2de jaargang nummero 8 1 oktober 2013 Redactie-adres
Giesbaergske
Buizemontstraat 19 9500 Geraardsbergen
koleuren gazette giesbaergske gazette vordat de koleuren goe zoan vermingen
Onafhankelijk multicultureel gazetje ter verdubbeling van de integratie die niet enkelvoudig kan werken. Giesbaergske koleuren gazette is een realisatie en uitgave van Studio Schrever en Uitg. Eigenbegeer
© Studio Schrever
Giesbaergske
zoon een lange stenen trap in vrolijke regenboogkleuren: de 142 kleurige traptredes die de kunstenaarswijk Cihangier met de wijk Findikli (vlakbij het Taksimplein) verbinden werd ook prompt uitgeroepen tot symbool van het Turkse protest van enkele maanden geleden in het Gezipark en op het Taksimplein. De twee gelegenheidsschilders gebruikten ongeveer zeshonderd euro verf om in vier dagen tijd de verfklus te klaren. Enkele dagen later overschilderden de stadsdiensten de kleurige treden opnieuw in het saaie grijs. n De Japanse Ken Hasebe was vroeger in de reclamewereld werkzaam en richtte enkele jaren geleden ‘Greenbird’ op: het is een vrijwillig project dat jongeren aanzet om vuilnis te ruimen in de drukke Japanse steden. Hasebe bedacht een
koleuren gazette
www.giesbaergskekoleurengazette.be
Een verse herfst rolt als een nieuw seizoen ons leven binnen, terwijl het slechts herneemt wat het al eeuwen doet: veranderen. Ook wij mensen doen dat voortdurend. Kwa tijd altijd in dezelfde richting: verjongen doen we geenszins. Schijnbaar soms wel. Maar dat
giesbaergske gazette vordat de koleuren goe zoan vermingen
Om een glimlach op het gezicht van zijn buren in de Turkse hoofdstad Istanbul te toveren, schilderde de gepensioneerde Huseyin Cetinel samen met zijn schoon-
Schrever Wim Buizemontstraat 19 9500 Geraardsbergen
Intussen in de wereld
Naam Voornaam Straat + Nr Post + Plaats
1 Voorwoord van de redactie Licht op de stad Intussen in de wereld 2 Film- & boekenrubriek 3 Miriam, Portugal 4 Boeddhistische Blik: Jan De Vlieger 7 Onderwijs: OKAN-klas 8 Het eerste Koleurenfeest 12 Reportage: Dakloos in Brussel 16 Verhalen van de straat 19 Yassin Najar: Vrijwillige hulp aan daklozen 20 Fietsersbond: nieuw fiets- & wandelpad 21 John Demil: Op weg naar Compostella 22 Zen Sangha 23 Duurzaam verkeer: Kris Peeters 24 Fietscampagne: ‘We Cycle this City’ 25 Walter Aelvoet: FietsPraat 26 Evy Duville: Het leven zoals het is in Ethiopië 28 Manu Grisar: Inkijk 24 Wim Schrever: Integratie 30 Jan De Vlieger: zen in het dagelijks leven 31 Nahid Mohammadi, Khaled Hosseini 32 Gazetteproat 33 Natuurpunt: Vissen in de stad 34 Kleurige verhalen Dana-principe 36 Fotocollage - Colofon Citaat ZH de Dalai Lama
Licht op de stad
perskaart - Giesbaergske Koleuren Gazette
In hou d sta fe l E d i ti e He r fs t ‘ 13
is wat het woord zegt, schijn. Schijnen doet enkel de zon, soms ook vaker in seizoenen waar we dat niet meer verwachten. Niettemin doet zo’n onverwachte zonnedag altijd deugd. We weten immers niet wanneer de volgende is, en of er nog zo’n zonnige volgt.
Misschien is net dat niet weten er zo leuk aan. Want zeg nu zelf, wat je niet weet kan je ook niet deren. We kunnen er achteraf des te meer van genieten: het is een après-soleil die we er zo maar bijkrijgen. Gelukkig wisten we het niet vooraf. (WiSch)
trendy concept dat jongeren aanspoort om bewust op te treden tegen vuilnis en zich vrijwillig te engageren om drukke winkelstraten te ruimen. Greenbird telt nu veertig teams in Japan en vier in het buitenland, waaronder eentje in Parijs. n In Antwerpen is voorbije maand het Red Star Line-museum geopend, als getuige van de legendarische scheepslijn Red Star Line die zo’n zeventig jaar lang haar stempel had gedrukt op de Antwerpse haven. Meer dan 2,5 miljoen vaak anonieme migranten voerden de stoomschepen van de scheepvaartlijn tussen 1875 en 1934 naar de Verenigde Staten, om er een nieuw leven op te bouwen. Tot de passagiers behoorden bekende mensen als Nobelprijswinnaar Albert Einstein en bioloog Irving Bell. Het nieuwe museum
“La fin est dans le commencement, et cependant on continue”. Het is een citaat uit schrijver Samuel Beckett’ s ‘Fin de Partie’ uit 1957, een absurdistisch werk waarbij lokatie en hoofdpersonages geen binding meer hebben met de werkelijkheid. Ook Beckett’s ‘En attendant Godot’ behoort tot diezelfde strekking.
pagina 1
wil er op duiden dat migratie altijd heeft bestaan en dat het een verhaal zal blijven. Terwijl vroeger miljoenen mensen via Antwerpen vertrokken naar andere oorden, is de havenstad nu een plek waar migranten arriveren. Het RSL-museum wil een belevingsplek zijn die aantoont hoe migratie gaat over de dromen van de kleine man die hoopt te kunnen groeien in een ander leven. (Bron: Digi-media) 2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
V o o r w o o r d Iemand die al jaren op en voor de redactie werkt van de échte kranten, antwoordde me grif op mijn vraag wat dat met een mens doet, met die nieuwsdruk leven, dat het ronduit verslavend heet, een krant maken. Met dit achtste nummer kan ik dat enkel maar braafjes beamen: met mijn ene hand blader ik nog na in het pas verschenen issue van de Giesbaergske Koleuren Gazette, terwijl ik met de andere al nota’s noteer voor de negende Gazette die op 1 januari van hetvolgende mensenjaar klaar moet. Niettemin kijk ik voldaan en opgetogen de toekomst tegemoet: na de herfst volgt -als alles goed gaat..- de winter en staan we aan de vooravond van wat een nieuw jaar zou worden -als alles goed gaat. Want wat de toekomst wordt, daarvan kunnen we gelukkig nooit zeker zijn, behalve dan dat de Gazetteboer verder ploegt -als alles goed gaat... Veel lees-, kijk- & bladerplezier in deze achtste editie van de Giesbaergske Koleuren Gazette! Eindredacteur Wim Schrever (reflecterend over het net gepende en potloodscherpend aan alvast de negende Giesbaergske Koleuren Gazette die op 1 januari 2014 uit moet/mag/kan -als alles goed gaat...)
Film
Nieuwe
DE
wildernis
grote natuur in een klein land
In één van ‘s werelds dichtst bevolkte landen heeft zich een natuurgebied ontwikkeld van internationale allure: de Oostvaardersplassen. Hier bepaalt de natuur het ritme. Twee jaar lang volgde een aantal filmteams de vossen, ganzen, ijsvogels, herten en de grootste kudde wilde paarden van Europa. Het resultaat is een natuurfilm zoals die nog nooit eerder in Nederland is gemaakt. De expressieve konik-
paarden werpen hun veulens Still uit ‘De Nieuwe Wildernis’ tussen de kalveren van de majestueuze edelherten en heck- de graslanden en moerassen runderen. keuzes moeten maken die van levensbelang zijn. De Nieuwe Een overvloed aan nieuw le- Wildernis is een natuurspekven probeert met spectacu- takel voor het hele gezin. De laire gevechten nieuwe terri- ‘circle of life’ of ‘kringloop van toria te veroveren. Het is een het leven’ in de Oostvaardersplek die in de lente en zomer plassen wordt schitterend in een paradijs vormt, maar in beeld gebracht. Soms aangrijde winter een grimmig land- pend maar ook humoristisch schap. Er is minder voedsel en vertederend. (bron: website waardoor de bewoners van www.denieuwewildernis.nl)
Boekentip
Sogenji desu - Bertjan Oosterbeek In 2011 vertrok Bertjan Oosterbeek naar Japan om een jaar lang zen te gaan studeren bij zenmeester Harada Roshi. Over dat jaar schreef hij het boekje ‘Sogenji desu’, dat vol staat met – vaak grappige – verhalen uit het leven van een ‘zenmonnik’. Zelf schrijft hij daarover: “Verhalen over waarom iemand überhaupt zijn baan opzegt om een jaar lang op een klein
rond kussentje te gaan zitten mediteren, over het dagelijks leven in een zenklooster, over mysterieus klinkende begrippen als toshi kumi, teihatsu en kufu… En natuurlijk over wat ik van zenmeester Shodo Harada Roshi heb mogen leren..”. Het boek telt 152 pagina’s en is verkrijgbaar via www.bol. com en de boekhandel. ISBN - 9789402105087
Cover van het boek ‘Sogenji desu’ van Berjan Oosterbeek www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 2
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Roots in Portugal Miriam Santos
“Ik had geen vriendjes en kende de taal niet” Na Portugal en Antwerpen nu in Viane Miriam Santos bespaart ons haar langere naam. Want in Portugal verwijst je naam uit vier woorden echt naar je familie. Als stralende, welbespraakte Zuiderling werd ze geboren in Setubal, een havenstad ten zuiden van Lissabon. Deze plek is gekend om de heerlijke sardienen en de overvloed aan verse vis. En toch kwam haar familie naar ons land. Miriam ontmoette er Joost De Vos. Na zes jaar Antwerpen verblijven ze sinds Joost & Miriam
kort in Viane. In een huis achter de tuin van de Moeder van nonkel Guido De Padt. Even terugblikken en dan voluit gaan voor de toekomst in dit rustig dorp.
moetingsplaatsen. De weemoedige Fado-muziek zit vol heimwee en gevoelens. Onze voorouders trokken er op uit om de nieuwe wereld te ontdekken. En toch zijn het niet de grootste wereldburgers. De bewoners moeten er met weinig rondkomen, maar de familie zal je steeds door dik en dun blijven helpen en steunen. Momenteel weegt de Europees opgelegde besparingsdruk zeker zwaar door.”
Eerder arm en grote verbondenheid Portugal is een Zuiders land, gekend van het goede weer. Miriam: “De mensen wonen er in kleine sobere huizen en zien elkaar vooral in een uitgebreid buitenleven en ontelbare cafés en andere culinaire ont- Een wereldstad En dan kwam de jonge Miriam aan in de wereldstad Antwerpen. “Ondanks dat de familie er was, had ik het aanvankelijk wel moeilijk. Ik had geen vriendjes en de taal vormde zeker een barrière. Op de diensten werd alleen Nederlands gesproken. Ik kreeg snel de ingeving om zo snel mogelijk Nederlands te leren. Ik kon me altijd goed uit de slag trekken met Engels, Frans… Een tegenvaller bleven de kleine en grotere uitingen van racisme. Ook het vandalisme en het minder kordaat optreden daartegen zorgden voor heel wat ergernis. De indruk overheerst dat in de wereldstad de meeste mensen eerst voor zichzelf willen zorgen.”
En nu voluit in Viane In het Noorden zijn de mensen zeker kouder. Ze leven meer binnen en zorgen vooral dat de voorgevel van hun huis er keurig uit ziet. Meestal kan men er goed leven en is er een sterke sociale zekerheid. De familiebanden zijn zeker verzwakt… Miriam en Joost: “We willen hier in Viane onze toekomst uitbouwen. Joost wil zijn job als huisschilder volop opnemen. www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 3
Miriam volgt een versnelde VDAB opleiding secretariaatadministratie. De Nederlandse talenkennis wordt verder aangescherpt. Ons doel is om een gezin te vormen met kindjes en een leuk huisje. En dan komt er later nog wel tijd voor meer sport of sociaal en cultureel engagement.” Alle succes gewenst aan de Portugees-Belgische familie! (AMa)
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Boeddhistische Blik Jan De Vlieger, zeven jaar in Japan
“Het mag niet om de vorm gaan” Jan De Vlieger
Het Sogenji-klooster is een Rinzai Zen Tempel in het westen van Japan, aan de rand van de stad Okayama, centraal gelegen in Zuid-Japan (het eiland Honshu), op zo’n 160 km van Hiroshima. Sogenji werd driehonderd jaar geleden gebouwd. Tweehonderd jaar geleden werd het een dojo, onder Taigen Gisan Zenji. Sindsdien komen mensen uit heel Japan naar Sogenji om er spirituele training te volgen. In 1982 had de vorige abt een opvolger gevraagd en werd Shodo Harada als nieuwe Roshi aangeduid door diens leraar Yamada Mumon Roshi, een van de grote Rinzai Zen leraren van de twintigste eeuw. Yamada Mumon Roshi onderrichtte Rinzai Zen aan zowel zen priesters als lekenbeoefenaars. Zijn trainingen waren toegankelijk voor vrouwen en mannen van alle nationaliteiten. Hij ging ervan uit dat alle levende wezens van oorsprong een heldere, pure natuur hadden en dat die door spirituele training opnieuw kon bereikt worden. Zijn hoofdlijnen waren erop gericht om het zelf te vergeten, je ware natuur te zien en door die helderheid en wijsheid alles te doen voor de bevrijding van alle levende wezens. Harada Roshi, leerling van Mumon Roshi gedurende meer dan twintig jaar, zet dezelfde Rinzai Zen traditie verder in Sogenji door het hele jaar door trainingen te geven aan leken en toegewijden, vrouwen en mannen van alle leeftijden en nationaliteiten. Sogenji is bovendien de enige Japanse dojo die Westerlingen toelaat om er een periode van minstens een jaar te verblijven. Er is evenwel een strenge selectie om toegelaten te worden. Shodo Harada Roshi (betekent ‘het rechte pad’) legt de nadruk op creatieve en vindingrijke participatie in elk moment van ons leven op een werkelijke manier, geinspireerd en vrijgemaakt door een diepe ademhaling en een mededogende geest, wat ons toelaat vrij te zijn. Zeven jaar lang verbleef Jan De Vlieger levenszoektocht eerst door Costa Rica (in de zesde editie van de Giesbaergske in het Sogenji-klooster van zen-leraar (Midden-Amerika) en de Himalaya (In- Koleuren Gazette publiceerden we eerder Shodo Harada Roshi. Opgegroeid in dia) gereisd. een artikel over Shodo Harad Roshi, red.). het Oostvlaamse Aalter, had hij in zijn www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 4
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette Jan De Vlieger vertelde ons zijn hele verhaal
‘Het was zeker geen vakantie in de Sogenji-tempel’, opent Jan terugblikkend of het gisteren was. ‘Iedere dag uit bed om 3.30u, en dat terwijl we vaak pas aan slapen toe kwamen om 10.30u.’ Doorheen zijn lange verblijf had hij alle taken in het klooster mogen uitoefenen en was hij de persoonlijke assistent/chauffeur geworden van de Roshi, waardoor Jan een bijzondere band had met zijn leraar. ‘Elke bewoner van Sogenji krijgt elke zes maand een nieuwe taak toegewezen: de eerste taak van iedere nieuwe bewoner van het klooster is de gasten ontvangen en begeleiden. Ook voor mij was dat zo. Na die eerste zes maanden, kon ik de volgende zes maanden in de keuken gaan werken; daarna werd ik voor zes maanden de verantwoordelijke voor de ceremoniën.’ ‘Daardoor wordt je dagelijkse job je eigen koan. Dat is een heel interessant gegeven’, weet Jan. Het gebruik van koans is heel eigen aan Zen-studie (zowel bij de Rinzai Zen als bij de Soto Zen, red.), waarbij de leraar een te doorgronden inzicht aan de leerling opgeeft, die daarmee dan aan de slag kan in de meditatie. Hoe is het zenboeddhisme tot je gekomen? ‘Na mijn humaniora in de sportschool van Meulebeke, trok ik een jaar naar Costa Rica (Centraal-Amerika), waar ik een studie fotografie volgde. Tijdens het jaar, en zeker ook na mijn thuiskomst werd ik opvallend vaak moe, en had ik de ene infectie na de andere. Diagnose CVS werd vastgesteld. Na een zoektocht van twee jaar ben ik ziek en oververmoeid naar de Himalaya vertrokken. Ook op aanraden van een dokter die me vertelde dat een hoogtestage mij goed zou doen. Onderweg naar de Himalaya zat ik drie weken in de burgeroorlog van Kashmir, www.giesbaergskekoleurengazette.be
waar ik in mijn verzwakte toestand toch wat foto’ s probeerde te maken, o.a. voor een Zweedse journalist. Die oorlog heeft mijn leven totaal omgegooid. Toen ik in de ogen keek van een straatjongen die om eten kwam bedelen, wist ik meteen dat ik mijn leven wilde toewijden om anderen te helpen. De blik van die jongen is voor jaren mijn drijfveer in de meditatie geweest. Vastberaden trok ik verder door India. In de Himalaya verbleef ik lange tijd in een onooglijk dorp waar mensen echt wereldvreemd zijn. Maar weet je wat me daar zo opviel? Die mensen daar waren gelukkig, en vrij, ondanks hun barre levensomstandigheden! Hoe zij me daar bijgestaan hebben, dat kan je niet geloven. Ik was er nog zieker geworden en kreeg er nog hepatitis E bij. De mensen stonden me bij, dag en nacht. De intenties die ik daar ervaren heb, daar heb ik geen woorden voor. In India heb ik ook mijn eerste stappen in boeddhisme en meditatie gezet: ik volgde er enkele heftige sesshins (retraites, red.), in een ruimte die kon doorgaan voor een stal, bij vriestemperaturen, met één maaltijd per dag, een hele dag in meditatie. Het was op z’n minst gezegd intens. Ondanks mijn fysieke toestand voelde ik energie tot in de toppen van mijn tenen. Heel bijzonder. De ene ontmoeting bracht er de andere mee en op een dag vertelde iemand me over zen-leraar Shodo Harada Roshi, in het Sogenji-klooster. Het werd mijn volgende bestemming.’ En dan die eerste ontmoeting met Shodo Harada Roshi, de enige Japanse zen-leraar die Westerlingen toelaat in zijn klooster: welke indruk maakte dat? ‘Harada Roshi is een fantastische meester. Als je voor hem gaat zitten, hoef je niets te zeggen. Hij weet gewoon wat er pagina 5
gaande is en zal zelf steeds krachtig in zijn gevoel blijven. Een van de eerste keren dat ik in choka (ochtend gezangen) zat, begon hij ineens te zingen, met zijn duidelijke krachtige stem, in drie verschillende tonen! Ik heb er hele bijzondere momenten mogen beleven. Je moet ook weten dat er acht zen-leraren uit de hele wereld bij Harada Roshi komen. In Amerika, waar hij meer gekend is, wordt hij ‘the teacher’s teacher’ genoemd. Dat zegt toch genoeg. En wat met de taal? Had je enige kennis van het Japans? ‘Helemaal niet. De eerste keren is er natuurlijk een vertaler bij, wanneer je bij Shodo op gesprek gaat. Maar na een tijd kon ik zonder vertaling wel begrijpen wat Shodo mij wilde duidelijk maken. Ik hoefde niet exact te weten wat hij zei en kon de betekenis gewoon aanvoelen, omdat hij daar zo goed in is, in weten wat er is, wie er voor hem zit. Als abt kon hij ook zeer onverwacht handelen, in die zin dat ik als assistent soms het raden had naar hoe hij bepaalde ceremoniën wilde uitvoeren; of de ene keer was het zo, een andere keer wilde hij het weer anders. Ook als hij voordrachten geeft, weet je nooit op voorhand hoe het zal zijn. Op die manier houdt hij zijn studenten scherp en zorgt hij ervoor dat ze niet in een routine vervallen en de concentratie verliezen, maar iedere moment weer aandachtig zijn om te kunnen omgaan met moeilijk situaties.’ Dat laatste hebben we zelf kunnen ervaren bij Harada Roshi’ s vorige bezoek aan de Zen Sangha in Gent (juni 2013), waar hij een voordracht gaf over de spiritualiteit van Rinzai Zen. De uiteenzetting leek niet te stoppen: Harada Roshi breidde zijn betoog steeds uit. We konden zien dat hij er van genoot om onze aandacht als het ware uit te rekken. Hijzelf leek onvermoeibaar. Zenboeddhisme in het Westen Het was Harada Roshi’s leraar geweest, Mumon Roshi, die hem had opgedragen om Rinzai Zen naar het Westen te (helpen) brengen. Naast zijn taak als abt van het Sogenji-klooster is hij ook abt van Tahoma-san Sogenji-klooster in Washington. Tijdens zijn laatste bezoek aan Europa, zette hij tevens ‘zijn stok tegen de muur’ van het zenklooster Hokuozan Sogenji (Asendorf – Duitsland). Daarmee is het eerste Europese zenklooster in de lijn van de Japanse Rinzai Zen nu officieel geopend. Hokuozan is – naast Indozan in India en Tahoma in de Verenigde Staten – 2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
nu het derde aan Sogenji gelieerde klooster buiten Japan. De dagelijkse leiding is er in handen van Sabine ShoE Huskamp die zelf reeds meer dan twintig jaar zen beoefende onder Shodo Harada Roshi. Hokuozan moet uitgroeien tot de ontmoetingsplek van Rinzai Zen studenten in Europa. Door de centrale ligging is het klooster vanuit ieder Europees land makkelijk bereikbaar. Het valt ook op dat de interesse voor Rinzai Zen sterk toeneemt in Oost-Europa. Bij zijn toespraak in Hokuozan bevestigde Harada Roshi dat meer en meer mensen wakker worden en op zoek gaan naar verandering, en zich gaan bevragen over echt geluk, een vraag waar wetenschap geen antwoord op geeft. Hij sprak de wens uit dat spirituele training ons tot een betere wereld zonder haat kan brengen, tot een dieper en echter bewustzijn van waaruit we anderen kunnen dienen en blijvend ondersteunen. ‘Een opvallend verschil tussen meditatie in het Oosten en het Westen, is dat Oosterlingen gewend zijn om volgens vele regels te handelen en te leven, terwijl wij als Westerlingen vaak op voorhand al gespannen zijn, wanneer ons opgedragen wordt hoe we iets moeten uitvoeren. Wanneer ze aan meditatie beginnen, schieten veel mensen meteen in het denken. Ze vragen zich af wat ze zitten te doen, en of Een zomerzon zakt in Oostende de zee in.
www.giesbaergskekoleurengazette.be
ze het wel goed doen. En dat is niet de juiste manier van mediteren. Als we te veel met vorm bezig zijn, zit het niet goed. Ikzelf heb dat sterk kunnen ervaren toen ik hoog in de bergen van de Himalaya zat, afgesloten van de wereld, zonder enige vorm in meditatie. En dus weet ik dat die vorm niet nodig is om tot inzicht te komen. Meesters als Hotei, en ook Mumon Roshi, hebben zich op een bepaald moment ook ontdaan van de vorm: ze lieten een lange baard groeien, verlieten hun klooster en gingen terug onder de mensen. Ook in andere spirituele tradities kunnen we dat zien. Spirituele meesters zien wat geest en wat gevoel is, ongeacht de ideologie. Met denken kan je niet vechten. Het denken moet ‘voelen’ worden. Meditatie is bovendien een traag en heel geleidelijk proces, en de juiste begeleiding is ook heel belangrijk’. Je terugkomst naar België was onvoorzien: na zeven jaar in Sogenji, kreeg je kanker en meteen het advies om terug te keren naar België voor een goede medische opvolging. Intussen is die ziekte onder controle en ben je aan de beterhand. Hoe kan je die spirituele levenshouding en meditatie hier in België aanhouden? Lukt dat en hoe doe je dat? ‘Ik houd vooreerst de wijze woorden van Harada Roshi in gedachten, dat ‘zen in action is ten thousand times more strong than sitting zazen’. Dat om te beginnen
pagina 6
al, want het is inderdaad zo: in het dagelijks leven is het minder makkelijk om de richtlijnen van de meditatie die je in een klooster ervaart toe te passen en zoveel tijd alleen maar zittend op een meditatiekussen te spenderen. Je raakt makkelijk afgeleid en er is altijd wel iets interessanter te doen... Zen is een deel van mij geworden om naar de diepte van mijn zelf te gaan. Als jonge kinderen al wordt ons afgeleerd om ons gevoel te volgen: we worden voortdurend berispt en terecht gewezen. Door spirituele training kunnen we opnieuw contact maken met die oprechte gevoelens en een waarachtige betekenis geven aan ons leven. Hier terug in België ben ik ook nog meer trainingen gaan volgen, o.a. bij Ivo Van Orshoven, om mensen te kunnen begeleiden. En dat is wat ik in de toekomst ook wil gaan doen, zen in action: mensen opvangen en begeleiden in hun spirituele zoektocht. Dat moet daarom niet per definitie zenboeddhisme zijn, ook andere spirituele tradities kunnen prima resultaten leveren om tot bewuste inzichten te komen.’ Even later die dag zien we vanop het strand van Oostende een heldere zonnebol naar de horizon schuiven, de zee in. Het is een klare zomerdag geweest, niet in het minst door ons gesprek met Jan. (WiSch)
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Onderwijs Nieuwe wereldburgers
“Zo snel mogelijk Nederlands leren”
Er mag al ‘s overlegd worden
De OKAN-klas
Een film over nieuwe jonge wereldburgers Een klas met jonge mensen van alle kleuren, met een kleurrijke kledij, een stralende blik…0p het scherm start het eerste filmpje van een donker meisje: “Ik ben Mie-Claire uit Kongo. Dit zijn mijn ouders, mijn familie, een paar beelden over mijn land, dat is mijn filmidool en hier komt mijn toekomstdroom…” En dan volgen Laurette uit Kameroen, Xinyi uit China, Korab uit Albanië, Sambou uit Senegal, Pepick uit Kongo, Norgues uit Kongo, Elio uit Kongo, Raghav uit Nepal, Gerard uit Polen, Soled uit Albanië. Enthousiaste leerlingen
www.giesbaergskekoleurengazette.be
Levensverhaal met nieuwe digitale technieken Op initiatief van de bibliotheek van Geraardsbergen heeft de Onthaalklas Anderstalige Nieuwkomers (OKAN) van het Technisch Instituut St-Jozef (TISJ) deelgenomen aan het project ‘Digital Storytelling’. “Anderstalige kinderen tussen 13-17 jaar, overwegend migranten, vertellen hun levensverhaal aan de hand van de nieuwste digitale technieken. Met digitale foto’s, filmpjes, gescande documenten en hun stem monteren ze het 3 tot 5 minuten durend verhaal van hun afkomst en hun leven. “Het project, in samenwerking met de interculturele beweging Kif Kif, kadert in een dubbele doelstelling van de bibliotheek. Enerzijds de mediageletterdheid bij jongeren bevorderen of een verhaal schrijven, opzoekingen doen, nieuwe media gebruiken. Anderzijds beter de moeilijk toegankelijke doelgroep van migranten en anderstaligen bereiken en hun integratie bevorderen,” verduidelijkt bibliothecaris Paul De Taeye.
Toekomstvoorbereiding met intensief lesprogramma “Momenteel volgen zowat 45 nieuwkomers de onthaalklas in Geraardsbergen of Oudenaarde, vertelt Directeur Luc Dendooven. Dat gebeurt in een lesprogramma van 32 uur per week met hoofdzakelijk Nederlandse taal en daarnaast ook wat sport, techniek, plastische opvoeding. De leerlingen komen uit het Zuiden van de provincie. Het doel is dat ze op de kortst mogelijke tijd Nederlands leren en kunnen spreken. Zij zijn gewoon in het schoolgebeuren ingeschakeld om hun integratie te bevorde
pagina 7
ren. Doel is dat we hun schoolloopbaan zo snel mogelijk een goede richting meegeven. Dan kunnen ze zich inschrijven in een bepaalde school of opleiding. We volgen nog even of de overgang naar het gewoon onderwijs vlot verloopt. Daarvoor kan ik beroep doen op een sterke groep bekwame en gedreven leerkrachten en een paar vrijwilligers. En de bereikte resultaten laten het beste verhopen voor de toekomstkansen van deze jongeren.” Meer info TISJ, Kleine Karmelietenstraat 3, tel. 054/433082 of info@tisj-geraardsbergen.be (AMa)
Een groepsfoto voor het bord
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Vanuit de werking van onze vrijwillige, onafhankelijke en interculturele Giesbaergske Koleuren Gazette organiseerde de redactie van de Giesbaergske Koleuren Gazette op zaterdag 7 september het eerst Koleurenfeest. Een verslag. Het was vanzelf gekomen: de interessante contacten die we sinds 1 januari 2012 hadden opgebouwd door en voor onze publicatie die driemaandelijks een nieuwe editie met vrij leesvoer aanbiedt zonder
Als opening van het eerste Koleurenfeest brachten de twee schouderende koppen van het evenement, Boniface en Wim, een korte dialoog, die hun kleurige bedoelingen meteen duidelijk stelden in een zonnige sfeer, vanop het hoge podium dat de Vredestraat vulde en iedereen verwelkomde:
www.giesbaergskekoleurengazette.be
opdringerige reclame voor producten die we eigenlijk best kunnen missen (vrijheid is nog steeds het hoogste goed), bracht een volgend initiatief zich aan: een feest door en voor de mensen, waarin verschillende culturele gemeenschappen vrij en ongedwongen hun roots kunnen beleven en delen. Met muziek vanuit verschillende contreien, babbelhapjes uit de wereld, enkele gastsprekers en vooral een leuke sfeer om buren & culturen bij elkaar te brengen. Dit alles vanuit dezelfde vrijwillig- en on-
afhankelijkheid waarmee we onze graag gelezen (de zevende editie tikte meer dan 7.000 lezers aan, wereldwijd verspreid) Gazette maken. De Gazette-redactie nam contact met Het Ideeënhuis in de Vredestraat om een straatfeest voor iedereen op te zetten. Samen met dit onafhankelijke huis waar cultuur en geschiedenis een thuis vinden, bouwden we het eerste Koleurenfeest op met een divers programma, in en rond Het Ideeënhuis, in de Vredestraat (by all means...) van de Geraardsbergse binnen-
-
-
Ha, Boni, comment tu vas? Ha, Wim, ja zeer goed. Alors, qu’ est-ce qu’ on fait? Een klein feestje misschien, wat denk je ervan? - Bonne idée! Une fete dans la rue peutêtre? - Top! Voor buren & culturen!
pagina 8
Ha oui, une fête des couleurs! Ja! Een koleurenfeest! Avec de la musique de partout.. En hapjes voor tijdens het babbelen.. Des amuses-gueule, toujours amusant! En enkele interessante sprekers? Ha, bon! Qui alors? Ik weet niet, mss iemand over cultuur
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
stad. De eerste editie was meteen goed gelukt, met muziek uit Congo, Finland (jazzgitarist Kari Antila) en Togo. In het Ideeënhuis was tevens een expo van de schilderwerken van Christian Tamgnoue wamba uit Kameroen. Er waren ook infostanden van Oxfam-Wereldwinkel die hun eetwaren en een exotische cocktail te koop aanboden, Fietsersbond Geraardsbergen-Lierde met alle info over dagdagelijks fietsen, Lets Geraardsbergen met uitleg over het Lets-betaalsysteem en keramist-kunstenaar Marnic De
-
en iemand over Vrede? Tu connais cet homme de Bruxelles? Il est philosophe et il écrit des livres. Je bedoelt Bleri Lleshi, die een rubriek in De Morgen verzorgt? Exact! On l’ invite! Hij zal ons wel iets willen vertellen over intercultuur; Maar wie kan iets zeggen
Lange met een selectie van zijn kunstige http://issuu.com/wimschrever/docs/fotokeramiek. boek_koleurenfeest_i Enkele Afrikaanse mama’s zorgden voor de babbelhapjes uit hun cultuur. Ook op de Facebook van de Giesbaergske Koleuren Gazette kan je nog meer foto We hadden ook enkele gastsprekers uit- en video van het feest vinden. genodigd: zen-leraar Frank De Waele (van Zen Sangha, Gent) over ‘socially en- Vandaag zijn we alvast beginnen plannen gaged Buddhism’ en Bleri Lleshi om wat voor de tweede editie van het Koleurente vertellen over intercultuur. feest, op zaterdag 6 september 2014, in dezelfde vredige straat in de binnenstad Op deze link kan je de volledige fotore- van Geraardsbergen. (WiSch) portage van het Koleurenfeest vinden:
-
over Vrede: de pastoor misschien? Pas mal. Je connais aussi un monsieur de Gand: il s’ engage en buddhisme, pour la paix du monde. Ha, ja, klinkt goed: bel hem maar op. D’ accord; En nog wat muziek om af te sluiten! Qui?
- Ha, ik speel Afro Djembé. - Non, tu blagues? - Ja, echt, met enkele vrienden kunnen we zorgen voor de afsluiter van het kleurige feest. - Hé, oui: allé, hop, c’ est parti! - Welkom op het eerste Koleurenfeest! (WiSch)
Sfeerfoto’s van het Koleurenfeest
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 9
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 10
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 11
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
De straat is
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 12
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Reportage
onze thuis Amerikaans zen-leraar Bernie Glasmann nam het van de bedelmonniken over om straatretraites te organiseren voor zijn zenboeddhistische gemeenschap: alle comfort van onze westerse leven even gedag te zeggen, op straat te gaan leven met een slaapzak als enige bagage en te gaan bedelen om eten. Ook Frank Sensei De Waele past de praktijkoefening toe in de Zen Sangha die hij als zen-leraar leidt. In september organiseerde hij voor de negende keer een straatsesshin in Brussel.
gel naar passanten die zich afvragen wat die mensen daar in stilte zitten te doen en reflecteren ze dat in hun eigen leven. Het gebeurt dat mensen zich aansluiten in de stille meditatiekring.’ Sociale projecten ‘Tijdens ons verblijf in de Brusselse straten bezoeken we ook enkele sociale projecten die voor daklozen belangrijk werk uitvoeren. Poverello is de meest gekende. De organisatie is intussen uitgegroeid tot een gefundeerde structuur met vijftien opvanghuizen in België.’ De naam van de organisatie komt van het Italiaanse ‘poverello’ wat ‘kleine, arme man’ betekent. Het beeldt meteen uit hoe de oprichter, Jan Vermeir, als welgestelde arts ervoor gekozen had om tussen de arme mensen van de Brusselse Marollenwijk te gaan leven. Ondanks dat het hem aan niets ontbrak, kon hij toch geen voldoening vinden. Tijdens zijn zoektocht scheen het hem dat alle bezittingen ons ware geluk in de weg staan en dat het enige echte geluk enkel terug te vinden is in het bijstaan van de behoeftige. In 1978 richt hij Poverello op, om zich volledig toe te wijden aan de hulp die hij anderen kan geven, wat hij in de daaropvolgende twintig jaar deed tot aan zijn dood in 1998. Zijn werk en toewijding wordt nog steeds verdergezet door de vierhonderd vrijwilligers van Poverello die zich ten dienste stellen van mensen aan de rand van onze samenleving. ‘Het is een erg verrijkend werk voor elke medewerker’, staat Johan ons te woord. Hij is sinds lang actief bij Poverello en kent de werking als zijn broekzak. ‘Jan Vermeir was een bijzonder mens die een heel bewuste keuze had gemaakt om de behoeftigen bij te staan. De deur van Poverello staat voor iedere hulpbehoevende open. Ze krijgen hier eten en een slaapplaats als ze dat willen, in een grote slaapzaal. De mensen moeten wel zelf de eerste stap zetten; we gaan hen niet gaan opzoeken: ze moeten zelf komen aankloppen.’
Het is een ingrijpend gegeven om zonder bezittingen te gaan ronddolen in de stad, zonder enige bestemming. Nog meer confronterend is het om je hand uit te steken in de hoop enig voedsel te mogen ontvangen. Het meest direct is de les die je krijgt wanneer je geld wordt toegestopt. ‘Het is een interessante ervaring, die bij elk van de deelnemers anders overkomt. Het is bijzonder leerrijk om te gaan analyseren wat dat met je doet’, vertelt Frank De Waele. Zoals dat vaak bij spirituele tradities het geval is, gebeurt de verderzetting van de zenboeddhistische leer ook via overlevering van leraar op leerling. Frank is leerling van Bernie Glasmann en nam diens gebruik van straatretraites over. ‘Leden van Zen Sangha krijgen jaarlijks de kans om aan zo’n straatsesshin deel te nemen. Voor de negende keer nu ging dat door in de Brusselse binnenstad. Kort ervoor kwam in het nieuws hoe daklozen aan het Brusselse Zuidstation ‘s nachts waren aangevallen. Die berichtgeving is louter toevallig. Ik denk dat daklozen wel vaker met zulke feiten -én nog veel ergere- te maken krijgen, maar het maakte onze geplande overlevingstocht wel wat spannender.’ Naast het bedelen is er tijdens zulke sesshin toch ook veel aandacht voor de meditatie, die dan doorgaat in de straat of op een plein. De deelnemers gaan zitten in een kring om te mediteren volgens hun zenboeddhistische gewoontes. ‘Het is ongewoon om zulke zitgroepen in de stad te zien. Vaak werkt het ook als een spie- In een volgend sociaal project, Het Anwww.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 13
ker, is er enkel voorzien in opvang tijdens de dag. Overnachten kan hier niet. Daarvoor is het gebouw te klein. Wel kunnen daklozen hier terecht om te eten of voor een koffie of thee. ‘Ook voorzien we hen in computers met internet, en we helpen hen met het invullen of aanvragen van de juiste papieren, die ze nodig hebben om uit hun armoedige situatie te raken’, vertelt de dertiger Ruben ons. ‘Dat ze hier een plek hebben waar ze samen iets kunnen eten of drinken is voor hen al heel belangrijk.’ Het project is gegroeid uit een eerdere opvang voor bejaarden die in de stad geen plek meer vonden. Zij zijn hier ook nog steeds welkom maar hun aantal is verminderd. Vaak een logisch gevolg van hun hoge leeftijd. In het derde project, ‘Chez Nous’, niet ver van de Brusselse Beurs, worden we te woord gestaan door Christian, die zelf vele jaren als dakloze in Brussel leefde. We zitten in een kleine ruimte met TLlicht die als het ware direct uitgeeft op de Brusselse straatstenen. ‘Het is bij mij ook een samenloop van omstandigheden geweest. Als jonge man had ik al vroeg de straat gekozen. En dan wordt het steeds moeilijker om er weer uit te raken. Op een bepaald moment in mijn dakloos leven had ik de beslissing genomen om een deel van mijn gebedelde geld bij mekaar te sparen om een cursus te kunnen gaan volgen. Heel zorgzaam en geduldig heb ik dat plan uitgevoerd. Na die eerste cursus heb ik me stilaan kunnen gaan verbeteren en een onderdak kunnen vinden, doordat ik in dit project meteen ben komen werken’, vertelt Christian levendig. ‘Bij ‘Chez Nous’ kunnen we ook enkel voorzien in dagopvang. Sinds kort hebben we ook een tehuis voor vrouwen, ‘Chez Ailles’ -meteen een woordspeling-, want voor dakloze vrouwen is er nog heel veel werk aan de winkel. We werken er nu ook hard aan om meer en betere toiletten -ook voor vrouwen!- in de stad te voorzien.’ ‘Wijzer namen we dan afscheid van Christian, en gingen op zoek naar een slaaplaats voor de nacht’, rond Frank Sensei het interview over de straatsesshin af. (WiSch) 2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 14
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 15
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Reportage
Een dakloze week in Brussel. Het inspireert ook om er wat over te schrijven. Drie korte stukjes die u even meenemen naar het verhaal van de straat in de Europese hoofdstad.
‘Qu’ est-ce que vous avez tous à me regarder comme un singe, vous? Ha oui, vous êtes saints, vous!’ De recente tekst van Stromae’ s laatste nummer komt me spontaan op bij het zien van de ijzige blikken, moordend bijna, wanneer ik mijn eerste handen uitsteek om geld en eten te bedelen. De meest indringende blikken echter zijn die van mensen die me op m’n vraag naar een beetje eten, meteen hun eigen brood geven, met kaas erbij en een tros druiven. ‘t Zijn jonge mannen, harde werkers, Brusselaars met nog andere roots. Ik had eerst getwijfeld of ik ze het zou vragen: het hadden voor m’n part overvallers/verkrachters kunnen zijn, of hun tronie dacht ik er toch onheilspellend uit te zien. Het is net andersom gebleken. Ook intens was de inkijk die ik kreeg van de jongeman -een knappe kerel- bij het Centraal Station die bedelde voor z’n leven, en dat terwijl ik net de eerste frigodeuren op m’n neus had gekregen in deze bedel-cruise en me dat bovendien hard aangekomen was. “Wat een fake ik
www.giesbaergskekoleurengazette.be
was” begreep ik toen deze man me dwars doorheen keek. Bij het bedelen voor het middageten, vertraagde m’n pas. Het was een gelatenheid die ik vroeger enkel bij clochards wel ‘s gezien had en die me nu al eens geworden was. Het was niet enkel een fysisch sein, ook mentaal was het een aangeven van loslaten. Van zo laten zoals het was. Van zoheid. Net zoals de bebaarde bedelaar die hier nu bij ons is komen zitten tegen de kerkmuur aan, en ons wat wijzer maakt over zijn zo-zijn. Zo maar. Zo. Op dat moment kon ik werkelijk oneness ervaren, zoals het bedoeld is: ik voelde me één met die mens. Zoals in Bono’s “we’ re one but we’ re not the same”. Uitleggen kan ik het (nog) niet maar die “we’ re not the same’ is een belangrijk element in die frase. “Not the same” is onmisbaar om “one” te kunnen zijn. (WiSch)
Mensen
pagina 16
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Vrijdag. Laatste dag bedelen. Ik vang meteen een broodje kaas en ga nu voor een koffie. In het eerste koffiehuis -een crêperieword ik abrupt en sans gène afgebalft met “Monsieur?!” wat mij moet doen beseffen hoe hard deze franstalige joli-dame al heeft belastingen betaald en dat ik maar niet moet denken dat. Punt. Het Vlaams Parlement is hier om de hoek.
Een koppeltje van jaren, met roots in een of andere Mexicaanse indianenstam. Hij is galant maar niet meer kwik. Toch helpt hij haar het treetje van de bus af. Zij is nog wat stroever, met een blik als verslagen. Geslagen door het geld, of de belofte ernaar toch. Haar hals tot boven bedekt met een blijk van hun culturele afkomst.
n gapen me aan
Hier regneert het geld. De grote sommen. Geldstromen van belastinggeld die, terecht of niet, in en uit gaan. Scandaleux. Op de tweede plaats, een café met Jupiler-banner boven de deur en enkele erudiete toogbewoners in de hoek van de bar -un café populair, quoi- stel ik m’n vraag opnieuw in ‘t frans. De grauwe patron kijkt me aan. De toog verstomt. Ze gapen me aan. ‘t Lijken minuten. Of hij me soms een koffietje heeft. Hij kijkt nog even neer. Dan weer op: “Sur la terrasse”. Een vraag die tegelijk de voorwaarde is. Ik knik. “Merci monsieur”. En ik buig lichtjes. Vanop het lege terras hoor ik de bar weer opleven met luid gelach en grappen, die ik op mijn meelijwekkende zelf mik. De cafébaas brengt het bakje troost. Z’n blik verraad herkenning. En verdriet. Verbaal buig ik nogmaals “Merci monsieur, j’ apprécie beaucoup”. “Y a pas d’ soucis”, vriendelijkt de man nog. De eenheid is weer rond. We’ re one, but we’ re not the same. (WiSch)
Bolletjes in alle terracotta-kleuren zoals wij dat enkel in verfcatalogi zien. In ‘t echt verft niemand z’n huis zo. Voor het koppel is het een gewoonte van hun geboorteland en het enige wat hen onderscheid van deze grijze geldwereld, waarvan ze gehoopt hadden er ook wel bij te kunnen varen. Het draaide anders uit: de geldstroom van de sociale zekerheid greep hen naar de keel, die nu enkel nog door aarden parels wordt beschermd en waar niet veel meer uitkomt, op een etnische kreet na die enkel zij twee nog begrijpen. Hadden ze maar niet, toen. Gesmacht, versmacht. Zijn galanterie heeft-ie gelukkig niet verloren. (WiSch)
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 17
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Reportage Over René, Pépette, Ludwig en Michel
Meer staat er nu niet op z’n verlanglijstje Tijdens de reportage in de straten van Brussel, nemen we vaak de tijd om met de mensen een praatje te maken. In dit kleine stukje pogen we het leven van drie van hen te schetsen. René en Pépette De veertiger glimlacht wanneer we hem aanspreken. Zijn hondje Pépette gromt, maar wordt meteen tot de orde geroepen. ‘Hij heeft het niet voor camera’s’, voegt René toe. De man leeft al zeven jaar in de Brusselse straten, na vijfentwintig jaar in Parijs te hebben gewoond. ‘Het is eigenlijk toevallig gekomen, eerst was het voor een paar dagen, dat werd dan een week en zonder er erg in te hebben was het een maand, en was ik vertrokken. En zo is het nu al zeven jaar dat ik op straat leef. Maar ik zit er eigenlijk niet zo mee. Ik heb natuurlijk niet het comfort dat ik in een huis zou hebben, maar ik zorg goed voor mezelf’, vriendelijkt René verder. Ik heb meteen de indruk
dat ik uren met hem zou kunnen praten. Hij is een aangename verteller die de wereld kent, én de mensen. ‘Cela m’ arrive de boire un verre, tu sais,’ in die sierlijke taal van Molière, ‘maar ik wil me niet laten gaan zoals ik de meeste daklozen rond me dat zie doen: franchement, dat is toch geen zicht!’ Met een welgemeende glimlach bevestigt hij steeds vriendelijk te zijn met de mensen en het beste van zichzelf naar boven te brengen. ‘Ik doe een babbeltje met de mensen, toon mijn sympathie en dat doet mij wederkerig veel deugd’. Vaak voert hij een circusact op in een straat of op een plein en dan komen een hele rij mensen rond ‘m staan. ‘Het gebeurt dat we dan in groep verder de stad intrekken. Dat zijn telkens fijne belevenissen.’ Of hij het leven op straat zou kunnen gedag zeggen? ‘Honnêtement, non. Nog niet zo lang geleden had ik een vriendin die me uit dit wereldje wou weghalen, maar ik heb bedankt: ik zou het niet kunnen, al deze lieve men-
sen waarmee ik goed en kwaad deel, zomaar achterlaten en niet meer terugzien. Dan kies ik voor de straat, de vrijheid.’ Ludwig Ludwig uit Duitsland is een triester geval: vier jaar al brengt hij in de Brusselse straten door. Wanneer ik naar zijn naam vraag, beeld hij zijn naamgenoot, de beroemde componist, uit. Hij lacht. In zichzelf is hij gelukkig. Dat kan je zien aan zijn ogen, die een dankbaar licht uitstralen. Hij spaart centjes bij mekaar om een lekker broodje te kunnen kopen. De laatst verzamelde geldstukjes laat hij onderaan zijn hoed bij mekaar vallen en legt het bedelbriefje er dan weer bovenop. Kwestie dat de muntjes er niet opnieuw kunnen uitgepikt worden. Of hij een foto mag zien. Ik toon hem de foto die ik net van ‘m maakte. Hij lacht dankbaar. Hij is blij. Écht blij. Hij knikt. Ik geef hem nog een schouderklopje. Hij kijkt me gelaten aan, denkt al aan zo’n lekker broodje. Meer staat er nu niet op z’n verlanglijstje. Michel In de hal van het CS staat Michel voor zich uit te staren. Een blik bier in handbereik. Hij lijkt het wel te weten. Hoe de wereld in elkaar zit. Kan ‘m geen barst schelen. Zolang hij z’n biertje maar heeft. Hij stommelt wat woorden, rolt een sigaretje en gaat ze buiten even roken. Daarna zoekt hij zijn favoriete plek in de stationshal weer op, waar hij steunend op het muurtje de mensen observeert en wegdommelt in zijn eigen universum. Hij weet het wel, wat het is, lijkt zijn blik te zeggen. (WiSch)
Een dagdagelijske straatscène in de buurt van het Brusselse Centraal Station www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 18
2de jaargang, 2de jaargang, nummer nummer 8, 1 oktober 7, 1 juli 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Reportage Vrijwilliger Yassin Najar
“Iedereen is welkom, zonder onderscheid”
Yassin Najar
Tijdens de straatsesshin van Zen Sangha in Brussel maakten de deelnemers kennis met Yassin Najar, die samen met enkele vrienden daklozen komt ondersteunen door het uitdelen van maaltijden, kledij en menselijke warmte. Yassin maakte heel wat indruk met zijn vrijwillige acties.
www.giesbaergskekoleurengazette.be
‘Het is een geheel eigen initiatief dat we opstartten tijdens een zware winterperiode, enkele jaren geleden. De toestand van de mensen in de straat greep ons echt aan en we wilden hen helpen. En toen zijn we dus begonnen met het uitdelen van soep’, opent Yassin. Hij is wat onrustig in zijn kleine thuisstad Geraardsbergen waar we hem ontmoeten voor een interview. Voor zijn werk gaat hij elke dag naar Brussel waar hij zich kan inzetten voor hulpbehoevenden. ‘De voedselbedelingen doen we op zondag. Dan ga ik eerst langs in een restaurant in Ninove waar we gratis soep meekrijgen. De uitbater is intussen een goede vriend geworden. Vandaar rijd ik door naar Brussel, waar we in het Zuidstation een tafel opzetten om de mensen te kunnen bedienen. We nemen ook echt onze tijd om de mensen even hun verhaal te laten doen.’ De hoeveelheid medewerkers verschilt elk weekend. Het zijn er soms wel twintig. Ook een professor aan de VUB komt regelmatig langs om een handje toe te steken. ‘Wat me enorm opvalt is dat er steeds meer jongeren dakloos worden. Zelfs kinderen van dertien zien we wel ‘s’, blikt Yassin verder. Hij wikt zijn woorden. Hij wil niemand voor het hoofd stoten. Het is alsof ze allen rond hem zijn komen zitten om mee te luisteren. Een waarachtig mededogen straalt uit Yassin’s ogen. ‘Maar al die mensen zijn steeds enorm dankbaar. En doet ons allen deugd, om dat te zien. Ze komen soms zelfs vragen om gewoon ‘s een babbeltje te kunnen doen. Daarom hebben we er een gewoonte van gemaakt om ook te voorzien in koffie. Op die manier tonen we hen dat we tijd voor hen maken. En ze vinden dat heel gezellig.’
pagina 19
Positief signaal van een gemeenschap Yassin wil vermijden om erkend te worden als hulporganisatie, omdat dat te veel administratieve en juridische rompslomp met zich meebrengt: ‘We blijven liever als onafhankelijken en volledig uit eigen vrije wil een bijdrage leveren in de maatschappij. Persoonlijk vind ik dat inmenging van boven uit ook snel naar een politieke keuze neigt. En dat willen we zeker vermijden.’ Maar hun acties beperken zich niet tot de Brusselse stations: ‘We zoeken ook vaak verlaten gebouwen op, waar vele daklozen bescherming proberen te zoeken. De situaties in die gebouwen zijn vaak erbarmelijk, dramatisch zelfs. Het is onvoorstelbaar dat er mensen onderdak gaan zoeken in zulke bouwvallige krotten.’ In de winterperiodes gaan ze ook op zoek naar warme kledij om uit te delen aan de hulpbehoevenden. Er is dan vooral veel vraag naar ondergoed, kousen en handschoenen. In de komende periode wil Yassin er werk van maken om hun verhaal te gaan vertellen in Brusselse hogescholen en universiteiten: hoewel er in Brussel veel zin is voor engagement -vooral in de winter valt dat op-, willen ze op die manier jonge mensen blijven sensibiliseren voor wat er in de samenleving mank loopt. Nog niet zo lang geleden zorgde een knappe reportage over hun vrijwilligerswerk ervoor dat ze heel wat meer medewerkers kregen. Zelfs een verpleegster kwam zich spontaan aanmelden om hulp te bieden (link naar de reportage: http://www.youtube.com/watch?v=ll8q6o6aoeo). Het mag een detail heten maar gezien de gangbare populistische en negatieve berichtgeving die we elke dag in vele media terugvinden, vermelden we er toch graag bij dat de groep vrijwilligers die samen met Yassin een inspanning doen voor de daklozen, alle moslim zijn. Op vrijdag bezoeken ze vaak de moskee in Brussel, om hun geloof te belijden. De imam is op de hoogte van hun maatschappelijk werk en ziet dat het goed is. Het was een gesprek met een boodschap dat ook ons hard verwarmt. (WiSch)
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Fietsersbond Geraardsbergen-Lierde wandel- & fietspad
“Een hint naar andere gemeenten”
De Kerkwegel die ter hoogte van de Broekstraat 14 (Lierde) als vanouds Gemeldorp met Deftinge verbindt is heraangelegd. Fietsersbond Geraardsbergen-Lierde nam de gelegenheid te baat om het voet- en fietspad met een familiefietstocht in te rijden. Dat gebeurde op zondag 1 september, die door die dag niet als eerste schooldag gold, maar wel symbolisch mag heten om een veilige trage weg in te luiden. De goede verstaander ziet de vele fietsende schoolgangers al via dat pad school- en weer huiswaarts gaan. Het kan hun dagtaak beslist aangenamer maken. En die van de over-taxiede ouders bewust verlichten... Voorzitter van de Fietsersbond Walter Aelvoet straalt. Het stilwww.giesbaergskekoleurengazette.be
aan toenemende fietsverkeer stemt hem gelukkig. ‘Dat is beslist positief, niet alleen omdat er daardoor telkens minder auto’s onderweg zijn en er zich meer mensen bewust worden van hun verplaatsingsgedrag, maar tevens zet die fietserstrend stads- en gemeentebesturen aan om in meer fietspaden te voorzien.’ Maar of dat er nog wel bij kan in onze huidige wegeninfrastructuur? ‘Het is beslist zo dat veel van onze wegen niet voorzien zijn om ook door fietsers gebruikt te worden. Daarom is het belangrijk dat voor fietsers -en ook wandelaars- alternatieve en veilige wegen worden uitgebouwd of heraangelegd. Deze kerkwegel is daar een prima voorbeeld van: het pad is steeds gebruikt als verbin-
ding tussen de twee dorpen en kan door een eenvoudige aanpassing nu ook in alle comfort door fietsers gebruikt worden. Meteen een hint naar andere bestuursorganen’, knipoogt Walter. (WiSch)
pagina 20
Enkele sfeerfoto’s van de fietstocht waarmee de plaatselijke afdeling van de Fietsersbond de Kerkwegel inreed.
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Reizen Op weg naar Compostella
“Ik leerde dat je met weinig kan overleven”
John Demil
John Demil (Geraardsbergen) stapte naar Compostella Een tocht om een beter mens te worden Op 22 maart nam hij aan het station afscheid van familie, enkele vrienden en werkmakkers. Santiago de Compostella lag 2800 kilometer verder in Noord-Spanje. De planning was om deze afstand te nemen in zowat honderd harde werkdagen. Aanvankelijk was het koud, nat en viel er soms zelfs sneeuw. Het duurde ook lang vooraleer hij een andere pelgrim ontmoette. Dagelijks was er de zoektocht naar voeding, naar onderdak en motivatie om deze zware opgave door te komen. Begin juli stond de Geraardsbergse treinbestuurder John Demil terug in zijn stad. En het is duidelijk dat deze bedevaart of tocht van hem nog een ander en beter mens maakte. Moeizame start www.giesbaergskekoleurengazette.be
Op Belgische grond overnachtte John op vier plaatsen: Sint Pieters leeuw, La Hulpe, Gerpinnes, Namen. John Demil: “Het was een koud en nat voorjaar toen ik begon om de wit-rode GR- route te volgen. Het liep meteen niet vlot toen hij zich voorstelde als pelgrim op zoek naar voedsel en onderdak. “Een paar keren kreeg ik vrij meteen de deur op mijn neus. Een paar mensen bedachten zich blijkbaar na een eerste brute weigering en riepen me terug om wat te genieten van huiselijke warmte, wat krachtig voedsel en een rustige nacht. Ik was al zeer moe toen ik in Namen arriveerde en aan de Franse grens moest ik ook beroep doen op al mijn inzet en moed om door te gaan.” Met de geloofsbrief en het stempelboekje van het Vlaamse Compostellagenootschap op zak, keerde John toch niet voortijdig terug. Dit was een project om vol te houden en de grenzen te verleggen!
ren meestal erg kleurrijk. De gastvrijheid was nog steeds niet denderend. Het verblijf varieerde tussen een luxe verblijf of een strohoop bij de koeien onder een dak waar de sneeuwvlokken doorheen dwarrelden. Minder goede en mooie, ontroerende ervaringen en ontmoetingen gaven me toch moed. De conditie was intussen ook sterk verbeterd en heel wat minder overtollig lichaamsgewicht maakten het makkelijker. Het comfort was ook verhoogd met een lichtere rugzak waaruit alle overtollig materiaal was verdwenen. Met de groeiende gastvrijheid van de Spanjaarden en de leuke verblijfplaatsen kwam Compostella nu sneller naderbij. Toch wel een unieke, onvergetelijke ervaring om daar bij de relieken te staan van de Heilige Jacobus in de indrukwekkende kathedraal. Zoals gepland stapte ik nog drie dagen door tot Fisterra, het einde van de wereld aan de Noord-west-
punt van Spanje. De zon die wegzakt in de eindeloze Oceaan, een pakkende en ontroerende gebeurtenis!! Meer nederigheid Drie maand na ons eerste gesprek, zit ik opnieuw tegenover John Demil. Hij is wat gebruind, wat magerder en hij praat voluit, enthousiast, zelfs begeesterend en klinkt zelfverzekerd. “Onderweg komen allerlei beelden en gedachten door je hoofd over je voorbije leven. Je krijgt blijkbaar de kans om alles eens opnieuw rustig te bekijken en de nodige levenslessen te trekken. Ik leerde dat je met weinig kan overleven. Je bent ook afhankelijk van anderen bij het stellen van vragen naar alles wat je nodig hebt. Ik leerde nog meer om anderen te helpen met een kleinigheid, een kort gesprek, een luisterend oor. En dan merk je dat je ook heel wat terug kan krijgen. Je krijgt ook een rustiger
De kathedraal van Santiago de Compostella
Moeizaam en steeds boeiender Eens in Frankrijk ontmoette John Demil de eerste pelgrimsbroeders en zusters. Sommige stappen, andere fietsen, trekken op met een ezel… “Niet alleen de landschappen veranderden voortdurend en ook de ontmoetingen wapagina 21
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
instelling naar de toekomst als we zien wel… Je leert nog meer genieten van de natuur. Dit stappen is meer dan bewegen en zorgt voor een gezonder lichaam en een frisse geest. Dat wil ik in geen enkel geval meer missen. Daarom heb ik al plannen om de Mont Ventoux op te stappen, om in Ierland te gaan stappen of om naar Compostella te gaan langs een moeilijker weg…”. Een paar dagen terug bestuurde John Demil opnieuw de trein. Het was even aanpassen. Het leven is een tocht van zorgvuldig besturen en ook veelal een rustige passagier zijn. (AMa)
De Camino de Santiago
Within this tree Jane Hirshfield
© Studio Schrever
Within this tree another tree inhabits the same body; within this stone another stone rests, its many shades of grey the same, its identical surface and weight. And within my body, another body, whose history, waiting, sings; there is no other body, it sings, there is no other world.
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 22
Zen Sangha Geraardsbergen is een zitgroep die wekelijks samenkomt om te mediteren volgens de zenboeddhistische traditie zoals die in de Zen Sangha beoefend wordt. We mediteren in stilte, zittend op een kussen, bankje of stoel. Voorkennis van zen of meditatie is niet vereist. Nieuwkomers krijgen een korte instructie over de zenmeditatie. Kom een kwartier voor het begin. We starten stipt om 19.30u. Draag comfortabele, ruimzittende kledij, liefst in ingetogen kleuren. Zitkussens en matjes zijn ter plaatse beschikbaar, maar je kan ook je eigen kussen of zitbankje meebrengen. Waar & Wanneer? Kerk Sint-Bavo, Hoge Buizemont 165, Geraardsbergen, wekelijks op donderdag van 19.30u. tot 21.30u. In 2013 is de groep nog open op donderdagen 5, 12, 19 en 26 september; 3, 10, 17, 24 en 31oktober; 7, 14, 21 en 28 november; 5, 12 en 19 december. Gesloten tijdens schoolvakanties. Alle info op www.zensangha.be en www.zengaardsbergen.be 2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Duurzaam verkeer Autoloze zondag
Europese week van de mobiliteit Van 16 tot 22 september liep opnieuw de Europese week van de mobiliteit. Veel steden speelden er graag op in met allerhande acties ter promotie van de duurzame verplaatsingen en een autoloze zondag om af te sluiten. We gingen langs bij mobiliteitsexpert Kris Peeters (niet de gelijknamige minister) voor wat meer uitleg. Hij is tevens auteur van het boek ‘De file voorbij; afscheid van het automobilisme’, waarin hij ons verplaatsingsgedrag analyseert en bijstuurt. ‘Tot midden de jaren negentig werden nog weinig vragen gesteld bij het feit dat heel onze mobiliteit opgebouwd is rond de auto. Tot dan was fietsen enkel voor losers en het openbaar vervoer werd beschouwd als ten dode opgeschreven. Vanaf dan is echter een kentering gekomen en zijn we ons bewuster beginnen worden van ons vernietigend gedrag: de dreiging om onze mobiliteit muurvast te zetten in files had onze ogen gelukkig geopend. Integendeel begonnen veel steden te werken aan een mobiliteitsplan met veel aandacht voor het gebruik van fietsen en
een beter openbaar vervoer. Ook systemen om in de stad een fiets te kunnen delen vanuit een standplaats (zoals Villo! in Brussel, Velo in Antwerpen en MaxMobiel in Gent) maakten hun opmars: de bevrijdingsoperatie was begonnen. Het dringt stilaan door dat we te afhankelijk zijn geworden van die automobiel en dat de auto niet zaligmakend is als verplaatsingsmiddel.’ In veel steden mogen fietsers in tegenrichting door éénrichtingsstraten rijden en in Brussel is het voor fietsers nu ook toegelaten om door het rood te rijden. Is dat een goede maatregel? ‘Zeer zeker. Fietsers krijgen als zachte weggebruiker meer ruimte en dat is zeker positief. Het is een correctie op iets wat scheef gegroeid is in ons verkeersreglement, dat volledig op maat van de auto gesneden is, waardoor die ook alle ruimte kreeg: alles en iedereen moest wijken voor het autoverkeer.’ Er wordt nu weer ruimte vrijgemaakt voor duurzame mobiliteit. Ook de opnieuw ingevoerde autovrije/-loze zondag is daarvan een duidelijk gevolg? ‘Inderdaad, net als de Car Free
Day en de Strapdag. Het is een goede zaak dat de autoloze zondag in vele steden weer is ingevoerd, en dat kan beslist mensen aanzetten om wat bewuster te worden van de problematiek én welke eenvoudige oplossingen gebruiksklaar zijn. Maar er zou best ook ‘s een autovrije weekdag ingevoerd worden: dat zou veel meer mensen de ogen kunnen openen en dan zou blijken dat we niet alleen op zondag ‘s ‘abnomaal’ doen zoals het voor veel mensen nog overkomt. Het zou ook goed zijn voor de sociale dynamiek die dan vanzelf op gang komt, doordat mensen niet meer in hun autoharnas zitten en er meer vrije ruimte voorhanden is.’ Vrijheid, daar kunnen we alleen maar tevreden over zijn, sluit uw velotieke reporter fietsfluitend af.
Cover van het boek ‘De File Voorbij’’ van Kris Peeters: ISBN 978946001 0811 paperback, 287 pagina’s
Het blog van Kris Peeters kan je volgen op http://deanderekrispeeters.wordpress.com/ (WiSch)
Kris Peeters
Campagnebeeld Europese week van de mobiliteit: ‘Op stap zonder auto, een hele verademing’
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 23
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Fietscampagne We Cycle this City
‘Cycle’ in twee betekenissen De redactie van de Giesbaergske Koleuren Gazette werkte ook een eigen Fietscampagne ‘We Cycle this City’ uit. Het conceptidee is om aan te tonen dat je beter niet met de auto in de stad rijdt: je neemt (veel te veel) plaats in, je stoort je medemens met lawaai, gevaar, overlast, vervuiling en bovendien stoor je ook jezelf, want je raakt je auto niet kwijt, je moet veel betalen voor een parkeerplaats, je staat heel vaak in de file temidden van andere automobielen en je wordt er heus niet blijgezind van, van dat autogedrag. ‘Cycle’ staat voor de cyclus die we moeten maken om onze mobiele
www.giesbaergskekoleurengazette.be
maatschappij weer leefbaar te maken en natuurlijk ook voor ‘cycling’, het Engelse woord voor ‘fietsen’. In de Giesbaergske Koleuren Gazette verschijnen regelmatig nieuwe campagnefoto’s om het fietsen te promoten. Het bedenken en uitwerken van de campagne zijn het werk van fotograaf en reclamemaker Wim Schrever. De volledige campagne staat te kijk op http://www.giesbaergskekoleurengazette.be/ fietscampagne.htm
pagina 24
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Fietspraat Walter Aelvoet
“De tweewieler en zijn baasje tot bij de fietsenmaker” In ‘Fietspraat’ brengt Walter Aelvoet, te brengen. Met zo’ n aanhangkarretje is iets makkelijker langs de Keringstraat en voorzitter van de Fietsersbond Ger- de route naar de top de Heirbaan dan via de Kapellestraat. aardsbergen-Lierde, een stukje van de vermaarTer plekke aangekomen de fietskar afmet zijn ervaringen als ferde Bosberg koppelen, een woordje uitleg over het vent fietser in het dagdagebruik en, oh ja, we vergeten nog bijgelijkse leven. na het koppelstuk los te maken: heel In dit stuk vertelt hij over eenvoudig, de snelsluiting van het een recente belevenis in achterwiel lossdraaien, eruit halen en eigen streek. Het is eigenhet koppelstuk kan op de andere fiets lijk een dubbel-ecologisch gemonteerd worden. verhaal: het ene eco-doel Maar dan komt Murphy om het kruist er het andere. Naast ferhoekje loeren. De snelkoppevent en bewust fietser, is Walter ling blijkt muurvast te zitook een grage Letser. ten: geen nood echter, de Lets-vriend heeft een tang om het onwillige ding los Fietskar? Zo gepiept! te maken. De snelkoppeSinds november vorig jaar is ‘Letsen’ (van ling komt onmiddellijk vrij, ‘LETS’, local exchange and trade system; maar ten koste van de as zie ook www.letsgeraardsbergen.org, red.) die afbreekt. in Geraardsbergen opgestart en maak Dus huiswaarts fietsen ik er dankbaar gebruik van om kleizit er niet meer in, en ne diensten te vragen en anvoor deze keer laat de derzijds ook aan te bieden. tweewieler zich met Dus laat ik het verzoek zijn baasje -ik dus-per om mijn fietskar uit te auto tot bij de fietsenlenen aan mensen maker voeren. die op fietsvakanZo zie je maar: het kan tie gaan niet aan gebeuren. mij voorbijgaan. Maar daar verliest Vermits ik toch deze fietser zijn glimbij de fietslieflach en goede muts hebbers in de niet van! buurt moet zijn, (Walter Aelvoet) beloof ik de fietskar langs
Fietsersbond Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel Tel. 02 502 68 51 www.fietsersbond.be www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 25
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Het leven zoals het is in...
Ethiopië
Evy Duville
Na 6 maanden in Zanzibar gewerkt te heben als hostess bij Jetair, was het vrij duidelijk: ik moest, zou en wou meer van Afrika zien, maar dan op mijn eigen manier. Begin mei 2013 vertrok ik naar Ethiopië, met enkel een rugzak van twaalf kilogram met wat spullen. ‘Ethiopie??Ben je helemaal gek??’ Dat was de eerste reactie die ik van zowat iedereen kreeg. Maar na drie maanden in Afrika reizen, kan ik oprecht zeggen: ‘Ja, ik ben helemaal gek... gek op Afrika!’
www.giesbaergskekoleurengazette.be
Ethiopië, wat een prachtig land, met in het noorden de meer culturele bezienswaardigheden en in het zuiden prachtige landschappen waar de verschillende stammen wonen, waaronder de Mursi: je kent ze wel vanop televisie, die vrouwen die een mega-’talloor’ in hun lip steken. Maar wat me van Ethiopie voor altijd zal bijblijven, dat zijn de mensen. Ze zijn niet altijd de slimste of de rapste, efficiënt nadenken en werken moet in dit deel van de wereld nog uitgevonden worden. Of ze komen in een busstation naast je staan en staan je ongegeneerd tien minuten lang aan te staren omdat ze nog nooit een blanke gezien hebben. Hygiëne, propere toiletten, eten met mes en vork, dat staat helemaal niet in de Ethiopische woordenboek... Maar wat een gastvrijheid! Wat een vriendelijkheid! Wat een warme bevolking van mensen die nog spontaan een glimlach op hun gezicht kunnen toveren, zonder meer. Ze hebben niets en zouden toch alles geven om elkaar en anderen gelukkig te maken!
pagina 26
Mijn reis doorheen het land was vier weken onvervalste ‘back to basics’. Groot was mijn verbazing dus ook toen ik in de luchthaven van Mombasa (Kenia) een Bounty en Coca-cola Light vond, die bovendien nog niet vervallen waren... In Kenia besloot ik een maand vrijwilligerswerk te doen in een weeshuis, met zesendertig kinderen tussen drie en achttien jaar. Nu moet je weten dat ik niet echt een kindjes-persoon ben. Ik ben een jonge vrouw van tweeëndertig, single, kinderloos en volop gelukkig... dat zegt genoeg! Maar ook hier weer, wat een indrukwekkende ervaring, die ik voor altijd met me mee zal dragen: om 6.30u. kindjes naar school brengen, kamers poetsen, in de middag kindjes van school halen, helpen huiswerk maken, kleren wassen (met de hand), eten, de bijbel lezen, zingen, spelletjes spelen,... Ik heb mijn grenzen écht weten te verleggen. Niet alle kinderen zijn er weeskindjes. Ze hebben misschien nog wel een mama of papa maar die is contant dronken, of zit
2de jaargang, 2de jaargang, nummer nummer 8, 1 oktober 7, 1 juli 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Ethiopië aan de drugs, of mishandelt hen, of heeft AIDS, of heeft beslist de kinderen in de kerk achter te laten. Situaties die we ons niet kunnen voorstellen. Wat betreft overbodige luxe, zouden onze Belgische kindertjes eens hierheen moeten komen en zien dat je ook zonder televisie, computer of speelgoed een kind kan zijn. Bij het instoppen van de babyjongens ’s avonds, werd ik telkens een beetje week. Die ukjes van drie jaar zonder mama die om hen geeft of een papa die er altijd is. Ik word er nog altijd een beetje droevig van, vooral omdat ik weet hoe het is om in een liefdevol gezin op te groeien, met een warm bed, lekker eten, een echte mama en papa en twee leuke zussen. Ik ben waarschijnlijk teveel verwend hierin! En toch hebben deze weesjes hun eigen grote familie in het weeshuis en genoeg ‘aunties & uncles’ (het personeel) die hen met veel liefde opvoeden. T.I.A.: This is Africa! Ik ervaar het alvast op een positieve manier en hoop dat deze reis nog heel lang mag duren. Want elke dag leer ik iets nieuws bij en elke dag besef ik dat ik maar niet genoeg kan krijgen van Afrika! (Evy Duville)
Foto r.r.
Evy Duville met weeskindjes Natuurschoon in Ethiopië
Foto r.r.
www.giesbaergskekoleurengazette.be www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina pagina 27 27
2de jaargang, 2de jaargang, nummer nummer 8, 1 oktober 7, 1 juli 2013 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Inkijk Manu Grisar
“Poetsen loont de moeite” Meer dan twintig jaar beoefent Manu Grisar het Tibetaans boeddhisme, in Yeunten Ling (Hoei) en in het Tibetaans Instituut in Schoten. Vier jaar geleden was hij slachtoffer van een zwaar verkeersongeval. Met een dubbele bekkenbreuk, twintig dagen coma en het verlies van zijn gehoor als gevolg. De vijfenveertigjarige man, een getrouwde vader van twee tieners heeft dus veel dingen moeten loslaten. Dingen die wij als normaal vinden. Voor hem is het uit de lijst geschrapt. Hij houdt een revalidatieboek bij waarin hij zijn toestand en bevindingen over het leven zoals het is, neerpent.
Manu Grisar
www.giesbaergskekoleurengazette.be
Glimp Ik trek mij geregeld voor een week terug, en in de dagelijkse routine ook op verschillende momenten, zélfs tijdens de huishoudelijke of andere taken. (de dingen doen terwijl je ze doet, en niet “doet-ie het of doet-ie het niet”). Ik zie mooie dagopeningen. De hemel in het uur blauw. Terwijl de gebouwen nog in een stukje nacht vertoeven, met de lichten van binnen nog aan, knalt de hemel al helemaal blauw uit zijn voegen. Ik stap terwijl ik stap en kijk terwijl ik kijk. En ik zit terwijl ik zit. ’s Ochtends vroeg bij het krieken van de dag, naar binnenkijken, mijn geest trainen. Die wilde olifant vasthouden bij het touw en zachtjes, met mildheid, aan het paaltje vastknopen. De onrustige aap in het huis met de vijf ramen werk geven zodat hij heel geconcentreerd blijft. Steeds langer, rustiger en meer gefocust. Maar toch in een heel ontspannen vriendelijkheid, in een welkome ruimte. En plots borrelde op die vroege ochtend van diep binnenin dat gevoel van ‘juist’ zitten, op de goede weg, de juiste manier. Een glimp van “dit is het”, op een heel natuurlijke, heel pure manier. Een gevoel dat alles klopt waarin een groot vertrouwen opwelt. Net alsof ik al jaren verloren reed en allerlei weggetjes in ging, zoekend, onrustig, en dat er nu iets van herkenning binnenkomt: ik ben pagina 28
op de juiste weg, ik weet dat ik terug op de kaart ben, “ik ben thuis” waar ik ook ben. Het is de eerste keer sinds mijn ongeval van vier jaar geleden dat ik dit ervaar. Een laken werd door de wind opgetild en viel terug, perfect in de plooi, een nieuwe plooi, maar dat is prima. Precies goed zoals het is. Het laken, een geest, net alsof het een spook was dat dwaalde. Maar nu, helemaal nú, helemaal okay, een ruggensteun, een diep gevoel van vertrouwen. Niet buiten mezelf maar ín mezelf. Ik zag een glimp van dat diepe opborrelende fundamentele vertrouwen. Ik weet niet precies hoe ik het moet noemen, ik weeg de woorden af, maar vind geen juiste verpakking. Je zwemt en zwemt al eindeloos lang en plots voel je de bodem onder je voeten, geen branding of kust maar iets wat je draagt. En misschien ook wat steun geeft in je rug. Een “Yes!-moment” maar dan heel stilletjes. Een kiem, iets wat nog kan groeien. Een nieuwe long, verse lucht, een hele intieme vreugde, pretlichtjes vanuit een vuurtoren van vertrouwen. Net alsof je terug volledig (vol-ledig) kan ademen na het gebruik van een inhalator bij een astma-aanval, maar dan op het niveau van de geest (ook al is het een buik-gevoel). De glimp van die ochtend zorgde voor een innerlijke-glimp-lach. Maar ook stiekem grijpen om dat gevoel vast te houden, te herhalen, in een schatkist te steken. Terwijl het net groeit door de ruimte die je eraan geeft. Het is er, het kan niet weg, er lag gewoon héél erg veel stof op, waardoor ik het glimmen niet meer kon zien, en ik dacht dus dat die er niet was. Terwijl het een fundamenteel deel is van mezelf, van elk van ons. “Poetsen” loont dus de moeite, en een poets bakken hoort er ook wel bij. Voor een knipoog heb je toch geen schaar nodig? Maar juist een open geest, met die vrolijkheid in het serieuze en het ernstige in de glimlach. Om een knipoog te zien moet je juist je ogen open houden en de deur van je hart steeds op een kiertje. Je kan er heus geen verkoudheid aan overhouden. Enkel tranende ogen … Omdat het juist zo mooi is! (MaGri) 2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Cursief Wim Schrever
We zijn gelijk omdat we anders zijn Integratie is larie. Integreren is lulkoek, het is een uitvindsel van onze Westerse commerciële en socio-politieke cultuur. Het is niet nodig om te “integreren”, om in onze diverse maatschappij over integratie te spreken, want we zijn allemaal even divers: jij bent even divers als ik. Ik ben even divers als jij. De diversiteit is m.a.w. gewoonweg te groot om ook maar te kunnen integreren; we zijn niet één ding. In een wijs boek las ik onlangs dat we allen negen vormen van bewustzijn hebben: volgens dat boek halen we de eerste zes bewustzijnsvormen via onze zintuigen: het zintuiglijk bewustzijn (zien-horen-voelen-smaken-ruiken-denken), de zevende bewustzijnsvorm is het ego, de achtste is onze memorie en de negende is een algemeen bewustzijn. Doordat we dat allemaal hebben -elke levende mens zonder uitzondering heeft negen verschillende soorten van bewustzijn!- gaan we op alles anders reageren en daar anders mee om. Dus zijn we allemaal heel divers in onze gedragingen en uitingen. En net daarom zijn we allemaal gelijk. In het westen zijn we onszelf gaan beschouwen als standvastig, uit één stuk, zelfverzekerd, wat ons door de kapitalistische en commerciële wereld is ingelepeld: we rijden niet met een auto met voorverwarmde zetels, we zíjn die auto; we dragen geen kleren van merk X, we zíjn die kleren, we zijn dat merk. Alsof we slechts één ding zijn! Dat is natuurlijk larie: we zijn allen heel divers, en dus aangezien we dat allemaal zonder uitzondering zijn, zijn we gelijk. Dus is er geen integratie nodig. Tenminste niet in de zin die wij hier sociaal-politiek begrijpen: er is wél integratie nodig van ons eigen zelf in ons leven om nog meer te zijn wie we werkelijk zijn. Als we werkelijk zijn wie we werkelijk zijn, dan zijn we één: één met de wereld, één met alle levende wezens. ‘We’ re one, but we’ re not the same’, zoals het nummer van de Ierse wereldband het zo lekker bekt. (WiSch) www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 29
Wim Schrever
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Cursief Jan De Vlieger
Zen in het dagelijks leven
Jan De Vlieger
daardoor komt er een natuurlijke rust over ons. Maar al te vaak, gedurende de dag, kiezen we het denken als bron om actie te ondernemen. Het vraagt oefening en inzicht om ook te voelen en te ervaren in het dagelijkse leven. “Leef vanuit je buikgevoel“, zegt Shodo Harada Roshi vaak. Al te vaak denken we eerst, om pas daarna te handelen. En waar blijft het voelen dan? Voelt het wel goed wat ik doe? Handel ik uit aangeleerd automatisme of handel ik met een rustige en open geest, wat vaak veel betere resultaten geeft in het werk en in het contact met anderen. Door oefeningen en meditatie leren we opnieuw eerst te voelen of te ervaren, wat het denken niet activeert.
Enkele maanden geleden volgde ik in Duitsland een meditatiesessie bij mijn Japanse zen-leraar Shodo Harada Roshi, en deelde ik hem mijn ervaring, deels vraag, over begeleiden van meditatie . Toen ik hem vertelde dat meditatie voor velen geen echte transformatie bracht, antwoordde hij: “Natuurlijk niet: als je geen technieken aanleert hoe mensen het in het dagelijkse leven kunnen behouden wat ze in de meditatie ervaren, dan is er vaak geen echte, diepe transformatie”. Ik was blij dat te horen, want ik was ook al eerder tot die conclusie gekomen. Vanuit onze opvoeding thuis en in de maatschappij waarin we leven, We zijn allemaal lichaam (hande- leren we vaak eerst denken. En uilen), geest (denken), en ziel (erva- teraard is het denken nodig om alren, voelen). les goed te laten verlopen en ons Als we in meditatie zitten, dan verstaanbaar te maken en ervoor gaan we naar het ervaren. We be- te zorgen dat de rekeningen klopleven onze innerlijke kracht, rust, pen. verbondenheid, openheid, levens- Maar al te vaak word het denken lust en door te voelen en observe- iets dat men niet meer kan loslaren word het denken niet als basis ten. Het word een non-stop gesturingsprogramma gebruikt, en zoem in ons hoofd. En voor som-
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 30
migen gaat dat zelfs ‘s nachts door. Wat onze gezondheid ook schade kan toebrengen. Vele chronische klachten verdwijnen echter pas door het be-leven, het ervaren van diepe rust. Wat ik het allerbelangrijkste vind is het leren ervaren wat het is om geen gedachten te hebben. Dan volgt er een natuurlijk, licht gevoel in hoofd, ziel en lichaam. Nadat we door te mediteren op ontspannende manier onze diepe kracht hebben kunnen ervaren, proberen we die ook mee te nemen in onze relaties met de anderen, in het dagelijkse leven, op het werk. En net dat is de uitdaging en het uiteindelijke doel. In Japan ging ik met mijn zenmeester vaak mee naar grote bedrijven om meditatiesessie’ s te geven, zelfs tijdens de werkuren. Daardoor konden de werknemers even terug naar het gevoel en de rust terugkeren om dan met een lichter hoofd en een gevoel van vrijheid terug aan het werk te gaan. Natuurlijk wordt dat hier in onze contreien jammer genoeg niet gedaan, maar er zijn meer dan voldoende technieken om op gelijk welk moment en in gelijk welke situatie te ervaren wat je werkelijk bent ... en werkelijke rust te ervaren. Met dank aan al mijn meesters. (Jan Sozen De Vlieger)
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Literatuur Nahid Mohammadi
Heimwee naar achtergelaten geboorteland In de rubriek ‘Koleurenboeken’ werpen we onze blik op literatuur doorheen verschillende culturen. Onze literatuur-medewerkster, Nahid Mohammadi, vertelt ons meer over het boek “En uit de bergen kwam de echo”, van schrijver Khaled Hosseini. En uit de bergen kwam de echo – Khaled Hosseini Khaled Hosseini is op dit ogenblik een van de meest getalenteerde schrijvers in de Verenigde Staten. Hij werd in 1965 geboren te Kabul, in Afghanistan. Aangezien zijn vader voor het Afghaanse Ministerie voor Buitenlandse Zaken werkte, woonde hij tijdens zijn jeugd afwisselend in Kabul, Teheran en Parijs. Toen het Afghaanse regime veranderde, besloot zijn vader (op dat ogenblik in Parijs), om niet meer terug te keren naar Afghanistan, maar om politiek asiel aan te vragen in de Verenigde Staten. Rond 1980 vestigde de familie zich in California en woonde er enige tijd zo goed als in ar-
moede. Khaled Hosseini studeerde geneeskunde in San Diego en werd internist. Hij keerde pas in 2003 voor het eerst terug naar zijn geboorteland. Khaled Hosseini is niet alleen een dokter, maar hij is ook een groot verhalenverteller. Hij slaagt er telkens weer meesterlijk in om de Afghaanse geschiedenis van de voorbije 40 jaar te vertellen doorheen de ogen van gewone mensen, die de gebeurtenissen in hun land ondergaan en de gevolgen ervan dragen. Op die manier verleent hij een gezicht aan het Afghaanse volk dat voor de gemiddelde westerling vaak slechts gekend is vanuit de nogal surrealistische, onpersoonlijke beelden van de nieuwsuitzendingen. Hijzelf noemt zijn verhalen wel eens “een opeenvolging van uitvindsels, die zo goed als de realiteit evenaren”. Khaled Hosseini is stichter van de Khaled Hosseini foundation, een non-profitorganisatie die humanitaire hulp biedt aan Afghaanse vluchtelingen, en dat ook samenwerkt met UNHCR.
Khaled Hosseini
Foto r.r. www.giesbaergskekoleurengazette.be
Zijn debuutroman “De vliegeraar” (geschreven in 2003) werd een internationale bestseller. Het is inmiddels ook wondermooi verfilmd. Khaled Hosseini’s heimwee naar een achtergelaten geboorteland, dat volledig werd vernield, ligt ontegensprekelijk aan de oorsprong van zijn inspiratie. “De vliegeraar” en diens opvolger “Duizend schitterende zonnen”, opende de blik van de lezer op het allerdaagse leven in Afghanistan, de periode onder Zahir Sjah, de bezetting door de Sovjets, de oorlog, de achterstelling van de Hazara-minderheid, het lijden van vrouwen en de gruwelen van de Taliban. Zijn recentste roman “En uit de bergen kwam de echo” gaat over een meisje dat door haar familie uit pure armoede wordt verkocht aan een rijk en kinderloos echtpaar. Het boek gaat over deze adoptie, over wat er uit voort vloeit en wat ermee verband houdt. Het is een opeenvolging van ervaringen van personen die met elkaar in verband staan, soms bewust, vaak ook onbewust. Het speelt zich af in verschillende tijdszones, op verschillende plaatsen in de wereld, en betreft verschillende invalshoeken…
Nahid Mohammadi
ook hen van elkaar vervreemdt. Het verhaal beschrijft een heel complexe realiteit. (NaMo) “Tijdens de rit van het vliegveld van San Francisco naar huis denkt Idris met een gevoel van vertedering terug aan de chaos van het verkeer in Kabul. Vreemd om in zijn Lexus naar het zuiden te rijden, over de keurige egale rijstroken van de 101, met de altijd behulpzame Cover van Khaled Hosseini’ s boek
Zijn roman “En uit de bergen kwam de echo” geeft inzicht in de Afghaanse samenleving, het stadsleven, het plattelandsleven, het leven van de armen, het leven van de burgerij, het leven als Afghaanse emigrant en als ontwikkelingshelper… Het vertelt ook veel over wat Afghanen wereldwijd met elkaar verbindt en wat tegelijk
pagina 31
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
snelwegborden, en de hoffelijke mensen, die signalen geven en inschikkelijk zijn. Hij moet glimlachen bij de herinnering aan al die jeugdige, roekeloze taxichauffeurs aan wie Timur en hij hun leven in Kabul toevertrouwden. Op de stoel naast hem vuurt Nahil de ene vraag na de andere af. Was Kabul veilig, hoe was het eten, is hij ziek geweest, heeft hij overal foto’s en video’s van gemaakt? Hij doet zijn best. Hij beschrijft haar de scholen die door granaten verwoest zijn, de mensen die in gebouwen zonder dak hokken, de modder, de bedelaars, de gebrekkige stroomvoorziening, maar het is net als muziek beschreven. Hij kan het niet tot leven wekken. De boeiende en levendige details van Kabul – de sportschool midden tussen de puinhoop bijvoorbeeld, met een afbeelding van Schwarzenegger voor het raam – zulke details ontsnappen hem nu en zijn beschrijvingen klinken bloedeloos, algemeen, net als die in een bericht van een persbureau. Op de achterbank doen de jongens hun best belangstelling te
tonen, ze luisteren een poosje, of doen alsof. Idris voelt dat ze zich vervelen. Dan vraagt Zabi, die acht jaar is, aan Nahil om de film te starten. Lemar, die twee jaar ouder is, probeert wat langer te luisteren, maar al snel hoort Idris het geronk van een raceauto uit zijn Nintendo DS. ”Wat is er aan de hand, jongens?” moppert Nahil. “Jullie vader is net terug uit Kabul. Zijn jullie niet nieuwsgierig? Hebben jullie hem niets te vragen?” “Laat maar”, zegt Idris, “Laat ze maar”. Maar hij stoort zich wel degelijk aan hun gebrek aan belangstelling, hun zorgeloze onwetendheid over de genetische toevalstreffer die hun dit bevoorrechte leventje heeft bezorgd. Hij voelt plotseling hoe er een breuk loopt tussen hemzelf en zijn gezin, zelfs tussen hem en Nahil, die vooral vragen stelt over restaurants en het gebrek aan sanitaire voorzieningen. Hij kijkt haar en de jongens nu verwijtend aan, zoals zijn voormalige landgenoten hem moeten hebben aangekeken toen hij in Afghanistan arriveerde.” (uit het boek ‘En uit de bergen kwam de echo’, Khaled Hoesseini) De wereldwijde bestseller van Khaled Hosseini ‘De Vlliegeraar’
Gazetteproat ‘Zie je dan niet hoe bruin ik wel ben?!’ Onze Afrikaanse vriend en buurman glimt zonovergoten als hij immer is. Tandenlachend spiegelt hij ons onze vooringenomenheid terug naar onze in de maling genomen gedachten. Het was zijn eenvoudig antwoord op onze vraag of hij mooi weer had gehad, op vakantie in zijn thuisland Senegal. Humor die je even met de blikken open zet. (Prof. Drs. A. Ajwish)
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 32
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Natuurpunt Natuur... in de stad
Vissen in de stad
Baars
Paling
Zicht op de Dender in Geraardsbergen
Een bijdrage van Natuurpunt, uit hun recentste ledentijdschrift Natuur.blad dat driemaandelijks verschijnt, over vissen in de stad. Natuur in de stad: een contradictie? Niets is minder waard. Je vindt er gewone natuur op ongewone plaatsen. Er komen planten en dieren voor die vaak alleen in het warmere microklimaat van de stad kunnen overleven. Ga met open blik in de stad op zoek naar natuur en laat je verrassen. Staar eens naar het water en je zal begrijpen wat die reigers in de stad komen doen. Onze Vlaamse steden zijn in de zomermaanden vaak het tafereel van ‘streetfishing’. Streetwww.giesbaergskekoleurengazette.be
er ook in de binnenstad heel te mijmeren. Zij weten al veel wat aan natuur te vinden is. Zo langer dat de rivier in de stad kwam het instituut voor natuur opnieuw leeft. (Peter De Ridder) -en bosonderzoek (INBO), vissen in de Binnendijle (Mechelen), onder andere met fuiken. Dat leverde in totaal zo’n vijftien vissoorten op. Naast de usual suspects (je ziet wel al eens een dode karper of zeelt drijven), waren er ook exotische nieuwkomers zoals zonnebaars en blauwbandgrondel. Het spectaculairste exemplaar was een reusachtige paling die eigenlijk niet meer uit de fuik wou. Verschillende soorten werden tentoongesteld in aquaria. Het lokte een massa kijklustigen, want niemand Eigenlijk hadden we al wel een vermoedde zo’n rijkdom onder goed idee van wat er in de bin- de waterspiegel. nenstad zoal rondzwemt. Vijf jaar geleden wilde Natuur- Niemand, behalve dan de rei- Meer info over Natuurpunt op punt via allerlei activiteiten (‘24 gers. die staan daar niet zo- www.natuurpunt.be uur in de natuur’) aantonen dat maar naar het blinkende water fishing is een nieuwe rage, die oorspronkelijk uit Parijs overgewaaid komt. Het brengt een nieuwe dynamiek in de van nature eerder statische hengelarij. Langs de rivieren in de binnensteden zwermt de internationale mix van streatfishers uit en gooit her en der de hippe lijntjes uit. Je komt er ook aan de weet welke vissoorten er in onze stedelijke waters zitten. Het zijn verdacht veel baarzen. Geen wonder: met het soort van kunstaas dat ze gebruiken, richten streetfishers zich immers op de coolste van alle vissen: de roofvissen.
pagina 33
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Vanmorgen mocht ik de auto lenen van mijn Afrikaanse vriend Boniface (het was een verplaatsing die écht en spijtig genoeg niet per fiets kon gebeuren, erefiets-woord!). Hoewel ik verwittigd was -want ik was reeds eerder in Boni’s Afro-auto meegereden- dook ik bij het omdraaien van de contactsleutel meteen in een warm bad van puur en onversneden enthousiasme van onze andersculturele medeburgers: een hemelskleurig deuntje vol levendig ritme en blijheid schalde luid door de speakers van de modeste auto, die als het ware niet op brandstof reed maar op afro-
beats. Ik draaide de ramen en de volumeknop nog wat meer open. Heerlijk, zalig. Hier word je voorwaar een ander mens van -veeleer dan van de hippe rijkemensentrends om dat proberen te doen in een warm houten hok of een kolkend bad dat luistert naar de naam “Wellness”. Welwel, heb ik ooit? Nee, dat heb ik beslist niet: met de muziek vervloeit mijn zijn in een heerlijk leven zoals het is. Niet meer en niet minder. ‘Non, non, il faut pas pleurééér’, zingt het lied mededogend alsof deze Afro-chants draadloos aanvoelen hoe ongelukkig het is een Euro te zijn... (WiSch)
Dana-principe
Volgens het aloude boeddhistische danaprincipe (Dana betekent vrijgevigheid, één van de hoogste deugden in het Boeddhisme) kunnen degene die dat zouden willen een vrijwillige gift schenken aan Giesbaergske Koleuren Gazette. De redactie van de Giesbaergske Koleuren Gazette koos ervoor om dat door te schenken aan een goed doel, nl. Zen Sangha, die ook een lokale zitgroep in Geraardsbergen heeft.
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 34
Schenkingen en giften aan Zen Sangha zijn welkom op volgende rekening, met de vermelding ‘Giesbaergske Koleuren Gazette’: Rekeningnummer BNP Paribas Fortis: 001-3822549-49 van Zen Sangha vzw, Elyzeese Velden 10 B, 9000 Gent (België) Gegevens voor betalingen uit het buitenland: IBAN-nummer: BE97 0013 8225 4949 BIC-code: GEBABEBB Bank: BNP Paribas Fortis, Warandeberg 3, 1000 Brussel, België
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Vier bange kinderogen. ‘t Zijn tieners. Ze hebben Turkse roots, hoor ik hun papa vertellen. De blanke vrouw die hen minachtend wil voorbijsteken in de winkelrij schelde hen nochthans voor een andere nationaliteit uit; waarop de papa in zijn taal corrigeerde. Schaamte overmeestert me meteen: hoe een witte medeburger dit andersculturele gezin vernedert. De vrouw raast er ook de ongepaste scheldwoorden bij. Ik ril van schaamte en poog de verschrokken tienerblikken opnieuw vertrouwen toe te spreken. Zulke situaties hebben ze eerder moeten aanzien. Ze voelen opnieuw alle voorgaande keren bij dit woord-aggressieve gedrag. Ook fysisch durft de vrouw het zonder blozen aan de kinderen te verwaarlozen door prompt vooraan te gaan staan, alsof zij meer leven hoort te hebben dan deze prille mensen.
Ondanks mijn pogingen tot herstel, blijven de kids geschrokken. Ik excuseer me met mijn hele zijn aan de papa, die ‘’t is niks’ nog stamelt en met zijn twee flinke zonen de winkel verlaat. ‘t Is niet gepast om dit geval alleen maar racistisch te noemen: het is veeleer een fout gedrag. Van een foute denkwijze. En een foute houding. Gemakshalve noemen we het ook racistisch. Maar dat is weeral zo’n etiket dat het hokjesdenken bevestigt. Het is gewoon fout. En dat is geen etiket. Integratie is nog zo’n etiket. Dat die ‘van ginder’ de gebruiken ‘van hier’ maar beter leren leren. Want anders botst dat met ‘ons’. Het is gewoon een kwestie van opvoeding, van ‘ons’. Ook dat is geen etiket. (WiSch)
Sterrenbomen, K. Leurpalet
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 35
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Giesbaergske Koleuren Gazette
Giesbaergen multiculturèl
Colofon
Hoofdredactie: Wim Schrever Eindredactie: Wim Schrever
Fotografie & Vormgeving: © Studio Schrever All rights reserved Tekst: Wim Schrever Nele De Winde Armand Matthijs Nahid Mohammadi Walter Aelvoet Evy Duville Manu Grisar Jan De Vlieger Productie: Studio Schrever MD Webdesign Uitgeverij: Uitg. Eigenbegeer Redactie-adres: Buizemontstraat 19 9500 Geraardsbergen Werkten mee aan dit nummer: Munkhbayasgalan Zola Bonniface Agboka Koku Website: www.giesbaergskekoleurengazette.be
© Studio Schrever
Gratis inschrijven op de nieuwsbrief van de Giesbaergske Koleuren Gazette kan door op de website op ‘inschrijven’ te klikken: u ontvangt dan de meest recente editie van de Gazette in uw mailbox.
“We have a largely materialistic lifestyle characterized by a materialistic culture. However, this only provides us with temporary, sensory satisfaction, whereas long-term satisfaction is based not on the senses but on the mind. That’s where real tranquility is to be found. And peace of mind turns out to be a significant factor in our physical health too.”
H. H. Dalai Lama
www.giesbaergskekoleurengazette.be
pagina 36
2de jaargang, nummer 8, 1 oktober 2013
Het is niet toegelaten de Giesbaergske Koleuren Gazette te gebruiken voor publicitaire of commerciële doeleinden. De Gazette mag niet verkocht worden.
Redactie: Wim Schrever Nele De Winde Armand Matthijs Nahid Mohammadi