John Grin (UvA) over noodzaak van verduurzaming
Shell en Greenpeace verschillen van mening
Rafael Cayuela (Dow): chemie maakt alles beter
Koninklijke Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie
JAARGANG 60 • 07-08 • 23 AUGUSTUS 2018
‘POPPROFESSOR’ LEO BLOKHUIS
‘VINYL GAF MUZIEKINDUSTRIE EEN ENORME BOOST’ 017322 Chemie Magazine_compleet.indd 1
16-08-18 16:55
Helder inzicht in uw installaties Applus RTD levert innovatieve, betrouwbare en kwalitatief hoogwaardige technologieĂŤn en diensten voor Niet-destructief Onderzoek, inspecties en certificatie in de (petro-)chemische en energie industrie.
Asset Integrity
Door de ontwikkeling van onze marktleidende technieken en diensten, blijven wij niet-destructieve onderzoeksmethodes naar een hoger niveau te tillen.
Lek- en afsluitertesten
Onze mensen en betrouwbare innovatieve technieken zullen u helpen om uw belangrijkste doelstellingen op het gebied van operationele efficientie en risico reductie te behalen.
Inspectie Niet-destructief onderzoek Certificatie Training & ontwikkeling Stralingsbescherming
Ons helder inzicht zorgt voor veilig handelen, continue verbetering, minimale downtime en volledige traceerbaarheid van resultaten. T +31 10 716 60 00
E info.netherlands@applusrtd.com
www.ApplusRTD.nl
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 2
16-08-18 16:55
1
INHOUD 07-08 | 23 augustus | 2018
14
VEILIGHEID, ENERGIE-EFFICIËNTIE EN COMFORT Het gebruik van kunststoffen maakte de afgelopen vijftig jaar producten mogelijk die daarvoor ondenkbaar waren en die bijdragen aan veiligheid, houdbaarheid, hygiëne, energie-efficiëntie en comfort. Vinyl bijvoorbeeld heeft de elpee en de single mogelijk gemaakt, cruciaal voor de ontwikkeling van de muziekindustrie. ‘Popprofessor’ Leo Blokhuis kan zich zijn eerste vinylplaat nog goed herinneren. Zevende deel van de serie over belangrijke chemische innovaties van de afgelopen 100 jaar: plastic.
JOHN GRIN: ‘WE MOETEN DE PIJN NU AANGAAN’ In De kwetsbare welvaart van Nederland kijken de auteurs met een wetenschappelijk-technologische blik naar de welvaart en duurzaamheid in Nederland tussen 1850 en 2010 en werpen van daaruit een blik vooruit. “Als je nu niet hard aan de slag gaat met verduurzaming, ben je in 2030 niet meer geschikt voor de tweede helft van de twintigste eeuw”, zegt John Grin (UvA), een van de auteurs. “We moeten de pijn nu aangaan.”
34
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 3
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 3
16-08-18 16:55
Gefeliciteerd, VNCI! Al 100 jaar voorvechter van de Nederlandse chemische industrie
Kennis & expertise
On-site manpower
Innovatieve webservices met reporting
Ompakken, op- & overslag
Hoogtechnologische verwerking
Veilig ADRtransport
Recycling van materialen & energie
Al 30 jaar uw partner voor een veilig en duurzaam afvalbeheer Samen met de Nederlandse industrie naar een circulaire economie www.indaver.nl 017322 Chemie Magazine_compleet.indd 4 Ind_adv_chemiemag2018_v2.indd 2
16-08-18 16:55 12/06/18 12:24
INHOUD 07-08 | 23 augustus | 2018
7
30
‘Chemie maakt alles beter: vroeger, nu én in de toekomst’, aldus Rafael Cayuela (Dow)
38
Marjan van Loon (Shell) en Joris Thijssen (Greenpeace) verschillen van mening
7 9 10 11 12
14 20 24 28 30
42
Frank Kuijpers over de stappen van SABIC op het gebied van duurzaamheid
46
Het magnesiumzout dat Nedmag uit de grond haalt kent vele (onmisbare) toepassingen
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 5 6/18 12:24
34 38 42 46
49 50 50 50
Voorwoord Colette Alma Stevige opdracht Evenementen
NIEUWS
Woningbouw naast Latexfalt van de baan Reactie op artikel over elektrochemie Behind the scenes in Emmen, Amsterdam en Zeeland VNCI ontvangt predicaat Koninklijk
ACHTERGROND
VNCI 100 Jaar Grote chemische innovatie: kunststoffen VNCI 100 Jaar De jaren 1978-1988: economisch herstel VNCI 100 Jaar Verslag Jubileumevent 25 juni Wetenswaardig Teylers Museum Nationaal Chemisch Erfgoed Toekomst Rafael Cayuela: dankzij chemie wordt alles beter Duurzaamheid John Grin: we moeten de pijn nu aangaan Energie en klimaat Discussie tussen Shell en Greenpeace Kunststoffen Frank Kuijpers over verduurzaming van SABIC VNCI-lid Magnesiumzout Nedmag kent vele toepassingen VNCI Nieuws Mensen VNCI Online Colofon
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 5
16-08-18 16:55
Process Automation Solutions is een wereldwijd opererende , merkonafhankelijke Solution Provider. Met meer dan 1200 medewerkers ontwerpen en realiseren wij uw proces controle systemen, (DCS) veiligheidssystemen (SIS) en historians (MES) Process Automation Solutions Nikkelstraat 2 4823 AB Breda, Nederland Phone +31 (0) 76 58 76 738 www.pa-ats.com/nl/ Info.nl@pa-ats.com
Process Automation Solutions NV Schaarbeekstraat 23C 9120 Melsele, België Phone +32 (0) 37 109 970 www.pa-ats.com/be/ Info.be@pa-ats.com
Process Automation Solutions NV Avenue Flemming 12 1300 Wavre, België Phone +32 (0) 10 309 180 www.pa-ats.com/be/ Info.be@pa-ats.com
Zomer, vakantie, ontspannen, genieten. Wij kunnen u dat gevoel het hele jaar geven als het gaat om het voldoen aan wetgeving. Knoell kan u bijna al het werk uit handen nemen. Tot nu toe profileerden wij ons vooral op REACH, maar Knoell biedt u veel meer: Voor gewasbeschermingsmiddelen, biociden, cosmetica en diergeneesmiddelen, Materialen voor medische hulpmiddelen, drinkwater- en voedselcontact, De bijbehorende dossiers, veiligheidsinformatiebladen en etikettering, Compliance assessment, beoordeling van effectiviteit en blootstelling van mens en milieu. Met kantoren in 7 Europese landen, China, Thailand, Zuid-Korea, Japan, Taiwan en USA, kunnen we die service bijna wereldwijd aanbieden. In de meeste andere regionen hebben we partners met wie we samenwerken. Met meer dan 560 medewerkers hebben we een forse capaciteit en brede basis en heel veel jaren ervaring tot uw beschikking staan. Wilt u vrijblijvend een orienterend gesprek voeren, neem dan contact met ons op om te bespreken wat uw behoeftes zijn en wat Knoell voor u kan betekenen. Wetgeving is complex. Waarom zou u dat alles niet uitbesteden aan één deskundige partner?
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 6
We zijn een onafhankelijke dienstverlener voor industriële chemicaliën, gewasbeschermingsmiddelen, biociden, diergeneesmiddelen, medische hulpmiddelen, cosmetica en materialen voor contact met levensmiddelen, sinds 1996, met locaties in de EU, Azië en de VS. Ga voor meer informatie naar www.knoell.com of bel ons. Knoell NL B.V., Wageningen Danny Haacke of Jan Tuinstra Tel +31 (0)317 466 800 info@knoell.com www.knoell.com
16-08-18 16:55
Voorwoord
STEVIGE OPDRACHT In dit nummer van Chemie Magazine vindt u een korte impressie van het Jubilieumevent op 25 juni. Wat was dat een prachtige dag! Een dag met een waarlijk koninklijk tintje. In de statige entourage van de Koninklijke Schouwburg in Den Haag mochten we de koning ontvangen, en kregen we het predicaat Koninklijk uitgereikt uit handen van de commissaris van de Koning. Terugkijkend besef ik ook dat ik niet alle mooie dingen van die dag heb kunnen meemaken. Als de dag meer uren had gehad, had ik graag nog meer van onze gasten persoonlijk begroet, en had ik graag alle vijf de Creation Labs van begin tot eind willen volgen. Gelukkig biedt dit nummer de gelegenheid om de dag te herbeleven, doordat de hoofdrolspelers van drie Creation Labs aan het woord komen. Die Creation Labs waren steeds bemand door een duo: een topfiguur uit de chemische industrie en een toonaangevend
persoon van buiten onze industrie. Juist in de blik van de buitenstaanders vallen mij drie dingen op. Allereerst het optimisme en de welgezindheid waarmee zij naar de chemie kijken. Ze herkennen dat chemie veel kansen biedt. Ten tweede de nadruk die ze leggen op de noodzaak van innovatie. In de afgelopen 100 jaar heeft de chemie veel innovaties voortgebracht. De innovaties die in de toekomst nodig zijn, zullen zelfs die van de afgelopen 100 jaar overschaduwen. En tot slot constateren de buitenstaanders dat de gewenste verandering in samenwerking met een complex extern netwerk tot stand moet komen. Zij leggen dus een stevige opdracht bij ons neer. Het is aan ons om wegen te vinden om hun verwachtingen waar te maken. Colette Alma, directeur VNCI
EVENEMENTEN 10.9 Dag van de Industrie 2018 Wat kan de Nederlandse industrie bijdragen aan maatschappelijke vraagstukken op het gebied van energie en gezondheid? Locatie: Tata Steel, Velsen-Noord Organisatie: FHI, FME, FNLI, Koninklijke Metaalunie, NRK, UNETO-VNI, VIG, VNCI, VNO-NCW en MKB-Nederland 24.9 De Wereld Draait Veilig Vertegenwoordigers afkomstig uit (petro) chemie, wetenschap en overheid kijken terug en blikken vooruit n.a.v. het in 2017 gestarte programma Duurzame Veiligheid 2030. Locatie: New Babylon Meeting Center, Den Haag Organisatie: Ministerie van IenW
27.9 Springtij Forum Drie dagen duurzaamheid op een eiland. De negende editie heeft als thema ‘All that is True, Good and Beautiful, in search of a new balance’. Locatie: Terschelling Organisatie: Springtij 5.10 Behind the scenes@Emmen Met het Behind the scenes-event van de VNCI neemt Chemport Emmen de deelnemers mee op reis in de wereld van de (groene) vezelchemie. Locatie: Chemport Emmen Organisatie: VNCI en Chemport Emmen 6.10 Dag van de Chemie In samenwerking met het Weekend van de Wetenschap en C3 openen chemiebedrijven hun deuren voor het grote publiek.
Locatie: diverse locaties in Nederland Organisatie: VNCI, C3 en Weekend van de Wetenschap VERGADERINGEN 29.8 WG Security 4.9 WG Stoffenbeleid 4.9 WG Arbeidsveiligheid 11.9 WG Energie en Klimaat 13.9 WG Arbeidshygiëne 14.9 Overleg Regionaal Netwerken Veiligheid 18.9 WG Logistieke Veiligheid 18.9 WG Procesveiligheid 20.9 VNCI Advocacy Team 24.9 Dagelijks Bestuur 24.9 MKB Kopgroep 25.9 WG Milieu
COMPLEET OVERZICHT EN AANMELDEN: WWW.VNCI.NL/NIEUWS/EVENEMENTEN juli/augustus 2018 Chemie Magazine 7
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 7
16-08-18 16:55
Transparant onderzoek op gebied van organische chemie Dat is waar Synex Synthetics als nieuwkomer op het gebied van custom research en manufacturing voor staat!
Bedrijven die vanwege beperkte budgetten of productiecapaciteit vaak projecten laten schieten of onnodig lang uitstellen, kunnen vanaf nu terecht voor op maat gemaakte chemie in Maastricht. SYNEX SYNTHETICS BV Karveelweg 20
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 8
•
6222 NH Maastricht
•
+31(0)43-205 8102
synexsynthetics.com •
info@synexsynthetics.com
16-08-18 16:55
Actueel
Sittard Nieuws @_Sittard Kom op 6 oktober naar de Dag van de Chemie op Chemelot https://ift.tt/2w5pUbx … voor iedereen die nieuwsgierig is naar wat er allemaal wordt gemaakt....
Latexfalt produceert in Koudekerk aan den Rijn
martijn antonisse @mantonisse VNCI Jubileumfilm: trots op 100 jaar chemie geeft mooi aan waarom het belangrijk is dat science onderwijs inspirerend is: de talenten moeten een cariere kiezen in de (bio)chemie! C3 @c3chemie In het najaar bieden wij weer kosteloos gastlessen aan. Experts uit de kunststof- of papierindustrie vertellen in de klas meer over de beroepen in hun sector en leerlingen gaan zelf aan de slag met kunststof of papier. Meld je klas nu alvast aan! https://bit.ly/2w0sJxO Isa @mrwisabel Iemand die heel goed is in organische chemie? Meer bepaald stereochemie en organische reacties (E, Sn, Ae). Hit me up, ik heb vragen over de leerstof :( Agro & Chemistry @agrochemie Neem met de Koninklijke @vnci en @ChemportEmmen op 5 oktober een kijkje achter de schermen in #Emmen, #Europese #demoregio voor #biobased. Voorregistratie voor Behind the Scenes @Emmen is nu geopend! Onno de Gans @odegans Stukje #bismut, Bi gekocht. #zwaarmetaal #Bi #zwakradioactief #chemie #scheikunde University Groningen @univgroningen Ontdekking van Ben #Feringa en Chinese collega’s: Simpel proces levert complex polymeer op. Mogelijke toepassingen: productie van lijm, zelf-reparerend materiaal en afbreekbare producten …
onder meer producten voor asfalttoepassingen.
WONINGBOUW NAAST LATEXFALT DEFINITIEF VAN DE BAAN
Er mag geen woningbouw plaatsvinden binnen de geurcirkel van Latexfalt in Koudekerk aan den Rijn, zo bepaalde de Raad van State onlangs. Het is het sluitstuk van een juridisch proces dat in 2007 begon. atexfalt produceert in Koudekerk aan den Rijn onder meer producten voor asfalttoepassingen, zoals bitumen, polymeren en kunststof bindmiddelen. Daarbij komen geuremissies vrij. Vanwege uitbreidingsplannen vroeg het bedrijf in 2007 een revisie van de milieuvergunning aan. De praktijk bleek al gauw weerbarstig. De geurnormen die op basis van een proefopstelling met nieuwe geurbeperkende technieken waren vastgesteld bleken niet haalbaar. Toch weigerde de gemeente de geurcontour te verruimen. Maar de Raad van State gaf Latexfalt gelijk: de gemeente moest de praktisch haalbare normen in de vergunning opnemen. Tegen de nieuwe vergunning kwamen een projectontwikkelaar en een bewonerscomité voor de ontwikkeling van woningbouw nabij Latexfalt in het verweer; ze vroegen aanvullende maatregelen. Pas in 2016 kwam een voor Latexfalt gunstige uitspraak van de Raad van State. Die stelde: als een vergunning is verleend met toepassing van Best Beschikbare Technieken (BBT), is het niet aan de rechter om te beoordelen of aanvullende maatregelen, zoals de verhoging van een schoorsteen of een naverbrander, ook nog aan de orde zouden kunnen zijn.
L
Maar de strijd was daarmee nog niet voorbij. Er kwam namelijk een wijziging van het bestemmingsplan dat woningbouw toelaat binnen de geurcontouren van het bedrijf. “Stel dat die woningen gebouwd worden. Je kan de kopers wel meedelen dat hun woningen in een geurcirkel van een fabriek liggen, maar over tien jaar zijn die mensen dat vergeten en dan ontstaan er toch weer spanningen”, zei directeur Bert Jan Lommerts vorig jaar in Chemie Magazine. “En die brengen de continuïteit van het bedrijf in gevaar.” Daarom stapte Latexfalt wederom naar de Raad van State. Die kwam onlangs met de uitspraak dat binnen de geur- en geluidscirkel van Latexfalt zoals bepaald in de milieuvergunning geen woningbouw mag plaatsvinden. “Voor ons betekent dit dat we ons minder zorgen hoeven te maken”, aldus Lommerts. “Voor de gemeente en de projectontwikkelaar betekent het terug naar de tekentafel.” Volledige transparantie van het begin af aan is volgens Lommerts bij dergelijke processen cruciaal. “Het is een open proces geweest tussen de drie partijen – projectontwikkelaar, gemeente en het bedrijf – waarbij de uitkomst door de Raad van State is bepaald. In een complex belangenspel is dit vaak de enige route om de impasse te doorbreken.” p juli/augustus 2018 Chemie Magazine 9
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 9
16-08-18 16:55
E-REFINERY GEEFT IMPU LS AAN OPSC HALING NAAR INDU STRIËLE TOEPA SSING
TEMPO MAKEN ELEKTROCHEMET MIE
D
38 Chemie Magazine
mei 2018
Duurzaamheid
e TU Delft heeft op de aftrap gegeven 22 mei moeten komen via direct air capture, voor ofwel het aan ‘e-Refinery’, een de atmosfeer natioonttrekken van CO2. naal initiatief Intussen kunnen dat zich we werken aan het sterk maakt opschalen van wikkelen en opschale voor het ontelektrochemische synthese naar n van elektrochemie. Deelnem industriële toepassin ers g en meer de technisch zijn onder ervan in de industrieaan integratie e . Idealiter wervan Delft, Eindhove universiteiten ken we daarbij n en Twente, de toe naar weinig Topsectoren Chemie, verspillende reacties, Paulien Herder minder energieHTSM, de chemiebe Energie en is ‘trekker’ van verbruik, minder e-Refinery. drijven Shell, chemicaliën en DSM, AkzoNob minder processta el en Yara en ppen.” staalproducent Tata Steel. Het consortium volgt de Wat houdt het visie die de Commiss het tegelijker proces tijd stapsgewijs Elektrochemische ie Herder: “Elektroc precies in? afbouwen van conventio Conversie en hemie maakt Materialen ECCM nele technieke de productie mogelijk We zullen wel n. vorig jaar op uittempo moeten nodiging van de stoffen met behulp van chemische maken. Elektroch drie Topsecto ren heeft opgesteld emie heeft in Het is de synthese van elektriciteit. Nederland de voor van chemisch afgelopen naar een CO2-neu de transitie decennia stoffen in een e weinig aandacht trale samenlev elektrochemische gehad en we moemet behulp van ing bestaand cel ten de belangrij duurzaam opgee uit elektrode ke rol van ons s, een elekwekte energie. trolyte en vloeibare petrochemische cluster of gasvormige Elektrochemie in reactanten. Een voor onze economie Rotterdam werd elektrochemische geleden ontwikke ruim 160 jaar en welvaart cel is een zien soort reactor: ld, te behouden.” je zet er laboratoriumstadiu maar is het stroom op en m toen nooit er vindt ontstegen. Nog sche reactie plaats een chemiWat doen andere in de jaren tachtig landen op dit vlak? van de vorige nen heen en weer doordat elektro- “Buiten eeuw legden pilots Europa zijn er gaan bewegen met elektroch sterke groelaboratoriumschaa . Op pen in emie de VS, Canada tegen de klassieke het volledig af en China. In raatjes met twee l zijn het appaEuropa lopen productiewijze platen. Je stopt onderzoeksprogra de chemie en er staakten bedrijven in bijvoorbeeld CO2 en ma’s op dit gebied mhun investerin in Frankrijk en dat onder spanning water in en zet gen in de techniek. Denemarken . Daarmee wordt en is vooral Duitsland Het proces staat water gesplitst heel actief. Ik opnieuw in de en wordt CO2 kijk met enige belangstelling gereduceerd jaloezie naar Duitsland vanwege de sterk tot CO en verder , dat een half veranderde en bijvoorbeeld mierenzu omgezet in heeft miljard nu gunstige econovrijgemaakt voor ur of methamische omstand het nol. realiseOp die ren igheden, lees: manier maak van de energietr de je molecugrootschalige ansitie – het len door middel beschikbaarheid zogenoemde van elektriciteit.” ‘Kopernikus’-provan wind- en zonne-en gramma. Daarvan ergie en het potentiële gebruik is 100 miljoen Wat is de stand uitgetrokken van CO2 als van zaken? voor ‘Power-to grondstof. “Hoewel toepassin -X’, een wetenschappelijk g op industrië “CO2 kan voorlopig programma voor schaal nog ver le het verder ontwikke weg komen als grondstobeschikbaar ratoriumproeven is, zijn bij labochemie met onderstelen van elektrohoogwaardige chemische conversief voor elektrouning van chemicaliën geproduc grote bedrijven uit onder meer eerd, wat zoals BASF. We energiecentrales positieve verwacht gaan volgende die ingen op korte maand in 4TUbrandstof draaien”, op fossiele termijn rechtvaar en Topsectorverband zegt dr. ir. Paudigt. lien Herder, hooglera met de Duitsers Terwijl we de praten om na technologie verder ar Engineering te gaan in hoeverre systems design ontwikke ons consortiu in energy & industry len, moeten de m met hen kan klimaataan de TU Delft doelen van Parijs optrekken.” en ‘trekker’ van worden gehaald e-Refiner y. “Op en moet de winkel de lange duur, van het petroche als de technologie mische complex - Wat gebeurt verder is ontwikke openblijven. Dat er concreet in zal CO2 op grote ld, komt neer Nederland? schaal beschikb op het stapsgew aar ren van ijs invoe- “De de nieuwe technolog ECCM-commissie ie en de inzet van wetensch coördineert appers van R
Het artikel op blz. 38 van Chemie Magazine mei over het TU Delft-project ‘e-Refinery’ geeft mij aanleiding tot een opmerking. Daarin wordt opgemerkt dat elektrochemie ruim 160 jaar geleden werd ontwikkeld, maar het laboratoriumstadium toen nooit is ontstegen. Dat is juist voor electrochemistry to chemicals, maar de toepassing in H2-brandstofcellen is inmiddels zo commercieel dat er treinen (Alstom Coradia) mee aangedreven worden. Zie bijvoorbeeld: https://bit.ly/2jYzExp
Door de groot schalige besch wind- en zonne ikbaarheid van -energie staat mie volop in de belangstell elektrocheing. Reden voor de TU Delft om te starten met een nationaal ‘e-Refinery ’, initiatief dat zich sterk maakt voor het ontwikkelen van de techn en opschalen iek om chem ische stoffen produceren te met behulp van elektriciteit. Tekst: Henk Engelenb urg
FOTO: SAM RENTMEESTE
INGEZONDEN
e mei 2018 Chemie
Dr. F.R. van Buren, Terneuzen REACTIE: De schrijver heeft natuurlijk helemaal gelijk in relatie tot de door hem genoemde voorbeelden. Elektrolyse van water, het chloor-alkaliproces, de productie van aluminium en het gebruik van brandstofceltechnologie voor elektriciteitsopwekking en in ‘reverse’ mode elektrolyse zijn al lang bekend en commercieel. Het deel dat de laboratoriumschaal nooit is ontstegen heeft te maken met de elektrosynthese van bijvoorbeeld koolwaterstoffen. Er was immers een makkelijker bron voor: aardolie! Uiteraard is er nog veel elektrochemische kennis rond het zeer belangrijke onderwerp cor-
Magazine 39
rosie, maar dat staat mijlenver van de door ons bedoelde proceschemie. Om die reden is het veld van elektrochemie (elektrosynthese, elektrokatalyse) voor industriële organisch-chemische productie van bijvoorbeeld alcoholen, etheen, koolmonoxide, methaan, niet ontwikkeld. ‘E-Refinery’ heeft zich tot doel gesteld deze specifieke kennis op te bouwen, en niet alleen dat, maar ook de bijbehorende reactorkunde, transportverschijnselen en opschaling ter hand te nemen. Dr. Wim Haije, Large Scale Energy Storage TU Delft / executive board member e-Refinery
A worldleader in chemical testing for all purposes
Eurofins EurofinsProduct ProductTesting Testing REACH • • • • • • • • • •
ADVERT
Skin irritation / corrosion (in vitro / in vivo) Eye irritation / corrosion (in vitro / in vivo) Sensitization (in vitro / in vivo) Genetic Toxicology Acute Toxicity Repeated Dose Toxicity Developmental and Reproductive Toxicology (DART) Toxicokinetic Studies Carcinogenicity Endocrine Disruptors
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 10
Simplify Simplifywhat’s what’snecessary necessary
Sander Aalders, Account Manager Netherlands Mobile phone +31 652 847 018 | SanderAalders@eurofins.com Vincent van de Merckt Business Development Manager Benelux & France Mobile + 32 473 310004 | VincentvandeMerckt@eurofins.com
16-08-18 16:55
Actueel Marco Brons: ‘De productie van polyester is een evenwichtsreactie.’
‘BEHIND THE SCENES’ IN EMMEN, AMSTERDAM EN ZEELAND In het kader van het 100-jarig bestaan organiseerde de VNCI afgelopen maart Behind the scenes@Chemelot, een eerste van een serie events waarin de chemieclusters centraal staan. Er staan nog meer Behind the scenes op stapel, in onder meer Emmen, Amsterdam en Zeeland.
OCI NITROGEN BESTE LEERBEDRIJF EN PRAKTIJKOPLEIDER VAN LIMBURG OCI Nitrogen in Geleen is door SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) uitgeroepen tot het beste leerbedrijf en praktijkopleider van Limburg (Sector Techniek en Gebouwde Omgeving). Daarnaast is het bedrijf genomineerd als beste leerbedrijf en praktijkopleider van Nederland in 2018.
V
oor de 500.000 mbo-studenten in ons land is het leren in de praktijk een onmisbaar deel van hun opleiding. Om het belang hiervan te onderstrepen, heeft het ministerie van OCW al in 1996 de verkiezing beste leerbedrijf ingesteld. Sinds 2009 krijgt ook de beste praktijkopleider een prijs. Elk jaar is SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) op zoek naar het beste leerbedrijf van Nederland, met als doel leerbedrijven te stimuleren hun opleidingsbeleid uit te dragen en te versterken. Op 17 juli heeft SBB bekendgemaakt dat kunstmestproducent OCI Nitrogen op Chemelot als beste leerbedrijf en praktijkopleider van Limburg 2018 uit de bus is gekomen (Sector Techniek en Gebouwde Omgeving). Daarnaast is het bedrijf genomineerd als beste leerbedrijf en praktijkopleider van Nederland. De landelijke winnaars worden in september en november bekendgemaakt. p
FOTO: CUMAPOL
T
ijdens de eerstvolgende Behind the scenes op 5 oktober bij Chemport Emmen worden de deelnemers meegenomen in de wereld van de (groene) vezelchemie, met baanbrekende ontwikkelingen als fietspaden en klapbruggen van bio-composiet, biologisch afbreekbaar tuinbouwtouw en innovatieve recyclingstechnieken voor tapijt en petflessen. Het programma staat in het teken van innovatie en duurzaamheid. Deelnemers zoeken oplossingen voor de plastic soep, het terugdringen van de CO2uitstoot en het halen van de klimaatdoelstellingen van Parijs. Tijdens Behind the scenes@Amsterdam op 19 oktober, op en rond Science Park Amsterdam, kunnen deelnemers een kijkje achter de schermen nemen van een aantal (chemie) bedrijven rondom het Science Park en in de haven Amsterdam. ’s Middags komen de laatste ontwikkelingen op het gebied van circulaire chemie, Computer Aided Chemistry, Art Conservation, de chemiemedewerker van de toekomst en het valoriseren van een innovatief bedrijfsidee aan bod. Gastheer is de Universiteit van Amsterdam - ACID. ACID is een jaarlijks event dat informeert over de laatste ontwikkelingen in chemie en innovaties in Metropool Amsterdam. Op 4 december is de Behind de scenes in Zeeland. p
CUMAPOL BOUWT PILOTPLANT VOOR CHEMISCHE PET-RECYCLING Cumapol heeft een manier ontdekt om PET-afval door middel van een chemisch proces te ontdoen van kleur en andere onzuiverheden, om vervolgens hoogwaardige PETkorrels over te houden. In een proeffabriek, die begin volgend jaar moet draaien, wil Cumapol kennis en ervaring opdoen met het proces. Later volgt een productielijn voor de verwerking van 25 kiloton per jaar.
‘D
e productie van polyester is een evenwichtsreactie”, legt Marco Brons, technisch directeur van Cumapol, uit. “Als je er een grote hoeveelheid van een van de monomeren, glycol, aan toevoegt, wordt het evenwicht verstoord en het polymeer afgebroken. Het resultaat van deze depolymerisatie is een vloeistof met een zo lage viscositeit dat deze goed is te zuiveren.” Na het weghalen van de overdosis glycol blijft zuivere PET over. Bij mechanische recycling is dit niet mogelijk. Voor de vervolmaking van het proces werkt Cumapol samen met DSM Niaga, Morssinkhof, Greenpac (NHL Stenden en Hogeschool Windesheim) en de Rijksuniversiteit Groningen. De fabriek wordt neergezet op het terrein van Cumapol in Emmen. Tevens opent Cumapol binnenkort een nieuwe tuimeldroger. Hiermee kan het bedrijf nog meer producten in kleinere hoeveelheden in eigen beheer kristalliseren, drogen of nacondenseren. “Gezien de veranderingen in de markt op het gebied van biobased en circulaire kunststoffen, is het belangrijk om te blijven investeren in productieapparatuur, zodat we flexibel en innovatief blijven”, aldus Brons. “De uitbreiding van de nacondensatiecapaciteit zorgt ervoor dat we complexere producten kunnen produceren zonder een groot risico op producten van mindere kwaliteit en/of contaminatie van andere producten.” De nieuwe tuimeldroger wordt officieel geopend tijdens Behind the scenes@Emmen op 5 oktober. Cumapol zal dan ook aandacht schenken aan zijn project voor chemische PETrecycling. p Meer actueel nieuws op www.vnci.nl en in de wekelijkse gratis VNCI Nieuwsbrief (meld je aan via de site). juli/augustus 2018 Chemie Magazine 11
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 11
16-08-18 16:55
VNCI ONTVANGT PREDICAAT ’KONINKLIJK’ Tijdens het jubileumfeest ter ere van het 100-jarig bestaan van de VNCI op 25 juni, heeft de vereniging het predicaat ‘Koninklijk’ mogen ontvangen. VNCI-voorzitter Bernard Wientjes en directeur Colette Alma namen het predicaat in ontvangst uit handen van de commissaris van de Koning in Zuid-Holland, Jaap Smit. “Wij zijn vereerd dat Zijne Majesteit de Koning heeft besloten dat de VNCI het predicaat ‘Koninklijk’ mag voeren”, aldus VNCI-directeur Colette Alma. “Het is een erkenning voor het vele werk dat de bestuursleden en medewerkers nu en de afgelopen 100 jaar hebben verricht. Vol trots zullen wij het predicaat Koninklijk gaan voeren.” Om het predicaat te mogen ontvangen moet een vereniging aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo moet de vereniging onder andere zeer belangrijk zijn in haar vakgebied en minstens 100 jaar bestaan. De VNCI werd opgericht op 17 mei 1918. Toen kwamen vertegenwoordigers van 21 chemische en farmaceutische bedrijven bijeen voor de oprichting van de Vereeniging van de Nederlandsche Chemische Industrie. 100 jaar later maakt de VNCI zich nog
steeds sterk voor een veelheid van gezamenlijke belangen op het gebied van veiligheid, gezondheid & milieu, energie & klimaat, innovatie & human capital en ondernemerschap. Bij de VNCI zijn bedrijven, verenigingen en donateurs aangesloten. Samen met de leden van tien geassocieerde lidverenigingen zijn meer dan zeshonderd ondernemingen direct of indirect aangesloten. “Mede dankzij uw Chemistry for Climate-routekaart concludeer ik dat de VNCI nog bijzonder vitaal is, zo niet in de kracht van haar leven staat. Hopelijk blijft dat nog vele jaren zo”, zei Jaap Smit, commissaris van de Koning in Zuid-Holland, bij de uitreiking van het predicaat in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Hij overhandigde de oorkonde aan voorzitter Bernard Wientjes en directeur Colette Alma. Wientjes: “Ik ben nog maar dertien dagen voorzitter, dus ik kan met recht als buitenstaander zeggen dat dit verdiend is. De VNCI is bij uitstek een club die innoveert, onderneemt en uitdagingen aangaat. Zonder chemie lukt niets.” In haar dagafsluiting sprak Colette Alma de wens uit het koninklijke predicaat ‘met grote trots en waardigheid’ te dragen. p
12 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 12
16-08-18 16:55
V.l.n.r.: VNCI-voorzitter Bernard Wientjes, commissaris van de Koning in Zuid-Holland Jaap Smit en VNCIdirecteur Colette Alma.
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 13
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 13
16-08-18 16:55
DE VNCI BESTAAT DIT JAAR 100 JAAR. CHEMIE MAGAZINE VIERT DIT MET EEN SERIE ARTIKELEN OVER CHEMISCHE INNOVATIES DIE DE AFGELOPEN 100 JAAR GROTE MAATSCHAPPELIJKE IMPACT HADDEN.
ANTICONCEPTIEPIL
KUNSTMEST
SYNTHETISCHE VEZELS
VOEDINGSADDITIEVEN
PENICILLINE
KUNSTSTOFINNOVATIES HEBBEN LEVENS BURGERS IN POSITIEVE ZIN BEÏNVLOED
‘VINYL GAF MUZIEKINDUSTRIE ENORME BOOST’ Het gebruik van kunststoffen nam de afgelopen vijftig jaar een hoge vlucht. Het maakte producten mogelijk die vroeger ondenkbaar waren en bijdragen aan veiligheid, houdbaarheid, hygiëne, energie-efficiëntie en comfort. ‘Popprofessor’ Leo Blokhuis kan zich zijn eerste vinylplaat nog herinneren: The Very Best of ABBA. Tekst: Marloes Hooimeijer en Igor Znidarsic
VERF EN COATINGS
2e helft e eeuw
20 PLASTIC
GENEESMIDDELEN
DESINFECTIE
GEWASBESCHERMING (volgorde is willekeurig)
L
ibelle wijdde in 1946 een artikel aan ‘Plastic. Het wonderproduct’, vol enthousiasme over plastic boodschappentassen, kinderspeelgoed en schoenen, die toen in Londen al verkrijgbaar waren. ‘Grandioos, deze synthetische wereld’, aldus de Londense Libelle-correspondente. Zeker de afgelopen vijftig jaar heeft het gebruik van kunststoffen een enorme vlucht genomen. Sinds de tweede helft vorige eeuw zijn kunststoffen niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. Ze zijn sterk, stijf, flexibel, vormvast of juist vormvrij en dragen zo bij aan comfort, veiligheid, houdbaarheid, hygiëne en energie-efficiëntie. Denk bijvoorbeeld aan kunststof verpakkingen die bederf of verspilling van voedsel en de beschadiging van producten tegengaan of aan kunststof isolatiemateriaal. “Kunststofinnovaties hebben de afgelopen honderd jaar de levens van burgers ontzettend in positieve zin beïnvloed”, zegt ook Jacques Joosten, directeur Dutch Polymer Institute (DPI). “Niet alleen voor leuke hebbe-
dingetjes maar ook voor meer wezenlijke zaken. In het transportwezen – auto’s, vliegtuigen, andere vervoersmiddelen – kwamen producten beschikbaar die vroeger gewoon ondenkbaar waren. De vormgevingsprocessen van kunststoffen bleken geweldig flexibel te zijn. Vroeger bestond de voorkant van een auto uit tientallen stukken staal die met schroeven aan elkaar gedraaid waren, nu kun je die netjes uit één stuk maken door te spuitgieten. Dit is zowel voor het gewicht van de auto als de efficiëntie van het productieproces essentieel. Of kijk naar hygiëne, je kunt je niet meer voorstellen dat baby’s en ouderen ouderwetse luiers moeten dragen, en naar medische zaken als implantaten of bloedzakken. We vergeten de voordelen van kunststof, nemen ze for granted, zoals de enorme hoeveelheid voedsel die dankzij plastic niet in de vuilnisbak belandt.”
Rol industrie
De switch van steenkool naar olie en gas als grondstof had volgens Joosten
14 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 14
16-08-18 16:55
DE WERELDWIJDE TOEPASSING VAN KUNSTSTOFFEN IS DE AFGELOPEN VIJFTIG JAAR 20 KEER ZO GROOT GEWORDEN
grote impact op de chemie, dus ook op de kunststofproductie. “Dit begon in Amerika; Europa en Nederland volgden in de jaren 20/30. Het bracht flexibiliteit in de productie van kunststoffen, zodat er meer diverse materialen mee gemaakt konden worden, en maakte schaalvergrotingen mogelijk. Kunststof werd hierdoor als nieuw materiaal steeds aantrekkelijker. Ook het ontwikkelen van katalysatoren, waarvoor Ziegler en Natta in de zestiger jaren de Nobelprijs kregen, zorgde voor nieuwe doorbraken in kunststofflexibiliteit, kunststofeigenschappen en voor een lagere prijs van het materiaal.” Na de Tweede Wereldoorlog kwam de kunststofproductie in een stroomversnelling. Bedrijven als Shell, DSM en AkzoNobel speelden daarin een heel belangrijke rol, aldus Joosten. “Uitgaande van een paar grondmaterialen wisten ze die zodanig te modificeren dat kunststoffen de benodigde eigenschappen voor specifieke toepassingen kregen. Als je kunststof tuinstoeltjes vroeger drie jaar in de zon liet staan, was er niets meer van over, waren ze helemaal bros geworden. Dit werd opgelost door de kunststof uv-stabiliteit mee te geven. Voor Nederland kan natuurlijk niet onvermeld blijven dat er zeer hoogwaardige technische kunststofvezels werden ontwikkeld, Twaron door AkzoNobel en Dyneema door DSM.” Er was weliswaar al kort na de Tweede Wereldoorlog sprake van publiek-private samenwerking met een partij als TNO, vanuit de universiteiten hoefde de industrie in de e
LEO BLOKHUIS (‘POPPROFESSOR’):
‘Vinyl maakte een betere groeftechniek mogelijk’
FOTO: PAUL TOLENA AR
(TR ANSITIE AGENDA KUNSTSTOFFEN)
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 15
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 15
16-08-18 16:55
IN EUROPA WORDT KUNSTSTOF HET MEEST GEBRUIKT VOOR VERPAKKINGEN, 39,5%, BOUW/INFRASTRUCTUUR, 20,1%, EN VERVOERSMIDDELEN, 8,6% (RETHINK)
WIST U DAT?
De eerste kunststof, celluloid, werd in 1850 uitgevonden, in 1908 gevolgd door bakeliet (fenolhars, de eerste volledig synthetische kunststof) en in 1937 nylon (een polyamide). De meeste andere kunststoffen, ook wel plastics of polymeren genoemd, werden pas in de tweede helft van de 20e eeuw ontwikkeld. Er worden vijf grote ‘families’ van bulkpolymeren onderscheiden, met ieder hun eigen toepassingen en markten. Polyethyleen (PE) is de grootste plasticfamilie, gebruikt voor bijvoorbeeld plastic zakken, bekertjes, flessen, shrink-wrapping film (zoals gebruikt om een pak frisdrankflessen bijeen te houden), speelgoed en flexibele tubes. Polypropyleen (PP) heeft een hoger smeltpunt en is sterker dan PE, waardoor het geschikt is voor niche verpakkingsmarkten, bijvoorbeeld voor vaten en containers. Auto’s zitten er ook vol mee: stoffering, behuizing, dashboard, bumper, etc. Polystyreen (PS) is een goede warmte-isolator en daarmee bijvoorbeeld goed geschikt voor wegwerpbekertjes.
1
4
5
2 3
2e helft e eeuw
20 PLASTIC
Het eerste populaire album op vinyl was The voice of Frank Sinatra.
Het wordt ook als hard, sterk plastic toegepast in wegwerpbestek, cartridges, kledinghangers en testbuisjes. Geëxpandeerd polystyreen (EPS, polystyreen ( , in de volksmond piepschuim genoemd) zit veel in isolatiemateriaal en verpakkingen. De bekendste toepassing van polyethyleentereftalaat, PET, zijn de onbreekbare lichtgewicht PETflessen. Het vindt ook toepassing in industriële vezels, textielvezels als fleece en in kookgerei. Omdat polyvinylchloride (pvc) goedkoop en eenvoudig te bewerken is, is het aantal toepassingen legio. Om er, naast de elpee (zie hoofdartikel), een paar te noemen: buizen voor elektrische bedrading, vloerbedekking zoals zeil, buizen voor waterleiding en riolering, verpakkingen, bloedinfuuszakken, beschermende kleding zoals chemische pakken en regenkleding, dashboards, speelgoed, kunst-
beginperiode geen onderzoek te verwachten. “Het vak polymeren werd aan de universiteiten toen nog niet onderwezen. De eerste impulsen voor onderzoek naar polymeerchemie kwamen uit de industrie zelf. Niet gek dus dat de eerste generatie hoogleraren polymeerchemie ook uit het bedrijfsleven kwam.”
Vinylplaat
Van Elvis Presley en de Beatles en van de Rolling Stones tot ABBA, zonder de uitvinding van vinyl waren deze artiesten waarschijnlijk nooit zo groot geworden. Want het was dit materiaal dat de distributie van muziek makkelijk en betaalbaar maakte, samen met de voortschrijdende afspeeltechniek. “Men was al in de jaren dertig bezig met het creëren van geluidsdragers op basis van vinyl”, vertelt ‘popprofessor’ Leo Blokhuis. “Daar zat eerst de crisis tussen en daarna de oorlog, maar uiteindelijk kwam in 1948 de eerste elpee op de markt, en meteen daarna de 45-toerensingle. Maar het was allemaal nog vrij exclusief, de
geluidsdragers en de toen nog lompe afspeelapparatuur waren duur. Pas begin jaren vijftig zette vinyl als geluidsdrager echt door. Er kwam toen ook een betaalbare platenspeler, en die twee zaken bij elkaar hebben de muziekindustrie een enorme boost gegeven. Er was nu een goed verdienmodel.” Vinyl (polyvinylchloride, pvc) was al in 1838 bij toeval ontdekt en in 1872 herontdekt. In beide gevallen ontstond er een witte vaste stof nadat een fles vinylchloride was blootgesteld aan zonlicht. In 1926 ontwikkelde Waldo Semon een methode om pvc te plasticeren door verschillende additieven toe te voegen, met als resultaat een flexibel en eenvoudig te bewerken materiaal, dat commercieel breed toepasbaar werd. Onder meer dus als geluidsdrager. Hiervoor werd het vermengd met koolstof om het steviger en slijtvaster te maken. “Aanvankelijk waren geluidsdragers van schellak en bakeliet en werden ze op 78 toeren per minuut afgespeeld”, vertelt Blokhuis. Ze waren
16 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 16
16-08-18 16:55
WONINGISOLATIE, MET BIJVOORBEELD PIEPSCHUIM OF PURSCHUIM, BESPAART 40 TOT 400 KEER ZOVEEL ENERGIE ALS HET KOST OM HET MATERIAAL TE MAKEN (MILIEUCENTR A AL)
nogal breekbaar. Vinyl bleek beter geschikt. “Vinyl maakte ook een betere groeftechniek mogelijk, waardoor de snelheid verlaagd kon worden. In 1931 kwam Columbia Records met de eerste vinylplaat op 33 1/3 toeren, wat later de elpeestandaard werd. RCA Victor kwam met een 7 inch-plaat, wat later de single-standaard werd. Uiteindelijk bleken beide formaten naast elkaar te kunnen bestaan en ontstonden de fenomenen album en single.” De grote doorbraak voor de single kwam in de jaren 50, toen deze massaal werd toegepast in jukeboxen, en met de opkomst van de rock-‘n-roll.
4 minuten
De standaardlengte van de nieuwe geluidsdragers was ook bepalend voor de manier waarop voortaan muziek werd gemaakt. Blokhuis: “Vroeger maakte de duur van een muziekstuk niet uit, want je beluisterde het live. Nu kon er maximaal een half uur op een elpeekant en een singeltje was maximaal 4 minuten per kant. De componist moest met
BRON: O.A. THE PL A STICS RE VOLUTION (DPI)
stofkozijnen en grond- en waterkeringen. In de jaren tachtig en negentig kreeg pvc een slechte naam, onder meer vanwege de loodhoudende stabilisatoren, de groeiende afvalberg en de gechloreerde koolwaterstoffen die bij verbranding vrijkomen. Maar anno 2018 is het lood uitgefaseerd, vindt op grote schaal recycling plaats en gloort dankzij het vrijwillige EU-programma VinylPlus een duurzame toekomst (zie ook Chemie Magazine april). Naast deze vijf grote families zijn er nog families als polyurethaan (PU, bijvoorbeeld schuimrubber en purschuim), polymethylmethacrylaat (PMMA, bijvoorbeeld plexiglas), polyester (versterkt met glasvezel toegepast voor zeiljachten en roeiboten) en polycarbonaat (PC, bijvoorbeeld cd’s, veiligheidsbrillen, helmen en verpakking van voedingsmiddelen).
CHEMIE VAN KUNSTSTOF
Kunststoffen (plastics) zijn te onderscheiden in thermohardende plastics, thermoplasten en elastomeren. In thermohardende plastics zoals bakeliet zijn moleculen (monomeren) samengebonden tot ketens (polymeren) die op hun beurt weer krachtig zijn verbonden door crosslinking. Hierdoor smelten ze niet of worden ze niet vloeibaar bij verhitting. Ze worden tijdens het productieproces in vorm gegoten. Bij thermoplasten zijn de verbindingen tussen de polymeerketens relatief zwak. Verhitting maakt ze zacht, waardoor ze in de juiste vorm kunnen worden gebracht (vaak spuitgieten). Voorbeelden zijn pvc en polystyreen. Elastomeren liggen qua eigenschappen tussen thermohardende plastics en thermoplasten in. De polymeermoleculen krijgen elastische eigenschappen door de speciale manier waarop ze gelinkt zijn. Polyurethaan is zo’n elastomeer, bijvoorbeeld toegepast in schuimrubber, evenals Styreen Butadieen Rubber (SBR), toegepast in banden.
‘Je kunt je niet meer voorstellen dat baby’s en ouderen ouderwetse luiers moeten dragen.’
die beperkingen rekening houden.” Vandaar dus dat de gemiddelde popsong tussen de 3 en 4 minuten duurt. De vinylelpee en de vinylsingle hebben volgens de popprofessor sterk bijgedragen aan de ontwikkeling van de muziekindustrie. “De impact was zo groot omdat deze geluidsdragers een handzame manier boden om muziek te distribueren. De Beatles bijvoorbeeld traden in de tweede helft van hun carrière niet meer live
op, toch bleven ze heel groot, op basis van wat ze op vinyl uitbrachten.” De allereerste 33 1/3-langspeelplaat (1948) was Nathan Milstein performing the Mendelssohn violin concerto. Het eerste populaire album (ook 1948, wel vinyl, maar nog 78 toeren) was The voice of Frank Sinatra. De eerste elpee die Blokhuis zelf aanschafte (“Ik was 14 of 15”) was een Franse (en daardoor 2 gulden goedkopere) persing van The Very Best of ABBA.
e
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 17
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 17
16-08-18 16:55
DE PRODUCTIE VAN NIEUWE FOSSIELE PLASTICS KAN TOT 2030 AL MET 36 PROCENT AFNEMEN DOOR INVESTERINGEN IN MECHANISCHE EN CHEMISCHE RECYCLING EN BIOBASED PLASTICS (TR ANSITIE AGENDA KUNSTSTOFFEN)
VNCI-LEDEN STAAN AAN DE BASIS VAN KUNSTSTOF Heel veel VNCI-leden houden zich bezig met de productie van (grondstoffen voor) kunststoffen, waaronder BASF, AkzoNobel, DuPont, DSM en Dow. Ook SABIC, Corbion en Huntsman hebben hierin ieder hun eigen specialismen.
Insulinepen.
2e helft e eeuw
20 PLASTIC
In 2002 nam SABIC de petrochemische fabrieken van DSM in Geleen over. Hiermee zette het Saudische bedrijf de eerste stap op het Europese continent. Later komen daar in Nederland ook de productielocaties in Bergen op Zoom, Raamsdonkveer en Enkhuizen bij. “SABIC Geleen bestaat uit fabrieken waarmee zowel de grondstoffen voor als ook kunststoffen zelf worden gemaakt”, zegt Jeroen Castelijn, general manager SABIC Site Geleen. “Het productportfolio bestaat hoofdzakelijk uit polyethyleen (PE) en polypropyleen (PP).” De PP- en PE-materialen zijn van betekenis voor tal van producten. Castelijn: “Zo worden er folies van gemaakt die de houdbaarheid verbeteren van verse groenten en fruit. Daarmee wordt uiteindelijk de voedselverspilling verminderd. Onze producten zitten bijvoorbeeld ook in insulinepennen, die niet alleen het medicijn langer goedhouden maar ook het gebruik van insulinepennen veiliger maken. Maar ook in de recyclebare drankkartons van Elopak zijn onze producten terug te vinden. Dit duurzame ‘lage dichtheid polyetheen’ (LDPE) heeft een 15 tot 20 procent lagere CO2-footprint vergeleken met standaard verpakkingen.” Plastics hebben een belangrijke toegevoegde waarde in de samenleving, maar ze vormen volgens Castelijn ook een ‘complexe uitdaging’ voor een duurzame toekomst. “Als SABIC zijn we ons bewust van deze uitdaging en om tot oplossingen te komen zoeken we de samenwerking met partners in de industrie. Zo onderzoeken we op dit moment of we ingezameld plastic kunnen inzetten als grondstof voor onze krakers.”
Corbion is ruim 85 jaar wereldmarktleider in melkzuur, dat via een lactide dimeer als grondstof omgezet wordt in polymelkzuur (PLA). Marc den Hartog, executive vice president Innovation Platforms: “In 1989 werden we actief in bioplastics door de productie van afbreekbaar PLA voor medische toepassingen, zoals oplosbaar hechtdraad en orthopedische schroeven. Deze kennis is uitgewerkt tot PLA voor markten met grote volumes, zoals verpakkingen. Na de zomer nemen we een PLA-fabriek van 75 kiloton in Thailand in gebruik.” Inmiddels heeft Corbion productieroutes ontwikkeld om ook andere organische zuren te produceren uit suikers, toegepast als monomeerbouwstenen in plastics. Zo wordt barnsteenzuur geproduceerd in de joint venture Succinity met BASF, onder meer toegepast in het polymeer PBS, geschikt voor compostbare plastics. Daarnaast werkt het bedrijf aan het opschalen van de productie van 2,5-furaandicarbonzuur (FDCA), een organisch di-zuur dat de kritische bouwsteen van PEF-bioplastic vormt. “Al deze monomeren voor plastics worden 100 procent uit suiker gemaakt, waarmee de ontkoppeling van fossiele grondstoffen gerealiseerd wordt. Bioplastics zijn een essentieel onderdeel van onze toekomstige economie”, zegt Den Hartog. “De biologisch afbreekbare plastics PLA en PBS zijn met name in voedselverpakkingstoepassingen van hoge toegevoegde waarde. PEF biedt een biobased alternatief voor het veelgebruikte PET, waarbij PEF de houdbaarheid van de verpakte producten verlengt door de betere barrièreeigenschappen van het materiaal. Daarmee helpt het voedselverspilling verder te reduceren.”
PLA wordt toegepast voor onder meer oplosbaar hechtdraad en orthopedische schroeven.
18 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 18
16-08-18 16:55
CORBION MAAKT ALLE MONOMEREN VOOR PLASTICS 100 PROCENT UIT SUIKER
Huntman Holland produceert sinds 1961, toen nog ICI, grondstoffen voor polyurethaan (PU) in Botlek-Rotterdam. De twee vloeistoffen (MDI en polyol) worden gemengd om hard of zacht polyurethaanschuim te maken. Hard polyurethaanschuim wordt toegepast in isolatie-panelen en -blokken. “Dat zorgt voor de beste isolatie ter wereld”, zei Max van der Meer, vice president Global Operations & Technology Huntsman Polyurethanes, al eerder in Chemie Magazine.. “Purschuim is verwerkt in koelkasten en vriezers. Zacht schuim vind je in matrassen, maar ook in stoelen en vloeren. Wij leveren bijna exclusief aan BMW.” Huntsman heeft veel kennis van PUtechnologie en zet die in om, samen met zijn klanten, innovatieve oplossingen te vinden. Zoals met het Duitse veiligheidsschoenenmerk Steitz Secura, dat PU-technologie van Huntsman benut om polyurethaan tussenzolen te maken met geïndividualiseerde kenmerken. Samen met HP (Hewlett Packard), machineleverancier Desma en RSScan hebben zij een zogenoemd ‘FitStation’ gecreëerd voor in de winkel. Dit station combineert 3D-voetscans met dynamische loopanalyse om kant-en-klare schoenaanbevelingen, op maat gemaakte 3D-geprinte inlegzolen en volledig aangepaste schoenen met variabele polyurethaan spuitgietzolen te leveren. Dit wordt onder andere bereikt door een op maat gemaakte vermenging van de belangrijkste componenten van PU (polyol, isocyanaat en additieven). De juiste mix maakt verschillende gradaties van hardheid, dichtheid en elasticiteit voor verschillende delen van de schoen mogelijk. En zo ontstaat een schoen helemaal aangepast aan de klant, niet alleen qua kleur, maar ook qua maat en loopeigenschappen, aldus Huntsman.
TOEKOMST: ‘BIOMASSA EN RECYCLAAT ZIJN STRAKS DE BASIS’
Hard polyurethaanschuim, toegepast in isolatiepanelen en -blokken, zorgt voor ‘de beste isolatie ter wereld’.
‘Behalve een groot aantal voordelen, brengt de grootschalige toepassing van kunststof ook nadelen met zich mee. Het gebruik van (veelal) fossiele grondstoffen en energie oefent druk uit op het milieu. De verspreiding van plastic zwerfvuil en microplastics op land en in zee resulteert in een groeiende vervuiling van de ecosystemen. Dus ondanks alle voordelen, zien wij ons gesteld voor een aantal belangrijke uitdagingen’, zo staat te lezen in de transitieagenda Kunststoffen, waaraan de vereniging van rubber- en kunststoffabrikanten NRK heeft bijgedragen. Erik de Ruijter, directeur beleid bij de NRK: “De bedrijven en NRK zetten al jarenlang in op duurzame producten. Dat zijn producten die een maximale gebruikswaarde hebben. Om dat te bereiken is samenwerking nodig tussen fabrikant, gebruiker en recycler. Het vraagt een gedragsverandering. Op die manier waarborgen we recycling en voorkomen we samen zwerfafval en marine litter. En door het materiaal in de kringloop te houden ontstaan geen degradatie en microplastics.” In 2050 hebben kunststoffen volgens de transitieagenda een geringe voetafdruk en zijn ze gemaakt van gerecyclede of hernieuwbare – biobased – kunststoffen en van een gegarandeerde kwaliteit. Er is dan niet langer sprake van verbranding van plastics en er worden geen zorgwekkende stoffen in kunststoffen meer verwerkt die een gevaar kunnen opleveren voor de volksgezondheid en het ecosysteem. De Ruijter: “Zoals de CEO’s stelden tijdens het VNCI-congres afgelopen juni zijn biomassa en recyclaat de basis voor de kunststoffen van straks. Die ombouw vraagt grote investeringen. Naast inzamel-, sorteer- en recyclingcapaciteit is ook nieuwe technologie nodig. Chemische recycling en standaarden voor recyclaat moeten opgeschaald worden. Vele succesvolle ketenprojecten die de NRK initieerde helpen merkeigenaren en gebruikers om actief te vragen om producten van hernieuwbare grondstoffen. Bedrijven als Philips, Unilever, Van der Lande en Ikea geven het goede voorbeeld.” Ook Jacques Joosten van DPI is ervan overtuigd dat er uiteindelijk een oplossing komt voor het afvalprobleem en dat het model van ‘maken, gebruiken en weggooien’ plaatsmaakt voor een circulair model waarin gebruikte kunststoffen weer opgewerkt worden tot kunststof die kan wedijveren met nieuwe kunststof. Het vraagt om een nieuw economisch model. “Misschien wel een soort leaseconcept: bedrijven die kunststof een tijdje uitlenen, weer innemen, opwerken en weer uitlenen. Niets doen is geen optie: industrie, wetenschap en overheid moeten samenwerken en naar de lange termijn kijken, met bijbehorende risico’s en investeringen.” juli/augustus 2018 Chemie Magazine 19
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 19
16-08-18 16:55
1928 1938
1948 1958
1918 1928
1938 1948
1958 1968
DE GESCHIEDENIS VAN DE VNCI
ECONOMISCH HERSTEL In tien afleveringen gaat Chemie Magazine door de historie van de VNCI en de chemie in Nederland, vanaf de oprichting van de vereniging in 1918 tot de viering van het 100-jarig bestaan dit jaar. Aflevering 6: de jaren 1978-1988. Tekst: Igor Znidarsic
FOTO: ANP
Akzo Chemie in Amsterdam, 1979.
CHEMISCHE INDUSTRIE IN NEDERLAND IN DE JAREN TACHTIG
‘Orderpositie van chemische industrie in oktober verzwakt’, meldt NCI, de voorloper van Chemie Magazine eind 1981. De economische recessie die in de jaren zeventig was ingezet, bleef ook begin jaren tachtig voortduren. Toch wist de chemische industrie in Nederland zich over het algemeen redelijk te handhaven. Alleen de petrochemie en de bulkchemie, waaronder de kunstmestproductie en de bulk-kunststofsector, leden grote verliezen. De petrochemie stootte fabrieken af, Gulf stopte in 1982 zelfs geheel met zijn chemische activiteiten in Europa en sloot de fabrieken in de Europoort. 1983 is ‘een jaar van herstel’, meldt de VNCI in het jaarverslag. De factoren die dit mogelijk maken zijn de lage inflatie, een beheerst loonbeleid, het doorvoeren van efficiencymaatregelen, een over het algemeen modern uitgerust industriepark, technologische vernieuwingen en de voor de gulden gunstige dollarkoers. De opleving geldt met name voor bulkchemie, kunstmest en reuk- en smaakstoffen. Pharma, verf, wasmiddelen en cosmetica bereiken slechts een bescheiden groei. In 1984 leiden de hogere afzet, de gemiddeld hogere prijzen en een betere bezettingsgraad in de meeste bedrijven tot een duidelijk herstel van de winst. De productie stijgt met 7,2 procent. In de tweede helft van de jaren tachtig zet de stijgende lijn op meer gematigde wijze door, gekenmerkt door een groei van de productie (gemiddeld zo’n 4 procent) en een hoger investeringsniveau. ‘Voor het eerst zeer bevredigende resultaten zonder invloed oliecrisis’, meldt het VNCI-jaarverslag over 1985. De crisis is definitief overwonnen. Om de bedrijfsvoering verder te optimaliseren vinden de nodige reorganisaties plaats, wat veel arbeidsplaatsen kost. Grote bedrijven als DSM, Shell en Akzo gaan tot diversificatie van hun activiteiten over, om zo minder afhankelijk te zijn van de bulkchemie. 1987 wordt in het VNCI-jaarverslag een ‘sterk jaar voor de chemische industrie’ genoemd, met een productietoename van 6 procent. De investeringen stijgen met 17 procent naar 3,3 miljard gulden.
20 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 20
16-08-18 16:55
1978 1988 1968 1978
1998 2008 1988 1998
2018 2030? 2008 2018
1983
VOORZITTERS
• 1979 E. Meinsema (Shell) • 1983 H.J.J. van der Werf (Akzo) • 1987 G. Bresser (Gist-Brocades)
De zwaarte die het VNCI-bestuur hecht aan milieu en veiligheid vertaalt zich in de instelling van de Beleidsgroep Milieu en Veiligheid. Deze adviesgroep van het bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van VNCI-leden en secretariaat en staat eerst onder leiding van een adjunct-directeur, een functie die later wordt opgewaardeerd tot directeur.
1984
De VNCI verhuist van de Javastraat 2 in Den Haag, waar de vereniging sinds 1941 is gehuisvest, naar een ruimere en modernere behuizing aan de Vlietweg 14 in Leidschendam. Het bureau telt 35 medewerkers, inclusief de Vapro, die enkele jaren later op eigen benen komt te staan.
1985
G. Bresser.
Bronnen: Delfstoffenwinning en chemische industrie; NCI
H.J.J. van der Werf (l.) en E. Meinsema.
De VNCI maakt een nieuwe schoolposter van het periodiek systeem. Voor elk element is een toepassing met een illustratie (in kleur!) afgebeeld. Een enorm succes, met binnen enkele weken 70.000 aanvragen. Bij de presentatie stelt VNCI-voorzitter H.J.J. van der Werf dat contacten tussen onderwijs en het chemische bedrijfsleven groeiend zijn. Zo is er al jaren nauwe samenwerking op het gebied van de Chemie Olympiade. Ook is er de reizende tentoonstelling ‘Chemie in het dagelijks leven’. Het is de bedoeling om de samenwerking de komende jaren verder uit te breiden.
Vlietweg 14 in Leidschendam nu.
e
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 21
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 21
16-08-18 16:55
1986
Naast de Beleidsgroep Milieu en Veiligheid zijn inmiddels ook de Werkgroep Produktveiligheid en de Werkgroep Handels- en Industriepolitieke kwesties in het leven geroepen.
1987
Scholieren bezichtigen de reizende VNCI-tentoonstelling.
Tijdens een VNCI-voorlichtingsdag over Research & Development, een nieuw werkterrein, worden actuele stimuleringsmogelijkheden van de overheid op R&Dgebied besproken, komen voorwaarden en mogelijkheden voor samenwerking en afstemming van R&D-activiteiten bij universiteiten en grote instituten met de chemische industrie aan de orde en worden mogelijkheden voor nieuwe contacten tussen chemiebedrijven en onderzoekers naar voren gebracht. De dag is de eerste stap naar een collectieve belangenbehartiging R&D. G. Bresser.
FOTO: ANP
MILIEU
‘VNCI pleit voor gefaseerde invoering van wetgeving chemische stoffen’. ‘Staatssecretaris acht fosfaatloos wassen in 1958 praktisch uitvoerbaar’. ‘Milieueffectrapportage moet in Nederland beperkt van opzet worden’. Aldus enkele koppen in NCI, de voorloper van Chemie Magazine, begin jaren tachtig. ‘De milieufactor kreeg in dit tijdvak een bijna alles overheersend karakter’, zo valt te lezen in het ‘Historische bedrijfsarchief’ Delfstoffenwinning en chemische industrie. In de tweede helft van de jaren zeventig had vrijwel elk chemiebedrijf van enige omvang een milieufunctionaris in dienst. Gemiddeld werd in de jaren tachtig 1 procent van de mankracht besteed aan milieuzaken. 10 procent van de totale investeringen van de chemische industrie ging naar milieubeschermende maatregelen, zoals waterzuiveringsinstallaties, recyclingprojecten, hogere schoorstenen en beperking van de uitstoot van zwaveldioxide. ‘De door de overheid opgelegde voorschriften stuitten nogal eens op kritiek bij het bedrijfsleven, dat vreesde dat de concurrentiepositie van Nederland in het gedrang zou komen. Aan de andere kant liep het imago van de bedrijfstak door de milieuproblematiek zware schade op.’ Een en ander leidde er wel toe dat bijvoorbeeld tussen 1984 en 1987 de lozingen van gechloreerde koolwaterstoffen op het water met 30 procent werden teruggedrongen. Ook nam de uitstoot van zwaveldioxide en aerosolen sterk af. p
Oktober 1988. Leden van Greenpeace sluiten een lozingspijp af. Via de pijp zou de chemische industrie in het grensgebied Nederland-Vlaanderen grote hoeveelheden gechloreerde koolwaterstoffen en pcb’s op de Westerschelde lozen.
22 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 22
16-08-18 16:55
VERGROOT JE CHEMISCHE KENNIS 3, 17, 31 oktober, 14, 28 november, 12, 19 december 2018, 9, 30 januari, 13 en 27 februari 2019
Chemical engineering Volg modules of het complete programma ir. C.M. van ‘t Land (Van ‘t Land Processing) 7, 8, 14, 15 en 21 november 2018
Process control Het complete overzicht: van conventionele regelingen tot smart control solutions dr.ir. J. Schuurmans (DotX Control Solutions) 11 en 12 december 2018
Formulation technology Alles wat je moet weten over emulsies, suspensies en dispersies dr.ing. G.J.M. Koper (TU Delft) en E.A. Sloot (Emulsion Science and Technology) 7 dagen voorjaar 2019
Polymeerchemie en -technologie
Met welke cursus kun jij excelleren in de chemie? ZOEK JOUW CURSUS OP WWW.PAOTM.NL!
Advertentie Chemie Magazine - aug 2018.indd 1
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 23
Basismodules polymeren en special topics: van polymeer naar kunststof prof.dr. A.J. Schouten
INSCHRIJVEN? Dat kan op www.paotm.nl Heb je vragen? 015 278 46 18 of info@paotm.nl
2-8-2018 11:04:43
16-08-18 16:55
Koning Willem-Alexander geflankeerd door VNCI-voorzitter Bernard Wientjes en VNCI-directeur Colette Alma.
100 JAAR VNCI
JUBILEUMEVENT MET KONINKLIJKE ALLURE Een millennial die kopstukken van de chemie kritisch bevraagt, een pianoballad over de zegeningen van de chemie, de uitreiking van het predicaat ‘Koninklijk’: het 100-jarige bestaan van de VNCI werd in stijl gevierd. Tekst: Inge Janse
24 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 24
16-08-18 16:55
Ontvangst.
Volle bak.
Welkomstwoord via laserstralen en videobeelden.
H
oewel 100 jaar oud klinkt, bewijst de VNCI tijdens haar jubileumfeest nog springlevend te zijn. Sterker nog: wie de afgelopen jaren de traditionele jaarvergaderingen bezocht, zal zich op maandag 25 juni even in de arm hebben moeten knijpen in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Zit ik hier wel bij de VNCI? Dat begint al direct bij de start, als een danser via laserstralen en videobeelden een welkomstwoord annex housetrack presenteert. Ook dagvoorzitter Astrid Joosten zorgt voor een frisse wind, met haar rustige voorkomen én kritische benadering van de sector. De honderden bezoekers, variërend van topmensen uit het bedrijfsleven en Europarlementariërs tot groene activisten, worden inhoudelijk verwelkomd door de nieuwe VNCI-voorzitter Bernard
Wientjes. “De discussie over chemie dreigt te veel de kant op te gaan van enkel klimaat en veiligheid”, zegt hij. “Terwijl het veel meer is. Wij zijn de industrie der industrieën. Zonder chemie is er geen toekomst voor innovatie.” Hij houdt de zaal voor dat de sector te bescheiden is, onder meer door de discussies over het Parijsakkoord en incidenten. “We moeten assertiever zijn. Want ook de strijd tegen klimaatverandering is alleen te voeren met chemie.”
Kroon op werk
VNCI-directeur Colette Alma onderstreept dit met een pleidooi om de chemie meer in harmonie te laten opereren met de samenleving. “We hebben ontzettend veel te bieden. Het comfort van onze samenleving is veelal te danken aan onze innovaties. Dat beseffen mensen zich niet altijd, dus een beetje meer besef zou
Colette Alma en Bernard Wientjes met Astrid Joosten.
mooi zijn.” Daarmee wil zij de uitdagingen van de sector niet onder het vloerkleed schuiven: “Dat kan alleen als we een verantwoordelijk onderdeel van die samenleving vormen. Mensen moeten zich bij ons veilig voelen. Daar gaan we de komende jaren aan werken.” Alma besluit met dankbaarheid voor het jubileum en de grote aandacht hiervoor. “Voor mij is dit 100-jarige bestaan de kroon op het werk dat we de afgelopen jaren hebben gedaan. De kracht van deze vereniging ligt in de samenwerking met u allen in de zaal. Ik ben daar reusachtig blij mee.” Zij vermoedt niet dat dit het laatste jubileum is: “Over honderd jaar bestaat in ieder geval de chemie nog, want zij blijft altijd nodig.”
Van ego naar eco
Om ook die komende honderd jaar overeind te blijven, houdt filosoof en
e
juli/augustus chemie Magazine 25
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 25
16-08-18 16:55
Splinter Chabot debatteert met topmannen van ExxonMobil, Shell, Dow en AkzoNobel.
Joosten zorgt voor een frisse wind. Ruud Veltenaar houdt de zaal een confronterende spiegel voor. Creation Lab.
Creation Lab.
’Ook over honderd jaar bestaat de chemie nog, want zij blijft altijd nodig’ trendwatcher Ruud Veltenaar de zaal een confronterende spiegel voor. “De wereld is in transformatie, van welvaart naar welzijn, van neoliberalisme naar wederzijdse afhankelijkheid, van ego naar eco.” Volgens Veltenaar kan de chemie hierin meegaan, mits zij afscheid neemt van op aandeelhouderswaarde gerichte managers en overstapt op leiders die varen op een moreel kompas. ‘Omdenken’, het in een nieuw licht bezien van bekende zaken, is daarbij van groot belang. “Moeten we bijvoorbeeld niet stoppen met economische groei? En
waarom zijn we het gewoon gaan vinden dat aandeelhouders centraal staan?” Dat ‘gewoon doorgaan’ geen optie is, komt volgens de filosoof doordat de wereld exponentieel snel verandert, terwijl mensen enkel lineair kunnen denken. “De opwarming van de aarde gaat nu nog heel traag, 0,01 graad erbij, 0,02 graad, 0,04, maar daarna gaat het steeds harder.” Crises, zoals het presidentschap van Donald Trump en de Brexit, zijn volgens Veltenaar een blessing in disguise. “Dat zorgt voor momentum. Crises duren hooguit tien jaar, en dat is in kosmisch perspectief nog geen vonkje.” Hij benadrukt dat de chemie veel kan betekenen voor de grote veranderingen, mits zij een langdurig moreel kompas hanteert voor de reis, in plaats van het kortetermijn-winstdenken. “Kijk daarbij niet naar de overheid om bij te
springen. Het is krankzinnig om te denken dat uw inkomen gelijk blijft. U heeft honderd jaar alles uit de bodem gehaald. Lever zelf in. Dát is een echte resultante van leiderschap.” Om daar invulling aan te geven, volgen de deelnemers een van de vijf Creation Labs. Samen met sprekers van onder meer Shell, Greenpeace, Dow en Philips onderzoeken zij bijvoorbeeld hoe chemie en digitalisering elkaar beïnvloeden, wat er nodig is om de circulaire economie te realiseren, of hoe we anno 2050 de wereld kunnen voeden. Daarna wordt de focus verlegd naar de VNCI zelf. Jaap Smit, commissaris van de Koning in Zuid-Holland, maakt bekend dat de vereniging het predicaat ‘Koninklijk’ ontvangt.
Optimistisch
Hierna betreedt koning Willem-
26 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 26
16-08-18 16:55
Pianoballad over rol van chemie en innovatie.
Koning Willem-Alexander spreekt met jonge professionals en CEO’s van VNCI-leden.
Alexander de zaal, om de betrokkenen te feliciteren én een pianoballad over de rol van chemie en innovatie te beluisteren. Vervolgens volgen hij en de zaal het debat tussen Astrid Joosten, de topmannen van ExxonMobil (Jan Michielsen), Shell (Jeroen van der Veer), Dow (Anton van Beek) en AkzoNobel (Werner Fuhrmann), en Splinter Chabot, die – als student politicologie en JOVDvoorzitter – aanschuift als representant van de nieuwe generatie. In de discussie bespreken Chabot en Joosten de huidige en toekomstige uitdagingen voor de chemie, zonder kritiek te schuwen. De vier topmannen zijn het erover eens dat de chemie haar communicatie moet verbeteren, zodat de focus niet alleen ligt op de keerzijden van de sector. Van der Veer: “Wij willen absoluut geen rivieren vervuilen. Maar het nieuws daarover wordt uitvergroot, en dat
FOTO’S: MARIEKE WIJNTJES EN SJOERD VAN DER HUCHT
Levendige borrel.
Diner.
Wientjes en Alma met Koning Willem-Alexander.
bevestigt de vooroordelen. Het is in het belang van de chemie dat we de communicatie verbeteren over wat we doen.” Ook REACH kan daarbij een rol spelen, vindt Fuhrmann. “Er gaan dingen fout, maar wij zijn zeer optimistisch. Wij bieden oplossingen.” Ter illustratie hiervan noemt Van Beek de plastic soep, een probleem waar steeds meer chemiebedrijven zich mee bezighouden. “Onze kinderen kijken ons hierop aan, dus wij gaan dit oplossen.” Volgens Michielsen is ExxonMobil daarom geen chemie- maar een technologiebedrijf. “Want technologie kan bijna altijd voor de oplossing zorgen. Maar dan moeten die technologieën wel vertaald worden naar toepassingen. Ik verwacht tussen nu en vijf jaar een paar grote doorbraken.” Chabot vraagt afsluitend aan Michielsen wat hij verwacht in 2050 te vertellen aan zijn kleinkinderen
over de periode tussen vandaag en dan. Michielsen: “Je zult het niet geloven, maar het is ons gelukt!”
Nieuwe eeuw
In haar dagafsluiting zegt Alma enorm uit te kijken naar de volgende honderd jaar. “Ik heb écht het gevoel dat we aan het begin staan van een nieuwe eeuw.” Koning WillemAlexander spreekt nog met enkele jonge professionals van VNCI-lidbedrijven en de CEO’s over de toekomst van de chemie. Het jubileumevent wordt afgesloten met een levendige borrel, ditmaal zónder de traditionele haringkar, maar mét vakkundig bereide vleesen visplanken en een live jazzband. ’s Avonds vindt er op het toneel van de schouwburg een Jubileumdiner plaats, met onder andere discussie en entertainment van zangeres Do. p juli/augustus chemie Magazine 27
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 27
16-08-18 16:55
28 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 28
16-08-18 16:55
Wetenswaardig
IN TEYLERS MUSEUM VOND BAANBREKEND CHEMISCH ONDERZOEK PLAATS
e
1 LOCATIE NATIONAAL CHEMISCH ERFGOED De 18e-eeuwse Ovale Zaal van Teylers Museum in Haarlem, die een cruciale rol speelde bij de introductie van de moderne chemie in Nederland, is door de Koninklijke Nederlandse Chemische Vereniging (KNCV) benoemd tot Nationaal Chemisch Erfgoed. Het is de eerste keer dat een locatie deze titel in Nederland heeft ontvangen. In de Ovale Zaal, die in 1784 werd geopend, voerde Martinus van Marum, de eerste directeur van Teylers Museum, baanbrekend onderzoek uit naar chemische processen met de Grote Elektriseermachine. Daarmee leverde hij een veelvoud aan belangrijk bewijs voor de verbrandingstheorie van Lavoisier, die vandaag de dag nog steeds geldt. Teylers Museum is het oudste museum van Nederland en het enige ter wereld met een volledig
authentiek gebouw en interieur uit de achttiende eeuw. Het is opgericht als kennisinstituut voor kunst en wetenschap. De Ovale Zaal, de elektriseermachine en het chemisch instrumentarium dat Van Marum voor zijn onderzoek gebruikte, zijn er nog steeds te zien. De KNCV streeft ernaar jaarlijks een nieuwe locatie te benoemen tot Nationaal Chemisch Erfgoed. En volgt hiermee een internationale beweging: in veel landen zijn er al chemical landmarks. “Nederland kent vele locaties die van bijzondere betekenis zijn geweest voor de chemie”, zegt KNCVdirecteur Jan-Willem Toering. “De KNCV wil zich niet enkel sterk maken voor het heden en de toekomst van de chemie, maar ook voor de basis daarvan in het verleden. Samen willen we ons chemisch erfgoed in Nederland op de kaart zetten.” p
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 29
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 29
16-08-18 16:55
‘GEEN REVOLUTIE ZONDER CHEMIE’
DOW-ECONOOM CAYUELA ZIET ALLEEN MAAR KANSEN, ZOALS DIGITALISERING
Opwarming van de aarde, plastic soep, politieke onrust. Wie wil, ziet een gitzwarte toekomst. Niet Rafael Cayuela, corporate chief economist bij Dow. Volgens hem wordt dankzij chemie alles beter: “Onze focus moet verschuiven van ‘meer van hetzelfde doen’ naar ‘nieuwe dingen beter doen’.” Digitalisering is een van die dingen. Tekst: Inge Janse
30 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 30
16-08-18 16:55
Toekomst
CHEMIE CRUCIAAL VOOR DRIE DIGITALE MARKTEN
Dat chemie belangrijk is voor digitalisering spreekt voor zich. Maar hoe belangrijk precies? Dat heeft het onafhankelijke World Economic Forum begin 2017 inzichtelijk gemaakt. Zijn onderzoek benoemt drie digitale markten waarvoor chemie cruciaal is: mobiliteit, mobiele & slimme apparaten, en connectiviteit & computers. De bijbehorende markten (zoals elektrische auto’s, drones, mobiele telefoons, monitoren en computers) kennen rond 2020 een omzet van tientallen miljarden dollars. Bovendien zorgt chemie ervoor dat bestaande digitale producten steeds beter worden (zoals snellere processoren en grotere opslagmedia) én er compleet nieuwe functionaliteiten ontstaan (zoals kunstmatige intelligentie en quantumcomputers).
Z
eer enthousiast en zeer hoopvol. Daarmee omschrijf je Rafael Cayuela, corporate chief economist bij Dow, het beste. Dat begint al bij zijn profiel op LinkedIn, waarop hij – in hoofdletters – meldt: “Ik ben gepassioneerd over de rol van economie, technologie en de chemische industrie bij de versnelling van menselijke vooruitgang en transitie van onze maatschappij naar de vierde industriële revolutie!” Eind juni is hij vanuit Zwitserland ingevlogen om op het jubileumevent van de VNCI in Den Haag zijn visie te delen tijdens het Creation Lab over chemie en digitalisering (zie kader). Tijdens het interview hamert hij er meerdere malen op: de chemie heeft enorme problemen opgelost. Zijn favoriete bewijs daarvoor is de moderne geschiedenis. “Stel jezelf de vraag: waarom hebben we kunstmest ontwikkeld? Te weinig voedsel. Synthetisch rubber? Tekort aan de natuurlijke variant. Chloor? Vervuild drinkwater. Al die ontdekkingen zijn reacties op problemen in de maatschappij van dat moment.” Ook elke industriële revolutie is volgens Cayuela door de chemie mogelijk gemaakt. “Ik mis alleen soms het bewustzijn en vertrouwen dat we ook de problemen van nu kunnen oplossen. Het enige dat we moeten doen, is onze focus erop leggen. Dan wordt het opgelost.” Die focus kan bijvoorbeeld ontstaan doordat de maatschappij aandacht vraagt voor een probleem. Neem de plastic soep in de oceanen. Sinds burgers daar actief mee bezig zijn, is ook het bedrijfsleven in actie gekomen. “En als de chemische industrie start met zoeken
naar oplossingen, dan wordt het probleem ook opgelost.”
Mind blowing
Dat technologie ontwikkelingen kan versnellen, staat voor de econoom buiten kijf. “Neem de iPhone. Die is tien jaar oud. Hoe hebben we ooit zonder die telefoon geleefd? Datzelfde krijgen we met autonome auto’s.” Cayuela’s ogen fonkelen als hij praat over een voorbeeld uit de chemie. Dow zet namelijk quantumtechnologie in om zijn research te versnellen. “Vorig jaar deden we 2 miljoen experimenten, terwijl dat vroeger minimaal vijf jaar kostte. Wat denk je dat er gebeurt als de rekenkracht van onze computers exponentieel toeneemt? Dat wordt mind blowing.” Het probleem zit dus niet in wat we kunnen, maar onze onderschatting daarvan. “Zouden we vaker naar onze geschiedenis kijken, dan zouden we dat zien. Maar daar hebben en nemen we geen tijd voor.” Natuurlijk, Cayuela onderkent direct
dat de problemen van nu zeer complex zijn, met klimaatverandering als scherpste zwaard van Damocles boven ons hoofd. “Investeerders zoeken zekerheden, de maatschappij richt zich op onzekerheden. Daarom gebeurt er nog niets. Al die doelen moeten worden samengevoegd. En dat kost tijd.” Gelukkig, benadrukt de Dow-topman, is de aanstormende vierde industriële revolutie zéér dichtbij. Dat betekent digitalisering van processen, oplossen van klimaat- en grondstofproblemen, en verhoging van de mondiale levenskwaliteit. “De chemische industrie is de enige sector die dit alles mogelijk kan maken. Bij alle grote problemen in onze geschiedenis, is het de chemie die naar voren trad. En ook bij digitalisering zal de chemie een enorme rol spelen. Omdat ze dat altijd al deed.” Er is alleen wel één probleem dat de chemie nog voor zichzelf moet oplossen. De afgelopen veertig jaar, zegt Cayuela, is deze sector vergeten zich te richten op innovatie. De
RAFAEL CAYUELA:
‘Bij alle grote problemen in onze geschiedenis, is het de chemie die naar voren trad’ juli/augustus 2018 Chemie Magazine 31
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 31
16-08-18 16:55
PHILIPS-TOPMAN:
‘Wie schudt chemische industrie op?’ focus lag vooral op het verbeteren van haar processen. “De uitdaging van de afgelopen periode was dat de wereldbevolking groeide, de levensverwachting omhoog ging en de CO2-uitstoot per product omlaag moest. Rijkdom verdelen over de aarde, daar richtte de chemie zich op. En niet op innovatie.” Nu is het daarom hoog tijd voor een nieuw paradigma, waarin innovatie centraal staat. “De bestaande chemische procesverbeteringen blijven, want we hebben nog steeds heel veel mensen te onderhouden. Maar de focus moet verschuiven van ‘meer van hetzelfde doen’ naar ‘nieuwe dingen beter doen’. Dat is het nieuwe paradigma.”
Cirkels sluiten
Maar hoe moeten chemiebedrijven, die eerder bekendstaan als koersvast tankschip dan als dynamische speedboot, die radicale overstap maken? De oplossing daarvoor ligt volgens Cayuela in verbreding van de waardeketen, ver voorbij je eigen industrie en afzetmarkt. Ngo’s, overheden, financiers, burgers: het
‘Met digitalisering kunnen we de benodigde snelheid voor onze doelen halen’ gaat om de grootst mogelijke keten van producent tot eindgebruiker. “De revolutie die moet plaatsvinden in de chemie, is dat zij zich realiseert dat ze moet samenwerken met die hele waardeketen, en niet alleen de vaste partners. Dat vereist een complete verandering van mindset. Maar dat moet gebeuren. Anders belanden we in een zeer gefragmenteerde wereld zonder zekerheden.”
Tijdens de Creation Labs over de invloed van chemie op digitalisering en vice versa vat Hans de Jong, president Philips Nederland, de noodzakelijke omarming van de digitale revolutie bondig samen: disrupt or be disrupted. Maak je geen radicale keuzes, dan eindig je als Kodak, BlackBerry of Nokia. “De vraag voor jullie is: wie zal de chemische industrie opschudden? De industrie zelf, of nieuwe spelers?” Hij refereert daarbij aan partijen als Apple (autonome auto’s), Google (stedenbouw) en Amazon (supermarkten), die steeds vaker compleet nieuwe sectoren betreden en grondig opschudden. Philips heeft de radicale keuze inmiddels achter de rug, via de focus op gezondheidszorg, vertelt De Jong. “Dat geeft ons niet alleen een duidelijk doel, maar ook toegang tot een grote markt, zoals voor gezondheidsdata. Die groeit enorm.” Philips beheert tegenwoordig miljarden foto’s en analyseresultaten uit ziekenhuizen. Volgens De Jong zijn die data cruciaal voor het behandelen van mensen én het voorspellen van nieuwe ziektes en potentiële medicijnen. Maar realiseer je wel, benadrukt hij, dat een radicale keuze maken geen sluitende bescherming tegen die nieuwe, disruptieve partijen vormt. Ook voor het Nederlandse technologiebedrijf ligt nog steeds concurrentie uit heel andere industrieën op de loer. “Vroeger had je slechts een paar grote spelers. Nu is er een groot aantal kleinere, gespecialiseerde spelers, inclusief Apple, Google en Microsoft.”
Nieuwe materialen
Uit een rondvraag bij onder meer Maarten Honing (hoogleraar Analytics in system imaging) en Mart Graef (programmamanager TU Delft) blijkt dat de kansen bekend zijn in de sector. Sneller medicijnen ontwikkelen, fabrieken optimaliseren, com-
Lukt het de industrie verder te kijken dan haar eigen waardeketen, dan kan alles. Neem circulariteit, zegt Cayuela, een werkwijze waar de chemie intern van oudsher goed in is vanwege de efficiëntie die het oplevert. “Restwarmte voor processen, afval als grondstof: zien we een open cirkel, dan sluiten we hem. Als we dat in veel grotere waardeketens doen, dan sluiten we nog veel meer cirkels. Zo creëren we oplossingen
pleet nieuwe chemicaliën produceren: aan mogelijkheden geen gebrek. Anton van Beek, president Dow Benelux, plaatst er wel een grote ‘maar’ bij. “De grootste uitdaging zijn niet de ideeën, maar de snelheid. De auto- en telefoonindustrie kan zich veel sneller doorontwikkelen dan de chemie. Wij moeten ook die snelheid halen, anders halen we onze doelen niet. Dat kan met digitalisering.” Diezelfde digitalisering bestaat bij gratie van de chemie. Al tientallen jaren zorgen chemische producten voor steeds betere en efficiëntere technologie. De deelnemers verwachten bovendien dat de chemie de komende jaren heel veel nieuwe materialen verzint voor verdere digitalisering. Kijkt bijvoorbeeld Dow-econoom Rafael Cayuela door naar 2050, dan verwacht hij dat chemische innovaties voor nanomaterialen, biochemie, composieten en infrarood essentieel zijn om digitalisering mogelijk te maken, zoals voor de opslag van schier oneindig veel data (bijvoorbeeld in synthetisch DNA) en voor het opwekken en opslaan van duurzame energie voor al die digitale processen. Een lastig punt daarbij is wel dat al die chemisch-gevoede innovatie verstopt zit in zwarte kastjes. Hierdoor krijgt de maatschappij niet mee welke rol chemie speelt, waardoor de waardering voor de sector uitblijft.
Cross-overs
Onno de Vreede, Hoofd Innovatie & human capital bij de VNCI, besluit het Creation Lab met de observatie dat de chemie veel meer moet samenwerken met andere vakgebieden om haar potentieel maximaal te laten landen en te exploiteren. “Crossovers naar bijvoorbeeld natuurkunde en biologie moeten we veel beter en intensiever gebruiken, want die bruggen zijn hard nodig. Hopelijk is deze bijeenkomst daar een start voor.”
die direct zichtbaar zijn voor de hele maatschappij.” En hoe complex dat ook klinkt en hoeveel tijd dat ook kost, Cayuela is zeer hoopvol over de goede uitkomst. “Overal in de waardeketen vindt deze discussie al plaats. We moeten alleen nog al die mensen met elkaar verbinden, waardeketen voor waardeketen iedereen op dezelfde lijn krijgen. Iedereen moet de juiste mindset krijgen.” p
32 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 32
16-08-18 16:55
Oplossingen voor vrijwel al uw analyse vraagstukken!
MULTI-INSTRUMENTS.NL
De specialisten in: • Gasanalyse techniek • CEMS systemen • Stoom en condensaat metingen • Stofmetingen
• Gasdetectie • Procesmetingen o.a. gaschromatografie Vlambewaking • • Zuurstofmetingen
Multi Instruments Analytical B.V.
Edisonweg 1, 4207 HE Gorinchem 0183 - 628888, analytical@multi-instruments.nl
Bedreven in functionele veiligheid Met type 3241 afsluiters van SAMSON en klepstandstellers TROVIS SAFE 3730 blijft u altijd veilig!
Transportservice van huis uit
Deze zijn namelijk geschikt voor gebruik in een Safety-instrumented-omgeving en zijn gecertificeerd door TÜV Rheinland®. Op verzoek ontlucht het regelventiel veilig en betrouwbaar.
SAMSON REGELTECHNIEK B.V. Signaalrood 10 · 2718 SH Zoetermeer Tel. (0 79) 3 61 05 01 info@samson-regeltechniek.nl www.samson-regeltechniek.nl Internationaal Transportbedrijf L. van der Lee en Zonen B.V.
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 33
T (015) 213 59 11 E leebv@vanderlee.nl
A01189NL
Vertrouw op de expertise en producten van SAMSON als veiligheid belangrijk voor u is!
I www.vanderlee.nl
SMART IN FLOW CONTROL.
16-08-18 16:55
DE KWETSBARE WELVAART VAN NEDERLAND
‘WE MOETEN DE PIJN NU AANGAAN’ Wat kunnen we met het oog op een duurzame toekomst leren van de geschiedenis? In De kwetsbare welvaart van Nederland kijken de auteurs met een wetenschappelijk-technologische blik naar de welvaart en duurzaamheid in Nederland tussen 1850 en 2010 en werpen van daaruit een blik vooruit. “Als je nu niet hard aan de slag gaat met verduurzaming, ben je in 2030 niet meer geschikt voor de tweede helft van de twintigste eeuw”, zegt John Grin, een van de auteurs. Tekst: Igor Znidarsic
’H
et viel me op dat van de mensen op jullie verjaardagspartijtje 60 procent koos voor de twee Creation Labs over klimaat en de circulaire economie. Dat zegt iets over het gevoel van urgentie omtrent duurzaamheid en over nieuwsgierigheid naar oplossingen binnen jullie industrie.” Aan het woord is John Grin, hoogleraar systeeminnovaties aan de Universiteit van Amsterdam. Hij leidde, samen met Frank Kuijpers van SABIC, tijdens het Jubileumevent van de VNCI op 25 juni de Creation Lab ‘Kan de circulaire economie zonder chemie?’ Hij is medeauteur van ‘De kwetsbare welvaart van Nederland, 1850-2050, Naar een circu-
laire economie’, het resultaat van een tien jaar lopend, door NWO gefinancierd onderzoeksproject. Het boek is gebaseerd op wetenschappelijke gegevens over welvaart en duurzaamheid in Nederland tussen 1850 en 2010, maar werpt ook een blik naar de toekomst. Het is geschreven met twee techniekhistorici: Harry Lintsen en Frank Veraart van de TU Eindhoven. Zij vatten techniekgeschiedenis op als een vollediger versie van sociale geschiedenis, met aandacht voor wetenschappelijktechnologische ontwikkelingen. “In de moderniteit, waarin wetenschap een hoofdrol speelt in de maatschappelijke dynamiek, is het gek dat historici zich sterk beperken tot dynastieën, oorlogen en sociaal-
economische transformaties”, zo verklaart Grin hun invalshoek. De vierde auteur is Jan-Pieter Smits, statistisch onderzoeker bij het CBS. Hij leidde het team dat in opdracht van de Tweede Kamer onlangs de Monitor Brede Welvaart ontwikkelde, die beschrijft hoe de welvaart zich in Nederland ontwikkelt, vanuit zowel economisch als ecologisch en sociaal-maatschappelijk perspectief. Halverwege de negentiende eeuw was Nederland een ‘oord der verschrikking’. Het was weliswaar een van de rijkste landen ter wereld, maar de welvaart was slecht verdeeld. Een groot deel van de bevolking leefde in (extreme) armoede, er was honger, ziekte, woningnood, er waren regelmatig overstromingen. Mede dankzij stoom, elektriciteit, fossiele brandstoffen, kunststoffen, ICT en gentech werden de problemen succesvol bestreden. 1960 was er geen honger meer, de huisvesting was sterk verbeterd, mensen leefden een sober maar degelijk bestaan. Ook op het gebied van duurzaamheid was Nederland min of meer in balans. Er was nog niet ingeteerd op het natuurlijk kapitaal, de biodiversiteit was redelijk op orde en CO2-uitstoot vormde nog geen probleem. Volgens Grins collega Lintsen was Nederland een ‘fossiel luilekkerland’ en ‘historisch gezien een paradijs’. Maar daarna laten de cijfers een trendbreuk zien. Grin: “Tot 1960 ging de stijgende welvaart gelijk op met de toename van het welzijn. Maar na 1960 stijgt de welvaart – consumptie, productie en economische groei – in rap tempo, terwijl het welzijn daarbij achterblijft en in sommige opzichten zelfs daalt.” Hoe verhoudt dit zich tot het feit dat Nederland al jaren in de top vijf staat van de gelukkigste landen ter wereld? Grin: “Dat welzijn is niet over de hele linie hoog. In 1960 was er een soort voltooiing. Aan de primaire levensbehoeften was voldaan. Toen kwamen nieuwe levensstijlen in ontwikkeling. Mensen schaften e
34 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 34
16-08-18 16:55
Duurzaamheid
FOTO’S: MIRJAM VAN DER LINDEN
JOHN GRIN:
‘Het gevoel dat we iets aan het doen zijn wat niet hoort wordt breed gedeeld’ juli/augustus 2018 Chemie Magazine 35
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 35
16-08-18 16:55
we iets aan het doen zijn wat niet hoort wordt breed gedeeld.”
‘Een van de belangrijkste dingen is innovatiebeleid van de overheid’ audioapparatuur aan, gingen vaker op vakantie, plastic democratiseerde designmeubels et cetera. Maar daarmee nam het welzijn niet verder toe. Je ziet dat het vertrouwen in instituties, dat in de verzorgingsstaat was gegroeid, afneemt sinds 1970, en dat de laatste decennia de ongelijkheid groter wordt. Er is iets opmerkelijks aan de hand, wat we de welvaartsparadox noemen. Enkele jaren geleden is op verzoek van Trouw een nieuwe versie gemaakt van het lied Vijftien Miljoen Mensen. Daar komt de regel in voor: Een land vrij en welvarend, Een volk dat nukkig is, Land waar men niet tevreden, Maar wel gelukkig is. Objectief gesproken heeft de Nederlander weinig reden tot klagen. Maar die ontevredenheid is er, en dat sociaal gegeven kun je niet negeren. Volgens mij heeft het enerzijds te
maken met het feit dat we vanwege een hoog opleidingsniveau – paradoxaal genoeg een gevolg van de toegenomen welvaart – veeleisender en mondiger zijn geworden. Anderzijds is er veel onvrede over wat gezien wordt als een te grote rol voor een kleine groep mensen, de ‘elite’. De financiële crisis heeft veel bijgedragen aan het gevoel van ‘ze doen maar, en wij komen er niet aan te pas’. De weerstand tegen elites, die ons vertellen hoe we moeten leven, is groot. De culturele elites, die bepalen wat hip is, de politiek, die niet naar gewone mensen zou luisteren, mensen in de markt die grote hoeveelheden kapitaal in handen hebben en daarmee aan de touwtjes trekken. Daarnaast moet je de impact van de welvaart op de natuur en het klimaat niet vergeten. Het gevoel dat
Klimaatverandering, uitputting van grondstoffen en verlies aan biodiversiteit zijn de keerzijden van de huidige welvaart, stelt het boek, dat ook aangeeft dat we al eerder met grote problemen worstelden, zoals armoede, bedreiging van de volksgezondheid, strijd tegen het water, problemen die uiteindelijk allemaal zijn overwonnen. Kunnen we daaruit de les trekken dat we de huidige problemen ook gaan overwinnen? “Ja en nee. Nee, omdat uitputting en vervuiling gratis en voor niks zijn meegekomen met de vooruitgang die we hebben bewerkstelligd en je vanwege die neveneffecten zou moeten zeggen: laten we niet te veel leren van de eerdere ontwikkelingen. Tegelijkertijd kun je van veel dingen uit het verleden profiteren. Kunststoffen is een van de cases in het boek. Dat was een revolutie, met een spectaculaire groei in de jaren zestig en zeventig. De factoren die dat mogelijk maakten zijn in potentie beschikbaar voor de volgende revolutie, of het nou biobased of circulair is. Aan de vraagzijde was de belangrijkste factor de grote aansluiting bij consumenten, zie de eerdergenoemde levensstijlen. Aan de aanbodzijde zitten een aantal bedrijven, zoals Shell en Dow, heel dicht bij de mainport waar de grondstoffen binnenkomen (DSM zat er in Limburg zelfs letterlijk bovenop). Dat geldt nog steeds, ook als de grondstoffen straks niet meer fossiel zijn. We hebben een sterke agro-foodsector, een sterke chemie, en we zijn de mainport van Europa. Die positie zou je kunnen benutten voor de volgende revolutie. De tweede factor is institutioneel. Wat de overheid goed heeft gedaan in de jaren vijftig was de stichting van het TNO-Kunststoffeninstituut. Dat heeft in rap tempo allerlei goed gegronde standaarden en protocollen ontwikkeld, die convergentie aan de ontwikkeling gaven en afstemming tussen bedrijven. Daardoor konden de makers van de basispolymeren en de verwerkers daarvan goed op elkaar aansluiten. Vanwege de relatie van TNO met universiteiten ontstond er bovendien een kennisinfrastructuur, een plat-
36 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 36
16-08-18 16:55
form waar die twee soorten bedrijven, de wetenschap en de overheid, elkaar ontmoetten en makkelijk konden afstemmen wat elk van hen moest doen om het gemeenschappelijk streven vooruit te brengen. Tegenwoordig zou je dat publiekprivate samenwerking noemen. Dat arrangement bestaat nog steeds en kan enorm helpen om de circulaire economie vooruit te brengen.” Veel problemen in het verleden zijn succesvol aangepakt dankzij technische, met name chemische innovaties: biociden, antibiotica, kunstmest. Ligt de oplossing nu ook bij de chemie? “Die claim klopt niet. Het was niet alleen de techniek of de chemie, maar een wisselwerking tussen techniek en maatschappelijke praktijken die meebewogen. Neem kunstmest. Er was meer voor nodig dan kunstmest alleen: ook veranderingen in de landbouwpraktijk. En nog weer later heeft Mansholt (minister van LNV tussen 1945 en 1958 – red.) niet alleen de landbouw gemoderniseerd, maar ook de consumptiemarkt, door de supermarkten een boost te geven en koel- en vriestechniek beschikbaar te maken voor de industrie en de supermarkten. Had hij dat niet allemaal tegelijk gedaan, dan was de dankzij kunstmest toegenomen voedselproductie op de afvalberg beland. Wat we nu nodig hebben is om te beginnen een ander businessmodel. Het zijn tegenwoordig de technische onderdelen zoals de motor en de chip die de levensduur van een koelkast bepalen. Maar in plaats van die te vervangen, gooien we de hele koelkast weg. Er zit een weeffout in het systeem. We moeten anders gaan denken, circulair, de kringlopen sluiten. En veel slimmer cascaderen. Door bijvoorbeeld nutriënten – fosfaten en nitraten – uit grondstoffen zoals reststromen van voedsel te halen, voor je ze gebruikt voor bijvoorbeeld de biobased economy. Hier liggen allerlei mooie, patenteerbare uitdagingen voor de chemische industrie.” De overheid speelde in het verleden een grote rol bij het oplossen van problemen, zo blijkt uit de voorbeelden in het boek. Toen de import van kolen tot
stilstand kwam, werden de Staatsmijnen opgericht. De bouwverordening bepaalde dat huizen een wc, riolering en een douche kregen. Wat kan de overheid nu doen? “Ik denk niet dat de overheid zaken moet gaan voorschrijven, wel kan de overheid faciliteren en samenwerking bevorderen. Een van de belangrijkste dingen is innovatiebeleid. Dat is nodig om bijvoorbeeld technieken die afval omzetten in grondstof van de grond te krijgen, voor research om de scheidbaarheid van materialen zoals composieten te vergroten en de ontwikkeling van solar fuels te versnellen, en om fabrieken te ontwikkelen die flexibel kunnen meebewegen met het fluctuerende energieaanbod. Dat kan via het Topsectorenbeleid. Een andere rol die de overheid kan oppakken is die van facilitator, zoals destijds met de oprichting van het TNO-instituut. Standaardisatie bijvoorbeeld is in een markt met concurrentie geen vanzelfsprekendheid.” Is dat voldoende? Er zijn ook veel investeringen nodig, in bijvoorbeeld infrastructuur. “De industrie heeft de samenleving een tijdlang gediend, de samenleving is nu niet meer gediend van de manier waarop dat gebeurt, het roer moet om, en dan mag daar dus best wat collectief geld in gestoken worden. Ik ben niet per se tegen subsidiëren. Maar er zijn ook andere wegen. Het businessmodel van de circulaire economie ligt in het optimaliseren van synergie. Dat vraagt standaardiseren, protocolleren. De overheid kan ervaringen ontsluiten; hoe meer je dat doet, hoe rendabeler het wordt. Ook kan de overheid innovatie stimuleren van de financiering van circulaire verdienmodellen, die veel complexer zijn, veel meer op netwerkniveau, waar de financiële wereld niet aan gewend is. Met financieringsconstructies op netwerkniveau zou het kunnen dat dingen plotseling wel uit kunnen en wordt de noodzakelijke mate van collectieve investeringen in de transitie een stuk minder.” Kunnen we de duurzame ambities waarmaken met behoud van onze huidige welvaart? “De transitie gaat hoe dan ook pijn
CV
Prof. dr. John Grin is hoogleraar systeeminnovaties aan de UvA, Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen. Opgeleid als fysicus wordt hij gedreven door een levenslange interesse in de relaties tussen kennis, technologie, maatschappij en beleid. Hij werkt vanuit een interdisciplinaire onderzoeksaanpak, waarbij hij voornamelijk put uit de politieke wetenschap, wetenschapstechnologie- en innovatiestudies, sociologie en geschiedenis. Veel van zijn onderzoek vindt plaats in nauwe interactie met innovatieve praktijk. Hij is voornamelijk geïnteresseerd in het begrijpen van de ‘politiek’ van kennis en techniek, en manieren om deze te analyseren, en in de vraag hoe kennis en techniek kunnen helpen om sociale problemen op te lossen.
doen. Momenteel is de voedselproductie in Nederland heel efficiënt, mede doordat een deel van de kosten wordt geëxternaliseerd. Verduurzaming zal voedsel duurder maken, zeker vlees. Ook de huizenprijzen gaan, mede door de verduurzaming, stijgen. We gaan niet terug naar 1960, toen het inkomen grotendeels opging aan de huur en het huishoudboekje, maar als wonen en eten 60 procent van je inkomen opeten, zul je misschien wat minder vaak op vakantie kunnen. We zullen meer de tering naar de nering moeten zetten, dat het bijvoorbeeld niet meer vanzelfsprekend is dat je de was draait wanneer je wilt, maar op momenten dat de zon schijnt of de wind waait. We moeten de pijn als samenleving nu aangaan. Ik wil niks zeggen over het Klimaatakkoord, behalve dit: als we nu gaan aarzelen, hebben we het debat in 2030 nog steeds en veel sterker, maar dan staat Nederland met de rug tegen de muur. Dan zijn anderen ons voor geweest en moeten we van alles in het buitenland inkopen – duurzaam bouwen, chemie, water, landbouw, food – in plaats van dat we het zelf maken en verkopen. Als je nu niet hard aan de slag gaat met verduurzaming, ben je in 2030 niet meer geschikt voor de tweede helft van de twintigste eeuw. Dat gaat pas pijn doen.” p juli/augustus 2018 Chemie Magazine 37
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 37
16-08-18 16:55
JORIS THIJSSEN
‘We wachten op significante miljardeninvesteringen door de industrie’
N DE DEUREN
MARJAN VAN LOON (SHELL) EN JORIS THIJSSEN (GREENPEACE) IN DISCUSSIE OVER DUURZAAMHEID
MOETEN OPEN, EN SNEL
Inhoudelijk lijkt er weinig verschil tussen de ambities van de industrie en die van Greenpeace, zo blijkt uit een gesprek tussen Marjan van Loon, directeur van Shell Nederland, en Joris Thijssen, codirecteur van Greenpeace. Over de weg ernaartoe verschillen zij wel van mening, soms behoorlijk.
Tekst: Henk Engelenburg
u medio juli de hoofdlijnen van het Klimaatakkoord zijn gepresenteerd, zal de uitwerking in de komende maanden vorm moeten krijgen in concrete maatregelen voor de klimaattransitie. In de weken vóór de presentatie van de hoofdlijnen klonk in de media kritiek, met name van Greenpeace, dat de industrie – ondanks maanden praten aan de onderhandelingstafels – ‘de deur gesloten’ houdt. Tijdens het Jubileumevent van de VNCI op 25 juni in Den Haag verzorgden Marjan van Loon, directeur van Shell Nederland, en Joris Thijssen, codirecteur van Greenpeace, het Creation Lab ‘We worden klimaatneutraal: welke creatieve innovaties hebben we nodig?’ Voor wie daar niet bij konden zijn, arrangeerde Chemie Magazine een dubbelinterview. Tijdens dit gesprek onderstreept Marjan van Loon dat de industrie voornemens is de slag naar duurzaamheid te maken bij
38 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 38
16-08-18 16:55
Energie en klimaat
MARJAN VAN LOON
‘De plannen moeten wel renderen’
FOTO’S: HOLL ANDSE HOOGTE
naar buiten gebracht en wij willen die ook van de industrie zien.” Van Loon: “We doen precies wat Joris zegt. We hebben de Roadmap 2050 en we hebben met verschillende bedrijven een studie door McKinsey laten uitvoeren. De data worden bij elkaar gelegd om te bezien wat partijen van elkaar nodig hebben, wat de timing is en hoeveel groene stroom we nodig hebben om groene moleculen te maken. Uiteindelijk leggen we alle puzzelstukjes bij elkaar. Ik ben optimistisch. Vijf jaar geleden hadden we het eerste Energieakkoord en kwamen er grootschalige investeringen in windenergie op zee. Intussen is wind op zee nu al concurrerend met kolenstroom. Die keerpunten zijn overal mogelijk.”
behoud van een level playing field en renderende investeringen. Het nauwgezet doorrekenen van de investeringen en het creëren van samenwerkingen tussen partijen gaan hieraan vooraf. Dit kost tijd. Greenpeace legt in het gesprek nadruk op meer snelheid van handelen en toezeggingen bij voorbaat van de industrie om miljarden in de klimaattransitie te steken.
Huiswerk
Marjan van Loon: “De mensen in de industrie beseffen dat we moeten versnellen, en ze willen dat ook werkelijk. We hebben dezelfde agenda met hoofd en hart. Intussen vormen de partijen aan de onderhandelingstafels een heel divers gezelschap. Sommige spelers zijn verder met verduurzaming, terwijl andere bij wijze van spreken nog moeten beginnen. Voor de één is het gemakkelijker dan voor de ander. En het gaat ook nog eens om zeer diverse oplossingen.
Intussen wordt er veel huiswerk gedaan. Na de eerste vaststelling van wat eenieder denkt te kunnen bijdragen, moet het totaalplaatje duidelijk worden, en ook op welke wijze partijen kunnen samenwerken om heel veel duurzame energie beschikbaar te krijgen. De rest van het jaar zal nodig zijn voor de nadere uitwerking.” Joris Thijssen: “Toch ervaren wij dat er sprake is van een gesloten deur. Wij wilden de opties al na twee maanden naast elkaar leggen. Wij willen dat de industrie heel veel groene stroom gaat gebruiken en zich veel fundamenteler opstelt door de transitie in tien tot twintig jaar af te ronden. Maar dan moet je wel je plannen op tafel leggen, rekenen, vergelijken en aanvaarden dat de industrie dan misschien wel twee keer zo duur wordt. Niet dat wij de industrie willen wegjagen, maar dan moet je wel met elkaar je plannen vergelijken en zien wat het beste besluit is. Wij hebben onze plannen
Mooie geluiden
Thijssen: “Op het podium tijdens het Jaarevent hoorden we allemaal mooie geluiden, maar de miljarden stromen nu nog steeds naar de fossiele industrie. Het kan veel sneller. Maar dan moeten we wel netjes vergelijken en er vol voor kiezen.” Van Loon: “Mee eens, wind op zee levert nog maar 3,5 gigawatt op, en de overheid wil er nog 7 bij zetten. En dat is nog veel te weinig. Wij willen 20 tot 30 gigawatt gebouwd hebben. Als de overheid daarin meegaat, kunnen we meer snelheid maken. De echte boost komt vervolgens als de businesscase rondrekent. Een miljard in duurzaam moet meer opleveren dan een miljard in fossiel.” Thijssen: “En de vervuiler moet gaan betalen door middel van een veel hogere CO2-prijs. Ik vind dat jullie zelf moeten verduurzamen en niet alleen de consument moeten laten lappen.” Van Loon: “Een CO2-prijs is een goed vehikel bij voldoende kritische massa; we moeten dus andere Europese landen zoals Duitsland, Engeland en België meekrijgen. Daarnaast moeten we nieuwe technologieën opschalen onder aanmoediging van subsidies en een aangepast vergunningenbeleid van de overheid. En er zijn innovaties nodig in de productieprocessen van e juli/augustus 2018 Chemie Magazine 39
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 39
16-08-18 16:55
we snel van blauw naar groen gaan. Ik rijd zelf in een auto op waterstof. Gemakkelijk gaat dat niet vanwege het tekort aan tankstations. Maar aan de andere kant zou er helemaal geen enkele infrastructuur zijn als we hadden gewacht op groene waterstof. Je bent de eerste met groene waterstof als je nu begint met blauw.”
Lonkend perspectief JORIS THIJSSEN
‘Niet eerst naar overheid en consument wijzen, maar zelf de nek uitsteken’ de chemie, de staal- en de betonindustrie, dus ook het stimuleren van onderzoek is nodig. Je kunt op alle borden schaken en we zullen alle toepassingen nodig hebben.” Thijssen: “Greenpeace heeft nu in eigen kantoor investeringen gedaan in duurzaamheid die zich in tien jaar terugverdienen. Dat moeten we toch van iedereen in Nederland kunnen vragen? Door groene waterstof toe te passen in de industrie en in de energiesector is een schaalvergroting mogelijk die een kostenreductie van twee derde bewerkstelligt. De overheid moet hier het voortouw nemen.” Van Loon: “Voor het versnellen van groene waterstof is meer nodig. We moeten echt geholpen worden door landen zoals China en India, die er al druk mee bezig zijn en die de kosten van waterstof al belangrijk weten te drukken. Als we nu al beginnen met het bouwen van de infrastructuur voor blauwe waterstof met een tijdelijke inschakeling van de ondergrondse CO2-opslag, hebben we alvast een structuur voor groene waterstof, dan hoeven we daar niet op te wachten.” Thijssen: “Blauwe waterstof? Jij wilt gewoon je gas verkopen. Op die manier komen we in een lock in. We kunnen toch binnen het akkoord stellen dat er groene waterstof nodig is en dat we daarop inzetten?” Van Loon: “We kunnen afspreken dat
Van Loon: “Intussen is het voor partijen aan de onderhandelingstafels die nationaal werken, zoals de gebouwde omgeving en elektra, relatief minder complex dan voor internationaal opererende bedrijven. Er moet een dusdanig lonkend perspectief zijn dat deze bedrijven mee-investeren in de transitie. Daarom moet het investeringsrisico worden afgedekt, anders komen de investeringen niet van de grond. De internationale bedrijven moeten in staat gesteld worden om keuzes te maken en we willen natuurlijk dat ze voor Nederland kiezen. En intussen zouden we ontzettend geholpen zijn met een CO2-prijs met meerdere landen.” Thijssen: “Op die manier maak je het terugdringen van CO2 prijsafhankelijk van internationale solidariteit. We hebben niet langer de luxe om daarop te wachten. Ik zie te weinig dat er echt iets gebeurt. Als jullie zeggen: we willen daadwerkelijk die stap naar duurzaamheid maken, laat dan zien dat je daarvoor de benodigde miljarden wilt investeren. Er is bijvoorbeeld veel innovatie nodig in de industrie voor de overschakeling op groene stroom. Dus gaan wij ervan uit dat de industrie geld inlegt om die innovatie te realiseren. Maar we zien dat niet. Daar wachten we op, significante miljardeninvesteringen door de industrie. Put your money where your mouth is.” Van Loon: “Natuurlijk mag je commitment en risico vragen, maar de plannen moeten wel renderen. Het leuke is dat de komende maanden steeds meer samenwerking zal ontstaan tussen de partijen aan de onderhandelingstafels. Daarnaast kan de overheid helpen om een goed werkende vrije markt op fossiel om te draaien naar duurzaam. Maar uiteindelijk stemmen veel wereldburgers toch met hun portemonnee. Als duurzame producten weinig
MARJAN VAN LOON
‘Met gezamenlijke bereidheid moeten oplossingen te vinden zijn’ waarde krijgen, heb je maar weinig mensen die uit ideologische grond kiezen.” Thijssen: “Nu wijs je eerst naar de overheid en dan naar de consument. De uitdaging voor de komende maanden is een zodanige propositie van de industrie dat de overheid en de consument kunnen zien dat de industrie de nek uitsteekt door daadwerkelijk te investeren in de transitie. Dán krijg je draagvlak voor een bijdrage van de overheid en vertrouwen van de ngo’s en de bonden.” Van Loon: “De internationale concurrentie is een feit. Met de gezamenlijke bereidheid van industrie, overheid en consument om de schouders eronder te zetten moeten de oplossingen te vinden zijn.” p
40 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 40
16-08-18 16:55
Milieu en Omgevingsvergunning vergt kennis m-tech is gespecialiseerd in : – – – – – – – – – – – – Nederland Dordrecht Pieter Zeemanweg 155 3316 GZ Dordrecht
Omgevingsvergunningen Managementsystemen Veiligheidsrapportages en -studies Milieueffectrapportages en -studies Ruimtelijke ordening Waterwet IPPC ADR-regelgeving Afval- en bodemwetgeving Geluid, geur, luchtkwaliteit, stikstofdepositie Bestuursrechtelijke procedures Natuurbescherming
België Roermond Produktieweg 1g 6045 JC Roermond
Brussel Clovislaan 82 1000 Brussel
Gent Hasselt Namen Industrieweg 118 / 4 Maastrichtersteenweg 210 Route de Hannut 55 9032 Gent 3500 Hasselt 5004 Namur
T +31 475 420 191 T +31 475 420 191 T +32 2 734 02 65 T +32 9 216 80 00 info@m-tech-nederland.nl info@m-tech-nederland.nl info@m-tech.be info@m-tech.be
T +32 11 223 240 info@m-tech.be
T +32 81 226 082 info@m-tech.be
www.m-tech-nederland.nl m-tech_2014_scm_adv180x132_rev_adres.indd 1
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 41
9/09/14 21:37
16-08-18 16:55
SABIC ZET STAPPEN OP HET GEBIED VAN DUURZAAMHEID
DUURZAAM
PLASTIC Zoals elke industrie moet ook de kunststofindustrie verduurzamen. SABIC doet dat op diverse terreinen, maar ziet ook beperkingen, met name op het gebied van mechanische recycling. Grote doorbraken zullen uiteindelijk door de nieuwkomers versneld worden, stelt general manager Corporate Sustainability Frank Kuijpers. Door de Apple’s en de Tesla’s van de chemie. Tekst: Igor Znidarsic
42 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 42
16-08-18 16:55
Duurzaamheid
‘Met name in duurzame toepassingen is kunststof onvervangbaar’
V
olgens John Grin, hoogleraar systeeminnovaties aan de Universiteit van Amsterdam (zie pagina 34), heeft de industrie de samenleving een tijdlang gediend, maar is de samenleving nu niet meer gediend van de manier waarop dat gebeurt. “Het roer moet om.” Dat geldt ook voor de kunststofindustrie. De druk vanuit de samenleving en de politiek neemt toe. Zo zijn gratis plastic draagtasjes sinds kort in de EU verboden en heeft de Europese Commissie onlangs voorgesteld om de verkoop van wegwerpplastic, zoals wattenstaafjes, rietjes en ballonstokjes, te verbieden. “Waar een alternatief beter is, zeker wat betreft de carbon footprint en het beslag leggen op resources, zeggen wij: doen”, aldus Frank Kuijpers, general manager Corporate Sustainability bij kunststofproducent SABIC. Hij verzorgde samen met Grin tijdens het Jubileumevent van de VNCI het Creation Lab ‘Kan de circulaire economie zonder chemie?’ “Maar dat zijn vaak ingewikkelde trajecten. Een product staat nooit op zichzelf, maar is onderdeel van een lange waardeketen. Vervangen door bijvoorbeeld hout of staal is complex.” Daarbij komt dat er voor veel toepassingen van plastic geen betere alternatieven zijn. “Met name in duurzame toepassingen is kunststof onvervangbaar. Zoals in de automobielindustrie, waar kunststof comfort en lichtgewicht combineert, of in de bouw, als isolatiemateriaal.” Aan de andere kant zijn er ook toepassingen die geen echte toegevoegde waarde hebben. “Neem bijvoorbeeld wat wij noemen tertiaire verpakkingen, de verpakking van een verpakking van een verpakking. Onnodig, wat mij betreft.”
Komkommer
De laatste tijd is er echter ook druk op verpakkingen die wel een hoge toegevoegde waarde hebben. Kuijpers noemt als voorbeeld verpakkingen die de levensduur van voedselproducten verlengen of de performance ervan verbeteren. “De tijd tussen het oogsten en het consumeren van een landbouwproduct wordt door optimalisering van de logistieke keten steeds korter. Er komt misschien een moment dat die tijd zo kort is dat het product niet meer verpakt hoeft te worden. We verpakken een komkommer nu omdat we willen dat die
Frank Kuijpers tijdens het Creation Lab.
minder snel bederft, maar als die binnen drie dagen geconsumeerd wordt is verpakken mogelijk niet meer nodig. Dan heb je een logistieke oplossing voor het plastic gevonden. Dat klinkt eenvoudig, maar het is behoorlijk complex, omdat het ingrijpt op de hele logistiek van de voedselketen. Zolang die logistieke oplossing er niet is, is de plastic verpakking de beste oplossing die we hebben. Natuurlijk is de volgende stap dat het plastic op een goede manier wordt teruggewonnen. Daarin kunnen en willen wij een rol spelen, door circulariteit na te streven. Waarbij we overigens ook de eindgebruiker mee moeten krijgen.” SABIC heeft de strategische keuze gemaakt voor verduurzaming. Daarbij wordt fossiele energie vervangen door hernieuwbare en zijn in de Europese assets hernieuwbare grondstoffen de toekomst. Kuijpers: “Om met de energie te beginnen, het kraak- en raffinageproces aan het begin van onze productieketen is goed voor zo’n 80 procent van de totale energievraag. Die processen kunnen niet eenvoudig worden omgezet naar fossiel-onafhankelijk. Elektrische fornuizen bevinden zich aan het begin van het innovatieproces. Als zo’n innovatie juli/augustus 2018 chemie Magazine 43
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 43
16-08-18 16:55
CV
Frank Kuijpers is sinds maart 2017 general manager Corporate Sustainability bij SABIC. Daarmee is hij een belangrijke adviseur van de CEO op het gebied van duurzaamheid. Eerder bekleedde hij (management)functies bij SABIC en werkte hij bij DSM, onder meer als director Strategic Planning & Development en plant manager. Hij studeerde chemische technologie aan de TU Eindhoven.
doorzet, duurt het nog op z’n minst vijftien jaar voordat we kunnen omschakelen. De vraag is ook of je die processen wel 100 procent moet elektrificeren, want zolang de opslag van fossielvrije elektriciteit niet goed is geregeld, is het aanbod niet continu, want de zon schijnt nooit de hele dag en het waait niet altijd. Daarbij moeten we blij zijn als in Nederland in 2030 30 procent van de energie duurzaam is.” Voor het proces na de raffinage, de polymerisatie, is elektriciteit volgens Kuijpers wel de beste optie. “Dat zou bij voldoende capaciteit zelfs met 100 procent duurzame energie kunnen.”
Pyrolyse
Wat betreft de grondstoffen zou de plasticindustrie (deels) kunnen overstappen op biobased grondstoffen en gerecycled materiaal. Het eerste gebeurt al. SABIC heeft een naftakraker in Geleen die geschikt is voor een breed spectrum aan feedstocks, afvalstromen zoals plantaardige oliën. Het resultaat is ‘groene’ polyetheen met een duurzaamheidscertificaat. “Er zijn geen beperkingen aan de hoeveelheid input”, aldus Kuijpers. “Mits de grondstof aan de specificaties voldoet kan het voor 100 procent.” Probleem is nog wel dat plantaardige oliën twee keer zo duur als nafta kunnen zijn. Desondanks hebben sommige klanten de meerprijs ervoor over. Ze krijgen er een kleinere fossiele footprint en een beter imago voor terug. Wat betreft recycling bereidt SABIC een demoplant voor waarin gepyrolyseerde plastics de kraker in gaan. “Als je kijkt naar de afvalpiramide zie je bovenaan preventie, daaronder hergebruik en onderaan verbranding”, legt Kuijpers uit. “Pyrolyse staat boven verbranding. Je maakt van het recyclaat onder hoge druk en temperatuur pyrolyseolie. Bij het gebruik van pyrolyseolie is er geen verschil in het eindproduct in vergelijking tot nafta dat uit de kraker komt: etheen, propeen, benzeen. Om dit tot een succes te maken is wel samenwerking met de hele waardeketen nodig, van de productleverancier, de klant, verzamelaars en de afvalverwerkers tot de recyclers.” Mechanische recycling is volgens Kuijpers maar beperkt mogelijk, omdat de eigenschappen van het materiaal te veel degraderen. Bovendien blijven de additieven erin zitten, waardoor het maar voor beperkte toepassingen geschikt is. Chemische recycling is een ander verhaal. “Daarmee worden de additieven eruit gehaald en houd je puur etheen, propeen, benzeen et cetera over. Je maakt eigenlijk virgin material.” SABIC zet daarom vooral in op chemische recycling. “We stre-
‘De grote doorbraken zullen niet snel van de gevestigde industrieën komen’ ven naar opschaling van dit hoogwaardige recyclingproces van gemengd kunststofafval naar het oorspronkelijke polymeer.”
Papierindustrie
Een interessant perspectief biedt volgens Kuijpers de lignine die de wereldwijde papierindustrie jaarlijks als reststroom produceert. “Het volume ligt in de ordegrootte van de hoeveelheid fossiel die de plasticindustrie jaarlijks nodig heeft. Als er een manier wordt gevonden waardoor lignine na een extra behandeling als grondstof zou kunnen dienen voor onze industrie, kan de fossiel voor een groot deel worden vervangen.” Het probleem is echter dat het twee totaal gescheiden waardeketens zijn. “We spreken verschillende talen, verstaan elkaar niet. Om die twee werelden dichter bij elkaar te brengen om uiteindelijk een nieuwe waardeketen te creëren, moet je uit je comfortzone treden en compleet gaan omdenken. Zover zijn we helaas nog niet. Er zit ook een aversie in vanuit risicomanagement. De druk in de chemie is simpelweg nog niet groot genoeg om de partijen bij elkaar te brengen, en dat geldt ook voor de papierindustrie.” De grote doorbraken zullen niet snel van de gevestigde industrieën komen, stelt Kuijpers. Daar hebben we nieuwkomers voor nodig, de Apple’s en de Tesla’s van de chemie. Dat betekent zeker niet het einde van een bedrijf als SABIC, stelt Kuijpers. “We zullen de ontwikkelingen blijven monitoren om te kijken waar we in moeten deelnemen of waar we een ontwikkeling volledig moeten overnemen omdat die op een gegeven moment de markt gaat domineren. Belangrijk is dan wel dat iedereen toegang krijgt tot dezelfde technologische ontwikkelingen en tot die nieuwe waardeketen. Als dat niet zo is, gaat één partij de markt domineren. Zie de monopolie van Google, Amazon, Microsoft. Ik hoop dat er voldoende corrigerende systemen zijn om dat te voorkomen, zodat we wel concurrerend blijven, wat uiteindelijk ook erg belangrijk is voor onze klanten.” p
44 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 44
16-08-18 16:55
Veilig werken met VAPRO
VAPRO heeft een breed palet aan veiligheidstrainingen. Van ATEX trainingen tot aan de door Hobeon gecertificeerde OVK en MVK opleiding. Onze trainingen bieden een uitdagende mix van theorie en praktijk en zijn gericht op de werkvloer. Zo verbeter je met enkele stappen de veiligheidscultuur binnen je bedrijf en maak je de vertaalslag van beleid naar praktijk. Nieuw: onlangs is het aanbod van VAPRO uitgebreid met elektrotechnische veiligheidstrainingen. Deze trainingen worden onder andere gegeven in onze practicum locatie in Woerden. Momenteel bestaat ons aanbod uit de NEN3140 en NEN3840. Deze training is ook door ILT gecertificeerd voor zeevarenden.
Benieuwd naar de mogelijkheden? Kijk op www.vapro-trainingen.nl
NWO Chains18 _ Advertentie A5 liggend_defv1.pdf
EMPOWERING PEOPLE AND INDUSTRIES
1
10-07-18
15:28
VAPRO17_068 Adv 185x130.indd 1
11/01/17 09:36
3-5 DECEMBER 2018 VELDHOVEN
CHEMISTRY FOR THE FUTURE WWW.NWOCHAINS.NL
• Share the latest scientific breakthroughs in the chemical and molecular sciences • Connect with over 1500 fellow chemists from all disciplines • Attend the focus sessions organised by Holland Chemistry
Deadline Early Bird 1 October 2018 PARTNERS
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 45
16-08-18 16:55
MAGNESIUMZOUT VAN NEDMAG KENT VELE (ONMISBARE) TOEPASSINGEN
WONDERPRODUCT UIT DE GROND
Het magnesiumzout dat VNCI-lid Nedmag in Groningen uit de grond haalt is onmisbaar voor de productie van cement en staal, er wordt fosfaat mee teruggewonnen uit afvalwater, het maakt kunststoffen brandveilig, straten beter ijsvrij. Ook maakt het gewassen, koeien en mensen gezonder en wordt het toegepast bij de productie van kaas en bier. Om een paar dingen te noemen. Tekst: Igor Znidarsic
‘H
et meest zuivere magnesiumchloride uit de natuur ter wereld”, zegt Nedmag-directeur Bert Jan Bruning, wijzend naar een potje met wit zout. Nedmag haalt dit magnesiumzout sinds 1981 bij Borgercompagnie en Tripscompagnie uit de Oost-Groningse bodem, waar op anderhalve kilometer diepte een haast onuitputtelijke laag ligt. “Vanwege de druk en de temperatuur gedraagt het materiaal zich op die diepte als tandpasta. Het is plastisch”, vertelt Bruning. “Als je een gat boort heeft het daarom de neiging om, vanwege de druk, omhoog te stromen. We knijpen als het ware de zoutlaag uit de bodem.” Omdat hogerop de druk en de tem-
peratuur afnemen, moet er water bij gemengd worden. Via een buis van enkele kilometers bereikt het zout de fabriek in Veendam, waar het met behulp van calciumoxide wordt omgezet in magnesiumhydroxide. Nedmag maakt met deze twee grondstoffen sinds het ontstaan doodgebrande magnesium (DBM). Vanwege de heel hoge dichtheid gebruikt de vuurvast-industrie het voor de bekleding van ovens voor het maken van cement en staal. “Zonder dit product zouden er geen huizen van cement zijn, geen auto’s, geen treinen”, aldus Bruning. Nedmag is een van de weinige producenten in de wereld die in staat is bijna 99 procent zuivere DBM te produceren, vandaar de product-
naam Nedmag99. Vanwege de economische crisis en de verzadiging van de DBM-markt, ging het bedrijf op zoek naar nieuwe toepassingen en markten. Een daarvan is waterzuivering. Omdat fosfaat dreigt op te raken, zijn rioolwaterzuiveringen verplicht om uiterlijk in 2030 fosfaat terug te winnen uit afvalwater. Het door Nedmag geproduceerde magnesiumhydroxide maakt dit mogelijk. Het bindt nitraten en fosfaten tot struviet.
Waterzuivering
Een andere toepassing van magnesiumhydroxide is de ontzwaveling van rookgassen van onder meer de scheepvaart, die met strengere eisen ten aanzien van de uitstoot van
46 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 46
16-08-18 16:55
VNCI-lid Magnesiumchloridevlokken.
‘Na de ingebruikneming van de Ureum 8 gaat de stofemissie met ruim 50 procent naar beneden’ NEDMAG
Het bedrijf is in 1981 opgericht als Billiton, toen nog onderdeel van Shell. Shell vond in de jaren zeventig, op zoek naar olie en gas, vlak bij Veendam hoogzuiver magnesiumzout in de bodem. De fabriek werd er neergezet vanuit het beleid dat er meer industrie moest komen in Noord-Nederland, omdat veel daar gevestigde fabrieken, met name in de karton- en aardappelzetmeelsector, in de jaren zeventig/tachtig werden gesloten. In 1994 werd Billiton afgestoten, waarbij het Nedmag-deel apart werd verkocht. Sindsdien is Nedmag een joint venture van het Belgische Lhoist en de Noordelijke Ontwikkelings Maatschappij (NOM). De omzet bedraagt circa 120 miljoen euro per jaar. Er werken 150 mensen. De producten worden geleverd aan 68 landen, waaronder in Europa, Azië, Noord-Amerika en het Midden-Oosten. Bert Jan Bruning is sinds twee jaar directeur. Hij studeerde Chemische Technologie in Groningen en werkte eerder in de papier- en kartonindustrie in binnen- en buitenland, bij SCA (hygiëneproducten) en een bedrijf in installatietechniek.
BERT JAN BRUNING:
‘Zonder doodgebrande magnesium zouden er geen huizen van cement zijn, geen auto’s, geen treinen’ zwaveloxiden te maken heeft. “Met natronloog kan het ook,” zegt Bruning, “maar dat is relatief duur en niet veilig om op schepen mee te nemen.” Een derde toepassing is het bleken van papierpulp. “Behalve dat magnesiumhydroxide milieuvriendelijker is dan de traditioneel gebruikte chemicaliën, is de CODbelasting, de organische belasting van afvalwater, veel lager”, aldus Bruning. Een vierde toepassing van magnesiumhydroxide is als vlamvertrager in kunststoffen. Ook de zuivere grondstof magnesiumchloride kent vele toepassingen. “De truc die we hebben geleerd met waterzuivering, kun je ook toepassen voor mest”, vertelt Bruning. “Er is in Nederland een discussie
gaande over fosfaten, ammoniak en andere gassen die de landbouwsector produceert. Als je mest verrijkt met magnesiumchloride, bind je de ammoniak en het fosfaat, met struvietvorming tot gevolg. Op het land heeft dat de eigenschap dat het zich hecht aan zandkorrels, waardoor het niet uitspoelt. Het wordt zo een langzaam loslatend kunstmest, waardoor gras meer tijd krijgt om het op te nemen en sterker wordt. Het zorgt ervoor dat vee voldoende van het – voor het leven onmisbare – mineraal binnenkrijgt, waardoor de gezondheid verbetert. Het is aangetoond dat het gebruik van krachtvoer daardoor daalt. Evenals het medicijnverbruik van de boeren die het gebruiken.”
Briketten doodgebrande magnesium.
Voor magnesium- en calciumchloride is ook een feed-lijn ontwikkeld voor planten en onder andere melkvee en schapen, ter voorkoming van een magnesiumtekort. Zowel magnesium- als calciumchloride wordt gebruikt door Rijkswaterstaat. “Als in de winter de wegen bevriezen, heeft het steenzout dat
e
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 47
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 47
16-08-18 16:55
‘De discussie bevindt zich nu op een kantelpunt’ TOEPASSINGEN NEDMAG
• • • • • • • • • •
VUURVASTE STENEN VOOR DE CEMENT- EN STAALINDUSTRIE AFVALWATERZUIVERING ROOKGASREINIGING HET BLEKEN VAN PAPIERPULP GLADHEIDSBESTRIJDING STOFBESTRIJDING MESTVERRIJKING GEWAS- EN VEEVOEDERS VOEDINGSADDITIEVEN HEALTH & WELLNESS
gestrooid wordt de neiging om van de weg te waaien”, legt Bruning uit. “Daarom wordt het tijdens het strooien gemengd met magnesiumof calciumchloride. Beide producten hebben de neiging te kleven aan oppervlaktes. Daardoor plakt het strooizout beter aan het wegdek. Naast dat de verkeersveiligheid toeneemt, heb je hierdoor minder zout nodig.”
Hart- en bloedvaten
Vanwege de hoge zuiverheid van het magnesiumzout dat uit de Groningse ‘tube’ omhoogkomt, is de stap naar de foodbranche klein. “We krijgen nu te veel natriumchloride – keukenzout – binnen, vooral via industrieel bereide voeding”, weet Bruning. “Tegelijkertijd lijden veel mensen, door een veranderd voedingspatroon en doordat voedsel steeds minder magnesium bevat, aan een magnesiumtekort. We onderzoeken nu of we een mengzout kunnen creëren waarin een deel van het natriumzout is vervangen door magnesiumzout. Dat smaakt wel wat bitter, maar dat kun je camoufleren door andere toevoegingen. In potjes op tafel wordt het lastiger.” Een tekort aan magnesium kan resulteren in een verminderde weerbaarheid tegen stress en spanning. Uit onderzoek van UMCG, Radboud Ziekenhuis, VU, Nierstichting en Nedmag naar de impact van magnesium op het men-
selijk lichaam, blijkt dat extra magnesium een positief effect heeft op hart- en bloedvaten. “Het helpt tegen verkalking”, aldus Bruning. Het tijdens de productie vrijkomende calciumchloride is eveneens een waardevol product als voedingsadditief. Het is een onmisbare hulpstof bij de productie van kaas en het wordt geleverd aan een aantal grote biermerken. “Een bierbrouwer wil dat zijn bier overal ter wereld hetzelfde smaakt”, legt Bruning uit. “Maar het water is niet overal ter wereld hetzelfde. Eerst worden alle mineralen uit het water gestript. Vervolgens voegt de brouwer met het product van Nedmag weer mineralen toe volgens de receptuur, zodat het water overal hetzelfde is.” Magnesiumhydroxide wordt vanwege de neutraliserende werking ook gebruikt in maagzuurremmers. Maar de farmaceutische industrie is een markt die Nedmag vooralsnog links laat liggen. “Het vergt enorme investeringen, bovendien zijn wij een bulkbedrijf”, verklaart Bruning. Wel wordt magnesiumchloride geleverd aan de wellness-sector, waar het gebruikt wordt voor cosmetische en medische toepassingen. Zo treft de consument de producten van Nedmag uiteindelijk ook aan in crèmes, oliën, badzout en in zoutbaden. Het Veendamse magnesiumzout is, met andere woorden, overal. p
WILLEN WE NOG ZOUTWINNING IN NEDERLAND?
Geologisch gezien zit er nog voor honderden jaren magnesiumzout in de Groningse bodem. Maar of dat politiek gezien ook winbaar is … Bruning: “Elke vorm van mijnbouw heeft impact op de omgeving, of het nu gas-, water- of zoutwinning is. Waterwinning bijvoorbeeld zorgt op termijn voor bodemdaling. Ook wij veroorzaken bodemdaling, doordat we de ‘tube’ uitknijpen.” Volgens Bruning bedraagt de door Nedmag veroorzaakte bodemdaling 40 centimeter in het midden van een gebied van 8 kilometer. “Om een idee te geven van de hellingshoek: het gaat om het hoogteverschil tussen twee euromunten op de middenstip van een voetbalveld en de rand van het veld bij de doelpalen. Minimaal dus. En dat geldt ook voor de impact. Maar die is er wel: een hoger waterpeil. Daarom heeft het waterschap op kosten van Nedmag een aantal gemalen geplaatst om het grondwaterpeil te beheersen.” Ondanks deze maatregelen en verscheidene onderzoeken naar de impact van zoutwinning, leven er zorgen in de omgeving van Nedmag. Bruning: “En dat is heel begrijpelijk gezien de problemen met de gaswinning in Groningen. Desondanks vind ik het jammer dat hierdoor alle vormen van mijnbouw in Nederland in een negatief daglicht zijn komen te staan. De discussie bevindt zich nu op een kantelpunt. De vraag die gesteld wordt is: willen we nog zoutwinning in Nederland? Ik vind dat je die vraag niet los kan zien van het feit dat zoutwinning veel onmisbare bouwstenen levert voor de chemische industrie in Nederland. Als je nee zegt tegen zoutwinning, zeg je ook nee tegen die hele industrie en duizenden arbeidsplaatsen. En dan heb ik het nog niet eens over alle andere sectoren die onze producten gebruiken. En uiteraard staat in onze industrie veiligheid voor mens en milieu voorop. Als iets niet veilig is, dan stop je. Zo simpel is het.”
48 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 48
16-08-18 16:55
VNCI
VNCI NIEUWS IN DE MEDIA Het 100-jarig bestaan van de VNCI, het bezoek van de koning aan het Jubileumevent op 25 juni, de uitreiking van het het predicaat Koninklijk en de benoeming van Bernard Wientjes als nieuwe VNCI-voorzitter, hebben de afgelopen twee maanden voor een stroom aan publiciteit gezorgd in de landelijke, lokale en vakmedia, van het AD tot De Ingenieur en van het Nederlands Dagblad tot de SchildersVakkrant. Voor het eerst in haar geschiedenis bereikte de VNCI ook media als Beaumonde.nl en Koninklijkhuis.nl. De Telegraaf plaatste onder de kop ‘Omwenteling nodig in chemische industrie’ een interview met Bernard Wientjes. ‘Hij is de eerste voorzitter van buiten de chemiesector in het 100-jarig bestaan van VNCI, maar het is niet voor niets dat de chemische industrie met de voormalig voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW een echte polderkoning heeft binnengehaald.’ De Telegraaf volgde Wientjes tijdens zijn eerste werkbezoek, bij
Organik Kimya in de Botlek, en citeerde directeur Emre Kaya: “Er moet echt nog heel veel gebeuren. Onze grootste uitdaging is op dit moment de arbeidsmarkt. We moeten voldoende mensen binnen zien te krijgen en talenten voor het bedrijf weten te behouden.” Petrochem interviewde scheidend VNCIvoorzitter Mark Williams, die onder meer inging op het rapport ‘Chemistry for Climate’: “De chemie is een onmisbare schakel bij de ontwikkeling van een circulaire toekomst.” In een hoofdredactioneel commentaar stelde het FD dat Nederland innovatief is, hoogopgeleid personeel heeft, een uitstekende infrastructuur en een van de meest betrouwbare energie- en stroomnetwerken ter wereld. ‘Een ideale proeftuin kortom om te investeren in nieuwe innovatieve technieken voor de energietransitie, die vroeg of laat ook in omringende landen zullen worden toegepast.’ Naar aanleiding van 100 jaar VNCI zei
directeur Colette Alma in Agro & Chemie dat de rol van de vereniging in de eerste plaats is ervoor te zorgen dat de aangesloten bedrijven zich in harmonie met de omgeving kunnen ontwikkelen. “Zodat ze in hun omgeving succesvol zijn, dus winst maken en hun producten op een goede manier afzetten in een maatschappij die grenzen stelt, maar ook mogelijkheden voor de industrie creëert om zich te ontwikkelen.” Europoort Kringen maakte een verslag van het debat ‘Geen Energietransitie zonder Industrietransitie’ georganiseerd door de VNCI, VEMW en VNPI. “In de nieuwe situatie zullen we niet meer koolstof kunnen gebruiken uit fossiele bronnen maar uit biobased, uit afval of uit CO2”, zei Colette Alma daarbij. “Dat betekent een ombouw van onze hele industrie. We zullen de samenleving moeten vragen om mee te investeren. En daarna zullen we aan die samenleving moeten laten zien waar ze het geld terug kunnen verdienen.”
PERSONEEL Martijn Broekhof is sinds 1 juli hoofd Energie en klimaat. Martijn heeft ruime ervaring in het (inter)nationale energie- en klimaatbeleid. Hij werkte onder andere als adviseur bij PwC, het World Economic Forum en de Climate Neutral Group. De laatste jaren heeft hij zich als senior associate bij de European Climate Foundation ingezet om partijen bij elkaar te brengen rondom lange termijn klimaat- en energiebeleid. Hij studeerde bedrijfseconomie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij volgt Reinier Gerrits op, die een nieuwe uitdaging heeft gevonden als directeur Meststoffen Nederland.
Sinds 1 juli versterkt Chrissy Knierim het VNCIteam. Zij werk als secretaresse voor de afdeling Innovatie en human capital en zal zich met verschillende secretariële zaken bezighouden. Hiervoor werkte Chrissy als telefoniste bij Telefoon Antwoordservice T.A.S. Westland. Daarnaast studeerde zij aan de Hogeschool Rotterdam, waar zij in juli haar hbo-diploma AD Officemanagement heeft behaald.
juli/augustus 2018 Chemie Magazine 49
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 49
16-08-18 16:55
COL OFON
MENSEN
Chemie Magazine is het maandblad van de Vereniging van de Nederlandse Chemi-
GRONINGEN SEAPORTS
Harold Sanders zal vanaf 1 oktober als CFO van Groningen Seaports samen met CEO Cas König als statutair bestuurder het collegiaal bestuur vormen van Groningen Seaports. Sanders is sinds 2002 werkzaam bij FrieslandCampina, waar hij sinds 2015 finance manager in Leeuwarden is. Eerder werkte hij bij de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM). Hij studeerde onder andere aan de Universiteit van Groningen.
sche Industrie (VNCI) en verschijnt 11x per jaar
Redactie Igor Znidarsic (hoofdredacteur) Marloes Hooimeijer (eindredactie)
Contact redactie Loire 150, 2491 AK, Den Haag
BASF
Hans-Peter Schildberg (BASF) heeft tijdens de vakbeurs ACHEMA de EPSC Award 2018 ontvangen. EPSC (European Process Safety Centre) stimuleert de technische ontwikkelingen in procesveiligheid door mensen te eren die op een uitzonderlijke manier hebben bijgedragen aan een vooruitgang op dit gebied. Schildberg werd beloond voor zijn onderzoek naar ontwerp van detonatiebestendige processen.
T 070 337 87 28 E redactie@vnci.nl
Medewerkers Pieter van den Brand, Henk Engelenburg, Leendert van der Ent, Adriaan van Hooijdonk, Harm Ikink, Inge Janse, Erik te Roller, Marga
BASF ANTWERPEN
Het bestuurscomité van Voka, Vlaams Netwerk van Ondernemingen, heeft Wouter de Geest, CEO van BASF Antwerpen, voorgedragen als nieuwe voorzitter van Voka. Behalve CEO van BASF Antwerpen en toekomstig Voka-voorzitter, is De Geest ook voorzitter van essencia, de Belgische federatie van de chemische industrie en life sciences. De Geest startte zijn carrière bij BASF Antwerpen in 1982. Sinds 2007 is hij gedelegeerd bestuurder.
van Zundert
Vormgeving Curve Mags and More, Haarlem
Advertentie-exploitatie Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17, 2551 KS Den Haag, T 070 323 40 70, E dm@mooijmanmarketing.nl Advertenties vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie
Druk MediaCenter Rotterdam
Abonnementen Wie werkzaam is in de chemische industrie of op een andere wijze direct of indirect bij de chemische industrie betrokken is komt in aanmerking voor een kosteloos abonnement op Chemie Magazine. Meld u aan via crs@vnci.nl of www. vnci.nl/actualiteit/maandblad.aspx en u krijgt zo spoedig mogelijk bericht. Meer informatie: znidarsic@vnci.nl of 070 337 87 28.
Overname Overname van artikelen uit Chemie Magazine is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke
VNCI ONLINE WWW.VNCI.NL
Website met onder meer dagelijks nieuws, het archief van Chemie magazine en alles over de chemische industrie in Nederland WWW.VNCI.NL/NIEUWS/CHEMIE-NIEUWSBRIEF
Gratis nieuwsbrief met daarin wekelijks het laatste nieuws over de chemische industrie en de VNCI
toestemming van de redactie. In de meeste TWITTER.COM/VNCI
De VNCI met het laatste nieuws, vacatures en reactiemogelijkheden op alle berichten
Discussieer mee met meer dan 3500 betrokkenen uit de chemische industrie en bezoek de vacatures in de LinkedIn-groep van de VNCI
gevallen zal die graag worden gegeven
Beeld cover Paul Tolenaar ISSN 1572-2996
50 Chemie Magazine juli/augustus 2018
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 50
16-08-18 16:55
Custom Manufacturing, Blending and Toll services AD Productions is a service business that allows customers to benefit from AD International’s state of the art manufacturing expertise. Chemical companies, from global conglomerates through to regional and specialized suppliers, can benefit from AD Productions extensive capabilities and expertise, built over a period of 40 years in the chemical industry.
Production capabilities
is a part of AD International
adinternationalbv.com
AD Productions (located in the heart of Western Europe) offer full R&D, formulation and pilot line capabilities and can extend their toll services to encompass purchasing, quality control, traceability, documentation and certification.
Overview of production capabilities Batch capacity varying from 300 liters up till 30000 liter Possibility to purge with and produce under nitrogen Temperatures controlled production (up till 80 degrees) Blending of powders (packaging from 250 grams to Big Bags) Possibility to fill product from 0,5 liter up till road tankers or Iso Containers
Heijningen | The Netherlands | +3 1 (0)167-52 69 00 | contact@adinternationalbv.com
CLS Services CHEMISTRY OF CONNECTING PEOPLE
www.cls-services.nl
recruitment, selection and secondment in chemistry | pharma | biotech | food | feed
PROCESTECHNOLOOG TIM TRISKELION - ZEIST
Als internationaal georiënteerde contract research organisatie met innovatieve dienstverlening, verbetert en waarborgt Triskelion de gezondheid en het welzijn van mensen door de kwaliteit, veiligheid en werking van voeding, geneesmiddelen en chemische producten zeker te stellen. Dit wordt gerealiseerd door persoonlijke betrokkenheid, hoogwaardig onderzoek en professioneel advies in het werkveld. Triskelion is op zoek naar een ervaren en intiatiefrijke Procestechnoloog voor de afdeling TIM. In deze uitdagende en op innovatie gerichte functie, binnen een internationaal werkveld, ben je verantwoordelijk voor het (commercieel) aansturen van projecten en het bijdragen aan de verdere ontwikkeling en vertaling van maagdarm fysiologie processen naar simulatie software (TIM hard- en software). Tevens functioneer je als inhoudelijke adviespartner voor aangewezen en te acquireren klanten betreffende de inhoud en voortgang van de projecten en het vertalen van de klantbehoefte naar effectieve oplossingen. Heb je interesse en wil je meer weten over deze vacature? Bezoek dan www.cls-services.nl?vac=A1800066 voor meer informatie.
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 51
16-08-18 16:55
S CH R I J F U NU IN O P W W W.LR QA.NL O F B E L +31 ( 0) 10 201 84 45
Investeer in training LRQA verzorgt al meer dan 30 jaar trainingen voor particuliere en zakelijke professionals die zich verder willen ontwikkelen in auditen en procesmatig werken. De trainingen zijn gericht op het verbeteren van managementsystemen gebaseerd op (ISO)-normen, EU-richtlijnen en procesverbeteringsmodellen en technieken. De trainingen worden verzorgd door enthousiaste trainers met praktijkervaring.
Introductie ISO 45001 1 dag /€ 540 Inclusief locatiekosten, lunch en cursusmaterialen Capelle a/d IJssel 18 september 2018
Introductie ISO 14001 1 dag /€ 540 Inclusief locatiekosten, lunch en cursusmaterialen Capelle a/d IJssel 25 september 2018
Lead Auditor Milieu ISO 14001 5-daags /€ 2.215 Inclusief locatiekosten, lunch en cursusmaterialen BCN Utrecht 24 t/m 28 september 2018
Interne Audit Training ISO 14001 2-daags /€ 945 Inclusief locatiekosten, lunch en cursusmaterialen BCN Utrecht 26 en 27 september 2018
Transitie 45001 2-daags /€ 945 Inclusief locatiekosten, lunch en cursusmaterialen BCN Utrecht 3 en 4 oktober 2018
Meer informatie W www.lrqa.nl T +31(0)10 201 84 45 M info@lrqa.nl
017322 Chemie Magazine_compleet.indd 52 LR_2018-005-Chemie-augustus.indd 1
16-08-18 02-08-18 16:55 14:44