EDITIE KLEIN-BRABANT
OKTOBER 2018 ADVERTEREN? JAN MOENS: 0479/70 07 59 VOLGENDE VERSCHIJNING: 14 NOVEMBER 2018
G E Z O N D &W E L
Fijn stof tot nadenken SOCIO
Bouwen op bijgeloof: zo doe je het INTERIEUR
De juiste kleur voor jouw interieur Duurzame imitatie? Het kán! CULINAIR
Dit wist je nog niet over wild
WWW.WIEPER.BE | JAARGANG 11 | NUMMER 114
CENTEN
Zo ziet jouw erfenis er vanaf nu uit
“We hoeven helemaal niet kleiner te gaan wonen, wel anders.”
LEO VAN BROECK
VLAAMS BOUWMEESTER
WELKOM
B e s t e l e z e r, Beste lezer,
De betonstop, als u er nog niet van hebt gehoord, dan heeft u de laatste maanden goed uw best gedaan. Want overal wordt het ons ondertussen duidelijk gemaakt. Bouwen in open ruimte vanaf 2040 wordt een no go. En dat is lang niet zo slecht als het klinkt. Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck legt ons uit waarom. Anders wonen is beter wonen. Met meer comfort, minder files en minder kosten. Het enige wat we ervoor nodig hebben is een
mentaliteitswissel. En geld. En tijd. Maar vooral durf, om moedige keuzes te maken. Individueel en maatschappelijk. Want de belangen zijn groot. De budgetten ook. Maar de impact op onze levenskwaliteit is nu eenmaal nog groter.
Veel leesplezier! Jan Moens Opmerkingen of suggesties? jan@wieper.be
INHOUD Interview .......................................................................................
04
Gezond&wel ....................................................................................
12
Socio ..................................................................................................
14
Interieur .............................................................................................
18
Interieur .............................................................................................
22
Culinair .............................................................................................
24
Centen ................................................................................................
26
Groooot kruiswoordraadsel ....................................................
30
++ Leo Van Broeck – Vlaams Bouwmeester ++ Fijn stof tot nadenken
++ Bouwen op bijgeloof: zo doe je het
++ De juiste kleur voor jouw interieur
++ Duurzame imitatie? Het kán!
++ D it wist je nog niet over wild
++ Z o ziet jouw erfenis er vanaf nu uit
Verschijning: maandelijks Editie: Klein-Brabant Andere editie: Meise-Londerzeel, Grimbergen & Kapelle o/d Bos Totale oplage: 47 000 ex. Oktober 2018 Volgende verschijning: 14 november 2
4 12 04 24
Aan huis bezorgd bij ieder gezin in de streek door Bpost Hebt u een exemplaartje gemist? Spreek uw postbode aan of meld het ons, dan doen wij het nodige.
Foto's cover & interview: © Tim Dirven Ontwerp en realistatie:
Om in Wieper Magazine te adverteren, contacteer Jan Moens / ++ 0479/700759 / janmoens@medijan.be. Dasmusweg 5a / 1980 Zemst ++ info@wiepermagazine.be ++ www.wiepermagazine.be
WIEPER® is een uitgave van Wieper BVBA Verantwoordelijke uitgever: Jan Moens Wieper is niet verantwoordelijk voor de advertenties van haar adverteerders. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Leo Van Broeck
VLAAMS BOUWMEESTER
De aangekondigde betonstop zet bouwheren, architecten en aannemers voor grote uitdagingen: kleinere bouwgronden, beperkte woonoppervlaktes, verdichting en hoogbouw. Maar het is essentieel als we de natuur – en daarmee onze levenskwaliteit – willen redden. Wonen in een verkavelingsvilla maakt geen deel meer uit van een gezond toekomstbeeld. Ook niet als het gaat over de overheidskassen, want de ruimtelijke wanorde kost de Vlaamse overheid miljarden. Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck ijvert voor het wonen in goed ontwikkelde kernen, zodat de natuur opnieuw ademruimte krijgt. Het is maar een van de vele redenen waarom de Vlaming maar beter afstapt van een groot huis ver weg van dorp of stad. WIEPER: HOE HOUDEN WE ONZE RUIMTE LEEFBAAR VOOR TOEKOMSTIGE GENERATIES? LEO VAN BROECK: “Het woonvraagstuk is te herleiden tot vier vragen. Hoe zorg je voor betaalbaar en kwalitatief wonen? Hoeveel ruimte laat je toe per woning, of beter: kan het nog dat er natuur moet sneuvelen voor een hoop bakstenen? Hoe ver mogen woningen van mekaar staan zodat nutsvoorzieningen efficiënt en betaalbaar blijven? Hoe garandeer je woonkwaliteit? Want ook in de stad moet je kunnen barbecueën met vrienden. Het individualisme wordt te veel gezien als de beste manier van leven. We willen een eigen tuin, ver van alles en iedereen. Wonen in een verkaveling biedt geen beter leven, integendeel.”
“Wonen in een verkaveling biedt geen beter leven, integendeel.”
4
“De economische verliezen van onze slechte urbanisatie kosten ons 30 miljard euro per jaar.” WIEPER: WAT MAAKT VERKAVELINGEN DAN ZO SLECHT? LEO VAN BROECK: “Er is simpelweg te weinig natuur. Vlaanderen heeft maar zes procent beschermde natuur meer. We weten het al langer dan vandaag dat we onze natuur om zeep helpen en tóch is het aantal verkavelingen in de voorbije decennia gegroeid. Onze lucht is verprutst. Overal hangt fijn stof, en we blijven bossen kappen. Globaal gezien moet de helft van de
planeet uit beschermde beperkt toegankelijke natuur bestaan, plekken niet langer bezet door de mens. In Vlaanderen zou dat om 25% moeten gaan. Vergelijk de aarde met een lichaam waarvan we atletische prestaties verwachten, maar dat we tegelijk niet laten drinken of zweten. Verkavelen brengt bovendien geen geld op, integendeel. Een verkavelingsvilla kost de overheid ontzettend veel geld aan wegenbouw, dure huisvuilophaling, rioleringen en postbezorging. De overheidskosten en
“In de negentiende eeuw waren er in Vlaanderen geen verkavelingen. We doen dat pas sinds 60 jaar.” economische verliezen van onze slechte urbanisatie zijn enorm. Het wordt geschat op 30 miljard euro per jaar. Alleen de fiscaal aftrekbare bedrijfswagens die nodig zijn om naar de afgelegen wijken te rijden, kosten de overheid al vier miljard per jaar. Het is bovendien een misverstand dat verkavelingen in ons DNA zitten. In de negentiende eeuw waren er in Vlaanderen geen verkavelingen. We doen dat pas sinds 60 jaar. Voordien bestond Vlaanderen uit steden en dorpen met rijwoningen met daarrond onbebouwd platteland met natuur, landbouw en vierkantshoeves. Wie op het platteland woonde, hoorde daar thuis. Je kan het de huidige verkavelingsbewoners echter niet kwalijk nemen. Maar liefst 65% van de Vlamingen is uit de kern weg gesubsidieerd. Jarenlang werd een anti-stedelijk beleid gevoerd. Elke generapagina 6
Leo
tie wilde groter wonen met meer grond en verder weg van de - toen nog vuile – stad. Maar we doen het helemaal niet beter dan vroeger, integendeel. We zijn langer van huis weg omdat we uren in de file staan. Files verhogen trouwens het risico op echtscheiding, obesitas en burn-out. Bewoners van verkavelingen hebben ook vier keer meer kans op verkeersongevallen dan wie in de kern van een stad of dorp woont. Ons ruimtelijk model kost ons levenskwaliteit.” WIEPER: WAT MOET ER GEBEUREN MET DE BESTAANDE SITUATIE? VAN BROECK: “We moeten stap voor stap uitgewoonde oude verkavelingen elders verdicht terug opbouwen en de grond terug aan de natuur geven. Afbreken wat versleten en uitgeleefd is. Wie afbreekt en aan wederopbouw doet op een betere locatie, krijgt bovendien een premie. Ik ben een voorstander van verhandelbare grondrechten. De eigenaar van de uitgeleefde plattelandsvilla die wordt afgebroken, krijgt in ruil een deel grondwaarde op een beter bereikbare locatie. 65% van de verkavelingbewoners leeft niet waar hij slaapt. We willen allemaal zo veel mogelijk ruimte, maar vergeten dat we ons dan ook verder moeten verplaatsen om te werken en te ontspannen. Daardoor heb je voor bijna alles een wagen nodig om je te kunnen verplaatsen. Wanneer je dichter bij je werk, sportclub, school van de kinderen, winkels en andere voorzieningen gaat
“Ons ruimtelijk model kost ons levenskwaliteit.”
Van Broeck
“Thuisverzorgers kunnen nu nog maar de helft van het aantal bejaarden bezoeken t.o.v. 10 jaar geleden, omdat ze voortdurend in de file staan.” wonen, ben je niet meer auto afhankelijk. Van zodra meer mensen naar dorpen verhuizen, groeien die uit tot ministeden, die omringd worden door open ruimte. Dan woon je veel landelijker dan in een zogezegde groene verkaveling. We hoeven daarom ook helemaal niet kleiner te gaan wonen, wel anders. Stapelwoningen met grotere terrassen en een gemeenschappelijke daktuin bijvoorbeeld. Er is nood aan een mix van hoog- en laagbouw, en vooral aan meer kwaliteit en selectieve verdichting. Je moet appartementen durven te mengen met rijwoningen, en je moet verschillende bouwhoogtes naast elkaar kunnen plaatsen.” WIEPER: NIET ELKE VLAMING IS TE WINNEN VOOR HET IDEE OM IN EEN APPARTEMENT TE WONEN, HOE ZOU JE HEN OVERTUIGEN? VAN BROECK: “Niet iedereen hoeft ook in een appartement te wonen. Een rijhuis met een kleine tuin kan ook. Daar kan je ook gemakkelijk dichtheden van zestig woningen per hectare mee halen. Vooral de
pretfactor van het wonen moet omhoog door meer gezonde lucht, minder files, meer natuur, beter openbaar vervoer. Je moet geen konijnenkoten meer bouwen, wel woningen die even leuk en functioneel zijn als een verkavelingsvilla. Wie nu nog in een fermette woont, hoeft tijdens kookprogramma’s maar naar de tuin te lopen om verse kruiden te plukken. Daarom moeten appartementen ook plaats bieden voor grotere tuin-terrassen, collectieve ruimtes waar je je fiets kan wassen of klusjes kan doen met gemeenschappelijke werktuigen. Verkavelingsbewoners zullen hun biotoop enkel verlaten voor kwalitatievere woningen die betaalbaarder en beter gelegen zijn. Thuisverzorgers kunnen nu bijvoorbeeld nog maar de helft van het aantal bejaarden bezoeken t.o.v.
“Arme landen hebben een meerderheid aan eigenaars, terwijl rijke landen normaliter veel meer huurders hebben. België is het enige rijke land dat daarvan afwijkt.” 10 jaar geleden, omdat ze voortdurend in de file staan. Bovendien zal de waarde van een verkavelingsvilla blijven dalen. Vroeger werden woningen als appeltje voor de dorst gezien, omdat onze pensioenen zo laag liggen. Maar eigendom is een risicokapitaal. Wat vandaag waardevol is, is dat morgen misschien niet meer. Vooral de waarde van woningen in afgelegen, energieverslindende verkavelingen is heel erg gedaald. Met wat de verkavelingen de overheid kosten, kan een hele samenleving omgebouwd worden. En als die redenen hen onvoldoende overtuigen, zal het feit dat ze minder belastingen hoeven te betalen als ze meer in dorpen en steden gaan wonen, wel helpen.”
© Engel Doyen
WIEPER: ZIJN VLAAMSE STEDEN NIET REEDS BEVOLKT GENOEG?
6
VAN BROECK: “In het centrum van Parijs wonen 21.000 mensen per km². In Brussel tel je slechts 7.000 inwoners per km². En de Brusselse rand telt maar 4.000 personen per vierkante kilometer. De dichtheid pagina 8
Leo
is dus niet alleen in het buitengebied te laag, maar ook in de steden zelf. Ik zeg niet dat Parijs het beste voorbeeld is, maar het toont aan dat er nog behoorlijk wat ruimte is in onze steden en de rand. We hoeven ook niet massaal naar de steden te verhuizen, ook de grotere dorpen kunnen verdicht worden.” WIEPER: DIE WONINGEN ZIJN NIET BEPAALD GOEDKOOP TE NOEMEN, HOE WIL JE MENSEN NAAR DE STEDEN EN DORPEN KRIJGEN? VAN BROECK: “De woningen in steden en dorpen moeten betaalbaarder worden.
Van Broeck
Dat is ook niet meer dan logisch gezien ze maatschappelijk veel goedkoper zijn dan de verkavelingen. Wie de meeste kosten veroorzaakt, zou daar ook voor moeten betalen. Het is niet zo dat we per se eigenaar moeten worden van een woning. Arme landen hebben een meerderheid aan eigenaars, terwijl rijke landen normaliter veel meer huurders hebben. België is het enige rijke land dat toch meer eigenaars dan huurders heeft. Ik geloof in een model waarbij je geen eigenaar hoeft te worden van je eigen woning, maar aandelen verwerft in een coöperatie. Zwitserland heeft zo’n sterk coöpera-
“Er is niet één mirakel dat zal helpen, alles moet anders.”
tief woonmodel. Je betaalt maandelijks een bedrag waarmee je een stuk huurt betaalt, een deel gaat naar de energiekosten en de rest gaat naar aandelen met woonrecht in de coöperatie. Na een aantal jaren heb je ongeveer de waarde van een huis in aandelen verworven. Dat huis kan je wisselen in functie van je behoeftes. Je begint bijvoorbeeld in een starterswoning en wanneer je gezin groter wordt, kan je overstappen naar een ruimere woning. Maar ook het omgekeerde is mogelijk. Als de kinderen het huis verlaten, kan je terug naar een kleiner huis of verhuis je naar een serviceflat of zorgwoning. En dat allemaal zonder dat er ook maar een vastgoedtransactie aan te pas komt. De coöperatie heeft het hele gamma woningen in bezit, en je blijft dus je hele leven binnen die wooncoöperatie.” WIEPER: HOE ZIET U DE TOEKOMST? VAN BROECK: “Vrij somber. Als we aan dit tempo economische groei blijven najagen, dan zit binnen twintig jaar de natuur in de zoo of in een bokaal. De dringendheid van de problematiek is onvoldoende bekend. Iedereen denkt dat we er wel uit zullen geraken door te recycleren en spaarlampen te gebruiken. Ondertussen gebruiken we onze grond voor vee dat gevoederd wordt met soja uit het Amazonewoud, om dan vervolgens het melkpoeder ervan te verschepen naar China. Waar zijn we mee bezig? De toekomst ziet er al niet rooskleurig uit, en als we niets doen wordt het nog veel erger. We moeten de demografische groei afremmen, want we zijn nu al met veel meer dan de planeet aankan. De aarde heeft maximum ruimte voor 2,5 à 3 miljard mensen, als we elke soort op aarde voldoende plaats willen geven. Dat is een derde van de huidige wereldbevolking. We hebben nog een kans om onze toekomst er minder somber te laten uitzien, door een betere ruimtelijke ordening, het op punt stellen van onze technologieën, het optimaliseren van onze landbouw enzovoort. Er is niet één mirakel dat zal helpen, alles moet anders. We zitten op de Titanic, zien de ijsberg liggen en lijken te denken dat een andere roetfilter op de schouw verandering zal teweegbrengen. Dat is niet genoeg. The next big thing will be many small things.” WIEPER: BEDANKT VOOR HET GESPREK!
8
10
Gezond & Wel Fijn stof tot nadenken Niets doet zoveel stof opwaaien als onze lucht, maar in de wervelwind aan informatie raken de feiten soms zoek. Negen op de tien mensen ademen vervuilde lucht. Niet alleen buiten, maar ook binnenshuis. Alarmerend, maar de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zegt wel dat we het al beter doen dan vroeger. Maar echt goed is onze lucht nog steeds niet. Ademen. Zonder erbij na te denken doen we het allemaal, zo'n 30.000 keer per dag. Pasgeborenen doen het zo'n 60.000 keer per dag. We hebben er dus alle belang bij dat de lucht die we inademen schoon is. En toch vormen menselijke activiteiten de bron van talrijke verderfelijke stoffen, zoals stikstofoxiden, ozon, fijn stof, zwaveldioxide of ammoniak. België heeft veel industrie, veel wegen en havens die een hoop vrachtverkeer veroorzaken. De lucht in Vlaanderen is te vergelijken met die van grote steden als Londen, Parijs of Madrid. De luchtkwaliteit in Antwerpen zou op piekmomenten zelfs slechter zijn dan de gemiddelde concentratie in Peking. Gezond is dat allesbehalve. Jaarlijks zouden maar liefst zeven miljoen mensen wereldwijd sterven aan de gevolgen van luchtvervuiling. In Europa wordt dat sterftecijfer op een half miljoen levens geschat. Voor wie levenskwaliteit graag in geld afleest; de jaarlijkse gezondheidskost van onvolkomen luchtkwaliteit wordt geraamd op zowat 1500 miljard euro. Dat is bijna vier keer de Belgische staatsschuld. Niet enkel het verkeer De gevaren van fijn stof zijn een bijzonder actueel onderwerp, maar wat houdt fijn stof nu precies in? Het is een verzamelnaam voor kleine deeltjes in de lucht die ontstaan door verbranding van fossiele brandstoffen, door industriële activiteit, door de uitstoot van elektriciteitscentrales, mest van veebedrijven, zout uit verdampt zeewater of zelfs zand uit de Sahara dat tot hier is gewaaid. De grovere
12
deeltjes zie je weleens op je auto liggen. De veel kleinere zanddeeltjes zweven gewoon in de lucht en ademen wij dus ook in. Op fijn stof kunnen zich allerlei giftige stoffen vastzetten, onder andere ook dieselroet, dat de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) als kankerverwekkend beschouwt. Op vlak van fijn stof zitten wij in Vlaanderen overal netjes onder de Luchtvervuiling in 1880
“Waar er mensen zijn, is fijn stof onvermijdelijk.” Europese norm. Maar die van de WHO is een stuk strenger: met uitzondering van een paar plekken in Limburg haalt geen enkele plaats in Vlaanderen die norm. Het grote verschil is dat de Europese norm onder druk van lobbygroepen sterk is afgezwakt. Bovendien was de norm niet haalbaar voor veel industriegebieden. Europa heeft dus een norm opgelegd die niet de gezondheid beschermt, maar politiek min of meer haalbaar was. Voor fijn stof is er eigenlijk geen veilige drempel. Daarom wil de WHO de norm nog verstrengen. Alles wat beweegt en wrijft, geeft stof. Waar er mensen zijn, is fijn stof onvermijdelijk. Een volledig zuivere lucht is dus een utopie. Maar dat het beter kan en moet, daar zijn alle experts het over eens. Alsook over het feit dat er niet één heilige graal bestaat die luchtvervuiling van de kaart zal vegen, ook niet het afschaffen van de dieselmotor. Al is dat wel een belangrijke maatregel om het probleem van stikstofdioxide in street canyons – straten met hoge bebouwing waardoor de vervuilde lucht blijft hangen - grotendeels te
doen verdwijnen. Maar voor fijn stof is ontdieseling geen enorme maatregel. Door de roetfilters stoot de uitlaat van een moderne auto nog maar een kleine hoeveelheid fijn stof uit (wel meer ultrafijn stof). Alleen is fijn stof niet enkel afkomstig van de uitlaat. Ook de wrijving van de banden, de remmen en het asfalt zorgt voor fijn stof. Het grootste probleem is – in tegenstelling tot wat velen denken – niet het verkeer. Maar liefst 57 procent van de uitstoot van fijn stof is afkomstig van onze huishoudens, vooral onze houtverbranding. Een kleine vergelijking: om 50 gram fijn stof te maken, moet je met de auto naar Wenen rijden, met de vrachtwagen naar Parijs, of 4 kilo hout in je open haard gooien. Om de luchtvervuiling te verbeteren zou het stoken van hout eruit moeten, maar zo'n maatregel is natuurlijk moeilijk uit te voeren. Een andere, zeer efficiënte stap is onze vleesconsumptie verminderen. Die zorgt niet zozeer rechtstreeks voor luchtvervuiling, maar wel onrechtstreeks, want de uitstoot van ammoniak resulteert in fijn stof. Grote ommekeer Maar zoals de WHO beaamt: we doen er wat aan. In heel wat Vlaamse steden werden al meerdere maatregelen ingezet en aangekondigd om de bronnen van de vervuiling aan te pakken. Denk maar aan de lage-emissiezones, diverse sensibiliseringscampagnes voor verwarming en mobiliteit en nieuwe maatregelen van de Antwerpse haven. De luchtverontreiniging is echter niet tot één boosdoener te herleiden en met één of zelfs tien maatregelen zal het probleem nog niet meteen verdwijnen. We moeten op een heel andere manier gaan nadenken over energie, verwarming, mobiliteit, productie bij allerlei verschillende spelers, van kleine gebruikers tot grote organisaties. En dat kost tijd. Hoe moeilijk is het al niet om de verwarmingsketel in een appartementsgebouw te laten vervangen? Of om zelf de beslissing te nemen je dieselwagen te verkopen? Om onze luchtkwaliteit te verbeteren moeten heel veel mensen, beslissers en uitvoerders, knopen doorhakken die vaak verregaande kosten en gevolgen hebben. Die maatregelen voer je niet van vandaag op morgen uit, ook al is er alom goede wil. Er wordt aan gewerkt, dat wel, maar de grote ommekeer bij de bron komt er niet van vandaag op morgen.
Socio Bouwen op bijgeloof: zo doe je het Bij het ontwerp van een gebouw komt heel wat kijken. Zo moet je rekening houden met de grootte van het terrein, de materialen, gehandicaptentoegang en – uiteraard – spoken. Je kan een gebouw er nóg indrukwekkender dan het Guggenheim laten uitzien, maar geen kat die er een voet inzet als het een verzamelplaats blijkt te zijn voor boze geesten. Hoe hou je demonen gegarandeerd weg van je woning? Daar hebben ze wel overal ter wereld een oplossing voor. Chinese gewelfde daken
gaat en niet om een huis met sappige mensen in. Vooral de deuren en ramen worden blauwgeverfd, omdat het de typische ingangen van geesten zijn. Als je niet wil dat je buren zien dat je bijgelovig bent, kan je de onderkant van je veranda-dak blauw verven. Zo denken deze Einstein-geesten misschien dat het de hemel is en vliegen ze naar boven in plaats van door je deur. Well played.
Wanneer we denken aan Chinese architectuur komen – naast de nood aan kleinere deuren - vooral de gewelfde daken van pagodes bij ons op. Maar waarom zien die daken er zo uit? Jawel, omdat ze geesten wegjagen. Volgens Chinese traditie kunnen geesten zich namelijk alleen in rechte lijnen verplaatsen. Het mogen dan wel kwaadaardige geesten zijn, maar Chinees als ze zijn, zullen ze de dingen dus ook volgens het boekje doen. Geen individueel gezigzag en draaien in scherpe bochten, zweven doen ze énkel in rechte lijnen. De gewelfde daken zorgen er bijgevolg voor dat de geesten er – ze zijn best onhandig - als het ware afglijden.
“Blijkbaar zijn ze in China letterlijk doodsbenauwd voor zichzelf.”
Japanse kimon-hoek In Japan betekent ‘kimon’ zowel ‘noordoosten’ als ‘demonenpoort’. Zoals je wel kan raden, is het noordoosten van een huis dus niet de beste plaats om een deur te installeren. Integendeel, je zou er zelfs beter een Securitasagent of een bewakingstoren plaatsen. Maar dat lukt natuurlijk niet voor de gemiddelde Japanner die in een appartement woont. Hoe ga je dan je huis, fami‘Haint’ blauwe verf Als je ooit al gewinkeld hebt voor muurverf, dan weet je dat er belachelijk veel kleurnamen zijn, zo ook voor blauw. Hemelsblauw, babyblauw, petrol en koningsblauw zijn slechts een kleine greep uit het uitgebreide aanbod. De term ‘Haint Blue’ doet het tegenovergestelde: het is een verzamelnaam voor verschillende tinten blauw. De exacte tint doet er niet toe, zolang het maar geesten wegjaagt. Zoals iedereen wel weet – deze exemplaren lijden duidelijk aan vliegangst -, kunnen geesten geen water oversteken. Of toch niet volgens het Gullahvolk dat in de meer zuidelijke Amerikaanse staten woont. Dat volk had geen geld om standaardkleuren te mixen in een Colorawinkel, dus maakt het zelf verf door limoen, melk en pigmenten te mixen tot een blauwe kleur die op water lijkt. Wanneer je die kleur op huizen verft, zijn geesten ervan overtuigd dat het om een plaatselijk meer
14
lie/robot-metgezel beschermen? De enige manier waarop geesten in je appartement kunnen komen is via het sanitair. Daarom is het vrij belangrijk om geen badkamer te bouwen in de kimon-hoek van je appartement. Niemand wil geesten in zijn appartement hebben, en al zeker geen exemplaren pagina 16
Socio Filipijnse bouwovertuigingen In de Filipijnen vormen kelders het grootste risico op geesten. In sommige culturen op de Filippijnen worden kelders en verzonken ruimtes gezien als schuilplaatsen voor boze geesten. De enige manier om weg te komen met een kelder is een uitgang creëren die lager ligt dan die kamer. Misschien werkt die dan als een soort geestendrainage. Een nog populairder bijgeloof is de leuze ‘oro, plata, mata’ (goud, zilver, dood). Wanneer je trappen in je huis bouwt, tel je ze herhalend met ‘oro, plata, mata’, vier is dus weer ‘oro’ en stap vijf is ‘plata’ enzovoort. Als je klaar bent met ‘oro’, ben je goed, bij ‘plata’ ben je oké en ‘mata’ betekent dat je wel nu meteen gaat sterven, het is de dodentrede. Je vindt er dus niet veel trappen van drie of zes tredes. Diezelfde zin wordt toegepast op alles wat je in het huis kan tellen, zoals tegels op een pad of planken in het parket. Je hoort het, een waar paradijs voor onze obsessief-compulsieve medemens.
die bedekt zijn met de riolering van een volledig appartementencomplex. 13de verdiep Ongeluksgetallen zijn specifieke concepten waarvan mensen geloven dat ze op magische wijze voor de meest vreselijkste dingen kunnen zorgen. Om die reden hebben zelfs heel wat westerse gebouwen geen 13de verdieping. Zoals ook in het tweede hoogste gebouw in Groot-Brittannië, One Canada Square. Op de 13de verdieping is er geen bruikbare ruimte voorzien en je vindt er dus ook geen knop voor in de lift. Andere gebouwen hernoemen de 13de verdieping als de 14 de, waardoor nietsvermoedende bewoners van die verdieping worden blootgesteld aan allerlei magische rampen, tenzij de geest van nummer 13 net zo stom is als een Chinese geest en gewoon teleurgesteld wegwandelt nadat hij het aangewezen nummer niet vond. Over Chinese geesten gesproken: in China is vier het ongeluksgetal, omdat het woord voor vier hetzelfde is als het woord voor sterven. Hierbij is het bijgeloof gebaseerd op een woordspeling. Hoe dan ook: geen 4 de verdieping en op veel gebouwen ook geen 14 de, 24ste of 34ste. Maar gezien China nu ook deel uitmaakt van de wereldeconomie, worden er ook heel wat Westerse gewoontes opgepikt, zoals het vermijden van nummer 13. Het lijkt behoorlijk dwaas totdat je hoort dat uit een studie bleek dat de Chinese en Japanse populaties een piek tonen in hartaanvallen op de vierde van elke maand. Blijkbaar zijn ze letterlijk doodsbenauwd voor zichzelf. Het onderzoek is betwist, maar je kan niet zeggen dat het cijfer vier geen serieuze zaak is in Azië. 16
“Op de 13de verdieping van in het tweede hoogste gebouw in Groot-Brittannië, One Canada Square, is er geen bruikbare ruimte voorzien.”
Interieur De juiste kleur voor jouw interieur Zin in iets nieuws in je interieur? Een nieuwe kleur op je muren kan een wereld van verschil maken. Het is dan alleen wel belangrijk dat je de juiste kleur en plaats kiest, want anders kan je make-over al eens serieus fout uitpakken. WIEPER geeft je een les in kleur kiezen, zodat het uitkiezen van de juiste tint een stuk gemakkelijker wordt. Denk allereerst goed na over de functie van de ruimte. Wordt het een sociale ruimte, zoals de woonkamer of keuken? Of wordt het juist een plaats waar je tot rust wilt komen, zoals de slaapkamer? Weet dat warme kleuren onze emoties stimuleren en koude tinten vaak voor rust zorgen. Is het je ooit opgevallen dat rood een veel voorkomende kleur is in sociale ruimtes, zoals restaurants en bars? De reden is simpel: het maakt ons letterlijk en figuurlijk hongerig, omdat rood een stimulerend effect heeft op zowel ons lust- als hongergevoel.
Blauw
Grijs Grijs is een veilige kleur en kan in combinatie met veel verschillende tinten. Denk aan donkergroen, rode- en roze tinten of juist een neutraal kleurenpalet. Met grijs zit je eigenlijk altijd goed. Let wel dat er verschillende soorten grijs zijn. Een koele, grijze kleur (dus grijs gemengd met een beetje blauw) gaat goed samen met andere koele kleuren. Warm grijs (grijs gemengd met een beetje bruin of paars) kan je prachtig combineren met bruin- en beigetinten. Wit De meest geziene kleur in interieurs is eigenlijk helemaal geen kleur. Wit wordt vaak geassocieerd met opgeruimd, klinisch en steriel. Maar het legt net een accent op alles dat in de omgeving gebeurt, rommel valt dus net meer op bij een witte achtergrond. Het kan wel zorgen voor orde in de chaos als je van jezelf erg gestructureerd en opgeruimd bent, omdat je met wit meer overzicht creëert. Wil je de ruimte niet te kil laten aanvoelen? Voor iets meer warmte en zachtheid kan je beter een tint kiezen die gemengd is met andere warme kleuren zoals rood en geel. Dat verschil kan je het beste zien als je de kleurstaal op een wit velletje printpapier legt. Ook kan je op die manier de ondertoon matchen met de rest van je interieur. Heb je veel groen? Ga dan voor een tint met een subtiele groene ondertoon. 18
Blauw is een koele kleur die kalmte en rust creëert. Denk aan een strakke zomerhemel en een rustig riviertje. Als je een kamer op het zuiden hebt, dus met veel warm daglicht, dan vormt blauw een mooi contrast. Wist je dat blauw de beste slaapkamerkleur is? Het is een kleur waarbij mensen vaker met een uitgerust en meer ontspannen gevoel wakker worden. Blauw is de kleur voor mensen met een heel analytische persoonlijkheid en mensen die houden van voorzichtigheid. Het is daarom een kleur die je eigenlijk altijd kan toepassen omdat er weinig mensen zijn die het geen aangename kleur vinden. Vandaar dat ook heel wat bedrijfslogo’s de kleur blauw gebruiken: het schept vertrouwen en wordt door bijna iedereen graag gezien.
“De kleur blauw schept vertrouwen en wordt door bijna iedereen graag gezien.”
Zwart Zwart kan lastig zijn om in een ruimte te gebruiken. Het kan een kamer namelijk direct heel donker doen lijken, omdat zwart het licht absorbeert. Tegelijkertijd kan een donkere kamer juist ook een elegante of mysterieuze sfeer creëren. Ga zeker voor donkergrijs of zwart als er al veel daglicht binnenkomt.
pagina 20
Interieur
een werkkamer omdat je hier een energiek gevoel van krijgt. Tip: kleur van het jaar 2019 is Spiced Honey, een warme gele kleurtint. Rood De kleur van liefde, passie, maar ook agressie. Rood kan je verwarmen, maar ook verontrusten. Het valt erg op in een ruimte, dus wees hier voorzichtig mee. Het kan al snel te veel van het goede zijn, zeker als je stressgevoelig bent en houdt van een lange en goede nachtrust. Met rood blijven je zintuigen namelijk geprikkeld, zelfs met de ogen dicht kan je hier last van hebben.
Groen Ook groen zorgt voor rust en doet je aan de natuur denken. Het is de kleur van leven. Groene accenten doen het altijd goed in een interieur, maar ook een groene muur kan een kalmerend en fris effect hebben. De kleur is ook goed te combineren met andere kleuren en alleen al door het gebruik van planten en bloemen is groen vrijwel altijd gemakkelijk toe te voegen. Bruin Bruin is de kleur van concentratie en net als groen een natuurkleur. Bruintinten brengen veel warmte in interieurs en helpen je om praktisch te denken en taken sneller voor elkaar te krijgen. Bruin is daarom ook goed geschikt voor werkkamers als je van nature snel bent afgeleid.
“Bruin is goed geschikt voor werkkamers als je van nature snel bent afgeleid.�
20
Geel Geel in je interieur brengt de zon in huis. Die kleur wordt dan ook door therapeuten aangeraden bij mensen met een depressie. Het oogt vriendelijk en warm, maar kan ook te zoet overkomen. Donkere contrasterende kleuren vormen hierbij een mooi evenwicht. Geel is vrolijk en motiverend. Het is ook de kleur voor
Wanneer je daadwerkelijk aan de slag gaat met kleuren, hou je best rekening met de 80/20 regel. Die stelt namelijk dat je kleurenpalet voor 80% moet bestaan uit neutrale tinten en de overige 20% mag een sterke kleur zijn. Bijvoorbeeld: een kamer met gebroken witte muren (neutraal) en een pastelroze plafond (warm/neutraal) met een zwartleren zetel (warm) en een gele lamp (sterke/warme kleur). Kijk ook eens naar het soort licht dat in de ruimte valt. Heb je veel daglicht? Of maak je juist veel gebruik van lampen? Let op: halogeen is helder en geeft koeler licht dan een gloeilamp. Je kunt dit het beste zien door een kleurstaal tegen de muur te plakken en gedurende de dag te kijken hoe de tint verandert. Een muur met indirect licht kun je het best beschilderen met een tint met een rode of gele ondertoon. Anders oogt de ruimte te kil.
Interieur Duurzame imitatie? Het kán! Coco Chanel zei ooit dat imitatie het mooiste compliment is. En ook interieurmaterialen zijn niet immuun voor lookalikes. Wat tot enkele jaren terug nog een slechte kopie was, moet tegenwoordig niet meer onderdoen voor het echte werk. Ze lijken niet alleen op het origineel, maar zijn ook duurzaam en vooral praktisch. Een overzicht van de beste imitators op de markt. De imitators zijn er niet alleen gekomen omwille van het prijskaartje dat aan de originele materialen hangt. De uitvinding kwam er in de interieurwereld door een poging om hoge gebruikseisen te verzoenen met het esthetische. Er werd vooral gezocht naar alternatieve materialen voor openbare ruimtes, materiaal dat beter bestand was tegen water, drukke circulatie en om geluid te absorberen. Er gaat uiteraard niets boven de natuurlijke warmte van een massieve parketvloer, de schoonheid van natuursteen, het karakter van beton of de uitstraling van marmer. Maar imitatiematerialen als keramiek, laminaat en kurk kunnen tegenwoordig – heel subtiel – de nuances, het reliëf en de complexiteit van het originele weergeven, maar dan zónder de soms exorbitante prijs. VINYL EN LINOLEUM Voordelen • Hygiëne. Door de antibacteriële en antistatische eigenschappen van linoleum. • Bestand tegen slijtage. • Ook beschikbaar in tegels en strips die in elkaar klikken. Er komt dus géén lijm aan te pas. • Zowel vinyl als linoleum zijn beide volledig recyclebaar. • Gemakkelijk in onderhoud: afstoffen en met een vochtige doek over wrijven. Maar zeker nooit overvloedig veel water gebruiken. • Ecologisch en duurzaam. Linoleum is volledig gemaakt van natuurlijke grondstoffen: jute, lijnzaadolie, hout- of kurkpoeder en pigmenten. Nadelen • Door de fabricagemethode is linoleum duurder dan vinyl. Het is ook minder soepel te hanteren dan vinyl, waardoor de plaatsing best door een professional gebeurt. • Soms zorgt de dikte van de afwerklaag van vinylbekleding ervoor dat het er als plastiek uitziet. • Vinyl en linoleum zijn niet bestand tegen oplosmiddelen, as, gloeiende kooltjes of brandende sigaretten. • Meubels laten door hun gewicht gemakkelijk sporen na. • Lineoleum is niet geschikt voor de badkamer. Prijs • Linoleum kost tussen de 15 en 100 euro per vierkante meter. • Vinyl kost tussen de 10 en 50 euro per vierkante meter. 22
KERAMISCHE TEGELS Voordelen • Absorberen geen water • Geschikt voor druk belopen ruimtes • Verglazen of vernissen is niet nodig, waardoor ze dus ook geen dampen van oplosmiddelen of andere vluchtige stoffen afgeven. • Ideale afmetingen. Er zijn tegels verkrijgbaar tot 150 x 300 cm. Perfect geschikt om het visuele effect van een betonvloer te bekomen én voor natte ruimtes, gezien het beperkt aantal voegen het risico op infiltratie vermindert. • Ook geschikt als werkblad of spatwand in de keuken • Ook bestand tegen hitte, vorst en slecht weer. Verkleuren ook niet door langdurige blootstelling aan uv-stralen. • Vetvlekken kan je gewoon wegvegen met een doekje. Nadelen • Keramische tegels blijven koel aanvoelen, al kan je dat compenseren met de patroonkeuze en vloerverwarming. • Als je van patine houdt, dan is dit materiaal geen goede keuze.
een allergie. • Waterbestendig en dus geschikt voor de badkamer of keuken. • Dankzij een digitaal drukproces bestaat er nu ook een leisteenversie, met het uitzicht van cementtegels, of kurk dat het effect van beton nabootst. Nadelen • Afdrukken van meubels blijven zichtbaar nadat je ze verplaatst • Afhankelijk van de kwaliteit van de kurk kan het gevoelig zijn voor uv-licht • Na het plaatsen moet je meerdere lagen vernis aanbrengen, vooral in vochtige ruimtes. • Lijm en vernissen voor kurk bestaan dan wel vooral uit water, maar bevatten ook een aantal chemische bestanddelen. • De imitaties kosten vaak net zoveel als het originele materiaal. Prijs: Met digitale print tussen de 50 tot 60 euro per vierkante meter. (Daarbij komen wel nog de kosten van de plaatsing).
Prijs: Tussen de 20 tot 120 euro per vierkante meter. (Maar nadien zijn er geen kosten meer). KURK Voordelen • Milieuvriendelijk en 100% natuurlijk. Kurk bestaat uit het ontschorsen van de kurkeik, wat de vorming van nieuwe schors stimuleert. De bomen worden daar dus nooit voor gekapt. • Uitstekende thermische en akoestische isolatie. Kurk bestaat uit een weefsel van miljoenen cellen, waarbij elke cel afzonderlijk als minuscule thermische isolator en schok- en geluidsdemper fungeert. • Kurk is antistatisch, trekt dus geen stof aan en houdt het ook niet vast. Heel geschikt als vloerbedekking in een slaapkamer van iemand met
LAMINAAT Voordelen • Gemakkelijk te plaatsen • Verkrijgbaar in diverse motieven (hout, steen, textiel…), in smalle of brede planken, met of zonder afkanting, of zelfs in tegelvorm. Bovendien heeft de keuze van het patroon geen invloed op de prijs. • Beter geschikt tegen vocht dan een houten vloer, maar kies dan zeker voor een specifieke soort met waterafstotende bescherming. Nadelen • Minder sterk op akoestisch vlak. Zowel wat geluidbelasting (tussen twee verdiepingen) als luchtgeluid (tussen twee ruimtes) betreft. Zorg dus voor een aangepaste onderlaag. • Niet aan te raden voor vochtige ruimtes • Krasgevoelig, en kan niet opgeschuurd worden • Risico op verkleuring in kamers met veel zoninval Prijs: Tussen de 10 en 50 euro per vierkante meter.
Culinair Dit wist je nog niet over wild Hoe kouder het buiten wordt, hoe langer we binnen aan tafel lijken te zitten. Tijdens de herfsten de wintermaanden is wild prominent aanwezig op de meeste gastronomische menukaarten. Maar wild legt een lange weg af voordat het in de pan ligt. Bovendien is het geen garantie dat het om écht wild gaat. Hoe wild is ons wild? Het culinaire wildseizoen gaat meestal vanaf oktober van start, al is in september de jacht al open op dieren zoals konijn, houtduif, wilde eend en everzwijn. Pas in oktober is het de beurt aan wild als fazant, patrijs, haas, moeflon en hert. Maar ook in de zomer is volop vers wild verkrijgbaar, naast het (ingevroren) wild afkomstig uit andere landen. Maar wat verstaan we eigenlijk onder wild? Er zijn drie soorten: grofwild (onder andere edelhert, wild zwijn en moeflon), kleinwild (zoals fazant, konijn en duif) en waterwild (onder meer eend). De dieren leven in het wild of in wildbanen: aangewezen gebieden waar ze vrij lopen. Vroeger werd gefokt wild uiteindelijk uitgezet in wildbanen om toch die typische wildsmaak te krijgen door voldoende beweging en het dieet uit de vrije natuur. Maar daaraan is een halt toegeroepen. Omdat de dieren een steeds kleiner leefgebied krijgen door verstedelijking en landbouw en omdat sommige natuurlijke vijanden verdwijnen, is faunabeheer noodzakelijk. Gebeurt dat niet, dan brengen ze schade toe aan gewassen en de mens door bijvoorbeeld wegen over te steken. Om de paar jaar wordt er grondig onderzoek gedaan naar aantallen en gevolgen voor de omgeving, en de uitkomsten ervan worden vastgelegd in een Faunabeheerplan. Daarin zijn ook de afschietseizoenen opgenomen. Het zijn de jagers die de tellingen uitvoeren en zo in kaart brengen hoeveel wild er is, wat de verspreiding is en de schade die ze veroorzaken. Dat vormt dan weer de basis van de faunabeheerplannen. Kan iedereen vervolgens zomaar een geweer pakken en zelfstandig konijnen gaan schieten? Uiteraard niet. Voordat iemand kan gaan jagen, moet een jachtexamen worden afgelegd. Het heeft een theorie- en praktijkdeel. Wapenkennis, ecologie, jachthonden, wetten… en voor het praktijkgedeelte moet je kleiduifschieten (ha-
“De vuistregel zegt: alles wat rent, vliegt of zwemt is gezond.”
24
gelschieten), kogelschieten en leren omgaan met het wapen. Gezond Zodra er gejaagd mag worden, moet het vlees nadien gekeurd worden door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). Vroeger mocht de kok zelf de beesten plukken of villen en ontweiden (ingewanden verwijderen). Tegenwoordig mag dat alleen als er een aparte ruimte aanwezig is speciaal voor die handelingen. Het vlees wordt dus ook aan horeca vaak kant-en-klaar aangeleverd. Koop je zelf vers wild dan kan die het best worden bewaard bij een temperatuur tussen de -2 en +4°C. Ontdooi het in de koelkast en zorg voor een lekbak voor het
“‘wild’ wild staat aan de groene kant van de vleeswijzer.”
vocht. Door dat vochtverlies is het dus niet aan te raden om wild bevroren in te kopen of zelf in te vriezen. Bij wild zwijn moet je de vetlaag verwijderen, voordat je het invriest, omdat die een vieze smaak aan het vlees kan geven. Let op voor kruisbesmetting, wild heeft een typische smaak en geur die makkelijk over kan slaan op andere producten. Ongezond is het alvast niet. Het vlees van wild is - net zoals dat van gevogelte - anders van samenstelling dan vlees van tamme dieren: het bevat door-
gaans minder en ander vet en het is minder rood van kleur. Het bevat namelijk minder hemoglobine, het eiwit in het bloed dat verantwoordelijk is voor de rode kleur. Het eten van wild vlees is erg gezond. Er is een soort vuistregel die zegt: alles wat rent, vliegt of zwemt is gezond. Die dieren leven in de natuur en moeten zelf in hun levensonderhoud voorzien. Ze moeten hun eigen voedsel zien te regelen en zijn dus de hele dag druk bezig. Wild vlees is mager en bevat gezonde vetten. Er zitten veel B-vitamines, eiwitten en zink in het vlees, wat een positieve bijdrage levert aan het immuunsysteem. Het eten van wild vlees past dus goed in een gezonde leefstijl, ook voor mensen met hart- en vaatziekten en mensen met een hoge bloeddruk. Wild vlees wordt steeds meer in supermarkten aangeboden, maar daarin schuilt ook meteen een klein gevaar. Het vlees moet iets langer houdbaar zijn of er iets mooier uitzien. Lees daarom goed de etiketten voordat je het vlees koopt. Er kunnen namelijk heel wat E-nummers in het vlees verwerkt zijn. Het is dan ook aan te raden om het vlees bij de slager te halen en daarbij expliciet te vragen naar onbewerkt wild vlees. Aan wild komt namelijk geen antibioticum te pas, de dieren kunnen gaan en staan waar ze willen en komen als het goed is vrijwel stressloos aan hun eindje. En met het ‘kopschot’ van een ervaren jager is het dier op slag dood: het vlees blijft mals. De diervriendelijkheid van wild lijkt dus oké. Maar een groeiend deel van het ‘wild’ is helemaal niet wild. In de supermarkt zijn bijvoorbeeld konijn, kalkoen en eend altijd gefokt als er geen nadere toelichting bij staat. Die dieren leven in ellendige omstandigheden. Tam ‘wild’ als herten, struisvogels en fazanten loopt vrij rond op ruime terreinen. Maar wat is nu het meest milieu- en diervriendelijke wild? Wild uit België lijkt op beide punten hoge ogen te scoren: lekker dichtbij, goed leven. Uit milieuoogpunt zijn wilde eenden, ganzen, fazanten, patrijzen, hazen en konijnen iets beter dan herkauwende herten. Daarmee staat ‘wild’ wild aan de groene kant van de vleeswijzer, met ’tam’ wild als hert en struisvogel daar net onder. Tamme konijnen en eenden? Je kerstdiner kan beter zonder.
Centen Zo ziet jouw erfenis er vanaf nu uit Sinds 1 september is in België een volledig nieuw erfrecht van kracht en ook de erfbelasting werd positief hervormd. Dat betekent dus honderden pagina’s wet- en decreetteksten en toelichtingen. Maar wat betekent deze hervorming concreet voor jou? Hoe zal jij straks erven of iets nalaten? Financieel expert Bruno Baudewyns licht toe. WIEPER: WAT BETEKENEN DE VERNIEUWINGEN VOOR ONZE NALATENSCHAP? BRUNO BAUDEWYNS: “Het zijn er heel wat. Vanaf heden kan de helft van je vermogen naar andere personen gaan dan je kinderen, ongeacht het aantal kinderen. Daarnaast komt er ook een vrijstelling voor de eerste 50.000 euro - bovenop de gezinswoning - voor de langstlevende partner. Wie een erfenis krijgt in de rechte lijn (van een partner, ouder of grootouder) kan die erfenis – of vanaf nu ook een deel ervan – voortaan kosteloos doorgeven aan zijn of haar eigen kinderen. Voor die erfenissprong heb je een jaar de tijd. Het is een mooie lastenverlaging voor wie de volgende generatie een duwtje in de rug wil geven. Verder zijn ook de tarieven veranderd. Het hoogste tarief van 65% is afgeschaft, sinds september betaal je maximaal 55% op je erfenis. Er komt bovendien een nieuwe lagere schijf van 25 procent voor erfenissen tot 35.000 euro. Ook bij schenkingen wordt de waarde van de geschonken goederen op een nieuwe manier berekend. Of u nu vastgoed, geld, aandelen of kunst schenkt, voortaan telt de intrinsieke waarde op de dag van de schenking.”
kinderen krijgen daardoor meer bewegingsvrijheid. Wie twee kinderen heeft, kon tot nog toe maar met een derde doen en laten wat hij of zij wilde, ouders met drie of meer kinderen konden zelfs maar over een kwart van hun erfenis vrij beslissen. Niet alleen ouders, maar iedereen kan voortaan met minder inmenging van de overheid bepalen aan wie zijn vermogen na zijn overlijden moet toekomen. Voor kinderloze singles en ongehuwde koppels is het vermogen voortaan zelfs 100 procent beschikbaar.
“Slechts 17% van de Belgische bevolking doet aan successieplanning. Dat wil niet zeggen dat 83% dom is, zij zijn vaak gewoon slecht geïnformeerd.” De wettelijke reserve voor de ouders wordt namelijk geschrapt. Een opmerking daarbij: als je ouders behoeftig zijn, kunnen ze aanspraak maken op een onderhoudsuitkering.”
WIEPER: DE HELFT VAN HET VERMOGEN MOET NIET NAAR DE KINDEREN GAAN; WAT HOUDT DIE VERSOEPELING CONCREET IN?
WIEPER: WAT MET ZIJ DIE (NOG) GEEN TESTAMENT HEBBEN VASTGELEGD?
BAUDEWYNS: “Wie kinderen heeft, zal die nog altijd niet tegen hun zin kunnen onterven. Want uw kinderen blijven wettelijk beschermde erfgenamen. Maar hun wettelijke minimumdeel bedraagt voortaan altijd de helft van uw nalatenschap. ‘Ouders met minstens twee
BAUDEWYNS: “Slechts 17% van de Belgische bevolking doet aan successieplanning. Dat wil niet zeggen dat 83% dom is, zij zijn vaak gewoon slecht geïnformeerd. Tijdens je leven schenken of een testament opstellen zijn twee opties waar de meesten automatisch aan den-
ken. Maar je kan onder andere ook met je huwelijkscontract de verdeling van je erfenis sturen, en ook met een levensverzekering kan je je nalatenschap plannen. Helemaal nieuw is de erfovereenkomst. Daarin kan je tijdens je leven al met je erfgenamen afspraken maken over de verdeling van je toekomstige nalatenschap. Tot nu toe waren dergelijke overeenkomsten verboden. Er bestaat geen universele beste oplossing voor iedereen. Elk instrument heeft immers zijn voor- en nadelen. Successieplanning is maatwerk. Maar indien je niets laat vastleggen, geldt het wettelijke erfrecht, ... en de stevige bijhorende tarieven. Zonde, want iedereen betaalt reeds belastingen op zijn inkomsten van welke aard ook.” WIEPER: WAT BETEKENT DE NIEUWE REGELING VOOR STIEFKINDEREN? BAUDEWYNS: “Stief- of pluskinderen kunnen dan wel erven tegen dezelfde tarieven als biologische kinderen, ze zijn geen wettelijke erfgenamen en al helemaal geen wettelijk beschermde erfgenamen. Het grotere vrij beschikbare deel speelt een belangrijke rol voor nieuw samengestelde gezinnen. De nieuwe regeling maakt het mogelijk pluskinderen mee te betrekken bij de erfenis, iets wat tot nog toe maar zeer beperkt kon. Neem een nieuw samengesteld gezin waarbij elke partner al twee kinderen heeft. Tot op heden konden beide partners hun pluskinderen geen gelijk stuk van de taart geven. In het nieuwe erfrecht kan dat wel.” WIEPER: BEDANKT VOOR HET GESPREK!
CONCLUSIE
OVERZICHT
26
Bruno Baudewyns
OUDE ERFBELASTING RECHTE LIJN: partners, kinderen, stief- of zorgkinderen, ouders. • Langstlevende partner heeft vrijstelling voor de gezinswoning SCHIJVEN (in euro) TARIEF 0 - 50.000 3% 50.000 - 250.000 9% meer dan 250.000 27%
2 zijlijnen broers ZIJLIJN: en zussen anderen SCHIJVEN (in euro) TARIEF TARIEF 0 - 75.000 30% 45% 75.000 - 125.000 55% 55% meer dan 125.000 65% 65%
NIEUWE ERFBELASTING RECHTE LIJN: partners, kinderen, stief- of zorgkinderen, ouders. • Langstlevende partner heeft vrijstelling voor de gezinswoning • + vrijstelling op de eerste schijf van 50.000 euro voor partner • + vrijstelling op de eerste schijf van 75.000 euro voor wees jonger dan 21 jaar • Erfenissprong: 1 jaar de tijd om kosteloos door te geven aan je eigen kinderen TARIEF SCHIJVEN (in euro) 3% 0 - 50.000 9% 50.000 - 250.000 27% meer dan 250.000
ZIJLIJN • Afschaffen tarief 65% • Nieuw lager tarief van 25% 2 zijlijnen broers en zussen anderen SCHIJVEN (in euro) TARIEF TARIEF 0 - 35.000 25% 25% 35.000 - 75.000 30% 45% meer dan 75.000 55% 55%
Dankzij de vernieuwing van het verouderde erfrecht kan er meer vrijheid, zekerheid en persoonlijkheid worden ingebouwd. Hiervoor is wel nog steeds een initiatief nodig bij leven, en best voor u ziek of te oud wordt. Weet u niet zeker of de erfenis die u of uw partner aan elkaar nalaat in overeenstemming is met jullie huidige wens? Overweeg dan een scherpstelling van jullie huwelijkscontract bij uw notaris. Voor gespecialiseerd advies over successieplanning kan u steeds terecht bij uw notaris of bij Bruno Baudewyns, spaar- en beleggingsspecialist. Baudewijns & Co Hoogstraat 35/A, 1861 Meise, 02 270 00 17
30