkgroep Moltmaker aan het toenmalige kabinet aangeboden. Dit rapport waarin een algehele herziening van de Successiewet 1956 werd voorgesteld, bevatte ook voorstellen op het terrein van algemeen nut beogende instellingen. Het kabinet beloofde de voorstellen nader uit te werken. Kortgeleden kwam staatssecretaris Wijn met een notitie, waarin hij liet weten een bijdrage te willen leveren aan een meer transparante liefdadigheidsmarkt door het vast-

stellen van fiscaal relevante, heldere criteria en adequate controle en toezicht. Samen met de goededoelensector wil Wijn een certificatieregeling ontwikkelen die een balans inhoudt tussen het belang van transparantie van de activiteiten van de algemeen nut beogende instellingen en de lasten die certificatie met zich meebrengt. Op 31 augustus staat de nota van Wijn op de agenda van de vaste Kamercommissie Financiën, die dan ook aandacht zal besteden aan de code van Wijffels. Toezicht rechtspersonen Op vrijdag 24 juni 2005 heeft het kabinet naar aanleiding van de nota 'Nadere uitwerking van maatregelen ter bestrijding van misbruik van non-profitorganisaties voor terrorismefinanciering' vastgesteld dat het noodzakelijk is de transparantie van stichtingen te vergroten door middel van de invoering van een algemene publicatieplicht van de staat van baten en lasten en een balans. Zalm stelt in de nota: "Een voor ieder vrij toegankelijk financieel overzicht kan dienen als input bij een eventuele risicoanalyse door diverse overheidsorganen. Ook andere belanghebbenden zullen door de grotere transparantie in staat zijn om eventueel misbruik te signaleren. Zo krijgen donateurs of andere financiers enig inzicht in de activiteiten en de financiële positie van stichtingen." Met de nota Toezicht rechtspersonen van 18 maart 2005 is de Kamer inmiddels ook geïnformeerd over concrete voorgenomen maatregelen om het huidige systeem van controle van de achtergronden van bestuurders van BV’s en NV’s uit te breiden tot stichtingen. " Jaap Zeekant

Fondsenwerving augustus 2005

P.

11



Meer regels dan passie? Twee dagen lang stond passie in de belangstelling op het congres Civil Society 2005. Het werd mooi gebracht, tot in de tango van motivator Jan Andreae. En nu: VFI-code in aantocht, Nota Wijn met z’n certificaat, Jos Zwartjes van het CBF die straks iets moet met 11.000 wervende lokale goededoelenorganisaties. Valt er nog te kiezen tussen passie en meer regels? Voor welke organisaties? En zo ja, wie toont Adi Coyajee leiderschap in de sector? Adi Coyajee, die vorig jaar voor Funds Magazine twee artikelen schreef over good governance, geeft zijn visie.

gen een 'vrijwillig stelsel van certificatie' opleggen, in ruil voor behoud of verkrijgen van hun fiscale faciliteit. In samenspraak met de overheid wordt de sector geacht 'de organisatie rond de verlening van certificaten op poten te zetten'. Over financiering van daarmee gemoeide kosten voor de non-profitsector is in de Nota Wijn niets te vinden. Het kabinet heeft de non-profitsector voor het blok gezet.

Nota Wijn is breekijzer Het is als in een huwelijk: passie is de succesvoorwaarde. Maar wetten en fatsoensnormen zijn voor het functioneren van huwelijken onmisbaar gebleken. De Vereniging van Fondsenwervende Instellingen (VFI) kondigde op Civil Society 2004 aan dat een Commissie Wijffels haar leden zou voorzien van een advies voor een code voor goed bestuur. Een maand later schreef het kabinet een nota aan de Tweede Kamer over bestrijding van misbruik en misdaadfinanciering. Daarin kondigde het aan dat het normen wilde gaan stellen aan transparantie in de (hele) non-profitsector. Een week voor Civil Society 2005 stuurde het kabinet de Nota Wijn naar de Tweede Kamer, om hieraan uitvoering te geven. Toeval? Nee, het ministerie van Financiën heeft al eerder getoond intelligent design te beheersen. Staatssecretaris Joop Wijn wil alle algemeen nut beogende instellin-

De uitdaging is enorm De timing van zijn ministerie is, zoals gebruikelijk, perfect. De Nota Wijn zal als discussiestuk op 31 augustus 2005 in de Vaste Kamercommissies van Financiën en Justitie behandeld worden. De non-profitsector heeft, vanaf Civil Society 2005 gerekend, tien (vakantie-)weken de tijd om een, naar ik hoop, eensluidend standpunt te genereren en uit te dragen naar de volksvertegenwoordigers. De belastingdienst heeft ruim 16.000 rechtspersonen als algemeen nut beogende instellingen geregistreerd. Maar hun organisatiegraad als fondsenwervende instelling is nog uiterst beperkt. Zoek het maar uit. De tweede angel ligt in de fiscale faciliteit zelf. De Nota Wijn is een verlate reactie op de voorstellen van de Werkgroep Modernisering SuccessieWetgeving (Werkgroep Moltmaker) in 2000. De Werkgroep Moltmaker wilde een

nultarief in de Successiewet invoeren voor alle algemeen nut beogende instellingen, in ruil voor toezicht door de sector zelf te organiseren. De Nota Wijn stelt voor in drie of vier belastingwetten de algemeen nut beogende instellingen een gelijkluidende status geven. Ook wil de Nota Wijn de Belastingdienst helpen kosten te besparen door het in het Bedrijfsplan 2005-2009 beoogde 'horizontaal toezicht' aan de sector zelf op te dringen. Daartegenover vermeldt de Nota over het

nultarief van de Werkgroep Moltmaker dat het kabinet het inmiddels tot acht procent verlaagde tarief (opbrengst 55 miljoen Euro) niet kan missen. De kans is dus groot dat de non- # Fondsenwerving augustus 2005

P.

13


" profitsector wordt opgezadeld met aanzienlijke kosten voor privaatrechtlijke handhaving bij 16.000 instellingen, in een onveranderde fiscale situatie.

Herman Wijffels

Voor fondsenwervende instellingen en het CBF is het symbool van het communiceren van de certificatie naar het publiek erg belangrijk. Zij zullen dan ook in deze kwestie proactief moeten handelen. Belangrijke aandachtspunten daarbij zijn: • Integratie van de pricipes van de VFI-code in de toetsing door het CBF. • Behoud van het CBF als de centrale certificatie-instelling. • Eén CBF-keur voor alle algemeen nut beogende instellingen, die voor het verlaagde fiscale tarief in aanmerking willen komen. Dit is van belang voor de transparantie voor het publiek. Maar dan wel met verschillende toetsingskaders voor landelijke en voor lokale goededoelenorganisaties.

Drs. Adi Coyajee vervulde marketingfuncties in het bedrijfsleven en directiefuncties in belangenbehartigende verenigingen en stichtingen, ook als interim-manager. Hij heeft ruime bestuurlijke ervaring, o.a. in de gezondheidszorg, waar hij de overgang naar het Raad van Toezichtmodel voorbereidde. Hij is actief lid van o.a. het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarissen, het Nederlands Genootschap van Fondsenwervers en de Nederlandse Vereniging voor Personeelbeleid. Als adviseur en coach begeleidt Adi Coyajee organisaties, onder meer in good-governancekwesties, bijvoorbeeld voor uitvoering van de adviezen van de Commissie Wijffels. Contact: NIEUWE HORIZON, 06-23 24 80 22, e-mail: info@nieuwehorizon.com, Zonnebloemlaan 9A, 2111 ZD Aerdenhout.

• In ieder geval geen afzonderlijk certificaat, buiten het CBF om, voor niet-actief fondsenwervende algemeen nut beogende instellingen.

P.

14

Fondsenwerving augustus 2005

Tijdens Civil Society 2005 bepleitte professor Theo Schuyt dat de hele filantropische sector een collectief platform opricht om de overheid voor zich te winnen. Maar staatssecretaris Wijn is de goededoelensector voor geweest. De bal rolt nu naar de Tweede Kamer. Daar moet tijdig vóór 31 augustus 2005 gelobbyd worden. Eenduidige visie Het is niet voldoende dat Theo Schuyt daarvan blijk geeft. Het gaat alle fondsenwervende instellingen aan. Want Nota Wijn dekt een veel breder terrein. De overheid kiest voor een hoog niveau van abstractie, uitgaande van de 'fiscale faciliteiten' die zij nu al biedt. Het is te veel gevraagd om de hele non-profitsector in een paar weken of maanden op één lijn te krijgen. Maar het wordt tijd dat op zijn minst de fondsenwervende goededoelenorganisaties één visie over hun relatie met politiek, overheid en burgers uitdragen. Die kan verwoord worden in een manifest dat houvast biedt aan allen die in de sector werken, aan politici en ambtenaren van wie de sector afhankelijk is, aan donateurs die straks weer in de stemlokalen staan. Kort en krachtig moeten de hoofdzaken erin staan van wat de algemeen nut beogende instellingen voor zich opeisen, en wat zij ervoor over hebben. Onderwerpen die je aan de pers en donateurs kan uitleggen. Een initiatief dat andere fondsenwervende groepen in de non-profitsector motiveert om zich later bij aan te sluiten. Wenselijk is een visie die langer houdbaar is dan de waan van dit jaar. En een die extern als initiërend en positief overkomt. Ik zou graag zien dat de goededoelensector die gaat uitdragen. Bouwstenen voor een visie Overal ter wereld loopt men over angstige mensen heen. Wie zelf hulp verleent moet niet roepen: "Ik ben bang dat....". Toch klonk ook dit jaar in discussies tijdens Civil

Society een defensieve houding door: tegenover cowboys, lookalikes en zelfs bedrijfsleven. Laten wij daarmee ophouden. Goede doelen zijn hulpverleners. Ze moeten zich als groep steviger in de samenleving opstellen. Want in onze relatief geciviliseerde, democratische samenleving is filantropie onmisbaar. Het verrichten van activiteiten tot algemeen nut is een essentieel onderdeel in ons stelsel van normen en waarden. Daarom moet er plaats zijn en blijven voor ieder die goede werken wil doen. Hetzij als particulier hetzij in een rechtspersoon: fondsenwervend, uitvoerend of donerend. Fondsenwervende instellingen die het algemeen nut beogen, stellen burgers in staat zich dienstbaar te maken voor behoeften die er zijn in de samenleving, in binnen- en buitenland. Zij hebben een hoge toegevoegde waarde, met verhoudingsgewijs lage kosten. De Nota Wijn, de code van de Commissie Wijffels en het CBFonderzoek bieden ons handvatten voor discussie met politici en overheid. Tegenover een proactieve Belastingdienst past een robuuste opstelling. Dat dient in onze eigen sector te beginnen. Belangrijke punten om te scoren zijn: • De onmisbaarheid van de filantropische sector, die daarvoor erkenning vraagt. • De verdiensten van de filantropische sector, die ook daarom van die 8 % belasting af wil. • De wensen van de de goededoelenorganisaties, zoals: gelijke behandeling voor alle algemeen nut beogende instellingen, één certificaat en wel het CBF-keur, betaling door de overheid van de certificatie, morele steun van politiek en overheid, fiscaal nultarief, overheidsoptreden tegen ongewenste praktijken. De belangenbehartigende organisaties van de filantropische sector doen er goed aan één lijn te trekken bij de overheid en in de Tweede Kamer. #


Goed vermogensbeheer De tijd is rijp voor zelfregulatie. Steeds meer goede doelen willen het CBF-Keur. En nu is er ook een voorstel voor een gedragscode voor goed bestuur van goede doelen. Oyens & Van Eeghen organiseerdeer zijn eerste seminar over good governance voor directies en financiële managers van goede doelen.

Het seminar van Oyens & Van Eeghen over good governance werd op 3 mei 2005 gehouden in de prachtige ambiance van het Museum van Loon aan de Keizersgracht in Amsterdam. Het werd georganiseerd in samenwerking met Zinnige Zaken en Montagne Services. Transparantie Professor Lucas Meijs lichtte zijn rapport ‘ Management van vrijwilligersorganisaties – speelveld maatschappelijk ondernemen/ bedrijfsleven’ toe. Hij ging uitgebreid in op ‘de druk op transparantie en accountability’. Meijs: "De goededoelensector staat voor een enorme uitdaging, een antwoord te geven op de veranderende wensen van de samenleving. Tegelijk wordt de concurrentie op de geefeuro van particulieren, bedrijven en overheid steeds groter, nu een toenemend aantal maatschappelijke organisaties met fondsenwervende activiteiten begint." Meijs wijst er op dat het belangrijk is dat de goede doelen zoveel mogelijk partijen betrekken bij hun activiteiten. Meijs: "Ze moeten zich niet beperken tot de kring van de direct betrokkenen. De ‘organizing capacity’ zal daarom moeten toenemen. Het vergroten van de deskundigheid van de organisatie en het coachen van de managers en directie, worden belangrijker."

Beleggingsbeleid Oyens & Van Eeghen wijst er op dat goede doelen ook in het kader van hun beleggingsbeleid te maken krijgen met Charity governance. Nu is dat nog de Richtlijn Reserves Goede Doelen van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF). Deze richtlijn geeft aan hoe goede doelen dienen om te gaan met gelden die zij reserveren, in een aanvulling op het CBF-Keurmerkreglement en de Richtlijn Verslaggeving Fondsenwervende instellingen. Het verslagjaar 2004 wordt gezien als overgangsjaar waarin goede doelen hun beleid kunnen aanpassen aan de Richtlijn. Daarna dienen de door het CBF gekeurde goede doelen zich aan de richtlijn te houden. Dat betekent dat geen reserves meer gevormd mogen worden, zonder een vooraf bepaalde bestemming. Het beheer van de voor besteding gereserveerde gelden dient volgens de richtlijn zorgvuldig en transparant plaats te vinden. Uitgangspunt daarbij is het instandhouden van de hoofdsom. Hoe de instelling dit doet is haar eigen verantwoordelijkheid. Het beleggingsbeleid van het goede doel dient dus in het lopend kalenderjaar passend gemaakt te worden op de richtlijn. Als de organisatie geen heldere verantwoording biedt voor het vermogensbeheer, zal de accountant geen goedkeuring meer verlenen voor het jaarverslag, met alle consequenties van dien. In de praktijk kan dit gemakkelijk leiden

tot een te terughoudend beleid. Er wordt dan weliswaar geen enkel risico gelopen, maar er is ook geen zicht op een redelijk rendement. Speciaal vermogensbeheer Binnen de door Wijffels en het CBF geschetste kaders, is het volgens Oyens & Van Eeghen goed mogelijk om wel een interessant rendement na te streven, vooropgesteld dat specifiek daarvoor ontwikkeld vermogensbeheer wordt toegepast. Het gaat erom de juiste balans te vinden tussen betrouwbaar beleid en rendement. Een goed beleggingsbeleid is niet alleen nodig om stabiele reserves te garanderen, maar kan ook als bron van inkomsten bijdragen aan het werk van het goede doel.

Lucas Meijs

In tegenstelling tot traditioneel vermogensbeheer zoekt O&vE naar de juiste combinatie van een actief en passief beheer van beleggingen in elke beleggingscategorie. Het streven waarvoor Oyens & Van Eeghen pleit, richt zich op vermogensbeheer dat zo geborgd is dat het past binnen de kaders van good charity governance. Daarbij is het belangrijk de totale jaarlijkse kosten inzichtelijk te maken. Deze kosten voor beheren en bewaren, transacties en distributiekosten van fondsen kunnen oplopen tot drie procent van het beheerde vermogen. Het loont daarom de moeite kritisch naar uw huidige kosten te kijken. Bij een besparing van anderhalf procent over een periode van vijftien jaar gaat het om een kwart van het beheerde vermogen.. Nadere informatie: www.oyens.nl, of Pieter Leeuw, telefoon 020- 514 16 16. # David Berg Fondsenwerving augustus 2005

P.

15


Instelling Edward Straub Beurs Ter gelegenheid van zijn tienjarig bestaan heeft The ƒundraising Company, in samenwerking met het Nederlands Genootschap van Fondsenwervers, de Edward Straub Beurs ingesteld. De Edward Straub Beurs is bestemd voor fondsenwervers, die werkzaam zijn voor een charitatieve organisatie met minder dan 100.000 donateurs. De beurs bestaat uit deelname aan het International Fundraising Congress te Noordwijkerhout, de grootste internationale fondsenwervingsconferentie ter wereld. Het congres wordt dit jaar voor de

vijfentwintigste keer gehouden, en vindt plaats van 18 tot 21 oktober. De winnaar kan op kosten van ƒundraising Company aan het congres deelnemen, inclusief het uitgebreide programma met de Masterclasses. Met deze aanmoedigingsprijs eert The ƒundraising Company een van zijn oprichters, Edward

Straub (1950-1999). Edward was een internationaal vermaard fondsenwerver. Het streven is de Edward Straub Beurs, die voortaan jaarlijks zal worden toegekend, uit te reiken op de eerstvolgende bijeenkomst van het NGF,op 23 september 2005 in Breukelen. Iedereen die een mogelijke kandidaat kent, evenals de potentiële gegadigden zelf, kan dit kenbaar maken bij Jaap Kalff, directeur van The ƒundraising Company, e-mail: j.kalff@fundraisingcompany.nl. #

haalt u er uit, wat er in zit!

Response. Daar zet u alles voor in. Uw strategie was nog nooit zo doeltreffend. Het creatieve team heeft zich zelf overtroffen. De database is geheel geactualiseerd. Het drukwerk glanst u tegemoet. En dan.

couverteren inkjetprinting laserprinting nabewerken kettingformulieren vouwen banderen folie-verpakken sealen postzegels plakken stempelen synchroon couverteren

Dan zal het toch niet gebeuren dat uw mailing er te laat uit gaat. Of dat een brief in de verkeerde envelop terechtkomt. Of dat een envelop niet alle onderdelen bevat. Dankzij Intermail weet u zeker dat de consument alles uit uw mailing haalt wat er in hoort te zitten. En u dus ook! Of het nu gaat om duizenden of miljoenen stukken. Couverteren of personaliseren. Kettingformulieren of premiums. Coupon clearing of cash refunds. Intermail heeft de mensen en de middelen om uw DM-actie te verwerken. Tot in de puntjes. Hoe kan het ook anders? Jaarlijks gaan er zo’n 150 miljoen mailings door onze handen. Of door onze machines. U wilt alles uit uw mailing halen wat er inzit? Dan heeft Intermail de techniek. Daar vertellen we graag meer over. En ook hoe het zit met prijs en planning. Neemt u contact op met Gert Rothert of Robert Palmer: 0252 - 673866.

via camerasysteem fulfilment en responseverwerking handmatige verwerking bijzondere mailings

Intermail b.v. Westerdreef 3 2152 CS Nieuw Vennep Telefoon: 0252 - 673866 Fax: 0252 - 674828 Internet: www.intermail.nl


Beroepsopleiding fondsenwerving Sinds januari van dit jaar biedt het ISF de beroepsopleiding Fondsenwerving B aan, geënt op het beroepsprofiel B van het NGF. Deze post-HBOopleiding is bestemd voor fondsenwervers met enige jaren ervaring. De cursisten leren in één jaar bij het Instituut voor Sponsoring en Fondsenwerving, met toegepast onderwijs, beleid, strategieën en de nieuwste technieken voor fondsenwerving. De eerste groep cursisten heeft inmiddels een groot deel van de opleiding gevolgd. We vroegen twee cursisten naar hun ervaringen. Patrick Dobbelaar van Kerkinactie: "Erg goed bij de opleiding is dat de volledige breedte van fondsenwerving voorbijkomt, ingeleid en toegelicht door ervaringsdeskundigen.

Persoonlijk vind ik het een echte pre dat je je eigen curriculum kunt samenstellen, afgestemd op je eigen werkomgeving, persoonlijke doelstellingen en ambities. De bijeenkomsten met de medecursisten zijn goed, er is betrokkenheid en herkenning. In een open sfeer worden ervaringen uitgewisseld." Greetje Versteeg van Vivium Zorggroep vertelt: "Het is een intensieve opleiding, met goede begeleiding. Het is duidelijk dat het ISF zijn

beste beentje voorzet, het is tenslotte de eerste cursus die van start ging. Veel aandacht voor praktijksituaties, dat vind ik prettig werken. Bovendien leren we erg veel van elkaar. Je staat zelf als fondsenwerver centraal, met een theoretisch verhaal alleen ben je er niet. Het enthousiasme, je inzet en betrokkenheid zijn een belangrijk goed, maar op de opleiding leer je deze op de juiste wijze te gebruiken." Op 13 oktober 2005 start het tweede curriculum. Voor meer informatie en aanmeldingen: ISF (www.isf.nl), telefoon 024-3817111 of de studiementor Arjan Klein, telefoon 06-28318440. Ook voor de opleiding Fondsenwerving A voor startende fondsenwervers kunt u hier terecht. #


Approach: de campagnecockpit Bij direct-marketingcampagnes waar veel data bij betrokken is, spelen lastige en omvangrijke uitdagingen, zoals segmentatievraagstukken, selecties, ontdubbelingen, samenvoegen van eigen bestanden met gehuurde externe bestanden, statistische analyses en het maken van rapportages. Zest Marketing Consultancy in Weesp liep jaren geleden al veelvuldig tegen deze uitdagingen aan bij de voorbereidingen van de campagnes van zijn klanten. Ze ontwikkelden er de tool Approach voor. Met deze tool wordt een marketing database opgebouwd

die gebruikmaakt van open database technologie (bijvoorbeeld MS-SQL). Met behulp van Approach kunnen diverse problemen tegelijkertijd worden opgelost, zoals het importeren van externe bestanden, het ontdubbelen van bestanden en het aanma-

ken van DM-bestanden. Met behulp van het programma verlopen deze werkzaamheden veel sneller. Het worden uren of dagen in plaats van weken of maanden. Tijdwinst betekent ook dat sneller kan worden ingespeeld op de marktomstandigheden. Approach verhoogt de reactietijd van organisaties. Ook het inzichtelijk maken van de resultaten van direct-marketingcampagnes ging gemakkelijker. Het management heeft nagenoeg realtime inzicht in de voortgang en de resultaten van campagnes. Daarnaast kwamen de organisaties tot nieuwe inzichten, omdat er meer tijd was voor data analyse, waardoor direct marketingprocessen geoptimaliseerd kunnen worden. Approach is modulair opgebouwd. Per organisatie kan worden bekeken welke modules nodig zijn. In de afbeelding worden alle componenten van Approach afgebeeld. Analyses De match- en importmodule zorgt ervoor dat de gegevens uit de diverse bronnen, zoals data afkomstig van de website, telemarketingdata, direct-mailresponsdata, data-entry bestanden, financiĂŤle data en het verhuisbestand worden ontdubbeld met de reeds aanwezige records in de marketingdatabase. Matching of ontdubbeling vindt plaats op basis van enkele tientallen combinaties van kenmerken. De campagnemodule is de kern van het programma. De marketeer of fondsenwerver kan zelf analyses maken, segmentaties en selecties uitvoeren, relaties toewijzen aan een campagne, contactmomenten aanmaken voor het CRMsysteem en records exporteren

P.

18

Fondsenwerving augustus 2005


Listbroking en Insertbroking Ervaren listbrokers adviseren u over de mogelijkheden. Fanneke Verlind is listbroker bij EL&PS en heeft jarenlange ervaring met het inzetten van adressenbestanden voor fondsenwervende instellingen in binnen en buitenland.

Zo veel mogelijk goede donateurs of naar diverse exportbestanden voor mailingen, e-mailingen of telemarketingacties. De inzet van collega’s van de ICT-afdeling of externe consultants is nihil. Met de rapportagemodule is de fondsenwerver in staat de voortgang van een bepaalde actie te volgen. Zaken als kostprijs per relatie, responspercentage, terugverdientijd, life time value, enz. zijn on line te volgen. Met behulp van Approach kunnen ook zogenaamde flat files worden gegenereerd, om met behulp van statistische tools, zoals SPPS, geavanceerde analyses te kunnen maken. Multichannel Approach maakt professionele multi-channelmarketing mogelijk voor marketeers en fondsenwervers, omdat alle gegevens van de organisatie kunnen worden opgenomen in de marketing database. Alle data kan snel worden ingezet voor de marktbewerking van de organisatie, zoals het werven,

behouden en upgraden van leden en donateurs, alsook het terughalen van ex-leden en ex-donateurs. De historie van alle campagnes en acties wordt volledig bewaard. Dit geldt ook voor performance-indicatoren, zoals de terugverdientijd, kosten per nieuw lid, responspercentage per actie, contante waarde, life time value, etc. Approach is eigenlijk ook een digitaal dossier met alle campagneinformatie.

leden werven tegen zo laag mogelijke kosten, dat is het uitgangspunt van de listbroking afdeling van EL&PS.

In Nederland zijn honderden adressenbestanden en media voor inserts beschikbaar om in te zetten voor de werving van nieuwe donateurs. Een goede selectie van de doelgroep c.q. adressenbestand bepaalt in grote mate (± 40%) het succes van uw campagne. Om ervoor te zorgen dat uw mailing bij de meest kansrijke

Approach fungeert eigenlijk als een soort campagnecockpit, van waaruit de marketeer of fondsenwerver een hele serie lastige processen kan aansturen en volgen. De eigen database (bijvoorbeeld het CRM-systeem) blijft de essentiële basis voor de bedrijfsprocessen. In aanvulling daarop lost Approach de lastige klussen op, die doorgaans bij campagnes spelen. Een standaardoplossing voor specifieke problemen van de direct marketeer. #

doelgroep op de mat valt, krijgt u van EL&PS een onafhankelijk en kosteloos advies over welke bestanden de beste respons zullen opleveren op uw mailing.

Als u interesse heeft in ons kosteloze advies, bel of mail ons dan voor een afspraak.

Postbus 648, 2003 RP Haarlem Amerikaweg 10 • 2035 RA Haarlem Phone +31 (0)23 751 02 38 • Fax +31 (0)23 533 49 75 Email f.verlind@elps.nl

Jaap Zeekant Fondsenwerving augustus 2005

P.

19


Bill Gates prijst AMREF Met één miljoen US-dollar is de Award for Global Health van de Bill & Melinda Gates Foundation, de grootste onderscheiding ter wereld in de internationale gezondheidszorg. Dr. Michael Smalley (algemeen directeur AMREF Afrika) en Dr. Miriam Were (voorzitter AMREF Afrika) ontvingen namens AMREF Flying Doctors, de onderscheiding in juni van dit jaar,uit handen van William Gates sr. De Gates Award, waarvoor meer dan vijfentachtig organisaties genomineerd waren, staat onder auspiciën van de Global Health Council en is een onderscheiding voor buitengewo-

Jaqueline Lampe

ne prestaties voor het verbeteren van de gezondheidszorg in ontwikkelingslanden. Bij het in ontvangst nemen van de prijs zei Dr. Miriam Were, voorzitter van AMREF: "Gezondheidszorg is het belangrijkste middel waarmee Afrika aan de armoede kan ontsnappen." Melinda Gates: "Bill en ik hebben deze onderscheiding in 2000 in het

P.

20

Fondsenwerving augustus 2005

leven geroepen om bekendheid te geven aan de grootste succesverhalen in de internationale gezondheidszorg en om aandacht te vragen voor de hardwerkende mensen die in belangrijke mate hebben bijgedragen aan het verbeteren van de gezondheidszorg in ontwikkelingslanden. We zijn ontzettend blij met wat AMREF heeft bereikt en zijn ervan overtuigd dat de prestaties van deze organisatie een grote inspiratiebron vormen voor de rest van de wereld." Oudste NGO AMREF is achtenveertig jaar geleden opgericht, als de ‘Flying Doctors of East Africa', met als hoofdzetel Nairobi. Het is daarmee de oudste internationale gezondheidszorg-NGO in Afrika. Op bijna twintig mensen na, zijn alle ongeveer zeshonderd medewerkers Afrikaans. In het begin vervoerde de organisatie per vliegtuig artsen voor het verrichten van medische zorg in afgelegen gebieden. Deze dienst wordt tot op de dag van vandaag voortgezet. Intussen heeft AMREF zijn werkzaamheden uitgebreid met programma's op het gebied van HIV/AIDS en tuberculose, malaria, schoon water en hygiënische sanitaire voorzieningen, basisgezondheidszorg en opleidingen voor medisch personeel. Het gaat erom de gezondheid van de allerarmsten in Afrika structureel te verbeteren door het ontwikkelen van kennis en infrastructuur voor de lokale gezondheidszorg, het opleiden van medisch personeel en

praktische belangenbehartiging. Met de programma's van AMREF worden jaarlijks miljoenen mensen geholpen. De Stichting AMREF Flying Doctors Nederland werft fondsen om de projecten en programma’s van AMREF in Afrika te steunen. In overleg met het hoofdkantoor van AMREF in Nairobi, Kenia, geeft Nederland jaarlijks steun aan meer dan 40 projecten en programma's. Sinds enige tijd staat ook het bewust maken van het Nederlandse publiek op de agenda. Vorig jaar heeft het bestuur van de stichting besloten dat de organisatie een volgende stap moet zetten naar professionalisering. In de vacature voor directeur werd Jaqueline Lampe benoemd, tot die tijd directeur van een werkmaatschappij van VNU in Italië. Jaqueline: "Voor de overstap van het bedrijfsleven naar de non-profitsector heb ik bewust gekozen. Hoewel ik het in mijn vorige functies zeker naar mijn zin heb gehad, zie ik in het werken in de non-profit een duidelijke meerwaarde. Dat wordt bevestigd door de enorme gedrevenheid die ik tegenkom, bij de mensen die voor de ideële doelen werken." Zijn er nog meer zaken die je opvielen toen je de sector kwam binnenvallen? Lampe: "Naast de gedrevenheid was ik ook aangenaam verrast door de transparantie. Als je de krant leest, zou je soms anders denken, maar mijn mening is dat deze sector echt de meest transparante is. En als je naar de recente voorstellen van Wijffels kijkt, wordt dat nog beter. Wat mij betreft kan het niet open genoeg zijn." Waar komt dat die negatieve berichtgeving vandaan over dit


soort zaken? Lampe: "De goede doelen en hun brancheorganisaties moeten niet alleen transparant zijn, maar ook proactief communiceren. Als je uit eigen beweging pers en publiek informeert over allerlei zaken, dan voorkom je de negatieve publiciteit vaak." Kort na Lampe werd ook Linda Hummel aangetrokken, die als ad interim een nieuw plan voor de fondsenwerving ging opstellen. Inmiddels is in april is Astrid Gravemaker begonnen als Hoofd Marketing en Communicatie. Linda Hummel blijft tot begin volgend jaar bij AMREF om het communicatie beleid verder te helpen vormgeven en opzetten. Hummel: "Traditioneel kregen we ons geld uit het jaarlijkse gala een kleine groep donateurs en door met een aantal stichtingen en bedrijven samen te werken. In 2000 kwam daar de structurele bijdrage van de Nationale Postcode Loterij bij. Besloten is de fondsenwerving strategisch aan te pakken, te professionaliseren en te verbreden." Hummel vervolgt: "Direct Mail, de belangrijkste manier voor goede doelen om onder particulieren te werven, is ook voor ons profijtelijk. We zijn begonnen met het opzetten en testen van mailings, waardoor we al snel ons bestand verdubbelden van zes- naar twaalfduizend donateurs. We zoeken naar de voor ons best renderende aanpak. We denken wat dit betreft niet in kosten maar in investeren, waarbij we die kosten natuurlijk wel, net als het resultaat, scherp in de gaten houden." Lampe: "Je kunt heel trots iedereen melden dat je maar 9% kosten maakt, in plaats van de door het CBF toegestane vijfentwintig. Maar waar het echt om gaat, is wat wij voor Afrika kunnen betekenen. Samen met ons bestuur zijn we tot de conclusie gekomen dat het veel beter is om de komen-

de drie jaar de volle 25% te investeren, wanneer we daarmee bereiken dat we op termijn veel meer voor Afrika kunnen doen. De ongeveer twee miljoen euro fondsen die we nu per jaar werven,

Printbroking Productie management Door direct mail volumes van meerdere organisaties te combineren en nationaal en internationaal in te kopen, kunnen er verrassende besparingen gerealiseerd worden op de inkoop van drukwerk en data- en lettershop services. EL&PS deelt deze kortingen met haar klanten.

William Gates sr., Miriam Were, Michael Smalley (vlnr)

kan nog aanzienlijk stijgen volgens ons. Dat we, om dat voor elkaar te krijgen, op de korte termijn procentueel iets minder afdragen aan onze Afrikaanse moederorganisatie, wordt op termijn met een grotere absolute bijdrage meer dan goed gemaakt." Hummel: "Naast het uitbreiden van ons donateursbestand gaan we structureel meer aandacht besteden aan het ontwikkelen van samenwerking met bedrijven. Ook zijn we bezig met bijdragen uit subsidies van van vermogensfondsen in binnen- en buitenland." Lampe: Vroeger was AMREF Flying Doctors Nederland vooral een locaal kantoortje van AMREF Afrika. Maar tegenwoordig beschouwen we onszelf als de ambassade van AMREF in Nederland. Daar hoort een professionele organisatie, met professionele fondsenwerving en een sterk gecommuniceerde boodschap naar het publiek bij." #

Ervaren drukwerkinkopers adviseren u over de mogelijkheden in binnen- en buitenland. Johan Agema is productie manager bij EL&PS en heeft jarenlange ervaring met het produceren van direct mail en andere grafische producten.

Door slimmer in te kopen en volumes te combineren kunnen we vaak meer dan 20% goedkoper produceren. EL&PS produceert wereldwijd tientallen miljoenen direct mail packs. Met ons (internet gedreven) ‘bid to print’ systeem zijn wij online met tientallen drukkers wereldwijd en maken zo altijd gebruik van de heersende overcapaciteit. Zo kunnen we altijd garanderen de beste prijs-kwaliteit verhouding te leveren. Wilt u meer weten of wellicht een offerte, bel of mail ons dan. Postbus 648, 2003 RP Haarlem Amerikaweg 10 • 2035 RA Haarlem Phone +31 (0)23 751 02 55 • Fax +31 (0)23 533 49 75 Email j.agema@elps.nl

Fondsenwerving augustus 2005

P.

21


Progress, de nieuwe database voor fondsenwervende instellingen. Met Progress heb je (eindelijk) al je bestanden onder controle: alle leden, donateurs, gevers, sympathisanten en relaties in één, zeer krachtig systeem. Progress is modulair en kan op maat worden geleverd. Progress wordt gehuurd of gekocht. Progress werkt op een stand-alonecomputer, in een netwerk of via het internet. U kunt met Progress alles zelf doen, maar ook uitbesteden. Progress is aantrekkelijk voor organisaties van elke omvang. U kiest de configuratie die nu het beste bij uw organisatie past. Daarna kan het systeem naadloos worden aangepast aan veranderingen en groei. In Engeland behoort Progress met meer dan 150 klanten tot de topdatabases voor fondsenwervende instellingen. Datapartners is er trots op u de speciaal voor Nederland ontwikkelde versie van Progress aan te kunnen bieden. Progress • opvallend gebruiksvriendelijk • rapporten met een druk op de knop • analyseren en segmenteren in een handomdraai • meertalig te gebruiken • probleemloze afhandeling van betaalverkeer • simpel toegankelijk via het internet • handig evenementen en activiteitenbeheer • met een zeer gunstige prijs - kwaliteitverhouding Belangstelling? Bel of mail Peter Arens voor een spetterende demonstratie en overtuig u ervan dat ook uw organisatie vooruitgang boekt met Progress! Telefoon: 06 22 536 789 E-mail: peter@datapartners.nl website: www.datapartners.nl

Een Fisk Brett Company


Charimago-onderzoek Acxiom Mensen doneren aan goede doelen. Maar waarom geven mensen aan bepaalde goede doelen? Drs.Janneke Welten van Acxiom deed onderzoek naar wat mensen belangrijk vinden bij het doneren en hoe de gevers verschillende goede doelen percipiëren. Sociodemografische groepen Onder sociodemografische kenmerken wordt verstaan in welke type woning men woont, hoe lang men daar woont, in welke inkomensklasse men zich bevindt, uit hoeveel personen het huishouden bestaat enz. Op basis van de traditionele sociodemografische benadering onderscheidt het onderzoek een groep starters, gezinnen met kinderen en twee groepen ouderen: alleenstaanden en gehuwden en/of samenlevenden. Uit het onderzoek blijkt dat mensen die doneren, gemiddeld meer verdienen en hoger opgeleid zijn dan mensen die dat niet doen. Ook werd vastgesteld dat de gevers gemiddeld ouder zijn dan de mensen die niet doneren. Donateurs met een positieve attitude ten opzichte van geven en helpen, waren vooral te vinden onder de niet godsdienstige, hoger opgeleiden én de jongeren. De beide ouderengroepen scoren hier lager dan de gezinnen en de starters. Geefdimensie Aan de hand van acht stellingen, werd nagegaan wat de gevers vinden over het geven. Op basis van de uitkomsten daarvan, konden drie geefdimensies worden gedefinieerd: gemakskeuze <> denkkeuze, verplicht <> onverplicht en informatie <> non-informatie. De twee ouderengroepen maken vooral een gemakskeuze met betrekking tot doneren, en voelen zich doorgaans meer verplicht om

te geven. Ze zijn minder geïnteresseerd in de informatie van goede doelen. De starters voelen zich niet verplicht om te geven, maar komen door over zaken na te denken tot een positieve geefbeslissing. Zij zijn daarom wel geïnteresseerd in de informatie van de goede doelen. Voor gezinnen ligt het allemaal minder duidelijk: ze scoren gemiddeld en divers op alle drie de geefdimensies. Interessant is dat de meeste respondenten een voorkeur hebben voor structuurhulp, boven noodhulp. De praktijk wijst uit dat het hier om een principiële voorkeur gaat die bestaat naast de bereidheid om ook te geven als de nood echt aan de man komt. Belangdimensies Als het gaat om wat donateurs belangrijk vinden bij doneren, dan onderscheidt Welten de volgende belangdimensies: altruïsme <> eigenbelang, transparant <> complex en informeel <> professioneel. De dimensie altruïsme <> eigenbelang meet vooral of mensen het belangrijk vinden om zelf profijt te hebben van een donatie. De dimensie transparant <> complex geeft de mate weer waarin mensen willen weten waar hun donatie aan besteed wordt. Transparant wil hier zeggen dat men dat beslist wil weten. Informeel <> professioneel geeft aan in welke mate mensen de structuur van de organisatie belangrijk vinden. De vraag is hier of de gever kiest voor een organi-

satie waar vooral met vrijwilligers wordt gewerkt, of voor een fonds waar veel geld nodig is voor de organisatie zelf. Op basis van deze dimensies kunnen vier groepen donateurs worden gedefinieerd. Er is een groep mensen die altruïstisch doneren en die niet zozeer hoeven te weten wat er met een donatie gedaan kan worden. Een tweede groep donateurs geeft ook vanuit altruïstische motieven, maar vindt het wel belangrijk om te weten waaraan het geld wordt besteed. Informatie van het goede doel is bij hen welkom. Er is ook een groep die doneert, omdat dat in de toekomst voordeel voor henzelf kan opleveren. Zij vinden in het algemeen dat de organisatie informeel moet zijn. De vierde groep scoort ook hoog op eigenbelang, maar kiest voor organisaties die transparant en professioneel zijn. Ze willen geïnformeerd worden over wat er met het geld gebeurt, al begrijpen ze dat een deel nodig is voor de organisatie. Opvallend is dat deze groepsindeling op basis van wat de gevers belangrijk vinden, geen overeenkomsten vertoont met de sociodemografische indeling. Het benaderen van mensen op basis van socio-demografische kenmerken kan profijtelijk zijn, omdat zij specifieke geefmotieven hebben. Maar tegelijk kunnen er grote verschillen zijn in wat ze belangrijk vinden bij het geven. Als bij de marketingcommunicatie ook met die factoren rekening gehouden kan worden, levert dat een betere kosten-batenverhouding op. Nieuwe donateurs Wat respondenten belangrijk vinden bij het geven, werd ook teruggevonden in hun beoordeling " Fondsenwerving augustus 2005

P.

23


Succesvol fondsenwerven met Internet Als fondsenwerver hebt u een perfecte on line mix nodig voor optimale communicatie met uw doelgroepen, uw achterban, uw gevers: • • • • • • •

website contentmanagement banners enquêtes e-mailnieuwsbrieven het bedankje voor een donatie de aankondiging van een nieuwe activiteit

Werven, binden, communiceren en samenwerken, ondersteund door een mix van on-linehulpmiddelen. Die on line mix kunnen we voor u realiseren: op maat, op tijd, binnen uw budget en conform uw wensen en doelstellingen. Met ons gebruikersvriendelijke en zeer krachtige content-managementsysteem houdt u snel en gemakkelijk zelf uw website actueel. Onze on line toolkit vormt de beste ondersteuning voor uw communicatiestrategie, dm-acties en andere fondsenwerving.

Bij Crossing Channels weten we hoe je dat doet We vormen een krachtige combinatie van marketing en on-lineondersteuning en we stemmen deze mix af op uw wensen en doelstellingen.

Interesse? Daag ons uit en neem contact op met Boris Stam (directeur), 0346 599 000 of e-mail naar bstam@crossingchannels.com Kijk voor referenties op www.crossingchannels.com


" van goede doelen. Zo blijken gezondheidsfondsen hoog te scoren op eigenbelang. Natuurbeschermingsorganisaties scoren gemiddeld. Deze worden over het algemeen gezien als complexe organisaties; de respondenten hadden weinig kennis van deze organisaties. Dit komt overeen met een meting over bekendheid met veertien goede doelen. Een van de grootste natuurbeschermingsorganisaties kwam daarbij op de op twee na laagste plaats. Noodhulporganisaties gericht op het buitenland worden gezien als zeer transparant. Een fonds dat zich richt op binnenlandse hulp, beschouwt men als een informele organisatie, waar veel vrijwilligers werken en weinig geld aan de organisatie wordt besteed. Een bepaald fonds gericht op kinderhulp in het buitenland scoort hier laag: men denkt dat er veel geld naar de organisatie zelf gaat. De gevers aan dit fonds scoren juist hoog op altruïsme

Het nut van dergelijke indelingen wordt duidelijk als een organisatie nieuwe doelgroepen wil gaan aanspreken. Een bepaald groot gezondheidsfonds bijvoorbeeld, wordt gezien als een organisatie die hoog scoort op eigenbelang. Door een project gericht op kinderen op te zetten, is het mogelijk dat het zich meer naar altruïsme verplaatst op de dimensie altruïsme <> eigenbelang. Denkbaar is dat op die manier nieuwe donateurs worden aangesproken in de groep die meer altruïstisch is en minder om het eigen belang geeft. Ook kan op basis van dergelijk onderzoek worden vastgesteld dat de dimensies van wat mensen belangrijk vinden bij doneren dezelfde dimensies zijn waarop goede doelen worden beoordeeld. Een mailing de deur uit doen, geselecteerd op basis van sociodemografische gegevens, heeft daarom alleen zin als deze inspeelt op de geefmotieven van die doelgroep. # Jaap Zeekant

Porto tarieven (nationaal en internationaal) EL&PS is in staat om volumes direct mail en post van tientallen organisaties te bundelen. Dat levert deze organisaties besparingen op in drukwerk en porto tarieven.

Wereldwijd hebben wij door samenwerking met gerenommeerde postbedrijven op basis van volume afspraken erg gunstige porto tarieven bedongen. Tarieven die vaak onder de geldende markttarieven liggen.

ACXIOM For Charity Vlak voor onze deadline kregen we er lucht van dat Acxiom de goededoelenmarkt gaat benaderen met een opvallend nieuw product. Specifiek voor fondsenwervers introduceert Acxiom na de zomer ACXIOM | For Charity. Het concept is ontwikkeld vanuit de wereld van de donateur, met inbegrip van alle stromen die vanuit dit contact plaatsvinden met de organisatie. Het systeem stelt de fondsenwerver in staat om vanuit één infrastructuur alle klantcontacten, transactieverkeer, marketing, communicatie en sales tot zijn beschikking te hebben en te gebruiken.

Dat betekent, aldus Acxiom: snel inspelen op de actualiteit, continu toegang hebben tot alle relevante klantgegevens, structureel campagnemanagement bedrijven, gedifferentieerd communiceren met de donateurs en zelf invloed uitoefenen op bedrijfsprocessen met meetbare resultaten.

Ook in Nederland heeft EL&PS de mogelijkheid om haar klanten een porto tarief te offreren dat gunstiger is dan dat van bekende inkoopcombinaties.

Durft u het aan om na te vragen wat u kunt besparen? Wij weten zeker dat u aangenaam verrast zult zijn.

U kunt ons bereiken op: ACXIOM | For Charity wordt gepresenteerd als één geïntegreerde oplossing voor alle operationele en marketingactiviteiten, het werken in eigen beheer, combineert met de continue mogelijkheid om van de optimaal geoutilleerde back-office gebruik te maken. Meer hierover in het volgende nummer.

Postbus 648, 2003 RP Haarlem Amerikaweg 10 • 2035 RA Haarlem Phone +31 (0)23 751 02 55 • Fax +31 (0)23 533 49 75 Email j.agema@elps.nl

Fondsenwerving augustus 2005

P.

25


uw partner voor een grafische totaaloplossing Hoekman Grafische Groep is een full-service onderneming met vestigingen in Genemuiden, Zwolle en Rijssen.

M aa t in Co m m un ic at ie

Hoekman Grafische Groep www.hoekman.nl Genemuiden

Zwolle

Rijssen

038-3852385

038-4564800

0548-530405

genemuiden@hoekman.nl

zwolle@hoekman.nl

rijssen@hoekman.nl


Lespakketten en fondsenwerving Educatief materiaal kan ook een instrument voor fondsenwerving zijn. Toch is het als zodanig tot nog toe onderbelicht gebleven. Vakblad Fondsenwerving vroeg Drs A. (Arno) Reints, directeur van CLU - onderwijskundig adviesbureau van de Universiteit van Utrecht om zijn visie. Veel fondsenwervende instellingen hebben educatief materiaal voor scholen ontwikkeld. Zij doen dat om verschillende redenen. Allereerst hopen zij dat het materiaal bijdraagt aan de naamsbekendheid, wat goed is voor de fondsenwerving. Nog concreter is de relatie tussen educatief materiaal en fondsenwerving wanneer aan het educatieve project een (sponsor- of donor)actie gekoppeld wordt. Daarnaast hoopt de fondsenwervende instelling natuurlijk, dat het gebruik van het educatieve

materiaal kinderen en jongeren bewust maakt van bepaalde misstanden. Daarmee kan het educatief materiaal ook op de langere termijn bijdragen aan fondsenwerving én aan het aantrekken van vrijwilligers. Werken lespakketten? Maar heeft educatief materiaal inderdaad deze effecten? Het is de onzekerheid van het antwoord op deze vraag die veel andere fondsenwervende instellingen ervan weerhoudt te investeren in het

ontwikkelen van dat materiaal. Deze vraag is nauwelijks onderzocht. Het enige mij bekende onderzoek is dat van A. Griffioen (2002). Zij onderzocht de effecten van het lespakket ‘Kinderstem in de Klas’ van Mensen in Nood. Dit onderzoek toonde aan dat er bij de leerlingen weliswaar sprake was van kennistoename, maar dat die niet kon worden toegeschreven aan het lespakket. Daarnaast vond Griffioen geen verandering in de houding van de leerlingen ten opzichte van vluchtelingen, terwijl dat nu juist de bedoeling was van het lespakket. Daarvoor zijn de volgende verklaringen denkbaar. Zo kan het lesmateriaal onvoldoende geweest zijn. Het is ook mogelijk dat docenten en/of leerlingen het materiaal verkeerd gebruikten. En een oorzaak kan zijn dat de gebruikers het materiaal onvoldoende waardeerden. "

Arno Reints

Fondsenwerving augustus 2005

P.

27


VFW VACATURES

" Van deze laatste twee oorzaken kon echter worden vastgesteld dat ze niet aan de orde waren. Het lijkt er dan ook op dat de kwaliteit van het materiaal de belangrijkste verklaring is. Helaas is die nu juist niet gemeten in het onderzoek. We kunnen er echter van uitgaan dat de kwaliteit van het lesmateriaal een belangrijke voorspeller is van het optreden van leereffecten (kennis en houding) van lespakketten, en in het verlengde daarvan dus ook van het succes van fondsenwerving. Programma van eisen Als je lesmateriaal wilt gaan ontwikkelen, dan doe je er goed aan de (beoogde) kwaliteit ervan vast te leggen in een programma van eisen. Dat is een document waarin je zo concreet mogelijk beschrijft aan welke (waarneembare) kenmerken het lespakket dat je gaat ontwikkelen, moet voldoen. Daarvoor moet je weten welke eisen de overheid stelt aan deugdelijk onderwijs. Die heeft ze neergelegd in zogenaamde kerndoelen. Ze bestaan voor het basisonderwijs en voor het voortgezet onderwijs. Het is belangrijk dat je als ontwikkelaar van lespakketten daarbij aansluit. En dat je aan scholen duidelijk maakt op welke kerndoelen je lespakket zich richt. Je moet ook weten wat de wensen van de docenten zijn. Wat hun favoriete didactische werkvormen zijn, hoe de organisatie van het gebruik van je lespakket het soepelst kan verlopen. En je moet natuurlijk kennis hebben van de

P.

28

GRATIS VACATURESITE OP

www.fondsenwerving.nl Kijk op www.fondsenwerving.nl en ga naar JOBS Fondsenwerving augustus 2005

leerlingen. Wat vinden zij leuk? Welk niveau kunnen zij aan? Welke leerstijlen hebben ze?

Vervolgens kun je een beschrijving geven van de kenmerken waaraan je lespakket moet gaan voldoen. De belangrijkste kenmerken van goed educatief materiaal hebben te maken met inhoud, didactiek en vormgeving. Bij de inhoudelijke kenmerken beschrijf je welke thema’s behandeld gaan worden. Daarbij let je op de leerdoelen die je met het lespakket wilt bereiken. Zijn dat alleen kennisdoelen of ook attitudedoelen? Ook de opbouw en structuur van de leerstof is van belang. Je kunt de leerlingen immers niet meteen met de meest complexe begrippen en verschijnselen confronteren. Ga je concentrisch of cursorisch te werk? Daarnaast is het werken met contexten aan te bevelen. Welke contexten sluiten goed aan bij de leefwereld van de leerlingen? Dat is een belangrijke vraag als je filmbeelden wil schieten. En tot slot moet je ook nadenken over welke normen en waarden je wilt uitdragen. Het beschrijven van de didactische kenmerken begint met de keuze voor een didactisch concept. Misschien wil je uitgaan van pro-

jectonderwijs, of wil je een competentiegericht lespakket maken. Belangrijk is ook of en hoe je in wilt spelen op de verschillen die er tussen leerlingen bestaan. Leerlingen verschillen in niveau, in tempo, maar vooral in leerstijl. Hoe hou je daar rekening mee? En welke didactische werkvormen ga je vooral gebruiken? Zo kun je er voor kiezen om veel verhalen in het materiaal op te nemen, of veel doe-activiteiten, of om een (fondsenwervende) actie op touw te zetten. Tot slot moet je nadenken over welke instructiestappen je in het materiaal opneemt. Die zijn afhankelijk van welke lesdoelen je wilt bereiken. Bij de vormgeving gaat het om de volgende zaken. Waar moet je op letten bij het leesbaar formuleren van teksten? Wat voor soort illustraties ga je gebruiken en hoe zorg je voor een goede samenhang met de teksten en de opdrachten? Ook een effectieve markering van de relevante passages in de tekst is van belang, net als meer in het algemeen de eisen waaraan een aantrekkelijke, maar toch sobere lay-out moet voldoen. Attitude- of houdingsverandering Wanneer we zo’n programma van eisen wat meer toepassen op lesmateriaal waarbij je attitude- of houdingsverandering bij leerlingen nastreeft, kan een aantal concrete aanwijzingen worden gegeven. Een van die aanwijzingen is dat leerlingen allereerst kennis moeten hebben van een bepaalde houding. De leerling moet weten dat een bepaalde houding bestaat. Vervolgens moet de leerling inzicht krijgen in de doelmatigheid van de houding. Wanneer de leerling het nut of het belang niet inziet van een bepaalde houding, zal hij of zij deze niet snel aannemen. Volgens De Block en Heene (1997) verkrijgen de leerlingen geen goed inzicht in het nut of het belang van een bepaalde houding, wanneer zij slechts voortdurend


op dat nut en dat belang worden gewezen. Het is juist belangrijk dat leerlingen het nut en het belang van een bepaalde houding ervaren. Het leren door eigen ervaring vormt volgens De Block en Heene de rode draad in het proces van houdingsverandering. Het is van belang te weten dat Nijhuis (1996) een belangrijk onderscheid heeft aangebracht in verschillende benaderingen van vorming in waarden en normen. Hij onderscheidt waardenverheldering, waardenoverdracht, waardencommunicatie en waardenontwikkeling. Elke benadering vraagt om een eigen didactische aanpak. Niet elke benadering is geschikt voor elke leeftijdsgroep. Bij jonge leerlingen heeft waardenoverdracht meer effect, terwijl van waardenontwikkeling meer sprake kan zijn bij oudere leerlingen. Het leerproces moet volgens De Block en Heene bovendien interactief zijn. De leerling moet in interactie met leerkracht, medeleerlingen en omgeving in gaan zien welke houdingen er ten aanzien van een bepaald onderwerp mogelijk zijn en welke houding hij of zij het best vindt passen. Bij dit proces is begeleiding essentieel. Iets voordoen of voorzeggen is gemakkelijk. Maar het is veel moeilijker een omgeving te creëren waarin de leerlingen zelf kunnen leren. Dat is echter wel de enige, adequate weg om leerlingen de kans te bieden zichzelf te veranderen. Daartoe zal de leerkracht zich moeten kunnen inleven in de leefwereld van de leerlingen. Hij zou de wereld moeten kunnen zien door de ogen van de leerlingen. De Block en Heene concluderen dat voor het bewerkstelligen van een houdingsverandering bij leerlingen het leerproces moet aansluiten bij, en steunen op de eigen ervaring van de leerling; de leer-

ling moet als totale persoon bij het leerproces betrokken zijn en hij moet de mogelijkheid krijgen over zijn houding te reflecteren. De Block en Heene melden dat het leergesprek een zeer geschikte didactische werkvorm is voor het bewerkstelligen van houdingsverandering. Door goed gekozen vragen kan de leerkracht bepaalde houdingen naar voren laten komen. Wanneer leerlingen ervaren en inzien dat er verschillende houdingen zijn, kan gemeenschappelijk besloten worden welke houding in een bepaalde situatie de voorkeur heeft. Als ik alles nog eens op een rij zet, dan is voor het realiseren van houdingsverandering, nodig dat de leefwereld van kinderen centraal staat, de betrokkenheid van leerlingen groot is, de leerlingen worden uitgedaagd te reflecteren op hun eigen houding en er ruimte is voor interactie tussen de leerkracht en met de medeleerlingen in de vorm van een leergesprek of een discussie. Uit het door Griffioen uitgevoerde onderzoek bleek dat de leerlingen wellicht onvoldoende werden uitgedaagd te reflecteren op hun eigen houding. De videoband van het lespakket is bijvoorbeeld niet of nauwelijks nabesproken. Leergesprekken hebben nauwelijks plaatsgevonden. Ook uitgebreide discussies zijn er niet geweest. Nieuw educatief materiaal Volgens de in dit artikel genoemde uitgangspunten hebben we samen met Vastenaktie/Cordaid (het ontwerp van) een nieuw lespakket voor het basisonderwijs samengesteld, over Suriname. Daarbij hebben we eerst het programma van eisen opgesteld. Daarbij werd ook meteen duidelijk welke filmbeelden in Suriname geschoten moesten worden, voor een goede integratie met het lesmateriaal. Onderdeel van het programma

van eisen was een actie die op school met de ouders op touw zou worden gezet, geïntegreerd in het lesmateriaal. Er is een uitvoerig ontwerp gemaakt van de gehele lessenreeks, waarna in Suriname het benodigde (film-)materiaal is

Referenties Block, A. de & Heene, J (1997). Attitudes en eindtermen. Antwerpen: Standaarduitgeverij Griffioen, A. (2002). Het lespakket ‘Kinderstem in de Klas’ van Mensen in Nood. Wat leerlingen ervan leren, hoe het wordt gebruikt en hoe het wordt gewaardeerd. Utrecht: CLU. Universiteit Utrecht Nijhuis, H.C.M. (1996). Waarde(n)vol leren. Analyse en evaluatie van waarden en normen in schoolboeken. Den Haag: Algemeen Bureau Katholiek Onderwijs.

verzameld. Vervolgens werd dit ontwerp ingevuld: de lessen werden geschreven, opdrachten werden bedacht, illustraties gemaakt, de lessen werden vormgegeven en de actie werd verder uitgewerkt. Zo ontstond door een systematische en projectmatige aanpak een kwalitatief goed lespakket. Ik ben ervan overtuigd dat educatief materiaal een belangrijk instrument kan zijn in het kader van fondsenwerving. Maar dan zal het materiaal de onderwijskundige toets der kritiek goed moeten kunnen doorstaan. Want er moet geconcurreerd worden met volwaardige onderwijskundige pakketten van de gevestigde, educatieve uitgeverijen. En die hebben op dat punt doorgaans professionelere middelen ter beschikking dan fondsenwervende instellingen. Systematisch onderzoek naar de kwaliteit, het gebruik en de effecten van het educatieve materiaal van fondsenwervende instellingen kan helpen die concurrentie aan te gaan. # Info: A.Reints@clu.nl Fondsenwerving augustus 2005

P.

29


Nationale Goede Doelen Test Er komen steeds meer initiatieven om de transparantie van de goededoelenwereld te vergroten. We hadden al het CBF, de Donateursvereniging, de gedragscodes van NGF en VFI. Daar kwam kort geleden de code voor goed bestuur van Wijffels bij. Bovendien gaan er al langere tijd geruchten dat het Amerikaanse Guidestar van plan is ook in Nederland actief te worden. Een heel recent, nieuw initiatief is de Nationale Goede Doelen Test. De NGDT is een website waarop bezoekers na het beantwoorden van een aantal vragen, een individuele top-10 van goede doelen ontvangen. De kans is groot dat deze top-10 goede doelen bevat

waarvan de persoon nog nooit heeft gehoord, maar die wel perfect passen bij zijn criteria. Nadat NGDT op 19 april 2005 werd gelanceerd in het RTL 4 tv-programma Aperitivo, hebben inmiddels al meer dan 5.000 mensen de test gedaan. De antwoorden op de vragen worden ook gebruikt om goede doelen een spiegel voor te houden, zodat ze hun werkwijze kunnen aanpassen aan de wensen van de gevers.

NGDT wil uiteindelijk alle ca. 12.000 wervende goede doelen opnemen op de site. Het doel van de NGDT is het vergroten van de transparantie in de Nederlandse goededoelenwereld. Een poging om met de Donateursvereniging samen te werken is mislukt. Opvallend is dat Henk van Stokkom en Femke Lagaaij, bestuursleden van de Donateursvereniging, ook medeinitiatiefnemers zijn van NGDT. De inmiddels opgerichte Stichting NGDT, zonder winstoogmerk, is erin geslaagd de kosten voor de komende drie jaar geheel te dekken uit giften en sponsoring. Info: www.nationalegoededoelentest.nl #


Internationaal automatisch incasseren De meeste organisaties in Nederland weten het al jaren: geven via automatische incasso’s is ideaal. Het is gemakkelijk voor de donateur én voor de organisatie. Omdat het zo goed als zeker is dat het geld op een bepaald moment binnenkomt, kan het goede doel er ook een betere, financiële planning mee maken. Bij goede doelen in de Verenigde Staten staat het maandelijkse geven nog in de kinderschoenen. Het is waarschijnlijk een van de landen waar automatische incasso (auto-incasso) het minst populair is. Dit komt door de wijze van bankieren die, in vergelijking met bijvoorbeeld Nederland, Middeleeuws is. Postgiro kent men er niet. Er wordt vooral met cheques en creditcards gewerkt, maar ook nog heel vaak met contant geld. Bovendien komt er meer fraude voor, waardoor mensen niet graag hun bankinformatie geven. De creditcard is populair, omdat men daarmee niet rechtstreeks aan iemand zijn bankgegevens komt. Amerikanen betalen niet via hun bank, maar rechtstreeks aan de organisatie of het bedrijf. Als we hier in Amerika een rekening krijgen, staat er geen bankrekening op, want dat is absoluut geen openbare informatie. Er zit wel een antwoordenvelop bij, waarmee je een cheque, contant geld of creditcardgegevens naar de begunstigde stuurt. De begunstigde en zijn bank verwerken vervolgens de gegevens en de betaling wordt gerealiseerd. Er is geen sprake van grote databases bij de banken waar alle gegevens al inzitten, zoals in Nederland of Duitsland, en waarmee de begunstigde de betaalgegevens gemakkelijk in zijn eigen bestand kan verwerken.

Het Nederlandse banksysteem is veel klantvriendelijker; het gaat heel snel en het scheelt veel werk voor alle betrokkenen. De verschillen tussen de betaalsystemen hebben historische oorzaken. Ze zijn moeilijk te veranderen. Toch begint elektronisch bankieren in de VS toe te nemen. Meer en meer

bedrijven gaan ertoe over om hun klanten te motiveren automatisch te betalen. Maandelijks geven In de meeste landen waar ik in de loop der jaren het maandelijkse geven bij goede doelen heb geïntroduceerd of verder ontwikkeld,

zoals Engeland, de VS, Australië, Canada, Frankrijk, Italië, Duitsland en Nederland, bestaan diverse mogelijkheden van automatisch geven. Er is de automatische incasso via de bank (Electronic Funds Transfer of EFT), de automatische incasso via de creditcard (Automatic Credit Card) of het loopt via het sturen van maandelijkse herinneringsbrieven. Deze gevers noemen we ook wel de envelopdonateurs. Dit laatste komt door de perfecte betaalinfrastructuur in Nederland en Duitsland nauwelijks voor.

Erica Waasdorp

Hoewel de systemen van automatisch geven in ieder land weer

anders zijn, gelden enkele universele richtlijnen voor het verkrijgen van nieuwe automatische donateurs. Ik heb de belangrijkste op een rij gezet. Geef het automatische geefprogramma een naam en bedenk een logo, liefst in het verlengde van " Fondsenwerving augustus 2005

P.

31


Fondsenwerving Pluspagina

Fundraising Initiatives is het eerste en meest ervaren bureau voor huis-aan-huisfondsenwerving in Nederland. Al jarenlang werven we substantiële extra inkomsten voor vele goede doelen. Alex van Dam legt u graag uit hoe ook uw goede doel kan profiteren van onze ervaring en kennis en van het enthousiasme van onze medewerkers. Bel voor een afspraak met Alex van Dam Tel.: 020-5708915, www.fundraisinginitiatives.nl

Zorg & Welzijn • Onderwijs & Wetenschap Amateursport & Recreatie • Overige non profit Postbus 31441, 6503 CK Nijmegen Telefoon 024 - 381 71 11, Fax 024 - 381 71 19 Email info@isf.nl

Bel: Frank van Leer: 0345 - 599 955 vanleer@drtv.nl

opleidingen • workshops • helpdesk • adviezen op maat • bibliotheek • jaarcongres • haalbaarheidsonderzoek • behartiging van de belangen van de middelgrote en kleine doelen.

voor succesrijke fondswerving zie www.fondswerving.nl

Vlietlaan 44B-1 1404 CC Bussum 06- 5420 3130 montagneservices@planet.nl

DRTV en radio-campagnes donateurs- en ledenwerving bouwen aan uw ‘merk’

Kunst & Cultuur • Natuur & Milieu

Keverberg 45 1082 BD Amsterdam tel.: 06 - 535 301 05 e-mail: fondswrv@xs4all.nl

Montagne Services stimuleert nieuwe ontwikkelingen in de not-for-profitsector en in de wereld van duurzame ontwikkeling. We doen dit met eigen onderzoek, fondsenwervings- en marketingadvies, en met de ontwikkeling van fondsenwervingsconcepten.

www.drtv.nl

Nederlands Genootschap van Fondsenwervers Contact met collega’s, Opleiding en training & Belangenbehartiging Secretariaat NGF: Keizersgracht 317 1016 EE Amsterdam 020 - 497 02 86 WORD NU LID!

VFW MEETING POINT ARKEL Vergadercentrum voor fondsenwervers Dam 20 – 22, 4241 BN ARKEL (bij Gorinchem) Info: www.meetingpointarkel.nl Of 0183 – 56 39 12 – Jan Krol

VFW LEZERSVOORDEEL

WWW.NGF.NU Uw abonnementsgeld terugverdiend met VFW LEZERSVOORDEEL £ 50 korting (ca. € 75) op toegang IFC / International Fundraising Congress 18-21 oktober 2005 in Noordwijkerhout Info: workshops@fondsenwerving.nl

Ondersteuning op het gebied van: - Europese subsidies - Fondsenwervingsactiviteiten - Het doorlichten van de interne organisatie - Het structureren van organisatieprocessen

Annette J.Th. Eikmans Telefoon 070-3943701 E-mail: mail@inter-connectie.com

Ierlandlaan 6 2713 HL Zoetermeer Postbus 7373 2701 AJ Zoetermeer Telefoon: 079-351 52 55 Fax: 079-351 31 21 e-mail: info@notaris-adacta.nl


" de missie van de organisatie. Mensen houden ervan om bij een club te horen en het is veel gemakkelijker om ze op een speciale manier te benaderen. Enkele organisaties die het zo doen zijn: Amnesty International: Partners of Conscience, CARE (CARE for the Child), IFAW (Voorvechter voor Dieren, Champion for Animals) of America Needs Fatima (Children of Mary). Investeer in de lange termijn. Ik ken veel fondsenwervers die het een keer proberen en dan zeggen: "het werkt niet, we stoppen ermee". Een maandelijks geefprogramma kost tijd om te ontwikkelen en te groeien. Elke organisatie moet dat leren, maar als het eenmaal op de rit staat, dan kan het heel veel (geld) opleveren. Zorg ervoor dat het management er achter staat en op de hoogte is. Laat ook de anderen in je organisatie weten hoe belangrijk en waardevol de maandelijkse gevers zijn. Vertel ze dat het essentieel is dat men ze met de hoogste respect behandelt

En......blijf testen en hun vragen snel beantwoordt. Deze donateurs blijven jaren bij de organisatie en geven vaak meer dan grote donateurs. De beste manier om resultaten van campagnes voor het verkrijgen van maandelijkse donateurs te laten zien, is op basis van twaalf maanden en niet op basis van de eerste gift. Als het programma enige tijd bestaat, krijgt ook het retentiepercentage (het deel dat op die manier blijft geven) een voorspellende waarde voor verdere acties. Je zou kunnen beginnen met de gevers die in een periode van twaalf maanden vaker dan eenmaal hebben gegeven. Probeer die

het eerst te converteren. Er zijn geen vaste regels voor welk deel de totale hoeveelheid donateurs in de database kan worden geconverteerd naar maandelijkse donateurs. Maar in de meeste landen praat je over vijf tot tien procent, al zijn er ook voorbeelden van organisaties waar het om vele tientallen procenten gaat. Houd er rekening mee dat je nooit iedereen kunnen converteren. Er zijn nu eenmaal mensen die alleen bereid zijn om iets over te maken als ze een mailing ontvangen. Blijf vragen om extra giften. Ik weet dat dit controversieel is, maar de ervaring heeft me geleerd dat de maandelijkse donateurs, mits op de juiste manier benaderd, de beste gevers zijn. Zorg ervoor dat ze in de mailing als leden van de maandgelijkse geefclub worden erkend. Geef aan dat je niet per se een gift verwacht, maar dat je ze vooral op de hoogte wilt houden van je programma’s. Uiteraard verschilt de benadering per organisatie. En zorg er ook voor dat de mensen die hebben aangegeven weinig of geen informatie per post te willen ontvangen, niet per post worden benaderd. E-mail kan dan een oplossing zijn. Maak een speciaal bedankje voor nieuwe maandelijkse gevers en gebruik een speciaal telefoonnummer en e-mailadres, zodat ze gemakkelijk contact kunnen opnemen. Ontwikkel standaardbrieven voor de gevers die eerst informatie willen ontvangen, als vaste donateurs opzeggen, hun rekening nummer willen veranderen, enz. Hoe lang vaste donateurs zo blijven geven, hangt af van hoe je hen behandelt en via welk systeem ze geven. Over het algemeen zijn retentiepercentages van donateurs via automatische incasso hoog, ik heb gemiddeld 95 procent in het eerste jaar gezien (met de hoogste drop-off na de eerste paar maan-

den). Gemiddeld ga ik uit van 90 procent voor creditcarddonateurs en 50 tot 70 procent voor maandelijkse envelopdonateurs. Bedenk overigens dat je bij creditcards om de zoveel tijd (meestal twee tot drie jaar) moet vragen om bijgewerkte gegevens. Stuur daarom bijtijds een herinneringsbrief. Gelukkig is dat ook een goed moment om te vragen om een verhoging. Dit blijkt in de praktijk

Blijf vragen om extra giften heel goed te werken. Benader ook degenen die opgezegd hebben of die gestopt zijn met betalen. Het is de moeite waard ze te laten bellen. Ik heb gezien dat je met telemarketing 15 procent of meer kan terughalen en met een brief met een vragenlijst nog altijd zo'n 5 procent. Vraag automatische donateurs op gezette tijden om een verhoging. Ik heb gezien dat zo’n 35 tot 50 procent dat doet, als je ze maar de juiste motivatie geeft. Telemarketing werkt over het algemeen het best. En............blijf testen. Voor elke direct-marketingmethode geldt dat het steeds weer opnieuw testen van varianten een must is om bij de les te blijven en goede resultaten te halen. Want wat vandaag werkt, werkt morgen niet meer. En omgekeerd. Internationale verschillen In Nederland en Duitsland is het naar mijn mening vrij gemakkelijk donateurs naar automatische donateurs te om te zetten. In Engeland is het zelfs nog makkelijker omdat daar geen handtekening van de gever nodig is. Je kunt automatische incasso’s daar per telefoon accepteren en volstaan met het sturen van een schriftelijke bevestiging. In Frankrijk is automatische incasso via de bank populair " Fondsenwerving augustus 2005

P.

33


" en moet men een eenvoudig formulier insturen met de relevante gegevens. In Italië daarentegen is dat bankformulier heel gecompliceerd en intimiderend. Daarom werkt het daar beter maandelijkse herinneringsgiro’s te sturen. Maar steeds meer organisaties willen van die herinneringsgiro’s af en de banken worden wat coulanter. In Australië en Canada lopen de automatische incasso's via creditcard en bank ongeveer gelijk op. In de VS is de beste aanpak het werven van envelopdonateurs, om ze vervolgens te converteren naar automatische incasso’s. De meest succesvolle organisaties zijn de religieuze doelen. Ik ken organisaties die al tien procent maandelijkse donateurs hebben. Het is echter verbazingwekkend dat heel wat, ook grote, organisaties nog totaal niets gedaan hebben op dit punt. Hoewel het afhangt van de respons, ben ik van mening dat de actie om donateurs te converteren

naar maandbetalers, tweemaal per jaar moet worden gehouden. Direct mail werkt het meest kosteneffectief als een variatie op een mailing aan gewone donateurs. Benader, zoals hiervoor gesteld, bij voorkeur de mensen die over de laatste twaalf maanden tweemaal of meer hebben gegeven. En vergeet het niet: testen, testen, testen. Uiteraard gaat met het stijgen van de maandbetalers, het aantal eenmalige donaties omlaag. Op de zeer korte termijn kan dat zelfs vermindering van inkomsten betekenen, omdat eenmalige giften worden vervangen door kleinere maandbedragen. Tegelijk moeten extra kosten worden gemaakt voor de conversieactie. Maar voor wie bereid is te investeren zal uiteindelijk het resultaat van de actie positief zijn. Hoewel minder kosteneffectief dan direct mail is de telefoon de suc-

Maak van Direct Mail uw topvertegenwoordiger Natuurlijk zou u het liefst zelf bij de mensen langs gaan, om er persoonlijk voor te zorgen dat zij voor uw producten of diensten kiezen. Maar helaas heeft u daar de tijd niet voor... Gelukkig biedt Lijnco vele verrassende mogelijkheden om extra attentiewaarde aan uw direct mail te geven, waardoor deze net zo doeltreffend wordt als een persoonlijk bezoek. Gelijktijdig met het drukken brengen wij bijvoorbeeld een personal card, een kraslot, sticker, stansing, ponsing, acceptgiro, antwoordcoupon of zelfs de envelop aan. En dat is nog maar een kleine greep uit ons arsenaal aan special effects. Kortom Speciaaldrukkerij Lijnco maakt direct mail tot uw beste vertegenwoordiger. Vraag ons gerust om een goed gericht advies.

Speciaaldrukkerij Lijnco Groningen b.v Telefoon Fax E-Mail Website

(050) 366 99 11 (050) 366 94 00 lijnco@lijnco.nl www.lijnco.nl

cesvolste methode voor het verkrijgen van automatische incasso’s. We zien tegenwoordig ook steeds meer direct-dialoguewerving, waarbij mensen op straat en in winkelgebieden wordt gevraagd een maandbedrag te geven. Hoewel het doorgaans nieuwe gevers betreft, blijkt de methode goed te werken. Het is wel zaak goed in de gaten te houden hoe het verloop is van deze gevers, ten opzicht van die op andere manieren zijn geworven. Want daarmee bepaal je op termijn wat de meest effectieve methode is. # Erica Waasdorp Erica Waasdorp, President van A Direct Solution, direct marketing en fondsenwervingsbureau in Massachusetts, helpt diverse organisaties op en buiten Cape Cod met het werven van geld. Ze is te bereiken via: info@adirectsolution.com of via (001) 508 428 4753.



Ook voor uw ´ doel een eigen loterij! Voor een afspraak, bel 0134552825

Bezoek onze stand op Civil Society

Een loterij met úw eigen naam De Support Actie is als het ware een ‘white label’ loterij. U kunt úw eigen naam aan de loterij geven, de Support Actie verzorgt de organisatie. 80% van de opbrengst is voor úw goede doel De Support Actie incasseert per trekking de lotprijs en keert 80% uit aan úw goede doel. Wij regelen de rest Ieder goed doel in Nederland kan meedoen aan de Support Actie. Van hele kleine lokale goede doelen tot hele grote landelijke organisaties. Bent u geïnteresseerd, bezoek dan onze site:

www.supportactie.nl


Op elk willekeurig moment in het jaar zijn meer mensen thuis dan op vakantie. Op een terras zitten en even bijtanken in deze tijd van het jaar, is er voor Ronald Langendoen van EDM Media niet bij. Het is net zo druk als anders. Het advies dat EDM verstrekt aan zijn klanten waaronder het WNF, Greenpeace, VISA, NCRV, ECI, Reader’s Digest en Stop Aids Now: neem zowel januari als de zomer mee voor je mailacties. Het is bewezen dat er in de zomer 70 procent minder post wordt verstuurd. Ook commerciële Ronald aanbiedingen Langendoen zijn aanzienlijk minder. Is mailen in de zomer wel verstandig? "Ja", zegt Langendoen en hij begrijpt nog steeds niet waarom we in Nederland massaal de zomer overslaan en er zo vastgehouden wordt aan mailen in mei en december. Langendoen: "Januari genereert de hoogste respons van alle mailings die er in een jaar uitgaan." In de cijfers die Langendoen presenteert, zit geen onderscheid tussen prospect- of huismailings. Langendoen: "Grote fondsen als de Nederlandse Hartstichting, ISAO Alzheimerstichting en de Nierstichting mailen het hele jaar door en leveren het bewijs dat het succesvol is. Van 2001 tot en met 2004 is januari een hit geweest. Vele goede doelen sturen rond die tijd hun renewalmailing en dat haalt de gemiddelde respons van die maand aardig omhoog. Dit jaar zullen de cijfers afwijken en zal de Tsunami een flinke hap uit de statistieken nemen."

Niet alle eieren in één maand Langendoen stelt dat tien mailings van 100.000 mailpacks in een jaar, beter is dan tweemaal 500.000. Daarmee vang je gemakkelijker de impact van een ramp als de Tsunami op. Veel goede doelen schrijven zichzelf een andere doelgroep toe dan die ze in werkelijkheid hebben. Onvoldoende inzicht in wie je doelgroep is, is nog steeds een van de grote oorzaken van de tegenvallende respons op mailingen. Bekendheid versus inhoud Mail je op je naamsbekendheid of op inhoudelijke thema’s? Als je een goede naam hebt maar niemand weet waar je inhoudelijk

voor staat, ben je na een paar jaar uitgerangeerd. Als je voor een thema, project of een persoonlijke interesse van de gever gaat, kan dat een goeie indicatie voor een langer donateursleven zijn. Een van de lijsten die EDM graag inzet, is die van Wereld Kinderfonds Nederland. Niemand kent ze, maar toch weet iedereen waar ze voor staan. Hun inhoudelijkecommunicatie is sterk en "

Grafiek 1 Fondsenwerving augustus 2005

P.

37


Rond de christelijke feestdagen wordt meer gemaild. Iedereen gaat ervan uit dat er rond die tijd ook meer gegeven wordt. Uit grafiek 2 blijkt het tegendeel.

Grafiek 2

" persoonlijk. Ze hebben dan ook een sterke achterban. Langendoen: "De adressenlijsten zijn het belangrijkste. De brief zelf is maar een klein onderdeel van de mailing. En dan zijn er natuurlijk de gadgets. Doen we wel of geen bobbel in de envelop? Daar zijn vele meningen over. Kruisjes,

kettinkjes, potloden, labels, kaarten enz. IFAW stuurt T-shirts en kalenders. Ze gaan duidelijk voor de emotie. Memisa deed ooit een mailing met peper en zout en dat hielden ze lang vol. Later bleken ze te kunnen volstaan met een mailing met een foto van peper en zout. De respons week niet af, men wist waar het over ging."

Ben ik rijk? Langendoen: "Het ging in 2002 al slechter met de economie, maar 2002 was qua respons nog een goed jaar. Niet het banksaldo bepaalt de donatie, maar het gevoel van ‘Ben ik rijk?’ De giften in 2002 waren zelfs hoger vanwege de euroconversie. Daarbij kwam ook het eeuwig Nederlandse optimisme dat het altijd weer beter gaat. Pas in 2003 viel het muntje en begonnen mensen minder te responderen. Bij het begin van de bewustwording zakken de cijfers onmiddellijk, het vertrouwen was langer goed gebleven, dan de economie zelf." # Anneke Hakman

Al 9 jaar de enige specialist in telefonische fondsenwerving voor Charitatieve instellingen, politieke partijen en culturele instellingen Telefonische fondsenwerving Via de telefoon benaderen we donateurs in een interactieve dialoog, waarbij onze goed opgeleide fondsenwervers zorgvuldig de noodzaak van steun benadrukken en een voor de donateur prettig geefniveau wordt bereikt. We doen dat inmiddels in vier Europese landen en houden jaarlijks meer dan een miljoen gesprekken. We zijn dan ook de enige die een no-risk garantie kunnen bieden. Relationship Fundraising Bij deze manier van Relationship Fundraising staat het versterken van de band tussen donateur en organisatie centraal. Daardoor voelt de donateur zich als het ware "mede-eigenaar" van de organisatie. Die verbeterde betrokkenheid geeft onze opdrachtgevers vele nieuwe mogelijkheden. Wij zijn gespecialiseerd in: - Verwelkomen van donateurs - Reactiveren van donateurs - Upgraden van donateurs met een machtiging - Upgraden van donateurs met een giro - Sinds kort werven wij ook geheel nieuwe donateurs Voor een vrijblijvende analyse van mogelijke resultaten, financieringsmogelijkheden en/of een intakegesprek kunt u contact opnemen met Martijn de Jager of Jaap Kalff op 020 – 427 0027.


Column Eindelijk Juni was voor de branche een belangrijke maand. Op de eerste plaats vanwege het Civil Society congres. Dat zou met name voor de lokale doelen wel eens een belangrijk congres geweest kunnen zijn. Tijdens de door het CBF geleide workshop die speciaal aan de lokale doelen gewijd was, werd een Mediadonderzoek gepresenteerd, met als hoofddoelstelling "het aandragen van beleidsrelevante aanbevelingen voor toetsing van kleine fondsenwervers". Het onderzoek toont aan dat er een duidelijke vraag is naar een dergelijke toetsing, niet alleen bij het publiek maar ook bij de lokale doelen zelf. Toetsing wordt namelijk niet alleen van belang geacht voor de grotere en landelijke doelen, zoals nu feitelijk gebeurt via het CBF Keurmerk, maar ook voor de lokale en kleine doelen. Wijffels Maar er gebeurde meer in de maand juni. Vlak voor het congres werd het rapport van de door de VFI ingestelde Commissie Wijffels gepresenteerd. De adviezen betreffen weliswaar in eerste instantie de VFI-leden maar dat wil niet zeggen dat er voor de lokale doelen niet veel uit te halen valt. Immers ook aan hen mogen strikte eisen gesteld worden als het gaat over transparantie, betrouwbaarheid, verantwoordingsplicht, e.d. Vrijwel tegelijkertijd verscheen de langverwachte Discussienota algemeen nut beogende instellingen in de fiscaliteit, inmiddels de Nota

Wijn geheten. Daarin wordt, onder het motto voor wat hoort wat, aan de branche gevraagd "stelsels van certificatie" te ontwikkelen. Daarbij wordt onderkend dat de filantropische sector uiterst gevarieerd is. Gesteld wordt in de nota dat die diversiteit "tot gevolg zal hebben dat er meerdere categorieën van certificatie zullen ontstaan". En even verder is te lezen: "Ten aanzien van de kleinere fondsen en vermogensfondsen zijn (deels) andere criteria noodzakelijk". Betekent dat nu het voortbestaan van het oerwoud van verschillende regels, gedragscodes, keurmerken, verklaringen, etc.? Betekent het dat 'Wijffels' en de door het kabinet voorgestelde certificatiestelsels aan dit oerwoud worden toegevoegd? Dat mogen we het publiek niet aandoen. Het moet mogelijk zijn om, onder de paraplu van het CBF, als kwaliteitsinstituut voor de totale branche, te komen tot een nieuw Keurmerk. Een geweldige uitdaging en kans voor het CBF.

maakt. Tot nu toe zonder veel succes. De lokale doelen moesten tevreden zijn met de Verklaring van geen Bezwaar. Dat hebben de meeste, terecht, niet willen accepteren. De verklaring werd als een surrogaat gezien. Alleen de naam al!! Maar de erkenning dat er ook voor de lokale doelen een volwaardig Keurmerk moet zijn, lijkt er nu te komen. Een CBF Keurmerk voor de grotere en landelijke doelen naast een evenwaardig CBF Keurmerk voor de lokale, of, liever nog, één Keurmerk maar met verschillende en specifieke criteria per sector. Die kant moeten we op. Tijdens het congres namen CBF en ISF het initiatief tot het installeren van een werkgroep die als opdracht krijgt voorstellen te ontwikkelen voor een keurmerk voor de lokale doelen. Eindelijk. En nu maar hopen dat het er ook snel zal komen. #

Maerten C.G. Verstegen

Maerten C.G.Verstegen.

Eén keurmerk Het huidige Keurmerk heeft zijn langste tijd gehad. De adviezen van de commissie Wijffels moeten er in verwerkt worden evenals specifieke regels voor de lokale doelen. Het is iets waar het ISF zich al jaar en dag sterk voor Fondsenwerving augustus 2005

P.

39


Stichtingen oprichten Nederlanders maken veelvuldig gebruik van de vrijheid om verenigingen en stichtingen op te richten. Op elk denkbaar terrein zijn ze in onze samenleving aanwezig: politiek, geloof, sport, cultuur en milieu. Voor goededoelenactiviteiten wordt vaak gekozen voor de stichtingsvorm. Maar deze wordt ook op andere terreinen gehanteerd, zoals het maatschappelijk welzijn. De stichting is een rechtspersoon. Zij bezit dus volledige rechtsbevoegdheid en heeft zelfstandig rechten en verplichtingen. De stichting kan uitsluitend worden opgericht bij notariële akte of bij testament. De statuten van de stichting moeten in het Nederlands worden opgesteld, behalve wanneer een stichting in een Friese gemeente zetelt. Wettelijk Ook moeten de statuten op grond van de wet in de oprichtingsakte worden opgenomen en een aantal strikt vastgelegde onderdelen bevatten: de naam van de stichting met het woord ‘stichting’ als deel van de naam, de gemeente waar de stichting is gevestigd, het doel van de stichting, de wijze van benoeming en ontslag van bestuurders, de bestemming van het batig saldo van de stichting ingeval van ontbinding of de wijze waarop de bestemming zal worden vastgesteld, de verplichtingen en bevoegdheden van het bestuur, de wijze waarop bestuursleden worden benoemd en ontslagen. Notariële akte Statutenwijzigingen moeten altijd in een nieuwe notariële akte worden vastgelegd, na een daarop gericht besluit van het bestuur. Het bestuur dient statutair de bevoegdheid te hebben voor het

P.

40

Fondsenwerving augustus 2005

nemen van een besluit tot statutenwijziging. Als het nodig is de statuten te wijzigen, maar in de oude statuten is niets opgenomen over de bevoegdheid van het bestuur tot statutenwijzigingen, dan kan de rechtbank de statuten aanpassen op verzoek van de oprichter, het bestuur of het openbaar ministerie. In tegenstelling tot de vereniging, is het de stichting verboden leden te hebben. Voor zover de stichting als doel nastreeft uitkeringen te doen, hetgeen meestal het geval is, zijn deze uitkeringen beperkt tot het ideële, sociale terrein. Weliswaar is het 'sociale terrein' een ruim begrip, maar de stichting mag geen uitkeringen doen aan haar oprichters of aan hen die deel uitmaken van organen binnen de stichting, zoals het bestuur. Wel mogen de oprichters of bestuurders de door hen gemaakte onkosten of beschikbaar gestelde tijd, binnen reële grenzen, vergoed krijgen. Aansprakelijkheid De stichting kent doorgaans slechts één bestuursorgaan, het bestuur. Het bestuur bestuurt en vertegenwoordigt de stichting. In de situatie dat een stichting één bestuursorgaan heeft, mist deze een orgaan dat toezicht uitoefent op het bestuur. Behalve wanneer de statuten anders bepalen, is het bestuur dus geen rekening en verantwoording aan anderen schuldig. Daar ligt dan ook een van de gronden voor de noodzaak om voorstellen te ontwikkelen voor

een code voor goed bestuur, zoals recent gedaan door de commissie Wijffels. Bestuurders moeten hun bestuurstaak niettemin behoorlijk vervullen. Deze wettelijke regeling geldt bij de beoordeling van mogelijke aansprakelijkheid van bestuurders tegenover de stichting. De wet geeft aan dat het bestuur in principe collectief aansprakelijk is als de stichting wordt geschaad door onbehoorlijk bestuur en dat de bestuurders daarover een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Als de stichting failliet mocht gaan, kan de faillissementscurator de (oud-)bestuurders aansprakelijk stellen. De aansprakelijkheid van stichtingbestuurders tegenover anderen ontstaat allereerst als de stichting niet is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Overigens zal bij de oprichting van de stichting de notaris zorgdragen voor inschrijving. Maar ook – en dit vormt de belangrijkste grond voor bestuurdersaansprakelijheid – kan de bestuurder tegenover anderen persoonlijk aansprakelijk zijn voor het plegen van een onrechtmatige daad, een wanprestatie of misleiding. Maar dan moet de bestuurder wel vooraf geweten hebben dat de stichting niet in staat zou zijn de door hem aangegane verplichtingen na te komen. Als er is gehandeld op basis van een collectief bestuursbesluit, kunnen ook de overige bestuursleden worden aangesproken. Bestuursleden dienen zodanig transparant en verantwoordingsbereid te functioneren, dat dergelijke risico's tot een minimum worden beperkt. " Mr. Jutta Wolf, notaris




Artsen zonder bedrijfsangst Met het binnenhalen van Pieter Jan de Bree (ex Robin Good) heeft Artsen Zonder Grenzen voor het eerst een corporate fundraiser. En al enkele weken na zijn aanstelling haalde hij tienduizenden euro's binnen: een deel van de bonus die Essent topman Boersma ‘teruggaf’ aan de samenleving, gaat naar het AzG-project in Darfur. Wat is zijn succesformule? Zoals bekend is het lang onrustig geweest op de afdeling Communicatie & Fondsenwerving van Artsen Zonder Grenzen. Externe druk door het avontuur van Arjan Erkel en interne politie-

maken van bedrijfsdonaties omdat de gekoesterde onafhankelijkheid daaronder zou lijden.

ke processen bezorgden de medewerkers veel hoofdpijn. De functie van afdelingshoofd op het Amsterdamse hoofdkantoor leek anderhalf jaar een onvervulbare vacature. En lange tijd leek het onbespreekbaar om werk te

intern geworven: Nelke Manders is head-of-mission geweest in Afghanistan en kan dus als geen ander het verhaal van AzG vertellen met de geuren en kleuren uit het veld. En de start op 15 april 2005 van Pieter Jan de Bree als

Maar dit jaar is goed begonnen. Het afdelingshoofd is uiteindelijk

corporate fundraiser geeft aan dat AzG het bedrijfsleven niet langer beschouwt als een mogelijke bedreiging van zijn onafhankelijkheid. Intern missiewerk "Bij Robin Good heb ik geleerd dat nieuwe ontwikkelingen soms extern makkelijker zijn te verkopen dan intern. Dat geldt ook hier. Bij mijn aanstelling zijn we daar open over geweest. We zijn nog lang niet zover dat we bedrijven als mogelijke partners kunnen benaderen. Daarvoor moet een jarenlange cultuur worden doorbroken. Dat vergt nog het nodige

interne missiewerk. Ik doe het stap voor stap, maar dan kom ik daar wel uit." In de fondsenwerving op de particuliere markt zit voor Artsen Zonder Grenzen onvoldoende # Fondsenwerving augustus 2005

P.

43



# groei. Die groei is er nog wel in corporate fundraising. De ontwikkeling van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) en van sociaal donatiebeleid bevestigt dat. Het maakt dat dit het juiste moment is om het bedrijfsleven gestructureerd te benaderen. Ook in andere AzGlanden als België, Frankrijk en

"Ik was zeker een van de allereersten die Essent belden. Meer dan 500 aanvragen kreeg het fonds van de Centrale Ondernemingsraad (waar het geld inmiddels was geparkeerd), maar wij waren bij de vier geselecteerde goede doelen. Natuurlijk helpt het dan dat je bij een A-merk werkt: vanaf het eerste telefoontje ont-

Op termijn kennen de mogelijkheden geen grenzen Spanje wordt gewerkt aan het opzetten van corporate fundraising. Vooralsnog gebeurt dat zonder onderlinge internationale afstemming. Mogelijkheden zonder grenzen De Bree vertelt hoe hij nu nog bezig is het beleid voor corporate fundraising vorm te geven. Want er lag hoegenaamd niets. "Natuurlijk geeft onze corporate code of conduct wel aan wat de grenzen zijn van wat mogelijk is. Maar daarbinnen lag er nog geen richtlijn over hoe om te gaan met bedrijven. Ik begin met de makkelijkste stappen en ga dus uit van wat we al deden met bedrijven. Dat varieerde van de verkoop van onze AZG-kerstkaarten tot ad-hocdonaties, bijvoorbeeld ingezameld ter ere van een winkelopening. Maar op termijn kennen de mogelijkheden geen grenzen en stel ik me voor dat we ook partnerships sluiten." het moment dat de maatschappelijke onvrede over het bonusbeleid van nutsbedrijven in april losbarstte, lag er bij AzG dus nog geen corporate-fundraising-beleid. Eigenlijk kwam deze case dus te vroeg. Vanaf de eerste telefoontjes was De Bree aan het improviseren. Zijn gevoel over ‘hoe het ongeveer zou moeten’ dicteerde het plan van aanpak, en legde daarmee de basis voor het beleid: het hoefde daarna alleen nog worden uitgeschreven.

houden ze je naam. Maar ik ben er ook zeer actief achteraan blijven gaan, heb goed geluisterd naar wat ze wilden."

de grootste kans om ze langer aan ons te binden. Daarom nam ik bij de twee presentaties aan de COR collega’s mee die in het veld hadden gewerkt, onder andere Nelke Manders. Alleen mensen uit de praktijk kunnen echt overbrengen wat we daar doen en wat het werk als noodhulpverlener voor een impact heeft voor jou als individu". Essent koos met het hart en zette AzG op haar lijst van jaarlijks te steunen organisaties. Op 21 juni is bevestigd dat zij 40.000 Euro uit de bonuspot van Boersma krijgt, geoormerkt voor haar werk in Darfur en Zambia. Maar dat stelt

Koopsignalen De COR van Essent hanteert voor zijn eigen goededoelenfonds speerpunten, die ook als criteria golden voor het verdelen van de bonusgelden: projecten voor kinderen, zowel nationaal als internationaal. "In een van de contacten werd verteld dat ze al aan de Tsunami hadden gegeven. Noodhulp stond dus op hun lijstje. Toen ze me vroegen hoe het eigenlijk staat met Darfur herkende ik dat als een duidelijk koopsignaal. In Darfur doen we niet specifiek aan moeder en kindprojecten, maar zijn moeders en kinderen wél de grootste slachtoffers." "Op het moment dat ik ze aan de lijn had en het vrij duidelijk was dat ze 20.000 wilden geven aan Darfur, gaf Jan de Jong van Essent aan dat ze eventueel ook iets met aids wilden. Daar ben ik op ingesprongen en ik heb meteen een afspraak gemaakt om een presentatie te geven over Zambia. Daar doen we aan aidspreventie, voorlichting en het verstrekken van aidsremmende medicijnen." Om de vraag om financiële steun kracht bij te zetten verscheen De Bree ("ik ben ook maar een man in een pak") niet alleen bij Essent. "Ik wilde dat Essent een keuze maakte met het hart, dan had ik

Pieter Jan de Bree

De Bree direct voor een nieuwe uitdaging: hoe om te gaan met de wens van bedrijven alleen geoormerkte steun te willen geven. Laat je dat toe, of geef je dan beleidsvrijheid uit handen? En wat te doen als een populair project geen geld meer nodig heeft? " Hidde van Kersen Fondsenwerving augustus 2005

P.

45


Schoenendozen vol adressen Fondsen werven onder oud-studenten. Elke universiteit en hogeschool probeert het, de successen zijn wisselend. Het Leids Universitair Fonds (LUF) begon er als eerste mee en is op dit moment het meest succesvol. Directrice Annah R. Neve vertelt over de aanpak van het LUF. "Zoals op veel terreinen, loopt de Angelsaksische wereld ook op ons voor met de fondsenwerving. In Engeland was hét inspirerende voorbeeld de succesvolle ‘Campaign for Oxford’. Oxford had een fondsenwervingconcept ontwikkeld dat we in ons land nog niet kenden, daar wilden we van leren."

lingen. Van oudsher waren het vooral de hoogleraren die geld binnenbrachten. Door een eigen vermogen op te bouwen beoogde de universiteit haar vrijheid te vergroten. Wetenschap heeft immers vrijheid nodig, niet ingeperkt door ‘Haagse’ regelgeving. Wat dat betreft is er sinds 1890 weinig veranderd…"

Het is eind jaren tachtig als in het bestuur van het LUF het besef doordringt dat er wat moet veranderen. Al sinds de oprichting in 1890 behoort fondsenwerving tot de kernactiviteiten van de organisatie, maar nu is er een omslag nodig. In 1985 is er een vermogen opgebouwd van ruim drie miljoen euro. De groei neemt echter af omdat het donateursbestand veroudert en jongeren steeds minder bijdragen. Het is tijd voor een meer actief alumnibeleid.

De Nederlandse universiteiten overleggen veel met elkaar. Leiden was dus precies op de hoogte van de ervaringen met fondsenwerving van de andere steden. Zodra het LUF kennismaakte met de fundraising campagne van Oxford University, wist ze dat dáár de expertise zat die ze zocht.

VFW VACATURES

Neve: "Het fonds wordt gevoed vanuit donaties, legaten en erfstel-

P.

46

Meld ook uw vacatures op jobs@fondsenwerving.nl voor GRATIS plaatsing

Informatie: jobs@fondsenwerving.nl Fondsenwerving augustus 2005

Omslag in denken "We contracteerden James Parker die in Oxford had gestudeerd, de campagne in Oxford kende en de nodige contacten had. Allereerst hielp hij ons een omslag te maken in ons denken. De basis van fundraising is een adressenbestand. Daarin moet je flink investeren. Maar dat zijn geen kosten, dat is kapitaal. Enorm belangrijk, want als je beknibbelt op de kwaliteit van je bestand bezuinig je op je mogelijkheden. Een voor ons nieuwe manier van denken, maar achteraf cruciaal voor het succes." Er was een sterke, historische verbondenheid tussen het LUF en het corps. Stap twee was daarom het verbreden van de adressenbestan-

den. Niet alleen die van het corps, maar ook van andere studentenverenigingen. En van faculteiten en studiegenootschapen. Neve: "Hele schoenendozen vol met adresbestanden haalden we bij faculteiten weg. Enorm veel werk: alles werd met de hand ingevoerd, ontdubbeld, gecorrigeerd, noem maar op. We hadden er soms een team van tien man op zitten, die niets anders deden dan het adressenbestand vullen. Maar het leverde ook wat op. Groeiden we eind jaren 90 van 20.000 naar 30.000 adressen, inmiddels zitten we op 60.000 namen, waarvan 50.000 met actuele adressen." Bestuur als succesfactor Geven al die organisaties zomaar


hun adresgegevens af? Kennelijk zijn ze te overtuigen van een gemeenschappelijk voordeel. Voortaan hoeft alléén het LUF capaciteit in te zetten om het adresbestand actueel te houden. Iedereen die er voor de eigen reünisten een mailing wil uitdoen, kan bij het LUF terecht voor de adressen. Dat is efficiencywinst voor alle partijen. Neve: "Reünisten die hun verhuisadres aan de universiteit hebben doorgegeven gaan er vanuit dat alle gerelateerde organisaties er dan van weten. Ook als ze het alleen aan een faculteit doorgeven. Vroeger werkte dat natuurlijk niet zo en bleef dat adres op één secretariaat in een bak zitten. Nu kunnen we het wél voor alle betrokkenen centraal bijhouden." Maar de kost gaat voor de baat uit. Om de aangevoerde adresbestanden te kunnen verwerken werd ook geïnvesteerd in databa-

sesoftware. Al na een paar jaar bleek het aangeschafte pakket onwerkbaar. Weggegooid geld, maar het LUF pakte door en besloot een pakket-op-maat te laten ontwikkelen. Dat werd het huidige ALUMEER, speciaal voor het werken met alumnibestanden.

studiegenootje x-y-z’.. Die contacten bieden we ze via de on-linealmanak die donateurs kunnen raadplegen." Verdere verfijning "Welke Leidse politici uit de Tweede Kamer hebben gesproken

Het LUF is opgericht in 1890. De formele doelstelling van het LUF is het bevorderen van de bloei van de Universiteit Leiden. Het LUF doet dit door het verstrekken van subsidies aan wetenschappelijke projecten en medewerkers, het instellen van bijzondere leerstoelen en door subsidies te verlenen aan studenten ( bijv. voor studiereizen). Daarnaast is het Leids Universiteits Fonds de alumniorganisatie van de Universiteit Leiden. Fondsenwerving is de verantwoordelijkheid van de directeur van het bureau. Acht bureaumedewerkers zijn hiervoor vrijgesteld en er is een alumnicommissie, die meedenkt. Het huidige kapitaal is 17,2 miljoen euro. De inkomsten in 2004, zoals uit bijdragen van alumni en het koersresultaat van effecten, waren 1,7 miljoen euro. In dat jaar werd 1,4 miljoen euro uitgegeven, waarvan 950.000 euro aan subsidies.

"Gelukkig had het bestuur duidelijk voor ogen hoe het dit wilde aanpakken. De investeringen waren natuurlijk fors. En daarvoor kon alleen het jaarlijkse rendement op het vermogen worden aangesproken, niet het vermogen zelf. Maar begin jaren 90 hielp de aandelenmarkt natuurlijk mee en waren de rendementen ruim genoeg om dit te kunnen verwezenlijken.", aldus Neve. In ALUMEER zijn allerhande selecties mogelijk. Vanzelfsprekend naar leeftijd, studie, jaar van afstuderen en andere primaire kenmerken. "De leeftijdgroep 25-35 wil netwerken, de groepen vanaf 50 jaar hebben tijd. Die kun je dus benaderen voor bijeenkomsten. En de groep 35-50 zit in ‘het spitsuur van het leven’. Die mensen hebben geen tijd voor een lezing op zaterdagochtend. Hen benaderen we vooral digitaal. Maar veertigers die in het buitenland zitten willen wél naar een Leidse bijeenkomst komen, zoals er bijvoorbeeld nu in Peking ook een Cleveringalezing is. En ze zijn ondertussen allemaal best benieuwd ‘hoe het nu gaat met

over onderwijsvernieuwing? Deze vragen moeten óók met ons bestand kunnen worden beantwoord, inclusief data, locatie en aanwezige toehoorders. Daar zijn we nu mee bezig: het verder verfijnen van de kenmerken die we aan personen hangen. Van massamailings kunnen we dan de stap maken naar benadering op maat. Bijvoorbeeld om alumni uit te nodigen over een bepaald issue te reflecteren."

Annah R. Neve

Neve: "Al met al is deze grondige aanpak een groot succes. Er is wel eens kritiek dat de jaarlijkse gemiddelde gift van 37 Euro per donateur vrij laag is. Maar we blijken steeds beter in staat om donateurs redelijk lang aan ons te binden. En bovendien blijven we grote schenkingen ontvangen. En wat blijkt? Donateurs die lang betrokken blijven, eindigen vaak met een grote schenking. Zoals recent nog twee hoogleraren, de ene schonk de volledige opbrengst van zijn huis, de ander liet, op een paar kleine legaten na, zijn hele vermogen na aan het fonds." " Hidde van Kersen Fondsenwerving augustus 2005

P.

47


Geeft de beste antwoorden op de meeste vragen over het werven en behouden van sponsors, donateurs, leden, (grote) giften, erfenissen en legaten, subsidies enz. enz. • 6x per jaar Vakblad Fondsenwerving in een gedrukte uitgave • website www.fondsenwerving.nl met o.a. dagelijks nieuws, archief met honderden kennisartikelen en nog veel meer • gratis vacaturesite • veel praktische workshops voor slechts € 67,50 p.p. p.w. • korting op International Fundraising Congress van £ 50,= (ca. € 75,=)

UNIEK Kennismakingsaanbod 6 Maanden Vakblad Fondsenwerving + www.fondsenwerving.nl nu voor slechts € 19,95* * exclusief BTW, inclusief alle voordelen van de lezersservice, zoals o.a. de gratis vacaturesite, scherp geprijsde, praktische workshops, kortingen op congressen zoals het IFC en nog veel meer. Na 6 maanden wordt uw kennismakingsabonnement automatisch omgezet in een gewoon abonnement, tenzij u binnen 30 dagen na ontvangst van het 3e nummer schriftelijk opzegt. Aanbod geldt tot 31 oktober 2005.

Meld je nu aan en vul onderstaand formulier in. Of ga nu naar www.fondsenwerving.nl

✓ JA

Ik maak gebruik van het voordelige kennismakingsaanbod van 6 maanden Vakblad Fondsenwerving + www.fondsenwerving.nl voor slechts € 19,95.

Graag onderstaande gegevens invullen, in hoofdletters a.u.b., en omcirkel* wat van toepassing is: Organisatie: Naam:

Voorletters:

Functie:

Adresgegevens bezorg- en facturatieadres: werk/privé* Straat + huisnr.: Postcode + woonplaats: Land: E-mailadres: Telefoonnummer: Datum:

Handtekening:

Fax dit ingevulde formulier naar Vakblad Fondsenwerving, 023 – 52 98 279. Of stuur het per post naar: Vakblad Fondsenwerving, Bosboom Toussaintlaan 78 – B, 2103 SN HEEMSTEDE

m/v*


GoedeDoelPolis We zien steeds vaker dat goede doelen hun donateurs proberen over te halen die producten te kopen, waar het goede doel van meeprofiteert. Met behulp van het internet wordt deze cause related marketing steeds gemakkelijker.

Het aantal afgesloten polissen neemt snel toe en meer dan twintig goede doelen hebben ons laten weten mee te willen doen. Met Habitat, Vrienden van de Olifant, DierZorgNL en AMREF Flying Doctors is de samenwerking inmiddels geformaliseerd."

Bij GoedeDoelPolis kan men on line een compleet pakket verzekeringen afsluiten. Van de jaarlijkPeter A.H. se premie gaat Wesche 8 procent naar de goede doelen. Aanvankelijk konden de bezoekers van www.goededoelpo-

GoedeDoelPolis maakt ook reclame voor de deelnemende goede doelen, met logo en link op de website en met nieuwsitems op de homepage. Interessant is dat er ook een weblog aan de site zal worden gehangen. Weblogs worden momenteel door marketeers ontdekt als een interessante en directie manier om met klanten te communiceren. "

lis.nl kiezen uit honderden goede doelen. Binnenkort worden er zeven themaclusters gevormd, met elk vijf goede doelen. Er kunnen dus 35 goede doelen gaan meedelen uit de pot van GoedeDoelPolis. Peter A.H. Wesche, van GoedeDoelPolis: "Al in de eerste weken werden door consumenten honderden berekeningen gemaakt met verschillende polisvarianten.

Alzheimer Nederland is op zoek naar een

De Stichting Alzheimer

COÖRDINATOR FONDSENWERVING (M/V) (minimaal 32 uur per week)

Nederland werkt aan een

De fondsenwerver bereidt de direct mail campagnes, telemarketing en andere fondsenwervingprojecten - met name op het gebied van donateurwerving - voor en voert deze uit. Hij/zij analyseert de resultaten en gebruikt deze analyses voor het ontwikkelen van nieuwe campagnes. Rapporteert aan het hoofd fondsenwerving en coördineert het werk van de medewerkers van de donateurservice.

betere kwaliteit van leven voor dementiepatiënten en hun familie. Dit doen wij door voorlichting, directe ondersteuning, collectieve belangenbehartiging, vernieuwende projecten, en scholing van vrijwilligers en hulpverleners. Alzheimer Nederland subsidieert wetenschappelijk onderzoek op het gebied van dementie en heeft het CBF-keurmerk voor goede doelen. Met meer dan veertig afdelingen bieden wij ook voorlichting en hulp op regionaal niveau.

Functie-eisen: • HBO werk- en denkniveau in marketing, commerciële economie of vergelijkbaar; • Ervaring op het gebied van fondsenwerving en direct marketing; • Goed thuis in analyse en gebruik van de database;

• Ervaring met Office; • Kennis van of affiniteit met de non-profitsector; • Een uitstekend organisatietalent; • Leidinggevende kwaliteiten; • Goede contactuele eigenschappen; • Flexibele instelling, pro-actief en servicegericht.

Arbeidsvoorwaarden Salaris in de schalen 50-55 van de CAO-ziekenhuizen. Alzheimer Nederland heeft een eigen arbeidsvoorwaardenpakket. Aanstelling geschiedt in eerste instantie voor de duur van een jaar (met uitzicht op een vast dienstverband). Sollicitaties Informatie over deze functie bij de heer Marc Wortmann, directeur, telefoon 030 - 659 69 10. Uw sollicitatie met cv kunt u tot 10 augustus 2005 sturen aan Tineke Braam, stafmedewerker Personeel en Organisatie, Stichting Alzheimer Nederland, Postbus 183, 3980 CD Bunnik. Op de envelop vermelden: soll. fondsenwerving. U kunt uw sollicitatiebrief met cv ook mailen aan t.braam@alzheimer-nederland.nl. De eerste gesprekken worden gepland in week 34 (22 t/m 26 augustus). Acquisitie n.a.v. deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.


mensen, zaken, data Data Workshops Vakblad Fondsenwerving Kijk op www.fondsenwerving.nl voor het overzicht van alle nu geplande workshops en de data NGF Ledenbijeenkomst Vrijdag 23 september 2005 Motel Breukelen, Breukelen Aanvang 12.00 uur. NGF-leden gratis. Info: ngf@vfi.nl 25e IFC / International Fundraising

Congress Van: 18 – 21 oktober 2005 Plaats: Leeuwenhorst Congrescentrum, Noordwijkerhout Info: www.resource-alliance.org Voor VFW Lezersvoordeel £ 50. Mail naar workshops@fondsenwerving.nl

Aanvang 12.00 uur. NGF-leden gratis. Info: ngf@vfi.nl

NGF Ledenbijeenkomst Vrijdag 16 december 2005 Motel Breukelen, Breukelen

Jaargang 7, nummer 6 Deadline wo. 02 november 2005 Ter post ma. 28 november 2005

december ad interim deze functie vervulde. Hummel blijft voorlopig bij Amref werken, belast met het communicatiebeleid.

De Bree corporate fundraiser AzG Op 15 april 2005 is Pieter Jan de Bree begonnen als Pieter Jan de corporate funBree draiser bij Arsen zonder Grenzen. Hij is afkomstig van Robin Good.

Deadlines Vakblad Fondsenwerving Jaargang 7, nummer 5 Deadline wo. 31 augustus 2005 Ter post ma. 26 september 2005

Mensen Gravemaker Hoofd Marketing Amref Astrid Gravemaker is per 1 april Astrid aangesteld als Gravemaker Hoofd Marketing en Communicatie bij AMREF Flying Doctors Nederland. Hiermee vervangt ze Linda Hummel die sinds

Manders Hoofd Communicatie & Fondsenwerving AzG Nelke Manders, voorheen head-ofmission AzG in Afghanistan, is Hoofd Communicatie & Fondsenwerving van de organisatie geworden.

VFW VACATURES

Zaken

P.

50

ZOEK JE EEN BAAN? wekelijks de nieuwste vacatures in fondsenwerving Kijk op www.fondsenwerving.nl en ga naar JOBS

Fondsenwerving augustus 2005

Adi Coyajee eigen zaak Na een intermezzo met vrijwilligersactiviteiten heeft Adi Coyajee Adi Coyajee NIEUWE HORIZON opgericht. Zijn missie is mensen te helpen aan nieuwe inzichten, waarmee zij hun vragen zelf kunnen oplossen. Middelen: coaching, advies, tijdelijk management. Adi was onder

meer directeur van non-profitorganisaties, zoals Dierenbescherming. Hij publiceert in Vakblad Fondsenwerving, o.a. over good governance. Contact: 06-23248022, info@nieuwehorizon.com. Consultant Zitman interim Greenpeace Kees Zitman is benoemd tot Hoofd Fondsenwerving ad interim bij Greenpeace Nederland.



.n l w .p sid ire ct w w

HET LIJKT ZO EENVOUDIG … om een goed responderende direct response televisie spot te maken. Maar, net zoals met vliegen vereist dat stevige ervaring en kennis. PSI heeft niet alleen op het gebied van direct mail producties, strategisch advies en conceptontwikkeling een opgebouwde knowhow van meer dan 20 jaar. Ook op het gebied van direct response televisie producties en de specialistische media-inkoop hebben we een voorsprong opgebouwd. Zoals bijvoorbeeld voor de Dutch Dakota Association (DDA). De donateurwerving voor de DDA heeft daardoor vleugels gekregen. Bel met Jan Krol voor meer informatie of kijk op onze website om de drtv-spot met eigen ogen te zien.

VAN DIRECT MAIL T/M DIRECT RESPONSE TELEVISIE PSI Amsterdam, Tel.: 020 – 495 38 38, E-mail info@psidirect.com, Cees van Dijl en Sander van Hesteren PSI Arkel, Tel.: 0183 – 56 39 12, E-mail arkel@psidirect.com, Aad Kok en Jan Krol


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.