DE (VLAAMSE) GAAI POORTWACHTER VAN HET BOS

3 tot 6 eieren legt een vrouwtjesgaai gemiddeld tussen april en juni. De broedtijd duurt ongeveer 16 dagen. De eieren zijn olijfgroen tot bruin gespikkeld. Als de jongen uit het ei zijn gekomen, worden ze nog 20 dagen door hun ouders gevoed. Daarna verlaten ze het nest.

53 centimeter bedraagt de spanwijdte van de Vlaamse gaai, die in 1999 overigens van de Commissie Systematiek Nederlandse Avifauna als officiële naam gaai kreeg. De soort Garrulus glandarius kent echter ook ondersoorten en de naam voor de in Noordwest-Europa voorkomende Garrulus glandarius glandarius is nog steeds Vlaamse gaai. Het lichaam is tussen de 32 en 35 cm lang. Een volwassen gaai weegt ongeveer 170 gram.

47.000 tot 68.000 broedparen zijn er in de periode 20182020 geteld in Nederland. Uiterlijk verschillen de mannetjes en vrouwtjes niet zoveel van elkaar. Gaaien zijn te herkennen aan de lichtblauwe vlekken en zwart-witte tekening op de vleugels.

2 tot 10 hectare bedraagt het territorium van de gaai. Daarbij moet er minstens 100 meter tussen de verschillende nesten liggen. De gaai, die ook wel schreeuwekster of Spaanse ekster wordt genoemd, heeft een luide, karakteristieke stem die van ver te horen is. Daarom wordt hij ook wel de poortwachter van het bos genoemd.

3.000 eikels of meer verzamelt de gaai in het najaar om de winter door te komen. In zijn krop kan hij tijdens de vluchten wel 10 eikels bewaren.

Vertaling: Sylvia Emonts. Foto: Picture Press