5 minute read

Schuitemaker Veenhuis Group schakelt door

Het verschil blijven maken

Nieuwe Schuitemaker Veenhuis Group schakelt door

Advertisement

Blijven innoveren om in een krimpende markt het verschil te blijven maken. Dat is wat de nieuwe SVgroup als noodzaak ziet. Door op te schakelen, is de productie van de bemestingsmachines al operationeel en zijn de nieuwe 100- en 1000-serie van de Schuitemaker Rapide voor de Agritechnica productierijp. We bekeken de nieuwe Rapide en polsten hoe de productie van Veenhuis Machines ervoor staat.

Na de maïs toch nog eind oktober het laatste najaarsgras in. Dat kan nog mooi even met de nieuwe Rapide 6600 voordat het seizoen ten einde is. U begrijpt dat het niet het fijnste gras is, maar voor de desbetreffende boer een mooie extra snede om de voorraad nog wat aan te vullen. Alsof er al niet genoeg op de boeren afkomt… Het leven gaat door en het spoort de SVgroup aan om het verschil te blijven maken in een mogelijk krimpende Nederlandse markt en met grotere internationale concurrentie. Juist daar speelt het bedrijf op in, onder andere met deze de nieuwe Schuitemaker Rapide 100- en 1000-serie die op de Agritechnica worden gelanceerd op de gezamenlijke Schuitemaker-Veenhuis-stand.

Bekende kenmerken

Van afstand zie je aan de nieuwe Schuitemaker Rapide dat er detailwijzigingen zijn doorgevoerd. De styling is een beetje aangepast met nu een vleugje meer geel om de samenwerking met Veenhuis te benadrukken. Verder ziet het er vertrouwd uit. Hij raapt zoals we verwachten met hoge capaciteit het taaie najaarsgras, waarbij de maximaal verantwoorde rijsnelheid eerder een beperkende factor is dan de laadcapaciteit. Als je hem van een afstand bekijkt, heb je niet het idee dat er een heel andere wagen staat. Dat klopt ook, want Schuitemaker heeft de bekende kenmerken behouden. Product- en salesmanager voederwinning Seine van der Velde is daar helder over. “We zullen ten opzichte van de internationale concurrentie onze unieke kenmerken moeten houden. Dat wil zeggen het bouwen van premium 1000-serie-opraapwagens voor de veeleisende loonwerker. Daarom hebben we de bekende kenmerken, zoals de compacte dubbeldoelwagen met zijn slepende pick-up, behouden.”

Beter hart

Als je onder de afdekkap van de messenbalk kijkt, zie je dat het hart wel degelijk is aangepast. De 1000-serie heeft in basis dezelfde rotor met zijn negen rijen gestapelde twintig millimeter dikke tanden in combinatie met de bekende naar boven uitklapbare messenbalk behouden, waarvan de messen als vanouds eenvoudig te verwisselen en om te draaien zijn. Toch is hier een belangrijke wijziging doorgevoerd. De tandvorm van de rotortanden is gewijzigd. Op zijn simpelst uitgelegd staan de tanden (bovenkant) nu haaks op de voorwand, zodat het gras bij hoge persdruk niet tegen de voorwand wordt gedrukt. De messen zijn op deze nieuwe hoek aangepast, zodat deze als vanouds recht snijden voor een hoge snijkwaliteit, zonder dat het gras (zijwaarts) kan uitwijken. Als je met de wagen rijdt, is moeilijk vast te stellen hoeveel dit scheelt. Hooguit dat bij flink volpersen de trekker het wat gemakkelijker heeft. Schuitemaker heeft het effect van de vernieuwingen uitgebreid onderzocht. Van der Velde geeft aan dat de nieuwe invoer wel tien procent vermogensbehoefte kan schelen bij het flink volpersen van de wagen.

Het nieuwe Rapid Release-voorbord beweegt bij het lossen aan de onderkant naar achteren. Hierdoor wordt al het materiaal boven de rotor weggedrukt tot boven de bodemkettingen.

Schuitemaker houdt strak vast aan zijn dubbeldoelwagenfilosofie met de slepende pick-up. Wel zijn er verbeteringen doorgevoerd, zoals een nieuwe rotor en standaard zwenkwielen aan de pick-up.

Laadautomaat

In Nederland is de beschikbaarheid van een laadautomaat voor het opraapwerk bij de meeste loonwerkers (nog) niet zo’n item. Internationaal speelt dit steeds meer, omdat vaardige chauffeurs schaarser worden. Hierop inspelend komt Schuitemaker met de optionele laadautomaat AutoLoad op de 1000-serie. Deze werkt via opnemers (koppel) in de invoer en de voorwand (druk), uiteraard in combinatie met een afslag op de achterklep of doseerwalsen. De parameters hiervan zijn door de loonwerker zelf in te stellen. Wie een maximale persdichtheid wil, kan dit instellen, maar wie wat luchtiger wil laden voor de klant kan dat ook. In tests is gebleken dat de wagen met de nieuwe laadautomaat prima goed vol is te draaien met de gewenste persdichtheid. Van der Velde: “De persdichtheid varieert dan van circa 1,3 tot 1,6 kilogram per liter. Loonwerkers en hun medewerkers hebben snel door hoe ze de wagen naar eigen wens op het computerscherm op maat voor de klanten moeten instellen.”

Nieuwe voorwand

De voorwand verder naar voren, zoals veel concurrenten dat doen om extra inhoud te creëren, is bij Schuitemaker niet aan de orde, omdat de opraapwagens bij het Schuitemaker-concept standaard die compactheid al hebben. Toch heeft de fabrikant de voorwand aangepast. Het nieuwe Rapid Releasevoorbord scharniert nu bovenaan, zodat hij aan de onderkant naar achteren kan bewegen. Dit is gedaan om bij het lossen al het materiaal boven de rotor weg te drukken tot boven de bodemkettingen. Van der Velde. “Bij boven scharnieren druk je het gewas naar beneden. Dat geeft een persende werking en daardoor blijft meestal materiaal boven de rotor achter. Bij onze oplossing los je gegarandeerd schoon in gras en maïs.” Verder zijn de wagens nog op kleine details, zoals standaard zwenkwielen op de pick-up voor beter bochtgedrag, een gemakkelijke toegankelijkheid van de bak aan de voorzijde en eenvoudiger onderhoud, maar in grote lijnen zijn de uitvoeringen gelijk aan die van de bestaande Rapide 1000-seriemodellen.

Samen sterker

De boodschap van de nieuwe SVgroup is hiermee helder. In moeilijke tijden en mogelijk krimpende markten is het zaak juist te innoveren om het verschil te blijven maken en sterker te staan in de internationale concurrentie. Met de bundeling van de kennis van Schuitemaker en Veenhuis is dit in een versnelling gekomen. Schuitemaker en Veenhuis zien met het samenvoegen van beide ontwikkelingsafdelingen goede mogelijkheden om de beide merknamen te versterken. Zo zien ze bijvoorbeeld mogelijkheden het Isobus-gebeuren, dat bij Veenhuis al is geïntegreerd, ook toe te passen op de Schuitemaker-producten, zoals de opraapwagens, en zullen de mestvoertuigen onderling ook profiteren. We zullen binnenkort vast nog meer horen. Schuitemaker praat u hier graag over bij op de Agritechnica.

TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: SVgroup

Productie Veenhuis-mestmachines al operationeel

Het integreren van de Veenhuis-productie in de Schuitemaker-fabriek is in tweeënhalve maand al rondgezet en operationeel. De medewerkers van Veenhuis hebben hun weg van Raalte naar Rijssen gevonden en Walter Veenhuis runt nu de bemestingsproducten. Hij geeft aan dat klanten voor de komende winter de machines zonder vertraging kunnen verwachten. Hij geeft verder aan dat de lijnen Schuitemaker- en Veenhuis-bemestingsmachines voorlopig naast elkaar blijven lopen, maar dat de lijnen op termijn in elkaar zullen schuiven. “We hebben een breed programma en lopen voorop in NIR- en Isobus-gestuurd plaatsspecifiek bemesten. Die lijn gaan we doortrekken.” Veenhuis zal op de Agritechnica een op de Duitse markt gerichte relatief eenvoudige oplossing laten zien.

This article is from: