Reporter
nieuws VREDESEILANDEN
VREDESEILANDEN NIEUWS | TIJDSCHRIFT VAN DE VZW VREDESEILANDEN | VERSCHIJNT IN JANUARI-APRIL-JUNI-AUGUSTUS-OKTOBER | JAARGANG 31 NR 6 | editie JUNI 2011 | AFGIFTEKANTOOR 8500 | KORTRIJK 1-2E AFD | P108038 | VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: LUUK ZONNEVELD, BLIJDE INKOMSTSTRAAT 50, 3000 LEUVEN
1
Duurzaamheid is (kunnen)
volhouden
Er wordt dezer dagen wat afgeleurd met duurzaamheid. Maar wat is het nu precies en wat doet Vredeseilanden ermee? Duurzaamheid is je afvragen: kunnen we deze manier van produceren en consumeren volhouden zonder de mogelijkheden van de volgende generaties te verknoeien? Oeps, de planeet is op
We leven op een scharniermoment. Ons economisch model gebaseerd op een toenemend verbruik van schaarse grondstoffen, overschrijdt de grenzen van de planeet. Business as usual is geen optie meer. De gevolgen van een doodlopend model laten zich vandaag wereldwijd voelen: financiële crisis, ecologische crisis, voedselcrisis, klimaatverandering en een uitdijende kloof tussen arm en rijk.
Landbouw: het grootste probleem
Landbouw is nog steeds de grootste industrie ter wereld. Het is ook één van de meest problematische van alle sectoren. Landbouwproductie is verantwoordelijk voor 70% van het totale watergebruik en voor 15% van de emissies van broeikasgassen. Daar komt nog 11% bij, als je de jaarlijkse verwoesting van 13 miljoen ha bos telt die vooral dient voor uitbreiding van landbouwgronden. Er zijn wijdverspreide problemen van bodemverlies door erosie, verlies aan bodemvruchtbaarheid, verzilting en andere vormen van bodemdegradatie. En er is de verstikkende afhankelijkheid van fossiele energie voor de synthese van stikstofmeststoffen en pesticiden.
Duurzame familiale landbouw: een oplossing
Hoe zou het dan wel moeten? Een duurzame landbouw is een landbouw die de behoeften van de huidige generatie vervult zonder het vermogen van de komende genera-
2
ties om in hun behoeften te voorzien in gevaar te brengen. De voorbije jaren groeide het bewijs dat boerenfamilies en hun organisaties zich - ondanks al hun problemen - wel degelijk de weg banen om hun taak als hoeksteen van de maatschappij waar te maken. Recente studies van de VN en de Wereldbank tonen aan dat kleinschaliger landbouw doorgaans een beter antwoord heeft op de hedendaagse uitdagingen. Door gebruik van aangepaste technologie kan de productiviteit veel hoger zijn dan die van grootschalige monocultuur. Familiale landbouw is daarbij veel minder belastend voor het milieu. De economische meerwaarde die zij genereert blijft doorgaans in het land zelf, waar ze een katalysator is voor de bloei van andere economische sectoren. Bij industriële landbouw komt de meerwaarde terecht bij een handvol multinationale ondernemingen. Familiale landbouw schept werkgelegenheid en inkomens op het platteland, waardoor de grootschalige migratie naar de steden en naar de rijke landen wordt tegengegaan. Daarenboven stimuleert zij het plattelandsleven, dat van wezenlijk belang is voor de evenwichtige ontwikkeling van arme landen in het Zuiden.
Een oplossing komt niet alleen
Er wordt gemakkelijk gedacht dat kleinschalige familiale landbouw maar “romantiek-landbouw” is, marginaal en gedoemd om dat te blijven. Niets is minder waar. Juist boeren en boerinnen weten bijzon-
der creatief en flexibel om te gaan met het weinige wat zij hebben. In die zin hebben zij het perfecte ondernemersprofiel. Alleen schort het hen aan het kapitaal en andere middelen om hun boerderijen te transformeren tot succesvolle bedrijven. Voor de overgang naar een duurzame landbouw, moeten daarom alle spelers in de landbouwketen zich beter op elkaar afstemmen.
De bedrijfswereld
In een duurzame economie moeten bedrijven mee investeren in een duurzame familiale landbouw. Volgens Vredeseilanden beschikken bedrijven over twee hefbomen. Bedrijven kunnen enerzijds onderzoeken hoe ze duurzame grondstoffen en landbouwproducten kunnen aankopen van boerenfamilies. Anderzijds kunnen bedrijven investeren in de ontwikkeling van die familiale duurzame landbouw. Bijvoorbeeld door kredietverstrekking, door het sluiten van stabiele leveringscontracten, door mee te investeren in boerencoöperatieven,...
Overheden
Overheden bouwden de laatste halve eeuw hun steun aan de familiale landbouw af. Die evolutie zorgde grotendeels voor de malaise waar de landbouw in terecht kwam. Overheden zijn nochtans verantwoordelijk voor de kaders waarin familiale landbouw zich kan ontwikkelen: plattelandsinfrastructuur, landbouwonderzoek en –voorlich-
ting en wetgeving. Wetgeving om bijvoorbeeld landbouwgronden te beschermen tegen speculatie en (buitenlandse) grootinvesteerders, monopolies van groothandel en distributie in te perken, enz. Maar goede regelgeving kan ook de ontwikkeling van boerenorganisaties voorstuwen, of banken stimuleren om landbouwkrediet aan te bieden. Kennisinstellingen Kennisinstellingen zoals universiteiten, hogescholen en onderzoekinstituten, richten zich niet alleen op onderzoek, kennisopbouw en -verspreiding. Ze spelen ook een belangrijke rol in (co-)innovatie. Door deel te nemen in netwerken met bedrijven, overheden en ngo’s kunnen kennisinstellingen de noden van de samenleving beter aanvoelen. Door zulke samenwerking kan nieuwe kennis bovendien sneller toegepast worden. Consumenten Een consument die duurzaam koopt heeft een enorme invloed op het beleid en de praktijk van zowel landbouwers als bedrijven in de voedingssector. Duurzaam koopgedrag is nog een stap verder dan overtuigd zijn dat producten van duurzame familiale landbouw de beste optie zijn. Consumenten willen hun aankopen zo functioneel mogelijk doen. Ze kopen liefst zoveel mogelijk op één plaats. Duurzame landbouwketens staan daarom voor twee uitdagingen: het de consument mogelijk maken duurzaam te kopen en de barrières die dat tegenhouden uit de weg ruimen.
Waar begint het?
Boeren en boerinnen die zich organiseren om hun inkomens te verzekeren: zij staan volgens Vredeseilanden aan de wieg van de transitie. Hen wil Vredeseilanden ondersteunen om te investeren in kwaliteitsproducten en te produceren op een schaal en aan een prijs die de markt vereist. Daarom werken we samen met economische boerenorganisaties die vorm geven aan de noodzakelijke innovaties, zoals nieuwe technologieën die bodems, biodiversiteit en landschappen in stand houden en de uitstoot van broeikasgassen tot een minimum herleiden.
“Kunnen we deze manier van produceren en consumeren volhouden zonder de mogelijkheden van volgende generaties te verknoeien?”
FOTO: Layla Aerts
Ontwikkelingsamenwerking De rol van de ontwikkelingsorganisaties is er een van bruggenbouwer. Vroeger werd landbouwontwikkeling als iets louter technologisch gezien. Nu is het steeds duidelijker dat de vernieuwing zowel op technologisch, sociaal, politiek als economisch vlak moet liggen en dat hierbij zowel bedrijfswereld, overheden, burgers als landbouwers moeten betrokken worden. De ontwikkelingssamenwerking staat zo voor de opdracht om de institutionele omkadering voor deze vernieuwing aan te vuren. Dit veronderstelt eerder een benadering gebaseerd op een positieve beïnvloeding van alle actoren, in plaats van een protestbenadering vanaf de zijlijn. Een benadering die individuen, organisaties en collectieve initiatieven ondersteunt om een transitie naar duurzaamheid waar te maken.
3
Indonesische boeren keren hun kansen
Wie wint (er bij) de wedloop naar cacao?
Cacao is hot. Nu ook de consumenten in groeilanden massaal aan de chocolade gaan, kan de productie van cacao de vraag amper bijhouden. Chocoladeproducenten zijn dan ook koortsachtig op zoek naar geschikte producenten die hen ook op lange termijn kunnen bevoorraden. Dat is een enorme kans voor de 400.000 kleinschalige Indonesische boeren en hun families die leven van de cacaoteelt. Maar het scheelde niet veel of hun kansen waren verspeeld… Vredeseilanden samen met een aantal commerciële partners de handen in elkaar wil slaan om de Indonesische boeren toegang te geven tot deze markt. Als boeren er alleen voor staan, is certificering gewoon niet rendabel en dus geen haalbare kaart. Het is dus belangrijk dat boeren zich organiseren in boerenorganisaties, want enkel door gezamenlijk te investeren in nieuwe, jongere bomen en duurzame landbouwtechnieken kunnen ze voldoen aan de strenge criteria.
Indonesië is de derde cacaoproducent ter wereld – na Ivoorkust en Ghana. De laatste decennia rezen er echter tal van problemen in de cacaoteelt. Door het toepassen van onduurzame landbouwtechnieken (slechte bemesting, het te vroeg oogsten van de bonen,…) degradeerde de bodemkwaliteit en kwamen ziektes en plagen steeds vaker voor. Resultaat: de opbrengst en de kwaliteit van de cacao maakten een duik, samen met het inkomen van de boeren. Ondertussen groeide de belangstelling voor cacao. Vooral cacao waarvan de oorsprong te trace-
4
ren is en waarbij gecertificeerde productiesystemen duidelijke sociale- en milieurichtlijnen volgen. Belangrijke bedrijven hechten – ook onder druk van de consument – almaar meer belang aan gecertificeerde producten met fairtradelabel. Duurzaamheid wordt voor de aankopende bedrijven steeds vaker een criterium dat bepaald met welke producenten ze in zee gaan. Deze groeiende vraag naar duurzame, gecertificeerde ingrediënten opent nieuwe markten en nieuwe mogelijkheden voor de boeren. Het is dankzij die toenemende vraag naar duurzame cacao dat
Eén zo’n partnerschap werd gesmeed tussen boeren die lid zijn van de boerenorganisatie Jantan en het bedrijf Mars in Indonesië. Deze boeren kweken cacao als hoofdgewas. Om hun natte cacaobonen op de markt in Wolosoko te krijgen moesten de boeren van Wulanggitang een 5 uur durende reis ondernemen. In 2009 werd een overeenkomst gesloten met de hulp van de NGO Ayu Tani, een partner van Vredeseilanden Indonesië op Flores. Samen met hen en de ondersteuning van Vredeseilanden Indonesië kwam er een nieuw systeem voor collectieve vermarkting. Per dorp is er een marketingteam waar de boeren hun cacao naartoe bren-
gen. Dat spaart de boeren alvast vijf uur reizen. Per drie teams is er ook een weegpost. De cacao wordt er niet alleen gewogen, maar ook gecontroleerd op kwaliteit. Het centrale secretariaat van Jantan voert prijsonderhandelingen met mogelijke kopers. Prijsevoluties worden op de voet gevolgd en die informatie stroomt weer door naar de boeren via de marketingteams in de dorpen. Op dit moment is er één zo'n groter verkoper: PT Mars. Mars betaalt ook mee aan de zogenaamde Farmer Field Schools, waarbij boeren elkaar op het veld leren hoe ze hun teelttechnieken kunnen verbeteren en duurzamer maken. Door te investeren in hun organisatie én de kwaliteit van hun product, zetten de boeren nu mee de prijs omdat ze zelf afnemers zoeken en de onderhandelingen voeren. Of hoe een boerenorganisatie het einde betekende van de manipulatie en de uitbuiting door tussenhandelaars.
Duurzaamheidspaspoort
Boerenorganisatie Jantan Inkomen stijging van het inkomen dankzij nieuw marktsysteem en samenwerking met PT Mars Verminderde kwetsbaarheid producten om op terug te vallen als de cacaoprijs daalt: ma誰s, kokosnoten, kemirinoten Natuurlijke hulpbronnen plantenafval wordt verwerkt tot biologische meststof, betere bodemvruchtbaarheid, daling van het watergebruik Sociaal leven vermindering lange reizen, meer vrouwen zijn actief in de cacaohandel
Hoe een boerenorganisatie het einde betekende van de manipulatie en uitbuiting door tussenhandelaars
5
Healthy Food Healthy Living
Indonesische jongeren met een missie Als laatstejaarsstudenten Commu nicatiemanagement aan de Arte velde Hogeschool Gent maakten wij, Charlotte Bogaerts (22) en Eline Van Laeken (21), deel uit van de communicatie-afdeling van het Vredeseilandenkantoor in Indonesië en werkten we mee aan het nieuwste project: Healthy Food
6
Healthy Living. Hun doel? Boeren en consumenten bewust maken van de gevaren van buitensporig pesticidengebruik. Er worden in Indonesië namelijk heel wat pesticiden, niet-biologische bewaarmiddelen en chemische kleur- en meststoffen gebruikt. 12 ‘youth ambassadors’ in Bali en Solo vormen
de basis voor het hele project. Jong geweld om mensen wakker te schudden en te wijzen op het belang van gezond en duurzaam geteeld voedsel. Een van hen is de 17-jarige Kristian Surya Dinata.
Wat houdt dit in, een ‘youth ambassador’ zijn? “Naast mijn studies moet ik als youth ambassador tijd maken voor Healthy Food Healthy Living en alles wat daarbij komt kijken. Eerst en vooral wordt er van mij verwacht dat ik informatie verspreid. Dat is tot nu toe het
belangrijkste deel van mijn takenpakket, want mensen in Indonesië hebben weinig kennis over gezond voedsel. Velen denken dat het niet lekker is. Mijn vrienden bijvoorbeeld, zij kopen na schooltijd eten bij een kraampje op straat, zonder te beseffen dat dit helemaal niet goed is voor hun lichaam. Ik wil mijn kennis overbrengen en hen duidelijk maken dat we nu dingen moeten doen met het oog op later. We willen ook een goede relatie opbouwen met universiteiten, scholen, belangengroepen en andere mogelijke partners zoals Solo Radio. Bij mij op school willen we er onder meer voor zorgen dat er een gezonde kantine komt, zodat studenten op school toch gezond kunnen eten. Kan je ons jouw drie beste redenen geven om een youth ambassador te zijn? “Natuurlijk! Ten eerste ben ik zelf nog jong en op zoek naar heel veel ervaring en leuke uitdagingen. Daarnaast vind ik het ook belangrijk om youth ambassador te zijn
omdat ik hierdoor meer zelfvertrouwen krijg. Tot slot vind ik het belangrijk dat ik veel mensen leer kennen. Niet alleen mensen bij mij op school, maar ook anderen daarbuiten. Zoals jullie zien lukt dit aardig. Ik zit hier nu samen met jullie, Belgen en ik heb ook vrienden uit andere scholen in Solo en Bali, de andere youth ambassadors.”
Wat was tot nu toe het mooiste moment binnen dit project voor jou? “Ik heb voor dit project de kans gekregen om ons verhaal ook in België te doen voor leerlingen van scholen. Een ander land bezoeken gaf me de mogelijkheid om Indonesië hiermee te vergelijken en meer kennis op te doen. Dat ik met Belgische studenten kon praten, vond ik echt fantastisch!” Healthy Food Healthy Living loopt in totaal drie jaar, hoe zie jij dit in de toekomst en welke rol zal jij hier zelf nog in spelen? “Alle youth ambassadors en begeleiders hopen dat Healthy Food Healthy Living na drie jaar op haar eigen poten zal staan. We zullen dan misschien niet meer samenwerken, maar ik weet zeker dat iedereen hoopt dat het een succes wordt. Ik hoop dat ik na die drie jaar mijn boodschap nog altijd kan uitdragen en op die manier het project kan blijven steunen.”
Zie jij op dit moment al een verschil, bijvoorbeeld bij jouw eigen vrienden? Of is het nog te vroeg voor veranderingen? “De mensen waarmee ik praat over Healthy Food Healthy Living denken meestal eerst dat het heel erg saai is. Ik denk dan ook dat tijd heel belangrijk is voor dit project. We kunnen de gedachten van mensen niet zomaar veranderen, dat moeten we stap voor stap
“Mensen moeten beseffen dat het milieu het huis is waarin we wonen en dat we er samen zorg voor moeten dragen.”, Kristian Surya Dinata, youth ambassador.
doen. Ik denk dat we de veranderingen pas echt zullen zien in de toekomst.” Heb je als afsluiter nog een laatste boodschap voor de lezers in België? “Healthy Food Healthy Living lijkt voor sommige mensen misschien niet interessant, maar dat is het zeker wel! Volgens mij is het erg
belangrijk dat je aandacht besteedt aan gezond leven. Stel jezelf voor in een (verre) mooie toekomst, met je kinderen en kleinkinderen, dat wil je toch niet missen? Een gezond lichaam en gezond geteeld voedsel gaan samen. Mensen moeten beseffen dat het milieu het huis is waarin we wonen en dat we er samen zorg voor moeten dragen.” Charlotte Bogaerts & Eline Van Laeken
7
“Onderwijs is het krachtigste wapen om de wereld te veranderen.� Nelson Mandela
8
9
FOTO: Layla Aerts
Duurzaamheidspaspoort
Boerenorganisatie UGAN Inkomen Stijgt door meer sesam te kweken en er een betere prijs voor te krijgen. Verminderde kwetsbaarheid prijzen worden door de boeren als groep bepaald, minimumprijzen worden afgesproken met handelaars, extra inkomen voor vrouwen via verwerking tot olie, koekjes, zeep‌ Natuurlijke hulpbronnen plantenresten maken bodem vruchtbaar, biologische productie Sociaal leven verminderde spanningen tussen landbouwers en veetelers, sesam is minder arbeidsintensief dan andere gewassen waardoor vrouwen meer tijd hebben voor andere taken
10
FOTO: Chris Claes
Senegal: De onverwachte effecten van sesam
Match maker tussen landbouwers en veetelers Tot in de jaren ’70 leefden de landbouwers en de veetelers in harmonie met elkaar in Niombato, Senegal. In het droge seizoen deden de velden dienst als weide. De mest die de dieren achterlieten, verrijkte de bodem, wat een betere opbrengst voor de landbouwer garandeerde. Buiten het oogstseizoen hadden de veetelers genoeg plaats om hun dieren te laten grazen. Conflicten tussen landbouwers en veetelers waren er bijna nooit.
De mechanisatie van de landbouw in de jaren ’70 zorgde ervoor dat landbouwers grotere oppervlakten konden bewerken. Bijgevolg bleef er minder weiland over. Landbouwers en veetelers vochten soms felle conflicten uit om die gronden. De lokale administratie en de gemeenschappen probeerden de gronden te verdelen, zodat er weiden overbleven om het vee te laten grazen. Maar de afspraken losten de conflicten niet volledig op.
De hernieuwde interesse voor sesam verminderde onverwacht de spanningen tussen landbouwers en veetelers. De dieren vinden de sesamplanten namelijk niet lekker. Als het vee over de sesamvelden trekt, moeten de boeren dus geen schrik hebben dat ze de planten zullen opeten. De veetelers zorgen ervoor dat hun dieren bij de sesamvelden blijven, en niet gaan grazen op andere velden.
Een bijkomend voordeel is dat de plantenresten die achterblijven na de oogst en de wortels die in de bodem blijven zitten, de bodem vruchtbaarder maken. En ook de stengels kunnen gebruikt worden: om omheiningen of hagen van te maken, of als brandstof om te koken. Dat vermindert dan weer de houtkap.
Het leven stopt niet bij een slechte oogst "Vroeger was ik kleermaker. Iedere morgen trok ik naar de centrale markt van Kaolack. Het was een kleurrijk leven, maar toen mijn moeder stierf begon de heimwee te knagen en ben ik teruggekeerd naar mijn ouderlijk huis. Daar nam ik ook weer mijn ander beroep op: boer zijn. Pindanoten, maïs en graan teelde ik. Elke keer als ik iets verkocht, kreeg ik een ontvangstbon van de handelaar in ruil. Maanden later zag ik dan mijn geld. Als ik geluk had. Mbaye Sy is mijn buur. Hij teelt al jaren sesam, maar pas toen ik op de radio iets over de voordelen
van sesam hoorde, werd ik nieuwsgierig. Boeren houden niet van verandering, weet je. Het volgende plantseizoen besloot ik toch een opleiding te volgen. Ik kwam buiten met wat zaaizaad, een zaaischijf, wat touw om de afstand van mijn veld af te meten en een plastiek zeil om de sesamzaadjes op te kunnen drogen. 625kg heb ik verkocht het eerste jaar! Ik heb een schitterend Suikerfeest gevierd. Dit jaar oogstte ik maar 200kg. Ik had op een ander veld gezaaid, en daar is de opbrengst blijkbaar lager. Maar het leven stopt niet bij een slechte oogst. Ik ga door met
sesam kweken, omdat ik in mijn streek zie dat het families meer geld oplevert dan andere producten. Ze moeten hun voedselstocks niet verkopen en houden zo iets over voor moeilijke tijden. Honger is er nog nauwelijks. Ondertussen ben ik ook verkozen om in het vermarktingscomité van mijn dorp te zetelen. Samen met alle productenten zetten we een minimumprijs. En dan ga ik onderhandelen met de banabana. Verkopen onder de minimumprijs? Dat laat ik niet gebeuren." Mandoumbé Sèye, uit Ndiop Thiarèn
Olie, koekjes, zeep, massageolie, pasta. De sesamzaadjes zijn voor vrouwen het begin van hun creativiteit. Op de landbouwbeurs in Dakar vallen de producten alvast in de smaak. En ondertussen zijn er al 13 plaatsen in de streek waar de olie uit de sesamzaadjes kan geperst worden. Voorlopig gebruiken de vrouwen de olie vooral in hun eigen keuken, maar wie weet groeit hier het begin van een prille sesamindustrie…
11
Ecuador:
Drie keer prijs met bananen en koffie
biodiversiteit door risicospreiding In 2000 werd FAPECAFES opgericht, een koffiefederatie in het Zuiden van Ecuador. In korte tijd bracht Fapecafes 1.500 boeren samen uit 3 provincies om jaarlijks 500 ton koffie te commercialiseren naar Europa en de Verenigde Staten. Maar om het hoofd te bieden aan tegenvallende oogsten of lage marktprijzen, was dit niet genoeg. Daarom keken we samen met een Franse fairtrade-importeur, Ethiquable, naar andere producten om het risico te spreiden en het inkomen van de boeren te garanderen. Na wikken en wegen, bleek dat er voor bananenchips uit de provincie Zamora een interessante markt kon zijn in Europa. Daarop begonnen de boeren zich ook beter te organiseren rond de bananenteelt. De verwerking tot chips vermindert de afhankelijkheid van koffie en helpt om de financiële risico’s voor de
12
boerenorganisatie beter te spreiden.
“Iedereen houdt er nu meer aan over”
0,15 dollar betalen. Iedereen houdt er nu meer aan over.”
En er zijn nog andere voordelen. Bananen geven schaduw aan de koffie en houden het ecologische evenwicht in stand. Om die reden werden bananen altijd al gekweekt, maar de oogst werd vroeger aan een heel lage prijs verkocht. Daarenboven zijn bananen een gewas waar vrouwen meer zeggenschap over hebben dan over koffie en creëert de verwerking tot chips extra inkomen voor vrouwen bij het wassen en pellen van de bananen. Zo is het samengaan van koffie- en bananenteelt drie keer prijs op het vlak van duurzaamheid: economische duurzaamheid door de betere risicospreiding, ecologische duurzaamheid door het in standhouden van het evenwicht in de koffieplantages en de sociale duurzaamheid door het verbeteren van de positie van vrouwen binnen de organisatie en de gemeenschap.
Mercedes Adela Troya Paccha is een bananenproducente en lid van APECAP, één van de lidorganisaties van FAPECAFES. Ze woont samen met haar man Vitaliana Sánchez en haar vijf kinderen, drie jongens en twee meisjes tussen 3 en 15 jaar. Mercedes leeft van de landbouw. Het is hard werk en vaak een gevecht. “Ik sta op om 5 uur ‘s morgens, maak het ontbijt voor mijn gezin, verzorg de dieren, doe het huishouden en dan vertrek ik naar de koffieplantage.” Wanneer ze klaar is in de koffieplantage, trekt Mercedes naar haar bananenplantage van een hectare groot. “Onkruid wieden, snoeien en oogsten... Ik doe het allemaal volgens de aanbevelingen van APECAP.”
Een winstgevende zaak dus voor Mercedes en ze weet dat de chips uit haar plantage gegeerd en gesmaakt wordt in landen zoals Frankrijk en België. De bananenchips leidden tot nieuwe investeringen voor het pellen en het wassen van de bananen. Die brachten op hun beurt werk voor huisvrouwen die nog een baan zochten. “Ik raad de vrouwen altijd aan om hun kinderen, eens ze volwassen zijn, te betrekken bij ons werk, want zij zijn de toekomst van de organisatie”, zegt Mecedes vol overtuiging. “Ik hoop vooral dat vrouwen meer de leiding gaan nemen. We moeten daarom ruimte geven aan onze zonen en dochters om zich voor te bereiden, zodat ze later onze vertegenwoordigers en landbouwadviseurs kunnen zijn. Ik hoop echt dat we de bananenproductie en -verwerking nog kunnen uitbouwen. Het is belangrijk dat onze kinderen zien dat landbouw een sector met toekomst is.”
Mercedes verkocht al meer dan 1.500 kilo bananen. Ze vindt dat bananenchips een interessant product is, bovenop de koffieoogst. “Via onze boerenorganisatie krijgen we er 0,25 dollar per kilo voor. Tussenhandelaars zouden me amper
FOTO's: Tim De weerdt
Duurzaamheidspaspoort
Boerenorganisatie Fapecafes - Apecap Inkomen extra inkomen uit verwerking en export van bananenchips Verminderde kwetsbaarheid twee producten om op terug te vallen: koffie en bananenchips, boeren analyseren samen de productieketen en staan sterker tegenover opkopers. Natuurlijke hulpbronnen biologische teelt, ecologisch evenwicht plantages Sociaal leven verbetering werk- en gezinsomstandigheden vrouwen
“Het is belangrijk dat onze kinderen zien dat landbouw een sector met toekomst is.� 13
Triodos Bank.
Duurzaam bankieren als handelsmerk. Triodos Bank is u wellicht niet onbekend, of misschien bent u al een klant en spaarder bij deze bank. Vredeseilanden werkt al langer samen met Triodos Bank, en wij vonden dat dé pionier op het vlak van duurzaam bankieren in dit themanummer niet mocht ontbreken. Daarom gingen we praten met Pieter Vanderick, hoofd van retail banking.
Triodos Bank definieert zichzelf als de duurzame bank. Kunt u omschrijven wat dat in essentie voor jullie betekent? Uit een recent onderzoek dat wij lieten uitvoeren, blijkt dat weinig mensen weten wat er precies gebeurt met het geld dat ze bij de bank hebben staan. Wel, voor Triodos Bank betekent duurzaamheid dat wij onze klanten verzekeren dat hun spaargeld goed gebruikt wordt. Of anders gezegd: een maatschappelijk verantwoorde manier. Sparen bij Triodos kan je vergelijken met het aankopen van een fairtrade product, waarvan je weet dat voor de productie ervan een eerlijk loon is betaald. Bij Triodos gaat het over een gelijkaardige belofte, maar bij ons gaat het dan over het goed besteden van uw spaargeld. Welke projecten financieren jullie en welke criteria worden daarbij gehanteerd? Concreet gebruiken wij het geld van onze spaarders alleen om
14
projecten, organisaties en bedrijven te financieren in 3 domeinen: namelijk alles wat een positieve impact heeft op ecologisch, sociaal en cultureel vlak. Denk daarbij aan windmolens, kwalitatieve rusthuizen of theatergezelschappen. We hanteren duidelijke duurzame criteria voor onze volledige kredietportefeuille en bovendien tonen we dat ook aan onze klanten. Dat gebeurt onder andere via “Breng uw spaargeld in kaart”, een interactieve kaart op onze website www.triodos.be. Daar kan je op een eenvoudige manier per regio of thema gaan opzoeken welke projecten of organisaties door Triodos gefinancierd worden. We zijn volledig transparant in wat we doen. We financieren enkel de reële economie en we houden ons bewust ver van speculatie op de beurs. Bovendien is winst bij ons geen doel op zich maar moet ten dienste staan van mens en milieu. Zien jullie een verandering in het denken van de mensen sinds de bankencrisis? We hebben de voorbije jaren gemerkt dat mensen zich meer vragen gaan stellen over wat financiële instellingen eigenlijk doen met het geld dat we hen toevertrouwen: herinvesteren in risicovolle en complexe beleggingsproducten of onder de vorm van kredieten laten werken voor maatschappelijke vooruitgang? Mensen zijn gaan uitkijken naar een alternatief en daarbij in de meeste gevallen terechtkomen bij de kleinere financiële instellingen. Ook het model van Triodos Bank is daardoor meer in de belangstel-
ling gekomen, waardoor onze groei verdubbeld is in die periode. Gebeurtenissen zoals de financiële crisis zetten meer mensen aan het denken, een fenomeen dat je nu ook ziet in het debat rond kernenergie, dat door de gebeurtenissen in Fukushima weer helemaal terug is. Wat verbindt Vredeseilanden en Triodos Bank? Vredeseilanden werkt als NGO vanuit een duidelijke maatschappelijke visie met geld van de overheid, van campagnes en van donateurs die een gift doen. Het zou nogal vreemd of ongepast zijn mocht dat geld voor het in projecten in het Zuiden geïnvesteerd wordt, terechtkomen in stromen die haaks staan op datgene waar Vredeseilanden voor staat. Ik kan me best voorstellen dat Vredeseilanden wel eens de vraag krijg, wat er met het ingezameld geld gebeurt, in afwachting van investering in projecten. De samenwerking met Triodos biedt hier een antwoord. Bij Triodos Bank vang je dan misschien niet de hoogste rente maar is er wel de zekerheid van financieel een maatschappelijk rendement. Anderzijds is er ook de mogelijkheid voor donateurs en sympathisanten om hun spaar geld via een spaarrekening bij Triodos, ook te laten renderen voor Vredeseilanden. Triodos betaalt een vergoeding aan Vredeseilanden voor het aanbrengen van spaarders. Het is dus een win-win oplossing, voor de donateur, voor Vredeseilanden en voor Triodos Bank.
Vredeseilanden werkt rond duurzame landbouw, Triodos financiert verschillende projecten in de sector van biologische voeding en landbouw. Kunt u daar een paar voorbeelden van geven? Al van bij het begin financieren we biolandbouw voornamelijk omdat die op een natuurlijke en duurzame manier omgaat met het milieu en de dieren. In België gaat dat bijvoorbeeld over Bioforum, de koepelorganisatie van de biosector. We vertrekken ook krediet aan bio-landbouwbedrijven en coöperatieven zoals de tuinbouwcoöperatie De Wassende Maan in Astene, de geitenboerderij ’t Reigershof in Klemskerke, de coöperatie van biomelkveehouders Biomelk Vlaanderen … te veel om allemaal op te noemen. Wie ze allemaal eens van naderbij wil bekijken raden we aan om een kijkje te nemen op h t t p : / / w w w. t r i o d o s . b e / n l / over-triodos-bank/breng-uwspaargeld-in-kaart/ Interview: Jo Vermeersch
Voor elke spaarrekening, bij Triodos geopend door een Vredeseilandensympathisant, schenkt Triodos een deel van haar winst aan Vredeseilanden. Zo spaart u niet alleen aan interessante en ethische voorwaarden, u geeft ook boeren en boerinnen in het Zuiden nieuwe kansen. Een spaarrekening openen kan eenvoudig online via www.vredeseilanden.be/steun
Duurzame voeding: Een reuzensprong in kleine stappen De titel van FairTradeGemeente behaal je als 6 criteria vervuld zijn. Vlaanderen voegde als eerste een 6de criterium. Om het nieuwe criterium te halen, moeten gemeenten een initiatief lanceren dat lokale consumptie en productie van duurzame voedingsproducten stimuleert. Een concreet voorbeeld is de campagne Donderdag Veggiedag die door door EVA vzw bedacht werd. De eerste stad die een gemeentelijke Donderdag Veggiedag uitriep, was Gent. Het idee erachter? Als we boerenfamilies in het Zuiden echt een kans willen geven op een waardig bestaan, moeten we niet enkel fairtradeproducten kopen, maar ook onze eigen levensstijl aanpassen door te kiezen voor duurzame voeding. Duurzaamheid in grootkeukens Wat betekent duurzaamheid in een grootkeuken? Samen met een aantal grootkeukens zoekt Vredeseilanden naar antwoorden op die vraag. Fair trade, biologische producten, groenten uit het seizoen, streekgebonden producten, minder vlees, minder afval, duurzame vis,… Duurzaamheid blijkt er een breed begrip. Met het personeelsrestaurant van de milieudienst van de Stad Gent werd een stappenplan ontwikkeld.
Door van duurzame voeding dagelijkse kost te maken, legt Vredeseilanden de link naar duurzame familiale landbouw, zowel in het Zuiden als hier bij ons. De productie van alles wat we eten heeft namelijk een grote impact op ons leefmilieu: Als we de druk op onze planeet willen verlichten, kunnen we dus een reuzensprong maken door een blik te werpen in ons eigen bord. Een zesde criterium voor FairTradeGemeenten FairTradeGemeente is een titel die aangeeft dat die bepaalde gemeente én haar inwoners eerlijke handel en duurzame landbouw een warm hart toedragen én er ook effectief
werk van maken. In 2001 riep de Britse gemeente Garstang zich als eerste gemeente ter wereld uit tot 'Fairtrade Town'. Een spetterende campagne was geboren. Nu, jaren later, is de campagne een internationaal succes geworden met al 1.000 Fairtrade Towns.
Eén van de eerste stappen was het invoeren van een dagelijkse volwaardige vegetarische schotel en het gebruiken van seizoensgroenten. De vegetarische schotel had zo’n succes, dat de vleesschotel op donderdag werd geschrapt en er voortaan op die dag enkel nog vegetarisch wordt aangeboden. In de winter waren noch tomaten noch komkommers te bespeuren in de rauwkostslaatjes. Wel witloof, veldsla, rode bietjes en ander lekkers van het seizoen. Er werden ook stappen gezet om biologische en fairtrade-ingrediënten in het assortiment op te nemen. Naar aanleiding van de bioweek besliste
de keukenverantwoordelijke om het klassieke frisdrankenassortiment definitief te vervangen door biologische en/of fairtradesapjes. En voor de zuiveldessertjes werd er overgeschakeld naar het assortiment van een lokale zuivelboer. Sinds de Fairtrade week wordt de chocolademousse met fair-trade chocolade gemaakt. Inmiddels hebben ook andere grootkeukens in Antwerpen, Leuven en Brussel het voorbeeld van de stad Gent gevolgd en een verduurzamingtraject uitgestippeld. Vredeseilanden ondersteunt bij het zoeken van leveranciers, het uitvoeren van prijsvergelijkingen, het aanleveren van recepturen en informatie, enz. Het project “Duurzame grootkeukens” kan steden en gemeenten helpen om het 6de criterium te behalen voor de titel van FairTradeGemeente. Vredeseilanden richt zich specifiek naar catering die uitgaat van overheidsdiensten, omdat we ervan uitgaan dat de overheden hier een voorbeeldfunctie kunnen uitoefenen. Maar nu de eerste resultaten geboekt zijn en een zekere ervaring is opgebouwd, willen we het project uitbreiden naar andere grote spelers zoals zorginstellingen, grote bedrijven,… Zo bouwen we een waaier uit van sterke praktijkvoorbeelden. www.fairtradegemeenten.be http://www.vredeseilanden.be/ grootkeukens
15
VREDESEILANDEN NIEUWS | TIJDSCHRIFT VAN DE VZW VREDESEILANDEN | VERSCHIJNT IN JANUARI-APRIL-JUNI-AUGUSTUS-OKTOBER | JAARGANG 31 NR 6 | editie JUNI 2011 | AFGIFTEKANTOOR 8500 | KORTRIJK 1-2E AFD | P108038 | VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: LUUK ZONNEVELD, BLIJDE INKOMSTSTRAAT 50, 3000 LEUVEN
Met steun van:
hoofdkantoor Vredeseilanden | Blijde Inkomststraat 50, 3000 Leuven | tel. ++32(0)16/31 65 80 | fax ++32(0)16/31 65 81 | E-mail en website: info@vredeseilanden.be | www.vredeseilanden.be | Rekeningnummer: 000-0000052-52 | vrijwilligerscoördinatoren: Nationaal Verantwoordelijke vrijwilligers: Hannelore Tyskens | hannelore.tyskens@vredeseilanden.be | 0494/10.87.43 | Vrijwilligerscoördinator Regio West-Vlaanderen: Dries Aelter | Kanselierlaan 7, 8310 Sint-Kruis-Brugge | 0491/37.14.57 | dries.aelter@vredeseilanden.be | Vrijwilligerscoördinator Regio Antwerpen: Filip Cuypers | Elshage 10, 2850 Boom | Tel: 0485/57.54.66 | Vrijwilligerscoördinator Regio Oost-Vlaanderen: Arianne De Caluwe | Veldeken 1, 9240 Zele | arianne.decaluwe@vredeseilanden.be | Tel: 0478/26.42.12 | Vrijwilligerscoördinator Regio Vlaams-Brabant: Anne Verhaegen | Leo Meulemansstraat 55, 3020 Herent | 0496/50.57.11 | anne.verhaegen@vredeseilanden.be | Vrijwilligerscoördinator Regio Limburg: Wim Vandenbrouck | Bosstraat 74, 3540 Herk-de-Stad | Tel: 0494/26.87.65 | wim.vandenbrouck@vredeseilanden.be | Voor leerkrachten en scholen: Bert Wallyn | Tel: 016/31.65.80 | bert.wallyn@vredeseilanden.be | FOTO COVER: Ivan Godfroid | TEKSTEN: : Jelle Goossens | HOOFDREDACTIE: Frederieke Duchateau | LAY-OUT: theparkinglot.com | PAPIER: Dit magazine wordt gedrukt op gerecycleerd papier
Belgie/Belgique PB/PP BC 6712
Tijdens de Bioweek konden alle stadsmedewerkers van het Antwerpse Den Bell in hun eigen keuken meewerken aan een kunstproject van Nathalie Hunter. Op 9 juni was de tekening helemaal klaar en werd het startschot gegeven van “TOGETHERNESS”. Honderden biologisch afbreekbare ballonnen gevuld met zonnebloemzaadjes werden opgelaten. Vredeseilanden begeleidt Den Bell in het kader van duurzame grootkeukens. De foto’s van dit kunstproject kan je bekijken op www.vredeseilanden.be/togetherness
16
191 landen ondertekenden een akkoord om tegen 2015 de armoede in de wereld te halveren. Voer samen met de Vlaamse Noord-Zuidbeweging actie om de politici aan hun belofte te herinneren én de lat hoger te leggen. www.detijdloopt.be Armoede moet de wereld uit!