De Biesbosch per boot

Page 1

118 VA A R R O U T E

Hollandse De Biesbosch Het grootste zoetwatergetijdengebied van Europa ligt pal achter Dordrecht. Het wordt wel aangeduid als de ‘enige echte jungle’ van ons land; een fascinerend nationaal park, waar de natuur zijn gang mag gaan. Onze nieuwsgierigheid is gewekt en we besluiten er met de boot te gaan kijken.

Bevaarbaarheid De Biesbosch ligt tussen Zuid-Holland en Brabant. Het gedeelte boven de Nieuwe Merwede noemen we de Hollandsche Biesbosch, het gedeelte eronder de Brabantsche Biesbosch. Het Hollandse gedeelte valt nog uiteen in de Dordtse en de Sliedrechtse Biesbosch. Voor de Dordtse Biesbosch moet je avontuurlijk ingesteld zijn. De waterkaart waarschuwt er voor ondiepten zonder die nader aan te geven en aanlegmogelijkheden zijn er nauwelijks. Maar de Brabantsche en de

Sliedrechtse Biesbosch zijn merendeels wel goed bevaarbaar. Weinig diepgang komt in dit gebied van pas, dus neem wel een bijboot mee!

Aanvaarroute en getijden Vanuit het zuiden bereik je dit gebied over het Hollands Diep of de Bergsche Maas, vanuit het noorden vanaf de Oude Maas, de Noord of de Beneden-Merwede. De Nieuwe Merwede verbindt de Beneden-Merwede met het Hollands Diep en loopt dwars door het gebied; de scheiding tussen de Sliedrechtse en de Brabantsche Biesbosch. De Sliedrechtse Biesbosch staat via de Noord en

de Nieuwe Maas in directe verbinding met Hoek van Holland, waardoor het gebied aan dezelfde getijdenbeweging onderhevig is als Dordrecht. Concreet resulteert dat in getijdenverschillen tot zo’n 80 cm en een stroming tot 4 kilometer per uur. De Brabantsche Biesbosch is voor de waterstand afhankelijk van verschillende invloeden. Eén daarvan is de waterafvoer van de rivieren rondom het gebied. Een andere is het spuien via de Haringvlietsluizen en de derde is het resteffect van de getijdenwerking bij Hoek van


119 VA A R R O U T E Tekst & fotografie Pim van der Marel

wateren:

Holland. Tussen de Nieuwe Merwede en de Brabantsche Biesbosch zijn sluizen aangelegd – dat lijkt overbodig, maar de sluizen dienen om ongewenste verzanding van het gebied tegen te gaan. De sluizen matigen de getijdewerking van het gebied erboven nog wat verder. In het vaarseizoen leidt de combinatie van al deze invloeden in de Brabantsche Biesbosch tot getijdeverschillen van hooguit 20 cm. Van stroming is in het Brabantse deel dan ook nauwelijks sprake.

Benaming Dijkdoorbraken zorgden er samen met de tweede Sint Elisabethsvloed voor dat in de 15de eeuw geleidelijk aan een ondiepe binnenzee ontstond. Maas en Waal voerden via deze binnenzee hun water af. Door afzetting van slib en sedimentatie ontstonden platen tussen de geulen, waarbij zich een landschap ontwikkelde dat de basis vormt voor de huidige Biesbosch. De eerste hogere planten die op de slikplaten wilden groeien waren biezen; deze boden commerciële mogelijkheden, omdat ze sterk genoeg waren om als stoelzitting

te fungeren. Aangenomen wordt dat de economie die zich daaromheen ontwikkelde de reden is voor de benaming die het gebied nog altijd heeft.

Varen We vertrekken vanaf de Biesboschsluis in Werkendam en varen het Steurgat op. Meteen na de sluis is Inge aan boord gestapt. Ze komt uit Drimmelen, kent de Brabantsche Biesbosch goed en is een fervent natuurliefhebber. Ze ziet onze sloep voor het eerst en is aangenaam verrast door de hybride aandrijving : “Die elektromotor gaat nog van pas komen vandaag, let maar


120 VA A R R O U T E

op!” Op onze vraag of we vandaag bevers gaan zien moet ze grinniken. “Het heeft geen zin om te gaan zitten turen. Als je een bever tegenkomt is die echt niet te missen!” Ook overdag? “Daar zou ik maar niet vanuit gaan. Ze worden pas weer aan het eind van de dag actief.” We doen net alsof we niet teleurgesteld zijn. Eigenwijs blijven we toch - een beetje sluiks, dat wel - naar de oevers turen. Wie weet. Na een tijdje halen we een merkwaardig vehikel in. Het blijkt te gaan om een zogenoemde Biesbosch Barrel, een huurboot in de vorm van een enorme varende bierton op drijvers waar je met twee volwassenen en twee kinderen zelfs in kunt slapen. Later op de dag blijkt deze Barrel

slechts een voorbode van een grote stroom huurboten, maar die lijken over het algemeen wel een stuk meer op een echte boot. Inge vindt onze verbazing vermakelijk. “Je wordt stil van de huurmogelijkheden hier, vooral aan de Zuidkant van het gebied. Google maar eens!” We voegen de daad bij het woord en constateren – lang leve mobiel internet – meer dan 70.000 hits. We gaan stuurboord uit de Ruigt op en letten goed op de diepgang, omdat er een paar ondiepten op de kaart staan aangegeven. We passeren een vogelreservaat met de wonderlijke naam De Dood. Inge’s verklaring dat het om de ondergelopen voormalige polder De Dood gaat, nemen we voor kennisgeving aan; het blijft

vreemd.

Kreken en sloten Kort daarna gaan we bakboord uit onze eerste kreek in, het Buiten Kooigat. Binnen de kortste keren wordt de vaarweg gevaarlijk smal. De aangegeven diepte is 0,7 meter en we hopen maar dat dit water er ook echt staat. Inge vraagt ons op de kreken de dieselmotor uit te zetten en de elektromotor te gebruiken. Met alleen het geluid van kabbelend water varen we genietend langs de indrukwekkende hagen van roze balsemien en gele walstro. We passeren een op de kaart


121 VA A R R O U T E

Varen op de elektromotor vergroot de kans op een ontmoeting met wildlife signifikant.

aangegeven wrak dat maar net boven water uitsteekt. Onze camera’s klikken voortdurend. Als de vaarweg weer breder wordt zetten we de dieselmotor weer aan. Over het Gat van Honderd en Dertig en het Gat van Kampen varen we naar de Sloot beneden Petrus. Daarbij passeren we de spaarbekkens Petrusplaat en Honderd en Dertig. In die spaarbekkens – er zijn er drie – is oppervlaktewater opgeslagen uit de Maas. Het water is bestemd voor de drinkwatervoorziening en ondergaat in de bekkens een natuurlijke voorzuivering. De bekkens zijn omdijkt, dus je moet gaan wandelen om ze te zien. “Mocht je dat

overwegen, neem dan je laarzen mee, want het is meestal erg drassig,” adviseert Inge. Na alle natuur biedt het strand van de Rietplaat een heel ander aanzicht. Het is erg populair bij dag- en huurboten die gewoon het strand op zijn gevaren. Er zijn volop kinderen bij die het er – afgaande op het kabaal – erg naar hun zin hebben.

Biesbosch-dieren Zodra we de Sloot beneden Petrus opdraaien varen we fluisterend door. Volgens Inge is dit bevergebied bij uitstek. We turen ons het hele eind suf, maar een ontmoeting blijft uit. Wat ons

al varend opvalt is dat er opeens erg veel vogels de lucht in vliegen. “Opletten hoor, want dan is er waarschijnlijk een arend in de lucht,” legt Inge uit. “Er zitten hier twee paar zeearenden en er moeten ook twee broedparen van de visarend zijn. Arenden zijn indrukwekkend grote vogels!” Heel hoog zien we iets groots traag rondcirkelen. We proberen het tevergeefs met de telelens vast te leggen. We besluiten dat dat er wel één geweest moet zijn. Aan het eind van de Sloot beneden Petrus stellen we tevreden vast dat het water er inderdaad niet lager stond dan 0,7 meter. We gaan stuurboord uit voor een bezoekje aan het Biesbosch Museum, een markant gebouw met begroeide daken. Het leukst vinden we het schaalmodel van de Biesbosch, waar de getijdenwerking wordt ‘nagespeeld’: fantastisch en instructief voor kinderen, omdat die er mogen spelen met schuiven en sluizen. Verkwikt stappen we


122 VA A R R O U T E

na ons bezoek weer aan boord. Via het Gat van den Kleinen Hill, het Kooigat en opnieuw het Gat van Honderd en Dertig varen we naar het Gat van de Slek. Ons inmiddels vaste ritueel ‘diesel uit, elektromotor aan’ herhaalt zich, met deze keer een bijzonder gevolg. Een ree die ons niet hoort aankomen laat zich in het water zakken en zwemt voor onze boot het Gat over. Onze camera’s klikken en maken daarbij meer geluid dan de boot, waarop de ree gewaarschuwd de kant opzoekt en verdwijnt in de begroeiing. Inge straalt. “Daar mogen we niet over klagen, zeg. Op klaarlichte dag zie je zo’n ree niet vaak!”

Killen We beginnen de smaak van de smalle

watergangen steeds meer te pakken te krijgen. Via het Gat van de Vloeien varen we Keesjes Killeke op. We slingeren op de elektromotor door het natuurschoon en worden er steeds stiller van. Bij het Gat van de Plomp aangekomen staan we voor de keuze: omkeren of toch proberen? Op de waterkaart staat een diepte aangegeven van 0,5 meter. Dat is voor ons onvoldoende en we hebben helaas geen hoog tij. Inge wil graag verder en belooft: “Als we vastlopen ga ik wel het water in.” We wagen het erop en zijn er het hele eind niet gerust op; misschien moeten we alsnog terug. De blubber rond de schroef vertraagt onze snelheid stevig, maar gelukkig net niet genoeg om vast te lopen. Als we aankomen bij de Sloot van St Jan is het leed geleden en we slaken een

zucht van verlichting – maar door de stress hebben we eigenlijk te weinig van het Gat van de Plomp genoten. Op de Sloot van St Jan halen we de schade in. Deze is niet alleen prachtig, maar brengt ons ook bij een opvallend bruggetje uit de Tweede Wereldoorlog. Dit gebied was door zijn ontoegankelijkheid in die tijd ideaal voor onderduikers en bovendien liepen de Duitsers met hun zware materieel bij een achtervolging gegarandeerd aan de grond. De Biesbosch lag in het laatste jaar van de oorlog tussen bezet en bevrijd gebied in en was daardoor een berucht gebied voor een oversteek tussen de linies; het Brugje van St Jan speelde daarin een prominente rol. Inge: “Het is dus niet zo gek dat Paul Verhoeven de Biesbosch gebruikte als locatie voor sommige scènes uit Zwartboek!” Aan het eind van de Sloot van St Jan kom je op het Spijkerboor. Hoewel we voelen dat we aan de grond lopen maken we toch een elementaire fout: we geven


123 VA A R R O U T E

BIESPAS

De terugtredende overheid betekent ook voor de Biesbosch druk op de financiële middelen. Het Nationaal Park De Biesbosch en Staatsbosbeheer proberen gezamenlijk nieuwe inkomstenbronnen aan te boren. Dat heeft geresulteerd in vijf verschillende projecten, waarvan de Biespas er één is. Als cardhouder ontvang je elk kwartaal tips, voordelen, exclusieve activiteiten en seizoengebonden belevenissen. De pas kost maar €15 en wordt - aantrekkelijk verpakt - samen met een brochure via de post verstuurd. Hij is een jaar geldig en kan verlengd worden als je donateur wordt. Het wordt nergens verhuld dat de tegenprestatie slechts een lokkertje is; het gaat om de ondersteuning. Maar dat maakt de actie van zichzelf al sympathiek. Het programma is leuk opgezet en je laat je vanzelf ‘strikken’ of ‘versieren’: www.biespas.nl

Google op ‘boot huren in de Biesbosch’ en verheug je op meer dan 70.000 hits.

gas. Daarna zitten we zó vast dat het passerende schippers niet meer lukt ons weer vlot te krijgen. Inge herinnert zich haar belofte bij het Gat van de Plomp en glijdt als eerste het water in. Helaas blijkt dat niet voldoende. Gezamenlijk tot onze nek in het water lukt het na veel zwoegen de boot terug te krijgen op onze uitgangspositie. Na telefonisch advies te hebben ingewonnen, slagen we erin de zandbank te omzeilen. Nog altijd vragen we ons af waarom die niet gemarkeerd is, want terwijl we wegvaren zien we ook anderen aan de grond lopen – maar die geven dan tenminste geen gas. We leggen onze natte kleding te drogen en doen maar alsof we er niet nogal ongekleed bij zitten.

Recreatiegebied We steken het Spijkerboor bijna recht over naar de Aakvlaai. Dit recreatiegebied is betrekkelijk recent aangelegd en typeert zich door de vele eilandjes, met zandstranden als oevers. Picknicken is overal toegestaan, wat vooral aantrekkingskracht blijkt uit te oefenen op gezinnen met kinderen, want die voeren hier de boventoon. Blijkbaar storen die zich niet of minder aan de Amercentrale, een kolengestookte elektriciteitscentrale die hier voor (horizon)vervuiling zorgt. De jachthaven in de Aakvlaai kan ons wel bekoren, zowel qua sfeer als faciliteiten. Om de bezoekers van het bijbehorende restaurant niet te verontrusten trekken we onze nog niet geheel opgedroogde kleding weer aan. Op het terras evalueren we onze tocht: de Biesbosch is een bezoek meer dan

HOTSPOTS

Op de website van Nationaal Park De Biesbosch kun je een overzichtskaart met de ‘bever-hotspots’ downloaden. Daarop staan behalve de hotspots ook tips om je kans op een ontmoeting te vergroten. Er is overigens ook zo’n kaart met hotspots voor de arenden. Op de kaart voor de bevers wordt de Sloot beneden Petrus aangegeven als zo’n hotspot. We hebben de moeite genomen om daar ‘s avonds een keer naar toe te varen en hebben daar toen zelfs twee bevers ontmoet. Ze zwommen minutenlang parallel aan onze boot en lieten zich goed bestuderen. Bevers zijn een kleine meter lang en daar komt dan nog zo’n 30 centimeter staart achteraan; dat maakt ze het grootste knaagdier van Europa. De herintroductie van de bever in de Biesbosch in 1988 is een succesverhaal geworden. Er zwemmen inmiddels meer dan 300 in het gebied rond.

waard. Het enige wat ons nog te doen staat is een bever ontmoeten, maar daar moeten we een keer een schemertocht voor plannen, of we moeten wat eerder opstaan. En dat is gelukt!


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.