Chemelot wil 1000 nieuwe operators opleiden
SDG’s dwingen om blik op toekomst te richten
Molybdeen onmisbaar voor hartscan
Koninklijke Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie
MARCO MENSINK (CEFIC)
JAARGANG 61 • 09 • 24 SEPTEMBER 2019
'MET MOLECULE MANAGERS BEGINT DE DIALOOG'
NEW NAME, STILL YOUR TRUSTED GLOBAL INDUSTRIAL SAFETY PARTNER We do not make the world safer. We make sure you can. At our new training facility we prepare you optimally to deal with all kind of incidents. Do you want the best possible training? Sign up or ask for more information via fireacademy@nl.relyonnutec.com or call +31 (0) 181 376 666.
www.relyonnutec-fireacademy.com
INHOUD 09 | 24 september | 2019
16
DE EUROPEAN WAY Met het rapport Molecule Managers lanceert Cefic een dialoog over de toekomst van de chemische industrie en de rol van de sector in de opbouw van een welvarend en duurzamer Europa in 2050. “Hoe kunnen we klimaatneutraal zijn en de strengste regels toepassen en tegelijkertijd groeien? Dat is ons verhaal, de European way”, zegt directeur-generaal Marco Mensink van Cefic. “We moeten definiëren waar onze sterktes liggen en wat we daarmee kunnen doen.”
32
SDG’S DWINGEN BLIK OP DE TOEKOMST TE RICHTEN De Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN bieden bedrijven een handig middel om hun duurzaamheidsdoelstellingen te checken en te communiceren. Grote en kleine chemiebedrijven bewijzen inmiddels dat SDG-beleid niet alleen haalbaar is, maar ook loont. Wel vraagt het meer dan technische oplossingen, “het vergt een cultuuromslag”.
september 2019 Chemie Magazine 3
Cooling, power and heating
Tijdelijk stroom, koeling of verwarming nodig? Van Abeelen staat garant voor efficiency, 24/7 zekerheid en hecht grote waarde aan milieuvriendelijke oplossingen en duurzaamheid. Wij werken met een team van specialisten die oplossingen bieden speciaal voor de behoeften van petro(chemische) en pharmacy industrie. Van nood- tot seizoensgebonden situaties, van onderhoudswerkzaamheden tot volledige energievoorzieningen. Ongeacht hoe groot, klein, eenvoudig of complex de aanvraag is, wij zijn binnen zeer korte tijd op locatie voor de juiste oplossing. Neem contact op met John Gijsbers voor meer informatie: T +31 (0)161 219 031 | E john@vanabeelen.eu
25 jaar
019
1994- 2
INHOUD 09 | 24 september | 2019
7
28
Acht bedrijven op Chemelot willen komende 10 jaar 1000 nieuwe operators opleiden
7 9 11 13
15
40
Jorn van Putten krijgt een kick van zijn werk als docent chemische technologie bij Hogeschool Rotterdam
16 20 26 28 32 37
46
Johan Visser, site director van Chemie Park Delfzijl (en Nouryon) ziet veel mogelijkheden voor ‘zijn’ chemiepark
20
40 44 46
49 50 50
Voorwoord Manon Bloemer 10.000 dagen Evenementen
ACTUEEL
Koninklijke van Wijhe Verf is ‘Best For The World 2019’ Cracker of the Future Consortium gaat elektrische krakers onderzoeken Proeffabriek produceert eerste liters brandstof uit CO2
ACHTERGROND
Onderwijs Masterdiploma behalen naast je baan Cefic Met Molecule Managers begint de dialoog Periodiek systeem Molybdeen onmisbaar voor hartscan Wetenswaardig 1,2 mln abonnees voor Periodic Video’s Human capital Chemelot wil 1000 operators opleiden Duurzaamheid SDG-beleid vraagt om cultuuromslag Transport Digitalisering reinigingsproces tankauto’s Human capital Jorn van Putten werkt bij Hogeschool Rotterdam Uitgelicht 150 jaar biotechnologische innovatie in Delft Event Johan Visser is keynote op Behind the scenes@Eemsdeltavisie VNCI Nieuws Mensen Colofon
Element nr. 42, molybdeen, is onmisbaar voor staalconstructies, stofwisseling en de hartscan
september 2019 Chemie Magazine 5
HOW INDIVIDUAL AND RELIABLE DO YOU WANT YOUR PROCESS SOLUTION?
LET’S TALK Jorden Ringoet, Sales Engineer Belgium Michiel Bakker, Sales Engineer Nederland
We would be pleased to present you personally how individual and reliable the design of your process solution can be - with customised engineering and an extensive series of process gas blowers and compressors made by AERZEN. Innovative technologies and our special quality standards ensure maximum process reliability and sustainable plant availability. With worldwide references for a wide range of gases and applications, the engineering knowledge from over 150 years of experience and a distinctive consulting competence, AERZEN can implement your wishes flexibly and individually. www.aerzen.com
jorden.ringoet@aerzen.com michiel.bakker@aerzen.nl
Voorwoord
10.000 DAGEN Mijn eerste 100 dagen als VNCI-directeur zijn voorbij gevlogen. Die 100 dagen lijken een soort magisch getal, want ik krijg nu de vraag: “En wat vind je ervan?” Het is vooral de veelzijdigheid van de VNCI waarvan ik onder de indruk ben. De ruimte van deze column laat geen complete weergave toe, maar ik kan wel een inkijkje geven in waar de VNCI zich voor haar leden zoal mee bezighoudt: klimaatoverleg (in het grotere industrieverband), REACH (actieplan samen met Cefic ontwikkeld), omgevingswet (met daaraan gerelateerd discussie over PGS’en), stoffenbeleid (de koning van de serieuze afkortingen: o.a. ED, PMT, CMR), arbeidsmarkt (krapte), innovatie (afstemming met de Topsector), imago van de industrie (samen met andere branches), Veiligheid Voorop (en de ontwikkeling van de Safety Delta Nederland) – om een paar belangrijke thema’s te noemen waar werk aan de winkel is. Om ‘chocola te maken’ van al deze thema’s, wordt de VNCI gelukkig gesteund door verschillende werk- en beleidsgroepen. Daar zit de
expertise en daar wordt het meeste (denk)werk gedaan. Wij zijn als VNCI veel dank verschuldigd aan de medewerkers van lidbedrijven die hun tijd hieraan geven en ons helpen met standpunten en de weg vooruit. Ook ben ik blij met de samenwerking met Cefic. Samen met het netwerk van onze leden en met Cefic werken we aan een gezonde toekomst voor de chemische industrie. In deze editie van Chemie Magazine vertelt Marco Mensink, directeur van Cefic, over de toekomstvisie Molecule Managers. Hierin staat beschreven hoe de chemische industrie in Europa eruit kan zien in 2050. Het is een prachtige doorkijk van (technologische) mogelijkheden. De visie is dat de chemische industrie in Europa in 2050 (vrijwel) volledig circulair en klimaatneutraal is, en door succesvolle innovaties economisch voorop loopt in de wereld. Om hier te komen moet er wel nog veel gebeuren, en wat er moet gebeuren zal deels zelfs nog bedacht moeten worden. Dit gaat alleen lukken door samenwerking. Precies: de kracht van het netwerk waar ik net over schreef. Ook realiseer ik me – na mijn eerste 100 dagen – dat we nog maximaal 100 keer 100 dagen hebben om de visie in 2050 werkelijkheid te laten worden. Ik zou zeggen: eerst allemaal Molecule Managers lezen en dan hard samen aan de slag! Manon Bloemer, directeur Koninklijke VNCI
EVENEMENTEN 4.10 62e Chemische Golfdag Ontmoet in een sportieve setting uw collega’s uit de chemische industrie en handel. (Dit event is alleen voor leden van de VNCI en VHCP.) Locatie: Golfclub De Batouwe, nabij Tiel Organisatie: VNCI en VHCP 16.10 Behind the scenes@Eemsdeltavisie Laatste in de VNCI-serie Behind the scenes, evenementen waarbij de clusters centraal staan. Deze keer in samenwerking met Eemsdeltavisie.
Locatie: Evenementenhal Delfzijl Organisatie: VNCI, Eemsdeltavisie, SBE, North Sea Port 6.11 Molecules meet Digits Het thema van deze derde editie is: Data as an asset, scaling to value as a challenge. Locatie: De Maastoren, Rotterdam Organisatie: VNCI, Deloitte, ISPT
7.11 Veiligheidsdag Veiligheid Voorop 2019 Opschakelen, terugschakelen, versnellen of zelfs stoppen? Wanneer doet u wat en hoe dan? Locatie: Chemelot, Geleen Organisatie: Veiligheid Voorop, Chemelot VERGADERINGEN 1.10 WG Logistieke Veiligheid 8.10 BG Duurzaamheid 9.10 BG Human Capital 30.10 BG Innovatie 31.10 BG Energie en Klimaat
COMPLEET OVERZICHT EN AANMELDEN: WWW.VNCI.NL/AGENDA september 2019 Chemie Magazine 7
ar
DC a V erb 4 v -2 u le 2 1 n f na a v
Nauwkeurige, veelzijdige doseerpompen • Reduceert de kosten van chemicaliën door een hogere doseernauwkeurigheid • Gemakkelijk te installeren geen randapparatuur nodig Vervang uw pompkop in seconden zonder extra gereedschap REVOLUTIONAIRE POMPKOPTECHNOLOGIE
wmftg.com/qdos-pumps-nl +31 10 462 1688
VACUÜMPOMPEN EN COMPRESSOREN 100% uitwisselbaar met de bekende merken. Alles op voorraad.
Waarom moeilijk doen als het ook makkelijk kan? Induvac B.V. - Cobaltstraat 16, 2718 RM Zoetermeer Tel: +31 (0) 79 3633890 - info@induvac.com Advertentie_ChemieMag_2019-185x130mm.indd 1
www.induvac.com 13/June/19 10:46
Actueel De Rotterdamse metaalalkylfabriek.
NOURYON INVESTEERT IN ROTTERDAMSE METAALALKYLFABRIEK
N
ouryon heeft in zijn metaalalkylfabriek in Rotterdam een reeks investeringen gedaan om de efficiëntie te verbeteren en de capaciteit te vergroten. Hierdoor kan het bedrijf blijven voldoen aan de groeiende vraag van klanten in de polymeerindustrie en de leverbetrouwbaarheid in Europa verbeteren. De meest recente investering omvat het automatiseren van de behandeling van grondstoffen, het verbeteren van de algehele efficiëntie en veiligheid op de site door het vermijden van potentiele blootstellingsrisico’s. Dit project maakt het ook mogelijk materiaal in bulk aan te leveren, wat de transportkosten verlaagt. p
KONINKLIJKE VAN WIJHE VERF IS ‘BEST FOR THE WORLD 2019’ B Lab, dat zichzelf omschrijft als ‘a global movement of people using business as a force for good’, heeft Koninklijke Van Wijhe Verf voor zijn merk Wijzonol voor het derde jaar op rij vereerd met de titel ‘Best For The World 2019’ in de categorie Environment. Dit betekent dat Van Wijhe Verf zich bevindt in de top 10 procent van alle gecertificeerde B Corporations (B Corps) in de categorie Milieu wereldwijd.
ter te kunnen scheiden. Tevens is het de ambitie om met meer B Corp-partners te collaboreren, want gezamenlijk kan er nog meer succes behaald worden. Er zijn meer dan 3000 B Corps in 64 landen en 150 branches, alle met één gemeenschappelijk doel: succes in het bedrijfsleven een nieuwe betekenis geven. B Corps voldoen aan de hoogste
normen voor milieu, transparantie, wettelijke aansprakelijkheid en balans tussen winst en impact. Bekende B Corps zijn Ben & Jerry’s, Dopper, Tony Chocolonely en Patagonia. p https://bcorporation.net/2019-best-for-theworld
I
n deze categorie worden de milieuprestaties van een bedrijf geëvalueerd op basis van faciliteiten, materialen, emissies en het gebruik van hulpbronnen en energie. Van Wijhe Verf was in 2016 het eerste chemiebedrijf ter wereld dat werd bekroond met een B Corp-certificaat. Het gebruik van fossiele grondstoffen wordt jaarlijks gereduceerd door toepassing van biobased grondstoffen in de producten, de hoeveelheid schadelijk afval wordt met 10 procent per jaar verminderd en er wordt geïnvesteerd in een nieuw afvalwaterbehandelingssysteem om verfresten nog beter uit het afvalwaseptember 2019 Chemie Magazine 9
Leading the way
Voor transport en distributie van gevaarlijke stoffen in bulk t. +31 (0) 15 213 59 11
◆
e. leebv@vanderlee.nl
◆
i. www.vanderlee.nl
Actueel Het kunstmatige blad laat met zonlicht chemische reacties plaatsvinden.
ONDERZOEK NAAR ELEKTRISCHE KRAKERS BASF, Borealis, BP, LyondellBasell, SABIC en Total gaan onderzoeken hoe ze door duurzame elektriciteit aangedreven krakers kunnen ontwikkelen voor de productie van basischemicaliën, om zo de CO2-uitstoot te verminderen. Ze hebben daartoe het Cracker of the Future Consortium opgericht.
N
‘KUNSTMATIG BLAD’ PRODUCEERT MEDICIJNEN MET ZONLICHT Chemici van de TU Eindhoven hebben een ‘mini-reactor’ ontwikkeld die, vergelijkbaar met bladeren in de natuur, zonlicht opvangt en hiermee chemische reacties aandrijft. Ze slaagden erin om met de reactor daadwerkelijk twee soorten medicijnen te produceren, het antimalariamiddel artemisinine en ontwormingsmiddel ascaridol.
I
n het blad Angewandte Chemie beschrijven ze hoe deze reactor eenvoudig opschaalbaar is, voor een breed palet aan chemische reacties is in te zetten en onder wisselende weersomstandigheden een stabiele productie houdt. De technologie, die de potentie heeft de farmaceutische industrie sterk te verduurzamen, lijkt daarmee klaar voor commerciële opschaling. De reactor bouwt voort op het kunstmatige blad dat in 2016 werd gepresenteerd. Het deed iets waar chemici al tijden van droomden: met zonlicht chemische reacties laten plaatsvinden. Probleem was altijd dat het beschikbare zonlicht te weinig energie levert om reacties op gang te helpen. De onderzoekers slaagden erin dankzij een truc die ze afkeken van bladeren in de natuur. Net zoals in een blad speciale moleculen energie uit zonlicht verzamelen, gebruikten ze lichtgevoelige moleculen in een plak siliconenrubber (LSCs) om licht in het materiaal op te sluiten en in een specifieke lichtkleur om te zetten. Vervolgens pompten ze vloeistoffen door zeer dunne kanaaltjes in de LSCs. De combinatie van het opsluiten van licht en de microkanalen maakte dat de lichtintensiteit hoog genoeg was om de reacties te laten plaatsvinden. In de reactor die het team onder leiding van Timothy Noël nu presenteert, is het siliconenrubber vervangen door PMMA (plexiglas). “Dit materiaal is goedkoper en makkelijk in grotere hoeveelheden te maken. Ook blijft het licht beter opgesloten”, aldus Noël. “Maar het belangrijkste is dat we in PMMA meer soorten lichtgevoelige moleculen kunnen toevoegen. Daardoor zijn nu feitelijk alle chemische reacties over de hele breedte van het zichtbare lichtspectrum mogelijk.” p
ANIMATIE:
www.youtube.com/ watch?v=PE6N6gQ9x4I Artikel Angewandte Chemie: https://bit. ly/2Zn03O7
a ondertekening van de overeenkomst zijn de leden van het consortium onder voorzitterschap van Brightlands Chemelot Campus begonnen met het verkennen en screenen van technische opties. Als een mogelijke technische oplossing wordt geïdentificeerd, zullen ze bepalen of ze gezamenlijke ontwikkelingsprojecten willen voortzetten. Bij het ontwikkelen van op elektriciteit gebaseerde krakertechnologie is het belangrijk dat de gekozen oplossing voor emissiereductie technologisch en economisch haalbaar is, dat deze past in een koolstofarme waardeketen, en dat de technologie tijdig kan worden geïmplementeerd om beleidsdoelstellingen te halen. De samenwerking is een resultaat van de trilaterale strategie van de chemische industrie en de ministeries van EZ in Nederland, Vlaanderen en NoordrijnWestfalen, met als doel duurzaamheid in de chemiesector een boost te geven. p september 2019 Chemie Magazine 11
In-line refractie-index (RI) of Brix meten
Met de robuuste en nauwkeurige in-line refractometers van Atago karakteriseert u vloeistoffen of slurry ’s op basis van hun brekingsindex, de Brix of de concentratie. Een continue meting maakt real-time procesbeheersing mogelijk; de productie wordt efficiënter en het waarborgt de kwaliteit en consistentie van het (eind)product. Pluspunten van de CM800-alpha: • Nauwkeurig meetresultaat ± 0,1% • 0 tot 80 % Brix • Compact model • Zeer goede prijs-kwaliteit verhouding • Automatische temperatuur compensatie • Naadloos aan te sluiten op uw proces Wilt u meer weten of heeft u interesse in een test? Wij helpen u graag verder: info@inventech.nl of 0162-460404.
Actueel
MILJOENENSUBSIDIE VOOR AVANTIUM Avantium gebruikt de 6 miljoen euro subsidie van de EU om zijn Dawn- en Mekongtechnologieën sneller te ontwikkelen. Met het nieuwe bioraffinageproces Dawn worden plantaardige grondstoffen omgezet in suikers en lignine. De Mekong-technologie zet de suikers om in monoethyleenglycol, grondstof voor biobased polyesters. Avantium bouwt hiervoor in Delfzijl een proeffabriek met een capaciteit van 10 ton.
A
Afgelopen maart maakte Avantium-CEO Tom van Aken
vantium leidt het deze maand gestarte consortium Impress, waarin het bedrijf samenwerkt met tien industriële en academische organisaties in Europa om de technologieën in een bioraffinageconcept in te passen en nieuwe scheidings- en zuiveringsmethoden te ontwikkelen. Het doel is een waardeketen creëren van niet-eetbare biomassa tot hernieuwbare chemicaliën en materialen die voldoen aan economische en duurzaamheidscriteria. De subsidie is onderdeel van het SPIRE-programma van het Europese subsidieprogramma Horizon2020 om duurzame procesindustrie in de regio te faciliteren. p
(midden) bekend dat de proeffabriek komt te staan in het
FOTO: P2X PROJECT/PATRICK L ANGER, KIT
Chemie Park Delfzijl.
PROEFFABRIEK PRODUCEERT EERSTE LITERS BRANDSTOF Onderzoekers van het Duitse P2X Kopernikus-project produceerden onlangs de eerste liters brandstof uit CO2 afkomstig uit lucht, water en groene stroom, zo meldt https://innovationorigins.com. In de proeffabriek op het terrein van het Karlsruhe Instituut voor Technologie (KIT) zijn voor het eerst alle vier de benodigde chemische processtappen gecombineerd tot één proces.
I
n de eerste stap onttrekt de proeffabriek via een cyclisch proces CO2 aan de omgevingslucht. Bij de tweede stap
worden CO2 en waterdamp tegelijkertijd elektrolytisch gesplitst. Als derde stap worden uit het synthesegas met behulp van het Fischer-Tropsch-proces lange ketens koolwaterstofmoleculen gevormd, die als basis voor brandstoffen worden gebruikt. De vierde stap optimaliseert de brandstofkwaliteit en het rendement. In theorie kan 60 procent van de gebruikte groene stroom als chemische energie opgeslagen worden in brandstof. Met name het modulaire karakter van het proces biedt volgens de onderzoekers grote mogelijkheden. Vanwege het lage risico bij opschaling is de drempel
voor implementatie aanzienlijk lager dan bij een centrale, grootschalige chemische fabriek. Het proces kan decentraal worden geïnstalleerd op plaatsen waar zonne-, wind- of waterkracht beschikbaar is. De huidige proeffabriek kan ongeveer 10 liter brandstof per dag produceren. In de tweede fase van het P2X Kopernikus-project wordt binnenkort een fabriek ontwikkeld van 200 liter per dag. Daarna wordt een pre-industriële voorbeeldfabriek gebouwd met een productiecapaciteit van 1500 tot 2000 liter per dag. p
september 2019 Chemie Magazine 13
PROCESOPTIMALISATIE DOOR INNOVERENDE ANALYSES Uitgebreide analyses, metingen en tests voor klanten over de hele wereld, 24/7 in het professioneel toegeruste laboratorium van EMMTEC services. We zijn expert op het gebied van (bio)polymeren (van rPET, Flakes, Preforms tot PET recycling). We controleren ook gezondheid, water en lucht. Daarnaast doen we metingen na asbestverwijdering. EMMTEC gebruikt innovatieve apparatuur voor het meest ultieme resultaat en een groot deel van onze analyses is geaccrediteerd volgens de ISO 17025-norm. Deze analyses voldoen aan alle internationale eisen voor test- en kalibratielaboratoria. WIJ ZORGEN ERVOOR DAT U ZEKER WEET DAT UW PRODUCT, PROCES OF (WERK)OMGEVING VOLDOET AAN ALLE KWALITEITSEISEN. MEER WETEN?
www.emmtecservices.nl/nl/expertise/laboratorium
Veilig werken met VAPRO
VAPRO heeft een breed palet aan veiligheidstrainingen. Van ATEX trainingen tot aan de door Hobeon gecertificeerde OVK en MVK opleiding. Onze trainingen bieden een uitdagende mix van theorie en praktijk en zijn gericht op de werkvloer. Zo verbeter je met enkele stappen de veiligheidscultuur binnen je bedrijf en maak je de vertaalslag van beleid naar praktijk. Nieuw: onlangs is het aanbod van VAPRO uitgebreid met elektrotechnische veiligheidstrainingen. Deze trainingen worden onder andere gegeven in onze practicum locatie in Woerden. Momenteel bestaat ons aanbod uit de NEN3140 en NEN3840. Deze training is ook door ILT gecertificeerd voor zeevarenden.
Benieuwd naar de mogelijkheden? Kijk op www.vapro-trainingen.nl
EMPOWERING PEOPLE AND INDUSTRIES
Human capital
FOTO: SHUT TERSTOCK
BEHAAL HET MASTERDIPLOMA CHEMICAL ENGINEERING NAAST JE WERK
MSc IN DEELTIJD Ben je professional in de procesindustrie met een hbo-diploma dat je graag wilt opwaarderen naar een academisch niveau? De cursus Procestechnologie van de Universiteit Twente biedt deze bij- of omscholing. “De cursus is volledig in eigen tijd, naast een baan, te volgen.” Tekst: Igor Znidarsic
S
tel je bent in het bezit van een hbodiploma Chemical Engineering, je hebt een fulltime baan in een chemiebedrijf en je wilt een volgende stap in je carrière zetten. Maar hiervoor is een academische opleiding vereist. Wat doe je dan? “Bij het reguliere masterprogramma moet je in bepaalde periodes, zoals tijdens de designopdracht, dagelijks aanwezig zijn en moet je 3 maanden stage lopen bij een bedrijf”, zegt
Alexandra Elbersen, studieadviseur Chemical Engineering & Nanotechnology aan de Universiteit Twente. “Als werkende professional gaat dat gewoon niet.” Daarom biedt de faculteit Technische Natuurwetenschappen van de Universiteit Twente de cursus Procestechnologie aan, een cursus waarmee het masterdiploma naast het werk in deeltijd behaald kan worden.
Blended learning
In voorgaande jaren moesten de cursisten op bepaalde dagen colleges volgen op de universiteit. In overleg met bedrijven, die aangeven de cursus nog steeds te waarderen, is de cursus nu omgezet naar online zelfstudie, met elke week een aantal online contactmomenten en maar eens in de 3 weken een contactmoment op de universi-
teit zelf. “Het is blended learning, afstandsonderwijs”, aldus Elbersen. “De cursus is daardoor volledig in de eigen tijd, naast een fulltime baan, te volgen. Al zien we in de praktijk dat de meeste cursisten tijdens de cursus wel iets omlaag gaan in uren.” Dankzij deze nieuwe opzet maakt het dus ook niet veel meer uit in welke regio de cursist woont of werkt. Ook professionals met een masterdiploma in bijvoorbeeld Technische Natuurkunde of Elektrotechniek die in de chemische industrie terecht zijn gekomen, melden zich voor de cursus. “Zij kunnen vaak vrijstelling krijgen voor een aantal vakken.” De cursus wordt ook geadviseerd aan cursisten die zich aanmelden voor de reguliere masteropleiding, maar vanwege hun baan geen stage kunnen lopen.
Uniek in Nederland
BASIC, ADVANCED EN DESIGN
De cursus, die ongeveer 4 jaar duurt, is opgesplitst in drie delen: Basic Course (1,5 jaar), Advanced Course en Design Course (samen 2,5 jaar). Het programma van de bacheloropleiding Scheikundige Technologie vormt de basis voor het curriculum van de Basic Course. De basis voor de curricula van de Advanced en Design Course vormt het programma van de masterspecialisatie Chemical & Proces Engineering van de opleiding Chemical Engineering. Na de Basic Course heeft de cursist een solide theoretische basis. De Advanced Course en Design Course verbinden de theorie met de praktijk. Voor een MSc-diploma Chemical Engineering is nog een Final Master (Company) Assignment noodzakelijk, een schriftelijke en mondelinge rapportage van (een deel van) de werkzaamheden binnen het bedrijf waar de cursist werkzaam is.
De Universiteit Twente is de enige in Nederland die een dergelijke alternatieve route voor een masterdiploma Chemical Engineering biedt. De eerste cursus in de nieuwe opzet is deze maand gestart. De eerstvolgende mogelijkheid om de cursus te volgen is in april 2020. “Maar in overleg zijn ook andere data mogelijk. We willen een bepaalde flexibiliteit behouden”, aldus Elbersen. De kosten bedragen 9000 euro (voor het eerste deel, zie kader). “De meeste cursisten krijgen dit bedrag vergoed door hun werkgever.” p www.utwente.nl/pt-cursus september 2019 Chemie Magazine 15
FOTO’S: ROB VAN HOORN
16 Chemie Magazine september 2019
Toekomst
CEFIC PRESENTEERT AMBITIEUZE ‘EUROPEAN WAY’ VOOR CHEMIE IN EU
‘DIT IS HET BEGIN VAN EEN DIALOOG’ Met de presentatie van zijn Mid-Century Vision ‘Molecule Managers’ lanceert de Europese chemiekoepel Cefic een dialoog over de toekomst van de chemische industrie en de rol van de sector in de opbouw van een welvarend en duurzamer Europa in 2050. “We staan aan de vooravond van enorm veel kansen”, zegt Marco Mensink, directeur-generaal van Cefic. Tekst: Igor Znidarsic
‘H
et is momenteel niet eenvoudig om Europa te zijn. Daarom wilden we ons verhaal vertellen, het verhaal van de Europese chemie. We wilden the European way definiëren.” Aldus Marco Mensink, directeur-generaal van de Europese chemiekoepel Cefic. Dat verhaal is er nu. Het is getiteld Molecule Managers en is door Cefic vlak voor de zomer gepresenteerd. Die timing was bewust. “We wilden ermee komen voor de start van de nieuwe Europese Commissie en het nieuwe parlement, dus voor de nieuwe politieke plannen worden gemaakt.” Het nieuwe verhaal past volgens Mensink ook goed in de recente reorganisatie en verhuizing van Cefic naar het centrum van Brussel. “En het was voor de leden en de medewerkers goed om het verhaal gezamenlijk op te schrijven.” Voor het rapport is gebruik gemaakt van de bestaande relevante onderzoeken die samen met bureaus als McKinsey, Deloitte en Ecofys al waren gemaakt. Diverse stakeholders zijn geconsulteerd. Ook is nauw samengewerkt met het Copenhagen Institute for Future Studies
(CIFS), dat meer dan honderd trends en megatrends monitort. De aannames zijn vervolgens onderworpen aan de Delphi-studie, een onderzoeksmethode waarbij de visie van een groot aantal experts – in dit geval meer dan driehonderd – wordt gevraagd over een onderwerp waar geen consensus over bestaat. Mensink: “We hebben met zoveel mogelijk experts en stakeholders in en buiten de sector gesproken, met de overheid, ngo’s, consumentenorganisaties, vakbonden. Vervolgens hebben we de teksten geschreven en door de Cefic Board laten goedkeuren, en zijn dat verder gaan verfijnen. We hebben niet geforecast maar geforesight. Op alle chemie-gerelateerde onderwerpen proberen we de grens op te zoeken van wat in de industrie op dit moment mogelijk is en wat de maatschappij met ons wil bespreken.” U noemde de European way. Wat is dat precies? Mensink: “De European way is een specifieke weg voor Europa en een andere dan de andere continenten vol- e
september 2019 Chemie Magazine 17
gen. Amerika neemt met schaliegas een bepaalde positie in, de Chinezen richten zich steeds meer op China … Wij vinden dat we een eigen visie moeten hebben waar de Europese chemie naartoe gaat. We hebben nog steeds een heel sterke chemiesector in Europa, met een handelsoverschot van 48 miljard. We zijn de laatste jaren nog steeds gegroeid. Maar ons aandeel in de wereldexport daalt. De Global Chemicals Outlook zegt dat we in de toekomst twee keer zoveel chemie gaan gebruiken, en de vraag is: welk deel daarvan gaan wij leveren? Gaat ons aandeel nog verder slinken, blijft Europa min of meer stabiel, of kunnen we een deel van die groei meepakken? Neem bijvoorbeeld de Afrikaanse markt. Die is aan het einde van de eeuw tien keer zo groot als de Europese markt. Laten we die over aan de Chinezen, of …? Onze ambitie is deel te nemen aan de wereldwijde groei van de chemie. Maar we zitten tegelijkertijd ook in het strengste regulatory framework van de wereld, en we we krijgen straks het strengste climate framework van de wereld. We onderschrijven de doelen van Parijs, maar het snelheidsverschil tussen ons en de rest van de wereld vraagt om een nieuw verhaal, en daarbij kijken we naar de sterktes van Europa. Dit rapport is geen klimaatagenda, geen circulaire agenda, het is een agenda waarin we zeggen: hoe kunnen we het grootste deel van de markt pakken en tegelijkertijd klimaatneutraal zijn, en hoe kunnen we de strengste 18 Chemie Magazine september 2019
regels toepassen en toch groeien? Dat is ons verhaal, de European way.” Dat klinkt als een grote spagaat. “Zo kan je het zien. Als het snelheidsverschil tussen Europa en andere regio’s te groot wordt, verlies je. Als het verschil niet groot genoeg is, innoveer je niet. Het is een dunne lijn waarop je moet balanceren. Maar ik bekijk het positief, vanuit de kansen en de sterktes van Europa. We zullen het nooit van schaliegas winnen, we zullen nooit het aantal ingenieurs hebben dat de Chinezen hebben, maar we kunnen wel onze sectoren verder integreren, chemie en afval, chemie en staal, met nieuwe processen en nieuwe producten, en verder gaan op de weg van circulariteit, biobased en chemische recycling. We zitten in een regio met korte afstanden, gunstig qua infrastructuur. De vraag is: kun je op die sterktes bouwen om toch je positie op de wereldchemiemarkt te behouden? Het antwoord moet zijn: ja. De European way betekent definiëren waar onze sterktes liggen en wat we daarmee kunnen doen. Eigenlijk staan we aan de vooravond van enorm veel kansen. Dat is het verhaal van Molecule Managers.” Vanwaar die titel? “Daarmee bedoelen we dat de transitie waar Europa voor staat alleen mogelijk is met chemie. Als je kijkt
Toekomst
‘Onze ambitie is om, ondanks Europa’s strengste regulatory en climate framework, deel te nemen aan wereldwijde groei chemie’
naar waterstof, naar CO2- en CO-moleculen, naar afvalstromen, naar circulaire modellen, kom je uiteindelijk altijd terecht bij de innovaties van de chemie. De chemische industrie vervult een sleutelrol bij de omzetting van afval in waardevolle grondstoffen of nieuwe materialen, en is onmisbaar voor de transitie.” Innovatie is alleen mogelijk als de sector sterk blijft, en dat kan alleen in een level playing field. “Uiteindelijk wil je dat de transitie die Europa doormaakt door Europese bedrijven wordt gemaakt, dat het geld hier verdiend wordt en niet dat de zonnepanelen en windmolens uit China komen, wat momenteel helaas gebeurt. De European way is ook: geen import van producten die hier verboden zijn. Dan hebben we al veel gewonnen in ons level playing field. Ik ben niet voor handelsbelemmeringen, wel voor free trade volgens dezelfde regels. Niet made in Europe, maar regulated by Europe. Het minimum moet zijn dat alles wat op de Europese markt komt aan Europese standaarden voldoet. Een recent voorbeeld zijn de chromium plated lipstick caps, het spiegelende dopje op de lippenstift. Wij mogen dat vanwege het chroom straks niet meer maken, maar het spul komt wel met containers vol uit Azië rechtstreeks de haven van Rotterdam of Antwerpen binnenvaren. We moeten gaan nadenken over nieuwe regels hierover en hoe de overheid die gaat handhaven.” Een andere uitdaging is, zoals het rapport het noemt, de ‘increased competition for talent’. “Dat wordt een continu probleem. Digitalisering gaat een grote rol spelen. Ontwikkelingen als artificial intelligence, blockchain. Een uitgebreider gebruik van kunstmatige intelligentie en blockchain zal de productie van chemicaliën en de beoordeling van chemische risico’s efficiënter en transparanter maken. Als je straks je pen in de prullenbak gooit, is het via blokchain in principe mogelijk om de kosten van verwerking over de producenten te verspreiden. Deze technologische ontwikkelingen zullen ook bijdragen aan een betere opsporing van stoffen in de toeleveringsketens die aanleiding geven tot bezorgdheid en tot een verdere verbetering van de veiligheid van chemische stoffen in de EU. Voor de toepassing van al deze technologieën zijn werknemers met andere vaardigheden nodig. We hebben straks chemici nodig die hun verhaal duidelijk kunnen vertellen, die tegelijkertijd met hun Chinese collega’s kunnen praten, en die zich heel bewust zijn wat er allemaal kan met IT. India is in 2040 de enige regio met een surplus in skilled labour. Dan is de vraag: wil dat talent
straks in Nederland bij de Nederlandse chemie werken of gaan ze naar Google of Amazon? We zullen echt aan de bak moeten om mensen te vinden, vast te houden en door te ontwikkelen. We zullen ook aan kennis over regelgeving moeten werken. Momenteel heeft geen enkele student in Europa REACH in zijn curriculum. Ze komen in onze bedrijven producten maken die moeten voldoen aan een hele set regelgeving, maar die kennis hebben ze helemaal niet. Dat is toch raar?” Misschien wel de grootste uitdaging voor de toekomst: voldoende duurzame elektriciteit. “Voor de klimaatagenda is dat een groot issue. We onderschrijven de ambitie, we snappen waar we naartoe moeten, we kunnen aan de technologie werken, maar we weten op dit moment niet waar de hoeveelheid elektriciteit die we straks nodig hebben vandaan moet komen. En het netwerk om alle waterstof te vervoeren is ook nog een groot vraagteken.” Hoe is het rapport ontvangen? “De collega’s van staal, cement en andere sectoren zeggen: fantastisch verhaal. De mensen van de Europese Commissie die erbij waren betrokken zijn ook zeer positief. De wetenschappers zeggen: jullie zijn zo ver gegaan als je kunt, het is een dapper document. Commentaar kwam er wel van de milieu-ngo’s, die zeggen: jullie moeten nóg verder denken over substitutie. En dat is ook logisch.” En nu? Hoe verder? “We hadden een paper met één visie op de wereld kunnen schrijven, maar we hebben dat niet gedaan. We hebben ons kwetsbaar opgesteld. Dit rapport bevat niet zoiets als ‘de waarheid’, maar onze haalbare dromen. Het is niet het einde, maar het begin. Het begin van een dialoog. Met de sector zelf, met de energiesector, met de overheid. Er is een groot verschil tussen één fabriek CO2-emissies laten reduceren en dat de hele industrie laten doen. Daar zit ook een grote rol voor de overheid. Ik word heel blij van dit rapport. Er zijn enorme kansen om de dialoog aan te gaan. We gaan dit rapport nu eerst met alle Europese chemie-associaties bespreken, en ook met de raden van bestuur en raden van commissarissen van de bedrijven. We vragen ze te lezen, te begrijpen, discussiëren, oppakken en de dialoog in hun land aan te gaan. Er ligt een enorme dialoog voor ons, die waarschijnlijk een jaar of 20, 30 gaat duren. Met deze Mid-Century Vision hebben we een begin daarmee gemaakt.” p
DOWNLOAD
De Mid-Century Vision ‘Molecule Managers’ is te downloaden van: https://cefic.org/ thought-leadership/mid-centuryvision
september 2019 Chemie Magazine 19
VANWEGE 150 JAAR PERIODIEK SYSTEEM BESTEEDT CHEMIE MAGAZINE DIT JAAR AANDACHT AAN EEN AANTAL BIJZONDERE ELEMENTEN
42
Mo
ELEMENT NR. 42, MOLYBDEEN, VOOR STAALCONSTRUCTIES, STOFWISSELING EN HARTSCAN
WERKPAARD VAN DE NUCLEAIRE GENEESKUNDE
Molybdenum 95.94
Erg bekend is element nr. 42, molybdeen, niet. Toch bevat elke stalen brug of gebouw een paar procent molybdeen, net als de sarcofaag van Tsjernobyl. En het loodgrijze metaal is essentieel voor ons eten, schone lucht en de hartscan, die plotse hartdood kan voorkomen.
D
e allereerste molybdeenmijn opende in 1916 in Colorado. Alle eeuwen daarvoor was het grijzige metaal vooral lastig. Het zaaide verwarring omdat het zoveel op lood leek en was lastig van koper te scheiden. Maar toen eenmaal ontdekt was dat een paar procent molybdeen staal een stuk sterker maakt en beter bestand tegen hoge temperaturen, kwam er vraag naar ‘moly’. Het overgrote deel van de 200 miljoen kilo molybdeen die elk jaar wordt gewonnen, belandt in staalconstructies: in achtbanen, bruggen, hijskranen, windmolens, olieplatforms, pijpleidingen, destillatiekolommen, etc. Een bijzonder voorbeeld is de enorme stalen sarcofaag die in 2016 over de ontplofte kerncentrale nr. 4 in Tsjernobyl is geschoven. Vanwege de straling kon de boogvormige kap niet ter plekke worden gebouwd, en
20 Chemie Magazine september 2019
werd de sarcofaag de grootste verrijdbare staalconstructie ooit. De kap vervangt de haastig gebouwde staal-betonconstructie die er direct na de ramp in 1986 kwam om de omgeving tegen straling te beschermen. Die eerste sarcofaag is inmiddels broos en bros. De nieuwe kap moet de komende 100 jaar de resten van de centrale afschermen bij aardbevingen, orkanen of brand. Omdat de kap noch van binnen, noch van buiten opnieuw kan worden overgeschilderd is gekozen voor een robuuste, veelgebruikte constructiestaalsoort: SAE 316L. 2 tot 3 procent molybdeen maakt dit staal sterker en extra bestand tegen roest en hoge temperaturen. Een tiental procent van alle molybdeen belandt niet in staal maar in legeringen met metalen als nikkel en chroom. Deze materialen zijn, door het hoge smeltpunt van molybdeen (2623 °C), nuttig voor apparatuur die hittebestendig moet zijn, e
FOTO: GUIDO BOSL AND
Tekst: Marga van Zundert
Periodiek systeem
‘Het liefst zouden we alle sporters preventief screenen, zeker degenen die ongetraind of minder getraind de Alpe d’Huez op fietsen.’
september 2019 Chemie Magazine 21
SCHONE LUCHT
Meer alledaagse toepassingen van molybdeen zijn keukenmessen, schijfremmen en bodypiercings.
Het Mo-99 voor hartscans in Nederland komt uit de Hoge Flux Reactor in Petten.
In de jaren tachtig was ‘zure regen’ een gevreesd milieuprobleem. Zwavel- en stikstofdioxiden regenden naar beneden en verzuurden meren en vennen. Vooral in Scandinavië ontstonden ‘dode vennen’, en er werd gewaarschuwd voor massale bossterfte in Europa door verzuring van de bodem. Vooral raffinaderijen en het verkeer zorgden voor zwaveldioxide-uitstoot. Om de zure regen aan te pakken, werd ontzwaveling van aardolie en aardgas verplicht, en kwamen er strenge limieten voor zwavel in benzine en diesel. De emissie van zwaveldioxiden is sinds 1980 in Nederland met 89 procent gedaald. Daarbij was molybdeen onmisbaar: het metaal vormt de kern van ontzwavelingskatalysatoren. Aardolie wordt bijvoorbeeld over een katalysator-bed met molybdeen geleid, dat de reactie tussen waterstof en zwavel versnelt. Het waterstofdisulfide dat daarbij ontstaat wordt afgevangen en omgezet in elementair zwavel. Het ‘olieproduct’ is tegenwoordig de belangrijkste bron voor zwavel. De term zure regen is verdwenen, maar de bodemverzuring is niet geheel gestopt. Massale bossterfte bleef uit, maar zeker zomereiken hebben het moeilijk. Verzuring wordt nu gedomineerd door stikstofuitstoot in het verkeer en ammoniak uit de landbouw.
Molybdeen is voor de mens een onmisbaar spoorelement, nodig voor een goede stofwisseling.
22 Chemie Magazine september 2019
denk aan stoomturbines of elektrodes, en in de chemie aan reactoren, warmtewisselaars en sinterovens.
Technetium-koe
Maar molybdeen is niet alleen een constructiemateriaal, er zijn ook de meer alledaagse toepassingen als keukenmessen, schijfremmen en bodypiercings. En het speelt een belangrijke rol in onze gezondheid. Het is bijvoorbeeld een onmisbaar spoorelement in onze eigen stofwisseling, het voorkomt als katalysator luchtverontreiniging en bodemverzuring, en wortelknolbacteriën gebruiken molybdeen om stikstof uit de lucht te plukken en om te zetten in natuurlijke meststoffen (zie kaders). Molybdeen is bovendien de grondstof voor de belangrijkste radioisotoop in het ziekenhuis: technetium-99m (Tc-99m). “Noem het gerust het werkpaard van de nucle-
Mede door inzet van ontzwavelingskatalysatoren met molybdeen is de emissie van zwaveldioxiden sinds 1980 in Nederland met 89 procent gedaald.
aire geneeskunde”, zegt de Leidse hoogleraar Lioe-Fee de Geus-Oei. Want 80 procent van alle 400.000 diagnostische radionuclide-scans per jaar gebeurt ermee. “Zonder radio-isotopen zou onze gezondheidszorg echt minder van kwaliteit zijn. Ze geven artsen een preciezer en completer beeld van het functioneren van nieren, botten, schildklier of hart.” Dat juist Tc-99m de standaard is geworden komt omdat de straling weinig schade aanricht, de radioisotoop snel uit het lichaam verdwijnt en een korte vervaltijd heeft (6 uur). Maar zeker ook omdat het radioactieve molybdeen-99, ook wel ‘technetium-koe’ genoemd, vrij eenvoudig te produceren is en een handige halfwaardetijd heeft van 66 uur. Krijgt een (ziekenhuis)laboratorium aan het begin van de week molybdeen-99 aangeleverd, dan kunnen ze er de hele week het vervalpro-
Periodiek systeem
NATUURMEST
duct technetium-99m uit ‘melken’. Tc-99m wordt vervolgens gekoppeld aan een tracer, een stof die de radioisotoop naar de doellocatie in het lichaam gidst. De gammastraling die Tc-99m daar uitzendt wordt omgezet in beelden die tonen hoe het orgaan functioneert. Tc-99m wordt bijvoorbeeld gebruikt om uitzaaiingen van kanker in botten op te sporen. Dat gebeurt bijvoorbeeld met de stof Tc-99m-hydroxymethyleenbisfosfonaat. Bisfosfonaten hechten aan botweefsel. 3 tot 4 uur na inspuiten van de stof in de bloedbaan zal gezond bot op een scan egaal oplichten. Zijn er snel delende tumorcellen aanwezig, dan zal de radio-isotoop zich op die plek(ken) concentreren en donkere ‘hotspots’ laten zien.
Plotse hartdood
Maar wereldwijd wordt Tc-99m het meest gebruikt voor hartscans
Vlinderbloemigen zoals lupinen kunnen dankzij een enzym met molybdeen stikstof uit de lucht opnemen en omzetten in ammoniak.
FOTO’S: SHUT TERSTOCK
SPOORELEMENT
Molybdeen is een onmisbaar spoorelement, net als zink of jodium. Zo’n 65 microgram per dag hebben we nodig voor een goede stofwisseling. Dat komt omdat het metaal de kern vormt van een drietal enzymsoorten in ons lijf: xanthine-oxidase, sulfietoxidase en aldehyde-oxidase. De eerste is onmisbaar voor de afbraak van DNA, sulfietoxidase is onmisbaar voor eiwitafbraak en aldehydeoxidase breekt een aantal afvalstoffen in de lever af. Het laatste enzym beschermt ook de lever bij alcoholgebruik. ‘Molybdeen cofactor deficiëntie’ is een, gelukkig zeldzame, erfelijke afwijking waarbij geen van de drie enzymen werkt doordat molybdeen niet ingebouwd wordt. Kinderen met deze ziekte worden met ernstige beperkingen geboren en sterven jong. Een molybdeentekort komt eigenlijk niet voor; het element vind je vooral in volkorenproducten, peulvruchten en noten.
Gewassen hebben stikstof nodig om te groeien. Ze halen het uit de bodem in de vorm van ammoniak (NH4+) of nitraat (NO3-). Maar vaak zijn deze stoffen maar beperkt aanwezig en is mest nodig. (Kunst)mest verhoogt dan de opbrengst. In de jaren vijftig, zestig zorgde kunstmest op veel plaatsen voor verdubbeling van oogsten. Vlinderbloemigen zoals bonen en lupinen zijn natuurlijke bemesters. Ze zijn in staat om stikstof uit de lucht op te nemen en om te zetten in ammoniak. Voor de uitvinding van kunstmest werden ze vaak in rotatie- of combinatieteelt gebruikt om oogsten te vergroten. Het blad werd na de oogst ondergeploegd. De planten halen feitelijk niet zelf stikstof uit de lucht, maar leven in symbiose met speciale wortelknolbacteriën die dit kunstje onder de knie hebben. Een pittige klus, want stikstof (N2) is een zeer stabiel molecuul; er is veel energie nodig om het op te breken. Die energie krijgen de bacteriën aangeleverd door de plant in de vorm van suikers. Het enzym dat stikstof omzet in meststoffen heet nitrogenase en bevat molybdeen- en ijzeratomen in een fraai geordend cluster: de FeMo-cofactor, Fe7MoS9C. Het complexe proces van stikstofopname en hydrogenering tot ammonia is nog niet in elk detail achterhaald, net als de specifieke rol van molybdeen.
(myocardperfusie scintigrafie). Vitaal, gezond hartspierweefsel neemt de stof Tc-99m-tetrofosmine goed op, afgestorven weefsel totaal niet. “We kijken onder andere naar de zuurstofvoorziening van het hart, die geleverd wordt door de drie grote kransslagaderen. De scan richt zich met name op de linkerkamer van het hart, aangezien dit de hartspier is die het zuurstofrijke bloed door het hele lichaam pompt”, vertelt arts-assistent cardiologie Danny van de Sande van het UMC Utrecht. “Door de opname van Tc-99m-tetrofosmine in het hart in rust en na inspanning te vergelijken, zien we of er iets mis is met de doorbloeding.” Van de Sande onderzocht in het Máxima MC welke rol de hartscan kan spelen bij het voorkomen van plotse hartdood bij oudere, competitieve duursporters: wielrenners, roeiers en triatleten. Sporten is gezond en verlaagt het risico op hart-
problemen, maar jaarlijks sterven er in Nederland zo’n tweehonderd sporters tijdens of net na het sporten. Zeven keer zoveel oudere (ouder dan 35) als jonge mensen. Van de Sande: “Bij vier op de vijf oudere sporters is artherosclerose, ‘aderverkalking’, de oorzaak. Zo kan er een plaque losschieten en raakt een bloedvat acuut verstopt. Anderzijds kan er een zuurstoftekort optreden door een vernauwing, waardoor er een onbalans ontstaat tussen zuurstofvraag en zuurstofaanbod tijdens inspanning. Dit kan op zijn beurt weer leiden tot het optreden van plotse hartdood. Het liefst zouden we daarom alle sporters preventief screenen, zeker degenen die ongetraind of minder getraind ineens een marathon willen lopen of de Alpe d’Huez op fietsen. Dan vraag je extra veel van je hart. Helaas ontbreekt een goede, betrouwbare en betaalbare methode nog.” Een e september 2019 Chemie Magazine 23
De stalen sarcofaag die over de kerncentrale in Tsjernobyl is geschoven bevat 2 tot 3 procent molybdeen. Het maakt het staal sterker en extra bestand tegen roest en hoge temperaturen.
LIJKT OP LOOD
Molybdeen wordt veel gebruikt in staalconstructies, zoals bruggen, windmolens, olieplatforms en achtbanen
Molybdeen is de grondstof voor de belangrijkste radioisotoop in het ziekenhuis, gebruikt om uitzaaiingen van kanker in botten op te sporen en voor hartscans.
FOTO’S: SHUT TERSTOCK
Lange tijd werd element nr. 42, molybdeen, aangezien voor lood. Het metaal dankt er ook zijn naam aan: het Griekse ‘molubdos’ betekent ‘op-lood-lijkend’. De Zweeds-Duitse chemicus Carl Wilhelm Scheele (17421786) ontdekte in 1778 dat een ‘loodmineraal’ geen lood bevatte, zoals gedacht, maar een nog onbekend ander metaal. Het mineraal, nu bekend als molybdeniet, bleek molybdeendisulfide (MoS2). 4 jaar later lukte het de Zweedse geoloog Peter Jacob Hjelm (1746-1813) om puur molybdeen in handen te krijgen. Het is een redelijk hard, zwaar metaal met een opvallend hoog smeltpunt: 2623 °C. Wereldwijd wordt jaarlijks 200 miljoen kilo molybdeen gewonnen, vooral in mijnen in de VS, China, Chili en Peru. De hoeveelheid molybdeen in gesteentes is altijd gering: 0,01 tot 0,25 procent. Omdat kopererts altijd wat molybdeniet bevat, wordt ongeveer de helft van de molybdeen gemijnd als ‘bijproduct’. De erts wordt tot poeder vermalen en door schuimende waterbakken geleid. MoS2 is hydrofoob en komt bovendrijven, terwijl steen (silicaten) zinkt. MoS2 wordt geoxideerd tot MoO en met waterstof gereduceerd tot zuiver metallisch molybdeen.
hartscan blijkt niet elk risicogeval eruit te kunnen pikken, maar geeft wel extra informatie ten opzichte van een gewone fitheidstest, zodat er een betere risicoschatting kan worden gemaakt. Van de Sande: “Vinden we bijvoorbeeld een verstopte ader, dan volgt meestal hartkatheterisatie om te dotteren en een stent te plaatsen die het bloedvat weer openmaakt en houdt. Soms is zelfs een bypassoperatie nodig.”
Kernreactor
Het Mo-99 voor hartscans in Nederland komt uit de Hoge Flux Reactor in het Noord-Hollandse Petten. Wanneer een uraniumkern een neutron invangt, splijt het atoom, waarbij naast veel energie ook molybdeen-99 ontstaat. De reactor in Petten is ruim 60 jaar oud, maar onmisbaar omdat die een derde van alle Mo-99 wereldwijd produceert. Toen de reactor in oktober 2018 on24 Chemie Magazine september 2019
verwacht moest sluiten vanwege een lek, dreigde er onmiddellijk een tekort. De bouw van een nieuwe vervangende reactor, de Pallasreactor, moet medio 2021 beginnen. Inmiddels is er ook een alternatieve nieuwe productiemethode in ontwikkeling: het Lighthouse-project. Met een zeer sterke elektronenbundel kan een neutron uit de natuurlijke isotoop Mo-100 worden weggeschoten, waarbij Mo-99m ontstaat met veel minder radioactief afval en lagere investeringskosten. Lighthouse is een idee van ingenieurs van chipfabrikant ASML, die met een heel ander doel aan de technologie voor elektronenversnelling werkten: om minuscule structuren op printplaten te tekenen. Het project werd in 2016 aangewezen als ‘Nationaal Icoon’, maar wordt inmiddels ontwikkeld met het Belgische Instituut voor Radio-elementen (IRE). p
Chemiekaarten al meer dan 30 jaar lang uw onafhankelijk bron l het Beste artenieka m e h C 2019 k e o b
Betrouwbare, onafhankelijke stof- en veiligheidsinformatie Het werken met chemische producten/gevaarlijke stoffen vraagt om betrouwbare informatie. En dat is precies waarin ChemiekaartenÂŽ in voorziet. Wij zijn de enige uitgever in Nederland die haar chemiekaart laat toetsen door een onafhankelijk team van experts met een chemische achtergrond. U weet hierdoor zeker dat u bijvoorbeeld bij calamiteiten beschikt over de juiste actuele stof- en veiligheidinformatie. ChemiekaartenÂŽ bewijst al ruim 30 jaar haar autoriteit.
Bestel het Chemiekaartenboek via www.toxic.nl/chemiekaarten
De kerstwens van Ajay Sawant uit CaliforniĂŤ om zijn wetenschapsheld Sir Martyn Poliakoff te ontmoeten kwam uit in 2018.
26 Chemie Magazine september 2019
Wetenswaardig
PERIODIC VIDEOS SCOORT
205 MILJOEN VIEWS PER VIDEO De prijs wordt door de Royal Society elk jaar uitgereikt aan een wetenschapper met een uitzonderlijke prestatie op het gebied van communiceren met het brede publiek. Eerder kreeg onder meer Sir David Attenborough de prijs uitgereikt. Periodic Videos begon 11 jaar geleden toen wetenschappers van de School of Chemistry van de Universiteit van Nottingham met ďŹ lmmaker Brady Haran begonnen te werken aan hun missie om alle 118 chemische elementen op een leuke, levendige en vaak onconventionele manier te documenteren. Inmiddels telt het YouTube-kanaal meer dan 1,2 miljoen abonnees en worden de video’s gemiddeld 205 miljoen keer bekeken. www.periodicvideos.com
september 2019 Chemie Magazine 27
FOTO: ALE X WILKINSON MEDIA
Sir Martyn Poliakoff, professor in de chemie aan de University of Nottingham, heeft de prestigieuze Michael Faraday Prize and Lecture gewonnen voor zijn aandeel in het promoten van wetenschap bij een breed publiek. Poliakoff is hoofdpresentator van het YouTube-kanaal Periodic Videos.
CHEMELOT VERLEIDT ZIJ-INSTROMERS
1000
SAMEN OP ZOEK NAAR
NIEUWE OPERATORS
28 Chemie Magazine september 2019
Human capital
Chemelot heeft de komende 10 jaar duizend nieuwe operators nodig door een vergrijzend personeelsbestand. Daarom zijn acht bedrijven op het industrieterrein eind juni gezamenlijk een wervingscampagne gestart. Zij-instromers vormen een belangrijke doelgroep. Tekst: Adriaan van Hooijdonk
D
e komende 10 jaar gaat een groot deel van de huidige operators op industrieterrein Chemelot met pensioen. Daarom zijn acht bedrijven op het terrein eind juni met een campagne gestart om onder de gezamenlijke vlag van Chemelot nieuw personeel te werven en op te leiden: Anqore, ARLANXEO, Borealis, DSM, Fibrant, SABIC, OCI Nitrogen en Vynova. De krachten worden gebundeld om meer potentiële medewerkers aan te spreken. De gezamenlijke ondernemingen verwachten de komende 10 jaar ruim duizend operators op B- of C-niveau nodig te hebben. Uit onderzoek van de bedrijven blijkt dat er de komende jaren te weinig jongeren in de regio in een technische richting op mbo-niveau afstuderen om aan de vraag van de ondernemingen te voldoen. Bovendien sluiten de vaardigheden van de afgestudeerden niet optimaal aan op de behoeftes van de bedrijven. Daarom hebben SABIC, DSM en onderwijsinstellingen, waaronder Maastricht University, Zuyd Hogeschool en VISTA College, in 2011 Chemelot Innovation and Learning Labs (CHILL) opgericht.
Motivatie
“CHILL wil onderwijs en bedrijfsleven in de regio scherper op elkaar laten aansluiten. Dat is de afgelopen jaren vooral op hbo-niveau goed gelukt”, zegt Cyriel Mentink, projectleider bij CHILL. “Nu kiezen jaarlijks ruim 140 jongeren in de regio voor een hbo-laboratoriumop-
leiding. Dat is een stijging van 20 procent in vergelijking met een paar jaar geleden. Een groot deel daarvan is inmiddels aan de slag in de labs op het Chemelot-terrein. Tijdens hun studie zijn ze daar via CHILL in aanraking mee gekomen.” Operators zijn voor chemiebedrijven minstens zo belangrijk, maar er studeren te weinig geschikte mbo’ers af. Daarom richt de wervingscampagne zich niet alleen op schoolverlaters, maar ook op zijinstromers en mechanische operators A en B. CHILL werkt hierbij nauw samen met het Chemelot Career Centre. Het VISTA College verzorgt de opleidingen voor de zijinstromers. De toekomstige operators krijgen op het Chemelot-terrein lessen in procestechniek, meet- en regeltechniek, onderhoud, natuurkunde, veiligheid (VCA), rekenen, Nederlands en Engels. “Wij zoeken zij-instromers met een technische achtergrond of affiniteit met techniek”, zegt Michael Hamers, projectleider van deze wervingscampagne. “Mensen met minimaal havo 4/5 met exacte vakken, of mbo 3, vmbo theoretische leerweg of gemengde leerweg, of een afgeronde opleiding secundair voortgezet onderwijs of beroepsonderwijs. Leeftijd en ervaring zijn minder belangrijk. Motivatie, ambitie, doorzettingsvermogen en enthousiasme des te meer.”
Goed aanbod
Het aanbod ziet er volgens hem goed uit. De operators in spe krijgen een gratis leerwerktraject van 2 jaar
INFORMATIE OVER WERK, OPLEIDING EN VOORWAARDEN
In het wervingstraject werken de acht deelnemende Chemelot-bedrijven met elkaar samen. De nauwe samenwerking met opleidingsinstituut CHILL en het VISTA College maakt het mogelijk om toekomstige medewerkers een optimaal, op de praktijk gericht en op maat gemaakt opleidingsprogramma te bieden. De campagne bestaat uit wervende berichten op social-mediakanalen van Chemelot, zoals Facebook, Twitter en LinkedIn, waarin gebruikers meer informatie krijgen over de opleiding, de arbeidsvoorwaarden en het werk in de fabrieken. Alleen al de berichten dat er de komende 10 jaar duizend operators nodig zijn, zorgden voor veel aanmeldingen van potentiële medewerkers. Daarnaast was Fibrant op 28 juli aanwezig met een stand op de Fortuna Sittard Fandag. Belangstellenden konden operators van Fibrant ontmoeten en meer informatie krijgen over het opleidingstraject en de werkzaamheden.
aangeboden, dat normaal 18.000 euro kost. Ze verdienen door de ploegentoeslag een salaris van 130 procent en werken gemiddeld 33,6 uur per week. Ze hebben daarom meer vrije tijd dan werknemers in andere branches, ook buiten de reguliere vakantieperiodes. De operators werken 6 dagen achter elkaar en zijn dan 4 dagen vrij. Daarnaast werken ze met geavanceerde technologie in een werkomgeving die al tientallen jaren bestaat en niet snel zal verdwijnen. Sterker nog, Chemelot wil in 2025 zijn uitgegroeid tot de meest veilige, duurzame en concur-e
september 2019 Chemie Magazine 29
VAN MOLENAAR NAAR OPERATOR B De 33-jarige Dave Derks startte na de havo met een opleiding werktuigbouwkunde. Vervolgens werkte hij onder meer als molenaar, maar 3 jaar geleden verloor hij zijn baan. Een nieuwe baan was nauwelijks te vinden. “Ik zag een banner van Chemelot hangen. Daarin riepen ze belangstellenden op om te solliciteren voor de functie van operator. Toen ik naar de details informeerde, begreep ik dat het opleidingstraject volledig werd betaald. Bovendien kon ik meteen met een vast contract aan de slag bij Fibrant, inclusief de mogelijkheid om door te groeien naar operator C. Met die opleiding ben ik recent begonnen.” Door zijn technische achtergrond rolde Dave heel makkelijk door opleiding B heen. Die bestaat voor 20 procent uit theorie en voor 80 procent uit praktijk. Door de begeleiding van ervaren operators kent hij de installaties van Fibrant inmiddels vanbinnen en vanbuiten. “De eerste nachtdiensten waren even wennen, maar ik heb er nu geen problemen meer mee. Tijdens de nachtdiensten is het over het algemeen rustiger dan overdag.” Wat vindt hij het leukst aan zijn baan? “Storingen oplossen! Ik vind het interessant om de installaties nog beter te leren kennen en de oorzaak van storingen te achterhalen. Bijvoorbeeld wanneer een leiding niet goed is verwarmd en het product stolt. Dan grijp ik onmiddellijk in om de verstopping zo veilig mogelijk op te lossen.” Dave is nog lang niet uitgestudeerd. “Het heeft mij altijd een beetje dwars gezeten dat ik mijn oude studie werktuigbouwkunde niet heb afgerond. Daarom wil ik samen met Fibrant kijken hoe ik straks alsnog een passende hbo-opleiding kan afronden, bijvoorbeeld procestechnologie of technische bedrijfskunde.” Over de kosten en de studietijd hoeft hij zich geen zorgen te maken. “Fibrant betaalt alles. Bovendien heb ik tijdens een gemiddelde, rustige dienst 4 tot 5 uur beschikbaar om te studeren. Daar zou ik thuis niet aan toekomen met twee kleine kinderen en een vrouw in de zorg met onregelmatige werktijden.”
30 Chemie Magazine september 2019
‘De nieuwe medewerkers hoeven zich nooit meer zorgen te maken om hun baan’
rerende site van West-Europa. Maar waar moeten deze nieuwe krachten vandaan komen in de huidige overspannen arbeidsmarkt? “In de regio Limburg richten wij ons op drie groepen: schoolverlaters, zij-instromers en mechanische operators A of B. De laatste categorie werkt bij productiebedrijven waar ze bijvoorbeeld isolatiematerialen of voedingsmiddelen maken. Deze mensen hebben geen chemische achtergrond, maar zijn na een korte bijscholing zeker geschikt voor de fabrieken van de aangesloten Chemelot-bedrijven”, zegt Hamers. “Wellicht staan ze open voor een nieuwe uitdaging. De bedrijven op Chemelot behoren tot de top in de chemische industrie. En de vooruitzichten zijn goed. De nieuwe medewerkers hoeven zich nooit meer zorgen te maken om hun baan. In het voorjaar 2020 willen wij met een klas van vijf of zes mechanische operators beginnen. Door hun achtergrond als mechanische operator leiden wij ze binnen 4 tot 6 maanden op tot chemisch operator op B-niveau.” Daarnaast zoekt Hamers via het UWV naar geschikte mensen. Er zijn nauwe contacten met het UWV, zowel aan de Belgische als Duitse kant van de grens. Ook worden potentiële kandidaten benaderd via vacaturesites zoals Monsterboard en de Nationale Vacaturebank.
Ex-mariniers
De wervingscampagne begint zijn vruchten af te werpen. Eind
augustus had Chemelot ruim driehonderd sollicitaties ontvangen. Kort na de eerste van vele selectierondes kregen de eerste elf mensen direct een contract aangeboden. Begin november starten 24 kandidaten met het leerwerktraject van 2 jaar voor het operator-B-diploma. Een gemêleerd gezelschap van zij-instromers, waaronder twee ex-mariniers, automonteurs, logistieke medewerkers en zorgverleners. Gedreven en gemotiveerde mensen die al wat ouder zijn en heel bewust de keuze voor een overstap naar Chemelot maken, stelt Hamers. Maar wat gebeurt er als de bedrijven de komende jaren niet de beoogde duizend operators weten te vinden? “Dan heeft dit effect op de continuïteit van de bedrijven”, verwacht Dave Beijer, director people & culture bij het bedrijf Fibrant, gevestigd op het Chemelot-terrein. Deze plant produceert onder meer caprolactam en ammoniumsulfaat voor toepassingen in de auto-, textiel- en agrarische industrie. De gemiddelde leeftijd van de 330 medewerkers bij Fibrant ligt rond de 48 jaar. Hoewel de bedrijven op Chemelot de afgelopen 20 jaar de nodige automatiseringsslagen hebben gemaakt, is er nog steeds een groot gemis aan gekwalificeerde operators in de toekomst. “Wij moeten nu zij-instromers werven. Anders hebben we over 5 jaar te weinig personeel door de vele operators die met pensioen gaan en door onvoldoende aanbod vanuit de technische opleidingen.” p
Corrosieve omgevingen. Kostelijke blowdowns. Verborgen kosten. Laat uw efficiëntie niet verdampen.
Daarom is het niveau belangrijk Stoomproductie is verantwoordelijk voor wel 60% van uw totale energieverbruik. Dat betekent dat elke inefficiëntie u een klein fortuin kan kosten. Daarom is Magnetrol® belangrijk. Wij helpen u bij het identificeren van verborgen kosten, het verbeteren van de productie en het verminderen van stilstandtijd. En we hebben het grootste portfolio van niveau-instrumenten om uw gehele proces van stoomopwekking en condensaatterugwinning te optimaliseren. Dat is van cruciaal belang. Want in uw fabriek is het niveau belangrijk.
©2019 Magnetrol International
Download de Steam Generation Optimization Kit op steamgen.magnetrol.com
SDG 12, Responsible Consumption and Production, gaat over ‘resource and energy efficiency, sustainable infrastructure, and providing access to basic services, green and decent jobs and a better quality of life for all’.
SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS HELPEN BEDRIJVEN HUN DUURZAME IDEEËN TE REALISEREN
SDG-BELEID LOONT
32 Chemie Magazine september 2019
Duurzaamheid
De Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN bieden bedrijven een handig middel om hun duurzaamheidsdoelstellingen te checken en te communiceren. Grote en kleine chemiebedrijven bewijzen inmiddels dat SDG-beleid niet alleen haalbaar is, maar ook loont. Wel vraagt het meer dan technische oplossingen, “het vergt een cultuuromslag”. Tekst: Klaartje Jaspers
Z
e zijn breed, de Sustainable Development Goals (SDG’s) die de Verenigde Naties formuleerden om in 2030 een eind te kunnen maken aan armoede, ongelijkheid en klimaatverandering. Wereldwijd dachten bijna 8 miljoen burgers mee. Ze suggereerden thema’s en stemden op de onderwerpen die zij het meest belangrijk vonden. Het resultaat bestond uit zeventien doelstellingen, die niet alleen in de zogenaamde ‘ontwikkelingslanden’ nagestreefd moeten worden, maar over de hele wereld. Behalve een einde aan de honger en goed onderwijs voor iedereen, omvatten de SDG’s ook zaken als gendergelijkheid, duurzame steden en leven in het water. De zeventien doelstellingen zijn op hun beurt weer ondergebracht in 169 subdoelstellingen, deels voorzien van indicatoren. Om zich aan de doelen te kunnen verbinden, benoemen veel bedrijven vijf tot tien SDG’s als hun prioriteit. In Europa ligt de focus daarbij vaak op klimaatactie (lees: het verminderen van de CO2-uitstoot) en op verantwoorde consumptie en productie (lees: het stimuleren van een circulaire economie).
FOTO: SHUT TERSTOCK
Responsible Care
Helemaal nieuw zijn de thema’s niet, weet VNCI’s senior beleidsmedewerker Responsible Care en duurzaamheid Sjoerd Looijs uit jarenlange ervaring. In 1979 moesten in Ontario, Canada, een kwart miljoen inwoners worden geëvacueerd nadat een trein met gevaarlijke stoffen was ontspoord. In de nacht van 2 op 3 december 1984 lekte een Indiase pesticidefabriek in Bhopal zoveel methylisocyanaat-gas dat duizenden mensen stierven en ruim een half miljoen mensen gewond raakten. De incidenten waren aanleiding voor het opzetten van het programma Responsible Care (RC), waarmee het internationaal collectief van zo’n zestig nationale chemie-
verenigingen (ICCA) zich hard maakte voor het verbeteren van veiligheid, gezondheid en milieu rondom hun werk. Ook de VNCI baseerde haar beleid deels op het Responsible Care-programma, dat door de jaren heen steeds meer richting het alomvattender thema duurzaamheid bewoog. Naast milieutechnische aspecten omvat dat ook zaken als innovatie en menselijk kapitaal. “Het RC-programma is precompetitief,” ziet Looijs, “maar maatregelen om aan de nieuwe duurzaamheidseisen te voldoen, dwingen bedrijven vaak tot het afgeven van informatie die ze een paar jaar geleden graag nog geheim hielden.” Duurzaamheidseisen omvatten immers veel meer aspecten dan alleen de verplichte milieu- en veiligheidsheidsinformatie. Afnemers willen bijvoorbeeld weten waar grondstoffen vandaan komen, hoe ze geproduceerd zijn en wat voor effecten dat had – ter plekke, en in de rest van de wereld. Om zulke ketenverantwoordelijkheid te kunnen nemen, moeten bedrijven niet alleen zelf openheid geven, maar die ook vragen van hun leveranciers en klanten (de leveranciers van hun inkomsten). Initiatieven als Together for Sustainability (TfS) moeten daarbij voorkomen dat alle benodigde informatie talloze keren verstuurd en gecontroleerd moet worden. Het bestaat uit een groep chemiebedrijven die audits deelt. Deelname kost geld, maar het helpt bedrijven verantwoording af te leggen, zonder dat gevoelige data gelijk op straat komen te liggen (meer over TfS in Chemie Magazine oktober).
Essentiële schakel
Voor een sector die vooral grondstoffen levert, zijn dit soort initiatieven vrij nieuw, constateert de duurzaamheidsmanager. Bedrijven die rechtstreeks met consumenten te maken hebben, staan vanouds veel meer in de publieke aandacht. Ze innoveren daardoor ook sneller. In de tijd dat hij zelf nog bij Philips werkte, decennia geleden, zag het bedrijf al dat een tv zonder vlamvertragers extra klanten trok. Maar terwijl men in Eindhoven sprak over ‘environmental opportunities’, zagen Looijs’ leveranciers in de chemische industrie hem vooral als de boze man die allerlei impopulaire ingrediënten weigerde. Inmiddels heeft duurzaamheid ook in de chemie een hogere prioriteit gekregen, constateert hij. Bedrijven realiseren zich steeds meer dat duurzaamheid loont en dat de SDG’s ook kunnen helpen met realiseren van hun duurzame ideeën. “De chemie is grondstofleverancier van alle andere sectoren en is daarom essentieel voor het behalen van de SDG’s”, stelde Elsbeth Roelofs, sectormanager Chemie bij MVO Nederland, tijdens de stakeholdersdialoog van de VNCI op 22 mei. “Als de chemie het snel en goed oppakt, profiteert iedereen daarvan.” Om die enablers-rol te kunnen pakken, zullen chemie- e september 2019 Chemie Magazine 33
‘De SDG’s dwingen ons de blik te richten op de toekomst: waar willen we heen?’
bedrijven goed doorgronde keuzes moeten maken, denkt Looijs – kijken waar ze nog het meest verbetering kunnen boeken. Dat kan directe “businessvoordelen” opleveren, bijvoorbeeld in de vorm van een duurzamer product met een nieuwe markt en/of een grotere marge. Het kan ook puur gericht zijn op het verminderen van de impact op mens en milieu, bijvoorbeeld om ethische redenen, of om milieukosten te vermijden.
Veel pilots
worden, zullen bedrijven de verschillende effecten goed door moeten rekenen, informatie moeten delen met uiteenlopende ketenpartners en veel pilots moeten doen.” Dat kan de chemie niet alleen. Voor de benodigde kennis is samenwerking met de wetenschap nodig, voor een kringloopeconomie moet de chemie gaan samenwerken met andere sectoren, en voor het opruimen van juridische obstakels moet belemmerende wet- en regelgeving worden aangepast. Zo zijn er nog allerlei beperkingen om ‘afval’stromen over nationale grenzen te mogen vervoeren, terwijl zowel de EU als Nederland in 2050 een volledig circulaire economie willen hebben. De Sustainable Development Goals stimuleren bedrijven ook om vooruit te kijken, denkt Looijs. “Nu kijken we vooral nog terug, bijvoorbeeld naar het aantal incidenten dat heeft plaatsgevonden of welke efficiency is behaald. De SDG’s dwingen ons de blik te richten op de toekomst: waar willen we heen, moeten we daarvoor bepaalde indicatoren halen? Dat vergt meer dan technische oplossingen, dat vergt een cultuuromslag.”
Bijdrage chemie aan de Sustainable Development Goals
“Het laaghangende fruit is inmiddels wel geplukt,” denkt Looijs, “de keuzes die nu moeten volgen zullen waarschijnlijk lastiger zijn. Voordat die doorgevoerd
COCO -arme 2 2-arme ① economie
economie
Minimale Minimale impactmens mens ② impact enen milieu milieu Welzijnenen ③ Welzijn welvaart welvaart
De drie duurzame actielijnen van de VNCI en hun bijdragen aan de SDG’s.
BIJDRAGE DUURZAME ACTIELIJNEN AAN SDG’S De VNCI beschrijft drie duurzame actielijnen voor een duurzame toekomst: • Low carbon economy: met de Routekaart 2050 (Chemistry for Climate) moet de chemische industrie haar uitstoot van broeikasgassen in 2050 met 80 tot 95 procent verminderen ten opzichte van 1990. • Minimale impact op mens en milieu: met het Responsible Care-programma helpen chemi34 Chemie Magazine september 2019
sche bedrijven elkaar hun prestaties op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu voortdurend te verbeteren. • Bijdrage aan welzijn en welvaart: met het Streefbeeld 2030 werkt de sector aan een low carbon, high quality of life en circulaire economie. Tijdens de afgelopen editie van de stakeholdersdialoog besprak de VNCI met vertegenwoordigers uit de politiek, ngo’s, kennisinstellin-
gen, de financiële wereld en de industrie hoe deze actielijnen kunnen bijdragen aan de verschillende Sustainable Development Goals (SDG’s). De deelnemers zagen vooral veel overlap met doel negen: industrie, innovatie en infrastructuur, doel twaalf: verantwoorde consumptie en productie, en doel zeventien: partnerschappen om de doelen te realiseren.
Duurzaamheid
De keuze van Carbogen Amcis Veenendaal.
CARBOGEN AMCIS VEENENDAAL
SDG-BELEID BEVORDERT MAATSCHAPPELIJKE ACCEPTATIE EN NIEUWE ALLIANTIES De Nederlandse vestiging van Carbogen Amcis in Veenendaal telt maar 75 mensen. Toch weerhoudt dat de wolvetverwerkers er niet van een voorhoederol te spelen in het stellen van duurzaamheidsdoelen. Om een efficiënte selectie aan SDG’s te kunnen maken, ontwierp QHSE-manager Jeroen de Jong een keuzetool waar alle SDG-doelen en subdoelstellingen worden getoetst op toepasbaarheid en mogelijke impact. Hij vertaalde de zes verkozen SDG’s naar concrete acties voor de komende jaren. Het kostte wat tijd, maar Carbogen Amcis had dan ook iets: een behapbaar SDG-beleidsdocument van zeven pagina’s. Naast ‘usual suspects’ als milieuimpact en veiligheid, kiest het bedrijf ook verrassende prioriteiten als kwaliteitsonderwijs en duurzame steden. Anders dan bij veel grote bedrijven,
staat de fabriek in het centrum van de stad, verklaart De Jong en hij benadrukt: “Je license to operate leunt ook op de maatschappelijke acceptatie van je omgeving. Een vergunning hebben is mooi, maar de buurvrouw op de hoek moet je ook gerust kunnen stellen.” Daarnaast doen de wolvetverwerkers veel zaken met kritische klanten uit de wereld van voeding, cosmetica en de farmacie. Die zitten niet te wachten op resten bestrijdingsmiddelen in hun cholesterol of vitamine D. De klanten in de cosmetica willen bovendien het liefst niets wat met dieren te maken heeft. Het dwingt het bedrijf op zoek te gaan naar veganistische alternatieven, zoals een geconcentreerd restproduct van de rode alg. Om de 170 vragen uit de testtool iets behapbaarder te maken, maakte De Jong een soort kaartspel. Door dat ook
met andere leveranciers in de keten te spelen, ontdekt hij al snel nieuwe opties voor samenwerking. “Soms ontdek je dat je een voorkeur voor een SDG deelt. Dan vraag je waarom. Zo bleek bijvoorbeeld dat een wolwasserij moeite had om pesticides uit het afvalwater te krijgen. Die pesticides zijn voor ons ook een probleem, want wij worden afgerekend op het pesticidegehalte in ons product. We zijn toen samen een communicatiecampagne gestart om boeren te vragen hun schapen niet vier tot vijf keer per jaar preventief in het gif te dopen. We hebben de gevolgen in beeld gebracht: de gevolgen voor de wasserij en de farmaceutische industrie, maar ook voor kinderen die op een wollen tapijt spelen. Als relatief kleine speler in de wolmarkt hebben we weinig macht, maar samen staan we sterker.”
De keuze van SABIC.
SABIC BRENGT AFVAL NAAR DE VOEDINGSMIDDELENINDUSTRIE Eind juni publiceerde SABIC zijn Sustainability Roadmap 2019, gebaseerd op de SDG’s van de VN. Als grootste beursgenoteerde onderneming van Saoedi-Arabië ziet de petrochemische onderneming zichzelf als een belangrijke speler om het land minder afhankelijk van aardolie te maken. Zowel binnen Saoedi-Arabië als ver daarbuiten gebruikt het de SDG’s daarbij om risico’s in kaart te brengen en nieuwe kansen te identificeren. Door samenwerkingen aan te gaan met andere sectoren creeert het bedrijf nieuwe, circulaire waardeketens, zo benadrukt duurzaamheidsmanager Frank Kuijpers. Zowel in eigen land als in landen als Soedan en Nederland vormt SABIC partnerschappen om kennis, innovatie en ondernemerschap aan te zwengelen. In eigen land werkt het mee aan een nationaal wateronderzoeksinstituut, terwijl het boeren traint in het gebruik van een (plastic) systeem voor druppelirrigatie waarmee ze ook in het lokale
woestijnklimaat voedsel kunnen produceren. Lokale ondernemers worden gesteund met het programma Nursaned. Dat moet ook buitenlandse ondernemingen helpen zich in het koninkrijk te vestigen, zodat daar meer werkgelegenheid ontstaat. Ook de Nederlandse vestiging in Geleen boekt successen met samenwerking, vooral op circulair gebied. Zo levert de fabriek haar restwarmte voor het verwarmen van nabijgelegen huizen. Daarnaast draait de naftakraker voor een deel op olie uit resterend boomschors uit de houtindustrie. “Door afval uit de houtindustrie te gebruiken als grondstof voor de petrochemie, ontstaat een nieuwe waardeketen”, zegt Kuijpers. “Die waardeketen draagt bij aan onze klimaatdoelstellingen.” Het bedrijf beperkt zich niet tot samenwerking met de houtindustrie. In 2021 wil het laagwaardig afvalplastic van afvalverwerker Renewi om gaan zetten in pyrolyse-olie. Dit jaar bleek uit een
eerste test al dat de eerste ISCC+gecertificeerde circulaire polymeren – polyethyleen (PE) en polypropyleen (PP) – zo schoon waren dat ze straks ook in de medische en voedingsmiddelenindustrie gebruikt mogen worden. “Het gebruik van plastic afval als grondstof voor nieuwe plastics is volledig nieuw voor onze industrie”, stelt Kuijpers. “Het transformeert de bestaande lineaire naar een circulaire waardeketen.” Om dat ook met een afvalstof als CO2 te kunnen doen, heeft SABIC in Saoedi-Arabië een installatie neergezet die jaarlijks een half miljoen ton gezuiverde CO2 moet kunnen produceren. Die resulterende vloeistof dient als grondstof voor veelzijdige grondstoffen als urea, methanol en oxo-alcohol. Daarnaast kan het gebruikt worden om voedsel te conserveren of dranken van bubbels te voorzien. p
september 2019 Chemie Magazine 35
Innovative solution provider for refinery, petrochemical and chemical industries TechnipFMC is a world-class leader in design, engineering, procurement and construction of process plants for the oil, gas and petrochemical industries. Our office is a dedicated process technology center with a skilled team in worldwide execution of EPC projects (both grassroots and revamps) with high focus on HSE (15 years without LTI). Innovative technology solutions reducing CO2 footprint in: ``Ethylene production ``Hydrogen/syngas production ``Fast pyrolysis bio-oil production ``Special heaters for EDC, DRI and refinery applications Our dedicated services team is prepared to support the operation of your plants. For more information, please contact us: tpbenelux@technipfmc.com Discover more. TechnipFMC.com TechnipFMC Process Technology Afrikaweg 30, P.O. Box 86 2700 AB Zoetermeer
pa-ats.com
Process industry specialist for operation excellence Process Automation Solutions is marktleider als onafhankelijk leverancier van automatiseringsoplossingen in de procesindustrie. Met meer dan 1400 automatiseringsingenieurs, verspreid over Europa, Amerika en Azië, staat PA Solutions op de kaart als een mondiale speler en leverancier van automation-engineering solutions en totaaloplossingen voor het besturen, controleren en beveiligen van procesinstallaties. In Nederland en België zijn een 200-tal engineers actief in de vestigingen van Breda en Antwerpen (Melsele). Onze focus ligt op totaal implementatie van E&I-DCS- SIL en MES-oplossingen voor een ultieme plant performance. Wij leveren onze kennis hoofdzakelijk aan de “zwaardere procesindustrie”, zoals de (petro)chemische, farmaceutische en food industrie.
Process Automation Solutions BV Nikkelstraat 2 • 4823 AB Breda • info.nl@pa-ats.com
Transport
DIGITALISERING REINIGINGSPROCES TANKAUTO’S
‘DIGITAAL KUN JE VEEL BETER ANTICIPEREN’ Cefic heeft samen met de betrokken branches de informatie-uitwisseling voor het reinigen van tankauto’s gedigitaliseerd. Het doel is om de papieren documenten in de EU uit te bannen.
V
oor een tankauto beladen kan worden, moet deze gereinigd worden. In de EU gebeurt dat door gespecialiseerde bedrijven. De administratie bij dit proces vindt nog steeds plaats op basis van papieren documenten, en wel in viervoud omdat alle betrokkenen – verkoper (chemiebedrijf), reinigingsbedrijf, verlader en transporteur – een bewijs van reiniging nodig hebben. Daarom heeft Cefic in samenspraak met essenscia, de Europese vervoerders van chemische producten (ECTA) en de Europese tankcleaningbedrijven (EFTCO) de afgelopen jaren gewerkt aan digitalisering van het administratieve proces. Daartoe is ECLIC (European Chemical Logistics Information Council) opgezet, waarin de drie branches participeren. Doel: beveiligde gegevensuitwisseling tussen de actoren mogelijk maken via een applicatieplatform waarmee de huidige handmatige en papiergestuurde logistieke processen worden omgezet in meer geïntegreerde,
collaboratieve, elektronische en realtime processen.
Dematerialiseren
“Tankcontainers komen uit de hele wereld en ondergaan diverse beladingen, en dan is de beschikbaarheid van informatie over de historiek van de laatste belading heel belangrijk”, zegt Peter Devos, managing director van ECTA, tevens managing director van ECLIC en coördinator van het project. Hij rekent voor dat er in 2018 in Europa 3,6 miljoen ECD’s (EFTCO Cleaning Document) zijn aangemaakt. “Maal vier, kom je op zo’n 14 miljoen papieren documenten.” Toch is het doel van het project niet primair het uitbannen van papier. Dan had men ook met scankopieën of pdf’s kunnen gaan werken. “Het gaat om het volledig dematerialiseren en digitaliseren van het document. Daarmee krijg je betere data-accuraatheid en transparantie, en betere compliance en efficiëntie.” “Digitaal kun je veel beter anticiperen”, zegt Devos. “Het probleem met
papier is dat het niet anticipeert. Als bijvoorbeeld op de laadplaats iets mis blijkt met een papieren document, moet de tankcontainer retour, wat heel inefficiënt is. Bovendien wordt de chauffeur vaak gebruikt als bron van informatie over de vorige lading. Je beschikt over veel nauwkeuriger en vollediger informatie als je die productinformatie kan opvragen via de dispatcher of rechtstreeks van het chemiebedrijf dat de vorige belading heeft afgewerkt. Dat was de hoofdreden om de informatie te gaan digitaliseren. Met het elektronische ECD (eECD) kun je product-, equipment- en reinigingsstatus-informatie rechtstreeks en vooraf vanuit de bron met elkaar delen, iets wat op papier niet kan.”
FOTO: SHUT TERSTOCK
Tekst: Igor Znidarsic
Communicatieloops
De informatie wordt gedeeld via een cloud-based webapplicatie, die draait op het NxtPort-dataplatform van de haven van Antwerpen. Gebruikers krijgen een eECD-licentie en -gebruikersaccount. “Als een cheseptember 2019 Chemie Magazine 37
‘Met het eECD kun je product-, equipment- en reinigingsstatus-informatie rechtstreeks en vooraf vanuit de bron met elkaar delen, iets wat op papier niet kan’ miebedrijf een order indient bij een transportbedrijf en vraagt om een product te gaan laden, geeft het transportbedrijf aan het cleaningbedrijf de opdracht tot het reinigen van de tankcontainer en wordt de container door de dispatcher toegewezen aan de transportorder. Dan wordt het initiatief digitaal gecreeerd”, legt Devos de procedure uit. “Zodra de container is gereinigd en het eECD is elektronisch afgetekend, wordt die informatie automatisch gedeeld met het chemiebedrijf of de betrokken laadlocatie en worden zo de communicatieloops gesloten.” De voordelen: • De reinigingsstatus is transparanter, is in realtime te volgen en is te allen tijde inzichtelijk; • Minder kans op administratieve fouten en ontbrekende documenten; • Verhoogde productkwaliteit en minder risico op cross-contaminaties; • Het digitale proces is minder fraudegevoelig en biedt betere traceerbaarheid; • Vermindering van wachttijden aan de poort doordat controles vooraf en sneller kunnen plaatsvinden; • De voorgaande ladinginformatie komt van de bron. In de toekomst kan dat mogelijk uitgebreid worden tot meerdere ladingen voor producten/klanten.
Barrières
Het heeft jaren geduurd voor het systeem er was en meerdere keren zijn de pogingen gestaakt. Er ging wat tijd overheen voor iedereen overtuigd was van de voordelen van digitale samenwerking. Een andere hobbel was geld: papier is gratis, een digitaal systeem niet. De grootste barrière was het delen van data. Devos: “Als je de informatie van het cleaningbedrijf, het transportbedrijf 38 Chemie Magazine september 2019
SABIC ONDERSTEUNT INITIATIEF
“Wij ondersteunen dit initiatief en gaan het implementeren”, zegt Huub Vergoossen, senior specialist QESH Supply Chain Solids bij SABIC Europe. “De voornaamste reden is het terugdringen van papier en eenvoudigere archivering. Inhoudelijk verandert er voor ons niet zoveel. Wij controleren altijd al de gegevens op het document, waarvan de witte variant (het document is er in vier kleuren) voor ons is. We accepteren nooit een document zonder kleur, dus een kopie. Verder worden visuele controles uitgevoerd, van onder meer de binnenkant van de silotank en de losslangen, om er zeker van te zijn dat alles goed schoon is en contaminaties worden voorkomen. Dit proces van controle van het document en de silotanktrailer gaat niet veranderen door het eECD.” Er moeten volgens Vergoossen wel nog wat praktische zaken worden opgelost. Zo heeft degene die deze controles uitvoert lang niet altijd een laptop of computer tot zijn beschikking. “Als dat soort zaken zijn opgelost, zijn wij een grote voorstander van dit systeem.”
en het chemiebedrijf deelt, ontstaat er gevoelige businessmaterie. Daarom moet je voorkomen dat er één grote database ontstaat. We hebben dat opgelost door heel specifiek te kijken welke data de actoren gaan delen en welke niet, hoe we de velden gaan definiëren en wie welk veld mag zien en wie niet. En omdat je maar beperkte historiek nodig hebt, slaan we de data beperkt op. De actoren werken op basis van een transactie samen, de voorgaande data zijn daarbij niet meer nodig en worden verwijderd.”
Transitie versnellen
Voor chemiebedrijven biedt het systeem met name meer compliance in de (transport)keten en zekerheid dat het product voldoet aan de specificaties van de klant. De pilot is in 2018 afgerond en het eECD is nu zo ver doorontwikkeld dat bedrijven het kunnen gebruiken. Zo’n twintig partijen en (voornamelijk Belgische) chemiebedrijven doen dat al, waaronder BASF, Covestro, Evonik, en binnenkort ook Ineos, Borealis en Sumitomo. Dit najaar wordt het systeem verder uitgerold naar laad- en cleaninglocaties in Duitsland, Frankrijk en Nederland, waarbij de operators getraind worden om met de applicatie te werken. “We willen organisch groeien binnen de chemische clusters, om productie-ervaringen op te doen en het proces verder te verfijnen”, aldus Devos. “Het is aan che-
miebedrijven om de transitie te versnellen, door digitale samenwerking te vragen bij transport van hun producten. Dan gaat het transportbedrijf dat verder initiëren in de keten.” De bedoeling is dat uiteindelijk heel de EU met het eECD gaat werken. p www.eclic.eu www.eftco.org
INFORMATIEBIJEENKOMST
Over het eECD organiseert de VNCI samen met de Vlaamse collega’s van essenscia op 16 oktober een informatiebijeenkomst in Breda. Vervoerders en tankcleaningbedrijven zijn ook van harte welkom. Aanmelden via: dijkhuizen@vnci.nl
Profiteer van de nieuwste kennis en kunde
PUMPS & VALVES 2 en 3 oktober 2019 Ahoy, Rotterdam Standnr. M104
VIND JOUW CURSUS OP PAOTM.NL
CONFIGURATIEMANAGEMENT k 29 en 30 oktober 2019 # D. Terleth (ADSE Consultancy & Engineering Services)
EXPLOSIEVEILIGHEID k 30, 31 oktober en 1 november 2019 # dr. ir. S.M. Lemkowitz (TU Delft)
PRACTICAL DATA SCIENCE k 30 oktober, 6, 13 en 20 november 2019 # dr. J.J.M. Rijpkema (TU Eindhoven)
PROCESS CONTROL k 30 oktober, 6, 13, 20 en 27 november 2019 # dr. ir. J. Schuurmans MSc (DotX Control Solutions B.V.)
WATERSTOF VOOR PROFESSIONALS k 31 oktober en 1 november 2019 # J. Reijerkerk MSc (Ekinetix)
VEZELVERSTERKTE KUNSTSTOF COMPOSIETEN k 20 en 21 november 2019 # ir. R. Grefhorst (Sirris, SLC lab)
Extreem slijtvast SAMSON CERA SYSTEM levert extreem slijtvaste regelventielen, leidingelementen en restrictieplaten voor o.a. abrasieve droge stoftransporten. Kenmerken:
– Verschillende soorten keramiek – Kogelkranen t/m DN 350 – Sliding Disc afsluiters t/m DN 50 – Bestand tegen thermoshock Toepassingen:
– Catalist, zoals aluminiumoxide – Droge bulkstoffen, zoals zand, cement, kwarts, kool en glas – Pigmenten, zoals TiO2, Ti3Cl4, H2SO4 – Corrosieve slurry – Papier- en houtpulp
NIEUW BETROUWBAARHEIDSANALYSE VOOR TECHNICI
LEIDERSCHAPSONTWIKKELING VOOR INGENIEURS Volg het complete programma of modules # ir. G.H.S. Weisz (Canitiem)
Inschrijven of het complete aanbod zien? www.paotm.nl Vragen? 015 278 46 18 of info@paotm.nl
SAMSON REGELTECHNIEK B.V. Signaalrood 10 · 2718 SH Zoetermeer Tel. +31 (0) 79 361 05 01 info@samson-regeltechniek.nl www.samson-regeltechniek.nl
A01188NL
k 3, 10 en 17 december 2019 # ing. P.C. de Groot en ir. J.L. Brinkman (NRG Arnhem)
Wat is er zo boeiend aan chemie en wat maakt werken in de chemiesector zo leuk? Chemie Magazine vraagt het aan mensen die een chemieopleiding hebben gedaan en nu in de chemie werken.
Jorn van Putten
DOCENT CHEMISCHE TECHNOLOGIE BIJ HOGESCHOOL ROTTERDAM
HET IS GAAF HOOR, ALS EEN LES GOED DRAAIT “Ik heb nooit eerder zo hard gewerkt voor zo weinig geld.” Nee, voor het salaris stapte Jorn van Putten niet over van de chemische industrie naar het onderwijs. Gelukkig heeft hij andere drijfveren: “Mijn werk levert vooral een kick op.” Tekst: Inge Janse
40 Chemie Magazine september 2019
Human capital
1
Waar werk je en wat doe je daar? Ik werk als docent chemische technologie bij het Rotterdam Mainport Institute, een faculteit binnen de Hogeschool Rotterdam voor veelvoorkomende beroepen in de haven. Wij hebben daarom extra aandacht voor de energietransitie en raffinaderijen. Ik geef daarbinnen de technologische vakken, dus thermodynamica, meet- en regeltechniek, werktuigbouwkunde en procesveiligheid. Ook maak ik tentamens en organiseer ik excursies. Verder haal ik bij bedrijven onderzoeksopdrachten en gastdocenten binnen voor onze studenten, zoals voor onze minor over de energietransitie.
2
Wat vertel je je kleine nichtje als zij vraagt wat voor werk je doet? Ik ben docent wis-, natuuren scheikunde, maar dan voor mensen die in een fabriek willen gaan werken. Zo kunnen zij uit dingen die je in de natuur vindt, zoals olie, voor van alles spullen maken: van toetjes na de maaltijd tot benzine voor je auto. Ik help ze om op een gestructureerde manier problemen op te lossen. Zo moeten zij zonder ongelukken veilig in een fabriek kunnen werken, waarin daarnaast zoveel mogelijk geld verdiend wordt omdat het werk zo efficiĂŤnt verloopt.
FOTO’S: MIRJAM VAN DER LINDEN
3
Hoe ben je in deze baan terechtgekomen? Ik groeide op in Friesland en was een echte techneut, met een Commodore 64-computer en een brommer die elk weekend uit elkaar ging. Op de havo gingen natuur- en scheikunde me heel makkelijk af. Na een jaar vwo en een tussenjaar in de Verenigde Staten, ging ik op kamers in Groningen voor het Hoger Laboratorium Onderwijs. Ik kwam op dat idee omdat ik ooit een stripverhaal las over hoe een fabriek twee keer zo groot werd gemaakt, en wat daarbij mis kon gaan. Omdat ik niet kon kiezen tussen natuur- en scheikunde, koos ik voor chemische technologie. Ik had bovendien een hekel aan op het e september 2019 Chemie Magazine 41
‘Ik hoop dat mijn praktijkervaring mijn meerwaarde is’
NAAM Jorn van Putten. LEEFTIJD 41 jaar. WOONPLAATS Delft. HUWELIJKSE STAAT Samenwonend. KINDEREN Twee jongens, van 6 en 3 (“die wordt geen technicus, hij is zo onhandig”). OPLEIDINGEN Master technische scheikunde (Rijksuniversiteit Groningen, 2002-2005), bachelor chemische technologie (Hanzehogeschool Groningen, 1997-2002), havo (RSG Sneek, 1990-1995). NEVENACTIVITEITEN Buiten de Hogeschool Rotterdam is Jorn niet actief in nevenfuncties, daarbinnen zit hij in de nodige commissies, zoals voor de jaarlijkse alumni-terugkomdagen en voor internationalisering. “Studenten wonen vaak thuis. Zelfs als ik voorstel om een minor te doen in Breda, zeggen ze: nee, dan moet ik helemaal met de bus. We willen ook meer internationale uitwisselingen tussen studenten. Ze moeten wat meer op hun plaat durven gaan.” WERKGEVERS Docent chemische technologie bij Hogeschool Rotterdam (2017-heden), technologiemanager bij OCI Terminal Europoort (2011-2017), procestechnoloog bij ADM (2010-2011), procestechnoloog bij DSM/OCI Nitrogen (2007-2010), procestechnoloog bij Fluor (2005-2007).
laboratorium staan. Na die studie kon ik een subsidie krijgen voor de universiteit in Groningen. Die overgang van hbo naar universiteit was alleen enorm, dus dat kostte me wel 3 jaar om af te ronden. Ik begon daarna bij ingenieursbureau Fluor, maar dat was te veel een kantoorbaan. Ik stapte over naar DSM in IJmuiden, wat later OCI werd. Die kunstmestfabriek moest later dicht, en ik bleef tot het einde om deze veilig te laten doordraaien en af te bouwen. Vervolgens werkte ik nog 6 jaar bij de ammoniakterminal van OCI in Rotterdam. Een stagiair die ik daar had, vertelde dat ze op de Hogeschool Rotterdam nog naar 42 Chemie Magazine september 2019
docenten zochten. Lesgeven wilde ik altijd al een keer uitproberen, en op de terminal had ik het wel gezien.
hoofd te prenten, zodat ze die methode ook voor andere vakken kunnen gebruiken.
Wat vind je zo leuk aan wat je doet? Ik leer heel veel over mezelf, want voor een klas vol pubers staan is confronterend. Het gaat heus niet altijd goed. Soms voel ik dat ik mijn overwicht verlies, dan komen de telefoons weer op tafel. Vooral in het begin greep ik soms te laat in, dan is je les helemaal naar de knoppen. Een hoorcollege houden kan iedereen, maar na 20 minuten heeft het echt geen effect meer. Ik moet steeds activiteiten verzinnen, zodat de studenten toch blijven leren. Ik leer ook weer veel kennis opnieuw, want tijdens je werk raak je daar zoveel van kwijt. Als ik nu terugging naar mijn oude baan, dan zou ik veel meer efficiëntieslagen kunnen maken, gewoon doordat ik de theorie weer paraat heb. Vooral als ik lesgeef over procesveiligheid kan ik vertellen wat er in de praktijk mis kan gaan. Zo hoop ik mijn studenten te motiveren om meer te zijn dan een technoloog, iemand die sommetjes maakt. Ze hebben ook een voorbeeldfunctie in de fabriek, als mensen die snappen dat er veel meer is dan alleen ‘goed’ en ‘fout’. Ik hoop dat die ervaring uit de praktijk mijn meerwaarde is.
Wat is hét verschil dat je de komende tijd wilt maken? Ik wil heel graag meer contacten met het bedrijfsleven. Maar omdat mijn baan zo druk is, gaat dat ten koste van het opbouwen van een netwerk, waardoor ik een eiland word. Terwijl het gebeurt in de industrie, dus we moeten het juist samen doen. We moeten naar een Silicon Valley-achtig systeem, waar onderwijs en industrie veel meer samengesmolten zijn. Studenten worden nu vaak net voordat ze afstuderen weggekaapt, maar waarom zouden ze dan niet al eerder in hun opleiding opdrachten doen voor het bedrijfsleven? Laat ik daarom dit interview ook gebruiken voor deze oproep: ik zoek bedrijven die de behoefte hebben om iets uit te laten zoeken waar ze zelf geen tijd voor hebben. Laat onze studenten eens een conceptstudie van een halfjaar doen. Vooral voor het mkb kan dat erg interessant zijn. We beschikken over onze eigen proceshal en een proeffabriek, dus we hebben alle ruimte om gekke dingen uit te proberen.
4
5
Op welke eigen prestatie ben je het meest trots? Dat zijn de kleinere dingen waardoor studenten die zijn vastgelopen in het studeren weer verder kunnen. Met een kleine hint kan ik hun dan de oplossing geven. Het vak thermodynamica is bijvoorbeeld het grootste struikelvak. Ik heb daarom het openboektentamen omgebouwd naar een versie met enkel een formuleblad. Inmiddels maken studenten dat tentamen beter dan voorheen. Ze leren op een specifieke manier denken: beginnen met een simpele energiebalans, die ze vervolgens verder uitwerken. Ik probeer dat stappenplan in hun
6
7
Wat levert je werk je op? Ik verdien net boven de 4000 euro per maand. Dat is zeker niet slecht, maar in vergelijking met het bedrijfsleven ben ik flink in salaris achteruitgegaan. (lachend) Ik heb nooit eerder zo hard gewerkt voor zo weinig geld. Maar ik heb er geen zorgen over, ik kan gewoon naar de Albert Heijn en hoef niet naar de Lidl. Mijn werk levert vooral een kick op. Het is gaaf hoor, als een les goed draait. Soms denk ik na een uur praten tegen ongeïnteresseerde gezichten: wat komt hier nou van over? Maar als studenten zelf iets moeten presenteren, merk ik soms dat 80 procent gewoon is aangekomen. Dat is heel leuk om te zien.
Human capital
8
Aan welke normale producten lever jij een bijdrage? Dat zijn de studenten. Mijn bijdrage aan hen is dat ze ook oog hebben voor procesveiligheid. Dat vind ik belangrijk, omdat ik in de praktijk dingen heb gezien die niet veilig waren. Ik leer daarbij steeds meer over didactiek. Toen ik begon, dacht ik dat lesgeven voor 80 procent om de inhoud gaat en voor 20 procent om didactiek. Maar het is eerder het omgekeerde. Dat gaat me gelukkig steeds beter af. Ik wil ook bijdragen aan het besef bij studenten dat ze niet voor één beroep worden opgeleid, maar dat de wereld voor hen open ligt. Kies niet voor de geijkte paden van de Shells en Esso’s, want er is nog zoveel meer te doen. En ik hoop ze een abstracte manier van denken mee te geven, zodat ze problemen beter kunnen oplossen.
9
Wat zou je nóg liever doen dan wat je nu doet? Ik was in mijn studententijd zeilinstructeur, en zeilen is mijn favoriete hobby. Maar fulltime zeilen, of een eigen zeilschool? Weet je, degene die het meeste leert van lesgeven, dat ben ik zelf. Ik blijf constant veranderen en ik kom in mijn werk nooit in een sleur. Dat geeft me heel veel voldoening, dus momenteel zit ik hier op de best mogelijke plek.
10
Hoe zie je jezelf over 10 jaar? Ik blijf docent, maar ik wil niet die man worden die zegt: ik heb ooit weleens een fabriek van dichtbij gezien. Ik hoop dus over 10 jaar regelmatig in fabrieken te komen. Ik word hier helemaal volgeroosterd met lessen, wat ten koste gaat van mijn contact met het bedrijfsleven. Het zou daarom fantastisch zijn als ik over 10 jaar 2 dagen per week voor een bedrijf kan werken. Ik wil blijven weten wat er buiten echt leeft. p
?
WIE IS JORN NAAST ZIJN WERK?
Jorn maakt eens per jaar een grote zeilreis met een groep vrienden: vroeger in Kroatië, tegenwoordig in Friesland. “Daar deden we de Elfstedentocht met een valkje, dwars door Leeuwarden. Dat was nog veel leuker dan in een ander land zeilen.” Hij fietst ook veel met vrienden, zoals een weekend in de Eifel. “Geen wedstrijden hoor, gewoon af en toe een klim.” Daarnaast rijdt hij een Saab van bijna 20 jaar oud, die om steeds meer onderhoud vraagt. “Maar dat is veel leuker dan een nieuwe auto kopen.”
Jorn van Putten: ‘Ik leer heel veel over mezelf, want voor een klas vol pubers staan is confronterend.’
september 2019 Chemie Magazine 43
De tentoonstelling is gevestigd in het rijksmonument ‘Grote kantoor’, het voormalige hoofdkantoor van Gist-Brocades, dat door de KNCV is uitgeroepen tot Nationaal Chemisch Erfgoed.
150 JAAR BIOTECHNOLOGISCHE DSM viert 150 jaar productie op basis van fermentatie en biotechnologie in de vestiging in Delft met de tentoonstelling ‘ARTIS-Micropia experience’. De tentoonstelling over microben en de geschiedenis van DSM Delft is te bezoeken van 12 september tot en met 15 december. Voortbordurend op het fundament van voorgangers Koninklijke Nederlandse Gist- en Spiritusfabriek (opgericht in 1869 en in 1919 een van de oprichters van de VNCI) en Koninklijke Gist-Brocades (1968-1998) behoort DSM momenteel tot de biotechnologische top in de wereld. Veel innovaties die in de Delftse vestiging zijn ontwikkeld hebben hun weg gevonden naar de samenleving, zoals een productiestam en -proces voor grootschalige productie van penicilline, een natuurlijk anti44 Chemie Magazine september 2019
schimmelmiddel om voedingsmiddelen tegen bederf te beschermen en enzymen die mensen met een lactoseintolerantie in staat stellen om zuivelproducten te eten. Recente innovaties zijn omega-3-olie op basis van algen en calorievrije zoetstof. Om voort te bouwen op het rijke biotechnologie-erfgoed in Delft en de samenwerking tussen bedrijven en kennisinstellingen te versnellen, heeft DSM de Biotech Campus opgericht, in nauwe samenwerking met de TU Delft, de gemeente Delft, de provincie Zuid-Holland en de regionale ontwikkelingsmaatschappij InnovationQuarter. De campus huisvest startende ondernemingen, technologie- en dienstenaanbieders, kleine en middelgrote ondernemingen en gevestigde bedrijven die actief zijn op het gebied van biotechnologie.
Uitgelicht
De locatie in Delft bestaat 150 jaar.
FOTO: SHUT TERSTOCK
De jubileumtentoonstelling, getiteld ‘Klein leven, grote impact: microben bepalen onze wereld’, biedt de bezoeker inzicht in de cruciale rol van microben en biotechnologie bij het mogelijk maken van leven op aarde en het aanpakken van de uitdagingen op het gebied van klimaat, energie, circulariteit en voedselzekerheid. De bezoekers beleven ook het unieke verhaal van de geschiedenis van de locatie met patriarch en grondlegger Jacques van Marken, die met zijn sociaal ondernemerschap zijn tijd ver vooruit was.
FOTO: DSM
INNOVATIE
De tentoonstelling is van 12 september tot en met 15 december elke donderdag, vrijdag en zaterdag geopend van 10.30 tot 16.30 uur. Entree is gratis. p www.150jaargist.nl september 2019 Chemie Magazine 45
JOHAN VISSER IS KEYNOTE SPEAKER OP BEHIND THE SCENES@EEMSDELTAVISIE
‘CHEMIE EN ENERGIE SCHUIVEN STEEDS MEER IN ELKAAR’ De Eemsdelta is een relatief klein industriecluster, maar kan wel een stempel drukken op het gebied van innovatie en vergroening, zegt Johan Visser, site director van Chemie Park Delfzijl (en Nouryon). “Ik zeg weleens: Chemie Park Delfzijl is te klein om méé te spelen, maar je kunt er wel mee spélen.” Visser is keynote speaker tijdens Behind the scenes@Eemsdeltavisie op 16 oktober. Tekst: Wim Raaijen
H
oewel Chemiepark Delfzijl volgens site director Johan Visser “qua omvang de vijfde van Nederland” is, ziet hij veel mogelijkheden voor de site als proeftuin voor de nieuwe chemie. De omstandigheden zijn immers uitstekend. De aanwezige landbouw biedt extra mogelijkheden voor bio-gebaseerde processen. De nabijheid van veel energieproducenten en de aanlanding van steeds meer groene elektriciteit ondersteunen de integratie van chemie en energie. “Die twee schuiven steeds meer in elkaar”, aldus Visser. In de Eemsdelta is inmiddels ruime ervaring met elektrochemische processen, waaronder de productie van chloor uit zout met elektrolyzers. In de toekomst zullen elektronen steeds meer worden ingezet als grondstof voor de chemie. Denk aan de productie van groene waterstof, waarvoor in het Noorden verschillende plannen worden ontwikkeld, onder andere door Nouryon, Gasunie en RWE. Visser ziet op termijn ook mogelijkheden voor elektrochemische processen voor de productie van nog hoogwaardigere en specifieke chemische bouwstenen.
FOTO: PETROCHEM
Enorme klik
46 Chemie Magazine september 2019
Een andere succesfactor ligt op het sociale vlak. “We hebben hier in het Noorden met z’n allen een enorme klik.” Dat bleek vorig jaar bij de Industrietafel. “Het enthousiasme van de 22 deelnemers was haast niet te stoppen.” Dat biedt volgens Visser een uitstekende basis voor samenwerking in de keten. Een mooi voorbeeld daarvan ontstond een paar jaar geleden rond de bouw van de bioraffinaderij-proeffabriek, die vorig jaar in gebruik is genomen. Rond de technologie van Avantium
Cluster
FOTO: AVEBE
23 PROCENT MINDER CO2-UITSTOOT Tijdens Behind the scenes@Eemsdeltavisie komt het Ducam-project van Avebe aan bod. De naam staat voor ‘duurzaam concentreren van aardappelsap met membranen’. Een aardappel bestaat voor 80 procent uit vruchtwater, oftewel aardappelsap. Hierin zitten waardevolle bestanddelen, zoals eiwitten en zouten. Het verwerken van dit sap gebeurt in twee stappen. Eerst wordt het verhit, zodat het eiwit uitvlokt en kan worden afgescheiden. Daarna wordt het resterende sap ingedampt voor de winning van de overige waardevolle stoffen, zoals zouten. De verhitting die voor beide stappen nodig is, kost veel energie. Met toepassing van ultrafiltratie-membranen kan het watervolume worden verkleind. Hierdoor hoeft er minder water te worden verhit en verdampt, waarmee energie wordt bespaard. Gebruik van restwarmte voor de voorverwarming van het geconcentreerde vruchtwater bespaart nog meer energie. De membranen voor de filtratie bevinden zich in een groot aantal buizen. De installatie is in totaal 4,5 meter hoog en 15 meter lang. Het testen van de nieuwe installatie, die geplaatst kon worden in een bestaand deel van het productiegebouw, is gestart in juni. Eind dit jaar is het project klaar om met de hele fabriek om te schakelen. Het nieuwe systeem levert een besparing van 4 procent op de totale CO2-uitstoot van Avebe. Daarnaast wordt 500.000 kuub schoon water op jaarbasis gewonnen, waardoor de aardappelen voortaan gewassen kunnen worden met water afkomstig uit de aardappel, wat een grote waterbesparing oplevert. Het is de bedoeling om de Ducam-technologie ook in andere aardappelzetmeelfabrieken van Avebe te gaan toepassen. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door een Topsector Energie-subsidie verleend door het ministerie van EZ.
‘Alle nieuwkomers moeten een versterking zijn van de ketens in het park’ werd een coalitie gesmeed met Staatsbosbeheer, dat houtafval levert als grondstof. Nouryon doet mee omdat de raffinaderij daaruit bruikbare suikers produceert. RWE kan uit de lignine, waar nog geen chemische bouwstenen van zijn te maken, elektriciteit produceren. Inmiddels bouwt Avantium een tweede pilot op het chemiepark, voor de productie van biologische mono-ethyleenglycol (MEG), een belangrijke grondstof voor PET en de biobased kunststof PEF. Bij de productie van MEG worden nu vooral fossiele grondstoffen gebruikt, Avantium vervangt ze door biologische alternatieven. Het is mogelijk dat Avantium ook een derde pilot gaat bouwen op het chemiepark, voor de productie van PEF.
Kieskeurig
Overigens is Visser wel kieskeurig. De processen van Avantium passen naadloos bij de plannen en de ketens van het Chemie Park Delfzijl. Dat is wel een voorwaarde. “Alle nieuwkomers moeten een verster-
king zijn van de ketens in het park. Natuurlijk leveren we met alle liefde bijvoorbeeld bio-stoom aan nieuwe bedrijven, maar als ze verder geen toegevoegde waarde hebben kan dat ook buiten het hek.” Visser is bijzonder enthousiast over de bouw van de pilot-installatie van Photanol. Deze Amerikaanse technostarter bouwt een demofabriek waarin de productie van chemicaliën met zonlicht wordt getest. Daarvoor gebruikt Photanol genetisch gemodificeerde blauwalgbacteriën en het principe van fotosynthese. In plaats van zonlicht en CO2 te gebruiken om te groeien, gebruiken ze die energie om chemische bouwstenen te maken, grondstof voor de chemische industrie. Een mooie match dus met de rol van het chemiepark. Ook bij dit project speelde de menselijke klik een belangrijke rol. “Een paar inspirerende ontmoetingen in Zwolle maakten op dat vlak al veel duidelijk”, aldus Visser. Het draait overigens niet alleen om nieuwkomers. Visser heeft op het
BEHIND THE SCENES@EEMSDELTAVISIE Op 16 oktober vindt de laatste Behind the scenes plaats, evenementen waarbij de VNCI de chemieclusters centraal stelt. Voor deze aflevering hebben de VNCI en Industrielinqs, initiatiefnemer van Eemsdeltavisie, hun kennis en krachten gebundeld, met Behind the scenes@Eemsdeltavisie als resultaat. Sprekers zijn onder meer Cas König (Groningen Seaports), Manon Bloemer (VNCI), Johan Visser (Nouryon), Berend Aanraad (The Natural Step) en Marinus Tabak (RWE Eemshaven, Plant Manager of the Year 2019). Behind the scenes@Eemsdeltavisie is tevens de finaledag van Northern Back from the Future, een scenariowedstrijd voor studenten en young professionals. Meer informatie: www.vnci.nl/agenda
moment veel respect voor BioMCN, die in de afrondende fase zit van de revamp van een productielijn voor methanol die 12 jaar niet heeft geproduceerd. “Geweldig hoe ze die installatie aan de praat krijgen. Tot in de kleine uurtjes wordt eraan gewerkt met Stork, een essentiële partner hier op het park. Dat blijft vaak onzichtbaar.” Om maar even aan te geven dat het om samenwerking gaat door hele ketens heen. p (Tekst overgenomen van Petrochem) september 2019 Chemie Magazine 47
PGS15 opslagsystemen voor gevaarlijke stoffen Verkoop en Verhuur
RUIM 35 JAAR EXPERTISE
www.hiltra.com
info@hiltra.com - 0342-404160
Geïnteresseerd in de laatste ontwikkelingen in de chemische industrie?
NEEM EEN GRATIS ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE
Ga naar www.vnci.nl/chemie-magazine en kies voor print of digitaal
VNCI
VNCI NIEUWS PROCESS SAFETY IN EUROPE 2019
De Koninklijke VNCI leverde een bijdrage aan Process Safety in Europe op 11 september in Brussel. Tijdens het event, georganiseerd door CCPS (Center for Chemical Process Safety) en Cefic, hield Rosienne Steensma, senior beleidsmedewerker procesveiligheid, energie en klimaat en milieu bij de VNCI, een presentatie over Unlocking the knowledge of the collective to improve safety.
PUMPS & VALVES
Tijdens het conferentieprogramma van de vakbeurs Pumps & Valves op 2 en 3 oktober in Rotterdam komen drie thema’s aan bod: Machine, Duurzaam en Veiligheid. Rosienne Steensma, senior beleidsmedewerker procesveiligheid, energie en klimaat en milieu bij de VNCI, levert een bijdrage over Veiligheid in de chemische procesindustrie, waarin ook interactief wordt ingegaan op ‘pijnlijke dilemma’s’. Veiligheid is een randvoorwaarde voor een succesvolle operatie, maar hoe ga je om met tijdsdruk als de klantorder wacht? Wat kun je leren van incidenten? En hoe denkt het grote publiek over de veiligheid van chemische fabrieken? Er is ook een VNCI-stand, waarin een Safety challenge plaatsvindt.
BEHIND THE SCENES@EEMSDELTAVISIE
Op 16 oktober vindt de laatste Behind the scenes plaats, evenementen waarbij de VNCI de chemieclusters centraal stelt. Voor deze aflevering hebben de VNCI en Industrielinqs, initiatiefnemer van Eemsdeltavisie, hun kennis en krachten gebundeld, met als resultaat Behind the scenes@Eemsdeltavisie. Sprekers zijn onder meer Cas König (Groningen Seaports), Manon Bloemer (VNCI), Johan Visser (Nouryon), Berend Aanraad (The Natural Step) en Marinus Tabak (RWE Eemshaven, Plant Manager of the Year 2019). Behind the scenes@Eemsdeltavisie is tevens de finaledag van Northern Back from the Future, een scenariowedstrijd voor studenten en young professionals.
IN DE MEDIA Wat betekent de klimaattransitie voor ProfCore, een detacheringsorganisatie met achthonderd flexibele procesoperators in dienst voor de regio Limburg, haar opdrachtgevers en medewerkers? Die vraag stelde Xlerate, het magazine van ProfCore, aan Onno de Vreede, hoofd Innovatie en human capital bij de VNCI. De uitdaging is volgens De Vreede om op te schalen en de processen rendabel te krijgen. “Wat we daarvoor nodig hebben, is een tijdelijk financieel zetje in de rug van de overheid. Net als windmolens voorheen, die nu ook zonder subsidies rendabel zijn.” Verder zal de consument meer gaan recyclen en duurzamere producten kopen, die mogelijk iets duurder zijn. Ook moet er een verschuiving gaan plaatsvinden van bezit naar gedeeld gebruik. De klimaattransitie en de digitale revolutie raken volgens De Vreede ook het beroep van procesoperator. “We krijgen te maken met andere grondstoffen, processen zélf gaan veranderen en er komen andere installaties. Wat een procesoperator bij wijze van spreken vandaag op school leert, zal door de transitieprocessen morgen alweer gedateerd zijn. Bijscholing en een leven lang ontwikkelen worden steeds belangrijker. De operator van de toekomst is bovenal flexibel. Hij gaat deel uitmaken van een verduurzamingsproces in een continu veranderende omgeving.” In Process Control reageerde Dirk van Well, senior beleidsmedewerker stoffen en arbeidshygiëne bij de VNCI, op de zorgen over de kwaliteit van een deel van de REACH-dossiers. “REACH maakt het onder voorwaarden mogelijk om alternatieven te gebruiken voor proefdieronderzoek en daar hebben bedrijven gebruik van gemaakt. Het Europees Chemicaliën-agentschap accepteert de uitkomsten van deze testen niet altijd. Een andere probleem is dat toen de registratie begon voor de eerste reeks stoffen er nog geen ervaring was bij bedrijven.”
september 2019 Chemie Magazine 49
MENSEN CHEMELOT
Loek Radix neemt per 1 oktober het stokje over van Robert Claasen als executive director van Chemelot. In deze rol neemt hij het voortouw om de volgende stap te zetten met Chemelot, waarin meer focus ligt op de activiteiten rondom de energietransitie, het behalen van de klimaatdoelstellingen, veiligheid en het sterk versimpelen van de huidige complexe structuur op de locatie. Daarnaast is Radix het centrale aanspreekpunt voor de ruim 150 bedrijven op Chemelot, overheden en de omgeving. Radix was 25 jaar werkzaam bij DSM en werkte daarna onder meer als interim-directeur bij Media Groep Limburg, Liof en zorgkoepel Envida.
DSM
Shruti Singhal is vanaf 1 oktober de nieuwe topman van DSM Engineering Plastics. De Amerikaan begon in 2018 bij DSM als directeur van Global Powder, Can and Coil en CMO van DSM Resins and Functional Materials. Daarvoor werkte hij als senior vice president en president EMEA bij General Cable. Gedurende zijn carrière was hij als manager werkzaam in de VS en in Europa bij multinationals zoals Henkel, Dow, Ashland en Solenis. Hij studeerde Chemical Engineering aan de Drexel University, Philadelphia, en voltooide de Global Marketing Management Programme aan de University of Pennsylvania. In zijn nieuwe rol rapporteert hij aan Dimitri de Vreeze, lid van de managing board van DSM.
COL OFON Chemie Magazine is het maandblad van de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) en verschijnt 11x per jaar
Redactie Igor Znidarsic (hoofdredacteur) Marloes Hooimeijer (eindredactie)
Contact redactie Loire 150, 2491 AK, Den Haag T 06 284 730 51 E redactie@vnci.nl
Medewerkers Henk Engelenburg, Leendert van der Ent, Adriaan van Hooijdonk, Inge Janse, Erik te Roller, Marga van Zundert
Vormgeving Curve Mags and More, Haarlem
Advertentie-exploitatie Mooijman Marketing & Sales, Julius RĂśntgenstraat 17, 2551 KS Den Haag, T 070 323 40 70, E dm@mooijmanmarketing.nl Advertenties vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie
Druk Impressed, Pijnacker
Abonnementen Wie werkzaam is in de chemische industrie of op een andere wijze direct of indirect bij de chemische industrie betrokken is komt in aanmerking voor een kosteloos abonnement op Chemie Magazine. Meld u aan via stb@vnci.nl. Meer informatie: znidarsic@vnci.nl of 06 284 730 51.
Overname Overname van artikelen uit Chemie Magazine is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie. In de meeste gevallen zal die graag worden gegeven.
VNCI ONLINE WWW.VNCI.NL
Website met onder meer dagelijks nieuws, het archief van Chemie magazine en alles over de chemische industrie in Nederland WWW.VNCI.NL/NIEUWS/CHEMIE-NIEUWSBRIEF
Gratis nieuwsbrief met daarin wekelijks het laatste nieuws over de chemische industrie en de VNCI
50 Chemie Magazine september 2019
Beeld cover TWITTER.COM/VNCI
De VNCI met het laatste nieuws, vacatures en reactiemogelijkheden op alle berichten
Discussieer mee met meer dan 3500 betrokkenen uit de chemische industrie en bezoek de vacatures in de LinkedIn-groep van de VNCI
Rob van Hoorn ISSN 1572-2996
Werken bij AD International Het meest innovatieve bedrijf in de regio Moerdijk (winnaar innovatieprijs 2018)! Laborant Technical Field Support
Wat bieden wij?
Heb jij een chemische studie afgerond, vlotte babbel, affiniteit
•
Mooi salaris en secundaire voorwaarden
met metaal oppervlaktebehandeling en wil je niet de hele dag
•
Werken in een no-nonsense werkklimaat
op het lab staan? Dan is dit jouw functie! In deze rol word je
•
Opleidingsmogelijkheden
middels een intensief opleidingstraject klaar gestoomd voor de
Solliciteren
functie van Sales & Process Engineer.
Stuur jouw CV en motivatie naar
Sales & Process Engineer
Robbin Verbeek (HR):
In deze rol ben je binnen een gedreven team verantwoordelijk
r.verbeek@adinternationalbv.com
voor de verkoop van chemische producten voor de behandeling
0167 - 526982
van metaaloppervlaktes. Met enthousiasme verdiep je jezelf in bestaande accounts (circa 60%) en ga je op zoek naar nieuwe (internationale) klanten en afzetmogelijkheden.
Vragen? Mail Robbin!
Bekijk alle vacatures op www.adinternationalbv.com
CLS Services CHEMISTRY OF CONNECTING PEOPLE
www.cls-services.nl
recruitment, selection and secondment in chemistry | pharma | biotech | food | feed
PROCESS DEVELOPER MEMBRANE TECHNOLOGY FRIESLANDCAMPINA - WAGENINGEN
Being one of the world’s largest dairy companies, the products of FrieslandCampina find their way to more than 100 countries. Producing and selling consumer dairy products as well as ingredients and half-finished products to manufacturers of infant nutrition, the food industry and the pharmaceutical sector around the world. To strenghten the process innovation team in Wageningen we are looking for a person who creatively will translate Membrane Technology theory into practice. Does an entrepreneurial role as creative Process Technologist within the (Infant) Food industry aspire to you? Contributing to safe nextgeneration ceramic membrane solutions through research and development. Besides the appropriate Master of Science degree, you have experience in industrial process development in Food and or Pharma and a proven track record in ceramic membrane filtration in liquid applications. You are a teamplayer, result oriented, decisive and with an organizational sensitivity. Will you join the team? Interested to know more about this position? Then visit www.cls-services.nl?vac=A1900086 for more information.
LOGISTICON VERHUUR Opslag en dosering
Zand- & koolfiltratie
EUROPA’S GROOTSTE VERHUURVLOOT VOOR WATERZUIVERINGEN
Ultrafiltratie
Flotatie
Chemicaliën
Omgekeerde osmose
Uitgebreide keuze Voor de levering van installaties voor zowel korte als lange termijn verhuur, met capaciteiten van 1 tot meer dan 2000 m3/h voor toepassingen als: - Capaciteitsuitbreiding en/of back-up - Proefneming - Kwaliteitsverbetering Informeer naar Europa’s grootste verhuurvloot voor waterzuiveringen.
Logisticon Verhuur b.v. +31 (0)184 608260 www.logisticon.com