10 minute read

Hind Fraihi

Hind Fraihi Hind

Toen Hind Fraihi werd aangesteld om de leerstoel Willy Callewaert te bekleden, had ze zich het verloop ervan waarschijnlijk anders voorgesteld. Ze had het plan opgevat tijdens vier debatavonden de hedendaagse polarisatie vanuit vier verschillende hoeken te bekijken. Helaas kon het ambitieuze programma niet plaatsvinden wegens de COVID-19-crisis. De geïnvesteerde tijd en moeite waren gelukkig niet geheel verspild, want resulteerden in het onlangs gepubliceerde essay Antipode, waarin de auteur zich buigt over de maatschappelijke evolutie ANvan radicalisering en de mechanismen die leiden tot extremisme. Antipode, een intrigerend woord, maar het zal niet bij iedereen een belletje laten rinkelen. Kan je uitleggen wat antipoden juist zijn? Hind Fraihi: “Antipoden zijn tegenpolen van elkaar. Vroeger had je een eenvoudige indeling op de links-rechts-as. Nu zijn er andere actoren bijgekomen die vroeger niet of veel minder van tel waren zoals vrouwen, lgbtqia+, andere minderheden… Zij zijn ook spelers geworden op het maatschappelijk veld, in het publieke debat. Het is Hoe scherper je bent, T hoe zichtbaarder je wordt

Advertisement

zeer positief dat er nu meer actoren zijn die meetellen, dat die we die stemmen horen. Omdat zij een plaats hebben geclaimd op het maatschappelijk veld, kan dat tegenreacties uitlokken. Dan kom je in een soort polarisering terecht waarbij je elkaar met de vinger wijst en ellebogenwerk toepast om je te laten horen. Ook dat is positief te noemen, daar is niks mis mee. Dat is constructieve polarisatie. Maar soms kan dat helemaal doorschieten tot een verharding en verruwing, waarbij je elkaar de schuld geeft. Dan wordt je antipoden van elkaar, tegenpolen.” Wanneer moeten we ons zorgen beginnen te maken? “Er zijn twee alarmbellen. Oproepen tot geweld is één tipping point. Dat is een gevaarlijk gegeven. De andere is als bepaalde claims tot uitsluiting leiden of kunnen leiden. Dat zijn voor mij twee zaken die voor mij een grens aangeven, die een rode vlag aanduiden. Oproepen tot geweld…, de mondiale klimaatbeweging Extinction Rebellion heeft bijvoorbeeld twee jaar geleden de drukkerijen van enkele Engelse kranten geblokkeerd. Dat kan je een aanval noemen op de persvrijheid. Of een vorm van geweld. Meest uitgesproken is die vanuit moslimextremistische hoek. Er is niks mis mee om op een zeer orthodoxe manier je religie te beleven. Maar wanneer een doctrine leidt tot geweld, zoals met de aanslagengolf in Europa een paar jaar geleden, dan zit je met een probleem. Dat is een zeer grote alarmbel. Van uitsluiting kan je ook wel wat voorbeelden geven, zoals dat van het aangehaalde moslimextremisme, waarbij de gelovigen zeggen: “Ik praat niet meer met ongelovigen, het hoort bij mijn doctrine om

daarop neer te kijken.” De andere aanzien als anders is geen probleem, maar als het leidt tot een minderwaardigheid, tot een superioriteit van jezelf, dan krijg je problematische toestanden. Hetzelfde zie je bij extreemrechts.”

Welke elementen hebben de diverse antipoden met elkaar gemeen? “Vooral in deze tijden gebruiken de antipoden sociale media als groot promotie- en propagandavehikel. De sociale media zijn aanjagers van een affectieve polarisatie, waarbij je die wij-zij tot een aversie kan laten ontwikkelen ten aanzien van de ander. Zo krijg je niet alleen parallelle samenlevingen, maar ook samenlevingsbubbels die met een zekere afkeer naar elkaar kijken. Die sociale media hebben ook wel positieve elementen. Het is een middel tot mobilisatie en tot activisme, militantisme. Dat hebben de antipoden ook gemeen met elkaar. Dat ze zich meer en meer willen laten horen. Dat moet ook wel, vind ik. Het is een legitieme zaak om heersende normen in vraag te stellen, om macht en machtsmisbruik in vraag te stellen.”

Is het overdreven om te stellen dat alle antipoden een identitair kantje hebben? Kweken ze niet allemaal een soort groepsidentiteit? “Men wilt zich scherper profileren, de wij-zij scherpte benadrukken, en dat kan op die sociale media. Maar of we daar per se altijd de term identitarisme op moeten plakken, daar heb ik mijn vragen bij. Want dan gaan we die term uithollen. Hetzelfde krijg je met het uitroepen van fascisme, nazisme en de jaren dertig die terugkomen. Ik denk dat we met bepaalde termen wat voorzichtiger moeten omspringen. Dat we die beter moeten definiëren en ook moeten kunnen vertalen naar de hedendaagse context.”

Welke van de antipoden zou je dan wel als identitair beschouwen? “Extreemrechts is identitair, moslimextremisme heeft identitaire

Het is jammer dat dat oude begrippenkader terzijde is geschoven en plaats heeft moeten maken voor het Angelsaksische begrippenkader. “Ja, eigenlijk wel. Het overschaduwt de voorbije strijd, doet deze een beetje teniet. Alsof men nu pas wakker is geworden. Wij zijn ons al een tijdje bewust van scheve machtsverhoudingen en discriminatoire mechanismen en tendensen. Wij zijn daar genoeg voor op straat gekomen. Met het woke gegeven nu, is het alsof men ultrawakker geworden is. Die schijn wil men uitdragen, waardoor je bijna een interne strijd krijgt. Ik vind het heel jammer dat dat zo loopt. Een anekdote die ik hierbij kan vertellen gaat over de Amerikaanse activiste Angela Davis. Toen zij onlangs naar Brussel kwam, werd ze geïnterviewd door de Belgisch-Algerijnse journaliste Safia Kessas. Volgens bepaalde Black Lives Matter-activisten kon dat niet.”

TIPO DE“Freedom of speech is een freedom of hatespeech”

uitingen. Klimaat gaat ons dan weer allemaal aan. Om daar een identitarisme aan toe te kennen... Je hebt wel wat van die scherpe groeperingen en groupuscules die dat proberen te doen om zichzelf scherper te kunnen positioneren, maar ik denk dat dat moeilijker is.”

En wat met woke? “Ook daar, dat begrip is uitgehold en wordt te pas en te onpas gebruikt. Woke is eigenlijk een nieuwe term maar een oud gegeven. Het is gewoon een manifeste vorm van racismebestrijding. En racismebestrijding is al iets heel oud.”

Het is een koepelbegrip waar ook feminisme, lgbtqia+ activisme en dekolonisatie onder geschoven worden. Het valt allemaal onder dat containerbegrip. “Wat je nu zegt, geeft aan hoe problematisch het is dat we zo smossen met die termen. Ook dat er een evolutie is naar een Engelstalig glossarium dat geïmporteerd wordt vanuit de Angelsaksische wereld en ingeplant wordt in onze samenleving, met een heel andere context dan de Angelsaksische. Daar heb ik mijn vragen bij. Waarvoor staat woke? Wie is woke? Racismebestrijding is al decennialang bezig. Waren die mensen dan niet woke? Die waren zeer wakker. De hele beweging in de jaren tachtig en negentig, de antiracismebetogingen… Men noemde dat niet woke. Dat was gewoon racisme bestrijden. Ik denk dat het veel duidelijker is als je dat zo formuleert.”

Het interview moest per se door iemand met een zwarte huidskleur worden afgenomen. “Ja, dat klopt. Dan denk je, waarover gaat dit. Dan gaat het wel over identitarisme. Terwijl de strijd één is. De strijd gaat over het bestrijden van discriminatoire mechanismes, van racisme, van ongelijkheid. Een strijd voor mensenrechten, voor humanisering. Dat wordt dan helemaal ondergesneeuwd door een gegeven van huidskleur. Net een tint te licht om de ander te kunnen interviewen. Dat is te gek voor

woorden. Het is heel jammer dat zoiets leidt tot interne strubbelingen, tot interne strijd, tot een gegeven van kleur, van paletten bruin.”

Het is bijna een opbod van morele superioriteit. Ik ben meer verheven dan jij. “Ik ben meer verheven dan jij, dat klopt. Dat deugdpronken deze tijd is een soort van zelfpromotie geworden. ‘Zie mij eens bezig.’ Hetzelfde doet zich voor met de Oekraïense vluchtelingensituatie. Ik heb me mateloos geërgerd aan mensen die op sociale media gepost hebben dat ze Oekraïners ontvangen hebben en met hashtag #PlekVrij hebben laten weten dat ze gastgezin spe-len. ‘Zie eens hoe goed wij hen opvangen.‘ Dan denk ik: kan dat niet discreter? Die mensen komen net van een oorlog en worden dan geëtaleerd in de virtuele vitrine om jouw deugdpronkerij te faciliteren. Met wat borstklopperij erbij. Dat soort deugdpronkerij is één van die maatschappelijke tendensen die erbij is gekomen.”

BIO Hind Fraihi (1976) is journaliste bij Apache en columniste bij De Tijd en de lage landen. Ze verwierf be- kendheid door haar in 2006 verschenen boek Undercover in Klein- Marokko, waarin ze de opkomst van de jihad in Molenbeek vastlegde. In 2020 bekleedde zij de leerstoel Willy Calewaert (VUB), waarbij ze samen met PEN Vlaanderen, het Vermeylenfonds en het Hannah Arendt Instituut stilstond bij de antipoden van deze tijd. In 2021 verscheen Achter het schild van extreemrechts, het verslag van het onderzoek dat ze samen met Bas Bogaerts had verricht naar de geheime extreemrechtse groepen op sociale media.

geschreven pers zich bewust van zijn rol in de radicalisering in onze samenleving? “Ik denk dat ze zich daar heel bewust van zijn, maar dat ze hun commerciële doeleinden voor ogen houden. Clickbait is een winstmodel. Scherpe en radicale ideeën lokken meer bezoekers dan nuance. Hoe meer bezoekers, hoe beter de cijfers om adverteerders aan te trekken. Daar zit een heel businessmodel achter. Polarisatie is een vorm van industrie geworden. Dat is heel jammer. Anderzijds zie je ook onder de commentaarsecties bij de kranten dat hun moderatiekracht kleiner en kleiner is geworden en dat nieuwsmedia hun commentaarsecties uitschakelen omdat het hen over hun hoofd aan het groeien is.”

Tegelijkertijd zijn de traditionele media vaak kop van jut. Geradicaliseerde activisten claimen dat hun stem wordt onderdrukt, iets wat ze breed uitsmeren op sociale media. Welke rol spelen deze sociale media in de verspreiding van extremistisch gedachtengoed? “Ze zijn aanjagers. Je kan ze inzetten om je te profileren, om je te positioneren, om je scherpte uit te drukken. Die scherpte wordt beloond. Hoe scherper je bent, hoe zichtbaarder je wordt. Hoe meer de algoritmes je zichtbaar maken. Je zit daar met een algoritmische architectuur van polarisatie. Voor mijn onderzoek naar extreemrechts heb ik samen met Bas Bogaerts twee jaar in hun chatgroepen gezeten. Je ziet daar een enorme scherpte aan boodschappen. Niet alleen inhoudelijk, maar ook in snelheid. Binnen een bepaalde tijd worden heel snel x aantal boodschappen verspreid over ontvolking, omvolking, islamisering. Eigenlijk zou je er als overheid maar ook als big tech bedrijf naar moeten kunnen streven dat dat algoritme vertraagd wordt. Een regulering, waardoor je per account maar x aantal berichten per dag kan of mag doorsturen.”

IPO DE Staat dat etaleren van morele superioriteit een krachtdadige aanpak van de reële maatschappelijke uitdagingen in de weg? “Ik denk gewoon dat het bepaalde zaken overschaduwt. Het draait dan meer rond ikkigheid dan rond maatschappelijke vooruitgang. Dat is iets waar we over moeten waken. Zelfpromotie ten aanzien van algemeen belang en maatschappelijke krachtdadigheid. Dat is een beetje de balans zoeken. Door die ikkigheid te etaleren kan het zijn dat je bepaalde andere maatschappelijke tendensen uit het oog verliest of dat die ondersneeuwen onder je eigen ikkigheid.”

Druist dat niet in tegen het recht op vrije meningsuiting? “Dat is geen vrije meningsuiting meer. Dat is de vrijheid van hate speech, het opzetten tegen elkaar. Wat daar allemaal passeert, heeft niets te maken met free speech. Dat maakt ook deel uit van totalitaire mechanismes. Wantrouwen en aversie tegenover elkaar kweken. Elkaar zien als een soort van amorfe massa, anoniem, zonder gezicht. De ander wordt er ontmenselijkt. Dat is wat er nu gebeurt. Dat zijn geen informatiestromen, maar informatiestormen. Tsunami’s aan berichten, aan boodschappen. Haat prekend ten aanzien van de ander. Ook hier zien we een uitholling van begrippen. Freedom of speech is een freedom of hatespeech. Willen we dat?” Eens we opgesloten zitten in die echokamers, komen we nog weinig met andere meningen in contact. Hoe kunnen we best deze bubbels doorbreken? “Door offline in contact te blijven met elkaar en niet in bubbels te leven. Ik heb kennissen, vrienden en familie die op Vlaams Belang stemmen. Ik blijf daarmee in contact en in dialoog gaan. Ik ga ze niet ontvrienden in het echte leven. Ik denk dat we daar een grote rol in kunnen spelen. Ons echte leven ontbubbelen en elkaar opzoeken buiten onze comfortzone. Om zo kloven te dichten. Dat klinkt pastoraal hè (lacht).” Alleszins een mooie opdracht voor ons allen. Bedankt voor het fijne gesprek.

In het maatschappelijk debat is er nog weinig ruimte voor nuance. Dat zie je ook in de geschreven pers. Nuance heeft geen nieuwswaarde en alleen scherp geformuleerde opinies krijgen een plaats in de opiniepagina’s. In welke mate is de Interview: Tom Cools Foto’s: Jean-Pierre Drubbels

This article is from: