Oost-Vlaanderen Ondernemers 2023#10

Galloo geeft jaarlijks een tweede leven

Galloo verwerkt afgedankte consumptiegoederen en fabrieksschroot, en staat ten dienste van KMO’s, industriële spelers, intercommunales en gemeenten via een uitgebreid netwerk van 43 vestigingen in België, Noord-Frankrijk en Nederland.

Galloo exporteert jaarlijks wereldwijd 850.000 ton schroot dankzij een performante exportterminal in de haven van Gent, met een 640 m lange kade en twee hydraulische e-cranes. Schroot is zeer geschikt voor transport over water: het bederft niet en leent zich perfect voor vervoer in bulk. Galloo beschikt over 2 eigen duwbakken voor duurzaam vervoer over water tussen onze filialen, de haven van Gent en onze klanten.

De ‘Galloo II’, één van de twee eigen duwbakken waarmee Galloo haar duurzaam transport een flinke boost geeft.

En dan nu: de minister van Industrie!

Wat hebben middenstand en landbouw gemeen? Antwoord: het privilege en de aandacht van een ‘eigen’ federaal minister. Of dit zich vertaalt in sterk sectoraal beleid valt nog te bezien, maar het biedt kansen. Luc De Vos wist al: ‘De middenstand regeert het land’. De Vlaamse regering heeft geen excellentie die specifiek middenstandszaken behartigt, wel iemand voor landbouwkwesties en voor sociale economie. Met een aandeel van minder dan 0,8% van het bbp van België mag de landbouwsector dus niet klagen over beleidsaandacht.

Hoe zit het dan met de industrie, dé echte motor voor welvaartcreatie?

Toen het jonge België zich in enkele decennia had ontpopt tot dé industriële grootmacht op het continent, werd dat ook zichtbaar in een ministerportefeuille: in 1884 werd Auguste Beernaert de eerste minister van Nijverheid. Met de jaren verdween ‘industrie’ uit de ministeriële titulatuur (en uit de aandacht?). Tegelijk maakte de middenstand opgang: Emile Van Dievloet wordt in 1932 de eerste dedicated minister voor Middenstand. Vandaag zit industriebeleid ingebed in een algemene economische politiek. Dat maakt dat er weinig gerichte aandacht is voor een sector die 14 procent uitmaakt van de economische activiteit in ons land, bovendien de helft genereert van de bedrijfsuitgaven inzake onderzoek en ontwikkeling en die instaat voor meer dan de helft van de export. De industrie kent een bovengemiddelde productiviteit met effect op andere sectoren en is om deze reden het vliegwiel van onze welvaartcreatie.

Export, innovatiekracht en talent zijn de stapstenen van het Belgische en Vlaamse economische model. Daar komt nu de klad in. De industriële activiteit heeft zijn elan van voor corona nog niet teruggevonden. Dat heeft alles te maken met de gekende Belgische structurele problemen: hoge energieprijzen (in vergelijking met buurlanden), een ontsporende loonhandicap (aangejaagd door de loonindexering) en het onzekere investeringsklimaat (met als exponent een mank vergunningenbeleid).

Vooral de Vlaamse industrie ziet hier erg van af: de vraag loopt terug, investeringen worden opgeschort, bedrijven overwegen productie over te brengen naar elders. Bovendien is de teruggang van onze industrie een zware hypotheek op de noodzakelijke transitie naar klimaatneutraliteit. Onze ‘nijverheid’ is immers een absolute voorloper op dit vlak en vormt de spil van een ruimer ecosysteem met tal van kenniscentra en kmo’s. Het is hoog tijd dat alle beleidsniveaus ernstig inzetten op een futureproof industrieel beleid. Om het cru te stellen: niet de kruideniers, familiale landbouwbedrijven of sociale werkplaatsen zullen de opgebouwde welvaart in dit land op termijn weten te consolideren. We hoeven niet te wachten op de verkiezingen van 2024 om innovatie sterker te valoriseren en ons industrieel apparaat beter te verankeren, vooral in sectoren waarin Vlaanderen en België nu al uitmunten. Een vernieuwde globale aanpak die groene speerpuntsectoren ondersteunt kan de industriële transitie naar klimaatneutraliteit versnellen. De Vlaamse industrie vraagt een masterplan op elk beleidsniveau met een faciliterend vergunningenkader, een stimulerende fiscaliteit en financiering en een duurzame energiestrategie en -infrastructuur. Een dergelijk integraal industrie-, energie- en innovatiebeleid kan zich best vertalen in een expliciete ministeriële bevoegdheid en verantwoordelijkheid.

Wij kijken uit naar de nieuwe Vlaamse en federale minister van Industrie.

JEF WITTOUCK Voorzitter Voka –Kamer van Koophandel Oost-Vlaanderen

NV OVERWERK - Mario De Koninck (AAaRGh ...)

Colofon

KANTOREN

9000 Gent – Lammerstraat 18

T 09 266 14 40

9300 Aalst – Werf 8 Web http://www.voka.be/oost-vlaanderen

BESTUURSCOMITÉ VAN VOKA

OOST-VLAANDEREN

Jef Wittouck, An Bels, Erik Chabot, Jan Cornelis, Ann De Clercq, Ilse De Smedt, Christiaan De Wilde, Siegert Dierickx, Farida Doulami, Stefan Fesser, Dieter Hillaert, Alexander Hoogewijs, Geert Moerman, Griet Nuytinck, Karen Pieters, Wim Pynaert, Roseline Van Damme, Christine Van den Berghe, Katrien Vanden Bulcke, Jens Van Mol.

EREVOORZITTERS VAN VOKA

OOST-VLAANDEREN

Luc De Bruyckere, Chris De Hollander, Ronald Everaert, Jean-Paul Van Avermaet, Marc Vereecken en Marcel Verschelden.

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER

Geert Moerman

Lammerstraat 18 – 9000 Gent

HOOFDREDACTIE

Jan Geers – jan.geers@voka.be

EINDREDACTIE

Sam De Kegel – sam.dekegel@voka.be

WERKTEN MEE

Werner Claeys, Jolyn De Baets, Sven Decaestecker, Sam De Kegel, Hendrik

De Schrijver, Nathalie Dolmans, Laurens

Fagard, Jan Geers, Wim Kempenaers, Simon Lefèvre, Katrien Moens, Luc Nimmegeers, Kristina Rybouchkina, Bart Vancauwenberghe, Ann Vandamme en Jan Van Gyseghem.

MAGAZINE REALISATIE LAYOUT

Karakters, Gent, www.karakters.be

DRUK

Drukkerij Perka, Maldegem, www.perka.be

PUBLICITEIT

Rik Vyncke – rik.vyncke@voka.be

T 0477 30 21 32

Ann Vandamme, ann.vandamme@voka.be – T 09 266 15 71

Ontdek een aantal goede zaken van Oost-Vlaamse ondernemingen op p. 74

Zin om zelf ook mee te doen? Je kan je materiaal nog bestellen tot 21 oktober.

Op de cover

68 Cultuurkriebels

Inhoud

Actueel

6 Op de cover

North Sea Port, een fusiehaven in beweging

Voka-VeGHO-lid in de kijker: Stukwerkers

Telexen

Vers ledennieuws

Opinie

1 Aan zet

En dan nu: de minister van Industrie!

58 In de lobby

De Septemberverklaring onder de Voka-loep

88 Geert Dacht

40 procent sociale woningen: une fausse bonne idée

Inspiratie

4 Belle Vue

Water, wind en … gisten

68 Cultuurkriebels

De discrete terugkeer van het groene goud

74 De cijferfabriek

Campagne ‘Goede zaken’ in cijfers

78

Mijn beginjaren

78 Mijn beginjaren

Spelenderwijs revalideren met Creative Therapy

De maand van Voka

83 Vraag het @Voka

Wat is CBAM en welke impact heeft dit op mijn (import)activiteiten?

86 Binnenkort bij Voka

Op de agenda bij Voka Oost-Vlaanderen

Water, wind en … gisten

Op de terreinen van Algist Bruggeman aan de Langerbruggekaai staan houten picknicktafels waar werknemers dankbaar gebruik van maken. Ze bieden zicht op de voorbijvarende schepen op het kanaal Gent-Terneuzen. Een onthaastingsmoment in de bedrijvige kanaalzone.

Algist Bruggeman is producent van bakkersgist en gisten voor bier, wijn en probioticatoepassingen. Daarnaast verkopen ze ook broodverbetermiddelen. Hun succesrecept voor hoogstaande bakkersproducten: jarenlange ervaring in combinatie met een ijzersterke productiekennis en procesbeheersing. Daarnaast is Algist pionier in het ontwikkelen van nieuwe gistproducten en toepassingen voor bakkers en industriële bakkerijen. Aandacht voor kwaliteit, veiligheid, mens en milieu staan centraal. Daarom investeerde Algist onder meer in een eigen windturbine die sinds september 2022 groene energie levert aan de gistproducent.

FOTO WIM KEMPENAERS

North Sea Port: multimodaal, duurzaam en toekomstgericht

Een haven in beweging

Ruim vijf jaar na de fusie is North Sea Port, het 60 kilometer lange grensoverschrijdende havengebied tussen Gent, Vlissingen en Terneuzen, meer dan ooit in beweging: qua goederenoverslag, tewerkstelling en toegevoegde waarde. Veel havenzaken draaien op kruissnelheid maar er is ook een vracht aan uitdagingen, in en rond North Sea Port. Sommige liggen op koers, bij andere is er nog werk voor de boeg. Een rondvaart langs onze fusiehaven.

FOTO WIM KEMPENAERS

Op koers

1 Naar een duurzame toekomsthaven, met ArcelorMittal als vlaggenschip – p.8

2 Fietsinfrastructuur in North Sea Port: een stevige demarrage maar nog niet aan de meet – p. 12

3 Multimodaal is het nieuwe normaal – p. 14

4 Meulestedebrug: van palliatief tot springlevend – p. 22

5 North Sea Port Talent wil 3.000 havenvacatures invullen –p. 26

6 Naar een Gentse ring op niveau – p. 32

Werk voor de boeg – p. 38

1 Meer transport via het spoor voor kleine gebruikers

2 Hoe we grotere zeeschepen naar Gent halen

3 De ring sluiten met een Sifferverbinding

4 Het belang van bedrijfszekere loodsen

Gloednieuwe Steelanolinstallatie: staaltje van duurzaamheid in de haven

Wil North Sea Port het label van duurzame toekomsthaven claimen, dan moeten bedrijven mee aan boord. ArcelorMittal Belgium is als één van de grote spelers een belangrijke schakel in die omslag. De staalgigant wil in 2050 klimaatneutraal zijn en heeft daarvoor een masterplan op touw gezet. De Steelanol-installatie die binnenkort op volle toeren draait, is een eerste groot wapenfeit.

‘Staal, deel van je leven’. Een credo dat je vol in het gezicht treft als je ArcelorMittal Belgium binnenwandelt. In het zinnetje schuilt dan ook een markt die bol staat van waanzinnige cijfers. Jaarlijks produceren alle staalfabrieken ter wereld 1,9 miljard ton staal. Daarvan is ArcelorMittal met 78,5 miljoen ton de tweede grootste speler, naast drie Chinese bedrijven en één Japans bedrijf die de top 5 vervolledigen. Europa is weliswaar een kleine garnaal met 150 miljoen ton. “Het is belangrijk dat er een gelijk speelveld is”, stipt Jan Cornelis, country manager ArcelorMittal Belgium aan. “We zien de voorbije jaren een vermindering van de Europese staalproductie en een toename van geïmporteerd staal dat een grotere CO2-voetafdruk heeft.”

In Europa heeft ArcelorMittal meer dan 400 sites verspreid over 16 landen. Naast distributie en lange producten zoals stalen

balken of treinrails, is het voornamelijk actief in vlakke producten. ArcelorMittal Belgium heeft sites in Geel, Genk, Luik en Gent die als grootste fabriek jaarlijks tussen de 5 en 5,5 miljoen ton aan verzendingen doet. “Er liggen heel wat uitdagingen op ons bord, waaronder hoge energie- en loonkosten, grondstoffen uit verre gebieden, strenge milieunormen die we uiteraard toejuichen, en complexe besluitvorming in Europa. En toch proberen we die zo goed mogelijk op te vangen. De Noordzee is voor zowel logistiek als duurzame energie enorm belangrijk. En de weg richting circulariteit is voor ons een sleutelelement in de transitie naar klimaatneutraliteit.”

Om onze huidige welvaart aan te houden, zijn een zestal basismaterialen cruciaal: aluminium, glas, papier, plastic, staal en cement. “Samen zijn ze verantwoordelijk voor 29% van de totale CO2-uitstoot wereldwijd. Dan

weet je dat daar de lamp brandt. We zijn ons ervan bewust dat we momenteel te veel CO2emissies de lucht insturen, maar we willen sterk onze verantwoordelijkheid opnemen om ons eigen totaal met 35% te verminderen tegen 2030, vergeleken met 2018. Het ultieme doel is om CO2-neutraal te zijn in 2050 in lijn met de Europese Green Deal.”

Duurzame driepikkel

Om die doelstellingen te bereiken, kwam het bedrijf op de proppen met een roadmap die bestaat uit drie assen. “We willen onze energie-efficiëntie substantieel verbeteren. Zo is er een warmtenet in de maak richting Zelzate waarbij we de restwarmte van de warmwalserij zullen afgeven. Ook op vlak van hernieuwbare energie willen we naast de huidige 100.000 m² oppervlakte aan zonnepanelen en 16 windturbines die nu al samen 80 Megawatt opleveren, nog sterker uitbreiden. Project Green, onze tweede as, draait

TEKST LAURENS FAGARD – FOTO NATHALIE DOLMANS

ArcelorMittal Belgium wil tegen 2050 CO2-neutraal zijn, een enorme uitdaging voor de staalgigant.

volledig rond elektrificatie en waterstof. Daar gaan we bijvoorbeeld een hoogoven die op cokes en poederkool draait, vervangen door een DRI-machine op gas (direct reduced iron) en twee elektrische smeltovens. In eerste instantie gebruiken we aardgas, hetgeen al een sterke CO2-reductie met zich meebrengt. Zodra er meer beschikbaarheid van is, willen we overschakelen op groene waterstof. Maar de DRI-machine is al volledig voorzien op waterstof. De hele investeringsoperatie in decarbonisatietechnologieën bedraagt verschillende miljarden euro’s. Onze ambitie is om in 2027 met de DRI-installatie op te starten. Tegen 2030 moet die al zorgen voor een vermindering van 3 miljoen CO2 ten opzichte van 2018 op een totaal van ongeveer 9 miljoen CO2.”

De derde as behelst alles wat te maken heeft met slimme koolstof. “Er liggen tal van circulaire projecten op stapel. Het basisidee is om

fossiele koolstof te vervangen door groene en circulaire koolstof. Zo hebben we 35 miljoen euro gepompt in het Torero-project. Daarbij gaan we in een eerste fase houtafval uit naburige containerparken opwarmen tot ongeveer 300 graden om nadien te vermalen en te gebruiken voor onze hoogovens. In de toekomst willen we ook plastic inzetten samen met andere afvalproducten. Die bevatten immers koolstof en waterstof, twee elementen die nodig zijn om zuurstof te scheiden van het erts zodat er staal kan van gemaakt worden. Onze ambitie is om 5% van de gemalen kolen te vervangen door biokool afkomstig uit houtafval. Daarna willen we blijven opschalen.”

In de toekomst wil ArcelorMittal Belgium ook nog meer gebruik maken van schrootafval. “Jaarlijks produceren we op onze site in Gent zo’n 5,5 miljoen ton staal en verwerken we 1,2 miljoen ton schroot. Die

laatste hoeveelheid willen we verhogen tot 2 miljoen. We kijken volop naar technologieën om de schrootinzet te maximaliseren. Het is immers de snelste manier om CO2 te verminderen. Er zijn modellen die aantonen dat er in 2070 wereldwijd voldoende staal circuleert om te evolueren naar een pure vorm van recyclage. Staal is namelijk één van de enige materialen dat volledig recycleerbaar is en geen kwaliteitsverlies ondergaat.”

Ook omtrent het afvangen, gebruiken of stockeren van koolstof (Carbon Capture and Utilization (CCU) en Carbon Capture and Storage (CCS)) zijn heel wat projecten op til. “We werken samen met North Sea Port en Fluxys om te bouwen aan de Ghent Carbon Hub, een soort van stockageruimte voor CO2 die in 2028 zou opstarten. Daarbij wordt CO2 vloeibaar gemaakt om nadien op te slaan in lege olie- en gasvelden. Het spreekt voor zich dat we liever koolstof omvormen tot een

nuttig product voor de maatschappij, maar de uitdaging waar we voor staan, is zodanig groot dat we op de drie complementaire assen moeten blijven inzetten. Staal zal nodig zijn om de energietransitie te begeleiden, maar het moet duurzaam zijn. Anders heb je geen bestaansreden meer.”

Oeroude bacterie

Een van de visitekaartjes die in oktober opstart, is de Steelanol-installatie. Het is één van de baanbrekende projecten die deel uitmaakt van de as slimme koolstof. “De hoeksteen werd een zevental jaar geleden gelegd”, vertelt projectmanager Kristof Verbeeck. “Het is een lang en moeilijk traject geweest om de financiering rond te krijgen en mensen te overtuigen van dit concept. Het doel is om ethanol te maken uit het gas dat vrijkomt uit onze hoogovens. De omzetting gebeurt door micro-organismen. Net zoals bij een klassieke vorm van fermentatie waarbij gisten suikerhoudende gewassen omzetten naar ethanol in een zuurstofarme omgeving, maar ArcelorMittal Belgium start niet vanuit biomassa maar wel vanuit afvalgassen.”

“Het is een nagelnieuwe technologie die in handen is van het Amerikaanse LanzaTech. Zij kregen in 2005 het idee om iets te doen rond de CO2-problematiek. De bacteriën zelf zijn acetogenen die al vanaf het begin van de aarde aanwezig zijn. We grijpen dus terug naar een oeroude bacterie om ons klimaatprobleem op te lossen (lacht). Ze leven voornamelijk in omgevingen waar geen zuurstof is zoals diepzeebronnen of darmstelsels van dieren. Het was een prof van UCLouvain die de specifieke bacterie isoleerde uit een konijnenkeutel en plaatste in een celculturendatabank die toegankelijk is voor de buitenwereld. LanzaTech trainde de bacteriën om op een performante manier te groeien op onze gassen.”

“Nu zullen we de bacteriën exponentieel laten vermeerderen in ‘brouwketels’ op industriële schaal. Er zijn 4 reactoren die identiek zijn. Elke reactor bevat meer dan een half miljoen liter water en is 35 meter hoog. De reactoren zijn speciaal ontworpen om het gas maximaal over te brengen naar vloeistoffase. Onderaan de reactoren borrelen we het gas uit de hoogovens op door een waterkolom. Vergelijk het met een jacuzzi die

minuscule belletjes maakt. Eens de bacteriecultuur volledig volgroeid is, bevat de reactor 10 ton biomassa die op zijn beurt de gassen omzet tot ethanol.”

Het Steelanol-product dient nadien als grondstof voor andere sectoren. “Zo heb je toepassingen als ontsmettingsalcohol of antivriesvloeistof. Maar de grote volumes gaan vandaag richting de brandstofmarkt waar het gebruikt wordt als duurzame bijmengbrandstof in benzine. Zo is E10 bijvoorbeeld brandstof die maximaal 10% bio-ethanol bevat. Er zijn ook nog andere toepassingen mogelijk zoals dierenvoeding. We werken samen met een doctorandus aan de UGent die vissen en varkens wil voederen met bacteriën. Daar heb je tot 1.000 keer minder land voor nodig en tot 10 keer minder water in vergelijking met de huidige sojaproductie. De bacteriën zetten ethanol om naar eiwitten die op hun beurt gebruikt worden om de dieren te voederen. Het is duidelijk dat er in het Steelanol-project veel toekomst zit. We hebben nu de reactoren als hardware en de bacteriën als software die op termijn andere hoogwaardige producten kunnen maken.”

Projectmanager Kristof Verbeeck en country manager Jan Cornelis van ArcelorMittal Belgium

Straks eindelijk vlot en veilig met de fiets naar de haven?

De fiets verovert stilaan zijn plek in het Gentse havengebied. 27% van de werknemers in de haven gebruikt regelmatig de tweewieler, maar het potentieel is nog veel groter. Dan moeten er wel overal veilige en vlotte verbindingen komen, van de voordeur tot aan de werkplek. Anno 2023 zijn we op de goede weg, met nieuwe fietsbruggen, -verbindingen en bijna 150 km veilige fietswegen in North Sea Port, maar een aantal zwarte punten moeten nog geëlimineerd worden. Elke werkgever kan woon-werkongevallen per fiets immers missen als kiespijn.

Op 30 juni 2023 openden De Werkvennootschap en de gemeente Evergem feestelijk de nieuwe ‘Zandeken’ fietsbrug over de R4 aan de Hoogstraat. De Werkvennootschap is de organisatie van de Vlaamse regering die haar schouders zet onder grote en complexe mobiliteitsprojecten van de Vlaamse overheid. Met het project R4WO wordt de R4 West en Oost omgebouwd tot primaire wegen in Gent, Evergem en Wachtebeke. Hoofddoel: vlotter en veiliger auto- én fietsverkeer.

De ‘Zandekenbrug’ vervangt het oude kruispunt en zorgt ervoor dat fietsers en voetgangers de R4 veilig kunnen kruisen. Dankzij de fietsbrug rijd je als fietser afgeschermd van Kluizen naar het havengebied Zandeken en omgekeerd. Hierbij kom je geen autoverkeer meer tegen, aangezien de brug direct aansluit op de fietssnelweg F40 langs de R4 en de parallelweg Jacques Paryslaan. Eind augustus 2022 werd de zuidelijker gelegen fietsbrug aan het Ovaal van Wippelgem, de Hultjenbrug, ook al officieel geopend.

Veilig fietsen zonder kruisen van autoverkeer

Voor de twee fietsbruggen in Evergem, de Hultjenbrug en de Zandekenbrug, trok de Vlaamse overheid ruim 14 miljoen euro uit. Aan de derde fietsbrug over de R4, aan de Vijfhoekstraat in Mariakerke, wordt nog gewerkt. Als alles klaar is, zal je na de herinrichting langs zowel de R4 West als de R4 Oost meer dan 12 km kunnen fietsen zonder één auto tegen te komen.

Ook North Sea Port blijft in het Gentse deel, samen met de Vlaamse overheid en de Provincie Oost-Vlaanderen, verder werken aan een veilig, vlot en comfortabel fietsnetwerk. Zo komen er op vier locaties nieuwe en verbeterde fietspaden bij, met 3,25 kilometer meer fietspaden en een 700 meter lang verbeterd fietspad.

Aan de Vliegtuiglaan, aan het zuidelijkste punt van het havengebied en op de grens met het centrum van Gent, pakt de Vlaamse overheid de bestaande fiets- en voetpaden aan. Dat is broodnodig, want aan de zuidkant van de haven, vlakbij het complex met de Weba en de Decathlon is het nog steeds survival of the fittest voor elke fietser.

De bestaande fietspaden, zeg maar ‘moordstroken’, worden omgevormd tot bredere en betere versies. Hierbij verdwijnen de oude klinkers en betondallen. Het wegdek wordt in asfalt uitgevoerd wat heel wat vlotter rijdt. Het betreft het deel van aan het kruispunt met de Afrikalaan tot aan de Zuiddokweg, over een afstand van 700 meter.

Iets verderop, langs de Kennedylaan, komt een 450 meter lang nieuw, vrijliggend dubbelrichtingsfietspad. Dit drie meter brede pad leidt naar de fietsbrug over de R4. De werken aan de Vliegtuiglaan en de Kennedylaan zouden bij het ter perse gaan van dit blad bijna afgerond moeten zijn.

Vervoersarmoede vermijden

Meer noordwaarts legt het havenbedrijf North Sea Port een afgescheiden

tweerichtingsfietspad aan dat van het veerpont van Terdonk loopt tot onder de brug van de R4-Oost/Kennedylaan over de Moervaart. Daar sluit het aan op het fietspad aan het kruispunt met de R4 en op het jaagpad richting Wachtebeke. Dit nieuwe fietspad langs de Moervaartkaai, Moervaartstraat en Oude Tragel wordt 1,7 kilometer lang. Het komt op de as te liggen tussen fietsknooppunt 4 in Doornzele, op de linkeroever van het kanaal, en fietsknooppunt 97 in Mendonk op de rechteroever. De werkzaamheden zijn klaar in het begin van 2024.

De laatste grote fietswerf is in het tweede deel van de Scheepzatestraat te vinden, in de zone tussen het Grootdok, het Sifferdok en het zeekanaal. De heraanleg van die straat gaat gepaard met de aanleg van een nieuw 1,1 kilometer lang fietspad.

Als deze werken afgerond zijn, ligt er in het hele havengebied 147,25 kilometer fietspaden. In het Vlaamse deel is dat 94,25 kilometer, in het Nederlandse deel 53 kilometer. De fiets wordt zo voor een steeds grotere groep een aantrekkelijk alternatief voor de wagen. Nu blijven bepaalde jobs te lang openstaan omwille van ‘vervoersarmoede’. Werkzoekenden beschikken niet altijd over een eigen wagen en zeker voor ploegenarbeid schiet het openbaar vervoer te kort. De fiets is een perfect alternatief. Eenmaal er overal een veilige infrastructuur is, zullen de bedrijven nog meer hun verantwoordelijkheid opnemen via leasing van e-bikes, veilige fietsenstallingen, douches, enzovoort. En ook private fietsaanbieders in de omgeving van

Gent kunnen de bedrijfsfiets een extra duw in de rug geven.

27% met de tweewieler naar het werk

Sinds de eerste mobiliteitsbevraging van Voka-VeGHO in 2008 is het aantal fietsers verdrievoudigd in het Gentse deel van North Sea Port. Het is duidelijk dat de elektrische ondersteuning een grotere reikwijdte heeft mogelijk gemaakt. Zo reed in 2021 42% van de fietsers al elektrisch, dat aandeel is alleen maar toegenomen. Bijna 27% van de werknemers in de haven koos in 2021 – bij de laatste mobiliteitsbevraging – de fiets als hoofdvervoermiddel van en naar het werk. 40% van de bevraagden die enkel de wagen als vervoermiddel gebruikten, gaven aan dat ze ook over de fiets nadenken in de toekomst. Er is dus zeker ruimte om te groeien, maar dan moeten we luisteren naar de huidige en potentiële fietsers. Samen met het gestegen fietsverkeer stijgt het onveiligheidsgevoel bij de werknemers. Meer dan 52% van de fietsers voelt zich onveilig onderweg en de infrastructuur ligt vaak aan de basis. De bevraagden gaven maar liefst 1.400 aandachtspunten mee waar ze van en naar het werk mee te maken krijgen.

Fietsminnende organisaties zoals de Fietsersbond juichen de investeringen in fietsbruggen, -tunnels en -wegen toe, maar wijzen er terecht op dat een fietsroute maar zo veilig is als het zwakste punt op die route. Een overweging die maar beter meegenomen wordt bij alle toekomstige investeringen. “Klopt helemaal”, zegt Simon Lefèvre van Voka Oost-Vlaanderen, zelf een fervent fietser. “Daarom is het project R4WO zo cruciaal omdat het alle projecten met elkaar integreert en verbindt, waarbij je in de toekomst van het noorden naar het zuiden zal kunnen fietsen, met afgescheiden fietspaden. En laten we ook niet vergeten om van aan de fiets(snel)wegen tot aan de bedrijfspoort, de last mile zeg maar, veilige verbindingen te creëren.”

Ondanks alle inspanningen zijn er nog een aantal ‘zwarte’ punten die tot levensgevaarlijke situaties kunnen leiden. Dat blijkt uit de fietstocht die Voka-collega Simon Lefèvre ondernam voor dit blad. Lees zijn Tour de North Sea Port hier.

Farmanstraat (laatste deel vanaf Daniel Kinetstraat)

Wondelgemkaai (brug naar Stora Enso)

Aakstraat

Fietsfile aan veer van Langerbrugge

Langerbruggekaai

Een multimodale haven als grote troef

North Sea Port is uitstekend verbonden met het achterland via weg, spoor, binnenvaart en pijpleidingen. Ook elk bedrijf onderzoekt hoe het zijn transportmix efficiënt en slim kan opzetten. Ondertussen gebeuren er extra investeringen in spoorverbindingen, vaarwegen en pijpleidingen. Een multimodaal overzicht.

Multimodaliteit is al langer een license to operate voor bedrijven. Terwijl potentiële investeerders in de haven vroeger vooral keken naar grondoppervlakte en prijs voor een concessie, kijken ze nu naar multimodale ontsluiting, omwille van duurzaamheid én risicospreiding, indien één vervoersmodus niet (meer) beschikbaar zou zijn. Ook het havenbedrijf North Sea Port is strenger dan vroeger in de uitgifte van zijn gronden. Ondernemingen die laagwaardige goederen willen stockeren maar niet het schaalvoordeel hebben om daar multimodaal mee aan de slag te gaan, of bedrijven die nauwelijks toegevoegde waarde, jobs of watergebonden activiteiten realiseren en/of enkel op hun eilandje willen opereren, vissen vandaag achter het net. Het havenbedrijf stimuleert bedrijven ook om steeds meer met elkaar verweven te zijn.

Daarnaast zet North Sea Port actief in op een modal shift richting duurzaam transport via de binnenvaart en het spoor. Het grensoverschrijdende havengebied ligt op het kruispunt van de Europese vervoersmogelijkheden via binnenvaart, spoor en wegvervoer en op een aantal Europese vervoerscorridors. Vooral vaste lijnen, verbindingen die op regelmatige basis bediend worden, zijn cruciaal.

Momenteel gaat zo’n 10% van het goederenvervoer tussen de haven en het achterland via het spoor. In het voorjaar van 2023 sloegen het Belgische Lineas en het Scandinavische scheepvaarten logistiekbedrijf DFDS de handen in elkaar om containers en opleggers vanuit Gent in North Sea Port via het spoor naar Lyon te vervoeren, en omgekeerd. Zo ontstond er een multimodale connectie tussen Zweden, België en Frankrijk. Zesmaal per week vaart DFDS tussen haar multimodale terminals in de haven van Göteborg en Gent, aan het Mercatordok. Deze short sea service sluit nu aan op de intermodale trein. Bij de start, in maart, reed deze trein van Europa’s grootste private spoorvrachtoperator Lineas driemaal per week tussen Gent en de Port Edouard Hérriot in Lyon. Sinds medio april is de frequentie opgetrokken tot wekelijks vijf ritten. De trein vervoert containers en kraanbare en niet-kraanbare trailers. In de containers worden onder meer voeding en chemische producten vervoerd. In de opleggers zit er algemene en industriële vracht en lading voor de auto-industrie.

De shift van dit vrachtvervoer van de weg naar het spoor tussen Gent en de industriële regio van Lyon is goed voor 450 treinen per jaar en 8.000 trailers/containers. Deze keuze betekent 9 keer minder CO2-uitstoot. Met het gecombineerde vervoer tussen Göteborg, Gent en Lyon weet North Sea Port zich als multimodale haven in West-Europa verder te versterken, te meer daar de lading in Gent via de weg, per zeeschip en binnenvaartschip vanuit Antwerpen, Rotterdam en Moerdijk toekomt.

(Veel)

meer sturen in sporen

Ondertussen investeren de Belgische spoorbeheerder Infrabel en de federale regering het volgende decennium maar liefst 91,5 miljoen euro in het Gentse deel van North Sea Port. Heel wat nieuwe sporen en aanpassingen aan bestaande sporen moeten zorgen voor een snellere toegang tot de terminals en een betere ontsluiting naar het Europese achterland. Joke Van den Dooren, key account manager ports bij Infrabel:

“Modal shift is zoveel meer dan enkel infrastructuur voorzien. We hebben samen met

North Sea Port een spoorvisie ontwikkeld waarbij we eerst en vooral kijken naar een beter gebruik van onze bestaande infrastructuur via operationele aanpassingen. Als dat niet volstaat om je modal shift te realiseren of om je volumes op te vangen, kijken we naar extra investeringen.”

Infrabel wil in de nabije toekomst meer ‘sturend’ optreden via een uitgekiend flow management, waarbij ze een regisseursrol opnemen. “Door meer inzicht te krijgen in wat een trein doet of hoelang hij ergens blijft staan, willen we het verkeer beter sturen zodat het vlotter doorstroomt. Als je te weinig sturend optreedt, moet je bij wijze van spreken voortdurend extra sporen aanleggen, want dan rijdt iedereen voor eigen rekening. Wij willen bijvoorbeeld veel meer goederenstromen bundelen.”

Om een en ander te realiseren hebben

Infrabel en North Sea Port een ambitieus achtpuntenplan. Dat zet in op een betere verkeerssturing, op een beter beheer van de bundels (wie staat waar en wat is er aan restcapaciteit in de toekomst), op meer

investeren en meer rationaliseren (ongebruikte infrastructuur verminderen of laten liggen voor morgen).

Joke: “Daarnaast willen we een eigen, meer soepel kader voor het havengebied creëren. We zijn infrastructuurbeheerder voor het ganse net (personen en goederen, red.), maar in de haven is er bijvoorbeeld geen reizigersvervoer en de snelheden liggen lager. We willen vooral een kader dat meer flexibiliteit biedt omdat het goederenvervoer dat ook meer vraagt.”

Infrabel wil ook een IT-platform ontwikkelen specifiek voor havens, om de end-to-endketen in kaart te brengen. “Er is weinig transparantie in het spoorvervoer momenteel. Onze slogan is ‘let’s modal shift together’, alleen kunnen we het niet. Iedereen moet mee in het bad: de spoorwegondernemingen, de havenbesturen en de spooraangeslotenen (de individuele bedrijven en terminals, red.). Daarnaast zijn er ook de logistieke dienstverleners, want zij bestellen tenslotte de transporten. Wij hebben zelf business developers die op zoek gaan naar bedrijven

die spoorvervoer willen organiseren. Er is bij Infrabel nu veel meer aandacht voor goederenvervoer dan tien jaar geleden.

Tot slot willen we ook het grensoverschrijdend verkeer optimaliseren, samen met onze Nederlandse collega Prorail.”

Spoorwerken aan Kluizendok en Mercatordok

Infrabel wil dus het goederenvervoer efficiënter maken én het aandeel per spoor doen toenemen. North Sea Port wil het aandeel goederenvervoer per spoor doen toenemen tot 15%, want één goederentrein haalt gemiddeld 45 vrachtwagens van de baan. Om de ambities van Infrabel en North Sea Port te realiseren wordt er zowel aan het Kluizendok op de linkeroever van het Kanaal Gent-Terneuzen als aan het Mercatordok op de rechteroever fors geïnvesteerd in spoorinfrastructuur.

Aan het Kluizendok is de bestaande bundel om goederentreinen voor te sorteren ondertussen uitgebreid van vier naar acht sporen van elk telkens 750 meter lang. In de toekomst is er zelfs nog een uitbreiding tot 16 sporen mogelijk. Bovendien komt er in 2024 een nieuw aan te leggen ringspoor dat aansluit op de ITG-containerterminal naast het kanaal en dat zorgt voor een betere ontsluiting van de bedrijven rondom het dok. Ten slotte komt er een studie voor de aansluiting van het Kluizendok met een nieuw spoor op de bestaande spoorlijn naar Terneuzen.

Aan de sporenbundel Mercator bouwt de Belgische spoorbeheerder Infrabel aan zes sporen van 750 meter lang. Deze investering nabij het gelijknamige dok bedraagt ruim 12 miljoen euro, met steun van Europa (8,5 miljoen euro) en de Belgische regering (4 miljoen euro). Infrabel zal drie jaar werken aan de capaciteitsuitbreiding van de sporenbundel Mercator. Sporen van 750 meter lang zijn dé toekomst van het goederenspoorvervoer in Europa. Want op deze lange sporen kunnen langere goederentreinen aankomen, wat de transportkosten drukt en goed is voor het milieu.

De sporenbundel Mercator ligt tussen de R4-Oost, de ringweg rond het Gentse deel van de haven, en het Zeekanaal Gent-Terneuzen. Voor verschillende, grote bedrijven in de buurt (Volvo Car, Volvo Trucks, DFDS Seaways, Stukwerkers, Ghent Commodity Terminal …) is de bundel van cruciaal belang voor het goederentransport per spoor. Op deze tweede

© Infrabel - Laurent Van Krinkelen

10% van het goederenvervoer tussen de haven en het achterland gaat nu via het spoor.

drukste sporenbundel in het Gentse deel van de haven komen goederentreinen uit alle richtingen aan, worden ze samengesteld en vertrekken ze weer. Aan boord vind je staalproducten, afgewerkte auto’s, onderdelen voor auto’s en vrachtwagens en grondstoffen zoals steenkool. Maar omdat deze belangrijke spoorbundel van het jaar 1996 met negen sporen letterlijk op zijn limieten botst, wordt die uitgebreid. Als tegen de zomer van 2025 alle werken zijn afgerond, zullen op de Mercatorbundel zes van de negen sporen een lengte van 750 meter of langer hebben.

Naast de investeringen nabij het Kluizendok en het Mercatordok zal Infrabel nog een aantal bestaande aansluitingen renoveren.

Bovendien voorziet Infrabel de mogelijkheid om bijkomende spooraansluitingen in de haven te realiseren.

Grensoverschrijdende sporen

Ondertussen maakt de fusiehaven ook samen met de spoorwegbeheerders ProRail en Infrabel werk van grensoverschrijdende spoorontwikkeling in de haven tussen Gent en Terneuzen. Europa benadrukte eerder dit jaar met een subsidie van 3,4 miljoen euro het belang van een duurzame, toekomstgerichte grensoverschrijdende spoorontwikkeling. Met deze financiële bijdrage kan de projectorganisatie Rail Ghent Terneuzen, bestaande uit ProRail, Infrabel en North Sea Port, deze volgende stap zetten. Joke: “Voor

de doortrekking van de lijn L204 richting Terneuzen, de noordelijke aansluiting van bundel Zandeken én de zuidoostboog in Nederland zullen België en Nederland elk 50 procent betalen.”

Eerder bleek al dat het huidige spoorvervoer in het havengebied zal verbeteren met deze drie toekomstige uitbreidingen: een nieuwe spoorlijn aan de oostkant van het Kanaal Gent-Terneuzen tussen het Nederlandse Axel en het Belgische Zelzate, een nieuwe spoorboog ten oosten van de Sluiskilbrug (Nederland) en de ontsluiting naar het noorden van de spoorbundel aan het Kluizendok richting Nederland (België).

Ondertussen blijft vooral het vervoer van goederen naar het achterland (aan- en afvoer) via de binnenvaart verder toenemen. In vijf jaar tijd steeg dit van 54% tot maar liefst 60%. Dat blijkt uit het vijfde onderzoek dat de haven recent uitvoerde bij bedrijven in het hele grensoverschrijdende havengebied. Daarnaast neemt het aandeel van het wegvervoer 28% in. Het overbrengen van de lading van een

schip op een ander schip of vervoersmodus – transhipment – staat voor 2% (en het spoor, zoals hierboven vermeld, op 10%, met de ambitie om te groeien naar 15%).

Varen tot in Parijs Het vervoer over de binnenwateren zal nog toenemen met de realisatie van het SeineScheldeproject waardoor binnenvaartschepen met een laadvermogen van 4.500 ton tot in

Parijs zullen kunnen varen via de Schelde, de Leie en de Seine. De realisatie van een nieuwe sluis en renovatie van een stuw in Sint-Baafs-Vijve door de Vlaamse Waterweg, in juni 2023, vormde het Vlaamse sluitstuk voor het internationale binnenvaartproject Seine Schelde Vlaanderen, dat steun geniet van de Europese Unie.

3 Pijpleidingen

Er zijn in North Sea Port dus voortdurend infrastructuurwerken aan de gang, gepland of in studiefase, die de multimodaliteit verder zullen versterken. De Nieuwe Sluis in Terneuzen – in de loop van 2024 klaar voor dienst – zal extra kansen bieden voor de binnenvaart. De aanpassingen op de R4 verbeteren het transport over de weg – denk aan de ondertussen gerealiseerde turborotonde aan Euro-Silo. Daarnaast komen er ook steeds meer projecten rond het aanleggen van pijpleidingen. Ook pijpleidingen die nu voor aardgas worden gebruikt, zullen in de toekomst voor andere stoffen, zoals waterstof, gebruikt worden, aan beide kanten van de landsgrens.

Waterstof als brandstof en grondstof

De bedrijven in het havengebied van North Sea Port plannen om in toenemende mate waterstof als brandstof en grondstof te gebruiken om zo hun CO2-uitstoot stelselmatig te verlagen. Fluxys bereidt daarom in het Gentse deel de aanleg voor van een leidingencluster waarmee bedrijven die waterstof produceren kunnen leveren aan de bedrijven die waterstof willen gebruiken in hun proces. Voor dit project werkt Fluxys nauw samen met de bedrijven in de haven en met North Sea Port, dat met zijn waterstofstrategie het grensoverschrijdende havengebied wil doen uitgroeien tot een waterstofhub op Europese schaal om de verduurzaming van de industrie te ondersteunen. De waterstofleiding van Fluxys zal in Zelzate aansluiten op de waterstofleiding van Gasunie in het Nederlandse deel van de zodat er meteen een net is dat het hele grensoverschrijdende havengebied verbindt.

© Wim Kempenaers

Indringers te slim af met sma rt fenc ing

Beveilig je site met smart fencing , een combinatie van technologie, dat a-analyse en bewak ingsagenten.

Scan de QR code of c hec k www.g4s .be

Verkeersslagader Meulestedebrug krijgt stilaan weer ademruimte

De Meulestedebrug in Gent is al jaren een heikel punt voor North Sea Port. Door haar fel verouderde staat en regelmatig onderhoud was de brug palliatief te noemen. Maar eind september kwam er voor het eerst zichtbaar schot in de zaak. Victor Buyck hielp onlangs de noordelijke helft van de gloednieuwe beweegbare brug mee plaatsen na een indrukwekkende verhuizingsoperatie. In het voorjaar 2024 wordt het eerste brugdeel wellicht in gebruik genomen voor verkeer.

Het is 1955 wanneer de arbeiderswijk Meulestede er een nieuwe basculebrug bij krijgt. Tijdens de eerste jaren doet ze voornamelijk dienst voor het lokale verkeer en soms zijn er nog paard en kar te zien. Diezelfde brug doet 68 jaar later nog altijd dienst. Een kolonne aan zwaar vrachtverkeer, auto’s, fietsers en wandelaars passeert er dagelijks. Het belang van de toegangspoort is immers niet te overzien. Het is een belangrijk verbindingspunt tussen de oostelijke en westelijke zijde van de haven.

“De bestaande Meulestedebrug is zeer intensief gebruikt zowel voor het wegverkeer als voor de scheepvaart, en is dringend aan vervanging toe. Ze is 70 jaar geleden niet ontworpen voor het zware verkeer dat er vandaag over rijdt”, vertelt projectleider Ann Decouttere van De Vlaamse Waterweg. “De huidige brug vertoonde de afgelopen jaren steeds meer kleine en grotere technische mankementen, met geregeld een onderbreking tot gevolg. Na de zware aanvaring in oktober 2020 heeft de brug nog een grondige herstelling ondergaan, waarbij alles in het werk gesteld is om de levensduur te verlengen tot na de ingebruikname van de nieuwe noordelijke brug.”

Lange aanloop

Er is al lang sprake van een nieuwe Meulestedebrug. “Dat het voortraject heel wat voeten in de aarde had, is een understatement. Er zijn heel wat studies en onderzoeken aan vooraf gegaan”, zegt Ann. “Het eerste idee was om de bestaande brug te vervangen door een nieuwe met drie rijvakken, en dat op dezelfde locatie. Omdat de Meulestedebrug een cruciale schakel is in de oost-westverbinding ten noorden van Gent, is in een latere fase gezocht naar een oplossing waarbij het verkeer zo goed mogelijk kon blijven doorgaan tijdens de uitvoering van de werken. Daarnaast was het ook nodig om de capaciteit van het kruispunt Zeeschipstraat N456-Wondelgemkaai N458 te vergroten voor een vlottere doorstroming.”

“Zo is het Agentschap Wegen & Verkeer (AWV) mee aan boord gekomen als aanbestedingspartner, en is het uiteindelijke ontwerp van vijf rijstroken, verdeeld over twee afzonderlijke bruggen, op tafel gekomen. Het kruispunt verruimen, betekende ook de heraanleg van alle aansluitende wegenis. We hebben van deze opportuniteit gebruik gemaakt om ook het oude gemengde rioleringsstelsel te vervangen door een nieuw gescheiden stelsel van Farys. Om een veilige conflictvrije oversteek van de

bredere brug mogelijk te maken op rechteroever is ook een fietsonderdoorgang voorzien, waarin ook de Stad Gent participeert.”

Victor Buyck Steel Construction is verantwoordelijk voor de staalstructuur, de algemeen bouwkundige werken en de coördinatie zitten onder de vleugels van Artes Depret. Besix Unitec zorgt voor alle elektromechanica en de sturing van de brug. “De nieuwe brug zal bestaan uit een noordelijke brughelft met drie rijstroken en een zuidelijke brughelft met twee rijstroken. In principe één brug per rijrichting, hoewel elke brughelft ingezet kan worden voor de beide rijrichtingen. Dit laat ons toe om de brug te onderhouden of eventuele herstellingen uit te voeren zonder het wegverkeer te hinderen”, legt Ann uit.

De werken op het terrein zijn gestart in september 2021 met een voorbereidingsfase waarin zoveel mogelijk hinder beperkt werd. In het voorjaar van 2022 zijn er baggerwerken uitgevoerd en zijn de funderingswerken

TEKST LAURENS FAGARD – FOTO NATHALIE DOLMANS

van de noordelijke brughelft aangevat. Ondertussen zijn de kaaimuren ten noorden van de brug vernieuwd, is een nieuwe technische ruimte gebouwd op de rechteroever en zijn de landhoofden en brugpijlers gebouwd. Sinds dit voorjaar zijn ook de wegenis- en rioleringswerken volop aan de gang en wordt de situatie steeds beter zichtbaar.

Puzzelen met brugdelen

Ondertussen boog Victor Buyck zich vanaf januari 2022 over de staalbouw. “De nieuwe brughelften bestaan in totaal uit zeven stukken die we in onze ateliers samenstellen. De noordelijke en zuidelijke brughelften bestaan elk uit drie stukken en op het einde komt er nog een verbindingsstuk”, legt projectmanager Shana De Waele uit. “Eind september is de noordelijke brughelft ingehesen door een kraanschip dat speciaal ontworpen is om zware tonnages op te tillen. De volledige operatie om de drie stukken over het water te vervoeren en te plaatsen, duurde één week.”

Nu de noordelijke brughelft er ligt, wordt de elektromechanische uitrusting van de brug verder afgewerkt in de komende weken. “Het is niet dat we zomaar eventjes een koffiezetapparaat aansluiten”, zegt Ann fijntjes. “Technisch kunnen we de nieuwe brughelft wel al openen en sluiten, maar de nodige voorzieningen zoals camera’s en verkeerslichten moeten nog geplaatst worden om de brug veilig te bedienen. Nadien doen we er alles aan om zo snel mogelijk de brug in dienst te stellen. In een tweede fase van de werken wordt de oude brug afgebroken en getild over de noordelijke brughelft. Vervolgens wordt op die plaats het zuidelijke brugdeel gebouwd. In de derde en laatste fase wordt het verkeer over de zuidelijke brughelft gestuurd en voltooien we het kruispunt en haar toegangswegen.”

Initieel werden de kosten voor de hele vernieuwing geraamd op 25 miljoen euro. Bij aanbesteding is het project gestart met een kostprijs van 28,5 miljoen euro. De bestaande

oude brug werd na een aanvaring in oktober 2020 nog hersteld voor een kost van 2 miljoen euro. “Zo kunnen we ze zeker nog operationeel houden tot we de nieuwe brug in gebruik nemen.”

Verkeersredder

Het huidige scenario voorziet dat alle werken, ook met de omgevingsaanleg, klaar zijn tegen 2026. “We kozen bewust voor een gefaseerde aanpak van het project met een langere doorlooptijd. De totale duurtijd lijkt misschien lang, maar je moet rekenen dat het verkeer nauwelijks geblokkeerd zal zijn gedurende de volledige fasering van de werken”, licht Ann toe. “Dat is vrij uitzonderlijk voor zo’n complex project dat bestaat uit twee nieuwe bruggen en een volledig nieuw kruispunt met gewijzigde verkeerssituatie. Deze verkeersas langdurig afsluiten voor het verkeer is onmogelijk omdat dit een te belangrijk knooppunt is in de ruime regio en in North Sea Port.”

Victor Buyck hielp onlangs de noordelijke helft van de gloednieuwe beweegbare brug mee plaatsen na een indrukwekkende verhuizingsoperatie.

“Wanneer het eerste brugdeel operationeel zal zijn, verwachten we al een veel betere doorstroming. Er zal dan met drie rijstroken één meer zijn dan nu, en met de tweede zuidelijke brughelft komen er nog eens twee rijstroken bij. De huidige Meulestedebrug moet nu ook al veel meer verkeer slikken dan ooit tevoren. De verkeersdruk in de noordrand van Gent is groot omdat er veel werven zijn in de ruime omgeving. Met de samen–werking binnen Gent Op Weg (www.gentopweg.be) worden verschillende werven op een overzichtelijke manier in kaart gebracht en

hinderperiodes op elkaar afgestemd. Als extra maatregel om de verkeersdruk op te vangen met de oude Meulestedebrug, werden tijde lijk bijkomende spertijden (periodes wanneer de brug niet bediend wordt voor vaarverkeer, red.) ingevoerd om de ochtend- en avond spits vlotter te doen verlopen.”

“Wanneer de brug geplaatst werd, is de veerdienst in Langerbrugge verdubbeld in frequentie. Dat gebeurde in goede samen werking met de Dienst met Afzonderlijk Beheer Vloot. Zo konden we de hinder voor

Afdelingshoofd Lieven Dejonckheere en projectleider Ann Decouttere van De Vlaamse Waterweg samen met projectmanager Shana De Waele en business unit manager Pierre Smetryns van Victor Buyck Steel Construction.

De noordelijke brughelft wordt ingehesen door een kraanschip dat speciaal ontworpen is om zware tonnages op te tillen.

De iconische Vynckier site, gebouwd op de fundamenten van 100 jaar ondernemerschap, transformeert in een thuishaven voor industriële pioniers die de toekomst van technologie duurzaam vormgeven.

Het kloppende hart is de zuidelijke Manchester, omgedoopt tot Terrawatt.

Hier worden kantoren, bedrijfsruimtes en ateliers voorzien. Terrawatt wordt een bruisend trefpunt voor vooruitdenkende fabrikanten, productvernieuwers en innovatiemanagers in een digitaal, groen en creatief ecosysteem. En jij kan daar deel van zijn.

www.vynckier.gent

De Gentse schepen van Werk Bram Van Braeckevelt en Arne Oosthuyse, directeur arbeidsmarkt bij Voka Oost-Vlaanderen, zijn twee van de bezielers van North Sea Port Talent

North Sea Port Talent wil krachten bundelen om 3.000 havenvacatures in te vullen

Begin 2024 schiet North Sea Port Talent officieel uit de startblokken. Stad Gent, VDAB Oost-Vlaanderen, de Nederlandse tegenhanger UWV, North Sea Port en Voka-VeGHO hebben samen één grote ambitie: alle huidige en toekomstige vacatures invullen in het grensoverschrijdende havengebied. Een dubbelinterview met twee van de bezielers: de Gentse schepen van Werk Bram Van Braeckevelt en Arne Oosthuyse, directeur arbeidsmarkt bij Voka Oost-Vlaanderen en voorzitter van North Sea Port Talent.

Om werkgevers in het havengebied North Sea Port te ondersteunen in de zoektocht naar de juiste profielen, hebben verschillende partners aan beide zijden van de grens een nieuwe organisatie opgericht: ‘North Sea Port Talent’, een grensoverschrijdend samenwerkingsverband. North Sea Port Talent zal bedrijven in de haven helpen om de juiste profielen aan te trekken. Het centrum zal luisteren bij ondernemers welke problemen ze ondervinden om hun vacatures in te vullen. Vervolgens gaat het op zoek naar geschikte kandidaten uit Vlaanderen, Nederland en daarbuiten. Ook voor de opleidingsnoden van de bedrijven in de haven zoekt het centrum een passend antwoord.

De intentieverklaring werd op 31 januari 2023 ondertekend, begin 2024 volgt de échte start. Arne Oosthuyse: “De betrokken organisaties werkten nog te veel naast elkaar. We gaan nu de krachten veel meer bundelen, én over de grenzen heen.”

Is dat grensoverschrijdende karakter het unieke van dit nieuw samenwerkingsverband?

Bram: Klopt. We haalden de mosterd deels bij Aviato, het platform waarop je alle

vacatures voor tewerkstelling op Brussels Airport vindt. De Vlaamse, Waalse en Brusselse arbeidsbemiddelingsorganisaties VDAB, Forem en Actiris bundelen daar samen de krachten. Hier gaan we min of meer hetzelfde doen. Na een lange aanloop en voorbereiding willen we nu een vliegende start maken.”

Arne: “Het partnerschap was in het begin iets te breed. De key stakeholders bij North Sea Port Talent zijn nu Stad Gent, VDAB OostVlaanderen, de Nederlandse tegenhanger UWV, North Sea Port en Voka-VeGHO. Zij zetten de krijtlijnen uit, maar bij de uitvoering van onze acties gaan we natuurlijk ook andere organisaties betrekken, die bijvoorbeeld opleidingen voorzien in het havengebied.”

Hoe groot is de urgentie voor één havengerelateerde tewerkstellingspool?

Arne: “Uit Voka’s jongste arbeidsmarktbevraging in de haven blijkt dat er enkel al aan Vlaamse zijde 3.000 vacatures zijn, dat is 60% meer dan zes jaar geleden. Er zijn 550 bedrijven actief in het grensoverschrijdende havengebied en die vertegenwoordigen zo’n 102.000 directe en indirecte jobs. Ook het

aantal jobs neemt gigantisch toe, we tellen er nu 6.000 meer dan vijf jaar geleden.”

Bram: “Daarnaast stellen we vast dat zeker aan Vlaamse zijde de drempel om in onze haven aan de slag te gaan, zeer groot blijft. Onbekend is onbemind. Daar kunnen we echt iets aan doen. Bij vele werkzoekenden, in en rond Gent, staat de haven zelfs niet op de radar, het is compleet onbekend terrein. Ze kennen de veelheid en gevarieerdheid van jobs niet of ervaren drempels om ernaar toe te geraken.”

Arne: “Hoe dichtbij de haven ook ligt, voor veel Gentenaren ligt hij veraf. Ze weten vaak niet dat er ook een job op hun maat mogelijk is. Velen denken dat ze een hoog diploma moeten hebben, maar uit ons onderzoek blijkt dat de bedrijven dit vaak niet (meer) vragen. Ze willen werknemers met de juiste attitude, opleiden doen ze zelf wel.”

Hoe komt het toch dat de fusiehaven nog zo onbekend is bij het grote publiek?

Arne: “De bedrijfswereld weet wat er reilt en zeilt, maar de man en vrouw in de straat is vaak weinig op de hoogte. Veel communicatie gebeurt ook enkel naar de bedrijfswereld.”

Gloednieuw samenwerkingsverband in fusiehaven

Bram: “Arbeidsmarktbeleid behoort niet tot de kerntaak van het havenbedrijf North Sea Port. Maar uiteraard heeft een haven wel belang bij ingevulde jobs van de toekomst. Ik begon als schepen van Werk in 2019 en deed toen een ‘rondje’ bij vele bedrijven. Het viel me enorm op hoe groot de vervoersarmoede is in Gent. De drempel om van thuis naar de werkgever te geraken, is groot. Ik ben ook voorzitter van Max Mobiel, de bus die mensen letterlijk tot op hun werk brengt.”

Want openbaar vervoer naar en vanuit de haven blijft een pijnpunt?

Arne: Klopt. Maar laat ons ook niet het deprimerende beeld schetsen dat de haven onbereikbaar zou zijn. Via Max Mobiel en andere initiatieven zijn er wel degelijk mogelijkheden om op de werkplek te geraken. Veel bedrijven zijn ook bereid om zelf te investeren in mobiliteitsoplossingen. Er komt ook steeds meer fietsinfrastructuur.”

Bram: “Klopt. Alles begint met het idee dat je er écht wil geraken.”

Hoe gaan jullie zich onderscheiden van reeds bestaande, commerciële jobplatformen?

Bram: “Als we geen meerwaarde kunnen betekenen, dan moeten we er direct mee stoppen. We moeten en zullen onszelf bewijzen dat we niet het zoveelste jobplatform zijn.”

Arne: “Wat er momenteel niet bestaat, is één locatie waar je overzichtelijk alle vacatures in het havengebied in Vlaanderen en Nederland kan zien. Nu zitten die overal verspreid. We gaan luisteren naar de bedrijven wat de noden en meest gezochte profielen zijn. Er zijn zo’n 14.000 werkzoekenden in Gent, laat ons die gericht opleiden. We zullen moeten investeren in opleidingen bij VDAB, maar ook bij de bedrijven zelf. We moeten ook in kaart brengen welke academy’s (opleidingscentra in de bedrijven, red.) er al bestaan.”

Bram: “Bedoeling is dat de vacatures ingevuld worden en dat bedrijven in de haven elkaar kunnen versterken. De convergentie tussen de verschillende partners én de bedrijven moet onze grote troef worden. We zullen het vertrouwen van de bedrijven moeten winnen en steken onze nek uit. Finaal zullen de resultaten aantonen of we het goed gedaan hebben.”

Arne: “Arbeidsbemiddeling is één facet, maar we gaan vooral ook de fusiehaven promoten als een aantrekkelijke plek om te werken. En we zullen dat niet enkel doen in Gent maar ook in Wallonië, Brussel en in het buitenland. Eerst gaan we hier de werkzoekenden matchen maar als we de profielen hier niet vinden, zullen we ook over de grenzen kijken, en niet enkel in Nederland. Voka staat voor gerichte economische migratie. Maar laat ons eerst vissen in de nog grote lokale vijver.”

Bram: “Wie bijvoorbeeld een STEM-richting heeft gevolgd, kan perfect aan de slag in de haven.”

Arne: “Een van de acties die we zullen organiseren, is het format van Jobdreamday naar de haven brengen, waarbij we Gentse scholieren die binnenkort afstuderen, in contact brengen met havenbedrijven.”

Mikken jullie daarnaast in eerste instantie op werkzoekenden om al die vacatures in te vullen?

Arne: Jazeker. Wist je dat er voor maar liefst 70 procent van de jobs in ons havengebied geen diplomavereiste is? Dat blijkt uit een Voka-VeGHO bevraging.”

Bram: “In onze fusiehaven is men bewust bezig met de omslag naar duurzaamheid in producten en processen. Er zijn letterlijk en figuurlijk veel duurzame jobs, jobs die niet zomaar zullen verdwijnen, maar blijven bestaan in de toekomst.”

Arne: “Veel havenbedrijven zijn ook vooruitstrevend in hun HR-beleid, dat blijkt uit onze lerende netwerken. De bedrijven dragen echt wel zorg voor hun werknemers.”

Moeten we ook niet mikken op die tienduizenden inactieven voor de invulling van vacatures?

Arne: “Laat ons eerst focussen op de 14.000 ingeschreven werkzoekenden. Gent kent nu een werkzaamheidsgraad van 73%, dat moet nog hoger.”

Bram: “Soms lopen onze standpunten op vlak van activering niet gelijk met Voka, maar ik zoek als schepen steeds naar een gemeenschappelijke agenda waarbij we samen

doelstellingen kunnen bepalen om toch vooruit te gaan. Het Arbeidspact is daar een concreet voorbeeld van, North Sea Port Talent evenzeer. Wat de werkzaamheidsgraad betreft, zitten we met Gent boven het gemiddelde van de centrumsteden, alvast een sterke evolutie.”

Arne: “We zullen ook een antwoord moeten bieden op de grote pensioneringsgolf in de haven. De leeftijd waarop mensen uitstromen, is nog altijd te laag. Er zijn via SWT nog te veel achterpoortjes. We moeten langer aan de slag blijven, maar bedrijven zullen ook moeten zien hoe ze mensen langer werkbaar aan de slag kunnen houden.”

Bram: “Het feit dat er zoveel langdurig ziek uitvallen, is ook een signaal, laat ons nog sterker samenwerken om perspectief op de arbeidsmarkt (terug) mogelijk te maken.”

Wat het opleidingsluik betreft binnen North Sea Port Talent, hoe zien jullie dit concreet?

Arne: “Laat ons duidelijk zijn: we worden geen opleidingscentrum maar zullen aan opleidingscoördinatie doen. Er bestaan heel veel initiatieven, maar er is geen overkoepelend overzicht. We willen op dat vlak een onestopshop zijn voor bedrijven. Door in kaart te brengen wat de meest gezochte profielen zijn en welke opleidingen er al bestaan, zullen we zowel aan de opleidingscentra als aan de bedrijven laten weten waar ze concreet moeten in investeren. Wist je dat één op de vier bedrijven in de fusiehaven een eigen academy of opleidingscentrum heeft? Bijna elk bedrijf staat open om zijn kennis te delen met andere bedrijven.”

Wanneer zal North Sea Port slagen in zijn opzet?

Bram: “Als we niet meer nodig zijn, dus onszelf overbodig kunnen maken, dan stoppen we ermee.”

Arne: “Dit project zal moeten groeien. Eerst moet elk bedrijf in de haven North Sea Port Talent leren kennen. We hebben nu een aanvraag voor een internationale vzw ingediend. Er is net een vacature uitgeschreven voor een directeur die aan het hoofd komt van dit uniek samenwerkingsverband. We zullen ook middelen aanvragen bij Interreg. Vanaf 1 januari 2024 willen we dan full gas gaan.”

FACILITEERT OPERATIONELE WERKING VAN NORTH SEA PORT TALENT

“Via partnerschap vacatures sneller kwalitatief invullen”

Vacatures die moeilijk ingevuld geraken: zeker bij havenbedrijven is het een oud zeer waarvoor tot nu toe geen passende remedie is gevonden. Met North Sea Port Talent is er een nieuw, dynamisch initiatief om die noden in de havens van Gent, Vlissingen en Terneuzen sneller op te vangen. VDAB Oost-Vlaanderen speelt een leidende rol in deze nieuwe internationale vzw, waarvoor ook Stad Gent, Voka, UWV (de Nederlandse VDAB) en North Sea Port zich hebben geëngageerd.

“We voelden ons al langer aangesproken door de verzuchtingen van de HR-diensten van havenbedrijven”, zegt Freddy Van Malderen, directeur van VDAB Oost-Vlaanderen. “Aangezien we met Aviato al een aangepaste dienst hebben die kwaliteitsvolle en duurzame jobs op en rond Brussels Airport invult, groeide het idee om iets gelijkaardigs voor North Sea Port op te zetten. Mede dankzij de dynamiek die gegroeid is door het opzetten van het Arbeidspact bij het begin van de huidige legislatuur, toonden heel wat partners het noodzakelijke engagement om een gezamenlijk initiatief voor havenjobs mogelijk te maken. Na diverse studies heeft dat recent geleid tot de opstart van een internationale vzw. We hebben hiervoor steun van Interreg Vlaanderen-Nederland aangevraagd en krijgen normaal ook fondsen via onze partners.”

TOEGEWIJD TEAM

Het initiatief loopt parallel met belangrijke veranderingen binnen de werking van VDAB. “Zowel voor North Sea Port als voor Port of Antwerp-Bruges, hebben we een havenstrategie uitgedokterd die helemaal in lijn is met de herdefiniëring van onze dienstverlening voor werkgevers”, vult Bart Bruneel, manager Transport, Logistiek & Haven bij VDAB Oost-Vlaanderen, aan. “De nieuwe, proactieve benadering zal nadrukkelijk afgestemd zijn op de huidige knelpuntberoepen. Specifiek voor de haven, hebben we een toegewijd team (drie arbeidsbemiddelaars en één accountmanager) aangeworven, dat deze strategie in de praktijk zal ontplooien.”

Daarnaast creëert VDAB, samen met zijn Nederlandse tegenhanger binnen het partnership North Sea Port Talent, een jobplatform waar

INCLUSIEVE ARBEIDSMARKT

alle vacatures uit North Sea Port op zullen worden gecentraliseerd. “Door het partnership én de bundeling van de databanken, kunnen we een veel groter bereik creëren.”

Tegelijk nodigen de partners van North Sea Port Talent de havenbedrijven uit om open kaart te spelen over hun toekomst. “Het is cruciaal dat wij weten welke profielen de ondernemingen in de toekomst nodig zullen hebben. Op die manier kunnen we de aanzienlijke kloof die er is tussen het beschikbaar arbeidspotentieel en de noden van de ondernemingen, verkleinen. Via onze beroepsopleidingen, een pijler waar talrijke andere Europese arbeidsbemiddelingsdiensten ons om benijden, kunnen we zo gericht mogelijke, boeiende opleidingen aanbieden die de kortste weg naar werk vormen”, vervolgt Freddy Van Malderen.

VDAB gelooft er rotsvast in dat het partnership voor North Sea Port Talent toelaat om veel toegevoegde waarde te creëren. “Kijk, er zijn geen witte raven meer en je mag van dit initiatief geen wonderen verwachten. Toch is het mogelijk om, onder meer via werkplekleren, het potentieel te benutten van veel mensen die nog een bepaalde afstand tot de reguliere arbeidsmarkt hebben én van anderstaligen wiens talenten we momenteel onvoldoende aanspreken. Op die manier kunnen we verder in de richting van een inclusieve arbeidsmarkt evolueren.”

www.vdab.be

VDAB

Directeur Freddy Van Malderen en manager Transport, Logistiek & Haven Bart Bruneel van VDAB Oost-Vlaanderen

Ombouw ring R4: vier quickwins voltooid, 12 grote werven met gedoseerde hinder op komst

Aannemers lopen zich warm maar het grote werk begint medio 2025

Zijn er nog grote infrastructuurprojecten mogelijk in Vlaanderen?

In ons magazine van maart 2023 kon u lezen hoe moeizaam en stroef vergunningen worden verleend. Ook voor de overheid zelf is het een moeilijk te nemen hindernis.

In en rond Gent wordt uitgekeken naar het echte startsein voor het project R4WO – na de Oosterweelverbinding – het grootste infrastructuurproject van het land waarvan de voltooiing voorzien wordt tegen 2030. Voor de ombouw van de R4 tot een vlotte en veilige ringweg langs beide oevers van het kanaal GentTerneuzen wordt een budget uitgetrokken van ruim 750 miljoen euro. Vandaag is het verkeer op de R4 tussen Gent en Zelzate veilig noch vlot want gestremd door talrijke kruispunten met verkeerslichten. Ook de fietsinfrastructuur wordt grondig aangepakt; verduurzaming van de mobiliteit is immers een andere hoofddoelstelling van R4WO. Concreet wordt het aantal knooppunten die toegang geven tot de R4 verminderd. Het zwaar verkeer zal uit de woonkernen worden geweerd; de dorpscentra worden beter en vooral veiliger met elkaar verbonden.

Een megadossier zoals R4WO op de rails zetten, vergt een gigantische voorbereiding. Die begon reeds in 2014 met de start van de studie, maar liep sindsdien vertraging op. “In oktober hopen we het hele dossier rond te hebben en kan het naar de Vlaamse regering voor goedkeuring. Die verwachten wij tegen februari 2024”, zegt Nico Rottiers, technisch projectleider bij De Werkvennootschap.

Gentse ‘werf van de eeuw’ telt 16 delen

Op de R4 worden niet minder dan 16 knooppunten omgebouwd; vier ervan behelzen snelle en ‘eenvoudig’ uit te voeren werken die eind 2023 al worden afgerond. De twaalf overige delen zijn complexer. Hiervoor dienen een aantal voorbereidende werken uitgevoerd aan nutsleidingen. De eigenlijke ombouwwerken starten in 2024 – parallel aan de nutswerken – en lopen dan verder tot 2030.

De werken worden opgedeeld in vier grote zones: (1) Evergem, (2) Wondelgem, (3) Wachtebeke en (4) St.-Kruis-Winkel/ Oostakker.

Vier snelle werken (zie kaart knooppunten p. 35)

de bouw van drie fietsbruggen op de R4 West (knooppunten 2, 3 en 9) Afgewerkt

omvorming van het kruispunt aan EuroSilo op de R4 Oost tot een turboverkeersplein (knooppunt 18). Afgewerkt

Twaalf grote werven

Op de R4 West 6 kruispunten: Riemesteenweg (knooppunt 1), Drogenbroodstraat (knooppunt 4), Elslo (knooppunt 5), Langerbrugsestraat (knooppunt 6), Zeeschipstraat-Evergemsesteenweg (knooppunt 7) en de Gaverstraat (knooppunt 8).

Op de R4 Oost

6 kruispunten: Wachtebeke (knooppunt 12), St.-Kruis-Winkeldorp (knooppunt 13), Moervaart Noord (knooppunt 14), Moervaart (knooppunt 15), Energiestraat (knooppunt 16), F.N. Piratenstraat (knooppunt 17)

Twee initieel voorziene werven botsten op een njet van het gemeentebestuur van Zelzate: hiervoor werd geen vergunning afgeleverd. Deze zone hoort niet meer tot het project R4WO en ligt opnieuw ter studie binnen het project ‘Gentse Kanaalzone’ dat door de provincie wordt geleid.

Met het project R4WO wordt de R4 West en Oost in vier gemeenten omgebouwd tot een primaire weg: Gent, Evergem, Zelzate en Wachtebeke. De weg- en fietsinfrastructuur tussen de Brugsevaart (N9) in Wondelgem

en Zelzate (R4 West), en tussen het kruispunt aan ‘Euro-Silo’ en Zelzate (R4 Oost) wordt sterk verbeterd. In totaal gaat het om 30 km primaire weg en 22 km fietssnelweg.

Vergunningen, finaal contract en Vlaams fiat

Het hele project voor de ombouw van de R4 gaat later van start dan oorspronkelijk voorzien.

Nico: “Vanuit De Werkvennootschap hadden wij een referentieontwerp gemaakt, op basis waarvan vergunningen werden aangevraagd en verkregen. In de aanbestedingsprocedure kregen de kandidaat-aannemers de mogelijkheid om het referentieontwerp verder te optimaliseren. In dat geval dienden zij zelf dan een nieuwe vergunningsaanvraag in te dienen. Dat is ook zo gebeurd met als logisch gevolg dat meer tijd nodig was voor extra overleg met alle vergunningverlenende

instanties en met stakeholders. De start is dan wel opgeschoven in de tijd maar de kwaliteit van het project is zeker nog verhoogd en de werken zelf zullen niet langer duren.”

De ombouw van de knooppunten kan pas starten als alle vergunningen, ook die voor de voorbereidende nutswerken, verkregen zijn. Dat is inmiddels grotendeels gebeurd. Het bekomen van de nodige vergunningen is ook voor de overheid zelf een complex en tijdrovend traject.

Nico: “Momenteel lopen de afrondende contractbesprekingen met BRAVO-4 – de voorkeursbieder – en vervolgens wacht het goedkeuringstraject bij de Vlaamse regering dat evenzeer een aantal stappen telt en 4 tot 6 maanden duurt.”

Nico Rottiers, technisch projectleider bij De Werkvennootschap

Vanaf 2024 kan BRAVO-4 aan de slag maar de echte aanvang van grootschalige werken volgt pas in 2025, nadat de nutsmaatschappijen voldoende ver gevorderd zijn. Ook voor deze ‘verplaatsingswerken’ lopen momenteel de vergunningsaanvragen.

Nico: “De ontwerpen zijn gemaakt, de aannemers hiervoor staan klaar, de gestuurde boringen zullen ook eerstdaags kunnen beginnen. Het schema van de verplaatsingen van de nutsleidingen bepaalt de timing van de eigenlijke ombouwwerken.”

Gecontroleerde hinder voor bedrijven

Tijdens de eerste fase van de werken, tot midden 2025, verwacht De Werkvennootschap geen echt grote

hinder voor de mobiliteit op de eigenlijke R4. Wel zullen zijwegen en aansluitingen van de ringweg op bepaalde tijdstippen, lokaal, worden afgesloten.

Nico: “Dat is nu al het geval bijvoorbeeld voor de aanpassingswerken ter hoogte van Knippegroen. Bedrijven in die buurt moeten plaatselijk rondrijden.”

Maar De Werkvennootschap zal er over waken dat bedrijven maximaal bereikbaar blijven tijdens de werken. Dat betekent zoveel als mogelijk de R4 op 2x2 rijvakken houden en de verbindingen met de R4 zoveel als mogelijk open houden. Anderzijds hoopt het coördinatieorgaan wel op begrip voor eventuele lokale omleidingen of vertraging in het verkeer.

Grootste uitdagingen

Een aandachtspunt in het project R4WO (en wellicht bij vele volgende infrastructuurprojecten in Vlaanderen) is de aanwezigheid van PFAS. Op het tracé van de R4 zijn twee sites in dit verband reeds gekend.

Vanuit technisch oogpunt is de moeilijkste knoop het ‘kruispunt Brico’ (knooppunt 7) in Wondelgem. Nico Rottiers: “Wij bouwen een tunnel van 330 meter onder deze complexe knoop met spoorwegbrug, een plaats waar ook een tramlijn de R4 kruist. Door de hoge grondwaterstand en het ontbreken van een waterdichte laag moeten hier diepe beschoeiingen geplaatst worden. Uitdaging wordt om de tramlijn zo kort mogelijk te onderbreken en ook het vernieuwen van de spoorwegbrug mag slechts voor een minimale onderbreking van de treindienst zorgen.”

Het is onvermijdelijk dat de werken aan de ombouw van de R4 zullen zorgen voor verkeershinder en/of lawaaihinder in bepaalde periodes. Op de vraag of er voor bepaalde zones met veel bedrijfsactiviteiten bijzondere informatierondes zullen worden georganiseerd, antwoordt Nico Rottiers bevestigend: “Zeer zeker, indien hiervoor voldoende interesse bestaat kunnen wij dit bekijken. Specifieke infosessies maar ook gerichte digitale infobrieven – per zone of bedrijventerrein – zijn mogelijk.”

Nu al is het uitkijken naar het eindresultaat; de Gentse ringweg zal substantieel veiliger en vlotter worden. Daar kunnen de bedrijven, hun klanten en werknemers alleen maar voordeel bij hebben.

Probleem of vraag?

Zo krijg je snel een antwoord Ervaart of verwacht jouw bedrijf een specifiek probleem, neem dan contact op via info@r4wo.be of tel. 0800 202 39

Sint-Kruis-Winkeldorp

Gentse werf van de eeuw: ombouw 16 knooppunten. Knooppunt 10 & 11 botsten op een njet van het gemeentebestuur van Zelzate en liggen opnieuw ter studie.

Zij timmeren aan de weg

In juli 2021 sloot De Werkvennootschap een DBFM-overeenkomst af met het aannemersconsortium BRAVO4 voor de werken aan de R4.

De Werkvennootschap

De Werkvennootschap is een organisatie van de Vlaamse regering om grote en complexe mobiliteitsprojecten van de Vlaamse overheid sneller en geïntegreerd aan te pakken. Het vehikel is een doorstart van Via-Invest en bundelt kennis en expertise die groeide binnen de Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) en het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV).

Aanvankelijk zou De Werkvennootschap focussen op de verbreding van de Brusselse ring, maar ze groeide snel uit tot de spil in alle grote Vlaamse infrastructuurwerken zoals de coördinatie van de renovatie aan het viaduct van Vilvoorde, de werken aan de N60 in Ronse en het verhogen van de bruggen over het Albertkanaal.

Haar rol bestaat erin om de noodzakelijke studies, participatieen communicatiebegeleiding op te starten in nauw overleg met AWV en het Departement Omgeving van de Vlaamse overheid.

Bij De Werkvennootschap zetten financiële, juridische en technische profielen samen hun schouders onder omvangrijke mobiliteitsproblemen. Naargelang de noden van de projecten worden de beste experten in huis gehaald.

DBFM-overeenkomst

Bij een DBFM-overeenkomst zorgt de aannemer voor het ontwerp (Design), de bouw (Build), de financiering (Finance) en het onderhoud (Maintain) van het infrastructuurproject voor een periode van 30 jaar. Dergelijke publiek-private constructies zijn een win-win voor alle partijen. Een recente realisatie onder deze vorm was de aanleg van de A11 (Zeebrugge).

Voor het ontwerp, de uitvoering, de fasering en de MinderHindermaatregelen worden specifieke eisen opgelegd.

BRAVO4

De voorkeurbieder voor de ombouw van de R4 is een consortium bestaande uit:

de aannemingsbedrijven Besix en Stadsbader

het Belgisch-Nederlands fonds voor infrastructuurinvesteringen Epico (PMV en Rebel)

het Nederlandse advies- en investeringshuis Rebel

I4B, het Belgische Infrastructuurfonds (AG Insurance, FPIM, Synatom)

Voor het design werkt BRAVO4 samen met Tractebel, Ney en partners en Omgeving.

Finlandstraat 5A, Haven 8000C, 9940 Evergem Tel. 09 255 53 33 - Fax 09 255 53 39

E-mail info@statamat.be www.statamat.be

Kwaliteitsvolle en innovatieve producten

Onderhoud en hertesten

Opleiding en advies

Studie, planning, uitvoering en dienst na verkoop

Oplossingen in brandbeveiliging

• Het is Statamat’s ambitie om een oplossing te bieden aan al uw problemen in brandbeveiliging. Daartoe volgen wij steeds de nieuwe ontwikkelingen, producten en technieken van dichtbij op.

• Wij besteden veel aandacht aan certificering en kwaliteit van onze producten en diensten, kwaliteit en installatiegemak van producten, beheerssoftware voor klant, installateur en gebouwenbeheerder en evalueren deze continu.

• Onderhoud en controle van alle brandbeveiligingstechnieken;

• Hertesten en herconditionering van CO2-flessen, ademlucht– en duikflessen.

• Eigen studiedienst voor projecten in het ontwerpen en berekenen van detectie-, RWA– en blussystemen

• Goed opgeleide technici, dus bevoegde personen, die instaan voor een vlekkeloos onderhoud van apparaten en systemen

• Basisopleiding brand, theorie en praktijk;

• Opleiding op maat, advies in signalisatie en evacuatieplannen.

Het overzicht kwijt?

In de omgeving van de wegenwerken in het kader van R4WO zijn ook andere overheden aan de slag. Vooral in het noorden van Gent, tussen Dampoort en Zelzate, lopen heel wat werven op hetzelfde moment.

Waar gewerkt wordt en welke hinder je kan verwachten lees je op www.gentopweg.be.

Blijf geïnformeerd en… bereikbaar

De uitgebreide webstek www.R4WO.be biedt een massa informatie over het megaproject dat de havenzone de komende jaren in de ban houdt.

Onder ‘documenten’ vind je heel nuttige ‘bereikbaarheidsfolders’ die precies aangeven welke hinder te verwachten valt voor elk vervoersmiddel (auto, vrachtwagen, fiets, openbaar vervoer), tijdens de uitvoering van een welbepaald wegenwerk. Van zodra meer details gekend zijn over de precieze timing van de werken en de bijhorende impact op verkeer, wordt dit op deze website aangevuld.

Op deze website kan je je ook aanmelden voor de nieuwsbrieven van R4WO.

Onze architectenpraktijk focust zich op industriële gebouwen, kantoren en kmo’s.

Onze beste reclame zijn de vele klanten die we hebben in de haven van Gent

Format Architecten wil bedrijven en studiebureau’s zo goed mogelijk mee ondersteunen in hun projecten en ambities. We willen een ankerpunt zijn voor de bedrijven in North Sea Port.

Bij ons kan je terecht voor:

Ondersteuning bij eender welk stedenbouwkundig luik dat gekoppeld is aan een milieuvergunning.

Diverse kleinere werken vanuit een facilitaire insteek. Zoals vernieuwen van een sanitaire cel, kleedkamers, werkplaatsen, buitenverhardingen, plaatsen van silo’s …

Kleine industriële gebouwen die rond de installatie van een nieuwe machinale lijn geplaatst worden.

Labo’s in de petrochemische sector.

Bouw van een nieuwe productie-unit.

Globale opvolging van jullie masterplan.

Onze beste reclame zijn de vele klanten die we hebben in de haven van Gent

Ons 7-koppig team staat klaar om jullie te ondersteunen met een pragmatisch behulpzame aanpak.

Dok Noord 4D/002

B-9000 Gent

t: 0486 27 52 84

e: edwin@formatarchitecten.be

w: www.formatarchitecten.be

Werk voor de boeg

Het Amerikaanse chemiebedrijf

KRONOS is sinds 1954 actief in de Gentse haven en produceert er jaarlijks zowat 90.000 ton hoogwaardig titaandioxide (TiO2), een kleurstof die zorgt voor heldere, ondoorzichtige en glanzende verf, plastics, coatings, cosmeticaproducten, inkt en papier. De stof wordt ook verwerkt in bouwmaterialen en zelfs in levensmiddelen en tandpasta.

Om in te spelen op de groeiende vraag naar kunststof investeerde het bedrijf de jongste jaren fors in de uitbreiding van de productiecapaciteit – van 85.000 naar 120.000 ton – en in energierecuperatie. De onderneming telt 300 werknemers.

De fabriek langs de linkeroever van het kanaal Gent-Terneuzen is goed toegankelijk voor de aanvoer van grondstoffen en energie.

KRONOS maakt gebruik van het spoor voor goederenvervoer. Jaarlijks zijn er zowat 220 inkomende wagons en verlaten er 80 de fabriek. Hiervoor doet het beroep op Lineas, de enige spoorwegonderneming in Gent.

Lineas is met een omzet van 500 miljoen euro en 2.100 medewerkers, de grootste private spoorwegonderneming van Europa. Het bedrijf met hoofdzetel in Brussel, is de erfgenaam van het verlieslatende overheidsbedrijf B-Logistics. Lineas coördineert operaties in heel Europa en zet hiervoor 250 locomotieven en 7.000 goederenwagens in.

Vandaag wil Lineas een solide, private en competitieve logistieke partner zijn voor haar klanten. Voor bedrijven die slechts beperkte volumes (SWL: Single Wagon Load) langs het spoor vervoeren – dus geen hele treinen – is

die ambitie nog niet echt geslaagd volgens Peter De Lombaerde, diensthoofd inkoop en materiaalbeheer bij KRONOS EUROPE: “Voor ons is er geen probleem met de spoorinfrastructuur in de haven, wel met het aanbod aan vervoerdiensten. KRONOS is met één wagon chloor per dag niet echt een sexy klant voor Lineas. In ons geval is het uitgaand vervoer over de weg zelfs goedkoper dan via het spoor. Het is voordeliger om drie vrachtwagens uit te sturen dan één treinwagon (het equivalent) en in vele gevallen betrouwbaarder op gebied van aankomst bij de klant.”

Lineas verhoogde de prijzen met 14 procent en gaf ter verantwoording onder meer de ingebruikname van het nieuw eigen softwareprogramma MyLineas. Daarmee kunnen klanten hun wagons in realtime volgen, een opgemerkte vernieuwing in de eerder traditioneel georganiseerde sector van het

“Spoorvrachtverkeer blijft te duur en onvoorspelbaar voor kleine gebruikers”

spoorvrachtvervoer. De nieuwe software moet tevens de voorspelbaarheid verhogen. Die verhoogde betrouwbaarheid kost blijkbaar geld maar net op dat vlak schort er een en ander, meent KRONOS.

Peter: “Lineas is de enige spoorwegoperator in de haven. De vroegere dagdagelijkse bediening werd terug gebracht naar driemaal per week. Bovendien is er een probleem met de betrouwbaarheid; we waren zelfs ooit eens een wagon gedurende zes maanden kwijt.”

De manager van KRONOS merkt op dat de overheid wel een meer duurzaam transport promoot, maar niet voorziet in een concurrentieel aanbod. Daarom stak een groepje van betrokken Gentse havenbedrijven (spoorwegklanten EOC, Eastman…) i.s.m. North Sea Port de koppen bij elkaar.

Peter: “Er is een marktstudie in voorbereiding aan de UGent en ondertussen hebben wij gezamenlijk een brief gestuurd naar de federale minister van Mobiliteit, Georges Gilkinet. Wij hopen dat ons initiatief iets in beweging zet want zoals het spoorvervoer ons vandaag bedient, is het een element die onze concurrentiepositie eerder verzwakt dan versterkt.”

Zonder overheidssteun is vervoer van kleine volumes via het spoor niet rendabel

Het vervoer van kleine volumes vracht via het spoor is duur en niet concurrentieel, vergeleken bij het wegvervoer.

De problematiek is bekend en ook de spooroperatoren waaronder Lineas zijn zich bewust van de uitdaging. Omdat het transport van goederen via één wagon of via een beperkt konvooi, zonder financiële stimulans niet rendabel is, keurde de federale overheid in het voorjaar een ‘steunregime voor het verspreid spoorvervoer’ goed. Duurzaamheid mag een prijs hebben.

Het budget van 15 mio euro is evenwel erg nipt en zette de operatoren aan om de dienstverlening te evalueren en de prijzen te verhogen.

Bedoeling is om de steunmaatregel ook in 2024 en 2025 aan te houden.

De federale regering wil het goederenvolume op het spoor tegen 2030 verdubbelen.

© Infrabel - Laurent Van Krinkelen

UZELF

Zelfs de krachtigste computer heeft vroeg of laat updates en upgrades nodig. Steeds sneller evoluerende technologieën dwingen ons voortdurend bij te scholen.

UGain, de UGent Academie voor Ingenieurs, kan u daarbij helpen.

Onze opleidingen, gebaseerd op de meest recente evoluties en wetenschappelijk onderzoek, zullen u in staat stellen een krachtig antwoord te geven op de uitdagingen van de 21ste eeuw.

Investeer in jezelf, investeer in de toekomst, surf naar ugain.ugent.be voor ons actueel aanbod.

ONTDEK ONS AANBOD

Postacademische Opleidingen voor Professionals

- Lean & Leiderschap

- Energy & Power management

- Productontwikkeling

- Milieutechnologie

- Data Science

- Bouwkunde

- Food technology

De ring sluiten met een

Sifferverbinding

Met de Sifferverbinding wordt het sluiten van de Gentse R4 aan de noordzijde bedoeld. Dat wil zeggen dat het punt Oostakker en het punt Wondelgem met elkaar verbonden worden. Nu moet men 30 km omrijden via Zelzate of door het woongebied van de zuidelijke havenontsluiting rijden. Voor vlot verkeer van oost naar west is die ontsluiting erg belangrijk. Voka-VeGHO wil een efficiënte ontsluiting van beide oevers van het kanaal. In het beste scenario is die ontsluiting een tunnel onder de dokken. Andere oplossingen moeten volgens ons ook onderzocht en getoetst worden op effect en haalbaarheid. We vragen de overheid om een studie op te starten die de kosten en economische baten analyseert van zo’n verbinding.

Werk voor de boeg

Bedrijfszekere loodsen

Loodsen zijn een integraal en belangrijk onderdeel van de nautische keten, zodat goederen veilig op hun bestemming komen. In het Gentse deel van North Sea Port is er echter een structureel nijpend tekort aan loodsen, terwijl de vergrijzingsgolf in het loodswezen nog aan snelheid wint en de krapte op de arbeidsmarkt ook voor deze beroepsgroep speelt. Daarnaast is de Vlaamse loodsdienst, vergeleken met andere havens, minder beschikbaar en gaat ze gebukt onder rigide werkstructuren met erg complexe dienst- en beurtregelingen. Gelet op hoe onmisbaar beloodsing vaak is, is een loodsenapparaat dat bedrijfszeker is een voorwaarde waarop geen compromissen mogelijk zijn.

Grotere (zee)schepen naar Gent halen

Om als havenbedrijf competitief te blijven met bedrijven in het buitenland, is de efficiëntie van het goederentransport een cruciaal element. Dat geldt voor alle vervoersmodi, inclusief zeevaart. Grotere schepen naar het Gentse deel van North Sea Port krijgen, is dan ook een belangrijk element binnen de internationale concurrentiestrijd van de ondernemingen. De nieuwe sluis die volgend jaar, in 2024, in Terneuzen opgeleverd wordt, is daarin een belangrijke, onmisbare eerste schakel. Toch is er nog meer nodig voor we grotere zeeschepen in Gent kunnen verwelkomen. Eenmaal de sluis afgewerkt is, komt de Zelzatetunnel in beeld. Die is sowieso in de laatste fase van haar levensduur en moet vervangen worden. Bij die vervanging moet er ver vooruit gedacht en ontworpen worden. De nieuwe tunnel moet dieper komen te liggen, zodat schepen tot 15 meter diepgang door het kanaal kunnen varen. Naast de tunnel moeten er ook werken aan het Kanaal Gent-Terneuzen zelf gebeuren, zoals de uitdieping en een aantal oever- en hoekaanpassingen.

Tonnen ervaring in het behandelen van elke maritieme goederenstroom

Geregeld zetten we een Voka-VeGHO-lid uit North Sea Port in de schijnwerpers. Deze maand: stouwer Stukwerkers, het bij uitstek oudste bedrijf in de fusiehaven dat steeds de blik op morgen werpt.

Stukwerkers in cijfers

5 terminals in North Sea Port

6 km kaai

500.000 m2 buitenopslag

100.000 m2 warehouses

Wat doet jullie bedrijf en wie zijn jullie klanten?

Sam De Wilde: “Stukwerkers is in de eerste plaats een stouwer, wat wil zeggen dat we schepen laden en lossen, treinen en vrachtwagens behandelen en ook binnenen buitenopslag doen van de goederen. We hebben in totaal 5 terminals in North Sea Port. In deze terminals behandelen we onder andere bulk (meststoffen), breakbulk (staal, hout, projectcargo), containers en automotive. Daarnaast heeft de groep ook een eigen Agentuur, wat wil zeggen dat wij ook alle planning wat betreft de aanloop van schepen (sluisplanning, beloodsing, papierwerk) en de douaneformaliteiten voor onze klanten kunnen afhandelen.”

Sinds wanneer zijn jullie gevestigd in North Sea Port?

“De naam Stukwerkers werd voor de eerste keer schriftelijk vermeld in 1338. De Stukwerkers waren vroeger de (exclusieve) behandelaar van stukgoed in Gent en evolueerden mee met de stad. De behandelingen vonden bijvoorbeeld vroeger plaats aan de Korenlei, de Coupure en de Lieve en later het Houtdok. Toen het kanaal Gent-Terneuzen er kwam, groeide Stukwerkers mee uit tot het bedrijf dat we vandaag zijn, met terminals aan het Grootdok, Sifferdok, Mercatordok en Kluizendok. Waar De Stukwerkers vroeger een ‘natie’ waren en alle medewerkers ook

vennoten waren, is het bedrijf nu reeds vele jaren in de handen van één familie.”

Hoeveel werknemers telt het bedrijf (FTE’s)?

“Er werken iets minder dan 50 vaste werknemers bij Stukwerkers, maar we werken uiteraard ook met havenarbeiders. Havenarbeiders zijn geen directe werknemers van het bedrijf, maar worden ‘ingehuurd’ per dag van de centrale poule havenarbeiders die door alle werkgevers in de haven samen bestuurd wordt (CEPG). Bij Stukwerkers worden er op dagbasis 60 à 100 havenarbeiders ingezet.”

Wat is de voornaamste investering van de voorbije vijf jaar?

“Het beheren van terminals is een erg kapitaalintensieve activiteit. Zo dienen we met regelmaat te investeren in kranen, machines voor horizontaal transport, bevloering en loodsen. De meest recente investeringen zijn enkele reachstackers voor containerbehandeling, een set van 4 transportbanden en zonne-energie op ons hoofdkantoor.

Verder investeren we continu in de ontwikkeling van ons IT-systeem, wat ons in staat stelt om alle bewegingen live te kunnen registreren en dit zichtbaar te maken voor onze klanten, wat voor stukgoedbehandeling niet evident of gebruikelijk is. We evalueren

continu hoe we verder alles kunnen integreren en vereenvoudigen. Als bedrijf met een rijke geschiedenis zijn we er ons sterk van bewust dat stilstaan achteruitgaan is.”

Wat is de voornaamste investering op til in de nabije toekomst?

“Zeer binnenkort starten we met de heropbouw van een nieuwe bulkloods, nadat we een grote brand hadden in januari 2022. Dit is een erg stevige investering, zeker omdat we naar brandveiligheid en brandwerendheid een stuk verder gaan dan de wettelijke verplichtingen.

Verder zitten er nog verschillende investeringen in het verschiet, waarover wij ten gepaste tijde zullen communiceren.”

Wat is de grootste troef van North Sea Port voor jullie?

“De grootste troef van North Sea Port is dat we een havenautoriteit hebben die meedenkt met de ondernemingen. De schaalvergroting zorgt ook voor een verdere professionalisering.”

Wat is het grootste werkpunt voor de fusiehaven?

“Zoals steeds bij groei, is het de grootste uitdaging om de sterktes van voorheen niet uit het oog te verliezen. Maar zoals aangegeven loopt dit voorlopig wat ons betreft erg goed.”

SAM DE WILDE, HEAD OF STUKWERKERS GROUP

Voka-VeGHO sterker in de haven dankzij:

Bedrijven verenigen in North Sea Port

“ We voorzien een end-to-end dienstverlening voor klanten met schepen die de haven aanlopen, van voor het schip in de haven is tot aan de locatie van de eindklant

Eén van de 5 terminals van Stukwerkers in North Sea Port.

Safety first, ook en vooral in de haven

G4S, een wereldwijd toonaangevende onderneming op vlak van veiligheid en bewaking, is ook in North Sea Port heel bedrijvig. Als Voka-VeGHO-partner houdt G4S constant de vinger aan de pols in de fusiehaven. Een dubbelgesprek met Peter Schautteet en Ann Knapen. onderhouden. We organiseren ook opleidingen in zowel safety als security, die we aanbieden in de markt, en dus ook in de haven. De havenomgeving laat ons toe om het hele palet van onze diensten aan te bieden.”

Ann is sales manager en verantwoordelijk voor o.a. de fire & safety afdeling binnen G4S. Die zet branden veiligheidswachten in om de veiligheid van de werknemer te garanderen als die bv. laswerken uitvoert of een machine herstelt. Peter is als business unit manager regional accounts in België verantwoordelijk voor alle regionale klanten binnen de statische en mobiele bewaking. Peter: “De statische bewaking is bij het ruime publiek meestal gekend als de portier die aan de poort zit, de bemanning van een meldkamer of een receptionist die ook securitytaken uitvoert. Binnen de mobiele bewaking zijn er twee poten. Onder de preventieve poot zitten de patrouilles die op wisselende tijdstippen een aantal veiligheidsrondes uitvoeren bij klanten. Daarnaast heb je de interventies na alarm, waarbij we reageren op een alarm dat binnenkomt via de alarmcentrale en dat via onze dispatching gestuurd wordt naar een mobiele patrouille die in de buurt is. Die gaat dan ter plaatse om vaststellingen te doen en verwittigt indien nodig brandweer en politie.”

G4S heeft daarnaast ook een poot met technische oplossingen, die zich vooral richt op elektronische beveiligingssystemen. “Vaak bieden we een veiligheidsoplossing aan die statische en mobiele bewaking combineert met technische systemen.”

Welke activiteiten ontplooien jullie in de fusiehaven?

Peter: “De voornaamste zijn de statische en mobiele bewaking. Maar wij bieden evengoed veiligheidsoplossingen aan, denk aan brand- en veiligheidswachten, waarbij we de materialen die daar voor nodig zijn zelf ontwikkelen, verkopen, verhuren en

Waarom zijn jullie partner geworden van Voka-VeGHO?

Peter: “Het is belangrijk om een stevig netwerk in de haven te hebben. Zo verkregen we ook een zitje in de Havenraad. Dit laat ons toe om constant op de hoogte te blijven van wat er leeft in de haven.”

Ann: “Ik neem vaak deel aan de port lunches in Gent die Voka Oost-Vlaanderen organiseert. Zo voel je wat er echt leeft, van een mobiliteitsproblematiek in de haven tot een parkeerissue bij een individueel bedrijf.”

Vele bedrijven kampen met een tekort aan talent. Hoe spelen jullie daar op in?

Peter: “Soms krijgen we aanvragen van klanten die niet meer puur security- of safetygericht zijn, gewoon omdat die bedrijven zelf ook de mensen niet meer vinden.

Ann: “Maar ook wij moeten soms keuzes maken. We zijn daarom minder actief in sommige andere sectoren maar de havens

en logistieke omgevingen blijven cruciaal voor ons.”

North Sea Port is, zoals alle havens, a port that never sleeps …

Peter: “Dat klopt, maar dat is nu eenmaal onze corebusiness, wij zijn het gewoon om 24 op 7 dienstverlening te voorzien, via onze mensen, middelen en meldkamers. Heel wat bedrijven in de haven zijn geconnecteerd op onze alarmcentrale. In de haven zijn er altijd een aantal factoren die je niet in de hand hebt, zoals bv. de weersomstandigheden of waterstanden. Dat vergt ook van ons een grotere flexibiliteit. Na 9/11 hebben de havenbedrijven hun veiligheidsgraad moeten verhogen (de ISPS-code werd ingevoerd.). Als het veiligheidsrisico door bepaalde omstandigheden verhoogt, moeten wij ons ook ad hoc kunnen aanpassen aan het verhoogde security level door bv. binnen de 3 uur extra mensen te leveren. Dat is uiteraard een uitdaging, maar dat is nu eenmaal onze job.”

Wil je ook partner van Voka-VeGHO worden?

Kun je iets bijbrengen in de havencommunity?

Zijn de bedrijven uit de haven een interessante doelgroep voor je bedrijf?

Contacteer Stefan Derluyn

All ready Electric

Zware ladingen. Geen uitstoot van uitlaatgassen.

De Volvo FM, FMX en FH Electric trucks elimineren de uitstoot van CO 2, minimaliseren geluid en luchtvervuiling en maken regionaal vervoer met hoge capaciteit mogelijk, ook in gebieden met strenge geluidsniveaus en emissievoorschriften. Om de overstap naar elektromobiliteit te vereenvoudigen, worden de trucks aangeboden samen met oplossingen voor het laden, routeen range planning, energiestatus en meer.

Volvo Trucks. Driving Progress

Volvo Trucks biedt volledig gamma motorisaties aan in serieproductie

Volvo Trucks België streeft ernaar om tegen 2030 meer dan de helft van zijn trucks op te leveren met een elektrische motor. Het bedrijf wil hierbij al zijn partners, leveranciers en klanten meenemen in deze duurzame ambitie. Het is een collectief verhaal op weg naar een emissieloze toekomst.

Shaping the world we want to live is al jaren de baseline van Volvo. “Alles wat we ondernemen, pinnen we aan deze ene zin vast. Wij willen mee vorm geven aan een wereld waar het ook voor onze kleinkinderen goed is om in te leven. Daarvoor hebben we iedereen nodig in onze waardeketen. Believers of non-believers, we moeten allemaal in die duurzame richting evolueren”, zegt Frank Kimpe, managing director Volvo Trucks Belux. “Willen we de Parijsakkoorden om de opwarming van de aarde te beperken tot anderhalve graad au sérieux nemen, dan moet de volledige value chain emissievrij zijn tegen 2050. Daarom hebben wij al beslist om vanaf 2040 geen oplossingen meer aan te bieden die rijden op fossiele brandstoffen.”

ONTZORGING

De fabriek in Gent is de grootste productiesite van Volvo Trucks met een jaarlijkse capaciteit van ongeveer 45.000 vrachtwagens. “We zijn de enige constructeur die het volledige gamma motoren aanbiedt in serieproductie. De elektrische trucks worden geassembleerd op dezelfde productielijn als de diesel- en LNG-trucks. Dit creëert een grote flexibiliteit om tegemoet te komen aan de vraag van de klanten naar verschillende varianten en eisen. De eerste stap is het detecteren wat de beste ontzorging is voor de klant in die transitie. Wij verkopen hen geen vrachtwagens tout court maar een totaaloplossing. We bekijken case per case en brengen verschillende parameters in kaart: wat is de gemiddelde lengte van de ritten, kan de truck zijn batterijen opladen bij de klanten, hoe vaak moet de chauffeur stoppen… dan bekijken we welke motorisatie het meest opportuun is. 45% van alle transport in Europa zijn ritten binnen de 300 km, perfect haalbaar voor een elektrische truck. Het is belangrijk om onze klanten die opportuniteiten te laten zien.”

CIRCULAIRE ECONOMIE

Om klanten over de streep te trekken richting elektrisch rijden worden de trucks aangeboden met een onderhoudscontract voor acht jaar, inclusief batterijgarantie. “De batterijpakketten komen uit de onlangs geopende batterijassemblagefabriek in Gent, die vlak naast de productielijn ligt. De kwaliteit is top. Als het rendement van de batterijen onder 80% zakt, vervangen we ze. Onze afdeling Volvo Energy bekijkt dan waar ze nog nuttig kunnen zijn. Zo dragen wij ons steentje bij tot de circulaire economie.” Frank Kimpe hoopt dat ook overheden actie ondernemen om de grote verschuiving naar elektrisch rijden te laten plaatsvinden. “Elk duwtje in de rug voor bedrijven die in de nieuwe technologie investeren is welkom. De capaciteit van het elektriciteitsnet vergroten en laadinfrastructuur voorzien, zijn in onze ogen een must om de transitie naar duurzame brandstof te versnellen.”

Drie stuurmannen

Volvo Trucks België wordt aangestuurd door drie personen die elk binnen hun lijn rapporteren aan de hoofdzetel in Zweden. Frank Kimpe is als managing director verantwoordelijk voor de commerciële activiteiten. Koen Leemans is plant manager van de Gentse fabriek en Peter Devos op zijn beurt runt de Service Market Logistics, de warehousepoot van o.a. Volvo Trucks.

Managing director Frank Kimpe aan een truck met elektrische motor

beslissingnemers in Oost-Vlaanderen met zakenmagazine Ondernemers

Onze dossiers in 2024

jan. Geen dossier

feb. Mobiliteit, logistiek & transport

Van hybride tot full electric: bedrijfswagens, fietsen, e-steps, vrachtwagens,... mrt. Vastgoed, kantoren, bedrijvencentra, industriebouw

Hoe timmert de bouw- en vastgoedsector aan de toekomst?

apr. Sales, marketing & communicatie

De nieuwste trends in verkoop, marketing, branding en communicatie

mei Welzijn, veiligheid & HR

Mensgericht ondernemen, een kwestie van gezond verstand

jun. Jubilee

Jarige Oost-Vlaamse bedrijven vieren feest

sept. Duurzaamheid & energie

Waarom duurzaam ondernemen meer dan ooit een license to operate is

okt. Havenspecial North Sea Port

Multimodaal en grensoverschrijdend: de troeven van onze fusiehaven

nov. Geen dossier

dec. Uitrusting op maat van jouw bedrijf

Alles wat je nodig hebt om je bedrijfsgebouw vakkundig in te richten

Treed in de voetsporen van onze andere adverteerders en plaats jouw advertentie in onze media. Voor prijzen, mogelijkheden en praktische info contacteer Rik Vyncke - Accountmanager Mediaregie | Gsm 0477 302 132 Rik.vyncke@voka.be | www.voka.be/oost-vlaanderen

“Terrawatt: industrieel erfgoed wordt broeihaard voor de vierde industriële revolutie in Gent”

Vanaf 2026 krijgt de Vynckier-site in Gent, met de kenmerkende Manchester-gebouwen, een nieuwe invulling. Projectontwikkelaar Revive zal de gebouwen aanpassen volgens de noden van de huidige industriële revolutie, maar met het volste respect voor de bestaande structuren.

“Vernieuwen, niet vernielen; met respect voor het verleden gaan we deze historische site weer nieuw leven inblazen en terug de plaats geven die het verdient in het Gentse ondernemingslandschap. Het wordt een moeilijke maar nobele oefening, een spreidstand tussen economische haalbaarheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Bij Revive zien we ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ niet als een holle slogan op onze website, maar als een verantwoordelijkheid in alle uitdagingen die wij aangaan als duurzame ontwikkelaar”, verduidelijkt project developer Isabelle Verhaert.

Revive legt zich al jaren toe op het opwaarderen van brownfields. “In onze eerste projecten mikten we daarbij op een hoofdzakelijk residentiële invulling, maar tegenwoordig evolueren we almaar nadrukkelijker naar stedelijke ontwikkeling met een gemengd gebruik. Op die manier creëren we levendige wijken”, zegt CEO Alexandre Huyghe. “Watt The Factory (hub voor technologische start-ups), Watt The Health (voor zorgen sportfuncties) en Watt The Firms (voor technologische scale-ups), die groenruimte delen met de buurt, zijn daar prima voorbeelden van. Op de Vynckier-site willen we een economische functie aan een maatschappelijke linken.” Zo zullen de ondersteunende functies op de site hier tevens een belangrijke rol spelen om de interactie tussen de verschillende bedrijven vorm te geven.

MASTERPLAN

De Manchester-gebouwen op de Vynckier-site zijn een van de meest beeldbepalende gebouwen in Gent, met een uniek industrieel verhaal. “Sinds de opstart als textielfabriek Parmentier, Van Hoegaerden & Co in 1860, maakte dit imposante terrein al elke industriële revolutie mee. Het Manchestergebouw Zuid werd opgericht door Pepyn in 1923. Er werden in dit gebouw nieuwe bouwtechnieken gebruikt zoals de betonnen vloeren met stalen kinderbalken en het is het eerste Manchestergebouw met een plat dak”, aldus Isabelle Verhaert. “Daar willen we nu op inpikken met een aanpak waar we een inspirationeel platform willen creëren voor ambitieuze ondernemers die willen

bouwen aan de toekomst op een plek met een verleden. Het masterplan is ontwikkeld samen met ORG Architecten en Altstadt Architecten.”

“Aangezien het terrein zich in een paarse zone bevindt, mikken we op een 100% economische ontwikkeling. We zullen de authenticiteit van de gebouwen in ere herstellen en tegelijk erg duurzame technieken toepassen, zoals circulair materiaalgebruik, zonnepanelen, warmtepompen en regenwaterrecuperatie. Dat past volledig bij onze ESG aanpak, waarbij we het collectief belang in onze projecten mede vooropstellen. Er komt ook een extra ontsluiting langs de Wiedauwkaai.”

TERRAWATT

In een eerste fase zal Revive het zuidelijke Manchester-gebouw omtoveren tot een plek waar technologische bedrijven via innovatie en digitale transformatie productiesystemen gaan ondersteunen en verbeteren.

“De maakindustrie evolueert naar een dienstensector, door implementatie van één of meerdere van negen technologische innovaties die de basis van Industry 4.0 vormen. Terrawatt kan daartoe bijdragen door de creatie van een ecosysteem waarbij geavanceerde ‘manufacturing’, productinnovatie, digitale transformatie, de groene transitie en innovatiemanagement hand in hand gaan. Er komen ook ondersteunende diensten (horeca, sport, terrassen, ontspanning, evenementen…) en een creatieve dynamiek tussen de vier niveaus van het gebouw, die zullen worden ontworpen volgens de specifieke noden van de gebruikers. Het talrijk aanwezige daglicht zal de oorspronkelijke elementen, vloeren, wanden en cargoliften sterk accentueren.”

De werken starten normaal begin 2024, de oplevering is voorzien voor het voorjaar van 2026.

Revive – Nieuwewandeling 62 – 9000 Gent

Revive.be – Vynckier.gent

©Rafaël Balrak

BOLCKMANS SCOORT OOK IN OOST-VLAANDEREN AL 50 JAAR ALS INDUSTRIEBOUWER

“Zelfs na de verkoop laten we onze klanten nooit in de kou staan”

Trots, kritisch en betrokken: het zijn drie kernwaarden die Bolckmans al een halve eeuw huldigt. Dankzij een duurzame en veilige aanpak staat het bedrijf voor liefst 70% terugkerende klanten.

“Onze dienst na verkoop speelt daar een cruciale rol in”, weet Nicolas Stas, commercieel manager voor Oost- en West-Vlaanderen bij de in Hoogstraten gevestigde aannemer.

Bolckmans is exact 50 jaar jong. De stallenbouw evolueerde enkele jaren later al snel naar magazijnbouw, vanuit het bewustzijn dat er in en om Antwerpen nood was aan veel meer dan louter agrarische accommodaties. “Op die manier ontpopte Bolckmans zich almaar nadrukkelijker tot een kwalitatieve industriebouwer”, verduidelijkt Nicolas Stas. “Gaandeweg specialiseerden we ons in de realisatie van kmo-gebouwen, kantoren, magazijnen, logistieke complexen, winkels en showrooms.”

COMBINATIE VAN MATERIALEN

Anno 2023 mag Bolckmans zich één van de grootste spelers in de haven van Antwerpen noemen. “Wat we in Antwerpen kunnen, kan perfect ook in andere provincies en in de havens van Gent en Zeebrugge. Dat doen we met 140 mensen, met een evenwichtige verdeling tussen arbeiders en bedienden. Zo beschikken we zelf over architecten, calculatoren en ingenieurs. Mede dankzij hun expertise hebben we alle knowhow in huis om met een combinatie van materialen (beton, hout en staal) onze projecten gestalte te geven, uiteraard met het volste respect voor het beschikbare budget en de wensen van de bouwheer. 70% van onze klanten doet trouwens voor meer dan één project beroep op ons.”

De 24/7-dienst na verkoop zit daar voor veel tussen. “Bij stormschade, schade door ongevallen of andere calamiteiten zoeken we altijd meteen naar een oplossing, ook als het probleem zich op een weekenddag stelt. We laten onze klanten nooit in de kou staan.”

BOUWTEAM

In North Sea Port realiseerde Bolckmans recent het nieuwe kantoor voor DFDS, een diepvriesloods voor Citrosuco en nieuwe magazijnen

en kantoren voor Terberg. Ook voor Ghent Coal Terminal realiseerde het al enkele mooie projecten.

“Bij voorkeur werken we in een bouwteam. Die aanpak is heel transparant voor de bouwheer en de architect. Je zit van in het prille beginstadium met alle betrokken bouwpartners rond de tafel en kan de neuzen direct in dezelfde richting laten wijzen. Wij werken het ontwerp uit in 3D en kunnen voor elk project al ‘virtual reality’ toepassen, wat extra ruimtelijk inzicht aan onze klanten biedt. Eens het project gegund is, werken we alles tot op bout- en moerniveau uit in een bouwkundig 3D-model, wat de foutenkans gigantisch reduceert.”

Als onderdeel van de Nederlandse ASVB-holding, kan Bolckmans terugvallen op extra financiële draagkracht en de expertise van de 22 andere bouwbedrijven binnen deze groep. “Gezien de huidige volatiliteit in de sector, is dat een cruciale troef. Daarnaast zijn wij grote voorstanders van een duurzame aanpak. Dat weerspiegelt zich onder meer in een sterke betrokkenheid, recyclage van werfafval en opleidingen over thema’s zoals CO2-neutraal bouwen. We komen bij de meest diverse bedrijven (automotive, farma, chemie en petrochemie, logistiek, retail…) over de vloer en zijn dan ook uitstekend vertrouwd met veilig werken. Het zit in ons DNA om die thema’s continu verder uit te diepen. Ook daarmee boezemen we onze klanten vertrouwen in”, besluit Nicolas Stas.

Commercieel manager voor Oost- en West-Vlaanderen Nicolas Stas

ATS HEEFT ZIJN MECHATRONICA PARADEPAARDJE IN GENTSE KANAALZONE

“Wij streven naar co-creatie met onze klanten”

Zowat 80% van alle bedrijven in de Gentse haven heeft al zaken gedaan met ATS. Beslist een mooi cijfer voor deze multidisciplinaire technologiegroep, die zowat alle industriële technieken onder zijn vleugels heeft. In de Gentse site zijn de mechatronica-expertises samengebracht en wordt er volop naar synergieën gezocht.

Naast de hoofdzetel in Merelbeke en een dertigtal andere sites, opende ATS in 2020 een plant aan de Langerbruggekaai. “Alle gebruikte technieken om het gebouw na het strippen up en running te maken dragen onze handtekening. Zowel ontwerp, uitvoering en beheer. Voor ons is het dan ook een demosite van 10.000 m². Noem het gerust ons visitekaartje waar de klant kan kennismaken met alle gebouwenactiviteiten die we in huis hebben”, zegt Guy Persyn, Division manager Mechatronics. “Met dank aan onze hoofdaandeelhouder Luminus verrijst er nu een windmolen op ons domein. De inkoppeling aan het net wordt volledig door onze mensen gedaan.”

TIMING RESPECTEREN

ATS, Advices for technical Systems, is in 1984 gestart als firma voor industriële elektriciteitswerken, maar is vandaag van veel markten thuis. “Door organische groei en een aantal acquisities haalden we ook andere kennis in huis. Dit maakt het mogelijk om ons in de breedte te profileren en een uniek aanspreekpunt te zijn voor de industrie. Bij ons hebben klanten één projectmanager voor al hun industriële installaties. Doordat we het ontwerp, het aansturen en het assembleren in eigen handen hebben, kunnen we ook de vooropgestelde timing van een project perfect respecteren. We vertrekken samen met de klant van een wit blad en elke oplossing die we aanbieden, wordt in huis gebouwd en getest. Die co-creatie zorgt voor een goede binding en korte communicatielijnen met onze klanten.”

REALISEREN VAN TOTAALPROJECTEN

ATS Machinery is het kloppend hart van de site aan de Langerbruggekaai. “Deze business unit brengt al onze engineering competenties samen, met de focus op pilootprojecten. Daar worden de machines ontworpen waarvoor geen standaardoplossing mogelijk is. We noemen het graag onze talentenkweekvijver waar creatieve ingenieurs volop aan hun trekken komen, en waar de basis gelegd wordt voor de synergie met onze andere entiteiten. Onze missie is dan ook het creëren van een duurzame, innovatieve en efficiënte productie-en werkomgeving door het realiseren van totaalprojecten.” De overige vier entiteiten zijn ATS Vacuum Systems (ontgassingsinstallaties, lekzoekdetectie en vacuüm droogprocessen) ATS Hydraulics (ontwerp en constructie van

hydraulische installaties), Cretel Washing & drying sytems (geïntegreerde was- en droogoplossingen) en Cretel Food processing equipment (skinners, ontschub- en ontgraadmachines voor de vissector, ontvliesmachines en ontzwoerders voor de vleessector). “Voor al deze entiteiten is er één overkoepelend gepassioneerd serviceteam, dat zowel in de eigen werkplaats als on site werkt. Hierdoor kunnen we heel snel op een servicevraag inspelen.”

MULTIDISCIPLINAIRE TECHNOLOGIEGROEP

ATS is een multidisciplinaire technologiegroep met vestigingen verspreid over Vlaanderen en Wallonië. Het biedt een totaalpakket van hoogkwalitatieve diensten en producten aan in zowat alle sectoren van onze economie. Het team bestaat uit een 1000-tal technici en ingenieurs die actief zijn in elektrotechniek en automatisering, mechatronica, HVAC en energieoplossingen. Samen realiseerden ze vorig jaar een omzet van ongeveer 270 miljoen euro. Sinds 2015 heeft energieleverancier Luminus een meerderheidsparticipatie in ATS Groep.

Discovery days

Op 8 en 9 november zet ATS zijn deuren open voor klanten en geïnteresseerde professionals. Ze kunnen kennismaken met het gebouw als demosite, en met de verschillende entiteiten. Ook interessante keynotes staan op het programma. Inschrijven kan via de website.

ATS Groep

Karel De Roosestraat 15 9820 Merelbeke

www.atsgroep.be info@atsgroep.be

“

We vertrekken samen met de klant van een wit blad en elke oplossing die we aanbieden, wordt in huis gebouwd en getest

Ook Alsico schonk ons het vertrouwen!

www.industriebouw.be

Klant: Gauthier Siau Oppervlakte: 9.200 m² Gemeente: Ronse Architect: Wastiau & Co

De Langhe Advocaten

De Europese Herstructureringsrichtlijn 2019: opnieuw hertekening van het Belgische insolventielandschap

Sinds 1 september 2023 zijn de nieuwe insolventieregels van toepassing. Deze nieuwe insolventieregels komen er naar aanleiding van de implementatie van de Europese Herstructureringsrichtlijn 2019/1023 van het Europees Parlement en de Raad. De Belgische wetgever heeft zich echter niet beperkt tot de implementatie. Bijkomend werden een aantal grondige wijzigingen doorgevoerd. Hierdoor wordt het Belgische insolventielandschap opnieuw grondig hertekend, nadat reeds in 2018 een aanzienlijke wijziging gebeurde. Hieronder leest u de belangrijkste wijzigingen die de ondernemer, als schuldeiser of schuldenaar, aanbelangen.

Vroegtijdig ingrijpen via de kamer voor ondernemingen in moeilijkheden (“KOiM”)

Daar waar de KOiM tot voor kort in hoofdzaak een onderzoeksfunctie had, wordt het nu mogelijk om via de KOiM bepaalde schuldeisers (niet enkel private doch ook publieke zoals fiscus of RSZ) op te roepen om met hen een schikking te onderhandelen. Indien een akkoord wordt bereikt, wordt dit omgezet in een uitvoerbaar proces-verbaal.

Makkelijkere toegang tot een gerechtelijke reorganisatie?

De onontvankelijkheidssanctie bij een gebrekkig verzoekschrift wordt definitief geschrapt. Een schuldenaar kan hierdoor voortaan ook de lijst met gekende schuldeisers beperken tot wat haalbaar is om in kaart te brengen. Indien deze informatie niet meegedeeld kan worden, dienen de redenen gemotiveerd te worden.

Ook wordt het voortaan mogelijk om een lijst van schuldeisers neer te leggen die titularis zijn van “beperkte” vorderingen, die onmiddellijk betaald worden, zodat men deze buiten de reorganisatie kan houden om onverantwoorde administratieve en financiële lasten te vermijden. De praktijk zal uitwijzen of hiermee de toegang tot een gerechtelijke reorganisatie

wordt vergemakkelijkt voor kleine zelfstandigen, eenmanszaken,… die vaak niet meer over de vereiste middelen beschikken om zich professioneel en administratief te laten bijstaan bij een gerechtelijke reorganisatie.

Herschikking van de reorganisatieprocedures

Een minnelijk akkoord kan voortaan met slechts één schuldeiser (vroeger minimaal twee).

De gerechtelijke reorganisaties (minnelijk of collectief akkoord) kennen een openbaar of besloten karakter. In het laatste geval wordt geen enkele publiciteit gegeven aan de procedure. Bovendien kan deze ook door een schuldeiser of een aandeelhouder gevraagd worden.

Bij gerechtelijke reorganisaties via collectief akkoord wordt voortaan een onderscheid gemaakt tussen KMO’s en grote ondernemingen. Bij grote ondernemingen wordt de procedure complexer door onder meer een verdere categorisering van schuldeisers. De homologatie van het reorganisatieplan zal minder evident zijn. De controle door de insolventierechtbank wordt verruimd, waarbij ook gekeken wordt of de niet-instemmende schuldeisers beter behandeld worden dan wanneer de normale rangorde bij samenloop zou spelen, de zogenaamde “best creditor’s interest” test. Ook dienen bij grote ondernemingen de aandeelhouders betrokken te worden bij het collectief akkoord.

De vereiste meerderheden van de schuldeisers worden complexer. De maximale opschorting wordt verkort tot 4 maand (i.p.v. 6 maand) en in uitzonderlijke gevallen tot 12 maand (i.p.v. 18 maand).

De overdracht onder gerechtelijk gezag is niet langer een gerechtelijke reorganisatie in hoofdzaak ter vrijwaring van de continuïteit. In wezen is het een procedure tot vereffening van de onderneming geworden.

Faillissement

Een schuldenaar kan voortaan bij de faillissementsaanvraag verzoeken om voorafgaand een deel of het geheel van de activa of activiteiten over te dragen in alle beslotenheid. Een zogenaamde “pre pack” zoals reeds gekend in Nederland. Hiermee wil de wetgever de schuldenaar de mogelijkheid bieden om niet de volledige waarde van de onderneming te verliezen bij een faillissementsvereffening.

Kwijtschelding

De schuldenaar dient bij een faillissement niet langer de kwijtschelding te verzoeken. Deze volgt automatisch bij de afsluiting van de procedure, voor zover geen opheffing van de kwijtschelding wordt gevorderd.

Bart Brunet en Sara Burm

De Langhe Advocaten

Titeca Pro Accountants & Experts

Hoe haal je het beste uit jouw evaluatiebeleid?

Als er geen cultuur bestaat van regelmatige, behulpzame feedback, voelen werknemers zich vaak ondergewaardeerd – ze weten soms niet wat ze goed of fout doen en zullen zich tijdens hun werk ongemakkelijk voelen. Nochtans biedt regelmatige feedback zowel voor jou als voor jouw medewerker heel wat voordelen. We overlopen 4 belangrijke voordelen van een goed doordacht evaluatiebeleid.

1. Waardevolle medewerkers blijven loyaal en betrokken

Door regelmatig feedback te organiseren, maak je de organisatiedoelen duidelijker, tastbaarder en transparanter. Dit maakt het voor medewerkers gemakkelijker om hier gericht naartoe te werken. Ze zien de doelen van het team of de organisatie meer als doelen van zichzelf en zullen net dat stapje verder zetten. Medewerkers voelen zich extra loyaal en gemotiveerd.

2. Eventuele problemen blijven beperkt Regelmatige feedback uitwisselen, stelt de onderneming in staat om snel in te spelen op mogelijke problemen. Moeilijkheden en ontwikkelpunten worden op tijd ontdekt en kunnen dus ook tijdig aangepakt worden vooraleer deze té groot of onoverkomelijk worden.

3. Je doet zelf ook nieuwe inzichten op Stimuleren van wederkerige feedback, en dus de medewerker ook de kans te geven om constructieve feedback te uiten, zorgt ervoor dat je als ondernemer voeling behoudt met wat er leeft op de werkvloer. Je krijgt informatie vanuit een ander perspectief. Zo krijg je zeer nuttige en vaak ook noodzakelijke feedback voor het verbeteren van de werkprocessen.

4. Je bent wendbaarder en kan vlotter inspelen op evoluties

Door de steeds veranderende economische omgeving moeten organisaties zich continu kunnen aanpassen. Door vlot en regelmatig feedback te geven aan medewerkers, bevorder je een bedrijfscultuur waarin medewerkers continu leren, groeien en zich aanpassen. Dit zal leiden tot een hogere productiviteit, efficiëntie én meer betrokkenheid.

Formele of informele feedback?

Dit betekent niet dat het formele evolutiegesprek aan de kant moet worden geschoven. Het betreft een én-én-verhaal: de combinatie van regelmatige feedback en een jaarlijks formeel gesprek geeft het beste resultaat.

Het formeel gesprek schept een kader op lange termijn, zowel op organisatieniveau als op niveau van de medewerker. Er wordt stilgestaan bij de samenwerking in het algemeen, bij de toekomst van de onderneming en de toekomst van de medewerker binnen de onderneming. Welk potentieel heeft de medewerker? Waar wenst hij naartoe te groeien? Zijn er mogelijkheden in de organisatie om door te groeien, verticaal of horizontaal? Hoe kan de medewerker zijn talenten het best inzetten om deze doorgroei mogelijk te maken?

In continue feedbackgesprekken worden vooral kortetermijndoelstellingen geëvalueerd en concrete groei- en ontwikkelpunten voor de medewerker besproken. Deze informele feedback garandeert een praktische opvolging van het werk op korte termijn en zorgt ervoor dat de medewerker in lijn functioneert met de vooropgestelde organisatiedoelstellingen en

teamdoelstellingen. Helder omschreven functieprofielen bieden hierbij de beste ondersteuning.

Er ontstaat een win-winsituatie: medewerkers voelen dat hun stem telt en krijgen kansen om te groeien. Dit verhoogt hun betrokkenheid en loyaliteit naar de organisatie toe. Daarnaast stijgt de kwaliteit van de werkresultaten en ben je in staat om waardevolle medewerkers te motiveren en te behouden.

Lara Rousseeuw, HR-Adviseur Titeca Pro Accountants & Experts

Bij iedere toekomstbepalende beslissing staan we voor jou klaar

Btw-optimalisaties, ze bestaan (in een aantal specifieke situaties)

BTW-EENHEID

De term ‘btw’ wordt vaak geassocieerd met formele verplichtingen, complexe regelgeving, rechtsonzekerheid, boetes, … Maar wist u dat er ook btw-optimalisaties bestaan voor uw cashflow en/of btw-aftrek? Een beknopt overzicht. Startende ondernemingen kunnen de eerste twee jaar automatisch genieten van deze regeling.

Vennootschappen die economisch, financieel en organisatorisch verbonden zijn, kunnen een btw-eenheid oprichten. Voor btw-doeleinden worden deze vennootschappen ten aanzien van de btw-administratie als één belastingplichtige beschouwd waardoor de intra-groepsverrichtingen normaal niet meer onderworpen zijn aan btw. De btw moet dus (normaal) niet langer voorgefinancierd worden voor de transacties tussen deze groepsvennootschappen.

Bovendien kan door de oprichting van een btw-eenheid de btw-aftrek verder geoptimaliseerd worden indien een patrimoniumvennootschap onroerende goederen vrijgesteld van btw verhuurt aan vennootschappen binnen de groep die gemengde of volledige btw-plichtigen zijn.

VERGUNNING MAANDELIJKSE

TERUGGAAF

Btw-tegoeden worden in principe op kwartaalbasis terugbetaald. Voor ondernemingen die veel (bv. internationale) vrijgestelde handelingen stellen kan dit de cashflow negatief beïnvloeden. Mits aan een aantal eenvoudige voorwaarden voldaan is, kan een maandelijkse teruggaafvergunning aangevraagd worden waardoor de terug te vorderen btw voortaan maandelijks wordt terugbetaald.

ET 14000 VERGUNNING

Bij de invoer van goederen in het vrije verkeer in België is er btw verschuldigd op het moment van invoer. Deze verschuldigde btw kan teruggevraagd worden via de periodieke btw-aangifte; dit uiteraard voor zover de invoerder recht op aftrek van btw heeft.

Om deze voorfinanciering te vermijden kan op eenvoudige wijze een ET 14000 vergunning worden aangevraagd waardoor de btw die bij invoer verschuldigd (en aftrekbaar) is, wordt voldaan door deze op te nemen in de periodieke btw-aangifte. Hierdoor is er dus geen voorfinanciering meer van de btw bij invoer.

VERHUUR ONROERENDE GOEDEREN

De btw op aankoopfacturen kan maar in aftrek gebracht worden voor zover de betrokken kosten (of investeringen) gemaakt worden voor het verrichten van uitgaande handelingen die onder de toepassing van btw vallen (of vrijgesteld zijn van btw met behoud van btw aftrek (bv. internationale transacties)).

In principe is de verhuur van een gebouw vrijgesteld van btw waardoor de btw op

de inkomende facturen met betrekking tot het verhuurde gebouw niet aftrekbaar is.

Dit kan een grote financiële impact hebben. Denk bijvoorbeeld aan de oprichting van een gebouw dat vervolgens verhuurd zal worden. In dergelijke situatie is het opportuun om vooraf te onderzoeken of de onroerende verhuur kan gebeuren onder toepassing van btw. Mogelijke denkpistes zijn onder meer optionele btw, verhuur van ‘nieuwe’ onroerende goederen en/of opslagruimtes, onroerende leasing, oprichting bedrijvencentrum, …

Benieuwd naar welke btw-optimalisatie voor uw onderneming van toepassing zou kunnen zijn? Neem gerust contact met ons op!

Lore Germonpré, lgermonpre@deloitte.com

Geert Pauwels nieuwe CEO van Camino Group

De sterk groeiende holding van 12 dochterbedrijven, waaronder Durabrik, werd zo’n twee jaar geleden gelanceerd. De eerste steen van het bedrijf werd gelegd in 1966 door Jacques Callens en sinds bijna 30 jaar zijn dochter Claudia en zoon Joost actief binnen het bedrijf.

Om hun groei nog verder te zetten, geeft Joost Callens de dagelijkse leiding van het bouwbedrijf door aan Geert Pauwels. “Vandaag is het een logische keuze om een externe CEO aan te stellen met heel wat ervaring binnen andere grote Belgische bedrijven, die fris en onbevangen mee kan bekijken met onze mensen hoe we als organisatie de komende jaren verder kunnen groeien”, aldus Joost Callens. Joost zal de komende maanden in tandem met Geert het CEO-schap dragen. Begin 2024 neemt hij de rol op als voorzitter van de raad van bestuur en zal hij daarna de volledige dagelijkse leiding overdragen aan Geert.

caminogroup.be

Baker Tilly opent nieuw kantoor in Waregem

Baker Tilly België, specialist in onder andere accountancy, audit, consultancy, corporate finance & ESG, is lid van het grote Baker Tilly netwerk. Dit netwerk stelt maar liefst 41.000 mensen tewerk in 145 landen.

In België kan je de 200 medewerkers verspreid vinden in hun kantoren in Aalst, Brussel, Gent, Luik, Mechelen en Zele. Aanvullend hierbij kunnen sinds 1 september ondernemers ook in het West-Vlaamse Waregem terecht. Het aanwezig zijn in nieuwe regio’s is voor hen een logische stap in hun groeiverhaal. “In WestVlaanderen zijn we momenteel nog minder bekend. Waregem vormt een goede uitvalsbasis om aan schaalvergroting te doen binnen de rest van West-Vlaanderen”, vertelt Peter Weyers, partner bij Baker Tilly.

bakertilly.be - bakertilly.global

Nieuwe CEO van Camino Geert Pauwels

v.l.n.r. Thibault Roelandt, Nathan Van denabeele, Chelsea Cools, Michèle Van Maele

verdedigd

Septemberverklaring: goede beslissingen rond kinderopvang en jobbonus, maar oudere werknemers worden duurder

Voka Oost-Vlaanderen ondersteunt de beslissingen van de Vlaamse regering om de arbeidsmarkt beter te doen werken. De maatregelen rond kinderopvang en de versterking en uitbreiding van de jobbonus zullen meer mensen de stap naar werk doen zetten. Ook een knip in de groenestroomcertificaten komt er tot onze tevredenheid niet. De quasi volledige afbouw van het doelgroepenbeleid is evenwel een moeilijk te verdedigen maatregel. Ondernemingen moeten net blijvend ondersteund worden om doelgroepen waaronder in het bijzonder oudere werknemers in dienst te nemen en te houden.

Het politieke jaar startte naar goede gewoonte met de Septemberverklaring op de vierde maandag van september. Negen maanden voor de verkiezingen legde Vlaams minister-president Jan Jambon zijn laatste Septemberverklaring af in het Vlaams Parlement. Hieronder een overzicht van de belangrijkste krijtlijnen:

Geen knip in groenestroomcertificaten

Ondernemingen zijn belangrijke voortrekkers in de klimaattransitie, we zijn dan ook tevreden dat er geen knip in de groenestroomcertificaten komt. Een beloning voor onze inspanningen, want we trokken fel van leer toen de plannen voor een knip op tafel lagen. Misschien herinnert u zich hoe het initieel om 200 grote installaties zou gaan, maar in werkelijkheid zo’n 2.000 installaties trof?

Enkel in Oost-Vlaandereren ging het al over een paar honderd stuks. De ondernemingszin en voortrekkersrol die veel ondernemingen speelden, toen zonne-energie nog geen bewezen businesscase had, zou op die manier afgestraft worden. De intrekking van de voorgestelde knip is dan ook een logische, goede beslissing van de Vlaamse regering.

Kinderopvang

De uitbreiding van het aanbod aan kinderopvang is een maatregel die de Vlaamse arbeidsmarkt ten goede zal komen. Kwalitatieve kinderopvang is een basisvoorwaarde voor ouders van jonge kinderen om te kunnen werken. De extra plaatsen zijn echter onvoldoende om de vraag naar kinderopvang helemaal in te vullen. Het is daarom belangrijk dat voor nieuwe inschrijvingen in de kinderopvang écht prioriteit wordt gegeven aan werkende ouders. De Vlaamse regering engageert zich ook om extra plaatsen te creëren door bedrijven te laten investeren in kwalitatieve kinderopvang. Voka lanceerde dit voorstel eerder dit jaar. We roepen de federale regering op om hier op voort te bouwen en de fiscale aftrek te verhogen. Uit een snelle rondvraag blijkt dat Oost-Vlaamse bedrijven met veel interesse naar dit topic kijken. Ze worden geconfronteerd met mede werkers die geen of onvoldoende opvangplaats vinden en bijgevolg tijdelijk en/of gedeeltelijk uit de arbeidsmarkt stappen. Voka Oost-Vlaanderen zal snel een online infosessie organiseren om de praktische toepassing van de beslissing helder te maken.

Arbeidsmarkt

Voka stond mee aan de wieg van de jobbonus. De uitbreiding van de jobbonus door het jaarbedrag te verhogen tot 700 euro en de inkomensgrens op te trekken naar 3.100 euro bruto, zal meer mensen ertoe overhalen om de stap naar werk te zetten. Het financiële verschil tussen werken en niet-werken wordt opnieuw wat groter. De verhoogde middelen zijn ook noodzakelijk omwille van de sterk gestegen inflatie. Het is dan ook positief dat het budget van de jobbonus jaarlijks met 2% wordt geïndexeerd.

Onderwijs

Op onderwijsvlak wil de Vlaamse regering inzetten op die opleidingen waar vraag naar is op de arbeidsmarkt. Het gaat om een sterkere focus op de duurdere STEM-opleidingen in het BSO en TSO en het optrekken van de werkingstoelage voor hogescholen en universiteiten. De verbeterde mogelijkheden voor zij-instromers in het lerarenberoep zullen er eveneens toe bijdragen dat de link tussen onderwijs en arbeidsmarkt versterkt wordt.

Uitdoven doelgroepenkorting

De positieve maatregelen om de arbeidsmarkt te dynamiseren, worden evenwel

overschaduwd door de beslissing van de Vlaamse regering om te snoeien in de doelgroepenkorting. De doelgroepenkorting stimuleert werkgevers om mensen in dienst te nemen voor wie de afstand tot werk groot is. Zonder overleg met de sociale partners wordt de doelgroepenkorting voor bijna alle doelgroepen - maar voor oudere werknemers in het bijzonder - nu stelselmatig uitgedoofd. Voor werkgevers betekent dit een verhoging van de loonkosten die al torenhoog zijn. De besparing komt bovendien op een moment dat de activering nog meer wil inzetten op het ontsluiten en toeleiden van de arbeidsmarktreserve richting arbeidsmarkt en dus richting aanwerving door ondernemingen. Bovendien is inzetten op langere loopbanen en het verhogen van de effectieve uitstapleeftijd, de meest voor de hand liggende maatregel in de huidige krappe arbeidsmarkt, waar meer ouderen stoppen dan jongeren starten.

Voka vindt de afbouw van het doelgroepenbeleid onbegrijpelijk. De Vlaamse regering zou onze ondernemingen net moeten ondersteunen om doelgroepen – en in het bijzonder oudere werknemers – in dienst te nemen en te houden. Ook levenslang leren moet prioriteit krijgen.

Industriële transitie

Voka betreurt ten slotte dat er geen maatregelen worden genomen om de internationale competitiviteit te versterken van onze Vlaamse industrie, die het vandaag zwaar te verduren heeft. Voka had liever gezien dat de niet-benutte middelen van de Vlaamse energiesteun – die in de energiecrisis van 2022-2023 bedoeld waren om vooral de energie-intensieve bedrijven te stutten – zouden worden aangewend voor een nieuw financieringsinstrument om industriële bedrijven te ondersteunen in de dure energie- en klimaattransitie, zoals vele van onze buurlanden doen. Ook dit moet een prioriteit worden voor de volgende Vlaamse regering.

Begroting in evenwicht

Voka verdedigt wel de ambitie van de Vlaamse regering om te komen tot een begrotingsevenwicht in 2027. Gezonde overheidsfinanciën zijn immers essentieel om toekomstige maatschappelijke uitdagingen aan te kunnen.

Blijf op de hoogte hoe Voka jouw belangen verdedigt op alle beleidsniveaus. Elke dag werken we aan een gunstiger bedrijfsklimaat via analyses, opinies en positieve samenwerkingen.

Zo brengen we met ‘Voka Politica’ ondernemers en lokale beleidsverantwoordelijken rond de tafel. De komende ontmoetingen in jouw buurt:

27 oktober Deinze

9 november Wetteren

23 november Ronse

1 december Hamme

5 december Zele

6 december Geraardsbergen

Bron: https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Flemish_Parliament_Brussels.jpg

Het Vlaams Parlement

Trevi Gentbrugge Hoofdkantoor

Dulle-Grietlaan 17/1

9050 Gentbrugge

T +32 9 220 05 77

Een groenere toekomst en een beter milieu, daar zorgen wij voor.

Wij bouwen milieuoplossingen voor uw bedrijf

Trevi is naast water- en luchtzuivering ook gespecialiseerd in groene energieprojecten op basis van zonne-energie, windenergie en biogas. Onze experts helpen u bij het implementeren van op maat gemaakte oplossingen en met het bereiken van uw duurzaamheidsdoelen. Wij verkleinen de CO 2 -voetafdruk van uw bedrijf en realiseren besparingen op lange termijn, zonder dat dit ten koste gaat van de prestaties van uw bedrijf.

Als energieleverancier regelt Trevion contracten voor de injectie en afname van 100% hernieuwbare energie afkomstig uit onze eigen groene energieprojecten in België.

Neem vandaag nog contact op met ons team en ontdek hoe wij u kunnen helpen uw bedrijf te verduurzamen en uw energiekosten te verlagen.

Trevi Grobbendonk Industrieweg 11A

2280 Grobbendonk

T +32 14 49 33 00

Trevi France

C.I.T. - 53, Avenue de l’Europe

59223 Roncq

T +33 320 94 34 96

Nieuwe general manager bij Codit Belgium

Leslie Cottenjé (38) is sinds 4 september aan de slag als general manager bij de IT-consultant en –dienstverlener. Codit helpt haar klanten al meer dan 20 jaar bij hun digitale transformatie en telt zo’n 220 medewerkers die actief zijn in 8 landen. Leslie werkte de voorbije 8 jaar als CEO bij het Gentse SaaS-bedrijf Hello Customer. Daarnaast is ze bestuurslid bij onder andere Guberna en Spotto.

“Een strategie ontwikkelen, relaties met klanten onderhouden en een bedrijfscultuur uitbouwen liggen me na aan het hart. Kunnen bijdragen aan een transformatietraject om duurzame groei te realiseren door een sterke strategie, technologische innovatie en een people-centric cultuur, was een uitdaging die ik niet kon laten liggen”, zegt Leslie enthousiast.

codit.eu

Telex

Ingenieurs- en ontwerpbureau Comate opent nieuw kantoor in Gent

Comate werd meer dan 10 jaar geleden opgericht in Leuven. Hun specialisatie focust op het ontwikkelen van innovatieve hardwareproducten. Het team achter Comate kent onder–tussen meer dan 80 ingenieurs en ontwerpers. Anderhalf jaar geleden deed het bedrijf zijn eerste intrede in Gent met 2 medewerkers. Nu is dat aantal gegroeid naar twaalf.

Met hun nieuwe kantoor is de stap richting verdere groei ingezet en willen ze een actieve bijdrage leveren aan de Gentse innovatieve industrie. “We zijn enthousiast om nieuwe en impactvolle producten te ontwikkelen, van concept tot productie en daarna”, zegt Sander Van den dries, mede-eigenaar van Comate.

comate.be

Deminor Shareholders & Governance Services wordt

Deminor NXT

Deminor NXT brengt alle expertise voor bestuurders, aandeelhouders, investeerders en ondernemers onder één dak. Dit met focus op België en onze buurlanden. De nieuwe naam symboliseert de doorgedreven verzelfstandiging van het advieskantoor, die met haar eigen aandeelhoudersstructuur, voluit voor een eigen koers kan gaan, los van Deminor Litigation Funding. “Door onze ervaring in conflictbemiddeling bij ondernemingen, handelen wij vanuit de diepe overtuiging dat bedrijven duurzaam groeien als alle partijen sterk staan, een faire behandeling krijgen en betrokken zijn. Je hebt juridische, financiële, governance en fiscale expertise nodig. Deminor NXT belichaamt die multidisciplinaire kennis en aanpak”, zegt CEO Bernard Thuysbaert trots.

deminornxt.com

Leslie Cottenjé, de nieuwe general manager

Het nieuwe kantoor van Comate in Gent

Deminor NXT management (v.l.n.r.): Pierre-Alexis Léonard, Thibaut Claes, Bernard Thuysbaert (CEO), Jan-Baptist Cooreman en Pierre Nothomb (Chairman)

“Samen met bedrijven zetten we wetenschap en technologie in de kijker”

Het wetenschappelijk doe-centrum Technopolis in Mechelen biedt een antwoord op de duizend-en-een vragen die kinderen en jongeren zich stellen over de meest uiteenlopende wetenschappelijke onderwerpen. Op die manier vormt het centrum een perfecte brug tussen de jeugd en het bedrijfsleven. “Bedrijven zijn vandaag permanent op zoek naar medewerkers met een wetenschappelijke of technische achtergrond”, zegt CEO Stephane Berghmans. “Door jongeren op een laagdrempelige en speelse manier kennis te laten maken met wetenschap en technologie planten we de zaadjes waardoor ze later voor een STEM-opleiding of job kiezen.”

Voor het team achter Technopolis start alles met “wow”. Dat is het gevoel dat ze willen creëren bij de bijna 300.000 bezoekers die ze jaarlijks in het doe-centrum in Mechelen verwelkomen. Maar ook bij de meer dan 500.000 mensen die bereikt worden via festivals en evenementen zoals het Nerdland Festival of Suikerrock én bij de meer dan vijf miljoen views van surfers op de diverse social media kanalen. “Ons doe-centrum in Mechelen is eigenlijk maar het topje van de ijsberg”, vertelt Stephane Berghmans. “Onze werking gaat veel breder. In samenwerking met bedrijven ontwikkelen we online videoreeksen, stellen we digitale quizzen samen en trekken we met workshops en demo’s naar de scholen. Eigenlijk is het de bedoeling dat iedere Vlaamse scholier tijdens zijn lagere of secundaire schoolloopbaan op de één of andere manier met ons in contact komt.”

MONDEN OPVALLEN

Uiteraard is het doe-centrum in Mechelen de meest tot de verbeelding sprekende activiteit van Technopolis. “Vorig jaar hebben we de hoofdexpo volledig vernieuwd”, legt Experience & Partnership Director Marjan Verhaegen uit. “Onze klassiekers hebben we behouden, maar daarnaast hebben we heel wat nieuwe installaties in gebruik genomen. Op die manier laten we met fysieke opstellingen de monden van vier tot veertienjarigen openvallen van verbazing. Jongeren tussen veertien en achttien jaar fascineren we meer met digitale toepassingen. Laagdrempelig maken kinderen en jongeren zo kennis met fenomenen uit de fysica, chemie, biologie, wiskunde en sterrenkunde. En zien ze met eigen ogen wat er allemaal mogelijk is met techniek en technologie. Plots beseffen ze dan: Wow, ook dat is allemaal wetenschap!”

HET VERSCHIL MAKEN

Maar ook met de bezoeken aan scholen, de aanwezigheid op evenementen en festivals en de aandacht voor social media wakkert Technopolis de interesse in wetenschap en techniek aan. “Dankzij deze initiatieven bereiken we ieder jaar een veel grotere groep”, weet Marketing & Sales Director Ester Blockx. “Zodat we nog meer jongeren kunnen inspireren om STEM-richtingen te studeren en later in de bedrijfswereld mee het verschil te maken. En dat moeten echt niet enkel ingenieursprofielen en wiskundeknobbels zijn. Alle sectoren hebben ook technisch geschoolde medewerkers van verschillende opleidingsniveaus nodig om hun productieproces draaiende te houden. Dankzij een STEM-opleiding vinden die jongeren hun weg naar innovatieve werkgevers.”

WIN-WIN

Al deze initiatieven kan Technopolis nemen dankzij de samenwerking met bedrijven. “We ontwikkelen quizzen, workshops en videoreeksen op maat van onze partners”, verduidelijkt Stephane Berghmans. “Samen met hen kunnen we ook een nieuwe WOWbox ontwikkelen of zelfs een hele expo bedenken. Bedrijven kunnen daarnaast klasbezoeken naar Technopolis sponsoren. Deze samenwerkingen zijn een win-win voor alle partijen. De scholen kunnen hun studenten op een spelende manier laten kennismaken met wetenschap en nieuwe technologieën. Onze partners bereiken op een positieve manier hun toekomstige medewerkers en wij kunnen dankzij deze samenwerkingen nog meer jongeren tonen hoe wetenschap en technologie bijdragen tot een betere wereld. Een mooi voorbeeld van zo’n samenwerking is de expo ‘Zeekracht’ die momenteel in ons doe-centrum loopt. Via projecties en interactieve vloeren en wanden ga je bijna letterlijk kopje onder en maak je kennis met de kracht én de mogelijkheden van de zee. De expo is opgezet in samenwerking met verschillende bedrijven en organisaties actief in de blauwe economie. Een ander voorbeeld is het project ‘Digital Construction on the road’ dat we dit jaar opgezet hebben in samenwerking met de bouwsector. Dankzij deze interactieve workshop en een aantal live demonstraties kunnen jongeren op events kennismaken met nieuwe technologieën die gebruikt worden in de bouwsector zoals fotogrammetrie, virtual reality, augmented reality, digitale meetapparatuur, drones en exoskeletten.”

“ Technopolis ontwikkelt nieuwe initiatieven in samenwerking met bedrijven. Dat is een win-win voor alle partijen”

EVENT OF TEAMBUILDING

Omdat niet elke sector of ieder bedrijf een specifiek programma kan ontwikkelen, zijn er ook andere manieren om samen te werken met Technopolis. “Zo kan een bedrijf bijvoorbeeld scholen gelegen in hun buurt de kans geven een bezoek te brengen aan ons doe-centrum door een klasbezoek te sponsoren”, zegt Ester Blockx. “Of één van onze shows of workshops aanbieden aan een school. Bedrijven kunnen hun medewerkers of klanten ook een WOW-box cadeau doen of tickets voor Technopolis aanbieden. Daarnaast is Technopolis ook een ideale locatie om een bedrijfsevent of teambuilding te organiseren. “We beschikken over een ruim assortiment aan zalen, gelegen in een unieke setting die wetenschap en technologie ademt”, vervolgt Ester Blockx. “Hierdoor is geen event te groot of te klein. Wanneer nodig verzorgen wij de volledige organisatie, van A(nimatie) tot Z(aalaankleding). Onze ontbijtformules, broodjes, recepties en lunchbuffetten zijn heel lekker. En wil je het event of de meeting combineren met een verrassende teambuilding, dan zijn er verschillende mogelijkheden zoals drones vliegen, escape games of zelfs improvisatietheater.”

Talentcentrum in samenwerking met Voka

Vandaag loopt de studiekeuze van jongeren vaak nog verkeerd. Ieder jaar veranderen 18.000 leerlingen in Vlaanderen van studierichting. In samenwerking met Voka wil Technopolis daar wat aan veranderen. “Met behulp van het Talentcentrum gaan we jongeren tussen 12 en 14 jaar bij hun studiekeuze ondersteunen”, zegt Stephane Berghmans, CEO van Technopolis. “Na het afleggen van enkele tests en proeven krijgen de leerlingen een gepersonaliseerd talentenrapport.”

Het talentcenter en het talentenrapport zijn wetenschappelijk onderbouwd. De tests bestaan uit tien onderdelen. Het gaat onder andere om een VR-spel dat technisch inzicht toetst, motorische tests en om cognitieve taal- en rekentesten.

“De leerlingen komen hiervoor naar ons doe-centrum”, legt Stephane Berghmans uit. “Het talentcentrum helpt studenten en hun ouders om een passende en onderbouwde studiekeuze te maken. Een positieve keuze voor technische opleidingen ook, want technisch en beroepsonderwijs wordt onterecht vaak nog altijd niet naar waarde geschat. Met de test willen we ook niemand tot een keuze dwingen. Bedoeling is vooral om het aanbod aanschouwelijk te maken, zodat leerlingen en ouders goed weten wat de opties zijn.”

Stephane Berghmans, Marjan Verhaegen en Ester Block van Technopolis

Laten we het recht op deconnectie niet krom trekken

Sinds 1 april heeft elke werknemer officieel ‘recht op deconnectie’. In de strijd tegen mentale overbelasting een zinvol initiatief, al moeten er wat kanttekeningen gemaakt worden bij de praktische toepassing ervan, meent dr. Gretel Schrijvers, CEO van Mensura groep.

Het recht op deconnectie is het recht om niet te moeten reageren op telefoons of mailtjes buiten de werkuren. Werkgevers mogen niet verwachten dat hun werknemers elk moment bereikbaar zijn, uitzonderlijke situaties niet te na gesproken. Bovendien mag een werknemer ook geen nadelige effecten ondervinden als hij voor of na het werk, in het weekend of tijdens vakantie, zijn gsm niet opneemt of mails niet beantwoordt.

Deconnectiemomenten houden stress beheersbaar, waardoor we minder risico lopen op gezondheidsklachten. Grenzen bewaken en regelmatig deconnecteren, leidt bovendien tot meer motivatie en concentratie tijdens de werkuren. De productiviteit neemt daardoor toe, en er worden betere resultaten behaald. Het is dus zonder meer nuttig en zelfs voordelig om aandacht te hebben voor deconnectie.

EEN RECHT, GEEN PLICHT

Organisaties zijn intussen volop aan de slag gegaan om in een cao de spelregels voor deconnectie vast te leggen. Dat is geen sinecure. Het recht op deconnectie is

vooralsnog geen plicht tot deconnectie. Een goed deconnectiebeleid houdt rekening met en biedt ruimte voor de individuele verwachtingen van medewerkers. De ene werkt productiever om 7 uur ’s ochtends, terwijl de ander het liefst de kinderen na school ophaalt en dan om 20 uur nog even doorwerkt. Een goed deconnectiebeleid is dan ook geen keurslijf, maar een gedragskader met ruimte voor flexibiliteit.

VALS GEVOEL VAN ONTSPANNING

Tegelijk mogen we ook de verantwoordelijkheid van de werknemer niet uit het oog verliezen. Breinpauzes zijn essentieel om even bij te tanken. Maar te veel prikkels tijdens pauzes of in de vrije tijd kunnen een vals gevoel van ontspanning geven. De smartphone een poos aan de kant leggen en kiezen voor beweging of een frisse neus is de beste vorm van ontspanning, maar voor velen – ook werkgevers – een niet te onderschatten uitdaging. Deconnectie is bovendien een tweerichtingsverhaal. Tijdens de werkuren doen werknemers er goed aan om digitale prikkels uit het privéleven te beperken of te vermijden.

We merken in de praktijk dan ook dat veel organisaties bij ons als externe dienst komen aankloppen voor advies, tips of zelfs heuse workshops rond omgaan met digitale middelen, psycho-educatie over breinrust, het effect van online vergaderen versus faceto-face enzovoort.

EN WAT TIJDENS AFWEZIGHEID?

Tot slot: deconnectie staat niet haaks op de noodzaak om ziekte te melden of, bij langere afwezigheden, contact te houden met de werknemer rond mogelijke werkhervatting. In die gevallen is ‘connectie’ –volgens vooraf afgesproken methodes – net essentieel om te vermijden dat er effectief een kloof ontstaat tussen werknemer en organisatie.

STREEKFONDS OOST-VLAANDEREN VERBINDT SCHENKERS EN DOENERS EN VERSTERKT ZO LOKALE PROJECTEN DIE MENSEN MET ELKAAR EN DE OMGEVING VERBINDEN

Samen met de natuur én met elkaar

Verbouwen met materialen uit de achtertuin? Het team achter Natuurboerderij Bos t’Ename toont dat het kan! Momenteel steken zij samen met andere enthousiaste vrijwilligers de handen uit de mouwen om een overkapping neer te planten, met balken uit eigen bos, leem uit eigen grond en stro van eigen akkers. Zo krijgen organisaties die gebruikmaken van de boerderij letterlijk en figuurlijk een dak boven het hoofd. Veerle Naessens, bestuurder van de Willy Naessens Group en partner bij #Streekmotor23, kwam kijken en zag dat het goed was.

Het verhaal van Natuurboerderij Bos t’Ename begon toen Natuurpunt 20 jaar geleden de boerderij en de omliggende bossen kocht. Medewerkers en vrijwilligers van de plaatselijke afdeling kregen er hun uitvalsbasis. Om hun liefde voor de natuur te delen, stelden ze hun deuren open voor scholen en verenigingen. “Wij doen meer dan planten en dieren beschermen. We hebben ook oog voor natuureducatie en sociale verbinding”, legt Pieter Blondé van Natuurpunt uit. Door de jaren heen hebben echter zoveel organisaties de weg naar de boerderij gevonden, dat ze uit haar voegen begon te barsten. Een grondige verbouwing drong zich op.

VOOR EN DOOR VRIJWILLIGERS

Om de werken te financieren zocht en vond werkgroep Bos t’Ename sponsors. Zoals Streekfonds Oost-Vlaanderen, dat bijdraagt aan de 220 m2 grote overkapping die aan de boerderij zal komen. “Vzw Creafant organiseert hier elke vakantie buitenspeelkampjes. Maar bij heel slecht weer is dat niet evident”, aldus Blondé. “Dankzij de overkapping hebben zij - en alle andere organisaties die hier komen - binnenkort een overdekte buitenruimte.” Daarnaast wordt er werk gemaakt van een kindvriendelijke hooizolder, beter sanitair en geïsoleerde lokalen, onder meer voor opleidingen voor kansengroepen. “Allemaal gebouwd volgens oude technieken, met lokale, hernieuwbare materialen uit de natuur: hout, leem en stro. En dat zo dierinclusief mogelijk. We voorzien bijvoorbeeld nestkastjes en een vleermuizenzolder.”

Ook het sociale aspect blijft tijdens de werken niet onderbelicht. “Er hebben al zo’n 200 vrijwilligers geholpen”, vervolgt Blondé. “Zowel kinderen als volwassenen. De eersten vinden buiten werken geweldig omdat ze dan nog eens lekker vuil mogen worden. Voor de laatsten is buiten werken erg rustgevend. Zeker als je het om een of andere reden wat moeilijker hebt, kan dat een verschil maken.” Abdul Ahmed, die 9 jaar geleden vluchtte uit Soedan, kan daarvan meespreken. Hij leerde de boerderij kennen via vzw aPart, die kinderen, jongeren en (jong)volwassenen nieuwe kansen biedt. “Ik voel me niet thuis in

de stad, dus ik kom hier elke dag bouwen, als vrijwilliger. Dat brengt rust in mijn hoofd”, vertelt hij.

DOELBEDRAG VLOT OVERSCHREDEN

Om de nieuwe overkapping te bekostigen, haalde Werkgroep Bos t’Ename 6000 euro op via crowdfunding. Dat is 1000 euro meer dan het vooropgestelde bedrag: “Vele kleintjes maken een groot”, glimlacht Blondé. Daar deed #Streekmotor23, het regionale netwerk van Streekfonds Oost-Vlaanderen in de Vlaamse Ardennen en de Denderstreek, 5000 euro bovenop. Willy Naessens Group is een van de structurele partners die dat mogelijk maken. “Ik vind het geweldig dat er vrijwilligers zijn die zulke activiteiten mogelijk maken voor mensen die er nood aan hebben. Chapeau”, zegt bestuurder Veerle Naessens. “Wij steunen dus met veel plezier projecten zoals dit. Als het over sponsoring gaat hebben we sowieso een voorkeur voor initiatieven in de regio. Op die manier maak je een verschil voor mensen in eigen streek, weet je perfect waar het geld naartoe gaat en blijf je met je eigen ogen de resultaten zien. Want je blijft de mensen die je gesteund hebt tegenkomen.”

Gezocht: projecten die mens en omgeving verbinden

Wil jij, een collega of medewerker in je bedrijf op een duurzame manier een maatschappelijke nood aanpakken in jouw buurt, stad of gemeente?

In Gent is er een specifieke projectoproep gericht op het verhogen van de weerbaarheid van jongeren.

Dien voor 8 november je projectidee in en ontvang tot 12.000 euro voor jouw sociaal en lokaal initiatief.

Alle info:

Vrijwilliger Abdul Ahmed, partner bij #Streekmotor23 Veerle Naessens en Pieter Blondé van Natuurpunt

Gentse IT-groep ESC verwelkomt nieuwe CEO en breidt directieteam uit

Benny Van Hyfte gaf onlangs de CEO-fakkel door aan Jan Hofman, oprichter van Net IT dat in 2022 de groep kwam versterken. Hofman was commercieel verantwoordelijk voor de Dynamics 365 Customer Engagement-divisie. Van Hyfte neemt zelf de rol van country director Belgium op. “We kunnen Benny niet genoeg bedanken voor het parcours dat hij met ESC heeft afgelegd,” zegt Philippe Smet, bestuurder bij ESC.

Daarnaast versterkt de groep zich ook op gebied van People en Culture door de aanstelling van Véronique Decoster als chief HR officer. Het directiecomité van de groep bestaat daarnaast uit Vicky Van Den Haute in de rol van CFO en Dave Saman die als CSIO de strategie en integratie van de groep vormgeeft. Deze herschikking maakt de groep klaar voor verdere expansie.

esc.be

Dossche Mills en BAT Agrar slaan de handen ineen om de uitstoot van broeikasgassen door de landbouw te verminderen

Dossche Mills, een van de grootste maalderijen van Europa met vestiging in Deinze, en BAT Agrar, privaat bedrijf dat landbouwbenodigdheden levert, gaan samenwerken als partners om de CO2-voetafdruk van de tarwe die Dossche gebruikt aanzienlijk te verkleinen. Als leverancier van Dossche stelt BAT Agrar de broeikasgasbalans van de boerderijen ter beschikking. Die gegevens vormen de basis voor het advies aan de boerderijen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Op die manier dragen beide bedrijven en de deelnemende boeren hun steentje bij om de Europese doelstelling van klimaatneutraliteit tegen 2050 te halen.

dosschemills.com

Jan Hofman , de nieuwe CEO van ESC

De discrete terugkeer van het groene goud

Snelgroeiende blikvanger

“Een hopveld is een blikvanger in het landschap, wat je niet meteen kan zeggen van een veld prei of ajuin”, sche(r)tst Joris. Oorspronkelijk werd hop op 7 meter hoge staken geteeld en manueel geoogst. Rond 1950 werden de staakvelden vervangen door draadvelden. Daarbij worden de ranken afgesneden en in de plukmachine gebracht. Voor keesten worden de hopvelden in een lage haagvorm gehouden.

Hop is een snelgroeiende plant, tot wel 10 cm per dag. Humulus Lupulus behoort tot de hennepachtigen en is de langste kruidachtige klimplant. Ze gedijt best op een leemhoudende zandbodem. In goede omstandigheden kan de hopplant tot 20 jaar oud worden. Mannelijke hopplanten worden in België verwijderd omdat zaden van bevruchte bloemen veel vet bevatten dat de schuimkraag op het bier verhindert. Hopteelt vergt weinig grondoppervlak, maar is sterk arbeidsintensief. De opbrengst per ha kan oplopen tot 1000 à 1500 kg hopbellen.

De Franstalige editie van de (groene) toeristische Michelingids over België beschrijft als typerend voor het landschap in de streek rond Aalst: ‘les champs de houblon à perte de vue’. Die ‘eindeloze hopvelden’ moeten indruk gemaakt hebben op de samenstellers want de inleidende tekst bleef behouden, ook vele jaren nadat deze hopvelden waren verdwenen. Bij gebrek aan opvolging en rendabiliteit werden de hopvelden in de voorbije decennia vrijwel integraal gerooid. Toch beweegt er weer wat aan de oostelijke kant van Aalst en in het Pajottenland. Het groeiend aantal microbrouwers en hun keuze voor de korte keten doet de vraag naar lokaal geteelde hop opnieuw stijgen. Om het hoperfgoed in de regio te ontsluiten en de hopcultuur te versterken, werd het project Hop AAA+ opgezet. Of de regio Aalst-Asse ooit weer een leidende hopregio wordt, is twijfelachtig, maar er is een vernieuwde belangstelling en een gezonde economische ambitie.

In 2017 gaf het strategisch project Erembald-Kravaal hopcoördinator Joris Vanderveken de opdracht ‘hop opnieuw op de kaart te zetten’. Zijn zoektocht naar een passende locatie bracht hem naar de voormalige ASCO-site in Meldert (Aalst).

ASCO startte in de jaren 1960 als hopcoöperatieve voor de hopboeren van West-Brabant en Oost-Vlaanderen (regio Aalst). De hop werd er opgeslagen, geperst en verkocht aan de brouwers. Niet alle hopboeren namen deel aan de coöperatieve; het project ging twintig jaar later – samen met de hopteelt in de streek – ter ziele.

Na jaren van leegstand kocht Johan Morlion de site in 1997. Hij saneerde de site, bouwde een nieuwe loods en stelde 1/3 beschikbaar voor nieuwe hopactiviteiten zoals het plukken en drogen van hop. Het jonge ‘hopcentrum’ omvat ook een nieuwgebouwde ast die voldoet aan de huidige voedselveiligheidsnormen. Joris:

“Dit hopproject is niet enkel een ode aan de folklore maar wil werken aan een economisch leefbaar model.”

Het opnieuw lanceren van de Oost-Vlaamse en Brabantse hopteelt is een gedurfde onderneming. Het wereldwijde hopareaal van 90.000 ha zorgt nu reeds voor een mondiaal overaanbod. De VS en Duitsland zijn elk goed voor een derde van de globale hopproductie. Joris: “Er is veel goedkope Amerikaanse hop op de markt en daar kan niemand tegenop. Mochten brouwers stoppen om goedkope hop uit de VS te kopen, dan zou de Belgische hop kunnen groeien.”

In België bewerken 23 hoptelers 200 ha, Poperinge met 180 ha en 18 producenten is het zwaartepunt.

Hop en weg

Het was de Abdij van Affligem die in de 15de eeuw het voortouw nam in de verspreiding

Het Oost-Vlaams cultuurlandschap

van de hopteelt in de streek. Zelfs binnen de stadsmuren van Aalst werden hopvelden aangelegd en de hopmarkt van Aalst was in de 16de eeuw zeer vermaard.

Hop deed het geld rollen. In 1623 kan de florissante Aalsterse gilde van hop- en graanhandelaars zelfs een groot(s) werk bestellen bij niemand minder dan P.P. Rubens. Het monumentale De Heilige Rochus is vandaag nog steeds te bewonderen in de St.-Martinuskerk. Met de imposante schenking hoopten de hopboeren goddelijke bescherming te genieten tegen hopplagen.

De hopteelt in en rond Aalst en het Pajottenland groeide uit tot de belangrijkste in heel Europa. Een aanzienlijk deel van de productie kon uitgevoerd worden, een zeldzaam fenomeen in de toenmalige landbouw. Vanuit Aalst werd de hop via de Dender naar Antwerpen verscheept en zo verder naar het buitenland. In 1865 exporteerde België meer

dan 2 miljoen kg hop naar o.m. Engeland, Frankrijk- en Nederland. In 1880 telde ons land meer dan 4000 ha hopvelden, waarvan 3000 ha in de oostelijke regio rond Aalst. Eind 19de eeuw ging het bergaf met de hopteelt. In 1900 was het areaal al afgenomen tot 2201 ha. De uitvoer viel nagenoeg volledig stil.

Decennialang was de hop op zijn retour tot er eind jaren 1980 vrijwel niets meer restte. De arbeidsintensieve teelt, de internationale concurrentie en een dalende vraag naar inlandse hop betekenden de doodsteek.

Van relict tot revival

In de voormalige hopgemeenten bleef de hopcultuur evenwel sluimeren. Tot in de vroege jaren 1990 organiseerde het stadsbestuur van Aalst een jaarlijkse Hopprijskamp. Vandaag is het moeizaam speuren naar relicten uit de topjaren. De verlichtingspalen op de Aalsterse Hopmarkt moeten de bezoeker herinneren aan het

Met z’n allen tegen de hopduvel

De teelt van hop vergt het hele jaar door veel aandacht. In het voorjaar groeien scheuten aan de wortelstokken. Een hopperank is een doorgeschoten keest. Van de plant worden slechts 3 tot 4 keesten behouden, de rest wordt handmatig verwijderd en verkocht als delicatesse. In mei worden de scheuten manueel rond een hopdraad geleid.

Tegen eind juni zijn de keesten gegroeid tot 7 meter en worden de onderste bladeren verwijderd. De bloei begint; de planten worden eventueel behandeld tegen meeldauw (hopplaag).

Begin september is de tijd van de pluk. De bellen worden dan gedroogd tot een vochtgehalte van 8 à 10% zodat ze niet beschimmelen of verkleuren. Wanneer aan het eind van de zomer een stormwind door de hopvelden raast en schade aanricht, spreken de boeren van de gevreesde ‘hopduvel’.

Een zomers hopveld, nabij de abdij van Affligem, net voor de pluk. Hop is een uniek landbouwproduct, een blikvanger in het landschap en een bepalende smaakmaker in het glas.

grote hopverleden. Bij de inhuldiging van Walstroom, het makersdistrict aan de Tragel, werd een veldje ‘Groene Belle’ aangelegd. De originele voorgevel van het hopmagazijn ‘De Groene Belle’ (1920) – een zeldzaam stukje hoperfgoed vlakbij de Zeshoek – werd ingepast in een nieuw woonproject.

Nu is er het Hop AAA+ project dat de hopcultuur verder wil versterken. Uitvalsbasis is de ASCO-site met het uit Duitsland teruggehaalde pronkstuk: een Allaeys plukmachine, ooit ontworpen en gebouwd

Wegwijs in de hopstreek

De recente heropleving van de hopactiviteit in Denderstreek en Pajottenland verloopt in het kader van het:

Strategisch Project

Erembald-Kravaal

Een initiatief van de provincies

O.-Vlaanderen en Vl.-Brabant, regionale landschappen Pajottenland, Brabantse Kouters, Schelde-Durme en vijf gemeenten om het abdijlandschap van Affligem op te waarderen. Typerend voor de streek is de hopteelt. Deze partners schreven in 2017 een P.D.P.O.-project (Vlaams Plattelandsontwikkeling) met Europese steun.

Hop AAA+

Het project HOP AAA+ verenigt verschillende actoren om de hopcultuur te versterken en het hoperfgoed te ontsluiten. Ook het Stakenhuis (de overkoepelende organisatie van de vijf betrokken gemeenten) verleende zijn medewerking.

De hopcoöperatieve vzw ‘Orde van de Groene Bel’ werd opgericht door het Strategisch Project, samen met jonge hoptelers. De orde verzamelt, droogt en verkoopt alle hop. Ze verzorgt de afzet van lokaal geteelde hop aan streekbrouwerijen en verzekert de landbouwers een correcte verloning.

in Poperinge. Die gaat nu voor het tweede seizoen aan de slag in de hopregio AAA+. Een weetje: de eerste Belgische hopplukmachine werd ooit in Aalst gebouwd, maar voldeed niet en verkaste naar Poperinge. Daar werd in 1984 de laatste plukmachine gebouwd.

“Landbouwactiviteit is de basis van ons project”, zegt Joris. “Erfgoed en folklore de uitvloeisels. Met het kleine hopmuseum in de voormalige hoeve van de Abdij van Affligem leggen wij wel een link naar toerisme.”

Tien kleine hopboeren

Wat betekent de hopteelt dan vandaag in het land van Aalst en Asse? Joris: “In de streek zijn momenteel tien boeren en organisaties met hop bezig. Dat zijn zowel publieke als private actoren, groot en klein. Allen zijn welkom op de ASCO-site om de eigen hop te laten plukken, drogen en vermarkten.” Samen verbouwen deze producenten 10 tot 12 ha hop. De helft daarvan is voor de door foodies gegeerde hoppekeesten (= de scheuten van de hoppeplant).

Joris: “Opzet is de hopteelt niet te laten verdwijnen. Het initiatief zal zeker kleinschalig blijven; wij willen vooral alles laten draaien zonder subsidies.”

Of dat kan? Een hopveld van 1 ha ongeveer brengt 1000 à 1500 kg gedroogde hop op. Anno 2023 schommelen de hopprijzen rond de 10 à 15 euro/kg. Biohop en speciale streekvariëteiten halen een hogere prijs.

Het gebruik van lokale hop kan een meerwaarde zijn waar een aantal (vooral) kleine brouwers op inspelen. Joris: “De meeste

bieren vermelden de gebruikte hopvariëteit niet meer op het etiket. Jammer, want wie aangeeft dat het bier gebrouwen is met toevoeging van een oude hopvariëteit zoals De Groene Bel, spreekt zeker tot de verbeelding van de bierliefhebber. Het is ook een kwestie van fierheid als een brouwer aangeeft: ‘Ik gebruik deze of gene hopsoort.’”

Momenteel tonen een tiental lokale brouwers belangstelling voor ‘hop van hier’. Of ook grotere brouwerijen bereid zijn om het hopproject in de regio te steunen?

Joris: “We moeten met de kleine, middelgrote én grote brouwerijen werken. Nu reeds werken wij samen met Brouwerij Affligem (Heineken). De brouwerij heeft zich geëngageerd om op langere termijn hop van hier te gebruiken voor de Affligem Tripel.” Ook met Brouwerij De Glazen Toren (Mere en Aalst), Brouwerij De Koperen Markies , Brouwerij Boon, Brouwerij Angerik en andere werken wij samen.

De coöperatieve wil naast bekende hopvariëteiten zoals Hallertau en nieuwkomers zoals Nugget enkele oude, lokale variëteiten opnieuw introduceren zoals Groene Bel, Coigneau en Record. Het opnieuw kweken is erg arbeidsintensief: voor 1 hectare zijn wel 3000 plantjes nodig.

De nieuwe teelt krijgt het herkomstlabel AAA+. De drie A’s staan voor de historische hopkernen Aalst, Affligem en Asse terwijl de + verwijst naar aanpalende gemeenten met hedendaagse hoptuinen.

De landbouwactiviteit is de basis van het hopproject maar erfgoed en toerisme zijn boeiende afgeleiden. Joris Vanderveken in het

Hopmuseum van de Abdij van Affligem.

“ De revival van de hopteelt in de regio Aalst moet ook economisch een succes worden

JORIS VANDERVEKEN

HOPCOÖRDINATOR

(Belgische) hop in bier Hop en bier zijn onafscheidelijk. Hop zorgt voor een betere smaak, langere houdbaarheid en een stevige schuimkraag. Joris: “Vroeger kon in de zomerperiode geen bier gebrouwen worden vanwege de warmte en het gevaar van infecties. Een brouwerij lag gewoon stil.”

De hopharsen bepalen de bitterheid en brengen stijl en elegantie in de biersmaak. Bitterheid wordt uitgedrukt in IBU (International Bitter Units). Pils heeft rond de 15 IBU, zwaardere bieren 35 IBU en meer. Joris: “Er zijn veel hopvariëteiten en er bestaat een zekere hype rond. Zo herken je Amerikaanse hoppen aan de wat citrusachtige smaak.”

Er is niet veel hop nodig om bier te maken: voor 100 liter pils volstaat 100 gram hop, zwaardere biersoorten bevatten 200 tot 300 gram per hectoliter. Dat ontlokt Johan Morlion de bedenking dat brouwers, ondanks alles, beweren “dat de prijs van de hop niet te hoog mag liggen, zo niet zou de bierprijs moeten stijgen!” In werkelijkheid is de prijs van de hop niet te hoog gezien het vele werk.

Brouwers die ten minste 50% Belgische hop in hun bier gebruiken mogen het label ‘Belgische hop’ voeren. Dat doen nu reeds meer dan 80 – veelal kleine – brouwers voor in totaal 310 bieren, naast een aantal buitenlandse brouwers. Gevestigde brouwers kiezen vooral bekende hopvariëteiten zoals Saaz, Styrian, Hallertau, Tettnang Joris: “Brouwers gebruiken ook maar weinig bellen meer, wel extracten en pellets.”

Theoretisch vormen de 430 Belgische brouwerijen en 300 ‘bierfirma’s’ een mooi potentieel voor de Belgische hopboeren. De laatste jaren neemt de vraag naar Belgische hop dan ook toe, vooral van Belgische craft brewers. Zij streven een regionale verankering na, respecteren de korte keten en kiezen doelbewust voor Belgische hop.

Is het ‘Bier met hop van hier’, voorgoed terug?

Promotoren van het hopgebeuren in de streek, voor de ASCO-site in Meldert: v.l.n.r. Jan Blendeman (Stad Aalst), Pieter-Jan Morlion en hopcoördinator Joris Vanderveken. Op de achtergrond de Allaeys plukmachine, het pronkstuk dat uit Duitsland is teruggehaald .

Bij Van Cauter Multitechnieken kan u terecht voor advies betreffende totaaloplossingen op maat op vlak van elektriciteit, HVAC en beveiligingsinstallaties.

Keiberg 74 - 9340 Lede 053 83 13 38 info@vancauter.com

Algemene elektrotechnieken HVAC Beveiligingsinstallaties Onderhoudsdienst www.vancauter.com

Met Yuki kies je voor

Beter beslissen

Yuki, bright accounting.

Van frustratie naar automatisatie: een inkijk in de boekhouding van Diapal

Steeds meer bedrijven schakelen voor hun boekhouding over op cloudsoftware - en dat mag je als ondernemer niet verbazen. Een cloudbased accounting software biedt je bedrijf immers heel wat gebruiksvriendelijke features, tools en voordelen, waardoor je niet alleen je efficiëntie verhoogt, maar ook je tijdrovende administratie minimaliseert. Een mooi voorbeeld? Diapal, een Jabbeeks bedrijf dat sinds 1968 interieurs op maat maakt. Lieven Vermeire, afgevaardigd bestuurder van Diapal, neemt je mee in zijn verhaal.

WAAROM HEB JE GEKOZEN VOOR EEN CLOUDBASED BOEKHOUDSOFTWARE?

Tot vorig jaar draaide onze boekhouding nog op een eigen server. We werkten als het ware volledig ‘on premise’, wat wel wat nadelen met zich meebracht. Dit pakket kende zijn roots in de jaren negentig, waardoor er geen enkele vorm van digitalisatie mogelijk was en onze medewerkers nog erg veel handmatig – en nodeloos –werk moesten doen: facturen inboeken, financiële verrichtingen afpunten, betalingen ingeven via een betaalplatform… De tijd was rijp voor modernisering. En toen ontdekten we Yuki.

WAT WAS JE REDEN OM VOOR YUKI ALS ACCOUNTING SOFTWARE TE KIEZEN?

We overwogen tijdens onze zoektocht nog twee andere pakketten, maar waren meteen fan van de doorgedreven digitalisatie van Yuki. De eenvoudige, snelle en gebruiksvriendelijke interface is erg logisch opgebouwd, waardoor je de software snel in de vingers hebt. Ook zorgt de uitgebreide YukiAPI ervoor dat we onze eigen productiesoftware eenvoudig konden koppelen. Door onze keuze voor cloudsoftware hebben we bovendien geen onderhoudskosten meer aan onze soft- en hardware, hoeven we ons niets meer aan te trekken van back-ups of updates én kunnen we overal ter wereld aan onze boekhouding, zelfs met onze smartphone!

WELKE VOORDELEN ONDERVINDT DIAPAL VAN DE KEUZE VOOR CLOUDSOFTWARE?

Het eindeloze manuele werk wordt dankzij Yuki’s boekhoudsoftware quasi volledig geautomatiseerd, maar het gaat verder dan dan. Yuki werkt 100% ‘document-based’, waardoor het documenten herkent en zelf koppelingen maakt met aankoopfacturen of bankafschriften. De banktransacties krijgen we nu geautomatiseerd binnen via Codabox, wat enorm veel tijdswinst en efficiëntie oplevert. Dit levert onze medewerkers niet alleen heel wat ademruimte op, maar geeft hen ook de mogelijkheid om te groeien in hun functie. Het resultaat? Een frisse wind doorheen ons bedrijf!

“

WAS HET MOEILIJK VOOR

JE MEDEWERKERS OM DEZE NIEUWE MANIER VAN WERKEN TE OMARMEN?

Verandering is altijd moeilijk, maar onze medewerkers voelden al snel de Yuki-voordelen tijdens de boekhouding. Ze beschikken door de overstap naar Yuki plots over real-time rapporteringen en krachtige AI-functies die analytisch boekhouden mogelijk maken én krijgen onmiddellijk inzicht in de financiële prestaties van ons bedrijf zónder dat ze daar veel manueel werk voor moeten verrichten. Dit zorgt ervoor dat onze financiële afdeling korter op de bal kan spelen, sneller kan schakelen en veel gerichter kan sturen.

Je boekhouding slimmer, eenvoudiger én leuker maken?

Daar gaan we voor bij Visma I yuki! Onze software laat jou immers focussen op wat écht belangrijk is:

Je onderneming of kantoor laten groeien.

Yuki’s innovatieve software zorgt voor meer efficiëntie, meer inzicht, meer gemak, meer daadkracht - en een heel pak minder zorgen!

Yuki, bright accounting.

De tijd was rijp voor modernisering. En toen ontdekten we Yuki

Lieven Vermeire, afgevaardigd bestuurder van Diapal

Deze Oost-Vlaamse bedrijven doen Goede Zaken

inds eind augustus zetten ondernemingen in heel Vlaanderen hun ‘Goede Zaken’ in de kijker op social media, via spandoeken en posters. Ondernemen is meer dan omzet en winst genereren. Het gaat om duurzaam ondernemen, over zinvol werk geven, over digitaliseren, innovatie en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het gaat om doen.

SMet alle Voka-entiteiten vonden we dat het tijd was om jullie inzet en goede impact meer onder de aandacht te brengen. We lanceerden een oproep om massaal mee te doen aan onze campagne en dat deden jullie. Alleen al in Oost-Vlaanderen bestelden meer dan 100 leden hun gratis gepersonaliseerd campagnemateriaal om zelf te delen op hun onlinekanalen en gebouw(en). Wij lichten er graag voor jullie een aantal uit: 1

2

3

Goossaert Label Sign Safety: Wij maken de werkplek van 500.000

5 De cijferfabriek Aantallen en percentages die (kunnen) tellen

De Roeve Industries: Onze sluikstortcamera’s houden 80 gemeenten schoon 4

werknemers veiliger

Threon: Hier vullen we 50 jobs in met lokaal toptalent

HAEDES Belgium: Eén team uit

6

12

13

BAKU: Elk jaar maken we 600 gebouwen duurzamer

7

Joule: Joule-fietsen zorgen voor 392 ton minder CO2-uitstoot per jaar

8

Unpaid: Reeds +25 miljoen

euro aan facturen geïnd voor bedrijven

9

10 De cijferfabriek

Soundfield: Hier vieren we 365 dagen per jaar (uw) feest!

11 Streekfonds Oost-Vlaanderen: We geven initiatiefnemers de kans om 56 verbindende projecten te realiseren

RouteYou: Wij stimuleren 15 miljoen mensen om actief te zijn!

Ontdek meer

Goede Zaken

uit Oost-Vlaanderen

Zin om zelf ook mee te doen?

Je kan je materiaal nog bestellen tot 21 oktober

Skill BuilderS: We begeleiden jaarlijks 8.000 werkzoekenden naar een job!

Belgische havens: vraag naar duurzame financiering neemt toe

De vraag naar financieringen in het havengebied zijn meestal gekenmerkt door hun specifiek karakter, eigen aan de sector. Hoe kunnen financiële instellingen hun aanbod aanpassen om tegemoet te komen aan de noden en de uitdagingen waarvoor de bedrijven momenteel staan?

Ook in de Belgische havens is de druk om de activiteiten te verduurzamen tijdens de voorbije 10 jaar sterk toegenomen. De impact van havens op het milieu en de gemeenschappen is dan ook aanzienlijk. Niet enkel de overheden maar ook toeleveranciers, investeerders en klanten verwachten dat bedrijven steeds meer aandacht besteden aan milieu, sociale en bestuursfactoren (ESG).

Duurzaamheid is de nieuwe norm

‘De opkomst van duurzame financiering impliceert dat groene/duurzame investeringen, projecten en algemene bedrijfsstrategieën de norm worden. Vanuit financieel oogpunt zal de keuze voor een niet-duurzame of minder duurzame weg steeds vaker gepaard gaan met hogere kosten voor het bedrijf.’ schrijft Professor Theo Notteboom.

Uitdagingen voor de havenbedrijven

• Ontwikkelen van duurzame energiebronnen in de haveninfrastructuur

• Inzetten op energie-efficiëntie in gebouwen

• Investeren in duurzame logistiek

• Logistiek afstemmen op een meer circulaire economie

• Elektrificeren van transport

• Stimuleren van multi-modaal transport

Lagere rentevoeten voor duurzame projecten

Financiële instellingen spelen een belangrijke rol bij de realisatie van deze uitdagingen.

Om de duurzaamheidstransitie van bedrijven te stimuleren, is ING een samenwerking aangegaan

met de Europese Investeringsbank (EIB). Door deze samenwerking wordt er via ING in totaal 600 miljoen euro ter beschikking gesteld aan ondernemingen in de Benelux voor het realiseren van nieuwe investeringen die een positief effect hebben op klimaat en milieu. Deze tranche wordt specifiek aangewend om een belangrijke rentekorting toe te kennen voor dergelijke projecten. Wanneer je bij ING een kredietvraag voor een duurzaam project lanceert, zal systematisch nagegaan worden of de ontlener en het project in aanmerking komen. Wil je al eens aftoetsen of je project mogelijk in aanmerking komt, dan kan je dat doen via de door EIB ontwikkelde tool: https://greenchecker.eib.org

Naast de rentekorting heeft ING ook een specifieke samenwerking opgestart met het Europees Investeringsfonds (EIF).

Het EIF kan een bijkomende garantie bieden voor duurzame en innovatieve projecten voor KMO’s. Ook op die manier faciliteert ING de realisatie van overgangsinvesteringen.

Expertise op maat

Heb je interesse of wil je zelf een duurzaam project opstarten en heb je hiervoor advies nodig van een ervaren partner in duurzaam transport en logistiek?

Bij ING is dit de rol van onze gespecialiseerde medewerkers met de juiste kennis in de sector Transport & Logistiek. Zij hebben de nodige expertise om jou en je bedrijf te begeleiden tijdens deze overgang naar een duurzamere toekomst.

Meer info?

Contacteer je Relationship Manager

o2o bundelt krachten met GMH

De Belgische marktleider in fietsleasing o2o heeft aangekondigd dat het een strategische investeerder heeft aangetrokken: het duitse Green Mobility Holding, een toonaangevende speler op het gebied van (e-)bike leasing.

De overname markeert een belangrijke stap om de groei van o2o verder te versterken en op Europees niveau een referentiespeler uit te bouwen. GMH verwerft alle aandelen van o2o, waarbij de voormalige aandeelhouders van o2o een significante participatie zullen aanhouden in GMH.

“GMH is de perfecte partner om ons te ondersteunen bij onze groei in België en om de toenemende markt van fietsleasing verder te stimuleren. Onze gedeelde missie om meer toegankelijke, betaalbare en duurzame mobiliteit voor werknemers te bevorderen, zorgt voor een perfecte match”, vertelt Geert De Rycke, CEO van o2o.

o2o.be - company-bike.com - mein-dienstrad.de

JuriWise is ontstaan vanuit de nood in de juridische sector om kennis up-to-date te houden en medewerkers op te leiden in deze snel veranderende wereld, inclusief het aanleren van vaardigheden die nu en in de toekomst nodig zijn. De kersverse Gentse start-up ontsproten uit het brein van oprichter/ CEO van Accountants Academy, Cédric Vercamer, wil naar eigen zeggen de (bescheiden versie van) Netflix van de opleidingsverstrekkers worden. Deelnemers kunnen de opleidingen volgen op hun eigen tempo, waar en wanneer ze willen.

juriwise.be

Business manager Steve Massagé en CEO & founder Cédric Vercamer.

Alles start met een goede aanloop

Spelenderwijs revalideren met een slim platform

Met revalideren of fit blijven op oudere leeftijd gaan meestal eentonige spieroefeningen gepaard. Het bracht Arno Penders en zijn team op het idee om Creative Therapy op te richten. “Met effectieve en wetenschappelijk onderbouwde producten en technieken versterken we de motivatie van patiënten om sneller en beter hun therapie uit te voeren.”

TEKST LAURENS FAGARD – FOTO NATHALIE DOLMANS om kinderen met DCD (Development Coordination Disorder) beter te helpen revalideren. Even later kwam Arno bij het project. “Ons eerste product was onze interactieve mat die toen vier knoppen telde. In 2019 haalden we de technologie via TechTransfer uit de UGent om ons eigen bedrijf te starten. Na een jaar van intensieve ontwikkeling telt de mat nu duizenden drukgevoelige punten en brachten we Squeezi ook op de markt.”

Bedrijf

Creative Therapy ontwerpt letterlijk creatieve en motiverende therapeutische producten. De start-up uit Gent ontwikkelde een applicatie waarmee ouderen of patiënten met een bewegingsstoornis cognitieve en fysieke games kunnen spelen. De spelletjes zijn gekoppeld aan voorwerpen met de al even intuïtieve namen ‘Matti’ en ‘Squeezi’, respectievelijk een drukgevoelige mat met bewegingssensoren om balans, coördinatie of reflexen te oefenen, en een bewegingsgevoelig balletje dat de fijne motoriek van de bovenste ledematen versterkt.

Als spin-off van de UGent zet Creative Therapy vooral in op motivatietherapie. “We willen kinesisten ondersteunen met tools om patiënten zelfstandig leuke oefeningen te laten doen. Bestaande oefeningen focussen minder op je bovenlichaam, terwijl handbewegingen cruciaal zijn om bijvoorbeeld op te staan, jezelf aan te kleden of te eten met mes en vork. Daarnaast is ook de wetenschappelijke benadering van de UGent relevant. Via ons platform kunnen kinesisten zich baseren op data zoals knijpkracht om nadien mogelijke problemen te onderzoeken”, vertelt CEO Arno Penders.

Bezielers

Het zaadje van Creative Therapy werd geplant op de snijlijn van de revalidatie- en ingenieurswetenschappen. In 2015 zochten prof. Hilde Van Waelvelde en prof. Jelle Saldien elk uit hun eigen vakgebied naar een oplossing

Intussen telt de start-up 8 medewerkers met verschillende profielen. “Er is een doctorandus in dienst die de toegevoegde waarde van onze tools op medisch vlak verder onderzoekt. Dat is belangrijk om onze therapieresultaten nog meer wetenschappelijk te kunnen staven. Daarnaast onderhoudt iemand de contacten met producenten en is er een game designer om de applicatie verder te ontwikkelen. Twee freelancers ondersteunen ons met het platform en de internationale verkoop. We zijn in totaal met drie oprichters, waarvan ik ons binnenlands netwerk versterk en investeerders probeer aan te trekken, en de andere twee aan de UGent verbonden blijven om academische inzichten te delen.”

Inspiratiebron

Waar de ontwikkeling van de mat vooral een leerproces was en vooral gericht is op revalidatie van patiënten met een bewegingsstoornis, zag Arno ook heil in andere doelgroepen. “Het zijn voornamelijk ziekenhuizen die onze mat gebruiken, maar daar komen

weinig DCD-patiënten. Dus zijn we meer gaan focussen op kinderen met cerebrale parese en volwassenen met neurologische aandoeningen. AZ Groeninge in Kortrijk gebruikt de mat bijna dagelijks voor therapie op die specifieke doelgroepen. Maar ook voor ouderen bestaan er nog niet veel tools om het bovenlichaam te versterken. Veel woonzorgcentra zijn dus ook benieuwd naar de Squeezi.”

Voor Arno blijft de hoofddoelstelling om patiënten gemotiveerd te houden om hun oefeningen te doen. In het ontwikkelingsproces leerde hij vooral te focussen op simpliciteit. “Aan de UGent word je gestimuleerd om op veel vlakken state-of-the art te werken terwijl dat voor sommige toepassingen niet altijd nodig is. Onze games moeten degelijk zijn en geen snufjes bevatten. Daardoor werken we met technologie die zijn nut al bewezen heeft op de markt zodat ook de kost laag kan blijven.”

USP

“In de revalidatiesector zijn er wel wat partijen die apparatuur ontwikkelen, maar niet op de manier hoe wij het willen doen”, legt Arno uit. “Er zijn enkele bedrijven die ons inspireren omdat ze niet massaal één product verkopen, maar wel de nadruk leggen op een gamma aan verschillende tools waar ze een strategie rond bouwen. Naast Matti en Squeezi willen we toekomstige producten koppelen aan onze applicatie. Het platform vormt het kloppende hart en dat is uniek binnen de sector.”

Toekomst

“We willen een bedrijf worden met een uitgebreid gamma aan revalidatietoepassingen en een sterk netwerk van internationale distributeurs uitbouwen. Onze twee bestaande producten vinden nu al gemakkelijk hun weg in het buitenland. In Polen lopen de zaken enorm goed en zelfs in Saoedi-Arabië zijn we bezig met een nieuwe partner. Stelselmatig willen we de wereld veroveren. We moeten ook verder nadenken over onze verkoopstrategie. In de Verenigde Staten zijn we gestart met een proefproject waarbij we de prijs van onze producten laag houden door er een maandelijkse licentie aan te koppelen. We proberen verschillende dingen uit om onze groei te versnellen.”

Grootste meevaller

“De grootste meevaller is voor mij ons team. Iedereen neemt geen blad voor de mond en durft te zeggen waar het op staat. We zitten vaak samen waardoor de lijnen dus kort zijn. Soms botsen we, maar uiteindelijk hebben we allemaal het beste voor met ons bedrijf. Daarnaast zorgt de academische onderbouwing ook soms voor meer vertrouwen bij onze klanten. We ontwikkelen niet zomaar een product dat op enkele weken ineen gebokst is.”

Grootste tegenvaller

De zoektocht naar investeerders verliep het voorbije jaar niet altijd van een leien dakje. “Dat begint nu wel te keren”, verzekert Arno. “Maar het kost veel tijd die we absoluut kunnen gebruiken. Hardware verkopen is immers tijdrovend omdat onze klanten graag eerst onze producten testen. Bovendien verloopt een beslissingsproces bij ziekenhuizen nu eenmaal trager omdat men zich volledig terecht beroept op data die uit ons platform voortvloeien. Anderzijds geeft productontwikkeling ook wel veel voldoening door het voortschrijdend inzicht. Van de nieuwste, dienstverlenende medische start-ups die we jaarlijks zien passeren op een grote beurs in Duitsland, blijven er niet veel over.”

Bryo

Arno neemt ook deel aan het Bryo ScaleUptraject van Voka waar hij met andere startende ondernemers kennis en ervaringen deelt. “Voor mij is het grootste pluspunt dat je je netwerk kan verrijken met ondernemers uit een sector waar je minder affiniteit mee hebt. Het gebeurt vaak dat we elkaar op weg

helpen met iets of een contact doorgeven. De openheid en solidariteit tussen starters is hartverwarmend. In het begin beschermen velen nog met huid en haar hun intellectuele eigendom, maar in praktijk gebeurt het zelden nog dat iemand met jouw idee gaat lopen.”

Gouden tip

“Als je zwarte sneeuw ziet, besef dan dat elke ondernemer die iets heeft bereikt, hetzelfde heeft gezien. Ik beweer zeker niet dat we er met Creative Therapy al zijn, maar zwarte sneeuw heb ik wel al gezien. En uiteindelijk is er altijd wel een tweede of derde back-upplan waar je mee op de proppen komt. De enige voorwaarde is dat je bereid bent om door te bijten. Als je je die flexibiliteit eigen maakt, ben je al een hele eind verder.”

Net als Arno klaar om op te schalen?

Ontdek Bryo ScaleUp

Laat je als founder begeleiden in de groei van start-up richting scale-up via sessies en individuele begeleiding. Je komt terecht in een community van gelijkgestemden en we zetten volop in op leren van en met elkaar. Opstart 21 november.

Maak kennis met het Bryo ScaleUp traject via de QR-code

CEO van Creative Therapy Arno Penders met het bewegingsgevoelig balletje dat de fijne motoriek van de bovenste ledematen versterkt.

Kom naar Think NXT op donderdag 30 november in Tour & Taxis en ontdek het nieuwste op het gebied van AI, AR/VR, IoT, analytics, cybersecurity, cloud, 5G en nog veel meer.

Zet u schrap voor nieuwe technologieën, interactieve demo’s, verhelderende break-out sessies en indrukwekkende sprekers. Chris Umé en Hetty Helsmoortel zullen er alvast bij zijn!

Powered by

Together with

Hetty Helsmoortel Wetenschaps- & techwatcher

Chris Umé Co-founder & Chief Creative Offi cer, Metaphysic

Co-CEO-schap bij Nexxworks

Vanaf september namen Eline Lostrie, voormalig CCO, en Matthias De Clercq, voormalig COO, de CEO-fakkel over van Julie Vens-De Vos. Julie was zeven jaar actief als CEO en is klaar om een nieuwe uitdaging aan te gaan, al verlaat ze het consultancybedrijf zeker niet helemaal met haar zetel in de raad van bestuur. Met hun meer dan vijf jaar ervaring binnen het bedrijf, zijn Eline en Matthias helemaal klaar om de dagdagelijkse leiding van Nexxworks over te nemen.

nexxworks.com

Vandenbussche zet binnenkort robots in om huizen te bouwen

De Londense tech start-up Automatic Architecture (AUAR) en bouwonderneming Vandenbussche uit Aalter slaan de handen in elkaar om samen (mét robots) modulaire woonunits te bouwen. “Tegen 2040 moeten er 300.000 woningen in Vlaanderen bijkomen. Dat vereist een forse verhoging van de productiviteit. Wij geloven dat robotisering daar een cruciale bijdrage aan kan leveren”, vertelt Vandenbussches CEO Kristof Defruyt. Alleen ontbreekt het de bouwonderneming nog aan de nodige kennis en technologie. Voor hen is de start-up AUAR de ideale partner hiervoor.

50-jarige BUILDING SHUTTERS wil slagkracht vergroten met familienaam SUYS

De speler op de markt van rolluiken en zonwering is al sinds 1973 een familiebedrijf. Wat begon in een klein fabriekspand in het centrum van Waregem, groeit nu verder in een productiehal van 41.000 m² in Nokere.

Om hun 50e verjaardag alsook naamswijziging te vieren staan tal van events op de planning voor klanten, leveranciers en werknemers. “We zijn trots om een gouden jubileum te kunnen vieren met de tweede generatie van de familie Suys aan het roer”, vertelt marketingverantwoordelijke Femke Desmet. “SUYS is een bondige, krachtige en familiaire naam. Wat helemaal overeenstemt met onze persoonlijke en no-nonsense aanpak. Deze naamswijziging is onderdeel van een merktransitie waarbij we onze naamsbekendheid en onze slagkracht als familiebedrijf willen verhogen.”

suys.eu

In Oostduinkerke werd reeds een eerste testopstelling gebouwd: een tuinhuis opgetrokken uit houten units, geproduceerd door robots. “Bij de montage komen nog manuele handelingen aan te pas, maar ieder component, zowel van de gevels als de binnenafwerking, werd op voorhand door robots geproduceerd. Dat is uniek.” De ambities van beiden is om in 2024 de eerste bouwprojecten te realiseren.

vandenbusschebouw.be

Julie, Matthias & Eline

Oprichter Jean-Pierre Suys en zijn zoon en huidig CEO Thibaut.

Vandenbussche en AUAR werken samen om modulaire woonunits te bouwen die door robots werden geproduceerd.

China: verliest de wereldeconomie zijn groeilocomotief?

Sinds het begin van de economische hervormingen in 1979 kende China een razendsnelle economische ontwikkeling, met groeicijfers van 8 tot 14%. Daardoor konden honderden miljoenen Chinezen uit de bittere armoede opklimmen en werd het land de belangrijkste groeimotor van de wereldeconomie. China is sinds de eeuwwisseling in zijn eentje verantwoordelijk voor 30% van de globale wereldgroei! Maar na de bankencrisis begon het groeitempo af te zwakken. Ergens leek dat logisch; eens het laaghangend economisch fruit van goedkope massaproductie geplukt is, wordt groeien steeds moeilijker. Daarvoor moeten immers meer complexe producten met een hogere toegevoegde waarde worden gemaakt. Deze klip, die in de economische literatuur bekend staat als de “middle income trap”, is niet makkelijk te nemen en een trager groeitempo leek dan ook onvermijdelijk.

Toch lijkt er in het geval van China meer aan de hand dan deze transitie. Critici hadden er de voorbije jaren herhaaldelijk op gewezen dat de Chinese groeicijfers enkel konden worden gehaald door een steeds verder gaande schuldfinanciering. Vooral de lokale overheden en hun band met de vastgoedsector speelden hierbij een cruciale rol. De lokale overheden, die hun doelstellingen enkel nog konden halen door steeds meer bouwprojecten toe te laten, stelden massaal terreinen ter beschikking van de bouwpromotoren, en gaven de regionale banken opdracht de promotoren royaal te financieren. De modale Chinees kocht en masse dit vastgoed. Hij had vooreerst

weinig alternatieven voor zijn spaarcenten omdat de Chinese kapitaalmarkten onderontwikkeld waren. Bovendien stegen de vastgoedprijzen almaar door de aanhoudende speculatie, en kon de investeerder bij diezelfde regionale bank makkelijk en goedkoop lenen. Er ontstond een soort van financiële “dance macabre”, waarbij een hoge economische groei enkel mogelijk was door het opdrijven van de bouwactiviteit, en de daarmee gepaard gaande hogere schuldgraad op zijn beurt enkel houdbaar was bij hoge economische groeicijfers en dito appreciatie van de vastgoedprijzen…

Xi Jinping zag de toenemende vastgoedspeculatie echter met lede ogen aan, en in 2020 kondigde hij zijn « 3 rode lijnen » aan om paal en perk te stellen aan de groeiende schuldfinanciering van de bouwpromotoren. Helaas liet hij daarmee het financiële kaartenhuis van de Chinese economie eigenhandig instorten. Al vrij snel na de aankondiging van het nieuwe beleid kwam Evergrande, een reusachtige bouwpromotor met liefst 3OO mia US Dollar aan schulden, in de problemen. Hoe groot de kapitaalvernietiging wel was, kwam recent aan het licht, toen Evergrande zijn financiële resultaten over 2021 en 2022 bekend maakte en over beide jaren een gecumuleerd verlies van liefst 81mia US Dollar moest opbiechten. Ondertussen lijkt ook Country Garde, een andere grote promotor, op omvallen te staan. Ook de “schaduwbanken”, ongeregelde financiële groepen die bij het publiek hoogrentende deposito’s ophalen om vastgoedactiviteiten te financieren, komen in de problemen. Zhongzhi Enterprise group, een

bedrijf dat voor zo’n 137 bln US Dollar aan kredieten heeft verstrekt, heeft onlangs de rentebetalingen aan zijn duizenden klanten stopgezet. Tot overmaat van ramp zitten ook een toenemend aantal lokale overheden in moeilijkheden omdat de inkomstenbron van verkoop van terreinen opdroogt.

Het gevolg is dat de Chinese consument, waarvan vastgoed naar schatting 70% van zijn vermogen uitmaakt, de vinger op de knip houdt nu zijn spaarpot wegsmelt. De overheden zijn ook niet bij machte bij te springen nu hun inkomsten opdrogen en ze zelf financieel orde op zaken moeten stellen. Tot overmaat van ramp sputtert ook de exportmotor omwille van de gespannen geopolitieke toestand (de uitvoer daalde met 14.5% over het afgelopen jaar!) en buitenlandse bedrijven keren wegens diezelfde spanningen China nu ook de rug toe als productieplaats. Zo verschuift Apple de productie van de I-phone 15 voor een stuk naar Indië.

De Chinese groei zal naar alle waarschijnlijkheid dus nog afnemen, waardoor de wereldeconomie zijn belangrijkste groeimotor dreigt te verliezen. Voor hoelang is de vraag, maar de veelvuldige vergelijkingen met het Japan van de jaren 90 (vastgoedimplosie, overmatige schuld, deflatie, geopolitieke spanningen en demografische krimp) wijzen alvast op niet veel goeds…

Christophe Van Canneyt Chief Economist CapitalatWork NV

Wat is CBAM en welke impact heeft dit op mijn (import)activiteiten?

In het streven van de EU naar klimaatneutraliteit is het Carbon Border Adjustment Mechanism (Koolstofgrensmechanisme, CBAM) een belangrijk instrument. Het is een belangrijk onderdeel van de Europese Green Deal en het Fit for 55-beleid. Met CBAM wil de EU Carbon Leakage vermijden. Bij Carbon Leakage verplaatsen industrieën in een regio met strenge klimaatmaatregelen hun productie naar een regio met minder strenge maatregelen. Dit ondermijnt de klimaatinspanningen en kan resulteren in een wereldwijde toename van broeikasgasemissies.

CBAM inventariseert en taxeert de CO2emissies die ontstaan bij de productie van importgoederen. De EU breidt hiermee haar klimaatdoelstellingen uit naar goederen die van buiten de EU worden ingevoerd en moedigt producenten buiten Europa aan om milieuvriendelijker te produceren.

CBAM wil een gelijk speelveld en eerlijke concurrentie creëren. Door importgoederen te belasten op basis van hun CO2-inhoud, worden ook bedrijven buiten de EU aangemoedigd om te investeren in schone technologieën en emissiereductie.

Door bedrijven in niet-EU-landen aan te sporen om hun emissies te verminderen om aan de Europese normen te voldoen en handelskosten te minimaliseren wil men de mondiale CO2-emissies verminderen. Het aanmoedigen van bedrijven om schone energie en emissiereductietechnologieën te adopteren zal ongetwijfeld leiden tot wereldwijde technologische vooruitgang.

Uitdagingen

Het implementeren van CBAM is complex en vereist een nauwkeurige bepaling van de CO2-footprint van goederen, wat technische en administratieve uitdagingen met zich meebrengt.

Aangezien sommige landen het als een belemmering voor de internationale handel kunnen beschouwen, zou CBAM handelsconflicten kunnen veroorzaken. Verder is het belangrijk om ervoor te zorgen dat ontwikkelingslanden niet onevenredig worden getroffen door CBAM en dat we hen ondersteunen bij de overgang naar schonere productiemethoden.

Welke producten vallen onder de CBAM-regeling?

CBAM is van toepassing op verschillende sectoren, in eerste instantie op sectoren die aanzienlijke broeikasgasemissies genereren en goederen produceren die worden geïmporteerd in de EU, met uitzondering van import uit de EFTA-landen (Zwitzerland, Liechtenstein, IJsland en Noorwegen).

Let op : ook UK behoort niet langer tot de EU, invoer vanuit UK valt dus onder de CBAM-regeling.

In eerste instantie is CBAM van toepassing op ijzer en staal, cement, meststoffen, aluminium, elektriciteit en waterstof, maar het is de bedoeling het toepassingsgebied snel uit te breiden.

In bijlage 1 van de verordening is een lijst met de producten die onder de CBAM-regeling vallen opgenomen, met vermelding van de “GN”-codes.

De lijst vermeld ook zogenaamde ‘werken van ijzer en staal’, ‘werken van aluminium’, zoals profielen, buizen, bergingsmiddelen, Kijk dus zeker deze lijst na.

CBAM-verplichtingen

Importeurs die goederen naar de EU brengen moeten vanaf 1/10/2023 de ingevoerde goederen en hun CO2-gegevens op kwartaalbasis rapporteren. Vanaf 1/1/2026 moeten voor de CO2-emissies CBAM-certificaten aangekocht en ingeleverd worden. De prijs van deze certificaten zal afgestemd zijn op de gemiddelde prijs van EU-ETS-emissierechten. Als de importeur kan bewijzen dat er al een CO2-taks is betaald tijdens de productie van de goederen, dan kan dit bedrag in mindering worden gebracht.

Importeurs zullen dus moeten samenwerken met producenten buiten de EU om nauwkeurige emissiegegevens te verzamelen en de CO2-voetafdruk van de geïmporteerde goederen te berekenen en rapporteren. Op basis van de verzamelde emissiegegevens worden de CBAM-tarieven berekend en moeten CBAM-certificaten aangekocht en ingeleverd worden.

Meer info: https://klimaat.be/ klimaatbeleid/europees/cbam

Nog vragen ?

Werknemers langer laten werken: dit zijn de voordelen

De overheid beloont werknemers die langer werken, want zij beschikken over vele vaardigheden die jongeren nog moeten aanleren. En wie zegt neen tegen een grotere talentenpool?

CONTINUÏTEIT GARANDEREN

Duur, niet meer mee, ongemotiveerd: de vooroordelen over oudere medewerkers tieren welig. Maar kloppen die wel? Het wetenschappelijk onderzoek is duidelijk: er is géén link tussen leeftijd en motivatie Ook de bereidheid om nieuwe dingen te leren hangt niet af van leeftijd, wel van verschillen in persoonlijkheid.

Eén vooroordeel klopt: zestigers zijn duurder dan twintigers. We waarderen ervaring en kennis nu eenmaal financieel binnen ons anciënniteitsmodel. En terecht: oudere werknemers beheersen nu eenmaal soft skills – communicatie, omgaan met mensen – die jongeren nog moeten aanleren. Dat maakt hen erg geschikt als mentor

Daarnaast zijn oudere werknemers loyaler: ze veranderen minder vaak van job. Een evenwichtige leeftijdspiramide heeft dus alleen maar voordelen voor je bedrijf, want ze garandeert de stabiliteit en continuïteit van je onderneming.

BLIJVEN ONTWIKKELEN

Een goed plan om oudere medewerkers aan het werk te houden, rust op twee pijlers: ontwikkelen en ontzien. Veel werkgevers zetten vooral in op ontzien: afbouwen, een minder uitdagende functie aanbieden. Voor sommige functies (denk maar aan arbeiders op werven of zorgkundigen met fysiek zware zorgtaken) en mensen kan dat nodig zijn. Anderen hebben juist meer baat bij ontwikkeling.

Rekruteer volgens ervaring

Leeftijdsdiscriminatie is verboden, maar denk bij nieuwe vacatures na over hoeveel ervaring je eigenlijk zoekt. Heb je voor de functie iemand nodig die van wanten weet, of heb je al zo iemand in huis die een jongere kan coachen? Zo raakt je leeftijdspiramide beter in evenwicht.

Opleidingen: ook voor ouderen

Het is niet omdat ouderen veel ervaring hebben, dat ze alles al weten of niets meer willen leren. Seniors krijgen vaak te weinig

kansen om bij te leren of geïnspireerd te raken. Vraag hen proactief wat ze willen doen of leren.

Functie aanpassen

Een andere manier om oudere werknemers gemotiveerd te houden is hen een andere functie aanbieden. Doe dat steeds in overleg: misschien hebben ze zin in een nieuwe uitdaging, of misschien doen ze gewoon graag wat ze nu doen. Allemaal goed, zolang ze zich maar gehoord voelen.

Onze gouden tip? Leg niets op, maar bied mogelijkheden aan. Oudere werknemers zijn niet afgeschreven en willen zich ook niet zo voelen. Maak de maatregelen ook toegankelijk voor jongere werknemers. Zo kan iedereen zich optimaal ontplooien.

www.sdworx.be

Meer dan 1.000 werkgevers en zelfstandigen dienen aanvraag in voor individueel maatwerk

Zo’n 17 procent van de werkzoekenden in Vlaanderen heeft een arbeidsbeperking (30.000 personen). Met de nieuwe campagne ‘Pracht van een werkkracht’ promoot de Vlaamse overheid individueel maatwerk. Op zes affiches die vanaf 12 september in het straatbeeld en in tal van media verschenen, poseren zelfstandigen en werkgevers trots naast hun werknemer met een arbeidsbeperking, zoals een dubbele beenamputatie, gehoorproblemen of een autismespectrumstoornis. “Het is belangrijk om iedereen alle kansen te geven om in een juiste werkomgeving aan de slag te gaan, ook voor wie dat op het eerste gezicht soms minder evident lijkt”, aldus Vlaams minister van Werk Jo Brouns.

Bedrijven en zelfstandigen die meer info willen of individueel maatwerk willen aanvragen, kunnen terecht op

www.prachtvaneenwerkkracht.be

VGD Aalst neemt intrek in kantorencomplex SkylinE40

Met hun veertien kantoren over heel Vlaanderen verhuisde de ondernemersadviseur van de Marcel de Bisschopstraat naar het SkylineE40 kantorencomplex in Aalst, dit in aanwezigheid van de Aalsterse burgemeester Christoph D’Haese.

VGD ondersteunt ondernemers omtrent audit, tax, accountancy en meer. “Het nieuwe kantoor ademt ons DNA. Hier vallen alle barrières weg en zijn alle faciliteiten aanwezig om klanten optimaal te begeleiden en medewerkers nog beter in hun taken te ondersteunen”, zegt Anthony Meul, partner bij VGD. Leuk extraatje: elke vergaderzaal in het nieuwe kantoor draagt de naam van een bekende Aalstenaar, gaande van Louis Paul Boon, over Bockie De Repper tot Phara De Aguirre.

be.vgd.eu

Lab9 Pro neemt alle ICT-gerelateerde activiteiten over van IGEPA Belux

Concreet gaat het over de verkoop van alle ICTgerelateerde producten, alsook de technische dienstverlening rond creatie, proofing, prepress en workflowautomatisatie. Ook de vier medewerkers die er werkzaam zijn, gaan mee naar Lab9 Pro. Samen met de overname kondigen de twee bedrijven ook een unieke samenwerking aan om Belgische drukkerijen nog beter te bedienen en hun hele werking digitaal te transformeren.

“We geloven in de kracht van de grafische sector en de printindustrie. Het is meer dan ooit belangrijk om te investeren in de automatisering van het productieproces”, zegt Geert Coolman, CEO van Lab9 Group. “Twee sterke merken bundelen hun krachten in de grafische markt,” vult Dirk Salens, CEO van IGEPA Belux aan.

igepa.be – lab9pro.be

Aalsters burgemeester Christoph D’Haese geflankeerd door VGD-partner Anthony Meul en kantoorverantwoordelijke VGD Aalst Dries Hostens

Dirk Salens, CEO van IGEPA Belux & Geert Coolman, CEO van Lab9 Group

Netwerking

26.10.2023

Voka Visit

Breng een bezoek aan Marie Méro en duik met ons in de wondere wereld van de mode.

AALTER GRATIS

07.11.2023

Family Business Happening

Inspiratie voor een geslaagde transitie – event exclusief voor familiebedrijven

GENT (CIAC) GRATIS

08.11.2023

Breakfastclub: What’s New in Food & Drinks?

Voor en door jonge ondernemers – vijf pitchers –vijf slides – vijf minuten

GENT GRATIS

15.11.2023

Lunch met de ambassadeur van Cambodja

In gesprek met de ambassadeur van Cambodja? Ontdek Cambodja tijdens een informele lunch in beperkte kring.

GENT 120 €

16.11.2023

Voka Visit

Breng een bezoek aan DUCAJU, leverancier van hoogwaardige verpakkings- en presentatieoplossingen.

ERPE-MERE GRATIS

22.11.2023

Netwekkers bij Well Played

Ochtendstond heeft goud in de mond! Kom samen met andere ondernemers netwerken bij deze Gentse animatiestudio.

GENT GRATIS

23.11.2023

Vaart Club

In deze derde editie voor ondernemers met een hart voor de Denderregio verwelkomen we dr. Alexandre Mottrie (ORSI) als Bedenker aan de Dender.

AALST GRATIS

06.12.2023

Breakfastclub: What’s New in Tech?

Voor en door jonge ondernemers – vijf pitchers –vijf slides – vijf minuten

GENT GRATIS

07.12.2023

Voka Visit

Breng een bezoek aan Volvo Trucks, de enige vrachtwagenfabriek in België en de grootste van de Zweedse Volvo Group. GENT

Ga in gesprek met lokaal bestuur en leer andere bedrijven uit jouw gemeente kennen

06.12.2023

Opleidingen / lerende netwerken en infosessies

DIGITALISERING EN INNOVATIE

26.10.2023

Voka Tech Updates

Ben je als zaakvoerder of C-level geconfronteerd met een overvloed aan technologietrends? Welke trend is nu echt relevant en welke kan je beter negeren? Laat je door ons team helpen de uitdagingen die dit met zich meebrengt te begrijpen.

€ 550

15.11.2023

Lerend Netwerk Data & AI

Samen gaan we op zoek hoe jouw data je bedrijf kunnen versterken. Experts van verschillende bedrijven waaronder AE, Trendskout, Deloitte en Raccoons, geven ons daarvoor de nodige inzichten. We komen er ook achter hoe AI een meerwaarde kan bieden voor je organisatie.

€ 850

16.11.2023

Smart Product Innovation

Laat ondernemers en experten je inspireren over de hardware producten van de toekomst. Thema’s zoals innovatieve productontwikkeling, prototyping, en duurzame businessmodellen komen aan bod. GRATIS

28.11.2023

Lerend netwerk product Managers in SaaS

Ben je productverantwoordelijke in een SaaS-bedrijf en verlang je naar een omgeving waarin je kennis en ervaring kan uitwisselen?

€ 550

FINANCIEEL

15.11.2023

Financieel management voor niet-financiëlen

We loodsen je doorheen de belangrijkste principes van financieel management. Zo zullen we samen een analyse maken van de jaarrekening, financiële

basisbegrippen van naderhand bekijken en jou de basisinzichten in boekhouding meegeven.

GENT € 550

04.12.2023

Inzicht in je financiële cijfers én aan de slag met je prijszetting (voor Start- en Scale-ups)

Krijg inzicht in je financiële cijfers en ga aan de slag met je prijszetting.

GENT € 75

05.12.2023

De voornaamste pijnpunten bij btw-controle

We zoomen in op de 10 voornaamste aandachtspunten en de huidige tendensen bij btw-controles.

OOSTKAMP € 200

GROEI

09.11.2023

Plato food

Voor ondernemers die actief zijn in de voedingssector (met eigen productielijn).

€ 1.350

16.11.2023

Plato Flow

Voor bedrijfsleiders en CEO’s van bedrijven met 50 tot 250 medewerkers over actuele strategische topics via businesscases. Je toetst al jouw uitdagingen en opportuniteiten af bij ondernemers die in eenzelfde groeifase zitten.

€ 1.350

21.11.2023

Bryo ScaleUp - laat je start-up groeien

Voor ondernemers met een marktklaar product en een schaalbaar businessmodel. Momenteel realiseer je een omzet van minimaal €100 k/jaar. De komende jaren wil je die laten groeien tot meer dan €1.000 k/jaar.

GENT € 1.000

22.11.2023

Plato Develop

Voor mature ondernemers met een team van 15 tot 40 medewerkers.

05.12.2023

Plato Young Leadership

€ 1.350

Voor startende ondernemers met enkele medewerkers in dienst die zich willen toeleggen op hun leiderschapsskills.

€ 1.350

HUMAN RESOURCES & TALENT

23.10.2023

Welt

Stap samen met 14 andere bedrijven in een Welt groep en maak werk van een inclusief HR-beleid.

GENT GRATIS

Voka bedankt zijn partners

24.10.2023

HR2Grow

Wil jij het personeelsbeleid in jouw organisatie verder uitbouwen en optimaliseren? Krijg een antwoord op al jouw HR-uitdagingen (creatief rekruteren, onboarding, employer branding, generatiemanagement en feedbackcultuur …)

€ 900

25.10.2023

Employer branding lab

Jouw onderneming neerzetten als een aantrekkelijke werkgever en het juiste talent vinden (en behouden) is een van de grote uitdagingen van vandaag. We nemen je mee in het wat, waarom en hoe van employer branding.

GENT

21.11.2023

Buitenlandse arbeidskrachten tewerkstellen in België

27.11.2023

Beyond Borders USA en Canada

Maak kennis met de Verenigde Staten en Canada, Je werkt aan een marktintroductieplan om een van deze buitenlandse markten aan te boren.

GENT 550 €

05.12.2023

Douane update

Tijdens deze sessie krijg je een update van de meest recente ontwikkelingen in de douanereglementering.

GENT € 200

07.12.2023

Beyond Borders Frankrijk

MATCHMAKING

26.10.2023

Lab - aan de slag als extern adviseur We willen externe adviseurs of bestuurders versterken in hun rol en we gaan samen met hen op zoek naar een bedrijf dat perfect past bij hen.

GENT

30.11.2023

€ 550

De krapte op de arbeidsmarkt noodzaakt Belgische bedrijven om over de grenzen te rekruteren. We overlopen de praktische aspecten en juridische valkuilen waar jij rekening mee moet houden bij het rekruteren en tewerkstellen van internationaal talent.

GENT GRATIS

22.11.2023

Lerend netwerk talent managers

Je krijgt de mogelijkheid ervaringen uit te wisselen over vooraf bepaalde HR-thema’s. Deze community geeft je de kans om jouw professioneel netwerk te verbreden en te leren van collega’s uit andere bedrijven.

GENT

€ 900

INTERNATIONAAL ONDERNEMEN

24.10.2023

Lerend netwerk: international business development

We verdiepen ons in internationale thema’s die in jouw bedrijf op tafel liggen. Zo zorgen we ervoor dat je wendbaar en competitief blijft in het buitenland.

GENT

07.11.2023

Mercurio Go International

€ 1.350

Je werkt aan een internationale strategie op jouw maat en leert van peers door ervaringsuitwisseling.

Op die manier verwerf je nieuwe inzichten van ervaren ondernemers en internationale experten.

€ 1.000

22.11.2023

Incoterms® 2020 in de praktijk

Heb je te maken met import of export van goederen zowel binnen als buiten de EU? Dan weet je dat er heel wat formaliteiten bij komen kijken en dat heldere afspraken met jouw buitenlandse klanten en leveranciers belangrijk zijn. Incoterms zijn hierbij een essentiële leidraad.

GENT 200 €

Ontdek een nieuwe exportmarkt en verwerf inzichten van ervaren ondernemers en internationale experten over Frankrijk.

GENT € 550

MARKETING & SALES

27.10.2023

Commercieel denken en doen voor niet-commerciëlen

Beschouw je jezelf niet als een ‘geboren’ verkoper? Ontdek toch jouw talent om op een authentieke manier klanten te winnen en te behouden. Hoe maak je met kleine zaken het verschil? Hoe zorg je ervoor dat klanten het een plezier vinden om met je te communiceren? Hoe ga je om met een ontevreden klant?

AALST

16.11.2023

Verkopen via LinkedIn anno 2023

€ 450

Tijdens deze interactieve opleiding leer je hoe je jouw salesaanpak kan afstemmen op de hedendaagse aankoopverantwoordelijke. Je ontdekt er ook alle ins en outs van Sales Navigator, de premium formule binnen LinkedIn.

AALST

20.11.2023

€ 200

Lerend netwerk marketing directors

Hier komen allerlei marketingtrends aan bod en leer je hoe je best jouw team van marketeers kan aansturen. Onze experten en jouw peers zorgen ervoor dat je marketingstrategie op punt staat.

€ 900

06.12.2023

Lunch marketeers van start- en scale-ups

Marketeer in een (snel)groeiend en jong bedrijf? Zin om te sparren met andere marketeers?

GENT GRATIS

07.12.2023

Customer experience

Ontdek hoe je de klantenbeleving bij jouw onderneming kan optimaliseren. Je leert hoe je je klanten beter kan leren kennen, hoe je hen een goed gevoel van vertrouwen en waardering bezorgt en hierdoor een sterke klantenbinding creëert.

AALST

€ 450

€ 550

Lab - Starten met een raad van advies of bestuur

We stomen je klaar om een raad van advies of bestuur op te starten die past binnen je bedrijfsstrategie, en die op een correcte manier wordt samengesteld en georganiseerd.

GENT € 4.950

OVERDRACHT EN OVERNAME

24.10.2023

Transitio

Hoe jouw bedrijf klaarmaken voor verkoop of overdracht? De juridische, financiële en strategische aspecten die inherent zijn aan de verkoop van een onderneming komen uitvoerig aan bod, alsook de verschillende methodes van waardebepaling.

GENT € 550

PRODUCTIE

24.10.2023

Lerend netwerk: production teamleaders

Direct leidinggevenden in de productie zijn vaak technische profielen die zijn doorgegroeid binnen de organisatie. Een leidinggevende functie vraagt heel specifieke vaardigheden en competenties, ideaal dus om een sterk netwerk rond jou te hebben.

GENT € 900

STRATEGIE, LEIDERSCHAP & ALGEMEEN MANAGEMENT

21.11.2023

Effectief leiderschap

Van individuele kracht tot teamgerichte doeltreffendheid in twee dagen.

GENT € 550

* de vermelde prijzen zijn enkel voor leden en exclusief btw.

Geert dacht

Het hoofd dat spreekt met het hart

40 procent ‘sociale bewoning’: een constructie zonder fundering

Er lijkt een breed draagvlak te zijn voor een belangrijk aandeel van sociale woningen op de huizenmarkt, tot 20 procent. Daar voegen de voorstanders nog eens 20 procent ‘budgetwoningen’ aan toe. Dat maakt dat bijna de helft van de huizenmarkt op de een of andere manier door de overheid ondersteund dient te worden. Hoe sociaal dat ook mag lijken, het gaat de richting uit van een collectivistische maatschappij waar de overheid in belangrijke mate bepaalt wie waar kan en mag wonen en tegen welke condities.

Voor sommigen is dat nog niet genoeg. In Gent is een activistische groep erin geslaagd een referendum af te dwingen, en daarvoor hebben ze meer dan 20.000 handtekeningen verzameld. De vragen die de stad formuleert, zijn binnenkoppers, wie zal daar nee op antwoorden? De eerste vraag: “Gemeentelijk publiek vastgoed mag niet geprivatiseerd worden. Gaat u akkoord?” De tweede vraag: “Moet de stad Gent een bank van publieke gronden oprichten om 40 procent sociaal wonen te realiseren?”

Het doel ligt wijd open om nog meer collectivistische concepten af te dwingen, zoveel is zeker met die vraagstelling. Benieuwd hoeveel burgers zullen opgedaagd zijn en wat de uitslag is van dit surrealistische referendum van 8 oktober.

Twee vragen ontbreken in dit referendum. “Bent u bereid bij te dragen aan dit woonbeleid door extra personenbelasting?” En: “Moet Gent zijn bouwnormen aanpassen (bijvoorbeeld hoger bouwen) en het vergunningsproces versnellen zodat er meer aanbod en dus lagere prijzen komen?” Met die vragen krijgen burgers misschien een beter idee dat meer sociale woningen geen free lunch is. Iemand zal het moeten betalen en dat zal de belastingbetaler zijn die tot de andere 60 procent behoort. En Gent heeft zelf, door een te rigide proces en te veel regels, een groot aandeel in het tekort op de woningmarkt. De privémarkt aarzelt meer en meer om in dat verstikkende speelveld te werken, dus zal het aanbod op termijn verkleinen en zullen de prijzen verder verhogen.

Want laat ons een kat een kat noemen. Als 40 procent van de woningen staatsinterventie nodig heeft, schort er iets. Wat is er mis met de logische veronderstelling dat iedereen die kan werken moét werken, dat je het recht op een goedkope woning niet zomaar cadeau krijgt? Dit woonbeleid is een nieuwe demotivator om aan het werk te gaan voor een deel van de bevolking, die liever de paternoster van allerlei sociale voordelen aan elkaar rijgt.

GEERT MOERMAN gedelegeerd bestuurderVoka Oost-Vlaanderen

Verder maakt de overheid wonen steeds duurder, deels door de begrijpelijke duurzaamheidsinvesteringen in elke woning, maar deels ook door tergend lange procedures bij projecten. En ook door de achterhaalde en wat bekrompen weigering om hoger te bouwen, bijvoorbeeld naar een hoogte van tien verdiepingen en meer. Grond is immers het meest schaarse goed en als je – ook binnen de ring van Gent –enkel ‘onthoofde’ gebouwen van vier tot vijf niveaus mag bouwen, zullen volgende generaties zich ongetwijfeld afvragen wie zoveel gebrek aan stedenbouwkundige visie had in het eerste luik van de 21ste eeuw.

Onze welvaart is gebouwd op het zo optimaal mogelijk laten functioneren van de vrije markt, met mensen die bereid zijn daaraan bij te dragen door te werken, als het enigszins mogelijk is. De huidige tendens om naar 40 procent sociale of anders ondersteunde woningen te gaan, is op termijn een welvaartsreductie van jewelste, een fausse bonne idée, zoveel is duidelijk.

“

Als 40 procent van de woningen staatsinterventie nodig heeft, schort er iets

DE ECONOMISCHE TOEKOMST IS

ONZEKER.

ONZE EXPERTISE IS DAT NIET

Bij Banque de Luxembourg geloven we in specialisatie. Wij doen al meer dan 100 jaar alleen waar we goed in zijn: vermogensbeheer. Als private bank staan we tal van ondernemers en families bij, vaak over de generaties heen. Sinds 2010 zijn wij goed ingeburgerd in België, en bedienen wij onze cliënten ook vanuit Sint-Martens-Latem en Brussel. Luxemburgse know-how dus, met lokale verankering.

Voor meer informatie kunt u Banque de Luxembourg Belgium bereiken op het nummer 09 244 00 40 of een bezoekje brengen aan ons kantoor op de Kortrijksesteenweg 218 in 9830 Sint-Martens-Latem. Uiteraard kunnen we ook bij u thuis langskomen.

Zidis heeft ons al verschillende keren geholpen met het vastleggen van belangrijke momenten en gebeurtenissen. Ze verrassen ons telkens met hun creativiteit en professionaliteit en slagen erin om onze visie en missie te begrijpen en deze om te zetten in prachtige beelden en video's die onze doelgroep aanspreken en inspireren.

Gudrun Verschuere

Algemeen Voorzitter

Vrouwennet vzw

www.zidis.be

Wij zijn Zidis

Een snel, flexibel en efficiënt productiehuis met de nadruk op video. Een mix van jong geweld en ervaren verhalenmakers met enthousiasme als gemene deler. Beeldende content is hot en wij zijn er om jouw doelstellingen waar te maken met fantastische beelden! Op zidis.be kan je terecht voor bedrijfsfilms, livestreams, podcasts, animatievideo's, fotografie, rekruteringsvideo's, en zoveel meer!

“De magie van het vastleggen van onvergetelijke momenten”

Zidis Studios Antwerp - Ellermanstraat 54 - B-2060 Antwerpen Zidis Studios East & West Flanders - Leihoekstraat 7c - B-9870 Zulte