DNG#202003

Page 1

75 jaar VERMEYLENFONDS BLIK OP DE TOEKOMST

De Nieuwe Gemeenschap – driemaandelijks tijdschrift van het August Vermeylenfonds september-november 2020 – AFGIFTEKANTOOR GENT X erkenningsnummer P 309 575 – vu: Willem Debeuckelaere - p/a V.F. Tolhuislaan 88, 9000 Gent

PB- PP

BELGIE(N) - BELGIQUE


Inhoud

FE EST N°

september - november 2020 03 Eyecatcher 04 Standpunten

04-015 Interviews met de toekomst

16 Focus Being Imposed Upon 18 Recensent en Boeken

21 Vermeylen Beïnvloed(t) 22 Verslag 22 Column

Viona Westra

24 BV

¬ Brent Meuleman

26 -28 Column

¬ Peter Benoy

¬ Anita

30 Gedicht

Colofon

DE NIEUWE GEMEENSCHAP driemaandelijks ledenblad van het August Ver-

meylenfonds vzw; verschijnt op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december. REDACTIE Peter Benoy, Tom Cools, Chantal De Cock, Caroline De Neve, Robert Huygens, Sarah Mistiaen, Johan Notte, Nico Pattyn, Tinus Sioen, Eliane Van Alboom, Judy Vanden Thoren, Hans Vandevoorde, Anita Van Huffel en Anne Van De Genachte (+ vormgeving) ALGEMEEN SECRETARIAAT Tolhuislaan 88, 9000 Gent, t. 09 223 02 88 e-mail: info@vermeylenfonds.be - website: www. vermeylenfonds. be openingsuren: 9u - 12u en van 13u tot 17u ABONNEMENT 15 euro (4 nummers) LIDMAATSCHAPSBIJDRAGE 15 euro per individu. U kunt lid worden door aan te sluiten bij een plaatselijke afdeling of door overschrijving op rek.nr. BE50 0011 2745 2218 van het Vermeylenfonds vzw, Tolhuislaan 88, 9000 Gent. Leden ontvangen gratis De Nieuwe Gemeenschap. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Willem Debeuckelaere, p/a Tolhuislaan 88, 9000 Gent AUTEURSRECHTEN personen die we niet hebben kunnen bereiken i.v.m. eventuele auteursrechten kunnen de redactie contacteren. COVER Els Borghart STEUN HET VERMEYLENFONDS Giften vanaf 40 euro zijn fiscaal aftrekbaar. Reknr. BE50 0011 2745 2218, Vermeylenfonds, Tolhuislaan 88, 9000 Gent. Om reden van milieuvriendelijkheid wordt dit tijdschrift op chloorvrij recycleerbaar papier gedrukt.

Blik op de toekomst

Dit is een ambitieus nummer van De Nieuwe Gemeenschap. Méér dan ooit is de titel van dit blad van het Vermeylenfonds de vlag die de lading dekt. Het is een bevraging naar nieuw denken en actie die in ons Vlaanderen opstaan en meer en meer vorm krijgen. Vermeylenfonds bestaat dit jaar 75 jaar! Dat mag niet ongemerkt voorbijgaan. Een academische zitting? Een volksfeest op de weide van Werchter? Publicatie van een fraai salontafelboek over 75 jaar sociaal-cultureel werk in Vlaanderen?

De redactie van DNG koos voor de sprong vooruit: hoe ziet het Vlaamse politieke, sociale en culturele leven eruit, gezien door de ogen van de jonge generatie en gekaderd binnen de speerpunten van het Vermeylenfonds: culturele expressie, taal en participatie en mensenrechten. In plaats van achterom te kijken willen we vooruit kijken naar nog eens 75 jaar. Ik zal me gelukkig prijzen als onze vereniging de komende jaren erin slaagt het hoofd boven water te houden: dat zal een grondige hertekening vragen van de werkwijze die de voorgaande jaren aan de orde was. Dit waarmaken is al sinds jaren een dagelijkse oefening voor ons allen en het is niet toevallig dat de subsidiërende Vlaamse overheid die zoektocht positief heeft geëvalueerd. We moeten die mutatie verder vorm geven door te luisteren naar wat de jongeren in het kritisch linkse Vlaanderen ons mee kunnen geven. En dat willen we u laten lezen in dit feestnummer. Maar niet zonder de boodschap van de stichters van het Vermeylenfonds uit het oog te verliezen. Het lezen in de statuten van 1945 van de kernartikelen drie en vier herinnert ons eraan dat de basiswaarden van onze vereniging nog steeds actueel zijn. En ons uitdagen om de hand aan de ploeg te blijven houden om onze voren te trekken door die stugge Vlaamse klei om een meer sociaal, rijk cultureel, inclusief en internationalistisch Europa te oogsten waar Mensenrechten de grondslag van ons bestel zijn. Dat het Vermeylenfonds nog vele levens mag krijgen… Willem Debeuckelaere Voorzitter Vermeylenfonds


MEER MENS Š Els Borghart

Els Borghart is een Belgische kunstenares die woont en werkt in Ierland sinds 2008. Ze behaalde een Master in de Beeldende Kunst (LUCA School of Arts) alsook een Master na Master in Cultuurmanagement (University Antwerp Management School). Haar vele omzwervingen, reizen en avonturen vormen een constante inspiratie voor haar artistieke praktijk. Deze verwerkt ze aan de hand van persoonlijke reflecties en mijmeringen. Daarbij vertrekt ze vanuit het concept van de wereld in transitie met haar vele tussenruimtes en identiteiten: de wereld in flux, de fluĂŻditeit en vluchtigheid van het bestaan en het steeds veranderende wereldbeeld dat daar mee samen gaat. Dit resulteert in schilderijen, tekeningen en prints die een reeks ontmoetingen opleveren met beelden die raadselachtig zijn en zich in een vleugje intrige verhullen. Els Borghart stelt internationaal tentoon en ontving verschillende onderscheidingen. www.elsborghart.com

wij zullen elkaars woorden uit de mond trekken vragen naar een mening die nog niet smeekte om gehoor jij vertelt mij wat je denkt en als ik antwoord denken we samen anders we suggereren elkaar onze eigen blinde vlekken zwemmen samen een zwart gat binnen daar verlangen we naar verhalen is een mens meer dan zijn verhalen we zullen weer mens worden zomeravonden en herfstbuien onder gedempte stemmen met een zaklamp onder een laken kunnen we verder denken we zullen verder denken dan onze eigen gedachten, we zullen verder nadenken denken voor we spreken we zullen niet zeker zijn, maar dat ook niet beweren we zullen luisteren de tijd nemen om ons eigen verhaal uit te stappen we zullen meer mens worden Joanna Wils (19 jaar)

Deze pagina is een coproductie tussen het Vermeylenfonds en Creatief Schrijven vzw. De tekst werd geoogst op het platform Azertyfactor, een vrijhaven waar pennenvoerders hun vruchten publiceren. Wil je kans maken op publicatie in het volgende nummer? Post je tekst op azertyfactor.be/kansen.'

3 EYECATCHER


R A E N

Arne Vlaeminck Arne, Je hebt als stagiair bij het Vermeylenfonds een prachtige bijdrage geleverd aan het project Groetjes uit beton.

“De bedoeling van ‘Groetjes uit beton’ was om enerzijds door middel van briefschrijfsessies wat warmte de gevangenis binnen te smokkelen, en anderzijds, door de brieven op één of andere manier openbaar te maken én een beetje bewustzijn over ons detentiesysteem naar buiten te brengen. Corona stak er een stokje voor, dus hebben we er een briefschrijfproject van gemaakt. Wie nieuwsgierig is, moet maar eens op de Facebook-pagina kijken (Groetjes uit beton)! Het project heeft mijn ogen geopend voor het (Vlaamse) gevangeniswezen en detentie in het algemeen. De brieven hebben me vaak geraakt, zowel in hun weemoed als hun contentement.” Wat inspireerde jou om stage te doen bij het Vermeylenfonds?

“Ik koos een stageplek uit een lange lijst met potentiële werkgevers. Wat mij overtuigde waren de activiteiten waar ik aan kon meewerken. Naast ‘Groetjes uit beton’, ging dat bijvoorbeeld over een slam poetry-wedstrijd met een Gentse boksclub en een theaterproject met vluchtelingenkinderen in Brussel. Alle projecten ademden een zeer actieve en persoonlijke manier van cultuur beleven, en dat sprak me aan.”. Intussen zet je je studies (Vergelijkende Moderne Letterkunde) verder én ben je het jongste lid van de redactieraad van DNG. Je bent ook lang actief geweest in de jeugdbeweging en het jeugdhuis. Wat motiveert jou om dit allemaal te doen?

“Ik was lid van de Chiro en van het jeugdhuis omdat ik dat fantastisch leuk vond. Hoogdravender dan dat waren mijn motivaties niet. Vanuit de ogen van een volwassene was ik misschien heel ‘geëngageerd’, maar daar stond ik zelf niet zo bij stil. Ik wou vooral doen wat ik graag deed, en de jeugdverenigingen bleken de plaatsen te zijn waar dat kon. Je krijgt er verantwoordelijkheid, en je zet dingen op poten waar je andere mensen blij mee maakt. Ik ben ook graag met taal bezig, zelfs na vijf jaar Letterkunde aan de universiteit. Mijn opleiding heeft mij van een brede algemene vorming voorzien, maar van de soms uitdrogende hoorcolleges en iets te minutieus

"Na vijf jaar letterkunde ben ik nog steeds graag met taal bezig. Ik ben in de redactie van dng blijven plakken omdat ik er iets mee(r mee) wil doen, met die taal"

verbeterde schrijfopdrachten heb ik even genoeg. Ik ben in de redactie van dng blijven plakken omdat ik er iets mee(r mee) wil doen, met die taal. Wàt nog en wàt later, daar ben ik nog niet echt uit. Waarschijnlijk volg ik komend jaar een lerarenopleiding.” Je hebt wellicht als geëngageerde jongere veel pijnpunten ontdekt in onze samenleving. Wat zijn die volgens jou? Heb je daar concrete voorbeelden van? Hoe probeer jij zelf een antwoord of oplossing hiervoor te formuleren?

“Ik moet bekennen dat mijn rol in de jeugdverenigingen me amper maatschappelijke pijnpunten heeft laten zien. Ik werk elke zomer als postbode, en dat confronteert me vaker met minder mooie kanten van onze samenleving. Als je je ronde in een minder welvarend deel van Gent uitreikt, dan zie je soms jammere toestanden wanneer iemand de deur opendoet voor een pakje of een recommandé. Ik hoop in de nabije toekomst de tijd te vinden om een beetje lokaal vrijwilligerswerk te doen, bijvoorbeeld met mensen die in eenzaamheid of op straat leven.” Zijn de speerpunten (mensenrechten en vrije meningsuiting, culturele expressie en taal en participatie) van het Vermeylenfonds goed gericht volgens jou? Of moeten we andere doelwitten stellen?

“Het Vermeylenfonds heeft een zeer mooie visie. Tijdens mijn stage had ik soms het gevoel dat het cultuurfonds wat op twee benen hinkt in die zin dat ze ook ‘klassieke’ 4 STANDPUNTEN

BIO Afkomstig uit Melle Respectievelijk 6 en 4 jaar actief in jeugdhuis en jeugdvereniging Laatstejaarsstudent Vergelijkende Moderne Letterkunde

activiteiten organiseert die (in mijn ogen) niet zo heel hard bijdragen aan een meer solidaire samenleving . Maar Frederik, de directeur, deed me inzien dat een vereniging die al vele jaren bestaat niet van de ene dag op de andere integraal in een andere baan kan gaan zwemmen.” Wat is jouw boodschap als jongere voor de toekomst van het Vermeylenfonds? En voor de samenleving?

“Probeer altijd bereid te zijn om je ideeën bij te stellen.” Sarah Mistiaen

"Het Vermeylenfonds heeft een zeer mooie visie"


ELI NE

Eline De Clerck Eline, We kennen jou uit een vorige DNG (maart-mei 2020) waarin je een reeks schilderijen toont met portretten van vrouwen uit de cultuursector, een selectie van gezichten uit het publiek. Heb je de indruk dat culturele expressie wordt bepaald of beperkt door identiteit?

“Voor mij zijn identiteit en culturele expressie met elkaar verbonden, en cultuur is een onderdeel van die identiteit. Kunst staat toe om beiden in vraag te stellen, om meerdere culturen te leren kennen en om identiteit als iets in evolutie te beschouwen.”

"Als mensen evenveel informatie zouden krijgen over kunst als over sport dan zou men met kunst veel meer publiek bereiken" Je schildert bomen en vrouwen. Vanwaar die keuze?

“De vrouwenportretten zijn eigenlijk altijd een fascinatie geweest, al van kinds af aan heb ik grote bewondering gehad voor de enorm sterke vrouwen van Rubens en Van Dyck. Door hen wou ik schilder worden. Het is pas later dat ik ontdekte dat al die schilderijen door mannen zijn gemaakt, en je als vrouw een uitzondering bent in dit genre. De bomen zijn mijn tweede grote fascinatie: de natuurlijke abstractie in de vorm van bomen zijn een welkome afwisseling met de portretten. Ik wil me ook meer verdiepen in de milieu-gerichte identiteit, zoals Dr. Susan Clayton beschrijft, en de invloed die dit heeft op ons gedrag en bewustzijn.” Waarom ben je beginnen schilderen?

“Om deel uit te maken van de familie van de schilders, nog voor ik kon schrijven wist ik al dat ik schilder wou worden. Ik zal toen een jaar of vijf geweest zijn, en ik was in het museum van schone kunsten onder de indruk van al die grote schilderijen met godinnen

en koninginnen. Jaren later heb ik beseft dat ik toen al een lesbische identiteit aan het ontwikkelen was, en dat ik op zoek was naar vrouwen die buiten de norm vallen, in deze schilderijen worden vrouwen getoond die niet conform de maatschappelijke rol van huisvrouw of dienstmeid zijn.” Zijn er leegtes, beperkingen, hindernissen die je ervaart in de culturele sector? Zie je een evolutie? Hoe zou je willen dat dit evolueert?

“Ik denk dat er door de sociale media een grote democratisering aan de gang is in de kunstwereld. Iedereen kan steeds meer mee beslissen wie kunst maakt, wat belangrijk is en hoe het gelezen wordt. Met terugwerkende kracht zal er een evaluatie gemaakt worden van welke kunst er toe doet, wie het heeft gemaakt en wie er beter van wordt.” Hoe kan een organisatie als het Vermeylenfonds culturele expressie stimuleren?

“Door een platform te bieden aan kunstenaars waarbij er naar een goede balans wordt gekeken naar de diversiteit van de kunstenaars. Nog altijd wordt er veel gediscrimineerd, al is het heel snel aan het verbeteren, en is er nood aan een meerstemmig beleid in de kunst. Ook door kunstenaars correct te betalen voor het werk dat ze leveren, stimuleer je expressie, er is niet zoiets als een gratis tentoonstelling: de kunstenaar heeft daar hard voor gewerkt en zou daar ook voor verloond moeten worden.” Hoe schat je de impact in van kunst en cultuur op onze samenleving?

“Als mensen evenveel informatie zouden krijgen over kunst als dat ze krijgen over sport dan zou men met kunst veel meer publiek bereiken. Door kunst op een sokkel te zetten maak je kunst niet toegankelijker, maar door kunst naar het straatniveau te brengen en mensen te betrekken in de onderliggende thematiek kan je een positieve invloed hebben in hun leven en dan wordt kunst iets waardevol.”

Waar ben je nu mee bezig? Wat zijn je dromen voor de toekomst?

“Ik ben in Borgerhout een Art Club aan het oprichten, waarbij jongeren gemotiveerd worden om zelf een organisatie op te starten die kunst en cultuur verbindt. Borgerhout zit vol kunstenaars die daar een studio hebben, 5 STANDPUNTEN

BIO studeerde in 2001 af in KASK als meester in de schilderkunst. Ze schildert vrouwen en bomen. De reeksen van portretten gaan over modellen in de mode, lesbische vrouwen of vergeten kunstenaressen. Ze gaan over een grotere zichtbaarheid van vrouwen als individu. Haar stijl is direct, kaduuk en zonder versiering. Sterk beïnvloed door haar vele reizen naar Japan past ze Oosterse principes in beeldende kunst toe, en vermengt deze met de lange geschiedenis van Europese schilderkunst. www.elinedeclercq.com

maar toch is er een kloof tussen deze scene en de lokale jeugd. Als kunstenaar wil ik een ondersteunende rol hebben in het ontwikkelen van nieuw talent.”

Sarah Mistiaen

"Voor mij zijn identiteit en culturele expressie met elkaar verbonden, en cultuur is een onderdeel van die identiteit"


Jolien Paeleman De speerpunten van het Vermeylenfonds zijn culturele expressie, taal en emancipatie, en mensenrechten. In welke mate kan je je vinden in die drie pijlers? Hebben ze raakvlak met wat Extinction Rebellion (XR) doet?

“Extinction Rebellion streeft naar een zo groot mogelijke expressieve diversiteit van de proteststem. Overal ter wereld waar XR actief is, is er ook een Arts Circle: een team dat zich wijdt aan het ontwerpen van materiaal dat gebruikt wordt voor straatprotest en het uitwerken van acties als performances. Er wordt aandacht besteed aan muzikale expressie; het stille straattheater van de internationale Red Rebel Brigade is inmiddels ook overal bekend. Veel kunstenaars treden op voor XR, vooral in Engeland (bv. Engels dichter Kate Tempest).

zien op een sociaal rechtvaardige manier; vandaar onze eis voor radicale democratie via het installeren van burgerparlementen waarvan de samenstelling deze van de hedendaagse maatschappij zo dicht mogelijk benadert. Feminisme zie ik als een logische levenshouding binnen XR, net als antiracisme en dekoloniserend denken en handelen, wat zich bijvoorbeeld uit in ons engagement om een superdiverse beweging te worden, in de horizontale structuur van de beweging en in een feministische versie van leiderschap. Emancipatie gaat bij XR over het van onderuit ontmantelen van het moderne patriarchaat, dat via het toepassen van een extreme neoliberale marktlogica heeft geleid tot het uitroeien van niet-Westerse culturen en de massale destructie van ecosystemen, waar we voor ons overleven van afhankelijk zijn. Mensenrechten: het recht op drinkbaar water, voedsel en een veilige thuis, in de geest van mondiale en intergenerationale rechtvaardigheid.

JOLI

Emancipatie zit al vervat in onze manier van actie voeren via vreedzame burgerlijke ongehoorzaamheid. Wij geloven dat dit de meest efficiënte manier is om onze basisrechten als individu én als burger te verwerven en verdedigen. XR wil de ecologische transitie die nodig is om het tij te keren gerealiseerd

"Ik geloof sterk in het principe van actieve hoop volgens de inzichten van filosofe Joanna Macy: ‘zorg ervoor dat je je hoop bouwt op je intenties, in plaats van je hoop te laten afhangen van je goede of slechte buien, of je neiging tot optimisme of pessimisme.’"

Het wordt steeds duidelijker dat de massale uitroeiing van plant- en diersoorten door de mens een grote bedreiging is voor onze leefbaarheid, en zelfs voor ons voortbestaan als soort. De ecologische strijd verbindt zich wereldwijd ook sterk met de strijd van inheemse volkeren voor het behoud van hun culturen en leefgemeenschappen, niet in het minst omdat door het behoud van deze gemeenschappen en hun leefwijzen ook de natuurlijke omgeving gevrijwaard wordt van vernietiging.” Voor het Vermeylenfonds is het recht op vrije meningsuiting van groot belang. Heb jij het gevoel dat je vrij kan spreken?

“Speak truth to power zit in het hart van XR als mondiale protestbeweging. De eerste van onze drie eisen aan overheden luidt: Vertel de waarheid. Daarmee bedoelen we, wees eerlijk over de omvang van de klimaatnoodtoestand en de ecologische rampspoed waar we middenin zitten. Geef niet de indruk dat business as usual nog wel even kan doorgaan zonder zware gevolgen voor de samenleving. Durf zeggen dat het tijd is voor een ander verhaal, voor een totale ommekeer, en motiveer het met de wetenschappelijke kennis die we ter beschikking hebben (IPCC, IPBES). Concreet: neem klimaatontwrichting en de uitroeiing van soorten minstens even serieus als COVID-19. 6 STANDPUNTEN

BIO (°1984) Master in de ingenieurswetenschappen (architectuur), Gent. Master in de literatuurwetenschappen, Leuven. Heeft gewerkt als architect, onderzoeker en bouwkundig ingenieur. Engageerde zich op jonge leeftijd voor natuurbescherming. Vrijwilliger voor Natuurpunt Damvallei (Destelbergen). Woordvoerder en activiste bij Exctinction Rebellion (XR). Co-coördinator van de nationale werkgroep voor de oprichting van een Burgerparlement in België.

Ben je hoopvol?

“Ja, ik ben hoopvol. Niet omdat ik die hoop van nature heb, of omdat ik er rotsvast van overtuigd ben dat we bijvoorbeeld onder de 1,5 graden opwarming gaan blijven. Wel omdat actievoeren, veel meer dan niets doen, in overeenstemming is met mijn verlangen naar verandering. Ik geloof sterk in het principe van actieve hoop volgens de inzichten van filosofe Joanna Macy: ‘zorg ervoor dat je je hoop bouwt op je intenties, in plaats van je hoop te laten afhangen van je goede of slechte buien, of je neiging tot optimisme of pessimisme.’ Als je die mindset je eigen maakt, kan je niet anders dan in actie komen.” Arne Vlaeminck


JO

Joris Mpeti Ngama Joris, op je 20ste stond je al op grote podia, zoals de AB, Couleur Café, een droom van vele jongeren. Hoe ben je daar geraakt?

“Goh, ik denk dat het een samenloop is van omstandigheden. Ik heb op sommige vlakken geluk gehad. Ik ben opgeroeid in Brussel, maar ook voor een stuk in Vlaanderen (Zaventem). Ik was vooral bezig met voetbal, toen ik jonger was. En op een bepaald moment ben ik samen met een vriend, bijna voor de grap, beginnen rappen. Omdat ik goed Nederlands sprak, ging Engels me ook gemakkelijk af. Dat was eigenlijk de start. Al snel kreeg ik de smaak te pakken en begon ik workshops te volgen. Uiteindelijk ben ik overgestapt naar het Nederlands. Tijdens een open mic heeft men mij opgepikt. Voor ik het wist, werd ik op sleeptouw genomen door mijn idolen, of alleszins door mensen naar wie ik op keek. Zo is het allemaal een beetje begonnen. Ik ben dan gestopt met voetballen om me volledig op muziek te focussen.”

"Ik word soms uitgenodigd omdat ik “eens iets anders ben”"

ring voor wat je doet. Ik word soms uitgenodigd omdat ik “eens iets anders ben”. Ik ben een veilige keuze, op een manier, omdat ik weet wat “witte mensen” van mij verwachten. Ik zie veel talent dat niet dezelfde kansen krijgt als mij. Dat zou ik graag doorbreken, gewoon door mezelf te blijven, authentieker te zijn. Nederlands is in die zin een logische keuze, ik meng het met Frans omdat we zo praten. Ik ben een echte Brusselaar, Belg.”

“Dat ze eens buiten hun eigen kring kijken, en zien wat voor talent er aanwezig is, buiten hun comfortzone. Er zijn veel mensen die iets te vertellen hebben, andere verhalen dan de gekende. Voor jonge mensen met mijn achtergrond, is het moeilijk om toegang te krijgen tot die instituten, omdat we de weg niet altijd kennen of geen connecties hebben. Zo blijft iedereen in zijn eigen bubbel en dat is jammer.” Dat is het zeker! Laten we dit als een eerste stap beschouwen. Judy Vanden Thoren

Heb je gekozen voor het leven als artiest of gaat het eerder over jezelf uitdrukken?

Over welke onrechtvaardigheden heb je het dan?

“Over ongelijke kansen in het leven, maar ook in deze industrie en de cultuursector in het algemeen. Je moet echt de juiste mensen kennen, en dan nog is er niet altijd waarde-

© Hugo Lefèvre

“Eerst was ik een beetje verblind door het leven. Wat wil je, ik was 18 en mocht mee met de grote jongens. Nu is muziek schrijven geëvolueerd naar een noodzaak. Ik schrijf bijna dagelijks, het is zoals een dagboek. Als ik me slecht voel, als er iets is gebeurd. Zeker tijdens de lockdown, heb ik zeer veel geschreven. Ik moet mijn gedachten kunnen uiten. Het is een deel van mijn identiteit. Ik heb ook het gevoel dat ik mezelf beter kan uitdrukken via muziek, als ik het bijvoorbeeld over onrechtvaardigheden wil hebben. Praten gaat me minder goed af.”

RIS

Wat verwacht je van de socio-culturele sector, van organisaties zoals het Vermeylenfonds?

BIO (°1997) Opgegroeid in Evere en Zaventem, Malinese en Congolese roots. Rapper, Slam Poet, Workshopbegeleider. Artiestennaam: Jay MNG . Finalist De Nieuwe Lichting 2017 (Stu Bru). Deelnemer De Weekenden 2018 (Canvas) Debuutalbum Space Jam 2019.

7 STANDPUNTEN

"Ik verwacht van socioculturele organisaties dat ze eens buiten hun eigen kring kijken, en zien wat voor talent er aanwezig is, buiten hun comfortzone. Er zijn veel mensen die iets te vertellen hebben, andere verhalen dan de gekende. Voor jonge mensen met mijn achtergrond, is het moeilijk om toegang te krijgen tot die instituten, omdat we de weg niet altijd kennen of geen connecties hebben"


LIEVEN

Lieven Miguel Kandolo

“Taal is belangrijk. Nederlands is het verbindend communicatiemiddel in Vlaanderen, dat spreekt voor zich. Maar we moeten niet bang zijn van meertaligheid, je mag iemands taal niet afpakken door hem/ haar te verplichten altijd Nederlands te spreken. Taal is een deel van je identiteit, van je zijn.”

Lieven, we kennen jou vooral van je opiniestukken in De Standaard en VRT, als één van de stemmen van de Afrikaanse diaspora. Je spreekt je regelmatig uit over dekolonisatie. Momenteel beweegt er wel wat op dat vlak. Hoe zie jij mensenrechten in dat verband evolueren?

Welke rol kunnen socio-culturele organisaties zoals het Vermeylenfonds hierin spelen volgens jou?

© Sarah Mistiaen

“Om eerlijk te zijn, heb ik nog niet zo heel lang geleden beseft dat de mensenrechten zoals geformuleerd in de UVRM eigenlijk niet zo universeel zijn als we soms denken. Vooral in het globale zuiden is het een pijnpunt, enerzijds omdat ze moeilijk te implementeren lijken, en anderzijds omdat ze vaak als een pasmunt gebruikt worden. Ik denk dat het te maken heeft met het feit dat ze heel eurocentrisch zijn. Ze zijn ook 70 jaar oud en vanuit een heel individualistisch standpunt geformuleerd. Het zijn individuele rechten, toegekend aan individuele personen. Samenlevingen in het globale zuiden vertrekken vaker vanuit het collectief. Die collectieve insteek ontbreekt en maakt dat we niet echt over universaliteit kunnen spreken. We zouden moeten evolueren naar een inclusieve universaliteit, mensenrechten die écht universeel zijn. Ook de mensenrechten moeten dekoloniseren.”

BIO Geboren en getogen in Vilvoorde. Studeerde rechtspraktijk aan de KDG, Antwerpen en interculturele transities aan Thomas More Hogeschool. Schrijft o.a. voor Stampmedia en De Standaard Richtte de VZW Kolamela op Is bestuurslid van Hand in Hand.

“Ik raad alle progressieve Vlaamse middenveldorganisaties aan om uit hun bubbel te komen en te luisteren naar mensen van andere gemeenschappen, connectie te maken met bv. zelforganisaties. Niet omdat ze “divers” moeten worden maar om echt te leren over hun eigen blinde vlekken. Vanuit een open houding, input vragen en daar ook effectief mee aan de slag gaan i.p.v. te vertrekken van een afgelijnd idee.” Dank je wel, Lieven. Judy Vanden Thoren

"Ook de mensenrechten moeten dekoloniseren" Dat is een heel duidelijke en bijna radicale mening. Heb jij het gevoel dat je altijd je mening kan geven?

“Ik beschouw mezelf niet echt als radicaal, ik zie mezelf eerder als gematigd. Ik merk dat ik ook vaker gehoord word, net omdat ik me verbindend en constructief opstel. Het ligt ook niet in mijn aard om met mijn meningen de controverse op te zoeken. Ik merk dat sommige van mijn collega’s, die ook rond thema’s als dekolonisatie bezig zijn, soms niet worden gehoord, net omdat ze soms te radicaal zijn. Voor extreem-rechtse jongeren geldt dat minder, zij krijgen wel gehoor wanneer ze extreme meningen verkondigen. In die zin hangt de vrije meningsuiting vaak af, van wiens mening het is.”

"Vrije meningsuiting hangt vaak af, van wiens mening het is"

Hoe zie jij taal en participatie evolueren in een Vlaanderen dat meertaliger, meer stemmiger en meerkleuriger wordt?

8 STANDPUNTEN


LO U

Louise, als dramaturge en theaterschrijfster ben je ongetwijfeld in de ban van taal. Eén van de speerpunten van het Vermeylenfonds is taal en participatie. Wat is volgens jou de kracht van taal?

“Onlangs zag ik op youtube een interview met Joni Mitchell uit de jaren ‘80, waarin ze vertelt, dat ze voor een jaar alle optredens heeft gecanceld omdat ze zich in de natuur wou terugtrekken. Nadien stond er in alle kranten dat ze een “nervous breakdown” had. Ze antwoordde daarop: ”In de oosterse filosofie heet dat dan een sjamanistische overgang”. Voor Joni kon het misschien als een zenuwinzinking begonnen zijn, maar wie zegt dat dat woord voor altijd geldt? Ik geloof dat de tijd niet rechtlijnig loopt, en dat taal ons helpt om de toekomst fluïde te houden. Daarmee bedoel ik dat we via taal een andere werkelijkheid kunnen kiezen. Wat is de impact van mijn woorden? Hoe kunnen we empathisch samenleven met andere culturen? Zijn al onze tradities en onze aannames uit verleden wel vol te houden of zijn het stereotypes die ons weerhouden om elkaar werkelijk te ontmoeten? We kunnen roepen dat we niet mogen raken aan de democratische wet van

het parlement en in televisiestudio’s zie ik als mismoetingen. Gemiste kansen van mensen die alleen hun eigen standpunt willen verdedigen. Maar dat heet dan het politieke spel dat moèt gespeeld worden?”

Je bent nu toch al bijna tien jaar bezig met schrijven voor theater, van puur teksttheater voor Hof van Eede tot de teksten die je momenteel schrijft voor de operavoorstellingen van Benjamin Abel Meirhaeghe. Bots je ook wel eens op de beperkingen van taal? Hoe kan je die overkomen ?

“Omdat Benjamin internationaal aan het doorbreken is en we met verschillende nationaliteiten samenwerken, schrijf ik momenteel de teksten in het Engels. Ik bots wel op beperkingen omdat het mijn moedertaal niet is, maar tegelijkertijd vind ik het ook bevrijdend omdat ik daardoor niet verstrikt geraak in onnodige franjes en obscure inhoud. In mijn eigen taal kan ik me soms verliezen in veel te diepe gedachtegangen waardoor het soms weinig zegt, maar in het Engels zijn de woorden performatief sterker en essentieler.

"Het enige wat ik kan doen, is doordoen" de vrijheid van meningsuiting, en dat zijn vrijheden die ik zeker niet bestrijd, maar we kunnen wél in de taal van spoor wisselen. Dat gaat over empathie eigenlijk. We leven momenteel in een multi-gepolariseerde tijd met een hoogoplopende spanning tussen links en rechts, er heerst zoveel wantrouwen voor de andere, voor onze medemens. Taal kan heel intiem zijn, als we willen. Ontdaan van de politieke calculus en van marktdenken, kan een woord gericht naar de volstrekt Andere een teken van nieuwsgierigheid zijn. Misschien heeft Joni een heel jaar naar vogels en bomen geluisterd, dat weet ik niet, maar ze heeft wel op een bepaald moment beslist dat ze geen zenuwinzinking had. De mens is, in grammaticale zin, in staat in de toekomende tijd te denken: het zit eigenlijk structureel verankerd in onze taal om hoop te hebben. Ik geloof echt in de waarlijke en talige ontmoeting tussen mensen die zichzelf niét in de weg staan. Dus het gebekvecht in

Ik las ook een boekje over de teksten die de schilder Piet Mondriaan schreef bij zijn schilderijen. Elk schilderij werd abstracter dan het vorige want hij wou tot een bepaalde essentie komen door lijnen en vlakken weg te halen. Hij wou via zijn beeldend werk een visie op de werkelijkheid uitdrukken. Hij kwam tot de ontnuchterende constatatie dat “waar het echt om gaat, niet uit te drukken is”. Kunstenaars blijven pogingen doen. Ik geloof dat je met taal toch een soort geheim moet in stand houden. Maar dat vind ik geen beperking. Ik neig naar abstractie, maar ik zorg er wel voor dat er bruggetjes zijn waardoor mensen mee zijn en geraakt kunnen worden. Door met Benjamin te werken is mijn taal intuïtiever en suggestiever geworden, altijd in een synergie met beeld, sfeer en muziek. Bij Hof van Eede waren de teksten eerder volgens de wetten van literaire opbouw gemonteerd. Nu probeer ik via de teksten eerder de zintuiglijke ervaringen te 9 STANDPUNTEN

© Benjamin Abel Meirhaeghe

EN

Louise Van den Eede

BIO (°1985) Studeerde wijsbegeerte en journalistiek. Freelance dramaturge en regie-assistente bij onder andere Miet Warlop, Pieter Ampe Benny Claesssens, Jan Decorte & Sigrid Vinks. 2011 richt met haar zus Ans Van den Eede het theatergezelschap ‘Hof van Eede’ op. 2012 wint met Hof van Eede de Jong Theaterwerk-prijs op Theater aan Zee met hun debuutvoorstelling: ‘waar het met de wereld naartoe gaat daar gaan wij naartoe’. Tot 2018 kernlid van het gezelschap als co-auteur en dramaturge. Gaat nieuwe uitdagingen aan met de jonge operaregisseur Benjamin Abel Meirhaeghe voor wie ze de losvaste dramaturge is, researcher, en schrijver. Momenteel werken ze met de Opera van Vlaanderen aan hun operaballetvoorstelling A Revue dat daar in oktober - als de pandemie het nog toelaat- in première gaat. Gastdocente Creatief Schrijven aan de studenten Kleinkunst van de Hogeschool in Antwerpen. Nauw verbonden aan het project Is A Woman, de filmische mini-serie van actrice Maaike Neuville waarin ze zelf een rol zal spelen.


MARTHE

"Ik geloof dat je met taal toch een soort geheim moet in stand houden"

© Theo Beck

UISE verhevigen. Het valt me op dat er vandaag meer en meer woordeloos theater wordt gemaakt, vooral door jonge makers die taal in verval zien. Ik ben er nog niet uit wat daar precies zo boeiend aan is. Ik denk dat je niet om de taal heen kunt. Stefan Hertmans schreef een geweldig essay over de vervreemding van taal; als woorden niet meer aansluiten met de wereld, dat de vervreemding van taal op zich een talige ervaring is. De onbenoembare ervaring, het woordeloze theater, is ook een talige constructie. We kunnen alleen via taal ervaren dat de ervaring niet in taal om te zetten is. Daarom geloof ik ook niet dat taal in verval is.”

Met wat ben je momenteel bezig? Wat zijn je toekomstige projecten, ondanks de onzekere coronatijden ?

“Ik ben met Benjamin en zijn hele team terug A Revue aan het opstarten dat op 14 oktober in de Opera van Vlaanderen in première zou gaan. De première was eigenlijk in april maar wegens corona hebben we de repetities moeten stopzetten. Dat was echt een vreselijke dag, ik kon het bijna niet geloven, omdat we er al zolang mee bezig waren. Maar goed, we kunnen weer doorgaan, al zullen er enkele scènes sneuvelen en er andere bijgemaakt moeten worden om het geheel coronaproof te maken. A Revue zal een teletijdmachine-effect hebben

voor de toeschouwer, want we katapulteren iedereen 2000 jaar verder in de toekomst; waar cyborgs, humanoids en aliens onder de laatste oude boom, partituren met klassieke muziek vinden en dit proberen te interpreteren, helemaal vervreemd van de grote emoties die veel van deze stukken in zich hebben. Met Benjamin heb ik nog plannen tot in 2024 voorlopig, zolang de zwaarbeproefde cultuursector nog kan doorgaan en het beleid het toelaat. En zolang we gezond blijven. Ik ben ook een pitch aan het schrijven voor het Scenario Atelier van het VAF (red. Vlaams Audiovisueel Fonds) en ik ben betrokken bij het filmdebuut ‘Is A Woman’ van Maaike Neuville. Ik heb dus nog veel plannen, sommige plannen al wat concreter dan de andere, maar het is nog afwachten wat kan en niet kan. Het enige wat ik kan doen, is doordoen.”

Zoals Ramses Shaffy zong: “We zullen doorgaan...”, Louise! Sarah Mistiaen

BIO (°1997) Master student Drama op het KASK in Gent, schrijfster en activiste. Won de Emile Zola Prijs 2020 met het essay 'Five chapters on wanting both ways', een rijke en ambitieuze tekst, politiek en persoonlijk tegelijk, over de twijfels van een millennial, activiste en vrijgevochten vrouw.

Volstaat ijveren voor vrije meningsuiting, of is er meer nodig om jongeren een stem te geven?

“Alles kunnen zeggen is uiteraard een waardevol idee. Maar bij vrije meningsuiting komt ook de vraag wie er spreektijd krijgt. Wie wordt uitgenodigd tijdens duidingsprogramma’s e.d.? Er is een bepaald idee van kennis en expertise, waardoor heel wat mensen worden uitgesloten. Je kunt zoveel vrije meningsuiting hebben als je wil, maar als de stemmen die aan tafel zitten niet representatief zijn voor onze samenleving, zit je daar toch met een armoede qua opinies. Hetzelfde met mensenrechten, ik vind covid daar een goed voorbeeld van. Covid wordt als een zeer ernstige crisis beschouwd omdat het een crisis is die over klassen heen gaat. Ook rijke, belangrijke mensen kunnen covid krijgen en er aan sterven. Als we het ernstig menen met de mensenrechten zijn er veel andere zaken zoals armoede, honger, de woningcrisis, de economische oorlog, de klimaatcrisis of de vluchtelingencrisis waarin we ons bevinden, die we ook als crisis moeten beschouwen. Ook daarin is er een bepaalde selectiviteit.” Hoe kunnen de jongeren en wij allen in het algemeen ons dan engageren om hier iets aan te doen?

“Wie zich wil laten horen moet uit zijn kot

1 0 STANDPUNTEN


Martha Balthazar komen. En we moeten op zoek naar alle stemmen die nu niet aan bod komen. Het is belangrijk mensen te empoweren om hun leven in eigen handen te nemen. Geen hulpverlening, maar een zo groot mogelijke groep vormen die samen verandering kan doorvoeren, over klassen, rassen, seksen heen.” De meningen die niet gehoord worden, hoe krijgen we die te horen als elk in zijn eigen bubbel op sociale netwerken in zijn grote politieke gelijk zit?

"Wie zich wil laten horen moet uit zijn kot komen"

"Taal is een spons, die alles absorbeert. Taal stroomt, evolueert"

“Ik heb veel aan het onderscheid dat Chantal Mouffe maakt tussen de politiek en het politieke. Over politiek praten met mensen is ongelooflijk vermoeiend. Het wordt al snel een welles-nietesspel. Maar over het politieke praten, waar we naartoe willen als mensheid, waar we voor willen staan, is een veel vruchtbaarder gesprek. Het is belangrijk om dat in een openheid en eerlijkheid te voeren, daar kunnen we veel aan hebben. Mouffe heeft het ook over agonisme tegenover antagonisme. Bij agonisme wordt er evenmin als bij antagonisme naar consensus gezocht, er is ook conflict maar er kan wel iets vruchtbaars uit ontstaan.” Kan culturele expressie aan dat engagement gekoppeld worden?

“Er wordt in de culturele sector ongelooflijk veel gepraat over engagement, misschien meer dan er aan engagement gedaan wordt. Maar ik blijf wel geloven dat bij kunst en cultuur een vorm van kritiek hoort, een andere kijk op de huidige samenleving. Alleen al met de verbeeldingskracht die je er bij nodig hebt. Ik hoop dat we in de toekomst minder loyaal zijn aan het huidige narratief, de huidige realiteit, omdat die volgens mij niet werkt en bovendien een gewelddadige realiteit is. Culturele expressie kan die realiteit helpen ontmantelen en een nieuw narratief er tegenover plaatsen.” Is het vanuit jongerenperspectief altijd gemakkelijk om een culturele taal te hanteren die iedereen bereikt? Referenties naar de jongerencultuur (hiphop, games) gaan bv. aan oudere generaties voorbij.

“Is dat niet van alle tijden? Popcultuur, vooral Amerikaans, overheerst. Maar die popcultuur is zo toegankelijk, het werkt ook verbindend. Mijn ouders luisteren ook naar Billie Eilish. Misschien is het ook aan de oudere generaties om zich af te vragen 1 1 STANDPUNTEN

hoe ze contact houden met de jongeren. Er wordt heel veel commentaar gegeven op mijn generatie en we staan sterk onder druk, er zouden nieuwe manieren van intergenerationeel verbinden moeten gezocht worden.” Hoe zie je de rol van taal als verbindend element in de maatschappij?

”Ook bij taal is er een bepaalde opvatting van wat als waardevol gezien wordt. Vanuit verschillende mediums als hiphop, rap en spoken word poetry ontstaat ook veel taal, een taal die heel rijk is. Dat wordt niet altijd beschouwd als volwaardig. Er is een idee van superieure taal, academische taal bv., waar een superieure kennis, superieure cultuur aan vasthangt. Daardoor lijkt integratie steeds vanuit dezelfde kant, in dezelfde richting te moeten gaan. Taal is een spons, die alles absorbeert. Er wordt bij identiteitspolitiek vaak gehamerd op het belang van taal, wat ik begrijp want taal toont en behoudt bepaalde machtstructuren. Maar dan krijg je vervolgens heel erg heftige emotionele reacties van behoudsgezindheid, dat heb ik nooit begrepen. Taal stroomt, evolueert.” Ik las dat je van eerdere generaties vond dat ze te veel het systeem van binnenuit wilden veranderen. Is het belangrijk voor je om een soort revolutionair elan te bewaken?

“Het is makkelijk om vanuit mijn eigen leefwereld, die redelijk comfortabel is, een bepaalde rust en orde te willen behouden. Maar door meer te luisteren naar de stemmen die niet zoveel aan bod komen heb ik geleerd dat deze wereld echt geprogrammeerd is om discriminerend te zijn, om een kloof te hebben tussen mensen. Het is geprogrammeerd op basis van geweld, en ik geloof op dit moment niet dat we tot echte verandering kunnen komen zonder die programmatuur te veranderen. Iedereen wil tegenwoordig verandering, maar wat versta je daaronder en wat wil je er voor opgeven? Blijkbaar heet dat herprogrammeren revolutie. Ik zou natuurlijk liever hebben dat morgen iedereen wakker wordt met het idee om het gewoon anders te doen, maar er zijn te veel mensen die belang hebben bij de status quo.” Nico Pattyn


Mathilde De Cooman Matilde, je bent actief bij COMAC. Wat doe je precies en waarom?

“Ik ben al iets meer dan drie jaar actief bij Comac, de jongerenbeweging van de PVDA, en later ook bij de partij zelf. Met Comac zijn we actief aan de verschillende campussen in heel België. We zetten ons in op de universiteit zelf, maar ook daarbuiten. Door mijn engagement bij Comac, waar ik deel uitgemaakt heb van de dagelijkse leiding van Comac Gent, heb ik heel wat ervaring opgedaan. We organiseren lezingen, maar voeren ook acties of organiseren betogingen. Eén van de leukste herinneringen heb ik aan een actie tegen de samenwerking van de UGent met de multinational Monsanto. We hebben de gang van de rector ’s morgens vroeg ingepalmd met een ontbijt om zijn aandacht te vragen. Dat zijn machtige momenten om samen te delen. Als groep aan een betere wereld werken, ik ken geen beter gevoel. Ik vind het ook enorm belangrijk dat we een stem laten horen tegen de extreemrechtse groepen aan de universiteit. We eisen een universiteit waar iedereen welkom is en iedereen zich veilig voelt. Feminisme is een ander thema dat voor mij een bijzondere betekenis heeft. Ik ben ook lid van het feministisch collecti.e.f 8 maars en heb zo een (bescheiden) bijdrage geleverd aan de organisatie van de vrouwenstaking.

Ik ben er rotsvast van overtuigd dat een rechtvaardige samenleving mogelijk is, en dat we die samen kunnen verwezenlijken.” De ‘speerpunten’ van het Vermeylenfonds zijn culturele expressie, taal en emancipatie, en mensenrechten. In welke mate kan je je vinden in die (of één van die) drie pijlers?

“Volgens mij kan ik me in alle drie de punten wel vinden.. Mensenrechten liggen vandaag steeds meer onder vuur. Ik denk dat het belangrijk is om daar waakzaam over te zijn en te strijden voor een democratie waarin de basisrechten van elke mens gewaarborgd zijn. Ik denk nu aan vluchtelingen, immigranten, mensen van kleur, vrouwen, de lgbtiq-gemeenschap: dat zijn allemaal groepen wiens rechten onder vuur liggen. Het is door solidariteit dat we kunnen vechten voor elkaars rechten, want daar worden we allemaal beter van. Het feit dat deze groepen de kans krijgen voor zichzelf te spreken en te vertellen waar hun noden liggen en wat zij willen, dat is voor mij een vorm van emancipatie. Verder ben ik een grote fan van de rijkdom aan vormen die culturele expressie kan aannemen. Dat merk ik ook heel erg bij Victoria Deluxe: de meerwaarde om jongeren (en andere groepen) de kans te geven hun ding te doen op (of naast) het podium. Daar komen hele mooie dingen uit.”

MAT Ik stond bij de laatste verkiezingen ook op de lijst voor de PVDA. Tijdens de campagneperiode organiseren heel wat scholen debatten voor de zesdejaars. Ik vind het echt fijn om met de middelbare scholieren in gesprek te gaan én de rechtste politici van antwoord te dienen. De dingen die ik doe zijn dus niet onder een exacte noemer te plaatsen. Voor mij gaat de meer activistische kant ook heel erg samen met het opdoen van theoretische kennis, dus ik combineer beide heel graag.”

Wat betekent engagement voor jou en waar/wanneer/door wie is het voor jou ontstaan?

“Het klinkt heel cliché, toen ik Comac leerde kennen, is er voor mij een wereld opengegaan. Ik loop al zo lang als ik me kan herinneren rond met het gevoel dat we leven in een onrechtvaardig systeem. Ik botste echter steeds op de vraag: hoe kunnen we de wereld dan veranderen en wat kan mijn rol daarin zijn. Toen ik het marxisme beter leerde kennen, heb ik daar een antwoord op gevonden.

Wat vind je van het Vermeylenfonds, of gelijkaardige sociale-progressieve verenigingen?

“Ik ben een grote voorstander van een breed middenveld. Het zijn dit soort organisaties, van vakbonden tot culturele en sociale verenigingen, die mensen verbinden en weten wat er in de gemeenschap leeft. Ik denk dat we misschien nog meer ruimte kunnen creëren zodat de verschillende groepen ook de weg kunnen vinden naar elkaar.” Heb je een boodschap of motto voor de leden van het Vermeylenfonds? Of voor de samenleving?

“Hmm, ik denk dat mijn boodschap de volgende zou zijn; wees niet te streng voor jezelf in je activisme. Activisme kan vele vormen aannemen, en de ene is niet per se waardevoller dan de andere. Ik merk in mijn omgeving dat mensen zichzelf soms kwalijk 1 2 STANDPUNTEN

BIO (°1996) Heeft net thesis ingediend voor de richting Gender en Diversiteit, aan de UGent. Stagiair geweest bij Victoria Deluxe en doet daar nu een vakantiejob. Bachelor in Taal- en Letterkunde (NederlandsGrieks). Hoopt binnenkort een job te vinden, waarin ze haar sociaal engagement elke dag in praktijk kan omzetten.

nemen dat ze de wereld niet kunnen redden. Maar dat kan niemand. Echte verandering kunnen we alleen samen teweegbrengen, volgens mij. Dus ik roep alle mensen op om te stoppen met aan zichzelf te twijfelen.” Ben je hoopvol?

“Absoluut. Een andere wereld is mogelijk. Ik heb, ondanks mijn jonge leeftijd, gemerkt dat het niet altijd makkelijk is tegen de stroom in te gaan en antikapitalistisch verzet te voeren. Maar elke keer merk ik dan weer dat ik niet alleen ben in deze strijd. Er zijn zo veel mensen die zich willen inzetten voor een rechtvaardige samenleving. Ik geloof dat het aantal alleen maar groeit. “ Wat zijn je toekomstplannen?

“Ik ben vast en zeker van plan om sociaal en politiek actief te blijven. Daarnaast ga ik ook op zoek naar mijn eerste ‘echte’ job. Dat wordt spannend, maar ik kijk er naar uit!” Arne Vlaeminck


Wie is Mathieu Charles?

MATH

Mathieu Charles Wat brengt de toekomst voor jou?

“Ik ben een multidisciplinair artiest en combineer muziek, theater en Slam poetry. Daarnaast werk ik voor het Minderhedenforum. In alles wat ik doe zit er maatschappelijk engagement. Mijn verschillende professionele hoedanigheden lopen in die zin over in elkaar. Een scheiding maken tussen mijn professioneel en persoonlijk leven is moeilijk.”

“In september start ik met een klein hart aan een project dat 2 jaar zal duren. Ik ga 2 voorstellingen maken. Eén rond afrofuturisme en één rond de deconstructie van de mythologie van de zombie. Ik stop bij het Minderhedenforum om me op deze nieuwe uitdaging toe te leggen. Het is allemaal erg spannend omdat ik niet goed weet hoe dat gaat lopen in de wereld die zich nu aan vormen is. Er is geen garantie dat ze voor een live publiek zullen kunnen gespeeld worden. We hopen op het beste.”

Vanuit jouw professionele bezigheden kom je ongetwijfeld regelmatig in contact met socio-culturele organisaties zoals het Vermeylenfonds. Links georiënteerd, met een emanciperend discours over mensenrechten en taal, gericht op culturele expressie. Hoe zijn jouw ervaringen hiermee?

Hoe zou het Vermeylenfonds dit kunnen doorbreken?

“Het is belangrijk jezelf als organisatie steeds in vraag te stellen: Wat is mijn relevantie? Niet eenvoudig in een samenleving die razendsnel evolueert. Er is zoveel informatie beschikbaar, zoveel nieuwe inzichten, dat het voor een individu, laat staan een organisatie soms moeilijk is om het allemaal te behappen. Het belangeloos ondersteunen van organisaties waar die expertise zit of wordt opgebouwd zou een goede keuze zijn. Vaak zijn het net die organisaties die moeilijker toegang hebben tot middelen. Ze kunnen ervoor kiezen om te leren van mensen die bepaalde zaken ervaren omdat ze zijn wie ze zijn. Ervaringen waar je als witte, middenklasse organisatie geen toegang tot hebt. Een stap opzij durven zetten is in sommige gevallen het meest relevante wat je kan doen.”

Judy Vanden Thoren

© Karolina Maruszak

“Het is inderdaad een profiel dat ik vaak tegenkom binnen de kunstensector. Het zouden natuurlijke bondgenoten moeten zijn. De realiteit is echter vaak anders. Het valt me op dat deze organisaties en individuen maatschappelijke uitdagingen heel vaak vanuit een klassenbril bekijken. Ze maken analyses die enerzijds vertrekken vanuit een paternalistische houding en anderzijds weinig rekening houden met de multi-dimensionaliteit van onze levens. Je voelt dat ze, als ze niet opletten, aan relevantie zouden kunnen verliezen omdat ze niet alle expertise in huis hebben om die meer complexe analyse te maken.”

Heel veel succes, alvast en bedankt voor het gesprek.

BIO Geboren en getogen in Brugge in ’84. Oprichter van Belgian Rennaissance. Het collectief Belgian Renaissance wil het zelfbewustzijn van de Afrikaanse/zwarte diaspora in België aanwakkeren. Jonge kunstenaars en intellectuelen uit deze Afrikaanse diaspora schudden aan de boom en mikken op een 'Belgian Renaissance'. Organisator van het open podium ‘Stand en Deliver’. Performance Artist, theatermaker van o.a. Fanon Mixtape. Zijn interesses gaan uit naar beeldvorming -en discoursanalyse, pluriversele dekolonisaties en onderzoek naar culturele archieven Medewerker cultuur, jeugd, sport en media bij het Minderhedenforum.

1 3 STANDPUNTEN

"Het is belangrijk jezelf als organisatie steeds in vraag te stellen: wat is mijn relevantie? Niet eenvoudig in een samenleving die razendsnel evolueert" "In alles wat ik doe zit er maatschappelijk engagement"


E T S A H P E I N

Stephanie Collingwoode Williams Het zijn drukke tijden voor jou, Stephanie. Je bent internationaal bevraagde woordvoerder van BNFBL (Belgian Network For Black Lives), spreekt op klimaatconferenties, deed een bijdrage aan het boek “Inside black” dat in september uitkomt, start binnenkort een poëzietraject met Kuumba vzw, doet mee aan een thesis wedstrijd en geeft trainingen. Vanwaar komt jouw ongelooflijk engagement en drive?

“Mijn engagement is ontstaan door wie ik ben: kind van een Ghanese vader en Belgische moeder. Door, als mezelf, om te gaan met de wereld rondom mij, ben ik mij bewust geworden van de wereld, waardoor ik in het activisme ben gerold.” Wat is jouw ervaring als activiste met organisaties zoals het Vermeylenfonds, progressieve socio-culturele organisaties met focus op mensenrechten, participatie en taal?

“Mijn ervaring is soms tegenstrijdig. Op papier ziet het er allemaal mooi uit maar in de praktijk heb ik het gevoel dat er nog steeds veel vormen van tokenism (het aannemen van mensen uit minderheidsgroepen als alibi JVT) zijn. Je voelt dat er een soort geïnternaliseerd patriarchaal denken overheerst, dat er nog steeds een heteronormatief, ableïst en seksistisch denkbeeld gangbaar is, ook binnen organisaties die zichzelf als progressief zien. Je merkt dat ze sommige “doelgroepen” niet bereiken. Het feit dat ze al een onderscheid maken tussen zichzelf en doelgroep maakt dat men bewust of onbewust, bedoeld of onbedoeld precies die denkbeelden in stand houdt. Ze slagen er niet in om hun eigen progressieve visie in de praktijk om te zetten.”

zelf mensen en stemmen selecteert en beslist wie aan bod komt, laat je hier los. Doe je dit wel, hou je discriminatie in stand. Je behoudt dan controle. Hier werd zeggenschap en controle uit handen gegeven en dat is positief.” Hoe kunnen ze daar volgens jou nog verder in gaan?

“Er is vooral nood aan introspectie. Organisaties moeten zichzelf eerlijke vragen durven stellen: wie is aanwezig en wie niet? Wie neemt deel aan het gesprek en wie niet? En waarom is dat zo? Uit de antwoorden op die vragen kunnen ze veel leren.” Ben je hoopvol?

“Uiteraard, anders zou ik niet doen wat ik doe. Ik geloof in kleine stappen van veel mensen, microrevoluties die uitmonden in een substantiële verandering. Mijn gevoel dat het altijd beter kan, drijft me en daarom zal ik ook nooit stoppen met doen wat ik doe.” Judy Vanden Thoren

BIO (°1991, Antwerpen) Groeide op in Accra, Ghana. Studeerde Sociaal-cultureel werk in Gent, Antropologie in Amsterdam. Geeft trainingen en workshops over antiracisme, klimaat rechtvaardigheid, intersectionaliteit. Is momenteel plekwerker in Anderlecht. Stichtend lid Landing Space (decolonial poetry). Woordvoerder van Belgian Network for Black lives. Activiste. Dichteres

"Er is vooral nood aan introspectie. Organisaties moeten zichzelf eerlijke vragen durven stellen"

Het Ver meylenfonds doet nochtans zijn best. Zo hebben ze het boek ‘Being imposed upon’ ondersteund, een verzameling van essays, waar afro-belgische vrouwen het woord nemen.

“Dat is zeker een goede zet, in die zin dat je mensen zelf het woord geeft. Door enkel financieel te steunen en het project te faciliteren zonder meer, creëer je ruimte. De positie van macht waarbij je als organisatie

14

STANDPUNTEN


E A E

Tinus Sioen

“Ik denk dat we ook vandaag nog heel wat kunnen opsteken van de teksten van Vermeylen. Hier heb ik eerder al over geschreven in ‘De Nieuwe Gemeenschap’ en ‘Brood & Rozen’. Eén van de zaken die mij vanaf het begin het meest geïntrigeerd heeft, is de positie die Vermeylen innam op het politieke spectrum. Hij was een socialistisch flamingant, hetgeen we vandaag bijna als een contradictio in terminis zouden beschouwen. Maar als je Vermeylens werk erop naleest, begrijp je wel hoe hij tot die positie is gekomen en zullen er weinig zijn die de strijd die hij voerde niet zouden onderschrijven. Het ging hem destijds om de culturele én economische emancipatie van een, op dat moment, sterk achtergesteld Vlaanderen. Hij voorzag een wereld waarin elk individu

BIO Master in de Vergelijkende Moderne Letterkunde. Verdiepte zich tijdens zijn stage bij het Vermeylenfonds in de teksten van Vermeylen. Redactielid van DNG. Masterstudent Politieke Wetenschappen.

vrij zou zijn van dwang, in staat om zichzelf te zijn en zich volledig te kunnen ontwikkelen. Alle onderdrukkende banden moesten gebroken worden opdat elke mens ten volle mens zou kunnen zijn. Beschouwd in zijn context is het nationalisme voorgestaan door Vermeylen eerder een ‘bevrijdingsbeweging’ dan een romantische ideologie, die ‘het volk’ als een afgegrensd lichaam beschouwt en er de zuivere eenheid van wil bewaren. Vermeylen is er nooit voor teruggedeinsd om deze laatste variant sterk te bekritiseren. Ook in het laatste opstel dat hij schreef, De Taak (1945), hekelde hij de kwalijke elementen die hardnekkig de kop bleven opsteken in bepaalde kringen binnen de Vlaamse Beweging. En vandaag zitten deze, helaas, opnieuw in de lift. In dit opzicht kan Vermeylen een referentiepunt zijn in de zoektocht naar een open manier van ‘Vlaming zijn’, die erkent dat we nu eenmaal met elkaar moeten samenleven op dezelfde lap grond, sterker nog, dat we als individuen onmiskenbaar ook sociale wezens zijn, die pas volledig kunnen floreren in en samen met een gemeenschap. Natuurlijk vormen Vermeylens teksten geen simpele blauwdruk voor de manier waarop we onze samenleving willen inrichten. Ze dienen aangepast te worden aan de huidige situatie, met nieuwe uitdagingen en democratische eisen, maar de roep tot emancipatie, strevend naar de gelijkwaardigheid en vrijheid van eenieder, klinkt nog steeds even luid.” Gezien je vorige studie en de prominentie van het thema binnen het werk van Vermeylen, hoe bezie jij de rol van taal binnen onze maatschappij? Is het iets noodzakelijks voor de participatie in de samenleving?

"De Vlaamse mens is ook niet vrij, wanneer hij in het Nederlands uitgebuit wordt en in het Nederlands honger moet lijden." August Vermeylen. echter niet dat we alle verantwoordelijkheid bij het individu moeten leggen, aangezien in de realiteit ook niet alles in zijn of haar handen ligt. Het is naïef om te denken dat persoonlijke inspanningen alle problemen, zeker als ze institutioneel van aard zijn, de wereld zullen uithelpen. Het is daarentegen aan alle verschillende onderdelen van de samenleving om een actief ondersteunende rol te spelen in het wegwerken van barrières en iedereen in de maatschappij te betrekken. Mensen die bijvoorbeeld ‘leer de taal’ uitkramen en menen dat dit alles zal oplossen, gaan voorbij aan de reële complexiteit van een maatschappij. Het doet me vaak denken aan, en hiermee wil ik graag afsluiten, wat Vermeylen schreef wanneer hij bepaalde Vlaams-nationalisten uit zijn tijd bekritiseerde omdat ze de taalkwestie als einddoel beschouwden: “De Vlaamse mens is ook niet vrij, wanneer hij in het Nederlands uitgebuit wordt en in het Nederlands honger moet lijden.”

IN

Tinus, je bent Master of Arts in de Vergelijkende Moderne Letterkunde en momenteel student Politieke Wetenschappen. We kennen jou van je uitstekende stage bij het Vermeylenfonds en de rubriek in ons tijdschrift ‘Vermeylen beïnvloed(t)’ waarbij je terugkijkt naar de oude geschriften van August Vermeylen. Denk je dat een blik naar het verleden, naar de oorsprong van het Vermeylenfonds en de ideeën van zijn stamvader, ons nog iets kan bijdragen naar de toekomst toe?

“Vermeylen beschouwde taal en cultuur als essentieel in de verzelfstandiging van de onderdrukte Vlaamse klassen. De rol die taal speelt in onze wereld kunnen we inderdaad moeilijk onderschatten. We gebruiken het om de wereld te structureren en er betekenis aan te geven. Het stelt ons in staat om over abstracte zaken na te denken en deze overpeinzingen te communiceren, net zoals politiek voor een groot deel retoriek is en dus ook taal. Het is deels daarom dat onderwijs, cultuurverwerving en taal (in alle mogelijke vormen) zo belangrijk zijn om tot participatie in de samenleving te komen. Dit betekent 1 5 STANDPUNTEN

Sarah Mistiaen

"Vermeylen kan een referentiepunt zijn in de zoektocht naar een open manier van ‘Vlaming’ zijn"


BEING IMPOSED UPON “Dat het barst. Dat het ontploft. […] Dit is een gebaar van liefde die de groei van onze zwarte zusterschappen, waar ze ook moge bloeien, tot tedere uitbarsting brengt.” – Joëlle Sambi Nzeba (Fragment uit voorwoord) Het boek Being Imposed Upon bevat een aantal van de sterkste en meest relevante stemmen van het Afrofeminisme in België. Het bundelt reflecties over zwart zijn én vrouw zijn. Zeventien zwarte vrouwen, uit de Nederlandsén Franstalige gemeenschap, bespreken het belang van intersectioneel denken aan de hand van urgente thema’s die onderbelicht zijn binnen het antiracisme debat in België. Het schrijven vond plaats in de aanloop van de huidige wereldwijde protesten tegen systemisch racisme. Het boek werd 30 juni, ter ere van de 60-jarige onafhankelijkheidsverjaardag van de Democratische Republiek Congo, gelanceerd.

De publicatie kenmerkt een uitzonderlijke literaire benadering en bundelt reflecties over vrouw zijn én zwart zijn van mensen die echt recht van spreken hebben: zwarte vrouwen. Centraal staat het zwarte vrouwelijk lichaam, dat gekoloniseerd door de kapitalistische samenleving, aan bepaalde verwachtingen dient te voldoen. Deze verwachtingen, die hen opgelegd worden (‘being imposed upon’), vormen de blauwdruk van dit boek. In de twee landstalen Nederlands en Frans, worden non-fictie essays, literaire beschouwingen, poëzie, getuigenissen, activistische en academische teksten verenigd rond zeven thematische

hoofdstukken; ‘black female body’, ‘healing’, ‘public transmission’, ‘feminism’, ‘representation’, ‘occupying/creating spaces’ en ‘art & culture’. Being Imposed Upon is een tijdloze liefdesbrief en handleiding van en voor zwarte vrouwen met bijdragen van Joëlle Sambi Nzeba, Olave Nduwanje, Emmanuelle Nsunda, Sabrine Ingabire, Aline Bosuma W’okungu Bakili, Heleen Debeuckelaere, Mireille-Tsheusi Robert, Munganyende Hélène Christelle, Modi Ntambwe, Emma-Lee Amponsah, Djia Mambu, Shari Aku Legbedje & Anissa Boujdaini, Gia Abrassart,

Melat Gebeyaw Nigussie, Anne Wetsi Mpoma en Lisette Ma Neza. Redactie door Heleen Debeuckelaere & Gia Abrassart. Partners: cc Strombeek, Vermeylenfonds, DeBuren: Grensverleggers, VGC, Literatuur Vlaanderen, Africalia & Vermeylenfonds. Being Imposed Upon, paperback, 272pp, 180x110mm, nl/ fr, 17€, bestel@publiekeacties.org Info: www.publiekeacties.org



De recensent BEING IMPOSED UPON

De afgelopen cultuurzomer zal ons waarschijnlijk bijblijven als de meest rampzalige ooit. Toch vielen er ook lichtpunten te bespeuren. De Brusselse Beursschouwburg maakte in augustus bekend dat Melat Gebejaw Nigussie de nieuwe algemeen en artistiek directeur wordt. Gelet op het fraaie parcours dat zij de afgelopen jaren heeft doorlopen is dat geheel terecht. In 2014 kwam ze naar buiten met Belgian Resistance, een collectief dat zich tot doel stelde iets te doen aan het gebrek aan rolmodellen voor de Afrikaanse/zwarte diasporajeugd in België. Daarnaast was ze actief bij het door Emma-Lee Amponsah en Heleen Debeuckelaere opgerichte mediaplatform Black Speaks Back en liet ze haar stem horen naar aanleiding van Black Lives Matter. De afgelopen jaren was ze actief als projectcoördinator bij Bozar, waarbij ze zich focuste op de ontwikkeling van een inclusief en participatief aanbod. Vooral het project Next Generation, Please!, dat de stem van jongeren liet horen over vrijheid, burgerschap, revolutie, identiteit en democratie maakte indruk. Dat Melat Gebejaw Nigussie daarnaast ook sterke teksten kan schrijven, bleek al uit haar bijdragen aan Brieven uit Brussel (2013), het boek van Bleri Lleshi dat Brusselse jongeren aan het woord liet, en Zwart (2018), een bloemlezing van Afro-Europese literatuur uit de Lage Landen, en bewijst ze nogmaals in haar bijdrage aan dat andere lichtpunt van deze zomer, Being imposed upon, de tweede publicatie van Publieke Acties. Publieke Acties is een publicatieplatform dat focust op samenwerking en dekolonisatie en als doel heeft onrechtvaardige maatschappelijke machtsstructuren uit te dagen en te veranderen. Het is het geesteskind van kunstenaars Vesna Faassen en Lukas Verdijk en zag het licht in 2017. In datzelfde jaar verscheen hun eerste publicatie, Wanneer we spreken over kolonisatie, een bundeling van vertaald werk van Congolese historici die in Congo zijn opgeleid. Een ware tour de force, die zowel indruk maakte op de Belgische historici die zich met de periode van de kolonisatie bezig houden als op de Congolese diaspora. In de gelauwerde televisiereeks Kinderen van de kolonie wordt vermeld dat dit het eerste boek is dat werk van Congolese historici naar het Nederlands heeft vertaald. Het leverde hen de nodige geloofwaardigheid op om een volgend project in de steigers te krijgen. Met dit nieuwe project, Being imposed upon, initieerde Publieke Acties de ontwikkeling van een publicatie over feminisme en dekolonisa-

tie. Een comité van Afro-Belgische activisten, schrijvers en denkers dacht na over de vraag welke feministische thema’s onderbelicht bleven in het huidige dekolonisatiedebat in België. De antwoorden die zij formuleerden dienden als blauwdruk voor het boek. Uiteindelijk werden zeven thema’s weerhouden: het zwarte vrouwelijke lichaam, helen, publieke overdracht, feminisme, vertegenwoordiging, het bezetten en scheppen van ruimtes, en tot slot kunst en cultuur. De commissie koos ervoor om binnen elk van deze thema’s telkens een Nederlandstalige en een Franstalige tekst te presenteren. Heleen Debeuckelaere en Gia Abrassart werden aangesteld als eindredacteurs. De vrouwen die door de commissie aangesproken zijn om een bijdrage aan het boek te leveren zijn heel divers. Zowel dichteressen, activisten, academici, schrijvers als essayisten. Wat hen bindt is hun gedrevenheid om zich in te zetten voor afrofeministische, antiracistische en dekoloniale zaken. De bundeling biedt dan ook een ruime variatie aan teksten aan: non-fictie essays, literaire beschouwingen, poëzie, activistische en academische teksten rond hun zoektocht naar vrijheid. Sommige teksten zoals die van Olive Nduwanje en Sabrine Ingabire zijn heel persoonlijk en zijn doordesemd van de trauma’s waar zij mee te kampen hebben. Andere teksten, zoals die van Aline Bosuma W’okungu Bakili over het bevorderen van het welzijn van geracialiseerde personen en die van Mireille-Tscheusi Robert, die een model van raciale dominantie toelicht, zijn meer opgezet als hulpmiddelen om hun deelgenoten te versterken in de ontwikkeling van hun eigen narratief en de zoektocht naar een rechtmatige plaats in onze samenleving. Enkele licht ik nader toe. Olave Nduwanje brengt met Schemer en dwalen een heel oprecht, persoonlijk verhaal over haar zoektocht naar zichzelf, haar worstelingen met zichzelf, haar drankproblemen en depressie, en haar graduele acceptatie van zichzelf als trans persoon. “Het is op het Scheveningse strand dat ik het troosteloze kind herdoopte naar Nduwanje (Ik ben mijn eigen). Het kind en ik onttrokken ons eenzijdig van een convenant dat ons opgelegd is. Ik besloot toen het kind dat ik was, mijn kind, bij de hand te nemen, om haar te wikkelen in een cocon van liefde, om haar de groei te gunnen en bescherming te bieden.” De tekst van Melat Gebeyaw Nigussie verdient het breed verspreid en besproken te worden binnen de culturele en socio-culturele sector. In Black skin, white cube hekelt zij de instrumentalisering van het zwarte lichaam in culturele ruimten. Al te vaak meten culturele instellingen, en bij uitbreiding ook 18 RECENSENT

socio-culturele organisaties, zich een aura van diversiteit en inclusie aan door wat kleur in hun programmatie te steken of mensen met een donkere huidskleur aan te werven voor niet al te bedreigende functies. Maar echte positieve actie, een strategiebepaling om competente mensen uit kwetsbare groepen kansen te bieden - en dus niet te verwarren met positieve discriminatie – blijft achterwege. Wil je als organisatie een echt duurzaam inclusiebeleid uitbouwen, dan zijn er drie vuistregels. Wees open en transparant in je communicatie over je maatschappelijke ambities, over je gewenste doelgroepen en de middelen die je ter beschikking hebt. Pas een intersectionele feministische methodiek toe om ongelijke machtsverhoudingen bloot te leggen, uitsluitende mechanismen ongedaan te maken en paradigmaverschuivingen mogelijk te maken. En laat de invulling van de symbolische en culturele ruimte niet over aan mannen van middelbare leeftijd met een lichte huid, maar betrek gekleurde medewerkers en geef hen de ruimte om, over de instellingen heen, een netwerk op te bouwen, expertise te delen en kleinschalige initiatieven te ondersteunen. Het doel van macht, zo concludeert Melat Nigussie, is ze afstaan. Of om Toni Morrison aan te halen, ben je zelf vrij, bevrijd dan iemand anders. Heb je zelf macht, versterk dan je medemens. In het slotwoord drukt Lisette Ma Neza haar zucht naar meer uit. Dit boek is geen eindpunt, daarvoor blijven nog te veel vragen onbeantwoord en zijn er nog te veel vragen niet gesteld. Misstanden moeten nog worden uitgeklaard, excuses aangeboden. Er is nog niet voldaan aan de voorwaarden om werkelijke dekolonisatie tot stand te brengen, om trauma’s te verwerken, om wonden te helen. Maar herkenning vindt ze wel in de bundeling teksten. “Ik ben deze stemmen.” En ook: “In gedachten discussieer ik met mijn zussen, stel ik ze duizend en een vragen”. Want dat is wat deze teksten doen. Vragen oproepen en de behoefte aan dialoog aanwakkeren. Het boek sluit af met twee sterke vrouwenportretten van fotografe Awa Gaye. Met haar foto’s tracht zij zwarte lichamen de kracht van hun eigen stem terug te geven. De vrouwen kijken fier en zelfbewust in de lens. Dat hadden er gerust meer mogen zijn. Uitkijken dus wat deze jonge fotografe ons nog gaat brengen in de nabije toekomst. De drijvende krachten achter het project en het boek, Vesna Faassen en Lukas Verdijk, verdienen voor meer dan één reden een pluim. Alleen al het feit dat zij consequent ervoor kiezen een forum te bieden aan diegenen die moeilijk gehoord worden draagt bij aan hun reputatie van integere en


BIO FOTOGRAFE AWA GAYE (°1997) groeide op in België en heeft Senegalese roots. Ze studeert fotografie aan het KASK in Gent. Als dochter van een Senegalese vader haalt ze haar inspiratie uit thema’s zoals familie, culturele identiteit, oorsprong en ras. Bekijk haar prachtig werk op https://awagaye.myportfolio.com of instagram @aw.0aa.

gedreven kunstenaars. Toen tijdens het vorige project de historici in Congo hoorden dat hun werk in het Nederlands vertaald en uitgegeven ging worden, was hun eerste reactie: “C’est une blague ou quoi?” Sommige van de vrouwen die nu betrokken zijn bij Being imposed upon zijn niet volledig onbekend. Onder anderen Olave Nduwanje, Sabrine Ingabire, Heleen Debeuckelaere, Gia Abrassart en Lisette Ma Neza hebben al een stevige reputatie voor zichzelf opgebouwd. Maar zij spreken namens een bevolkingssegment dat anders moeite heeft zijn stem in het maatschappelijk debat te laten weerklinken, en dat maakt dit project en het bijhorend boek zo speciaal. De kunstenaars zelf plaatsen zich bewust op de achtergrond. Gedurende het ganse proces hebben de betrokken vrouwen © Awa Gaye centraal gestaan. Juist door hun schijnbare afwezigheid zijn Vesna Faassen en Lukas Verdijk aanwezig. Door zelf uit de schijnwerpers te blijven benadrukken zij het belang van hun betrachtingen. Terwijl zij het bij het vorige boek nog noodzakelijk achtten een begeleidende tekst te schrijven om het project toe te lichten, lieten ze dit deze keer over aan Joëlle Sambi Nzeba en Lisette Ma Neza. In narcistische tijden dwingt de keuze om zichzelf niet in de kijker te plaatsen respect af. Hun keuze om opnieuw een tweetalige publicatie uit te geven draagt ook een sterke boodschap uit. De taalgrens is geen onoverbrugbare barrière, al zeker niet wanneer we spreken over dekolonisatie en feminisme. Omdat de kunstenaars er bewust voor hebben gekozen de verkoopprijs zo laag mogelijk te houden, zijn de teksten deze keer niet zowel in het Nederlands als het Frans beschikbaar maar krijgt de lezer zeven Nederlandse en zeven Franse teksten gepresenteerd. 19

RECENSENT

Voor wie beide talen niet volledig machtig is, kan dat een drempel opwerpen het boek te lezen. Dat euvel kan verholpen worden door op termijn vertalingen van de teksten alsnog op hun website te plaatsen of te voorzien op publieksevenementen. Met hun kunstprojecten kiezen Vesna Faassen en Lukas Verdijk niet voor de eenvoudigste weg. De kunst die zij maken ligt mijlenver af van de snel verteerbare maar even snel terug vergeten kunst die je tegenwoordig op kunstbeurzen kan terugvinden. Als je Art Brussels bezoekt, zie je vooral kunst die mooi zal passen aan de muren van je loft of villa en die gepresenteerd wordt als eens een andere investering dan de klassieke aandelen en obligaties. Het vergt daarentegen lef en doorzettingsvermogen om geëngageerde kunstprojecten als deze te ontwikkelen. Het amalgaam van kunst en activisme waar zij voor kiezen, zorgt voor een dynamische praktijk die de creatieve kracht van kunst om ons emotioneel te raken combineert met de strategische planning van activisme die nodig is om sociale verandering te bewerkstelligen. Activisme is in wezen agogisch. Het daagt de machtsverhoudingen uit en tracht deze te veranderen. Kunst is daarentegen meestal niet zo doelgericht. De waarde ervan ligt vaak in het bieden van verschillende perspectieven om de wereld te aanschouwen. Juist omwille van de kracht die kunst bezit om de blik te verruimen is deze geschikt voor activistische doeleinden. De keuze voor een publicatieplatform mag hierbij ook niet onvermeld blijven, omdat het de mogelijkheid biedt een veelheid aan ideeën en mogelijkheden te verkennen. Het samen bezig zijn draagt bij aan het creëren van nieuwe inzichten. De kunst die dat oplevert valt moeilijk af te bakenen in tijd en ruimte. Inhoud, concept, platform, distributie en maatschappelijke impact blijken amper te onderscheiden. Dat is heel wat boeiender dan een zoveelste schilderij aan de muur. Being imposed upon is een boek voor deze tijd. Het bevindt zich op het kruispunt van dekolonisatie en feminisme. Veel urgenter en relevanter kan een boek vandaag niet zijn, en het resultaat van de collectieve inspanning van deze uitzonderlijke personen verdient dan ook een ruim en gevarieerd lezerspubliek. Dit boek is evenwel geen eindpunt van het project. De hort op met dat boek! De teksten dienen besproken te worden tijdens publieksevenementen, de dialoog dienen gestimuleerd te worden, de geesten gevoed. Dat is nodig. De weg naar echte gelijkwaardigheid van mensen en correcte machtsverhoudingen is nog heel lang. Tom Cools


EXCLUSIEF VOOR AVF-LEDEN! GENIET VAN 20 % KORTING OP OP DEZE BOEKEN. SURF NAAR

www.epo.be/nl/12-boekenportaal

BESTEL HET BOEK EN GEBRUIK DE KORTINGSCODE DNG202003 IN JE WINKELMANDJE.

CONGO’S GEWELDDADIGE VREDE

Er zijn maar weinig mensen met een beter zicht op Congo, op zijn hoofdrolspelers, zijn thema’s die ertoe doen en zijn historische achtergrond dan Kris Berwouts. Dit boek is een must voor iedereen die echt in het land geïnteresseerd is.’ Dat schrijft bestsellerauteur David Van Reybrouck over Congo’s gewelddadige vrede. In zijn magnum opus trekt Kris Berwouts alle draden van meer dan twintig bewogen jaren samen. Tussen 1996 en 2002 was Congo het slagveld van de Eerste Afrikaanse Wereldoorlog. Een complex vredesproces en twee verkiezingen later blijft de voormalige Belgische kolonie een land op drift. Wat zijn de grondoorzaken van de instabiliteit en hoe spelen die op elkaar in? Welke rol spelen de buurlanden? En waarom klampt president Kabila zich zo vast aan de macht? ‘Deze epische geschiedenis van het Congolese volk’, zo stelt de wereldberoemde Amerikaanse professor Crawford Young, ‘is nu al een standaardwerk.’ Referentie: 9789462671201 MALCOLM X

Hij was tegelijkertijd een van de meest gehate en geliefde mannen van zijn tijd. Droeg de geuzentitel angriest man in America. Voerde een kruistocht tegen de onderdrukking van de zwarten in de VS. Vervelde van militant van het schimmige Nation of Islam tot revolutionair. Was net geen veertig toen drie mannen hem tijdens een toespraak in New York doodschoten. Meer dan een halve eeuw na datum blijft Malcolm X, formerly known as Malcolm Little, een icoon en cultheld in

hetzelfde rijtje als Che en Lumumba. Dit boek wekt hem weer tot leven. In het eerste deel schrijft Fikry El Azzouzi zijn fascinatie voor Malcolm X van zich af: 'Ik sta recht / Niet voor de klant / Maar voor de onderkant / Voor de mensen aan de rand / Heb ik toegezegd / Om eindelijk te beginnen / Aan mijn gevecht.' Het tweede deel is de neerslag van een legendarische toespraak van meneer X zelve over de Afro-Amerikaanse geschiedenis, slavernij, kolonialisme en kapitalisme. Met een voorwoord van Dyab Abou Jahjah en een nawoord van Rachida Aziz. 'Malcolm X komt tot leven in de zinnen die Fikry El Azzouzi hier neerpent. Niet als een mythische figuur die boven de wereld staat, niet als een man die groter is dan het volk en de mensen. Maar als een voorbeeld en een mens waar ook een 16-jarige jongere uit Borgerhout of Molenbeek zich kan in vinden.' – Dyab Abou Jahjah, schrijver. Referentie: 9789462670938 DIT IS MORGEN

Ergens zijn we het vermogen kwijtgeraakt om te dromen. Niet eens zolang geleden was de blik op de toekomst gericht en dachten we met zijn allen na hoe het beter kon. Denk aan de 30-urenweek, progressieve belastingen die de rijkdom herverdelen, een basisinkomen of de uitbreiding van de commons. Dat zijn geen wereldvreemde utopieën maar concrete maatregelen die ooit op verschillende plaatsen in de wereld succesvol werden ingevoerd of op het allerhoogste niveau op tafel lagen. Thomas Decreus en Christophe Callewaert bespreken de hedendaagse re20 BOEKEN

cepten om onze samenleving uit de impasse te halen. Hun conclusie is verrassend. Verandering blijkt niet eens zo moeilijk. Koppig vasthouden aan het beleid van de afgelopen dertig jaar en hopen dat het nu plots wel de economische, sociale en klimaatcrisis oplost, dat is pas onrealistisch. Onafgebroken creatief blijven trachten naar een betere wereld is niets minder dan de zin van het menselijk bestaan.’ – Dirk De Wachter, psychiater-psychotherapeut en schrijver. Referentie: 9789462670372 LATEN WE BEGINNEN

In dit boek onderzoekt Dominique Willaert, in een reeks brieven, hoe jongeren de wereld van morgen proberen vorm te geven. De voorbije decennia raakte het vermogen ons een hoopvollere wereld voor te stellen ondergesneeuwd. Machthebbers boycotten het geloof in alternatieven. Maar toch. Bij steeds meer jongeren groeit het bewustzijn dat mens en planeet stilaan bezwijken onder de druk van het heersende systeem. Dominique Willaert raakte erdoor gefascineerd. In dit boek onderzoekt hij hoe jongeren de wereld van morgen proberen vorm te geven. Hij doet dat aan de hand van een reeks brieven. Over het gevoel waarmee veel mensen zich ’s ochtends naar hun werk slepen. Over het sombere toekomstbeeld van films of series als The Matrix, The Hunger Games en The Handmaid’s Tale. Over het belang van samen op straat komen. Laten we beginnen is een uitnodiging om de ongelijkheid en onrechtvaardigheid te bestrijden met onze grootste menselijke kracht: onze verbeelding. Referentie: 9789462672086


Vermeylen beïnvloed(t) Tinus Sioen maakt een keuze uit kunstenaars, schrijvers, denkers, die Vermeylen leuk vond. Grote en invloedrijke namen, maar ook personen die wat op de achtergrond verzeild zijn geraakt of ondertussen volledig vergeten. Wat vast staat is dat Vermeylen hen belangrijk genoeg achtte om er zijn tijd en woorden aan te schenken. Ze veardienen dus ook een plekje in De Nieuwe Gemeenschap.

'De Taak': Geschreven door Vermeylen in 1945. Het zou de aanzet moeten worden voor een nieuw tijdschrift, 'Diogenes', dat Vermeylen uit de grond wou stampen. Hij overleed datzelfde jaar ('De Taak' was zijn laatste tekst) en is daar dus nooit in geslaagd, maar enkele vrienden en voorname letterkundigen/ schrijvers/dichters, waaronder Herman Teirlinck, besloten zijn werk verder te zetten. Enerzijds richtte men het 'Nieuw Vlaams Tijdschrift' op, anderzijds diende 'De Taak' ook als inspiratie voor de stichters van het Vermeylenfonds. De tekst heeft lang (en doet dat misschien nog?) als missieverklaring gediend voor de culturele organisatie. "De flaminganten van den ouden stempel hebben zich weer aan versleten romantische ideeën vastgeklampt: b.v. de idee van het ras, - alsof ‘het Germaanse ras’, wetenschappelijk bekeken, iets meer was dan

Dit najaar vindt u de warme sfeer van de Studio 4 en uitzonderlijke artiesten terug op een concertenreeks voor beperkt publiek.

een fictie, en alsof die fictieve zoölogische eenheid de diepste grondslag was van een cultuurgemeenschap. Ook de idee, dat in een cultuurgemeenschap het bindmiddel van àllesoverwegend belang de taal is, en dat de grenzen van die cultuurgemeenschap noodzakelijk met de taalgrens moeten samenvallen. Een gevolg is, dat er dan weldra voor niets anders meer gevochten wordt dan voor de taal, in den waan dat ons geluk, dat de volledige bevrijding van haar afhangt, dat zij het begin en het eind van elke zich opdringende hervorming zou zijn, ‘de’ factor die gehele stoffelijke en geestelijke welvaart van een volk bepaalt." (Verzameld Werk deel 4, pp. 834-835) "Een volledige cultuur wordt niet uit den grond gestampt: zij groeit. Groeit van binnen naar buiten. In trouwe samenwerking kan een elk er het zijne toe bijdragen; door zelftucht, en wil om gróót te zijn; een ‘mens’!" (Verzameld Werk deel 4, p. 837).

10.10

23.10

28.10

Elina Duni & Rob Luft ft. Fred Thomas

John Scofield & Dave Holland Duo

Víkingur Ólafsson

beperkt aantal tickets beschikbaar: www.flagey.be

© JOHAN JACOBS | NICOLAS SHUTTLE | JOHAN JACOBS

Exclusief voor onze leden!25% korting op de aankoop van een ticket voor onderstaande evenement op vertoon van uw lidkaart en unieke code. Vraag uw unieke kortingscode aan via caroline@vermeylenfonds.be. 2 1 VERMEYLEN BEÏNVLOED(T)


Column Viona Westra

Democratie, een stelsel in LOCKDOWN?

© Pexels-Photo

Mochten er meer politici zijn die men “expert” kan noemen in hun vak, hun domein, hun bevoegdheid , dan zouden de verwijzingen naar Kafka verminderen in aantal. Demos, het volk regeert. Goed bedoeld misschien, maar wellicht gevaarlijk. Men ging er van uit dat het volk altijd betekende “gezond verstand”. Dat blijkt weinig waarschijnlijk. Even onwaarschijnlijk is dat het volk kiest of stemt voor diegenen die dat gezond verstand wel in petto hebben. Als je op dit ogenblik rondkijkt in het geheel van staten die zich een democratie noemen is de voorraad politieke wijsheid vrij klein. De rest blijkt een overdaad aan voer voor stand-up-comedians en satire. Net zomin als de uitspraak “ik heb ogen, dus ik zie” algemeen geldend is, is de uitspraak “ik mag stemmen, dus ik leef in een democratie” altijd waar. In de loop der tijden heeft men, sinds de eerste pogingen tot invoeren van inspraak van het volk , steeds gepuzzeld aan de wijze waarop je die inspraak vorm moet geven. Welke leeftijd komt in aanmerking? Welke scholing of diploma? Welke klasse? Welke sekse? Het eenvoudige begrip “inspraak” werd een elitair recht. De rijken kregen het eerst (enkel de mannen) later kreeg de ene meer stemrecht dan de andere en pas toen de vrouwen na Wereldoorlog II nogmaals bewezen hadden dat zij het land en hun zonen en dochters goed beheerd

hadden, zonder de mannen die aan het front zaten, kregen ook vrouwen hun stemrecht. Het werd echter geen rechtstreekse inspraak maar een getrapte. Je kiest voor mensen, maar die zitten al gezellig in een groepje dat zich “partij” noemt en die partij speelt een grote rol in het bepalen van de rangorde van de kandidaten. Die partij kiest daaruit het kleine aantal verkozenen die in een orgaan kunnen zetelen waar ze hun stem mogen laten horen, een stem die ideeën vertolkt met instemming van hun partij. De term “democraat” wordt dus een verwarrend begrip. In de USA zijn de tegenstanders van de “democraten” republikeinen. Gek genoeg zijn ook de democraten voorstander van een republiek en zijn de republikeinen gewonnen voor verkiezingen door het volk. De dagelijkse realiteit toont dat zowel democraten als republikeinen daarbij niet terugdeinzen voor fraude, oneerlijke concurrentie, schadelijke praktijken, belangenvermenging en leugens. Kortom: laten we heel voorzichtig zijn met het begrip democratie. Het gezond verstand gebruikt hersens, kennis en moet afstand houden De democratie wordt aangetast, want experten hebben nu meer te zeggen dan de politici zelf. Je hoort de klacht dagelijks. Ik zou zeggen: gelukkig maar. Mochten er meer politici zijn die ook expert zijn in hun 2 2 COLOMN

vak, hun domein, hun bevoegdheid, dan zou je deze klacht niet horen! Experten hebben veel te zeggen, krijgen dagelijks de microfoon voor de neus en een reporter in hun kielzog, maar op politiek vlak hebben ze weinig te zeggen. De persconferenties vanuit de politieke tribunes verkondigen vaak boodschappen die ver verwijderd zijn van de suggesties van experten in de gezondheidszorg. Experten geven aanbevelingen, cijfers, onderzoeksresultaten, maar kunnen niets beslissen. Hun ideeën moeten voeding geven aan de politici die wel de beslissingsmacht hebben om die suggesties in gebod en verbod om te zetten. Die durf vind je niet terug bij politici. Ze “raden aan”… ze doen “aanbevelingen”… ze “zouden graag hebben dat…” en ze verzinnen de meest eigenaardige volksvriendelijke toepassingen, zoals “bubbels” waarvan ze zeker zijn dat het crisissen oplost. Bubbels zijn de moderne zeepbellen waarbij de zeep vervangen is door ontsmettingsgel. Wie zeepbellen blaast, ziet ze snel uiteenspatten. De huidige aanpak van de coronacrisis is een vat vol twijfel, vol ongeloof, vol tegenstrijdigheden. Maar dat verwijst niet alleen naar de adviserende tegenover de beslissende rol van de maatregelen, maar naar een hopeloze aanpak van de democratische instellingen in dit land. De toenemende regionalisering van beslissingsprocessen leidt tot de absurditeit van versnippering van bevoegdheden die, zoals de grondwet het zegt, elke Belg niet langer gelijk maakt. Een gezonde Waal is iets heel anders dan een gezonde Vlaming of Brusselaar. Democratie wordt een twijfelbegrip. Politieke wetenschap een soap. Dus: Hou je mondmasker op maar hou niet je mond. Viona Westra BIO Viona Westra was jarenlang journaliste, performer en later medewerker van het Vermeylenfonds. Licenciaat politicologie, criminologie en lector pers en communicatie.


Agenda Om kort op de bal te spelen in onzekere coronatijden, vind je alle up-to-date informatie over onze activiteiten op de website.

Verslag

2

1 Gentse Feesten 2020! Zet je masker maar op‌ Lezing Rik Pinxten met Leah Nyirenda en Sven Tuytens met Sarah De Vlam. Een samenwerking tussen Trefpunt vzw, boekhandel Walry en Stad Gent. Na de mooie fotoreportage van Jean-Pierre Drubbels in de vorige DNG (Algemene Vergadering) en Robert Huygens, nu ook een mooie reeks van de Gentse Feesten debatten. Foto's 1en 2 JP Drubbels

4 Woordkunst van Hind Eljadid Als oprichter van het magazine The Polar Project zoekt onderzoeksjournalist Jan De Deken naar nieuwe manieren om een inclusief, constructief klimaatverhaal te vertellen. Debat met Jolien Paeleman (Extinction Rebellion) Woordkunst van Hind Eljadid. Een samenwerking tussen Trefpunt vzw, boekhandel Walry en Stad Gent. Foto’s 3 en 4: Robert Huygens

3

2 3 VERSLAG


Brent Meuleman: “Bij die gemeenteraadsverkiezingen behaalden we met de sp.a-lijst zeven zetels - een stijging van vier zetels - en werden we de winnaar van de verkiezingen in Zelzate. De PVDA behaalde voor de derde verkiezing op rij zes zetels. De VLD-SD van zittend burgemeester Frank Bruggeman verloor stemmen en belandde, net als ons, op 7 zetels (waarvan er ondertussen maar 4 meer over zijn). Aangezien VLD-SD en PVDA al van vóór de verkiezingen elkaar uitsloten tot coalitievorming, waren wij dus aan zet. Mijn partij, sp.a had immers voor de verkiezingen geen enkele partij uitgesloten tenzij natuurlijk het Vlaams Belang omwille van haar racistische standpunten. Voor ons was de inhoud belangrijk. We zouden kiezen voor een coalitiepartner met wie we het best ons programma konden verwezenlijken. Op 10 november gaven we een persconferentie. Traditioneel was daarvoor enkel de lokale pers geïnteresseerd meer deze keer was de perszaal te klein. Zowat alle nationale radio- en TV-zenders waren aanwezig ook uit het Franstalige landsgedeelte. In Zelzate was blijkbaar de revolutie uitgebroken.”

Men is warm voor onze ideeën, maar hard voor onze partij Je onderhandelde toch met een extreem linkse partij. Waren de gesprekken inhoudelijk niet uiteenlopend? Waren er geen conflictzones? © Pascal Meyvaert

(b.v.)

Brent

Meuleman

Bij mijn weten is het nog niet veel gebeurd dat een voorzitter van een plaatselijke Vermeylenfondsafdeling burgemeester wordt - één van de jongsten in Vlaanderen - en daarenboven het lef heeft om met de PVDA een coalitie te vormen: een unicum in Vlaanderen. Brent is opgegroeid in een arbeidersgezin. Zijn vader was arbeider bij het staalbedrijf Sidmar, het huidige Acelor Mittal, waar hij lid was van de vakbond het ABVV. Al vroeg is Brent politiek geïnteresseerd waarbij zijn zoektocht naar rechtvaardigheid centraal staat. Hij wordt lid van Animo - de jongsocialisten - wat een opstap betekent naar het partijbestuur van de sp.a. Het socialisme is immers de ideologie waarbij hij zich goed voelt. In 2012 wordt hij verkozen als gemeenteraadslid voor de sp.a, die voor het eerst sinds vele jaren in de oppositie belandt. Na een vernieuwings- en verjongingsoperatie van de partij wordt hij bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 lijsttrekker.

“Doordat we samen oppositie hadden gevoerd tegen het rechtse beleid in onze gemeente, waren veel van onze strijdpunten dezelfde. Als je de partijprogramma’s naast elkaar legde waren er nauwelijks verschillen. De nuance is natuurlijk dat de besprekingen gingen over het zeer lokale beleid in een gemeente met net geen dertienduizend inwoners. Dat is een groot verschil met onderhandelingen op Vlaams en Federaal niveau. Op het bovenlokaal niveau zijn de tegenstellingen scherper, de thema’s complexer en het speelveld enorm versnipperd. Door de grote kloof tussen het lokale en het bovenlokale niveau en door de veel complexere verhoudingen, kan ik me goed inbeelden dat het Zelzaats model niet zomaar kan gekopieerd worden naar een hoger niveau.” Speelt bij een gemeentelijk beleid ideologie dan geen rol meer?

“Het speelt zeker een rol maar minder dan bij een beleid op gewestelijk of landelijk niveau. De uitdagingen voor Zelzate waren immens: het was een - in mijn ogen - verloederde gemeente aan het worden met een bedenkelijke reputatie. Een gemeente die van de beademingsmachine moest worden gehaald. Vooral daarom ben ik in de politiek gestapt. Als klein manneke was ik trots op mijn gemeente waar alles goed draaide en dat wil ik ook gunnen aan mijn kinderen en kleinkinderen. Zo hebben we met het nieuwe bestuur de waanzinnige privatiseringen die het vorige bestuur heeft doorgevoerd teruggedraaid. Vele opdrachten worden opnieuw door het eigen personeel uitgevoerd. Die beslissing zou je inderdaad ideologisch kunnen noemen. Maar over het algemeen is een bestuur van een gemeente veel pragmatischer. Het gaat over concrete zaken waar de inwoners meer bij betrokken zijn zoals voetpaden, netheid van de gemeente, de veiligheid in de straten, mobiliteit van de fietser. In Zelzate kiezen we er voor om 700 kleine zelfstandigen wat minder te laten betalen en de sterkste schouders een extra bijdrage te laten leveren. We richten wijkplatforms op om inwoners actiever te betrekken bij het beleid. We investeren aanzienlijk meer in het herstel van wegen, trottoirs en fietspaden. We dringen eerdere privatiseringen 2 4 BV


in poetsdienst, wegendienst, groendienst, enz. terug door opnieuw eigen personeel aan te werven. We planten één boom per inwoner. Besparen doen we vooral bij onszelf. Ik heb mijn dienstwagen opgegeven (de vorige burgemeester had die zichzelf cadeau gedaan) en verplaats me met de fiets door onze kleine gemeente. Ik kan de beweging goed gebruiken (lacht)! We besturen onze gemeente met twee schepenen minder; het uitgespaarde geld investeren we in de bestrijding van kinderarmoede." Zelzate is een van de weinige gemeenten waar de sp.a op gemeentelijk vlak erg goeie resultaten heeft behaald. Elders gaat de partij zowel op gemeentelijk, gewestelijk als federaal niveau vrijwel overal achteruit. Blijkbaar heeft de partij een profiel dat niet meer aanspreekt.

“Het is van 2003, dus zeventien jaar geleden, dat de partij nog eens over een overwinning kon spreken. Het ging die periode dus niet goed met sp.a. Ik ben blij dat we nu een voorzitter als Conner Rousseau hebben. Duidelijk iemand die de koe bij de horens vat. Hij werkt enorm hard om onze partij te laten vervellen. Ik ben het volledig eens met zijn standpunt dat we moeten komaf maken met de particratie en het hokjes denken. We moeten ons vooral concentreren op de inhoud. In het geheel van het politiek spectrum sta ik duidelijk aan de linkerzijde. Ik ben evenwel niet van mening dat enkel de linkerzijde zaligmakend is. We leven in een samenleving waar mensen vele verschillende meningen hebben. Als overtuigd atheïst laat ik me niet leiden door geschriften of instituten. Toch heb ik één belangrijke leidraad, zeg maar een bijbel, en dat is voor mij de universele verklaring van de rechten van de mens. Wie daartegen zondigt heeft voor mij geen verhaal meer. Maar naar de andere meningen en stellingen kun je op zijn minst toch luisteren en onderzoeken of er inhoudelijk geen raakpunten zijn? Als ik voor mezelf spreek dan vind ik in alle democratiscwhe partijen wel stellingen waar ik me kan in vinden. Als vrijzinnige kan ik me rond thema’s als abortus en euthanasie bijvoorbeeld zeer sterk vinden in het standpunt van Open VLD, maar spreek me niet over hun kapitalistische recepten die de kloof tussen arm en rijk enkel groter maakt. De verzuiling is in de geesten van de mensen steeds minder aanwezig en dat hebben de traditionele partijen helaas moeten ondervinden. De focus moet dus liggen op de inhoud en in die zin denk ik dan het Coronavirus wel eens

We besturen onze gemeente met twee schepenen minder; het uitgespaarde geld investeren we in de bestrijding van kinderarmoede.

een gamechanger zou kunnen zijn. Want het virus treft ons allemaal, over de hele wereld, en we zullen dat samen moeten bestrijden en ook moeten samenwerken aan een sociaaleconomisch herstelplan." Ik las onlangs een boeiend opiniestuk in De Standaard van Caroline De Gruyter. Haar conclusie was dat ‘het enorm zou helpen als partijen ophielden zich te profileren op thema’s als ‘islam’ of ‘gender balance’ en het sociaaleconomisch debat terugbrachten waar het hoort: in het hart van de politiek’.

“Daar ben ik het natuurlijk volledig mee eens. Ik stel echter vast dat dat de thema’s zijn waar de progressieve zijde zich op profileert maar daaruit geen electoraal voordeel haalt. Als de coronacrisis één ding duidelijk maakt, dan is het wel dat we nood hebben aan een sterk uitgebouwde sociale zekerheid die voor iederéén toegankelijk is. Vandaag wordt nogmaals pijnlijk duidelijk dat te veel mensen achterblijven en dat vinden we - uiteraard volkomen terecht onaanvaardbaar. Jarenlang werd veel te weinig geïnvesteerd in de zorgsector en in onze zorgverleners. De besparingen in de zorg en de sociale zekerheid, doen steeds meer mensen bloeden. Een nagel waar sp.a al heel lang op klopt. De enorm gesteunde solidariteitsacties die ik in Vlaanderen spontaan zag ontstaan, bewijzen het voor mij helemaal: massaal veel mensen staan achter onze socialistische principes en recepten, maar als men op die standpunten het etiket sp.a plakt, dan haken sommigen af. Men is warm voor onze ideeën, maar hard voor onze partij. We leven in tijden waarin spierballengerol, grofgebekte leiders en misselijkmakende tweets er bij een groot deel van de bevolking als zoete broodjes in gaan. Links zijn is vandaag niet simpel. En toch is en blijft het onze verdomde plicht om élke dag opnieuw tegen die rechtse stroom in te gaan.” Volgens politicoloog Stefaan Walgrave is de traditionele breuklijn tussen links en rechts niet meer sociaaleconomisch maar wel cultureel. Vandaag denken mensen bij links en rechts in de eerste plaats aan migratie.

“Er bestaat zo’n cartoon over de ongelijke kloof tussen arm en rijk, over hoe de rijksten de wereld in handen hebben en willen houden. Wanneer de massa doorheeft dat herverdeling noodzakelijk is, roept één van de rijken “Kijk daar, een hoofddoek!” en iedereen kijkt plots naar die hoofddoek. Die cartoon illustreert volgens mij wat momenteel gebeurt: we laten het liberalisme en extreem rechts te veel de agenda bepalen. We moeten met links opnieuw het verschil maken en de thema’s naar voren brengen die er werkelijk toe doen zoals de sociale zekerheid, de democratisering van het onderwijs, de gezondheidszorg… Zeker voor jonge mensen wordt het steeds moeilijker. De groep die op het eind van de maand niet rondkomt, neemt toe. Ze stellen zich niet meer de vraag hoeveel loon nog overblijft op het eind van de maand maar wel hoeveel maand er nog overblijft op het einde van het loon. Steeds meer mensen zijn aan de slag met interim contracten, die veel te vaak en veel te plots niet meer verlengd worden, waardoor te veel mensen bij het OCMW moeten aankloppen. Flexijobs zijn de nieuwe natte droom geworden. Allemaal gevolgen van een op hol geslagen neoliberaal beleid. De slinger hoeft voor mij zeker niet helemaal door te slaan naar de andere kant, maar het wordt tijd dat we inzien dat het niet de goede kant op gaat en dat steeds meer mensen achterblijven. En zolang dat een realiteit is, zal ik samen met vele anderen op de barricaden staan. Vooruit!” Hartelijk dank voor dit boeiend gesprek.

Johan Notte

2 5 BV


Column De onvoltooid verleden tijd – Peter Benoy

TOEN VERF ZICH IN ABSTRACTIE WENTELDE… gen elk formalisme keerde, al zeker niet. De jonge kunstenaars hadden een sterke behoefte aan vrijheid, aan het recht om zonder betutteling te kunnen experimenteren en aan het aftasten van artistieke grenzen, maar daartoe moesten ze galeristen vinden die hun werk wilden verkopen en een publiek opbouwen. Dat verliep moeizaam en betekende voor velen periodes van armoede en uitzichtloosheid, om maar niet te spreken van de spot en de verontwaardiging, waar ze, vooral in de pers, meer dan eens het voorwerp van werden. Zich verenigen in een beweging, achter een manifest of rond een tijdschrift maakte hen sterker. Parijs was ongetwijfeld het epicentrum van deze vernieuwingsdrang. Hun zoektocht naar vrije expressie en naar de grenzen van hun mogelijkheden uitte zich toen vooral in het streven naar abstractie, al dan niet nog vaag verwijzend naar een herkenbare figuratie. Abstracte kunst was niet nieuw; in het begin van de 20ste eeuw had ze haar rechten verworven met bv. Af Klint, Kandinsky, Mondriaan en Malevitsj en in België bv. Jozef Peeters, Victor Servranckx en Marthe Donas…

Joan Mitchell, Sans titre 1954

Onlangs bezocht ik het Musée Soulages in de Franse stad Rodez. Dit meesterwerk van hedendaagse architectuur, opende haar deuren in 2014. De vaste collectie toont het werk van de nu 100-jarige Pierre Soulages, ongetwijfeld de belangrijkste nog levende Franse abstracte schilder. Momenteel loopt er ook een tijdelijke tentoonstelling ‘Femmes années 50, au fil de l’abstraction’ (nog tot 31.10.2020). Die tentoonstelling brengt ons in de na-oorlogse tijd, toen talloze initiatieven het intellectuele en culturele leven terug een gezicht trachtten te geven, zoals bij ons o.m. de publicatie van het Nieuw Vlaams Tijdschrift, de oprichting van het Nationaal Toneel/ Théatre National, de start van de Koningin Elisabethwedstrijd, de Biënnale voor Beeldhouwkunst en ook bv. de stichting van het Vermeylenfonds. In de beeldende kunst eiste een nieuwe generatie Europese kunstenaars, die in de oorlogsjaren hun werk niet konden tonen, ongeduldig en barstensvol ambities haar rechten op, maar dat ging zeker niet probleemloos. Wat overbleef van de vooroorlogse kunstwereld begon zich op een bijna nostalgische en paternalistische manier te reorganiseren en bood hen aanvankelijk weinig mogelijkheden en ruimte. De dynamiek en de energie van de nieuwe generatie, die weinig voeling had met de artistieke ontwikkelingen van de jaren ‘30 was evenwel niet te stuiten. De zwanenzang van het surrealisme en het uitdovende expressionisme konden hen nog moeilijk inspireren en het socialistisch realisme, dat zich te-

De vitaliteit van de na-oorlogse generatie blijkt o.m. uit het ontstaan van talloze bewegingen door kunstenaars opgericht, zoals Art Concret (1945), Lettrisme (1945), Compagnie de l’Art Brut (1948), Cobra (1948), Movimento Nucleare (1950), Spatialisme (1950), Art Informel (1952), Bauhaus Imaginiste (1955), Abstraction Lyrique (1957), Internationale Situationniste (1957), Zero (1959). Specifiek Belgische groeperingen waren bv. Surréalisme Révolutionnaire (1947), Groupe Espace (1951), Art Abstrait (1952), G-58 (1958) en De Nieuwe Vlaamse School (1959). Bewegingen die meestal niet lang bestonden of in andere overgingen. Ook konden kunstenaars tot meerdere groepen behoren. Anderzijds waren er de critici die trachtten wat orde te scheppen in dit weliswaar dynamisch maar ook chaotisch proces. Zij ontwikkelden etiketten als abstract expressionisme, action painting, tachisme, lyrische en geometrische abstractie. De eerste belangrijke West-Europese gestructureerde beweging in die periode en ook de meest bekende was ongetwijfeld Cobra (een samenvoeging van de eerste letters van Copenhagen, Brussel en Amsterdam). Dotremont, Appel, Corneille, Constant, Jorn en Pedersen waren de belangrijkste oprichters. Later sloten o.m. Alechinsky en Claus zich aan. Voor Cobra stonden vrijheid, experiment en spontaniteit centraal. Hun werk was in wezen figuratief maar in een staat van verregaande abstractie, soms badend in heftige kleuren, die al een tijdje afwezig waren in de schilderkunst; ze zochten hun inspiratie vooral in tekeningen en schilderijen van kinderen, in outsider-art en in prehistorische en volkskunst. Hun streven was erop gericht om vanuit hun marxistische overtuiging een basis te leggen om een nieuwe volkskunst te doen opleven in een toekomstige klasseloze samenleving. Het verkennen van de mogelijkheden daartoe was in feite hun onderzoeksterrein. In 1951, na amper vier jaar, werd de groep ontbonden. We vinden sommige van deze kunstenaars later terug in bv. Bauhaus Imaginiste en bij de Situationisten. We zijn dan nog ver van de grote bekendheid van vele groepsleden, die meestal jaren in de stijl van Cobra bleven werken.

2 6 COLUMN


Francine Holley, Jazz, 1952

Naast Cobra kwamen de abstracten, lyrisch of geometrisch, het sterkst naar voor in de toenmalige avant-garde; door hun diversiteit vormden ze geen beweging, maar waren ze een veelheid van groepen en individuen. Zij werden ook wel non-figuratieve schilders genoemd; in mijn ogen een denigrerende omschrijving, alsof ze alleen een identiteit hebben in de negatie. Het unieke van een abstract schilderij of beeld is, dat het niet verwijst naar iets bestaand, iets dat we kunnen waarnemen. Die vrijheid is vooral complex, juist omdat je elke houvast verliest, want er is geen landschap, geen persoon of geen stilleven dat je als model dient: vormen en kleuren staan dan in geen enkele relatie meer tot waarneembare objecten. Hier is het vertrekpunt een innerlijke noodzaak, om het met Kandinsky te zeggen. De Belgen waren sterk vertegenwoordigd in de abstracte stroming: Luc Peire, Mig Quinet, Jef Verheyen, Guy Vandenbranden, Walter Leblanc, Jo Delahaut, Jan Saverys, Anne Bonnet, Louis Van Lint…

interessant en waardevol werk uit de vergeten magazijnen van de kunstgeschiedenis. Een inhaalbeweging, maar waarom was die nodig? Hoe komt het dat zoveel van hen onder de radar zijn gebleven, terwijl ze met hun mannelijke tegenhangers in dezelfde academies hebben gezeten en in kwaliteit niet voor hen moeten onderdoen? In tegenstelling tot de meeste publicaties van de 20ste eeuw vermeldt Michel Seuphor in zijn ‘Dictionnaire de la peinture abstraite’ (1957) vele van die vrouwelijke kunstenaars, maar zonder enige argumentatie schrijft hij: ‘Il est certain que les trés grands sont toujours des hommes, dans le domaine de la peinture comme dans tout autre domaine.’ Liliane Klapisch zegt iets opmerkelijk in een interview: ‘Pendant la guerre, les femmes avaient été résistantes et avaient travaillé; on aurait pu penser que cela allait changer leur condition, mais il n’en a pas été ainsi.’ Zij wil geen ‘peintre femme’ genoemd worden, want ‘La peinture n’a pas de sexe’.

Terug naar Rodez. De tentoonstelling ‘Femmes années 50’ toont 83 abstracte schilderijen en sculpturen van 43 vrouwen. Het zijn kwalitatief hoogstaande werken, die een goed beeld geven van wat er toen in de abstracte kunst leefde. Hoewel ik nogal vertrouwd ben met de kunst van die periode moet ik toegeven dat ik de meeste kunstenaressen niet kende; zij waren in 1950 30 jaar of jonger. Vertrouwde namen voor mij waren vooral zij die al voor de oorlog een zekere bekendheid hadden, zoals Vieira Da Silva, Sonia Delaunay, Christine Boumeester en Aurélie Nemours, alsook de enige jongere, de Amerikaanse Joan Mitchell (° 1925). Maar wie heeft al gehoord, specialisten en professioneel geïnteresseerden buiten beschouwing gelaten, van bv. Shirley Goldfarb, Ida Karskaya, Anna Mark, Judit Reigl, Colette Brunschwig, Liliane Klapisch? In dat opzicht is deze tentoonstelling een openbaring; ze haalt

Mocht je over dat genderbepaald concept twijfels hebben, vertel ik je graag het volgende. Tien jaar geleden had in het Cobramuseum voor Moderne kunst te Amstelveen de tentoonstelling ‘Paris Central, vrije stad, vrije kunst in de jaren ‘50’ plaats. Het opzet was zeer vergelijkbaar: abstractie, jaren ‘50, Parijs. Hier ging het om 114 werken van 34 kunstenaars, waaronder Alechinsky, Dubuffet, Fontana, Hartung, Jorn, Soulages, Tapies, de gebroeders Van Velde. De enige vrouw in dit gezelschap was Vieira da Silva (die ook in Rodez te zien is). 1 op 34! Het zegt uiteraard veel over de flagrante onderwaardering van de vrouw in de kunstwereld van de jaren ‘50, maar veel verontrustender is het feit dat in 2010 dezelfde discriminerende maatstaven kritiekloos werden gehanteerd door de curatoren van de tentoonstelling in Amstelveen. Geen enkele kunstliefhebber, man of vrouw, heeft hierbij belang. Integendeel. Wie dan wel? 2 7 COLUMN


1 2

Column Anita

HOOP 2020 Day 1 en Day 12© Els Borghart

We hebben hopen hoop nodig deze dagen. Will Tura zingt het op 80-jarige leeftijd langgerekter dan ooit: hooooop doet leven…alsof hij de hoop afd wingt. We beleven nogal een tijd! Het zou een Feestjaar moeten zijn voor het Vermeylenfonds…zelden voelde de cultuursector zich zo in de steek gelaten! Theater, opera, festivals, film, ballet…zelfs ‘Thuis’ werd het stil. Een jaar lang je optredens geannuleerd zien, je inkomsten dus. Gefnuikt door een virusje! Te lang om op te noemen wat en wie allemaal getroffen wordt. De sector is aan het bezwijken, hoe lang houden ze dit vol? Er zijn Europese landen die hun cultuursector goed beschermen, Frankrijk is daar een voorbeeld van. In Vlaanderen wordt erop neergekeken. Hier en nu gelooft men waarschijnlijk nog in het adagium “hoe armer, hoe creatiever”. Nochtans, steden als Brugge en Gent leven van culturele activiteiten! Gans Europa floreert op zijn Kunstcultuur. (Met inderdaad, wat kwalijke gevolgen, lees er ‘Hotel Europa’ van I.L.Pfeijffer op na). Wij

hebben kunst nodig en kunstenaars hebben ons nodig. Schrijfster Eva Meijer zegt het zo: “Efficiënte wapens tegen de absurditeit van het bestaan zijn kunst en schoonheid. Dat is toch wat ons als soort optilt… Het gaat erom dat je een manier vindt om je in het leven te wortelen.” Het is waarom iemand van Will Tura houdt en een ander van Andreas Scholl… Ik beken in kunst datgene waarvan ik mij niet bewust was. Ouders van beginnende kunstenaars houden vaak de lippen stijf. Ondanks de dure studies is de toekomst van hun kind onzeker. Een jonge kunstenaar is niet iemand die ‘de weg weet’ maar in alle opzichten ‘zoekende’ is, en rusteloos. Kunstenaars leven minder gestructureerd dan wie zich voor alle zekerheden in bochten wringt. De overheid weet dat. Ze heeft de kunstensector veel minder onder controle en dat zint haar niet. Gelukkig heeft de creatieve jonge mens de tijd in zijn voordeel. Velen hebben van de lockdown gebruik gemaakt om volop te creëren. In Ierland werd de Belgische kunstena-

Muziekcentrum

Korting voor leden Vermeylenfonds 20% korting op een selectie van concerten uit het programma van De Bijloke

Info & tickets via www.vermeylenfonds.be

res, Els Borghart, gestimuleerd tot een project om in lockdown-tijd -elke dag- een nieuwe tekening te maken, terwijl ze zelf ernstig ziek was door Covid-19! Het zijn bevreemdende beelden van leegte en kleuren van hoop geworden. “Kan Kunst de wereld redden?” is de vraag die opnieuw gesteld wordt. De foto van de kleine dode Ayan in het zand, heeft alvast Europa deels tot humanere keuzes doen besluiten. Dat deed mij nadenken. Het is een ‘beeld’ van een dood jongentje in het zand. Wat is het dat we diep van binnen voelen en niet kunnen benoemen? Het is wat ik ervaar als “het bekennen van iets waarvan ik mij niet bewust was”. Het is m.i. méér dan engagement in de kunst. Engagement is te klein, het dekt de lading niet. Joseph Beuys zag in ieder mens een kunstenaar die zich vroeg of laat maatschappelijk en politiek tot de wereld zou bekennen. Sommigen zien die theorie terug de kunstwereld verrijken. Zowel overheid als culturele verenigingen kunnen nu voor stimulansen zorgen. Hoop houdt ons in leven.

Za 26.09

Vr 02.10

Bl!NDMAN

Ensemble Correspondances

Reich, Glass & Riley

Plaisirs du Louvre

HEDENDAAGS

MAGISTRAAL BAROK

Di 20.10

Za 31.10

David Helbock’s Random/Control

Antwerp Symphony Orchestra & Elim Chan

Een muzikale rollercoaster

Sound and fury

JAZZ

BRAHMS | MENDELSSOHN

m


14/11 2020

MET

FILOSOFIEFESTIVAL w w w. n a c h t v a n d e v r i j d e n k e r. b e

O N L I N E O P E N I N G O P 13 / 11

NACHT VAN DE VRIJ DENKER

K AT E K I R K PAT R I C K ( O N L I N E ) , H U G O M E R C I E R ( O N L I N E ) , J O H N S E L L A R S ( O N L I N E ) , J O K E H E R M S E N ( F E AT. V I C T O R I A D E L U X E ) , I G N A A S D E V I S C H , B A S H E IJ N E , B E N C E N A N AY, K AT L E E N GA B R I E L S , A N N D O O M S , H I D D E B O E R S M A , B R E C H T D E C O E N E , PAT R I C K V E R M E R E N , H E L E E N D E B E U C K E L A E R E , J A N D U M O LY N , Z A N A E TA M B A L A T i c ke t s b e s c h i k b a a r va n a f 15 / 0 9 Vo l g o n s o p f a c e b o o k vo o r u p d a t e s

E e n o r g a n i s a t i e va n

@ nachtvrijdenker facebook.com/nachtvandevrijdenker

m e t d e s t e u n va n

mediapartner

29 kaban

v.u.: Wim Taels - Kantienberg 9, 9000 Gent


Remco Campert (°1929) Op 28 juli is Remco Campert 91 jaar geworden. Net als Hugo Claus werd hij geboren in het jaar dat in Wall Street bankroete miljonairs uit het raam sprongen en wat Noorderlijker in Manhattan het MOMA haar deuren opende. Ze hebben meer dan dat gemeen: zij zijn de grootste dichters van hun generatie en beiden hebben eveneens een indrukwekkende lijst van romans en verhalen gepubliceerd. Remco werd geboren in Den Haag als zoon van de dichter Jan Campert (‘Het lied der achttien dooden’) en de actrice Joekie Broedelet. Toen hij 3 jaar was scheidden zijn ouders ; hij werd dan vooral door zijn grootouders grootgebracht tot hij in 1941 bij een bevriende familie werd ondergebracht. In 1943 vernam hij dat zijn vader door de Duitsers was vermoord in het concentratiekamp van Neuengamme (...eerst later voelde ik pijn/die niet meer overging/die nog mijn lijf doortrekt/ nu ik dit schrijf...). Na de oorlog trok hij in bij zijn moeder in Amsterdam. Hij volgde les aan het Amsterdams Lyceum, maar maakte zijn studie niet af. Samen met Rudy Kousbroek gaf Campert vanaf mei 1950 het maandelijks literair tijdschrift ‘Braak’ uit. Er verschenen slechts zeven ‘ambachtelijk’ gemaakte nummers, soms gedeeltelijk gestencild of in handschrift gekopiëerd. Mede door de grafiek van Lucebert en enkele anderen werd het een demonstratie van de daadkracht van een nieuwe generatie, die van haar armoede een deugd moest maken om gehoord te worden. In 1951 publiceerde Campert samen met Hugo Claus, Simon Vinkenoog en Hans Andreus de poëziebundel ‘Vierendelen’ en in hetzelfde jaar vinden we deze vier en zeven andere jonge dichters terug in een ‘Atonaal’, een bloemlezing van aanstormend talent. Het zijn de eerste belangrijke uitingen van een nieuwe generatie, die van de ‘vijftigers’, zoals ze genoemd worden. Ze schreven geen manifest en formuleerden geen gemeenschappelijke visie. Wat hen verbond was vooral hun rebellie tegen de Nederlandse literaire traditie, die nog gedomineerd werd door Eddy Du Perron en Menno ter Braak.

Al in ‘Het huis waarin ik woonde’ kon je een van zijn meest iconische gedichten lezen: ‘Poëzie is een daad...’, dat zowat het motto zal worden van de poëzie van de ‘vijftigers’. Aan de basis ligt een zin uit een essay van W.H. Auden: ‘In wezen is poëzie een bevestiging van het zijn en de belangrijkste negatieve reden om te schrijven is de angst voor het nietzijn’. In zijn eerste roman ‘Het leven is vurrukkulluk’ (1961) zal Campert met een zekere zelfspot een personage de woorden in de mond leggen: ‘Poëzie is een daad van ontkenning’. Campert is binnen de experimentele stroming een zeer toegankelijk dichter gebleven. Zijn grote thema’s zijn vooral de poëzie zelf (Credo, Dichter, Aan de poëzie, Gregory Corso, In memoriam T.S.Eliot,…), de wereld van de jazz (Bopology, Eric Dolphy, Oude jazz, Chet Baker, Jam-session,...), de Tweede Wereldoorlog (Mei 1940, Januari 1943, 1944, 1945, Eeuwig Stalingrad,…), hoewel het grootste deel van zijn gedichten is vastgehaakt aan persoonlijke belevenissen en aan plaatsen waar hij verbleef, maar telkens overstijgt hij daarin de anekdotiek met de kracht van zijn poëzie. Naast de indrukwekkende stapel dichtbundels schreef Campert talloze verhalen en korte romans. ‘De jongen met het mes’ (1958) en ‘Een ellendige nietsnut’ (1960), twee verhalenbundels die door de literair geinteresseerde jongeren van mijn generatie gretig werden gelezen. Hun oneerbiedigheid t.a.v de burgerlijke moraal had iets bevrijdends. Naast de hogergenoemde roman ‘Het leven is vurrukkulluk’ werd ook ‘Tjeempie! Of Liesje in luiletterland’ veel gelezen en kende talrijke uitgaven. Van zijn latere korte romans herinner ik me vooral: ‘Een liefde in Parijs’ (2004), ‘Het satijnen hart’ (2006) en ‘Hotel du Nord’ (2013); fijngevoelige vertellingen waarin weemoed soms doorschemert. Remco Campert werd o.m. bekroond met de ‘P.C.Hooftprijs’ en de ‘Prijs der Nederlandse Letteren’. KEUZE GEDICHT EN TEKST: PETER BENOY

In datzelfde jaar verschijnt Camperts eerste bundel, ‘Vogels vliegen toch’, nadat hij het jaar daarvoor in eigen beheer en op slechts 25 exemplaren ‘Ten lessons with Timothy’ had laten drukken. In het eerste gedicht van deze bundel verwoordt hij al zijn poëtisch credo (ik geloof in een rivier/die stroomt van zee naar de bergen/ik vraag van poëzie niet meer/dan die rivier in kaart te brengen/...). Volgen: ‘Een standbeeld opwinden’ (1952), ‘Berchtesgaden’ (1953), ‘Het huis waarin ik woonde’ (1955)... Zo begint een onophoudende stroom poëzieuitgaven die pas enkele jaren geleden ophield, alleen onderbroken door een stilte in de jaren ‘70 ingevolge een writers block (‘Ik voelde een fysieke aversie om te schrijven’). Een uitgave van zijn verzamelde gedichten uit 2011 telt meer dan 779 pagina’s.

30 IM


Poëzie is een daad Poëzie is een daad van bevestiging. Ik bevestig dat ik leef, dat ik niet alleen leef. Poëzie is een toekomst, denken aan volgende week, aan een ander land, aan jou als je oud bent. Poëzie is mijn adem, beweegt mijn voeten, aarzelend soms, over de aarde die daarom vraagt. Voltaire had pokken, maar genas zichzelf door o.a. te drinken 120 liter limonade: dat is poëzie. Of neem de branding. Stukgeslagen op de rotsen is zij niet werkelijk verslagen, maar herneemt zich en is daarin poëzie. Elk woord dat wordt geschreven is een aanslag op de ouderdom. Tenslotte wint de dood, jazeker, maar de dood is slechts de stilte in de zaal nadat het laatste woord geklonken heeft. De dood is een ontroering.

Remco Campert Uit: Het huis waarin ik woonde De Bezige Bij. 1955


Wij zijn er voor jou! Bij deMens.nu staat de mens centraal. Mensen hebben mensen nodig. En mensen willen verbonden zijn met elkaar. Daarom vind je overal in Vlaanderen en Brussel een huisvandeMens in je buurt. In een huisvandeMens kan je terecht voor: Informatie Bij ons vind je informatie over levensbeschouwelijke onderwerpen, over het vrijzinnig humanisme en zijn waarden, en over ethische en maatschappelijke thema’s zoals euthanasie, abortus, mensenrechten … Vrijzinnig humanistische plechtigheden Wil je graag stilstaan bij een belangrijke gebeurtenis in je leven? Wij helpen je bij de organisatie van een vrijzinnig humanistische plechtigheid bij een geboorte of adoptie, een huwelijk of relatieviering, een overlijden of afscheid … Gesprekken Bij ons kan je terecht voor gesprekken omtrent levensvragen en zelfbeschikking, levensbeschouwing en zingeving. Waardig levenseinde Wij bieden informatie over euthanasie, patiëntenrechten, palliatieve zorg … en helpen je met het opstellen van een wilsverklaring. Gemeenschapsvorming Een huisvandeMens werkt als vrijzinnig humanistische draaischijf en geeft ondersteuning aan onze lidverenigingen. In een huisvandeMens vind je informatie over initiatieven en activiteiten van de lokale vrijzinnig humanistische verenigingen en ontmoetingscentra. Vrijwilligerswerk Heb je zin om het vrijzinnig humanistische netwerk te versterken? Vrijwilligers zijn bij ons meer dan welkom. Wij zorgen voor begeleiding en geven je alle kansen. Zo kan je onder meer plechtigheden verzorgen of meewerken aan gemeenschapsvormende activiteiten. De huizenvandeMens zijn een initiatief van deMens.nu

Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw

deMens.nu vertegenwoordigt Nederlandstalige vrijzinnig humanistische verenigingen in Vlaanderen en Brussel

deMens.nu Magazine Zoomt in op mensen en maatschappelijke tendensen vanuit een vrijzinnig humanistisch perspectief. Verschijnt viermaal per jaar. Gratis proefnummer of gratis abonnement? Mail naar info@deMens.nu Of schrijf naar deMens.nu-UVV vzw Brand Whitlocklaan 87 bus 9 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe Of telefoneer naar 02 735 81 92

32


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.