gratis tweemaandelijks onafhankelijk stripinformatieblad augustus / september 2009
167
Gerrit de Jager, Brecht Evens
Zozolala winkels ZozoLala is een onafhankelijk stripinformatieblad, uitgegeven door Stichting Zet.El, dat tweemaandelijks verschijnt. ZozoLala is gratis voor de klanten van nevenstaande stripwinkels.
Antwerpen
Kampen
Rotterdam
Mekanik strip St. Jacobsmarkt 73 2000 / 03 - 234 23 47 www.mekanik-strip.be
De fantast Burgwalstraat 7 8261 HJ / 038 - 332 03 25 www.de-fantast.nl
Arnhem
kortrijk
Dick Bos Burgemeester Baumannlaan 119a 3043 AJ / 010 - 461 31 47 www.stripwinkeldickbos.nl
Eindhoven
Enschede Koningstraat 43 6811 DH / 026 - 442 09 09 www.denoormanstrips.nl
Assen Plok. Strips en eh… dinges! Groningerstraat 71 9401 BJ / 0592 - 31 32 92 www.plok-strips.nl
•
Brugge
De strip-aap Javastraat 22 7512 ZJ / 053 - 430 52 61 www.stripaap.nl
Geel Alfa strip Stationstraat 125 2440 / 014 - 58 43 80
Gent Pierke Frans van Rijhovelaan 312 9000 / 09 - 227 70 86
Goes Alkmaar Bookers & strippers Boterstraat 20 - 22 1811 HP / 072 - 512 19 16
Katelijnestraat 42 8000 / 050 - 33 71 12 www.striepclub.be
Delft
Stripwinkel Paulus Verdronkenoord 62 1811 BG / 072 - 512 60 41 www.stripsenzo.nl
Bul Super Breestraat 18 - 22 2611 RG / 015 - 212 60 97 www.bulsuper.nl
Plenty plaatjes Voordam 4 1811 MA / 072 - 515 63 23 www.plentyplaatjes.nl
Den haag
Amsterdam Het beeldverhaal Kinkerstraat 162 –164 1053 EH /020 - 685 51 00 www.beeldverhaalamsterdam.nl Fantasia Gelderlandplein 203 1082 LW / 020 - 642 78 88 home.tiscali.nl/ stripwinkelfantasia Gojoker Zeedijk 31a 1012 AP / 020 - 620 50 78
Aelix strips en comics Chasséstraat 71 2518 RW / 070 - 365 07 38 www.aelix.nl Walk in Herengracht 13 2511 EG / 070 - 364 63 36 www.walkin.nl
Dordrecht
Lambiek Kerkstraat 132 1017 GP / 020 - 626 75 43 www.lambiek.net Nou moe!?! Lindenstraat 1 1015 KV / 020 - 693 63 45
Voorplaat Een korte cursus door Gerrit de Jager.
Het paard van Troje Langevorststraat 2 4461 JP / 0113 - 21 46 91 www.paardvantroje.nl
De boekenwolf Meensesteenweg 18 8500 / 056 - 35 44 98 www.boekenwolf.be
Leeuwarden De rat Voorstreek 83 8911 JL / 058 - 215 16 00 derat@kpnplanet.nl
Leiden Dumpie Nieuwe Rijn 18 2312 JC / 071 - 512 64 04 www.stripwinkeldumpie.nl
Leuven
Akim Ulgersmaweg 14 9731 BS www.akim.nl
Gobelijn Mechelsestraat 35 3000 / 016 - 23 55 86 www.gobelijn.be
Haarlem
Mechelen
Het Avontuur Gedempte Oude Gracht 22 2011 GR / 023 - 54 27 124 www.stripzaak.nl
Comic strips Hoogstraat 11 2800 / 0474 - 49 06 25 www.comic-strips.com
Wonderland Paardsdemerstraat 17 3500 / 011 - 22 82 00
Hoorn Het gele teken Grote Oost 35 1621 BR / 0229 - 21 86 23 www.hetgeleteken.nl
De stripkever Bruulcenter, Bruul 79 2800 / 015 - 21 76 05 www.stripkever.be
Middelburg Perron 2 Sint Janstraat 9-c 4331 KA / 0118 - 61 41 84
Nijmegen
Internet
Scheffersplein 1 3311 EJ / 078 - 614 20 12 www.stripwinkel-sjors.nl
Colofon Redactie
Jef Nieuwenhuis, Hans Pols, Hans van Soest en Gerard Zeegers
Vormgeving & opmaak Sigge Stegeman, Rogier van Neerven en Richard Bos
Vaste medewerkers
Toon Dohmen, VLERK, Peter de Wit, Mark Horemans en Roel Daenen
Gerrit de Jager, Brecht Evens
Druk & Afwerking
Drukkerij Wilco – Amersfoort
Distributie
Pinceel Stripverspreiding Leuven (B), Van Ditmar Amsterdam (NL)
Abonnementen
Een abonnement is mogelijk voor één jaar (€ 15,–), of voor twee jaar (€ 25,–) en gaat in na storting van het totaalbedrag op Postbank giro 3253937 (NL)
Schiedam ’t Centrum Korte Singelstraat 20a 3112 GB / 010 - 426 25 84
Sint truiden De galliër Beekstraat 58 3800 / 011 - 67 17 39 www.gallier.be
De stripfanaat NS Plein 10 5014 DA / 013 - 58 00 107 www.stripfanaat.net
Turnhout Tistjen Dop Paterstraat 96 2300 / 014 - 42 88 29 www.tistjendop.be
Utrecht Piet Snot Vismarkt 3 3511 KR / 030 - 231 84 72 www.pietsnot.nl Strip en lektuurshop Oude Gracht 194 3511 NR / 030 - 233 43 57 www.stripart.nl
Zwolle Houtstraat 59 - 61 6511 JM / 024 - 36 08 181 www.senorhernandez.com
Dit keer werkten mee
Yendor Korte Hoogstraat 16 3011 GL / 010 - 433 17 10 www.yendor.nl
Tilburg
Groningen
Hasselt
Donner boeken Lijnbaan 150 3012 ER / 010 - 413 20 70 www.donner.nl
De boekenhalte Assendorperstraat 103 8012 DH / 038 - 422 10 77 www.boekenhalte.nl
of Postgirorekening 000 – 164840584 (B) t.n.v. Stichting Zet.El te Bilthoven o.v.v. je eigen adres
issn
Redactieadres
Overname van artikelen, strips of illustraties enkel in overleg met de uitgever.
Postbus 344, 3720 AH Bilthoven, Nederland
Internet
www.zozolala.com redactie@zozolala.com
Oplage
6.500 exemplaren.
1382 8630
Copyright 2009, Stichting Zet.El
GERRIT DE JAGER:
IK WAS HET MAKEN VAN STRIPALBUMS ZAT.
Het is al bijna tien jaar geleden dat we spraken met Gerrit de Jager. Hij was toen net begonnen met Zusje voor het dagblad Trouw. Hij produceerde in die tijd een onwaarschijnlijk grote hoeveelheid verschillende strips. Maar het kan verkeren. We spraken met hem over het lot van zijn geesteskindje Doorzon, de economische crisis en een aantal nieuwe projecten. door Hans Pols Doorzon BV is weer een eenmansbedrijf. Gerrit de Jager wisselde drie keer van uitgever, Roel en zijn beestenboel, Liefde en geluk en Adam en Eva verdwenen en zelfs De familie Doorzon, jarenlang het boegbeeld van weekblad Nieuwe Revu, is de oude niet meer. Het leven en werk van Gerrit de Jager, al twintig jaar een van de succesvolste stripmakers van Nederland, is flink veranderd. „Nieuwe Revu kreeg een nieuwe hoofdredacteur, Altan Erdogan, en zoals dat dan gaat moest alles in het blad anders worden. Hein de Kort en ik werden tegelijk bij hem ontboden en we hadden het idee dat we er uit gegooid zouden worden. Dat was niet zo. Hij wilde wel met Hein en mij door, maar hij wilde ook graag dat we iets anders zouden gaan doen. Dat was zo’n opluchting, dat we meteen akkoord gingen.
Ik wilde oorspronkelijk een allochtone versie van De familie Doorzon maken met een Marokkaans crimineeltje, een lekkere dochter en een homoseksuele zoon. Maar het ontbrak me aan tijd om dat echt goed uit te werken. Uiteindelijk werd het vooral een dialoogstrip met pa Doorzon en buurman Youssef die over de heg met elkaar praten, een beetje zoals Vader en zoon van Peter van Straaten. John en Youssef was een ander soort strip dan Doorzon. De grappen waren minder hard en het was meer een feel good-strip, zoals de redactie van Revu dat bij de voorbereidende gesprekken zelf noemde. Ik vond het wel raar dat de redactie van een vrij hard blad juist zo’n soort strip wilde, maar ik ben er mee aan de slag gegaan. Ik vond het uiteindelijk leuk om te maken en de ontvangst was eigenlijk ook wel goed, maar na iets meer dan een halfjaar bleek dat ook Revu niet ontkwam aan de economische crisis, er waren minder advertentie-inkomsten. Aan Gummbah en Hein de Kort werd daarom gevraagd of ze voor de helft van de prijs wilden werken. Gek genoeg hoorde ik niets van de hoofdredactie. Uiteindelijk bleek dat ze van mij helemaal afwilden. Ik was echt stomverbaasd, ik had dit helemaal niet aan zien komen. Ik had me er al bij neergelegd, toen ik te horen kreeg dat ze op het besluit terugkwamen en me vroegen om alsnog voor Revu te blijven werken, maar dan voor de helft van de prijs. Ik heb gezegd dat ik dat wel wilde doen, maar dat ik dan ook maar de helft van een pagina zou maken. En zo kwam Doorzon weer terug in het blad, op een andere plek en met minder tekeningen. Maar ja, een halve pagina strip is eigenlijk niks. Met een enkele strook of een hele pagina kun je iets, maar in een halve pagina kun je eigenlijk geen grap vertellen. Of je smeert een grap van een strook uit over twee stroken of je probeert een grap van een pagina in de helft van het aantal stroken te proppen. In beide gevallen is het resultaat teleurstellend. Uiteindelijk werd het daarom geen halve pagina, maar toch één strook waarboven ik met een tekening het onderwerp aankondig. Met nog maar één strook is Doorzon is eigenlijk Doorzon niet meer. En John en Youssef heeft niet echt tot wasdom kunnen komen. Er zijn 31 afleveringen van verschenen en dat is ook niet genoeg voor een album. De Standaard Uitgeverij zou er wel een
3
boek verscheen van Gerrit de Jager. Dat was Doorzon 31: Viva Vinex!, het derde en waarschijnlijk laatste album dat verscheen bij de Standaard uitgeverij. In de afgelopen paar jaar heeft De Jager heel wat perikelen met uitgevers achter de rug. In 2002 ging hij weg bij uitgeverij Big Balloon om bij uitgeverij Meulenhoff te gaan werken. „Voor die uitgeverij was Jacques Post begonnen met het opbouwen van een stripfonds. Jacques liep eigenlijk voor op de trend van vandaag om strips in de reguliere boekhandel te krijgen en die kans kreeg hij bij Meulenhoff (onder het label M, red.).Helaas kwam dat toen niet echt van de grond en kort nadat Jacques mij en Hein de Kort had binnengehaald, hield Meulenhoff alweer met strips op. Dat was uiteraard een teleurstelling voor ons. Het maken van stripalbums was eigenlijk nooit mijn hoofdbezigheid. Een paar jaar geleden was ik het hele maken van stripalbums al zat. Het was elke keer weer een hoop extra werk. De wisseling van uitgevers heeft me geen goed gedaan. En het was ook niet goed voor de verkoop van de albums. Bij elke wisseling daalde de verkoop verder en dat vorige uitgevers hun voorraden dumpten, was ook al niet bevorderlijk voor de verkoop. Ik heb er over gedacht om helemaal te stoppen. Toen Jacques Post naar uitgeverij Luitingh vertrok, heb ik daar ook een gesprek gehad. Toen kwam ik echt op een breekpunt. Daar kwam nog bij dat ik veel meer bezig was met het runnen van een kantoor dan met het maken van strips. Ik had mensen in vaste dienst die me assisteerden bij het tekenen, een secretaresse… Bovendien was onze dochter net geboren en het is heel vervelend als zo’n meisje op haar kamer ligt te huilen, terwijl er allemaal vreemde mensen rond lopen die hun werk moeten doen. Nadat eenmaal het besluit was genomen om niet met Luitingh door te gaan, heb ik ook een punt gezet achter mijn stripalbums.” Striptekenen met Zusje
boek van willen uitbrengen, maar ik kan het niet opbrengen om er een aantal pagina’s bij te maken en zo een album vol te krijgen.” Revu is natuurlijk een prachtig blad om als tekenaar in te staan, maar Doorzon is voor mij zakelijk gezien niet zo belangrijk meer. Dat is wel jarenlang zo geweest, maar tegenwoordig niet meer. Ik heb een aantal vaste opdrachtgevers waarvoor ik strips teken en regelmatig heb ik losse opdrachten voor een strip of een illustratie. Toch had ik het wel even benauwd toen ik begin dit jaar als gevolg van de economische crisis zowel Revu als een autofabrikant als klant verloor. Gelukkig viel het mee. Uiteindelijk heb ik een heel goed eerste kwartaal gedraaid.” De economische crisis leverde zelfs werk op. Deze zomer verscheen een boekje met grappen over de crisis uit het Financieele Dagblad: Broodje crisis. „Ik vind bundelingen dagstrips eigenlijk helemaal niet interessant. Dagstrips zijn gemaakt om per dag te lezen, maar de crisis was een heel mooie aanleiding om er toch een aantal te bundelen. De financiële wereld is voor mij niet onbekend, want mijn vrouw is registeraccountant. Mijn documentatie zit hier dus ’s avonds aan tafel. Ik had de enorme mazzel dat ik net was begonnen bij het FD toen de crisis begon in september 2007. Deze strip is ontzettend leuk om te maken. De redactie van het FD is heel stripminded. Ik ben via Hein de Kort bij hen terechtgekomen. Hij werkte er toen al; hij maakt illustraties, tegenwoordig werkt hij er vast en heeft hij ook een vaste plek behalve op dinsdag. Het is een leuke krant om voor te werken, het is ook de enige krant die nog in de lift zit.”
„Toen stond er ineens een directeur van de Standaard voor de deur die vond dat ik bij hem moest komen werken. Ik voelde me natuurlijk gevleid, maar ik ben eerlijk geweest en ik heb hem ook verteld dat ze geen hoge verkoop hoefden te verwachten. Niettemin wilden ze me graag hebben bij de Standaard. Ik zei niet meteen ja, maar uiteindelijk haalde Jacco Groot, de uitgever van De Harmonie die ik om advies had gevraagd, me over de streep. Het is wel sneu voor Standaard, want ze hebben niet meer dan drie albums van Doorzon kunnen uitgeven. Ik ben blij dat ik nu met een paar
Het was al weer een tijdje geleden dat er voor het laatst een 4
Striptekenen met Zusje
nieuwe uitgevers een nieuwe start kan maken en ook niet meer vastzit aan een serie, ik maak alleen nog maar eenmalige projecten.” „Het eerste daarvan is Broodje crisis. Je ziet op het moment overal uitgevers die geïnteresseerd zijn in strips. Zelf breng ik in oktober een boek uit bij Nieuw Amsterdam en ik ben in gesprek met Atlas. Dat zijn toch twee grote literaire uitgevers. Voor Atlas ga ik iets maken over dertig jaar Doorzon. Het plan om iets voor Atlas te gaan doen, was er al een tijdje. Maar in Laren werd het concreter. Op de expositie Strip en kunst lagen twee agendapagina’s van mij en toen bedacht ik dat dat de manier is om het te gaan doen. Ik heb al mijn agenda’s bewaard en met alles wat ik er in geschreven, getekend en geplakt heb, vertellen ze een heel verhaal. Het wordt een heel persoonlijk boek waarin van alles voorbijkomt: dingen die met Doorzon te maken hebben, maar bijvoorbeeld ook de scheiding van mijn vrouw, de dood van mijn vader en de breuk met Wim Stevenhagen. Een autobiografische strip tekenen past niet bij mij, daar houd ik niet van. Ik ben nog een tekenaar van de ouderwetse soort die dingen verwerkt. Het album Doodzonde bijvoorbeeld is helemaal gebaseerd op de dood van mijn vader. Elke stripmaker verwerkt dingen uit zijn eigen leven. Ik heb onlangs de biografie gelezen van Charles M. Schulz en het is fascinerend om te lezen hoe allerlei dingen uit zijn eigen leven terugkomen in Peanuts: de geboorte van zijn kinderen, zijn scheiding, het zit er allemaal
in. Ik vind dat als kunstenaar veel interessanter dan een autobiografische strip, waarin iemand precies in zeventien plaatjes beschrijft hoe hij een brief gaat posten. Zó larmoyant! Ik denk dat ik met deze vorm een heel persoonlijk boek maak, maar het moet natuurlijk ook verkopen, dus zal ik de agendapagina’s afwisselen met relevante pagina’s Doorzon, geen Best of-uitgave, maar pagina’s waar een verhaal achter zit.”
striptekenopleiding nodig. Een paar jaar terug gaf Nieuw Amsterdam een heel leuk kleurknip-plakdoeboek uit dat we gekocht hebben voor onze dochter. Mijn vrouw Marijke moedigde me aan om ook zoiets te gaan maken. Ik heb kasten vol schetsen die ik daarvoor zou kunnen gebruiken. Met dat idee ben ik naar Nieuw Amsterdam gegaan, de uitgeverij van Derk Sauer, die ik nog ken uit de tijd dat hij hoofdredacteur was van Nieuwe Revu. Het is ook de uitgever van Hard Gras, waarvoor ik een voetbalstripje maak. Zij zagen het wel zitten, maar ze wilden een dik boek hebben. Op een van de proefpagina’s die ik maakte, had ik Zusje zichzelf laten tekenen. Dat vonden ze zo leuk, dat ik dat verder ben gaan uitwerken. Het was ontzettend leuk om te doen.” „Zusje is helaas gestopt als dagstrip. Ze staat nog wel als paginastrip in weekblad Margriet. Op zich is dat niet zo erg, want toen het Financieele Dagblad er bij kwam, had ik ineens drie dagstrips. Ik maak ook nog elke dag een losse grap voor het AD. Dat is bij elkaar wel veel, maar Zusje is als strip nog springlevend. Ik kan er nog heel veel mee en ik wil de strip graag weer in een krant gepubliceerd zien, maar ik ben wel kritisch. Trouw is een erg mooie krant om voor te werken en ik zie mezelf Zusje niet maken voor bijvoorbeeld een gratis dagblad. Ik maak me ook geen illusies over hoeveel die betalen. Ik ben ook op een punt aangekomen dat ik niet meer zo nodig hoef te publiceren en ik wil mezelf wel kunnen verbeteren. Ik heb in de eredivisie gespeeld en ik hoef niet per se bij FC Volendam te gaan spelen omdat ik zo graag wil blijven voetballen.” ×
„Voordat het zo ver is, kom ik eerst met een boek van 244 pagina’s dat Striptekenen met Zusje heet: een cursus striptekenen. Zo moeilijk is striptekenen niet. Je zult zien dat er nauwelijks verschil is tussen het tekenen van een krokodil of van een vliegtuig. Iedereen kan tekenen, we hebben helemaal geen 5
U wist het niet, maar het leven van een stripjournalist is niet geheel zonder gevaren. Verhoogde bloeddruk, tintels in de buikstreek en hartkloppingen… en dat allemaal bij het lezen van Ergens waar je niet wil zijn (sic), het nieuwe boek van Brecht Evens. En ik ben niet de enige, ook andere lezers maken er melding van. Alle superlatieven zijn terecht. Een prachtige uitgave, met oogstrelend grafisch werk, voorzien van een poëtisch, diep menselijk verhaal. Wat wil een mens nog meer? We zochten de man op voor een gesprek over amusement, strips maken, genieten en euforie. door Roel Daenen Je nieuwe boek, Ergens waar je niet wil zijn, trapt af met een negatieve titel. Hoezo? Waar wil je dan wel zijn? „Die titel was het eerste element van het boek waarvan ik zeker was dat ik het ging gebruiken. Ook toen het verhaal er bij aanvang nog heel wat anders uitzag. Ergens waar je niet wil zijn, verwijst naar... (zoekt naar de juiste woorden) plekken of een omgeving waar er, in dit geval, nogal veel geforceerd amusement is. Dat zijn momenten waarop je je niet goed voelt, of niet in de juiste stemming bent, of in een spreekwoordelijk straatje bent dat niet precies is wat je ervan verwachtte of wilde. Het gevoel dat het zich elders afspeelt, of dat het anders moet, dat iemand in een andere hoek van de kamer veel gelukkiger is dan jij. Waar ik dan wel wil zijn? Dat kunnen eigenlijk de zelfde plekken zijn, maar waar je in een andere gemoedsstemming verkeert. Dat zijn dan momenten waarop je niet hard aan het nadenken bent, of aan het piekeren en vloeiend in het leven staat, zoals het personage Robbie in het boek. Zo zijn Robbie en Gert op dezelfde plekken, maar ze reageren daar zeer verschillend op. Ikzelf... nu ben ik waar ik wil zijn, op een balkonnetje in de zon!” (lacht) Je hebt tijdens je studie aan Sint Lucas een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Je eerste album Boodschap uit de ruimte was echt een stripboekje, Vincent daarentegen was al een pak ambitieuzer en Nachtdieren was een uniek tekstloos universum. Hoe kijk je daar zelf tegen aan? „Zowel Vincent als Ergens waar je niet wil zijn waren pogingen om iets in elkaar te steken dat heel eerlijk is, veel gevoeliger en realistischer dan het zoveelste ‘gewone’ verhaal. Mijn docenten hebben me echt moeten aansporen om dingen uit te proberen. Ik heb heel veel geëxperimenteerd, omdat dat op school ook de bedoeling was. En stripboekjes maken, tja, dat was eigenlijk iets voor buiten de schoolomgeving. Omdat ik wist dat waarmee ik bezig was te voorspelbaar en te klassiek zou zijn voor de smaak 6
van mijn docenten. Ik vreesde dat ze het niet interessant, veelzijdig en gelaagd genoeg zouden vinden. Ik had echt wel wat moeite op school om daarvoor uit te komen en me te laten begeleiden door mijn leerkrachten.” Vreemd toch. Je hebt in Gent les gehad van niet de minsten: Ever Meulen, Gerda Dendooven, Goele Dewanckel… „Ja, zeker Goele. Da’s echt een van de leading ladies van de opleiding, die het helemaal heeft geflikt met mij. Ik heb de laatste twee jaar vooral les gehad van haar, en ze is werkelijk een erg goede leraar. Ze kan zich heel goed inleven in hetgeen je bezighoudt, ze kent de technische problemen en ze is zeer scherp in haar analyses. En ook streng, wat je gemotiveerd houdt. Als je maar lang genoeg op bepaalde zaken wordt gewezen… ja, dan leer je wel bij. (lacht) Ik had het gevoel dat ik telkens zes maanden nodig had om door te krijgen wat ik fout deed en hoe het wel moest. Wat ik van haar vooral geleerd heb is grafisch inzicht, meer nog dan het experiment. En daarmee bedoel ik het besef dat je niet per se hoeft te tekenen met gesloten contourlijnen, of dat soort oogjes, dat soort ruimtes, dat soort… enzovoorts. Ik vind dat de meeste strips heel veel mogelijkheden laten liggen. Er wordt maar weinig gedaan met de grafische mogelijkheden. Er worden veel te veel dingen als vanzelfsprekend beschouwd, zeg maar de ‘conventies’ van de strip, die dat eigenlijk niet zijn. Het is helemaal niet nodig om telkens kadertjes te trekken tussen de verschillende tekeningen,
of tekstballonnen te gebruiken, of bij alles contourlijnen te gebruiken bijvoorbeeld. Grafisch is dat nogal saai, en zeker een boek lang.” Dat gezegd hebbende, waar haal jij je inspiratie vandaan? Je bent niet te beroerd om toe te geven dat je ook wel zaken jat van andere kunstenaars. „ Ik denk dat elke tekenaar dat doet. Zelf zie ik wel wat van Ever Meulen terug in mijn werk. Ik bedoel
de visuele spelletjes met vlakken en ruimtes. Al weet ik niet of hij zich herkent in mijn werk. (lacht) Of Georg Grosz (Duitse schilder en graficus uit het begin van de 20ste eeuw, red.) voor de complexe beelden. Zijn werk leerde me dat je niet per se een kloppend perspectief hoeft te gebruiken. Je kunt gewoon op het blad zetten wat je allemaal wilt tonen en dan wordt de tekening als vanzelf een geheel. Van Mattotti nam ik lange tijd aan dat ik er niet meer door beïnvloed was, maar ik zag recent nog een affiche van hem en ik dacht, ‘Ja, lap!’. Ik zie zijn invloed op mijn personages. Mijn dansende vrouwtjes met wapperende rokken, die heb ik aan hem te danken. Ook zijn zwart-wittekeningen vind ik fantastisch. Mattotti is vooral bekend van zijn kleurenwerk, maar een tijdje geleden heeft hij illustraties voor Hans en Grietje gemaakt. Die zijn echt prachtig, wat een lichteffect! Echo’s van die tekeningen zie je in Ergens waar je niet wil zijn, in de tuin van Disco Harem. Hoe die bomen getekend zijn en hoe die slingerend over de pagina liggen… dat komt echt van Mattotti. Tekenen is iets waarover ik goed abstract kan nadenken, bij het schrijven van verhalen ligt dat anders. Ik zie de technieken van tekenaars beter dan die van scenaristen of schrijvers. Het kost mij moeite om bijvoorbeeld iets te lenen van David Lynch, of van John Steinbeck. Als ik Steinbecks liefde voor zijn personages voel, denk ik: ‘Dat wil ik ook kunnen overbrengen!’ Maar zoiets constateren is één ding, het kunnen toepassen is iets totaal anders. Het scenario van Ergens waar je niet wil zijn is niet beïnvloed door verhalen van andere schrijvers. Het is eerder het resultaat van mijn eigen observaties. Een zo getrouw mogelijke weergave van wat ik boeiend vind. Het dagelijks leven biedt zoveel inspiratie.” Ben jij een tekenaar die altijd moet tekenen, zoals andere mensen in- en uitademen? „Ik kan best een week zonder tekenen, maar als ik mezelf ergens presenteer, dan noem ik me steevast ‘tekenaar’. Dus als je dat een week niet doet, dan voel je je zo… niks. Het lijkt soms wel of ik dwangmatig bezig ben, omdat ik een boek van 180 pagina’s heb getekend, maar ik heb wel echt mijn tijd genomen. Ik denk dat ik er goed anderhalf jaar aan gewerkt heb. En ik heb een nogal comfortabele werkomgeving, met weinig afleiding (lacht), dus dan schiet het automatisch goed op. Moest ik echte werkdagen kloppen, met vroeg opstaan en zo, dan zou ik allicht nog veel meer tekenen.” Naar aanleiding van de publicatie van Ergens waar je niet wil zijn heb je intussen al heel wat interviews weggegeven. Daarin kom je soms over als een impulsief persoon, een losbol zelfs. Toch richt je je in je verhalen veelal op de moeizamere kanten van het bestaan. Vanwaar dat contrast? „Ha, ja, ja! Ik ben vaak moeizaam in gesprekken maar ik veronderstel dat… (bedenkt zich) Een interview is natuurlijk altijd een beetje een egotrip. Interviews kunnen moeizaam zijn, maar dat gaat dan over werk en als het daar over gaat, ben ik heel trots en spraakzaam. Maar privé voel ik me dikwijls nogal ongemakkelijk, wat veel stof oplevert voor het portretteren van personages. Enerzijds ben ik een echte levensgenieter. Ik heb dan ook een zeer genietbaar leven, kan doen wat ik wil en beschik over veel vrije tijd. Anderzijds ben ik een eeuwige piekeraar. Maar ik probeer er tegen op te boksen, probeer de dingen op een positieve manier uit te leggen voor mezelf. Doe jij dat niet?” Positief denken? „Ja, elke situatie zo uitleggen voor jezelf, dat je er eigenlijk niet mee moet zitten. Ik probeer weinig te piekeren in het dagelijks leven, maar voor mijn verhalen is het wel gunstig.” Niets zo saai als een gelukkig mens? „Oh! De vooropgestelde uitdaging voor mijn boek was om ook een uitgesproken gelukkig mens te tonen. Dat is het Robbie-personage geworden. En hij is zeker niet saai. De gelukkige mens mooi portretteren is net wat moeilijker. Nu, misschien is niemand simpelweg ‘gelukkig’.”
7
Stel dat je jezelf als personage zou opvoeren in het boek, wie zou je dan zijn? (lacht) „Ik denk dat ik zou vermijden om dat rechtstreeks te doen. Er zit al zo veel van mij in dit boek. Ik vind het fijner om een breed uitgesponnen beeld van mezelf te verwerken, met een heleboel observaties. Nee, ik denk dat met louter mezelf als personage het wel erg moeilijk zou worden om een overzichtelijk verhaal te maken.” Je bent 23 en net afgestudeerd. Toch heb je al vier albums gemaakt, wordt je werk momenteel vertaald en prijst de pers je hemelhoog de lucht in. Loop je al naast Vincent je schoenen? „Da’s geen probleem hoor! Misschien dat dezelfde voorzichtigheid waarmee ik probeer niet in piekeren te vervallen me tevens beschermt tegen overdreven euforie. Of een te diepe dip achteraf. Het is moeilijk om langer dan een kwartier echt euforisch te zijn, maar makkelijk om mezelf te wijzen op de vele tekortkomingen in mijn werk. Je kunt ook moeilijk anders dan zeer nederig zijn, als je rondkijkt en al die véél betere artiesten ziet! Als ik bijvoorbeeld een goeie roman lees, dan weet ik dat ik nog heel houterig werk maak. Dus allez, bon, ik zie genoeg tekortkomingen om nog niet te beginnen zweven. De momenten dat ik zweef, probeer ik daarom maar zo lang mogelijk te rekken. Qua opbrengsten stelt mijn striptekenen ook nog niet
Brecht Evens (1986, Hasselt) is de benjamin van de ‘Nieuwe Vlaamse Golf’ (zie ZL 165) en gelijk een van de meest succesvolle. Zijn werk staat garant voor artistiek verbluffend vuurwerk. Vier boeken heeft hij reeds op zijn naam, naast werk in het inmiddels ter ziele gegane Vlaamse striptijdschrift Ink, Eisner, Pulp Deluxe en Parcifal. Het tekstloze Boodschap uit de ruimte kwam er in 2005, toen Evens de Prijs van het Stripdebuut
8
van de Vlaamse Onafhankelijke Stripgilde won. Een mysterieus groen wezentje landt met zijn vliegende schotel ergens ter velde en zet het leven op aarde helemaal op z’n kop. Een jaar later maakt hij Vincent, een stevige striproman over een gelijknamige jongeman die een jaartje in Dublin gaat studeren. Het is een muziek- en stripproject met de Nederlandse band Sub. Evens snijdt in dat boek thema’s aan die ook in
zoveel voor. Rijk word ik er vooralsnog niet van. Ik krijg nu zo’n goeie twee euro per verkocht album. Maar met een oplage van 1600 exemplaren kun je in zo’n geval moeilijk anderhalf jaar rondkomen. Gelukkig krijg ik subsidies, dat is in vergelijking een veel substantiëler bedrag. Alles bij elkaar is het bijna genoeg om alleen maar met mijn eigen werk bezig te kunnen zijn. Ik maak ook illustraties, iets wat ik heel graag doe. Meer hoef ik op het moment niet bij te klussen. Gelukkig hoef ik maar een lage huishuur te betalen.” Wat zijn je toekomstplannen? „Meer en beter! Ik wil strips blijven maken. Illustraties zijn net iets minder bevredigend om te maken dan een boek. Als je voor een krant werkt, belandt je werk na een dag of twee bij het oud papier. Een boek is afgesloten, een afgerond verhaal, dat heeft iets tijdloos. Zo’n album gaat zijn eigen leven leiden. Het komt terecht in de boekenkasten van bibliotheken en zo. Ik speel wel eens met de gedachte om eens iets geheel anders te proberen, zoals schilderen, maar het is er nog niet van gekomen. Strips zijn echt geweldig, en onbeperkt! Mijn volgende boek moet weer een stap verder zijn, opnieuw vernieuwen. Als het niet beter is getekend, dan is het een achteruitgang. Ook het verhaal moet beter worden. Complexer, rijker. En dat gaat nog een lange weg zijn… lang genoeg om er weer veel plezier aan te beleven.” (lacht) ×
Ergens waar je niet wil zijn terugkomen: het onbehagen van een introverte jongere, de worsteling met ontluikende liefde en leuk gevonden worden door anderen en het werken aan zelfvertrouwen. Eind 2007 verschijnt het fantastische Nachtdieren, een tekstloos universum boordevol monsters à la Jeroen Bosch. In zijn meest recente boek, Ergens waar je niet wil zijn, tuurt Evens diep in de ziel en illustreert hij hoe
moeilijk het is om écht contact met andere mensen te hebben. Brecht Evens doet dat op een volstrekt unieke en hoogst indrukwekkende manier. De kleuren spatten van de pagina’s en de personages (en hun gelijkgekleurde teksten) dansen vrolijk in polonaises doorheen het boek. Wat een feest! Website Brecht Evens: users.skynet.be/brechtevens/
Laatste Oordeel Klassieke avant-garde De spiralen kooi (Al Davison) Uitg. Sherpa; 144 p.; zwart-wit; pocket; € 19,95
In 2009 zijn al de nodige stripklassiekers in het Nederlands vertaald. Soms na decennia wachten, zoals Watchmen, L’autoroute du soleil en ook The spiral cage. Die laatste titel zal weinig mensen iets zeggen. Toch is De spiralen kooi – zoals het boek in het Nederlands heet – een monumentaal album dat bij verschijnen het moderne beeldverhaal veranderde door de invloed die het had op menig stripmaker. De Engelsman Al Davison werd geboren met een open ruggetje. De eerste twee jaar van zijn leven bracht hij door in een ziekenhuis. Operatie na operatie onderging Davison, alvorens hij voorzichtig kon lopen. Zijn hele leven was een strijd tegen zijn handicap en tegen de vooroordelen van de buitenwereld over zijn uiterlijk en zijn capaciteiten. In de jaren ’80 besloot hij zijn leven in stripvorm te gieten. Een strip waarin hij beschrijft hoe hij ontsnapt is aan de gevangenis van zijn DNA. Een thema dat hij ook zou gebruiken voor zijn latere beeldroman De minotaurus, die ruim vijftien jaar geleden al werd vertaald door Sherpa. De spiralen kooi is een coming of age-verhaal over een man die de nodige tegenslagen in zijn leven heeft gehad: spina bifida, M.E. en veel problemen thuis (zijn zus is deels verlamd en momenteel werkt Davison aan een autobiografisch boek over hoe hij als kind seksueel werd misbruikt). Al met al geen basis om vrolijk van te worden, maar Davison is een sterke persoonlijkheid. Hij legde zich niet neer bij zijn beperkingen, verzandde niet in apathie of bitterheid jegens de vijandige buitenwereld. Nee, Davison
Een spoor van vernieling Vluchtweg naar de zon (Baru) Uitg. Sherpa; 430 pl.; zwart-wit; paperback; € 29,95
Van de ongeveer 25 albums die Baru in de loop der jaren maakte, zijn er slechts enkele in het Nederlands uitgebracht. Vorig jaar bijvoorbeeld verscheen het prachtige Het kortste eind (naar een boek van Pierre Pelot) in een nieuwe thrillerreeks van uitgeverij Casterman. Maar tot nu toe bleef een van zijn meesterwerken onvertaald: het uit 1995 daterende en in Angoulême bekroonde Autoroute du soleil. Destijds was het nog niet erg gebruikelijk om strips uit te geven als dikke paperback in zwart-wit, maar tegenwoordig kijkt niemand daar meer vreemd van op. De tijd was dus rijp voor een vertaling. Vluchtweg naar de zon was een strip in opdracht. Aan het begin van de jaren negentig struinde de Japanse uitgeverij Kodansha Europa af op zoek naar tekenaars die bereid waren om iets voor de Japanse markt te tekenen: een manga dus. Baru ging op het aanbod in evenals onder anderen Alex Varenne (Kiro) en Edmond Baudoin (De reis). Ze kregen daarbij volledige vrijheid. Baru stond toen al bekend als een geëngageerde stripmaker die vaak als achtergrond voor zijn verhalen het arbeidersmilieu kiest waarin hij zelf opgroeide. Hoofdpersoon in Vluchtroute naar de zon is de 22-jarige Karim Kemal, een jongen die in zijn buurt een geduchte reputatie heeft als kaartspeler, dealer en vrouwenversierder. Als Karim op een dag bij de
leerde zijn beperkingen accepteren en haalde zelfs een zwarte band karate. De spiralen kooi is daardoor geen topzwaar boek. De soms inktzwarte gebeurtenissen die Davison beschrijft, worden telkens afgewisseld met humoristische anekdotes en ontroerende scènes over hoe hij als klein kind dacht dat de wereld er buiten het ziekenhuis uit zag. Davisons werk had invloed op veel stripmakers. De enorme hausse aan autobiografische strips kwam pas op in de jaren ’90. Niet allemaal even geslaagde albums. Niet iedereen heeft immers een even fascinerend levensverhaal te vertellen als Al Davison. Een obstakel voor wie deze klassieker nog moet leren kennen, is wellicht de leeftijd van het werk. Zoals veel strips die in de jaren ’80 aanvankelijk nog in eigen beheer werden uitgegeven, experimenteert Davison met de grenzen van wat je allemaal kunt met een strip. Zijn vertelstijl is hier nog erg fragmentarisch. Davison heeft al zijn herinneringen thematisch gebundeld in hoofdstukken, maar die herinneringen vormen niet automatisch een doorlopend verhaal. Droomscènes, korte herinneringen en beschrijvingen van het heden lopen door elkaar heen. Ook Davisons tekenstijl doet af en toe wat gedateerd aan. Veel priegelige pentekeningen, zo was de mode toen. Maar wie zich overgeeft aan het werk, zal aangenaam getroffen worden door de frisheid en de kracht ervan. De spiralen kooi heeft de tand des tijds doorstaan en ontroert nog even veel. Hans van Soest verkeerde vrouw in bed stapt, breekt de hel los. Als hij wordt betrapt door de rechts-radicale dokter Faurissier, zweert die dat hij Karim zal vermoorden. Karim slaat op de vlucht samen met Alexandre, een zeventienjarig joch dat tegen hem opkijkt en waarmee hij die avond nog is wezen stappen. Daarmee begint een lange achtervolging dwars door Frankrijk, waarop van alles gebeurt met de twee jongens en de mensen die zij onderweg ontmoeten. Intussen gaat Faurissier steeds verder door het lint en laat een spoor van vernieling achter.
Vluchtroute naar de zon leest als een trein, de tekeningen hebben veel dynamiek, er is volop actie maar er zijn ook de rustige momenten waarop de innemende hoofdpersonen kleur en karakter krijgen. De plot zit vol met wendingen en het verhaal verveelt ruim vierhonderd pagina’s lang geen moment. Het is volkomen terecht dat deze ‘moderne klassieker’ eindelijk vertaald is. Hans Pols
9
Laatste Oordeel Het einde van de zinloosheid Wachten op een eiland (Marc Legendre) Uitg. Atlas; 120 pl.; kleur; slappe kaft; € 19,90
Volgens de achterflap van Marc Legendres nieuwste boek is dit ‘het sluitstuk van een drieluik rond zinloosheid’. Wachten op een eiland is alweer het derde boek van ‘de nieuwe Legendre’, die in een vorig leven bekend werd met Biebel. Toen hij een paar jaar geleden met Finisterre op de proppen kwam, was iedereen verrast en enthousiast over het moedige experiment dat de tekenaar was aangegaan. Die lijn zette hij voort met Verder, een barok vormgegeven graphic novel, dat als eerste stripboek ooit werd genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs. Wachten op een eiland speelt zich, net als Verder, af op een dun bevolkt eiland. Dat is niet verrassend, want Legendre woont zelf op El Hierro, het kleinste Canarische eiland. We maken kennis met Adan Diss, die elke dag op het strand wacht tot het mythische eiland San Borondón aan hem verschijnt. Hij staat er helemaal klaar voor en heeft de gepakte koffer naast zich staan. Gewapend met een verrekijker en een slecht humeur verspilt Adan zijn dagen door naar de horizon te turen. Ondertussen gebeurt er toch van alles om hem heen. Sjacheraar Bobo valt hem regelmatig lastig, zijn dochter Dulcie en zwijgzame kleinzoon Rinko komen af en toe zeuren, maar alles verandert echt wanneer een rugzaktoerist een bezoek brengt aan dé attractie van het eiland: de man die op een imaginair eiland wacht. Die reiziger is op zoek naar onbedorven paradijzen (waar hij wel een smakelijk vegetarisch broodje wil kunnen aanschaffen) en schrijft reisverhalen voor de krant. Al snel veranderd Adans leven wanneer steeds meer toeristen zijn hangplek bezoeken. Hij wordt zelfs genomineerd voor ‘wachtman van het jaar’. Het zou voor het eerst zijn dat een bewoner van het eiland een prijs zou winnen.
Onderzoek naar joods verleden De laatste van de Schoenfelds 1. De biecht van Agathe (Bartoll en Hervan) Uitg. Glénat; 48 p.; kleur; harde kaft; € 14,50
Agnès Bartoll onderzocht haar joodse verleden en ontdekte een aantal gruwelijke familieverhalen. Die ervaringen inspireerden haar tot het schrijven van het scenario voor De laatste van de Schoenfelds. Daarin lezen we hoe de jonge Amerikaan John Dillman van zijn stervende moeder hoort dat hij eigenlijk de laatste afstammeling van de joodse familie Schoenfelds is. En dat zij ook niet zijn echte moeder is, maar zijn tante. Meteen volgt er een flashback over de rijke joodse familie, die Frankrijk moet ontvluchten en alles kwijtraakt. John besluit op zoek te gaan naar zijn wortels en vertrekt spoorslags naar een klein Frans dorpje. Hij heeft een prima smoes om een tijdje in Rabaillac te bivakkeren: als schrijver zoekt hij rust om
10
Wachten op een eiland is een waardige afsluiter van een trilogie over zinloosheid. De hele dag op een strand zitten om een eiland te bezoeken dat misschien langs kan komen is belachelijk. Nog belachelijker is de prijs die Adan bijna krijgt voor al dat wachten. Met de venijnige discussies rondom de reisjournalist en de toeristen laat Legendre zien dat hij als eilandbewoner niet veel op heeft met toerisme en de buik vol heeft van hedendaags consumentisme. Wachten op een eiland is na Verder wederom een scherp boek vol filosofische observaties, waanzin en maatschappijkritiek. Op zijn eigen eiland heeft buitenstaander Legendre zich ontpopt tot een soort ‘stripcultuurcriticus’. Voor Wachten op een eiland heeft hij de computer en de vormgevingsprogramma’s even rust gegund. Het grootste deel bestaat uit getekende personages en rustig vormgegeven kaders. Dat past ook beter bij de toon van dit verhaal, waarmee hij een fraaie striptrilogie heeft afgerond. Het wachten is nu op zijn volgende project. Gerard Zeegers
aan zijn nieuwe roman te kunnen werken. Waar kan dat beter dan op het Franse platteland, waar het bijna altijd mooi weer is, de pittoreske pleinen vol staan met platanen en afgezien van wat aantrekkelijke Françaises, verder weinig afleiding is? Al snel wordt John uitgenodigd om kennis te maken met de notabelen van het dorp. De burgemeester bewoont het landhuis dat ooit aan de Schoenfelds toebehoorde en blijkt een bazige man te zijn. John ontdekt vooralsnog weinig resten van zijn familie, die allemaal zijn gedeporteerd. Maar wie is toch die geheimzinnige tuinman die hij ziet wegsluipen als hij het etentje van de burgemeester verlaat? In dit eerste deel wordt het verhaal van John Schoenfelds vakkundig op de rails gezet. Zoals wel meer nakomelingen van gedeporteerde joden weet hij niets van zijn afkomst en gaat hij op zoek. Tijdens dit onderzoek zal hij een aantal zaken ontdekken die het daglicht niet kunnen verdragen. Dat wordt niet expliciet verteld, maar dat voel je toch duidelijk aankomen. Het tekenwerk is goed verzorgd en de inkleuring ademt de sfeer van de een warme, Franse zomer. De laatste van de Schoenfelds belooft een interessante, ietwat degelijk vertelde serie te worden. Gerard Zeegers
Laatste Oordeel Gortdroge, educatieve strip Charles Darwins Het ontstaan van de soorten, een stripbewerking (Fuller, Keller en Darwin) Uitg. Atlas; 192 pl; kleur; slappe kaft; € 19,90
Je kon er op wachten dat er in het officiële Darwin-jaar ook een strip over de beroemde wetenschapper gepubliceerd zou worden. Dat zou dan een keer geen ‘literaire’ maar een ‘wetenschappelijke’ verstripping zijn. Of zouden de makers er toch iets van een historische avonturenstrip van weten te maken? Darwins reizen lenen zich er bij uitstek toe. Dat laatste is echter geenszins het geval. Charles Darwins Het ontstaan van de soorten, een stripbewerking kent niet alleen een gortdroge titel, ook de inhoud van deze strip is gemaakt voor alleen de echte liefhebbers van Darwins wetenschappelijke werk, die het wel eens geïllustreerd zouden willen zien. Het boek begint met de terugkeer van Darwin. De lange reis met de beroemde ‘Beagle’ wordt afgedaan in twee pagina’s, namelijk Darwin die opgelucht weer voet aan wal zet. In fraaie volzinnen verwelkomt de man zijn thuis, waarna hij zijn familie uiterst formeel begroet. Dan begint het echte werk voor de wetenschapper. Jaren van noeste studie, gepeins, discussie en
Nieuw Delisle-pareltje PyongYang (Guy Delisle) Uitg. Oog & Blik/De Bezige Bij; 200 pl.; zwart-wit; slappe kaft; €18,90
Guy Delisle is een zwerver. De Franstalige Canadees woont al jaren in Frankrijk. Zijn werk als artistiek redacteur van tekenfilms brengt hem daarnaast regelmatig in lage lonen-landen. Zijn vrouw werkt voor hulporganisatie Artsen zonder Grenzen. De Delisles zijn dan ook regelmatig op stap. Dat heeft tot nu toe een aantal boeiende en soms indringende getekende reisverslagen opgeleverd, waarin de stripmaker op eigen wijze verslag doet van zijn belevenissen. Na Birma is nu ook PyongYang vertaald. De tekenstijl van Delisle vertoont de kenmerken van de l’Associationschool: licht lijnenwerk dat volledig in dienst staat van het verhaal. Het stelt hem in staat zijn belevenissen en ervaringen over te brengen zonder in pathos of gezwollen retoriek te vervallen. Het is tekenwerk zonder bijvoeglijke naamwoorden. Door het persoonlijk relaas heen, blijft de achterliggende werkelijkheid steeds waarneembaar. In zijn vorige album Birma beschreef Delisle de confronterende belevenissen in het dictatoriale Birma. Als huisman en vader van een peuter slingerde hij heen en weer tussen kleine huishoudelijke besognes en de harde realiteit van bewegen in een totalitaire samenleving. In PyongYang is hij zonder gezin aan het werk in het niet minder repressieve Noord-Korea.
uiteindelijk formuleren van zijn revolutionaire theorie over het ontstaan van de soorten. Bij de presentatie van zijn werk wordt door de pers vooral de nadruk gelegd op het schandaal dat de mens zou afstammen van apen. Men gaat voorbij aan de pagina’s vol gedetailleerde beschrijvingen over mogelijke evoluties, die door de stripmakers nauwkeurig in beeld zijn gebracht. De keuze voor de toehoorders van Darwins lezing is duidelijk: ofwel accepteren dat onze voorouders apen waren, of de wetenschap de rug toe keren. De meningen zijn verdeeld, maar we weten allemaal hoe het is afgelopen. De makers van het boek gaan dan nog een stap verder en laten Darwin aan het woord over allerlei ontdekkingen na zijn baanbrekende boek tot aan gentechnologie. Net als de rest van dit boek is ook dit gedeelte bijzonder educatief, maar wat is het toch saai in beeld gebracht. Niet alleen zijn de tekeningen stijf en meestal vol met pratende hoofden of schema’s, ook de tekst die wordt gebezigd is onleesbaar stroef vertaald en ook nog eens lelijk geletterd. Het is jammer dat dit onderwerp, waarvoor een aantal invalshoeken te bedenken zijn die het tot een leuker boek hadden kunnen maken, zo slaapverwekkend wordt verteld. Dat beperkt de doelgroep direct tot middelbare scholieren, voor wie dit misschien leuk studiemateriaal is. Als strip is dit echt iedereen af te raden. Gerard Zeegers Merkwaardig genoeg is zijn toon nu lichter dan in Birma, terwijl beide gastlanden elkaar in onderdrukking weinig ontlopen. Ditmaal houdt Delisle meer afstand. Dat heeft alles te maken met de onmogelijkheid om werkelijk met zijn Noord-Koreaanse gastheren in contact te komen. Die afstandelijkheid maakt dat de stripmaker een lichtere toon aanslaat. Meer dan in Birma is er plaats voor humor in het boek. Wat onverminderd aanwezig is, zijn het toegankelijk tekenwerk en de alledaagse verteltrant. Met gebruik van die middelen weet Delisle aan de hand van persoonlijke details het groter geheel tot leven te brengen. Hoewel PyongYang minder ingrijpend is dan Birma, geeft het op uiterst leesbare wijze verrassend inzicht in een gesloten samenleving. PyongYang is een nieuw Delisle-pareltje. Jef Nieuwenhuis
11
Laatste Oordeel Leven in een roerige wereld A drifting life (Yoshihiro Tatsumi) Uitg. Drawn & Quarterly; 856 pl.; zwart-wit; paperback; $ 29,95 (import)
Yoshihiro Tatsumi is voor de ontwikkeling van de Japanse strip minstens zo belangrijk geweest als Osamu Tezuka. Maar terwijl Tezuka al veel langer erkend wordt als grootheid, begint pas de laatste jaren Tatsumi’s belang ook buiten Japan door te dringen. Dat is vooral de verdienste van één man: Adrian Tomine. Voor uitgeverij Drawn & Quarterly maakt hij een serie boeken met daarin het belangrijkste werk van Tatsumi. Na drie bundels met korte verhalen verscheen in deze reeks nu het lijvige autobiografische boek A drifting life. Hoewel de hoofdpersoon in dit boek Hiroshi Katsumi heet, is het meteen duidelijk dat dit verhaal het leven van de tekenaar zelf beschrijft. Katsumi groeit met zijn ziekelijke broer Okimasa op in Osaka tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Beiden hebben een passie voor het stripverhaal dat zich juist in die jaren begint te ontwikkelen. Ze beginnen zelf ook strips te tekenen en Katsumi debuteert kort na de Tweede wereldoorlog al op zeer jonge leeftijd. Hij slaagt er in om korte gagstrips die hij per briefkaart instuurt te verkopen aan kranten en daarmee een inkomen te verwerven. In die tijd leert hij ook Osamu Tezuka kennen, die op een paar straten afstand van hem blijkt te wonen en te werken. Tezuka is zijn idool en van hem krijgt hij het advies om eens een lang verhaal te maken. Daarmee geeft de Japanse meester de aanzet tot een lange serieuze carrière als striptekenaar. Katsumi vindt werk bij een uitgeverij die leenstrips produceert.
Is Pascal Brutal ècht zo stoer als hij beweert? Pascal Brutal, man van de toekomst 1 (Riad Sattouf) Uitg. Glas IJs; 48 p.; kleur; harde kaft; € 9,80
In een nabije toekomst waarin Vlaanderen en Nederland zich hebben verenigd in de ‘Benelanden’, is Geert Wilders al 21 jaar aan de macht en bepaalt het ‘sociaal darwinisme’ het klimaat. ‘De Benelanden is het speelterrein van een generatie complexloze roofdieren die enkel belust is op geld… Eén man, met een zilveren armband en een paar Vintage Torsion-baskets, probeert in deze jungle te overleven. Het is
Pascal Brutal’. Zo wordt de hoofdpersoon van deze unieke sciencefiction-strip geïntroduceerd. Pascal Brutal is een stevig gebouwde, blowende bewoner van een banlieu. In de introductie wordt uitgelegd dat hij een ‘jointbaby’ is. Dat betekent dat zijn ouders vroeger joints rookten,
12
Naast keurige uitgaven voor verkoop in de boekwinkels waren er in die tijd ook strips die gemaakt werden om in winkels te worden uitgeleend. Katsumi leeft in een roerige wereld en probeert de indrukken die via film en televisie op hem afkomen te verwerken in zijn strips. Hij ontwikkelt zich niet alleen als auteur, maar ook als organisator en verzamelt een groepje gelijkgestemden om zich heen waarmee hij een nieuw soort strips ontwikkelt: rauwer en realistischer dan de dan bekende manga. Een uitgever steunt hem in zijn streven en hij wordt hoofdredacteur van een tijdschrift vol met strips die inmiddels de naam gekiga hebben gekregen. Katsumi en de zijnen geven zelfs een heus manifest uit, waarin ze uitleggen waar gekiga voor staan. Inmiddels zijn we honderden pagina’s verder met lezen, maar dat geeft niet want A drifting life verveelt geen moment. Tatsumi schetst een boeiend beeld van de ontwikkeling van een genre en zijn eigen betrokkenheid daarbij. Dat wisselt hij af met tijdsbeelden en de worstelingen in zijn eigen leven, zowel artistiek als persoonlijk. Hij moet schipperen tussen enerzijds de behoefte om in zijn dagelijkse bestaan te voorzien en anderzijds zijn verlangen om grenzen te verlegen. Dat ging niet zonder slag of stoot. Het is jammer dat Tatsumi zijn verhaal besluit aan het begin van de jaren zestig. Hij zou ook na die tijd nog veel tijd besteden aan redactiewerk. En de korte strips waar we hem vooral van kennen in het Westen, ontstonden pas jaren later. Het zou interessant zijn om ooit nog eens een strip te lezen waarin Tatsumi vertelt hoe die verhalen, waarvan tot nu toe drie chronologische bundels verschenen zijn, tot stand kwamen. Ik houd me aanbevolen. Hans Pols waar criminelen gesmolten diskettes aan toe hadden toegevoegd. Het resultaat is een gewetenloze, brute, egoïstische, (naar eigen zeggen) superviriele man, die toch moet huilen bij het zien van een foto van jonge katjes. Pascal Brutal bevat een paar korte verhalen met avonturen van deze stoere bink wiens ‘Adidas-baskets en zilveren armband symbolen zijn van zijn mannelijkheid’. Maar eigenlijk is Pascal helemaal niet zo stoer. Misschien is hij zelfs wel homo of biseksueel. Wanneer de lijzige commentaarstem, die Pascals stoere imago voortdurend in twijfel trekt dit suggereert, krijgt hij (of eigenlijk de lezer) een vuist in zijn gezicht. Pascal kent maar één manier om een conflict op te lossen en dat is met geweld. Toch is hij niet gevoelloos, want telkens blijkt weer dat hij diep vanbinnen een klein hartje heeft. De manier waarop Pascals stoere monologen en ironische commentaarteksten elkaar telkens tegenspreken, leveren een bijzonder grappige en originele strip op, waarin de draak wordt gestoken met het machogedrag van rotjochies uit de buitenwijken. Dat de strip zich afspeelt in een toekomst met Wilders aan de macht, maakt eigenlijk niet zoveel uit. Misschien dat daardoor de samenleving nog harder is geworden, waardoor je wel een ‘superstoere man’ of een ‘échte vent’ moet zijn als Pascal om te overleven. De tekenstijl van Sattouf doet denken aan Kinky en Cosy van Nix en past perfect bij de melige grappen en onderkoelde humor. Pascal Brutal staat vol heerlijke, absurde grappen, die stiekem ook nog wat maatschappijkritiek bevatten. Gerard Zeegers
Laatste Oordeel Meeslepende verhalen Herinneringen 1 (Jiro Taniguchi) Een dierentuin in de winter (Jiro Taniguchi) Uitg. Casterman; 198 pl./232 pl.; zwart-wit; paperback; € 19,50/17,50
Jiro Taniguchi was een van de eerste Japanse striptekenaars waarvan regelmatig werk werd uitgegeven in het Frans. Dat is heel begrijpelijk, want zijn manier van werken doet heel westers aan. Hij strooit op zijn pagina’s niet rond met onomatopeeën en bewegingslijntjes, maar vertelt een rustig verhaal in bijna statische tekeningen. De nadruk ligt bij hem niet zo zeer op actie, maar op het uitrollen van het verhaal en de ontwikkeling van een karakter waardoor het eerder aan een graphic novel dan aan manga doet denken. Er zit weliswaar variatie in zijn
oeuvre, hij tekende een paar prima thrillers, science fiction (Icaro, met Moebius) en een historische reeks (Boccan no yidai), maar het meest bekend en geliefd is hij om zijn sterk persoonlijk getinte verhalen zoals Journal de mon pêre en Quartier lointain. Van laatstgenoemde titel verscheen een vertaling in twee delen. Herinneringen gaat over een zakenman die aan het einde van een werkdag en met een kater per abuis de verkeerde trein neemt. Hij komt niet terecht bij vrouw en kinderen in Tokio, maar in zijn geboorteplaats. Hij besluit nu hij er eenmaal is het graf van zijn moeder te bezoeken. Op het kerkhof gebeurt er iets vreemds. De man verandert in een veertienjarige jongen en is weer terug in 1963. Voor zijn familie ziet hij er ook zo uit, maar innerlijk is hij niet veranderd. Hij kent de toekomst, hij weet dat zijn vader weg zal lopen en langzaamaan vraagt hij zich af of hij misschien die toekomst kan veranderen. In een aantal opzichten is hij anders dan hij oorspronkelijk was in 1963: hij is een kei in sport, de beste leerling van de klas en razend populair bij de meisjes. Herinneringen is een prachtig verhaal, vanaf de eerste pagina weet Taniguchi je mee te slepen in dit op zijn eigen leven gebaseerde verhaal. Oorspronkelijk verscheen Herinneringen in 1998. De Franse vertaling werd in 2003 bekroond in Angoulême. Vrijwel tegelijk met de vertaling van Quartier Lointain verscheen ook nieuw werk van Taniguchi in het Nederlands. In Een dierentuin
in de winter is de hoofdpersoon een stukje ouder. Het is 1966 en Hamaguchi werkt bij een textielhandelaar. Hij hoopt ooit ontwerper te worden, maar mag zich vooral bezighouden met het chaperonneren van de dochter van zijn baas. Hij zegt zijn baan op en vertrekt naar Tokio om daar te gaan werken als assistent van de beroemde mangaka Shiro Kondo. Het is hard werken, maar Hama heeft er plezier in en hij leert in zijn vrije tijd het artistieke milieu en het uitgaansleven van Tokio in die jaren kennen. Net als alle andere assistenten droomt Hama er van om zelf een strip te maken. Door zijn drukke bestaan als assistent en de voortdurende strijd tegen deadlines is het bijna onmogelijk om in de avonduren zelf iets te maken. Bovendien lonkt het nachtleven en ontbreekt het de jongen aan inspiratie. Totdat hij Mariko ontmoet, een meisje met een zeer slechte gezondheid waaraan hij zijn hart verliest. Samen bedenken zij het verhaal waarmee hij zal debuteren. Met Een dierentuin in de winter heeft Taniguchi een strip gemaakt over zijn eerste jaren als stripmaker en hij heeft daarbij een boeiend beeld geschetst van de mangawereld in de jaren zestig. Hans Pols
13
Laatste Oordeel Ruziënde bejaarden en een wonder De Maria van plastic (Prudhomme en Rabaté) Uitg. Oog&Blik/De bezige bij; 120 p.; kleur; harde kaft € 19,90
Iedereen wiens oma wel eens op bedevaart is geweest naar Lourdes, heeft ze gezien: de plastic beeldjes van Maria gevuld met ‘heilig water’. Er zijn er miljoenen van en vaak eindigen ze op rommelmarkten. De speciale Maria uit het verhaal van David Prudhomme en Pascal Rabaté veroorzaakt een ‘wonder’. Het beeldje wordt door de gelovige Emilie meegenomen van een busreis naar Lourdes. Haar man Edouard moet niets van religie hebben. Er prijkt een groot portret van Lenin in zijn schuurtje in de achtertuin. Niet alleen over dit punt hebben de twee een meningsverschil, het bejaarde stel – dat bij hun dochter en haar gezin inwoont – heeft werkelijk overal ruzie over. Die tweestrijd wordt gesymboliseerd door de locatie die het beeldje uiteindelijk krijgt in de kamer. Emilie zet het Maria-beeldje op de tv, waarop Edouard vervolgens zijn Lenin-portret erachter aan de muur hangt. Of deze ‘dialectiek’ misschien de reden is waarom er opeens tranen van bloed uit het plastic beeldje stromen? Misschien komt het door het communiefeest van dochter Lisa, die vlak daarvoor nog moest huilen toen moeder haar per ongeluk prikte met een veiligheidsspeld. Waarom het beeldje in tranen uitbarst, is moeilijk te zeggen, het is tenslotte een ‘wonder’. Wel gebeuren daarna nog meer onverklaarbare dingen. Er komt een officiële onderzoekscommissie van het Vaticaan langs om het wonder te onderzoeken. De andere dorpsbewoners verdringen zich bij de voordeur om een glimp van het wonder op te vangen en boodschappen doen in de
Emotionele pagina’s Hé, meisjes! 1 (Emmanuel Lepage & Sophie Michel) Uitg. Silvester; 62 pl. kleur; harde kaft; € 14,95
Met het prachtig geschilderde coming of ageverhaal Muchacho brak Emmanuel Lepage definitief door als stripmaker. Eerder oogstte hij al lof voor Een wereld zonder kwaad. Beide verhalen spelen zich af in de Zuid-Amerikaanse jungle. Dat decor verruilde Lepage in zijn nieuwe strip Hé, meisjes! voor hedendaags Parijs. Hé, meisjes! is een tweedelig verhaal over een onwaarschijnlijke vriendschap tussen drie meisjes. Chloé is de dochter van een alleenstaande moeder, Leila wordt geboren in een Afrikaans land en Agnès is het kind van een rijke moeder die totaal geen aandacht voor haar heeft. Het verhaal begint met hun geboorte. Vijf jaar later zitten de meisjes bij elkaar op school. Ze worden hartsvriendinnen. Hun vriendschap is hecht, maar staat
14
supermarkt kan niet meer ongestoord. Sommige dingen in het leven van de familie zullen nooit meer hetzelfde zijn, andere blijven hetzelfde, zoals het geruzie van opa en oma, waar de dochter op een gegeven moment écht genoeg van heeft. Rabaté werd vooral bekend met het vierluik over de Russische revolutie Ibicus, maar heeft zich daarna zowel qua tekenstijl als thematiek in een andere richting ontwikkeld. Zijn vorige vertaalde boek Een tweede jeugd ging ook al over bejaarden, namelijk over een ‘datende’ oudere man. In De Maria van plastic toont Rabaté ons een familie waarbij een bejaard stel inwoont, dat eigenlijk al lang geleden had moeten scheiden. Of misschien toch niet, want als Edouard in het ziekenhuis belandt, blijken ze nog veel tederheid voor elkaar te hebben.
Rabaté kiest een doodnormale setting voor een verhaal, waarin normale mensen iets vreemds meemaken. Op bijna naturalistisch wijze diept Rabaté het dagelijks leven van een doorsneefamilie uit, waardoor je aanvankelijk het gevoel krijgt naar een Franse soap te kijken. Het tekenwerk van David Prudhomme, met wie de scenarist vaker samenwerkte, lijkt een beetje op dat van Rabaté, maar is minder rafelig. Dat komt de rust van het verhaal ten goede en geeft samen met de wat fletse inkleuring soms het gevoel dat het zich afspeelt in de jaren vijftig. De Maria van plastic is wederom een subtiel stripboek van Rabaté, over een onderwerp dat je maar weinig tegenkomt in strips. Gerard Zeegers soms ook flink onder druk. Als ze negen jaar zijn, begint het te stormen in hun leven. Opgroeien, volwassen worden en de pijnstoten waar dat mee gepaard gaat, is een van de belangrijkste thema’s in de strips van Lepage. Tot nu toe stonden daarbij steeds jongens centraal (Névé, Muchacho), maar dit keer gaat het in een verhaal dat werd geschreven door lerares Sophie Michel over meisjes. Drie meisjes die Lepage heel overtuigend tot leven weet te wekken in sfeervol geschilderde platen. De inkleuring verdient een aparte vermelding. Elk van de drie meisjes heeft een eigen kleurenpalet als achtergrond gekregen. In Hé, meisjes! slaagt Lepage erin om de gevoelswereld van de meisjes bijna zonder tekst weer te geven door een uitgekiende paginaopbouw en sprekende gezichten. Vooral op de laatste emotionele pagina’s van dit eerste deel grijpt hij daarmee de lezer bij de keel. Hans Pols
Laatste Oordeel Zeker Lezen Magnum opus van een fenomeen De Nikopol trilogie (Enki Bilal) Uitg. Casterman; 184 pl.; kleur; harde kaft; € 39,95
De fenomenale stripmaker Enki Bilal heeft zijn grootste ontwikkeling doorgemaakt gedurende de periode dat hij samenwerkte met schrijver Pierre Christin. Deze stripscenarist schreef in de jaren ‘70 een aantal verhalen met de overkoepelende serietitel Er was eens een voorbijganger. Aanvankelijk kende de reeks een duidelijke hoofdpersoon. In de opeenvolgende albums verdween die echter meer en meer naar de achtergrond, omdat niet het personage maar een inhoudelijk thema het verbindend element was binnen de serie. Elk verhaal behandelde min of meer nadrukkelijk de strijd tegen de voortschrijdende ontmenselijking van de maatschappij. Na het eerste deel nam de relatief onbekende Bilal de tekenpen over van Tardi. De spectaculaire ontwikkeling die hij vervolgens doormaakte, was een combinatie van twee aspecten. Enerzijds ontstond door het doorlopend werk aan de reeks het unieke ‘handschrift’ van de tekenaar Bilal. Aan de andere kant werd hij zich er van bewust dat op een bepaald niveau aan elk goed verhaal een visie ten grondslag ligt. Werkelijke kunst berust op een basisgedachte. Voor de artistieke strip geldt in wezen hetzelfde. Dat is het grote en enige verschil tussen het ambachtelijke beeldverhaal en de kunstzinnige strip. Vooral ten aanzien van die bewustwording is de invloed van en samenwerking met Christin belangrijk geweest. De reeks vond zijn hoogtepunt in het laatste deel De jacht. Daarna scheidden zich de wegen van de stripartiest en de leermeester op natuurlijke wijze. Bilal was bij Christin uitgeleerd. De weg die Enki Bilal heeft afgelegd en de conclusies die hij daaruit heeft getrokken voor zijn werk, vinden nadrukkelijk hun weerslag in de drie albums die nu gebundeld zijn in De Nikopol trilogie. De trilogie lijkt een voorbeeld van meehobbelen met de heersende
bundeltrend. Toch voegt de integrale uitgave wel degelijk inhoudelijk iets toe. De drie verhalen zijn met grote tussenpozen gemaakt. Door de samenvoeging wordt de samenhang van de opeenvolgende albums Kermis der onsterfelijken, Lady in blue en De koude evenaar voor de lezer duidelijker en krijgt het achterliggende thema meer gewicht. De hoofdpersoon van de reeks is de astronaut Nikopol, die aan het begin van het eerste verhaal als een vreemdeling in een vreemd land in een futuristisch Parijs terecht komt. Hij is niet de enige anomalie. Boven de stad hangt een geheimzinnige piramide bevolkt door oude Egyptische goden. De god Horus besluit Nikopol als zijn vehikel te gebruiken. Zijn opstand tegen de andere goden is een metafoor van de het gevecht dat Nikopol voert om zich staande te houden in de kille, onvriendelijke wereld waarin hij ongewild terecht is gekomen. Achterliggend thema is de onoverbrugbare tegenstelling tussen de belangen van het individu en die van een systeem dat op basis van ideologisch of commerciële motieven het individu als een potentiële bedreiging ziet. Bilal stelt eisen aan zijn lezers. Het leidmotief zit verborgen in tal van verwikkelingen en intriges. De kans is groot dat het verhaal daardoor verzandt in wanorde en/of prekerigheid. Op grootse wijze weet de stripmaker dat te voorkomen door een uitgebalanceerd evenwicht tussen inhoud en vormgeving. Meer nog dan in de tekst, maakt Bilal in zijn tekenwerk duidelijk wat hij wil vertellen. In de prachtige platen valt steeds weer de overgang tussen de getekende personages en het decor op. In zijn kenmerkende stijl lijkt het alsof de omgeving de figuren ontrafelen. Lijnen en vegen lopen van en naar de personages en bijna elke plaat suggereert een dichtheid alsof de getekende wezens door een oersoep waden. Niemand komt los van zijn omgeving. Net zoals Nikopol verweven is met Horus, maakt iedereen nadrukkelijk deel uit van zijn omgeving. Het individu lijkt gedoemd ten onder te gaan, omdat losmaken niet mogelijk is. Het lijkt allemaal loodzwaar en eigenlijk is het dat ook. Bilal weet het verhaal echter leesbaar te houden met behulp van ironie en tegendraadsheid. Daarnaast illustreert hij zijn liefde voor het individu door de aangename gelaagdheid van zijn personages. Vooral de journaliste Jill Bioscop weet de aandacht van de lezer nadrukkelijk naar zich toe te trekken. In een verhaal zo zwaar geladen, blijven de personages toch altijd centraal staan. De Nikopol trilogie is voor de verwende striplezer zowel een uitdaging als een onversneden genoegen. Jef Nieuwenhuis
In de laatste Robbedoes-one shot Piccolo in veldgroen strooien de auteurs Yann en Schwartz kwistig met citaten uit stripklassiekers en lopen er heel wat stripfiguren rond uit andere strips. Heb je ze allemaal herkend? Voor de vijf inzenders die de meeste stripfiguren en citaten in de afbeelding hiernaast vinden, stelt uitgeverij Dupuis gratis albums beschikbaar. Inzendingen naar: redactie@zozolala.com o.v.v. prijsvraag Robbedoes.
15
Prikbord in Nederland te vestigen. Door hun ogen zien we tegen welke problemen buitenlanders daarbij oplopen. Een leuke opzet en een loffelijk streven. Een ambitieus streven bovendien. Henrike Olaslo en Cristina Richarte zagen zich voor de moeilijke taak gesteld, met visuele middelen veel commentaar te geven. Het resultaat bevat nogal veel pratende hoofden. Het boek geeft desondanks een goed beeld van hoe een immigrant aankijkt tegen onze samenleving. Bestellen kan via: www.nederlandismijnfantasie.nl. JN
Kriek jaagt op bacteriën
Geluck jat grapjes
Gaiman gebonden
Philippe Geluck is in Wallonië en Frankrijk niet alleen bekend van zijn gagstrip De Kat (Le Chat), maar hij maakt ook komische televisieprogramma’s. Daarbij put hij niet alleen uit zijn eigen droogkloterige fantasie, maar jat hij ook grapjes van anderen. Op 10 juni werd hij in Parijs veroordeeld voor plagiaat. Enkele van de sketches uit zijn tv-programma Un peut de tout bleken letterlijk gekopieerd uit een absurdistisch tv-programma uit de jaren ’80: Imbéciles associés. Het bewijs zie je op: http:// www.youtube.com/watch?v=DB6soB6dDio. Geluck kwam er vanaf met een boete van 2300 euro. Heb jij ook nooit kunnen lachen om De Kat, dan kan Geluck daar voortaan altijd een ander de schuld van geven. HvS
De enige strip die ooit van hem vertaald is, was Black orchid. Maar de romans en verhalen van Sandman-auteur Neil Gaiman verschijnen wel bijna altijd in het Nederlands. Ongetwijfeld aangemoedigd door het succes van de verfilming van Gaimans kindergriezelboek Coraline, steekt uitgeverij Luitingh dit jaar al zijn boeken in een nieuw gebonden jasje en voegt er ook twee nieuwe titels aan toe: Het kerkhof en Alles is breekbaar. De complete serie van acht boeken verschijnt tussen april en oktober 2009. HP
Conrad Sommige uitgaven in eigen beheer zien er zo professioneel uit, dat ze alleen daarom al een vermelding waard zijn. Bij Conrad, het heilige boek der wijsheden is ook de inhoud nog eens leuk. Een grappige strip over een dolende ridder en zijn knechtje, met dieren in de hoofdrol. De Vlamingen Koen Schouteden en Nele Schildermans hebben het voor elkaar gebokst om dit kleurenalbum voor slechts 7,95 euro in de winkel te krijgen. Hulde. Zie: www.elenneok.be. HvS
16
Heerlijke onzin Al jarenlang maakt Stefan Nieuwenhuis het Groninger tijdschrift Van Speijk, dat in de loop der jaren al door talloze striptekenaars van beeldmateriaal is voorzien. Inmiddels verscheen het vijfentwintigste nummer, een goede reden om dit blad vol heerlijke onzin weer eens onder de aandacht te brengen: www. van-speijk.nl. HP
Immigrantenstrip
Koen Schouteden
Bij de kleine uitgever Zirimiri Press is een opmerkelijk stripboek verschenen. Nederland is mijn fantasie is het verhaal van twee buitenlanders die besluiten om zich definitief
Gutsman-auteur Erik Kriek is ook een begenadigd illustrator. Dat is ook opgevallen bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM, bekend van het ontwikkelen van vaccins). Ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan verscheen een prachtig uitgegeven kinderboek: Bacteriënjagers, met vier verhalen van Afke van der Toolen over virussen, bacteriën en de bestrijding daarvan. Het gebonden jubileumboek is van een kleine honderdtal, veelal prachtige tekeningen voorzien door Kriek. De uitgave is via de gewone boekhandel te bestellen bij het RIVM voor 19,95 euro: ISBN: 978-90-6960-219-6. HvS
In Memoriam
Martin Vaughn-James (1943-2009) De Britse auteur Martin Vaughn-James is 3 juli jongstleden overleden. Hij werd bekend van een aantal experimentele strips die hij maakte in de jaren ’70. Vooral de The cage uit 1975 is een klassieker geworden: een beeldroman zonder personages. Verder maakte hij nog vier andere strips (Elephant, The Projector, The Park en L’Enquêteur) voordat hij zich in de jaren ’80 volledig op het schilderen stortte. Vaughn-James had grote invloed op veel nieuwe stripmakers na hem, zoals de OuBaPo-auteurs (zoals Patrice Killoffer, Jean-Christophe Menu en François Ayroles) die in de jaren ’90 allemaal experimenteerden met beeldtaal in hun strips. Ook de invloed op het Duisteren steden-duo François Schuiten en Benoît Peeters was groot. Niet verwonderlijk dus dat Vaughn-James model stond voor de schilder Desombres in hun veelgeprezen Het scheve kind.
Prikbord Siegfried revisited Het tweede deel van Siegfried, Alex Alice’s stripbewerking van de Germaanse mythe De ring der Nibelungen, verschijnt deze zomer in het Frans: La walkyrie. Het afsluitende deel van de trilogie staat gepland voor eind 2010, zo laat hij weten in een interview met het blad Casemate. Vrij kort daarna moet de tekenfilmversie van het verhaal in de bioscoop uitkomen. Een trailer is al te bekijken op zijn site: www.alexalice.com. HvS
The return of Conan „Juist nu in deze recessie hebben mensen behoefte aan vertier. Kijk naar het bioscoopbezoek, dat is met 10 procent gestegen. Ik wil het publiek betaalbaar entertainment brengen.” Was getekend: Amin Gemei, oprichter van de kersverse Nederlandse uitgeverij Dark Dragon Books. In september start hij zijn offensief met vertalingen van de in de Verenigde Staten veel gelauwerde Conan-strips van scenarist Kurt Busiek en tekenaar Cary Nord. „Toen ik mijn ideeën ontwikkelde voor een eigen uitgeverij, zocht ik naar een grote buitenlandse titel die ik kon vertalen,” vertelt Gemei. „Er wordt door uitgevers als Silvester, Deadalus en Saga al flink gevist in de Franse vijver. Maar met de Amerikaanse stripvijver wordt nauwelijks iets gedaan. Er worden wel een paar populaire comic-titels vertaald zoals X-men en onlangs nog Watchmen, maar verder zijn het alleen wat literaire titels die hier verschijnen. Veel mainstream-strips blijven zo onopgemerkt. Nu ben ik altijd al Conan-fan geweest. En het voordeel van die titel is dat veel mensen hem al kennen. Vandaar dat ik voor Conan heb gekozen.” Dertig jaar geleden was Conan de barbaar een fenomeen. De films met een nog jonge Arnold Schwarzenegger in de rol van de oersterke Cimmeriaan waren erg succesvol. Ook in Nederland was het figuur, in 1932 verzonnen door schrijver Robert E. Howard, populair. Begin jaren ’80 verschenen bij uitgeverij Oberon een aantal albums van Conan de barbaar door scenarist Roy Thomas en tekenaar John Buscema. Verder verschenen er vertalingen van enkele Marvel-comics bij zowel Oberon als Junior Press. Maar daarna werd het stil. In de Verenigde Staten bleven de Conan-boeken en -strips je om de oren vliegen, maar hier verscheen alleen twee jaar geleden nog een luxe uitgave van Rode spijkers, een oude Conan-strip van Barry Windsor-Smith. Gemei: „In 2010 verschijnt een nieuwe Conan-film. Ik hoop dat ik daardoor ook mensen die nu amper strips lezen geïnteresseerd raken in de strip. De strips van Busiek en Nord die wij vertalen, zijn Uitgeverij Dark Dragon Books stelt tien niet te vergelijken met de gratis exemplaren van het eerste Conanverhalen die destijds bij deel beschikbaar dat in september verMarvel verschenen. De schijnt. Wil je die winnen? Beantwoord nieuwe strips, uitgebracht dan de volgende vraag: welke schrijver door uitgeverij Dark Horse, bedacht Conan? Mail je blijven veel dichter antwoord naar: redacbij de oorspronkelijke tie@zozolala.com. Je verhalen van Robert prijs kun je afhalen bij E. Howard. Ze ademen een stripwinkel bij jou als het ware de zelfde in de buurt. Laat dus sfeer als zijn boeken. meteen even weten De stijl is poëtischer welke dat moet zijn. dan de splatter-strips
die bij Marvel verschenen. In de verhalen die straks verschijnen, is Conan nog jong en naïef. Hij is nog niet de oersterke oudere man vol littekens. In de verhalen groeit hij en wordt hij steeds meer ervaren. Hij is menselijker.” Na de eerste drie delen die straks verschijnen, werkt Gemei aan een vertaling van het drieluik Born on the battlefield, over de beginjaren van Conan. Daarna staan nog meer cycli op stapel. „Ik wil meer sterke titels binnenhalen. Ik denk bijvoorbeeld aan Red Sonja. Die heb ik nodig om mijn droom te verwezenlijken: zelf titels produceren met Nederlands en Belgisch talent. Maar dat kan alleen als Dark Dragon Books een renderend fonds heeft. Ik wil ons talent graag kansen bieden.” Hans van Soest
17
Stripvoorspelling Dit overzicht van te verschijnen strips is gebaseerd op door de uitgevers aangeleverde informatie. Ondanks de zorgvuldigheid waarmee het wordt samengesteld, komt het regelmatig voor dat de boeken in werkelijkheid pas later verschijnen. Houd voor de meest actuele informatie de webstekken van de uitgeverijen in de gaten. Achter elk album staan de prijs (in euro’s) en de uitvoering (slappe kaft/harde kaft) vermeld. Het cursieve commentaar is van de ZozoLalaredactie. Aanvullingen zijn van harte welkom op stripvoorspelling@zozolala.com.
Te verschijnen in augustus en september 2009 12 bis De kinderen van de wind 6: Het kleine kind van Bois-Caiman (Bourgeon) Vijf-en-
twin-tig jaar na dato. Wie had dat nog verwacht? Het eerste van meerdere vervolgen op Bourgeons stripklassieker.
Arcadia — www.arcadiastrips.be Arcadia archief 6: Benjamin: Interimitis (Hachel) 19,95; hk. Arcadia archief 7: De musketiers: De markiezin van Poppedeine (Mazel/Cauvin) 19,95; hk.
(Jacamon/Matz) 9,80; hk. Orion 3: De farao (Martin) 6,25; sk. Al
vrijwel volledig afspeelt in een zwembad.
Alleen 4: De rode cairns (Gazzotti/Vehlmann) 5,25; sk. God 1: Met de dood op het lijf (Marie/Karl T) 5,75; sk. Hammerfall 4: Zij die weten (Talijancic/ Runberg) 14,50; hk. Inkt van toen (Maël/Bauza) 15,50; hk. Vrije
Pleyers het tekenwerk weer op van deze reeks.
Het Molitor zwembad (Bourhis/Cailleuax) 15,50; hk. Biografische strip over multi-talent
wat ouder werk, maar niet eerder in het Nederlands vertaald. Sandokan (Pratt) 19,50; sk. Niet eerder uitgegeven strip uit de nalatenschap van Pratt.
De smaak van chloor (Vivès) 19,50; hk. ijzonder verhaal van een jong talent dat zich B Tristan 11: De serenissiums (Pleyers/Martin) 6,25; sk. Na een korte onderbreking pakt Jean
Daedalus — www.uitgeverijdaedalus.be Lincoln 5: Poedelnaakt op de vlakte (Jouvray) 7,95; sk. Tschaï De waanzinnige planeet 6: De Dirdir 2 (Li-An/Morvan) 7,95; sk. Antarcides 2: Over de duistere gronden ( Val/Paris) 7,95; sk. Final incal 1: De vier John Difool’s (Ladrönn/ Jodorowsky) 16,95; hk. Na een eerdere mis-
Van nature uit (Chauzy) 12,0; hk.
Minderbroedersschool 1: Dorpsvergif ( Vincent/Djian) 16,95; hk. Prometheus 1: Atlantis (Bec) 7,95; sk.
Climax 3: De makers van het noorderlicht (Brahy/Braquelaire/Corbeyran) 5,75; sk. Djinn 9: De gorillakoning (Mirales/Dufaux) 5,75; sk. Empire USA (Reculé/Desberg) 5,75; sk. Slot
verhalen uit In het teken van de steenbok.
Laatste Oordeel.
De killer 7: Een gewone sterveling
Niet aangekondigd toch verschenen Arctica 2: Het geheim van de diepte (Kovacevis/Schelle/Pecqueur) Silvester; 14,95; hk. Belem 1: De tijd van de schipbreukelingen (Delitte) Silvester; 14,95; hk. Brussel in beeldekes (Diversen) V.O. Stripgilde; 6,50; sk. Een dertigtal Vlaamse
auteurs, onder wie Jan Bosschaert, Tom Bouden en Merho, brengt een ode aan de Belgische hoofdstad.
Cosa Nostra 9: Onder het matras (Le Saec/ Chauvel) Silvester; 14,95; hk. Druïden 3: De lans van Lugh (Istin/Jigourel) Daedalus; 7,95; sk. Ergens waar je niet wil zijn (Evens) Oogachtend; 24,00; sk. Adembenemend
mooi. Zie ook het interview in deze Zozolala. 18
Ukje en Plukje zijn weliswaar ter zielen, maar Stoppeltje gaat gelukkig onverdroten door.
nieuwe reeks over de mysterieuze Katharen.
Ik ben een Kathaar 1: De onvindbare (Calore/ Makyo) 16,95; hk. Historie en mystiek in een
Berlijn 2: Rook (Lutes) 24,90; sk. Fagin de Jood (Eisner) 18,90; sk.
Herinneringen 2 (Taniguchi) 19,50; sk. Zie het
Boris Vian.
De psy 16: Dringend vakantie nodig! (Bedu/Cauvin) 5,25; sk. Sarah 2: De kinderen van Salamanca 2 (Bec/Raffaele) 5,75; sk. Stoppeltje 5: De stam van de smiksmakkers (Bailly/Fraipont) 9,50; hk. De collecties
Glad ijs
Dargaud — www.dargaud.com
Appoline (TBC/Morvan) 15,00; hk. Challenger 2: Het dodenrijk (Deubelbeiss/ Tramaux) 11,50; hk. Corto Maltese: Caraïbische suites (Pratt) 18,00; hk. Herdruk in kleur van de eerste drie
vlucht van de maker van Miltons dromen.
lukte poging met Moebius breit Jodorowsky opnieuw een vervolg aan de Incal.
Atlas — www.uitgeverijatlas.nl
Casterman — www.casterman.com
Dupuis — www.dupuis.com
van de eerste cyclus. Een vervolgreeks is al aangekondigd.
W.E.S.T. 5: Megan (Rossi/Dorison/Nury) 7,95; sk.
Dark dragon books Conan 1 en 2 (Nord/Busiek) 17,95; hk. Nieuwe
reeks Conanverhalen. Zie onze prijsvraag in het PrikBord. Favole 3: Bevroren licht (Francès) 17,00. Gouden eeuw 2: Benoît (Andriveau) Silvester; 14,95; hk. Iedereen op zoek (SebC) Bries; 12,95; sk. Jerom 6 t/m 10 (Vandersteen) Adhemar; 9,99. Herdrukken van de klassieke Suske &
Wiske-spinoff.
Nelson Lobster 2: De kinderen van Verweesdistan (Calvez/Corbeyran) Daedalus; 15,95; hk. Dread MacFarlane 4: Nyambura (Poinsot) Saga; 7,99; sk. Marco’s avonturen (Van Lamsweerde) Fintage House; 19,95; hk. Krantenstrip van
Frans van Lamsweerde uit de Gelderlander, eind jaren ’40.
Nederland is mijn fantasie (Olasolo/ Richarte) Zirimiri Press; 19,95; sk. Twee
vreemdelingen kijken met een frisse blik naar Nederland in een nadrukkelijk digitale tekenstijl. Zie PrikBord.
Blotch 1: De koning van Parijs (Blutch) 9,80; hk. Eindelijk vertaald, deze heerlijke satire.
Met een bijrolletje voor Hergé.
Glénat — www.glenat.com De avonturen van Kaplan & Masson 1: De theorie van de chaos (Thibert/Convard) 15,50; hk. Klassieke avonturenstrip. Battle Angel Alita-9 (Kishiro) 6,95; sk. Laatste
deel van de serie.
Berserk 9 (Miura) 6,95; sk. Black Cat 5 : Het vuur van de revolutie ( Yabuki) 6,95; sk. Brendan 2: Het geheim van Kells (Moore) 9,95; hk. Dragonball ultimate edition 4 (Toriyama) 11,75; sk. Fruits Basket 7 (Takaya) 6,95; sk. Gals 6 (Fujii) 6,95; sk. Hoshin Engi 6: De Taishi van de In (Fujisaki) 6,95; sk. Nelson Mandela: de biografie. Het geautoriseerde stripverhaal (Wezithombe/ Mandela) Contact; 19,95; sk. Oost versus west (Diversen) BeeDee; 19,95 Pulpman 2 (Diversen) Xtra; 7,95; sk. Scribbly 9: Absurdor (Arends) Silvester; 14,95. Sienna 1 (Filmore/Chetville/Desberg) Saga; 7,99; sk. Space dog (Dorgathen) Bries; 9,00. ‘ Vertaalde’ tekstloze strip uit Duitsland. Uier 4 (Ckoe) Bries; 5,50. Hector Umbra 2: De halfautomatische waanzin (Oesterle) Silvester; 14,95. Silvester
brengt het laatste deel als twee losse albums uit. Het slot volgt dus nog.
The Village 1: De ingenieur (Marchal/ Rodolphe) Saga; 7,99; sk. De wet van de Kanun 3: Albanië (Manini/ Chevereau) Daedalus; 15,95; hk.
Stripvoorspelling Marmalade Boy 7 (Yoshizumi) 6,95; sk. Missi Dominici 1 (Dellac/Gloris) 14,50; hk. Relithriller. Neon Genesis Evangelion 9 (Sadamoto) 6,95; sk. One Piece 9 (Oda) 6,95; sk. De pioniers van de Nieuwe Wereld 17 (Ersel/Charles) 11,50; hk. Pluto 1 (Urasawa) 6,95; sk. Een nieuwe serie van
de maker van Monster en 20th Century Boys. Zie het artikel in ZL 166.
Say hello to Black Jack 13 (Sato) 6,95; sk. Laatste deel van deze aangrijpende
ziekenhuisserie.
Schemerwoude 14: Vassya (Hermann) 6,95; sk.
Kana — www.mangakana.com/nl Bleach 7 (Kubo) 5,95; sk. Monster 16: Welkom thuis (Urasawa) 7,50; sk. Nana 13 (Yazawa) 5,95; sk. Naruto 19 (Kishimoto) 5,95; sk. Shaman king 20 (Takei) 5,95; sk. Yu-gi-oh! (Takahashi) 5,95; sk.
Veroveraars van Troy 2: Eckmül de hakker ( Tota/Arleston) 8,90/16,90; sk./hk. Nieuwe
cyclus, waarin Troy wordt bedreigd door het Bloemenconsortium.
Vreemde liefde (Jouvray/Presle) 18,95; hk.
Lombard — www.lombard.be Alfa 11: Fucking patriot (Jigounov) 5,75; sk. Beast 2: Yunze, de wrede koningin (Guerrero/Cheilan) 7,95; sk. Cassio 2: De tweede messteek 5,75; sk. Dokus de leerling 15: Er hangt vakantie in de lucht (Godi/Zidrou) 5,25; sk. I.R.$. 11: Gloria (Vrancken/Desberg) 5,75; sk. I.R.$. all watcher 1: Antonia (Queireix/ Desberg) 5,75; sk. Kruistocht 3: De meester van de machines (Xavier/Dufaux) 7,95; sk.
Mynx — www.mynx.nl Dresden files 1: Welkom in de jungle (Butcher e.a.) 17,95; sk.
L — www.uitgeverijl.nl
Oog & Blik — www.oogenblik.nl
Aya uit Yopougon 4 (Oubrerie/Abouet) 14,95; hk. Succes leidt tot vervolgen. In dit vierde
Net doen alsof is ook liegen (Dominique Goblet) 29,90; hk. Autobiografische strip over de
deel zijn Aya en de meeste van haar familieleden verhuist naar Parijs.
Pinokkio (Winshluss) 29,90; hk. Vrijwel woord-
De donkere toren 3: Verraad (Lee/David/ Furth/Isanove) 16,95; hk. Lanfeust queeste 1 en 2 (Lullabi/Tarquin/ Arleston) 14,95; hk. Mangaversie van de eerste
Lanfeust-cyclus: Lanfeust van Troy.
Lanfeust queeste 2 (Lullabi/Tarquin/Arleston) 14,95; hk. Legenden van Troy 1: Tykko1: De windruiters (Melanyn/Keramidas/Arleston) 8,90/16,90; sk./hk. Schat! (Durbiano) 16,95; hk. Nostalgisch debuut
van een auteur ontdekt door Dupuy en Berberian.
Veroveraars van Troy 1: Verbannen naar Bloemhaven (Tota/Arleston) 8,90/16,90; sk/hk.
Agenda Evenementen Op zaterdag 15 augustus wordt in Kampen weer het Kamper stripspektakel georganiseerd. Een keur aan auteurs is aanwezig, zoals Schwantz en Marc Verhaegen. Zie: www.steck.nl. Op zaterdag 29 en zondag 30 augustus wordt in Valkenswaard alweer voor de 24ste keer het Brabants Stripspektakel gehouden. Er is een veiling en voor de verzamelaars zijn er de nodige speciale uitgaven. Zie ook: www. stripspektakel.nl. De Mechelse stripbeurs wordt gehouden op zondag 20 september. In de sporthal van het Scheppersinstituut, Melaan 16. Voor wat er te doen is, zie: www.stripbeursmechelen.be. In het weekeinde van 26 en 27 september vinden de jaarlijkse Stripdagen weer plaats in het Expo-gebouw te Houten. Van 10 tot 17 uur kun
relatie van Goblet met haar alcoholistische vader. loze versie van het klassieke verhaal dat zich bij Winshluss afspeelt in het weinig romantische heden.
Modern Swarte (Joost Swarte) 29,90; hk. Bundel van Swartes strips uit RAW en (A
suivre).
Mijn brein hangt op zijn kop (David Heatley) 29,90; hk. Ja hoor, weer een autobio-strip.
Sherpa — www.sherpa.nu Het model (Baudoin) 24,95; hk.
Silvester — www.silvesterstrips.nl
De legende van de scharlaken wolven 1: De stad die met de hemel spreekt ( Tenuta) 14,95; hk. De oorlog van Alan (Guibert)19,95; hk. I ndrukwekkende strip in drie delen over de
bevrijding van Europa gezien door de ogen van een Amerikaanse soldaat.
De pijl van Nemrod 1: Patient 1167 (Griffo/ Heloret/Bollee) 14,95; hk. Prins Valiant 3: jaargang 1941-1942 (Foster) 59,00; hk.
Standaard — www.standaard.com Bakelandt 25: De ring van Napoleon (Leemans) 5,25; sk. Basta 11: De robijn van Romana (Bouden) 5,25; sk. Er was eens…1: Het imperium van Monsieur Joseph (Vallée/Nury) 11,95; hk. Nieuwe reeks van de tekenaar van Spoorloos.
Kreeg in Frankrijk een warm onthaal.
F.C. De Kampioenen 58: Het geheim van de kampioentjes (Leemans) 5,25; sk. Jump 7: De tijd-tattoo (Cambré) 5,25; sk. Kiekeboe 122: Doodeenvoudig / Eenvoudig dood (Merho) 5,25; sk. Nero: De Gevleugelde trilogie (Sleen) 12,95; sk. De smurfen 28: Het smurfenparadijs (studio Peyo) 5,25; sk. Suske en Wiske 350: De tijdbobijn (Van Gucht/Morjeau) 5,25; sk. Urbanus 134: Urbanus bij de chiro (Linthout/Urbanus) 5,25; sk. Rode Ridder 223 : De sluier van Wuustwezel (Claus/Lodewijk) Rode Ridder 223 : De sluier van Wuustwezel (Claus/Lodewijk) luxe. Suske en Wiske Pocket-9 (Studio Vandersteen) Urbanus vertelt 3 (Stallaert/Urbanus) 5,25; sk. Vigilantes 2 : Urban Exploration (Van Roye/ Van Haagen)
Hauteville House 5: USS Kearsarge (Gioux/ Duval/Ouet/Beau)14,95; hk.
je er terecht om je verzameling aan te vullen bij een van de vele stands, de ruilbeurs en de signerende tekenaars. Zie: www.stripdagen.nl.
Exposities: In het kader van het Brusselse stripjaar is er deze zomer nog het nodige te bezichtigen. Zie ook: www.brusselscomics.com. Werk van tientallen illustratoren onder wie Lode Devroe, Ever Meulen en François Avril is nog tot 31 augustus te bezichtigen in de Seed factory aan de Vrijwilligerslaan te Brussel (www.seedfactory.be). In het Atomium loopt nog t/m 20 september de tentoonstelling Op zoek naar de Atoomstijl, met werk van onder anderen Ted Benoit, Bernard Yslaire, Frank Pé en Vittorio Giardino (zie www.atomium.be). Naast het station Brussel Zuid kun je naar de expo over De Belgische jaren van René Goscinny bij weekblad Kuifje. De tentoonstelling loopt nog t/m 25 september, aan de
Henri-Spaaklaan 7 (www.fondationleblanc.be). En in het Brusselse stadhuis aan de Grote Markt kun je t/m 27 september naar een tentoonstelling over de Suske en Wiskeverhalen uit de fameuze blauwe reeks. Wie nog meer Vandersteen wil zien, kan nog tot 10 januari volgend jaar naar het Huis van het beeldverhaal aan de Keizerinlaan 1, voor een retrospectieve over zijn hele oeuvre (www.jije.org). Wie van het werk van Peter de Wit houdt, kan nog tot 27 september terecht in het Groninger stripmuseum voor de tentoonstelling Nederland volgens Sigmund. Zie: www.stripmuseumgroningen.nl. In het Brusselse stripmuseum loopt van 7 juni tot en met 27 september een overzichtstentoonstelling over de werelden achter Lanfeust van Troy. Zie: www.stripmuseum.be.
19
Stripvoorspelling
Nederland volgens
Catalogus verkrijgbaar bij de stripspeciaalzaak, de webwinkel van de Volkskrant en het Stripmuseum. De prijs is € 8,50.
SIGMUND
300 originelen van de strip uit de Volkskrant Tot 27 september 2009 in Het Nederlands Stripmuseum in Groningen
De stand van onze mores en sores w w w. n e d e r l a n d vo l g e n s s i g m u n d . n l
De Vliegende Hollander Logicomix (Apostolos/Papadimitriou) 19,95; sk. Filosofische speurtocht aan de hand van
Bertrand Russell.
Uno Mundo wereldstrips In het buitenland verschijnen stapels prachtige strips die ons taalgebied nauwelijks bereiken. Kwaliteit kent echter geen grenzen. Daarom hieronder een selectie van de meest opvallende buitenlandse titels van de laatste twee maanden. De prijzen in euro’s vallen bij importtitels doorgaans wat hoger uit.
Tekstloos La boîte (Balahy) A. Beaulet; 5,00; sk. Spijkerharde conceptuele thriller: de avon-
turen van een mysterieus vierkant op ruitjespapier.
Les bandes dessinées La clinique (Vanoli) L’Association; 15,00; sk. Beklemmende visie op de hedendaagse samen-
leving als een grote kliniek door de maker van Simplismus.
Encore une effort (Baladi) L’Association; 12,00; sk. Speelse reflectie op de strip als medium. Hellenik blues (Mandragore) Oeuf; 13,00; sk. Het verschil tussen toerist en reiziger, tussen
mythe en werkelijkheid & andere reisimpressies uit Griekenland.
La ligne rose (Paris) Cinquième Couche; 14,00; sk. Eros als superheld, een verhaal met een
‘roze draad’.
Hard west (Hagelberg) L’Association; 15,00; sk. Ode aan de ‘harde’ Italiaanse pulpwestern
door een van de grote namen van de Finse strip. 20
w w w. s i g m u n d . n l
Journaliste 1 en 2 (Yajima/Funwari) Delcourt; 7,95; sk. Kritisch mangatweeluik over de staat
van de hedendaagse journalistiek.
Les rues de sable (Roca) Delcourt; 14,95. ehaaste man neemt kortere route, die labyG
rint blijkt. Surrealisme van de Spaanse maker van De zonen van Alhambra.
Le tour des géants (Debon) Dargaud; 14,50. L ax’ teenloze adelaar was niet de enige wie-
lerpionier: nieuwe terugblik op de begindagen van de Tour de France. Transat (Picault) Delcourt; 14,95; sk. Jonge Parisienne wordt dertig en droomt van een transatlantische zeiltocht.
Un petit rien tout neuf avec un ventre jaune (Rabaté) Futuropolis; 18,00; sk. Komisch drama over een verkoper van feest-
artikelen die vecht tegen een depressie. Door de maker van Ibicus, Een tweede jeugd en De Maria van plastic.
Vivre ensemble (Manouach) Cinquième Couche; 5,00; sk. Vrijmoedige ‘Oubapo’-remix
van de peuterstripklassieker Pol, Pel en Pingo.
Comix 30 days of night: 30 days till death (Lapham) IDW Publ.; $ 17.99; sk. Occulte thril-
ler van de maker van Stray bullets.
A.D. New Orleans after the deluge (Neufeld) Pantheon; $ 24.95; hk. Kritische blik
op de overstromingen in New Orleans in 2005 en de rol van de Amerikaanse overheid. Door de maker van The vagabonds.
The art of Tony Millionaire (Millionaire) Dark Horse; $ 39.95; hk. Smullen voor de liefheb-
bers van Sock Monkey en Billy Hazelnuts.
The Beats (Diversen) Hill & Wang; $ 22.00; hk. Getekende ode aan Kerouac, Ginsberg e.a.
Vooral veel korte strips van Harvey Pekar en
Ed Piskor.
Connective tissue (Fingerman) Fantagraphics; $ 22.99; hk. Alice belandt in de 21e eeuw in
Slackerland, toont de maker van Minimum wage.
Funny misshapen body (Brown) Touchstone; $ 16.00; sk. Jeffrey ‘Unlikely’ Brown
blikt terug op zijn periode als beginnend stripmaker.
God of comics. Osamu Tezuka and the creation of post World War II manga (Diversen) Univ. Press of Mississippi; $ 25.00; sk. Essaybundel vol achtergronden over de legenda-
rische maker van Boeddha, Ode aan Kirihito, Astro Boy en zeer veel meer (1928-1989).
Ted McKeever Library 1 t/m 3 (McKeever) Image; $ 39.99; hk. Integrale (hernieuwde)
kennismaking met de Amerikaanse cultauteur van o.a. Metropol.
My inner bimbo (Kieth) Oni Press; $ 19.50; sk. De Ongemakkelijke Waarheid: de auteur
van The Maxx verkent het domme blondje in hemzelf.
Prison stories (Hofbauer) MMMNNNRRRG; $ 15.00; sk. Boekdebuut van Igor Hofbauer, de
‘Peter Pontiac’ van Kroatië.
Underground classics. The transformation of comics to comix (Diversen) Abrams; $ 29.95; hk. Verdere stap op weg naar de
canonisering van de underground van weleer: expositiecatalogus met veel (beredeneerde) aandacht voor het baanbrekende werk van Crumb, Eisner en Ellder.