Durme- en Scheldeland NR 2 I 2016 I JAARGANG 19 I DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT VAN DE REGIONALE NATUURVERENIGING VZW DURME
Orchideeën onder de paddenstoelen in de Fondatie
Kruidenrijk grasland goed voor koe, boer én weidevogel
Met het Sigmaplan naar topnatuur langs de Durme in Temse
Colofon
Inhoud 4
Orchideeën onder de paddenstoelen
6
Kruidenrijk grasland goed voor koe, boer én weidevogel
8
Dagvlinderfiche: de citroenvlinder
Driemaandelijks tijdschrift van de regionale natuurvereniging vzw Durme. Redactieraad: Thomas Van Lancker (hoofdredactie en opmaak). Michaël Crapoen, Sarah Geers, Kristof Scheldeman. Met dank aan: Jurgen Couckuyt, Sylvain Cuvelier, Geert De Smet, Joris Everaert, Kurt Jonckheere, Jan Maertens, Daan Stemgée, Frans Van Havermaet, Tom Vermeulen, André Verstraeten. Taalkundig advies: Paule Bosch
11 Over een vrijwilliger in hart en nieren, bezige bijtjes en ontelbare padjes 12 Met het Sigmaplan naar topnatuur langs de Durme in Temse
Secretariaat: Bezoekerscentrum Molsbroek Molsbergenstraat 1, 9160 Lokeren Tel: 09 348 30 20 info@vzwdurme.be www.vzwdurme.be Lidmaatschappen:
14 Struweeltjes 19 Gegidste boottocht over Durme en Moervaart tot in Gent
12 euro per kalenderjaar of 25 euro als steunend lid. Leden die zich ook op ‘t Groene Waasland, het tijdschrift dat vzw Durme uitgeeft samen met andere Wase natuurverenigingen, willen abonneren, betalen 5 euro extra per kalenderjaar. Betalingen kunnen via onze bezoekerscentra of door overschrijving op BE52 0012 2999 0009 van vzw Durme met vermelding van naam en adres. Druk: www.drukindeweer.be
21 Verruiging van bosvegetatie 23 De bever breidt uit in de streek 26 Vogelnieuws januari - maart
Gedrukt op milieuvriendelijk papier met plantaardige inkt. De auteurs zijn verantwoordelijk voor hun publicaties. Overnemen van artikels is toegelaten als je de bron vermeldt. Alle foto’s zijn auteursrechtelijk beschermd.
28 Activiteitenkalender april - juni
Onze partners:
Bedankt voor jouw steun!
2
Cover:
Vistrap in Paardeweide-Oost
Foto:
Yves Adams (Vilda)
Vo o r w o o r d
|
Studie
|
Beheer
|
Educatie
|
Actueel
|
Kalender
Voorwoord Beste lezer Om maar met de deur in huis te vallen: heb jij al een nieuw lid gemaakt dit jaar? Zo ja, hartelijk dank daarvoor! Zo nee, zoek dan toch nog maar eens in je omgeving naar iemand met een hart heeft voor de natuur. Lees nog eens mijn oproep in het voorwoord van het vorige nummer of zoek informatie op de website over het belang van méér leden in dit jaar voor onze vereniging. Ondertussen zijn we alweer enkele maanden verder en maakt de winter (weer) stilaan plaats voor de lente. ‘Welke winter?’ hoor ik sommigen onder jullie al zeggen. Wel, die herfstachtige en zeer natte winter die we net gekend hebben. Van sneeuw of dagenlange strenge vorst geen sprake, regen echter meer dan voldoende. Is dit dan het ‘klimaateffect’? Of gewoon een variatie over de jaren heen van strenge en minder strenge winters? Het is uiteraard onmogelijk daar op basis van gegevens van enkele jaren uitspraken over te doen. Daarvoor moet je de langtermijnevolutie bekijken. In het kader van de cursus ‘Sigma-Durme-gids’ woonde ik onlangs een interessante voordracht bij over de geologische evolutie van de Durmevallei. De spreker leerde ons daar dat we op aarde in een ‘warme’ periode zitten, die eigenlijk stilaan op zijn einde zou moeten komen, waarna we een nieuwe ijstijd mogen verwachten. Jawel, een nieuwe ijstijd. Dat blijkt duidelijk uit de beschikbare langtermijngegevensreeksen. Alleen wil het nu niet beginnen koelen, en dat zou wel degelijk het ‘klimaateffect’ zijn, of anders gezegd: de invloed van de mens op het klimaat. Nu denk je misschien ‘Oei, een ijstijd’. Maar let op: de langetermijnreeksen waarvan sprake gaan over honderdduizenden jaren en de warme en koude periodes die elkaar afwisselen, gaan over enkele duizenden jaren. Moeilijk te vatten als mens met - optimistisch gesteld - een levensverwachting van 100 jaar. In ieder geval moet je nog geen warme kleding beginnen kopen in het vooruitzicht van die nieuwe ijstijd! Toch blijft het zaak om de opwarming van de aarde af te remmen, zo zuinig mogelijk om te springen met de natuurlijke rijkdommen van onze planeet en te zorgen voor een blijvend leefbare leefomgeving. Dat is waar we bij vzw Durme - op kleine schaal en op onze manier - toe bijdragen, door te trachten de natuur in onze regio te behouden en door mensen te sensibiliseren en te mobiliseren voor natuurbehoud. Maar daar hoef ik een lezer van ons tijdschrift hopelijk niet meer van te overtuigen. Hoe we dat precies doen en wat er in onze regio allemaal leeft, kan je ook in dit tijdschrift weer lezen. De kalender biedt je dan weer heel wat mogelijkheden om de volgende maanden deel te nemen aan onze activiteiten en kennis te maken met de vereniging. Geniet de volgende weken en maanden van de ontluikende, groeiende en bloeiende natuur! Geert De Smet Secretaris 3
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Orchideeën onder de paddenstoelen Tom Vermeulen Wasplaten zijn kleine paddenstoelen waarvan de plaatjes dik en ‘wasachtig’ zijn en ver uiteen staan. Ze worden omwille van hun mooie kleur, hun opmerkelijke voorkeur voor schrale graslanden en hun kwetsbaarheid voor verstoring wel eens de orchideeën onder de paddenstoelen genoemd. Je vindt ze doorgaans van september tot november, soms vroeger. Dikwijls komen verschillende soorten samen voor in hetzelfde stukje grasland en vallen daar dan op door hun warme gele, oranje en rode tinten. Wanneer ten minste vijf soorten samen voorkomen, spreekt men van een heus wasplatengrasland. Dat kunnen weiden zijn, droge duingraslanden, droge of natte hooilanden en zelfs schrale gazons, zowel op kalkrijke als kalkarme bodem.
4
Eind september 2015 vond ik enkele mooie wasplaten in de Fondatie van Boudelo op een schraal stukje kalkrijk grasland dat door vzw Durme beheerd wordt. Verschraling wordt er in de hand gewerkt door het periodiek maaien van het grasland waarbij het maaisel wordt afgevoerd. Zo verarmt de bodem en ontstaat er een ijle kruidige vegetatie met leuke plantjes, zoals gewone rolklaver en hazenpootje. Zo hebben wasplaten het graag! Die kruidenrijkdom is ook een aantrekkingspool voor onze graslandvlinders die het bij ons elk jaar moeilijker hebben, zoals kleine vuurvlinder, icarusblauwtje en bruin blauwtje. Het gebiedje is daarmee één van de meest biodiverse stukjes natuur van de Fondatie en dus iets om bedachtzaam mee om te springen.
Van alle terreintypen gelden de paddenstoelen van voedselarm grasland als het meest kwetsbaar. Van de méér dan 180 soorten paddenstoelen die typisch zijn voor schraal grasland, wordt de helft bedreigd. Naast wasplaten gaat het hier ook over satijnzwammen en knotszwammen. Beheermaatregelen die ontwikkeld zijn voor vegetatie zijn doorgaans ook goed voor paddenstoelen: maaien met afvoer van het hooi, het behoud of herstel van reliëf, maaien met kleine machines, een continu verschralingsbeheer, het constant houden van het grondwaterpeil, geen bemesting, en plaggen indien de toplaag te voedselrijk is. Als dit beheer stopt, gaan de paddenstoelen zienderogen achteruit [Keizer, 2003]. Verschraling is dus essentieel voor een rijke paddenstoelengemeenschap!
De soort die ik vond, bleek Hygrocybe acutoconica te zijn, beter bekend als de puntmutswasplaat, een zeldzame en kwetsbare soort die verspreid over België voorkomt. De hoedjes die al wat ouder zijn, hebben een puntige bult waaraan de soort haar Nederlandse naam ontleent. Nieuwe hoedjes zijn wat slijmerig en fel geel tot oranje; de wat oudere verkleuren naar bruingeel tot beige. De diameter van de hoedjes bedraagt nooit méér dan 5 cm. De plaatjes lopen niet af langs de steel en hebben een bleekgele kleur. De steel is geel met een witte voet en het vruchtlichaam wordt bij beschadiging niet zwart. De combinatie van al die eenvoudig waarneembare veldkenmerken zijn uniek voor de puntmutswasplaat [Vermeulen, 1999].
Wasplaten vallen op door hun warme gele kleuren.
© Tom Vermeulen
Er is iets geheimzinnigs aan de hand met de verspreiding van wasplaten. In bepaalde gebieden ontbreken ze volledig. Hun afhankelijkheid van oude graslanden doet vermoeden dat ze leven van de verteerde humus van graswortels. Wasplaten zijn echter niet in cultuur te kweken onder gecontroleerde omstandigheden en zelfs het kiemen is er problematisch. Men heeft sterke vermoedens dat dit komt door hun afhankelijkheid van een levende gastheerplant voor hun groei en reproductie. Men heeft bv. DNA van sommige wasplaten ontdekt in de levende delen van smalle weegbree. De algemeenheid van smalle weegbree strookt dan weer niet met de zeldzaamheid van wasplaten. Anderzijds weet men dat wasplaten sterk achteruitgaan als de aanwezige grassen bestreden worden met een herbicide dat specifiek bedoeld is voor grassen. Ze hebben dan weer geen last van herbiciden die specifiek kruiden aantasten [Arnolds, 2015]. Wasplaten hebben dus iets met grassen! Al bij al is het nog niet duidelijk waarvan wasplaten precies leven of met welke organismen ze samenleven. Dat maakt het beheer van graslanden in functie van wasplaten niet vanzelfsprekend. In het algemeen gaat het over graslanden die al decennia lang als dusdanig in gebruik zijn en dus onverstoord zijn gebleven van grondbewerking. Dat lijkt niet te stroken met de vindplaats van de puntmutswasplaat in de Fondatie waarvan bekend is dat er nog geen decennium terug graafwerken plaatsvonden. Bepaalde soorten wasplaten kunnen zich echter al vestigen in een geschikt biotoop binnen een periode van 10 jaar. En de puntmutswasplaat is zo’n pioniersoort! Nadien komen er alleen maar soorten bij. Sommige wasplaten komen maar te voorschijn na een eeuw van onverstoordheid [Arnolds, 2015]. De puntmutswasplaat is verder een typische soort voor het verbond van kalkrijke duingraslanden. De vindplaats in de Fondatie is inderdaad zanderig en kalkrijk door de aanwezigheid van moeraskalk in de bodem. Naarmate het graslandje in de Fondatie ouder wordt, zullen er dus meer soorten wasplaten te voorschijn komen. Iets om op te volgen.
De soort dankt haar naam aan de puntvormige bult.
© Tom Vermeulen
Reliëf blijkt ook een gemeenschappelijk kenmerk te zijn van wasplaatgraslanden. Het is dus niet toevallig dat onze puntmutswasplaat gevonden werd op een aangelegd talud. Andere gemeenschappelijke aspecten zijn de voedselarmoede (weinig nitraten en fosfaten), de schraalheid (ijle vegetatie) en de rijke vegetatie van smalbladige grassen en kruiden. De graslanden hoeven echter geen zeldzame kruiden te bevatten. Floristisch onbelangrijke graslanden kunnen toch van grote waarde zijn voor wasplaten. Tot slot kunnen we stellen dat onze natuurgebieden het potentieel hebben om wasplaten te herbergen. Wasplaten verschijnen maar met mondjesmaat en enkel in onverstoord grasland dat niet bemest wordt. Ze kunnen daar verschillende decennia over doen. Een langetermijnbeheer is dus onontbeerlijk voor de toename van deze mooie paddenstoelen. We namen alvast een goede start met de komst van de puntmutswasplaat! REFERENTIES: [Arnolds, 2015] Eef Arnolds, “Wasplatengraslanden in Nederland. Deel I: Ecologische en vegetatiekundige aspecten”, Stratiotes nr. 47, 2015. [Keizer, 2003] Pieter-Jan Keizer, “Paddenstoelenvriendelijk natuurbeheer”, KNV Uitgeveverij, 2003. [Vermeulen, 1999] Hans Vermeulen, “Paddestoelen, schimmels en slijmzwammen van Vlaanderen – determinatiesleutels aan de hand van veldkenmerken”, De Wielewaal. 5
B e h o u d
|
Studie
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Kruidenrijk grasland goed voor koe, boer Jan Maertens Bij de uitvoering van het beheer van graslanden in natuurgebieden werken heel wat landbouwers mee in ruil voor het hooi. Zo worden hooilanden doorgaans twee maal per jaar vanaf 15 juni gemaaid en gedroogd tot hooi. Dit beheer bevordert de ontwikkeling van allerlei kruiden zoals pinksterbloem en echte koekoeksbloem en komt daarmee de biodiversiteit ten goede, zoals de verbetering van het biotoop voor weidevogels. Het hooi wordt gevoederd aan schapen, paarden, vleesrunderen, jongvee (kalfjes) en ‘droogstaande’ melkkoeien. Droogstand is de periode die aan het kalven vooraf gaat en waarin de koe geen melk geeft. Het hooi van natuurpercelen wordt doorgaans niet gevoederd aan melkgevende koeien, omdat het niet geschikt zou zijn voor de productie van melk. Daarvoor is jong, eiwitrijk gras nodig. Hierdoor kan ook gespaard worden op de aankoop van veevoeders zoals soja. Daarom maaien melkveehouders op eigen percelen veelvuldig, minstens vijf keer per jaar en al vroeg in de lente. Dit doen ze om zoveel mogelijk jong gras te kunnen oogsten. Dit verhaal is bekend bij zowel landbouwers als natuurbeheerders. Nederlands onderzoek Onderzoek toont echter een andere kant van de medaille. Kruidenrijk gras blijkt wel degelijk goed voor melkgevende koeien. Kruidenrijke graslanden kunnen als leverancier van gezond ruwvoer zelfs goed worden ingepast op melkveebedrijven. Ze dragen ook bij aan een duurzame en maatschappelijk gewaardeerde veehouderij. Dit is één van de opmerkelijkste resultaten van een Nederlands onderzoek van de Wageninger Universiteit en de Stichting Dienst Landbouwkundig Onderzoek. In de brochure ‘Kruidenrijk Grasland’ worden de resultaten samengevat. Kruidenrijk gras kan voor een groot deel de behoefte aan mineralen en sporenelementen van herkauwers dekken. In de gangbare praktijk wordt dit als supplement aan veevoeder toegevoegd. Kruidenrijk gras kan ook de pensverzuring aanzienlijk verminderen. Daarbij hebben bepaalde kruiden nuttige eigenschappen. Zo scoort paardenbloem hoog op kalium, ijzer, seleen en kobalt en heeft het een antibacteriële werking. Projectleider Rob Geerts: ‘Op een modern melkveebedrijf wordt kruidenrijk gras nog maar weinig toegepast. Toch past dit type ruwvoer ook prima 6
in het rantsoen van hoogproductieve melkkoeien. De vervanging van 25 tot 30 % van de intensieve Engels raaigraskuil door kruidenrijk gras blijkt geen negatief effect te hebben op de melkproductie maar een onmiskenbaar positief effect op de conditie van de melkkoe.’ Kruidenrijk grasland kan worden verkregen door hooilanden niet of weinig te bemesten en later te maaien. Kruiden komen dan vanzelf. Voorwaarde is wel dat er voldoende ‘bronlocaties’ met gewenste plantensoorten aanwezig zijn zoals op reservaatpercelen. Een monotoon raaigrasland of akker kan ook worden omgevormd door in te zaaien. Daarvoor komen de ‘slechtste gronden‘ in aanmerking, zoals natte percelen. Voor onze streek denken we dan aan de vochtige percelen (meersen) langsheen de Schelde, de Durme en de Dender. Deze graslanden lenen zich goed om te ontwikkelen tot kruidenrijke graslanden. Vochtige graslanden met veel bloeiende planten en insecten zijn ook het biotoop van veel weidevogels zoals kievit en grutto. Opmerking: bewerken ('scheuren') van graslanden is niet overal toegelaten.
én weidevogel Veehouder Karel D’hooghe uit Zele: ‘Sinds 2008 maai en hooi ik verschillende percelen van vzw Durme in het Aubroek (Scheldebroeken, Berlare). Zoals afgesproken maai ik twee keer per jaar vanaf 15 juni. Daarbij hou ik ook rekening met het gevraagde maatwerk. Zo zal dit jaar één perceel met een nog dikke graszode drie keer worden gemaaid en zal ik één perceel pas maaien in de nazomer. Ik droog het gras tot hooi en voeder het aan de melkkoeien. Het dagelijks rantsoen gras van elke koe bestaat uit 10% natuurhooi. Vroeger kende ik de heilzame werking van kruidenrijk gras niet en was ik ook voorstander van monotone raaigras-hooilanden. Ik stel echter vast dat natuurhooi goed is voor de gezondheid van de dieren. Daarbij blijft de productie van melk op peil. Maar ik moet ook rekening houden met de voedingswaarde van het gras. Technisch uitgedrukt: het regulier gras van mijn percelen heeft een voedingswaarde van gemiddeld 900 VEM (Voeder Eenheid Melk) en 90 DVE (Darm Verteerbaar Eiwit), licht bemest kruidenrijk grasland kent volgens de Nederlandse studie 750 VEM en 50 DVE. Ik schat dat het hooi van de (onbemeste) reservaatpercelen uitkomt op 650 VEM en 30 tot 40 DVE. Maar voor de gezondheid van mijn dieren wil ik het aandeel kruidenrijk grasland toch opdrijven tot 20% per dag.’ In geval van puur natuurbeheer is de gebruikelijke manier van werken: verschraling door niet meer te bemesten en later te maaien. Maar ook op eigen percelen kunnen landbouwers kruidenrijke graslanden laten ontwikkelen. Dit hoeft niet altijd op perceelsniveau te worden gerealiseerd, ook hoekjes en randen lenen zich hier goed voor. Door niet of weinig te bemesten worden de plantengroei en de structuur ijler en gevarieerder dan in het gangbare hoogproductieve grasland. De maximale natuurwaarde kan echter enkel op onbemeste reservatengraslanden worden bereikt. Toch betekent de ontwikkeling van licht bemeste kruidenrijke graslanden een belangrijke winst voor de biodiversiteit in landbouwgebied. Een kans voor meer natuur Het Nederlands onderzoek toont de landbouweconomische waarde van het hooi afkomstig van natuurgebieden aan. Dit blijkt gezond voedsel te zijn, ook voor melkgevende koeien. Daarbij worden veehouders ook uitgedaagd om zelf op eigen percelen aan de slag te gaan. Zelfs met een lichte bemesting is kruidenrijk grasland haalbaar en verdient het een vaste plaats in het dagelijks rantsoen van de melkkoe. Kortom, een verrassend nieuwe kans voor koe, boer én weidevogel.
Kruidenrijk grasland dekt voor een groot deel de behoefte aan mineralen en sporenelementen, verminderd aanzienlijk de kans op pensverzuring én betekent een belangrijke winst voor de biodiversiteit in landbouwgebied. © Vzw Durme
Het Regionaal Landschap Schelde-Durme onderzoekt dit jaar i.s.m. jagers uit de streek naar kansen voor een project ‘kruidenrijk grasland’. Robbert Schepers: ‘bedoeling is dat we de jagers (en de landbouwers die jachtpercelen beheren) motiveren om ook hierop in te zetten. Jachtwild heeft hier alle voordeel bij, kruidenrijk gras is immers een goed biotoop voor jachtwildsoorten als haas en patrijs. De ontwikkeling van kruidenrijk grasland is een kans om te werken aan een grotere natuurwaarde in landbouwgebieden.' 7
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Dagvlinderfiche: de citroenvlinder Sylvain Cuvelier - VVE WG Dagvlinders De eerste fiche van het jaar, tijdens het vierde jaar van het Project Dagvlinders Durme- en Scheldegebied, gaat over een dagvlindersoort - uit de familie van de koolwitjes - die in de streek ruim de langste levensduur heeft in het vlinderstadium. De laatste jaren lijkt de citroenvlinder aan een stevige opmars bezig nadat er gedurende veel opeenvolgende jaren, vrij lage en dus alarmerende aantallen werden geobserveerd.
Mannetje citroenvlinder.
© Fonny Schoeters
Opmerkelijk is ook het uitgesproken verschil in uiterlijke kenmerken tussen het citroengele mannetje en het groen-witte wijfje. Er valt dus op te passen om het wijfje citroenvlinder niet te verwarren met een groot koolwitje. Zeker in de vlucht is het niet evident om deze twee grote witte dagvlindersoorten uit elkaar te houden. Vangen om goed te bekijken is de boodschap. Als de vlinders rusten kunnen de oranjekleurige stippen in het midden van zowel de voor- als de achtervleugel zekerheid brengen. De naam citroenvlinder is afkomstig van de opvallende citroengele kleur van het mannetje. Vooral tijdens de vlucht is het verschil tussen de twee geslachten goed te zien. Als de vlinders rusten, doen ze maar zelden hun vleugels open en dan is het onderscheid minder duidelijk. In tegenstelling tot alle andere koolwitjes uit de regio overwintert de citroenvlinder in het volwassen stadium. Het is niet ongewoon om ze bij een eerste warme lentedag, in het vroege voorjaar, samen aan te treffen met andere overwinteraars zoals gehakkelde aurelia, kleine vos en dagpauwoog. 8
Vrouwtje citroenvlinder.
© Fonny Schoeters
De eerste grote piek qua aantallen is elk jaar te zien tussen maart en april. In die periode zitten ze vooral op paardenbloemen en wilgenkatjes om zich te voeden. Het is ook tijdens het voorjaar dat citroenvlinders paren wat aanleiding zal geven, tijdens de zomer, tot de enige generatie van het jaar. De eitjes worden tijdens de lente vooral op sporkehoutbladeren gelegd, maar nogal wat andere waardplanten worden sporadisch in de literatuur vermeld. Sporkehout is trouwens een belangrijke waardplant voor tal van soorten dagvlinders en veel insecten. Houd er rekening mee in het beheer en bij aanplantingen.
Eitjes van citroenvlinder.
© Ruben Meert
Meestal worden slechts enkele eitjes, zonder duidelijke patroon, op hetzelfde blad gelegd, maar hier is een opmerkelijke foto ingevoegd met een zeer ongewone eileg (zie vorige pagina). De eileg kan zowel gebeuren aan de bosranden als diep in het bos, zolang er maar wat zon bij kan komen. De jonge rupsen ontwikkelen snel en als ze volgroeid zijn, maken ze een mooie gordelpop. Heel dikwijls vliegen de nieuwe citroenvlinders al in de bossen rond tegen eind juni. Het is dan ook tijdens de juli- en augustusmaanden dat er een duidelijke tweede piek is qua aantal rondvliegende citroenvlinders.Tijdens de zomer zal je de vlinders vooral zien op nectarrijke bloemen. De citroenvlinder kan je in het projectgebied op veel plaatsen tegenkomen want de soort heeft de neiging om rond te zwerven. Ook in tuinen met vlinderstruiken is het niet ongewoon om de citroenvlinder op bezoek te krijgen en die er lang aan te treffen. Toch blijft de kans om de soort in de zomer te zien nog steeds het grootst in bosrijke omgevingen.
Gordelpop van de citroenvlinder.
© Ruben Meert
Uitkomende citroenvlinder.
© Ruben Meert
Kaart: verspreiding van de citroenvlinder. © Project Dagvlinders Durme- en Scheldegebied Legende kaart: Rode bol: waarneming citroenvlinder (2013 - 2014) Groene bol: nieuwe waarneming citroenvlinder in 2015 Blauwe lijnen: Schelde, Durme, Dender & Moervaart Groen: boscomplexen Zwarte lijnen: spoorlijnen Rode lijnen: E34 - E17 Lichtgrijs: stads- en dorpskernen
Schrijf je in op de dagvlinderflash bij filip.vandevelde@skynet.be en/of couckuyt.jurgen@telenet.be, en wie weet komt je eigen foto in de volgende editie.
9
Het aantal citroenvlinders varieert tijdens het project sterk van jaar tot jaar en toont de laatste jaren een heel duidelijke positieve trend. De overwinterende citroenvlinders vliegen al een tijd rond. Binnenkort kijken we uit naar de nieuwe en enige generatie van het jaar. We hopen dat jullie weer talrijk meetellen om zo de verdere evolutie van de soort in beeld te kunnen brengen.
500
400
300
200
100
0
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Aantal waargenomen citroenvlinders per jaar uit het projectgebied (2009-2015). © Project Dagvlinders Durme- en Scheldegebied
En om het voorkomen van alle dagvlindersoorten in de eigen regio beter te leren kennen, herhalen we de oproep: meld én alle observaties én alle stadia op www.waarnemingen.be en neem ook veel foto’s. Zo werk je mee met het grote dagvlinderproject in het Durme- en Scheldegebied.
Tijdelijke Tentoonstelling Spring een gat in de lucht, anders kan de aarde je niet houden Van 1 april tot 30 juni in bezoekerscentrum Molsbroek i.s.m. BOS+ De tentoonstelling met prachtige grote foto’s toont het dagdagelijkse leven van Ecuadoraanse gemeenschappen in een benarde mondiale context van vernietiging van ecosystemen, verlies aan biodiversiteit, klimaatopwarming en armoede. Steven Heyvaert is de fotograaf. Dat de steeds verder schrijdende ontbossing in de tropen een indrukwekkende reeks van nadelige gevolgen – zowel op lokaal als op mondiaal vlak – veroorzaakt, is intussen zeer actueel en algemeen erkend. Daarbij gaat het niet alleen om een verlies van fauna en flora, maar vooral ook om de bedreiging van de algemene stabiliteit en draagkracht van ecosystemen waarvan op dit moment nog miljoenen mensen geheel of gedeeltelijk afhankelijk zijn voor hun levensonderhoud. Het is dus overduidelijk dat ontbossing en bosdegradatie in de tropen niet alleen nefast is vanuit een ecologisch standpunt maar zeker ook een probleem vormt voor een duurzame socioeconomische ontwikkeling in de betrokken regio's. Marc de Bel schreef een kinderboek over Spikkel, Spekkel en Mascopiro. Het verhaal neemt je mee naar het Amazonewoud en zijn inheemse bewoners. Want het gaat niet goed met het bos aan de andere kant van de wereld. Tijdens een voorleessessie en een leuke activiteit op zondag 3 april (14.30 uur) neemt vzw Durme je mee naar de natuur in Zuid- Amerika. Een perfecte aanvulling op de tentoonstelling. Meer info en inschrijven: via sarah.geers@vzwdurme.be of onze website. 10
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Over een vrijwilliger in hart en nieren, bezige bijtjes en ontelbare padjes Sarah Geers Begin maart was het de Week van de Vrijwilliger. Traditioneel zetten we onze meer dan honderd (!) vrijwilligers dan even in de bloemetjes. Zonder hun dagelijkse inzet zou vzw Durme maar een schijntje kunnen verwezenlijken van wat we nu doen. Onze reservaten beheren, onze bezoekerscentra bemannen, activiteiten organiseren, artikels schrijven, groepen gidsen, fauna en flora bestuderen en nog zo veel meer… We kunnen met trots zeggen dat we de beste vrijwilligers van heel het land hebben! (Tenminste, als je’t ons vraagt.) Als bij toeval deden we die periode een leuke ontdekking. In een oud vrijwilligersboekje vonden we één van de eerste, geregistreerde vrijwilligers terug. Al meer dan 30 jaar zet Lieve Hoefkens zich in voor de natuur in haar buurt. Reden genoeg voor een thee-kransje! ‘Het begon allemaal toen ik zo’n 30 jaar geleden naar Lokeren verhuisde en via de CVN-natuurgidscursus bij André Verstraeten en het Molsbroek terecht kwam. Sindsdien kreeg ik de smaak te pakken.’, aldus Lieve. Ze behoorde tot de eerste bar-ploeg van het bezoekerscentrum dat toen net geopend werd, en startte de paddenoverzetacties in de Waasmunsterbaan op. ‘Samen met buurtbewoners en heel wat jonge gezinnen stapten we elke avond de weg af. Toen waren er echter nog veel minder huizen, en konden er veel meer schermen geplaatst worden om de padjes te vangen.’ Nu, 30 jaar later, blijft Lieve een actieve trekker van de paddenoverzetacties.
Na 30 jaar vind je Lieve nog steeds tijdens de paddenoverzetactie met emmer en fluohesje langs de Waasmunsterbaan. © Wouter Pattyn
En recent kwam er een nieuwe passie bij: imkeren. Samen met haar man Jan ontdekte Lieve het plezier (maar ook de uitdaging!) van het houden van bijen. Bovendien neemt ze de praktische en administratieve kant van de imkerswerkgroep voor haar rekening. ‘Want er komt altijd meer bij kijken dan je denkt.’ Tot slot is Lieve één van onze ‘vrijwilligers-in-nood’. Als het brandalarm afgaat in het bezoekerscentrum Molsbroek, is Lieve een van de mensen die uit haar bed gebeld wordt en komt kijken wat er aan de hand is. ‘Gelukkig is het nog nooit echt een brand geweest! Het was meestal een elektriciteitspanne… Oef!’ Maar zelf dat doet Lieve doet dit met veel plezier. ‘De natuur is zo belangrijk. Het is fijn om via vrijwilligerswerk een eigen bijdrage te kunnen leveren’. Wij zijn alvast heel erg dankbaar voor het vele werk van Lieve en alle andere vrijwilligers. Bedankt! Wil jij ook vrijwilliger worden? Mail dan naar vrijwilliger@vzwdurme.be. 11
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Met het Sigmaplan naar topnatuur langs AndrĂŠ Verstraeten Wie deze lente en zomer een fietstocht maakt over de dijken langs de Durme in Waasmunster, Elversele en Tielrode, zal daar in het meersenlandschap voor en na de Mirabrug in Hamme opgespoten terreinen en uitvoering van grondwerken zien. Dat gebeurt in opdracht van NV Waterwegen en Zeekanaal, afdeling Zeeschelde, die daar een deel van het Sigmaplan uitvoert. Dat plan heeft als belangrijke doelstellingen: Vlaanderen te beveiligen tegen overstromingen, de haven van Antwerpen toegankelijk te houden en de natuurwaarden te verbeteren. Langs de Durme in Elversele (Temse) en een deeltje op het grondgebied van Waasmunster gaat het over de ontpoldering van het Groot en Klein Broek. Er zullen voor fietsers en voetgangers toegankelijke ringdijken gebouwd worden rondom die twee meersengebieden. Daarna zullen de huidige dijken van de Durme doorgestoken worden. Zo zullen zich daar slikken en schorren kunnen ontwikkelen en zullen de huidige grotendeels ecologisch banaal geworden gronden omgezet worden tot een in Europa bijzonder zeldzaam biotoop: zoetwaterschorren. Die ontstaan na langzame aanslibbing van de slikken waarop zich pioniersplanten vestigen. De rietvelden die zich daarna ontwikkelen eindigen dan in een wilgenvloedbos. Die verschillende evolutiefasen zijn nu al mooi te zien op de kleine strook schorren langs de Durme en in het bijzonder in het Vlaamse reservaat 'De Schorren van de Durme' dat doorsneden is door de toegangsdijk naar het veer van Tielrode in Hamme.
Na een dijkdoorbraak, omstreeks 1965, stroomden de getijden bijna twee jaar dagelijks over het Klein Broek in Elversele. Willy De Westelinck, nu ere-voorzitter van de Heemkring van Elversele, maakte deze foto van het toen bijzonder vogelrijk gebied. Een mooi beeld van wat er zal ontstaan na de Sigmawerken. Š Willy De Westelinck
12
Vzw Durme heeft sinds 2005 deze unieke natuurontwikkelingskans opgevolgd via overleg met de afdeling Zeeschelde, Natuurpunt, het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek en het Agentschap voor Natuur en Bos. Vanuit onze natuurvereniging was er steeds belangstelling en inzet om in het Klein en Groot Broek het natuurbeheer te realiseren, onder meer door de aankoop van reservaatpercelen. De eerste ooit gesubsidieerde aankoop van vzw Durme was trouwens het perceel 'De Rotten' in het Klein Broek in Elversele (1991). Die gronden zijn ondertussen onteigend in het kader van het Sigmaplan en krijgen nu een nog waardevoller natuurdoel. Uiteraard blijft vzw Durme - op basis van jarenlang overleg en afspraken - in de toekomst de eerste kandidaat om te zorgen voor de uitbouw van het natuurbeheer en de natuureducatieve aanpak op die toekomstige slikken en schorren. Hier ligt een potentieel om, alle verhoudingen in acht genomen, die gebieden uit te bouwen tot topgebieden voor mens en natuur, zoals dat sinds 1969 verloopt in het Molsbroek in Lokeren en sinds 1993 met de Reservaatzone Donkmeer in Berlare.
de Durme in Temse Zeker omdat met het te renoveren beerkaaihuisje in Sombeke en de reconstructie van de site De Koolputten bij de Mirabrug in Hamme, de natuureducatieve ontwikkeling al een degelijke uitvalbasis zal bekomen. Voor dit beerkaaihuisje heeft vzw Durme na een uitgebreide rondvraag de meest geschikte gebruiker kunnen selecteren. Op die basis heeft de afdeling Zeeschelde een overeenkomst kunnen afsluiten met de sociale instelling 'De Morgenster' uit Waasmunster. Zoals in die andere gebieden streeft vzw Durme altijd naar een maximale samenwerking met de lokale gemeentebesturen,
toeristische diensten en natuurgidsen en -groepen. Zo is al ruime medewerking verleend aan de cursus voor Sigmagidsen en werd dit voorjaar een wandeling georganiseerd samen met de milieugroep 'Ons Streven' uit Tielrode. Recent opgedoken juridische en administratieve verwikkelingen bemoeilijken en vertragen momenteel de beheercontracten. Dit verliep al ten koste van afgeremd voorbereidend startbeheer en uitstellen van de natuureducatieve initiatieven. In ieder geval wordt dit project vanuit natuurvereniging vzw Durme van nabij opgevolgd.
13
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Struweeltjes Leuke ontdekking tijdens het braakballen pluizen I.h.k.v. de uilencursus die werd georganiseerd door vzw Durme, was er begin december ook een avond voorzien om braakballen van uilen te pluizen in het bezoekerscentrum Molsbroek. De onverteerbare delen van uilenprooien worden in de uilenmaag tot een ‘bal’ gekneed en dan uitgebraakt. In die braakballen zitten o.a. beentjes en schedeltjes van muizen, soms ratten en heel soms ook resten van vogels en amfibieën. Gezien de regelmatige samenwerking tussen vzw Durme en Natuurpunt Hamme werd ons de vraag gesteld of we ook niet voor wat braakballen konden zorgen voor die avond. Sinds jaar en dag broedt er een koppel kerkuilen in Moerzeke; rond de nestplaats vind je geregeld braakballen. Dus geen probleem om voor braakballen te zorgen om te pluizen. Braakballen van kerkuilen zijn uitermate geschikt voor onderzoek naar het voorkomen van muizen omdat kerkuilen ook spits- en woelmuizen als prooi vangen, iets wat andere uilensoorten niet of zelden vangen. Groot was onze verbazing die avond toen we in één van de braakballen de schedel en de onderkaak van een waterspitsmuis aantroffen. Die zeldzame muizensoort stelt niet alleen hoge eisen aan haar leefgebied, maar heeft ook een heel speciale levenswijze. Al duikend zoekt ze naar voedsel (insecten en waterdiertjes) onder water. Ze is daarvoor speciaal aangepast met o.a. zwemvliesjes tussen de tenen en een lange rij stijve haren achteraan op de staart die als roer functioneert. Na de verbazing kwam de euforie, want dit wil zeggen dat er waarschijnlijk ergens in Moerzeke een populatie waterspitsmuizen moet leven.We hebben dan ook het plan opgevat om samen met enkele muizenliefhebbers op zoek te gaan waar die populatie zich juist ophoudt. 14
Wie graag meehelpt aan het muizenmeetnet of aan de zoektocht naar de waterspitsmuis kan altijd een seintje geven aan Frans Van Havermaet via frans.van.havermaet@telenet.be of op 0499 73 35 14. Frans Van Havermaet
Opgegeten eitje eikenpage gevonden in vleermuizenbunker Tot enkele jaren geleden was de eikenpage een nogal onbekend vlindertje in onze buurt. Dit komt omdat het vooral actief is bovenaan in eiken en slechts af en toe opgemerkt wordt in gebieden met eiken: het Heidebos, de Linie, het Molsbroek, Puyenbroeck of de Daknamse meersen.
De eikenpage legt haar eitjes af tussen de eindknoppen van eiken. © Kurt Jonckheere
Sinds het begin van het project ‘Dagvlinders Durme- en Scheldegebied 2013-2017’ wordt er ook op een andere manier gezocht naar de eikenpage. Het vrouwtje legt namelijk haar eitjes tussen de eindknoppen van eiken. Vanaf het einde van de zomer kan je dus op zoek gaan naar die eitjes, tot aan de lente van het volgende jaar wanneer het weer wat warmer wordt en het rupsje begint te groeien en uit het eitje kruipt.
Naast een aantal grote reservaten beheert vzw Durme ook een aantal kleine relicten. Één daarvan is gelegen in Eksaarde, net ten noorden van de Rechtstraat aan “de vleermuizendreef ”. Aangezien er op dat perceel een oude bunker ligt die ingericht is voor vleermuizen heeft dat reservaatje de naam Vleermuizenbunker gekregen. Onder toezicht van conservator Jurgen Couckuyt gebeuren er regelmatig beheerwerken in de Vleermuizenbunker. Zo was ik eind december bezig met het zorgen voor wat meer open plekken in het eikenbos en vond ik op één van de uiteinden van een eikentak tussen de knoppen een eitje van de eikenpage. Ze zijn niet zo gemakkelijk te vinden want ze zijn maar 0,8 mm groot! Alhoewel er al regelmatig naar gezocht werd, was de eikenpage tot dan toe nog niet bekend op die plaats, maar hier was dus duidelijk een vrouwtje gepasseerd. Er werd nog heel ijverig verder gezocht, maar andere eitjes werden niet meer gevonden. Bij het bekijken van het eitje bleek duidelijk dat er aan de zijkant een gaatje te zien was… Vreemd, want normaal gezien komt het rupsje eruit aan de bovenkant en bovendien was het pas eind december. Dat gaatje kan dus enkel veroorzaakt zijn door een parasiet! In de dierenwereld komen heel wat parasieten voor. Dat zijn beestjes die leven op of in andere beestjes. Bij vlinders zie je dat af en toe bij rupsen en poppen, maar het kan dus ook bij eitjes voorkomen. En er is dus een heel klein wespje (wellicht van het geslacht Trichogramma) in geslaagd om hier een piepklein eitje in te leggen! Die wespjes zijn slechts een halve millimeter groot (of beter klein) en behoren tot de kleinst mogelijke insecten (kleinere insecten zijn niet meer mogelijk omdat ze niet genoeg hersencelletjes zouden hebben om te kunnen overleven). Uit dat piepklein wespen-eitje (in het eikenpage-eitje) is dan een piepklein rupsje gekomen dat het eikenpage-eitje vanbinnen opgegeten heeft en verpopt is. Na de verpopping heeft het kleine wespje een gaatje gemaakt en is ze zo uit het eikenpage-eitje gekropen.
Links een normaal eitje van de eikenpage en rechts het geparasiteerde eitje uit Eksaarde. © Sylvain Cuvelier
Een merkwaardige vondst! Met dank aan Sylvain Cuvelier (VVE WG Dagvlinders) voor het maken van de gedetailleerde foto’s. Kurt Jonckheere
Lange Kantwegel goed ingeburgerd Op eind januari werd tijdens een winderige dag een onderhoudsbeurt uitgevoerd in de Lange Kantwegel in Oudenbos. Sinds 2015 is vzw Durme tot beheerder van deze eeuwenoude wegel aangesteld en enkele vrijwilligers uit de buurt zorgen ervoor dat de wegel actueel blijft. Een groot stuk van de wegel wordt nog geflankeerd door spork. Dat is een typische plant die thuishoort in het zandige Vlaanderen. Bovendien is die zeer rijk bloeiende struik één van de top nectarleveranciers voor bijen en hommels. Maar ook de citroenvlinder en het boomblauwtje leggen hun eitjes af op sporkehout (ook wel vuilboom genoemd). Het is dus een zeer belangrijke streekeigen struik om bv. een corridor aan te leggen in het landschap! Kleine landschapselementen (KLE’s) hebben onderhoud nodig en die dag werd de spork opgesnoeid zodat de trage weggebruiker ongehinderd zou kunnen wandelen of fietsen. Leuk was toen dat ik een dame die me vanuit de westelijke richting aansprak tijdens haar wandeling in de wegel, uitleg kon geven over het onderhoud. Niet veel later kwam een man vanuit de oostelijke richting mij tegemoet. 15
Het is dus duidelijk dat de Lange Kantwegel al goed gesmaakt wordt. Voor velen is die trage weg een zeer mooi alternatief voor het lawaaierige spoorwegpad ten zuiden ervan. Jurgen Couckuyt
Werken in Weimanstraat moet boommarter beschermen In het herfstnummer van vorig jaar kon je al lezen over de boommarters in de Fondatie van Boudelo en de Linie. Jammergenoeg werd Madeleine, één van de gevolgde boommarters, vorige zomer dood aangetroffen langs de weg. We trokken aan de alarmbel en gingen met de stad Sint-Niklaas in overleg. Gelukkig waren zij ook overtuigd van de gevaarlijke situatie in de Weimanstraat die dwars door het bossencomplex loopt (niet alleen voor de overstekende fauna, maar ook voor fietsers is dit een bijzonder gevaarlijk punt). Dit voorjaar gingen dan ook de inrichtingswerken van start. De voorbereidende werken in de Weimanstraat zijn afgerond. Om plaats te maken voor een fietspad werd de huidige vegetatie - een grote zeggenvegetatie afgegraven en verplant. Die waardevolle zeggesoorten kregen een nieuwe plaats in een natte weide vlakbij. Binnenkort start de heraanleg van de straat, zodat het in de toekomst veiliger oversteker voor wandelaars én boommarters. Wordt vervolgd!
fauna en flora geïnventariseerd en wordt het beheer van de afgelopen vijf jaar geëvalueerd. Die monitoringgegevens worden vervolgens verwerkt in monitoringrapporten die worden ingediend bij het Agentschap voor Natuur en Bos. Met onze monitoringrapporten hebben we altijd een hoog kwalitatief niveau behaald. Talrijke vrijwilligers hebben ertoe bijgedragen om dit hoge niveau te bereiken door het uitvoeren van gedetailleerde inventarisaties van gekende en soms minder gekende dierenen plantengroepen. Ook dit jaar worden jullie uitgenodigd om opnieuw enthousiast mee te werken aan de monitoring van bovengenoemde reservaten. Voor meer info kunnen jullie terecht bij de reservatenmedewerker Kristof Scheldeman. Bedankt alvast voor jullie hopelijk uitgebreide bijdrage! Kristof Scheldeman
Op zoek naar de hoornaarvlinder De hoornaarvlinder behoort tot de bijzondere familie van de wespvlinders. De namen spreken voor zich: men houdt ze voor een hoornaar of wesp omdat hun lijf geel en zwart van kleur is en hun vleugels grotendeels doorschijnend zijn. Omdat ze op een wesp gelijken, worden ze minder gegeten door predatoren.
Sarah Geers
Monitoring reservaten 2016 Om de vijf jaar moet een reservaat gemonitord worden. Dit jaar zijn volgende reservaten aan de beurt: de Durmemeersen in Waasmunster, Zele en Hamme, de Linie in Eksaarde en Reservaatzone Donkmeer in Berlare. In het totaal is dat 109 ha, bijna dubbel zo veel als vorig jaar. Tijdens de monitoring worden 16
Zonnende hoornaarvlinder.
© Tom Vermeulen
Riet-atol Paardeweide in beheer bij vzw Durme
Sporen van de hoornaarvlinder zijn vooral te vinden aan de voet van oude populieren. © Tom Vermeulen
Specialisten lokken wespvlinders met feromonen of vrouwelijke hormonen. Mannetjes komen snel op de feromoonpreparaten af. Voor elke soort bestaat er wel een specifiek preparaat en een geschikt tijdstip voor een optimale vangst. Zonder feromonen moet je echt geluk hebben om een volwassen exemplaar te zien te krijgen. Dit komt omdat ze niet aangetrokken worden door licht zoals de meeste andere nachtvlinders. De volwassen hoornaarvlinder kan je ’s morgens zonnend op een stam vinden. De rupsen leven drie tot vier jaar in de wortels van oude populieren. Na die tijd werken ze zich naar buiten en dat laat sporen na! Die sporen zijn vrij gemakkelijk te vinden aan de voet van oude populieren, voornamelijk langs niet verharde paden daar waar de zon de voet beschijnt. Daar zie je de mooie ronde uitsluipgaten van de ontpopte vlinder. Het zijn openingen van 0.5 cm diameter net boven de grond. Deze bijzondere vlinder is vrij algemeen in onze natuurgebieden. Kijk zelf eens naar de voet van oude populieren wanneer je nog eens wandelt in de Lokerse Moervaartmeersen, de Fondatie van Boudelo of in het Molsbroek. Succes verzekerd! Tom Vermeulen
Binnen het grote Sigmaplan-gebied ‘cluster van de Kalkense meersen’ neemt onze vereniging en onze afdeling Zele-Berlare-Wichelen de verantwoordelijkheid op om het natuurbeheer uit te voeren voor de grote moeraszone van de Paardeweide op grondgebied Berlare en Wichelen. W&Z stelt vertrouwen in ons engagement en ervaring. In het Durme- en Scheldeland 2014-2 beschreven we reeds dit gebied van om en bij de 25 hectare dat speciaal werd ingericht in functie van zeldzame rietreigers zoals de roerdomp en het woudaapje. Tijdens een recent terreinbezoek met het Agentschap voor Natuur en Bos - die de natuurontwikkelingen begeleid - werden alle facetten van het toekomstige natuurbeheer overlopen. Eén van de belangrijkste onderdelen daarvan zal het waterpeilbeheer zijn. Via een inlaatsluis en een vistrapsas kan een peilregeling uitgewerkt worden in functie van rietontwikkeling en de waadvogels die het gebied ondertussen goed weten te appreciëren. Zo kwamen er vorig jaar drie koppels kluten tot broeden. Ook op doortrek is het een favoriete foerageerplek voor tureluurs, groenpootruiters en andere steltlopers.
Plaatsbezoek ANB en vzw Durme.
© Jan Maertens
Met het instromende Scheldewater kwam er zich ook een rijke visfauna vestigen wat dan allerlei viseters aantrekt zoals aalscholvers, 17
ijsvogels en drie soorten futen. Voor het visdiefje plaatsen we binnenkort enkele vlotjes zodat naast het Donkmeer ook het riet-atol van de Paardeweide een veilige broedplek kan bieden. Onze vrijwilligers starten er ook onderzoeken naar o.a. de broedvogels en de vissoorten. Daan Stemgée (conservator van dit nieuwe natuurgebied)
Boek 'Lokeren Straten & Co' met honderden fouten Eind 2014 heeft de cultuurraad van Lokeren het boek 'Lokeren Straten & co' uitgegeven. Het werd geschreven en samengesteld door Frans De Bondt. Op het eerste gezicht een kanjer van formaat met mooie layout, een prachtig kijkboek dat goed gestructureerd is uitgewerkt en schittert met talrijke oude foto's, kaarten en illustraties. In elke publicatie sluipt wel eens een onnauwkeurigheid of iets dat op basis van nieuwe informatie achterhaald is of onjuist blijkt te zijn. Maar in dit boek gaat het niet over enkele slordigheden of 'onjuistheden', hierin staan honderden foutieve vermeldingen. Een voorbeeld van bij het Molsbroek: de Kattenberg lag niet in Lokeren, maar 400 meter verder in Waasmunster, het huisje van hout en graszoden was er al lang niet meer in 1950.
18
Zou het geen schuldig verzuim zijn tegenover de huidige en toekomstige generaties om te zwijgen over zo een onjuist beeld van Lokeren? Wie enig respect heeft voor onze lokale geschiedenis, kan dat toch niet onbesproken laten. Zeker omdat de kans groot is dat andere auteurs, scholieren, studenten, gidsen enz. die fouten (slordigheden of ... hoe moet men die noemen?) voor juist en echt overnemen in artikels, scripties, gidsbeurten enz. en dat die dan verder worden overgenomen en hun eigen leven beginnen leiden. Bij het uitschrijven van deze 'onjuistheden' zijn ook over sommige twijfelachtige vermeldingen open vragen gesteld. Nu deze puntjes toch werden uitgetikt, is van de gelegenheid gebruik gemaakt, als een bijkomstigheid, om bij sommige punten aanvullingen te voegen. De auteur is niet op de uitnodiging ingegaan om deze errata samen met hem uit te brengen. Alles is uitgeschreven in een tekst van 36 blz. door André Verstraeten o.a. ontwerper van lokale wandelkaarten, en stadsgids Johan Terryn. Wie dit boek als naslagwerk wil gebruiken: best ook steeds een andere bron controleren. De fouten met correctie, errata, aanvullingen en open vragen staan online: www.lokerenstratenenco-errata.be (volledig in te tikken, niet opzoeken via google) André Verstraeten
B e h o u d
|
Studie
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Gegidste boottocht over Durme en Moervaart tot in Gent
André Verstraeten Deze zomer vaart de Barge (kopie van een oud luxeschip), ingehuurd door Infopunt Toerisme Lokeren, acht dagen over de Durme en de Moervaart naar Gent, via het Kanaal Gent-Terneuzen en de Ringvaart. Het is een prachtige vaart langs waardevolle natuurgebieden en cultuurhistorische plekjes tot in het centrum van Gent (nabij het oude Gerechtshof). Op maandag 11 juli 2016 heeft vzw Durme deze boot volledig gereserveerd voor haar leden en hun familie of vrienden. Tijdens die vaart zorgt een havengids van de stad Gent voor toelichtingen bij het Gentse gedeelte en zal André Verstraeten het tracé Durme-Moervaart gidsen. In het verleden was die boottocht telkens een groot succes en was de boot telkens volgeboekt. Vertrek: om 9.45 uur (zeer stipt) op de Durme tegenover de post in Lokeren op de Markt. Aankomst in Gent is voorzien omstreeks 16 uur. Aan boord is drank te bekomen en er kan een koude schotel vooraf gereserveerd worden. Eigen picknick gebruiken kan ook. Terugkeer vanuit Gent kan met de trein of is door iedereen zelf te regelen (Tramlijn 1 naar Gent Sint-Pieters vertrekt aan het oude Gerechtsgebouw en die dag zijn er twee treinen per uur van Gent naar Lokeren). Prijs: 20 euro per persoon (koude schotel met vis of vlees bedraagt 18 euro). Inschrijving en reserveren van schotels is enkel geldig na betaling in het bezoekerscentrum Molsbroek of door storting op rekeningnummer BE52 0012 2999 0009 van vzw Durme. Dit ten laatste vóór 1 juni 2016. Meer info: via Thomas Van Lancker, info@vzwdurme.be of 09 348 30 20. 19
B e h o u d
|
Studie
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Riolen in Daknam ten koste van landelijk erfgoed André Verstraeten De stad Lokeren had in mei 2015 de bouwvergunning aangevraagd voor de aanleg van riolen in Daknam. Een mooi initiatief: de waterzuivering zal daardoor optimaal functioneren. Maar op een aantal vlakken lijkt dat geldverspilling en met een al te grove borstel uitgestippeld. Vanuit vzw Durme afdeling Lokeren is een beroepsschrift ingediend (6 bladzijden en 13 bijlagen) i.v.m. de onzekerheid over het heraanplanten van bomen langs de Heirlandstraat, over de zinloosheid van een dure houten beschoeiing van bermsloten, over het risico dat kikkers, egels enz. lopen om in een valkuil te geraken tussen die beschoeiing én over het kappen van de kapelboom op de hoek Braambessenstraat-Heirlandstraat. In oktober kwam er een hoorzitting bij de bestendige deputatie en een overleg op initiatief van burgemeester F. Anthuenis. Daaruit volgden concrete toezeggingen over het heraanplanten van de meeste bomen die gekapt zullen worden en het behoud van de beschoeiing, maar nu met vluchtgelegenheden voor kleine dieren. Maar het kappen van de kapelboom en die vervangen door een andere linde wilde men niet aanpassen. De Bestendige Deputatie heeft uiteindelijk ons beroepsschrift afgewezen en de bouwvergunning aan het stadsbestuur afgeleverd.
De kapelboom in de Heirlandstraat - opgenomen in de inventaris landelijk erfgoed - zal verdwijnen hoewel het bijkomend advies van Agentschap Onroerend Erfgoed, de Erfgoedraad van Lokeren en vzw Durme hebben aangedrongen op het behoud.
Spijtig van die zinloze dure houten beschoeiing, want er is daar met de huidige bermsloten geen enkel probleem. Bijzonder pijnlijk is het kappen en vervangen van de kapelboom. Die staat er uniek midden op het kruispunt, is wellicht een oude grensboom van misschien wel 200 jaar oud en staat er, uitgehold aan één zijde, nog steeds levenskrachtig bij. Dit pareltje landelijk erfgoed kon, mits enige goede wil, behouden blijven, door die rioolbuizen ofwel in een sleuf zo ver mogelijk van die linde of mits ondergrondse inneming onder aanpalende landbouwgrond te leggen. Zoals het 23 jaar geleden probleemloos gebeurde met de riolen tussen het Molsbroek en de Oude Bruglaan. In de loop van de procedure is die kapelboom opgenomen in de inventaris landelijk erfgoed, heeft het Agentschap Onroerend Erfgoed in bijkomend advies aandrongen op het behoud ervan en heeft de Erfgoedraad van Lokeren en vzw Durme gevraagd om die boom zeker niet te kappen. Het wordt een zoveelste verlies in de open ruimte.
Vanuit de buurt is eveneens een uitgebreid ‘gelijkaardig’ beroepsschrift ingediend, maar maakte men in verband met deze kapelboom een bocht van 180 graden. Totaal onverwacht werd begin november een voorstel ingediend om de kapelboom te verplanten. In een reeks van honderden procedures, beroepen en dossiers tegen schendingen van natuur en landschap en ten gunste van het landelijk erfgoed en natuurprojecten, is het de tweede maal dat vzw Durme moet ervaren dat medewerkende comités in de loop van een procedure onverwacht totaal andere standpunten verspreiden. Of zit er nu ook een dubbele bodem in dit verhaal? De toekomst zal dat uitwijzen. 20
B e h o u d
|
Studie
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Verruiging van bosvegetatie Kristof Scheldeman Afgelopen winter heeft de terreinploeg van vzw Durme een arbeidsintensieve taak uitgevoerd in de bronbosjes in Waasmunster. Daar werd gedurende meerdere dagen manueel bramenopslag met wortel en al uitgetrokken en verwijderd. Braamvegetatie komt steeds meer voor in onze Vlaamse bossen. De oorzaak daarvan is niet - zoals sommige kwatongen beweren - het 'wanbeheer' van eigenaars die hun ‘vuile’ bossen niet meer opkuisen, maar de verrijking van bosbodems met stikstofdepositie uit de lucht, wat in feite bemesting betekent. Door die stikstofverontreiniging - vooral afkomstig van landbouw en verkeer nemen bramenstruwelen in onze bossen toe en concurreren ze typische bosplanten weg. In onze bronbossen worden zeldzame bosplanten zoals verspreid- en paarbladig goudveil, slanke sleutelbloem en bittere veldkers eveneens bedreigd door overwoekerende bramenpartijen. Als je de bramen verwijdert, creëer je opnieuw ruimte voor de zeldzame bronbosvegetatie. Maar dat moet manueel gebeuren, omdat de natte bronbosbodems heel gevoelig zijn voor verstoring door machines en omdat je bramen alleen kunt bestrijden door ze met de wortelstokken te verwijderen. Dat is een heel arbeidsintensieve taak, die zeker niet in al onze bosreservaten uitgevoerd kan worden. Voorlopig wordt zo'n beheer dan ook enkel toegepast in onze meest bedreigde bosbiotopen waartoe de bronbosjes in Waasmunster en Temse behoren.
De bronbosjes vóór het manueel verwijderen van de bramenopslag. © Vzw Durme
De bronbosvegetatie ontwikkelt zich optimaal ná het manueel verwijderen van de bramenopslag. © Vzw Durme
21
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
De kleine wildernis Hoe blaas je een ballon op zonder je mond te gebruiken? Waarschuwing! Enkel voor echte wetenschappers-in-spe! Wat heb je nodig: -
een ballon azijn bakpoeder een eetlepel een trechter een lege fles
discoverexplorelearn.com
Stap 1: schep door de trechter een paar eetlepels bakpoeder in de ballon. Stap 2: giet (door de trechter, tenzij je goed kan mikken) ongeveer 5 cm azijn in een doorzichtige fles. Stap 3: span voorzichtig de ballon over de opening van de fles. Let op dat er nog geen bakpoeder in het azijn valt voor je helemaal klaar bent! Stap 4: zit de ballon goed vast? Laat dan het bakpoeder in de fles vallen. Wat gebeurt er? Tip: probeer ook eens met wat meer bakpoeder of azijn. De oplosing vind je onder dit kader.
Wil je meer proefjes doen of op stap gaan met echte wetenschappers? Schrijf je dan nu in voor ons zomerkinderkamp ‘De Waanzinnige WetenschapsWeek’. Voor nieuwsgierige wijsneuzen en slimme sloebers van het 3de leerjaar tot het 2de middelbaar. Afspraak: maandag tot woensdag 18, 19 en 20 juni van 9 uur tot 12 uur of van 13.30 uur tot 16.30 uur. Opgelet: woensdag 20 juni trekken we er een hele dag op uit, we gaan op excursie naar het Sprekende Bos en ontmoeten er echte wetenschappers! Prijs: 40 euro (leden) of 55 euro (niet-leden). Inschrijven kan, na bevestiging door overschrijving op BE52 0012 2999 0009 met vermelding van ‘naam kind wordt wetenschapper’. Mail naar sarah.geers@vzwdurme.be of bel 09 348 30 20. Meer info: www.vzwdurme.be De ballon zwelt op! De azijn en het bakpoeder reageren met elkaar. Bij deze reactie komt een gas vrij, dat een sissend geluid maakt. Het gas is koolzuurgas. Het koolzuurgas kan niet weg doordat de ballon rond de fles zit. Daardoor wordt de ballon opgeblazen.Waauw!
Proficiat! Annelies De Baere uit Waasmunster is de winnares van onze vorige kruiswoordpuzzel. Zij wist ons te vertellen dat WINTERTENEN het winters fenomeen is dat we zochten. Zij wint het boek: ‘Het Molsbroek. Paradijselijk voor mens en natuur’.
22
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
De bever breidt uit in onze streek Sarah Geers De laatste maanden haalde de bever geregeld de pers. Hij werd gespot op nieuwe plaatsen: niet alleen het Molsbroek en de Hamputten herbergen een familie bevers, ook in Hamme zijn er beversporen te zien. De bever verovert dus steeds meer zijn plekje terug in onze natuurgebieden. De bever is het grootste knaagdier van Europa (van kop tot staart meet hij 95 tot 137 cm) en is met zijn 30 kilo niet te onderschatten. Hij heeft een lichtbruine tot donkerbruine pels, kleine ogen en oren en zwemvliezen tussen alle tenen van de achterpoten. Maar één van de opvallendste kenmerken is natuurlijk de sterk afgeplatte en geschubde staart. Die gebruikt hij als roer tijdens het zwemmen, als zitje of om hard mee op het water te slaan als er gevaar dreigt. Met zijn sterke oranje tanden knaagt hij bomen om, zodat hij aan de heerlijke schors, twijgen en frisse blaadjes kan. De bever heeft geen Dagen Zonder Vlees nodig om 100% vegetariër te zijn! Vanuit het oosten van Vlaanderen is hij nu bezig aan een veroveringstocht richting het westen.
Een bever laat onmiskenbare sporen achter.
© Nico Clays
Zo’n vier jaar geleden werden de eerste bevers in het Molsbroek in Lokeren en de Hamputten in Waasmusnter gespot. Ze kwamen wellicht via de Durme uit het Scheldebekken en zijn hoogstwaarschijnlijk nakomelingen van de beverfamilie in het Vlassenbroek in Dendermonde.
In natuurgebied Den Bunt in Hamme houden zich sinds kort ook enkele bevers schuil. Een visser spotte ze al zwemmend in de Durme, en nu zijn ook hun sporen duidelijk te zien. Een omgeknaagde boom langsheen de Boven-Schelde in Asper (Gavere, ten zuidwesten van ons werkingsgebied) was het teken dat er een bever zat in de Scheldevallei. Het harde bewijs volgde even later, toen met een trailcam een bewegend beeld van de bever kon worden gemaakt. De vallei van de Boven-Schelde biedt met de vele oude meanders en een aantal natte meersen een geschikt leefgebied voor de bever. Toch hoeven we niet meteen een overpopulatie te verwachten. Bevers zijn sterk territoriaal: per leefgebied komt dus maximaal één beverpaar voor. Jonge dieren worden na twee jaar door de ouders uit het territorium verjaagd en moeten op zoek naar nieuw geschikt leefgebied. Ben jij ook benieuwd naar de beversporen? Hou dan onze kalender in de gaten. Deze zomer nodigen we jullie graag uit voor een bever-wandeling. Meer info volgt. 23
‘t uilenbos
goed gegeten, goed geweten Eksaardsedam 42 9180 Moerbeke-Waas Tel: 0491 04 21 95
24
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Boompjes verplanten in de Linie in Eksaarde, het is eens iets anders. Met deze prachtige bende ging het supervlot! © Lieve Hylebos
In de winter niets te zien in de Buylaers? Het tegendeel is waar! © Aagje Hillaert
Samen met Inverde maakten we een Wilglo in de eendenkooi in Berlare. © Vzw Durme
25
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
Vogelnieuws
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
www.durmevallei.be
Joris Everaert Deze rubriek – verzorgd door de Vogelwerkgroep Durmevallei – behandelt de bijzondere vogelwaarnemingen in de Durmevallei en omgeving, en beslaat de winterperiode december 2015 tot februari 2016. Een zeldzame kuifduiker was op 16 januari te bewonderen op de Nieuwdonk in Berlare. Er zijn van deze soort nog maar een handvol waarnemingen ooit in de regio. De eerste geoorde futen van dit jaar zaten op 7 februari al in het Molsbroek in Lokeren. Overwinterende roerdompen werden regelmatig gezien in de Reservaatzone Donkmeer (1 tot 3 ex), Paardeweide-Oost in BerlareWichelen (1 ex), Oude Durme en Lippensbroek in Hamme (1 ex) en in het Molsbroek (1 ex). Een kleine zilverreiger foerageerde op 10 februari in de Sombeekse meersen in Waasmunster en op 28 februari langs de Stekense vaart. De grote zilverreiger kon regelmatig in verschillende gebieden gezien worden, met de grootste aantallen op 18 januari langs het Domeinbos DDS in Berlare (10 ex), op 14 februari in de Paardeweide-Oost (6 ex) en op 16 februari in het Berlarebroek (8 ex). Een witoogeend zat op 1 januari op de Hamputten in Waasmunster, op 21 februari in het Berlarebroek en van 15 tot 29 februari in de Paardeweide-Oost. In januari vertoefden 2 mannetjes van de grote zaagbek langs de Oude Durme in Hamme. Een rode wouw vloog op 23 februari over de Paardeweide-Oost. Een blauwe kiekendief kon jagend opgemerkt worden in de reservaatzone Hekkenhoek in Grembergen, in het Molsbroek, bij Vogelzang in Lokeren, nabij Eksaarde-dorp, en aan de Moortelhoek in SintNiklaas. De havik was te zien in Berlare, Moerzeke en Sinaai. 26
Bruine boszanger in Sint-Niklaas.
© Joris Everaert
Slechtvalken werden op verschillende plaatsen gezien. Het bekende koppel in de SintLaurentiuskerk in Lokeren is ook dit jaar via de webcam te volgen. Op 16 december trok een groepje kraanvogels over de Heidemeersen in Berlare (auditieve waarneming). Een kluut verbleef in januari in de PaardeweideOost. Een groepje van 14 goudplevieren werd op 4 januari overvliegend gezien aan de Moortelhoek in Sint-Niklaas. Een drieteenstrandloper liep op 15 januari op de dijk van de Durme langs het Molsbroek! Door de hoge waterstand stroomde de Durme toen net niet over de dijk. Op 15 februari foerageerde ook een kemphaan in de Paardeweide-Oost. De grootste aantallen van watersnip werden vastgesteld in de Reservaatzone Donkmeer (15 ex), Durmemeersen in Waasmunster (11 ex), Daknamse meersen (10 ex) en de Buylaers in Lokeren (tot 70 ex). Opvliegende bokjes waren in december en januari te zien in de Buylaers meersen (1-3 ex), Durmemeersen in Hamme (1 ex) en Bergenmeersen in Wichelen. In de reservaatzone Nonnengoed van de Durmemeersen in Zele was er bijna dagelijks een slaapplaats van wulp met een maximum van 157 vogels in december en februari.
Telkens één groenpootruiter foerageerde in januari en februari tijdelijk in de PaardeweideOost, langs de Heirnisse in Sinaai en in de Durmemeersen in Zele. Tijdens de jaarlijkse meeuwenslaapplaatstelling op 29 januari aan de Nieuwdonk, werden 14.600 kokmeeuwen, 185 zilvermeeuwen, 2240 stormmeeuwen, 36 kleine mantelmeeuwen, 2 grote mantelmeeuwen en 1 Pontische meeuw geteld. Van midden december tot midden februari konden één tot twee jagende velduilen bewonderd worden in de Bergenmeersen. Ook aan de Oude Durme in Hamme waren van eind december tot eind februari 1 tot 3 overwinterende velduilen aanwezig. De toestroom van ornithologen in deze gebieden was dan ook groot. Minstens één middelste bonte specht kon weer waargenomen worden in het Domeinbos DDS en in de Heirnisse in Sinaai. De kleine bonte specht was eveneens in deze gebieden aanwezig, alsook in de Polsmeersen en Reservaatzone Donkmeer in Berlare, Scheldebroeken in Wichelen, Oude Durme in Hamme, Fondatie in Sinaai en in het Molsbroek. De opvallende zang van de Cetti’s zanger was regelmatig te horen in de Paardeweide-Oost en Durmemeersen in Waasmunster.
Op 20 december werd een bruine boszanger ontdekt in de volkstuintjes langs de Lindenstraat in Sint-Niklaas. De soort heeft zijn broedgebied in Siberië en is uiterst zeldzaam in Vlaanderen (niet jaarlijks als dwaalgast waar te nemen). De vorige veldwaarneming van deze soort in het Waasland was 24 jaar geleden in het havengebied in Beveren. De vogel in Sint-Niklaas trok dan ook heel wat ornithologen aan en verbleef er nog tot 4 januari. De vuurgoudhaan kon nog opgemerkt worden in Berlare, Lokeren, Waasmunster en Sint-Niklaas. Van 20 december tot eind februari verbleven 5 à 6 baardmannetjes in het Polderbroek van de Durmemeersen in Hamme. Op 3 en 5 december werd een buidelmees opgemerkt in de Bergenmeersen en op 13 december was ook een vogel te horen in het Molsbroek. De grootste groep putters in de regio (tot 70 ex) kon op 18 december waargenomen worden aan de Oude Durme in Hamme. Barmsijzen werden enkele keren opgemerkt in het Molsbroek, Berlare Broek, Reservaatzone Donkmeer en in Sint-Niklaas. Op 25 december werd in de volkstuintjes in Sint-Niklaas zelfs een groep van 19 barmsijzen opgemerkt. Op 15 december vloog een kruisbek over de bossen van Waasmunster. Een appelvink kon op 31 december bewonderd worden in het Molsbroek.
Verschillende overwinterende velduilen waren te zien aan de Oude Durme in Hamme en in de Bergenmeersen in Wichelen.
© Joris Everaert
De lijst van alle waarnemers kan je terugvinden via www.durmevallei.be
27
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Activiteitenkalender april - juni GRATIS WANDELING IN HET MOLSBROEK Elke 1e zondag van de maand Een ervaren Molsbroekgids neemt je mee op een boeiende wandeling rondom natuurreservaat het Molsbroek. Elke maand valt er wel iets nieuws te ontdekken Afspraak: om 14.30 uur aan het bezoekerscentrum Molsbroek. Info: gratis. Graag een seintje vooraf indien je met een groep aanwezig zal zijn. Contact: Michaël Crapoen, 09 348 30 20 of conservator André Verstraeten, 09 348 18 59.
ZATERDAG 23 APRIL Dagvlinderwandeling in Hamme i.s.m. NP Hamme en de Dagvlinderwerkgroep Dagvlinders heb je in alle maten en kleuren. Dit jaar gaan we in het gebied Kastel op zoek naar de voorjaarssoorten. Niet alleen vlinders worden onder de loep genomen, alle kleine kriebelende diertjes passeren de revue. Afspraak: om 13.30 uur aan het veer van Baasrode-Kastel (kant Kastel). Meer info: frans.van.havermaet@telenet.be.
ZONDAG 10 APRIL
ZATERDAG 23 APRIL
Weidevogeltocht in de Scheldebroeken in Zele en Berlare
Bezoek aan het nieuwe pompstation met vistrap aan het Molsbroek
Vandaag kan je wandelend kennismaken met de prachtige weidevogels langs de Schelde in Zele en Berlare.
Een deskundige van Waterwegen en Zeekanaal, afdeling Zeeschelde en conservator André Verstraeten zorgen voor een gratis rondleiding. We vertrekken aan het bezoekerscentrum en gaan richting nieuw pompstation met vistrap op de dam door de Durme.
Afspraak: om 10 uur aan het Veerhuis in Berlare, Waterhoek 25, 9290 Berlare. Meer info: mathias_engelbeen@yahoo.com, 0486 58 25 95. ZATERDAG 16 APRIL Zwerfvuilactie in de Fondatie
Afspraak: om 14 uur aan het bezoekerscentrum Molsbroek, Molsbergenstraat 1, 9160 Lokeren. Meer info: andre.verstraeten@scarlet.be of via 09 348 18 59.
Vandaag organiseert vzw Durme afdeling SintNiklaas - Stekene een zwerfvuilactie om de wegbermen van Weimanstraat en Cadzandstraat rond de Fondatie op te ruimen. Hierbij gaan we tot in het hart van het gebied en zo kom je misschien op plaatsen die je nog niet kende.
28
© André Verstraeten
Afspraak: om 9.30 uur aan de beuken op het kruispunt van de Liniedreef en de Weimanstraat. Meer info: tommy.vercauteren1@telenet.be, Laarzen en werkhandschoenen meebrengen indien mogelijk.
ZONDAG 1 MEI
ZATERDAG 21 MEI
Vroege ochtendwandeling
De natuurwereld voor kinderen
Voor het prachtigste vogelconcert moet je vroeg uit de veren. In het vroege ochtendlicht spitsen we onze oren en ontdekken we in de statige dreven van het stiltegebied de Fondatie van Boudelo heel wat vogels waaronder - hopelijk - de nachtegaal. In samenwerking met Davindsfonds Sinaai.
We gaan al lerend op stap door de natuur. Aagje (11 jaar) neemt jullie voor de 2de keer mee op een avontuur in de natuur.
Afspraak: om 5 uur onder de beukendreef aan de kruising Weimanstraat en Liniedreef in Sinaai. Meer info: andre.verstraeten@scarlet.be of via 09 348 18 59. DONDERDAG 5 MEI Inhuldiging herdenkingsbank conservator Paul Vercauteren Op 4 mei 2015 is Paul Vercauteren op 71jarige leeftijd overleden. Hij was zéér actief binnen vzw Durme en zette zich ten volle in voor het natuurbehoud in de streek. Als conservator was hij dag en nacht bezig in ‘De Fondatie van Boudelo’, één van de grootste natuurreservaten van het Waasland. Om hem te herdenken, plaasten we vandaag een herdenkingsbank in ‘zijn’ reservaat.
Afspraak: om 14 uur aan basisschool De Vinderij (Bleekmeersstraat 17, Lokeren). Meer info: voor kinderen van 6 jaar tot ... en ouders. Inschrijvingen via buylaers@telenet.be. ZONDAG 22 MEI Ontbijtwandeling We maken kennis met wat zingt aan het Donkmeer. Nadien volgt een heerlijk ontbijt. Afspraak: om 7 uur aan bezoekerscentrum Donkmeer, Donklaan 119a, 9290 Berlare. Prijs: ontbijt 10 euro. Inschrijven: Franki D’Haese, 0496 57 26 23 of Rudi Van Onderbergen, 0493 67 52 70. ZATERDAG 4 JUNI Sigmafietstocht
Afspraak: om 14.30 uur op hoek van de Weimanstraat en de Liniedreef in Sinaai. Meer info: andre.verstraeten@scarlet.be of via 09 348 18 59.
Afspraak: 14 uur aan bezoekerscentrum Donkmeer, Donklaan 119a, 9290 Berlare. Einde voorzien rond 17 uur. Meebrengen: fiets, eventueel verrekijker. Meer info: Guido Copers, 0496 34 78 27, guido.copers@telenet.be of www.vzwdurme.be.
ZONDAG 15 MEI
ZATERDAG 11 JUNI
Op zoek naar de keizersmantel
Nachtvlinderwandeling i.s.m. NP Hamme en de Nachtvlinderwerkgroep
We gaan in het kader van het project Dagvlinders in Durme en Scheldegebied op zoek naar rupsen van de keizersmantel in het provinciaal domein Puyenbroek.
Als het donker wordt, komen overal nachtvlinders te voorschijn in alle kleuren van de regenboog.
Afspraak: 13.30 uur aan parking 2 (ingang zwembad), Puidonkstraat 1, 9185 Wachtebeke. Meer info: filip.vandevelde@skynet.be.
Afspraak: om 21 uur in Hamme Zogge (zie www.vzwdurme.be voor de plaatsbeschrijving). Meer info: frans.van.havermaet@telenet.be.
29
ZONDAG 26 JUNI Libellenwandeling in de Fondatie
Lantaarntje © Sam De Taey
ZONDAG 12 JUNI Wandeling in natuurreservaat de Linie Vandaag verkennen we de prachtige natuur langs de Linie, de mooiste plekjes van Eksaarde. Het woongebied van ijsvogeltjes, reetjes, én onze boommarter! Afspraak: om 14 uur aan de hoofdkerk van Eksaarde. Meer info: Geert Braem, g.braem@telenet.be of 09 348 47 78. Laarzen of waterdicht schoeisel noodzakelijk. Geen honden toegelaten.
30
De Fondatie van Boudelo bevat heel wat verborgen pareltjes. De pas heraangelegde poelen zijn er daar één van, en zijn een waar libellenparadijs. Samen met libellenkenner Frank Cornelis gaan we op zoek naar deze broze fladderaars en leer je alles over hun manier van leven. Afspraak: om 14 uur aan het pompgemaal op het einde van de Aartdreef, Sinaai. Meer info: info@vzwdurme.be. MAANDAG 11 JULI Gegidste boottocht over Durme en Moervaart tot in Gent Meer info op pagina 19 in dit tijdschrift.
B e h o u d
|
S t u d i e
|
B e h e e r
|
E d u c a t i e
|
A c t u e e l
|
K a l e n d e r
Begeleide Sigmafietstochten aan het Donkmeer en de cluster Kalkense Meersen Ontdek en beleef dit unieke landschap met de fiets
© Yves Adams / Vilda
Als beheerder van diverse natuurgebieden in deze streek biedt vzw Durme de mogelijkheid aan om met de fiets en onder begeleiding van een ervaren gids, kennis te maken met de unieke riviergebonden natuur in deze opmerkelijke Schelderegio. Sigma-wat? Na de rampzalige watersnood van 1953 en 1976 werd beslist om ons beter te beschermen tegen de stormvloeden in het Zeescheldebekken. Het plan dat hiervoor werd uitgewerkt heet het Sigmaplan. Hogere dijken langs de Schelde zijn één deel van het verhaal, maar het zijn vooral de nieuwe gecontroleerde overstromingsgebieden die de rivier opnieuw dynamischer en stukken veiliger zullen maken. Veel van die zogenaamde Sigmagebieden krijgen een natuurlijke invulling en creëren zo kansen voor unieke, riviergebonden natuur. Zoetwaterschorren, wetlands en gecontroleerde overstromingsgebieden zijn enkele vormen van vaak spectaculaire, nieuwe natuurgebieden. Wat kan je ontdekken? In onze regio focussen we op de omgeving van het Donkmeer en de ‘cluster Kalkense Meersen’. Die gebieden strekken zich uit over de gemeenten Berlare, Wichelen, Laarne en Wetteren en omvatten meer dan 2000 ha aan natuurgebied doorspekt met heel wat unieke bezienswaardigheden, uitkijkpunten en gezellige stopplaatsen. Met de fiets kan je deze gebieden pas ten volle ontdekken en onderweg lassen we regelmatig stops in en geeft een deskundige natuurgids van vzw Durme meer uitleg. Meer info over kostprijzen, startlocaties en reservatie kan je terugvinden op www.vzwdurme.be, via 09 348 30 20 (enkel tijdens kantooruren) of via donk@vzwdurme. 31
Vzw Durme
REGIONALE VERENIGING VOOR NATUUR- EN MILIEUBEHEER
Het secretariaat is open: maandag t.e.m. woensdag: van 8 tot 12 uur en van 13 tot 17 uur, donderdag t.e.m. vrijdag: van 8 tot 12 uur en van 13 tot 16 uur.
Bezoekerscentra Bezoekerscentrum Molsbroek Molsbergenstraat 1, 9160 Lokeren
Bezoekerscentrum Donkmeer Donklaan 119a, 9290 Berlare
Gratis toegankelijk
Gratis toegankelijk
- 1 februari tot 31 mei: zon- en feestdag van 14 tot 18 uur, woensdag van 13 tot 17 uur, - 1 juni tot 15 sep: zaterdag en zondag van 14 tot 18 uur, dinsdag tot vrijdag van 13 tot 17 uur, - 16 september tot 31 oktober: zondag van 14 tot 18 uur, woensdag van 13 tot 17 uur, - 1 november tot 31 januari: zondag van 14 tot 17 uur.
- tijdens activiteiten - tijdens lokale festiviteiten - op aanvraag via donk@vzwdurme.be
ZONDAG 10 APRIL WEIDEVOGELTOCHT SCHELDEBROEKEN Vandaag kan je wandelend kennismaken met de prachtige weidevogels langs de Schelde in Zele en Berlare. Afspraak: om 10 uur aan het Veerhuis in Berlare, Waterhoek 25, 9290 Berlare. Meer info: mathias_engelbeen@yahoo.com, 0486 58 25 95. Grutto Š Eddy Copers
Durme- en Scheldeland Driemaandelijks tijdschrift van vzw Durme
P003350
V.U. Vzw Durme Molsbergenstraat 1, 9160 Lokeren 2016 I jaargang 19 I nr 2 Afgiftekantoor Lokeren 1