Binnenvaartpolitiereglement aangepast

Ac h t e rgrond N i e u we vaar re g e ls

Nieuwe vaarregels Het Binnenvaartpolitiereglement (BPR) is met ingang van 1 januari 2016 op een aantal punten gewijzigd. Veruit de meeste veranderingen hebben hebben betrekking op de beroepsvaart, maar een aantal is ook van toepassing op de pleziervaart. Motorboot zet de nieuwe regels voor u op een rij, zodat u straks weet waar u aan toe bent als het vaarseizoen weer begint.

Pim van der Marel

1 2

www.motorboot.com

2 1 Door een verruiming van de regels rond de bruglichten, moet je bij bruggen voortaan extra opletten. 2 De belading van een vrachtschip mag het vrije uitzicht tot 500 meter voor de boeg wegnemen, als de dode hoek door radar en camera’s maar beperkt blijft tot 350 meter. 3 AIS is nu verplicht voor de beroepsvaart en voor grote plezierschepen.

Sinds 1983 staan de verkeersregels voor de meeste

3

Nederlandse binnenwateren in het Binnenvaartpolitiereglement (BPR). De ‘meeste binnenwateren’, want het BPR geldt níet voor de Boven-Rijn, de Waal, het Pannerdensch Kanaal, de Neder-Rijn en de Lek; daar is het zogeheten Rijnvaartpolitiereglement van toepassing. Ook de EemsDollard, de Westerschelde en het Kanaal van Gent naar Terneuzen hebben hun eigen vaarreglementen. Voor alle andere binnenwateren in Nederland geldt echter het BPR en in dit belangrijke vaarreglement zijn enkele wijzigingen doorgevoerd. Met uitzondering van kleine open boten moet er op ieder schip een geldend exemplaar van het reglement aan boord zijn. Al enige tijd mag dat ook een elektronisch raadpleegbaar exemplaar zijn en datzelfde geldt sinds 1 januari ook voor het voor marifoongebruikers verplichte Handboek voor de Marifonie in de Binnenvaart. Wie kiest voor ‘elektronisch raadpleegbaar’ doet er verstandig aan om voor aanvang van het vaarseizoen de nieuwste versie te downloaden en die – bijvoorbeeld als PDF-document – op de laptop, tablet of smartphone te zetten, zodat je onder-

Doorvaarlicht

weg niet afhankelijk bent van een internetverbinding.

In de nieuwe regels wordt ook de betekenis van het gele doorvaarlicht gewijzigd. Dit licht bij een brug betekende al-

Brugopening

tijd: doorvaart bij enkel of dubbel rood licht toegestaan, als

Volgens de oude regels moesten schepen wachten op

je onder de (dichte) brug door kon. Een enkel geel licht

groen licht, voordat zij onder een bediende brug door

wilde zeggen: tegenliggers mogelijk. Een dubbel geel licht

mochten varen. Voortaan mag dat ook al bij rood-groen,

gaf aan: geen tegenliggers. Het gele licht geldt nu echter

dat wil zeggen: als het schip onder de gedeeltelijk ge-

ook in combinatie met rood-groen. Dat is een versoepeling,

opende brug door past. Deze versoepeling van de regels is

maar het betekent wél dat je extra goed moet opletten of er

vooral bedoeld om een vlotte doorstroming van zowel het

geen schip van de andere kant komt, als je bij rood-groen

vaar- als het wegverkeer te bevorderen.

licht reeds onder een brug door wilt. maart 2016

3

4 4 en 5 De regels voor het onderdoorvaren van bruggen zijn versloepeld.

AIS

niet langer verplicht om aan de stuurboordkant van het

Een andere wijziging in het BPR betreft het gebruik van het

vaarwater te varen. Voor de Boven-Merwede geldt precies

zogeheten Automatic Identification System (AIS). Zo’n AIS-

het tegenovergestelde: daar is het nu verplicht geworden.

systeem is sinds 1 januari verplicht voor de beroepsvaart en voor pleziervaartuigen van meer dan 20 meter lengte

Minimaal 6 km/u

verplicht op de meeste BPR-wateren. Deze verplichting

In het Prinses Margrietkanaal, het Van Starkenborghkanaal

geldt voor binnenwateren vanaf CEMT-klasse I. In de prak-

en het Eemskanaal zijn zeilplanken niet meer toegestaan.

tijk geldt de verplichting daarmee voor veruit de meeste binnenwateren, want een vaarwater is al “CEMT-I” als het bevaarbaar is met vrachtschipen van 38,5 bij 5 meter. Ongeveer 700 binnenvaartschepen hebben nog geen AIS, zo schat het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Voor hoeveel pleziervaartuigen nog een AIS moet worden aangeschaft, is niet bekend.

Van 2010 tot en met 2012 konden beroepsschippers en eigenaren van pleziervaartuigen van meer dan 20 meter gebruik maken van een speciale subsidieregeling voor de aanschaf van zo’n AIS. Voor wie dat niet gedaan heeft schat de minister de kosten van het alsnog installeren op € 1700 tot € 3000 per schip. De Tweede Kamer heeft zich nog even gebogen over de vraag of het AIS-systeem ook ‘aan’ moet staan, als het schip ligt afgemeerd. Dat is nu verplicht op vaarwater vanaf “CEMT-III”: de grotere binnenwateren, zeg maar.

Stuurboordwal Voor kleine schepen is het op de Waal en de Boven-Rijn 4

www.motorboot.com

5

Achte r g r o nd Ni e uwe vaar regels

6 Op grotere binnenwateren moet de AIS-installatie ook ‘aan’ staan, als het schip ligt afgemeerd. 7 Dit bord geeft aan dat het gebruik van spudpalen hier is toegestaan.

6

Voorts moeten kleine schepen daar voortaan voldoen aan de vereisten voor groter water: minimaal 6 km/u kunnen varen, stuurboordwal houden en bij slecht zicht verplicht een radarreflector voeren.

7

Spudpalen zijn soms toegestaan, waar ankeren verboden is

Nieuwe boottypen Voor kite-tenders – lichte kleine bootjes die worden voortbewogen door een vlieger – waren er nog geen regels.

je op beaalde plekken gebruik mag maken van één of meer

Een kite-tender – zie www.kitetender.nl – heeft wel iets weg

spudpalen. Het bord zal vooral op plaatsen worden neer-

van een kite-board. In het nieuwe BPR is het scheepje daar

gezet, waar ‘gewoon’ ankeren níet is toegestaan. Veel

dan ook mee gelijkgesteld. Concreet betekent dit dat het

beroepsschepen, maar ook steeds meer plezierjachten,

verboden is om met een kite-tender te varen, behalve op

hebben een of twee spudpalen. Net als een anker kun je

plaatsen waar dat expliciet door de bevoegde vaarwegbe-

zo’n paal neerlaten, om het schip keurig op zijn plaats te

heerder is toegestaan.

houden.

Ook nieuw zijn de regels voor amfibievoertuigen. Voor deze voertuigen, die zowel op het land als op het water kunnen

“Dode hoek”

worden gebruikt, zijn voortaan dezelfde vaarregels van toe-

Iedere plezierschipper die wel eens iets leest over veilig-

passing als voor een klein schip. De afmetingen van het

heid, kent de grote “dode hoek” van de beroepsvaart.

amfibievoertuig zijn daarbij niet van belang, dus ook een

Daarmee wordt het gedeelte voor de boeg van een schip

voertuig van meer dan 20 meter is op het water gewoon

bedoeld waarin je voor de schipper van het vrachtschip niet

een ‘klein schip’.

zichtbaar bent. In het BPR is bepaald dat die dode hoek niet groter mag zijn dan 350 meter. Nieuw is nu echter, dat

Spudpaal

de belading wél zodanig mag zijn dat het vrije uitzicht tot

Hoewel uiteraard bedoeld voor de beroepsvaart, zijn de

500 meter voor de boeg wordt beperkt. De voorwaarde

nieuwe regels voor wat betreft de toegestane “dode hoek”

daarvoor is echter, dat de feitelijke dode hoek met een

ook voor de recreatievaart interessant. Hetzelfde geldt voor

combinatie van radar en camera-installaties alsnog wordt

het blauwe bord waarmee voortaan wordt aangegeven dat

teruggebracht tot 350 meter. maart 2016

5