PB- PP
BELGIE(N) - BELGIQUE
DE NIEUWE GEMEENSCHAP – DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT VAN HET AUGUST VERMEYLENFONDS JUNI-AUGUSTUS 2015 – AFGIFTEKANTOOR GENT X ERKENNINGSNUMMER P 309 575 – VU: KOEN GOETHALS - P/A V.F. TOLHUISLAAN 88, 9000 GENT
70 JAAR VERMEYLENFONDS
colofon driemaandelijks ledenblad van het August Vermeylenfonds vzw; verschijnt op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december.
De Nieuwe Gemeenschap:
Peter Benoy, Tom Cools, Chantal De Cock, Caroline De Neve, Koen Goethals, Jago Kosolosky, Roland Laridon, Johan Notte, Paul Pataer, Anita Van Huffel, Raymond Vervliet, Anne Van De Genachte (+ vormgeving)
Redactie
Algemeen secretariaat
10.00 u
10.30 u
onthaal registratie koffie
verwelkoming door Annebelle Van Nieuwenhuyse/feestrede door Prof. Dr. Koen Goethals: ‘Vermeylenfonds, vrijhaven voor de eigenzinnige mens’ Over Vermeylenfonds 2.0 (nieuw beleidsplan, presentatie)
11.00 u
11.15 u
11.45 u
Yvan Mayeur, burgemeester Brussel over ‘les Maroliens’
film 70 jaar AVF + vertelling ‘De Wandelende Jood’ door Herwig Deweerdt
receptie
Tolhuislaan 88, 9000 Gent,
t. 09/223 02 88 e-mail: info@vermeylenfonds.be - website: www. vermeylenfonds. be openingsuren: 9u - 12u en van 13u tot 17u. Abonnement
19 SEPTEMBER
12 euro (4 nummers).
15 euro per individu. U kunt lid worden door aan te sluiten bij een plaatselijke afdeling of door overschrijving op rek.nr. BE50 0011274522-18 van het Vermeylenfonds vzw, Tolhuislaan 88, 9000 Gent. Leden ontvangen gratis De Nieuwe Gemeenschap. Lidmaatschapsbijdrage
Verantwoordelijke uitgever
Koen Goethals, p/a Tol-
huislaan 88, 9000 Gent. Illustraties
panelgesprek over ethiek, duurzaamheid, emancipatie en Vermeylen met Sis van Eeckhout (AVF Mol, Boek der kampen), Jean Paul van Bendegem (ethiek), Bart Keunen ( UGent, stedelijkheid), Marc Bontemps (sprekers o.v.)
slotwoord
15.00 u einde
de redactie verwacht dat de aangeboden/toegestuurde artikels getypt zijn met dubbele interlinie. De redactie behoudt zich het recht voor artikels taalkundig en/of stilistisch aan te passen en - mits goedkeuring van de auteur - te synthetiseren en/of in te korten. Artikels dienen ingeleverd te worden ten laatste 6 weken voor datum van verschijning.
Giften vanaf 40 euro zijn fiscaal aftrekbaar. Reknr. BE50 001-1274522-18, Vermeylenfonds, Tolhuislaan 88, 9000 Gent. Om reden van milieuvriendelijkheid wordt dit tijdschrift op chloorvrij recycleerbaar papier gedrukt.
lunch
14.45 u
Kopij
Steun het Vermeylenfonds
12.30 u
13.15 u
Goran Grahovac
Auteursrechten personen die we niet hebben kunnen bereiken i.v.m. eventuele auteursrechten kunnen de redactie contacteren.
BRUSSELS PARLEMENT RAAD VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
SYMPATHIE SPONSORS Elke bijdrage vanaf 100 euro geeft recht op vermelding in de lijst van sympathiesponsors. (GUS). Wenst u het Vermeylenfonds financieel te steunen, neem dan contact op met het secretariaat van het Vermeylenfonds, Tolhuislaan 88, 9000 Gent, tel. 09 223 02 88, info@vermeylenfonds.be.
70 JAAR VERMEYLENFONDS!
04 STANDPUNTEN 04 70 jaar Vermeylenfonds: een terugblik
¬ Johan Notte en Raymond
Vervliet 11 De vrijwilligers
29 INFO 31 COLUMN
¬ Annita Van Huffel
¬ Peter Benoy
XTRA – GEDICHT
edito
INHOUD [JUNI AUGUSTUS 2015]
Goede vrienden, De feestelijke editie van DNG die je op het eigenste ogenblik vasthoudt, is het resultaat van immens veel werk. En dan heb ik het niet zozeer over het geschrijf, het gepieker over concept en lay out, de productie en selectie van foto´s, het werk van de editeurs, het opvolgen van het drukwerk en de verzending. Dan heb ik het vooral over de inhoud: de 70 jaren van inzet van generaties vrijwilligers en medewerkers die ons August Vermeylenfonds met gedrevenheid en volharding hebben gedroomd, opgericht, gemaakt en nog steeds maken. Zij hebben er al die jaren voor gezorgd dat bijvoorbeeld een tijdschrift als De Nieuwe Gemeenschap, mogelijk en relevant is. Dit nummer schreven we speciaal voor hen. Samen met woorden van oprechte dank en trots voor wat ze dagdagelijks mee helpen realiseren. De vrijwilligers zijn het kloppende hart van ons fonds, de bron van ons idealisme en de eigenaars van onze verwezenlijkingen. Ze dragen onze vrijzinnige, sociaaldemocratische waarden en zijn hierdoor de concretisering van wat de oprichters van het Vermeylenfonds voor ogen hadden. We moeten ze niet enkel koesteren omdat ze de dingen klaar krijgen, we moeten ze vooral koesteren omdat ze de essentie van onze vereniging uitmaken. Door onze vrijwilligers heeft het August Vermeylenfonds echt zin. Wanneer we spreken over de 70ste verjaardag van het AVF, spreken we niet in eerste instantie over de herdenking van de dood van een man die zowel de inspiratie als zijn naam heeft gegeven aan onze vereniging. We vieren vooral de hergeboorte van een groots idee. Een idee dat zich indertijd vanuit het herstel vlak na die tweede grote oorlog richtte op solidariteit, op een open en ongebonden blik naar de wereld en het laten beleven en meemaken van een weelde aan cultuur die de mensen bindt. Meer dan in jaren het geval geweest is, staan enkele van deze inzichten onder druk. In deze tijd waarin solidariteit, sociale kernwaarden of culturele verheffing in vraag worden gesteld, geridiculiseerd tot halfzachte nonsens of verdisconteerd in een economische logica, zijn de idealen die onze voorgangers in beeld hadden toen ze over een Nieuwe Gemeenschap dachten opnieuw actueel. Goede vrienden, deze band mogen we nooit verbreken: wat ons verbindt met generaties aan ‘Vermeylers’ vormt de basis voor een warme, solidaire, inclusieve en vrije samenleving die kennis en cultuur deelt. Een Gemeenschap waarin enggeestig achtertuin-denken geen plaats heeft en waar de rede niet misbruikt wordt voor particuliere belangen die een fractie van een carrière meegaan. Een Nieuwe Gemeenschap waarin cultuur echt van en door de mensen is en waarin we zowel elkaar uitdagen als vanzelfsprekend voor elkaar zorgen. Het is in die zin dat de hardnekkigheid waarmee de term ‘ondernemerschap’ in zowat alle discours opduikt, begint te irriteren. De kracht van een vereniging en van het vrijwilligerswerk houdt zoveel meer in, omdat ze gefundeerd wordt door waarden die het individu overstijgen, zonder op te lossen in een abstracte structuur. Het zijn die waarden die onze vrijwilligers samen dragen. Reeds 70 jaar lang. En dat is meer dan een feest waard … Koen Goethals Algemeen voorzitter AVF
www.vermeylenfonds.wordpress.com 3 EDITO
70 jaar Vermeylenfonds: e
’45
Voorjaar van 1945, de stichters van het Vermeylenfonds willen de taak van Vermeylen voortzetten, een breed pluralistisch Vlaams cultureel genootschap zijn.
Het begin: met De Taak van Vermeylen voor ogen Net voor August Vermeylen op 10 januari 1945 overleed had hij nog een tekst afgewerkt. Het opstel De taak was bedoeld als programmaverklaring voor een nieuw algemeen cultureel Vlaams tijdschrift op pluralistische basis waarvoor hij de titel Diogenes had bedacht. Herman Teirlinck zorgde voor de realisatie van Vermeylens laatste droom door de uitgave van het door hem geconcipieerde tijdschrift onder de titel Nieuw Vlaams Tijdschrift. Het eerste nummer (april 1946) werd geopend met De taak. Deze tekst, die door de stichters van het Vermeylenfonds werd beschouwd als zijn literaire testament, werd opnieuw in de vorm van een plaquette in 1947 uitgegeven in de vormgeving en met een portret van Vermeylen door Jozef Cantré. Bij de oprichting in het voorjaar van 1945 wilden de stichters van het Vermeylenfonds (AVF) de taak van Vermeylen voortzetten. Zij beoogden aanvankelijk een breed pluralistisch Vlaams cultureel genootschap te zijn. In de voor Vlaamsgezinden zo ongunstige en gespannen naoorlogse politieke situatie wilden zij een impuls geven tot heropleving van de Vlaamse Beweging als Vlamingen
’47
Oprichting van de Vereniging voor Beschaafde Omgangstaal. 1949: Achilles Mussche, Prof Blancquaert en de dochter van August Vermeylen op de literaire dagen in 1949 in Deurle.
die door de franskiljons niet konden worden beschuldigd van enige vorm van collaboratie. De belangrijkste initiatiefnemers waren Oscar de Swaef, Achilles Mussche, Ger Schmook, Leo Magits, Frans Alofs en Reimond Herreman. Op 12 mei 1945 ging deze groep over tot de stichting van het August Vermeylenfonds. Het ere-voorzitterschap werd aangeboden aan Prof. emeritus Alfred Hegenscheidt, de trouwe jeugdvriend en medestrijder van Vermeylen. Achilles Mussche werd verkozen tot voorzitter en De Swaef – kort daarop opgevolgd door Alofs – tot secretaris-penningmeester. De statuten verschenen op 11 augustus 1945 in het Belgisch Staatsblad en waren ondertekend door Mussche, Herreman, De Swaef en Fernand Toussaint van Boelaere. De officiële stichtingsvergadering had onder ruime belangstelling plaats op zondag 25 november 1945 in de gotische zaal van het stadhuis te Brussel. Bij de stichting hadden zich immers reeds 110 personen als stichtend lid opgegeven. Het hoofdbestuur telde 18 leden, meestal socialisten, maar ook een aantal liberalen zoals Prof. Franz de Backer, Prof. Frans Closset, Karel Jonckheere en katholieken als Jan Boon, Maurice Roelants en Ward Schouteden. De verzuiling van het Belgische politieke bestel vormde echter een onoverkomelijke hinderpaal bij het streven naar een overkoepelende werking, zodat het AVF zich na verloop van tijd dan ook openlijk als een autonoom, socialistisch, cultureel orgaan zou manifesteren.
4 TERUGBLIK
Aanvankelijk had het AVF alleen een centrale actie. Als activiteiten werden vooral lezingen, studiedagen, concerten, congressen en publicaties voorzien. De voorzitter Mussche nam het initiatief om maandelijks te vergaderen met vertegenwoordigers van het Davidsfonds en Willemsfonds. Uit deze samenwerking ontstond in 1949 het Algemeen Vlaams Comité dat ijverde voor de behartiging van de belangen van de Vlamingen. Het AVF nam het initiatief om een enquête te organiseren onder een aantal vooraanstaande Vlamingen van allerlei strekkingen over de stand van de Vlaamse Beweging. Met de steun van de andere fondsen werd op 12 juli 1947 te Brussel een studiedag gewijd aan ‘De Vlaamse Beweging Nu’. Het verslag van de enquête, de referaten van de studiedag en de slotconclusies over de doelstellingen en tactiek van de Vlaamse strijd werden door het Vermeylenfonds gepubliceerd in drie brochures die werden opgesteld door Prof. Edgar Blancquaert. Deze studiedag gaf tevens aanleiding tot de oprichting van de Vereniging voor Beschaafde Omgangstaal waarvan Prof. Willem Pée, hoofdbestuurslid van het AVF, de voorzitter werd. In de eerste fase van zijn bestaan manifesteerde het AVF zich duidelijk als een Vlaams, sociaal geëngageerd cultuurfonds. Dat blijkt uit de talrijke eigen publicaties, herdenkingen van Vermeylen en studiedagen gewijd aan o.m. ‘De techniek van de roman’ (1946), ‘Kunst, samenleving en onderwijs’ (1949), ‘Is de hervorming van de Belgische Staat gewenst voor de normalisatie van de
sta
: een terugblik
’59
De Vlaamse verenigingen richten het Vlaams Actiecomité Brussel en Taalgrens op.
Vlaams-Waalse verhoudingen?’ (1950), ‘Problemen van de universiteit en de positie van de Rijksuniversiteit Gent’ (1951), ‘Kunnen wij als Europeeërs Vlamingen blijven?’ (1953), ‘Het probleem van de transmutatieklassen’ (1956), ‘Het Vlaamse toneel’ (1956). Terwille van de vrijwaring van de rechten van de Vlamingen te Brussel werd op 3 november 1954 in het Consciencehuis de Vermeylenkring opgericht onder het voorzitterschap van Hendrik Fayat (in november 1979 opgevolgd door Lydia De Pauw – De Veen). Op 14 maart 1959 besloten de Vlaamse verenigingen tot de oprichting van een vast orgaan onder de benaming Vlaams Actiecomité Brussel en Taalgrens. Het doel hiervan was het behoud van de gaafheid van het Nederlandstalige grondgebied en de bescherming van de Vlamingen in de Brusselse agglomeratie. Als eerste doel streefde het comité naar de afschaffing van de talentelling en naar de vastlegging van de taalgrens. Maar toen dit actiecomité in 1962 besloot een tweede mars op Brussel te organiseren, wees het AVF dit middel als inopportuun van de hand. Een belangrijke beslissing voor de toekomst en in het bijzonder voor het definitief bepalen van het specifieke karakter van het AVF was een brief van 13 november 1961, gericht aan de leden van de Raad van Bestuur, met o.m. volgende vraag:
’61
Het Vermeylenfonds wordt een socialistisch cultureel orgaan met een autonome werking.
… in de loop van onze herhaalde samenwerking met de andere cultuurverenigingen is het ons gedurig gebleken, dat er zoveel prijs op de medewerking van het A. Vermeylenfonds wordt gesteld, omdat men er precies een socialistisch orgaan in ziet. Pas als het A. Vermeylenfonds kan optreden als vertegenwoordiger van de socialistische Vlaamse gedachte in het kader van een algemeen Vlaamse actie, krijgt deze actie daardoor haar karakter van Vlaamse solidariteit en eenheid. De vraag is dan ook pertinent geworden of onder de gegeven omstandigheden het niet verkieslijk is om inderdaad aan het A. Vermeylenfonds een socialistisch karakter te geven – vanzelfsprekend buiten elk partijverband. Met grote meerderheid van stemmen werd door het bestuur besloten dat het fonds voortaan een socialistisch cultureel orgaan zal zijn, d.w.z. socialistisch in ruime zin en volkomen autonoom in zijn werking en actie. Op het einde van datzelfde jaar werkte het AVF mee aan het opstellen en verspreiden van het Manifest van Vlaamse socialisten. A. Mussche was immers voorzitter van het initiatiefcomité. Het was de bedoeling de BSP (Belgische socialistische partij) aan te sporen mee te werken aan de strijd voor gelijkberechtiging en te ijveren voor culturele autonomie (gepubliceerd in Links, 23. 12. 61). Het AVF richtte op 8 december 1962 in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel een studiedag in over ‘Socialisme en Vlaamse
and. 5 TERUGBLIK
Het Vermeylenfonds wil een grotere uitstraling in heel Vlaanderen en richt hiervoor plaatselijke afdelingen op.
’62
Beweging’ met als sprekers Achilles Mussche, Michel Oukhov en Leo Picard. Een tweede studiedag over ‘Het probleem van de Culturele Autonomie’ werd ingericht op zaterdag 30 maart 1963 met als hoofdspreker Julien Kuypers. Met het oog op een grotere uitstraling van het AVF in heel Vlaanderen besloot het bestuur in 1962 plaatselijke afdelingen op te richten. Zo ontstonden toen reeds een tiental afdelingen. Naar aanleiding van een door Rik Lanckrock georganiseerde enquête over het toneel werd op zaterdag 18 mei 1963 te Brussel een colloquium ingericht over ‘Toneel in Vlaanderen’. In 1965 werd nog een studiedag ingericht met als thema ‘Arbeider en kunst’. Eveneens in 1965 trad het AVF toe tot het nieuw samenwerkingsverband van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV). Daarmee had het AVF in de eerste twintig jaar van zijn bestaan een belangrijke en eigen plaats verworven in het Vlaamse cultuurleven naast de reeds bestaande fondsen.
’65
Première van de eerste voorstelling van het NTG in 1965. De oprichting van het NTG was een rechtstreeks gevolg van een studiedag van het AVF over het toneel in Vlaanderen o.l.v. Rik Lanckrock
Een nieuwe taak: verruiming en verdieping van de actie In 1965 verkeerde het AVF evenwel in crisis. Oorzaken waren een te klein aantal actieve bestuursleden, onbegrip en zelfs tegenwerking van de BSP (Belgische Socialistische Partij) en financiële moeilijkheden waardoor sinds 1962 het Mededelingenblad niet meer verscheen. Op 12 februari 1966 verzocht het hoofdbestuur om van zijn taak te worden ontlast, mede door gezondheidsproblemen van voorzitter Mussche. Eind 1966 trad een volledig vernieuwd bestuur aan met Prof. Aloïs Gerlo als voorzitter, Germain de Rouck en Prof. Marcel van Spaandonck als ondervoorzitters, Roland Laridon als secretaris en Jan Donvil als penningmeester. Daarmee brak een nieuwe fase aan in de geschiedenis van het fonds: het nieuwe bestuur begon met de structurele uitbouw door de oprichting van nieuwe afdelingen en provinciale geledingen (noodzakelijk ook door de nieuwe regeling tot subsidiëring van cultuurverenigingen), liet het Mededelingenblad opnieuw verschijnen, trachtte de relatie met de BSP te verbeteren en organiseerde opnieuw talrijke activiteiten, waaronder studiedagen voor de kaderleden met uitgave van kaderbladen. Door toedoen van Julien Kuypers verkreeg het AVF bovendien in 1967 zendtijd op de televisie. De eerste uitzending op 4 april was gewijd aan het Nederlandstalig
onderwijs in Brussel. Na een studieweekend te Oostende in het najaar van 1967 over ‘Brussel in het Brandpunt’ gaf het AVF een brochure uit met weergave van de referaten en resoluties onder de titel Een Nationaal Statuut voor Brussel. Een maand later vaardigde het OVV een resolutie uit waarin de grondprincipes uitgewerkt door het AVF, zijn terug te vinden. Het AVF sloot zich daarom aan bij de Nationale Betoging te Antwerpen op 5 november 1967 met als doelstellingen: volledige overheveling van LeuvenFrans naar Wallonië en autonomie voor Leuven-Nederlands, volwaardige verdubbeling van de Brusselse universiteit, gewaarborgde toepassing van de taalwetten, geen uitbreiding van het tweetalig gebied Brussel, uitbouw van een volledig Nederlandstalig onderwijsnet te Brussel, speciaal statuut voor de hoofdstad Brussel. Onder de dynamische, maar ook soms ietwat autoritaire en eigenzinnige leiding van Gerlo was de klemtoon van de actie verschoven naar de strijd voor de realisatie van dit eisenpakket van de Vlaamse Beweging. Gerlo speelde dan ook een prominente rol in het Nationaal Komitee 5 November, in het Koördinatiekomitee Taalregeling Hoger Onderwijs, in de Staten Generaal van het OVV, in het Algemeen Vlaams Congres (1971) en in het 24 novembercomité (1974). Hij fungeerde ook twee termijnen als voorzitter van het OVV (1972 – ’73 en 1976 – ’77). Door de actieve inzet van de algemeen secretaris Germain De Rouck (sinds 1973) werd het fonds verder en nog sterker uitgebouwd tot een in de diepte werkende socio-culturele vereniging voor volksontwikkeling. Hij legde tevens de basis voor een efficiënt werkend 6 TERUGBLIK
nationaal secretariaat. Doordat het AVF zich aanpaste aan het nieuwe decreet op het socio-cultureel vormingswerk en aldus door het Ministerie van Cultuur werd erkend als Vereniging voor Volksontwikkelingswerk verkreeg het de financiële middelen om educatieve krachten aan te werven en het nationaal secretariaat te vestigen in een gebouw in de Stationsstraat 32 te Ronse. De officiële opening op 13 december 1975 viel samen met een kaderdag te Ronse waarop tevens de luxeuitgave van Achilles Mussches arbeidersepos 'Aan de voet van het Belfort' met houtsneden van Frans Masereel werd voorgesteld. Ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van het fonds werd op zaterdag 20 november 1976 een congres gehouden in het Trefcentrum te Anderlecht waar definitief geopteerd werd voor een staatshervorming tot een tweeledig federalisme met een gemeenschappelijk hoofdstedelijk gebied. Hoewel de algemeen secretaris Germain de Rouck erin slaagde in de taalgrensstad Ronse een bloeiende en actieve plaatselijke afdeling uit te bouwen met honderden leden en met een hele waaier van activiteiten, toch stuitte hij er op een sterke tegenwerking van de locale BSP. Daarom besloot hij in 1977 op te komen voor de Volksunie en nam hij bijgevolg ontslag uit het AVF. Roland Laridon werd aangeduid als nieuwe algemeen secretaris. In datzelfde jaar schaarde het AVF zich achter het Egmontpact, dat door vijf politieke partijen werd afgesloten en aldus meer dan 80% van de bevolking vertegenwoordigde. Door de oprichting van een Anti-Egmontkomitee in de schoot van het OVV nam Gerlo hieruit ontslag. In 1978 verhuisde het nationaal secretariaat
De oprichting op 10 februari 1977 van de afdeling Zelzate, met gastspreker Willy Claes. Bestuurslid Christiane Van de Velde, burgemeester Lievin Danschutter, Minister Willy Claes, stichtend voorzitter Myriam Van Oost en provinciaal AVF-voorzitter Arseen Major.
’77
naar Gent in de Lange Violettestraat 168 en werden er twee nieuwe educatieve medewerkers in dienst genomen (waaronder de huidige directeur Johan Notte). Het was een vrij kleine en nog primitief ingerichte locatie, maar met het voordeel dat het ‘in het hart van Vlaanderen’ lag, zoals Laridon het toen voorstelde bij de inhuldiging ervan. Hoewel het AVF steeds maar groeide in aantal afdelingen en leden en ook de werking verruimde en verdiepte als socio-culturele vereniging voor vormingswerk, kreeg het opnieuw financiële moeilijkheden door de achterstallige uitbetaling van de subsidies. Een noodoproep aan de bestuursleden en sympathisanten zorgde echter al vlug voor de nodige overbruggingskredieten, zodat een dreigende in faling stelling door de RSZ kon worden afgewend. Inmiddels waren er scherpe meningsverschillen gerezen tussen Gerlo en een groot deel van het hoofdbestuur. Velen vonden dat hij te eenzijdig de actie beperkte tot het Vlaamse strijdtoneel en de manifestaties vaak een al te elitair karakter hadden met veronachtzaming van het socio-economische engagement en het volksontwikkelingswerk. Het definitieve breukpunt werd Gerlo’s uitgesproken positieve houding tegenover de plaatsing van atoomraketten in België. Het bestuur van het AVF nam hiertegen op 10 december 1979 een motie aan waarop Gerlo ontslag nam.
’82 Een koerswending: naar een scherpere profilering Als opvolger werd Jan Vercammen aangeduid en verkozen. Hoewel de toen reeds 74-jarige pedagoog, dichter en schrijver duidelijk een overgangsfiguur was, voltrok zich onder zijn bestuur toch een belangrijke koerswending. Op het Congres van de Actie van 2 februari 1980 in het kasteel van Ham werd het AVF geprofileerd als een socialistische bevrijdingsbeweging die streeft naar uitbreiding van de politieke, sociaaleconomische en culturele democratie, voorwaarden tot optimale zelfontplooiing van de burger. De klemtoon verschoof aldus van een strijdbaar flamingantisme naar een verdiepte socio-culturele actie. Kort daarop nam het AVF eveneens afstand van de oorspronkelijke pluralistische instelling en trad toe tot de Unie van Vrijzinnige Verenigingen. Tevens werden de banden nauwer aangehaald met de SP die onder leiding van Karel van Miert begrip opbracht voor de specifieke werking van het AVF: Het Vermeylenfonds moet een autonome vereniging blijven, is geen partijgebonden beweging in de klassieke betekenis van het woord, is een beweging met een brede opdracht maar uitgaande van een aantal fundamentele, zelfde bekommernissen, maar 7 TERUGBLIK
die op een andere manier werkt, die zich op een andere manier tot de mens richt. Welnu! Meer dan ooit geloof ik dat het democratisch socialisme in Vlaanderen nood heeft aan een zo sterk uitgebouwd Vermeylenfonds en aan elke steun die ik eraan kan verlenen… Om de nieuwe actielijn duidelijk te tonen werd er een rondreizende tentoonstelling opgezet: ‘Het Vermeylenfonds, verleden en heden’ en werden er twee films aangemaakt: ‘De actualiteit van de denkwereld van A. Vermeylen’ en ‘Het Vermeylenfonds in 1980’. Met de introductie in 1982 van de rubriek ‘Poëtische Tijdingen’ in het Mededelingenblad werd dit aldus uitgebreid tot een socio-cultureel tijdschrift dat in 1985 een nieuwe vorm kreeg en herdoopt werd tot De Gemeenschap. Tevens knoopte men toen weer aan met de vooroorlogse traditie van socialistische Guldensporenvieringen te Kortrijk waar in de 11 juli-verklaringen de eigen visie op de Vlaamse strijd werd uitgedrukt. Volgens het AVF diende de Vlaamse Beweging zich aan te sluiten bij basisverenigingen als de vredesbeweging en welzijnsverenigingen en diende zich meer in te zetten voor de derde wereldproblematiek, de milieubeweging en het welzijnswerk. Die visie stond duidelijk haaks op die van een zich radicaliserende groep binnen het OVV. Op de Nationale Betoging te Hasselt van 27 maart 1983 werd Roland Laridon als spreker en vertolker van de visie van het AVF uitgejouwd. Het hoofdbestuur nam daarom in een persverklaring de volgende duidelijke stelling in:
Het publiek aan het Groeningemonument tijdens de alternatieve Guldensporenviering.
’85 De Vlaamse beweging moet blijven ijveren voor een progressief sociaaleconomisch beleid, voor een Vlaanderen waar een open, pluralistisch en verdraagzaam klimaat heerst. De Vlaamse Beweging mag zich niet ingraven in separatistische stellingen. Op zondag 5 augustus 1984 overleed Jan Vercammen. Roland Laridon, die als algemeen secretaris reeds sterk de leiding mee in handen had en ook mee de koerswending had bepaald, werd verkozen tot nieuwe voorzitter. Daar hij van 1986 tot 1988 ook het voorzitterschap waarnam van het OVV, nam het AVF deel aan de Staten Generaal (1986) en werkte het mee aan het masterplan van de staatshervorming (1987). Tussen het AVF en Vlaams radicalere verenigingen als de Vlaamse Volksbeweging en het Davidsfonds gaapte er echter een steeds dieper en breder wordende kloof. Het AVF nam afstand van de betogingen in 1990 en 1991. In 1991 verliet het definitief het OVV uit ongenoegen met de steeds maar sterkere Vlaams-nationalistische koers die aanstuurde op separatisme. Wel werd het Sint-Michielsakkoord (1992 –’93) door het AVF positief onthaald. Inmiddels had het AVF besloten een huis te kopen aan de Tolhuislaan 88 te Gent voor de definitieve vestiging van het nationaal secretariaat. In 1988 werd dit gerenoveerde huis officieel geopend en konden de genodigden zien dat er thans een degelijke accommodatie was voor de staf van administratieve en educatieve medewerkers. Bovendien was in 1985 in de schoot van het AVF het Studiecentrum Achilles Mussche opgericht onder leiding van Rik Lanckrock
(vanaf 1987 Sylvain van Labeke) om de persoonlijkheid en het werk van Achilles Mussche in al zijn facetten te belichten. Gedurende een tiental jaren werden er studiedagen, colloquia en publicaties verzorgd. In 1992 kreeg het tijdschrift een nieuwe vormelijke en inhoudelijke facelift en met de titel De Nieuwe Gemeenschap werd de progressieve koers nog maar eens benadrukt. De klemtoon van de activiteiten in deze fase kwam te liggen bij de talrijke inmiddels opgerichte plaatselijke afdelingen en de provinciale geledingen. Het nationaal secretariaat werd verstevigd met nieuwe administratieve en educatieve medewerkers, zodat het nationale bestuur voortaan een dienende en ondersteunende functie kreeg. De beleidslijnen werden door het nationale bestuur uitgezet in de jaarlijkse algemene vergadering, op studiedagen en in publicaties. In 1996 diende Roland Laridon, die zich jarenlang enorm had ingezet voor de uitbouw van het AVF, ontslag te nemen wegens een zwaar gezondheidsprobleem dat hij gelukkig is te boven gekomen.
Naar een nieuwe sociaalculturele methodiek Op de viering van het vijftig jarig bestaan van het Vermeylenfonds in de gotische zaal van het stadhuis in Brussel deed de toenmalige algemeen ondervoorzitter, Eliane Van Alboom, tijdens haar feestrede de volgende uitspraak: 8 TERUGBLIK
In 1990 volgt Eliane Van Alboom Arseen Major op als algemeen ondervoorzitter. Enkele jaren later start ze met een totale vernieuwing van het fonds.
’90
Oprichting Studiecentrum Achilles Mussche
Wat een uitdaging ligt hier voor ons om jonge mensen te verleiden tot deelnemen aan onze cultuurbeleving. De voorbije drie jaar hebben velen in de schoot van ons Vermeylenfonds de moed opgebracht die termen en waarden die in het vaandel geschreven staan te bediscussiëren, te herdefiniëren, ondubbelzinnig en begrijpelijk te definiëren. De vormelijke vernieuwing van het tijdschrift in 1992 ging gepaard met de aanzet van besprekingen en discussies over de inhoudelijke vernieuwing. Door de ziekte van Roland Laridon nam de algemeen ondervoorzitter, Eliane van Alboom de taak op zich om die besprekingen en inhoudelijke discussies in goede banen te leiden. Het was dan ook niet meer dan logisch dat zij de nieuwe algemeen voorzitter werd. De vernieuwingsactie resulteerde o.m. in nieuwe statuten. In de doelstelling werden de drie pijlers – socialistisch, vrijzinnig en Vlaams – duidelijk afgelijnd. De meerderheid van de leden vond dit immers nodig omdat er rond de z.g. Vlaamse pijler geen verwarring met nationalistische tendensen zou ontstaan. Het Vermeylenfonds wilde zich immers op dat vlak sterk profileren ten opzichte van de rechtse en extreemrechtse Flaminganten. In deze lijn koos Eliane Van Alboom er bv voor niet te gaan spreken tijdens 11-julivieringen, maar gebruik te maken van de aangeboden ruimte in De Morgen om een opiniestuk te schrijven, Een andere belangrijke vernieuwing in de statuten leidde ertoe dat meer dan vroeger de Raad van Bestuur werd samengesteld uit leden afgevaardigd door de plaatselijke afdelingen en provinciale geledingen (bottom-
’04
Johan Soenen was de eerste algemeen voorzitter die zich toelegde op de uitbouw van een interculturele werking. Op de foto overhandigt hij medicijnen in Cuba.
up). Eliane Van Alboom stimuleerde daarenboven de methode van het debat om standpunten in te nemen. Op deze wijze werden de leden intenser betrokken bij de inhoudelijke discussies. Zo had in maart 1998 onder haar impuls en met de medewerking van de plaatselijke voorzitter, Erik Van Dyck, een debat plaats tussen Minister Leo Peeters en de burgemeester van Wezembeek-Oppem, François van Hoobrouck d’Aspre over de omzendbrief Peeters. De omzendbrief die de bedoeling had om de privileges van de Franstaligen in de randgemeenten gevoelig te beknotten werd vanzelfsprekend sterk gecontesteerd door de Franstaligen in de faciliteitengemeenten. Op de dag van het debat leek Wezembeek-Oppem een belegerd dorp met tientallen overvalwagens en waterkanonnen en een leger rijkswachters in gevechtskledij. In het gemeenschapscentrum De Kam – dat afgeladen vol zat met zowel Vlamingen als Franstaligen - werd voortdurend gepatrouilleerd met honden. Na een serene inleiding door de algemeen voorzitter en het debat, dat gemodereerd werd door de toenmalige TV-journalist Siegfried Bracke, zaten Franstaligen en Vlamingen in de foyer van het gemeenschapscentrum broederlijk met elkaar het glas te heffen. Het aanhoren van de standpunten van beide kanten had blijkbaar de gemoederen bedaard. De rijkswachters begrepen er niets meer van. In 2001 kon Eliane Van Alboom het voorzitterschap, met de vele voordrachten en debatten in de lokale afdelingen, niet langer combineren met haar drukkere beroepsbezigheden. Ze kreeg het ere-voorzitterschap aangeboden en werd opgevolgd door Johan
Soenen, de voorzitter van de afdeling Oudenaarde. Hij zette het vernieuwingsbeleid van Eliane Van Alboom verder. Onder zijn voorzitterschap werd een heus beleidsplan opgesteld, nog voor de overheid dat als erkenningsvoorwaarde stelde. Hierin werd onder meer veel aandacht geschonken aan de interculturele doelstelling. Johan Soenen was immers in 1997 samen met Fatma Pehlivan stichter van het CDF, een federatie van vooruitstrevende Turkse verenigingen. Zelf had hij uitzonderlijk veel interesse voor de Turkse literatuur, waarover hij trouwens een boek had geschreven (Een Haard van Verzet). In 1996 had hij ook een studiereis voor het Vermeylenfonds georganiseerd naar Istanbul. Als algemeen voorzitter stimuleerde hij alle interculturele acties zowel op lokaal, regionaal ja zelfs internationaal niveau. Reeds in 2001 organiseerde hij samen met zijn echtgenote Trudy Ernste een ontmoeting van leden van het Vermeylenfonds met de Catalaanse beweging in Barcelona en zorgde tevens voor de Nederlandstalige vertaling van een Catalaanse film over het leven en werk van Francesc Ferrer. Daarna volgden nog studiereizen naar Cuba en Zuid-Afrika. Het vernoemde beleidsplan werd door de overheid erg goed onthaald, maar het was de opvolger van Johan Soenen, Dominique Verté, die voor de uitvoering zorgde. Johan Soenen kon immers om gezondheidsredenen de zware opdracht van algemeen voorzitter niet meer uitoefenen. Hij bleef tot zijn overlijden op 24 juni 2014 actief meewerken in de Raad van Bestuur en de redactieraad van het ledenblad en gaf net voor zijn overlijden in de schoot van het Vermeylenfonds zijn roman ‘De Vierschaar’ uit. 9 TERUGBLIK
In 2006 werd Johan Soenen opgevolgd door Dominique Verté die met succes het beleidsplan kon uitvoeren. De visitatiecommissie schreef daarover het volgende: De vernieuwingsoperatie is de vrucht van een intensieve samenwerking tussen bestuur en personeel. Via de voorzitter is ook een interessante kruisbestuiving mogelijk tussen de academische wereld en het socioculturele veld. Als algemeen voorzitter introduceerde Dominique Verté inderdaad een aantal nieuwe methodes en technieken zoals train the trainer activiteiten (met certificaat) waarbij de nadruk werd gelegd op ‘van elkaar leren’. Daarnaast organiseerde hij de z.g. Ronde van Vlaanderen met de bedoeling om versteende afdelingen weer tot leven te wekken en afdelingen te motiveren om nieuwe bestuursleden aan te trekken. Externe lokale sleutelfiguren werden in kaart gebracht. De Ronde van Vlaanderen was een groot succes: vele nieuwe – soms erg jonge – afdelingen werden opgericht en sommige bestaande hernieuwden hun werking. De commissie ‘optimalisatie’ had tot taak oplossingen te zoeken om het personeel zoveel mogelijk op het veld actief te laten zijn. Ook was Dominique Verté de initiatiefnemer van de grondige verbouwing van het algemeen secretariaat. Alhoewel hij bij zijn aanstelling al aangaf dat hij zich niet zozeer met de inhoudelijke werking van het Vermeylenfonds ging bezighouden maar vooral ging focussen op structurele hervormingen, kon Dominique Verté toch niet onverschillig blijven over de voortdurende verrechtsing van de
’06 Algemeen voorzitter Dominique Verté op bezoek in Waarschoot, als onderdeel van zijn succesvolle Ronde van Vlaanderen. Met deze formule wist hij het fonds sterk uit te breiden. vlnr: Dominique Verté, Guido Dhont, Eliane Bonamie en Hub Vermersch
Vlaamse Beweging. Toen hij in Koksijde werd gevraagd om de 11 juli-rede te houden, maakte hij van de gelegenheid gebruik om aan de hand van citaten uit het werk van August Vermeylen duidelijk te maken welke Vlaamse Beweging het Vermeylenfonds voor ogen heeft: Het Vermeylenfonds is meer dan ooit overtuigd van de noodzaak om de maatschappelijke en democratische betrokkenheid van elke burger te stimuleren, om mee te bouwen aan een solidaire, warme samenleving, waarin respect voor eenieders culturele en sociale ontplooiing samen gaat met een onwrikbaar engagement. Dat is onze manier om Vlaamsgezind te zijn.
Een nieuwe structuur, een hernieuwde opdracht Reeds van bij zijn aanstelling had Dominique Verté al aangegeven dat zijn voorzitterschap beperkt was in tijd. Toch bleef hij zes jaar voorzitter. In 2012 gaf hij de fakkel door aan Dany Vandenbossche. In zijn inaugurale rede kondigde Dany Vandenbossche de oprichting aan van een linkse denktank en dit in de schoot van het Vermeylenfonds. Hiervoor werd samengewerkt met de Stichting Gerrit Kreveld en op 31 mei 2013 werd de denktank Metis boven de doopvont gehouden. De expertise van Dany op cultureel
vlak was voor het Vermeylenfonds veelbelovend. Helaas stierf Dany plots op 1 december 2013. Hij liet een grote leegte achter. Er is moed nodig om als nieuwe algemeen voorzitter die leegte op te vullen. Dat wist ook Koen Goethals. In zijn inaugurale rede bracht hij in de eerste plaats hulde aan Dany:
Aan het bestuur om het fonds zo te leiden dat het ten dienste staat van de mensen die het fonds voeden en mogelijk maken en van de mensen die er door aangetrokken worden. Dat is voor een stuk mijn opdracht, die ik graag aanvaard, maar die slechts via teamwerking en wederzijds vertrouwen kan gerealiseerd worden. Raymond Vervliet en Johan Notte
Met het overlijden van Dany verloren we een buitengewoon inspirator, een cultuurgericht mens en dit zowel politiek als op het terrein zelf. En een charismatische figuur, die ook een gezicht was, een begrip. De betekenis van Dany kan moeilijk overschat worden en de dankbaarheid voor wat hij presteerde en bezielde is oprecht en blijvend. In de korte tijd dat Koen Goethals algemeen voorzitter is zijn er al heel wat structurele veranderingen doorgevoerd. Zo werden de provinciale structuren vervangen door regionale comités en heeft er tweemaal per jaar een voorzittersberaad plaats waarop de voorzitters van alle afdelingen worden uitgenodigd. Koen Goethals werd evenwel algemeen voorzitter op een erg moeilijk moment. Door de besparingswoede van de nieuwe rechtse Vlaamse regering worden er heel wat middelen ontnomen, middelen die het Vermeylenfonds elders zal moeten zoeken. Maar ook hier blijft Koen Goethals optimistisch, want hij weet op wie hij kan rekenen: We kunnen daarbij rekenen op sterke en geëngageerde bestuursleden, op ambitieuze afdelingen en hun gemotiveerde vrijwilligers.
10 TERUGBLIK
Wordt u graag op de hoogte gehouden van ledenvoordelen, speciale acties en bijzondere activiteiten van onze fdelingen? Stuur uw e-mailadres naar caroline@vermeylenfonds.be en ontvang onze maandelijkse digitale nieuwsbrief.
GUS
SPONSORS (GULLE SCHENKERS)
KOEN GOETHALS, PAUL BOUQUET, LUK CLAES, RITA VAN DER STOELEN
Vrijwilligers in actie! Een vereniging bestaat niet zonder haar vrijwilligers. Dat geldt nog meer voor het Vermeylenfonds, dat opgebouwd is uit geëngageerde, actieve en eigenzinnige vrijdenkers, mensen die zich dagdagelijks inzetten voor een warme en solidaire wereld, op veel verschillende manieren en in heel uiteenlopende domeinen. Daarom laten wij in dit nummer
enkele vrijwilligers aan het woord, laten wij hen vertellen over hun engagement voor en ook buiten het Vermeylenfonds. Wat boeit hen? Waar liggen hun passies? Hun drijfveren? Want in onze afdelingen vinden wij heel wat talent, moed, wilskracht en doortastendheid terug. Ook zij verdienen het gevierd te worden met het 70-jarig bestaan van het Ver-
meylenfonds. Zonder hen was het Vermeylenfonds een kort leven beschoren. Daarom gaat dit nummer in de eerste plaats over hen: zij die de vereniging maken, versterken, uitbouwen en in hun hart dragen. Aan u zeggen wij:
dank u!
Ware kracht schuilt in diversiteit. En die diversiteit vinden we in u.
Mia Reynaert
BESTUURSLID AVF KOKSIJDE De waarde van kunst heb ik eigenlijk leren kennen toen ik lid werd van “Kunsthart” in Gent. Kunsthart is een sociaal-artistieke vereniging die de kans geeft om kunst te beoefenen en uitgaat van 3 doelstellingen: Sociale interactie tussen volwassenen met verschillende achtergronden, promotie en uitwisseling van kunst en zelfontplooiing. Daar heb ik geleerd dat kunst kan bijdragen tot duurzamer geluk en zingeving in leven en werk. Daar zie ik constant wat kunst doet met mensen. Kunst doet genieten, leidt naar diepgang en heeft een positief effect op onze geestelijke gezondheid. De drukte van de dag, overvolle agenda’s en heel veel verantwoordelijkheden onderdrukken gevoelens. Op bepaalde momenten wellen de gevoelens naar boven. Daar zit de rol van kunst. Elke lijn op papier kan diep tot ons doordringen. Kunst beroert ons. Zo kijk je ook door kunstbeleving anders naar de wereld en sta je open voor wat we zien en horen. Een diepe wens van mij is dan ook dat ‘onderwijs’ meer kunst (en cultuurbeleving in het algemeen) onder de aandacht brengt van kinderen en jongeren en ook de creativiteit stimuleert.
11 VRIJWILLIGERS
Geert Lefebvre VOORZITTER AVF BREDENE Het August Vermeylenfonds afdeling Bredene ontstond begin 1976. De start van de afdeling Bredene was ingegeven door de zorg om in elke gemeente een socialistisch cultureel spoor terug te vinden. Wat begonnen is als een kleine afdeling is tot op vandaag na tal van ups en downs uitgegroeid tot een socio-culturele vereniging, waar met trots mag naar opgekeken worden. Voor zover ik weet, werd het eerste bestuur samengesteld in de keuken van toenmalig café Stella op de wijk Sas-Slijkens, met als leden: Jacky Maes (voorzitter), N.Busseniers (secretaris), R.Questier, L.Vanackere, Etienne Vercarre, Gerrit Bauwens, … en ik ben er mij van bewust dat ik tal van personen vergeet, maar dit kan nog teruggevonden worden in de Archieven. Voor zover ik weet, was Etienne Vercarre de langst zetelende voorzitter en onder zijn voorzitterschap groeide het Vermeylenfonds-Bredene uit tot een bloeiende vereniging met meer dan 150 leden. Toen Etienne het voorzitterschap overdroeg (het jaar ontgaat mij) aan Valerie Degroodt (slechts enkele maanden voorzitter) met vervolgens Peter Lejeune als voorzitter, ging het met de vereniging jaar na jaar bergaf, tot mij gevraagd werd om secretaris te worden, wat ik aanvaardde. Groot was mijn verba-
zing wanneer ik merkte dat er geen 30 leden meer waren. Via het toen nog bestaande Vermeylenfonds West-Vlaanderen vroeg ik de oude ledenlijst op, om vervolgens iedereen terug aan te schrijven, en inderdaad, de leden kwamen beetje bij beetje terug. Wij deden ons best om zoveel mogelijk activiteiten in te richten, wat zijn vruchten afwierp. Na het ontslag van Peter Lejeune, werd ik voorzitter a.i. voor ongeveer een jaar, en daarna volgde Daniel Descheemaecker mij op. Ondertussen groeide het Vermeylenfonds-Bredene langzaam. Toen Daniel besloot om naar Italië te verhuizen, nam ik terug het voorzitterschap op. Het huidige bestuur bestaat uit: Geert Lefebvre (Voorzitter-secretaris), Etienne Vercarre (ondervoorzitter), Veronique Descheemaecker (penningmeester & P.R), Claudine Hollevoet (verslaggeefster) en bestuursleden: Barbara Blontrock, Erna Neels, en Gerrit Bauwens (ere-penningmeester). Vandaag mogen we met trots zeggen dat het VermeylenfondsBredene opnieuw een bloeiende en groeiende vereniging is, die ook op het nationale niveau aanwezig is met Geert en Etienne in de raad van Bestuur. Tot op vandaag zijn ruim 110 gezinnen opnieuw lid van het Vermeylenfonds-Bredene, iets om fier op te zijn, en dit dank zij de inzet van het ganse bestuur. En als ik mij niet vergis bestaat het Vermeylenfonds-Bredene in 2016, 40 jaar! Terug iets om naar uit te kijken!
12 VRIJWILLIGERS
Filip Dheedene VOORZITTER AVF WAREGEM Sinds wanneer bestaat jullie afdeling? Filip Dheedene: “De Waregemse afdeling van het Vermeylenfonds bestaat sinds 1 februari 2014. Op die dag werd het Vrijzinnig ontmoetingscentrum Poincaré in gebruik genomen. Een nieuw gebouw betekent ook nieuwe uitdagingen: de vrijzinnige gemeenschap bekend maken in Waregem en omstreken. Toen is het idee gerijpt om een kunstkring op te richten: Poin’ART. Een enthousiaste vriendengroep die allerlei culturele en creatieve activiteiten organiseert in en om het vrijzinnig centrum. Iets later kwamen we in contact met het Vermeylenfonds en de stap was snel gezet.” Welke activiteiten organiseren jullie? Filip Dheedene: “Wij organiseren vooral activiteiten die iets met cultuur en creativiteit te maken hebben. Onze rode draad is woord,
beeld en muziek. Het eerste weekend van oktober hebben wij ons Vermeylenweekend rond het thema ‘de mens vandaag en morgen’.” Wat valt er te beleven? Filip Dheedene: “Het wordt andermaal een bruisend weekend: een tentoonstelling, poëzieavond, een beklijvende film over migratie en een optreden van een Ierse folkgroep. Daarnaast doen we dit jaar ook mee met ‘buren met kunstenaars’, een initiatief van de provincie West-Vlaanderen. We geven een 10-tal jonge en beginnende kunstenaars een podium in onze gebouwen. Als afdeling van het Vermeylenfonds proberen wij ons steentje bij te dragen aan het grotere geheel: de vrijzinnigheid en het VC enige bekendheid geven via het organiseren van kunstzinnige activiteiten. Als Vermeylengroep werken we goed samen met de Humanistisch Vrijzinnige Vereniging. Zo waren wij met heel onze bende betrokken bij de organisatie van het lentefeest van zondag 10 mei jongstleden: foto’s maken, filmen, helpen bij de receptie…” Is er nog tijd voor een hobby? Filip Dheedene: “Ja, fotografie is daar één van. Ik ben een actief lid van een Waregemse fotoclub. Ik durf wel eens op stap gaan met mijn fototoestel: natuur- en straatfotografie zijn mijn ding. Ik ben vader van twee voetballende zonen. Ik ben op die voetbalclub, hoe kan het ook anders, begonnen als fotograaf en inmiddels ben ik er bestuurslid en webmaster. Maar mijn bijzondere aandacht gaat toch uit naar Ten Anker, een gezinsvervangend tehuis voor mensen met een beperking. Ik ben er vrijwillig medewerker en probeer met een paar vrienden af en toe een ontspannende activiteit te organiseren.” Heb je nog een boodschap voor het Vermeylenfonds? Filip Dheedene: “Ik hoop dat het Vermeylenfonds zijn draai terug vindt en inzet op de plaatselijke afdelingen. Er moet binnenkort een antwoord komen op de vraag: hoe kan deze landelijke organisatie hun plaatselijke verenigingen en vrijwilligers ondersteunen? Een uitdaging waaraan wij willen meewerken.”
13 VRIJWILLIGERS
Roland Laridon VOORZITTER AVF OOSTENDE
De vrijwilliger aller vrijwilligers van het Vermeylenfonds is ongetwijfeld Roland Laridon. In 1966, toen het Vermeylenfonds door de ziekte van de toenmalige voorzitter Achilles Mussche op sterven na dood was, heeft hij samen met Aloïs Gerlo, Jan Donvil en Marcel Van Spaandonck het AVF heropgestart. En in 1978, toen het Vermeylenfonds financieel aan de grond zat, stak hij er opnieuw zijn schouders onder en maakte er als algemeen secretaris een bloeiende vereniging van. Ik kwam toen in dienst van het Vermeylenfonds. Ik ging Roland opzoeken in zijn appartement aan de Oostendse kust en stelde hem de vraag die ik al lang wilde stellen: hoe ben je nu in contact gekomen van het Vermeylenfonds?
Roland Laridon: “In 1966 besliste de toenmalige BRT om ook aan vrijzinnige verenigingen zendtijd te geven. Er werd toen geopteerd om hiervoor het Humanistisch Verbond, het Willemsfonds en het Vermeylenfonds aan te spreken. Door de ziekte van Achilles Mussche lag de werking van het Vermeylenfonds stil zodat er geen gesprekspartner was van het Fonds. Aloïs Gerlo, van wie ik nog les had gekregen aan de VUB, en ik hadden enkele jaren eerder de socialistische culturele kring opgericht in Sint-Pieters-Woluwe waar ik les gaf aan de normaalschool. Gerlo was voorzitter van die vereniging en ik secretaris. In overleg met Achilles Mussche heeft Aloïs Gerlo het voorzitterschap van het Vermeylenfonds overgenomen en zich dus aangediend als woordvoerder. Het Vermeylenfonds mocht vier uitzendingen per jaar uitzenden en ik moest die realiseren.” De televisie-uitzendingen waren toch niet de enige activiteiten van het Vermeylenfonds toen? Roland Laridon: “Er waren toen toch al ongeveer een tiental plaatselijke afdelingen van het Vermeylenfonds ondanks het feit dat de werking van het Hoofdbestuur al een tijdje stillag. Het ideeëngoed van Vermeylen had dus wel een zekere aantrekkingskracht. Eén van de afdelingen was gevestigd in Ronse en werd geleid door een zeer dynamische voorzitter, Germain de Rouck. Hij werd algemeen secretaris – ik bleef secretaris – en bouwde het Vermeylenfonds 14 VRIJWILLIGERS
verder uit. Indien het Vermeylenfonds door de overheid wilde erkend en gesubsidieerd worden als sociaal-culturele vereniging, dan moest het minimum 80 afdelingen hebben in heel Vlaanderen. Bovendien moest het Vermeylenfonds ook nog eens een aantal personeelsleden aanwerven. Toen Germain De Rouck overstapte van de BSP (Belgische socialistische partij) naar de Volksunie was zijn positie in het Vermeylenfonds onhoudbaar en moest hij ontslag nemen. Ik heb hem dan opgevolgd als algemeen secretaris en het secretariaat verhuisde van Ronse naar Gent.” Je was algemeen secretaris onder de voorzitters Aloïs Gerlo en Jan Vercammen en nadien ben je zelf tien jaar lang algemeen voorzitter geweest. Na je ontslag werd je benoemd tot erevoorzitter. Roland Laridon: “Ja maar dit betekende niet dat ik met mijn activiteit binnen het Vermeylenfonds gestopt ben. Ik bleef lid van de Raad van Bestuur, vertegenwoordigde tot vorig jaar het Vermeylenfonds in het Dagelijks Bestuur van Lichtpunt en op provinciaal niveau heb ik een aantal mandaten ingevuld. Toen mijn broer twaalf jaar geleden is overleden, heb ik hem opgevolgd als voorzitter. Vorig jaar hebben we hier in Oostende trouwens het vijftigjarig bestaan van de afdeling gevierd. Ik ben nu 79 jaar en de andere bestuursleden zijn ook niet meer van de jongste, dus het wordt tijd voor opvolging.” Interview Johan Notte
Elke Roex VOORZITTER AVF BRUSSEL
Ik ben Elke Roex, geboren en getogen in Anderlecht, en master in de sociale pedagogiek. Vandaag ben ik ruim tien jaar voorzitter van het Vermeylenfonds Brussel. Maar ik engageer mij ook op politiek vlak. Van 2004 tot 2009 was ik Brussels volksvertegenwoordiger in het Vlaams Parlement. Sinds 2009 ben ik volksvertegenwoordiger in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. In Anderlecht ben ik sinds 2012 schepen. Toen Lydia Deveen me aansprak in haar zoektocht naar opvolging, nadat ze 25 jaar voorzitter was geweest van de Vermeylenkring, ging ik eerlijk gezegd eerst op zoek naar meer informatie, want ik kende de kring en het fonds niet echt. Ik zocht naar de invulling van onze baseline: vrijzinnig, socialistisch, Vlaams, en – laat me eerlijk zijn – vooral naar dat laatste. Mezelf en Vlaamsgezindheid linken, vond ik altijd heel moeilijk. Ik ben een Brusselaar, opgegroeid in een gezin waar we Nederlands spraken. Ik heb ook Sloveense roots, ben het achterkleinkind van een Sloveen die besloot met vrouw en kinderen naar België te trekken om in de mijnen een beter leven te vinden. Vlaams zijn is dus zeker géén Vlaamse strijd met vlag en wimpel voor mij. Ik las de Kritiek der Vlaamse beweging, en was verkocht, bijvoorbeeld door dit citaat.
“En kom me niet preken dat ik eerst en vooral Vlaming moet zijn. Ik ben eerst en vooral ik, een mens, – en het minst veranderlijke wat ik in mij erken, vind ik terug bij alle mensen die tot mij komen, in welke streek zij ook geboren zijn.” Hoe Vermeylen, in deze tekst en in andere, ragfijn, scherp kan verwoorden welk gevaar schuilt in de verwarring van taalkwesties met een rassenstrijd of volkerenstrijd, is nog steeds zo actueel, zeker in Brussel. Ik hunker nog steeds naar een actuele vertaling van deze teksten. Om het met Vermeylens woorden te zeggen: “de strijden onzer voorouders verschillen zeer van de tegenwoordige, en de maatschappij is een heel ander iets geworden.” Ook teksten over politiek engagement hebben me wakker geschud en aangegrepen. De laatste jaren heb ik te weinig tijd kunnen steken in de vereniging, omdat mijn politiek engagement een steeds grotere impact heeft op mijn leven en er zo weinig tijd overblijft, maar gelukkig kunnen we rekenen op Kris Devroede die het grootste stuk van de dagelijkse werking op zich neemt. Vermeylen zet ons aan tegen de schenen te schoppen en daarvoor doen we het!
15 VRIJWILLIGERS
der de linkse rakkers ontstond er toen een beweging die de universiteit wou verlaten en in de fabriek gaan werken. Ik hoorde daar bij. Op die manier heb ik nooit mijn universiteit afgemaakt. Maar ik heb wel altijd zeer veel gelezen en mij verdiept in geschiedenis.” En dan ben je in de fabriek gaan werken. Lukte dat goed? Armand Sermon: “Ik heb aan de dokken gewerkt in Gent, aan de Acec en in de puntfabriek Tréfil Arbed (een metaalverwerkend bedrijf in Gentbrugge, nvdr), …zelfs in een benzinestation. Ik heb eigenlijk een zestal jaar van alles gedaan. Begin jaren 70 was dat nog haalbaar. Als je werk zocht, ging je je ergens aanmelden en je had werk. En als je het beu was of je wilde naar een tof evenement gaan, dan nam je ontslag. Als je vervolgens weer geld nodig had, ging je opnieuw werken. Later voel je het wel aan je pensioen dat je veel pamfletten hebt uitgedeeld. Want die job in het onderwijs is pas veel later gekomen.”
Armand Sermon
VOORZITTER AVF KORTRIJK
Armand Sermon is ‘tijdelijke’ voorzitter van AVF Kortrijk (zijn bestuur wil daar alvast niets meer van horen). Sinds hij vorig jaar op die zetel kwam te zitten, oogst de afdeling succes na succes met haar actuele en controversiële lezingen. Abu Jahjah, Hans Bonte, politiek ongemakkelijke onderwerpen worden niet uit de weg gegaan. Logisch, want Armand zelf is ook niet van het conflictschuwe soort. Dat merk je al aan de Belgische vlag die hoog en droog boven het huis van de voorzitter wappert, niet omdat hij Belgicist is, maar wel om de kneuterigheid van de flaminganten te hekelen. Ik ben eens gaan snuisteren op je website en daar valt meteen op dat je in verschillende domeinen thuis bent. Je hebt sociaal-cultureel werk gedoceerd, maar je hebt ook een aantal historische boeken geschreven. Heb je nooit geschiedenis willen studeren? Armand Sermon: “Ik ben aan de universiteit Gent gestart met de opleiding Kunstgeschiedenis, maar dat was een woelige periode, in 1967. Ik ben dan verzeild geraakt in de studentenacties bij LeuvenVlaams. Het jaar nadien ging ik Serieus studeren, maar toen was het mei ’68, en vlak voor de examens ben ik naar Parijs gegaan. Het jaar nadien was het in maart 1969 grote studentenopstand in Gent. On-
Hoe zeer ben je doordrongen van je passie voor geschiedenis? Armand Sermon: “Geschiedenis is mijn hele leven. Als ik ergens kom, ga ik naar het museum over die plek of ik koop een boek over de geschiedenis van het dorp, van de stad, … Ik ben er altijd mee bezig. Ik heb Latijnse gevolgd en was ook wel geïnteresseerd in de Romeinse geschiedenis en in de middeleeuwen. Als je in België woont, zit je onophoudelijk met je neus op de middeleeuwen. Je passeert een kerk, een gotisch gebouw, … waarom staat dat hier? Vanwaar komt het? Ik kom bovendien uit een socialistisch gezin, wat er toe geleid heeft dat ik mij ook verdiepte in de geschiedenis van de arbeiders en de arbeidersstrijd, van het socialisme, van de Franse Revolutie, … Daarenboven ben ik geboren in Halle, waar een zeer levendige carnaval is, waardoor ik ook daar zeer in geïnteresseerd geraakt ben en er een boek over heb geschreven. Voor mij bestond er een link tussen het carnaval en het sociaal-cultureel werk. Carnaval is eigenlijk een actie tegen de verzuring. Een stad, zoals Aalst of Halle, waar er minstens 40 of 50 officiële carnavalsgroepen zijn, en dan nog tientallen groepen die zich vormen als carnaval nadert, dat is een zeer intens gebeuren. Dat schept ook een enorme sfeer in de stad. Er is continu van alles te doen. Ze drinken misschien wat meer dan ergens anders, maar er zal misschien ook wat minder verzuring zijn. ” Over het carnaval en je andere boeken geef je ook lezingen. Armand Sermon: “Klopt. Ik heb bijvoorbeeld alle schilderijen van Bruegel bestudeerd, en dan specifiek hun folkloristische achtergronden. Daar heb ik voordrachten rond gegeven. Over de kunstwetenschappelijke achtergrond werd al genoeg geschreven, maar over de betekenis van de folklore op zijn schilderijen weet praktisch niemand nog iets. Daarvoor moet je de traditionele carnavalfolklore goed kennen. In Vlaanderen hebben we geen traditionele carnavalfolklore meer, behalve in Aalst, met de voil jeanetten, maar dat komt in Bruegel zijn werk wel terug. Dat is allemaal heel boeiend. Je lijkt je vooral te focussen op onderwerpen die niet zo vaak aan bod komen, waar nog niet zoveel over geschreven is? Armand Sermon: “Inderdaad. Ik ben gespecialiseerd in onderwerpen waar eigenlijk niemand in geïnteresseerd is. Ja, een carnavalist moet je niets gaan vertellen over de geschiedenis van het carnaval, die is daar niet in geïnteresseerd, die wil eten en drinken en zich amuseren. En de serieuze wetenschappers moet je ook niet gaan vertellen over carnaval want dat is voor het gewone volk, voor de zatlappen.” 16 VRIJWILLIGERS
Bij de kiosk in het Nachtegaalpark
Viona Westra SECRETARIS AVF LEUVEN
Mijn hele leven is een gevecht geweest tussen studie en werk enerzijds en tekenen, schilderen en muziek anderzijds. Ik wilde alles in mijn leven en niets laten vallen… en dat is ook gebeurd. En daarom werd ik een workaholic die nu en dan zo graag lui is, maar toch kan terugblikken op een paar speciale muzikale ‘hoogstandjes’. De kiosk in het nachtegaalpark Ik had een jasje in wit konijnenvel en de lente was warm. Jasje aanhouden, zei mama. Ik kroop tijdens de wandeling de kiosk op en ik riep alle spelende kinderen samen. “Als jullie allemaal jullie jasje uitdoen, zal ik een liedje zingen”. Ik was 4. Ontdek de ster samen met Johan Verminnen en Liliane Dorekes Bijna politicologe in 1969 en ik ging met de persprijs naar huis met nummers uit de musical ‘Hair’. De begeleidende pianist had het er wat moeilijk mee. Johan kreeg een speciale prijs uit de handen van Toon Hermans en Liliane nam de publieksprijs in ontvangst. Vanaf dan lag de weg naar de BRT-ontspanningsdienst open… Nand Buyl show, kastelenreeks, ‘Dzjin’, ‘vinger in de pap’ met Wim De Craene…
Mad Curry naar de Paradiso in Amsterdam (© P. Tilgenkamp)
Met ‘Mad Curry’ naar de Paradiso in Amsterdam De weed van jazz Bilzen was nog maar net uit ons hoofd verdwenen, of we mochten naar Amsterdam voor het voorprogramma van Ferre Grignard. Schitterend concert, zeiden zij die het liggend en rokend hadden meegemaakt. Dat was 1970. Met onze jazzrockband maakten we een single en een LP die nu nog herdrukt wordt op vinyl in Parijs en Barcelona… Jan was een flinke jongen… Met de jazzvrienden uit Gent maakten we programma’s rond de figuur van Pablo Neruda, later van Bertolt Brecht… een mix van jazzy nummers en intense gedichten. En om de vrede te herdenken in plaats van al die oorlogen kwam ‘Jan was…’ tot stand. Het hoogtepunt was de vredesweek in Herent vorig jaar, waar we het programma hebben omgezet in een scenario waarin ook plaatselijke strijdkoren en muzikanten een rol kregen. Het cultureel centrum ‘De Wildeman’ zat vol. Maar binnen de rode en vrijzinnige verenigingen ging Jan bijna onopgemerkt voorbij. Niettemin staat hij nog steeds paraat! En toen trokken we naar rio… Onze saxofonist John Snauwaert ging er een weekje lesgeven en vroeg langs zijn neus weg of ik geen zin had om mee te gaan: een week werken in de studio met de beste Braziliaanse muzikanten… de eigen sambajazzritmes 17 VRIJWILLIGERS
Ontdek de Ster © Henri Denis
aanleren… Het Portugees omzetten in carioca… Het was januari 2015 en de euforie zindert nog steeds na. Tot we het slotconcert mochten geven na een week keihard werken in de ‘Becca das garaffas’. Op de muur staan de handtekeningen van alle groten in de jazz die er op het podium hebben gestaan. En rond mij zag ik Nilson Matta aan de bass, Pascoal Meirelles aan de drums, Gilson Peranzetta op de piano, Celia Vaz aan de gitaar en John Snauwaert op de saxofoon. En een wild bruisend Braziliaans publiek dat onze versie van minder gekende bossa novas best kon smaken… Een muzikaal orgasme… ik wacht nog op de foto’s… De muziekpartituren staan klaar voor nieuwe ontdekkingen. Maar eerst moet ik weer naar de schilderles, want ook daar liggen nog zoveel mogelijkheden open… en ook de tuin roept…
Robert Christiaens VOORZITTER AVF TONGEREN Ik heb Robert leren kennen toen ik bestuurslid was bij Sp.a afdeling Tongeren in de jaren 80. Het is destijds dat hij het initiatief nam het Vermeylenfonds op te richten hier in Tongeren. Gezien de gedrevenheid die eigen is aan de persoon van Robert, slaagde hij erin op zeer korte tijd van onze vereniging een bloeiende en constant groeiende vereniging te maken. De vele ideeën die hij had - een zeer mooi voorbeeld hiervan is de Markante Tongenaar - wist hij ieder jaar weer te realiseren, de ene viering had nog niet plaatsgevonden of hij was al volop bezig met de volgende viering. Mede door zijn brede kennissenkring en relaties wist hij de meeste en grootste verscheidenheid aan mensen aan te brengen. Niettegenstaande zijn gevorderde leeftijd (ver in de tachtig), leidt hij zijn Vermeylenfonds nog steeds met een gedrevenheid van een dertiger. Het zal dan ook moeilijk zijn wanneer hij de
fakkel wil doorgeven een gepaste en evenwaardige opvolger voor hem te vinden. Gilbert Juvyns Robert Christiaens was steeds een milieubewust iemand. Een van de voornaamste realisaties waarvoor hij zich inzake milieudossiers volledig inzette was de tussenkomst bij minister Galle waardoor de toenmalige meerderheid geen toelating kreeg voor de aanleg van een zuiveringsstation en bijbehorende toegangsweg in het midden van het Tongers natuurgebied “De Kevie”. De inplanting gebeurde aan de rand van het natuurgebied waardoor ook de geplande toegangsweg overbodig werd. Jo Gilissen In Tongeren staat het Vermeylenfonds vooral bekend voor de jaarlijkse viering van een Tongenaar met internationale uitstraling. Robert Christiaens is daarvan al jarenlang de grote promotor en tal van afstammelingen van Ambiorix passeerden de revue. Denken we maar aan Jean Lambrechts, Raf Verjans, Piet Swerts, Philippe Lebeau, Robert Cailliau enz. Ook dit jaar staat weer zulke viering op het 18 VRIJWILLIGERS
programma en gegarandeerd wordt het weer een spetterende avond. Justin Fransen
Sis Van Eeckhout
moederziel alleen. Twee, de archieven van de kampen waren voor een groot deel gesloten. Die archieven waren niet toegankelijk. Drie, die kampen lagen verspreid over heel Europa, vooral in het toenmalige Oostblok. In de VOORZITTER MOL DDR, in Polen, in Tsjechoslowakije. Daar 1945 was niet alleen het jaar waarin het Verlagen de kampen, daar moest hij zijn. Hier meylenfonds het licht zag, maar bovenal het had je Natzweiler-Struthof in de Elzas. Hier jaar waarin WO II eindigde. Voor de familie van Sis Van Eeckhout, de sympathieke voorzit- had je Breendonk. In Nederland had je een aantal doorgangskampen, wat dus geen conter van onze Molse afdeling, had de oorlog centratiekampen waren. Hij moest ook naar catastrofale gevolgen. Zijn moeder en vader West-Duitsland, waar men al helemaal niet overleefden de kampen, maar grootvader Frans, nonkel Emiel, tante Marieke, en talrijke happig was om medewerking te verlenen. En waar heel veel verdonkeremaand was. Waar vrienden lieten er het leven. Van de vijftig men de concentratiekampen met de grond Molse gedeporteerden kwamen er slechts gelijk had gemaakt na de oorlog. twintig terug. Opdat de gruweldaden van de En dan waren er nog de praktische problenazi’s nooit vergeten zouden geraken, besloot vader Ludo in 1968 een boek te schrijven over men. Als je in die tijd naar Warschau of naar Auschwitz moest telefoneren, ik kan het jou de kampen. De road trip die vader en zoon verzekeren, je was wel even zoet. Je moest langsheen de kampen maakten, resulteerde in het Boek der Kampen, één van de belangrijkste een nummer aanvragen bij de centrale. En tien minuten nadien belden ze je dan terug. en meest beklijvende boeken die er over WO Of twee uur nadien. Of niet. Dat was niet II geschreven zijn. makkelijk. Er moest een plan de campagne “We spreken nu over eind jaren zestig als gemaakt worden, want alles moest in één mijn vader zijn plan ontwikkelt. Eigenlijk vlotte beweging gebeuren. Je kon niet naar was dat onbegonnen werk. Eén, hij had geen Auschwitz gaan om dan terug naar huis te studiegroep achter zich, geen researchteam, komen. En ik kan je verzekeren dat als je een geen redactieploeg van twintig man. Hij was 19 VRIJWILLIGERS
afspraak had op 8 augustus om 10 uur, je niet op 12 augustus om 3uur na de middag moest afkomen. Ordnung muss sein, ook daar hè. Als je ziet wat er allemaal bij kwam kijken, dan zou je al snel zo iets hebben van, pff, ik zal wel gaan vissen. Maar zijn drang om dat te doen, om te getuigen, overwon dat allemaal. Na een jaar van voorbereiding was het moment daar. En dan had hij nog één ding nodig: een hulpje. En dat was ik. Het was voor hem de logica zelve dat ik dat was. Dat was zo evident voor hem, maar ik dacht ‘godverdomme’. Ik was 22 jaar. Net de leeftijd waarop hij opgepakt geweest is. En ’t is grote vakantie, ik had wel wat anders geregeld. Drie maanden concentratiekampen bezoeken, al een geluk dat ik geen tweede zit had. Maar ja, wat doe je dan? Je pakt je zak en je vertrekt voor drie maanden langs alle
geten dat er 6 miljoen Polen vermoord zijn. 1 op 5! Dat is in elke straat, in elke familie één iemand. Sprak je er Duits dan lieten ze je staan. Eerst moest je Frans of Engels spreken -dat verstonden ze wel niet, maar kom- en dan pas kon je uit noodzaak in het Duits beginnen. Je moest ook niet in het Vlaams beginnen, want dat trekt te veel op het Duits. De haat zat er zodanig ingebakken. Van de Russen moesten ze dus ook niet veel hebben, integendeel, maar deze haat was van een andere categorie. Dat was het hoogste level. De haat tegen de Russen was minder. Daar lachten ze gewoon mee.
concentratiekampen van Europa. En da’s gelijk den troep hé, maar op het moment zelf wel plezant. Je moet echt niet denken dat dat drie maanden kommer en kwel was. Dat zeker niet. Onderweg zijn we naar de voetbal geweest, naar Legia Warschau. We zijn naar het staatscircus van de DDR in Berlijn geweest. We zijn naar de dierentuin geweest. We zijn gaan vissen. Ik ben toen zelfs bijna verzopen terwijl ons vader aan het vissen was. Het was dus zeker niet allemaal kommer en kwel. Je werd ook overal als koningen ontvangen, en je moest goed zien dat je je niet overal onnozel dronk bij de Polen. Pas op, die Polen, dat zijn heel vreemde vogels. Ik ben er meerdere keren geweest -ik was er ook al geweest in ’63 - en je ondervond dat elke keer. Dat waren mannen die in het verzet en in de concentratiekampen gezeten hadden. Dat waren bloedcommunisten. Maar op zondag gingen ze dan wel zingen in de kathedraal in Warschau. Die gingen naar het partijlokaal en gingen met hamer en sikkel rond, en met de rode vlag, maar dan wel daarna het kapelleke versieren om de hoek. Zeer bizar. Van de Russen moesten ze niet veel hebben, maar het waren wel echte communisten. Daar bestond geen twijfel over. Die overtuiging hadden ze in de oorlog in de kampen opgedaan, dat was wel heel duidelijk. Als ik dan vandaag zie dat ze het Leninplein in Krakau omgevormd hebben tot het Ronald Reaganplein, dan word ik onpasselijk hé. Toen, eind jaren zestig, was de haat tegen de Duitsers en de nazi’s fysiek voelbaar. Niet ver-
Davy Vanderauwera
BESTUURSLID AVF MECHELEN
EBENEZER Altijd was Ebenezer onbenullig geweest, van toen ie in de klas alleen achteraan zat, door medeleerlingen en leraars nauwelijks opgemerkt. Hij werd zelfs niet gepest, daar was hij te onzichtbaar voor. Te onbenullig. Bij sport en spel ging alle sociale interactie wonderlijk aan hem voorbij. Verbaasd riepen meesters z'n naam af die ene keer per maand dat ze
bij rapportuitreiking z'n bestaan dienden te erkennen, of 't nooit echt doordrong, hoevele maanden en rapporten ook volgden... Robert Pershing Wadlow was met twee meter drieënzeventig de grootste reus. De triceratops kon zich als enige met de tyrannosaurus meten. Anna Boleyn had drie tepels. Op de Everest waarde misschien een verschrikkelijke sneeuwman rond... Ebenezer scheen zich te specialiseren in onkunde; van alles wist hij wel iets maar van niks veel. Zijn weetjes mis20 VRIJWILLIGERS
Op z'n geniaalst begon Ebenezer de Europese talenknoop te ontwarren middels vergelijkend onderzoek van dozenopschriften, bijsluiters en instructieboekjes. Warnung - warning - waarschuwing. Haltbar bis. Best before. Contient... Bruksanvisning. Forsikt. Ruckseite. Lightly flammable... Burro. Mantequilla. Mleka. Wada. Entonces... Seulement utiliser en cas d'urgence... Zonder aan iemand ook maar iets te vragen, wist Ebenezertje de linguistische raadselen te ontcijferen. De Ebenezer - methode; zijn eigen kleine steen van Rosetta. Zijn eerste werkdag was meteen ook zijn laatste – nochtans, aan zijn gewilligheid had 't niet gelegen! Net zoals op school, viel hij simpelweg onbeduidend de mand uit. Eén enkele verloren werkdag... Maar hoe verhield zo'n verloren dagje zich tot een verloren leven? 'Weet ge wat, jongen', zeiden ze op de interim, 'rij er voor dat dagje met uw brommerke nog 's heen, en als meneer de Ridder u nog herkent, kunt ge misschien uw geld nog krijgen.' De moed zakte 'm gelijk in de schoenen. Wat zou die meneer de Ridder zo ridderlijk wezen? Niemand die 'm ooit herkende; hij kon zich de moeite van 't er heen rijden beter besparen. Vaarwel, werkgevers; hallo, steuntrekkerij...
ten relevantie. Nimmer vergaarde hij over een onderwerp voldoende kennis om er in de maatschappij iets mee aan te kunnen. Alsof hij dat met zichzelf had afgesproken, hardnekkig vastbesloten dat al die dromerige flarden, die losse stukjes data, zweverig in de atmosfeer moesten blijven, ijl als de lucht om de achtduizend achthonderd achtenveertig meter hoge Everest...
Levenslang rukte Ebenezer zich suf, van de blootblaadjes in z'n tienerjaren evoluerend het internettijdperk in. Toch, al had ie er met z'n slungelachtige fysiek en z'n brilletje typisch uiterlijke kenmerken van, een computernerd was ie niet. Met zijn kennis dienaangaande was 't gesteld zoals met alles wat ie opsloeg in z'n kokertje: te pover om er werkelijk iets mee aan te kunnen. Eenzaam voor z'n logge, trage, verouderde machine bleef Ebenezer hardnekkig steken in de beginnersfase, verkrampt muisklikkend en scrollend en virusjes slikkend. Tot ie met wat geluk toch raakte waar ie zijn wou. Men moest 'm hoe dan ook niks proberen uit te leggen, alle extra informatie gleed voortdurend van 'm af... Geregeld verscheen er een koeienletters groot !!ALERT!! centraal het scherm, vreselijk onheilspellend, of ie met z'n achterlijke getokkel toevallig toch het Pentagon binnenduikelde. War games. Stond de CIA reeds voor de deur? 't Was hem telkens een opluchting die paranoïde ban te kunnen breken, door simpel de stekker uit te trekken en herop te starten.
21 VRIJWILLIGERS
Zevenenveertig was Ebenezer ondertussen, en hij had nooit een vrouw gehad. Maar hij had een kamerplant waar hij nooit ruzie mee maakte, en Kameraad Keukenrol steeds binnen handbereik. De internetnachten! Ebenezer was verslingerd aan sites waar bodybuildsters poseerden, in minuscule bikini of sexy lingerie. Vanwaar die voorkeur? Filmpjes waarin zulke supervrouwen modale mannetjes als hijzelf vernederden op een worstelmat, weerspiegelden misschien nog het best zijn heimelijke fantasmen. In geen tijd onderworpen te wezen, machteloos klem tussen gigantische vrouwendijen, gewurgd, gedood, verslonden. Helemaal op te gaan in dat geweldige lijf, te verdwijnen tussen die kaken, zoals 't mannetje van een zwarte weduwe na de paring. Wat 'm, zo gezeten voor 't scherm met de broek op de enkels, 't meest stoorde was dat ie zich nimmer lang in dezelfde masturbatiepose kon schikken. Dan deed z'n nek pijn, dan zat z'n rug niet makkelijk, enzovoort, zodat ie eigenlijk een halve nacht bezig was met het verstellen van zijn bureaustoeltje. Van voor naar achter maar ook krikkend omhoog/omlaag, hiertoe rondjes om de as draaiend, zoekend naar de juiste stand in dolle pirouette. Een ongezien postmodern ballet, onstuimige bewegingsleer uit de toekomst, de ultieme schoonheid van het falende – zo stierf Ebenezer. Eens, al tegen 't ochtendgloren aan, tuimelend hoog uit het zadel, de kop ongelukkig ergens tegenaan, een doodsmak, verbluffend onelegant.
Davy Van Der Auwera is stichtend bestuurslid van Vermeylenfonds Mechelen. In 2013 verscheen Van de gezichtsloze zaken daarbinnen, zijn eerste bundel korte verhalen, uitgegeven in eigen beheer. Het boek is te verkrijgen via het Vermeylenfonds en kost € 10 + €2 verzendingskosten. Geïnteresseerd? Stuur een mail naar tom@vermeylenfonds.be .
dat ik me zorgen begin te maken als de middenstand socialistisch stemt. Dat is ook een boutade, maar goed. Steak friet of sole meunière? Sole meunière (begint te lachen). Jij verdenkt me van beroepsmisvorming hè (Hans werkt in de vishandel, nvdr.). Nee nee, ik weet dat het gros van de steak die verkocht wordt in België eigenlijk niet al te best is. Dat wordt gemanipuleerd, terwijl een tong toch nog iets meer een natuurproduct is. Gelukkig dat er nog voedselagentschappen zijn en dat er controlemechanismen bestaan, maar ik vrees dat de contaminaties in de vleeswereld nog altijd veel groter zijn dan in de viswereld. 4. Trotski of Mao? Ah, Trotski. Dat is misschien voor een stuk jeugdsentiment, maar ik ben nooit een maoïst geweest. Ik vind Mao Zedong een even grote crimineel als Stalin. Maoïsme, dat is al lang dood. Je moet dat ook zien in de context van zijn tijd. Een extreem voorbeeld, in Cambodja. De leiding van de Rode Khmer werd fanatiek gesteund door de Chinezen, door de maoïsten. Die hadden praktisch allemaal gestudeerd aan de Sorbonne en wilden een nieuwe maatschappij gaan stichten. Die mannen hebben één vijfde van de bevolking van Cambodja uitgemoord. Welke sympathie kan je nog opbrengen voor het maoïsme als je dat weet? Als een systeem met tanks op zijn eigen bevolking moet beginnen schieten, dan is er iets fout. Of dat nu een links of een rechts systeem is, dat kan me niet schelen, dan zit er iets fundamenteel fout, dat doe je niet. Voor zover ik weet heeft Trotski niet op zijn eigen burgers geschoten. Wacht, ik doe hier aan geschiedvervalsing, hij heeft dat wel gedaan (lacht). Maar niet in die mate, daar heeft hij de kans niet toe gehad. Wat wil je nog weten?
Hans Denys VOORZITTER HASSELT
Diepenbeek, 21 mei. Aan wijn ontbreekt het niet, en na een vruchtbare vergadering volgt ook nog een riante kaastafel. De sfeer is - zoals steeds ten huize Denys uitgelaten. Een geschikt moment om onze Hasseltse voorzitter Hans Denys een aantal keuzes voor te leggen. Hasselt of Oostende? Bijna eenentwintig jaar Oostende en tweeënveertig jaar Limburg, kom, ik voel mij meer Limburger dan dat ik me nog West-Vlaming voel.
Een muzikale klassieker, de Beatles of de Stones? Dat is de moeilijkste van allemaal. Ik heb nooit in één van beide kampen gezeten. Muzikaal gezien waren de Beatles grotere vernieuwers, terwijl de Stones heel veel hebben gepikt van al die oude bluesmannen. Nu ja, gepikt. Iedereen kopieert van iedereen. Wie is origineel, hallo? En dan, als afsluiter, Sylvain Peeters of Mario Van Essche Sylvain? Die zonnekoning? Nee, geef me dan maar Mario Van Essche.
John Crombez of Bruno Tobback? John Crombez (zonder verpinken). Ik vind dat Bruno Tobback het met de afgelopen verkiezing niet waar gemaakt heeft. Ik heb niets tegen die man persoonlijk. Ik vind zijn stijl niet zo geweldig – nu, de Tobbacks staan daar voor bekend – , maar als je je niet kunt manifesteren in een kiesstrijd terwijl er dergelijke items op de agenda stonden… Zijn vader kon dat wel. Die heeft de ganse Agusta-affaire in het voordeel kunnen omdraaien. Maar zoonlief heeft het talent niet van zijn vader, vrees ik. Crombez dus, omdat hij zich linkser opstelt. Nu, hij zal het wel moeten waarmaken. Ik geloof niet in dat middenklasseverhaal. Ik heb daar in de tijd nog zware ruzie over gehad met Steve Stevaert, en hem gezegd 22 VRIJWILLIGERS
Brent Meuleman VOORZITTER AVF ZELZATE
Zelzate is voor mij die geïndustrialiseerde gemeente daar aan de grens met ’t Sas, in de schaduw van Gent, doordrongen van volkse authenticiteit. De plaats waar buitenstaanders zich afvragen of ze over een gemeente dan wel over een stad moeten spreken. Of die ruwe bolster ook een zachte pit heeft… Ik voel de behoefte niet om, zoals vele van mijn vrienden, andere oorden op te zoeken. Gent is een populaire ‘nieuwe thuis’ voor veel generatiegenoten, een keuze die ik zeker kan begrijpen. De stad van Termont oogt niet enkel hip, Gent is ook hip! Ik vertoef er dan ook enorm graag, maar mijn bedje laat ik liever in Zelzate staan. Mijn wortels zijn in de loop der jaren zo sterk vergroeid en verweven geraakt met Zelzate, dat verplanten moeilijk wordt… Mijn schoolcarrière startte ik in onze gemeentelijke basisschool en het middelbaar onderwijs doorliep ik in het GO! van Zelzate, waar ik ondertussen zelf leerkracht Engels en zedenleer ben. Hobby’s, vrienden, familie, … ik vond en vind het allemaal in Zelzate. Zo’n tien jaar geleden kwam daar ook het politieke engagement bij. Eerst achter de schermen, later op het toneel. Ondertussen ben ik sp.a-fractieleider in de Zelzaatse gemeenteraad. Onze fractie, sinds 2012 in de oppositie in Zelzate, heeft de handen vol met het huidige Open VLD/N-VA/ CD&V-bestuur dat een bijzonder rechtse koers vaart en een ijskoude wind door onze kanaalgemeente doet waaien. Lesgeven aan jongeren is een enorme uitdaging en zeer verrijkend. Door dagelijks met jonge gasten om te gaan, loop je minder risico te
vervreemden van elkaar en blijf je waakzaam voor de vaak genoemde generatiekloof. Automatisch leg ik daardoor andere accenten in die zaken waar ik dagdagelijks mee bezig ben. Voor de rest houd ik mijn professionele en politieke activiteiten strikt gescheiden, daar waak ik heel bewust over. Op school ben ik leerkracht en houd ik me aan de neutraliteitsplicht. Daarbuiten ben ik een geëngageerde burger die geen blad voor de mond neemt en een duidelijk standpunt inneemt. Een duidelijk standpunt, zoals bijvoorbeeld op cultureel vlak. Ik zie het lokale cultuurbeleid als één van de belangrijkste sleutels om te komen tot een samenleving waar mensen ook écht samen leven en niet naast elkaar. Helaas is de culturele rots in Zelzate, mede door sterk veranderde maatschappelijke contexten en politieke ontwikkelingen, langzamerhand beginnen af te brokkelen. Ook het ooit bloeiende AVF Zelzate stierf het afgelopen decennium een stille dood. Vanuit verontwaardiging en heimwee, maar vooral gedreven door goesting, blies ik samen met enkele gelijkgezinden onze afdeling nieuw leven in. Het resultaat mag er zijn, al zeg ik het zelf. We kunnen bouwen op een fantastische ploeg, die nu al het verschil maakt. Wanneer het allemaal even niet om lesgeven, politiek of het AVF draait, is muziek - naast Jasmine, mijn vriendin – mijn grootste passie. Ik zit aan de toetsen in een coverband, daarnaast ben ik ook pianist binnen een crooner-project. Om optimaal te kunnen functioneren heb ik dus mijn dagelijkse cultuur-shot nodig. Voorzitter zijn van onze afdeling is dan ook fantastisch!
23 VRIJWILLIGERS
Chantal De Baets BESTUURSLID AVF EVERGEM
Ik ben Chantal De Baets en heb dit jaar de magische 50 jaar jong overschreden. Ik ben een gelukkige mama van 3 jongens, JeanClaude, Jonas en Christoph, en ben nu reeds 30 jaar getrouwd. Daarbovenop ben ik trotse grootmoeder van Emmanuel. Sinds Johan en ik getrouwd zijn hebben we een hele weg achter de rug wat vrijwilligerswerk betreft. Ik werd volwaardig lid van het Vermeylenfonds, Curieus-Evergem, VZW Kinderen In Nood, VZW Germinal, Oudejaarsavondcomité voor minderbegoeden en alleenstaanden. In deze verenigingen werk ik in verschillende hoedanigheden gaande van penningmeester tot gewoon meewerkend lid. Dit afhankelijk van wat de noden zijn en hoe ik me het beste voel in de vereniging zelf. Want iets doen tegen je zin hou je nooit vol. Dat geldt trouwens voor iedereen die vrijwilliger is. Voor deze die verenigingen leiden is het van belang te weten dat elke vrijwilliger respect vraagt voor zijn werk en voor zijn familiaal leven met dewelke steeds een evenwicht moet gezocht worden. Elke vereniging heeft voor mij evenveel belang. De vereniging die mij psychologisch zwaar heeft geraakt is de VZW Kinderen In Nood die opgericht werd met het oog op het verdedigen van de belangen van de drie Roemeense zusjes, Brigitta Alexandra ANDRASI (°08/06/2006), Andrea Anna PIKO (°29/08/2003) en Cristina Claudia PIKO (°24/06/2000). Deze zusjes werden in België zwaar seksueel misbruikt door hun vader en vele anderen. De vader werd opgepakt en veroordeeld zowel in België als in Roemenië. We hadden toen geprobeerd met man en macht de meisjes in België te houden om hen een veilige toekomst te geven. Dat is niet gelukt, maar we zijn er wel in geslaagd om hen een veilige toekomst te geven in Roemenië onder het toeziend oog van de plaatselijke autoriteiten en de pleegzorg vereniging Caminul Felix. Onze vrijwilligers hebben hier een mooi evenwicht gevonden tussen echt eenvoudige elementen van het dagdagelijkse leven en de harde realiteit van rechtbanken, advo-
caten en officiële instellingen zoals ambassade, kinderopvangcentra, parket en noem maar op. Belangrijk is te weten dat je er voluit moet voor gaan om resultaat te boeken en er te blijven in geloven dat het zal lukken. Want elk kind is belangrijk en heeft het recht om zich in alle veiligheid en geborgenheid te kunnen ontplooien en te groeien. Deze VZW KIN zal ook aangewend worden om alle andere kinderen in nood bij te staan. Daarom heeft de vereniging als doel: Niet-begeleide kinderen uit Europa bescherming en begeleiding bieden waar nodig ; Niet-begeleide kinderen uit alle andere landen buiten Europa, bescherming en begeleiding bieden waar nodig ; de morele, lichamelijke en geestelijke ontplooiing van al deze kinderen te waarborgen door o.m. als beschermcomité op te treden als vertrouwenspersoon ter verdediging van de belangen van elk kind. Je doet vrijwilligerswerk omdat je een deel van jezelf wilt geven voor anderen, voor het goede dat je wil inbrengen in een wereld vol onrecht en het is absoluut geen eenvoudige taak, want heel veel zaken kan je niet alleen doen. Vele handen maken het werk heel licht en versterken zich. Van alle verenigingen is het Vermeylenfonds eentje dat er echt wel uitspringt omwille van zijn specifieke culturele inslag met een grote maatschappelijke vrijzinnige waarde en waarin heel wat activiteiten ontplooid worden die zowel voor de gewone man en vrouw in de straat belangrijk kunnen zijn als voor de intellectueel die zich wil verruimen in verschillende thema’s. In een kleine gemeente als Evergem waar heel wat christelijke verenigingen zeer actief zijn op het vlak van cultuur, vrijetijdsbesteding en noem maar op, was het bovendien absoluut noodzakelijk dat er een tegengewicht werd gevormd voor de inwoners die hier allemaal afstand van wensen te nemen. Het zijn deze personen en Evergemnaren, die een eerder kritische kijk hebben op de wereld en die vooral ook lak hebben aan navolgerij en een enge kijk op de maatschappij, ver van onder de kerktoren op het einde van de straat. 24 VRIJWILLIGERS
Karlien Coppens BESTUURSLID AVF OUDENAARDE
Karlien Coppens, bestuurslid van AVF Oudenaarde, is werkzaam bij Samsonite, op de afdeling ‘service after sales’. Ze is er tevens délégué bij het reservecomité van het ABVV en staat in die hoedanigheid ook in voor het controleren van de veiligheid en het rapporteren van misbruiken en andere zaken. Daarnaast engageert ze zich voor tal van initiatieven en organisaties, gaande van het ABVV, de Sp.a en Fair Trade Gemeente tot ‘The Great Escape’, een evenement dat haar zus aan de Gentse Blaarmeersen organiseert ten voordele van het Kinderkankerfonds. Toch heb je nog een plekje in je agenda gevonden om het AVF Oudenaarde te versterken. Hoe is dat gebeurd? Karlien Coppens: “Ik heb het Vermeylenfonds leren kennen toen ik mij aansloot bij de sp.a. De vakbond had mij al lang gevraagd om op te komen met de gemeenteraadsverkiezingen, maar door mijn fulltime job, de talrijke engagementen en ook nog een kind, hield ik die boot af. Tot op de dag dat de sp.a plots aan mijn deur stond. Toen kon ik niet langer weigeren. Ik sloot mij bij hen aan en daar leerde ik Trudy kennen. Zij zag dat ik graag de handen uit de mouwen stak en vroeg mij vorig jaar of ik bestuurslid wilde worden bij het August Vermeylenfonds. Ik stemde toe.” Je engagementen zijn niet gering. Politiek, vakbond, vereniging, … hier en daar nog iets meepikken. Is dat voor jou een levenshouding? Karlien Coppens: “Zeker. Elke burger zou zijn steentje kunnen bijdragen in de maatschappij, ook door kleine dingen te veranderen. Met zo’n houding kun je de wereld een beetje verbeteren.” Je hebt voor AVF oudenaarde een lezing gegeven over een bijzondere ervaring in Kenia vorig jaar. Je mocht er een vakbond gaan bezoeken die het ABVV er zelf heeft opgericht? Karlien Coppens: “Negen jaar geleden hebben we met de metaalvakbond van het ABVV in Nairobi een vakbond opgericht genaamd Kenu. We hebben toen in België heel wat activiteiten georganiseerd om geld in te zamelen voor die vakbond. Dat geld gebruikten we voor lokalen, computers e.d. Ook kochten we brommers voor de vakbondsmedewerkers omdat de wegen slecht zijn en ze veel last hebben van files. Met een gewone auto of openbaar vervoer zijn zij soms dagenlang onderweg terwijl dat met een brommer een pak sneller gaat.” Het project werd opgestart door ABVV Metaal. Is de vakbond in Kenia gelinkt aan metaalbedrijven? Karlien Coppens: “Inderdaad. In Kenia produceert men veel kookpotten en -pannen in metaal. Dat is een brandmerk in Kenia en er zijn verscheidene fabrieken in verschillende regio’s die hierin actief zijn. Maar op de markten heb je eveneens de ambachtelijke mensen die pannen en potten kloppen op de oude manier.”
hebben gezorgd voor meer veiligheid in de fabriek door de werknemers aangepaste kledij zoals een bril, een helm, oorbescherming en veiligheidsschoenen te geven. Daardoor komen er nu veel minder ongevallen voor. Tevens hebben wij samen met Marleen Temmerman, die daar een aidskliniek heeft, een project aidsbestrijding opgestart. Op de werkvloer wordt er aidsvoorlichting gegeven, de werknemers worden er attent op gemaakt condooms te gebruiken en dat ze binnen 72 uur naar een arts kunnen gaan indien ze twijfelen na een seksueel contact. Die arts kan dan medicijnen geven waardoor de ziekte makkelijker kan tegengehouden worden. Dat project loopt ook heel goed. Daardoor sterven er veel minder mensen aan aids wat ook weer positieve gevolgen heeft voor het bedrijf. Nieuwe mensen zoeken en opleiden betekent immers tijdsverlies. In Kenia is het trouwens ook zo dat als de werknemers ziek worden, de werkgever verplicht is hen te blijven betalen. Zo zie je, het is duidelijk een win-win situatie. Weet je, ik begrijp dat er mensen zijn die kritiek hebben op de subsidiëring van projecten in Afrika terwijl wij ook met veel armoede te kampen hebben in België, maar anderzijds zijn veel mensen ook aan het klagen dat er zoveel vluchtelingen naar onze contreien komen. Is het dan niet goed dat we de mensen daar ondersteunen zodat ze daar een beter leven kunnen opbouwen en daar kunnen blijven?”
Zijn de werkomstandigheden in die bedrijven verbeterd sinds jullie er een vakbond oprichtten? Karlien Coppens: “De werkgevers hebben ingezien dat samenwerken met de vakbond allerhande verbeteringen met zich meebrengt. Wij
25 VRIJWILLIGERS
Julien Vandenhoucke SECRETARIS AVF RONSE
Je bent lid van de jong-socialisten en je stond ook op de lijst tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. Zit het politieke bloed je in de genen of ben je de eerste telg in je familie die zich hiervoor geroepen voelt. Julien Vandenhoucke: “Nee, ik kom niet uit een politiek nest en heb dus van bij de start mijn eigen weg moeten vinden. Maar er werd bij ons thuis wel eens over politiek gepraat en dan laaiden de gemoederen soms hoog op want thuis zijn ze vrij liberaal. Zo kreeg ik van mijn grootvader de burgermanifesten van Verhofstadt mee. In mijn jaren aan de universiteit, is mijn sociaal engagement verveld van maatschappijkritiek tot een breder politiek bewustzijn. Op een dag, schreef ik gewoon een mail naar de lokale afdeling van sp.a. ’s Anderdaags kon ik mijn uitleg doen op het bureau van de schepen. Een maand later zat ik in het dagelijks bestuur van de lokale afdeling. Zo snel gaat het soms. Toen ik thuis kwam met het nieuws dat ik mij politiek ging engageren, reageerden ze vrij enthousiast. Toen ik erbij vertelde ik mij voor sp.a ging inzetten, waren
ze wel wat minder uitgelaten. Ondertussen zijn ze, na veel debat, wel al bijgedraaid.” Wat zijn je politieke ambities? Welke rol wil je graag spelen in onze democratie? Julien Vandenhoucke: “ Mijn basisfilosofie is steeds geweest dat je met z’n allen verder geraakt dan alleen. En dan vind ik het zo bedroevend dat men het collectief potentieel van onze samenleving zo onderbenut. Dat veranderen is en blijft mijn drijfveer. Vanuit welke rol ik dat doe, is voor mij steeds van ondergeschikt belang geweest. Soms kan je van achter de schermen even veel wegen op het beleid dan met een plekje op de eerste rij. Maar dat ik hard zal blijven werken om zowel de partij als mijn eigen plek erin te laten groeien, dat staat vast.” Heeft de sp.a nood aan vernieuwing? Hoe wordt daarover gedacht bij de jonge garde socialisten? Julien Vandenhoucke: “De centrale waarden van de sp.a zijn volgens mij tijdloos. De politieke debatten zoals de tax shift en het succes van nieuwe burgerbewegingen zoals ‘Hart boven Hard’ bewijzen dat ook vandaag veel mensen meer gelijkheid en solidariteit vragen. 26 VRIJWILLIGERS
Dat we er niet in slagen om electoraal succes te boeken, heeft dus veeleer te maken met de manier waarop we deze waarden integreren tot een hedendaagse visie en een sterke politieke werking. Bij onze lokale jongsocialisten gaan er veel stemmen op om minder te denken in termen van sleutelen aan bestaande recepten (wat we in het verleden herhaaldelijk gedaan hebben) maar te vertrekken vanuit nieuwe radicale ideeën en hoe we de transitie naar deze in gang kunnen zetten. Sp.a moet zich daarbij met meer durf op links profileren. De partij moet zich niet aanpassen aan de publieke opinie maar moet die zelf durven vorm geven.’ Wat bracht je ertoe om bij het Vermeylenfonds te gaan? Wat trekt je aan in de vereniging? Julien Vandenhoucke: “Ik ben steeds een groot liefhebber van kunst en cultuur geweest. Geen kenner, daarvoor verdiep ik er mij eerlijk gezegd te weinig in, maar wel een liefhebber. Daarom ben ik vaak, tot ergernis van de mensen die mij vergezellen, de laatste die opstaat bij het einde van een voorstelling of de zaal verlaat bij een bezoek aan een museum. Toen José Bruneel, onze voormalige voor-
zitter, mij vroeg of ik het bestuur van het Vermeylenfonds wou versterken, heb ik niet getwijfeld. Vrijzinnigheid, socialisme, kunst, … Het paste helemaal.” Wat willen jullie bereiken met de Ronseafdeling? Waar zijn jullie trots op? Julien Vandenhoucke: “We willen doorheen een interessant en gevarieerd programma mensen confronteren met en laten reflecteren over de samenleving. Dat kan door een kunstproject, een tentoonstelling, een lezing, … Om zoveel mogelijk mensen hierbij te betrekken, proberen wij zeer laagdrempelig tewerk te gaan en lokale samenwerkingsverbanden aan te gaan. En dat begint aardig wat te lukken. Zo hebben we onlangs het kunstproject ‘Visite’ georganiseerd waarbij wij met fotograaf Hendrik Braet door een aandachtsbuurt trokken en foto’s namen van buren in elkaars woonruimte. Het geheel georganiseerd in samenwerking met tal van partners waaronder Samenlevingsopbouw. Iedereen was er enthousiast over. Het is een heel eerlijk portret van de buurt en haar bewoners geworden. Dergelijke maatschappelijke kunstprojecten zijn zeer waardevol maar door de besparingen op alle niveaus moeilijk te organiseren. Met het Vermeylenfonds kunnen we dergelijke projecten stimuleren en haalbaar maken.” Slagen jullie erin om jongeren te bereiken met de afdeling? Hebben jullie tips hieromtrent? Julien Vandenhoucke: “Dat blijft toch ook voor ons een werkpunt. We hebben daar wel wat vooruitgang in geboekt maar merken dat ons programma toch veeleer een ouder publiek aanspreekt. Een jong voorzitters- en secretaris duo, zoals bij ons, biedt op zich geen garantie dat de zalen zich in één keer vullen met jongeren. Door onze aanwezigheid is er misschien wel meer zorg voor een aangepaste programmatie en meer promotie via sociale media. De sleutel ligt misschien wel in het brengen van cultuur naar de mensen in plaats van de mensen naar cultuur te willen brengen. Tentoonstelling in de publieke ruimte, voorlezen van gedichten op perrons, miniconcerten bij mensen thuis, … Moeilijker te organiseren maar misschien wel een must voor een organisatie die zich de taak stelt om cultuur te laten groeien ‘van binnen naar buiten’.”
Annemie De Vos BESTUURSLID AVF GENT
Annemie De Vos, bestuurslid van AVF Gent en actieve duizendpoot, is een viertal jaar geleden naar de ‘Blaisantvest’ verhuisd, een grotendeels Bulgaars-Turkse wijk, waar ze samen met een groepje initiatiefnemers de handen uit de mouwen steekt om het samenwonen er gezelliger en leefbaarder te maken. De ‘Plezante Doeners’, want zo vindt u hen terug op Facebook, laten geen kans onbenut om een straat te vegen, een gevel te decoreren of met de buurtkinderen te spelen. Wat was de eerste actie die jullie als de Plezante Doeners organiseerden? Annemie De Vos: “Opruimen. Elke eerste zondag van de maand kuisen wij de straten op, twee uur lang, met een tiental mensen. Vaak helpen de kinderen van de buurt ons ook mee. Die vinden dat heel prettig.” Alles begint bij een nette buurt? Annemie De Vos: “Wij gaan ervan uit dat vuil, vuil aantrekt. Daarom moeten we alles proper houden. Als het er mooi uitziet, gaan mensen meer hun best doen om het zo te houden. Maar het gaat ook verder dan dat. 27 VRIJWILLIGERS
In de straat hiernaast hebben we geveltuintjes aangelegd, toen er werken aan de gang waren en de straten en voetpaden er volledig open lagen. We hebben toen contact opgenomen met de stad en de aannemer en die vonden dat een goed idee. Daarop zijn we van deur tot deur gegaan om met de bewoners te praten. Ze konden zelf de grootte en de plaats van hun tuintje kiezen. De ondernemer heeft die geveltuintjes met baksteentjes in de voetpaden ingebouwd, en dan hebben we aan alle mensen planten en aarde gegeven. Bijna de helft van die straat heeft nu een geveltuintje.” Naast deze opruimacties en het opfleuren van gevels houden jullie ook een speeltuin open voor de kinderen van de buurt. Annemie De Vos: “De jeugddienst heeft ons gevraagd of wij de tuin van het schooltje in het weekend konden open houden voor de kinderen van de buurt. Wij hebben meteen ingestemd. Michel, een ander groepslid, en ik houden afwisselend elke zondag de speeltuin open, van 14 uur tot 17 uur, en van april tot september of oktober. We oogsten daar veel succes mee. Er komen heel wat kinderen op af en ze amuseren zich er ook.
Toen we daar net mee startten, heb ik aan al mijn vrienden gevraagd of ze speelgoed konden missen. Een hele hoop dozen zijn hier toen aangespoeld. Maar ook de Jeugddienst helpt ons. Ze hebben een kleine glijbaan in de speeltuin neergepoot en als ik papier of stiften nodig heb, zorgen zij daarvoor.”
Heb je ook contact met de ouders van de kinderen? Annemie De Vos: “Ja, en dat is wel het voornaamste, want in het begin toen ik hier woonde, bekeken de mensen mij amper, maar nu is iedereen zeer vriendelijk. Ik ben zo’n beetje een aanspreekpersoon van de straat geworden.
Zo steken de mensen al eens voedingswaren bij me binnen die ze niet lusten of kennen, waardoor ik soms een week lang gratis te eten heb. De buurvrouw, die Nederlandse les volgt, komt ook regelmatig mijn hulp inroepen voor haar oefeningen of wanneer ze iets niet begrijpt. Soms moet ik voor iemand een brief vertalen of visitekaartjes laten maken via internet. Allerhande zaken. Ook als er problemen zijn met sluikstorten, hou ik mij daarmee bezig. We hebben nu ook een folder gemaakt van onze groep, met wat uitleg bij onze acties, enkele foto’s, onze contactgegevens, zodat de mensen weten wie wij zijn. Want soms zien zij ons kuisen in de straat, terwijl ze ons helemaal niet kennen. Ook in de speeltuin. Sommige mensen denken dan dat wij daar voor betaald worden, terwijl dat helemaal niet zo is en wij dit vrijwillig doen. We willen ons ook zo profileren: we zijn een groep, we zijn vrijwilligers, en wij doen dit gratis.”
met o.m. L’Arpeggiata | Barokopera Amsterdam | Klangforum Wien | Les Muffatti & Hasnaa Bennani | Orchestre des Champs-Elysées & Collegium Vocale Gent | Collegium Vocale Gent & Bl!ndman | Volcano Theatre & Neema Bickersteth
TICKETS VIA DEBIJLOKE.BE | 09 269 92 92 28
in fo 19.06 / UNIVERSITEIT GENT: ERF-GOED BELICHT Aan de Universiteit Gent wordt momenteel gewerkt aan de centralisatie van de collecties academisch erfgoed in een nieuw museum. Een boeiend panel bespreekt dit nieuwe universitaire museum in het prachtige kader van de Plantentuin (in het peristilium). Volgend programma onder voorbehoud van beschikbaarheid sprekers 19.15u Welkom, inleiding op het thema door Koen Goethals (voorzitter Vermeylenfonds) 19.20u Panelgesprek: Een nieuw museum?! Danny Segers (voorzitter Gentse Universitaire Musea en diensthoofd Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen) Tom Balthazar (schepen van Stadsontwikkeling, Wonen en Openbaar Groen in Gent) Dominick Verschelde (conservator Museum voor Dierkunde) Jeroen Vanden Berghe (logistiek beheerder UGent) 20.00u Rondleiding door Dominick Verschelde 20.30u slotwoord en drankje Vrijdag 19 juni 2015 om 19u Locatie: De Plantentuin aan de rand van het Citadelpark, Ledeganckstraat Gent Info: Meer concrete info en inschrijving: Fabjen Schotte 09 223 02 88 of fabjen@ vermeylenfonds.be Voor gedetailleerde en actuele info kijk op www.vermeylenfonds.be Organisatie: Vermeylenfonds@UGent 20.06 / GETIJ-DINGEN, STRANDWANDELING O.L.V. MIA REYNAERT EN ROBERT CLAES Deelnemende kunstenaars: 1. Martine Hennebel, 2. Erwin Houssin, 3. Joke Schoneveld,
4. Lieven Delaere, 5. Marie Lechat, 6. PP Keters, 7. Rudi Quartier, 8. Wim Galicia, 9. Marc Van Thienen, 10. Frans Demedts, 11. Alain Cool, 12. Eric Baeyens, 13. Etienne van den Abeele, 14. Viviane Delhage, 15. Herman van Nazareth. Zaterdag 20 juni 2015 om 10u Locatie: Afspraak aan het Zouavenplein in Koksijde. Info: Maurits De Picker – 058 51 98 65 depicker.maurits@skynet.be Organisatie: AVF Koksijde 27.06 / STADSHAL WORDT GEEFPLEIN! Op zaterdag 27 juni toveren we de Stadshal opnieuw om tot een groot GEEFPLEIN, waar je bruikbare spullen kunt weggeven en/ of meenemen. Van huis-, tuin- en keukenmateriaal tot kledij, speelgoed, boeken, meubeltjes… alles (in goede staat) is welkom! Heb je een schaar op overschot? Of eentje nodig? Bloempotten te veel? Een papfles te kort? Kom af en doe mee met onze actie! Geven en nemen is onze leuze. Tijdens het Geefplein kun je ook spullen laten repareren in het repair café (naaiatelier, fiets- en electro-reparatie) of zelf leren herstellen aan de kluswand. Daarnaast is er kinderanimatie, een losgeslagen piano en komen de dolle majorettes en rare muzikanten van VOORUIT MET DE KUIT ons entertainen. Het GEEFPLEIN wordt een groot feest voor iedereen! Zaterdag 27 juni van 11u tot 17u Locatie: in de Stadshal (Emile Braunplein in Gent). Info: Nog vragen? geefplein@gmail.com of 09 223 02 88 Breng je spullen bij voorkeur tussen 9u en 11u (later mag natuurlijk ook) en meld je eerst aan bij de infostand. Voor grotere stukken, zoals meubelen, zal er een bord staan waarop je foto’s kunt hangen. Organisatie: Vermeylenfonds 01.07 / LOUIS PAUL BOON, EEN UITZONDERLIJK VERHAAL In het kader van de 11-juliviering neemt Marcella Piessens ons mee in de wereld van Louis Paul Boon. Voor deze lezing hoef je Boon niet gelezen te hebben. Mooi is dat de aanwezigen het verhaal te horen krijgen van een volksjongen die op zijn 15de gevelschilder en op z’n 65ste kandidaat Nobelprijswinnaar werd. Hij werd geboren in Aalst in 1912 en overleed er in 1979. 29 INFO
Deze onvolprezen, maar tevens zeer omstreden schrijver en kunstenaar verwierf de meest prestigieuze prijzen. Dit ‘uurtje Boon’ betekent emotie, ontroering, grappen en grollen, maar vooral onvergetelijke binnenpretjes. Woensdag 1 juli 2015 om 19u30 Locatie: VOC, Houtsaegerlaan 21, Koksijde Info: Robert Claes – 058 42 29 02 - claes. guns@skynet.be Organisatie: AVF Koksijde 01.07 / WATERLOO, DE LAATSTE 100 DAGEN VAN NAPOLEON, BOEKVOORSTELLING DOOR JOHAN OP DE BEECK Vermeylenfonds Gent nodigt Johan op De Beeck uit te komen vertellen over zijn boek ‘Waterloo’ n.a.v. de 200 jarige verjaardag van de Slag bij Waterloo. Johan Op de Beeck is voormalig journalist en nieuwsanker bij VRT en hoofdredacteur van diverse media. Als geschiedkundig auteur is hij gespecialiseerd in het napoleontische tijdperk en de Franse Revolutie. Hij is de auteur van de bejubelde bestsellers Napoleons nachtmerrie (2012) en Waterloo (2013). Woensdag 1 juli 2015 om 20u Locatie: Geuzenhuis, Zuilenzaal, Kantienberg 9, 9000 Gent Inkom: 4 euro leden / 5 euro niet-leden Info en inschrijving: Fabjen Schotte, 09/223 02 88 of fabjen@vermeylenfonds.be Organisatie: Vermeylenfonds Gent 05.07 / LAUREATEN SCHILDERWEDSTRIJD 2014 Programma: Verwelkoming door Edgard Brunet, voorzitter VLC. Voorstelling kunstenaars door Roland Laridon, voorzitter AVF Oostende. Officiële opening tentoonstelling Receptie 1ste laureaat: Daniël Dehulster 2de laureaat: Urbain Vandeplancke 3de laureaat: Célèste Bo Zondag 5 juli 2015 om 12u Locatie: VLC Geuzetorre, Kazernelaan in Oostende Info: Roland Laridon - 059/50 15 98 De tentoonstelling is te bezichtigen tot en met zondag 30 augustus tijdens de openingsuren van het VLC secretariaat. Zaterdag gesloten. Zondag van 10u30 tot 14u. Organisatie: AVF Oostende 19-26.07 / ‘OORLOG EN VREDE’ OP DE GENTSE FEESTEN Vergeten verhalen en kleine geschiedenissen. Het Vermeylenfonds, Trefpunt en De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal-
en Letterkunde (KANTL) slaan de handen in elkaar voor een tweede editie van hun cultureel programma tijdens de Gentse Feesten. De reeks lezingen, monologen en muzikale interventies staat opnieuw in het teken van ‘100 jaar Groote Oorlog’, deze keer verteld vanuit andere en vaak onderbelichte perspectieven: een vergeten geschiedenis, ontspanning tijdens de oorlogsjaren, kinderen van de IJzer, een nieuwe heldin… Historische lezingen worden afgewisseld met artistieke reflecties, die ontroeren en beklijven, waar u stil van wordt of juist uitbundig vrolijk. Laat u meeslepen door de protagonisten van deze nieuwe editie: 19/07 Anne Provoost (lezing) 20/07 Matthijs De Ridder (onder voorbehoud; lezing) 21/07 Sarah D’Hondt(muziek) 22/07 Willy Spillebeen (lezing) 23/07 Marc Reynaerts (muziek) 24/07 Jessa Wildemeersch (theater) 25/07 Sophie De Schaepdrijver (lezing) 26/07 Wim Claeys (cabaret) Als decor kiezen we opnieuw voor de ver-
gaderzaal en de salons van het prestigieuze 'Huis van Oombergen’, waar KANTL is gehuisvest. De voorstellingen beginnen telkens om 12.30u en eindigen om 14.30u met een afsluitend glas in de binnentuin. Gentse Feesten 19 t.e.m. 26 juli 2015 Locatie: KANTL, Koningstraat 18, 9000 Gent inkom & reservatie: • niet-leden: 7,5 euro via www.uitbureau.be • AVF- en VLAST-leden: 6 euro via AVF nationaal op tel. 09 223 02 88 of via caroline@vermeylenfonds.be Meer info vindt u binnenkort op de websites van de organisatoren www.vermeylenfonds.be, www.trefpunt.be en www.kantl.be Organisatie: Vermeylenfonds Gent 08-09.08 / LUPAR, EXPO MET SCHILDERIJEN VAN LUCIEN PARDO Lucien Pardo nodigt u, in samenwerking met August Vermeylenfonds Zelzate, vriendelijk uit op de tentoonstelling LUPAR. Van harte welkom!
Zaterdag 8 augustus 2015 van 14u tot 18u Zondag 9 augustus 2015 van 10u tot 12u en van 14u tot 18u Locatie: Zaal Noorderlicht, Marktstraat 2, 9060 Zelzate Info: brentmeuleman@telenet.be Organisatie: AVF Zelzate 28.08 / VERNISSAGE TENTOONSTELLING ANNEMIE DE VADDER Annemie De Vadder, van opleiding maatschappelijk werker, raakte geboeid door glas en textiel en volgde gespecialiseerde cursussen glasschilderkunst, warme glastechnieken, textiele werkvormen en weven. O.m. de Stedelijke Academie Brugge had aan haar een leergierige studente. Kortom, als kunstenares niet voor één gaatje te vangen! Het terrein waar glas en textiel elkaar ‘raken’ is haar geliefkoosde speelveld en onderzoeksruimte. Ze slaagt er voortreffelijk in bladlood tot huid te bewerken en hedendaagse kant krijgt letterlijk een plaats in glasplaten. Vrijdag 28 augustus 2015 om 19u30 Locatie: VC De Sleutelbrug, Beenhouwers-
“Als je wilt weten, dan weet je.” Ludo Van Eck, gewezen gevangene van Dachau, schreef het beklijvende Boek Der Kampen opdat de onmenselijke gruwel van de nazi’s nooit vergeten zou worden. Sis Van Eeckhout zet de missie van zijn vader voort en heeft mee zijn schouders gezet onder de herziene en rijk gedocumenteerde uitgave van het Boek Der Kampen. Donderdag 17 september om 20 uur Locatie: Bernarduscentrum, Lombardenvest 23, Antwerpen Zondag 11 oktober om 15 uur Locatie: Kazerne Dossin, Goswin de Stassartstraat 153, Mechelen Info: tom@vermeylenfonds.be Organisatie: AVF , UPV, HVV, 8 mei comité, kazerne Dossin, Vredescentrum, Vrijzinnig Antwerpen
30 INFO
17.09 / GEHEUGENKLACHTEN EN DEMENTIE Dementie is een ernstige aandoening die berust op een geleidelijke achteruitgang van het functioneren van de hersenen (door een afname van zenuwcellen en/of verbindingen tussen zenuwcellen). Dementie is niet een op zichzelf staande ziekte met één enkele oorzaak, maar een verzamelnaam voor verschillende ziektes die leiden tot een achteruitgang van het geestelijk functioneren, zoals de ziekte van Alzheimer, vasculaire dementie, frontotemporale dementie en Lewy body dementie. De symptomen van dementie zijn afhankelijk van de vorm van dementie. Geheugenstoornissen zijn vaak het meest prominent maar veelal zijn er ook problemen met het denken en met taal, zijn er veranderingen in het gedrag en/of het emotionele functioneren. Op termijn wordt een dementerend persoon afhankelijk van de hulp van anderen. Lezing door Prof. Dr. Jan Versijpt (UZ Brussel) Donderdag 17 september 2015 om 14u30 Locatie: VOC, Houtsaegerlaan 21 in Koksijde Inkom: leden: 3 euro / niet-leden: 4 euro (koffie inbegrepen). Info: Marc Mortier - 0475/97 21 98 - marcmortier@telenet.be Organisatie: UPV-Westkust i.s.m. Vermeylenfonds Koksijde/Oostduinkerke
VIEREN
column
straat 1-3 in Brugge. Info: Andrée Desmet - 050/35.94.39 j.ducazu@scarlet.be De tentoonstelling loopt van zaterdag 29 augustus t/m zondag 06 september 2015. Open op zaterdag en zondag van 14u tot 18u. Organisatie: AVF Brugge
Een zeventigste verjaardag vieren, is dat wel een goed idee? Niet meer jong, nog niet eerbiedwaardig oud en toch al wat krakkemikkig. Niet meer zo alert, opduikende kwalen en vervelende kwaaltjes. Het risico lopen dat een vriendin (een vermeende wellicht) mij dan vraagt: “wat valt er te vieren?”. Ik mag er niet aan denken. Trouwens, ‘vieren’ betekent ook loslaten. Bij mij zou er door al dat loslaten veel vast geraken, vrees ik. Zou dat voor een vereniging ook gelden? We zullen het merken op 19 september. Ach, feestvierders zijn we allemaal. We doen niets liever. Een getal met drie nullen was ooit genoeg om de ganse wereld uit de bol te laten gaan op Nieuwjaaravond. Genoeg zelfs om aliëns uit de ruimte te verwachten om mee te komen vieren. In de meeste gevallen echter gaat aan het vieren de strijd vooraf. Dan vieren we de overwinning. We zege-vieren zo graag. Bij gebrek aan echte oorlog delen we dan maar bekers en medailles uit als surrogaat voor buit. Vreemd toch, die behoefte. Ik schrijf deze tekst op Moederdag, ook een vierdag. Mijn dag! Het grote boeket zal straks niet de gepaste vaas vinden, het zware restaurant-eten zal moeilijk verteren… en op mijn moederlijke gevoelens zal de ganse dag beslag worden gelegd door een meute kleinkinderen. Ware het niet dat deze column mij uit de nood helpt en de overhandiging van mijn buit wordt verdaagd naar later… of nooit. Waarom
50 JAAR VERMEYLENKRING KORTRIJK
zou men mij trouwens vieren om iets dat ik zelf heb gewenst: kinderen en kleinkinderen? Straks is het Vaderdag. Ter informatie: op zondag 21 juni, dan is het ook de ‘Dag van de daadkracht’. Zou dat toeval zijn? Wie roept zoiets in het leven? Welke instantie houdt zich daar mee bezig, vraag ik me af. Wat valt er binnenkort nog te vieren? Op 25 juni de ‘Dag van de betontechnologie’. Interessant toch? Op 3 juli de ‘Comic Sansdag’. Hallo? Je kan het zo gek niet bedenken of het bestaat. August Vermeylen hield ooit een ‘Dante-dag’. Leuke informatie. Meer weet ik er niet van. Zomaar van internet geplukt. Zo gaat dat tegenwoordig. Leven en vieren we voor de vergetelheid? Jazeker, met die overvloed aan informatie vlugger dan we vermoeden. Maar nu nog even niet. Eerst nog eens herdenken wat die grote meneer Vermeylen voor ons betekend heeft. Hem dankbaar zijn, want vieren is ook altijd een beetje bedanken. Alleen, die man is al lang dood en velen onder ons zijn nog springlevend. Het zit er dus dik in dat alle vrijwilligers, bestuursleden, handen-uit-de-mouwen stekers… van de vele Vermeylenfonds Kringen, een woord van dank krijgen op die heuglijke viering. Misschien zelfs een gratis drankje. Allemaal? Zal men zich de moeite doen om in de archieven te gaan rommelen op zoek naar de niet meer actieve bestuursleden die ooit hun schouders hebben gezet onder een afdeling? Zal men hen eens een ‘Vermeylendag’ bedankkaartje sturen op hun oude dag? Ik neem het voortouw en zeg nu meteen DANK! aan alle vrijwilligers, inzetbaren, hele of halve idealisten, die het organiseren nu niet meer kunnen, maar met weemoed terugdenken aan die mooie tijd dat hún Vermeylenfondsverleden was. Van harte. Anita Van Huffel
16.00 ul welkomstwoord door Bestuurslid AVK:sprekers: Dirk Demeester en Roland Laridon (beide onder voorbehoud), voorzitter Koen Goethals muzikale omlijsting door Sarah D’hondt slotwoord door schepen
17.00 u Receptie door stadsbestuur
18.00 u Paella in VC Mozaïek
3 1 COLUMN
column
PARADISE REGAINED Over de culturele wederopbouw 1945-1950 DE ONVOLTOOID VERLEDEN TIJD – EEN COLUMN VAN PETER BENOY –
“De wereld zal na dezen oorlog een gansch ander aanschijn hebben. Het zij me toegestaan te gelooven, dat uit reactie tegen den totalitairen Moloch-Staat, de enkele mensch weer tot zijn recht zal komen (...) en dat tevens de onafzienbare wereldnood, de heeling van wonden die niemand gespaard bleven, een sterk gevoel voor onderling hulpbetoon, voor samenhoorigheid zal gebieden: zou zoals geen natie nog op absolute oppermacht zal kunnen bogen en kleine landen zich min of meer bij ruimere gehelen moeten aansluiten, zoo zal ook het ongebreideld individualisme wegzinken met het kapitalistisch stelsel en zijn liberale economie.” Ik citeer uit ‘De Taak’, een korte tekst die August Vermeylen schreef op 1 januari 1945. België was bevrijd, maar de oorlog was nog niet gedaan; V-1’s en V-2’s (‘de blinde verdelging die ons elk oogenblik kan overvallen’) maakten dagelijks nog talloze slachtoffers. Tien dagen nadat hij ‘De Taak’ schreef werd Vermeylen geveld door een hartfalen; die ochtend had hij nog correcties in zijn tekst aangebracht.
turele wereld zwaar toegetakeld. Anderzijds hadden vele kunstenaars zich gecompromitteerd, o.m. door hun activiteiten in het grote nieuwe afzetgebied dat de Duitsers boden. Alles wel beschouwd een moeilijk klimaat om een nieuwe culturele dynamiek te ontwikkelen. Vooral van gezaghebbende figuren uit de politieke en intellectuele wereld, zoals Huysmans, Teirlinck en Vermeylen (in die korte periode dat hij de bevrijding heeft meegemaakt), werden initiatieven verwacht. Daarnaast waren er een aantal jonge kunstenaars die zich tijdens de oorlogsjaren niet hadden kunnen manifesteren en nu klaarstonden om van zich te doen spreken en de wereld te verbazen. Uiteraard werd ook wat voor de oorlog op cultureel vlak toonaangevend was opnieuw en dikwijls met andere accenten verdergezet. In dat globaal klimaat werd in 1945 onder voorzitterschap van Achilles Mussche het ‘Vermeylenfonds’ opgericht, niet alleen als een hommage aan deze schrijver en socialistische voorvechter maar ook om zijn gedachtengoed te bewaren en verder te laten ontkiemen.
Vermeylens hoopvolle verwachtingen op ingrijpende maatschappelijke veranderingen na de oorlog leefden bij velen. Binnen die algemene verzuchting groeide ook het besef dat er een grote nood was aan initiatieven die aan het zwaar gehavende intellectueel en artistiek leven nieuwe impulsen zouden geven, initiatieven die ook openstonden voor de recente ontwikkelingen die intussen in de ‘vrije wereld’ waren tot stand gekomen.
Zonder aanspraak te maken op enige volledigheid wil ik hier een aantal initiatieven belichten die, zoals het Vermeylenfonds, na de oorlog hebben getracht het cultureel leven terug een gezicht te geven. Mijn inventaris beperkt zich tot nieuwe structuren: instellingen, tijdschriften, theaters, bewegingen... Voor het vermelden van vele namen en data vraag ik uw begrip in deze bescheiden poging om het klimaat van die jaren te situeren.
Iedereen wist ook dat de herwonnen vrijheid talloze nieuwe problemen stelde. Vermeylen had, verwijzend naar een Portugees spreekwoord ‘God schrijft het rechte met kromme lijnen’, gewaarschuwd voor een soms tijdelijke achteruitgang. De wonden waren diep: er heerste een economische, sociale en politieke chaos, de afrekening met de collaboratie was volop aan de gang en de koningskwestie kwam aan de orde. De oorlog had de cul-
De rol die literaire en algemeen-culturele tijdschriften in die wederopstanding speelden kan niet genoeg onderstreept worden. De eerste stappen werden bij onze buren gezet; in Frankrijk verscheen ‘Les Temps Modernes’ (1945 - heden) onder de geëngageerde signatuur van de existentialistische filosoof JeanPaul Sartre en in Nederland begon De Bezige Bij met de uitgave van het literair tijdschrift ‘Het Woord’ (1945 - 1949) waaraan vooral 3 2 COLUMN
schrijvers die tijdens de oorlog mondig waren geworden zoals Koos Schuur, Jan Elburg en Bert Schierbeek verbonden waren. Een eerste bescheiden initiatief bij ons was het verschijnen van ‘Arsenaal’ (1945 - 1950) onder impuls van enkele jongeren uit het Gentse, waaronder Rik Lanckrock. Hugo Claus publiceerde hierin zijn eerste prozatekst. Eén van de belangrijkste en meest ambitieuze initiatieven in de literaire wereld was ongetwijfeld de uitgave van het toonaangevende ‘Nieuw Vlaams Tijdschrift’ (1946 - 1984). Nog tijdens de oorlog hadden Teirlinck en Vermeylen besloten om na de bevrijding een pluralistisch cultureel tijdschrift uit te geven onder de naam ‘Diogenes’. Na de dood van Vermeylen heeft Teirlinck dat project gerealiseerd mits enkele accentverschuivingen; naast de verandering van de naam werd het in hoofdzaak een literair tijdschrift dat zich vooral in de vrijzinnig-socialistische hoek situeerde met redactieleden als Johan Daisne, Hubert Lampo, Julien Kuypers, Raymond Brulez, Gerard Walschap en Maurice Gilliams. In het N.V.T kon je talloze belangrijke literaire teksten in voorpublicatie lezen; het tijdschrift vervulde een brugfunctie tussen schrijver, uitgever en lezer. ‘De Taak’ verscheen in het eerste nummer. Ongeveer iedereen die in literair Vlaanderen iets betekende heeft ooit in de N.V.T-redactie gezeten. In het jaar dat het N.V.T. ten doop werd gehouden werd ook een nieuwe spelling ingevoerd die in de plaats kwam van de in grote lijnen nog altijd gangbare spelling van 1864. Spoedig kwam met ‘Tijd en Mens’ (1949 1955) een jonge zelfbewuste generatie aan het woord die voeling had met de internationale avant-garde. In de redactie o.m. Hugo Claus, Tone Brulin, Jan Walravens en Remi C. Van de Kerckhove; later ook Louis-Paul Boon en Gaston Burssens. Het was het enige tijdschrift in Vlaanderen van wat men later ‘de vijftigers’ zal noemen.
Literaire vrienden: Alfred Hegenscheidt, Stijn Streuvels, August Vermeylen en Camille Huysmans.(circa 1911) © Letterenhuis Antwerpen
Er was bovendien nood aan een gezaghebbend cultureel en kritisch informatieblad dat naast de meer traditionele en verzuilde periodieken die al in het interbellum werden uitgegeven, zich meer op de actualiteit toespitste. Dat hiaat werd uiteindelijk in 1950 ingevuld door het maandblad ‘De Periscoop’ dat enkele decennia lang die functie vervulde. Omwille van haar maatschappelijke gerichtheid werd theater beschouwd als een belangrijk instrument in de inhaalbeweging die de ‘volksontwikkeling’ nodig had.Het naoorlogse theaterleven herstructureerde zich snel. In 1945 werd onder impuls van Camille Huysmans en Herman Teirlinck het ‘Nationaal Toneel/Théâtre National’ opgericht, waar op dat ogenblik langs Vlaamse kant alleen de bestaande ‘Koninklijke Nederlandse Schouwburg ‘ deel van uitmaakte. In datzelfde jaar stichtte Rik Jacobs in het spoor van het teloorgegane ‘Vlaams Volkstoneel’ het ‘Reizend Volkstheater’ dat duidelijk geïnspireerd werd door de katholieke renouveau. Wanneer Teirlinck in 1946 een volwaardige acteursopleiding oprichtte werd die als ‘Studio’ spoedig geïntegreerd in het ‘Nationaal Toneel’ en in
het volgende jaar werd om reden van ideologische evenwichten ook het jonge ‘Reizend Volkstheater’ in deze podiumkolos opgenomen. Internationale festivals zoals Avignon en Edinburgh (beiden vanaf 1947) bleken spoedig belangrijke ontmoetingsplaatsen voor theatermakers, maar ook de stichting van het ‘Internationaal Theater Instituut’ (1948), dat weldra een Belgisch centrum kreeg, stimuleerde de uitwisseling van ideeën en ervaringen over de grenzen heen. De oprichting van het Oost-Berlijnse ‘Berliner Ensemble’ (1949) door Brecht zal in de volgende jaren ook bij ons een grote invloed uitoefenen. De oprichting van de Gentse ‘Toneelstudio ‘50’ (1950) door Dré Poppe kondigde een nieuwe fase in de Vlaamse podiumkunsten aan, die van de kamertheaters; zij zullen vooral een nieuw en onbekend repertoire introduceren: het absurde en het Sartreaans theater. Al in juli 1945 werd in de sector van de beeldende kunsten een belangrijke stap gezet. Robert Delevoy stichtte de groep ‘Jeune 3 3 COLUMN
Peinture belge’ waartoe kunstenaars als Jan Cox, Louis Van Lint, Anne Bonnet, Marc Mendelson en Mig Quinet behoorden; later ook Pierre Alechinsky, Antoine Mortier, Luc Peire, e.a. Met dit opzet wilde men vooral zonder vooroordelen op vlak van scholen en stromingen jonge talenten aanmoedigen en hun deelname aan buitenlandse tentoonstellingen mogelijk maken. Vanaf 1950 zal de belangrijke tweejaarlijkse prijs ‘Jeune Peinture Belge-Jonge Belgische Schilderkunst’ uitgereikt worden. Met medewerking van Roger Avermaete, Paul Haesaerts en de architect Leon Stijnen werd in 1946 een ‘Antwerps Genootschap voor Schone Kunsten’ opgericht. Zij organiseerden tentoonstellingen van o.m. Van Gogh, Picasso en Klee, en gaven het tijdschrift ‘Artes’ uit. Sociaal engagement stond centraal in ‘Forces Murales’ (1947) van Roger Somville en Edmond Dubunfaut; monumentale kunst in openbare ruimtes en gebouwen plaatsen en zo dichter bij het volk brengen.
Adhu
Gratis markt voor iedereen
Met de COBRA-beweging (Copenhagen/Brussel/Amsterdam; 1948 - 1951) en het gelijknamige tijdschrift komt een generatie jonge kunstenaars aan zet – meestal ook met literaire kwaliteiten. Landgenoten als Claus, Alechinsky, Cox, Dotremont, Vandercam, Ubac en Van Lint speelden hierin een belangrijke rol. Zij wilden vooral een dynamische, bijna kinderlijke en onbevangen beeldtaal ontwikkelen die voor iedereen toegankelijk was. De muziekwereld heeft altijd een bijzondere aandacht voor jongeren en jong talent gehad. Na de oorlog werden muzieklessen geïntegreerd in de onderwijsprogramma’s en talrijke gesubsidieerde muziekscholen opgericht. In mei 1946 congresseerde de ‘Internationale federatie van muzikale jeugdbewegingen’ te Brussel. Het bestaan van de educatieve vereniging ‘Jeugd en Muziek’ is daarmee verbonden. Vooral de stichting van de ‘Koningin Elisabethwedstrijd’ in 1950 – aanvankelijk alleen voor viool, piano en compositie – heeft België internationaal op de kaart gezet.
MET REPAIR CAFE + MUZIEK+ HAPJES + KINDERANIMATIE
Vele van deze organisaties en publicaties bestaan al lang niet meer, maar hun betekenis in die moeilijke jaren na de bevrijding was enorm en zij hebben ongetwijfeld een doorslaggevende rol gespeeld in het ontwikkelen van nieuwe projecten. In de jaren ’50 komt de wereld van kunst en cultuur in een stroomversnelling, maar het ‘paradise regained’-gevoel wordt spoedig overschaduwd door nieuwe problemen: de koude oorlog, Korea, de Russische interventie in Hongarije, de schoolstrijd, de teloorgang van de oude industrieën en de arbeidersstrijd... God schrijft het rechte met kromme lijnen.
Zaterdag 27 juni 2015 11 – 17 uur Stadshal – Gent INFO FB-groep 'Stadshal wordt GEEFPLEIN!' geefplein@gmail.com 09 223 02 88 (Vermeylenfonds) MET DE STEUN VAN DE STAD GENT VU: JOHAN NOTTE, TOLHUISLAAN 88, 9000 GENT - ONTWERP: ANNE VAN DE GENACHTE - 'NIET OP DE OPENBARE WEG GOOIEN AUB'
WEGGEEFWINKEL RABOT
Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw
OCMW GENT
SEIZOEN 2015-2016 www.degrotepost.be
3 4 COLUMN
adv_dgp.indd 1
18/05/15 11:26
AdhuisvandeMens_Opmaak 1 7/02/12 12:48 Pagina 1
Wij zijn er voor jou! Een huisvandeMens is er voor iedereen, dus ook voor jou. Verdraagzaamheid, vrijheid, gelijkwaardigheid, verbondenheid en verantwoordelijkheid zijn onze kernwaarden. Voor ons is elke mens uniek! We helpen je graag.
Je kan bij ons terecht voor: Informatie (over ethische en maatschappelijke thema’s) Vrijzinnig humanistische plechtigheden (geboorte, huwelijk, samenwonen, jubilea, afscheid…) Vrijzinnig humanistische begeleiding (een luisterend oor, een goed gesprek) Waardig levenseinde (wilsverklaring, patiëntenrechten, palliatieve zorg…) Vrijzinnige draaischijf (lokale vrijzinnig humanistische initiatieven en activiteiten) Vrijwilligerswerk
Praktisch
Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw
Je kan gewoon binnenspringen in een huisvandeMens, maar je maakt het best even telefonisch een afspraak, dan ben je zeker dat één van onze medewerkers je onmiddellijk verder zal helpen.
deMens.nu Magazine Het deMens.nu Magazine is hét vrijzinnig humanistisch tijdschrift voor de maatschappelijk geëngageerde mens. Om de drie maanden werpt het Magazine een vrijzinnig humanistische blik op de samenleving. Het gaat hierbij over mensen. Over u, dus.
Onze dienstverlening is kosteloos.
Voor meer informatie:
U kan een gratis proefnummer aanvragen of u gratis abonneren.
www.deMens.nu
Hoe? Stuur een mailtje naar: info@deMens.nu OF schrijf naar: deMens.nu-UVV vzw Brand Whitlocklaan 87 – 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe OF telefoneer naar: 02 735 81 92 Met vermelding van uw naam en adres.
De huizenvandeMens zijn een initiatief van deMens.nu
35
70 jaar vrijhaven voor de eigenzinnige mens