Verschijnt 5 maal per jaar Afgiftekantoor Antwerpen X P409339
Vrije Universiteit Brussel Pleinlaan 2 B - 1050 Brussel
BelgiĂŤ - Belgique P.B. Gent X BC 9467
agazin2e009 m e i t a m r mei aprilnig info
2eigenzin - NR. G.12 J l Redelijk e s t Brus i e t i s r nive Vrije U
Nieuwelaan in het nieuw
VUB-studentenhuis met ruim 300 koten volledig gerenoveerd
Een Akademos vol studenten, van de campus tot in Congo Oprichter Netlog studeerde aan Vrije Universiteit Brussel
Algemeen Strategisch Plan in een stroomversnelling
wist u dat ... … een nieuw metamateriaal de snelheid van het internet aanzienlijk kan verhogen? Wetenschappers van de Vrije Universiteit Brussel hebben samen met enkele collega’s van de Amerikaanse Iowa State University een manier gevonden om optische signalen honderdmaal te vertragen met behulp van metamaterialen. Door licht te vertragen kan de capaciteit van communicatienetwerken zoals het internet op termijn een heel stuk groter worden. Licht is het middel bij uitstek om grote hoeveelheden informatie de wereld rond te sturen. In een netwerk met drie of meer gebruikers loopt het mis, omdat de optische gegevenspakketten in de knooppunten even moeten kunnen opgeslagen worden. De enige oplossing is de optische signalen te vertragen, maar dat was tot op heden zeer moeilijk en duur, omdat de temperatuur van de metaalatomen het absolute nulpunt moet benaderen. Ir. Philippe Tassin en zijn collega’s hebben nu een metamateriaal ontworpen dat optische signalen kan vertragen bij kamertemperatuur. Metamaterialen zijn artificiële materialen die niet uit atomen bestaan, maar uit kleine elektrische circuits. Het nieuwe metamateriaal werkt met infraroodgolven en laat in dit stadium toe om optische signalen honderdmaal te vertragen. Op termijn kunnen metamaterialen die licht vertragen de capaciteit van communicatienetwerken zoals het internet gevoelig verhogen.
… jonge atleten te ongezond eten? De voedingsgewoonten van onze jonge getalenteerde sprintatleten laten te wensen over. Slechts een minderheid neemt dagelijks een adequate hoeveelheid nutriënten in, en de meesten vertonen een tekort aan vezels, mineralen en zowat alle vitaminen. Dat is de eerste vaststelling van drs. Dirk Aerenhouts en enkele collega’s in een studie in het kader van het VUB-sprintproject, waarbij de evolutie van jonge sprintatleten wordt gevolgd doorheen hun adolescentie. De eerste resultaten van de studie, die onlangs gepubliceerd werden in het International Journal of Sport Nutrition and Exercise Metabolism, tonen aan dat de meeste jonge atleten teveel frisdrank drinken en vaak kiezen voor ongezonde, vetrijke voedingsmiddelen, wat zorgt voor een teveel aan geraffineerde suikers en verzadigde vetten. Bovendien wordt de aanbevolen inname van 250 gram fruit en 300 gram groenten per dag door slechts een handvol atleten bereikt. De meesten vertonen dan ook duidelijke tekorten aan vezels, mineralen en vrijwel alle vitaminen. Maar liefst 37 procent van de atleten neemt extra voedingssupplementen, maar ironisch genoeg zijn dit vooral de atleten die er reeds een goed voedingspatroon op nahouden.
… de euthanasiepraktijk baat heeft bij meer transparantie? Een meer transparante procedure zoals in Nederland zou de euthanasiepraktijk in ons land nog veiliger en kwaliteitsvoller kunnen maken. Dat blijkt uit een vergelijkend onderzoek van drs. Tinne Smets, prof. dr. Johan Bilsen en prof. dr. Luc Deliens van de Vrije Universiteit Brussel in samenwerking met enkele collega’s uit Gent en Amsterdam. In tegenstelling tot Nederland is de euthanasiewetgeving in België op erg korte tijd tot stand gekomen na een reeks
2
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
debatten, waardoor ze niet op een even brede consensus bij de artsen kon rekenen als bij onze noorderburen. De registratie- en controlemechanismen in beide landen zijn vrij gelijklopend, aangezien de Belgische wetgeving in grote mate gebaseerd is op het Nederlandse voorbeeld, maar toch zijn er nog enkele belangrijke verschilpunten, zo noteerden de onderzoekers. Ze concluderen uit hun studie dat een meer transparante procedure zoals in Nederland de maatschappelijke controle op de euthanasiepraktijk vergemakkelijkt. Bovendien benadrukken ze dat het erg belangrijk is om de artsen goed te informeren over de wettelijke procedure, en hen systematisch feedback te geven over hun euthanasiedossiers, maar dan in een context van vertrouwen.
… de handhygiëne van de meeste kleuters erbarmelijk is?
… de dioxineconcentraties in Schelde en IJzer te hoog zijn?
Slechts een kleine minderheid van de Belgische kleuters wast op school de handjes na toiletbezoek, zelfs onder toezicht van een leerkracht. Dat blijkt uit een onderzoek van dokter Helena Chovanova van de VUB-vakgroep Huisartsgeneeskunde. Nochtans is een goede handhygiëne van cruciaal belang en is er een duidelijke nood aan een duidelijk beleid en projecten rond handhygiëne op school. Chovanova observeerde 193 kleuters verspreid over 22 Belgische scholen. Het is het eerste onderzoek van dit type in ons land. Uit de resultaten blijkt dat amper acht procent van de kleutertjes op school de handen met zeep wast na toiletgebruik, of er nu toezicht is of niet. Sterker nog: van de groep kleuters die onder toezicht naar het toilet gingen, waste slechts zeven procent nadien de handen met zeep. Bovendien zijn in bijna de helft van de scholen te weinig wastafels of toiletten voorzien. In veertig procent van de scholen is er geen zeep aanwezig, en een even groot aandeel scholen maakt zelfs nog gebruik van stoffen handdoeken, die bijdragen tot de overdracht van ziektekiemen. In 45 procent van de scholen is er helemaal geen droogmogelijkheid.
De dioxineconcentraties in de Schelde en de IJzer liggen hoger dan ecologisch aanvaardbaar is. Dat ontdekte Hermes Sanctorum van het Laboratorium voor Analytische en Milieuchemie van de Vrije Universiteit Brussel, die voor het eerst de volledige loop van de IJzer bemonsterde tussen Nieuwpoort en Frankrijk, evenals de Bovenschelde tussen Gent en de bron. Voorheen werden enkel de mondingen van beide rivieren onderzocht. Dioxines zijn nauwelijks afbreekbaar en stapelen zich op in het milieu. Ze vormen een ernstig ecologisch risico, waarvan vooral gevoelige dieren op de waterbodem (zoals de paling) ernstige gezondheidseffecten ondergaan, en onrechtstreeks ook de mens. België heeft geen normen voor dioxines, maar pionierslanden zoals Canada hebben wel kwaliteitscriteria voor rivierslib opgesteld. Wanneer de nieuwe metingen van de Schelde en de IJzer hiermee worden vergeleken, worden deze grenswaarden in beide gevallen overschreden. Sanctorum pleit er dan ook voor om ook bij ons dioxines op te nemen in nationale monitoringprogramma’s voor rivieren. Volgens hem moet er ook dringend meer geïnvesteerd worden in onderzoek naar saneringstechnieken om deze historische vervuiling op te ruimen.
Inhoud
Rector Paul De Knop over Algemeen Strategisch Plan .........................
4 De generatie van de toekomst ................... 6 Chris Schijns, voorzitter Studentenraad: “Kleinschaligheid maakt ons groot” .......
… anti-epileptica veel doeltreffender kunnen toegediend worden? Bijna een derde van de epilepsiepatiënten wordt niet of onvoldoende geholpen met de bestaande behandelingsmethoden. Volgens Ralph Clinckers van de Vrije Universiteit Brussel zouden de bestaande anti-epileptica een stuk doeltreffender kunnen afgestemd worden op de patiënt indien men de concentraties ervan in de hersenen opvolgt, in plaats van in het bloed zoals nu gebruikelijk is. Want bloedconcentratiebepalingen bieden geen betrouwbare informatie over de hoeveelheid anti-epilepticum dat de epileptische hersengebieden daadwerkelijk bereikt. Door de hersenconcentraties op te volgen, kan het succes van de behandeling aanzienlijk verbeteren.
8 De Nieuwelaan in het nieuw ................. 10 Tien studenten naar Congo ................... 12 Het leven in een virtuele apotheek ..... 13 Kort Nieuws .................................................. 14 Alumnus Lorenz Bogaert, oprichter Netlog .........................................
16
Junior researcher Simon Van Rietvelde: Tolken beter leren tolken . .......................
18 Personalia ...................................................... 19 3
Met Algemeen Strategisch Plan wil rector Paul De Knop aan toekomst bouwen
“Niets doen is geen optie” De Vrije Universiteit Brussel heeft ambitieuze toekomstplannen. De Raad van Bestuur heeft op 17 maart unaniem het licht op groen gezet voor het Algemeen Strategisch Plan van rector Paul De Knop. De grote lijnen liggen nu vast, voor de zomer moeten ook de details ingevuld zijn. Het plan gaat gepaard met een investering van maar liefst 66,5 miljoen euro de volgende jaren. Voor Paul De Knop kan een jaar na zijn verkiezing tot VUB-rector het werk nu echt beginnen. Waarom is zo’n Algemeen Strategisch Plan nodig? Paul De Knop: “Om een visie op de toekomst te ontwikkelen. Vergelijk het met varen op een schip zonder kompas. Dat is misschien best leuk, maar je weet nooit wanneer je aankomt. Ik wil weten waar we naartoe gaan. We zijn vertrokken van onze sterktes en zwaktes én van de uitdagingen waar we voor staan. Het Algemeen Strategisch Plan is de neerslag van onze toekomstvisie. Een duidelijk plan is ook nodig om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. We weten waarvoor we staan, wat we willen bereiken en in functie daarvan zullen we de nodige middelen vrijmaken. Dat is geen makkelijke oefening. Er is de economische crisis, er is het financieringsdecreet voor het hoger onderwijs en er is het ratio nalisatieplan van de commissieSoete dat in een minimum aantal studenten per opleiding voorziet. Daarbij komt nog dat de masteropleidingen steeds meer met elkaar moeten concurreren op Europees vlak. Vandaar ook dat de internationalisering van de universiteit een van de grootste uitdagingen vormt. Je moet trouwens niet alleen bezig zijn met de studenten van vandaag, maar ook met de studenten van de toekomst. Hoe ziet de student er over tien jaar uit? Dat zijn allemaal vragen waar we een antwoord moeten op geven.
4
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
Het Algemeen Strategisch Plan is alvast een belangrijke eerste stap. Want een ding is duidelijk: niets doen is geen optie.” Moet de universiteit geleid worden als een bedrijf? “In Leuven is naar aanleiding van de zaak-Vervenne een hele discussie losgebarsten. Moet je als rector een manager of een academicus zijn? Ik vind dat een rector beide moet zijn. Of we het nu willen of niet, we zijn een groot bedrijf met 5700 personeelsleden en een omzet van 500 miljoen euro. We hebben 9000 studenten en meer dan 40.000 alumni. Bovendien verplicht het financieringsdecreet ons om te presteren. Daarom voer ik prestatie-indicatoren in. Onze financiering hangt er immers van af. Maar tegelijk is een universiteit niet zomaar een bedrijf. Het is een specifiek bedrijf met een eigen gedachtegoed en eigen waarden. “De Vrije Universiteit Brussel is een volwaardige kwaliteitsvolle, maatschappelijk geëngageerde en internationaal georiënteerde universiteit in Brussel.” Zo luidt de missie van de universiteit in het Algemeen Strategisch Plan. Paul De Knop: “Om duidelijk te maken waar we voor staan, hebben we onze missie helder en krachtig geformuleerd. Onze kwaliteit staat uiteraard voorop. De externe experts van de visitatiecommissie hebben al onze
bacheloropleidingen positief beoordeeld. Die kwaliteit moeten we koesteren. Maar even belangrijk is dat we volwaardig blijven en dat we het aantal opleidingen dus niet drastisch verminderen. Waar een
tekort aan studenten is, moeten we aan oplossingen werken, onder meer via een samenwerking met de Universiteit Gent waarmee we een belangrijke alliantieovereenkomst hebben afgesloten.
Om onze strategische positie in Vlaanderen te versterken, zullen we samen met Gent een aantal masteropleidingen organiseren en ons onderzoeksbeleid op elkaar afstemmen. Ook ons maatschappelijk engagement staat duidelijk in de missie. Dat engagement is er altijd al geweest, denk maar aan dossiers als abortus, de discussie rond het levenseinde, de in-vitrobevruchting. Ook vandaag spelen we weer een voortrekkersrol door mensen zonder papieren tijdelijk op te vangen op onze campus. Tot slot benadrukken we in onze missie onze internationale oriëntatie. Brussel is in het buitenland bekender dan België. We moeten dat maximaal uitspelen. Het nadeel is alleen dat we als Vlaamse universiteit geen Engelstalige masters mogen organiseren, als dezelfde opleiding ook niet in het Nederlands wordt aangeboden.” In uw plan staan drie strategische pijlers voor de toekomst. De eerste pijler ligt enigszins voor de hand, namelijk “de verdere ontwikkeling van een performante Nederlandstalige universiteit in Brussel via een eigen onderwijsconcept.” Paul De Knop: “Dat eigen onderwijsconcept gaat gepaard met sterke begeleidingsprogramma’s. Studenten kunnen bij ons rekenen op een haast individuele begeleiding, omdat we met veel kleinere groepen zitten dan aan sommige andere universiteiten. Daar worden groepen pas gesplitst vanaf 800 studenten… Wij hebben ook altijd aandacht gehad voor bijzondere doelgroepen. We waren de eersten om met bijvoorbeeld Topsport en Studie uit te pakken, waardoor topsporters hun sportcarrière konden combineren met universitaire studies dankzij een aangepast programma. Dat wil niet zeggen dat alles perfect is bij ons. Ik vind dat we het studierendement onder de loupe moeten nemen. We moeten ernaar streven
om meer studenten te doen slagen, zonder uiteraard de kwaliteit van onze opleidingen in het gedrang te brengen. We moeten het trouwens ook makkelijker maken voor studenten om zich te heroriënteren binnen de Universitaire Associatie die we samen met de Erasmushogeschool Brussel vormen. Universiteitsstudenten moeten kunnen overstappen naar een hogeschoolopleiding en omgekeerd.” De verdere uitbouw van een universitaire medische campus in Jette is een tweede strategische pijler. Paul De Knop: “Het UZ Brussel is het enige Nederlandstalige ziekenhuis in de hoofdstad. Het universitair ziekenhuis heeft meer personeelsleden en draait een grotere omzet dan de universiteit op zich. Maar dat neemt niet weg dat de faculteit Geneeskunde en Farmacie het financieel moeilijk heeft. Via interne solidariteit moeten we de faculteit maximaal ondersteunen en ervoor zorgen dat er op de universitaire campus in Jette een vorm van synergie tot stand komt met andere faculteiten. Ik denk bijvoorbeeld aan de kinesitherapie.” De derde strategische pijler tenslotte is de oprichting van een internationale University of Brussels. Paul De Knop: “We trekken resoluut de kaart van de internationalisering, samen met de ULB. We groeperen onze Engelstalige opleidingen binnen de University of Brussels, met als doel meer internationale studenten en docenten naar Brussel te halen. Dat geldt ook voor onderzoek. We hebben bijvoorbeeld een eigen instituut voor Europese Studies, het IES. De ULB heeft ook zo’n instituut. Dan is schaalvergroting toch aangewezen om samen hét centrum voor European Studies in Europa te worden. Maar ik benadruk nogmaals dat de University of Brussels geen concur-
rent zal zijn van de Vrije Universiteit Brussel. Beide bestaan naast elkaar. Wel krijgen onze studenten meer kansen om in het Engels te studeren, als ze dat zelf willen.” Wanneer zal u tevreden zijn? Paul De Knop: “Ik zal tevreden zijn als we in 2012 minstens 250 studenten meer hebben dan nu, als ons studierendement hoger is zonder dat de kwaliteit eronder lijdt en als we op onderzoeksvlak minstens ons huidig marktaandeel behouden. Ik hoop ook dat de opleidingen die we samen met de Universiteit Gent rond een aantal speerpunten organiseren, tegen 2012 op volle toeren zullen draaien. En dat we met
de Erasmushogeschool Brussel intens zullen samenwerken op pedagogisch en logistiek vlak. In 2012 moeten natuurlijk ook de fundamenten gelegd zijn voor de University of Brussels. Stevige fundamenten, zodat de University of Brussels na vier jaar zelfbedruipend kan zijn. Maar wat ik vooral wens is dat al onze studenten tevreden zullen zijn over ons onderwijs en onderzoek, en dat ze het aangenaam vertoeven vinden op onze groene campus in het hart van een wereldstad. De politieke wereld zou eindelijk eens het belang moeten inzien van een sterke Nederlandstalige universiteit in de grootste studentenstad van België.”
Nieuwe projecten en gebouwen De Vrije Universiteit Brussel gaat de volgende jaren maar liefst 66,5 miljoen euro besteden aan nieuwe projecten en een grootschalig bouwplan. Liefst zestig miljoen euro gaat naar een ambitieus bouwplan, dat zowel aankoop, renovatie als nieuwbouw omvat. De universiteit put daarvoor uit eigen middelen, onder meer via de verkoop van enkele waardevolle bezittingen zoals de voormalige campus in Sint-Genesius-Rode. Daarnaast rekent de universiteit op zowel overheidsfondsen als privégeld, via zogeheten PPS-constructies (publiek-private samenwerking). Aan de overkant van de campus Etterbeek zal de Vrije Universiteit Brussel een (bestaand) gebouw kopen dat onderdak moet bieden aan de toekomstige ‘internationale poot’ van de VUB. Op de campus zelf staat nog een hotel voor buitenlandse studenten en docenten op stapel, een voetbalterrein in kunstgras én nieuwe studentenkamers. De huidige studentenwijk op de campus dateert van de jaren zeventig en heeft intussen haar beste tijd gehad. Het aantal kamers wordt overigens opgetrokken tot zeshonderd. Hiervoor wordt een publiek-private samenwerking opgezet. Op de medische campus in Jette komt een nieuw animalarium voor dierproeven. De Vrije Universiteit Brussel wil niet alleen haar positie als volwaardige Nederlandstalige universiteit in Brussel veilig stellen en versterken. De universiteit zet ook maximaal in op de verdere uitbouw van haar universitaire medische campus in Jette en de oprichting van een internationale en Engelstalige University of Brussels, samen met de ULB. Om dit alles mogelijk te maken, trekt de universiteit alvast 6,5 miljoen euro extra uit. Die bijkomende middelen worden gespreid over drie jaar en moeten ook de acht faculteiten en de administratieve ondersteunende diensten ten goede komen.
5
De generatie van de toekomst De Vrije Universiteit Brussel telt 9000 studenten, van wie ongeveer 1300 nieuwe studenten, de zogeheten generatiestudenten. Nu de rekruteringscampagnes in het hoger onderwijs weer op volle toeren draaien, is het alvast een ideaal moment om de jongste generatie VUB-studenten aan het woord te laten. Waarom hebben ze voor de hoofdstad en voor de Vrije Universiteit Brussel gekozen? Wat heeft de keuze van hun opleiding bepaald? Hebben ze intussen al een favoriete plek op de campus en in de stad? Acht portretten uit evenveel faculteiten. Laura Bronckaerts
Eerste bachelor Revalidatie wetenschappen en Kinesitherapie
plaats van met driehonderd, krijg je een veel persoonlijkere aanpak van de professoren en leg je ook veel makkelijker contacten met je medestudenten. Dat er in Brussel veel meer praktijk gegeven wordt en er al vanaf het eerste jaar stage is, vind ik ook positief. Ik heb deze opleiding gekozen omdat ik als kind al graag masseerde. Ik ben ook vrij sportief, de keuze voor kine was dus niet echt moeilijk. In de helft van het zesde middelbaar wist ik al dat ik kinesitherapie wilde gaan studeren.”
Kaat Guldolf
Eerste bachelor Biomedische Wetenschappen “Waarom Brussel? De stad Leuven kende ik al en ook het uitgaansleven. Dus wou ik Brussel wel eens beter leren kennen. Ook de Vrije Universiteit Brussel op zich sprak me veel meer aan dan de KULeuven. Deze twee universiteiten liggen het dichtst bij waar ik woon en waren dus de twee meest voor de hand liggende keuzes. Tijdens de infodagen van de KUL werd ik helemaal niet persoonlijk behandeld, ik voelde mij er eerder een nummer dan een persoon. Op de SID-in ben ik ook gaan informeren voor revalidatiewetenschappen aan de VUB. Ik werd er heel goed geholpen. De Vrije Universiteit Brussel is een veel kleinere universiteit, maar vooral dat spreekt me aan. Door het feit dat je met tachtig in een klas zit in
6
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
Mijn interesses liggen in biologie en anatomie, dus mijn keuze ging uit naar Biomedische Wetenschappen of naar arts. Omdat het ingangsexamen niet was gelukt, is het Biomedische Wetenschappen geworden, zo simpel was de keuze. Misschien dat ik de volgende keer nog wel eens meedoe aan het ingangsexamen. Mijn favoriete plekje op de campus? De zeteltjessss! Voor een gezellige babbel en heerlijk comfort. Een favoriet plekje in Brussel moet ik nog ontdekken, maar tot nu toe is dat het Atomium bij zonsondergang.”
een zaal naar een prof te luisteren. De groepen zijn veel kleiner. Ik heb lang getwijfeld of ik toch niet biologie zou studeren, of bioingenieur niet te zwaar ging zijn. Maar nu het eenmaal zover is, ben ik blij met mijn keuze. Mijn favoriete plekje op de campus is het restaurant. Het is er gezellig en de warme maaltijden zijn echt afwisselend. Ik eet hier alvast meer en gezonder dan als ik thuis alleen zou eten.”
Stefanie Clemens
“Brussel is de hoofdstad van België, wat toch wel wat specialer is dan een stad als Gent of Antwerpen. Ikzelf woon in Antwerpen en ken deze stad al door en door, waardoor ik graag een andere stad goed wilde leren kennen. Ik wilde ook graag mijn Frans verbeteren en dacht dat Brussel, door zijn tweetaligheid, hier wel toe zou kunnen bijdragen. Eerst en vooral heb ik voor de Vrije Universiteit Brussel gekozen omdat de opleiding Handelis ingenieur hier een zeer goede reputatie heeft. Een andere factor die bepalend was voor mijn keuze was het studentenleven, meer specifiek: het leven op kot. Ik wilde graag op kot, wat geen optie was als ik bijvoorbeeld in Antwerpen ging studeren. Mijn broer en zus studeren ook aan de VUB en zitten hier op kot, wat me toch ook wel
Eerste bachelor Bio-Ingenieurswetenschappen Ik ben in Brussel komen studeren omdat het goed bereikbaar is met de trein. De Vrije Universiteit Brussel trok me aan omdat de universiteit in een groene omgeving ligt, maar vooral omdat je niet een van de zoveel bent. Je krijgt een goede begeleiding en je zit niet met tweehonderd studenten in
“Brussel leek mij een uitdaging, vermits bijna de rest van mijn school naar Leuven is gegaan. En trouwens, Leuven is te groot, hier is het lekker gezellig, hier ken ik al heel erg veel mensen, omdat we gewoon niet met zoveel zijn.
Femke De Knop
Eerste bachelor Handelsingenieur - Solvay
een ”welcome home” gevoel gaf. De Vrije Universiteit Brussel staat ook bekend als een iets kleinere universiteit. Die gezelligheid sprak me zeker aan. Ik heb enorm lang getwijfeld over de juiste studiekeuze. Doordat ik zolang twijfelde en nog niet juist wist welke job ik later wilde uitoefenen, heb ik gekozen voor een algemene richting zodat ik later nog veel jobmogelijkheden heb. Mijn favoriete plekje op de campus is het grasveld voor gebouw D. Hier kan je ‘s middags, als het mooi weer is, tot rust komen en gezellig bijpraten met wat vrienden.”
Hilke Verbruggen
Eerste bachelor Ingenieurswetenschappen “De stad Brussel heeft mij altijd al enorm aangesproken, door haar veelvoudig en verscheiden karakter, de “tweetaligheid”, het multiculturele. Je vindt er ook echt alles! Ik had mij eerst ingeschreven aan de Koninklijke Militaire School, maar omdat ik toch nog niet echt klaar bleek te zijn om zoveel vrij-
heid op te offeren en ik toch liever wou genieten van een gewone studententijd, ben ik teruggekeerd naar mijn oorspronkelijke keuze en naar de Vrije Universiteit Brussel gekomen. Aan de Universiteit Antwerpen hebben ze de richting niet, en Leuven en Gent had ik al op voorhand uitgesloten, omdat er overdreven veel eerstejaars zijn. Ik heb trouwens nog geen moment spijt gehad van mijn keuze, integendeel. Ik heb enkel nog maar meer voordelen aan Vrije Universiteit Brussel ontdekt. Ik vind het er echt gezellig, zo “klein” en alles bijeen. Mijn studiekeuze lag al lang vast, gezien mijn interesse voor wiskunde en wetenschap. Ik wou me ook niet echt vastpinnen op een bepaald vak, ik wou een brede opleiding zodat ik later nog verschillende kanten uitkan. Ik heb er ook met vrienden, familie en leerkrachten over gebabbeld en zij steunden mij in mijn keuze. Mijn favoriet plekje is het restaurant, waar je iedereen tegenkomt. Maar eigenlijk heel de campus met al het groen. Het lijkt me heel gezellig om in de zomer een beetje te luieren in ‘t gras. In Brussel zelf dwaal ik het liefst gewoon een beetje rond in de binnenstad. Zo leer je vanzelf de leuke plaatsen in Brussel kennen.”
Aida Ganic
Eerste bachelor Psychologie “Brussel is een wereldstad, er valt enorm veel te ontdekken. Nog een pluspunt aan Brussel is dat mijn zus er ook studeert, waardoor ik toch een beetje familie bij me heb. Ik heb voor de Vrije Universiteit Brussel gekozen omwille van dat “vrije”. Waarom psychologie? Omdat ik door kinder- en jeugdpsychologe te worden jongeren meer kansen wil bieden op behandelingen tegen allerlei geestelijke aandoeningen en beperkingen, waarvan er sommige nog steeds niet erkend zijn.”
Mijn favoriete plekje op de campus is Opinio en in Brussel is dat de AB.”
Zeno Bonduelle
Eerste bachelor Communicatiewetenschappen
een gezellige universiteit waar je al heel snel een pak mensen leert kennen. Ik heb voor Communicatiewetenschappen gekozen omdat het een brede richting is. Je kan er nog veel kanten mee uit. Ik weet niet echt wat ik precies wil doen later, maar ik kan me goed vooorstellen dat het ergens in de lijn ligt van communicatie. Een minor filosofie geeft het geheel dan weer iets meer diepte, vind ik. Mijn favorietje plekje op de campus is het dak van het B-gebouw: een prachtig panorama en in de zomer een leuke plek om te zitten. In de stad ga ik graag naar de vele, leuke winkeltjes in en rond de Dansaertstraat.”
Wouter Gielen
Eerste bachelor Criminologie
“Ergens heb ik altijd al wel geweten dat ik in Brussel wilde studeren, het is een echte stad met mooie en minder mooie kanten, maar dat maakt het juist interessant, vind ik. Er is ook veel te doen in en rond Brussel. Feestjes, kunst, cultuur. Bovendien staat communicatiewetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel hoog aangeschreven, dus dat zijn twee vliegen in één klap. Toen ik in het zesde jaar op een infodag over de campus liep, scheen de zon en floten de vogels. Ik liep op de esplanade, at een broodje in het restaurant… en ik was verkocht. Ook ligt het centrum van Brussel op een boogscheut, dankzij de metro of de tram. De Vrije Universiteit Brussel is geen gigantische fabriek, maar
“Er is geen specifieke reden waarom ik naar hier gekomen ben. Iedereen ging naar Leuven en ik dacht: waarom niet Brussel? De keuze voor de Vrije Universiteit Brussel is simpel. Mijn zus heeft hier gestudeerd en die heeft mij deze universiteit aangeraden. Waarom Criminologie? Gewoon omdat het mij heel erg aansprak. Ik heb veel info gelezen, goed overwogen en dan gewoon voor crimi gekozen omdat het volgens mij goed bij mij paste.” Op de campus is mijn favoriete plek de BSG-zaal en Jelle’s kot. In Brussel is dat café Delirium.”
7
“Kleinschaligheid maakt ons groot” “De opkomst is helaas wat mager”, moppert Chris Schijns. “Morgen is het de laatste dag dat de VUBstudenten hun eigen vertegenwoordigers kunnen kiezen - of tenminste toch de laatste dag van de eerste stemronde - maar in een aantal faculteiten is het quorum van 25 procent nog altijd niet bereikt.” Als voorzitter van de Studentenraad hoopt Chris Schijns uiteraard dat zoveel mogelijk VUB-studenten hun stem uitbrengen. De 24-jarige student Rechten uit Lanaken zit al drie jaar in de Studentenraad en weet als geen ander wat studenteninspraak anno 2009 betekent. De Studentenraad verstrekt advies over alle materies die studenten aanbelangen. Je zou denken dat de studenten staan te springen om hun stem uit te brengen. Chris Schijns: “De studenten van nu zijn het gewoon dat alles goed gaat. Daardoor zijn ze misschien minder geëngageerd dan vorige generaties. De studenten zijn mondiger geworden, maar daar stopt het voor velen ook. In een grote faculteit waren er zelfs helemaal geen kandidaten voor de Studentenraad. Je hebt natuurlijk nog wel geëngageerde studenten, maar het zijn altijd dezelfde die je
tegenkomt, dus die groep is niet zo heel erg groot.” Hoe ben je zelf op de Vrije Universiteit Brussel terecht gekomen? Chris Schijns: “Ik had al een bacheloropleiding rechtspraktijk achter de rug in Limburg en ik wilde daarna Rechten aan een universiteit studeren. Op de SID-in (provinciale studie-informatiedagen, nvdr) ging ik eerst naar de stand van Leuven, maar daar konden ze me niet meteen verder helpen. Ik wilde weten hoe mijn studietraject er zou uitzien, vermits ik al een bachelordiploma op zak had. Aan de stand
Chris Schijns, voorzitter van de Studentenraad van de Vrije Universiteit Brussel
8
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
van de Vrije Universiteit Brussel beloofden ze het snel te zullen uitzoeken. Twee dagen later kreeg ik een uitnodiging voor de infodag en daar ben ik dan naartoe gegaan met mijn ouders. Die konden het niet geloven dat je op zo’n infodag steak met frieten kreeg. (lacht) Maar het stond me hier meteen aan, vooral de kleinschaligheid vond ik heel belangrijk. Ook vandaag nog: we zitten met vijf in de tweede master publiek recht, dat is toch fantastisch. Nadeel is wel dat je altijd naar de les moet, want het valt op als iemand er niet is. Maar ik blijf erbij: die kleinschaligheid maakt ons groot. Studenten zijn hier geen nummers, maar cliënten met een grote C.”
oog verliezen dat het de studenten zijn waar alles om draait.” “Positief is wel dat de studenten een vijfde van de Raad van Bestuur uitmaken. Overigens was eerst voorzien dat het definitieve Strategisch Plan zou goedgekeurd worden op 23 juni, in volle examenperiode. Maar op vraag van de studenten is die Raad van Bestuur verplaatst naar begin juli. Ze houden dus wel degelijk rekening met ons. De studentenvertegenwoordigers kunnen ook altijd hun grieven kwijt bij vicerector Studentenbeleid Hélène Casman. Haar deur staat altijd open voor ons, zoals dat ook bij haar voorganger Michel Magits het geval was.”
Hebben studenten invloed op het rectoraat? Chris Schijns: “Zeker. Enkele dagen geleden nog waren een aantal studenten die in de Raad van Bestuur zitten, uitgenodigd door rector De Knop om zijn strategisch plan te bespreken. De rector was verbaasd dat we dat plan zo grondig bestudeerd hadden. Ik vind het overigens een goed plan, alleen zou er wat meer over studenten mogen instaan. Ik begrijp dat een universiteit geleid moet worden zoals een bedrijf geleid wordt, maar men mag toch niet uit het
Moeten jullie soms het been stijf houden? Chris Schijns: “Zeker. Neem nu het sluitingsuur van de BSG-zaal, de bekende fuifzaal op de campus. De universiteit wilde het sluitingsuur terugschroeven van 6 naar 4 uur. Maar de leden van de Studentenraad vonden dat te vroeg en het is uiteindelijk 5 uur geworden. Ook over alles wat met Studentenvoorzieningen te maken heeft, kunnen we onze zeg doen. De sociale maaltijdprijzen in het restaurant bijvoorbeeld moeten door ons goedgekeurd worden.”
Studentenraad
Naast de Studentenraad van de Vrije Universiteit Brussel is er nu ook de nieuwe studentenraad van de Universitaire Associatie Brussel, met rechtstreeks verkozen studentenvertegenwoordigers van de Vrije Universiteit Brussel en de Erasmushogeschool Brussel. Chris Schijns: “Het is belangrijk dat ook de Universitaire Associatie Brussel een eigen studentenraad heeft. De Vrije Universiteit Brussel en de Erasmushogeschool Brussel werken steeds nauwer samen en dus moeten ook de studenten van beide instellingen naar elkaar toegroeien. Een van de belangrijkste opdrachten van de studentenraad van de Universi-
taire Associatie is ervoor zorgen dat het studentenbeleid van beide instellingen beter op elkaar afgestemd raakt. Een voorbeeld? De Toegepaste Taalkunde van de Erasmushogeschool Brussel zit sinds dit academiejaar op onze campus. Het is niet meer dan logisch dat die studenten zich op de VUBcampus kunnen inschrijven. Toch kan dat niet, ze moeten zich voor hun inschrijving verplaatsen naar de Erasmushogeschool. Maar meer algemeen zou het goed zijn mochten we samen met de studenten van de Erasmushogeschool het Brussel-gevoel kunnen versterken. Als Limburger weet ik dat Limburg een sterk merk is, maar Brussel is een nog veel sterker merk.”
Slotvraagje: hoe kan de Vrije Universiteit Brussel meer studenten aantrekken? Chris Schijns: “Het is goed dat de universiteit aandacht heeft voor een aantal doelgroepen, maar ze mag vooral de gewone student niet uit het oog verliezen. We zijn in de eerste plaats een kwalitatief
hoogstaande universiteit en dat moeten we blijven uitspelen. Ook het feit dat we op een campus zitten is een unieke troef. Want daardoor kom je voortdurend in contact met studenten uit andere richtingen. Het verbreedt je blikveld en je kennis.” [pvr]
Studenten bepalen beleid De Studentenraad verdedigt de belangen van de studenten van de Vrije Universiteit Brussel en verstrekt advies over alle materies die de studenten aanbelangen. De Studentenraad is belast met het beleid inzake studentenvoorzieningen.(huisvesting, studentenrestaurant, jobdienst...) De Studentenraad telt in principe 24 leden: 8 leden worden rechtstreeks verkozen, de anderen zijn de studentleden van de Raad van Bestuur en de Onderwijsraad.
Eerstejaarsstudenten ‘ontlinksen’ De VUB-studenten van vandaag zijn minder links dan in het verleden. Dat heeft de onderzoeksgroep TOR binnen de vakgroep Sociologie kunnen vaststellen. De onderzoekers peilen al 20 jaar naar de politieke opvattingen en het stemgedrag van eerstejaarsstudenten uit de humane wetenschappen.
Percentage
Prof. Mark Elchardus en onderzoekers Bram Spruyt, Wendy Smits en Michael Partijvoorkeur eerstejaarsstudenten menswetenschappen Vrije Universiteit Brussel Debusscher bevragen elk jaar zo’n 800 45 eerstejaars die het vak Sociologie SP.a 40 volgen. “We bevragen de studenten in oktober, dan hebben ze nog niet veel les 35 Open VLD gehad en kunnen ze dus niet beïnvloed 30 zijn door hun opleiding”, zeggen de 25.1 25 onderzoekers. “Zo kunnen we ook zien 24.5 hoe jongeren een studierichting kiezen 20 17.3 Groen! in functie van hun opvattingen.” 15 12.9 Opvallend is dat de linkse partijen – die 10 Lijst Dedecker 8.2 CD&V het traditioneel goed doen bij VUB5 studenten - erop achteruitgaan. “Sp.a en 4.0 Vlaams Belang Groen! zijn altijd communicerende vaten 0 1989 1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007 2008 geweest. Verlies bij de ene gaat gepaard met winst bij de andere. Maar ze gaan er nu ook samen op achteruit, het vat lekt.” Het verlies voor links vertaalt zich vooral in winst voor het centrum. Open VLD heeft het altijd goed gedaan bij VUB-studenten, maar nu is ook CD&V in opmars. “De studenten ‘ontlinksen’, maar dat wil dus niet zeggen dat ze verrechtsen.” Het Vlaams Belang haalt bij VUB-studenten de kiesdrempel niet. Dat is wel het geval voor Lijst Dedecker, die ruim 8 procent van de bevraagde studenten kan bekoren. Verder is het opvallend dat bij de jongste bevraging maar liefst 25 procent geen politieke voorkeur kon opgeven. Overigens is er een duidelijke relatie tussen die politieke voorkeur en de gekozen studierichting. Open VLD scoort heel goed bij studenten Rechten en Economie, terwijl de linkse partijen het goed doen bij studenten Psychologie, Sociologie of Agogische Wetenschappen. “Dat zijn trouwens ook richtingen waarin de meisjes in de meerderheid zijn”, zeggen de onderzoekers. www.vub.ac.be/TOR/
9
De Nieuwelaan in het nieuw Het is middag in het studentencomplex van de Vrije Universiteit Brussel aan de Nieuwelaan, op een steenworp van de campus. De bewoners van Unit 43 verschijnen slaperig aan de ontbijttafel in de gemeenschappelijke keuken van hun eenheid. Op de tafel een pot choco en een handvol energiedrankjes. Het is blijkbaar een zware nacht geweest. “Een TD in Océade”, mompelt Bart. Hij deelt met tien medestudenten een eenheid in het volledig gerenoveerde studentenhuis. “We zijn stuk voor stuk goede vrienden. We hebben het zo kunnen regelen dat we hier allemaal samen zitten.”
Vorig academiejaar was ‘de Nieuwelaan’ nog een grote bouwplaats, zonder studenten. Die moesten een jaar lang elders op kot. Het hele gebouw onderging een grondige facelift, met als opvallendste verandering de opdeling in 29 afgesloten eenheden met individuele studentenkamers en gemeenschappelijke douches, toiletten en keuken. Tuur studeert Lichamelijke Opvoeding, zoals Bart en de meeste andere bewoners van de eenheid. Voor Tuur was het in september een blij weerzien. Hij zat voor de verbouwing ook al op kot aan de Nieuwelaan. “Vroeger had elke kamer een eigen douche en toilet. Nu is dat gemeenschappelijk geworden en daardoor hebben we wat minder privacy”, zegt Tuur. “Maar de meeste studenten storen zich daar niet aan.” Medebewoners Bieke en Jill nuanceren. “Alleen als de jongens het proper houden, is het hier in orde.” Daarom hebben de meisjes beslist dat een van de twee wc’s voor hen is en de andere voor de jongens. Afspraken Samen met je beste vrienden op kot zitten, is naturlijk geweldig. Maar om vrienden te blijven, zijn er blijkbaar wel afspraken nodig. “In de keuken was het eerst een zwijnenstal, maar we hebben daar goede afspraken rond gemaakt”, klinkt het bij de meisjes. Ook Bieke zat hier voor de renovatie
10
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
al op kot. “Het is nu allemaal veel beter en mooier. Ik vind het wel jammer dat je nu niet meer door die eindeloos lange gangen kan lopen, doordat het hele gebouw in compacte units verdeeld is.” Maar dat heeft ook zo zijn voordelen. “Vroeger was het meer getto style met superlange gangen”, zegt Tuur. “Een Sarajevo-gebouw. Dat had natuurlijk wel iets, maar nu zijn de units toch veel beter beveiligd. Met massieve deuren, alleen met een sleutel te openen. Niemand komt je eten of je spullen nog stelen, je treft geen honderd flyers meer aan onder de deur van je kamer.” En zijn nog andere zaken beter dan vroeger? “De bedden”, klinkt het in koor. Al grondig uitgetest? “Absoluut.”
260 euro Wie geen huurtoelage krijgt, betaalt voor een kamer van de universiteit 260 euro per maand. “Dat is beduidend minder dan op de privémarkt”, zegt Bart. “Ik had de indruk dat de prijzen daar ook omhoog waren gegaan toen de meer dan driehonderd kamers van de Nieuwelaan plots wegvielen door de renovatie. Het is goed dat de universiteit een eigen uitgebreid kameraanbod heeft tegen betaalbare prijzen. Want dat zorgt ervoor dat ook de prijzen van de privékoten niet meteen de pan uitswingen.” Tijdens de renovatiewerken hadden Bart en Tuur met twee andere studenten een heel huis gehuurd. “Maar het werkte niet echt. Er was te veel chaos in het huis. Je
moet zelf voor alle aansluitingen zorgen: internet, water, elektriciteit. Bovendien waren er veel problemen met de elektriciteit en met vocht, maar de huisbaas hebben we een jaar lang niet gezien. Hier is tenminste alles in orde. Met overal kabel- en internetaansluitingen.” De afwas Wordt er wel eens ruzie gemaakt? “Ja, als je potten, pannen of borden van iemand anders gebruikt en ze vervolgens niet afwast, dan is het ruzie,” zegt Bart. “En het wordt al snel een vicieuze cirkel,” vult Tuur aan. “Want je wast iemand z’n spullen niet af omdat hij dat ook niet gedaan heeft met die van jou.” De meisjes hebben al lang een Jill, Bieke, Tuur en Bart
oplossing voor dit soort conflicten. “Mijn spullen staan op mijn eigen kamer,” zegt Jill. “Ik laat niks meer staan in de keuken, net door al die toestanden rond de afwas.” “Maar toch ziet ge ons nog graag!”, besluit Bart. In de kelderverdiepingen zijn er grote gemeenschappelijke ruimtes waar
de studenten zich kunnen uitleven met tafeltennis en tafelvoetbal. Er worden ook fuiven gehouden. Voor de studenten Lichamelijke Opvoeding van Unit 43 is beweging heel belangrijk. Vandaar wellicht dat ze een balspel hebben bedacht dat ze in de gang van hun eenheid kunnen spelen.
“We spelen een variant op volleybal, met 3 tegen 3 of 2 tegen 2. De bal mag alles raken behalve de vloer.” Er wordt veel plezier gemaakt in Unit 43, maar er wordt natuurlijk ook ijverig gestudeerd. “De deur is het teken”, zegt Tuur. “Als iemand de deur van zijn of haar kamer dichtdoet, dan weten we dat hij
of zij met rust gelaten wil worden. Dat wordt altijd gerespecteerd.” Ook over de muziek zijn er afspraken. Tussen middernacht en 7 uur ’s ochtends moet het stil zijn. “Maar ook deze regel is er gekomen nadat zich een aantal feiten hadden voorgedaan”, lacht Tuur. [pvr]
Renovatie was noodzakelijk De Vrije Universiteit Brussel beschikt over 320 studentenkamers en 10 flats aan de Nieuwelaan. Het gebouw dateert van de jaren ’70 en was uitgeleefd. In de zomer van 2007 ging de renovatie van start. De werken hebben een heel academiejaar geduurd, met een prijskaartje van 6,5 miljoen euro. “Door units van 12 personen te maken, hebben we de verantwoordelijkheidszin van de studenten aangewakkerd”, zegt Ludo Reuter, hoofd van de dienst Huisvesting van de Vrije Universiteit Brussel. “Vroeger kon iedereen vrij door het hele gebouw lopen. Als er dan ergens schade was aangericht, kon je nooit een verantwoordelijke vinden. Nu wel. Wat binnen een unit gebeurt, valt onder de verantwoordelijkheid van de bewoners van die unit.” Er is ook bewust gekozen voor gemeenschappelijke douches en toiletten. “Niet elke student zorgde even goed voor zijn eigen toilet of douche, met alle gevolgen vandien. Schimmel, vocht… Het is veel makkelijker om gemeenschappelijke toiletten en douches te onderhouden.” De Vrije Universiteit Brussel beschikt in het totaal over 1300 eigen studentenkamers. Ruim 900 kamers zijn volledig gerenoveerd (Nieuwelaan en campus Jette) of werden recent gebouwd (Schoofslaan). Alleen de studentenkoten op campus Etterbeek moeten nog plaats ruimen voor nieuwe kamers. De universiteit wil hiervoor een publiek-private samenwerking opzetten. foto’s bm
Ludo Reuter: “Meer verantwoordelijkheidszin.”
11
UCOS in Afrika
Tien studenten naar Congo Neem tien VUB-studenten uit verschillende studierichtingen, stuur ze voor twee weken naar Lubumbashi in Congo en laat ze kennismaken met tien even verscheiden Congolese studenten. Dat idee lanceerde UCOS, de vzw die aan de Vrije Universiteit Brussel rond ontwikkelingssamenwerking werkt. Een succesvol idee, getuige de enthousiaste reacties van de Congo-reizigers bij hun terugkeer. UCOS, het Universitair Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking, laat de studenten aan de Vrije Universiteit Brussel al bijna drie decennia lang kennismaken met internationale solidariteit en duurzame ontwikkeling. Aan de hand van sensibiliserende evenementen, debatten en een info- en actiepunt wil de vzw studenten bewust maken van de Noord-Zuidproblematiek. Voor het eerst werd ervoor gekozen om studenten ter plaatse het Afrika-gevoel te laten opsnuiven. “Voor ons is dit een manier om ons werk in de praktijk om te zetten, zodat studenten met hun eigen ogen kunnen zien wat ontwikkelingssamenwerking op het terrein betekent”, legt initiatiefnemer Guy Capals van UCOS uit. “Specifiek aan onze studentenreis is trouwens dat we ter plekke uitgebreid aandacht besteden aan de universitaire ontwikkelingssamenwerking. Dit is een dimensie die bij studenten niet echt bekend is, maar die wij als NGO verbonden aan een universiteit toch in beeld willen brengen.” De reis naar Lubumbashi in de Congolese provincie Katanga kadert in een breder ‘educatief traject’. “De reis is het hoogtepunt van een project dat in oktober 2008 van start ging met een infoavond. Daar stelden zowat dertig studenten zich kandidaat.” Vermits er maar tien plaatsen waren, werd er geselecteerd. “Omdat er voor een dergelijke reis toch wat maturiteit vereist is, kwamen eerstejaarsstudenten niet in aanmerking. Daarnaast was het ook
12
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
belangrijk dat wie meeging een mondje Frans kon praten. Maar we wilden vooral met een heterogene groep op vlak van leeftijd, geslacht én opleiding vertrekken”, vertelt Capals. VUB-expertise De tien uitverkorenen leerden elkaar wat beter kennen tijdens twee voorbereidingsweekends waar ze meer te weten kwamen over de geschiedenis van Congo en de politieke situatie in het land en meer specifiek in de mijnstreek Katanga. “Daarvoor konden we gebruik maken van de uitgebreide expertise die hier aan de Vrije Universiteit Brussel aanwezig is met onder meer historicus Guy Vanthemsche en jurist Jan Gorus”, aldus Capals. Voor de organisatie ter plaatse kon de VUB-delegatie rekenen op de contacten van prof. Gorus die in Lubumbashi een universitair ontwikkelingssamenwerkingsproject heeft lopen. De vluchten werden dan weer gesponsord door Brussels minister voor Externe Betrekkingen Guy Vanhengel. De kosten ter plaatse voor overnachtingen, maaltijden en vervoer – zo’n 1000 euro per persoon – waren voor de studenten zelf. Om het contact met de Congolezen intens te laten verlopen werden tien
Congolese studenten van de Universiteit van Lubumbashi (UNILU) geselecteerd, wat voor unieke ontmoetingen zorgde. “De reacties bij beide groepen studenten waren zeer positief, ook al was het gezien het taal- en cultuurverschil - niet altijd even gemakkelijk om elkaar te begrijpen.” Capals zou de Congolese studenten ook graag naar Brussel uitnodigen. “Voorlopig is dat niet mogelijk, maar we willen wel op termijn kijken of we dat kunnen doen.” Intense ervaring “Ik vond het super”, zegt laatstejaars TEW-studente Nathalie Larno. “Maar het was ook confronterend. Zeker het laatste weekend toen we de stad verlieten en richting platteland trokken. Dan besef je wel hoe goed we het in België hebben.” Ook Davy Van der Beken, masterstudent Internationaal en Europees recht, blikt tevreden terug op zijn eerste Afrika-trip. “Het was een heel intensieve reis, maar heel leerrijk en alles was goed ingekaderd. Het enige waar ik een beetje last van heb gehad zijn mijn darmen, maar
dat hoort er blijkbaar bij.” (lacht) “Je komt wel echt in een andere wereld terecht. Ik verwachtte mij aan een onthaaste samenleving en zo was het ook. Als je bij ons een kledingzaak binnenstapt, komt er meteen een winkelbediende op je afgelopen. Als je in een Congolese winkel bent, moet je bij wijze van spreken vragen of je mag betalen. Je moet dus heel assertief zijn. Dat ben ik niet gewend, maar het deed wel goed, eigenlijk.” Voor student Politieke Wetenschappen Bart Suykens was de reis eveneens een erg intense ervaring. “We volgden een strak schema en kregen heel wat informatie te verwerken. Bij mij overheerst een ambigu gevoel. We hebben heel mooie dingen gezien, maar je wordt ook geconfronteerd met de armoede en de wantoestanden. Maar een cultuurshock? Nee. Het was veel meer een shock om terug te keren naar België.” [tm]
Meer info ? www.studentzoektwereld.be guy.capals@ucos.be
Erasmushogeschool Brussel
Studenten spelen apotheekgame Twaalf tweedejaarsstudenten van de opleiding Biomedische Laboratoriumtechnologie van de Erasmushogeschool Brussel (EhB) namen in februari deel aan het apotheekgame Gimmics van de Vrije Universiteit Brussel. Via deze intense kijkstage konden de EhB-studenten kennismaken met het leven achter de apotheekbalie. Jettegem: een virtuele provinciestad op de Campus Jette van de Vrije Universiteit Brussel met 26.000 inwoners en 13 apotheken. Elke apotheek heeft tweeduizend klanten. Dat is de leefwereld waarin de laatstejaarsstudenten van de masteropleidingen Farmaceutische Zorg en Geneesmiddelenontwikkeling vier weken lang vertoeven. Onderverdeeld in vijf groepen van elk vijf à zes studenten, runnen ze hun apotheek en proberen ze hun patiëntenbestand uit te breiden. Aan de evaluatiezijde staan de professoren Sophie Sarre en Kristien De Paepe, die op basis van de dagelijkse resultaten meer of minder patiënten toekennen aan de apotheken. De apotheek die na vier weken het meeste patiënten heeft, wint Gimmics. Het spel kreeg dit jaar nog een extra dimensie: de Jettegemse apotheken kregen een stagiair op bezoek van de ‘Socrateshogeschool Brussel’. Het gaat hier uiteraard om stagiairs van de Erasmushogeschool Brussel. “We kregen van prof. Sarre, verantwoordelijke van de apotheekgame, een aanbod om mee te werken aan het Gimmicsproject’’, zegt Myriam Brisaert, opleidingshoofd van de opleiding Biomedische Laboratoriumtechnologie van de EhB. “ De afstudeerrichting FBLT (Farmaceutische en Biologische Laboratoriumtechnologie, red.) leidt onze studenten op tot laboratoriumtechnologen, maar met hun diploma kunnen ze ook aan de slag als apotheekassistent. Uiteindelijk kiest het overgrote deel van onze studenten voor
een stage als laborant, maar een aantal van hen gaat bewust voor een stage in een apotheek. Door hen mee te laten draaien met Gimmics, kunnen ze nu vooraf al kennismaken met de verschillende facetten van een apotheek en de taken van de apotheekassistent in dit geheel.’’ Zorg “We stuurden de apotheken vooraf een brief met de vraag of onze studenten bij hen stage mochten lopen’’, zegt Kristina De Corte, die het project inhoudelijk coördineert voor de EhB. “Van alle apotheken kregen we een positief antwoord en dus ontvingen ze in de vierde week van het project twee of drie studenten van de virtuele Socrateshogeschool.’’ En met succes. “Het was bijzonder interessant om de verschillende aspecten van een apotheek te leren kennen’’, zegt Daphné De Brouwer, studente FBLT. “Tijdens onze lessen hebben we naast de theoretische vakken ook wel al heel wat praktijk: zo doen we labotests en maken we veel bereidingen, maar met zaken als farmaceutische zorg (wisselwerking tussen patiënt, geneesmiddel en andere zorgverstrekkers, red.) komen we uiteraard veel minder in contact. Ook het computerprogramma waarmee in een apotheek voorschriften worden ingegeven en prijsberekeningen worden gemaakt, was nieuw voor ons. Op korte tijd hebben we echt heel veel praktische zaken bijgeleerd. Zo was het ook leerrijk om de vraagstelling van de patiënten te horen. De vragen zijn echt heel divers.’’
Ervaring Voor de studenten FBLT was Gimmics een eerste belangrijke praktijkervaring, die mee hun verdere beroepskeuze kan bepalen. “Binnenkort mogen we twee stageplaatsen kiezen. Een aantal van ons twijfelde nog of ze naast een stage als laboratoriumtechnoloog ook voor een stage als apotheek assistent zouden kiezen. Zonder Gimmics was dit een zware keuze geweest, want je denkt wel te weten hoe een apotheek werkt, maar uiteindelijk is het toch een gok die je waagt. De kijkstage was voor ons dan ook een uitgelezen kans om het beroep te leren kennen’’, zegt studente Katrien De Bruyckere. “Het project heeft mij zeker overtuigd om voor een stage als apotheekassistent te gaan. Ik hoop alvast dat m’n begeleiders op m’n stageplaats me even goed opvangen (lacht). Wat ik ook vroeg, het was nooit
te veel, integendeel. Zo mocht ik onder andere meehelpen met bereidingen. Het was dus een heel fijne ervaring.’’ Deze en de vele andere positieve ervaringen van zowel de studenten, docenten als professoren, verraden dat de Jettegemse apotheken zich ook volgend jaar aan een aantal stagiairs van de ‘Socrateshogeschool Brussel’ mogen verwachten. [vds]
Meer info ? www.gimmics.nl/brussel
Op zaterdag 25 april kan je tijdens het Campus Event Jette uitgebreid kennismaken met de driejarige bachelor Biomedische Laboratoriumtechnologie.
13
Meer Belgische Kunst na ’45
Willem Elias
Zopas verscheen het tweede deel van Aspecten van de Belgische kunst na ’45 van prof. Willem Elias. “Net zoals deel I is het geen encyclopedisch werk, maar een illustratief boek”, zegt Elias. “De kunstenaars die aan bod komen, zijn voorbeelden van een stroming, ze illustreren de kunsttheorie. Het is een tekstboek, dat zeker geen volledigheid nastreeft.” Het boek is bestemd voor al wie met beeldende kunst bezig is, maar beslist ook voor het grote publiek. Voor Willem Elias is kunst een tekensysteem, een taal zeg maar, waarvan je de basisregels onder de knie moet krijgen om kunstenaars en hun werk te begrijpen. “Vergelijk het met voetbal of basketbal. Als je de regels niet kent, kan je niet begrijpen wat er gebeurt. Je kan dan ook niet zeggen of het een goede of een slechte match was. Bij beeldende kunst is het precies hetzelfde. Het onderwijs zou op dat vlak veel meer inspanningen moeten doen.” Willem Elias behandelt in zijn boek een aantal stromingen – van surrealisme over arte povera tot installatiekunst – aan de hand van kunstenaars die deze stromingen vertegenwoordigen. “Niet alle beeldende kunstenaars staan erin”, zegt Elias. “Ik schrijf meer over kunstenaars die ik zelf grondig ken.” Bijzondere aandacht is er voor Franstalige Belgen – in Deel I kwamen die volgens Elias te weinig aan bod – en vrouwelijke kunstenaars. Elias wijdt een heel hoofdstuk aan ‘Kunst en feminisme’. Aspecten van de Belgische Kunst na ’45 - Deel II is uitgegeven bij Snoeck.
Nieuw bloed doet het goed op campus Jette
Taaltraining Online
Slaagt Campus Jette erin om gedurende 1 maand een bed voor bloeddonoren continu bezet te houden? Dat is alvast de betrachting van de partners op Campus Jette, namelijk de Vrije Universiteit Brussel, de Erasmushogeschool Brussel, het Universitair Ziekenhuis Brussel, het sport- en wellnesscentrum HealthCity en Eetkaffee. Op 25 maart gaven ze het startschot voor hun bloedinzamelingsactie. Als gedurende een maand elke werkdag tijdens de openingsuren één bed continu bezet blijft, zou dit in totaal 640 donoren moeten opleveren, goed voor 256 liter bloed. Deze bijzondere bloedinzamelingsactie grijpt plaats precies één maand voor het Campus Event op zaterdag 25 april. Op die geanimeerde infodag kunnen toekomstige studenten onder het motto ‘Nieuw bloed doet het hier goed’ de groene campus komen ontdekken. Zaterdag 25 april is meteen ook de dag dat de laatste bloedgevers hun bijdrage kunnen leveren: in de loop van het Campus Event wordt de actie afgesloten en worden de resultaten van de bloedinzameling bekend gemaakt. Daarnaast krijgen de bezoekers een gevarieerd programma voorgeschoteld van informatie, demonstraties, rondleidingen en sportieve intermezzo’s, met een gratis optreden van Lapaz als toemaatje.
Wil je je slaagkansen aan de universiteit verhogen? Dan spelen academische taalvaardigheden een belangrijke rol. Wie het gevoel heeft dat zijn of haar taalvaardigheden bijgeschaafd kunnen worden, kan nu terecht op het elektronisch leerplatform Pointcarré. (http://pointcarre.vub.ac.be). Binnen de dienst Studieadvies/ Diversiteit werd er een zelfstudiepakket met oefeningen ‘academische taalvaardigheden’ gecreëerd die via Pointcarré openstaan voor alle studenten. Iedereen kan daar naar believen en geheel vrijwillig zijn taalvaardigheden inoefenen. Op die manier word je klaargestoomd om academische opdrachten tot een goed einde te brengen: het schrijven van een taak, het begrijpen van lange stukken tekst, het gebruiken van wetenschappelijke taal. Via een systeem van meerkeuzevragen, invuloefeningen en koppeloefeningen kunnen de oefeningen snel en efficiënt opgelost worden. Bij elke oefening krijg je een score te zien. Bij het opstellen van de oefeningen werd gebruik gemaakt van algemene inleidende cursussen uit de eerste bachelor: Algemene Psychologie, Chemie, Filosofie, Historische Kritiek, Inleiding tot het Recht, Sociologie enz. Doordat zinnen of uitdrukkingen uit de eerstejaarscursussen aan bod komen, raak je vertrouwd met het taalniveau dat vereist is binnen een academische context. Toch zijn de oefeningen vakoverschrijdend. Ze focussen in de eerste plaats op algemene academische taalvaardigheden. Daarom kunnen studenten die een bepaald vak niet hebben, toch baat hebben bij alle oefeningen.
Iedereen kan tot 25 april bloed komen geven in het bloedtransfusiecentrum op Campus Jette, Laarbeeklaan 105, 1090 Jette. Het gebouw ligt naast het UZ Brussel.
14
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
Kort nieuws
Sekswerkers en gezondheidsinformatie: Zonta-prijs voor eindverhandeling Informatietechnologie en ‘het oudste beroep’: pas de deux of pas du tout? Gebruiken vrouwelijke sekswerkers in de Antwerpse privéhuizen en raamprostitutie het internet voor gezondheidsinformatie? Zo luidt de titel van de eindverhandeling van Kathleen Mooren. Zij voerde een literatuurstudie en een kleinschalig empirisch onderzoek uit bij vijftig vrouwelijke sekswerkers tussen 20 en 49 jaar in Antwerpen (raamprostitutie en privéhuizen). Uit de resultaten blijkt dat twintig procent van de bevraagde sekswerkers binnen de Antwerpse privéhuizen online gaat voor gezondheidsinformatie. Voor de raamprostitutie is dit vijftien procent. Maar het onderzoek toont duidelijk aan dat zowel het gezondheidsaanbod op het internet als het gebruik ervan door sekswerkers voor verbetering vatbaar is. De eindverhandeling van Mooren, die inmiddels afstudeerde als master in Management en Beleid van de Gezondheidszorg aan de Vrije Universiteit Brussel, werd op voordracht van RHEA-Centrum Gender & Diversiteit van de Vrije Universiteit Brussel bekroond door Zonta Club Brussel Zavel met de speciale prijs die ieder jaar wordt toegekend aan het eindwerk dat ‘op de meest relevante manier het statuut van de vrouw in de wereld belicht en kan verbeteren’. ZONTA International is een vrouwelijke serviceclub die zich toespitst op verbetering van het wettelijk, politiek, economisch, professioneel en gezondheidsstatuut van de vrouw.
ZONTA-prijs voor Kathleen Mooren
Digitale kloof dichten Welzijnsorganisaties die werken met kansarmen krijgen de komende drie jaar ruim 9000 computers van PC-Solidarity. Dat is de Belgische projectwerking van Close the Gap International, een non-profitorganisatie die vijf jaar geleden werd opgericht door VUB-studenten. Oprichter en directeur van Close The Gap Olivier Vanden Eynde: “PC-Solidarity richt zich tot organisaties die toegang hebben tot die groep van mensen die het potentieel van nieuwe technologieën nog niet ten volle kunnen benutten. Door computers ter beschikking te stellen, gebruikt PC Solidarity ICT als een hefboom voor het stimuleren van ondernemerschap en creativiteit bij een brede doelgroep van kanszoekenden.”
Peter Scholliers wint Vlaamse Cultuurprijs Prof. Peter Scholliers van de vakgroep Geschiedenis en voorzitter van de onderzoeksgroep FOST van de Vrije Universiteit Brussel, werd als laureaat verkozen van de CultuurPrijzen Vlaanderen 2008, categorie Smaakcultuur. Met deze prijzen bekroont de Vlaamse Gemeenschap persoonlijkheden en organisaties die op een bijzondere manier kleur en uitstraling geven aan de cultuurbeleving in Vlaanderen. De jury prees vooral het feit dat Peter Scholliers als eerste vanuit academische hoek aandacht had voor eetcultuur en dat hij deze kennis niet alleen bewaarde voor die academische wereld. Peter Scholliers bleef met zijn wetenschappelijke kennis over het culinaire erfgoed niet om zijn kookeiland zitten. Via lezingen en medewerkingen aan tentoonstellingen brengt hij veel leken in contact met het culinaire erfgoed. Zo werkte hij in 2006 mee aan de tentoonstelling ‘Van pièce montée tot pêche melba’ in het Kasteel van Gaasbeek. Deze expositie over negentiende-eeuwse adellijke desserts lag aan de basis van een gelijknamig boek, dat vorig jaar verscheen bij VUBPRESS.
PC-Solidarity krijgt voor dit project financiële steun van domeinbeheerder DNS BE. Uit onderzoek blijkt dat in ons land bijna 2 miljoen mensen nog nooit een computer hebben gebruikt en 2,6 miljoen nog nooit op het internet surfte. Deze digitale kloof treft vooral de inactieve bevolking. Zo heeft 40 procent van de werklozen en twee derde van de 55-plussers nog nooit het internet gebruikt. Ook het opleidingsniveau speelt een rol. Bijna 60 procent van de laaggeschoolden gebruikte nog nooit het internet.
15
Ik studeerde aan de Vrije Universiteit Brussel
Lorenz Bogaert, oprichter Netlog Al van zijn kinderjaren school er duidelijk een ondernemer in Lorenz Bogaert. Nog voor hij zijn licentie in de Rechten behaalde, runde hij al zijn eerste bedrijfje. Inmiddels staat hij aan het hoofd van Netlog, een communitysite die meer dan veertien miljoen jongeren met elkaar verbindt en kantoren heeft in Gent, Londen, Amsterdam, Milaan en Berlijn. Hoewel hij zelf amper 32 is, leidt Bogaert een team van meer dan honderd medewerkers. Mijn eerste bedrijfje heb ik in 1997 opgericht, toen ik pas in mijn tweede kandidatuur zat. Het leverde diensten aan bedrijven in het domein van internet en internetmarketing. Het was er de geknipte periode voor, omdat het internet in die jaren nog volop aan het opkomen was. Ik kon er dan ook zeer goed mijn boterham mee verdienen als student en ben er ook na mijn studies nog een tijdje mee doorgegaan.
geen wiskundige en ik vermoed dat ingenieurs eens goed zouden lachen met mijn programmeertalenten (lacht). Maar ik denk dat ongeveer mijn halve familie Rechten heeft gestudeerd, en op dat moment leek het ook voor mij de meest logische keuze. Ik heb er ook zeker geen spijt van, omdat deze studie mij toeliet om verschillende extra-universitaire activiteiten te ontplooien zoals het opzetten van projecten en bedrijfjes.
Al van mijn twaalf, dertien jaar verdiepte ik me in datacommunicatie. Ik runde een bbs, eigenlijk de voorloper van het internet. Toen ging alle uitwisseling van informatie nog gewoon van punt naar punt, zonder dat er sprake was van een netwerk. Je kon eigenlijk inloggen op een andere computer. Ik had thuis zes computers staan, want voor elke bezoeker had je een andere computer nodig. Dit ben ik blijven doen tot mijn achttiende. Op het einde lag mijn activiteit niet meer volledig in de legaliteit en aangezien ik meerderjarig werd en rechten wilde studeren, ben ik ermee gestopt. Maar ik kreeg steeds meer aanvragen van bedrijven om uitleg te geven over het internet en om websites en e-shops te maken. Daarvoor heb ik samen met een aantal vrienden een vennootschap opgericht. Dat bedrijfje heb ik nog steeds - intussen heb ik iedereen uitgekocht – en het heeft een heel belangrijke rol gespeeld in het ontstaan van Netlog in 2000. Met het geld dat ik verdiende, kon ik samen met mijn zakenpartner Toon Coppens de site onderhouden, servers aanschaffen en medewerkers aanwerven. Dat was toen ik in het laatste jaar zat aan de universiteit.
Ik moet bekennen dat ik niet echt een voorbeeldige student was: ik ging zeer zelden naar de les. Na vijf jaar kende ik mijn eigen klasgenoten niet eens. Ieder jaar slaagde ik door gedurende drie maanden goed te studeren. Het voordeel van Rechten is dat je behalve op je kennis van de materie ook beoordeeld wordt op je overtuigingskracht en de logica waarmee je antwoorden formuleert. Ik denk dat ik vooral in dat tweede deel goed was (lacht).
Het geheim van ons succes is dat we altijd erg voorzichtig zijn gebleven en nooit geld hebben uitgegeven voordat we het ook daadwerkelijk hadden. Dat is soms erg moeilijk, want je wil vaak sneller groeien dan je eigenlijk kan. Tijdens een investeringsronde in 2007 hebben we 15 miljoen euro opgehaald, maar toch is die basisfilosofie er wel nog altijd in blijven zitten. Anderzijds neem je toch heel veel risico op persoonlijk vlak omdat je al je tijd, energie en geld in het bedrijf steekt. De keuze voor een studie in de Rechten was niet meteen evident. Ik twijfelde eigenlijk tussen Communicatiewetenschappen en Rechten. Computerwetenschappen zag ik niet zitten. Ik ben
16
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
Het ‘vrije’ in Vrije Universiteit Brussel was voor mij de belangrijkste troef, omdat het mij heeft toegelaten om mij te ontplooien tot wie ik nu ben. Ik heb nooit op kot gezeten, en kan dus niet echt meespreken over het studentenleven. Dat is wel een stuk dat ik heb gemist: het is eigenlijk volledig aan mij voorbijgegaan, omdat ik met andere zaken bezig was. Mijn semester Zwitserland was dan ook een bewuste poging om toch iets van het studentenleven mee te pikken. Oorspronkelijk was ik zelfs niet eens geselecteerd door de Vrije Universiteit Brussel om mee te mogen – waarschijnlijk wegens niet actief genoeg, en heb me dan maar op eigen houtje gemeld bij de gastuniversiteit. Daar zeiden ze me dat ik welkom was en op die manier kon ik dan toch deelnemen aan het Erasmusprogramma. Een interessante tip voor studenten die niet meteen geselecteerd zijn! (lacht) [km & bm]
Lorenz Bogaert Afgestudeerd: 2000 Diploma: licentiaat in de Rechten Eerste job: eigen bedrijfje tijdens studies Huidige job: CEO van Netlog
foto Bernadette Mergaerts
17
Junior researcher
Tolken beter leren tolken Luisteren, begrijpen, vertalen en praten. Dat het werkgeheugen van een tolk zwaar belast wordt, hoeft niet te verbazen. Taalwetenschappers, zoals Simon Van Rietvelde, gaan daarom op zoek naar strategieën waarmee de tolk zijn aandacht zo efficiënt mogelijk kan aanwenden. Een tolk is met heel wat dingen tegelijkertijd bezig. Hij luistert naar een vreemde brontaal, haalt de boodschap uit het discours, zet die boodschap om in een doeltaal en vertaalt die boodschap vervolgens naar de andere spreker. En terwijl hij dat doet, blijft hij luisteren en spreken. “Het is een continue stroom van informatie die je oren binnenkomt en je mond weer verlaat. Dat zet geweldig veel druk op het werkgeheugen van de tolk”, vertelt Simon Van Rietvelde die zelf aan de Erasmushogeschool Brussel afstudeerde als tolk Engels-Deens. Anticipaties “Net omdat het werkgeheugen van een tolk zo zwaar belast wordt, is het belangrijk dat hij strategieën ontwikkelt om zijn werkgeheugen optimaler te gebruiken”, weet Van Rietvelde. Een van de strategieën die een tolk hanteert zijn de zogenaamde linguïstische anticipaties. Het gebeurt immers dat een tolk een zin afmaakt vooraleer de spreker die zin volledig heeft uitgesproken. Dat kan om verschillende redenen gebeuren. Om extra-linguïstische redenen, bijvoorbeeld als de tolk zijn algemene kennis aanwendt. Van Rietvelde: “Wanneer de voorzitter van de algemene vergadering van de VN zegt: ‘Ik wil nu het woord geven aan de president van de Verenigde Staten’, dan weet de tolk dat de volgende twee woorden ‘Barack’ en ‘Obama’ zullen zijn. Dat is handig, maar wat ons vooral interesseert, zijn de puur taalkundige anticipaties. Anticipaties die het gevolg zijn
18
Akademos
JG.12 - NR.2 - 04.2009
van semantische en syntactische eigenschappen van de taal.” Fraseologie Onderzoekers hebben immers vastgesteld dat bepaalde woordgroepen, zoals uitdrukkingen en zegswijzen, holistisch - als een geheel, als frases - worden opgeslagen en dat wanneer je ze hoort, ze als een geheel worden opgeroepen uit het lange termijngeheugen. Daarmee komen we bij de zogenaamde fraseologie, de aandacht voor syntagmatische relaties tussen woorden, meteen het onderzoeksonderwerp waarover Van Rietvelde zijn afstudeerwerk maakte. “Als je een bepaalde uitdrukking als een geheel opslaat, kost het veel minder moeite om die te vertalen, dan wanneer je diezelfde uitdrukking woord voor woord moet analyseren. Je kan het vergelijken met morsecode. Als iemand voor de eerste keer morsecode hoort, hoort hij alleen maar korte en lange geluiden. Na een tijd zal hij die strepen en puntjes kunnen samenstellen tot letters, daarna tot woorden en vervolgens tot hele zinnen. Op die manier zal hij de informatie zinvoller kopiëren, tot ze een vaste betekenis heeft”, legt Van Rietvelde uit. Het doctoraatsonderzoek waar Van Rietvelde nu aan werkt wil de link leggen tussen die fraseologie en de linguïstische anticipatie. “Dat is tot vandaag heel weinig empirisch onderzocht. Onze werkhypothese is dat linguïstische anticipaties enkel mogelijk zijn als de tolk over voldoende fraseologische competentie bezit in de
bron- en de doeltaal. Linguïstische anticipaties zouden een van de belangrijkste strategieën kunnen zijn aan de hand waarvan de tolk zijn aandacht kan spreiden. Ze automatiseren de taalproductie, waardoor je meer cognitieve ruimte hebt om te wijden aan de andere aspecten van het tolken, dus niet alleen puur het vertalen, maar ook het luisteren naar de boodschap. Dat kan ervoor zorgen dat de tolkprestatie veel correcter en juister zal zijn.” [tm]
Dat Simon Van Rietvelde in zijn professionele leven iets met taal zou doen, lag lang op voorhand vast. “Meertaligheid heeft mij altijd gefascineerd. Al toen ik als kind met mijn ouders op reis ging. Ik heb altijd het gevoel gehad dat taal geen barrière mocht zijn tussen twee mensen. Taal is een hulpmiddel om een boodschap over te brengen en niet zozeer een muur die tussen twee mensen staat. Zo kwam ik automatisch bij de tolkopleiding terecht. De tolk is diegene die alles begrijpt, hij is de in-between tussen twee mensen, maar moet tegelijkertijd onzichtbaar zijn. Die paradox heeft mij altijd gefascineerd. Bovendien was ik ook geïnteresseerd in de achterliggende processen. Hoe komt het dat mensen iets kunnen, hoe komt dat een mens in staat is meerdere talen te spreken? Dit onderzoek is dus de ideale combinatie voor mij.” Van Rietvelde studeerde in 2006 af aan de Erasmushogeschool Brussel als tolk Engels-Deens. Nadien volgde hij aan de Vrije Universiteit Brussel een master-na-master Advanced Studies in Linguistics. Het doctoraatsonderzoek dat hij nu doet, past binnen de academisering van de tolkenopleiding aan de Erasmushogeschool Brussel en de daarbij horende nauwe samenwerking tussen het departement Toegepaste Taalkunde van de Erasmushogeschool en de vakgroep Taal- en Letterkunde (TALK) van de Vrije Universiteit Brussel. Zijn promotor is VUB-prof June Eyckmans, co-promotor is Daniël Bauwens, professionele conferentietolk en docent aan de Erasmushogeschool.
Personalia
De Université Catholique de Louvain kende aan prof. Sonja Snacken, gewoon hoogleraar aan de vakgroep Criminologie van de Vrije Universiteit Brussel, de Belgische Francqui leerstoel 2008-2009 toe. Zij startte haar leerstoel met de inaugurale rede ‘Gevangenissen in Europa: voor een kritische en menselijke penologie’. Prof. dr. Paul Devroey, van het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde van het UZ-Brussel, heeft vanwege de Amerikaanse Society for Gynaecologic Investigation, de jaarlijkse SGI Special Lecture gekregen. Het artikel ‘Reacting differentlly to adverse ties promotes cooperation in social networks’ is geselecteerd voor publicatie in het gerenommeerde fysicatijdschrift Physical Review Letters. Auteurs zijn Sven Van Segbroeck en Tom Lenaerts van het departement Informatica van de faculteit Wetenschappen en BioIngenieurswetenschappen. Op het 33ste ‘International Symposium on High Performance Liquid Phase Separations and Related Techniques’ HPLC2008 in Kyoto, Japan, heeft ir. Sara Van Overmeire met haar poster ‘Integrated microoptical detection unit for fluorescence and absorbance measurements in capillaries for chromatographic applications’, de eerste posterprijs ontvangen. De Societé Européenne pour la Formation des Ingénieurs (SEFI) heeft op haar jaarlijkse conferentie opnieuw acht papers de prijs voor Best Paper toegekend. Een van de prijzen ging naar acht onderzoekers van de Vrije Universiteit Brussel, nml. Leo Van Biesen, Hubert Rahier, Herman Vanherzeele, Rudolph Willem, Annick Hubin, Irina Veretennicoff, Nico Deblauwe en Mireille Ponet van de Faculteit Ingenieurswetenschappen, met hun paper ‘Engineering Skills Education: the Bachelor in Engineering Programme of the ‘Vrije Universiteit Brussel’ as a Case Study’. Sarah Deleu, doctoraatstudente binnen de onderzoeksgroep HEIM van de faculteit Geneeskunde en Farmacie, heeft de prijs ontvangen van beste orale presentatie op de 24ste Belgian Hematological Society (BHS) meeting. De titel van haar presentatie
luidde ‘Bortezomib in combination with the histone deacetylase inhibitor JNJ-29481585: effect on myeloma bone disease in the 5T2MM murine model of myeloma’
ongeveer 50 pct van alle hersentumoren vertegenwoordigen. Dankzij deze steun zal het mogelijk zijn om het opgezette onderzoek te laten renderen van het ontwikkelingsstadium tot aan de exploitatie.
Dr. Guy Laureys, verbonden aan de onderzoeksgroep Experimentele Farmacologie, heeft de prestigieuze Charcot-prijs gewonnen voor zijn MS-onderzoeksproject met als titel ‘Characterisation of the role of astrocytic β2-adrenergic receptors in multiple sclerosis: an in-vivo approach’. Multiple sclerose (MS) is een aandoening die tot toenemende handicap leidt als gevolg van een ontstekingsproces van ruggenmerg en hersenen.
ir. Deirdre Cabooter, van de vakgroep Chemische Ingenieurstechniek, won voor haar deelname aan het 34ste High Performance Liquid Chromatography congres (HPLC 2009) te Dresden, Duitsland, een prestigieuze Halasz award, geschonken door de Halasz Foundation.
Dr. Stefan Weckx van de Onderzoeksgroep Industriële Microbiologie en Voedingsbiotechnologie (IMDO) heeft met het projectvoorstel ‘Towards understanding the impact of bacteria on chocolate characteristics – unraveling the bacterial metagenome of a cocoa bean fermentation’ de GS FLX Titanium Award 2009 gewonnen. Deze prijs wordt uitgereikt door Roche België in samenwerking met de Genetic Service Facility van het VIB. Prof. em. Roger Charlier is een van de keynote speakers tijdens de eerste ‘International conference on Indian Ocean Tropical Cyclones and Climate Change’. Op een speciaal symposium over alternatieve energie zal hij ook een voordracht geven en die sessie modereren. Dr. ir. Guy Van der Sande ontving de Ignace Verschueren Prijs 2008 voor zijn doctoraatsonderzoek ‘Simple models for complex photonic structures: an analytical approach to the physics of VCSELs and photonic crystals’. Deze prijs levert jonge, postdoctorale vorsers extra steun bij de verdere uitbouw van hun wetenschappelijke carrière. Prof. dr. Luc Leyns van het laboratorium cellulaire genetica van de Vrije Universiteit Brussel en prof. Jo Vandesompele en dr. Joëlle Vermeulen van het centrum medische genetica van de Universiteit Gent hebben van de Stichting Fournier Majoie een financiële steun gekregen. Het werk van prof. Leyns richt zich op patiënten met glioblastoma hersentumoren die
Elisabeth Robert, van de vakgroep Algemene Plantkunde en Natuurbeheer, heeft vanwege het Vlaams Instituut voor de Zee met haar werk ‘Hydraulische architectuur van Avicennia marina langsheen een ecologische gradiënt in Gazi Bay, Kenia’ de ‘VLIZ Thesis Award voor Marine Sciences’ gewonnen. Griet Neukermans, marien onderzoeker aan de Beheerseenheid voor het Mathematisch Model van de Noordzee (BMM) en vrijwillig medewerker aan de Vrije Universiteit Brussel, won de prijs voor de beste poster op de Jongerencontactdag van het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ). Onderwerp van haar poster was ‘Vertical variability of suspended matter and its influence on remote sensing reflectance’. Kunstschaatser Kevin Van der Perren behaalde een bronzen medaille tijdens het voorbije EK te Helsinki. Hij vermeldde daarbij de samenwerking met sportpsycholoog prof. Paul Wylleman als een belangrijke bijdrage in zijn mentale voorbereiding op en begeleiding tijdens het EK. Deze samenwerking staat nu verder in functie van de Olympische Winterspelen 2010 in Vancouver. Twee VUB-studenten, Willem Scheire en Margot Vanhouche, haalden een verdienstelijke tweede en derde plaats op de derde editie van de Popthesisprijs. Willem Scheire haalde met zijn geschiedkundig onderzoek naar punk in Vlaanderen einde jaren ’70 de tweede plaats en Margot Vanhouche kaapte met haar onderzoek naar de succesfactoren binnen de Vlaamse cultuurindustrie de derde prijs weg. Ze spitste zich daarbij toe op Clouseau en Laura Lynn.
COLOFON Redactie: Karolien Merchiers, Bernadette Mergaerts, Chantal Verelst, Peter Van Rompaey Eindredactie: Peter Van Rompaey Verleenden verder hun medewerking: Thomas Mels, Veerle Magits, Valéry De Smet Foto’s: Bernadette Mergaerts Opmaak: Kunstmaan Druk: erasmus-euroset Gedrukt met plantaardige inkten op milieuvriendelijk papier
Redactiesecretariaat: Myriam De Pelseneer, Ingrid Knaepen Dienst Interne en Externe Communicatie Pleinlaan 2 – B–1050 Brussel [T] +32 (0)2 629 21 34 [F] +32 (0)2 629 12 10 [E] ieco@vub.ac.be [W] www.vub.ac.be
Wilt u Akademos thuis ontvangen, laat ons iets weten. Verantwoordelijke Uitgever: Prof. dr. Paul De Knop Rector Vrije Universiteit Brussel Pleinlaan 2 – B-1050 Brussel
Sponsor de toekomst Giften, legaten, schenkingen, sponsoring +32(0)2 629 12 46 of fundraising@vub.ac.be Meer info: www.vub.ac.be/infoover/fundraising
Redelijk eigenzinnige
infodagen 25 april 2009 5 september 2009
www.vub.ac.be