MAG
ZINE
VREDESEILANDEN NIEUWS | TIJDSCHRIFT VAN DE VZW VREDESEILANDEN | VERSCHIJNT IN JANUARI-APRIL-JUNI-AUGUSTUS-OKTOBER JAARGANG 33 NR 6 | EDITIE OKTOBER 2013 | AFGIFTEKANTOOR 8500 | KORTRIJK 1-2E AFD | P108038 | VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: MARIANNE VERGEYLE, BLIJDE INKOMSTSTRAAT 50, 3000 LEUVEN
Senegalese rijst
op eigen benen 2
“De Senegalese rijst op eigen benen doen staan: dat is de uitdaging.” Drie miljoen boerenfamilies verdienen hun kost met het verbouwen van rijst in WestAfrika. Maar 40% van de West-Afrikaanse rijst wordt vandaag ingevoerd, vooral uit Azië. Dat maakt de prijs en de beschikbaarheid van rijst zeer onzeker. Om de concurrentie met de Aziatische rijst aan te gaan, moet er nog veel gebeuren. De kwaliteit van de eigen rijst moet omhoog, de distributie naar de steden moet worden uitgebouwd, vertrouwensrelaties opgebouwd tussen boeren en bedrijven. Er is een correcte verloning nodig en een stabiele afzetmarkt… Daarom gaat Vredeseilanden samen met boeren, bedrijfsleiders, politici en wetenschappers op zoek naar het potentieel van rijstboeren en –boerinnen in Benin, Niger, Burkina Faso… en Senegal. In het Zuiden van Senegal, net onder de tip van buurland Gambia, ligt Anambé. In deze regio stapte Vredeseilanden in 2011 in het rijstavontuur. Een heel recent verhaal, met veel bochten en bulten. Want rijst in het Zuiden heeft zo zijn eigen portie problemen: geldopslorpende irrigatiesystemen, wachten op de regen of te veel regen, duur zaaigoed…. Daarnaast worden verwerking en vermarkting steeds belangrijker. Als een boer niet zeker is dat hij zijn rijst kan verkopen, liefst voor een goede prijs, dan is hij weinig met zijn veld vol rijst. De Senegalese rijst op eigen benen doen staan: dat is de uitdaging die de boeren en boerinnen in Anambé vandaag aangaan.
Geen verhaal zonder beelden. Waarom geen fotograaf inschakelen met voeling voor de problemen en mogelijkheden van zijn eigen land? Vredeseilanden ging in juni op zoek naar een Senegalese fotograaf en vond Mamadou Touré, artiestennaam Behan. Hij trok naar Anambé en haalde er de rijstboeren en boerinnen voor zijn lens. Het resultaat vind je terug doorheen dit magazine. Behan vertelt zelf op pagina 14 welke indruk de rijstboeren op hem maakten. Zijn geloof om van Senegal een zelfvoorzienend land te maken via de eigen rijstproductie is er alleen maar groter door geworden.
Dakar
Anambé
3
Voedselcrisis 2008 Een waarschuwing in dovemansoren?
“Onze consumentenorganisatie had voorstellen klaar om de prijs van een aantal basisproducten te verminderen, maar de minister voor handel had er geen oor naar. Dus besloten we door te gaan met ons protest. Zolang de overheid niet naar onze voorstellen wil luisteren.“ Momar NDAO, consumentenorganisatie ASCOSEN
Dakar, 30 maart 2008 Een radeloze menigte vult de straten van de wijken Derklé en Khar-Yalla. De zwarte rook van brandende banden is van ver zichtbaar. Stenen en andere projectielen vliegen in de richting van de opgetrommelde politiemacht. “Wij hebben honger”, staat er in rode letters te lezen op de witte t-shirts van jongeren. Anderen verkondigen dezelfde boodschap door met lege rijstzakken te zwaaien. Het begon in de namiddag met een sit-in tegen de stijgende levensduurte aan de deuren van televisiezender Walfadjiri. Het is een kleine actie van nog geen veertig man, georganiseerd door drie consumentenorganisaties. Door de nabijheid van de televisiecamera’s krijgt de kleine actie bliksemsnel nationale weerklank. Van overal stromen mensen toe om zich aan te sluiten bij het protest en de straten te bezetten. De autoriteiten treden hard op. Talla Sylla Libere, Momar Ndao, en Jean-Pierre Dieng, de leiders van de voornaamste consumentenorganisaties die de acties organiseerden, worden achter de tralies gezet voor het verstoren van de openbare orde. Die démarche veroorzaakt op haar beurt een golf van kritiek in de pers
op de regering van toenmalig president Wade, die na 48 uur de drie weer vrij moet laten.
voelen: er komt te weinig rijst toe in Dakar, en de rijst die er is, is onbetaalbaar.
Paniek op de wereldmarkt Senegal maakte zich voor het voeden van haar bevolking hopeloos afhankelijk van de wereldmarkt. Het importeert tot 70% van z’n rijst. Alle omkadering en ondersteuning aan landbouw werd teruggeschroefd. Senegal moet niet zelf willen produceren, maar kan veel goedkoper voedsel op de wereldmarkt kopen, luidde de redenering van het IMF en de Wereldbank in de jaren ’80. Wat nooit zou gebeuren, gebeurde toch. Tegenvallende oogsten jagen in 2008 paniek door de wereldwijde voedselmarkten. Speculanten op zoek naar snelle winst wakkeren het vuur verder aan. De prijzen maken quantumsprongen. Landen die normaal rijst exporteren, stoppen daarmee, uit vrees dat ze zelf niet genoeg hebben. De gevolgen laten zich
“Voor ons duurt de voedselcrisis van 2008 nog altijd voort. Om te overleven hebben de gezinnen toen hun rijstzaden opgegeten, die ze gespaard hadden voor de volgende oogst. Op korte termijn hield dat ons in leven, maar het betekende dat er geen zaaigoed meer beschikbaar was om opnieuw te planten. Tot vandaag worstelen we om genoeg zaaigoed bij elkaar te krijgen.“ Issa Balde, voorzitter boerengroep sector 5
5
Minder zichtbaar dan in de steden, slaat de voedselcrisis ongenadig toe op het platteland.
Anambé, 2013 Vredeseilanden werkt in West-Afrika samen met andere ngo’s om in verschillende contexten programma’s op te zetten met boeren, rijstverwerkers, commerçanten en onderzoeksinstellingen om de regio te helpen zelfvoorzienend te worden voor rijst. In Anambé werken we samen met de organisatie van rijstboeren, FEPROBA. Een slagkrachtige organisatie van boeren is essentieel om rijst te telen en naar de markt te brengen. Er moet nog veel gebeuren, maar ondanks de vele losse eindjes, is er op een jaar veel gebeurd. De boeren installeerden een grondcomité, dat de gronden - die bezit zijn van de overheid voor een onbeperkte periode mag toekennen, op voorwaarde dat de boer of boerin de grond in cultuur houdt. Die zekerheid is belangrijk, want anders investeren mensen niet in hun grond. Er werd ook een technische werkplaats uit de grond gestampt die de landbouwmachines beheert en onderhoudt. Ondertussen is er ook een voltijdse coördinator bij FEPROBA. Die moet waken dat de productie strak gepland wordt (de
“Via een overheidsprogramma kwamen hier tractoren en maaimachines terecht. Het landbouwagentschap van de overheid, SODAGRI, deed het beheer, maar dat liep voor geen meter. Boeren betaalden om gebruik te maken van de machines, maar ze werkten niet en de boeren waren hun geld kwijt. Nu hebben we een goede technieker gevonden die met een ploegje de machines draaiende houdt, al is het vaak behelpen om wisselstukken te vinden.“ Landing Diembe, voorzitter boerenorganisatie FEPROBA
6
“In 2008 waren er voedselrellen in Dakar. Iedereen heeft de stem van Dakar gehoord. Maar de stem van de boeren op het platteland kon niemand horen. Wij moesten zien te overleven.“ Landing Diembe, voorzitter boerenorganisatie FEPROBA
velden klaarmaken, het zaaigoed en de meststoffen tijdig verspreiden,...) en dat er goede contracten tot stand komen met commerçanten.
Genoeg produceren is niet genoeg Genoeg rijst kunnen oogsten, is maar één kant van het verhaal. Het is een cruciale, maar lang geen voldoende voorwaarde voor succes. Zo staat in het noorden van Senegal de ontwikkeling van de rijstproductie in de regio rond Saint-Louis al pakken verder. Dankzij irrigatie heeft men op vele plaatsen al twee oogsten per jaar. Toch heeft de rijst het moeilijk op de markt. De consument is vooral vertrouwd met geïmporteerde rijst uit Thailand, India en Vietnam. En zelfs al is ie vaak overtuigd van de smaak en
de grotere versheid van de lokale rijst, dan nog is die rijst vaak niet courant verkrijgbaar bij de groothandelaars. De grootste moeilijkheden voor de lokale rijst op de West-Afrikaanse markten beginnen misschien wel na het oogsten als de rijst verwerkt en gecommercialiseerd moet worden. Maar ook hier zijn de eerste tekenen van een kentering zichtbaar.
Slotsom? De weg naar zelfvoorziening voor de regio West-Afrika is nog lang, en nog het langst voor Senegal. Wil Senegal ooit in de buurt van zelfvoorziening komen, heeft het de rijst uit Anambé en uit de rest van het zuidelijke landsdeel nodig. Of de rijstsector zich daar ontwikkelt, zal niet zozeer een technisch vraagstuk zijn, maar vooral een kwestie van mensen. Met name jonge mensen.
“Onze toekomst zit hier in de rijstteelt. Wij willen moderne boeren zijn die hoge rendementen halen op het veld, maar we willen ook meespelen in de verwerking en de vermarkting van de rijst. Als we successen boeken, zullen meer mensen zich aangetrokken voelen tot de landbouw. Dan kunnen we de emigratie van jongeren stoppen en ervoor zorgen dat we nooit meer iets als in 2008 moeten meemaken.“ Issa Balde, voorzitter boerengroep sector 5
De voedselrellen van 2008 maakten pijnlijk duidelijk dat het systeem van steeds meer import en steeds minder eigen rijstproductie niet houdbaar is. De West-Afrikaanse regio moet zelfvoorzienend worden en is daar ook toe in staat. Maar de weg is nog lang. Een krachtige boerenorganisatie is een essentieel begin om rijst te telen en op de markt te brengen.
7
8
9
foto: Jelle Goossens
Anne Verhaegen,
maakt vrijwilligers warm voor een winters weekend Bij Vredeseilanden zetten 5 campagnecoördinatoren alles op alles om het actieweekend in januari op de kaart te zetten. Eentje voor elke Vlaamse provincie. Anne Verhaegen, maakt haar vrijwilligers warm voor een winters weekend in de straten en de supermarkten van Vlaams-Brabant. Vorige lente bezocht ze zelf Senegal, een zoektocht naar de verhalen van de rijstboeren en –boerinnen van Anambé. 10
Hoe ben je bij Vredeseilanden terecht gekomen? Ik was op zoek naar nieuw werk, mijn contract liep af. Een vriendin toonde me de vacature van Vredeseilanden: coördineren, organiseren, werken met mensen. Ze vond dat het iets voor mij was, dat ik moest solliciteren. Ik kende de organisatie al via de 20 km door Brussel, waarbij meer dan 1.300 lopers zich laten sponsoren voor Vredeseilanden. Ik heb zelf twee keer meegelopen. Ik dacht dat is een organisatie die past bij
hoe ik over de dingen denk. Ik had ook ervaring met vrijwilligerswerk en dat aspect is natuurlijk ook heel tof. Wat doe je juist bij Vredeseilanden? Ik ben vooral verantwoordelijk voor de campagne van Vlaams-Brabant. Dat betekent onder andere het contacteren van de vrijwilligers, zorgen dat ze de gadgets hebben die ze moeten verkopen, dat ze op de hoogte zijn waar de campagne over gaat, praktische problemen als toelatingen
helpen oplossen, helpen met uitleg te gaan geven. Er komt ontzettend veel bij kijken. Onze vrijwilligers dat zijn de trekkers van de campagne in een gemeente, een stad, of dorp. Zij verzamelen de 10.000 mensen die het weekend in januari meewerken. Ze nemen bijvoorbeeld contact op met de scouts om te komen verkopen. We hebben nu tussen de 20 en 30 mensen in onze provincie. Daar kunnen er altijd bij. Ze mogen mij direct bellen! Wat gebeurt er tijdens zo’n weekend? Het campagneweekend is het moment dat we de straat op trekken en tonen waar we mee bezig zijn. Hoe vrijwilligers dat invullen dat kan heel verschillend zijn. Sommige vrijwilligers willen graag mee onze sleutelhangers verkopen in de supermarkten. Anderen maken het heel gezellig en koppelen daar nog een etentje aan. Of ze verzinnen een andere actie zoals “jeneverkes verkopen”. Het zijn allemaal mensen die zich samen engageren voor Vredeseilanden. Je bent dit jaar zelf naar Senegal getrokken? Ik heb de programma’s van Vredeseilanden bezocht in Senegal. Het was mijn eerste keer in het Zuiden. Ik wou onze programma’s beter leren kennen. En ik ben op zoek gegaan naar een campagneverhaal. Dat hebben we gevonden in Anambé, bij de rijstboeren. Ik heb heel veel gebabbeld met iedereen. Wat doen we voor hen, wat zijn de problemen, wat zijn de mogelijkheden. Dat wou ik uit eerste hand horen.
tractoren er twee op gang probeert te houden. Er is zo een grote nood om te luisteren naar elkaar, om op maat van de boeren te werken. Als je niet afspreekt met elkaar, dan kan je niet vooruit gaan. De boerenorganisatie FEPROBA heeft een kantoor, maar meer dan een tafel en 10 stoelen is dat niet. Ze komen samen op een heel ongestructureerde manier. Ook daar is nog werk aan de winkel. De irrigatiesystemen, ooit gebouwd met overheidsgeld, werken op diesel om de waterpomp in gang te zetten. Die boeren hebben geen geld voor diesel, dus het water kan niet worden opgepompt. Dus geen oogst. Ook hier geraak je er enkel uit als instanties samen gaan zitten om oplossingen te bedenken. Merk je het verschil dat Vredeseilanden maakt in Anambé? Wel, onze eerste actie was precies het samenbrengen van de verschillende partijen. Er was een heel groot conflict tussen de overheid en de boeren. Zo erg dat ze zelfs letterlijk op de
vuist zijn gegaan. Het was zo explosief dat niets nog vooruit ging. De boeren wilden niet meer met de overheid samenwerken, de overheid wou die “ambetante’ boeren niet meer helpen. Beide partijen moesten terug normaal met elkaar praten om vooruit te kunnen. Daar hebben wij een belangrijke rol in gespeeld. Heb je de foto’s van Behan gezien, welke viel je op? Die met de tractor. Dat is voor mij de kloof tussen politiek en boer: die mens achter zijn bureau versus de realiteit van de boer op zijn land. Dat is het gevoel dat bij mij blijft hangen. Die man op de foto die sukkelt aan die tractoren in de hoop er eentje uit te halen die werkt. Dat bricoleren, die plantrekkerij, dat blijft me bij. Ga je zelf verkopen in januari? Ik krijg een kindje in januari, net na het campagneweekend. Maar als het nog kan dan ga ik mee verkopen. Sowieso!
“Neem de tractoren, die zijn met overheidsgeld gekocht, maar totaal niet geschikt voor deze boeren. Ze kunnen er niks mee doen, dus die staan stil langs de weg. Er is nu in Anambé een grote hangar met tractoren en een technieker die met al die kapotte tractoren er twee op gang probeert te houden. Er is zo een grote nood om te luisteren naar elkaar, om op maat van de boeren te werken.”
Wat sprong er voor jou uit? Wat er nog allemaal moet gebeuren! Je ziet dat de politiek mijlenver staat van de lokale boer. Er is een gigantische kloof. Neem de tractoren, die zijn met overheidsgeld gekocht, maar totaal niet geschikt voor deze boeren. Ze kunnen er niks mee doen, dus die staan stil langs de weg. Er is nu in Anambé een grote hangar met tractoren en een technieker die met al die kapotte 11
Campagne 2014 Reserveer je diner voor 2050 In 2050 zijn we met 9 miljard mensen. Willen we de wereld van voldoende voedsel voorzien, moeten we vandaag in actie schieten. Daarom laat Vredeseilanden je tijdens de campagne je diner reserveren voor 2050. Steun onze zoektocht naar een duurzame landbouw: een landbouw die genoeg produceert zonder het milieu te schaden en die miljoenen boerenfamilies de kans biedt zich uit de armoede te werken.
Er is geen tijd te verliezen. Want terwijl voedsel schaarser wordt en de klimaatverandering het landbouwers extra lastig maakt, krijgen boeren en boerinnen niet de ondersteuning die ze verdienen. Er zijn nochtans kansen zat voor de landbouw. Daarom werkt Vredeseilanden samen met boeren, bedrijfsleiders, politici en wetenschappers om dat potentieel te realiseren. Zo slaan boerenorganisaties in Senegal de handen in elkaar om te zorgen
dat hun regio genoeg rijst produceert. Zo zijn ze niet langer afhankelijk van geïmporteerde rijst, waarvan de prijs en de beschikbaarheid onzeker is. Voor de boerenfamilies is dit dé kans om hun land te voeden en een goed inkomen te verdienen Nooit meer voedselcrisis, nooit meer honger. In die toekomst investeren we vandaag.
Vanaf 1 november kan je je diner reserveren voor 2050. Ga naar www.reserveerjediner.be. Tijdens het campagneweekend op 10, 11 en 12 januari kan je de bekende Vredeseilandengadgets kopen. “Ik schat dat mijn familie ongeveer 10 kilo rijst per dag eet. Ongeveer één kilo per familielid. We hebben dus veel rijst nodig. En als we de geïmporteerde rijst zouden kopen, dan zouden we daar alleen maar armer van worden.”
Ibrahim Balde, rijstboer “We moeten hier constant machines repareren. We hebben er heel veel problemen mee. We hebben deze machines dan wel gekregen, maar eigenlijk waren ze al een beetje over de houdbaarheidsdatum.”
Ensou Balde, boer en mecanicien “Jongeren staan er niet voor te springen om boer te worden. Dat komt omdat de landbouw niet genoeg opbrengt. Het is geen winstgevend beroep. Het trekt de jongeren niet aan. Ze doen het omdat ze geen andere keus hebben.”
Landing Diembe, voorzitter boerenorganisatie FEPROBA “Dit perceel is helemaal bewerkt. Je ziet dat er overal rijst staat. Maar als het niet snel gaat regenen, dan komt al het onkruid terug. Hier worden we zo moedeloos van. Als het pompstation van het irrigatiesysteem goed zou werken en de velden er goed zouden bijliggen, dan zouden we de volle 1.200 hectare onder water kunnen zetten.”
Heb je zelf een restaurant? Wil je mee duurzame landbouw ondersteunen via www.reserveerjediner.be? Neem dan contact op met frederieke.duchateau@vredeseilanden.be
Ibrahim Balde, rijstboer Ibrahim, Ensou, Boury en Landing kan je zelf aan het woord horen in de filmpjes van Roel Nollet: www.vredeseilanden.be/campagne
13
Mamadou Touré, dit Behan Het verhaal achter de ontluikende Senegalese rijstteelt, gebracht door een Senegalese fotograaf: dat was het uitgangspunt voor deze fotoreeks. Vredeseilanden lanceerde via Africalia vzw een oproep in Senegal. Behan Touré, geboren en getogen in Dakar, stelde zich kandidaat en werd geselecteerd. Fotograaf, artiest, fotojournalist, liefhebber van rijst en van zijn land. Behan Touré reisde van de hoofdstad naar Anambé en zag de kwetsbaarheid, maar ook de kansen voor de Senegalese rijstboeren en –boerinnen. 14
goed. Ik werkte toen als fotograaf voor Sipa press, een Frans persbureau. Is er een foto uit je oeuvre die voor jou speciaal is? Alle foto’s die ik durf tonen, vind ik goed. Maar eigenlijk is het niet aan mij om mijn eigen werk goed te vinden. Ik maak foto’s, dat is mijn werk, maar daarna wordt het een gemeenschappelijk goed voor de hele wereld.
Weet je nog hoe en wanneer je passie voor beelden is ontstaan? Ik was heel jong, zo’n 10 jaar. Ik had het geluk dat ik af en toe naar de film kon gaan. In Dakar kreeg je twee films op één avond te zien: een western en een Hindi-film. Ik hield vooral van de westerns en die brede kaders. Dat wou ik ook in mijn foto’s. Die passie voor beelden is altijd gebleven. Dat en de wijk waar ik opgegroeid ben, een populaire, levende wijk waar het dagelijkse leven mijn inspiratie was. Hoe vind je je onderwerpen? Ik hou heel erg van “fotografische” wandelingen. Ik laat het leven op me afkomen. Zo vind ik foto’s. Met mijn foto’s vertaal ik het leven dat voorbijglijdt. Ik maak niet alleen artistieke foto’s, ik ben ook fotojournalist. Op die manier kan ik getuige zijn van belangrijke momenten. Ik kan participeren, bewegen tussen zij die de geschiedenis van deze wereld maken. Ik heb zo zelf de voedselrellen van 2008 meegemaakt. Ik herinner me die chaotische periode nog zeer
In opdracht van Vredeseilanden bezocht je Anambé, de streek waar onze rijstboeren werken. Wat was je indruk? Het was mijn eerste bezoek aan Anambé. Ik was van plan om er ooit naar toe te gaan. In die streek was er ook katoenkweek, dat interesseerde me. En toen vroeg Vredeseilanden om de rijstproductie in beeld te brengen. Dat was voor mij als fotograaf een nieuwe ervaring. De mensen van Anambé zullen me heel erg bijblijven. Ze zijn arm, maar waardig en wat een harde werkers. Door mijn bezoek besef ik dat deze mensen in staat zijn om zelfvoorzienend te worden ondanks de beperkingen die er nu zijn. Als ze maar wat assistentie krijgen. We moeten deze rijstboeren helpen. Vredeseilanden, maar ook de overheid, kan betere condities creëren voor de rijstsector. Betere technieken voor de bewerking van de grond, krediet, meststoffen,
zaaigoed dat op tijd beschikbaar is,… Dan kunnen deze boeren genoeg rijst produceren. Zo kan de import op termijn worden verminderd. Heb je nieuwe aspecten van Senegal ontdekt tijdens deze opdracht? Ik heb de wijde landschappen herontdekt. Die zie je enkel in deze regio. En de generositeit van de mensen die hier wonen. Hun waarden verdwijnen steeds meer bij ons in de stad. In de brousse zijn de mensen fier en vrijgevig ondanks hun beperkte middelen. Ik was zeer geraakt toen ze hun maaltijd met mij deelden. Ik mocht ze dagen volgen. We deelden wat we konden altijd vanuit een wederzijds respect. Welke foto, welk moment blijft je het meeste bij? Ik heb naar de rijstboeren gekeken met de blik van een journalist en met een artistieke blik. Ik heb de foto’s gemaakt waarvan ik dacht dat ik ze moest maken. Ik kan er geen specifieke favoriet uithalen. Ik had nooit gedacht dat er zoveel werk was aan de verwerking van rijst. Het etuveren van de rijst voor de voedingswaarde. Al die moeilijke, zware behandelingen die door vrouwen worden uitgevoerd. Dat blijft bij: het zware werk van deze dappere vrouwen.
Africalia wilde Vredeseilanden graag helpen in zijn zoektocht naar een talentvolle Senegalese fotograaf. Africalia ontwikkelt solide partnerschappen over meerdere jaren met kunstenaars en culturele instellingen in Senegal, net zoals in een aantal andere Afrikaanse landen. Africalia stelde met genoegen zijn netwerk ter beschikking van Vredeseilanden. Deze samenwerking tussen Africalia en Vredeseilanden gaat om de erkenning van lokaal talent. Kunst en cultuur zijn geen overbodige luxe. Dat geldt overal en in alle landen. Creativiteit is niet alleen essentieel voor de ontwikkeling van individuen en gemeenschappen, het is ook een waardevol instrument voor ontwikkelingssamenwerking. Deze foto’s zijn daar het levende bewijs van. Frédéric Jacquemin, Directeur Africalia
15
VREDESEILANDEN NIEUWS | TIJDSCHRIFT VAN DE VZW VREDESEILANDEN | VERSCHIJNT IN JANUARI-APRIL-JUNI-AUGUSTUS-OKTOBER JAARGANG 33 NR 6 | EDITIE OKTOBER 2013 | AFGIFTEKANTOOR 8500 | KORTRIJK 1-2E AFD | P108038 | VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: MARIANNE VERGEYLE, BLIJDE INKOMSTSTRAAT 50, 3000 LEUVEN HOOFDKANTOOR VREDESEILANDEN | Blijde Inkomststraat 50, 3000 Leuven | tel. ++32(0)16/31 65 80 | fax ++32(0)16/31 65 81 | E-MAIL EN WEBSITE: info@vredeseilanden.be | www.vredeseilanden.be | REKENINGNUMMER: BE64 0000 0000 5252 | Vrijwilligerscoördinatoren: Nationaal Verantwoordelijke vrijwilligers: Hannelore Tyskens | hannelore.tyskens@vredeseilanden.be | 0494 10.87.43 | Vrijwilligerscoördinator Regio West-Vlaanderen: Dries Aelter | dries.aelter@vredeseilanden.be | 0491 37.14.57 | Vrijwilligerscoördinator Regio Antwerpen: Filip Cuypers | filip.cuypers@vredeseilanden.be | 0485 57.54.66 | Vrijwilligerscoördinator Regio Oost-Vlaanderen: An Schepens | an.schepens@ vredeseilanden.be | 0472 24.33.07 | Vrijwilligerscoördinator Regio Vlaams-Brabant: Anne Verhaegen | anne.verhaegen@vredeseilanden.be | 0496 50.57.11 | Vrijwilligerscoördinator Regio Limburg: Linda Dirix | linda.dirix@vredeseilanden.be | 016/74.47.15 | Voor leerkrachten en scholen: Bert Wallyn | bert.wallyn@vredeseilanden.be | 016/31.65.80| Foto’s: Mamadou Touré | Illustratie: Willem Pirquin | Teksten: Jelle Goossens, Frederieke Duchateau | Tekstcorrectie: Annie Torfs | Hoofdredactie: Frederieke Duchateau | Lay-OUT: Kasper | Papier: dit magazine wordt gedrukt op gerecycleerd papier.
BELGIE/BELGIQUE PB/PP BC 6712