![](https://assets.isu.pub/document-structure/250204140618-0be6c0a8b7c5e55590e3aaba90242fcc/v1/0c29589bdfa4ffe65ff673759b8804db.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/250204140618-0be6c0a8b7c5e55590e3aaba90242fcc/v1/26719efe0d73dc0600c66a5d5280de3d.jpeg)
We weten natuurlijk allemaal dat vlak ten oosten van het AmsterdamRijnkanaal de Vecht stroomt. Minder bekend is dat je vlak ten westen ervan ook zo’n pareltje kunt vinden: de Angstel. In combinatie met de Winkel en een paar andere kleine vaarwegen maakt deze rivier een uiterst aantrekkelijk rondje vanaf de Vinkeveense Plassen mogelijk. Dat gaan we natuurlijk doen!
De kronkelende vaarweg maakt het uitzicht doorlopend afwisselend
De wateralmanak noemt de Angstel "kronkelend fraai polderwater" en de Winkel "aantrekkelijk, smal vaarwater". Je vraagt je af wat ons nationale watersportvademecum nog meer zou moeten doen om dit rondje op de kaart te zetten. De Winkel is via de Proostdijersluis direct verbonden met de noordkant van de Vinkeveense Plassen. Helaas blijkt de wachtrij voor de sluis veel te lang, dus besluiten we het rondje tegen de klok in te varen. Dit betekent dat we de Vinkeveense Noord- en Zuidplas in hun geheel moeten oversteken en in het midden de Baambrugse Zuwe, oftewel de bekende ‘millionaire’s mile’, moeten doorsteken. Aan de zuidkant vinden we de Demmerikse sluis. Die schut je naar de Geuzensloot-Buiten die verderop uitmondt in de Angstel. We stellen vast dat we de juiste keuze gemaakt hebben, want van een wachtrij is hier geen sprake. We laten ons een kleine twee meter omhoog tillen door een joviale sluiswachter en varen de Geuzensloot uit naar de Angstel.
SLOTBRUG
Stuurboord uit kun je via de Nieuwe Wetering het Amsterdam-Rijnkanaal oversteken om Nieuwersluis de Vecht te bereiken, maar wij gaan ons rondje de andere kant op varen. We passeren een paar fraaie woonboten en varen onder een boogbrug door de plaats Loenersloot binnen. Daar treffen we de Slotbrug, die volledig is opengezet. De brugwachter met het bekende klompje heeft de brug ‘gekraakt’ en durft daarom niet meer dan een vrijwillige bijdrage te vragen. Links van de brug ligt Slot Loenersloot, het enige overgebleven kasteel in de regio. Het oudste deel van het slot dateert uit de 13e eeuw. De Stichting Utrechts Landschap noemt het kasteel het ‘best bewaarde geheim van de Randstad’. We zetten een bezoek aan het slot op ons verlanglijstje, groeten de kraker vriendelijk en varen verder.
ANGSTEL
De vaarweg loopt langs het dorp Loenersloot en doet de beschrijving uit de wateralmanak alle eer aan: de Angstel kronkelt prachtig door het landschap en zorgt voor een continu afwisselend uitzicht, waar we op ons gemak van genieten. Aan stuurboord varen we langs de theekoepel van buitenplaats Valkenheining, het 17e-eeuwse verblijf van Cornelis Valckenier en zijn echtgenote Catharine van Heyningen. Ook de theekoepel stamt uit die tijd en is daarmee een van de oudste van Nederland. We varen door een schitterend landschap en zijn onder de indruk van de fraaie boerenhoeves die we passeren. Hoewel een prieel even verderop iets wegheeft van de Vecht, heeft deze vaarweg een geheel eigen, bijna romantisch karakter. Rustig varen we verder en bereiken het dorpje Baambrugge, met minder dan 1500 inwoners. De geschiedenis van het dorp gaat terug tot de 11e eeuw, maar het meest trots is men erop dat The Beach Boys hier in 1972 een album opnamen. De entree via de Angstel is werkelijk oogstrelend en voelt als een fantastische
De theekoepel van de Buitenplaats Valkenheining dateert van rond 1700
MILLIONAIRE MILE
Om bij de Demmerikse Sluis te komen, moeten we de Vinkeveense Plassen oversteken. Deze plassen worden doorsneden door de Baambrugse Zuwe. Het welbekende tijdschrift Quote typeerde deze 'millionaire mile' op haar website als volgt: “Oud geld woont in het bos, nieuw geld aan het water. En aangezien de gehele Baambrugse Zuwe aan het water grenst, kunt u zelf wel nagaan welk volk aan de Zuwe resideert. Juist, nieuwe rijken.” Of dat een correcte vaststelling is, laten we graag aan Quote over. Als je de moeite neemt om op Funda te kijken, zie je dat voordelig wonen in dit buurtschap geen optie is. Op Wikipedia vallen onder de (voormalige) Vinkeveners de oud-voetballers op, zoals de heren Van Basten, Cruij Huntelaar en Kluivert. Verder wonen er ook nogal wat zogenoemde tv-personalities. Dus als je dat leuk vindt…
binnenkomer. In het dorp ligt een ophaalbrug, waar de brugwachter eerst wat boten verzamelt. Als we kalm door het dorp varen, voelt het alsof de tijd hier heeft stilgestaan.
OPHAALBRUGGEN
Na het dorp komen we op een prachtig meanderend stuk van de Angstel. De ophaalbruggen naar de boerenhoeves staan standaard open. De laatste is een smalle ophaalbrug bij molen 't Hoog- en Groenland. Op de molenbaard staat het jaartal 1760, hoewel de molenaars vermoeden dat de molen eigenlijk nog 80 jaar ouder is. We concluderen dat ons dat weinig uitmaakt en genieten van het fraaie aanzicht van de smalle, openstaande toegangsbrug.
Hoewel de entree van Abcoude minder schilderachtig is dan die van Baambrugge, is deze wel opvallend groen. Zelfs het Fort bij Abcoude wordt door de begroeiing geheel aan het zicht onttrokken. Hoewel Abcoude zich afficheert als het mooiste dorp van Utrecht, maakt
het toch meer een moderne en zakelijke indruk. We drukken op de bel van de midden in het dorp gelegen Hulksbrug, maar het duurt heel lang voordat de brugwachter verschijnt. Hij blijkt ook de andere bruggen te bedienen en is daardoor blijkbaar steeds onderweg. In het dorp takt de Nauwe Gein af, een smalle vaarweg naar Weesp met een diepte van 0,7 meter. We zien de markering van de wachtplaats: de breedte van de Nauwe Gein is minder dan 3 meter (hij heet niet voor niets zo). De doorvaart is daarom geregeld met behulp van verkeerslichten. Zowel de diepgang als de breedte klinkt zodanig uitdagend, dat we deze Gein opnemen in onze nog-te-varen-lijst.
De brugwachter is inmiddels naar de Heinkuitenbrug gefietst en heeft deze al geopend, zodat we verder kunnen naar het Abcoudermeer. Terwijl we de plas opvaren, mijmeren we over de ouderdom van dit meer. Het is niet helemaal zeker of het dateert van voor onze jaartelling of uit de 11e eeuw, maar het duikt in ieder geval rond het jaar 1300 op in een lijst met kerkelijke bezittingen. Het meer wordt nog uitsluitend voor recreatie gebruikt. Hoewel de naam wat weids lijkt voor de klein uitgevallen plas, is het uitzicht bijzonder. De tegenstelling tussen oud en nieuw wordt extra benadrukt door de hypermoderne windmolen die midden in het uitzicht staat.
Het Abcoudermeer is de plek waar de Angstel eindigt en de Holendrecht begint. De wateralmanak beschrijft de Holendrecht als ‘landschappelijk fraai vaarwater’. De Holendrecht is slechts een paar kilometer lang en gaat bij Café de Voetangel over in de Bullewijk. Vrijwel meteen vaar je onder de A2 door, die hier aansluit op de A9. Vanaf het water kun je ook de Arena in Amsterdam zien liggen, hoewel niet iedereen dat als een pluspunt zal beschouwen. Feit is echter dat de Holendrecht verder uiterst aantrekkelijk is. Onderweg komen we een kabelpontje tegen, waarvan we ons afvragen voor welke fietsers dit bedoeld is. We varen door tot we de Voetangelbrug aan bakboord in zicht krijgen.
WAVER
Achter de Voetangelbrug ligt de Waver, en via
deze vaarweg willen we naar de Winkel. De brug lag er in ieder geval in de 18e eeuw al. Voor de naam worden twee mogelijke aanleidingen genoemd. Misschien komt deze van een vroeger nabijgelegen herberg in de vorm van een hoefangel. De andere (en veel leukere) eventuele oorzaak is de gehate tol die hier vroeger werd geheven van passanten.
Ook vandaag doet de Voetangelbrug zijn naam eer aan. Na het bellen wachten we namelijk een klein halfuur op de brugwachter. Maar de prachtige Waver daarna maakt alles weer goed; opnieuw zo’n fraai riviertje. Opvallend is dat de wateralmanak zich er niet positief over uitlaat, terwijl er eigenlijk alle reden is om dat wel te doen. De omgeving is op dit gedeelte van ons rondje heel erg landelijk.
We komen langs het Gemaal Ronde Hoep, waarvan het dieselgemaal uit 1913 tot monument is verheven. Voor het leegpompen van de polder is er een elektrisch gemaal naast geplaatst. De Waver voert ons uiteindelijk naar de Stokkelaarsbrug in het gelijknamige buurtschap. Na de brug kunnen we via de Winkel bakboord uit terug naar de Vinkeveense Plassen.
WINKEL
De Botsholse Brug aan het begin van de Winkel wordt bediend door dezelfde brugwachter als de Stokkelaarsbrug aan het eind van de Waver. De brugwachter hoeft daarvoor maar hooguit enkele tientallen meters te lopen. Tot ons genoegen heeft de man geen aanleiding om daar lang over te doen, dus we varen relatief snel de Winkel op. Ook dit is weer een onverminderd fraaie vaarweg. In de Winkel komen we twee bruggen tegen waar we niet zonder meer onderdoor kunnen. De eerste is een
draaibrug bij een particulier bewoond huis die al openstaat. De laatste is de Nellesteinsebrug, die al door de brugwachter wordt opgehaald als we eraan komen.
We varen door en krijgen nog een laatste verrassing. Lang voor de Proostdijersluis blijken de boten al een wachtrij te hebben gevormd. We voegen ons natuurlijk netjes in die rij en stellen vast dat we vanaf onze wachtplaats de sluis voorlopig nog niet kunnen zien. Blijkbaar kunnen we het probleem dat we vanmorgen hadden omzeild, toch niet ontlopen. Ons humeur kan echter niet meer stuk. De Vinkeveense Plassen zijn bij de meesten van ons synoniem voor drukte en massaliteit. Maar als je iets verder weg gaat, ligt er uitermate fraai vaarwater binnen handbereik. Zelfs in onze meest optimistische verwachtingen hadden we hier niet op zo’n prachtig vaarrondje durven rekenen! ◼
Voor het rondje is de maximaal toegestane afmeting van de boot 12 meter lang en 3,20 meter breed. Reken voor de diepgang maximaal 1,10 meter. Op verschillende gedeelten van het traject is de maximumsnelheid 6 km/u. In de Holendrecht beperkt een vaste brug de doorvaarthoogte tot 2,75 meter.