Wieper Magazine mei 2016 - Editie KB by MEDIJAN Publishing

EDITIE KLEIN-BRABANT

MEI 2016 ADVERTEREN? JAN MOENS: 0479/70 07 59 VOLGENDE VERSCHIJNING: 2 JUNI

EUREK A

4 Gouden tips voor uw tuin G E ZO N D &W E L

De mythe van de slechte cholesterol FOCUS

Papier of plastic: wat is het meest ecologisch? H U I S &T U I N

De tuintrends van 2016 50 Tinten insecten: het seksleven van een insect

WWW.WIEPER.BE | JAARGANG 9 | NUMMER 88

Kruiden uit eigen tuin? Zo simpel is het!

DE ZAKENVROUW IN

VÉRONIQUE DE KOCK

“Soms ben ik wel jaloers op mensen die een normale nine-to-five hebben. Wanneer ik daaraan denk, vervloek ik mezelf wel.”

WELKOM

Be e ss tt e e ll e e zz e e rr ,, B Beste lezer,

Beauty en brains, voor sommigen is het niet evident. Voor Véronique De Kock wel. Want waarom zou een knap persoon ook niet intelligent kunnen zijn? Misschien bekijken we dit soms zo omdat het oneerlijk aanvoelt; ‘Zij heeft én dit én ook nog eens dat. Dat kan toch niet?’ We vergeten hierbij dat we allemaal een ‘dit’ en een ‘dat’ hebben. Alleen zien we deze zelf anders, of gewoon minder erkend omdat wij nu eenmaal niet op tv komen. En dus plakken we er uit zelfbehoud een

verklaring op, of een vooroordeel liever: ‘mooi, maar van een mooie tafel kan je natuurlijk niet eten.’. Waarbij we vergeten dat we met z’n allen ooit zelf een tafel in huis hebben gehaald, en ongetwijfeld niet omdat deze toen in onze ogen uitblonk in lelijkheid. Veel leesplezier! Jan Moens Opmerkingen of suggesties? jan@wieper.be

INHOUD Interview.......................................................................................

Eureka................................................................................................ ++ Gouden tips voor uw tuin

Gezond & Wel................................................................................... ++ De mythe van de slechte cholesterol

Huis&Tuin..........................................................................................

Focus........................................................................................... ++ papier of plastic: wat is het meest ecologisch?

Huis&Tuin.........................................................................................

Huis&Tuin..........................................................................................

Kruiswoordraadsel....................................................................

++ De zakenvrouw in Véronique De Kock

++ De tuintrends van 2016

++ 50 tinten insecten: het seksleven van een insect ++ Kruiden uit eigen tuin? Zo simpel is het!

Verschijning: maandelijks Editie: Klein-Brabant Andere editie: Meise-Londerzeel, Grimbergen & Kapelle o/d Bos Totale oplage: 47 000 ex. Mei 2016 Volgende verschijning: 2 juni 2

4 22 04 24

Aan huis bezorgd bij ieder gezin in de streek door Bpost Hebt u een exemplaartje gemist? Spreek uw postbode aan of meld het ons, dan doen wij het nodige.

Coverfoto: © Daniel Dedave Ontwerp en realistatie:

Om in Wieper Magazine te adverteren, contacteer Jan Moens / ++ 0479/700759 / janmoens@medijan.be. Dasmusweg 5a / 1980 Zemst ++ Fax: 015/61 63 72 ++ info@wiepermagazine.be

++ www.wiepermagazine.be Een uitgave van Wieper BVBA Verantwoordelijke uitgever: Jan Moens Wieper is niet verantwoordelijk voor de advertenties van haar adverteerders. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

VÉRONIQUE DE KOCK

Dat ze knap is, weet heel Vlaanderen wel. Maar dat Véronique De Kock, voormalig Miss België, presentatrice, model, gezicht van zender FOX én zaakvoerder ook een neus voor zaken heeft, dat is minder geweten. Triest, want de stijlvolle eigenares van kledingzaak 1995 – hét jaar waarin alles veranderde voor Véronique – heeft munt geslagen uit haar kennis van mode. Iets wat maar weinig ex-Missen gegeven is. En omdat er nog te vaak wordt neergekeken op knappe vrouwen in de zakenwereld, spraken wij de mondige presentatrice over hoe zij de vooroordelen rond haar persoon de wereld uitstuurt en hoe je je staande houdt in een wereld die steeds harder wordt. WIEPER: JE HEBT SINDS VORIG JAAR EEN BLOEIENDE KLEDINGSZAAK EN BENT DUS ZELF ZAKENVROUW. ZIJN WE IN BELGIE GOED BEZIG WAT VROUWEN EN HUN CARRIÈRES BETREFT? VÉRONIQUE DE KOCK: “Puur op carrièrevlak doen wij vrouwen het wel goed, vind ik. Maar als je naar de combinatie werk en gezin kijkt, vind ik zeker niet dat we het gemakkelijk hebben. Soms ben ik wel jaloers op mensen die een normale nineto-five hebben. Ze kunnen naar huis gaan zonder te veel stress en op tijd zijn om hun kinderen nog even te zien voor ze naar bed

gaan. Wanneer ik daaraan denk, vervloek ik mezelf wel: ‘Wáárom heb ik de moeilijke weg gekozen?!’ Maar dat is nu eenmaal zo als je zelfstandig wil zijn. Mijn man en heel wat vrienden zijn ook die zakelijke weg ingeslagen. Als je voor jezelf werkt, ben je voor alles verantwoordelijk. En dan moet je kei hard werken om er te komen, zo simpel is het. Thuis heb ik nooit anders gezien. Mijn grootouders hebben altijd schoenwinkels gehad, en ook mijn ouders hebben me altijd gemotiveerd om zelfstandig te zijn. Ik denk dat het me met de paplepel is ingegeven. Daardoor weet ik ook dat het niet gedaan is wanneer je thuiskomt.

“Het kan inderdaad mislopen, maar het alternatief is je hele leven met spijt lopen.”

“Als ik een week minder volk over de vloer krijg, denk ik meteen: ‘Dat was het, ik ga failliet.’” Het begint dan vaak pas, want dan moet je je agenda’s samenleggen om te regelen wie de kinderen ophaalt, wie ze naar de sportschool brengt en wie er wanneer gaat koken. Dat is soms echt een gepuzzel. Maar dat hoort erbij en ik zal zeker niet de enige moeder zijn die daar af en toe mee worstelt. Nu moet ik echt vaak afspreken met mijn man wanneer we beide thuis zijn op hetzelfde moment. ‘Wanneer zie ik u nog eens?’, en ‘Ha, vreemdeling!’, zijn geen zeldzame uitspraken.” WIEPER: ZIJN DE TIJDEN VERANDERD VOOR MOOIE VROUWEN IN DE MEDIA? DE KOCK: “Goh, nu moet ik wat opletten wat ik zeg, want ik wil niemand kwetsen of tegen de schenen schoppen. Ik denk dat de nadruk nu niet meer louter op het presenteertalent ligt, maar vooral op hoe grappig of attent iemand is. Het is alsof het tegenwoordig allemaal stand-up komieken of acteurs zijn. Ik denk niet dat er nog veel presentatoren an sich te vinden zijn. Maar dat is nu eenmaal de stijl van televisie kijken geworden. Ik vind het bestaan van presentatoren wel nog belangrijk, en niet enkel omdat ik het zelf doe (lacht). Mijn contract bij VIJF eindigde drie jaar geleden toen ik moest bevallen, maar ik voelde me nog veel te jong om al met pensioen te gaan. Op dat moment ben ik beginnen plannen voor de opstart van mijn winkel en toen die net open ging,

pagina 8

Véronique

De Kock

bood FOX me aan om het gezicht van de zender te worden. Zo een aanbod sla je niet meteen af, maar ik was wel net met mijn winkel gestart. Gelukkig kon ik met de zender een goede regeling treffen, zodat het toch haalbaar blijft in combinatie met mijn ander werk. Presentatiewerk beperkt zich niet enkel tot het voorstellen van tv-programma’s, ik doe ook bedrijf- en

“Mensen kunnen heel denigrerend doen, omdat ik miss ben geweest. Maar vooroordelen kan je niet echt veranderen.”

productpresentaties. Ik vind het bijzonder interessant om zo in contact te komen met verschillende bedrijven en producten. Mijn sterkte is dat ik viertalig ben en dat ik dus ook grote landelijke shows kan doen. Meerdere talen spreken, zie ik echt als een rijkdom en dat wil ik mijn kinderen ook meegeven. Mijn man is Franstalig en ik ben zelf tot mijn acht jaar in die taal op-

gevoed. Tegenwoordig spreken maar weinig kinderen die landstaal, daarom voed ik mijn kinderen ook tweetalig op.” WIEPER: WAAROM HEB JE ERVOOR GEKOZEN OM ZELF ACHTER DE TOONBANK VAN JE WINKEL TE STAAN? DE KOCK: “Het is voor mij belangrijk om feeling te hebben met mijn klanten. Als ik niet weet wat er leeft in mijn doelgroep, of waar de mensen behoefte aan hebben, kan ik geen toepasselijke collectie aankopen. Mijn naamsbekendheid heeft gelukkig wel al geholpen bij het succes van mijn zaak, daar ben ik eerlijk in. De winkel bevindt zich in een klein gehuchtje buiten Antwerpen, mijn naam zorgt er dan wel voor dat ik ook klanten krijg uit andere provincies. Mocht ik hier zelf niet staan, denk ik niet dat er iemand van heinde en verre zou komen om in Schilde een paar schoenen te kopen. Al dacht heel wat volk in het begin dat mijn prijzen te hoog zouden zijn, waardoor ze de winkel meden. Maar zodra mijn betaalbare prijzen bekend raakten bij het grote publiek, zit het nu wel goed qua cliënteel. Het is de bedoeling dat je hier altijd wel iets vindt. Bij het aankopen van een collectie denk ik steevast aan drie woorden: vrouwelijk, sexy en chic. En de gemeenschappelijke noemer is natuurlijk mijn eigen smaak. (lacht)”

“In 1995 was ik tenslotte nog maar achttien jaar. Sindsdien wordt elke actie onder een vergrootglas geplaatst.” WIEPER: HEB JE OOIT SCHRIK GEHAD DAT DEZE NIEUWE CARRIERE MOVE NIET ZOU SLAGEN? DE KOCK: “Ja hoor, dagelijks! (lacht) Ik heb elke dag het gevoel dat het wel eens serieus fout zou kunnen gaan. Als ik een week minder volk over de vloer krijg, denk ik meteen: ‘Dat was het, ik ga failliet.’ Mijn financiën zijn heel belangrijk voor me. De winkel was een serieuze investering, waardoor ik mezelf voortdurend in vraag stel: ‘Maak ik de goede keuzes, heb ik de goede collecties gekozen, is het de goede kleur?’ Naar mijn gevoel ben ik dan ook een volle8

pagina 10

Véronique

De Kock

nog wel een toffe’ vinden. Dan weet je toch genoeg? Vroeger wou ik van de daken schreeuwen dat ik doodnormaal ben en niet ben beginnen zweven door een leven in de kijker. Maar op de duur leg je je erbij neer. Dat ze geloven wat ze willen, ze kennen me toch niet. Nu loop ik daar absoluut niet meer mee, maar in het begin liep ik daar wel heel erg verveeld mee. Ik was tenslotte ook nog maar achttien jaar. Sindsdien wordt elke actie onder een vergrootglas geplaatst.” WIEPER: ZO OOK DIE KEER DAT JE ZONDER GORDEL GEFOTOGRAFEERD WERD IN JE CADEAU GEGEVEN PORSCHE? DE KOCK: “(Lacht) Ridicuul toch? Dat heeft zelfs de krant gehaald, kan je je dat voorstellen? Niemand die me opgebeld heeft, om te vragen of dat werkelijk zo was. Dat wordt niet gecontroleerd. Arm Vlaanderen, dat vind ik echt heel erg. Ik doe de moeite niet meer om mezelf daarin te verdedigen. Ik heb één keer een foto gepost op Instagram met mijn gordel om met als bijschrift: ‘Goed, hé? Ik heb mijn gordel aan!’ Zoiets moet je gewoon benaderen met humor. Zo ook het idee dat ik die wagen cadeau zou gekregen hebben, omdat ik schreef dat het een laat kerstcadeau was. Het leek me overbodig om te schrijven dat het van mezelf voor mezelf was, maar blijkbaar is die info noodzakelijk. Elke scheet die ik laat wordt gevolgd, absoluut belachelijk. (lacht)”

dige nieuwe richting uitgegaan. Het gaat hier ook wel om mode, maar het is toch heel wat anders om een zaak te leiden dan te presenteren of modellenwerk te doen. Maar als ik één tip heb voor beginnende ondernemers, dan is het toch om het gewoon te doen. Het kan inderdaad mislopen, maar het alternatief is je hele leven met spijt lopen.” WIEPER: ZIJN ER MISVATTINGEN WAARMEE JE TE MAKEN KRIJGT NET OMDAT JE BEKEND BRENT? DE KOCK: “Natúúrlijk! Zeker als je miss bent geweest, want dan staan mensen behoorlijk versteld van het feit dat ik meer ben dan een mooi gezichtje. Waarom zou 10

“‘Wanneer zie ik u nog eens?’, en ‘Ha, vreemdeling!’, zijn geen zeldzame uitspraken bij ons.” het één het andere uitsluiten? Mensen kunnen heel denigrerend doen, omdat ik miss ben geweest. Vooroordelen kan je niet echt veranderen. Er zijn mensen die al twintig jaar een bepaald gedacht hebben van mij, maar zolang ze me niet echt kennen, zal dat niet veranderen. Het idee dat ik vlot vier talen spreek, doet ook heel wat wenkbrauwen de lucht inschieten. Leuk is anders. Als mensen me leren kennen, krijg ik vaak te horen dat ze me ‘eigenlijk

WIEPER: WAT IS VOOR JOU DE GROOTSTE UITDAGING SINDS JE MOEDER BENT GEWORDEN? DE KOCK: “Dat ik mijn kinderen op een deftige, klassevolle manier kan grootbrengen tot waanzinnig grave kerels. Het wordt moeilijker naarmate ze groter worden, maar ik doe mijn best. Als moeder doe je tenslotte alles om je kinderen een goede toekomst te kunnen bieden. Maar we moeten tegelijkertijd realistisch zijn in onze huidige maatschappij. We kunnen nu ook al niet meer zeggen dat terroristische aanslagen bij ons niet gebeuren. Ik vermijd dat mijn kinderen aanwezig zijn op grote evenementen. Je kan ze niet voor alles behoeden, maar ik vind ook niet dat je de kat bij de melk moet zetten. Het is nog niet gedaan, vrees ik. Je kan je leven niet pagina 12

Véronique

De Kock

on hold zetten, maar ik kies er wel voor om een massapubliek te mijden in de aanwezigheid van mijn kinderen. Het kan voorbarig lijken, maar ik wil het niet uitlokken. Ik denk dat ik daarin wel veranderd ben met de jaren. Het sprookje met de prins en het witte paard, de wereld is mooi en de mensen zijn allemaal lief, dat is Disney, niet de echte wereld.” WIEPER: VOOR KINDEREN LIJKT EEN MISSVERKIEZING SOMS OOK OP EEN SPROOKJE. BINNENKORT ZOU OOK EEN MINI-MISS BELGIË VERKIEZING GEHOUDEN WORDEN. IS HET EEN WERELD WAAR KINDEREN THUISHOREN VOLGENS JOU? DE KOCK: “Oei, moet ik daar echt iets op zeggen? (Zucht) Ik ben blij dat ik jongens heb! (Lacht) Dat zegt genoeg zeker? Ik zou mijn zonen nooit laten meedoen aan een wedstrijd waarop ze beoordeeld worden op hun uiterlijk. Sébastien – mijn oudste zoon – is nu elf en heeft al defilés van SCAPA ge-

lopen. Hij wordt wel nog gevraagd, maar ik rem dat bewust af. Hij werd ook al gecontacteerd door modellenbureaus, maar daar is hij naar mijn gevoel nog veel te jong voor. Al zou hij dat zelf wel heel graag willen, want hij vraagt er me genoeg naar. Als hij het later wil doen, tot daar aan toe, maar hij heeft nog tijd. Indien hij ervoor kiest, doet hij dat onder mama’s vleugel. Ik ken die wereld van binnen en van buiten, ik heb heel Europa doorgereisd voor shows. Als hij in een sector wil stappen die ik ken, wil ik het wel onder mijn goedkeurend oog. Ik ga het zeker en vast niet pushen, integendeel. Hij hoort nu met andere dingen bezig te zijn. Laat hem maar ravotten en met zijn vrienden spelen. Het is een knap manneke, maar hij hoeft daar zijn beroep niet van te maken. Pas op, ik geef daarom geen commentaar op ouders die daar wel voor kiezen. Aan hen de keuze, maar niet met mijn kind.” WIEPER: BEDANKT VOOR HET GESPREK! www.1995byvero.be

Eureka PRAKTISCHE TIPS VOOR PRAKTISCHE VRAGEN

Het huishouden runnen is niet altijd even gemakkelijk. Van de ene dag op de andere hoor je plots dé expert te zijn op vlak van onderhoud, knopen doorhakken (én aanzetten), veiligheid, energiebesparing, gezondheid, koken, kuisen, tuinieren… Maar geen nood, want WIEPER helpt je maandelijks met praktische oplossingen voor al je huiselijke vragen. Deze maand helpen we jou met al je tuinproblemen.

4 GOUDEN TIPS VOOR UW TUIN ① WAT DOE JE TEGEN MIEREN IN JE GAZON? Mieren hebben een grote afkeer van sommige geuren en aroma’s. Zet volgende planten op plaatsen in je tuin die je absoluut miervrij wenst te houden of strooi hun bladeren bij het mierennest om ze te verdrijven: Afrikaantjes, Goudsbloem, Boerenwormkruid, Rozemarijn, Kruizemunt en tomaten. Je kan ook zelf een aftreksel maken van uien- of knoflooksap en dat over het nest gieten. Of strooi knoflookpoeder, gebroken eierschalen, kruidnagel of rode peper bij het nest. Het brengt de mieren in verwarring, waardoor ze hun weg van het nest naar het voedsel niet meer terugvinden en verdwalen. De mieren uit het nest krijgen geen voedsel meer en uiteindelijk sterft het nest uit. Ook kan je een bloempot met grond vullen en die omgekeerd bovenop een nest zetten. Binnen de veertien dagen hebben de mieren daar hun nest in gemaakt en hun eitjes gelegd. Neem de pot vervolgens weg en gooi die in het kippenhok. De kippen zullen je dankbaar zijn.

② HOE VERWIJDER JE ONKRUID TUSSEN TERRASTEGELS? Onkruid verwijderen is wellicht een van de meest vervelende klussen in de tuin. Gelukkig bestaan er een aantal handige trucs om het zonder moeite weg te krijgen. • Gebruik strooi- of keukenzout: 20 gram zout per vierkante meter is voldoende. Je kan eventueel het zout oplossen in heet water. De verschroeiende temperatuur doodt het onkruid en het zout zorgt ervoor dat het zich niet snel zal recupereren. Opgelet! Nooit op kalksteen en tussen planten strooien die wél moeten blijven bestaan. • Een onkruidborstel: een goede onkruidborstel heeft zowel een borstelkant met borstelharen uit staal, als een schraperkant waarmee je grotere stukken onkruid al rechtstaand gemakkelijk uit kunt steken. Beschikbaar in de meeste tuincentra. • Schoonmaakazijn: tegen onkruid én groenaanslag. Wacht op een droge dag en los de schoonmaakazijn op in water zoals aangegeven op de fles. Sproei vervolgens uit met behulp van een onkruidsproeier of gieter met sproeikop. Ook handig om groenaanslag van tuinmeubelen te verwijderen! Let ook hier op dat je het niet op planten of kalksteen gebruikt. • Burn it. Een brander die in de bouw tevens gebruikt wordt om roofing mee te branden, kan perfect ingezet worden voor het platbranden van onkruid.

③ HOE ZORG IK VOOR EEN GOEDE COMPOSTERING IN DE TUIN? Kies bij voorkeur voor een schaduwrijke plaats, zodat de composthoop niet uitdroogt. Of schaf een gesloten composteringssysteem aan dat wel in de volle zon mag staan. Een goede compostering kan enkel plaatsvinden als het mengsel voldoende luchtig gemengd wordt (gazonmaaisel, takkensnoeisel, keukenafval, …). Als je het grasmaaisel er bijvoorbeeld in te dikke lagen op gooit, wordt het moeilijker om te composteren en is de kans groot dat het begint te broeien en stinken. Als je de lagen niet te dik maakt en voldoende mengt met ander afval, zal je de composthoop niet eens ruiken. De ideale verhouding is 1/3 gras en 2/3 structuurmateriaal (snoeiafval, takken en bladeren). Het voordeel van zelfgemaakte compost is niet alleen de kostprijs. Doordat het organismen uit de tuin bevat, wordt het ook veel beter opgenomen dan compost uit de winkel.

④ HOE ZORG JE ERVOOR DAT JE MINDER TIJD BESTEEDT AAN HET WATEREN VAN JE PLANTEN? Geloof het of niet, maar met behulp van één pamper, wat potgrond en een bloempot kan je een super absorberende bodem maken voor jouw bloemen/planten/tuinkruiden. In elke pamper zit een zestal gram super absorberende polymeer, dat niet giftig of schadelijk is voor het milieu en dus ook voor andere doeleinden gebruikt kan worden, zoals planten. • Stap 1: Neem een pamper en snijd die open. Haal het polymeer uit het absorberende gedeelte van de pamper. • Stap 2: Doe het polymeer in een kom en giet er een viertal bekers water op uit. Net voldoende om ervoor te zorgen dat alles mooi geabsorbeerd wordt. • Stap 3: Neem een gelijke hoeveelheid aan potgrond als het opgezwollen polymeer en vermeng het goed met elkaar. • Stap 4: Doe wat van de zonet gemengde potgrond in een bloempot/bak en plaats de gewenste plant erin. Klaar! De grond zorgt er niet alleen voor dat de plant dubbel zo lang zonder toegevoegd water kan, maar het zal eveneens het teveel aan water opslaan zodat de plant niet gaat rotten. 16

Gezond & Wel De mythe van de slechte cholesterol Cholesterol, het is een term die een wrange, vettige nasmaak heeft. Het is een slecht beestje dat ingetoomd moet worden, om als gezond mens door het leven te gaan. Maar zeggen dat een te hoge cholesterolwaarde ongezond is, zo simpel is het niet. Zo is er al geruime tijd bewezen dat een verhoogde cholesterolwaarde de kans op een hartaanval níet verhoogd. U hoort het inderdaad goed: níet. Betekent dit dan dat de tijd voor boter met een boterham is aangebroken, in plaats van omgekeerd? Onvolledig verhaal Cholesterol halen we uit onze voeding, al wordt het meeste ervan in onze lever aangemaakt. En hoewel het er qua structuur anders uitziet, wordt het toch een vet genoemd, omdat het ook slecht oplosbaar is in water. Cholesterol is dan ook een van de redenen waarom vetten zo lang als ongezond werden beschouwd. Er bestaan immers ziektes waardoor mensen een torenhoog cholesterolpeil hebben en ook heel erg ongezond zijn. Maar dit zijn erg zeldzame genetische ziektes en dat zijn eerder de uitzonderingen die de regel bevestigen. De feiten spreken

“Een studie in het gerenommeerde tijdschrift The Lancet wees uit dat mensen met een hoge cholesterol vaak langer zouden leven dan mensen met een lage cholesterol!” boekdelen: maar liefst 75 procent van de mensen die op spoed belanden met een hartaanval hebben zelfs een normale cholesterol. Professor George Mann, onderzoeker die meewerkte aan de bekende Framingham Heart Study: “De hypothese dat een hoge inname van vet of cholesterol hartaanvallen veroorzaakt, werd herhaaldelijk aangetoond verkeerd te zijn. En toch wordt die nog steeds uitgebuit door wetenschappers, investeerders, voedingsbedrijven en zelfs overheidsinstellingen. Uit onwetendheid of verkeerd en onvolledig geïnterpreteerd onderzoek, maar ook uit conservatisme of winstbejag. Het grote publiek wordt misleid door een van de grootste gezondheidszwendels van de eeuw.” We smeren ondertussen massaal margarines op ons sneetje brood die ons cholesterolniveau verlagen, maar door de angst die ons aangepraat wordt, zouden we bijna vergeten dat cholesterol een belangrijke stof in het li18

chaam is. Cholesterol is een elementair onderdeel van de celwanden. Hoe meer cholesterol die bevatten, hoe vloeibaarder en ‘soepeler’ ze zijn. Dat zorgt ervoor dat onze cellen beter met elkaar kunnen communiceren, en dat is goed, vooral voor onze hersencellen die niets liever doen en zo ons bewustzijn genereren. Zo maken onze hersenen slechts twee procent van het lichaamsgewicht uit maar bevatten ze toch 25 procent van alle cholesterol in ons lichaam. “Goede” en “slechte” cholesterol Onze grijze massa heeft dus cholesterol nodig om goed te kunnen werken. Dat verklaart waarom mensen met een ‘gezond’ lager cholesterolpeil in het bloed – minder dan 200 mg/dl of 5.17 mmol/l – vergeetachtiger zijn en minder goed presteren op cognitieve tests dan personen met een matig verhoogde cholesterol. Meer zelfs: een studie in het bekende geneeskundige tijdschrift The Lancet wees uit dat mensen met een hoge cholesterol vaak langer zouden leven dan mensen met een lage cholesterol! Uit het onderzoek bleek ook dat personen met een hoge cholesterol ook minder kans hadden op kanker en infecties, wat verklaard kan worden door een betere werking van het immuunsysteem net dóor deze cholesterol. Voor vrouwen met een hoger cholesterolpeil verminderde het ook hun kans op de ziekte van Parkinson en dat verband was zelfs dosisafhankelijk: hoe meer cholesterol in het bloed, hoe minder kans op Parkinson. En patiënten die getroffen worden door een zenuwziekte zoals amyotrofe laterale sclerose (ALS) leven gemiddeld langer als ze hogere cholesterolwaarden hebben. Te veel cholesterol is lang niet altijd ongezond. Omdat dit de voedingsindustrie ook begon te dagen, werd er daarom algauw een verfijndere hypothese opgesteld, een die we ondertussen allemaal kennen van op tv: er zouden twee soorten cholesterol bestaan: ‘slechte’ (LDL-cholesterol) en ‘goede’ (HDL-cholesterol) cholesterol. Hoe meer LDL, hoe meer je bloedvaten dichtslibben, en hoe meer HDL hoe gezonder de bloedvaten. Toch is ook deze

benadering te eenvoudig. Het komt maar al te vaak voor dat mensen met normale HDL- en LDL- cholesterolwaarden toch een hoger risico lopen op een hartaanval en vroegtijdig komen te overlijden. Andere studies tonen bijvoorbeeld aan dat mensen met weinig LDL – cholesterol, de ‘slechte cholesterol’, in hun bloed, toch verschillende malen meer kans op de ziekte van Parkinson hebben. De goede HDL-cholesterol verhogen met medicatie helpt ook niet om de kans op een hartaanval te verminderen. Versuikerd, geoxideerd en klein Er moet verder gekeken worden dan de hoeveelheid en soort cholesterol. Cholesterol is niet per se gevaarlijk op zìch. Hij wordt pas echt gevaarlijk als hij versuikerd, geoxideerd en klein is. Als de LDL-cholesteroldeeltjes in het bloed versuikerd zijn (omdat we al jaren veel gesuikerde frisdrank of witte rijst consumeren bijvoorbeeld), of te veel geoxideerd zijn (omdat we te weinig groenten en fruit eten), dan worden de cholesteroldeeltjes veel plakkeriger. Ze kleven dan makkelijker aan de bloedvatwand en veroorzaken daar ontstekingsreacties, zodat het bloedvat dichtslibt. Wat cholesterol ook gevaarlijk maakt, is de grootte. Kleinere cholesteroldeeltjes zijn bijzonder gevaarlijk, omdat ze met hun kleine omvang veel gemakkelijker in de bloedvatwand kunnen kruipen en zich daar kunnen opstapelen. Een voedingspatroon met veel koolhydraten maakt ook de cholesteroldeeltjes kleiner, waardoor ze gevaarlijk worden. Kortom, je enkel focussen op de hoeveelheid cholesterol doet afbreuk aan de complexiteit van het menselijk lichaam, en bijgevolg aan onze gezondheid. Je kan er wel veel margarine mee verkopen. Dat alles wil niet zeggen dat de meer verfijnde LDL- en HDL- cholesterolbepalingen nutteloos zijn: ze kunnen iets zeggen over je risicoprofiel, maar dan wel rekening houdende met het hele plaatje. Elke patiënt heeft zijn eigen unieke risicoprofiel, dus bij twijfel over je medicatie of voeding kan je dit het best bespreken met je behandelend arts. Dr. K.V.

Huis & tuin De tuintrends van 2016 Hoe dé tuin van de toekomst eruit ziet, kunnen we nog niet voorspellen. Wat we wel weten, is dat een tuin niet blindelings trends hoeft te volgen. Het blijft hoe dan ook een plek van rust, sociaal contact en herademing. Maar dat wil uiteraard niet zeggen dat onze smaak niet vatbaar is voor de trendkleuren, accessoires en vormgeving van komende zomer. Integendeel, hoog tijd om de tuin van deze zomer te ontdekken. 1. Het buitenleven centraal We reizen de hele wereld af op zoek naar de mooiste plekken op aarde en doen daarbij veel inspiratie op. Dat is duidelijk terug te zien in de tuinbeleving. Tijdens onze reizen valt het op dat het buitenleven vaak een centrale plek heeft in het leven van de inwoners. Denk daarbij bijvoorbeeld aan Australië, waar het leven zich voornamelijk buitenshuis afspeelt. We nemen die beleving steeds mee in de koffers terug en pakken die in België uit. Op die manier krijgt onze Vlaamse tuin steeds meer invloeden van het buitenland. Zo stijgt ook alsmaar de vraag naar bijvoorbeeld een buitenkeuken of zwembad. Beide elementen zorgen ervoor dat de tuin op een andere manier wordt beleefd en er meer tijd in de eigen tuin wordt doorgebracht. Kortom: het buitenleven krijgt een centrale plek binnen het Belgische gezinsleven. Veel beplanting, gebruik van natuurlijke en verweerde materialen en minder bestrating is een belangrijke trend die zich in de tuin van 2016 nog verder zal ontwikkelen. In ons hectisch bestaan willen we – als het enigszins kan – ontsnappen aan die drukte en ons in een (buitenlandse) natuurlijke oase wanen. Een tuin mag weer lijken op natuur en hoeft dus niet strak vormgegeven te zijn. Zo ziet het er tenslotte ook niet uit in het landschap van pakweg Bali. Ook zullen we doorgaan met verticaal tuinieren. Begroeiing en beplanting tegen de muur om het natuurlijke gevoel nog verder op te wekken. En om toch wat luchtigheid in de tuin te krijgen, wordt vaak gebruik gemaakt van een opvallend element of eyecatcher naar smaak. 2. Binnen en buiten worden verbonden De tuin en het interieur worden vaak onterecht als losse onderdelen gezien. De volgorde is vaak eerst de bouw of aankoop van een huis, de inrichting en de tuin…die wacht wel tot een later moment. De grens met binnen en buiten mag stilaan vervagen. Je zal steeds vaker zien dat de tuin of het balkon en het interieur meer 20

“We zullen steeds vaker zien dat de tuin of het balkon en het interieur meer met elkaar in verbinding zullen gaan staan.” met elkaar in verbinding zullen gaan staan. En die trend zal zich komende maanden verder door zetten. De stijl en sfeer die je binnenshuis hebt gecreëerd zet je door in de tuin of andersom. Kleuren sluiten op elkaar aan en meubels vormen een harmonieuze eenheid. Anderzijds kan je de natuurbeleving naar binnen verhuizen om de boel wat op te fleuren. Neem je ideeën op in één huis- en tuinplan, zodat je een groot passend geheel bekomt. Het beplantingsplan bevat planten en bomen die je ook terug ziet in de omgeving, soms ook gecombineerd met de inspratie die is opgedaan in het buitenland. De implementatie van huis en tuin gebeurt door de vloer en de zichtlijnen met elkaar te verbinden. We zien een groei in

het gebruik van keramische tegels, die zowel binnen als buiten erg stijlvol zijn. Die tegel is onderhoudsarm en krasvast en daarom zeer geschikt. De sfeer van het huis kan op die manier naadloos naar buiten doorgetrokken worden. Zo ook met de afwerking van de nieuwste tuinmeubelen. Het gemiddelde gezin heeft ongetwijfeld een eenvoudige tuinset, maar daarin zien we een flinke verandering waarbij high tech meubels voor buiten worden ontworpen. Die meubelstukken hebben zo’n subtiele en gedetailleerde afwerking, dat je ze eigenlijk binnen verwacht. Toch worden ze uiteraard zo ontworpen dat je een tuin stijlvol kan aankleden, zonder hierbij na te hoeven denken over verkleuring of weerbestendigheid. Die trend zien we ook terug in de tuinverlichting. De verlichting wordt vanuit de luie stoel met een tablet of smartphone aangestuurd. Door domotica is dat steeds eenvoudiger geworden. Ook het design van de verlichting verandert: waar we voorheen kozen voor robuuste – en vaak lelijke – armaturen, kiezen we nu voor subtiele verlichting. De kwaliteit van die tuinverlichting is vergelijkbaar, al is het ontwerp natuurlijk veel mooier, waardoor de tuin een stijlvolle uitstraling krijgt. 3. Binnenshuis tuinieren Eerlijke groenten en kruiden die niet bespoten zijn en op een natuurlijke manier zijn gegroeid. Daar hebben steeds meer mensen behoefte aan. En het zelf kweken is natuurlijk zowel leuk als leerzaam voor je kinderen en jezelf. Dus de trend van eigen moestuin of kruidentuin, zelfs op het balkon of dakterras, zet zich ook later dit jaar door. Steeds meer creatieve en leuke oplossingen voor verticaal tuinieren, bieden ook prima mogelijkheden voor het balkon, dakterras en kleine tuin. Sterker nog: je ziet de kruidentuin zelfs een plek veroveren binnenshuis, tot in de woonkamer toe! Meer informatie: In- & outdoor tegelspecialist Artstone Puurs / Van Mele Tuinmeubelen Hamme / Meubelen Spiessens Bornem.

Focus Papier of plastic: wat is het meest ecologisch? Telkens je boodschappen doet, stelt de kassierster de gewetensvraag of je een plastieken of papieren tas wenst. Wat is eigenlijk de meest milieubewuste keuze? Denk je meteen aan de kartonnen versie, dan moeten we jou toch ongelijk geven. Want nu blijkt die keuze toch niet zo voor de hand liggend te zijn. Laten we de impact van beiden op het milieu eens onder de loep nemen. Wanneer ons de vraag gesteld wordt welk soort zak we willen in de winkel, kiest het merendeel resoluut voor papier. Waarom eigenlijk? Om te beginnen is het bruin, en dat lijkt ons beter voor het milieu. Want papier komt van hout, een eerlijke, organische en duurzame bron. Plastic wordt daarentegen gemaakt van olie of gas. Het is een niet-duurzaam materiaal dat wordt verkregen via een chemisch proces. Maar als we het productieproces van beide materialen bekijken, lijkt de productie van papieren zakken veel minder milieuvriendelijk dan die van zijn plastic tegenhanger. Beide productieprocessen gebruiken veel water. Voor de productie van duizend plastic zakken is dat 220 liter, terwijl voor hetzelfde aantal papieren zakken maar liefst 3.800 liter water nodig is. Ook wat het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen betreft tijdens de productie, komt de plastic zak het beste uit de vergelijking. Om alle plastic zakken die binnen de Europese Unie in omloop zijn in één jaar te vervangen door papier, moeten er 2,2 miljoen bomen extra gekapt worden. Omgerekend betekent dat maar liefst 110 vierkante kilometer bos. Stel dat we duurzaam hout gebruiken – uit een bos waar elk jaar vijf procent van de volgroeide bomen wordt gekapt en nieuwe worden geplant – dan zou er jaarlijks een gebied nodig zijn met de grootte van het Groothertogdom Luxemburg. En daarbovenop nog eens 156 miljard liter water, oftewel 60.000 olympische zwembaden. De internationale retailketen Carrefour Group heeft

onderzoek gedaan naar de milieubelasting van plastic zakken en papieren zakken. Hun conclusie was dat plastic zakken over het algemeen milieuvriendelijker zijn dan papieren zakken en dat de voordelen alleen maar groter worden naarmate ze langer in gebruik zijn. Ons innerlijk stemmetje Een plastieken tas heeft een slechte connotatie gekregen. Wereldwijd worden jaarlijks tussen vijfhonderd miljard en een biljoen plastic zakken gebruikt. Daarvan eindigen er miljoenen in de afvalstroom buiten de vuilstortplaatsen, de schattingen lopen uiteen van minder dan één tot drie procent van alle zakken. Dat soort milieuschade moet kost wat kost voorkomen worden. Wanneer mensen een ingewikkelde keuze moeten maken, hebben ze liefst een simpele oplossing. Maar zo

“Als je papier in de vuilnisbak gooit en het daardoor op een gewone stortplaats terecht komt, dan is er zelfs sprake van een dubbele negatieve factor.” gemakkelijk als ‘gewoon voor eco-materialen’ kiezen, is het niet. Alles komt tenslotte uit de natuur, als we materiaal produceren, moeten we dat aan het milieu onttrekken. En zoals eerder besproken gaat dat uiteraard gepaard met de nodige impact. Bij beslissingen omtrent het milieu vertrouwen we op een soort intuïtief kader, onze milieufolklore zeg maar. Het is dat stemmetje in je hoofd dat je vertelt wanneer je iets goed doet. En dus wanneer je gaat voor de papieren tas of die energiezuinige auto. Milieufolklore is heel belangrijk, want we willen het allemaal goed doen. Maar hoe weten we of onze acties als individu, professional of samenleving werkelijk bijdragen aan het terugdringen van de schadelijke effecten op het milieu? Om te beginnen wordt een bepaalde term in de marketing en in gesprekken over duurzaamheid, foutief gebruikt. Het gaat hier om de markering ‘biologisch afbreekbaar’. Biologische afbreekbaarheid betreft materiaal, het is dus geen synoniem voor milieuvoordelen. Als iets natuurlijks – iets dat bestaat uit cellu-

losevezels, zoals brood, voedselresten of papier – in het milieu terechtkomt, dan wordt het afgebroken. De koolstofmoleculen die het tijdens de groei heeft opgeslagen, keren terug in de atmosfeer als koolstofdioxide. Maar dat is de ideale situatie. De meeste natuurlijke dingen komen namelijk niet in de natuur terecht. Het meeste afval eindigt op de stortplaats, wat uiteraard een heel andere omgeving is. Daar breken diezelfde koolstofmoleculen op een andere manier af, want de lucht circuleert daar niet. Er is geen zuurstof, de massa is compact en warm. Diezelfde moleculen veranderen vervolgens in methaan, een broeikasgas dat 25 keer schadelijker is dan koolstofdioxide. Als ons groente- en ander afval dat bestaat uit biologisch afbreekbaar materiaal op een stortplaats terecht komt, draagt het bij aan klimaatverandering. Er zijn tegenwoordig methodes om methaan op te vangen en er energie aan te onttrekken, als vervanging voor het gebruik van fossiele brandstoffen. Maar daarbij is het noodzakelijk om te kijken wat er al gebeurt op dat gebied, hoe we dat kunnen uitbouwen en systemen en diensten ontwerpen om die problemen te verlichten. Nu opteert het merendeel van de bevolking om plastic weg te gooien en te kiezen voor papier. Maar als je dit in de vuilnisbak gooit en het op een gewone stortplaats terecht komt, dan is er sprake van een dubbele negatieve factor. Als je de keus hebt tussen papier of plastic – natuurlijk is hergebruik het beste – dan is papier slechter. Dat komt vooral omdat papier vier tot tien keer zwaarder is dan plastic. Als je vanuit kringloopperspectief een kilo plastic vergelijkt met een kilo papier, dan is papier veel beter. Maar voor een plastic tas is maar een kleine hoeveelheid plastic nodig. En in een papieren tas gaat heel wat meer papier. Investeren in stevige, herbruikbare boodschappentassen of plastic vouwkratten is de meest duurzame beslissing. Al blijft de meest effectieve oplossing natuurlijk dat we onze eigen verantwoordelijkheid nemen en ons afval scheiden en recyclen, zodat ze niet langer in de natuur en in zee terechtkomen. In de natuur wordt plastic nauwelijks afgebroken, en zelfs papier kan weken tot maanden duren. Goed afvalbeheer is dus de enige manier om te voorkomen dat de ‘plastic soep’ in onze zeeën groeit.

Huis & tuin 50 Tinten insecten: het seksleven van een insect Al eeuwenlang hebben enkele van de grootste genieën van de wetenschap inspiratie geput uit het bestuderen van de kleinste geesten op aarde: insecten. Maar waarom is dat precies? Omdat, zo blijkt, zoals elk ander levend wezen dat we bestuderen, we meer te weten willen komen over ons eigen gedrag. En dus ook op seksueel vlak. Maar daarin zitten we een heel stuk achter op insecten, wat betreft een pittig seksleven. Onderzoek wijst uit dat mensen vaak banger zijn voor insecten dan om dood te gaan. Alleen hoogtes en presentaties geven, stegen boven de zespotigen uit als bronnen van angst. En indien spinnen meegerekend konden worden, zou die soort wellicht de lijst domineren. De reden heeft mogelijk iets te maken met hun indrukwekkende hoeveelheid. Ze zijn talrijker dan welk dier dan ook. We weten niet eens hoeveel soorten er bestaan, want er worden nog steeds regelmatig nieuwe ontdekt. Er zijn er op zijn minst een miljoen of misschien wel nog een tienvoud daarvan. Beangstigend idee voor velen, maar het feit is nu eenmaal dat de beestjes onmisbaar zijn voor ons. Er wordt namelijk geschat dat één op de drie happen die we eten, mogelijk is gemaakt door een bestuiver, en dus een insect. Wetenschappers gebruiken insecten ook voor fundamentele ontdekkingen, van de structuur van ons zenuwstelsel tot hoe onze genen en DNA werken. Maar wat mogelijk nog interessanter is aan insecten, is wat ze ons kunnen vertellen over ons eigen gedrag. Het lijkt erop dat insecten alles doen wat mensen doen: ze ontmoeten elkaar, paren, vechten en gaan uit elkaar. En dat doen ze met iets wat op liefde of vijandigheid lijkt. Maar wat de echte drijfveer achter hun gedrag is, verschilt toch ietwat met de menselijke populatie. Dat verschil kan behoorlijk verlichtend zijn, want het zou gaan over de passie die ons allen wellicht het meest bezighoudt: seks. Huismeidje versus huismijtje De wilde verscheidenheid die te zien is bij insecten zet ons aan tot nadenken over wat het betekent om man of vrouw te zijn. Laten we eerst en vooral kijken naar de insecten die helemaal geen seks nodig hebben om zich voort te planten. Vrouwelijke bladluizen maken bijvoorbeeld klonen van zichzelf zonder ooit te paren. Een onbevlekte ontvangenis, dagelijks, óp je rozenstruiken. Maar ook het sperma van insecten

kan soms heel erg verschillen met dat van de mens. Zo bestaan er fruitvliegjes waarvan het sperma langer is dan het mannetjeslichaam zelf. Dat is belangrijk omdat de mannetjes het gebruiken om onderling te concurreren. Niet dat we daar lessen uit moeten trekken, maar het is wel zo dat insecten veel regels breken die wij mensen hebben over de rollen in seks. Mensen hebben vaak het idee dat de natuur een tv-serie uit de jaren 50 is die ons dicteert hoe mannen en vrouwen zijn. Want mannen – zo hebben we altijd geleerd – horen dominant en agressief te zijn, en vrouwen passief en bedeesd. Maar dat is dus niet het geval, althans toch niet in de insectenwereld. Neem nu bijvoorbeeld de sabelsprinkhaan, familie van de krekel en de sprinkhaan. De mannetjes zijn behoorlijk kieskeurig bij het uitzoeken van een maatje, omdat ze niet alleen sperma weggeven tijdens het paren, maar ook een huwelijksgeschenk. Het mannetje maakt dat aan met zijn eigen lichaam en het is erg kostbaar om te produceren, omdat het wel een derde van zijn lichaamsgewicht kan wegen. Een geschenk dat ze niet zomaar kunnen maken, waardoor ze erg kieskeurig zijn in wie ze hun huwelijksgift aanbieden. De gift is voedzaam voor het vrouwtje, en dus hoe groter die is, hoe beter voor het mannetje, omdat zijn sperma dan meer tijd krijgt in haar lichaam om de eitjes te bevruchten. Dat toont aan dat de mannetjes behoorlijk passief zijn bij het paren. De vrouwtjes zijn dat daarentegen allesbehalve, gezien ze zoveel mogelijk voedzame bruidschatten trachten te veroveren, wat de onderlinge competitiviteit niet ten goede komt. Hier gelden dus niet de stereotiepe regels zoals bij ons, want zelfs in algemenere zin zijn mannetjes niet zo belangrijk in het leven van veel insecten. Bij de sociale insecten zoals bijen, wespen en mieren zijn de individuen die je elke dag ziet - de mieren die op en neer naar je suikerpot lopen, de honingbijen die van bloem naar bloem fladderen – altijd vrouwen. Het is een wetenschap die mensen al duizenden jaren moeilijk kunnen geloven. De oude Grieken wisten bijvoorbeeld ook al dat er een bijenklasse was en keken neer op de luiheid van de darren, omdat die bij de korf rondvlogen tot de paringsvlucht. Maar wat bleek? Dat zijn de mannelijke bijen. Ze wachten

enkel om te paren en verzamelen geen nectar of stuifmeel. Het idee verwarde zelfs de grote Aristoteles, die uiteindelijk concludeerde dat bijen dan maar tweeslachtig moeten zijn. Een theorie die menig mens gelooft, want elk dier dat we zien – inclusief insecten – beschrijven we meestal als mannelijk.

“Mannen – zo hebben we altijd geleerd – horen dominant en agressief te zijn, en vrouwen passief en bedeesd. Maar dat is dus niet het geval, althans toch niet in de insectenwereld.” Maar de realiteit wil dat die woeste legermieren met die gigantische kaken – om kolonies te verdedigen – vrouwtjes zijn. Het lijkt onbelangrijk, maar het dieperliggende probleem is dat dit belangrijke gevolgen heeft voor de geneeskunde, gezondheid en nog meer andere aspecten van ons leven. Wetenschappers gebruiken bij hun onderzoeken en proeven namelijk doorgaans dierlijke stand-ins voor andere dieren, inclusief mensen. Het idee is dat wat klopt voor de mens ook waar zou moeten zijn voor bijvoorbeeld een witte rat. In de meeste gevallen blijkt dat te kloppen, maar je kan ook te ver gaan met zo’n modelsysteem. En dat gebeurt wanneer mannelijke dieren als standaard gebruikt worden in dergelijke proeven. Zij worden gezien als de basis, en vrouwtjes als een soort variant, iets bijzonders dat je alleen bestudeert als je de basis kent. Als we vasthouden aan het idee dat het wereldtoneel uit mannen bestaat, waarin vrouwen de mindere rollen krijgen, houden we geen rekening met hoe alles werkt in de natuur. Dan zien we ook niet hoe natuurlijke, levende dingen – inclusief mensen – kunnen verschillen. We gebruiken daarom mannen als model bij medische onderzoeken, iets waarvan we nu weten dat het een probleem is als we de resultaten toepassen op beide geslachten. Wat ons leert dat we dus nog heel wat kunnen leren van onze kleinste vriendjes ter wereld.

Huis & tuin Kruiden uit eigen tuin? Zo simpel is het! Werk je graag met lekkere verse kruiden in de keuken? Kamp jij ook met het verschijnsel dat de kruidenplantjes uit de supermarkt zo snel verpieteren? Dan ligt de oplossing binnen handbereik, want laat het voorjaar nu net hét moment zijn om een kruidentuin(tje) aan te leggen. Of het nu gaat om verse basilicum, dragon, bieslook, peterselie… Met enkele potten op terras of balkon kom je zelfs al een heel eind. Het is belangrijk dat je je kruidentuin overzichtelijk aanlegt. En dat begint natuurlijk met een goed plan. Eerst moet de beste plaats uitgekozen worden voor de aanleg van de kruidentuin. Voldoende zon is levensnoodzakelijk voor kruiden. Zonder licht, geen kruiden. Velen kiezen er uiteraard voor om de kruidentuin dicht bij hun keuken te plaatsen. En waar mogelijk plaats je die naast het terras. Dan kan je vanaf je aanrecht alle kruiden zien en - mits de deur open staat – ruiken. Als je beslist de kruiden in volle grond in de tuin te planten, heb je de meeste mogelijkheden omdat daarin nagenoeg alle kruiden kunnen groeien. Bovendien heb je dan de ruimte om een paar speciale gevallen in pot te houden. Hou rekening met de bodemkwaliteit en kies de planten ook in functie daarvan. Als je kruiden wil houden die een andere bodem nodig hebben, kan je ervoor kiezen om die in een pot te houden. Zo bespaar je jezelf heel wat kopzorgen. Aan de slag Alles begint uiteraard bij de aankoop van de kruiden. Meestal vind je die in zaadvorm in tuincentra, omdat het kweken van kruiden echt niet moeilijk is. Vul een pot met zaai- en stekpotgrond en maak het oppervlak glad. Verspreid de zaadjes over het oppervlak maar zorg voor genoeg ruimte tussen de zaadjes. Dek af met een dun laagje potgrond (2 tot 4mm is voldoende). Geef water en bedek nadien met een glasplaat. Vermijd felle zon. De meeste kruiden zoals peterselie, koriander, bieslook en basilicum kunnen in hun originele pot blijven staan. Zes weken na het planten geef je best elke twee weken een meststof

speciaal voor kruiden. Oogst de blaadjes bovenaan de plant, op die manier stimuleer je de plant om verse zijtakjes te produceren. Je kan ook kiezen voor een heel simpele oplossing en gewoon volgroeide kruiden kopen in de winkel. Let wel dat je enkel volle, goed uitziende planten kiest en geen waarvan de wortels uit de pot groeien. De kruiden kan je niet lang in

“In tegenstelling tot wat het lijkt, vraagt een kruidentuin binnen op de vensterbank wél heel wat onderhoud.” leven houden. Maar ben je vastbesloten om de plantjes te redden? Verpot ze dan onmiddellijk na het aankopen en geef hen op regelmatige basis lauw water. Bepaal de frequentie van water geven door regelmatig de pot op te heffen: als je merkt dat de pot lichter geworden is, geef je best opnieuw water. Geef ook regelmatig een meststof geschikt voor kruiden. Op die manier zal je nieuwe groei stimuleren. Pas ook hier weer het principe toe dat je enkel de bovenste blaadjes op een voorzichtige manier oogst. Soorten kruidentuinen Informele tuin Hier is er geen strak plan van aanleg. De kruiden staan losjes door elkaar, gescheiden van stapstenen of slingerende paadjes. Dit type vraagt vaak wat meer onderhoud, omdat je de tuin niet alleen onkruid-vrij moet houden, maar je er ook op moet letten dat de kruiden elkaar niet overwoekeren. Wijs dus tijdig en met besliste hand enkele kruiden duidelijk hun eigen plekje toe. Tip! Kruiden als Mierikswortel, Citroenmelisse en Munt kunnen het beste in een plastiek bloempot zonder bodem in de tuin geplant worden. Daardoor kunnen ze zich zijdelings minder gemakkelijk uitbreiden. Formele tuin Dit type is aangelegd volgens een vast geometrisch patroon, afgeboord met haagjes, stenen of met houten elementen. Elk kruid heeft zijn

eigen plek en is door de omheining minder geneigd om de kruiden in de vakken ernaast te bedreigen. Deze tuin is vaak moeilijker uit te breiden, omdat je met vaste figuren werkt, tenzij je voor een dambordpatroon kiest. Je kan dan heel gemakkelijk werken volgens het kleur van de kruiden en andere uiterlijke kenmerken. Let er wel op dat veel verschillende kruiden een druk beeld geven. Als verlengde van de groentetuin: Let hierbij op dat de kruiden de groenten niet overwoekeren. Wanneer kruiden in de groentetuin staan, kunnen ze een positief effect hebben op de groenten zelf en krijg je op die manier een goede wisselwerking. Zo zijn kruiden de ideale afleiders voor insecten, gezien die vooral op geur zoeken. De perfecte manier om groenten te vrijwaren. In de siertuin tussen de bloemen: Gezien heel wat kruiden een bijzonder hoge sierwaarde hebben, zullen ze – zoals lavendel - vaak in de siertuin geplaatst worden. Ook minder voor de hand liggende kruiden, kunnen het heel goed doen in de siertuin, omwille van hun verschillende structuur, zoals venkel en dille in bloei. In tegenstelling tot wat het lijkt, vraagt een kruidentuin binnen op de vensterbank wél heel wat onderhoud. De planten kunnen namelijk minder licht krijgen en de lichtbron komt maar van één kant. Daardoor moeten de potten regelmatig met een andere zijde naar het licht gedraaid worden. Er komen hiervoor niet zo heel veel kruiden in aanmerking, maar basilicum, bieslook, tuinkers, koriander, pimpernel, eenjarig bonenkruid en dragon kunnen het vaak naar behoren doen. Let er wel op dat je die kruiden niet in de volle zon achter glas zet, of zorg – als de zon te fel schijnt – voor een diffuus doek, zoals boterhampapier, tegen het raam. Als je kruiden wil verwennen kan je ze in de zomer verhuizen naar het terras buiten. Het spreekt voor zich dat de aarde in kleine bloempotjes vaak snel uitgeput raakt en de kans hoe dan ook bestaat dat je elk jaar voor een paar nieuwe ‘moederplantjes’ moet zorgen.