Boeren
verdienen meer ACTIVITEITENOVERZICHT 2008 | 2009
Bernd Fink
Chaque chose a son temps En die tijd is nu
Iedereen zegt het nu. De Wereldbank. De VN. Wetenschappers wereldwijd. De miljoenen boerenfamilies wereldwijd zijn een oplossing. Voor de voedselcrisis en het hongerprobleem – nogal evident. Maar ook voor het armoedeprobleem, want de meeste armen zijn tenslotte boeren en boerinnen. En bovendien respecteren hun familiebedrijven veel beter de ecologische balans van onze planeet. Goed, help die boeren dan! Eerlijk? Zo simpel is het niet. Het begin van de oplossing brengt ons een nieuw probleem. Want hoe verbinden we die boeren en boerinnen met consumenten op de verschillende markten, zodat ze loon naar werken krijgen?
Precies dat zoekt Vredeseilanden uit. Met onze partners: boerenorganisaties, bedrijven, universiteiten, overheden. Bescheiden, maar ambitieus. Want het is een lastige weg. Marktstudies uitvoeren, overleg organiseren, coöperatieven opstarten, nieuwe kennis opbouwen. Alles heeft zijn tijd. Successen, tegenslagen, nieuwe hoop. Het is de moeite waard. Omdat oplossingen in het klein, de wereld beetje bij beetje veranderen. Omdat het finaal over zoveel meer gaat dan mensen die zich uit de armoede bevrijden. Het gaat ook over ons. Want het volstaat niet dat we solidair zijn door mensen elders in de wereld uit de armoede te helpen. Als drie miljard armen zich opwerken tot onze levensstandaard en daarbij evenveel CO² uitstoten en evenveel water en grond-
stoffen consumeren als wij, bedreigen we het voortbestaan van onze eigen soort. Echte solidariteit vraagt een wereldwijde transitie naar een duurzame economie. Met een duurzame voedselproductie én -consumptie. Daarom werkt Vredeseilanden ook in België hard om van duurzame producten dagelijkse kost te maken. In scholen, bedrijfsrestaurants, in de sportclub,... Dankzij de inzet van duizenden vrijwilligers en de keuzes van geëngageerde consumenten, blijft het niet bij woorden. Chaque chose a son temps. En die tijd is nu. We boeken vooruitgang. Elke dag een beetje. In Azië, Afrika, Latijns-Amerika en hier bij ons. U leest er meer over op de volgende bladzijden. Luuk Zonneveld, directeur Vredeseilanden
Layla Aerts
Lukt het de rijstboeren en -boerinnen om hun rijst in de rekken van Colruyt te krijgen? En overtuigen ze ook de consumenten in Benin en de buurlanden? Volg het verhaal op www.vredeseilanden.be/benin/rijst
Benin
Geproefd en goedgekeurd
Het is nog geen tien jaar geleden. De laagvlakten van Savalou in Benin lagen er verwaarloosd bij. Er groeide niks. Ja, onkruid, maar daar eet een mens niet van, daar leeft een boer niet van. Tot onderzoek toonde dat de bas fonds wel eens dienst konden doen als rijstvelden. Rijst? Uit Benin? Wie gelooft daar nu in? De rijst uit Azië is toch beter en goedkoper? De boeren en boerinnen kregen de wind van voren en hier en daar werd het idee op gelach onthaald. Vandaag wordt er nog altijd gelachen. Maar dan wel van geluk. Want in al die jaren is er veel veranderd. De boeren organiseerden zich en de oogst groeide elk jaar. Vredeseilanden deed een marktonderzoek naar hoe consumenten in de regio hun rijst verkiezen. Supermarktketen Colruyt deelde kennis over de kwaliteitsvereisten die zij hanteren
en voerde smaaktesten uit met de Beninse rijst bij consumenten in België. Belangrijke lessen, die via de partnerorganisaties van Vredeseilanden weer hun weg vinden naar de rijstvelden. Stap voor stap wordt de kwaliteit verbeterd. Nieuwe variëteiten en technologieën worden in gebruik genomen. Het gaat hard, en dat moet. Want dat Fairtradelabel willen ze binnenhalen.
Stap voor stap wordt de kwaliteit verbeterd. Het gaat hard, en dat moet. Want dat Fairtradelabel willen ze binnenhalen. De boeren koesteren onverminderd de ambitie om een symbolische hoeveelheid van hun rijst in de rekken van Colruyt te krij-
gen in 2010. Getest en goedgekeurd door een grote Belgische supermarkt: geen mooier visitekaartje om ook op lokale en regionale markten te scoren. De voedselcrisis overtuigde ondertussen velen van het belang van een eigen Afrikaanse rijstproductie. In 2008 viel de import uit Azië stil, waardoor de lokale rijst plots een aantrekkelijk alternatief werd. Ook de Beninse overheid ziet dat. Het ministerie van landbouw investeert meer in onderzoek, het verdeelt zaaigoed en zorgt voor overleg tussen de verschillende spelers in de rijsthandel. Vredeseilanden bereikt met het rijstprogramma ongeveer 5.000 boeren. Via onze partnerorganisaties zorgen we ervoor dat alle ervaringen doorstromen tot op het nationale niveau.
Nele Claeys
Inspireert het voorbeeld van SYDIP en COOCENKI andere boeren in de regio en andere landen in de wereld? Volg het verhaal op www.vredeseilanden.be/congo/wfp
DR Congo
Kiezen tussen rijst en kalasjnikov?
Een zwakke overheid, welig tierende corruptie, de vloek van gegeerde grondstoffen, bemoeienissen van buurlanden die elk hun belangen met kogels verdedigen... Het zijn maar enkele ingrediënten van de humanitaire catastrofe die zich in Oost-Congo afspeelt. Ook al haalt het even het nieuws niet, het gruwelverhaal van moorden en verkrachten lijkt maar geen slot te krijgen. En toch is er hoop. Want landbouw kan bijdragen tot de stabiliteit en de rust waar de bevolking zo aan toe is. “Landbouw is een buffer voor conflicten”, zegt Léopold Mumbere die het Vredeseilanden programma in Congo leidt. “Wie een zak rijst verkoopt voor 100 dollar, heeft geen zin meer om naar een kalasjnikov te grijpen.” Dat het niet bij dromen of ambities blijft, bewijzen SYDIP en COOCENKI. Een boerenvakbond en een coöperatieve, samen goed voor 24.199 leden. Enkele jaren terug
groeide het idee om de noodsituatie in een kans om te buigen. Wat als Congolese boeren nu eens de voedselhulp zouden aanleveren voor de vluchtelingen in hun regio in plaats van voedselhulp te importeren? Dat zou een onschatbare stimulans voor de economie betekenen en tegelijk de nood lenigen van duizenden vluchtelingen. Vredeseilanden trok samen met mensen van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking en vertegenwoordigers van de boerenbeweging in Noord-Kivu naar het Wereldvoedselprogramma in Rome. Een testcase werd opgezet. Er werd gewroet en gezwoegd. Obstakels rond opslag, verwerking en transport werden overwonnen om een eerste bestelling van maïsmeel rond te krijgen. Met succes. Nieuwe bestellingen volgden. Eind februari 2009 werden al 790 ton bonen en 351 ton maïsmeel verdeeld onder
de vluchtelingen. De nieuwe bestellingen worden aangegrepen om uitdagingen rond krediet en infrastructuur aan te pakken. Zo financierde de Belgische Ontwikkelingssamenwerking twee nieuwe maalderijen die in 2009 afgewerkt worden. België zit tot eind 2009 in de Raad van Bestuur van het Wereldvoedselprogramma en kan zo ook andere landen aanmoedigen om voedselhulp lokaal aan te kopen. Overal wordt geleerd uit de “Congo-case”. Waar de kansen liggen, maar ook welke problemen opduiken en welke fouten men moet vermijden. Onder meer de VS onderzoeken nu of ze mee op de kar springen. We mogen Congo niet opgeven, zegt Léopold Mumbere. “Elke jongere die de kans grijpt geld te verdienen door handel te drijven en het land te bewerken, is een jongere minder die zich aansluit bij een rebellengroep.”
Jan Vannoppen
Zullen de pindaboeren erin slagen nieuwe kansen om te zetten in contracten? En lukt het om langetermijnrelaties aan te gaan met handelaars aan goede voorwaarden? Dat zijn vragen die het komende jaar een antwoord krijgen. Het vervolg op www.vredeseilanden.be/uganda/pindanoten
Oeganda
Bedriegers!?
“Die opkopers? Bedriegers zijn het! Ze gebruiken verkeerd geijkte weegschalen en geven ons een veel te lage prijs.” “Die boeren? Niet te vertrouwen. Ze doen stenen in hun zakken, om ons te veel te laten betalen.” Nee, het vertrouwen tussen de Oegandese pindaboeren en de opkopers is niet bepaald groot. Dat was wel duidelijk tijdens die eerste van een reeks ontmoetingen die Vredeseilanden organiseerde met alle betrokken partijen uit de pindabusiness: de pindatelers, de opkopers, de verwerkers, de handelaars, de lokale overheden, de landbouwvoorlichters en de douaniers. Wat kunnen de pindaboeren doen om meer te verdienen aan hun pindanoten? Joseph,
een handelaar, zag een kans. “Er is veel interesse uit Kenia, maar dikwijls keren de handelaars met lege vrachtwagens terug omdat er geen pindanoten beschikbaar zijn of omdat ze van heel slechte kwaliteit zijn. Heel frustrerend.” Daar hadden de boeren geen idee van.
De vraag naar pindanoten op de Keniaanse markt is groot, zo bleek uit de ontmoetingen. Met een nieuwe commerciële organisatie kunnen de boeren die markt bedienen. Met die inzichten keerden de medewerkers van onze partnerorganisaties terug naar hun leden. Een betere organisatie onder
de boeren zou wel eens het begin van een antwoord kunnen zijn. En zo werd KUFACCOS geboren: de Kumi Farmers’ Agricultural Commodity Marketing Cooperative Society. Een mond vol voor de “commerciële vleugel” van de Boerenvereniging in Kumi, met de deelnemende boeren als aandeelhouder. KUFFACOS koopt pinda’s op bij de boeren en verkoopt op zijn beurt door aan grote handelaars. Langzamerhand wisselen de pindaboeren en hun opkopers de getrokken messen in voor solide contracten. De boeren wisselen zelfs informatie uit met de handelaars over de recentste prijsontwikkelingen op de markt. KUFACCOS zoekt nog verder naar nieuwe markten.
Patrick De Spiegelaere
Chuya Mikuna wil nu verder investeren. Vinden ze daarvoor de nodige kredieten? En lukt het hen om hun productie te diversifiĂŤren zodat ze niet enkel van groenten afhankelijk zijn? Volg het verhaal op www.vredeseilanden.be/ecuador/chuyamikuna
Ecuador
Link tussen stad en platteland
Geen krimp gaven ze, de leiders van boerenorganisatie Chuya Mikuna in de Andes. Ze deden alsof het hen niet kon schelen. Maar reken maar dat ze vanbinnen overkookten. De boeren hadden net hun groenten geleverd aan een grote Ecuadoraanse supermarkt. “5% houden we van de prijs af voor promotie”, zei de directeur. “En 15% van de groenten betalen we niet, want die zijn ongetwijfeld slecht”, voegde hij er botweg aan toe, zonder de groenten ook maar een blik te gunnen. Slecht? De boeren en boerinnen wisten niet wat ze hoorden. Hun groenten waren met zoveel zorg gekozen en biologisch gekweekt. Al die jaren hadden ze daar met hun organisatie hard aan gewerkt om hun groenten op de schappen van de supermarkten te krijgen.
Hoe konden ze uit die oneerlijke cirkel breken? De kwestie kwam ter sprake tijdens een vergadering. Marcelo van de ngo SENDAS begeleidde op vraag van Vredeseilanden de boeren bij hun zoektocht. Terwijl iedereen zijn beklag deed, zat hij er peinzend bij.
In de kuststreek van Ecuador leveren vrouwen elke dag een strijd om het leven van hun families te verbeteren. Marcelo dacht niet aan de supermarkten. Hij dacht aan de vrouwen van Machala die hij eerder al ontmoette. In de kuststreek van Ecuador leveren ze elke dag een strijd om het leven van hun families te verbeteren. Als Chuya Mikuna nu eens... groentemanden zou kunnen leveren aan die vrouwen.
Marcelo opperde het idee aarzelend, maar meer woorden had hij niet nodig. De volgende dag legden de leiders van Chuya de eerste contacten met de vrouwenbeweging van Machala. Na het eerste gesprek was iedereen overtuigd: de producenten van de Chuya zouden het aankunnen. Ze hadden een goed opkoopsysteem, ze hadden zich in de loop der jaren goed georganiseerd en ze hadden een strak geplande productie. Zo ontstond een schitterende band tussen stad en platteland. Om de toelevering te garanderen sloot Chuya Mikuna nog verbanden met honderden andere producenten uit verschillende provincies. Chuya Mikuna verkoopt bijna 95% van de producten van de aangesloten organisaties en betaalt ze eerlijke prijzen. De verkoop aan de vrouwen van Machala loopt nu echt als een trein. 11
Laos
Vroeger verslaafd, vandaag bedrijfsleider Met z’n elven legden ze alles samen: een tractor, twee vrachtwagens, zes motorbootjes, de huizen, de velden, het spaargeld. Opgeteld wel 120.000 dollar waard. Een gigantisch bedrag, maar wel een vereiste om in Laos een bedrijf te laten registreren. Voor de maïsgroep Ban Si Done Nyaeng het begin van een gedurfde onderneming. “In ons fabriekje halen we de korrels uit de maïskolf, we onderhandelen met handelaars en hebben nu het recht vanuit onze dorpen rechtstreeks naar Thailand te exporteren”, zegt voorzitter Mr. Noi Lat niet zonder trots. “We leveren ook zaden aan de boeren en zorgen voor opleiding.” “Hun business draait inderdaad goed,” bevestigt Stuart Ling, die het programma van Vredeseilanden in Laos coördineert. “De groep startte in 4 dorpen. Nu zijn er mensen uit 12 dorpen bij betrokken. Wie had dat vijf jaar geleden durven denken?”
Vredeseilanden startte in 2002 nog met een Voedsel voor Werk programma. De uitzichtloze situatie leidde veel mensen in de val van de opium. Vredeseilanden deed hen een voorstel: wie het harde afkickprogramma afrondde, kreeg een landbouwopleiding. Het werkte. In 2007 hadden alle dorpen in de betrokken districten voedseloverschotten. Maar hoe gaat het verder? Grote bedrijven uit Vietnam, China en Thailand marcheerden inmiddels Laos binnen en zetten de boeren onder druk. Ofwel konden ze een contract afsluiten om hun onverwerkte producten tegen een lage prijs af te nemen, ofwel konden ze hun land verkopen en arbeider worden op een rubberplantage. Om hun toekomst in handen te houden, moeten de boeren en boerinnen meer controle krijgen over de vermarkting van hun producten. Vredeseilanden stimu-
leert boeren daarom sinds twee jaar om in groep een bedrijf te starten. Een werk dat nu begint vruchten af te werpen. Eind 2008 waren 18 ondernemingen actief. Ze verwerken pindanoten, thee of maïs, zoals Ban Si Done Nyaeng. “Maar tegelijk zijn dit nog zwakke bedrijfjes,” meent Stuart. “Het analfabetisme hier is torenhoog. In één dorp waar we begonnen, vond ik amper twee geletterde mensen. Voor hen betekent de start van een bedrijf een enorme uitdaging. Wetgeving leren, een boekhouding bijhouden, een businessplan opstellen,... Van ongeschoolde arbeiders moeten ze zich opwerken tot ondernemers”. “Het zou best kunnen dat enkele bedrijfjes er binnen een paar jaar niet meer zijn. Maar hoe dan ook voel ik dat we op deze manier de weerbaarheid van de mensen verhogen.” 13
Jelle Goossens
Kunnen de boeren van Boyolali de komende jaren meer consumenten doen proeven van hun kwaliteitsrijst? En lukt het de rijstboeren van andere eilanden om het succesverhaal uit Boyolali te kopiĂŤren? www.vredeseilanden.be/indonesie/rijst
Indonesië
Rijst uit Boyolali: Van alle markten thuis Ze maken zich zorgen, de consumenten in Solo op het Indonesische eiland Java. Over de rijst die ze eten - ’s morgens, ’s middags en ’s avonds. Want je hoort ze overal, de verhalen. Over pesticidenresten die worden teruggevonden in rijst. Over rijst die met chloor wordt gebleekt om ze er witter te laten uitzien. Over mensen die ziek worden van wat ze eten. Ander en beter, dachten de vrouwen van Blok 3 in Solo. Ze zijn niet op hun mond gevallen en willen geen vergif op hun bord. Ze organiseerden zich als bezorgde consumenten. Ze gingen op zoek naar rijst die gegarandeerd gezond is. En die vonden ze. Bij de boeren en boerinnen in Boyolali, niet ver van Solo. Want ja, ook de boeren maken zich zorgen. Over hun gezondheid. De boeren van
Boyolali hebben altijd rijst geteeld. Sinds de jaren ‘70 kwamen daar pesticiden en kunstmest bij te pas. Steeds meer. Cipto Mulyatno – een van de boerenleiders – heeft er zijn bekomst van. “Ze zorgden voor hogere productiekosten en ons land werd almaar droger. Van het sproeien ontwikkelde ik bovendien zware astma.”
Verschillende restaurants hebben de rijst nu op hun kaart staan. Zelfs fastfoodketen Kentucky Fried Chicken serveert biorijst van Boyolali. Ander en beter, dachten de boeren. Met de ondersteuning van Vredeseilandenpartner LSK-BB schakelden ze over naar biologische rijstproductie. “We ontwikkelden ons
eigen bestrijdingsmiddel en maken onze eigen meststof met koeienmest en compost. De productiviteit van het land is verhoogd, we krijgen een betere prijs voor onze rijst en de smaak is onvergelijkbaar.” De vrouwen van Blok 3 zijn alvast fervente afnemers. Enthousiasme dat aanstekelijk werkt. Met hun proeverijen en de recepten die ze in lokale bladen publiceren, overtuigden ze nog andere consumentengroepen. Verschillende restaurants hebben de rijst nu op hun kaart staan. Zelfs fastfoodketen Kentucky Fried Chicken serveert biorijst van Boyolali. Samen met LSK-BB zoeken de boeren voortdurend naar nieuwe opportuniteiten. Rechtstreekse verkoop aan consumenten, of contracten met de grote supermarkten? Met een sterk product ben je op elke markt thuis. 15
Het is de schuld van de Chinezen Tja, er wordt zoveel gezegd. Zeker als het gaat over de stijgende voedselprijzen. Dat het komt omdat we biobrandstof maken van ons eten, of omdat de Chinezen meer vlees eten, of...
De echte oorzaak van de voedselcrisis In de eerste helft van 2008 stegen de voedselprijzen pijlsnel. Maïs, graan, soja, bonen... Veel basisgewassen verdubbelden zelfs in prijs. Hinderlijk voor ons, want het totaal op ons kasticket liep op. Dodelijk voor miljoenen mensen elders op de wereld, want voedsel werd plots onbetaalbaar. Het aantal hongerlijders steeg inmiddels tot meer dan 1 miljard mensen. Wie of wat was verantwoordelijk voor de prijsexplosie van voedsel? De hoge olieprijs? De gestegen vraag uit Azië? De opkomst van biobrandstoffen? De lijst van oorzaken was lang. In een gerichte minicampagne wees Vredeseilanden op de hoofdoorzaak: de verwaarlozing van de landbouw gedurende tientallen jaren, en de nefaste gevolgen van de “vrije” wereldvoedselmarkt.
Om familiale landbouw bovenaan de agenda te krijgen, ondernam Vredeseilanden actie: • We schreven een MO*-paper “Wie zorgt voor de echte groene revolutie?” met bewijsvoering dat familiale landbouw de planeet kan voeden, armoede verhelpt en de klimaatcrisis bestrijdt. • We schreven verschillende opiniestukken in De Morgen, De Standaard en De Tijd. • Een advertentie over de voedselcrisis verscheen in verschillende kranten. • Een beleidsmedewerker van Vredeseilanden maakte deel uit van de Belgische delegatie tijdens de speciale FAO-top van juni 2008 in Rome. Vredeseilanden werd ook uitgenodigd als adviseur in de Raad voor Voedselzekerheid van de Wereldbank. • De Belgische overheid nam onze ana-
lyse van de voedselcrisis over. Vredeseilanden zorgde er ook mee voor dat het landbouwbudget binnen de Belgische Ontwikkelingssamenwerking wordt opgetrokken tot 10% in 2010 en tot 15% tegen 2015. Eind 2008 daalden de voedselprijzen naar een lager niveau. Maar de voedselcrisis is niet voorbij. In veel landen blijven de prijzen hoog en de verwachting is dat bij de minste stijging van de olieprijs ook de voedselcrisis weer opflakkert. Vredeseilanden volgt de ontwikkelingen op de voet en blijft zich inzetten voor extra investeringen in familiale landbouw als structurele oplossing voor de voeselcrisis.
www.vredeseilanden.be/ voedselcrisis
17
Jelle Goossens
Vredeseilanden heeft een stevig draagvlak in Vlaanderen Vredeseilanden wordt in Vlaanderen gezien en gehoord dankzij de inzet van duizenden mensen. • Circa 12.000
vrijwilligers engageerden zich voor onze campagne op 16-17-18 januari 2009 • 106.000 sympathisanten kochten een gadget tijdens dit campagneweekend • Meer dan 1.000 lopers liepen mee in de Loop naar Afrika tijdens de 20km door Brussel • 3.000 leden van jeugdverenigingen deden mee aan de Foodhunt-wedstrijd voor gratis duurzame voeding op kamp • 8.292 donateurs maakten een of meerdere giften over en kregen hiervoor een fiscaal attest • 50 vrijwilligers zijn actief in een plaatselijke trekkersgroep voor FairTradeGemeenten • 35 vrijwilligers zijn actief in de Raad voor Ontwikkelingssamenwerking van hun gemeente • 71 leerlingen van vijf pilootscholen werken als trekkersgroep mee aan ChangetheFood. Zij activeerden op hun beurt meer dan 2.500 medeleerlingen.
An Kindermans
FairTradeGemeenten gaan ook voor duurzame landbouw Met de titel van FairTradeGemeente geven gemeenten aan dat ze samen met hun inwoners eerlijke handel en duurzame landbouw een warm hart toedragen én er ook effectief werk van maken. De titel van FairTradeGemeente behaal je als 6 criteria vervuld zijn. Momenteel doen meer dan 170 Vlaamse gemeenten mee aan dit initiatief van Oxfam Wereldwinkels, Max Havelaar, 11.11.11 en Vredeseilanden. In 2008 stimuleerde de stuurgroep van FairTradeGemeenten nieuwe initiatieven om het laatste criterium te behalen: het consumeren van duurzame voedingspro-
ducten. Thuis, op de werkvloer en op openbare plaatsen. Enkele voorbeelden: • Sint-Truiden bracht 3.000 flesjes lokaal fruitsap in 14 scholen. • Gezonde, lokale tussendoortjes tijdens de gemeentelijke sportweken in Brecht. En een net niet zo gezonde, maar wel lekkere ijstaart… • In Koksijde kregen alle personeelsleden van de gemeente een biopakket voor secretaressedag. • In Rotselaar maakten inwoners tijdens talrijke evenementen kennis met “sap van hier en sap van daar”.
• In Kasterlee kregen alle jonggehuwden een mand met biogroenten en biofruit. • In 7 gemeenten startte een nieuw Voedselteam. FairTradeGemeenten bewijzen dat ze een groot verschil maken als het aankomt op beschikbaarheid van duurzame voeding. De campagne bereikt diverse winkels: Wereldwinkels (15%), supermarkten (39%). De overige 46% bestaat uit buurtwinkels, bakkers, slagers, drankenhandels, bioshops,...
www.fairtradegemeenten.be
21
An Kindermans
ChangetheFood
duurzaamheid is keuzes maken
Fairtrade wijn, biologisch vlees, seizoensgebonden fruit of groenten uit eigen streek? De weg naar een duurzaam eetpatroon is geen exacte wetenschap. Duurzaamheid is in de eerste plaats keuzes maken. Hoppen en shoppen binnen het aanbod en weten waarvoor je kiest. Daarom bedacht Vredeseilanden ChangetheFood voor scholen. ChangetheFood zet leerlingen aan het denken over duurzame voeding en over de rol die zij kunnen spelen als consumenten van de toekomst. ChangetheFood is geen eenmalig project.
Secundaire scholen die starten met Change theFood zijn bereid structurele inspanningen te leveren voor duurzame voeding in en rond de school. Zo wordt het een manier van denken en handelen voor een duurzame school. Buiten de schoolmuren kan ChangetheFood van pas komen om criterium 3 en criterium 6 te behalen op weg naar de titel van FairTradeGemeente. Barnum in Roeselare, Heilige Familie in Sint-Niklaas, GIB Brasschaat, Voorzienigheid in Diest en Kindsheid Jesu in Hasselt waren de pilootscholen tijdens het eerste schooljaar 2008-2009. Zij kregen inten-
sieve begeleiding om het concept scherp te stellen. Leerlingen maakten fruitpralines, richtten een Foodcorner op, maakten hun jaarlijkse sportdag duurzamer,... Leerkrachten en leerlingen zijn enthousiast over ChangetheFood omdat het gemakkelijk te koppelen is aan bestaande initiatieven op school zoals een samenwerking met VELT, Kleur bekennen, Globelink, MOS, of Wereldwinkel op school. Benieuwd hoe de scholen het ervan af brengen? Of wil je ChangetheFood ook in jouw school?
www.changethefood.be
23
Cijfers Vredeseilanden realiseerde in 2008 de volledige integratie van de boekhouding. Dat betekent dat al onze kantoren wereldwijd op een eenvormige manier rapporteren, zodat men in het jaarverslag voor elk regiokantoor de uitgaven voor elke balanspost kan aflezen. Dit laat ons ook toe om efficiënter te werken omdat budgetten beter opgevolgd kunnen worden. Vredeseilanden is de eerste ngo in Vlaanderen die deze complexe integratie realiseert. In 2008 bedroeg onze omzet 11.917.351 euro. Vredeseilanden sloot, na terugname uit het investeringsfonds, het boekjaar af met een positief resultaat van 165.040 euro. Gelet op dat resultaat, het eigen vermogen en de beperkte schuldenlast, is Vredeseilanden een financieel zeer gezonde organisatie. Het voornaamste deel van de middelen komt uit overheidssubsidies. Toch zijn particuliere giften essentieel, omdat zonder die giften de ontwikkelingsprogramma’s ook niet in aanmerking zouden komen voor overheidssubsidies.
Waar gaan de middelen van Vredeseilanden naartoe? 11% 6% 83%
n Algemeen beheer n Fondsenwerving n Realisatie van de doelstellingen
Waar komen de middelen van Vredeseilanden vandaan? 16% 12%
2%
70%
n Overheidssubsidies n NGO’s, stichtingen en bedrijven n Particuliere opbrengsten n Financiële opbrengsten
Resultatenrekening GeïntegreeRd totaal 2008 Euro I.
Bedrijfsopbrengsten
D. Lidgelden, schenkingen, legaten en subsidies
E. Andere bedrijfsopbrengsten II. Bedrijfskosten
B. Diensten en diverse goederen
C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, en immateriële en materiële vaste activa F. Toevoegingen (+); Terugnemingen(-) in voorzieningen voor risico’s en kosten
11.620.762 11.527.472 93.290 11.924.490 3.546.875 4.202.241 230.267 -178.329
G. Andere bedrijfskosten (voornamelijk transfers naar partners in het Zuiden)
4.123.436
III. Bedrijfsresultaat
-303.728
IV. Financiële opbrengsten
B. Opbrengsten uit vlottende activa
282.438 226.712
C. Andere financiële opbrengsten
55.726
V. Financiële kosten
9.188
C. Andere financiële kosten VI. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening VII. Uitzonderlijke opbrengsten VIII. Uitzonderlijke kosten IX. Resultaat van het boekjaar
9.188 -30.477 14.151 0 -16.327
Wisselkoersverschillen toe te voegen aan financieel resultaat
-151.124
Winst (+) / verlies (-) van het boekjaar
-167.451
Resultaat na terugname uit het investeringsfonds
165.040
Balans per 31/12/2008 GeïntegreeRd totaal 2008
GeïntegreeRd totaal 2008 Euro
Euro VASTE ACTIVA I. Oprichtingskosten II. Immateriële vaste activa III. Materiële vaste activa IV. Financiële vaste activa VLOTTENDE ACTIVA V. Vorderingen op meer dan één jaar
484.210,55
EIGEN VERMOGEN
5.219.788,74
0
I. Fondsen van de vereniging
1.472.888,17
0
IV. Bestemde fondsen
2.972.765,09
V. Overgedragen winst (+)
1.200.678,03
419.554,27 64.656,28 8.756.514,05 81,71
VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering
173.162,00
VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar
225.254,21
VIII. Geldbeleggingen
161.310,36
IX. Liquide middelen
6.801.945,39
X. Overlopende rekeningen
1.394.760,37
TOTAAL DER ACTIVA
9.240.724,60
Overgedragen verlies (-)
-426.542,55
VOORZIENINGEN
739.515,47
VII. A. Voorzieningen voor risico’s en kosten
443.117,23
B. Voorzieningen voor schenkingen en legaten met terugnemingsrecht
296.398,24
Schulden VIII. Schulden op meer dan één jaar IX. Schulden op ten hoogste één jaar
3.281.420,39 4.698,70 698.840,45
X. Overlopende rekeningen
2.577.881,24
TOTAAL DER PASSIVA
9.240.724,60
Een klare kijk Vertrouwen moet je verdienen. Daarom wil Vredeseilanden dat haar communicatie en rapportering beantwoordt aan de maatschappelijke verwachtingen en de vragen van ons publiek. Vredeseilanden is lid van de Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving (VEF) en on-
derschrijft de deontologische code van de vereniging (meer info: www.vef-aerf.be). Onderdeel van die code is het recht op informatie. Het activiteitenverslag is daar een voorbeeld van. Alle schenkers, vrijwilligers en sympathisanten krijgen het ieder jaar toegestuurd.
Dit is een verkorte versie van het uitgebreide jaarverslag dat volgens de standaarden van het Global Reporting Initiative is opgesteld. Een groeiend aantal grote bedrijven en organisaties van over de hele wereld engageerden zich reeds om volgens dit duurzaamheidskader te rapporteren.
U kunt ons jaarverslag met gedetailleerde informatie over onze financiën en onze ontwikkelingsprogramma’s raadplegen via www.vredeseilanden.be/jaarverslag. We sturen het u ook graag op per post. Mail daarvoor naar info@vredeseilanden.be of bel naar 016/31.65.80
Meer dan vertrouwen Het financieel jaarverslag is een eindproduct van een intensief proces van controles: • De financiële dienst op het hoofdkantoor controleert de jaarrapporten van de regiokantoren een eerste maal, stelt vragen, en ondersteunt waar nodig. • Daarna worden de boekhouding en het jaarrapport voor elk landkantoor
afzonderlijk extern geauditeerd door Ernst&Young. • Tegelijkertijd worden de cijfers van het hoofdkantoor in Leuven gecontroleerd door onze bedrijfscommissaris. • De bedrijfscommissaris controleert ook nog alle auditverslagen van de landkantoren en maakt dan het verslag op over de geïntegreerde cijfers.
Naast de interne controlemechanismen, zijn er nog een reeks externe instanties die ons evalueren. Dat zijn voornamelijk grote donoren zoals DGOS (de Belgische ontwikkelingssamenwerking), de EU en andere overheden. Alle regiokantoren en het hoofdkantoor worden daarenboven jaarlijks door een externe bedrijfsrevisor gecontroleerd. 27
Vredeseilanden Nieuws | Tweemaandelijks tijdschrift van de VZW Vredeseilanden Verschijnt in januari, april, juni, augustus, oktober | EDITIE AUGUSTUS | jaargang 29 nr. 6 | Afgiftekantoor 8500 Kortrijk 1-2°Afd | P108038 | Verantwoordelijke uitgever: Luuk zonneveld, Blijde Inkomststraat 50, 3000 Leuven
België/Belgique PB/PP BC 6712
Blijde Inkomststraat 50 | B-3000 Leuven Tel: 016/31.65.80 | Rekeningnr: 000-0000052-52
Meer dan 5.000 mensen houden zich al op de hoogte via onze e-nieuwsbrief. Schrijf in op www.vredeseilanden.be.
191 landen ondertekenden een akkoord om tegen 2015 de armoede in de wereld te halveren. Voer samen met de Vlaamse Noord-Zuidbeweging actie om de politici aan hun belofte te herinneren én de lat hoger te leggen. www.detijdloopt.be Armoede moet de wereld uit!