zuiderlucht 1\2017
zuiderlucht
design
11e jaargang • 1/2017
2007-2017 Cultuur: ‘slegs vur blanke’? Kerckhoven
1
Orhan Pamuk & Luk Perceval
Rufus Wainwright
Alma Mathijsen
Wanderful design gaat de wereld over
Anne-Mie Van
De pest van onze tijd
Cultuuragenda ZL XT 1
Expo|C-mine, Genk (BE) 18.02.2017 – 28.05.2017
KLASSIEKE MUZIEK ZA 14 JAN 2017
JEAN RONDEAU (KLAVECIMBEL) Goldbergvariaties ZO 15 JAN 2017
ANIMA ETERNA BRUGGE O.L.V. JOS VAN IMMERSEEL
Le carnaval des animaux ZO 22 JAN 2017
JERUSALEM QUARTET The lark
WO 01 FEB 2017
Jean Rondeau © Edouard Bressy
deFILHARMONIE, OCTOPUS SYMFONISCH KOOR & CHŒUR DE CHAMBRE DE NAMUR
THEATER
DO 12 JAN 2017
THEATER MALPERTUIS
KOMMIL FOO Kommil Foo in concert
Hele dagen in de bomen DI 24 JAN 2017
DE SPELERIJ Dinez in de sneeuw
WO 8 FEB 2017
BALLAKÉ SISSOKO & VINCENT SEGAL DI 14 FEB 2017 Ballaké Sissoko & Vincent Segal © Claude Gassian
Hele dagen in de bomen © Fred Debrock
DI 07 FEB 2017
Ivan de verschrikkelijke van Prokofiev
CONCERTEN
WO 18 JAN 2017
BENJAMIN VERDONCK & WILLY THOMAS/ TONEELHUIS & ARSENAAL/LAZARUS Wat ik graag zou zijn als ik niet was wat ik ben
O.L.V. MARTYN BRABBINS, CHRISTIANE STOTTIJN (MEZZOSOPRAAN), JAN DECLEIR & STEFAAN DEGAND (VERTELLERS)
BENT VAN LOOY + SUPPORT TIM KNOL DO 23 MRT 2017
GISELA JOÃO
cultuurcentrum hasselt
ONTDEK HET VOLLEDIGE PROGRAMMA OP WWW.CCHA.BE
inhoud
zuiderlucht 1\2017
AFFAIRS
7 2007-2017 Wat vinden we ervan dat muzikanten voor 150 euro per avond staan te spelen voor een volle zaal? En van kunstenaars die zonder vergoeding exposeren in musea van naam en faam?
8 Cultuur: ‘slegs vur blanke’?
door wido
smeets
De meeste bezoekers in musea, theaters en muziekscholen in Nederland zijn blank. In België heeft de sector wél ervaring met culturele diversiteit. ‘Het probleem is niet de etniciteit. Het is de glazen wand tussen de witte middenklasse en de rest.’
BOOKS
12 Een verhaal van liefde en geweld
door cyrille
offermans
Veel ingewikkelder dan het voor toneel bewerken van Sneeuw van Orhan Pamuk kan een regisseur het zich niet maken. Luk Perceval van NT Gent deed het. Hij slaagt erin de gewenste sfeer van isolement, naargeestigheid en vervreemding op te roepen.
CULTURE
17 pleased to meet you – Rufus Wainwright ‘ Dat zijn universum uit fluorescerende kleuren wordt opgetrokken en naar marsepein smaakt, mag geen enkele pret drukken’, oordeelt Leon Verdonschot over Rufus Wainwright.
18 Afstammeling van een dodelijke orde
door ronald
rovers
Verfilmingen van games ontberen vaak een ziel, omdat ze te dicht bij de oorsprong, de game, blijven. Justin Kurzels Assassin’s Creed bewijst dat de twee goed samengaan.
20
Nieuwe oogst #2 Deelnemers aan een workshop van fotograaf John Lambrichts presenteren in Centre Céramique in Maastricht werk uit hun persoonlijke leefomgeving.
23 beeldspraak – Anne-Mie Van Kerckhoven ‘ Mijn werk is complex, hermetisch, alles wat een kunstwerk eigenlijk niet mag zijn’, zegt de Vlaamse kunstenares Anne-Mie Van Kerckhoven. ‘Maar ik trek me daar niets van aan.’
4
cover: Van houten speelgoed naar drones, zie pagina 28.
zuiderlucht 1\2017
24
De pest van onze tijd
door wido
inhoud
smeets
e leven in een tijd van moreel verval en slecht bestuur. De een voorspelt rampspoed, de W ander voorziet een nieuwe renaissance. ‘Waarom kunnen we niet met zijn allen die trend keren?’
DESIGN
28
32
Van houten speelgoed naar drones door paul van der steen en stad van Lego-blokken, Star Wars en een op ware grootte nagebouwde MINI. Het E Continium in Kerkrade heeft eindelijk zijn grote Lego-expositie – waar ook eerste en tweede generaties liefhebbers hun hart kunnen ophalen.
Wanderful design gaat de wereld over door hilde nevens an een regio een eigen ontwerptraditie ontwikkelen? Belgisch Limburg, dat gevierde K ontwerpers als Raf Simons, Piet Stockmans en Michaël Verheyden afleverde, stelt zichzelf een retorische vraag.
EDITS
37
staaks – Menigtes zijn niet wat ze lijken e boer grijpt me op zijn Trumps bij mijn billen. ‘… ze praote te hard en ze lache te vuul. Wat D ze neet snappen, dat is flauwekul.’ De eerste column in ZL van Annemarie Staaks.
38 Blendr & Filtr ‘Het opleidingspeil van de bevolking neemt gestaag toe. Maar het verstand?’ 38 De voorkeur van… Alma Mathijsen annemarie staaks
door
‘ Ik denk niet dat het schadelijk is dat ik The Dark Knight zo vaak heb gezien’, denkt schrijfster Alma Mathijsen. ‘Ken je Thijs Boontjes Dans- en Showorkest? Thijs is mijn vriendje.’
39 ZL Boekentop10 Het belangrijkste boekennieuws van de maand: de vertaling van het oeuvre van Joseph Mitchell, de grootmeester van de literaire reportage.
5
Cultuur door De Domijnen Laat u verrassen door bijzondere exposities en voorstellingen www.dedomijnen.nl
Het program ma treft u aan op www.salonsi ttardgeleen.nl
expositie de salon ‘ONDER DRUK’
za 17 dec t/m zo 5 feb locatie: Museum De Domijnen, Hedendaagse Kunst Ligne 5 Sittard
philharmonie zuidnederland
De Vriend verrast met Bach en Mozart
di 24 jan | 20.00 locatie: Schouwburg De Domijnen Mgr. Claessenstraat 2 Sittard
unforgettable Enjoy one night in Manhattan
za 28 jan | 20.00 locatie: Schouwburg De Domijnen Mgr. Claessenstraat 2 Sittard
karen carpenter we’ve only just begun Toni Lee & Band
zo 29 jan | 20.00 locatie: Schouwburg De Domijnen Mgr. Claessenstraat 2 Sittard
Museum De Domijnen Hedendaagse Kunst
Ligne 5, Sittard
Schouwburg De Domijnen
Mgr. Claessensstr. 2, Sittard 046 4524400
editorial
zuiderlucht 1\2017
Via Belgica meubel geplaatst in Meerssen
Het echte probleem is de glazen wand tussen het blanke middle class publiek en de rest.
2007-2017 “Als we een stuk hebben over taxi’s, bellen we alle taxicentrales. En bij een stuk over Turkije bellen we alle Turken in de stad”, sprak de mevrouw van NTGent. Aan engagement geen gebrek bij het Vlaamse theatergezelschap. Haar inleiding ging vooraf aan de opvoering van Sneeuw, naar het boek van Nobelprijswinnaar Orhan Pamuk. Ik zag het in het Chassé-theater in Breda dat verrassend goed gevuld was – met op de gelegenheid geklede zestigplussers. Behalve op het podium heb ik geen Turken gezien. Ze kijken wel uit. Voor ze het weten staan ze in het voormalige vaderland op een zwarte lijst, Pamuk is bepaald geen vriendje van Erdogan. Eind vorig jaar riep minister Bussemaker van Cultuur op tot meer culturele diversiteit. Een kwart van de Nederlanders is van niet-Westerse komaf, maar in musea, theaters en muziekscholen zie je ze niet. Daar is vrijwel iedereen blank, pardon: wit. In België zitten ze al veel langer op het door Bussemaker aangeduide spoor. Bij Sneeuw bestond de halve cast uit acteurs van Turkse komaf. En NTGent is bepaald niet de enige die oog heeft voor culturele diversiteit; C-mine in Genk stimuleert al jaren Belgen met niet-Vlaamse roots, op het podium én in de zaal. Nogal logisch, vinden ze daar, voor een stad waar meer dan de helft van de inwoners van buitenlandse komaf is. Maar of het helpt? Het echte probleem is niet etniciteit, maar de glazen wand tussen het blanke middle class publiek en de rest. Die rest, met alle kleuren van de regenboog, zit liever thuis voor de buis. Het openingsartikel van deze ZL gaat erover. Het streven naar culturele diversiteit stond al op de politieke agenda toen we in 2007 met Zuiderlucht begonnen – inderdaad, dit jaar vieren we ons tienjarig bestaan. Het waren veelbewogen jaren (ik kom er in de volgende edities op terug), voor ons én voor de cultuursector, die behoorlijk onder vuur kwam te liggen. Wat me, terugblikkend, nog het meest intrigeert, is de gedevalueerde positie van de kunstenaar. In de samenleving, maar ook in de sector zelf. Instellingen proberen op allerlei manieren het hoofd boven water te houden, vaak ten koste van kunstenaars en makers. Muzikanten die voor 150 euro per avond staan te spelen voor een volle zaal – omdat ze geen alternatief hebben. Kunstenaars die zonder vergoeding exposeren in musea van naam en faam – als ze weigeren, hebben ze niets. ‘Killing me softly’ noemde laatst iemand deze Verelendung; je kunt het ook chantage noemen. Vorige maand werd een convenant getekend dat ervoor moet zorgen dat kunstenaars betaald krijgen voor hun exposities. Wie er niet ondertekende: de Nederlandse Museumvereniging. Ook veel museumdirecteuren hielden zich muisstil. Terug naar 2007-2017. Persoonlijk kijk ik, liever dan naar het afgelopen decennium naar de jaren die komen. We hebben tal van vernieuwingen op stapel staan, te beginnen in 2017. Met een nieuwe columniste, Annemarie Staaks, en een nieuwe vormgeefster, Andrea Bertus, biedt dit nummer alvast een voorproefje. U gaat het allemaal zien, dit jaar. Voor intussen wens ik u een gelukkig en gezond 2017. WIDO SMEETS / hoofdredacteur w.smeets@zuiderlucht.eu
7
zuiderlucht 1\2017
8
zuiderlucht 1\2017
affairs
Cultuur: ‘slegs vur blanke’? In Nederland zijn de meeste bezoekers van musea, theaters en muziekscholen blank. In België trekken cultuurmakers al jarenlang de wijk in. “Een optreden moet kwaliteit hebben en toegankelijk zijn voor een breed publiek.” WIDO SMEETS /
Z
e komen niet. Of te weinig. Ze, dat zijn de niet-westerse allochtonen, ruim vier miljoen in Nederland, bijna een kwart van de bevolking. Dat aandeel groeit, maar kijk om u heen, in het museum, de concertzaal, het theater, bij de muziekles of op ballet. Ze zijn er niet. Of bijna niet. Het cultuurpubliek is vooral blank, ook bij Ali B en Typhoon.
Aïcha Cissé en Aminata Demba in Dis moi wie ik ben. foto Peggy Schillemans
Uitgezonderd bibliotheken, waar ze zelfs licht in de meerderheid zijn, nemen de niet-westerse inwoners van Nederland maar mondjesmaat deel aan het culturele leven. Dat moet beter, vindt minister van cultuur Jet Bussemaker (PvdA). Ze wil dat theaters, musea en concertzalen “alle bevolkingsgroepen in de samenleving opzoeken, zowel in de artistieke keuzes die ze maken als in de manier waarop ze een instelling of gezelschap runnen.” Nieuw is het streven niet. Haar voorganger en partijgenoot Rick van der Ploeg wilde rond de eeuwwisseling hetzelfde. Hij kreeg karrenvrachten kritiek over zich heen, van zijn plannen kwam niets terecht. Kwaliteit diende voorop te staan, niet publieksbereik, en zo bleef alles zoals het was: blank. Voor de politiek correcten: wit. Nu, sinds Halbe Zijlstra, publieksbereik andermaal heilig is verklaard, wordt er ook weer nagedacht over de kleur van het publiek. Dat is, nog steeds, grotendeels wit, terwijl het aandeel gekleurde medelanders fors is toegenomen.
De oproep van Bussemaker om meer diversiteit aan te trekken, is een pikante: er zijn weinig directeuren en programmeurs die daar kaas van hebben gegeten. In Nederland dan. Net over de grens, in het Cultuurcentrum (theater, muziek, beeldende kunst, film) van C-mine Genk, is programmeren op culturele diversiteit de gewoonste zaak van de wereld. “Toen ik hier kwam werken, dertien jaar geleden, gebeurde het al, zij het nog aftastend”, zegt programmeur Eddie Guldolf. “En we doen het nog steeds. Maar altijd vanuit de context van de stad.” Meer dan de helft van Genk, een voormalige mijnstad met 60.000 inwoners, is van nietVlaamse herkomst, er zijn zo’n 85 nationaliteiten. Guldolf herinnert zich de komst van de Griekse zangeres Maria Farantouri, de muze van componist Mikis Theodorakis, naar Casino Modern in Genk, een jaar of tien geleden. Ze zong liederen op gedichten van Neruda, Lorca en Brecht. “ Toch richtten we ons met dat optreden op het gehele publiek, en niet alleen de Griekse kolonie in Genk. Dat is altijd onze opzet geweest. Wie of wat we ook programmeren, we richten ons nooit uitsluitend op etnische doelgroepen. Een optreden moet kwaliteit hebben en toegankelijk zijn voor een breed publiek.” Terwijl we zitten te praten in de artiestenlounge van C-mine komen Aïcha Cissé en Aminata Demba binnen, twee jonge Vlaams-Afrikaanse actrices die net voor zo’n tweehonderd scholieren de voorstelling Dis moi wie ik ben hebben opgevoerd. Het stuk gaat over de leefwereld van mensen die heen en weer worden getrokken tussen verschillende culturen. Guldolf: “Vooraf zie je die leerlingen met zó’n gezicht”, hij houdt zijn geopende rechterhand twintig centimeter onder zijn kin, “de zaal inlopen. Maar eenmaal begonnen, staan ze in vijf minuten op uit hun zetel en zitten ze in de vibe van de voorstelling.” Programmeren op culturele diversiteit is bij C-mine zo gewoon geworden dat niemand weet hoe groot het aandeel is op het totale aanbod. >>
9
docenten SCHUNCK* Muziek en Dans in concert
Robert Roelink
Persijn Broersen & Margit Lukács
ICE AGE; Renewing a landscape
Very Far, Very Far
Installatie die een inkijk geeft in onze hedendaagse relatie met de natuur, in dit geval de smeltende ijskappen.
15 januari 2017 / 15 u / € 7,50 / Parkstad Limburg Theaters / reserveren via plt.nl
tot 12 februari 2017 / gratis / SCHUNCK* Glaspaleis / vitrine
Gelaagde projecties, digitale animaties en ruimtelijke installaties creëren een begoochelende beleving van een natuurlijk tafereel. tot 12 februari 2017 / gratis / SCHUNCK* Glaspaleis / +1
Robert Roelink
Een gevarieerd concert met dans. Het thema is filmmuziek.
Persijn Broersen & Margit Lukács
Play the Movies
parkstad limburg prijs
Chaim van Luit
De zesde editie van de Parkstad Limburg Prijs is gewonnen door Sanne Vaassen. De jury noemde haar werk authentiek en krachtig. In de expositie zijn werken te zien van Sanne en de overige genomineerde jonge beeldend kunstenaars: Chaim van Luit, Charlotte Lagro, Daan Gielis, Dave de Leeuw, Elias Ghekiere, Gitte Hendrikx, Joep Hinssen, Joep Vossebeld, Karl Philips, Niek Hendrix, Sanne Vaassen en Tanja Ritterbex. tot 19 maart 2017 / €6,- / SCHUNCK* Glaspaleis / Museum / -1
SCHUNCK* Glaspaleis bongerd 18 heerlen / T 045-5772200
www.schunck.nl
zuiderlucht 1\2017
Directeur Veerle Van Bun van het Cultuurcentrum: “We bouwen er nog steeds aan, het lijkt zo logisch in een stad als Genk. Maar vergeet niet, je zit hier wel op het platteland. Je kunt niet, zoals in Brussel, in andere talen programmeren. Het probleem bij publieksbereik is niet etniciteit. Het Vlaamse thuis-publiek komt moeilijk naar het theater, dat geldt net zo goed voor de tweede en derde generatie van Turken, Grieken en Italianen in Genk. Ook die zitten samen op de bank voor de televisie.” De problematiek waar het theater mee kampt, reikt verder dan het ontbreken van culturele diversiteit. Van Bun: “Het probleem is eerder het binnenhalen van mensen die geen culturele voorgeschiedenis hebben, die nooit een theater bezoeken. Dat gaat van ouders op kinderen, dat heeft met etniciteit niet zoveel te maken.” Guldolg: “Een klik maken tussen het white middle class publiek en de rest van de bevolking is niet evident. Die glazen wand is er nog steeds.” Guldolf gelooft in ‘peerage’: jongeren die gaan studeren kunnen het denken en handelen in hun familie of groep doorbreken. C-mine Genk treedt al jaren op als coproducent van jongerenprojecten waar talenten als Naomi Velissariou, Gökhan Girginol en Gorges Ocloo uit zijn voortgekomen, Vlaamse theaterdieren van Griekse, Turkse en Ghanese afkomst. “We zien steeds meer jonge makers van buitenlandse komaf. Dat staat los van hun afkomst, ze hebben er ook geen last van. Ze zijn geen excuus-Turk, ze zijn gewoon goed.” Dat C-mine in hen investeert, vindt hij niet
affairs
Ook Typhoon (l.) en Ali B trekken vooral een blank publiek.
‘Binnen vijf minuten zitten ze in de vibe van de voorstelling.’ meer dan normaal: het is de stedelijke context van Genk. “We willen een weerspiegeling zijn van de plek waar we opereren.” Soms duurt het even, zoals met De vader, de zoon en het heilige feest van Sadettin Kirmiziyüz, een voorstelling uit 2009 over vaders en zonen, over geloven en niet geloven, waar aanvankelijk weinig interesse in was. Tot Kirmiziyüz naam maakte in Nederland. Het stuk wordt nu, zeven jaar later, opnieuw opgevoerd en is een groot succes. “We blijven in hen investeren”, zegt Veerle Van Bun, “ook als ze al weg zijn. Want ja, ze vertrekken,
naar Brussel, Antwerpen, Amsterdam, zoals iedereen die iets in de kunst wil gaan doen. We halen ze graag terug. Niet om hier te wonen, maar om ze hier te laten werken. Het is een proces van de lange adem.” En ja, het gaat ook wel eens mis. Guldolf: “We hadden het Turks Universiteitsorkest naar hier gehaald, om Turkse, Armeense en Griekse liederen te komen spelen. Turken, Armenen, Grieken, dat ligt onderling gevoelig, ze kwamen geen van allen. Uiteindelijk zaten er honderd Koerden in de zaal. Soms moet je rekening houden met gevoeligheden, soms moet je er dwars tegen in gaan, anders bereik je niets.” Een doorslaand succes, in heel België, was de C-mine-productie Muntagna Nera, muziek theater over Italiaanse immigranten, gespeeld en gezongen door een mix van Vlaamse professionals en Genkse amateurs. Maar of het publiek dat op zo’n opvoering afkomt, nog een keer terugkomt? Dat is niet gemakkelijk, weet Guldolf: “Veel mensen in Genk hebben hun oorsprong op het platteland van Anatolië of Calabrië. In Italië gaat iemand als Romeo Castellucci heus niet naar Calabrië. Daar komt niemand op af. Waarom zou je hem dan wel naar Genk halen?” ZL
11
books
zuiderlucht 1\2017
l a a h r e v n ee e d f e i l n a v
Melih Gençboyacı in Sneeuw. foto’s Jules August
Veel ingewikkelder dan het voor toneel bewerken van het boek Sneeuw van Orhan Pamuk kan een regisseur het zich niet maken. Luk Perceval van NTGent deed het.
CYRILLE OFFERMANS /
12
zuiderlucht 1\2017
I
n de maanden dat de Turkse romancier Orhan Pamuk over de eerste hoofdstukken van Sneeuw (2002) gebogen zat, zat zijn generatiegenoot, de latere premier en huidige president Recep Tayyip Erdogan in de gevangenis van Istanboel te broeden op een wraakoefening. Hij was tot tien maanden gevangenisstraf veroordeeld wegens het voorlezen van een ‘gedicht’ waarvan de slotregel zijn politieke carrièreplannen onomwonden uit de doeken deed: “Democratie is slechts de trein die we nemen totdat we op onze bestemming zijn aangekomen”, waarbij er over de identiteit van die ‘we’ geen twijfel kon bestaan: het militante collectief van orthodoxe moslims uit de tijd van de Ottomaanse sultans. Wee degenen die daar niet bij hoorden, voor hen zouden moeilijke tijden aanbreken. Wie zich dus verbaast over het paranoïde gemak waarmee Erdogan nu iedere tegenstander als terrorist bestempelt en uit de weg ruimt, heeft niet goed opgelet. In ideologisch opzicht is zijn loopbaan uiterst consistent. De jonge Erdogan, net als Pamuk een man met literaire aspiraties, schreef en regisseerde al een soort islamitisch agitproptheater, met hemzelf in de hoofdrol, waarin communisten en Joden als incarnaties van het absolute kwaad werden voorgesteld. In latere politiek-retorische versies van dat toneel, ‘charismatisch’ voorgedragen bij talloze volksverzamelingen, dichtte hij die volksvijandige schurkenrol toe aan Koerden en ‘seculieren’ – en soms ook aan Armeniërs, die in zijn particuliere geschiedmythologie geen slachtoffers waren van een genocide door de Turken, maar, omgekeerd, juist verwoede pogingen hebben gedaan de Turken uit te roeien.
In Erdogans wereldbeeld bestaan uitsluitend fundamentele, onveranderlijke tegenstellingen, die stuk voor stuk zijn terug te voeren op zijn beruchte uitspraak dat het onmogelijk is tegelijk seculier en moslim te zijn. Dat wereldbeeld staat haaks op dat van Pamuk die, anders dan Erdogan, afkomstig uit een welgesteld, Europees georiënteerd milieu, juist vóór een relativering en een synthese van die tegenstellingen pleit. Aanvankelijk, als architectuurstudent, was Pamuk weliswaar korte tijd voorstander van de totale verwestersing van zowel Turkije als hemzelf – even dweepte hij zelfs met het door geen traditie gehinderde tekentafelrationalisme van Le Corbusier – maar zijn liefde voor Istanboel, voor de “duistere ziel” en de “chaotische, mysterieuze schoonheid” van de stad, maakte hem vanaf
De jonge Erdogan was net als Pamuk een man met literaire aspiraties. zijn twintigste tot de schrijver die alles op alles zet om stem te geven aan de overtuiging dat een humane, moderne samenleving ondenkbaar is zonder het polyperspectivisme, de meerduidigheid en de ambivalentie waarmee hij in zijn proza experimenteert. Die niet geringe ambities heeft hij in een aantal omvangrijke romans volledig waargemaakt. Ik denk aan Ik heet Karmozijn (1996), dat primair een ode is aan de verdwenen kunst van de islamitische miniatuurschilders uit de vijftiende en zestiende eeuw, maar ook een brisant conflict uitdiept dat doorwerkt tot in het huidige Turkije;
books
aan Het zwarte boek (1998), dat de hele geschiedenis en anarchie van Istanboel en de poëzie van de straten van zijn jeugd omvat; en natuurlijk aan Sneeuw, dat in eerste instantie een eigentijds liefdesverhaal is maar letterlijk uitloopt op een tumultueus politiek theaterspektakel waarin alle maatschappelijke en religieuze tegenstellingen op scherp worden gesteld. In al deze boeken gaat het over de paradoxen en dilemma’s van de modernisering van een traditionele, theocratische samenleving. Hun overtuigingskracht ontlenen ze niet aan een eenvoudige keuze voor progressieve figuren of partijen – dat is de gemakzuchtige preek voor eigen parochie waar zoveel geëngageerde kunst last van heeft – maar aan het feit dat de auteur met veel empathie en kennis van zaken maatschappelijke conflicten in al hun complexiteit uit de doeken doet, en wel hoogst aanschouwelijk en in een rijke, vaak poëtische taal. Zo slaagt Pamuk er bijvoorbeeld in om vanuit een naïef, premodern standpunt naar het westerse modernisme te kijken en ons zodoende iets te leren over de weerzin die fundamentalisten moeten overwinnen om in dat modernisme iets anders te zien dan louter duivelse, alles ontbindende krachten. Misschien is dit nog wel de interessantste paradox: dat we van een progressieve auteur, gepokt en gemazeld door Kafka en Mann, Calvino en Eco, als van geen ander kunnen leren wat de aantrekkelijkheid van het alledaagse moslimconservatisme is. Het wachten was dus op een toneelbewerking van een van Pamuks romans, zeker nu de gouden tijden van Samuel Beckett, Fernando Arrabal, Harold Pinter, Edward Albee en Hugo Claus voorbij zijn en er nauwelijks nog rechtstreeks voor het toneel geschreven wordt, wat mij op zich een bedenkelijk teken van armoede lijkt. Dat het Sneeuw zou worden is geen verrassing: het is Pamuks eerste en enige nadrukkelijk politieke roman. En dat Luk Perceval de handschoen zou opnemen evenmin: de Vlaamse, internationaal gelauwerde regisseur bewerkte eerder onder meer met succes Im Westen nichts neues (Remarque), >>
13
culture
zuiderlucht
1\2017
CO M P O N I S T E N DAG
Sergej
Prokofjev Za 14 januari 2017 Theater aan het Vrijthof Maastricht www.theateraanhetvrijthof.nl www.philharmoniezuidnederland.nl
Fototentoonstelling geslaagden Masterclass Verhalende Fotografie #2 o.l.v. John Lambrichts t/m 5 maart 2017 Centre CĂŠramique Maastricht
foto: Michel Vanderhoven
Nieuwe oogst #2
www.hklimburg.nl/film&fotografie
zuiderlucht 1\2017
Met dragende rollen voor Pierre Bokma en Els Dottermans kan er weinig misgaan
Jeder stirbt für sich allein (Fallada) en The Grapes of Wrath (Steinbeck). Toch is Sneeuw gezien omvang en complexiteit een aanzienlijk riskanter geval: hoe vertaal je een boek van 500 pagina’s met een onduidelijk perspectief, meerdere realiteitsniveaus, een versnipperde tijdsstructuur, talloze personages en verhaallijnen in een toneelstuk van iets meer dan anderhalf uur? Dat is onmogelijk – althans zonder drastische ingrepen. Dus heeft Perceval wél drastisch ingegrepen. De meest opvallende betreft het toneelbeeld. Pamuks roman is gesitueerd in een allerminst fictieve omgeving, te weten de desolate en in de winter volkomen geïsoleerde Oost-Anatolische stad Kars, vlakbij de Russische en Iraanse grens. Kars was ooit welvarend en verwesterd, had een zeer gemengde bevolking, waarvan veertig procent Koerden, maar is nu in de greep van de armoede en dus van het moslimfundamentalisme. Perceval heeft niet geprobeerd de voortdurende aanwezigheid van sneeuw, essentieel zowel voor de handeling als voor het poëtische karakter van de roman, te imiteren op de bühne, begrijpelijk, Anton Pieck zou op de loer liggen. Zijn keuzen zijn zonder meer verrassend, ik zal ze hier niet verklappen. Wel kan ik veilig stellen dat hij er met geheel andere theatrale middelen in is geslaagd de gewenste sfeer van isolement, naargeestigheid en vervreemding op te roepen. Ook in de verhaallijnen en personages heeft Perceval stevig het mes gezet. Uiteindelijk wordt het stuk gespeeld door niet meer dan zeven acteurs, inclusief een Turkse zangeres. Maar met dragende rollen voor Pierre Bokma en Els Dottermans kan er weinig misgaan; de tekst behandeling van met name Bokma is, als altijd, subliem. Hij speelt een dubbelrol, logisch met het oog op de roman. De twee desbetreffende mannen, Orhan en Ka, zijn vrienden, allebei schrijver, en vallen op een gegeven moment met elkaar samen. Het kaderverhaal is gauw verteld: Orhan reconstrueert beslissende fragmenten uit het leven van zijn vermoorde vriend, de dichter Ka, met name diens reis naar Kars, waar hij na een twaalfjarige ballingschap in Frankfurt als journalist heengaat om een reportage te maken in verband met komende verkiezingen, maar ook en vooral omdat hij een oude geliefde wil verleiden met hem mee terug te gaan naar Duitsland.
books
Hoofdrolspeler Pierre Bokma in Sneeuw.
Maar dan beginnen de problemen – in de verbeelde realiteit maar meer nog voor de mannen en vrouwen van NTGent. In Kars bereiken de religieuze en politieke tegenstellingen een kookpunt. Intimidaties, aanslagen en moorden zijn er aan de orde van de dag. En bovenal: er is sprake van een reeks zelfmoorden door gesluierde meisjes, geheimzinnig en – voor ons, huidige lezers en kijkers – verwarrend omdat het dragen van een sluier (chador) hier wordt gezien als ‘progressief’ protest tegen de autoritaire seculiere staat, die chador en fez sinds Atatürks republikeinse grondwet van 1923 verbiedt als relicten van een achterlijke godsdienst. De situatie is zelfs zo dubbelzinnig dat linkse, Europees georiënteerde intellectuelen de actie van de meisjes steunen. Het dramatische hoogtepunt: in een toneelstuk (nu dus een toneelstuk in het toneelstuk) verbrandt een lokaal beroemde buikdanseres haar chador, tot verbijstering van het publiek, waarna ze, niet onverwachts, wordt gepakt door godsdienstfanaten. Maar vervolgens verschijnen er ‘echte’ schietende soldaten op het toneel, seculiere hardliners die een coup plegen en de godsdienstfanaten het zwijgen opleggen. Of de exacte toedracht van al dit tumult – in het boek al hoogst dubbelzinnig – voor de toeschouwer in de zaal gesneden koek is, waag ik te betwijfelen, dat er sprake is van chaos en geweld is daarentegen overduidelijk. Overduidelijk is ook dat de zachtmoedige Ka, alias Pamuk, in alles het tegendeel belichaamt
van de mislukte dichter Erdogan. Die lijkt dat trouwens al met cynisch genoegen te hebben voorzien toen hij in 2001, kort voor publicatie van Sneeuw, een partij oprichtte die hij, met een letterlijke omkering van de naam van de dichter, de AK-Partij noemde. Inmiddels, weten we, heeft de reactionaire potentaat alle Turken die nog iets weg hebben van Ka ‘gezuiverd’. Orhan Pamuk, als Nobelprijswinnaar tot nu toe onaantastbaar, heeft Europa, zijn beloofde land, herhaaldelijk gesmeekt daar scherp tegen te protesteren. Maar Europa bewijst andermaal dat haar ‘westerse waarden’, als het erop aankomt, alleen voor de bühne bestaan. Europa is bang voor een nieuwe stroom oorlogsvluchtelingen, Europa marchandeert, Europa zwijgt. ZL
Sneeuw, door NTGent 7/1 Theater a/h Vrijthof Maastricht 17/1 KVS Bol Brussel 26/1 Parktheater Eindhoven 27/1 Theater a/d Parade Den Bosch 31/1 en 1/2 30 CC Leuven 9/2 CC Hasselt ntgent.be
15
EXPO
PAUL SOCHACKI KIJKEN MET GESLOTEN OGEN. DE ONZICHTBAARHEID VAN HET ZICHTBARE TENTOONSTELLINGSPERIODE ZONDAG 15 JANUARI 2017 – VRIJDAG 24 FEBRUARI 2017 OPENINGSUREN MAANDAG TOT VRIJDAG VAN 9 TOT 12 UUR EN VAN 13 TOT 20 UUR ZATERDAG VAN 10 TOT 12 UUR EN VAN 14 TOT 17 UUR (GESLOTEN OP ZONDAG EN ZATERDAG 18 FEBRUARI) WOENSDAG 25 JANUARI OM 20.15 UUR GEEFT PAUL SOCHACKI IN HET CULTUURCENTRUM EEN LEZING OVER ZIJN KUNSTZINNIGE ZOEKTOCHT MET ALS TITEL ‘ALS FOTOGRAFIE, SCHILDERKUNST WORDT’. WWW.CCMAASMECHELEN.BE
zuiderlucht 1\2017
pleased to meet you
Verliefd op zijn eigen stem De afgelopen maand las ik de autobiografieën van Bruce Springsteen, Phil Collins
Rufus Wainwright
Dat het enorme universum van Rufus Wainwright uit fluorescerende kleuren wordt opgetrokken en naar marsepein smaakt, mag geen enkele pret drukken.
en Laura Jane Grace (van de geweldige band Against Me!). De eerste is geweldig, de tweede een beetje saai, de derde goudeerlijk. Wat de drie artiesten gemeen hebben: een zeer kritische houding ten opzichte van hun eigen kwaliteiten, en dan met name hun vocale. Laura Jane Grace speelde drie maanden in het voorprogramma van de Foo Fighters, zag elke avond hoe Dave Grohl een stadion uit zijn hand liet eten en dacht: dit ga ik nooit kunnen. Springsteen vindt zijn stem zijn zwakste punt en kan er nauwelijks naar luisteren. Phil Collins vindt zichzelf, ook na al die hits als zanger, nog steeds een drummer die ook is gaan zingen. Rufus Wainwright heb ik maar één keer live gezien, in een uitverkocht Paradiso, maar ik geloof niet dat hij een hekel aan zijn eigen stem heeft. Sterker nog, ik geloof dat hij verliefd is op de stem van Rufus Wainwright. Precies dat was een van mijn twee bezwaren tegen het concert. Het andere hing er nauw meer samen: de overdaad. Het is alsof je slagroom spuit op een slagroomtaart, en daar dan nog chocoladesaus overheen giet. Maar dat is wellicht een wat benepen, zelfs calvinistische opvatting, een die nooit zal leiden tot het totaalspektakel dat Wainwright op het podium biedt, en dat zichtbaar voortkomt uit een enorm plezier daar te staan, met een indrukwekkend gemak bovendien. Daarnaast heeft Wainwright genoeg redenen tot verliefdheid op zijn eigen stem: de man kan vocaal werkelijk alles aan, van de zwierigheid van musicals tot verstilde pianoliedjes, van pop tot klassiek. Van hemzelf, van anderen: hij leverde ook grote bijdragen aan bijvoorbeeld dat meesterwerk van Antony and the Johnsons, I Am a Bird Now. Alleen al een blik op zijn speelagenda biedt een duizelingwekkende inkijk in zowel zijn veelzijdigheid als de zegening van zijn genen: afgelopen herfst stond hij eerst in Spanje en Schotland met solorepertoire, vervolgens vierde hij in New York met een gezamenlijke concert de zeventigste verjaardag van zijn vader, de fantastische liedjesschrijver Loudon Wainwright III, waarna hij samen met zijn vader en zijn zus Martha Wainwright twee kerstconcerten in Nashville gaf. Gevolgd door de tour met Amsterdam Sinfonietta die hem nu naar Eindhoven en Heerlen brengt. Hij wisselt eigen popnummers en aria’s en intermezzi van operacomponisten af met covers van Leonard Cohen en Joni Mitchell en nummers van zowel zijn vader, zijn moeder Kate McGarrigle als van zijn tante, Anna McGarrigle. (Zou er in die familie ook iemand niét muzikaal zijn, als een Moszkowicz die géén rechten ging studeren?) Welke popartiest reikt zo breed, voor welke popartiest schiet die term zo volstrekt tekort? Ik zou er geen kunnen noemen. Dat dat enorme universum van Rufus Wainwright geregeld uit fluorescerende kleuren wordt opgetrokken en naar marsepein smaakt, mag dan uiteindelijk geen enkele pret drukken. LEON VERDONSCHOT
Rufus Wainwright speelt 13 januari in muziekcentrum Frits Philips in Eindhoven en 17 januari in Theater Heerlen.
17
culture
zuiderlucht 1\2017
Afstammeling van een dodelijke orde 18
zuiderlucht 1\2017
Verfilmingen van games ontberen vaak een ziel. Justin Kurzels Assassin’s Creed bewijst dat de twee goed samengaan. Camera en geluidsontwerp maken dat je de voeten over de daken voelt gaan, de pannen als het ware voelt kraken onder het gewicht van lichamen.
Ronald Rovers /
H
et idee achter de serie games waarvan elk jaar in november onder de titel Assassin’s Creed een nieuwe episode wordt uitgebracht, is even verleidelijk als elegant: in ons DNA liggen de herinneringen van onze voorouders versleuteld. Met de juiste technologie kunnen we die herinneringen opnieuw beleven. Wie wil dat niet? En wie zegt dat het niet kan? Voor de meeste mensen geldt dat hun verre voorouders niet veel meer deden dan geboren worden, mest van A naar B sjokken en sterven. De voorouders van Desmond Miles, het eigentijdse hoofdpersonage uit de eerste games, bleken lid van een geheim genootschap van huurmoordenaars, de Assassin’s Creed. Sinds het begin van onze jaartelling strijdt de Creed tegen de Tempeliers, een orde die de kennis wil misbruiken van een bovenmenselijk intelligente beschaving die op aarde bestond - tot een plasmawolk van de zon daar een einde aan maakte en wellicht de eerste mensen creëerde. Het belangrijkste artefact waar Assassins en Tempeliers naar zoeken, is de zogenaamde ‘Apple of Eden’, wat van Adam en Eva min of meer de eerste Assassins maakt. Maar goed, dat is speculatie. Elke game speelt in een andere tijd, in en rond een andere historische stad. Jeruzalem en Damascus kwamen langs, Venetië, Florence en Constantinopel, Londen en Parijs. Amsterdam staat ook al jaren op de lijst als potentieel decor, maar een juridische kwestie verhindert de ontwikkeling van het spel. Ook al verdient gameproducent Ubisoft veel geld met de serie, er is altijd een zucht naar meer. Dus besloot Ubisoft er een film van te maken, als visitekaartje voor de game. Niet dat die film veel
zal opbrengen, vertelde de Europese Ubisofttopman Alain Corre in juli aan het Britse blad MCV, al verwacht men dat de kosten – ergens rond de 150 miljoen euro – wel worden terugverdiend. De game heeft veel trouwe fans, maar Ubisoft wil een groter publiek dan alleen gamers. Via de film wil het mensen met de Creed laten kennismaken en zo meer toekomstige games afzetten. Die strategie geldt niet alleen voor Assassin’s Creed. Ook van andere en succesvolle games, zoals Watch Dogs, The Division en Splinter Cell, worden films gemaakt. Creatief gezien is dit een idiote strategie. Als het enige motief geld verdienen is, levert dat meestal minderwaardige, zielloze producten op. Hoewel niet iedereen daar een probleem mee heeft. Ook al waren veel filmcritici niet blij met de verfilming van de fantasygame Warcraft eerder dit jaar – “alsof je ambulancepersoneel iemand ziet reanimeren die al uren dood is”, schreef nieuwssite Indiewire – , de fans kwamen toch. Als filmcritici een enkele verfilming wel waardeerden, waren de fans teleurgesteld. Inmiddels ligt alles anders. Want ondanks de marketingblabla en winstverwachtingen is Assassin’s Creed een fantastische film geworden. De beste game-adaptatie die ik ooit heb gezien. Een eenvoudige opgave was het niet. De Engelse schrijfster Zadie Smith heeft het in haar nieuwe boek Swing Time over ‘kinetische vreugde’ als ze het over dansen heeft. De pure vreugde van bewegen. Voor gamers is de kinetische vreugde van Assassin’s Creed de belangrijkste reden om het spel te spelen. Aan bijna elk oppervlak in de historische stad kun je je vasthouden. Zo klim je tegen muren om op daken te belanden en beweeg je je springend
culture
en rennend soepel over de huizen of hou je je verborgen in nissen en schaduwen om op het juiste moment het doelwit uit te schakelen. Heerlijk om te spelen, maar saai om twee uur naar te kijken. Juist wat games onderscheidt van alle andere media, de intense fysieke interactie, bestaat niet bij film. Daar moest iets op worden bedacht. Enter Justin Kurzel. Of wacht. Enter eerst Michael Fassbender, de acteur die Callum Lynch speelt (de filmversie van Desmond Miles) én zijn zestiende-eeuwse voorvader Aguilar. Fassbender was al vanaf dag een bij het project betrokken. Hij had, samen met Marion Cottilard, de hoofdrol in Kurzels vorige film uit 2015, een helaas nauwelijks in Nederland vertoonde, rauwe versie van Macbeth. Via Fassbender werd regisseur Kurzel bij Ubisoft binnengehaald en de rest is, zogezegd, geschiedenis. Net als zijn Macbeth is Kurzels Assassin’s Creed duister en dreigend. Veel blauwtinten in scènes in het kantoor van Abstergo, het bedrijf dat de technologie ontwikkelde om herinneringen in het DNA te vinden, veel bruintinten in de historische scènes. Kurzel begreep dat in een verhaal dat op zichzelf al zo fantastisch is – letterlijk – visuele effecten waar mogelijk vermeden moeten worden. Dus werd zoveel mogelijk op locatie gefilmd in plaats van de acteurs voor een groen scherm te plakken en de computer later alles te laten invullen. Camera en geluidsontwerp maken dat je de voeten over de daken voelt gaan, de pannen als het ware voelt kraken onder het gewicht van lichamen in de duisternis en het stof ruikt dat tussen de planken ligt. Anders dan in de game brengt de hoofdpersoon in de film ongeveer evenveel tijd in heden en verleden door. Logisch, want hij moet eerst geïntroduceerd worden, net als het concept van het genetisch geheugen. Dat kunnen fans jammer vinden, omdat de echte actie in het verleden speelt, maar dat evenwicht is juist een goede vondst. Het maakt dat je terugverlangt naar de scènes met de historische assassins Aguilar en Maria (Ariane Labed), juist omdat de film er spaarzaam mee om gaat. De film heeft zo z’n eigen dans, zei Kurzel in een interview. Hij moet het DNA van de game in zich dragen maar hij moet ook iets eigens hebben. Helemaal waar. En dansen doet ‘ie. Assassin’s Creed voelt niet als tandeloze merchandising, maar als een nieuwe, eigenzinnige tak aan de stamboom van de Creed. ZL
Assassin’s Creed is vanaf 5 januari te zien bij Pathé.
19
zuiderlucht 1\2017
I
n opdracht van het Huis voor de Kunsten in Roermond en Centre Céramique in Maastricht hield fotograaf John Lambrichts voor de tweede keer een masterclass verhalende fotografie. Ditmaal kregen de deelnemers de opdracht een persoonlijk verhaal te vertellen met een serie foto’s. Zoals Michel Vanderhoven, die als trotse vader het vallen en opstaan van zijn zoon Lemmy volgt.
nieuwe oogst #2 Nieuwe oogst #2. Van 4 december t/m 5 maart in Centre Céramique in Maastricht. centreceramique.nl
Designing the World
25 Oct. 2016 – 22 Jan. 2017
ZWART EEN ONDERGRONDSE REIS DOOR DE MIJNEN
A collaborative exhibition from 6 museums around the globe
Zes design musea, van over de hele wereld, hebben elk tien objecten geselecteerd, die exemplarisch zijn in het voorzien van oplossingen voor uitdagingen op het gebied van human needs: eten & drinken, fysieke en mentale gezondheid, veiligheid en bescherming. Samen tonen ze een wereldwijde collectie van design voor human needs en menselijke ambitie.
Honderden meters onder de grond, verscholen in de Limburgse aarde, ligt een verborgen wereld. Een rustende fabriek met vergeten machines en gereedschappen. Vele jaren zijn deze duizenden meters aan gangen onbetreden. Gangen, die levens van mijnwerkers en landschappen getekend hebben. In “Zwart” duik je met het Columbus earth theater diep in de aarde en ga je mee op een ondergrondse reis.
3D Print: NOW!
STOKSTAARTJES ONBEVREESD, NIET TE STOPPEN EN ONGELOOFLIJK GRAPPIG – 3D
A design (r)evolution?
Stokstaartjes leven in de meedogenloze Afrikaanse Kalahari woestijn en worden de kleine aardmannetjes genoemd. Ontmoet Klinky, de onbevreesde leider van de groep en haar familie. Beleef hoe ze de gevaren van de woestijn trotseren, ieder met zijn eigen taak. Dit verhaal over moed, overleving, familie en plezier is leuk voor iedereen!
Meat The Future
29 Jun. 2016 – 30 Apr. 2017
Bezoek nu “3D Print: NOW! over de toepassingen en mogelijkheden van 3D-printen. Het 3D-printen van voorwerpen is al lang geen toekomstmuziek. Ook designers zien kansen in de 3D-printer. Ontdek wat er op dit moment wordt vervaardigd met deze innovatieve techniek – van modeaccessoires en protheses, tot voedsel en complete gebouwen.
11 Oct. 2016 – 11 Jun. 2017
What’s on your menu in 2028?
Het is tijd voor een discussie over de toekomst van vlees. Nu de wereldbevolking groeit naar 9 miljard mensen in 2050, wordt het onhoudbaar vlees te blijven produceren en consumeren zoals we dat nu doen. Zullen we op termijn alleen nog maar rijst, bonen en zeewierburgers eten? Of insecten misschien?
DE EXPERIENCE VOOR LEGO® FANS
22 DEC. ‘16 – 3 DEC. ‘17
Meer weten? continium.nl
Cube design museum Museumplein 2 6461 MA Kerkrade Tel: +31 (0)45 567 60 10 E-mail: info@cubedesignmuseum.nl
gesubsidieerd door de Provincie Limburg
De productie “ZWART: een ondergrondse reis door de mijnen” wordt mede mogelijk gemaakt door:
Columbus earth theater is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling in het kader van OP-Zuid:
zuiderlucht 1\2017
beeldspraak
Mentaal genot “Het zijn ingewikkelde werken,” zegt Anne-Mie Van Kerckhoven in een recente
Anne-Mie Van Kerckhoven In spite of complexity tekening, 2015
‘Er moet moeite gedaan worden. Het mag niet zomaar iets zijn.’
uitzending op Canvas. “Ze zijn complex, hermetisch, alles wat een kunstwerk eigenlijk niet mag zijn. Maar ik trek me daar niets van aan, ik moet dat eerlijk zeggen.” En zo is het. Een retrospectief van het werk van Anne-Mie Van Kerckhoven (Antwerpen, 1951) is als een overwoekerde doolhof. Maar net als in een echt doolhof: als je eenmaal binnen bent, kom je niet zomaar weg. En dat wil je ook niet, moet ik daaraan toevoegen. Een wand met beschilderde stukken plexiglas presenteert de volgende formule: Stress = (Proviand + Politik) x (Jugend + Poison). Daaronder staan woorden als ‘tafel’, ‘stoel’ en ‘huis’. Maar dan in verschillende talen en ook nog eens in Esperanto. Volgens de toelichting thematiseert de installatie “seks, getallen, tekens, teksten en nieuwe ontwikkelingen in politiek, landbouw en economie”. In een computeranimatie, een eindje verderop, krijgen Descartes, Wittgenstein, Deleuze en nog een stelletje andere filosofen ieder een eigen kamer. De inrichting is gebaseerd op hun ideeën. Voor Maurice Maeterlinck is de kamer ook als tapijt uitgevoerd. Daarnaast zijn er, ik som maar wat op: beschilderde plastic schaaltjes, filmpjes waarin de ene vorm in de andere overgaat, grote collages in neon-kleuren, maar evengoed surrealistische en zeer elegante lijntekeningen. Het retrospectief van Van Kerckhoven vindt plaats in Museum Abteiberg in Mönchengladbach, een juweel van een museum in één van de ongezelligste steden van Duitsland. Eind 2016 werd het door de Duitse kunstcritici tot museum van het jaar verkozen. Het gebouw van postmodernist Hans Hollein, een jaar of tien geleden stralend gerenoveerd, is eigenlijk zelf al een beetje een doolhof. Ruimtes gaan in elkaar over, je beweegt ongemerkt van kunstlicht naar daglicht en plotseling sta je voor een weids uitzicht op het beeldenpark en de herbouwde Munsterkerk. Die open structuur nodigt uit tot dwalen, tot terugkijken en vooruitkijken, tot verbanden leggen. Dat is niet onbelangrijk voor deze tentoonstelling. Want snappen doe je het nog steeds niet, maar je begint wel te zien dat het hele oeuvre van Anne-Mie Van Kerckhoven eigenlijk één grote collage is. In de krant die de tentoonstelling begeleidt, schrijft ze: “Ieder werk is een overlevingsmechanisme (...) Het mechanisme bestaat uit dingen als gevoelens, concepten en indrukken die naar een thema verwijzen. Door die thema’s te gebruiken, kan ik ze beheersen; ik kan ze een logische plek in mijn leven geven.” Ja, misschien is de hele tentoonstelling wel een ongeneerde blik in het labyrintische brein van Anne-Mie Van Kerckhoven. Op één van die prachtige en onverwacht fijnzinnige tekeningen vind ik de volgende tekst: “Er moet moeite gedaan worden. Het mag niet zomaar iets zijn. Er moet op zijn minst gesuggereerd worden dat er een filosofie achter zit. Anders is het klaarblijkelijk geen ‘kunst’. Maar als er nu eens iets anders achter zit. Dan denken, bedoel ik. Ik bedoel genot. Mentaal genot.” Mentaal genot. Alleen dat kan de reden zijn waarom ik twee uur in de doolhof heb doorgebracht zonder een moment naar de uitgang te verlangen. DUNCAN LIEFFERINK
Anne-Mie Van Kerckhoven – What would I do in orbit? Van 13 november t/m 26 februari in Museum Abteiberg in Mönchengladbach. museum-abteiberg.de Het interview met Anne-Mie Van Kerckhoven is terug te zien op canvas.be.
23
culture
zuiderlucht 1\2017
Waar vinden we houvast in deze tijd van moreel verval en slecht bestuur? De een voorspelt rampspoed, de ander ziet de contouren van een nieuwe renaissance. “Kunnen we de trend keren door sociale normen vast te stellen en daar koppig aan vast te houden?� WIDO SMEETS /
De pest van Still uit de film Seven.
24
zuiderlucht 1\2017
culture
onze tijd “J
e kunt veel van de Amerikanen zeggen, maar niet dat ze gek zijn.” Zo luidde een jaar of wat geleden mijn stoerdoenerige antwoord op de vraag van een vriend: wat ik dacht van de presidentskandidatuur van Donald Trump. De rest is geschiedenis – zoals dat tegenwoordig heet. Als velen met mij kon ik me niet voorstellen dat Donald Trump tot president zou worden gekozen. Ik was, als velen met mij, behoorlijk van de kaart in de week dat het onmogelijke
gebeurde. Ik ging op zoek naar houvast en belandde bij een muurschildering die ik jaren geleden leerde kennen tijdens een cursus Italiaanse fresco’s van Ernest Kurpershoek er zullen weinig Nederlanders zijn die meer verstand hebben van fresco’s dan hij. Hij leerde me over Allegoria ed effetti del Buono e del Cattivo Governo, de zaalvullende fresco’s van Ambrogio Lorenzetti uit 1335 in de Palazzo Pubblico in Siena, pal aan het beroemde, schelpvormige plein van de gebakken steentjes waar je in de zomer zo heerlijk kunt zitten en liggen.
Sinds 1287 had Siena, een van de machtigste stadstaten van Italië, een nieuwe grondwet die democratie paarde aan effectiviteit. Lorenzetti was trots op zijn stad en de nieuwe bestuursvorm en drukte dat uit in een allegorische voorstelling waarop de kerkelijke deugden fides, spes en caritas (geloof, hoop en liefde) werden aangevuld met de klassieke deugden prudentia, iustitia, temperamente en fortitudo (verstandigheid, rechtvaardigheid, gematigdheid en moed).
>>
25
culture
zuiderlucht 1\2017
Zadie Smith
Allegoria ed effetti del Buono e del Cattivo Governo gaat over deze zeven deugden, en hoe belangrijk ze zijn voor de kwaliteit van het bestuur. Het goede bestuur schilderde Lorenzetti op de rechtermuur: een welvarende stad in een van voorspoed fonkelend landschap. Op de linkermuur laat hij zien wat slecht bestuur teweeg kan brengen: een half verwoeste stad, omgeven door een verwaarloosd en geplunderd platteland. Ergens in een hoek ligt iustitia, geboeid aan de voeten van Satan. De zeven deugden waren een geliefd thema voor kunstenaars. Eigenlijk nog steeds, al zijn we in onze tijd eerder gefascineerd door de zeven hoofdzonden, zie de bloedstollende film Seven met Brad Pitt, Morgan Freeman, Kevin Spacey en Gwyneth Paltrow in de hoofdrollen. Toen Lorenzetti de muren van het Palazzo Pubblico beschilderde, bevond Siena zich op de toppunt van welvaart en roem. Daar kwam abrupt een einde aan toen de pest door Europa trok en ook Siena aandeed. Twee derde van de burgers stierven, onder hen Ambrogio Lorenzetti. Het stedelijke bewustzijn kreeg een stevige knauw, de bouw van de prestigieuze dom werd stopgezet, de burgerij viel terug in oude, religieuze waarden, de stad werd voorbijgestoken door het wereldser Florence. Voor schilderingen van wereldlijke zaken, zoals Lorenzetti die maakte, was geen ruimte meer; in plaats daarvan kwamen sterk moralistische fresco’s die speculeerden op de angst- en schuldgevoelens van de bevolking. Het vooruitgangsdenken dat Siena zo ver had
26
gebracht, werd vervangen door een religieus conservatisme. Veel mechanismen van toen zijn dezelfde als die van nu. Is de periode van goed bestuur, met Barack Obama en Angela Merkel als vaandeldragers, ten einde, en gaan we een periode van slecht bestuur tegemoet, met het verleden idealiserende bestuurders als Poetin, Erdogan, Trump en over enkele maanden wellicht Marine Le Pen, tegemoet?
despotisme en populisme. De Canadese politicoloog Chris Kutarna gaf eind vorig jaar zijn boek Age of Discovery een publicitair steuntje in de rug door Donald Trump te vergelijken met Savonarola (1452-1498), de monnik die in Florence een einde maakte aan de heerschappij van de burgerlijke aristocratie van de Medici. Savonarola was een volksmenner die zijn campagne van conservatiefreligieuze mumbo jumbo vaart gaf met een nieuw communicatiemiddel: het gedrukte politieke pamflet. Hij gebruikte de pas uitgevonden drukpers zoals Donald Trump een onverwacht grote achterban mobiliseerde via social media, met een lawine van broodje-aap-tweets. Het is niet dat de geschiedenis zich herhaalt, zegt Kutarna, maar het is ook niet zo dat de mensheid zich steeds opnieuw uitvindt, onze
“Wat dachten we eigenlijk”, zei Zadie Smit van Trump. “Dat we ermee weg zou Ook Siena greep, nadat de pest haar desastreuze werk had gedaan, terug op een verleden dat nimmer had bestaan. De prille democratie werd teruggedraaid, de kerk, die de pest als een straffe Gods zag, hernam haar oude positie, de religieuze fresco’s van vroeger maakten een comeback. Waarmee Siena zichzelf voorgoed op achterstand zette; vanaf dat moment was Florence the place to be, de stad aan de Arno werd de bakermat van wat we later de renaissance zijn gaan noemen, het begin van de moderne tijd. Niet dat het daar allemaal botertje tot de boom was. Ook de Florentijnen hebben geworsteld met
fundamentele doelen blijven stabiel. Net zoals de zeven deugden via de oudheid, de renaissance en het humanisme vandaag de dag de basis vormen van wat we ons morele kompas zijn gaan noemen. Dat kompas slaat uit wanneer we, zoals bij Donald Trump, al te grove schendingen tegen die deugden waarnemen. De pest van deze tijd komt in een andere gedaante dan die van de waanzinnige 14e eeuw. We zijn gezonder, we leven langer en welvarender, ons gemiddelde inkomen is hoger dan ooit. Met de nadruk op ‘gemiddelde’: in werkelijkheid incasseert tien procent van de wereldbe-
zuiderlucht 1\2017
culture
Ambrogio Lorenzetti, Allegoria ed effetti del Buono e del Cattivo Governo (fragment).
volking negentig procent van het geproduceerde inkomen. De rest heeft het nakijken. Historisch gezien zal deze tweedeling niet standhouden. Niet alleen in de VS, ook in Afrika en het Midden-Oosten vinden de kanslozen het welletjes, ze eisen hun deel van de koek
th na de overwinning uden komen?” op. De globalisering is tweerichtingsverkeer. “Wat dachten we eigenlijk?”, zei schrijfster Zadie Smith nadat ze van de eerste schok van Trumps overwinning was bekomen. “Dat we ermee weg zouden komen? Dat we thee zouden drinken en romans zouden schrijven tot het einde van onze dagen, en vredig zouden sterven in bed? We hebben in een uitgerekte illusie geleefd waarin onze oorlogen werden geëxporteerd. Nu komt het thuis.” Voeg daarbij de populistische woede in het westen en het door Poetin opgeklopte gevoel van Russische achterstelling en je hebt een gistende
mix waarvan amper is te voorspellen wanneer en hoe die tot uitbarsting komt. De geopolitieke situatie is explosiever dan tijdens de Koude Oorlog, houden kenners ons voor. Toen waren er mechanismen om ook in tijden van ernstige crises met elkaar in gesprek te blijven. Die mechanismen bestaan niet meer, en de onenigheid is te groot om nieuwe te bedenken. De enige logica die geldt, is die van sancties en het op grote schaal opbouwen van militaire middelen. Intussen heeft Trump een vriend van Poetin benoemd als minister van Buitenlandse Zaken en is de mogelijkheid groot dat ook Frankrijk, onder Francois Fillon of Marine Le Pen, binnenkort toenadering gaat zoeken tot Poetin. In de internationale handel duikt China in het gat dat Trump achterlaat met zijn terugtrekking uit het handelsakkoord TTP waarmee Obama de Chinezen juist probeerde tegen te houden. Het zijn bewegingen waar we vanuit ons dagelijkse bestaan weinig greep op hebben, laat staan dat we er iets aan kunnen doen. In zijn optimistische wereldbeeld schilderde Lorenzetti een harmonische samenleving waarin bestuur en burgers in gezamenlijkheid werkten en leefden, met de zeven deugden als leidraad. Zijn fresco van het goede bestuur was meer een wensbeeld dan een schildering van de bestaande werkelijkheid. Ook in de renaissance, een periode waar we
graag met een roze bril naar kijken, was er sprake van moreel verval. Savonarola vocht ertegen, net als de grote humanisten. Volgens Chris Kutarna is het zaak die humanistische tradities te bewaken en vooral uit te dragen. Hij heeft het over het aanwakkeren van deugden, over sociale normen als beleefdheid, waardigheid, eerlijkheid en dapperheid. “Trump kon van de erosie van die gemeenschappelijke normen profiteren. Waarom kunnen we niet met zijn allen die trend keren? Door sociale normen voor onszelf vast te stellen en daar koppig aan vast te houden?” Elk jaar ga ik wel een keer naar Siena, naar het allegorische wereldbeeld van Lorenzetti, het is uitgegroeid tot een jaarlijkse bedevaart. Ook dit jaar ga ik weer, ik zal er langer blijven dan voorheen. Ik zal aan Obama denken en aan Donald Trump, aan Zadie Smith, aan Chris Kutarna en aan onze mogelijkheden om de pest van onze tijd te overleven: aan het blijven uitdragen van de deugden die onze beschaving hebben gevormd. Ik zal me de anekdote herinneren van rechtswetenschapper Paul Cliteur, die na een lezing werd aangesproken door een vrouw die wilde weten of het nu volgens hem de goede of de slechte kant opgaat. Zijn antwoord: “Het hangt van u af. We zijn allen medeverantwoordelijk voor onze toekomst.” ZL
27
design
zuiderlucht 1\2017
n e t u o h van d e o g l e e sp s e n o r d r a a n
28
zuiderlucht 1\2017
design
Een stad van Lego-blokken, Star Wars en een op ware grootte nagebouwde MINI. Het Continium in Kerkrade heeft eindelijk zijn grote Lego-expositie – waar ook eerste en tweede generaties liefhebbers hun hart kunnen ophalen. PAUL VAN DER STEEN /
V
eel volwassenen kunnen de verleiding niet weerstaan; eindelijk zijn ze nooit helemaal losgekomen van hun jeugdliefde. Zoals Lego Architecture, waarmee je wereld beroemde monumenten kunt nabouwen, en Lego Exclusives: bouwsels die eigenlijk te mooi en te duur zijn om er mee te spelen. Technische universiteiten wereldwijd knutselen met het Deense speelgoed, via Lego Serious Play proberen ondernemingen te schaven aan hun teambuilding en bedrijfsprocessen. Lego wordt gebruikt voor therapieën, en ook kunstenaars – waarom niet? – gebruiken de blokjes als materiaal. Een jaar geleden werd een bestelling van de China’s beroemdste kunstenaar Ai Weiwei door Lego geweigerd omdat het concern niet wilde dat de steentjes voor politieke doeleinden werden gebruikt. Na brede kritiek kwam Lego (omzet in 2015: bijna vijf miljard, nettowinst 1,2 miljard) daarop terug. >>
29
design
zuiderlucht 1\2017
Venetië, nagebouwd met Lego Architecture.
Lego-oprichter Ole Kirk Christiansen (1891-1958).
Toch blijft de jeugd de belangrijkste doelgroep. Kinderen moeten bevangen raken door de magie van het stenen stapelen en de figuurtjes die ze tussen hun bouwsels allerlei avonturen kunnen laten beleven. Een tijdje leek de betovering uitgewerkt, maar de afgelopen jaren heeft het merk zich met groot succes opnieuw uitgevonden. Bij Hans Gubbels, sinds 2004 directeur van Continium in Kerkrade, sloeg het bouwvirus een halve eeuw geleden toe. “Later, als vader van drie kinderen, was het weer gelegitimeerd om ermee te spelen. Mijn vrouw heeft me weleens moeten corrigeren. Die zei dan: ‘Laat de kinderen zelf ook eens wat bouwen’.” In een vorig deel van zijn werkend leven kwam Gubbels daadwerkelijk in contact met het Deense bedrijf, toen hij als bouwer van achtbanen en andere bewegende attracties aan de slag kon in Lego-themaparken in Engeland en de VS. Gubbels had tien jaar geleden al een expositie over het speelgoed willen inrichten. “Het past bij onze doelstelling: bezoekers de rol van wetenschap en techniek in hun dagelijks leven laten ontdekken. Het idee in 2007 was om een lopende band te reconstrueren en te laten zien hoe het
30
speelgoed wordt gemaakt. Maar Lego vond dat destijds niet interessant.” Nu is het wél gelukt, in samenwerking met Lego-specialist Bricksworld die in het Continium een stellage van Lego-dozen heeft opgebouwd. Het museum zelf heeft een levensgrote Legostad gebouwd waar bezoekers doorheen kunnen wandelen en waar ze in en rond de huizen zelf aan de slag kunnen met bouwen, filmen en meer. Een ander deel van de tentoonstellingsruimte is gereserveerd voor wisselende thema’s: van Star
zuiderlucht 1\2017
design
sowieso aangewezen op hun verbeelding. Het gemak waarmee je nu een piloot op zijn stoeltje in een behoorlijk gedetailleerde cockpit kunt neerzetten, bleef jarenlang buiten bereik van gewone Lego-stervelingen. Aan iets betrekkelijk simpels als dakpannen had je al altijd gebrek. Geen nood, met verspringende stenen (liefst in een andere kleur) was ook een overkapping te maken. Het in mijn geboortejaar 1969 geïntroduceerde Duplo, Lego voor de allerkleinsten, sloeg ons huis om een of andere reden over. Als nakomertje zat er voor mij niets anders op dan aanschuiven bij mijn oudere broer en zus. Toen zij het speelgoed waren ontgroeid, kwam Lego met een noviteit: de eerste minifiguurtjes. Veel stelde het aanvankelijk niet voor. Bewegings- en uitdrukkingsloze houten klazen waren het: een trapeziumvormig lijfje bestaande uit twee blokjes (onder en boven de gordel), een geel hoofd zonder gezichtje, met daarop een platte pet. Niet veel later werden ze gevolgd door de eerste vrouwen, die zich onmiskenbaar onderscheidden van de mannen: de pet was vervangen door haar. Degelijke kapsels hadden ze, in de seksloze coup waarmee ook moeder Jans in de strip Jan, Jans en de Kinderen jarenlang zat opgescheept. Een volkje van niks was het eigenlijk, maar het gaf spelen wel degelijk een nieuwe dimensie. Het werd meer dan de op de doos afgebeelde objecten nabouwen en er vervolgens een Legoautootje omheen te laten rijden; karakters en de noodzakelijke actie fantaseerde je er zelf bij. Het waren de jaren dat mijn moeder me dolgelukkig kon maken met een schoenendoos waarin ze een deurtje had geknipt: “Kijk, een garage”, en ik met gekleurde knikkers etappes van de Tour de France naspeelde. Later kregen de minifiguurtjes gezichten,
bewegende ledematen en handen die iets vast konden houden. Innovaties die mede werden afgedwongen door de komst van een geduchte concurrent, Playmobil. Andere nieuwigheden konden me minder bekoren. Ruimtevaart-Lego? Mwah. Technisch Lego met zijn tandwielen en zuigerstangen? Een bèta zou ik nooit worden. Maar er kon altijd nog worden gebouwd. Dat basisprincipe leek Lego, in verwarring door de oprukkende spelcomputers, rond de millenniumwisseling even kwijt; steeds vaker werd het meer het in elkaar klikken van grote prefab-elementen. Het zoekende merk vond de weg terug omhoog door het echte bouwen opnieuw te omhelzen en door slimme connecties te maken met andere merken, superhelden, Harry Potter, Disney en the Simpsons. Inmiddels is het bedrijf zo sterk dat het ook eigen actiefiguren goed in de markt kan zetten, mede met behulp van succesvolle, door Lego zelf geproduceerde bioscoopfilms. In de 21e-eeuwse wereld is alles met alles verbonden. Ook bij Lego valt steeds vaker het woord beleving. Bouwsels en ideeën worden gedeeld via de social media. Het speelgoed is het vloerkleed van vroeger ontgroeid, de sensatie van het huis met echte daken voorbij. Legoliefhebbers kunnen inmiddels hun eigen drone bouwen. En stop-motionfilms maken. Ook dat soort spelen met Lego is fijn. ZL
“Onze grote droom is om hier de MINI op ware grootte na te bouwen.” Wars en andere films tot ongelofelijke machines en muziek. Gubbels: “Onze grote droom is om hier de MINI op ware grootte na te bouwen.” Kinderen hun eigen speelgoed laten creëren was de kerngedachte van Lego-bedenker Ole Kirk Christiansen (1891-1958) die honderd jaar geleden een meubelmakerij begon. Vanaf 1932 legde hij zich toe op speelgoed, vooral houten diertjes op wielen, na de Tweede Wereldoorlog werden de klassieke Lego-blokjes van plastic gemaakt - de kleurvaste grondstoffen kwamen een tijdlang van DSM – en introduceerde Christiansen het speelgoed ook in Nederland. In mijn jonge jaren bleef het bedrijf nog dicht bij die oorspronkelijke ideeën. Het object werd met een bouwtekening bij de hand in elkaar gezet, een tijdlang bewonderd en daarna onherroepelijk gesloopt. Want hoeveel meer viel er niet te maken met diezelfde stenen, ramen, dakpannen en wielen? De Lego-reclames speelden in op die fantasie. Kinderstemmen zongen: Van Lego kun je alles maken Een boot, een vliegtuig of een trein Een huis met echte daken Heel groot of misschien wel piepklein Dus bedenk de gekste zaken Want spelen met Lego is fijn Helaas voor ons als kinderen ging dat ‘alles maken’ toch een beetje uit van een in spotjes voorgespiegelde schijnwerkelijkheid, waarin kinderen beschikten over onuitputtelijke voorraden steentjes. Bij ons thuis was de realiteit iets schraler; het ‘alles maken’ leerde ons ook omgaan met de beperkingen. Het magnum opus van Continium-directeur Hans Gubbels (1960), als kind in de jaren zestig, was een vliegdekschip. “Maar zo breed hadden we het bij ons thuis nu ook weer niet. Zo’n gevaarte helemaal van steentjes maken, zat er niet in. Dus maakte ik de hele onderkant van hout. De opbouw en de vliegtuigen waren wel van Lego.” De meeste liefhebbers waren in die jaren
World of Bricks. The Lego Experience’. T/m 3 december in het Continium in Kerkrade. continium.nl
31
design
zuiderlucht 1\2017
Wanderful design
Raf Simons
32
zuiderlucht 1\2017
design
gaat de wereld over Kan een regio iets van een eigen ontwerptraditie ontwikkelen, ook als de hele wereld het werkterrein is? Belgisch Limburg leverde inmiddels gevierde ontwerpers af als Raf Simons, Piet Stockmans, Bram Boo en Michaël Verheyden. “Bij ons blijft het een abstracte discipline die ergens tussen industrie, ambacht en kunst zweeft.”
hilde neven /
Michaël Verheyden
D
e wereld is hun werkterrein. Zoals modeontwerper Raf Simons. Nadat hij opstapte bij Dior kijkt de modewereld reikhalzend uit naar de presentatie, komende maand, van zijn eerste collectie voor Calvin Klein. Zoals Arnoud Raskin, wiens mobiele scholen voor straatkinderen inmiddels in meer dan twintig landen staan. Zoals de bewegwijzering van het Limburgse fietsnetwerk door voormalig mijningenieur Hugo Bollen die inmiddels wereldwijd navolging vindt. En natuurlijk is er good old Piet Stockmans, de Genkse keramist en designer die door de jaren heen zelfs een nieuwe kleur heeft ontwikkeld: Stockmansblauw. Het zijn enkele van de designers met internationale renommee die Belgisch Limburg de afgelopen 25 jaar heeft voortgebracht. Op het eerste gezicht hebben ze misschien weinig meer gemeen dan hun wortels. Toch wordt er weleens geopperd dat het ook aan de Limburgse lucht zou kunnen liggen.
Bestaat er zoiets zoals Limburgs design? Met het kobaltblauwe naslagwerk We Are Wanderful, een titel die verwijst naar de nagestreefde esthetiek en het weinig honkvaste karakter van een zelfbewuste generatie ontwerpers, duiken we de Limburgse designwereld in. “Als je het mij vraagt is de zogenaamde Limburgse scene niet te vatten in een scene”, zegt Wim Buts van de Luca School of Arts, een kunsthogeschool met vestigingen in heel Vlaanderen en medeauteur van het boek. “Als
er dan toch een gemene deler moet zijn, dan is het wel die diversiteit: Limburgse ontwerpers zijn niet onder één noemer te vangen. Kijk maar naar bijvoorbeeld meubelontwerper Casimir, die al jarenlang een heel eigen visie en stijl heeft op zijn ambacht, of Stan Maes die zich met de technische apparatuur voor Leica heeft toegelegd op industrial design. Of Raf Simons of Martin Margiela, ondertussen uitgegroeid tot echte iconen in de modewereld.” >>
33
zuiderlucht 1\2017
design
Carte blanche van Bram Boo voor Bulo. Wim Buts: “De tentoonstelling telt slechts tien ontwerpen. Het is moeilijk om dan niet in clichés te vervallen.” foto Jan Castermans
De voorbeelden zijn legio. Van autodidact Bram Boo die de ongeschreven regels overboord gooit om een eigen, unieke invulling te geven aan functionele objecten, zoals bij de stoel El Loco, die tegelijkertijd als opslagruimte kan dienen. Of Studio Segers, twee generaties designers die met hun familiebedrijf in Maaseik zowel nationaal als internationaal gekend zijn om hun ontwerpen, zoals stoel Natal, die in 1999 werd ontworpen voor Het Limburgse bedrijf Tribù en sindsdien een jaarlijkse afzet van maar liefst 3.000 stuks kent. Of Michaël Verheyden met zijn minimalistische, hypergestileerde ontwerpen in materialen als marmer, koper en leder. Het Limburgse designlandschap bestaat uit heel veel losse initiatieven, zoveel is duidelijk. Buts: “Dat heb je in Nederland veel minder, waar je wél die duidelijke stromen hebt: denk maar aan de designacademie van Eindhoven, de wetenschappelijke benadering van TU Delft, Droog Design: dat zijn stuk voor stuk grote clusters met een herkenbare werkwijze.” Hoe kunnen we die diversiteit verklaren? “Net zoals in de Scandinavische landen biedt ook de overheid in Nederland duidelijke structuren, in Vlaanderen is dat jammer genoeg steeds minder het geval”, zegt Buts, zelf ook ontwerper. “Scandinavisch design, of Dutch Design en Belgische mode, je kan ze meteen associëren met een bepaalde stilistische identiteit. Maar design? Daar kunnen we in Vlaanderen maar geen plaats aan geven. In andere landen lijkt de link tussen design en kunst veel duidelijker. In grote musea als het Stedelijk Museum Amsterdam of Centre Pompidou in Parijs krijgt design gewoon een eigen plaats. Bij ons blijft het een abstracte discipline die ergens tussen industrie, ambacht en kunst zweeft. We willen het wel benoemen, maar kunnen het niet goed. Dan is het natuurlijk moeilijk om een designidentiteit vast te leggen, laat staan dat het gemakkelijk zou zijn om jezelf te verkopen als jonge productdesigner.” Is het daarom dat er geen sprake is van een ‘Limburgse School’, zoals we wel spreken van de
34
‘Design is meer dan de weekendbijlagen van de Dutch Design-attitude die bij veel ontwerpers terugkomt? Buts: “Niet dat de eigenheden van deze ontwerpers onvoldoende naar voren komen, maar in hun keuze van vormen, materialen en thema’s zit bij Dutch Design toch een rode lijn. Die heb je bij Limburgse designers niet, daar is de diversiteit groot. Dat maakt hen als groep uniek.” Waarom dan toch een boek, en een onder steunende expositie? In We Are Wanderful maakten de auteurs gebruik van de ‘Tien principes van goed design’ van de Duitse industriële vormgever Dieter Rams. Een goed idee? Buts: “Ik begrijp die keuze wel, al vind ik Rams misschien net te rationeel en te gestructureerd voor Limburgs design. Maar ze bieden houvast om structuur te brengen in dat Limburgse ontwerplandschap, dat juist heel erg organisch is.” Vreemde eend blijft het social design: design dat niet zozeer ontworpen wordt om het leven
mooier te maken, maar vertrekt vanuit een maatschappelijk engagement. Sarah Rombouts bijvoorbeeld, die met Studio Refugee samen met vluchtelingen producten ontwerpt. Of Pablo Calderón Salazar die allerlei initiatieven opzet om een alternatief voor kapitalisme te bieden. In Genk zette hij De Andere Markt op, een open werkplek waar wordt nagedacht over anders soortige werkgelegenheid in Genk, dat erg te lijden heeft van de recente sluiting van de Ford-fabriek. Geen onlogische keuze dus, maar blijft het toch niet voor een stuk missionarissenwerk? Buts: “De grote systemen zullen belangrijk blijven, daar kan je niet buiten. Pas als we er in slagen om die sociale component ook toegang te geven tot deze systemen kan je sociaal design grootschaliger gaan uitrollen. Zoals bijvoorbeeld Arnoud Raskin, die al in de jaren negentig aan social design deed,
zuiderlucht 1\2017
Mobile School van Arnoud Raskin.
design
Twee ontwerpen van Piet Stockmans.
mooie dingen waar de kranten mee uitpakken.’ nog voor de term überhaupt gebruikt werd. Al tijdens zijn studies bleek dat klassiek design hem niet interesseerde. Van de mobiele school voor straatkinderen die hij toen begon te ontwerpen, bestaan er vandaag 300. Het innovatieve schuilt niet in die scholen maar in het feit dat hij niet alleen sociaal maar ook economische verantwoordelijkheid neemt. De opbrengsten van zijn leer- en ontwikkelbedrijf Streetwize kan hij telkens weer investeren in Mobile School. Zulke hybride vormen zijn erg innoverend.” Mobile School van Arnoud Raskin is ook terug te vinden in de expositie Form in C-mine Genk, die tien producten uit We Are Wanderful samenbrengt. Buts: “Nog moeilijker dan een boek met een rode lijn is het om zo’n expositie samen te stellen. De tentoonstelling telt slechts tien ontwerpen. Het is moeilijk om dan niet in clichés te vervallen. Design is ook zoveel meer dan de mooie dingen
waar de weekendbijlagen van de kranten zo graag mee uitpakken. Het zijn de kleinere, anonieme dingen die ons leven gemakkelijker maken die de grootste impact hebben. Denk maar aan koffiekopje Sonja, dat Piet Stockmans in de jaren zeventig heeft ontworpen voor Mosa. Het was hem opgevallen dat de Nederlanders kleiner woonden dan de Belgen, dus ontwierp hij een stapelbaar, klein kopje. Ondertussen is het een van de meest gekopieerde kopjes ter wereld. Over Piet Stockmans gesproken, misschien is hij wel hét prototype van de Limburgse ontwerper: hij legt zich zowel toe op seriewerk, maar ook op ambachtelijk serviesgoed én artistiek werk. Je kan hem niet in een hokje stoppen. En bovendien is hij ook nog eens een van de boegbeelden van het designonderwijs in Limburg. (Lachend) Misschien is de rode draad wel Piet Stockmans.” ZL
Pablo Hannon, Christophe De Schauvre, Heleen Van Loon, red., We Are Wanderful - 25 years of design & fashion in Limburg. Uitgeverij Lannoo, 49,99 euro Form. Staalkaart van 25 jaar Limburgs design. T/m 22 januari in C-mine designcentre. c-mine.be
35
zuiderlucht 1\2017
culture
t i u n e t Groe ber! decem
Stilstaa
n bij de
Onverwachte kunst van Jeroen Evertz in de Brandweer Maastricht.
Ontmoeting met
Peter Buwalda in
dood va
n Peter
van Stra
aten.
en. Van Piere Eindhov
icht.
aastr
in M trict
is ight D Red L
Stil leve
n in Gra
Trappenhuis va
n Design Acad
nd Horn
u.
emy Eindhoven
.
rioCenter in
lcentrum Co
ke Poëzie in win
Kerstwens in
ven. Usine Eindho ng
ia i Guo-Q an Ca unst v k k r e . Vuurw fanten Bonne in het
ters Win
Wil B o
esten
leest
in In
tro v oor u
it zijn
‘jazzr
oma
n’ Gr o
nd.
t.
rich
aast
M g in e da
36
Heerlen.
Poets of Be
jing in Wie
bengahal M
aastricht.
zuiderlucht 1\2017
staaks
Menigtes zijn niet wat ze lijken De bus stopt in een donker weiland. Als we uitstappen, zuigen mijn laarzen zich
Illustratie Rowland Jones
De boer grijpt me op zijn Trumps bij mijn billen.
vast in de modder. Alles wat ik aan heb mag vies worden of kapotgaan. Het miezert. In de verte zie ik de anderen. Ze zijn met veel. Honderden. Duizenden misschien wel. We volgen de menigte en dan zie ik de gigantische hal opdoemen. IJzeren poortjes loodsen ons gesorteerd naar binnen. Binnen klinkt muziek, de hal is versierd met rode en witte vaandels. Nog twee dagen tot de Amerikaanse verkiezingen. Op grote ledschermen flikkeren Stars and Stripes naast Amerika’s grootsten: Elvis, Bruce, Marilyn. Cheerleaders met big smiles en glimmende pakjes steken ritmisch letterborden in de lucht: B-E-S-T-E-L M-A-R. Mensen beginnen te schreeuwen, bier vliegt door de lucht, T-shirts worden kapotgetrokken. Het concert is begonnen and the crowd goes wild. Allemaal boeren, heb ik me laten vertellen. Ik kijk naar het podium. Rowwen Hèze heeft Waylon uitgenodigd als gastmuzikant en na een paar hits van de Limburgers zetten ze een nummer van Jimi Hendrix in. Ik fluit op mijn vingers. Voor me staat een bonkige kerel met te veel spek op zijn ontblote bovenlijf. Zwetend draait hij zich om. Hij maakt een kokhalzende beweging, duidelijk niet gediend van dit Hendrix-intermezzo. Zijn bier klotst over de rand. Boer, denk ik bij mezelf. Een duw van achteren. De jongen verontschuldigt zich en we raken in gesprek. Een muzikant. Zijn bandje maakt alternatieve rock. Ter vergelijk noemt hij wat bands op: “Maar die zeggen je vast niks.” Ik ken ze allemaal. Verbaasd overhandigt hij me een biertje: “Wat doe je dan híer?” Voor ik kan antwoorden, verdwijnt hij in de massa. Botsing, gesprek, bier, dat is het ritme van de avond. Na de muzikant bots ik nog met een jurist, een planner, een ontwerper en – ik verzin dit niet - een microbiologe. Menigtes zijn niet altijd wat ze lijken. Het wordt steeds later en warmer. Als in een bak met drijfzand zak ik langzaam weg in deze dampende mist van muziek, bier en mensen. De kokhalzende boer staat nog altijd voor me. Hij heeft me kennelijk vergeven voor mijn Hendrix-uitstapje en geeft me een uitbundige high five. Naast hem staat al de hele avond een kleinere, kalende kerel. Zijn magere schouders steken in een overhemd dat waarschijnlijk door zijn zus of moeder is uitgezocht. Hij wil me een hand geven, maar grijpt mis. Onhandig draait hij weg. Op de achtergrond klinkt de toegift. Jack zingt: “De iene dae rent veur zien laeve, de andere wandelt hiel rustig veurbeej.” Een golf van saamhorigheid overspoelt de zaal. De boer grijpt me op zijn Trumps bij mijn billen. “… ze praote te hard en ze lache te vuul. Wat ze neet snappen dat is flauwekul.” Het overhemd wankelt tegen me aan. “…Ze doon wat ze doon op ’t verkierde moment.” Gedrieën deinen we mee. Deze mannen, dit liedje, even valt alles samen. Ik kan er niks aan doen, maar ik moet er bijna van huilen. ANNEMARIE STAAKS
37
edits
zuiderlucht 1\2017
De voorkeur van... Alma Mathijsen Blendr & Filtr ADERLATEN “Je zou je vertrouwen in het systeem kunnen verliezen, iets waar populistische partijen wel bij varen. Maar stemmen op populisten omdat het systeem verrot is, is als aderlaten bij een longontsteking.” Arnon Grunberg over domheid. VERSTAND “Het opleidingspeil van de bevolking neemt gestaag toe. Maar het verstand?” Aleid Truijens over hoogopgeleide mensen die hun kinderen niet laten inenten. IJDELHEID “Ik was op een documentairefestival in Sheffield. Daar praat iedereen over films, over wat ze aan het maken zijn, of dat wel of niet lukt. In de kunstwereld praat nooit iemand over kunst. Op kunstbiënnales gaat het veel over geld, over status, er is een hoop ijdelheid.” Kunstenares en nieuwe IDFA-directeur Barbara Visser vermoedt dat ze zich tussen filmers beter thuis voelt dan onder kunstenaars. PRULLENBAK “Als een song teveel klonk als R.E.M. ging hij de prullenbak in. We wilden onszelf niet herhalen. Het was een creatief omslagmoment: een cruciale transformatie voor de band.” Zanger Michael Stipe van R.E.M. over de voorbereiding voor het succesalbum Out of Time (1991). ALLES “Als ik iets geleerd heb, is het dat er geen grens zit aan hoe ver mensen kunnen gaan. Je zult altijd enorme massa’s vinden die tot alles bereid zijn. Die illegale bevelen willen opvolgen. Ook in beschaafde landen.” Martin Wolf van de Financial Times over de lessen van de geschiedenis. STERK “Een moderne economie heeft een sterke staat nodig: om de internationale concurrentiepositie te bevorderen, te zorgen voor sociale rust, een state of the art infrastructuur en natuurlijk een hooggekwalificeerde beroepsbevolking.” Koen Haegens over de internationale opmars van het staatskapitalisme. SCHADUW “Beter dan wie ook weet Elena Ferrante dat de schoonheid van het geschapene slechts een schaduw is van de perfectie van het niet bestaande.” Edwin Krijgsman over de het Napolitaanse vierluik van succesauteur Elena Ferrante.
38
Alma Mathijsen (Amsterdam, 1984) begon op haar achttiende met schrijven voor jongerenwebsite Spunk. Ze studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie en publiceerde een verhalen bundel en twee romans. Dit voorjaar komt haar nieuwe roman Vergeet de meisjes uit.
W
e letten niet op de rommel en drinken thee. “Ik ben de enige schrijver die geen koffie lust.” Haar appartement - wooneet- en werkkamer in één - ligt in hartje Jordaan, binnenkort verhuist ze naar het wat rustigere Noord. In Amsterdam, uiteraard. Ze heeft roots in Belfeld waar het ouderlijk huis van moeder Marita, emeritus hoogleraar Nederlandse letterkunde en schrijfster, staat. “Ik kom er best vaak. Met kerst en Pasen en zo.” Nu ter zake, want straks moet ze koken voor acht schrijvers: “We gaan een actie verzinnen tegen Trump. We kunnen toch niet niks doen?!”
‘Ik denk niet dat het schadelijk is dat ik The Dark Knight zo vaak heb gezien.’
boeken _ “Een goed boek verandert iets in je gedachtenpatroon. Verdriet is het ding met veren van Max Porter is zo’n boek. Het gaat over een vrouw die overlijdt en haar man en twee zoontjes achterlaat. Een kraai vliegt binnen en blijft tot het ergste verdriet voorbij is. Mijn vader overleed toen ik negen was. Porter herinnerde mij eraan dat rouw niet eindigt: ik wil de dood
van mijn vader niet verwerken, ik wil het rouwproces juist dichtbij me houden. Porter beschrijft de tegenstelling tussen totale wanhoop en liefde voor het leven vanuit drie perspectieven, die van de vader, de zoontjes en de kraai. Het is een dun boekje dat het midden houdt tussen proza en poëzie. Er gebeurt veel in weinig woorden en dat is erg knap.”
tv _ “Ik kijk veel series. Echt, van alles. De laatste aflevering van Transparent heb ik nu al acht keer gezien. Transparent gaat over een gescheiden joodse man met drie volwassen kinderen die er op zijn 65e achter komt dat hij transgender is. Een deel speelt zich af bij zijn voorouders in de jaren dertig in een vrolijke extravagante scene in Berlijn, waar transgender wel geaccepteerd werd. Later vluchten ze naar Amerika. Een combinatie van gevoelige en actuele onderwerpen dus. De serie is erg goed gemaakt, met rust, veel humor en de art direction is waanzinnig. Ik kijk omdat ik het leuk vind, maar ook omdat ik wil begrijpen hoe het gemaakt is. Niet heel bewust, maar bepaalde verteltechnieken neem ik wel mee in mijn schrijven. Iets anders: MTV’s Teen Mom. Kijk ik al jaren. Het is een realitysoap over tienermoeders die het lastig hebben met hun leven. Het is troostrijk om te zien hoe ze blijven ploeteren. Stoppen met kijken is geen optie. Het is alsof we bevriend zijn, ik moet weten hoe het met ze gaat!”
zuiderlucht 1\2017
edits
Boeken top 10 colofon
film _ “Het klinkt belachelijk,
kunst _ “Ik ben organisator
maar mijn lievelingsfilm is The Dark Knight, die Batmanfilm. Ik heb ‘m wel twintig keer gezien. Ik kijk vooral voor the joker, de laatste rol van Heath Ledger. In de film zijn er op een bepaald moment twee boten: één met burgers, één met criminelen. The joker zegt: ik blaas ze allebei op, tenzij een van jullie de andere boot opblaast. Dat soort psychologische spelletjes vind ik supergaaf. Waarom ik zo vaak kijk? Weet ik eigenlijk niet. Ik denk niet dat het schadelijk is voor mijn werk.”
van Lost & Found, een avond waar kunstenaars werk laten zien dat ze niet kwijt kunnen op conventionele podia. Dat werk vind ik interessanter dan werk in gevestigde galeries of theaters. Zo heb je ook Snail Nacht, een maandelijks event waar performancekunstenaars hun werk uitproberen, georganiseerd door mensen van de Rijksacademie. Het is klein en wild, vies en ruig, daar hou ik van. Soms is het onbegrijpelijk, maar het is zo bevrijdend om te zien hoe kunstenaars zich durven uitdrukken zonder zich te verontschuldigen. Je ziet aan die kunstenaars dat ze niet bang zijn om groter dan het leven te zijn. Dat is het mooiste gevoel dat je kunt hebben.”
muziek _ “Ken je Thijs Boontjes Dans- en Showorkest? Nederlandstalige funkrock, erg leuk. Thijs is mijn vriendje. Hij speelt ook bij Douwe Bob. Ik ben vooral blij dat er weer muziek in huis is. Als kind werd ik erdoor omringd. Mijn vader, Hub Mathijsen, was violist en er waren altijd muzikanten in huis. Heerlijk vond ik dat. Toen ik vier was, ging ik al naar vioolles, maar dat werd niks. Mijn moeder moest me meetrekken. Wat muziekkeuze betreft, ben ik een ongeleid projectiel. Meestal zijn er een paar liedjes die ik een tijdje grijs draai. Nu is dat Let it Go van Frozen, ja die Disneyfilm, en Going to a Town van Rufus Wainwright, een protestlied. Hij zingt: ‘i’m so tired of America’ en ‘tell me, do you really think you go to hell for having loved?’ Een mooi lied. Het richtte zich al tegen Trump voor hij gekozen werd, een thema waar ik veel mee bezig ben.”
mode _ “De ontwerper Bonne Reijn heeft met zijn merk Bonne Life een originele blik op mode. Hij maakt unisex pakken in allemaal verschillende kleuren en dessins. Het zijn uniformen van een stevige katoen die kleedmoment, geslacht en leeftijd en sociale verwachting overstijgen. Hij noemt het ook ‘the poor man’s suit’, één pak voor altijd. Je kunt er je huis in poetsen, boodschappen mee doen of naar een feest gaan. De gedachte is dat die pakken voor iedereen zijn, de modellen zijn gewoon zijn vrienden.” Annemarie staaks
1 — J.K. Rowling Harry Potter en het vervloekte kind (-) 2 — Herman Koch De greppel (-) 3 — Astrid Holleeder Judas (-) 4 — Thijs Zonneveld Thomas Dekker - Mijn gevecht (-) 5 — Stefan Hertmans De bekeerlinge (2) 6 — Jolande Withuis Juliana (5) 7 — Elena Ferrante De geniale vriendin (1) 8 — Marcia Luyten Het geluk van Limburg (4) 9 — Lize Spit Het smelt (10) 10 — Sarah Bakewell De existentialisten (-)
Zuiderlucht is een onafhankelijk maandblad met een oplage van 14.000. Zuiderlucht is een uitgave van Bodosz, in opdracht van de Stichting Zuiderlucht. De gedrukte versie is gratis verkrijgbaar op meer dan 350 plekken in Zuid-Nederland en Vlaanderen. Digitaal: zuiderlucht.eu E-paper: zuiderlucht.eu/e-paper Inschrijven voor de ZL-nieuwsbrief kan via zuiderlucht.eu /nieuwsbrief Begunstigers krijgen ZL voor 57 euro per jaar thuisbezorgd. Hun inbreng is onontbeerlijk voor het voortbestaan van het blad. Begunstiger worden kan via zuiderlucht.eu/ begunstigers Adres: Capucijnenstraat 21 C10 6211 RN Maastricht 0031 43 350 05 91 info@zuiderlucht.eu Bladmanager: Christiane Gronenberg
Drie nieuwkomers en één come back (Harry
0031 43 350 05 91
Potter) in de top van deze lijst laten zien
0031 6 10 661 205
hoe belangrijk timing is bij het publiceren
c.gronenberg@zuiderlucht.eu
van een boek. Sint was dit jaar duidelijk niet in een al te literaire bui, gezien de terugval
Hoofdredacteur: Wido Smeets 0031 43 350 05 91
bij Hertmans en Ferrante. Daar staat de
0031 6 53 338 905
onstuitbare opmars van de nieuwe Herman
w.smeets@zuiderlucht.eu
Koch tegenover; we tippen hem als de
Commercie:
volgende nummer 1. Opvallend is ook hoe Marcia Luytens Het
0031 43 350 05 91 commercie@zuiderlucht.eu Administratie:
verdriet van Limburg al maandenlang
administratie@zuiderlucht.eu
standhoudt, vooral door de verkopen
ZuiderLeven:
in Maastricht en Sittard. In de Vlaamse
Christiane Gronenberg
boekhandels is Lize Spit - nog steeds – een hit. Hetzelfde geldt voor Sarah Blakewell, die
0031 610 661 205 c.gronenberg@zuiderlucht.eu Medewerkers:
op zoek gaat naar wat de existentialisten ons
Edo Dijksterhuis (Amsterdam), Fons Geraets,
te bieden hebben in een tijd waarin vrijheden
Said El Haji, Emile Hollman, Rowland Jones,
en mensenrechten onder druk staan. In
Jeroen Junte, Koen Kleijn, Duncan Liefferink,
Nederland is die drang wat minder, hier is men nieuwsgieriger naar de avonturen van
Ad van Liempt, Alma Mathijsen, Harald Merckelbach, Marente de Moor, Hilde Neven, An Olaerts, Cyrille Offermans, Adrienne
de frauderende wielrenner Thomas Dekker en
Peters, Ronald Rovers, Merlijn Schoonenboom
topcrimineel Willem Holleeder.
(Berlijn), Alexander Schreuder, Annemarie
Het fijnste boekennieuws is de vertaling,
Staaks, Paul van der Steen, Leon Verdonschot,
eindelijk, van het oeuvre van Joseph Mitchell, de grootmeester van de literaire reportage.
Patrick van IJzendoorn (Londen). Tekstcorrectie: Anna Peeters
De twee kloeke delen zijn uitgegeven door
Grafisch ontwerp:
Van Oorschot en Lebowksi. Zo kan het ook.
Andrea Bertus / ontwerpburo bertus
(WS)
Druk: RBD Düsseldorf Bankrekening:
Deze lijst is samengesteld op basis van actuele
IBAN NL55SNSB 093 67 79 675
verkoopcijfers van de boekhandels Dominicanen
Distributie:
(Maastricht), Grim (Hasselt), Krings (Sittard),
Ursem Koeriers Venlo
Malpertuis (Genk), Van Piere (Eindhoven) en de Tribune (Maastricht).
— ISSN: 1875-7146
39
ZL viert
tienjarig bestaan
save the date
18
maart Kom naar de ZLCulturele Vrijmarkt, met creatieve zottigheden, sympathieke stunts, optredens, een speakers corner, (voor)lezingen, presentaties, live muziek ĂŠn, juist nu, een eenmalige, unieke, fijn gekruide ZuiderluchtEintopf!
Zaterdag 18 maart vanaf 16.00 uur Brandweer Capucijnenstraat 21 Maastricht
gratis entree
2007-2017