Chantal Akerman
Armando
Ingrid Godon
Miriam Van hee
Robin Kester
Marente de Moor
Henk Simons
Mounira Al Solh
Raphaela Vogel
Bas de Weerd
Gewone
door de ogen van Bertien van Manen
ZOUT magazine _ 17 e jaargang _ 5/2023 5
mensen
vanNederlandenVlaanderen
7 EDITORIAL
Waar het om draait
Tom zoekt de nuance, iets wat hem niet in dank wordt afgenomen
8 ’n Ouderwets pleidooi voor de twijfel
De angst van Marente de Moor over woke en het eendimensionale denken
13 PLEASED TO MEET YOU
Aliens in pyjamaatjes
Leon Verdonschot over de rijzende ster Robin Kester
14 Het vuur in en daarna afblussen in zee
Het werk van Armando knettert nog altijd van de spanning
16 Ik zal altijd meisje heten
Henk Simons was ‘de beste Nederlandse schrijver zonder boek’
19 PERRON POËZIE
Miriam Van hee
Wij / leven van dag tot dag, wachtend op dokters, / versoepeling, opening van de grenzen
20 BITS
Buitenaardse wandeling
Een museum is geen stoffig nest waar te pas en te onpas beelden aan de muur worden gehangen
20 STUDIO Mounira Al Solh
‘Juist bij grote problemen heb je schoonheid en speelsheid nodig’
23 OOGAPPEL
Heeft ze die koffie voor hem gezet?
Filmkenner Kevin Toma over de stilstaande camera bij Chantal Akerman
24 IN BEELD
Niets te verliezen, alles geven
In het doorleefde oeuvre van Bertien van Manen gaat het om gewone mensen
27 AN OLAERTS De buren van Miet Warlop ‘Cultuur die meteen 100 procent inclusief is, die moet je zeker wantrouwen’
28
FEUILLETON Woorden maken meer kapot dan je lief is Bas de Weerd in Odapark | Táctica Sintáctica in Marres | Vlaams Expressionisme in het Kunstmuseum | Helend water bij Z33
30 Design van de minste weerstand
Van treinzeppelin tot solarwagen, altijd is er die drang naar snelheid
32
In bed komen de ideeën
De welwillende afstandelijkheid van Raphaela Vogel levert een stormvloed aan beelden op
34 BLENDR & FILTR
300 keer sorry … ‘Dat lijkt me de opgave voor de CPNB: niet knielen, niet populariseren’
34 DE VOORKEUR VAN
Ingrid Godon
’Marieke Lucas Rijneveld heeft me echt van mijn sokken geblazen’
35
ZOUT BOEKEN TOP-10
Het maandelijkse serviceen agendakatern met:
38 Reizen en thuiskomen in Genk met Aaron-Victor Peeters
39 De vele facetten van ZuidAfrika door de ogen van Annemiek Jongen
44 Stacaravan en Rietveldvakantiehuisje - de geschiedenis van recreatie in Arnhem
39 CULTUURAGENDA
40 COLUMN
Hans Gubbels: ‘Wie schrijft de betere column, AI of ik?’
43 COLUMN
Dingeman Kuilman: ‘Vermeer is de schilder met de kortste sluitertijd’
46 ONDERTUSSEN IN… Culturele highlights in de rest van Europa
Cover: Bertien van Manen, Libby, West-Virginia, 1979.
5 AKEN LUIK MAASTRICHT HEERLEN GENK ARNHEM NIJMEGEN VENLO HASSELT TONGEREN
ANTWERPEN BREDA TILBURG DEN BOSCH EINDHOVEN TURNHOUT HELMOND INHOUD
MECHELEN
Zie pagina 24 e.v.
Word abonnee van ZOUT magazine en ontvang De schoft van Marente de Moor als welkomstcadeau. U krijgt dan maandelijks ZOUT magazine toegestuurd à 73 euro per jaar. Wacht niet, op is op!
zoutmagazine.eu/abonnees
Tom Wilenski, een uitgerangeerde journalist, wordt meegestuurd op een reddingsexpeditie voor bootvluchtelingen op de Middellandse Zee. Eenmaal aan boord bekruipt hem het gevoel dat hij in de val is gelokt. Als witte vijftiger wil hij een genuanceerd verhaal brengen over de vluchtelingencrisis, maar op het schip beseft hij hoe onmogelijk dat is geworden. De vrouwelijke crew vindt dat hij foute meningen is toegedaan en wil hem kwijt, maar de Italiaanse kustwacht weigert het schip toegang tot de havens. Voedsel en brandstof raken op, de euforie van de geredde vluchtelingen slaat om in wanhoop.
Marente de Moor raakt met De schoft aan actuele thema’s. Het is een scherpe roman over de eeuwenoude traditie om vrouwen te vereren die hun lichamen opofferen voor hun idealen.
LEES EN STEUN ZOUT magazineSMAAKMAKER IN KUNST EN CULTUUR
7 Marente de Moor, De schoft, Amsterdam, Querido, 2023.
Waar het om draait
lecht kiezen is de nieuwe doodzonde’, schrijft onze vrijetijdgestreste columniste An Olaerts in deze nieuwe ZOUT. Het aanbod aan cultureel vertier is tegenwoordig zo overweldigend, dat je je geen enkele misser kunt permitteren.
Ik herken de stress, al dan niet vanuit de rol van bladenmaker. Aanbod is er altijd meer dan genoeg. Het aantal artikelen, servicepagina’s en video’s dat we onze lezers kunnen bieden, is gelimiteerd door budget en tijd. Elk item dat we voor u kiezen, moet een voltreffer zijn. ‘Dat is de enig juiste werkhouding', denkt u misschien. Toch heeft die houding me bij het samenstellen van dit nummer bijna misleid.
In het redactionele overzicht viel mijn blik op een artikel over een zekere Henk Simons. Ik had nog nooit van hem gehoord. Niet zo gek want, zoals Cyrille Offermans in het desbetreffende artikel uitlegt, Simons heeft nooit een boek gepubliceerd.
Waarom moeten wij dan een artikel over deze man brengen, vroeg ik me af. ‘Dáárom’, gaf ik een kwartier later zelf het antwoord, nadat ik deze parel van een verhaal over de schrijver/vertaler/dichter Henk Simons had gelezen. Ineens wist ik weer waar het om draait: niet om het aantal publicaties dat je op je naam hebt staan, maar om de waarde die je aan je werk en het leven weet te geven. Lees maar, op pagina 16 en verder. Aan de auteur van het stuk, Cyrille Offermans, moest ik deze week nog een keer denken. Ik was bezig in de roman Zwischen Welten van Juli Zeh en Simon Urban. Een van de hoofdpersonen werkt bij een grote Duitse krant. Hij beschrijft hoe de redactie tijdelijk wordt overgenomen door twee piepjonge, über-ideologische klimaatactivisten om een speciale uitgave over de klimaatramp te maken.
Wat zou er op de ZOUT-redactie gebeuren als deze twee activisten het bij ons een maand lang voor het zeggen hadden? Als eerste zou Cyrille Offermans worden gecanceld, dacht ik. Puur vanwege het quotum, als oudere, mannelijke, witte medewerker. U begrijpt: dát zou dus pas een ramp zijn.
Schrijfster Marente de Moor schuwt in haar nieuwe boek De schoft de actuele thema’s niet. Haar hoofdpersonage Tom, zo vertelt ze in een interview met Yannick Dangre, zit niet alleen in een ongemakkelijke positie door zijn wit- en man-zijn op een vluchtelingenschip met een vrouwelijke crew. Tom zoekt de nuance, iets wat hem niet in dank wordt afgenomen. ‘Om je als nobele barmhartige op te werpen heb je niet meer nodig dan één slogan’, zegt Marente de Moor, ‘terwijl voor alles wat nuance vraagt veel meer ruimte nodig is. En dat is wat Tom wil, net als ik. Ik schrijf niet voor niets romans in plaats van spandoeken.’
Hoe belangrijk nuance ook in de fotografie is, ziet u in het monumentale oeuvre van Bertien van Manen (pagina 24). Ooit maakte zij zich zorgen over de relevantie van haar werk, omdat er in de Donbas, waar zij toen al een paar jaar bezig was met reportages, ineens ‘horden fotografen’ stonden. Een collega stelde haar gerust. ‘Bertien, zíj zijn over twee weken terug, jij gaat de diepte in.’ Hij kreeg gelijk.
CHRISTIANE GRONENBERG
co-hoofdredacteur
c.gronenberg@zoutmagazine.eu
EDITORIAL
‘SUitzichtpunt rondje groeves Vrijdag 26 mei: workshop Mami Izumi: manoevreer door de stad op basis van je oren & stadswandeling Zaterdag 27 mei: performance van The Paper Ensemble: papieren sculpturen worden gebruikt om de meest onverwachte muziek te maken & jazzpianist Murat Ali Cengiz geeft een lezing en een performance in de wereld van de geïmproviseerde muziek. Zondag 28 mei: speelse workshop over hoe je zelf de muziek van de stad kunt maken zónder muzikale ervaring door Sachit Ajmani en Nader Adabnejad - met eigen performance! TICKETS €7 MET KOFFIE/THEE PROGRAMMA OP BUREAU-EUROPA.NL PERFORMANCES, WANDELINGEN, RONDLEIDINGEN EN MUZIEK MAASTRICHT MAAKT MUZIEK 26/27/28.05 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Tom zoekt de nuance, iets wat hem niet in dank wordt afgenomen
Een ouderwets pleidooi voor de t wijfel
ZOUT MAGAZINE 5/2023 8
De vluchtelingencrisis is een berlangrijk thema in De schoft, de nieuwe roman van Marente de Moor
‘Met de vluchtelingencrisis heb ik natuurlijk voor een dramatisch spanningsveld gekozen waarvan ik wist dat het vragen ging oproepen. Maar dat was ook de bedoeling,’ zegt Marente de Moor bij een kop koffie in haar huis, dat verscholen ligt in de glooiende heuvels van Zuid-Limburg.
Hier schrijft ze in alle rust, ver weg van de hysterie van de grachtengordel, aan boeken die zich vaak afspelen in vervlogen tijden of verre gebieden. Zoals De Nederlandse Maagd, over een meisje dat in de jaren dertig leert schermen in Duitsland. Roundhay, tuinscène gaat over een 19e-eeuwse uitvinder en Foon beschrijft de levens van een biologenechtpaar in de Russische bossen.
Des te verrassender is De Moors net verschenen roman De schoft, waarin ze kiest voor een uiterst actueel thema: de vluchtelingencrisis. Journalist Tom Willems wordt door de krant meegestuurd op een reddingsexpeditie op de Middellandse Zee. Hij, een witte vijftiger, wil een genuanceerd verhaal brengen over de vluchtelingencrisis, maar elke dag op het schip beseft hij hoe onmogelijk dat is geworden.
‘Tom probeert een enerzijds-anderzijds verhaal te brengen, maar dat wordt hem niet toegestaan. Twijfel zit vandaag in het verdomhoekje, zeker in de journalistiek: je moet altijd duidelijk stelling kiezen, waarbij op voorhand helder vaststaat wat de goede en wat de slechte mening is,’ zegt De Moor, die zelf begin jaren 2000 journalist was
voor HP/De Tijd. ‘In mijn boeken hou ik juist een pleidooi voor de twijfel, voor het niet klakkeloos aannemen van meningen en al zeker niet van grote schema’s van goed en kwaad zoals we die vandaag gepropageerd zien door onder andere de woke-beweging.
Zodra ik hoor dat iets met een enorme stelligheid geponeerd wordt, heb ik de neiging om me af te vragen “is dat wel zo?”. Ik speel graag advocaat van de duivel.’
Ook Tom Willems kijkt met een kritische blik naar zowel de vluchtelingen als naar de haast rabiaat bevlogen scheepsbemanning, die voornamelijk uit vrouwen bestaat. Ook de barmhartigheid van de redders, die soms egoïstische motieven versluiert, mag en moet immers in vraag gesteld worden, hoezeer dat tegenwoordig ook een faux pas is.
‘Precies daarom heb ik in het verhaal ook het lijntje geweven van vrouwelijke heiligenlevens die zich rondom diezelfde Middellandse Zee afspelen. Bij beide groepen staat de bevlogenheid buiten kijf. Sterker nog, die vrouwen zijn voor hun idee van het goede bereid om de gruwelijkste martelingen te ondergaan. Waarna dat persoonlijke leed weer in de strijd geworpen kan worden als bewijs van waarachtigheid. Alsof je als vrouw niet gewoon bevlogen kunt zijn, maar eerst moet lijden om recht van spreken te hebben. Maar lijden garandeert natuurlijk geen oprechtheid. Bovendien is de relatie tussen redder en geredde fundamenteel een hiërarchische, een van afhankelijkheid, maar ook dat mag je niet zeggen.’
Marente de Moor (Den Haag, 1972) is schrijfster en slaviste. Na de gebundelde columns Petersburgse vertellingen (1999) debuteerde ze in 2007 met de roman De overtreder. Enkele jaren later ontving ze de AKO Literatuurprijs voor De Nederlandse maagd. Na het poëtische Roundhay, tuinscène en Foon verschijnt nu haar vijfde roman De schoft, een boek over de vele spanningen in onze maatschappij vandaag.
Het gaat De Moor aan het hart: het huidige debat vol verboden vragen en woorden. Zonder het in De schoft één keer bij naam te noemen, gaat het natuurlijk onder meer over de woke-beweging, die alles graag opdeelt in groepen en dus hokjes. ‘Dat soort hokjesdenken is funest,’ zegt De Moor. ‘Het legt van tevoren een goed-en-kwaadbeeld op dat iedereen moet volgen, waarbij hele groepen kritische mensen onmiddellijk worden weggezet als “niet meer van deze tijd”. Je loopt daarbij ook voortdurend over een mijnenveld van kwetsbaarheden, zeker wat de taal betreft, waardoor je op den duur niets meer kan zeggen. Dat verbaast en beangstigt me, precies omdat ik zelf tien jaar in Rusland heb gewoond en weet tot wat dit soort eendimensionale denken leidt. In de jaren negentig zag ik hoe mensen, na de implosie van de Sovjet-Unie, al snel weer op zoek gingen naar een nieuw eenduidig wereldbeeld. Daaruit is dat krankzinnige
9 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Zonder het fenomeen bij naam te noemen, gaat het in De schoft, de nieuwe roman van Marente de Moor, over de woke-beweging die de wereld opdeelt in goed en fout.
YANNICK DANGRE zocht de schrijfster op.
‘Het activisme van vandaag richt zich op de totaal verkeerde dingen’.
nationalisme ontstaan waar de oorlog in Oekraïne een rechtstreeks gevolg van is. Het verhaaltje van de Russen als superieur Slavisch volk en Amerika als de bron van alle kwaad ondervond je in die tijd aan den lijve. Je kon geen onderwerp aansnijden of je werd over de slachtbank van goed en kwaad gelegd, precies zoals mensen in de jaren twintig geen “prerevolutionaire” want “bourgeois” woorden mochten gebruiken. De taal werd volledig gepolitiseerd. Als ik bijvoorbeeld een etentje had, kon je zelfs niet gewoon zeggen dat de kip lekker was, nee, dat werd dan meteen een ‘kip die veel beter was dan die Amerikaanse hormonentroep’. Zo wordt elk gesprek politiek geladen en kan je op den duur niets meer zeggen. Om die reden ben ik er in 2001 weggegaan.’
De Moor vindt het hallucinant dat we vandaag in het Westen dezelfde weg opgaan. ‘Terwijl we in het oosten bedreigd worden door nationalisme en xenofobie en vanuit het zuiden door religieuze gekte zoals in Iran, zitten we hier vrolijk en klakkeloos een Amerikaans gedachtegoed over te nemen dat zich voltrekt over de lijnen van futiele uiterlijke details als geslacht, kleur of haardracht. We versnipperen ons in talloze identiteitjes die met de buitenkant te maken hebben in plaats van met de ideeën die ons binden en die Europa altijd gedragen hebben; dat is gewoon decadent. Het activisme van vandaag richt zich op de totaal verkeerde dingen.’
Ze beseft dat ze pessimistisch klinkt, ‘pessimistischer misschien wel dan mijn eigen roman,’ zegt ze lachend. In De schoft ontmoet Tom de jonge Senegalees
Adama, die nog niet doordrongen is van het hokjesdenken. Hij kijkt naar Tom als een medemens en een potentiële vriend, zonder alle etiketten die anderen al op de ‘witte schoft’ Tom hebben gekleefd. Adama herinnert Tom aan zijn jonge ik en de tijd waarin de beide kanten van de medaille in een discussie nog belicht konden worden. ‘Mijn hoop,’ zegt De Moor, ‘is dat de vreemdeling vrij is van die haast masochistische westerse denkkaders van vandaag.’
Ondanks het brandend actuele thema, ziet ze geen breuk met haar vorige romans, integendeel. ‘Net als in Roundhay, tuinscène en Foon gaat De schoft uiteindelijk ook om het niet vastgelegd willen worden. De uitvinder uit Roundhay, tuinscène is op de vlucht voor zijn eigen uitvinding van de bewegende film en de getraumatiseerde vrouw in Foon verlangt naar het niet-weten, naar het raadsel. Zo verlangt Tom naar de mogelijkheid van een verhaal met twee kanten, zonder dat het juiste en foute narratief al op voorhand is vastgelegd.’
Ook in haar eigen leven houdt De Moor niet van vastigheid. ‘Ik ben heel lang om de paar jaar verhuisd om mezelf niet vast te pinnen op een plek. Ik had altijd het idee dat ik dan met een schone lei kon beginnen, wat natuurlijk onzin is. Ook interviews zou
ik het liefst nooit geven, want alles wat ik zeg, ligt dan voorgoed vast, zeker nu met het internet. Dat net sluit zich steeds strakker, één woord kan je blijven achtervolgen. Dat is misschien wel mijn grootste angst met dit boek: om je als nobele barmhartige op te werpen heb je niet meer nodig dan één slogan, terwijl voor alles wat nuance vraagt veel meer ruimte nodig is. En dat is wat Tom wil, net als ik. Ik schrijf niet voor niets romans in plaats van spandoeken.’ Z
11 ZOUT MAGAZINE 5/2023
‘Het verbaast en beangstigt me, precies omdat ik tien jaar in Rusland heb gewoond en weet tot wat dit soort eendimensionale denken leidt’
Marente de Moor: ‘Je kon geen onderwerp aansnijden of je werd over de slachtbank van goed en kwaad gelegd.’ foto Eddo Hartmann
Marente de Moor, De schoft Em. Querido’s Uitgeverij, Antwerpen/ Amsterdam 2023
De
Aliens in pyjamaatjes
Tijdens de coronaperiode was de Rotterdamse zangeres Robin Kester mijn gast in de Quarantalks in de Maastrichtse Muziekgieterij. Ze was via Antwerpen naar Maastricht gereden en was daar gespannen over; als Nederlander mocht je in die tijd niet zomaar de grens over. Ze vertelde waar ze rustig van werd tijdens de lockdowns: van filmpjes van mensen die zeepjes sneden of kalk verkruimelden. ‘Het heeft op mij het effect van de zon in de zee zien zakken; ik word er helemaal zen van, het is heel hypnotiserend.’ Kattenfilmpjes hadden een vergelijkbaar effect op haar. ‘Ik vind ze zo koddig en cute, ze zijn een soort aliens in pyjamaatjes.’
Wat ze ook veel deed in coronatijd: lezen. Ze had Het boek der wonderlijke dingen van Michel Faber bij zich, dat ze aan het hérlezen was. ‘Het gave aan dit boek is dat het een dystopisch randje heefthet schijnt dat mensen in de lockdown meer gingen verlangen naar rampenfilms. Het gaat over een soort missionaris, die afreist naar verre planeten om aliens te bekeren. Ondertussen vergaat de wereld, waar zijn vrouw is achtergebleven. Ze houden contact via mail. Er spreekt veel isolatie uit. Later las ik dat hij dit boek schreef in en net na de periode dat zijn vrouw kanker kreeg en overleed; je ziet ook echt dat dit een metafoor is daarvoor. Beklemming is echt zijn specialiteit.’
Niet alleen die van Faber. Ook die van Robin Kester zelf. Inmiddels is haar debuutalbum Honeycomb Shades verschenen, heeft ze er een uitgebreide clubtour opzitten, en werd ze door stadionrockband Muse persoonlijk uitgenodigd als voorprogramma tijdens hun show in Carré. Er staan fraai gefluisterzongen melancholische nummers op, zoals Cat 13, maar het album staat ook vol nummers die ogenschijnlijk dromerig klinken, maar dan zoals de nummers op soundtracks van films van Nicolas Winding Refn: met synths, geworteld in de jaren tachtig, met een duistere ondertoon.
Of boventoon zelfs, in het geval van Zwanzig Zwanzig, een instrumentaal nummer als de soundtrack van een film over een verlaten huis in een donker bos; zelfs Trent Reznor kan nog een puntje zuigen aan het onheil dat uit dit nummer sijpelt. Producer Marien Dorleijn (van de band Moss) bouwde speciaal voor dat nummer een eigen houten instrument om toe te voegen aan het toch al opvallende instrumentarium van drums, bariton-saxofoon en een walkie talkie. Het bevat samples uit oude horrorfilms, en heet de Nightmare Machine; zelden had een instrument een toepasselijker naam. Kester en Dorleijn verzonnen het nummer toen ze samen fantaseerden over een zombievirus, vertelde de zangeres in een interview in NRC.
Want ook dat deed de pandemie, uiteindelijk: het effect van filmpjes vol gesneden zeep, gekruimelde kalk en schattige katten vermorzelen.
LEON VERDONSCHOT
13 ZOUT MAGAZINE 5/2023
pandemie vermorzelde uiteindelijk ook het effect van filmpjes vol gesneden zeep, gekruimelde kalk en schattige katten
PLEASED TO MEET YOU
Robin Kester foto Sanja Marusic
Robin Kester speelt 13.05 in Eindhoven, 18.06 in Landgraaf en 13.08 in Heerlen.
Hetvuurin,endaarna afblusseninzee
Weinig kunstenaars hebben de menselijke afgrond genaamd
Tweede Wereldoorlog zo doorgrond als Armando. In Venlo vallen oeuvre en kunstenaar samen in een expositie; teksten uit een boek van Cherry Duyns fungeren als rode draad.
ROB SCHOONEN ging kijken. 'Zijn plastieken zijn even doorwerkt en knetterend van de spanning als zijn doeken.'
ZOUT MAGAZINE 5/2023 14 Werk
in
foto ZOUT magazine
van Armando
Museum van Bommel van Dam.
Alsof één schuldig landschap niet genoeg is, heeft James Hannan, samensteller van de tentoonstelling Armando: door de ogen van een vriend, vier grote, zwaarmoedige schilderijen van de kunstenaar bij elkaar gehangen. Ze grijpen je bij de strot. Luttele seconden later dalen de zwarte, grijze en rode tinten in en krijgen de pasteuze schilderijen een plek in je lijf.
Armando (geboren als Herman Dirk van Dodeweerd, 1929-2018) was niet de vrolijkste kunstenaar op aarde, maar hoe kon het ook anders? Als je als tiener opgroeit tijdens de Tweede Wereldoorlog, op een steenworp van Kamp Amersfoort, en je ziet de verschrikkingen in dat straf- en doorgangskamp, dan is lachen niet je eerste natuur. Die jeugdervaringen verbeeldde
Armando later in wat hij ‘schuldige landschappen’ noemde; bomen en struiken groeien er gewoon door, alsof er niets is gebeurd.
Trekt de natuur zich dan helemaal niets aan van de verschrikkingen in zo'n kamp?
De kunstenaar geeft er lucht aan. Voor zichzelf, maar ook voor de beschouwer. Door met dikke klodders verf een bijna abstracte bosrand te schilderen. In diepzwart, met hier en daar een al dieprood accent. Of hekken, in datzelfde peilloze zwart. En óf je je dan schuldig voelt…
En naast dat tweeluik uit 1987, hangt het al even indrukwekkende Gefechtsfeld (1986), en daarboven Preussisch (1982) en Melancholie (1986). Het is, zo bij elkaar, van een droefheid die lang beklijft.
Ruim dertig werken telt Armando: door de ogen van een vriend, en ze stemmengoddank - niet allemaal droef. Uit zijn vroege werk bijvoorbeeld, uit de eigen collectie van het museum, zijn rake, met vaart gemaakte tekeningen te zien die naadloos passen bij de Informele Kunst die na 1945 opgang maakte. Later sloot hij zich aan bij de Nul-beweging, met onder anderen Jan Schoonhoven en Henk Peeters, en ruilde hij de verf in voor industriële materialen, zoals plastic, bouten en prikkeldraad. Over die Nul-groep: ‘Maar toen ik er eenmaal middenin zat, vond ik er niks meer aan’. Toen er een keer een groepsfoto werd gemaakt, piepte hij er tussenuit. Na een
fikse strandwandeling bij Zandvoort kwam er de gewaarwording: hij moest weer gaan tekenen en schilderen.
Hij pakte zijn expressieve handschrift uit de jaren vijftig weer op en kwam tot de indrukwekkende doeken in vooral zwarte en grijze tonen die hem bekend maakten. In Venlo zijn ook plastieken te zien, ze zijn even doorwerkt en knetterend van de spanning als zijn doeken.
Behalve gemoedstoestanden als woede, agressie, schuld en boete was er ook ruimte voor luchtigheid en humor. In de jaren zeventig en tachtig kregen ze de ruimte in het tv- en theaterprogramma Herenleed, dat hij maakte met Cherry Duyns - waarbij af en toe ook Johnny - the Selfkicker - van Doorn kwam opdagen: absurdistische dialogen van keurig geklede heren op een zandvlakte op de Veluwe, waar Armando toen woonde. Het gaat nergens over, en het raakt aan alles. De jongere generatie die Herenleed heeft moeten missen, kan terecht in een van de bijzaaltjes van het museum waar een registratie van het programma wordt getoond. Even verderop is een tv-documentaire uit het Berlijn van de jaren tachtig, waar Armando toen woonde, te zien - nog zo'n niet te missen aanvulling op het wereldbeeld van de kunstenaar.
Armando was een multi-talent. Hij was kunstredacteur bij de Haagse Post, schreef columns in NRC, en speelde viool, onder meer bij het zigeunerorkest Tata Mirando. Het is jammer dat Armando's muzikale talenten, toch een belangrijk onderdeel van zijn leven, in Venlo amper aandacht krijgen.
Zijn Herenleed-kompaan, journalist, schrijver en filmmaker Cherry Duyns (1944), was meer dan vijftig jaar bevriend met Armando. Ze schreven beiden voor de Haagse Post, maakten samen theater- en tvprogramma’s. Van 2011 tot Armando's dood in 2018 voerden ze 21 gesprekken. Duyns heeft ze gebundeld in het boek Gesprekken met Armando – ‘Ik bel je wel als ik dood ben’ waarin de kunstenaar praat over zijn werk, zijn driften en zijn angsten, net als over zijn familie en over collega-kunstenaars.
Ze sparen elkaar niet, de vrienden. In het eerste gesprek merkt Duyns op dat Armando er totaal geen zin in heeft: ‘Ik zie je verveelde blik alweer’. Het repliek: ‘Kom op dan met je vragen. Als het geen interessante vragen zijn, doe ik mijn bek niet open’.
Dat laatste overkwam me jaren geleden, toen ik de kunstenaar sprak bij gelegenheid van zijn solotentoonstelling in Museum
Boijmans van Beuningen in Rotterdam. Veel meer dan ‘nee’, ‘ja’ en ‘weet ik niet’ kwam er niet uit zijn mond.
Terug naar het boek van Duyns:
17 mei, 2018. Huizen, A. belt: ‘Wanneer kom je weer naar Potsdam, joh! Ik verveel me de pleuris’. Praten over de dood. Vraagt: ‘Wat wil jij als het zover is?’
‘Het vuur in en daarna afblussen in zee’, zeg ik.
‘O, dat wil ik ook’.Z
Armando: door de ogen van een vriend. T/m 3.9 in Museum Van Bommel van Dam in Venlo.
Cherry Duyns, Gesprekken met Armando – ‘Ik bel je wel als ik dood ben’.
Amsterdam, Uitgeverij Atlas Contact, 2023 vanbommelvandam.nl
15 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Armando (r) met Cherry Duyns in Herenleed.
Ik zal altijd meisje heten
Doodmoe ploften we neer op ons hotelbed, te moe om de foto’s van die dag zelfs nog maar vluchtig te bekijken. We waren in Gibellina geweest, in de zuidwestelijke uithoek van het eiland, of liever op de plek waar dat stadje in 1968 door een zware aardbeving compleet was weggevaagd. Pas de volgende morgen, toen ik met behulp van die foto’s de beelden van die dag in het geheugen wilde vastleggen, zag ik dat ik een mail van Henk had gemist.
Henk wist niet dat we op Sicilië waren. Hij liet weten dat hij al een paar dagen tevergeefs jacht maakte op zijn wilde kat; hij maakte zich zorgen want het beestje had een gebroken voorpoot en was al een tijd spoorloos. Ook vroeg hij zich af hoe men in de Oudheid met een dergelijke kwetsuur omging.
Henk was classicus, een atypische classicus. In niets leek hij op de deftige, wereldvreemde exemplaren van de soort die ik kende, mannen die in aanzien stonden als leverancier van galmende maar muffe Latijnse citaten die als geurvlaggen dienden om hun elitaire territorium af te bakenen. Voor Henk waren Latijn en Grieks geen dode talen. Als hij citeerde was het om grenzen te slechten, niet om ze op te richten, hij belichaamde de Oudheid op de vitaalst denkbare manier.
Zijn mailtje diende als groet bij een nieuw verhaal dat hij zojuist had voltooid, getiteld Bourgondisch tweeluik. Het betrof een reisverhaal met de veertiende eeuw als bestemming. Preciezer: de wonderbaarlijk beschilderde glas-in-loodramen in de kapel van een Hôtel-Dieu, een middeleeuws gasthuis, in Tonnerre, die getuigden, schreef hij, van een hoopvolle gerichtheid op de
onvergankelijkheid van het vlees. Ik begreep meteen dat zijn inzet niet alleen die van de geïnteresseerde cultuurhistoricus was, dat er ook, zoals bij alles wat hij schreef, een zeer persoonlijk, existentieel motief speelde. De vraag was, ook als altijd, of ik het verhaal ‘met de nodige acribie wilde lezen’.
Natuurlijk wilde ik dat, maar niet stante pede, daarvoor was het te lang. In plaats daarvan maakte ik een paar – ook voor hem bedoelde – aantekeningen over ons bezoek aan Cretto di Burri (scheuren, barsten, gleuven, spleten van Burri), een kolossaal monument waarvan ik wist dat het Henk ten zeerste zou interesseren. Het monument dankt zijn naam aan de ontwerper, Alberto Burri, een kunstenaar uit Umbrië. Het is een herdenkingsplek voor de zesduizend slachtoffers van de aardbeving, een lieu de mémoire, nadrukkelijk geen toeristische trekpleister; er zijn geen parkeerplaatsen,
ZOUT MAGAZINE 5/2023 16
In het najaar van 2022 overleed Henk Simons, oud-collega en vriend van CYRILLE OFFERMANS die hem omschrijft als ‘de beste Nederlands schrijver zonder boek.’ Simons’ werd beheerst door de vroege dood van zijn dochter.‘Voel eens, ik krijg weer haar en als het regent gaat het sneller groeien.’
Cretto di Burri op Sicilië
geen toeristenstalletjes, geen gidsen. Tegen een steile heuvel op een hooggelegen, moeilijk bereikbare plek ligt nu een soort dodenstad, een labyrint van immense witte betonblokken; in de scheuren daartussen wordt het oorspronkelijke, zigzaggende stratenpatroon van Gibellina gevolgd. De hele ‘stad’ heeft een oppervlakte van 80.000 vierkante meter. Aan de uitvoering is vijfentwintig jaar gewerkt, met een paar lange onderbrekingen in de jaren dat Berlusconi aan de macht was en de staatssubsidie stopzette. Burri heeft de voltooiing, in 2015, niet meer meegemaakt. Het was bloedheet, de zon stond genadeloos hoog aan de staalblauwe hemel, niets dat de stilte verstoorde. Zwetend werkten we ons door de smalle scheuren naar boven, zonder leidraad – de blokken zijn zo hoog dat je er op de meeste plekken niet overheen kunt kijken – op zoek naar een punt dat uitzicht beloofde. Uitzicht op deze golvende dodenstad, niet op het mysterie van de dood. De rouw leek door een alziende getuige hemelsbreed uitgemeten en opgelost in beton. Niet eerder heb ik me dichter bij de doden, onbekende mannen, vrouwen en kinderen, gevoeld als hier.
Henk en ik leerden elkaar kennen in de vroege jaren zeventig, toen we allebei leraar waren aan een middelbare school. Henk was vijf jaar ouder dan ik, had in Nijmegen gestudeerd en al eerder lesgegeven, ik maakte er mijn debuut. Het was vriendschap op het eerste gezicht.
We deelden ambivalente ideeën over het onderwijs – diepe scepsis jegens de school als bureaucratisch georganiseerde diplomafabriek, bevlogen ideeën over hoe het anders moest. Wel bleek de praktijk al gauw weerbarstig in een omgeving die nog moest ontwaken uit de vooroorlogse winterslaap van een geborneerd katholicisme; de dorpskapelaan, ik verzin het niet, was er zelfbenoemd toezichthouder over het inkoop- en etalagebeleid van de plaatselijke boekhandel. Dat voedde de geest van verzet; we namen ons voor het autodidactisch vuur bij de leerlingen te laten ontvlammen.
Inspiratie putten wij daarbij uiteraard ook uit onze lectuur. Wij waren allebei lezers in de breedte en in het wild, we wisselden boeken, lees-, kijk- en luisterervaringen uiten ook onze schrijfsels, want grondig lezen, was onze overtuiging, kan alleen met de pen in de hand. Lezen leidt tot schrijven, tot overschrijven, terug- en tegenschrijven. Ik publiceerde mijn eerste kritieken en essays, Henk scherpte zijn vertalingen aan, dacht nog niet aan publiceren.
en drong erop aan nu eindelijk een uitgever te zoeken. Hij reageerde aarzelend. Of hij het heeft gedaan, durf ik niet te zeggen. Zeker is dat die publicatie er nooit is gekomen. Maar ik kon hem dat niet kwalijk nemen. Het wrede lot had hem van alle verwachtingen beroofd, ook de onuitgesproken maar vanzelfsprekende verwachtingen van het schrijverschap. Goed mogelijk dat hij de gebeurtissen die zijn perspectieven in één klap nietig verklaarden te delicaat vond, te persoonlijk. Te duister ook, te zeer doordrenkt van de sprakeloosheid van de in stilte aangesproken, maar machteloze getuige, om ze, in welke discrete vorm dan ook, publiekelijk te maken. In het schrijverschap, wist hij, huist een onuitstaanbare ijdelheid.
Dat laatste werd een patroon, tot het eind toe. Henk was niet snel tevreden. Hoe slordig hij in veel opzichten ook was – wat hij aanhad leek hem geen zier te interesseren, uit neus en oren groeiden spectaculaire haarbossen – als vertaler werd hij beheerst door een extreme, maar ook verlammende drang naar perfectie; de beste formulering was altijd nog voor verbetering vatbaar. En daarbij beperkte hij zich niet tot de gymnasiumklassieken, liefst koos hij onbekende, hondsmoeilijke, in wezen onvertaalbare auteurs.
Zo betoonde hij zich enthousiast over de Romein Persius (34-62 na Chr), stoïcijns filosoof en cryptisch satiricus, wiens werk – ook volgens collega-classicus en vertaler Piet Gerbrandy – door geen latinist vlot kan worden gelezen. Henk zette zijn tanden in deze brutale meester van de intertekstualiteit, liet mij grinnikend meegenieten van zijn Nederlandse versies van de scheldpartijen waarop Persius, in wanhopige woede, zijn decadente tijdgenoten trakteerde, maar bleef vervolgens eindeloos schaven aan nog scherpere, nog rijkere, nog meer suggererende bewoordingen.
Een jaar of drie geleden, we hadden het onderwijs allang verlaten, stuurde hij me zijn definitieve vertaling van de satiren op, compleet met inleiding. Hij moest er minstens drie decennia op hebben gebroed. Ik was ontroerd door het superieure niveau
Op 19 mei 1990 werd bij zijn zevenjarige dochter Lidewij de diagnose kanker vastgesteld; amper één maand later, op 21 juni, werd ze opgenomen in het AMC. Ik zou die data niet onthouden hebben, hoewel Henk me in een stille hoek van de docentenkamer of bij hem thuis, voortdurend op de hoogte hield, maar bij hem stonden ze ‘met de etsnaald van de ongeneeslijke pijn’ in het geheugen gegrift; hij herinnerde mij er precies dertig jaar later aan, toen hij me een gedicht stuurde waarin het verdriet van toen nog altijd aan de woorden vrat.
Lidewij overleed op haar negende, op 24 december 1992. Kerst- en nieuwjaarswensen konden sindsdien nooit meer uit de obligate formuleringen bestaan waarmee we elkaar tot dan van onze genegenheid getuigden. Helemaal niets kon sindsdien voor Henk nog uit obligate formuleringen bestaan –de hoogst reële sprakeloosheid was het begin van zijn werkelijke schrijverschap, zoals bij elk schrijverschap dat, als dat van Persius, afkerig is van makkelijke roem en populariteit.
De cesuur in zijn leven was diep en definitief. Toch was het ook die ervaring die hem naar taal deed zoeken voor zijn verdriet en rouw. Aanvankelijk stond het gedenken in het teken van reconstructies, uitspraken van Lidewij zelf die uitdrukking gaven aan haar lijden, zoals op de dag na de tweede chemokuur: ‘Ik bid nog wel – maar dat komt toch nooit uit – dat ik thuis ben als ik zeven
17 ZOUT MAGAZINE 5/2023
____
In het schrijverschap, wist hij, huist een onuitstaanbare ijdelheid
word; voel eens, ik krijg weer haar en als het regent gaat het sneller groeien. Ik voel me zo zwaar en dik.’
En zoals die dag in november, een maand voor haar dood, toen ze, de fatale uitslag van het laatste onderzoek negerend, in de stromende regen takken aandroeg voor het Sint-Maartensvuur. Nee, ze ging echt nog niet dood, zei ze. ‘Mij,’ schrijft Henk, ‘kwelde de onbereikbaarheid van haar lijden. Ik twijnde draden van hoop en twijfel. […] Ik wilde geen antwoord hebben. [..] Jij wilde bewijzen dat in dat nieuwe beenmerg de goddelijke vonk was gelegd die je broze lichaam zou uittillen naar een nieuw bestaan.’
Niet veel later begon hij aan een reeks Kindertotenlieder. Bij wijze van inleiding vertaalde hij grafepigrammen van Griekse, merendeels anonieme oorsprong. Een versregel op het kindergraf van een meisje dat 2400 jaar geleden ook op negenjarige leeftijd was gestorven, Phrasikleia genoemd (ofwel: bekend van horen zeggen), maakte indruk: ‘Ik zal altijd meisje heten’. Dat werd de titel van een nooit uitgegeven roman over Lidewij.
Terug uit Palermo, half september verleden
jaar, was Henks Bourgondisch tweeluik het eerste wat ik las. Een reisverhaal, zoals gezegd, uitgelokt door een fotoboekje dat hij jaren geleden had gekocht in de boekwinkel van het AMC, ‘op de rand van de dood van mijn dochter’. Tot aanschaf verleid hadden hem afbeeldingen van de fresco’s van ‘de wederopstanding van de doden in heldere kleuren’ in het uit de late dertiende eeuw stammende kerkje van het Hôtel-Dieu in Tonnerre.
Het is een aangrijpend, detailrijk verhaal, over de verpleging van zieken en de bijstand van stervenden door nonnen uit een nabijgelegen klooster. Maar zijn aandacht gaat vooral uit naar de fresco’s. De kunstgeschiedenisboeken hebben ze amper gehaald, de schilder is anoniem gebleven – Grégoire noemt Henk hem. Op de kloosterschool van het nabije Cluny moet Grégoire zich hebben verdiept in de verhitte theologische discussies over de bijzonderheden van de lichamelijke continuïteit na de dood, want ook voor hem, schrijft Henk, ‘was de herrijzenis van de doden even vanzelfsprekend als een boom in bloesem na de winter, als het uitgebroede ei, als de terugkeer van de Phoenix uit zijn as.’
De schilder voelde zich in het bijzonder aangetrokken tot de visie van Petrus Lombardus (1100-1160), die zijn collegatheologen bestookte met een waaier van vragen: ‘Kom je terug als tweejarig kind, als een volwassen man of vrouw, of naar het uur van het overlijden?’ Maar ook met quasizekerheden en hoopgevende stellingen: ‘Wie verscheurd was door een wild dier, verslonden door een walvis of omgekomen bij een brand, werd door de hand van de Schepper opnieuw geassembleerd tot aan de glans van een vingernagel. “Geen haar op uw hoofd zal verloren gaan” (Lukas 21, 18) Ja, zelfs foetussen die in zonde zijn afgedreven krijgen volgens Lombardus de gedaante van iemand van dertig jaar, de leeftijd van Jezus’ verborgen leven; hetzelfde perspectief wachtte kinderen die doodgeboren waren.’
Na een beschrijving van de fresco’s van Grégoire neemt het verhaal in de laatste alinea een abrupte wending naar de actualiteit van de mediterende schrijver.
Wandelend door de kruidentuin nabij het in verval geraakte kerkhof bij de kapel dacht hij ‘aan haar’, aan ‘haar laatste woorden […], woorden die ik voor altijd in mijn ziel zal meedragen zonder te toetsen of Inez, haar moeder, en Wessel, haar broer, hetzelfde hoorden in de meest gedenkwaardige Kerstnacht van mijn leven.’
Zo snel mogelijk wilde ik Henk vertellen over onze verstilde dooltocht op Sicilië, in Cretto di Burri. En vooral wilde ik hem laten weten hoe verrukt ik was over zijn Bourgondisch tweeluik, dat daar thematisch zo mooi op aansloot en dat ik, zonder ironie, tot het indringendste Nederlandse proza rekende dat ik sinds lang gelezen had. En dat, met wrange ironie, mijn overtuiging bevestigde dat hij, Henk Simons, de beste Nederlandse schrijver was zonder boek.
Maar daar kwam het niet meer van. Wessel Simons aan de telefoon. Ik kende hem uit zijn kindertijd, daarna had ik nooit meer contact met hem gehad. Het was even stil, hij schraapte zijn keel. Ik begreep meteen waarom hij belde. Een bevriende klusjesman, op wiens roepen geen reactie kwam, had zijn vader op een ochtend, twee dagen eerder, dood aangetroffen in zijn bed.
De rouwbijeenkomst vond plaats in zijn wilde tuin in Weert. Het regende hard, de zeilen van de partytenten waaronder wij, zijn naasten, vrienden en bekenden plaatsnamen hadden het zwaar te verduren. Naast mij zaten een paar leerlingen met dankbare herinneringen aan hun leraar Latijn. Ik wachtte mijmerend op het moment waarop ik iets over hem zou gaan zeggen, vooral over dat laatste verhaal, die laatste woorden. Z
ZOUT MAGAZINE 5/2023 18
Portret van Henk Simons door Annelies Hoek
QUARANTAINE
1 er is een raam waartegen ik praat met mijn vader terwijl ik kijk naar de bergen waarvan de contouren zich oplossen in de verte en ik vertel hem hoe mooi
het hier ’s ochtends wel is, hij roeit, zegt hij, op een machine, ik zie de wolken voorbij drijven, mezen en vinken zijn plots minder bang van ons, vleugellozen, onze
soort is in snelheid gepakt, zegt hij, wij leven van dag tot dag, wachtend op dokters, versoepeling, opening van de grenzen
hij roeit voor ons uit, hij komt niet vooruit, ik kan niet geloven dat ik ben beland waar ik niet wilde zijn: in dezelfde schuit
PERRON POËZIE
MIRIAM VAN HEE
19 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Uit: Miriam Van hee, Voor wie de tijd verstrijkt Amsterdam, De Bezige Bij, 2022
Buitenaardse wandeling
Bits
Een museum is geen stoffig nest waar te pas en te onpas beelden aan de muur worden gehangen of in de ruimte gezet. Kunstenaars zijn met performances, installaties en multimedia al decennialang hun ideeën, gevoelens en onderzoeken aan het verbeelden, waarbij ‘het ervaren’ de gebruikte middelen doet verbleken. Soms lukt dat, soms niet.
Als toeschouwer moet ik vaak mijn best doen om te kunnen volgen en mijn vooringenomen standpunten los te laten. Enige informatie of kennis van eerder werk van de desbetreffende artiest helpt nog wel eens, al vind ik het soms jammer om niet geheel onbevangen in een expo te kunnen stappen.
In het Kiasma Museum in Helsinki liep ik geheel onvoorbereid een enorme installatie van David Steegmann Mangrané binnen. Het tapijt, de kleuren, slingerkettingen, reukinstallatie, hologrammen, geluiden en afzonderlijke takkenbeelden vormden een buitenaardse wandeling waar geen begin of einde aan zat. Later las ik van onderzoeken in het Braziliaanse regenwoud en biologisch/ antropologisch spitwerk. Gelukkig overtrof de ervaring de theorie met gemak.
Na haar studies in Amsterdam bleef Mounira Al Solh in Nederland. Ze maakte films, tekeningen en installaties tot ze een nieuw, ruim atelier betrok. Toen ging ze weer schilderen, over haar muzikale herinneringen aan Libanon. ‘Ik zou me haast schuldig voelen om in een ruimte met zo’n mooi licht niet te schilderen.’
Vanuit een atelier dat uitkijkt op het historische centrum van Zutphen reflecteert Mounira Al Solh al schilderend op de muziek en herinneringen van haar geboorteland Libanon.
‘Deze plek is voor mij een stap uit het drama, het geeft de nodige afstand tot Beirut. Maar misschien is drama iets waar we maar beter aan wennen, in de toekomst zal vermoedelijk ieder van ons een paar jaar van zijn leven een vluchteling zijn.’
Samen met Mounira Al Solh (Beirut, 1978) zit ik in een koffiebarretje in het oude centrum van Zutphen. Buiten stormt het, de laatste dorre bladeren worden de stad uitgejaagd. Ze vertelt over haar jeugd in Beirut, over haar moeder die het eerste verzorgingshuis van Libanon oprichtte en over de huidige problemen in haar thuisland: ‘Het is land zonder staat, het maakt niet uit door welke ramp je wordt getroffen, er is niemand om je te helpen. Steeds meer mensen zien geen
uitweg meer. Het zijn niet alleen de vrouwen die bevrijd moeten worden, ook de mannen zijn vast komen te zitten in hun rol als gezinshoofd. Ze zijn beschaamd omdat ze hun gezin geen eten kunnen geven of de school niet kunnen betalen.’
Ik vergeet mijn koffie, slik voortdurend mijn vragen in. Want ook zonder vragen stuurt Mounira haar verhaal langs een veelvoud aan perspectieven en gedachten. ‘Hoe ga je om met deze berg aan problemen in een land dat baadt in het mooiste zonlicht van de Middellandse
‘Juist bij grote problemen heb je schoonheid en speelsheid nodig’
MAT VAN DER HEIJDEN
ZOUT MAGAZINE 5/2023 20 xxx
De installatie van Daniel Steegmann Mangrané in het Kiasma Museum in Helsinki
Zee? Juist dan heb je schoonheid en speelsheid nodig. Het is iets wat ik van mijn vader leerde: tijdens de oorlog kwam er een man in ons huis om ons te doden. Mijn vader maakte uit het niets een grapje, de man moest lachen en zag af van zijn plan.’
Later die middag leidt Mounira me rond door haar atelier. Her en der liggen schilderijen in wording op de vloer. ‘Die daar probeer ik vandaag te redden’, zegt ze. ‘Deze is nu groen, maar wordt heel anders. Dat is een portret van mijn dochter, maar die herken je straks niet meer. Als ik dit schilderij weet op te lossen, dan komt het met de anderen ook goed.’
Tussen de schilderijen bevinden zich geconcentreerde eilandjes van dingen uit uiteenlopende tijden en culturen: een blauwe tekening van een Romeinse tempel, een fel oranje schuursponsje, een tafel met oliekrijt, granaatappels en een boek over de Mogols uit India. Pakpapier vol kinderlijk getekende citroenen; schetsen met teksten in het Arabisch,
Engels en Nederlands naast foto’s van Byzantijnse schilderingen; een rode miniatuur Volkswagen Kever naast een verftube ‘OudHollands-Blauw’.
Eerder in haar carrière maakte Mounira vooral films, tekeningen en installaties, vaak in samenwerking met anderen. Sinds ze in dit ruime atelier trok, pakte ze het schilderen weer op. ‘Ik heb het schilderen echt gemist, het is fijn om weer echt iets voor mezelf te hebben, iets wat ik kan doen zonder anderen. Bovendien zou ik me haast schuldig voelen om in een ruimte met zo’n mooi licht niet te schilderen.’
De serie schilderijen waar ze sinds 2021 aan werkt gaat over muziek, met verwijzingen naar bekende muzikanten uit haar geboorteland. ‘Ik luister altijd muziek als ik schilder. Ik dacht toen: “Wat als ik deze muziek zou willen schilderen, waar begin je dan? Gaat het over de teksten, over de muzikanten, over het ritme? Ik wilde geen illustratie maken van de muziek, maar een portret. Een mix van alles, van de
handelingen die je doet terwijl je muziek luistert.’
Als ze schildert draait ze sommige nummers op repeat, ze vormen de soundtrack voor het werk, het ritme voor het schilderen. En niet alleen de schilderijen, ook de bonte verzamelingen van voorwerpen op de vloer lijken ontstaan uit de muziek. Het pad dat ik zonet stap voor stap aflegde, bang om ergens op te trappen, is als een choreografie: een streek met een kwast en weer een stap terug, om na te denken. Snel een nieuwe kleur mengen, een borstel van een tafel grissen en dan vanuit een ooghoek toch weer naar een volgend schilderij worden getrokken. Een slok thee nemen, blijven hangen bij een boek dat toevallig openvalt op een pagina, snel een zin noteren voor die verdwijnt, en weer door. ‘Meestal ga ik zo op in mijn werk dat ik alles vergeet, ook om te eten en te drinken. Ik schilder makkelijk vijf uur aan een stuk zonder maar even een slokje water te nemen.’ Haar laatste schilderijen lijken met de muziek al die verschillende verhalen, invloeden, culturen en religies die Libanon rijk is in zich
op te nemen en opnieuw te vermengen. Een mengsel van herinneringen, niet alleen van Mounira zelf, maar ook herinneringen van generaties voor haar die via de muziek worden doorgegeven: ‘Fairouz is de meest geliefde zangeres van Libanon, iedereen kent haar liederen. Als kind vond ik het verschrikkelijk, mijn moeder zong die liedjes als ze me naar school bracht, maar nu raakt het me diep. Met haar muziek bewaart ze een tijd die ik nooit beleefd heb, de tijd van voor de oorlog. Herinneringen bewaren gebeurt niet alleen in voorwerpen of in een museum. Muziek is ook een museum dat je kan verbinden met je moeder of je grootmoeder. Via de muziek kan je ervaren wat zij destijds voelde en deed. En muziek kan je verbinden met een plek waar je niet meer bent of zelfs nooit bent geweest.’
JOEP VOSSEBELD
Dit is de 27ste aflevering in een reeks over kunstenaars in hun werkomgeving.
21 ZOUT MAGAZINE 5/2023
‘Drama is iets waar we maar beter aan wennen’
Heeft ze die koffie voor hem gezet?
Terwijl op het fornuis het koffiepotje pruttelt geeft de vrouw op het balkon de planten water en ruimt ze het aanrecht op. Ik moet steeds weer denken aan deze eerste beelden uit het Franse drama Revoir Paris, dat vorige maand in première ging.
In die beginscène leer je heldin Mia (een rol van Virginie Efira) enigszins kennen door kalmpjes haar ochtendritueel te volgen. Leren kennen is te veel gezegd – het is een eerste ontmoeting met deze Parijse radiojournalist en tolk, vlak voordat ze op deze afwisselend zonnige en druilerige morgen per motor naar haar werk vertrekt.
De vorige keer schreef ik over personages die je enkel van de rug af ziet, en ik meen me te herinneren dat je aanvankelijk ook van Mia eerst slechts een glimp opvangt, een vluchtige indruk van haar gezicht en lichaam, totdat ze per ongeluk een wijnglas uit de keukenkast laat vallen en het voerbakje van de kat verplaatst zodat-ie zich tijdens het eten niet aan de scherven verwondt. Dan is er opeens ook Mia's partner Vincent (Grégoire Colin), die haar een snelle maar lieve afscheidskus geeft omdat hij, zoals hij zegt, op de OK wordt verwacht; heeft ze die koffie voor hem gezet?
Eigenlijk voel je al vanaf de allereerste seconden van Revoir Paris dat er iets drastisch in Mia's leven staat te gebeuren. Regisseur Alice Winocour dompelt de beelden onder in de mysterieuze, onheilszwangere klanken van Arvo Pärts Fratres, alsof dit Mia’s laatste zorgeloze ogenblikken in het appartement gaan zijn. De muziek geeft het tafereel een soort subliminale gloed die het ver boven het banale uittilt, ook al heb je als toeschouwer nog geen idee waarom dit gebeurt. En dan dat gebroken glas – het moet welhaast een voorteken zijn.
Als wij gewone stervelingen al onze identiteit ontlenen aan onze dagelijkse handelingen, dan geldt dat voor filmpersonages nog veel méér. Omdat de held zich aan het begin van het verhaal meestal aan de rand van een cruciale wending bevindt, blijft er voor cineasten weinig tijd over om duidelijk te maken wie deze persoon is en vanuit welk kader hij, zij of hen op de aanstaande
crisis zal reageren. Zelfs de manier waarop de protagonist zijn tanden poetst of veters strikt, kan dan van grote betekenis zijn. Dat spanningsveld, tussen het banale, mechanisch-repetitieve karakter van de routine en de narratieve functie ervan vind ik vreselijk interessant.
Die wrijving is in geen enkele film zo sterk als in Chantal Akermans Jeanne Dielman, 23, quai du Commerce, 1080 Bruxelles (1975). Dag na dag portretteert Akerman het verschraalde bestaan van heldin Jeanne Dielman (Delphine Seyrig), een alleenstaande moeder die de discipline van het huishouden combineert met haar gelegenheidswerk als prostituee. Ze houdt zichzelf overeind middels een ijzeren routine – mannen ontvangen tussen het aardappelen koken door, zo ongeveer – die gelijk oploopt met de uitgebeende stijl van de dik drie uur durende film: van keuken, gang en woonkamer naar slaapkamer en weer terug, steeds in dezelfde strakke, lang aangehouden kaders.
Maar gaandeweg komen er kinken in de kabel. Steeds vaker verstart Jeanne in haar handelingen, al is het maar doordat ze een uur te vroeg opstaat en daardoor een gat in de dag slaat; zittend in haar stoel lijkt ze niet meer te snappen wat ze moet doen. Cameravoering en montage blijven onverminderd strak en statisch, alsof in ieder geval de film zich halsstarrig aan Jeanne’s afbrokkelende orde blijft vastklampen.
Die stilstaande camera, onverbiddelijk gericht op de vastgelopen Jeanne, is ook een spiegel die je ervan bewust maakt hoezeer je ook zelf het leven probeert te bezweren met grote en kleine gewoontes, hoe afschrikwekkend de leegte achter de rituelen kan zijn, en hoe troostrijk de routine. Van sommige films, bewijst Jeanne Dielman, moet je maar beter geen gewoonte maken. Terwijl je ze eigenlijk niet vaak genoeg kunt zien.
KEVIN TOMA
OOGAPPEL
23 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Delphine Seyrig in Jeanne Dielman, 23, quai du Commerce, 1080 Bruxelles (1975) van Chantal Akerman. foto Eye Filmmuseum
Niets te verliezen, alles geven
De mensen die Bertien van Manen fotografeert wanen zich onbespied, ze zijn geheel zichzelf.
Mijnwerkers. Het zijn altijd weer die mijnwerkers die Bertien van Manen opzoekt en fotografeert. In Engeland, in de kou van Siberië of in het achterland van de Amerikaanse Appalachen. Oogwit dat contrasteert met zwarte vegen in het gezicht, helmen, zware shag, samen aan de keukentafel, sjokken en sjouwen.
‘Het is iets nostalgisch’, verklaart Van Manen haar favoriete thema, tevens onderwerp van de tentoonstelling Gluckauf in cultuurhuis Schunck in Heerlen. ‘Ik ben opgegroeid in Heerlen en negentig procent van mijn vriendinnetjes kwam uit mijnwerkersgezinnen. Ik ging met ze mee naar huis en vond het daar leuk. Als fotograaf zocht ik later ook weer mijnwerkersgemeenschappen op. Ze zijn vrij en gastvrij. Vaak hebben ze niets te verliezen en geven ze alles. Ik voel me thuis in die pretentieloze omgeving. Niemand is bezig met een air ophouden, iedereen is zichzelf, en dat mensen af en toe stomdronken zijn hoort erbij.’
Op haar twaalfde kreeg Bertien van Manen (Den Haag, 1942) van haar moeder haar eerste camera. Er is een foto van haar in het uniform van de kostschool in Vaals, de Rolleiflex voor haar buik. Ze had nog geen
idee dat haar leven bepaald zou worden door zo’n apparaat en ze internationaal furore zou maken als documentair fotograaf. Ze wilde tolk worden en stortte zich op de taal. Na een studie Frans in Leiden kreeg ze twee kinderen en ging aan de slag als vertaler. ‘Maar dat vond ik zo saai. Ik wilde eropuit, avontuur.’
Ze ging haar kinderen fotograferen ‘totdat die er genoeg van hadden’. Daarna werkte ze als modefotograaf voor bladen als Avenue en Viva. Het roer ging radicaal om toen ze The Americans van Robert Frank in handen kreeg. ‘Die fotografie is zo vrij en effectief slordig’, zegt ze over het beroemde fotoboek uit 1958. ‘Vliegt er zomaar een stoel door de lucht. Prachtig!’
Wat ze bij Frank ook prachtig vond, was de afwezigheid van modellen in studio’s waar alles tot in detail geregeld is. Frank fotografeerde gewone mensen in een onberekenbare, echte wereld. Dat wilde Van Manen ook. Haar eerste ‘poten in de blubber’-serie schoot ze in Yorkshire, waar de mijnbouw op zijn einde liep maar de arbeiders daar nog niets van wilden weten. ‘In Engeland raakte ik bevriend met een professor die me vertelde dat er in Amerika ook vrouwen in de mijnen werkten. Dat vond ik heel spannend. Ik ben toen naar
Kentucky, Tennessee en West-Virginia gegaan en heb daar eindeloos in pick-up trucks rondgereden. Ik ben veertien keer terug geweest.
‘Als je contact hebt met de vrouwen zit je goed’, verklaart ze haar manier om dichtbij haar onderwerp te komen. ‘Ik ga altijd logeren bij mensen. Niet één of twee dagen maar weken. In Kentucky bleef ik zelfs een halfjaar bij een echtpaar in een trailer. Zo raken mensen gewend aan je. Ik gebruik ook altijd een kleine camera, dat is niet bedreigend.’
Als fotograaf weet ze precies wanneer ze iets te pakken heeft, al kan het soms lang duren. ‘Ik ben tien keer in China geweest en kon het niet vinden. Ik maakte veel exotische plaatjes, leuk voor kalenders, maar het ging niet over mij. Totdat
ZOUT MAGAZINE 5/2023 24
Het heeft, constateert EDO DIJKSTERHUIS, een doorleefd oeuvre opgeleverd vol gewone mensen in een onberekenbare wereld. ‘Vliegt er zomaar een stoel door de lucht. Prachtig!’
Bertien van Manen, David and his aunt, West
ik op een snikhete dag besloot naar buiten te gaan, de trappen afliep van de zoveelste etage, de deur opendeed en het straatlawaai met al die mensen op me afkwamen. Toen wist ik: dit is het. En dan ga je als een mitrailleur. Mijn eerste foto nam ik in een bioscoopje iets verderop in de straat. Op het doek stond een mevrouw te schreeuwen, in de zaal zag ik allemaal hoofdjes van jongeren die hierheen gingen om seks te hebben. Daar kwamen een heleboel goede foto’s achteraan. Ik had het opeens in de vingers.’
Van Manen fotografeerde veel in Rusland. Ze heeft familie uit Oost-Europa, en voelt zich intuïtief verbonden met het land en de
mensen. Maar ook hier ging fotograferen niet zonder slag of stoot. Haar eerste reis leidde in 1988 naar de Donbas, de Oekraïense regio waar nu Wagner-huurlingen de dienst uitmaken. De bevolking zat nog stevig achter het IJzeren Gordijn, ze had geen idee van westerlingen en hun fotografie.
Via een communistisch blad uit Engeland was ze er bij de mijnwerkersvakbond terechtgekomen. ‘Ik wilde families fotograferen maar dat snapten ze niet.
Op een gegeven moment hadden ze iets voor me georganiseerd: een vrouw in klederdracht achter een tafel met streekproducten. Ik ben daar uitgebroken en heb met
de twee woordjes Russisch die ik toen sprak een auto aangehouden die me naar een mijnwerkersdorp bracht. De vrouwen daar wilden wel praten maar het begon al donker te worden; iedereen was ook bang voor de geheime politie. Ik was gewoon te vroeg. Twee jaar later ging ik opnieuw. Jeltsin was net aan de macht, er trokken plots hordes fotografen naar Rusland. Daar gaat mijn project, dacht ik. Maar een collega stelde me gerust: Bertien, zíj zijn over twee weken weg, jij gaat de diepte in.’
Haar Ruslandreizen resulteerden in haar eerste fotoboek: Honderd zomers, honderd winters. ‘Daar ben ik nog steeds het meest trots op. Ik ontdekte toen dat ik echt
IN BEELD 25 ZOUT MAGAZINE 5/2023 West Virginia, 1985
fotograaf ben, en geen slechte. Dat kwam vooral door de positieve ontvangst. Na lang ploeteren in mijn eentje hoorde ik er ineens bij. Al gaat het nooit vanzelf. Goede foto’s maken is niet makkelijk. Soms lukt het niet. Zoals in Istanboel. Het is een inspirerende stad en veel Magnum-fotografen hebben er gewerkt. Ik was er drie keer en het lukte niet, ik kon mezelf er niet in kwijt. Na zoveel tijd en moeite is het heel pijnlijk om dat toe te geven.’
Ook omdat fotografie in die tijd erg arbeidsintensief was: ontwikkelen, fixeren, spoelen, drogen, contacten selecteren en afdrukken. Ergens mist Van Manen dat handwerk wel. ‘Het was een soort manuele Photoshop: extra doordrukken hier, een beetje lichter daar, het beeld ontstond onder je handen. Vooral als ik een beetje somber was vond ik het heerlijk om in de doka te staan, met muziek aan en een rol drop onder handbereik.’
Ze stapte over op kleur - ‘zwartwit voelde ouderwets en sentimenteel: weer een Cartier-Bresson, een schilderachtig landschapje’ - maar is heel blij met het fotoboek dat bij Gluckauf wordt uitgebracht, met nooit eerder afgedrukte vintageprints. ‘In mijn archief blijkt nog veel te ontdekken. Mits je de tijd neemt, en niet altijd aan het rennen bent, zoals ik.’
Hoewel ze tevreden terugkijkt op recente
tentoonstellingen in het Stedelijk Museum Amsterdam en FOMU in Antwerpen en uitkijkt naar die in Schunck, heeft Van Manen in het begin van haar carrière dubbele gevoelens gehad over exposeren.
‘Mijn eerste tentoonstelling in Amsterdam was met foto’s uit Vrouwen te gast, over de echtgenoten van gastarbeiders. Ik schaamde me kapot. Zij hadden zo’n rotleven en ik hing dat als kunst aan de muur.’
Vrouwen te gast maakte vorig jaar
onverwacht een rentree in Van Manens leven toen ze een email ontving van een jonge Turkse vrouw. “Zij had haar oma herkend op een van de foto’s en ging op zoek naar de rest. Inmiddels heeft ze er zes of zeven gevonden. We hebben opgewekt appcontact. Kijk, hier staat ze met de vrouw uit de stomerij in Hoorn. Dat is prachtig, toch? Daar doe je het voor.’ Z
ZOUT MAGAZINE 5/2023 26
Bertien van Manen, Gluckauf. T/m 03.09 in Cultuurhuis Schunck in Heerlen. schunck.nl
Bertien van Manen, Bus stop, Apanas, Siberia, 1994
Bertien van Manen: ‘Ik schaamde me kapot. Zij hadden zo’n rotleven en ik hing dat als kunst aan de muur.’ foto Pieter Henket
De buren vanMiet Warlop
Mijn buurvrouw is Miet Warlop.’ Alle cultuurmagazines, algoritmes en sterren in de krant ten spijt, het was een terloopse zin die het hem deed. De naam was nieuw, omdat hij nauwelijks ergens te lezen stond. Klinken deed-ie wel. Miet Warlop, ik thuis direct googelen. Er was een YouTube-filmpje met roze verf, harige pompons, ballonnen, blote billen, gele wolken en vernielzucht. De resolutie was laag. De camera bewoog. Er zoemde wat in de achtergrond. Maar we keken vaak, het peuterkind en ik, samen naar hetzelfde.
Eigenlijk weet je dan al rap welke bijvoeglijke naamwoorden je nodig hebt: klassiek en universeel. Als je de fantasie van een peuter en die van een middelbaar mens onder één paraplu gedreven krijgt in een gratis clip van keskeschiet dan heb je goud te pakken. De vondst deed er natuurlijk ook veel aan. Ik had Miet Warlop zelf ontdekt, een beetje exclusief toch wel. Cultuur die meteen 100 procent inclusief is, die moet je zeker wantrouwen.
Maar goed, onlangs zat ik eindelijk zélf in de zaal. Ik had kaartjes, en een vriend overtuigd om mee te gaan. Tussen het cultuurabonnement en de voorstelling zat een artikel in The New York Times. ‘Incredible virtuosity’, stond er. ‘A wild, exhilarating study of the absurd’. One Song, de nieuwste voorstelling van Miet Warlop, werd getipt als één van de beste shows van 2022, in Amerika!
Wij stonden aan te schuiven tussen zwarte regenplassen bij een afgedankte discotheek. We hadden ook geen kaartjes voor One Song. Ik kon de titel niet onthouden. Het maakte ook niet uit. Iets van Miet Warlop, ik had er alle vertrouwen in.
‘Het wordt iets tussen dans en circus, rare kermis’, omschreef ik voor mijn gezelschap.
‘Voor de zekerheid houd ik mijn verwachtingen laag’, reageerde hij.
Moderne mensen zijn als de dood voor ontgoochelingen. Het aanbod aan vertier is zo eindeloos dat er geen tijdverlies meer mag bestaan. Aan de lopende band worden boeken uitgegeven, films gemaakt, series afgevuurd, tentoonstellingen, concerten. Slecht kiezen is de nieuwe doodzonde. Maar ik maakte me geen zorgen over Miet Warlop. Ik dacht aan het peuterkind van weleer, nu een voetballer thuis in bed.
We namen plaats in de tribune. Op het podium stond een kartonnen huis. Er leunde een hoogspanningskastje tegen de gevel, met benen, sokken en sandalen. Het kastje blies een roze ballon op. Het zat meteen goed. Er sprong iemand door het raam van het huis naar buiten. Iemand anders was verkleed in een gedekte tafel. De reus die meedeed was goedaardig. En finaal waren er overal opblaasworsten.
De zaal lachte, eerst voorzichtig, daarna met overtuiging. Niemand wist precies waarom en dat deed het hem. Iedereen zat naast elkaar in dezelfde afgedankte discotheek, met dezelfde onnozele verwarring. Hahaha. After All Springville, las ik alsnog in de folder, ‘is the tragic story of a failed community, with the lightness of a cartoon’.
Ik keek naar de rommel op het toneel. Ik keek opzij naar mijn buurman bij Miet Warlop. Hij keek vrolijk terug. Het was goed. AN
OLAERTS
AN OLAERTS 27 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Cultuur die meteen 100 procent inclusief is, die moet je zeker wantrouwen
Verdwalen in het park
Bij de foto’s van Vivian Ammerlaan De schuilhut in het park legt het af tegen de schilderijen van Bas de Weerd. En niet omdat het dak lekt. Daar zit je dan, op een bankje van berkenstammetjes. Ietwat gebogen, want het dak van het hutje is tamelijk laag en niet helemaal waterdicht: regen drupt in je nek. Maar het uitzicht maakt veel goed: achter wat struiken zie je verderop de glooiende vlakte van Odapark en links en rechts zie je ook al wat kunstwerken, waaronder de opduikende onderzeeër van Snodevormgevers.
Net als die twee ontwerpers komt ook Bas de Weerd (1990) uit Eindhoven, maar hij is na zijn studie aan de kunstacademie in 2018 blijven hangen in Maastricht. Exposeerde eerder onder meer bij De Fabriek en het Temporary Art Centre in Eindhoven, en was twee keer present op de Limburg Biënnale in Maastricht. Nu toont hij in het paviljoen van Odapark een aantal schilderijen en heeft in het park een hut geplaatst. Een bouwsel om te schuilen, zo lijkt het. Maar helemaal zeker is dat niet, want bij De Weerd weet je het nooit, hij mag graag twijfelen.
Nu is gezonde twijfel een groot goed. Al helemaal in de kunst en zeker in de beginfase van het maakproces, bij het opzetten van
een nieuw werk. Onzekerheid schept ruimte, voor een waarachtig nieuwe weg bijvoorbeeld; stelligheid daarentegen is vaak beperkend. De Weerd geeft doelbewust ruimte aan wat komen gaat, hij heeft een broertje dood aan doelmatig werken.
En zo penseelt hij een wereld om zich heen die je met recht expressief mag noemen. Zijn handschrift is vlot, en tegelijk bedachtzaam. De schilderijen worden opvallend vaak bevolkt door fluïde driehoeken die een gevecht aangaan met al even autonome strepen en vlekken. Daarbij plaatst hij een vuil paars tegenover een warm geel: lef kan hem niet worden ontzegd.
En het werkt: de schilderijen op de bescheiden presentatie in Odapark blijven lang in het hoofd na-ijlen. Meer dan de hut aan de rand van het bos. De Weerd is gefascineerd door schuilhutten, naar zijn idee ‘holtes in de realiteit’. Voor anderen is het een vertrekpunt om zo rap mogelijk het bos in te duiken en te genieten van de bomen. En van de kunst natuurlijk. (RS)
Bas de Weerd, Door de bomen het bos. Van 19.3 t/m 16.7 in Odapark Venray. odapark.nl
Kruip-door-sluipdoor in Marres
foto’s van Vivian Ammerlaan Je moet een drempel over. Want de titel, Táctica Sintáctica, duidt op een hermetische tentoonstelling. Eentje die bagage vergt. Geen kunst voor de bonnefooi. Hoe verkeerd kun je het hebben?
De door de Argentijnse kunstenaar Diego Bianchi en de Spaanse curator en dichter Mariano Mayer samengestelde tentoonstelling in Marres in Maastricht is een plezier voor de zintuigen en een feest voor de avontuurlijke geest. Daar kunnen de bij de presentatie gehanteerde
termen als ‘syntactische nabijheid’, ‘intuïtieve niveaus’ en ‘hyperstimulus’ niets aan afdoen.
Woorden maken soms meer kapot dan je lief is. Hier hebben ze de neiging om de poëtische kracht van het voelbare terug te brengen tot iets kenbaars, iets dat je met intellect kunt vangen. Terwijl je er juist goed aan doet om er als een onbeschreven blad, zonder kennis, in te gaan.
Wie dat doet wordt beloond met kunst die je al lopend, liggend, hurkend en voelend kunt ontdekken. Verwondering ligt op de loer. Soms letterlijk, wanneer je een olijf vindt of ergens op de trap een mandarijntje aantreft in staat van ontbinding. Slecht gepoetst, of schuilt er een betekenis achter? Ook humor, toch vaak een ondergeschoven kind in de museale wereld, speelt een wezenlijke rol. Neem de Portable Ass (uit de serie Portable Bodies) van Bianchi waarmee je kunt rondlopen. Of de sculptuur Untitled Leg, waar je je been op kunt leggen als je bezig bent met het parcours.
Het curatorenduo heeft Marres getransformeerd tot een omgeving waar je letterlijk moet kruipen, sluipen, lopen en voelen om de kunst tot je te nemen; je merkt dat je loslaat wanneer je vanuit een verhoging in de ruimte andere perspectieven geboden krijgt. Je komt op plekken waar je nooit eerder was en je vindt kunst tussen kieren, gaten en achter schotten.
Het letterlijk vinden van die kunst in een afwijkende context brengt een zekere gelukzaligheid teweeg. Als je
je dan ook nog realiseert dat er werk tussen zit van bekende kunstenaars als Günther Förg, David Hockney, Jimmie Durham, Martin Parr, Dan Flavin en Erwin Wurm, dan voelt het af te leggen parcours als een beloning. Niet de bestemming maar de reis, weet u nog? Daar gaat het om. (LD)
Táctica Sintáctica. T/m 28.05 in Marres Huis voor hedendaagse cultuur in Maastricht
Gemoedelijke experimentelen
Bij de foto’s van Vivian Ammerlaan Het Vlaams expressionisme is geboren in het Gooi. Op de vlucht voor de Eerste Wereldoorlog waren Gustave De Smet, Frits Van den Bergh en later Jozef Cantré hier neergestreken.
Nederlandse collega-kunstenaars en kunsttijdschriften als Der Sturm en Das Kunstblatt brachten hen op het spoor van een nieuw soort kunst; in hun vaderland werden tot die tijd impressionistische niets-aan-dehandschilderijen gemaakt - alsof de 20ste eeuw nog niet was begonnen. De Vlaams expressionisten, aan wie Kunstmuseum Den Haag nu een tentoonstelling wijdt, zetten zich tegen die traditie af met stoere, harde vormen en felle kleuren. Een uniforme stijl hadden ze echter niet, net zomin als een manifest of programma. Wel vormden ze een hechte club met zomerse
Met bijdragen van Ludo Diels, Edo Dijksterhuis, Rob Schoonen en Wido Smeets
FEUILLETON
Bas de Weerd, Venir de Dérive
ZOUT MAGAZINE 5/2023 28
Táctica Sintáctica in Marres
FEUILLETON
bijeenkomsten in Villa Malpertuis, een landhuis van mecenassen uit de modewereld. Het leven in relatieve luxe is af te zien aan de schilderijen. Er wordt bootje gevaren, gezoend, op de fluit gespeeld en de wijn vloeit rijkelijk. De ondertitel van de tentoonstelling is veelzeggend: heerlijke herinneringen. Door de zalen van het Kunstmuseum drijft een opgewekt jazzdeuntje, de soundtrack van de roaring twenties.
Erg hard werd er evenwel niet gebruld in het Vlaanderen van het interbellum. Zelfs in de bordeelscènes blijft de sfeer, ondanks de blote vrouwen, nogal tam. Alleen in Edgard Tytgats tekeningenserie Huit Dames, met bondage en girlon-girlscènes, smeult de lust op een gevaarlijke manier en zien we de schaduwzijde van de naoorlogse euforie.
Vergeleken met de psychische nood die de Noor Edvard Munch op doek zette of de bijtende maatschappijkritiek van de Duitser Otto Dix is het werk van de Vlaamse expressionisten wel erg gemoedelijk. Stilistisch experimenteerden ze erop los maar thematisch neigden ze naar conservatief escapisme. Het authentieke plattelandsleven geldt daarbij als ideaal.
Constant Permeke wijdde er een compleet oeuvre aan, dat zich onderscheidt door bruintinten en wijselijk in een apart kabinet is gehangen. Boeren met botte koppen en handen als kolenschoppen spelen
de hoofdrol. Bij de rest is het niet veel anders. Figuren zijn opgetrokken uit forse volumes waar af en toe een beetje kubisme in doorklinkt.
Heerlijke herinneringen laat het Vlaams expressionisme zien als een burgerlijke viering van levenslust; een kermis geldt daarbij als climax. Tussen de messenwerpers, kaartleggers en dompteurs in de afsluitende zaal valt ook hier weer Tytgat op. De kunstenaar was als kind flauwgevallen in een draaimolen, die in zijn werk telkens terugkeert; niet als horrorherinnering maar als verlangen naar een andere, ongecompliceerde tijd. Hij had zijn trauma omgezet in vermaak met een nostalgisch randje, terwijl het volgende collectieve trauma alweer voor de deur stond. (ED) Vlaams expressionisme: heerlijke herinneringen. T/m 20.08 in Kunstmuseum Den Haag kunstmuseum.nl
Herboren in Hasselt
Bij de foto’s van Vivian Ammerlaan Nu de rookwolken van Covid zijn opgetrokken, wordt duidelijk hoe Z33 (Huis voor Actuele Kunst, Design en Architectuur) in Hasselt zich in die periode opnieuw heeft uitgevonden.
Enkele maanden geleden was er de tentoonstelling Fitting In, over
inclusiviteit – maar dan zonder de intimiderende leerstukken die het thema zo vaak in de weg zitten. Nu zijn er drie presentaties over water, nog zo’n actueel fenomeen dat wordt belicht zonder drammerig te zijn.
Twee vrouwen kunnen verantwoordelijk worden gesteld voor de wederopstanding van Z33. Allereerst de vlak voor corona aangestelde directeur Adinda Van Geystelen wier hand per tentoonstelling zichtbaarder wordt. En dan is er Francesca Torzo, de architect van de uitbreiding van Z33. De nieuwbouw werd begin 2020, op de tweede dag van de lockdown, zonder Torzo geopend. Ze kon Italië, waar de noodtoestand was uitgeroepen, niet uit.
Torzo’s ontwerp laat zien dat dwingende museumarchitectuur niet ten koste hoeft te gaan van de kunst. Haar doordachte lay out, met een hoge, smalle entree, een royaal trappenhuis en elkaar opvolgende grote en kleine ruimtes, geldt als uitdaging voor tentoonstellingsmakers; de Hasseltse curatoren Annelies Thoelen en Tim Roerig kennen het gebouw intussen als de palm van hun hand.
Roerigs River of Rebirth begint bij de verhalen over de zondvloed, die in de prehistorische mythologie een einde én een nieuw begin markeert. Dat we nu, zo’n 5000 jaar later, opnieuw kopje onder gaan, valt in een rijke historische bedding: in een vitrine liggen afbeeldingen van de Ark van Nuh/Noach, volgens de overlevering gestrand op de berg Ararat in Oost-Turkije. Er ligt ook een weergave van het schilderij dat William Turner rond 1843 schilderde over de morgen na de zondvloed: een gloeiende dageraad, zwanger van wat komen gaat.
River of Rebirth is visueel minder spectaculair dan Fitting In, maar met kunstenaars als Cecilia Vicuña (een video over de Mapocho rivier in Chili), Thierry de Cordier (donkere, onheilspellende schilderijen van
een storm op zee), Jennifer Tee (een schip dat verstorven zielen naar een nieuw leven brengt) en Laure Provoost (het onder water gevoel van baarmoederlijk leven) komt de bezoeker niet te kort.
Een fijnzinnige blikvanger zijn de collages met objets trouvés van Benjamin Verdonck. De Antwerpse kunstenaar trok als een strandjutter door de Maasvallei en bracht de spullen die hij er vond bij elkaar in zorgvuldig samengestelde composities: zijn esthetiek geeft je geen moment het gevoel dat je naar klimaatkunst staat te kijken. De mystieke werking van water komt aan bod in de door Annelies Thoelen samengestelde tentoonstelling Healing Water. Sluit de ogen en voel de mentale regendruppels op je neerdalen in de ruimtevullende installatie van Thibeau Scarcériaux. Of daal met Pepe Valenti af naar zijn door ambient music bedwelmende spiegelpaleis op de bodem van de zee. Een kwartier (of is het een uur?) later wandel je naar buiten en onderga je de zoveelste regenbui van het voorjaar als een weldaad. (WS) River of Rebirth/Healing Water. T/m 27.08 in Z33 in Hasselt. z33.be
De Plezierboot (1925), Gustave de Smet
29 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Benjamin Verdonck, Grenspaal 108 Herbricht (2021). foto ZOUT magazine
Design van de minste weerstand
Het kan altijd beter, mooier en vooral: sneller. In de sport, maar ook elders wordt de drang om de wereld te stroomlijnen er niet minder om, constateert
DIETER VAN DEN BERGH. Maar wat als er niets meer te versnellen en te verbeteren valt?
ZOUT MAGAZINE 5/2023 30
Demonstratie van stroomlijnkleding op de International Cycle and Motor Cycle Exhibition in Londen in 1958.
Tijdens de laatste Ronde van Vlaanderen werd winnaar Tadej Pogačar op de fiets gespot met een bh. Nou ja, een soort van bh: een aerodynamisch ondershirt, met op de mouwen een laagje reliëf waardoor hij nét ietsje sneller zou gaan. Het nieuwste snufje op het gebied van de aerodynamica, voor weer een heel klein beetje gratis snelheidswinst. En toegestaan, nadat eerder ‘body paint-speedsuits’ en ‘speedgel’ voor op de benen op de verboden lijst kwamen.
De strijd tegen de luchtweerstand kent in de wielrennerij - maar ook bij sporten als schaatsen, skiën en bobsleeën - geen grenzen. Laat staan schaamte. Denk aan de hilarische helm die dezelfde Pogačar tijdens een tijdrit een keer op zijn achterhoofd had zweven. Of het malle, voor op de stang hangen tijdens een afdaling, sinds twee jaar verboden.
Op de campus van de Technische Universiteit Eindhoven verrees een paar jaar geleden een enorme windtunnel - de Franse ingenieur Gustave Eiffel bouwde er al een in 1912 - waar topsporters kind aan huis zijn bij hoogleraar aerodynamica Bert Blocken. En waar ze tegenwoordig gieren van het lachen om de revolutionaire fiets met dichte wielen waarmee Francesco Moser in 1984 als eerste het werelduurrecord boven 50 kilometer per uur tilde.
Het kan altijd sneller. En beter. Maar waarom ook alweer? Waarom willen we altijd de snelste zijn? Vraag het een fanatieke sporter, en hij zal antwoorden; omdat ik wil winnen, de beste zijn. Cultuurfilosoof
Johan Huizinga (1872-1945) formuleerde het in 1938 in zijn boek Homo ludens (de spelende mens) wat deftiger: ‘Ten nauwste aan het spel verbonden is het begrip van het winnen. Winnen is het meerdere blijken in den uitslag van een spel. Maar er is iets
meer gewonnen dan het spel op zich zelf. Er is aanzien gewonnen, er is eer behaald’. Een neuropsycholoog zal het weer anders zien: bij winst maken we een extra dosis testosteron en dopamine aan, wat ons weer gelukkig maakt. En bioloog Frans de Waal zal antwoorden: ook apen worden enorm blij van winnen.
Maar, en dat is best wel een troostende gedachte, eens moet het toch ophouden met al die records? Ooit stokt de jacht op die nanoseconde minder. Misschien maken wij dat nog wel mee. Geen mens gaat ooit de 100 meter afleggen in 6,68 seconden of de 1500 meter schaatsen in één minuut. Niemand gaat ooit in één uur 250 kilometer fietsen. Wat dán, als er niets meer te versnellen en te verbeteren valt?
Dan is er nog altijd het design van de minste weerstand. Gewoon mooi om naar te kijken. Zoals de oude, ooit futuristisch ogende aerodynamische strijkijzers en stofzuigers in de tentoonstelling Sneller, beter, mooier - de vormgeving van de vooruitgang in het Design Museum in Den Bosch. ‘Niks functioneels aan, ze gaan niet sneller ofzo’, zegt Tomas van den Heuvel, een van de samenstellers van de groots opgezette familietentoonstelling. ‘Gewoon een esthetische mix van techniek en futuristische fantasie, die perfect past binnen de droom van vooruitgang.’
De hoogtijdagen van ‘Streamline Design’, in de periode 1930-50, waren een optimistische reactie op de beurskrach van 1929, zo leert de tentoonstelling. Vervoersmiddelen kregen een aerodynamische update, hetzelfde gold voor doodgewone huis-, tuin- en keukenapparaten. Ook kunstenaars, neem een Italiaanse futurist als Tullio Crali (1910-2000), raakten geobsedeerd door snelheid en vooruitgang en de bijbehorende esthetiek.
Op en rond de catwalk in Den Bosch zijn stoere gestroomlijnde voorbeelden
te vinden, zoals racewagens en motoren, bobsleeën, tijdrijfietsen en een hypermoderne waterstof- en solarwagen. En ook kekke prototypes. Veel ontwerpen kwamen niet verder dan het papier, zoals de treinzeppelin en een visvormige onderzeeër uit 1835.
Qua aerodynamica heeft de mens veel geleerd van de natuur: de kenmerken van gestroomlijnde dieren zoals de pinguïn, de roofvogel, de dolfijn en de haai worden gretig nagebootst. Zo werden er zwempakken gefabriceerd op basis van de geschubde huid van haaien, al is dit haaienvinnenpak bij wedstrijdzwemmen inmiddels verboden. Te snel, oneerlijk.
Uit de sport zal aerodynamica nooit meer verdwijnen, daarvoor zijn alleen al de financiële belangen te groot. In de auto-industrie is momenteel sprake van een comeback, zo merkt curator Van den Heuvel. ‘We willen door de klimaatcrisis en de focus op duurzaamheid zuiniger rijden, dus gestroomlijnder, dat is essentieel.’
Hoe noem je eigenlijk het tegenovergestelde van ‘gestroomlijnd’?
De witkar. Een tweepersoons driewielig karretje, eind jaren zestig ontworpen door provo Luud Schimmelpennink, bedoeld als collectief vervoermiddel in de Amsterdamse binnenstad. Het wagentje ligt niet op de weg, maar stáát, 2.30 meter hoog. Niet vooruit te branden dus. De witkar (topsnelheid: 30 kilometer per uur) heeft een vast plekje bij het Design Museum in de gang, maar staat er nu – tussen al dat snelle supersonische spul – bij als een lelijk eendje. Aandoenlijk. Dit wordt nooit een winnaar. Z
Sneller, beter, mooier - de vormgeving van de vooruitgang. Van 5.03 t/m 3.09 in Design Museum Den Bosch. designmuseum.nl
31 ZOUT MAGAZINE 5/2023
Antoine Lipkens en Olke Uhlenbeck, Model van een duikboot in koper (1836-1839). collectie Rijksmuseum Amsterdam
In bed komen de ideeën
Ze maakt tekeningen en schilderijen, veelal voorzien van teksten, ze maakt installaties, sculpturen en bouwsels op schaal, ze zingt, speelt accordeon, maakt video’s. Haar oeuvre bestaat uit mentale landschappen die de werkelijkheid zoals wij die kennen behoorlijk oprekken.
Met de expositie Kraaan in De Pont museum in Tilburg overhandigt Raphaela Vogel haar geloofsbrieven. Ze studeerde bij De Ateliers in Amsterdam, waar ze een jaar of acht geleden werd gescout door De Pont-directeur Martijn van Nieuwenhuyzen, toen nog in dienst van het Stedelijk Museum. Wat hem frappeerde, indertijd, was hoe gemakkelijk Vogel van medium switchte. Bij elk idee zocht ze een uitvoering die erbij paste. Ook in Kraaan is het de veelzijdigheid van Raphalea Vogel (Neurenberg, 1988) die het eerste opvalt. Met haar 34 jaar is ze nog een jonkie, maar wát een oeuvre, en wat een loopbaan, nu al; veel arrivés zouden er een (denkbeeldige) moord voor over hebben. Vorig jaar was haar werk te zien bij
Bij Raphaela Vogel krijgt elk idee een daarbij passende uitvoering. Het maakt haar handtekening niet makkelijk te lezen. Maar wie zich laat vangen door haar beeldtaal, constateert WIDO SMEETS, krijgt er niet gauw genoeg van. 'Als ik voor de avond geen woning heb, springen we.'
ZOUT MAGAZINE 5/2023 32
Rollo (2019). foto Eddo Hartmann
Documenta en op de Biënnale van Venetië. In het pre-coronajaar 2019 vulde ze in haar eentje de drie verdiepingen van Kunsthaus Bregenz. Gedurende de lockdowns maakte ze veel nieuw werk, en nu is ze dus in Tilburg, met, zegt ze zelf, haar eerste overzichtstentoonstelling.
Vogels artistieke reikwijdte doet weldadig aan. Het maakt het schrijven over Kraaan een hachelijke zaak; zelf laat ze zich niet gemakkelijk uit over de zeggingskracht van haar werk. Een bij de expositie in Bregenz gemaakt tv-interview liet ze voorafgaan door een disclaimer: ‘De suggestie dat deze film, over oorsprong, achtergrond en materiaal van dit werk, ook iets zegt over zin en betekenis ervan is natuurlijk onjuist.’ Toen we haar in februari interviewden voor de vlog in Zout op Zaterdag was er diezelfde welwillende afstandelijkheid. Zelfs in haar moedertaal zocht ze behoedzaam naar woorden. Haar lichaamstaal daarentegen was helder: ‘Laat de beelden spreken.’ Het is een boodschap om mee in te stemmen: ga vooral zelf kijken, in Tilburg, om te zien hoe Vogels werklust gelijk opgaat met haar ideeënrijkdom – die ze naar eigen zeggen opdoet door soms dagen aaneen in bed te blijven, liggen nadenken over haar werk.
Met Kraaan neemt ze bezit van een groot deel van De Pont. Het is, vertelde ze in de ZoZ-vlog, juist die ruimtelijkheid - ze
gebruikt het woord Gelände (landschap) – waarmee het museum, een voormalige fabriekshal, haar heeft uitgedaagd.
De titel is een samentrekking van het Duitse Kran en het Nederlandse kraan. Het is vooral de verticaliteit van dat werktuig dat haar aanspreekt, vanwege het overzicht dat je daarboven hebt. Tegelijkertijd is het reiken naar grote hoogten een klassiek teken van hoogmoed. Rollo (2019), bijvoorbeeld, is een opstelling met uit een pretpark afkomstige schaalmodellen van historische gebouwen. De Arc de Triomphe (Parijs), het Vrijheidsbeeld (New York), de Tower Bridge (Londen), de Siegessäule (Berlijn) en al die andere symbolen van borstklopperij vormen een weerspiegeling van het Westerse vooruitgangsdenken. Al te glorieus staan ze er in Rollo niet bij: beschadigd, buiten functie of verwaarloosd, met hier en daar een plukje mos. In de lucht hangt een beschadigde Zeppelin, op een traject met opgebroken rails staat een TGV; 'hoger' en 'sneller' als symbolen van de menselijke hoogmoed.
Rollo is een collage van monumentale eenzaamheid, van uit de nationalistische 19de eeuw ontsproten spierballenarchitectuur. Een openluchtmuseum van de Westerse cultuur. Vogel heeft de bouwwerken met elkaar verbonden door een zich over de vloer uitstrekkend buizenstelsel dat bijeenkomt in een met luidsprekers behangen frame. Uit de luidsprekers klinkt Vogels stem, ze zingt Ain’t Got No, I Got Life van Nina Simone die in 1968 door twee songs uit de hippie-musical Hair samen te voegen de wereld voorhield dat alle vijandigheid en vernederingen die ze als zwarte vrouw onderging niet opwogen tegen haar uniciteit als persoon.
Haar majestueuze protestsong schreeuw vindt in Kraaan een echo in de film Aus Berichten der Wach- und Patrouillendienste (1984) van Helke Sander, die Vogel ook in Bregenz in haar presentatie opvoerde. In elf bloedstollende minuten klimt een vrouw met haar twee kinderen, de jongste op haar buik, de oudste op haar rug, naar het hoogste punt van een bouwkraan. Aan de voet van de kraan heeft ze een boodschap achtergelaten: 'Als ik voor de avond geen woning heb, springen we'.
De film heeft, net als de Simone-classic
('Ain't got no home, ain't got no shoes, ain't got no money, ain't got no class') weinig aan actualiteit ingeboet. Vrouwen worden nog steeds achtergesteld, binnensteden staan nog steeds vol bouwkranen, betaalbare woningen zijn nog steeds, of opnieuw, onvindbaar.
En de hazen lopen nog steeds in dezelfde richting. Toen minister De Jonge begin dit jaar zijn plannen voor grootschalige sociale woningbouw bekendmaakte, omschreef een Kamerlid van de VVD (de partij die tien jaar geleden het Ministerie van Volkshuisvesting overbodig vond) dat als ‘het uitrollen van de achterstandswijken van de toekomst’.
Vogel zingt niet alleen haar eigen versie van Ain’t Got No, I Got Life, ze klauterde zelf ook in een bouwkraan. Niet met twee kinderen om haar nek, maar met een 360 graden camera. Net als bij de film van Sander zal de maag van de toeschouwer zich omdraaien – maar dit is anders. Dit is geen verbeelding van een wanhoopskreet, Vogel maakt ons willens en wetens deelgenoot van een visueel spektakel, gefilmd voor en getoond in een museum. Zo vrijblijvend kan het kunstenaarsleven zijn, al helemaal in vergelijking met het bestaan van een dakloze moeder met twee kinderen.
Die relativering zit ook in The (Missed) Education of Miss Vogel, een reeks beschilderde en beschreven dierenhuiden in een opstelling die als een licht bewegende colonnade door het museum loopt. De huiden staan vol woorden en beelden die duidelijk maken hoe uiteenlopend, van diepzinnig tot banaal, de informatie is die een mens in zijn leven absorbeert, en uiteindelijk maakt tot wie hij is. Ze gaan over voetbaluitslagen, Karl Marx, paardendressuur, jazz, noem maar op.
De opstelling is een mindmap die de bezoeker, in elk geval deze, noodt op zoek te gaan naar de ingrediënten van zijn eigen bestaan. En naar de vraag hoe het zo is gekomen. Z
Raphaela Vogel, Kraaan. T/m 27.08 in De Pont museum in Tilburg. depont.nl
33 ZOUT MAGAZINE 5/2023
The (Missed) Education of Miss Vogel. foto ZOUT magazine
Blendr & Filtr
ZELFBEDROG _ ‘Mensen als ik maken zichzelf wijs dat kunst automatisch zou leiden tot humanisme en grensoverschrijdende schoonheid. (…) In hoeverre is dat oprecht, of is het zelfbedrog, legitimering van een absoluut narcisme?’
Schrijver Tom Lanoye in De Standaard over zijn roman De draaischijf
300 X SORRY _ ‘Je kunt de man een niet-criminele psychopaat noemen (dixit Job Knoester), je kunt hem driehonderd keer sorry laten zeggen, je kunt hem opmerkingen ontlokken over zijn seksleven: raken doet het hem toch niet.’
Tv-recensent Alex Mazereeuw (Volkskrant) over de onaanraakbare Mark Rutte, premier voor het leven
STUIPTREKKING _ ‘De zoveelste film over een bromance, over mannenduo’s die huggen en de meisjes er niet bij willen, ja, de bromance is een stuiptrekking van het patriarchaat.’
Joyce Roodnat in NRC over de mannenfilm
The Banshees of Inisherin
MINDER _ Extinction Rebellion wil ‘beleid dat ervoor zorgt dat er minder CO2 wordt uitgestoten, dat er minder wordt gevlogen, dat er minder vlees wordt gegeten en dat er minder fossiel brandstoffen worden gebruikt. Hoe dan ook: minder. Minder consumptie.’
Welk verstandig mens kan hier anno 2023 nou op tegen zijn, wil Teun van der Keuken maar zeggen
REGISTREREN _ ‘De overheid heeft niets te maken met een liefdesrelatie tussen twee mensen. Net zo min als de Burgerlijke Stand zou moeten registreren of een mens een man of vrouw is.’
Oud-verzetsstrijdster en activiste Lau Mazirel (1907-1974) in een interview in 1970
Ik lees geen boeken, ik maak boeken
Ingrid Godon schuift het boek Uit het kijken kwam het zien over tafel, ze werkte er met tussenpozen twaalf jaar aan en de bijbehorende expositie is net afgelopen. Nu kan ze zich concentreren op een project waarin dertig kunstenaars dertig nieuwe metrostations in Parijs voorzien van een kunstwerk. Dat van haar is straks te zien in Sevran-Livry.
FOTOGRAFIE ‘Mijn portretten voor het boek Ik wou met Toon Tellegen zijn geïnspireerd op foto’s van de Waalse fotograaf Norbert Ghisoland (1878-1939). Hij fotografeerde mensen uit de Borinage met een hard leven in een setting die niet klopte, met mooie en dure kleren aan. Je ziet in hun ogen: dit is ons moment. Maar je ziet ook ernstige blikken, die een beetje wegkijken. Ik herkende daarin iets van mezelf. Als kind was tekenen voor mij een vlucht, net als toen ik kanker kreeg, en mijn man verloor. Wie ben ik eigenlijk, vroeg ik mezelf af door die foto’s van Ghisoland. De portretten die ik tekende lagen een hele poos bij uitgever Querido en Toon Tellegen heeft er tekst bij geschreven. Men zei dat we een tandem vormden maar we hebben nooit samengezeten. Het paste, mooier kon het niet zijn.’
BOEKEN ‘Ik ben geen lezer en daar heb ik me lang over geschaamd omdat ik deel uitmaak van de boekenwereld. Ik ben beeldend ingesteld en snel afgeleid. Ik herinner me dat ik bij mijn oma aan de keukentafel in de stripboeken van Kwik en Flupke van Hergé werd gezogen. Ik had geen notie van het verhaal, het ging om de manier van tekenen.
Ik koop veel boeken en ik begin er ook aan maar lees ze zelden uit. Maar Marieke Lucas Rijneveld heeft me echt van mijn sokken geblazen. De pijn die in die twee boeken zit, dat onvermogen van mensen, de taal die ze daarvoor gebruikt. Daar ben ik zeer gevoelig voor.
In de boekenwereld heb ik wel een oplossing gevonden trouwens; ik zeg niet dat ik boeken lees, maar dat ik boeken máák.’
MUZIEK ‘Je kunt mijn voorkeur beluisteren bij De Liefhebber op Klara Radio, ha ha. Ik hou van opera. Orfeo ed Euridice van Christoph Willibald Gluck (1714-1787) maakte op mij een diepe indruk. De muziek is prachtig en de enscenering van Romeo Castellucci heel bijzonder. Bij aanvang van het stuk vertrok men live met een camera vanuit de Munt in Brussel naar een ziekenhuis waar een jonge verlamde vrouw lag met een lockdownsyndroom. Die tocht en haar verhaal liepen gelijk met dat van Orpheus en Eurydice. Wat een beleving.
Ik hou meer van vocaal dan van symfonisch, ik trek eropuit voor de stemmen van Andreas Scholl en Philippe Jaroussky. Als ik ooit mag terugkomen op aarde dan graag als operastem of als trekvogel. Een instrument kunnen spelen lijkt me fantastisch maar als je je eigen stembanden kunt beheersen, dat is pas echt straf.’
FILM ‘Wat die trekvogels betreft: er komen hier vaak ganzen over, op weg naar het domein van modeontwerper Dries van Noten even verderop waar ze foerageren. Vanaf mijn terras kan ik de vleugels horen zwiepen, zo dichtbij zijn ze. Ik zag de documentaire Le peuple migrateur waarin ze in de lucht werden gefilmd. Ze hebben iets menselijks alsof ze steeds ruzie maken of discussiëren.
In the Mood for Love van Wong Kar-wai is een esthetische film met prachtige muziek, uitgekiende beelden en een grote sensualiteit. Ik hou van de sfeer die hij oproept, zijn filmbeelden zijn net schilderijen.
Tijdens de lockdown nam ik een abonnement op Netflix. Wat me bijbleef is Afterlife van Ricky Gervais. Ik kende hem van The office. De diepmenselijke, gevoelige, bizarre figuren die hij ten tonele brengt, die ondanks al hun kleinmenselijke, soms karikaturale kantjes mooi overeind blijven, zijn prachtig. Ook Shtisel vond ik een mooie en ontroerende serie. Je krijgt inkijk in het leven van een streng orthodoxe familie. De levensechte, kwetsbare personages en hun verhaal wisten mij helemaal in te pakken.’
De voorkeur van... Ingrid Godon
ZOUT MAGAZINE 5/2023 34
THEATER ‘Studio Orka is heel fantasierijk, al mixen ze emoties en pijn in hun voorstellingen. Voor mij is dit puur genieten. Ik heb iets met Jaco Van Dormael. Ik heb zo geweend om Toto les héros, er is iets dat mij onwaarschijnlijk raakt in die personages. In Tout nouveau testament zit een scene met handen die hij later met zijn vrouw, de choreografe Michèle Anne De Mey, op scene uitwerkte onder de titel Cold Blood. De personages zijn handen die gevoelens uitbeelden. Heel ingenieus, zeer authentiek, dan smelt in mij de poëzie.’
DANS ‘Pina Bausch! De combinatie van muziek en dans kan me zeer ontroeren. Haar werk is visueel, muzikaal, vol vreugde en strijd. Die film van Wim Wenders over haar kan ik blijven zien. Ik heb alle dansers uit de film op toneel gezien, de nieuwe generatie neemt het nu over.’
BEELDENDE KUNST ‘Een enorme inspiratiebron voor mij als illustrator. Vooral de portretten van de Vlaamse primitieven. En dan: Piero della Francesca (1412-1492). De periode maar vooral: hij. We gingen vroeger naar Arezzo, nog in de tijd dat de priester de deur van de San Francesco-kerk nog even opende als die dicht was. De figuren in zijn schilderijen zijn zo sterk en fragiel, er zit een onderdrukte kracht in. Er is verstilling
Dat zoek ik en probeer het op papier te krijgen.’
EMILE HOLLMAN
Boeken top 10
1 — Michel Houellebecq Vernietigen (-)
2 — Ian McEwan Lessen (1)
3 — Raoul de Jong Boto Banja (-)
4 — Delia Owens
Daar waar rivierkreeften zingen (3)
5 — Dirk De Wachter Vertroostingen (4)
6 — J.M. Coetzee De Pool (-)
7 — Maxim Februari Doe zelf normaal (7)
8 — Douglas Stuart Shuggie Bain (-)
9 — Tom Ysewijn Alleen door Afrika (-)
10 — Alicja Gescinska Humanitas (-)
Deze lijst is samengesteld op basis van actuele verkoopcijfers van de boekhandels Adr. Heinen (Den Bosch), Dominicanen (Maastricht), Malpertuis (Genk), Van Piere (Eindhoven), ’t Stad Leest (Antwerpen) en De Tribune (Maastricht).
COLOFON
ZOUT (oplage 15.000) is een uitgave van Bodosz Media, in opdracht van de Stichting Zuiderlucht. De gedrukte versie is gratis verkrijgbaar op meer dan 500 plekken in Zuid-Oost-Nederland en Vlaanderen. Online: zoutmagazine.eu
E-paper: zoutmagazine.eu/e-paper
Inschrijven voor het wekelijkse online magazine ZOUTopZATERDAG kan via zoutmagazine.eu/opzaterdag
Abonnees krijgen ZOUT voor 73 euro per jaar thuisbezorgd. Abonnee worden kan via zoutmagazine.eu/abonnees
Capucijnenstraat 21 C10
6211 RN Maastricht 0031 433 500591
info@zoutmagazine.eu
Bladmanager a.i.
Christiane Gronenberg 0031 610 661205
c.gronenberg@zoutmagazine.eu
Hoofdredactie
Christiane Gronenberg 0031 610 661205
c.gronenberg@zoutmagazine.eu
Wido Smeets 0031 653 338905
w.smeets@zoutmagazine.eu
Eindredacteur online
Marc Puyol-Hennin 0031 642 279977
m.puyol-hennin@zoutmagazine.eu
Commercie
Karin Winkelmolen 0031 628 646578
k.winkelmolen@zoutmagazine.eu
Max Majorana 0031 626 789236
m.majorana@zoutmagazine.eu
Administratie
administratie@zoutmagazine.eu
ZuiderLeven
Christiane Gronenberg 0031 610 661205
c.gronenberg@zoutmagazine.eu
Medewerkers
advertentie
Dieter van den Bergh, Roger Cremers, Yannick Dangre, Marleen Daniëls, Ludo Diels, Edo Dijksterhuis, Maarten Doorman, Fons Geraets, Jasper Groen, John van Hamond, Mat van der Heijden, Stan van Herpen, Emile Hollman, Gerrit van den Hoven, Rowland Jones, Cyrille Offermans, An Olaerts, Adrienne Peters, Rob Schoonen, Paul van der Steen, Kevin Toma, Leon Verdonschot, Joep Vossebeld, Veerle Windels, Patrick van IJzendoorn. Tekstcorrectie
Pieter Beek
Grafisch ontwerp
Hendrickje van Dijk
Druk
Coldset Printing Partners, Beringen Bankrekening
IBAN NL55SNSB 093 67 79 675
Distributie
T.U. Theaterfacilities Venlo
MXvervoer Breda
ISSN: 2949-6535
en poëzie. Soms denk ik dat ik mezelf daarin herken. Mensen zeggen over mijn werk dat het fragiel maar ook krachtig is.
Illustrator Ingrid Godon (Wilrijk, 1958) won in 2001 samen met André Sollie de Gouden Griffel voor Wachten op matroos. De samenwerking met Toon Tellegen betekende voor haar de grote doorbraak, ze maakten samen zes boeken. Godon woont en werkt in Lier, bij Antwerpen. ingridgodon.be
foto Samira Jacobs
35 ZOUT MAGAZINE 5/2023
TE DOEN IN MEI REIZEN EN THUISKOMEN IN GENK MET AARON-VICTOR PEETERS | 38 STACARAVAN EN RIETVELDVAKANTIEHUISJEDE GESCHIEDENIS VAN RECREATIE IN ARNHEM | 44 CULTUURAGENDA | 39 ONDERTUSSEN IN... DE REST VAN EUROPA | 46 COLUMN HANS GUBBELS: ‘WIE SCHRIJFT DE BETERE COLUMN, AI OF IK?’ | 40 DINGEMAN KUILMAN: ‘VERMEER IS DE SCHILDER MET DE KORTSTE SLUITERTIJD’ | 43 De vele facetten van Zuid-Afrika Reisbeelden van Annemiek Jongen | 39 I envy You, Annemiek Jongen, zie pagina 39
Aaron-Victor Peeters en zijn ‘Compagnons de route’
WAAROVER GAAT COMPAGNONS DE ROUTE?
‘De tentoonstelling is een dialoog tussen mijn werk en dat van mijn metgezellen, kunstenaars van vroeger en vandaag, die mij inspireren en die ik meeneem op mijn pad. Eén van hen is mijn eigen overgrootvader, Camille Raveel. Veel weet ik niet over hem, maar ik groeide op tussen zijn schilderijen en fantaseerde er dan zelf de verhalen bij. Ook de landschapsschilders die halverwege de 19de eeuw naar Genk trokken, boeien me. Zij waren echte pioniers, de voorhoede van een lange stroom van honderden kunstenaars die het inspirerende Genkse landschap zouden komen ontdekken. Maar ook enkele hedendaagse kunstenaars passeren de revue.’
JE BENT GEBOREN IN GENK, JE WOONT ER NOG STEEDS EN JE HEBT ER JE ATELIER. WAT HOUDT JE HIER?
‘Mijn kunst kent geen barrières of grenzen. Ik ben vaak onderweg, al is het in mijn fantasie. Ik laat me graag inspireren door verhalen over avonturiers,
goudzoekers en ontdekkingsreizigers, ik ben als een kind dat leeft in boeken en films. Maar reizen is alleen maar leuk als je ook een plek hebt om thuis te komen om te vertellen over alles wat je hebt meegemaakt.’
JE ZEGT DAT JOUW KUNST GEEN GRENZEN KENT. WAT MOGEN WE ONS DAARBIJ VOORSTELLEN?
‘Ik schilder, maak installaties en doe performances. Mijn werk zit vol symboliek en nostalgie, naar vroeger of naar mijn eigen fantasiewereld. Ik hou ervan om verschillende elementen uit verschillende werelden samen te voegen en te assembleren tot kunstwerken die de toeschouwer meevoeren in mijn verhaal, mijn reis. Mijn atelier houdt dan ook het midden tussen de werkplaats van een garagist en die van een kunstenaar.’
DAT MAAKT ONS HEEL BENIEUWD NAAR WAT JE ONS LAAT ZIEN IN COMPAGNONS DE ROUTE.
‘Naast het werk van mijn ‘compagnons’ toon ik er mijn eigen werken, installaties en archief. Ik neem als kunstenaar graag de rol op van verteller, zodat ook ik weer anderen kan inspireren.
De tentoonstelling beperkt zich niet alleen binnen de museummuren, ook buiten zal je mijn werk kunnen ontdekken.’
Compagnons de route, tot 18 juni het Emile Van Dorenmuseum in Genk, Huis van landschap en kunst. Met werk van Aaron-Victor Peeters en o.a. Vaast Colson, Koen van den Broek, Karl Philips, Roel Vandermeeren en Frank Vuylsteke. Open elke donderdag t/m zondag van 13.30 tot 17.30 uur of op afspraak.
Finisssage en artist talk met Aaron-Victor Peeters, Karl Philips en (o.v.) Koen van den Broek op zondag 18 juni om 14.00 uur. emilevandorenmuseum.be
38 PAPER 5/2023
Compagnons de route in het Emile Van Dorenmuseum in Genk toont het werk van AaronVictor Peeters en de kunstenaars die hem inspireren. In &PAPER vertelt Peeters over de achtergronden van de expositie . ‘Reizen is alleen maar leuk als je ook een plek hebt om thuis te komen om te vertellen over alles wat je hebt meegemaakt.’
Aaron-Victor Peeters. foto Boumediene Belbachir
Monolith van Aaron-Victor Peeters. foto Boumediene Belbachir
In de tentoonstelling. foto Mathieu Wijkmans
Vier nieuwe exposities in Museum Valkenburg
REISBEELDEN - ANNEMIEK JONGEN
10 april t/m 4 juni
De expositie toont een dertigtal werken gemaakt na een rondreis door Zuid-Afrika in 2018. Door zoveel mogelijk facetten te schilderen laat Annemiek Jongen zien welke overweldigende indruk het land op haar gemaakt heeft.
VAN KOTONA NAAR VARPULLAN
30 april t/m 23 juli
De veelzijdige werken van zes Limburgse kunstenaars uit één familie: Varpu Tikanoja, Kore Spronken, Marjori Overdijk, Ree Meertens, Caius Spronken en Arthur Spronken.
EUGÈNE LAUDY
30 april t/m 23 juli
Eugène Laudy was een belangrijke exponent van de groep Monumentalisten. Zij verdienden hun brood met het maken van mozaïeken, reliëfs, muurschilderingen en glas-in-loodramen voor kerken, gemeentehuizen, scholen, kantoren en ziekenhuizen.
CRISES EN CATASTROFES IN VALKENBURG
30 april t/m 16 juli
Met de watersnoodramp van 2021 nog in het verse geheugen heeft Museum Valkenburg het initiatief genomen tot het organiseren van een speciale tentoonstelling. Deze ramp en vele andere dramatische feiten heeft het museum nu in beeld gebracht.
Architectuur, design&mode
ANTWERPEN
> The making of. Tentoonstelling over de grootste renovatie uit de geschiedenis van het KMSKA. T/m 3 september in het KMSKA. kmska.be
DEN BOSCH
> Post-Tribal. Jonge ontwerpers ontwikkelen een beeldtaal die haar oorsprong vindt in tattoos en die ook terug te zien is in keramiek, meubels, digital design en sieraden. T/m 25 juni. Sneller, beter, mooier –de vormgeving van de vooruitgang. Familietentoonstelling over de geschiedenis van het stroomlijnontwerpprincipe. T/m 3 september in Design Museum. designmuseum.nl
GENK
> Enzo Mari. Werk en de ideeën van de Italiaanse ontwerper, kunstenaar en theoreticus. T/m 29 mei. Design is Dead. Tien jonge ontwerpers van de opleiding Productdesign
(LUCA School of Arts) stellen de controversiële uitspraak van Enzo Mari ‘design is dead’ in vraag. T/m 29 mei in C-mine. c-mine.be
HEERLEN
> Dreaming Out Loud: van mijn gemeente naar waterstad. Kabinetpresentatie van Marie Frioni, voormalig prijswinnaar van de Euregionale Architectuurprijs. T/m 18 juni in Schunck. schunck.nl
HELMOND
> Nieuwe patronen. Paul van de Waterlaat en Haiko Sleumer onderzoeken via textiel, collages en storytelling de invloed van mode op onze identiteit. Van 27 mei t/m 28 juni in de Cacaofabriek. cacaofabriek.nl
KERKRADE
> Innovatiegalerij. Bijzondere oplossingen voor de zorg, van ontwerpers en bedrijven uit Limburg. In het Discovery Museum. discoverymuseum.nl
MAASTRICHT
> Bevroren Muziek. Over de raakvlakken van architectuur en
De vier exposities in Museum Valkenburg zijn met één ticket te bezoeken (museumkaart gratis). museumvalkenburg.nl
39 PAPER 5/2023
→ → MEI T/M JULI
Without Title, Varpu Tikanoja
agendatip
TIMO DE RIJK, DIRECTEUR VAN HET DESIGN MUSEUM DEN BOSCH, EN HANS GUBBELS, DIRECTEUR VAN DISCOVERY
MUSEUM KERKRADE, SCHRIJVEN HIER BIJ TOERBEURT OVER DESIGN EN ANDERE ZAKEN.
Wie is beter?
‘Een sky-divende olifant met een paars pakje aan’ tikt Lieven in de zoekbalk van het AI-programma Dall-E2. Al na enkele seconden zien we vier afbeeldingen geboren worden, gegenereerd door Openai.com op basis van miljoenen afbeeldingen waarmee deze AI is getraind.
Jammer dat het pakje in plaats van een kledingstuk een DHLpakje is geworden. De zaal die Lieven de ingetikte woorden aangaf, lacht om die domme kunstmatige intelligentie. Als Lieven dan echter ‘pakje’ vervangt door ‘jasje’, en ‘Vermeer’ toevoegt, komen vier nieuwe plaatjes tevoorschijn die al best serieus moeten worden genomen. Ik vraag me af of beeldende kunstenaars mogelijk werkloos zullen gaan worden door toedoen van Dall-E2 en een woordenvirtuoos achter het toetsenbord.
Vele voorbeelden komen langs, het meest confronterend daarbij is voor mij dat we zonder het te weten de AI trainen. Met alle bergen foto’s en meer, getagd met tekst, die ieder van ons online zet. Totdat de AI slim genoeg is om zichzelf en andere AI te trainen, razendsnel.
Wat betekent dat voor mijn zingeving, maar ook van de mensheid, als AI alles beter en sneller kan? Ik vind het plezierig en zinvol om naar beste kunnen een betekenisvolle column te schrijven, daarbij de lezer in gedachten nemend. Maar wat als AI, met een handvol in een zoekbalk geplaatste woorden van mijn kant, gekoppeld aan de Facebook, Instagram en Linkedin data van alle ZOUT lezers, een veel betere column schrijft? De zin zou me snel overgaan.
Met negen collega’s oriënteerden we ons in een volle zaal in de Maaspoort in Venlo op een nieuwe expositie over kunstmatige intelligentie. De Vlaamse wetenschapscommunicator Lieven Scheire nam ons bijna twee uur mee door de wereld van AI. Zwevend tussen hoop, angst, berusting en activisme kan ik voorlopig maar één ding denken. Mens, bezint eer ge begint.
HANS GUBBELS
geluid. T/m 28 mei. The Paper Ensemble. Papierkunstenaar verbeeldt de geluiden om ons heen. T/m 28 mei in Bureau Europa. bureau-europa.nl
Beeldende kunst
ANTWERPEN
> A Topological Boulevard. Tekeningen, prenten en boeken uit de collectie van Museum PlantinMoretus. T/m 6 mei in het KMSKA. kmska.be
> Ana García - Ze heeft vele namen. Overzicht van enkele van de belangrijkste performances, tekeningen, installaties, gedrukte media en films die García gedurende haar drie decennia durende carrière heeft gerealiseerd. T/m 21 mei in het M HKA. muhka.be
> Rembrandt - Fotograaf avant la lettre. 80 tekeningen en etsen van Rembrandt die een inkijk geven in het leven in de 17e eeuw.
T/m 22 mei in Museum De Reede. museum-dereede.com
> Kosmorama. Ives Maes schept via de wereldtentoonstellingen een beeld van ’s werelds grootste toekomstverwachtingen. T/m 3 september in het KMSKA. kmska.be
ARNHEM
> Open. Met Open geeft Museum Arnhem een impuls aan de educatieve traditie die door Pierre Janssen is gestart. T/m 1 januari in Museum Arnhem museumarnhem.nl
BERG AAN DE MAAS
> Onderstroom. Expositie met werk van René Korten en Caren van Herwaarden, een intrigerende combinatie van poëtisch abstract en indringend figuratief werk. T/m 3 mei. Verdieping in abstractie. Werk van Ad Arma, Annita Smit en Jolanda van Gennip. Van 21 mei t/m 23 juli in Galerie JoLi. galeriejoli.nl
BREDA
> Christiaan Bastiaans. Van 14 mei t/m 25 juni in Club Solo. clubsolo.nl
40 PAPER 5/2023 column
De zaal lacht om die domme kunstmatige intelligentie
After Party stilleven van Koos Buster in Keramikcentrum Tiendschuur in Tegelen. foto Sacha Odenhoven
DEN BOSCH
> Anouk Kruithof - The toes you step on today might be connected to the ass you’re kissing tomorrow. Een zowel verleidelijke als kritische totaalervaring uit een serie sculpturen, collages en een speciaal voor de ruimte ontwikkelde raamsticker-installatie. T/m 14 mei in de Willem Twee Kunstruimte. willem-twee.nl
> Thomas Trum - Daily Spins. Thomas Trum (Rosmalen, 1989) werkt vaak op grote schaal en met bijzondere gereedschappen zoals zelfgemaakte, levensgrote viltstiften en onderdelen van landbouwmachines. T/m 21 mei. Brabantse Nieuwe: Eva Vanekova. In de schilderkunst van Ema Vanekova draait het om de waardering van simpele en stille momenten in het dagelijks leven. T/m 10 september in Het Noordbrabants Museum. hetnoordbrabantsmuseum.nl
> Christo en Jeanne-Claude, kunstwerken uit de Verzameling Würth. 34 kunstwerken uit de Verzameling Würth vanaf 1958 tot en met het laatste project L’Arc de Triomphe, Wrapped. T/m 3 maart 2024 in Kunstlocatie Würth. wurth.nl/kunstlocatie
DEURNE
> In de Ateliers: Jan Althuizen. Schilderijen in aquarel- en acryltechnieken tonen de veelzijdigheid van het veengebied de Peel, van concreet tot bijna abstract en van wild en woest tot stil en rustig. T/m 23 juli in De Wieger. dewieger.nl
ECHT
> Et Dieu créa la Femme En Plus. Negen kunstenaars scheppen hun muze. T/m 2 juli in het Museum van de Vrouw. museumvandevrouw.nl
EINDHOVEN
> Temitayo Ogunbiyi. De in Nigeria woonachtige kunstenaar
realiseert een speellandschap van golvende vormen bestaande uit gebogen staal. T/m 10 september. Dwarsverbanden. Doorlopende collectiepresentatie die alle zintuigen prikkelt. T/m 1 juli 2024 in het Van Abbemuseum. vanabbemuseum.nl
GENK
> Compagnons de route. AaronVictor Peeters gaat met zijn eigen schilderijen, tekeningen en installaties in dialoog met het werk van zijn historische en hedendaagse 'compagnons de route'. T/m 18 juni in het Emile Van Dorenmuseum. emilevandorenmuseum.be
> Charming for the Revolution. Groepstentoonstelling met Carly Rose Bedford, Toon Fibbe, en Pauline Boudry & Renate Lorenz. T/m 2 juli in Jester. jester.be
> LABIOMISTA. Het evoluerende kunstenpark van Koen Vanmechelen waar kunst en ecologie elkaar
Orphée aux Enfers
ontmoeten. T/m 5 november in Labiomista. Op 28 mei: Dag van de Cosmologem. labiomista.be
HASSELT
> Cornershop of Daydreams. In samenwerking met Designregio Kortrijk toont Z33 het werk van het Designers in Residence-programma van 2022. T/m 4 juni. Healing Water. De kunstenaars en ontwerpers in deze tentoonstelling spelen in op de opmerkelijke eigenschappen van water. FORMAT 2023: Water Expeditions. In FORMAT 2023 toont een nieuwe lichting ontwerpers en architecten verfrissende inzichten over onze interacties met water.
T/m 20 augustus. River of Rebirth. Kunstenaars laten zich inspireren door de vele verhalen over water.
T/m 27 augustus in Z33. z33.be
HEERLEN
> Bertien van Manen: Gluckauf. Foto’s die Van Manen maakte in Groot-Brittannië, portretten van vrouwelijke mijnwerkers → →
Op 25 mei kunnen operaliefhebbers in Theater aan het Vrijthof in Maastricht genieten van de komische opera Orphée aux Enfers, uitgevoerd door Opera Zuid. Componist en meestersatiricus Jacques Offenbach geeft een draai aan deze klassieke mythe.
Na het succes van Fantasio (2019) regisseert Benjamin Prins opnieuw een opera van Offenbach bij Opera Zuid. Orphée aux Enfers is een parodie op de oudheid en toont het conflict tussen hel en paradijs. ‘Er is geen goed zonder kwaad, geen verantwoordelijkheid zonder plezier. Ons huidige positieve mensbeeld is zo eenzijdig, terwijl de mens behoorlijk ambivalent is. Dat wil Offenbach ons laten zien.’ De magie van de goden sluit naadloos aan bij de bruisende muziek van Offenbach. ‘De muziek is kwetsbaar als een zeepbel én extreem extravagant.’
Niet alleen Prins keert terug bij Opera Zuid. Ook dirigent Enrico Delamboye, Francis van Broekhuizen en Anna Emelianova sluiten opnieuw aan om er met levendige melodieën, verliefde stervelingen en vermomde goden een bijtende satire van te maken. Orphée aux Enfers wordt uitgevoerd in het Frans met Nederlandse en Engelse boventiteling.
Orphée aux Enfers, op 25 mei om 19.30 uur in Theater aan het Vrijthof in Maastricht. Om 18.30 uur geeft Len van Schaik een inleiding. theateraanhetvrijthof.nl
41 PAPER 5/2023
agendatip
25 MEI
foto Hugo Thomassen
in de Verenigde Staten en de serie Moonshine, waarin een mijnwerkersfamilie in Cumberland, Kentucky centraal staat. T/m 3 september. Zondagsrondleiding op 21 mei om 12.00 uur. Chaim van Luit. Installatie over het mijnverleden én -heden in de vitrine van het Glaspaleis. T/m 3 september. Muurschildering Fiona Lutjenhuis: Sideways Universe. Haar graphic novels, schilderijen en muurschilderingen vertellen verhalen die werkelijkheid en fantasie aan elkaar verbinden. T/m 18 februari 2024 in Schunck. schunck.nl
HELMOND
> Tussenruimte.
Groepstentoonstelling met Nathalie Brans, Tinka Pittoors, Leo Vroegindeweij en Ton Slits. T/m 14 mei in De Cacaofabriek. cacaofabriek.nl/expo
> Uniform - Kunst uit de collectie Mens en Werk. Tentoonstelling over verleden, heden en toekomst van het uniform. T/m 10 september in Museum Helmond. museumhelmond.nl
MAASMECHELEN
> Zin in Zien - Hugo Duchateau. De presentatie van Duchateau wordt aangevuld met werk van o.a. Raoul De Keyser, Bram Bogaert, Vincent van den Meersch, Urbain Mulkers en Piet Stockmans. T/m 26 mei in Galeriën cc. ccmaasmechelen.be
MAASTRICHT
> Een mythe in transitie: Underland. Werk van Jannel, Margôt Kuiper, Borka Vanhautem, Petran Kockelkoren en Ballon Happening. Op 6 & 7 mei in de Andrieskapel.
> Táctica Sintáctica. Kunstspeelplaats voor bezoekers, door Diego Bianchi & Mariano Mayer. T/m 28 mei in Marres, Huis voor Hedendaagse Cultuur. marres.org
> A Room of One’s Own. Vrouwelijke kunstenaars uit de Bonnefantencollectie en gastpresentaties van Carol Rhodes (1959-2018), Lydia Schouten (1948) en Marijke Stultiens (1927). Piet Killaars 100 jaar. Een overzicht van sculpturen en voorstudies afkomstig uit de collectie van Bonnefanten. T/m 7 januari. Tussen kunst en kopie. Het Maastricht Institute of Arts bestaat 200 jaar en presenteert een deel van haar collectie gipsen afgietsels: de Academische Gipsotheek Maastricht. T/m 25 februari 2024. Ed Templeton: Wires Crossed. Templeton is fotograaf, kunstenaar en een van de meest invloedrijke skateboarders aller tijden. T/m 18 september in Bonnefanten. bonnefanten.nl
NEERPELT
> Ontwaren. Multidisciplinaire expositie van projectatelier ARK&D in Genk. T/m 13 mei in Dommelhof. gavoorkunst.be
TEGELEN
> Keramische signalen. Expositie over kalligrafie. T/m 7 mei. Expositie Koos Buster. Koos Buster-Stroucken heeft de bijnaam 'Minister van keramische zaken'. T/m 10 september in Keramiekcentrum Tiendschuur. tiendschuur.net
TILBURG
Harry Penningsprijs 2023
In 2023 viert Pennings Foundation haar eerste lustrum. Reden voor het presentatieplatform en kenniscentrum voor fotografie om de Harry Penningsprijs te organiseren. De prijs is verbonden aan de naam van de oprichter van een van de eerste fotogaleries van Nederland. Een jury heeft een selectie gemaakt uit kandidaten die zijn voorgedragen door mensen uit het veld. De fotografieprojecten waarvoor ze zijn geselecteerd zijn te zien in de groepsexpositie.
Bezoekers kunnen hun stem uitbrengen voor de publieksprijs. De prijsuitreiking is zaterdag 10 juni. Dan wordt naast de juryprijs ook de publieksprijs bekend gemaakt.
Groepsexpositie Harry Penningsprijs, 6 mei t/m 24 juni bij Pennings Foundation, Eindhoven. penningsfoundation.com
> KRAAAN. Overzicht van het werk van Raphaela Vogel. Collectie opstelling - Nu te zien in De Pont. Werken van onder meer Bill Viola en Richard Serra. T/m 27 augustus. Renée van Trier. Krachtig, absurdistisch en tegelijk ongemakkelijk: de tragikomische performances van de Tilburgse kunstenaar Renée van Trier laten niemand onberoerd. Van 13 mei t/m 3 september in De Pont Museum. depont.nl
> In the garden of doubt and panic. Tentoonstelling van Sylvie Zijlmans & Hewald Jongenelis. T/m 11 juni in PARK. park013.nl
TURNHOUT
> Don't Tell Me Not to Tell You
What to Do. Werk van Dennis Tyfus. T/m 13 augustus in de Warande. warande.be
VALKENBURG
> Reisbeelden. Werk van Annemiek Jongen dat zij maakte naar aanleiding van een reis naar Zuid-Afrika in 2018. T/m 4 juni. Van Kotona naar Varpullan. De veelzijdige werken van zes Limburgse kunstenaars uit één familie. Eugène Laudy. Laudy was een belangrijke exponent van de groep Monumentalisten. T/m 23 juli in Museum Valkenburg. museumvalkenburg.nl
VALKENSWAARD
> De Toorop Lijn. Hoe Jan en Charley Toorop en Edgar Fernhout elkaar beïnvloeden en wat lithografie voor hen betekent. T/m 9 juli in het Nederlands Steendrukmuseum. steendrukmuseum.nl
VELDHOVEN
> Signs of Nature. Werk van Rien Claessen, Conny Jongmans en Ilse Kauffman. T/m 4 juni in de Kunstpraktijk. dekunstpraktijk.nl
V ENLO
> Femina Ludens. Werk van Kitty Maria over de spelende vrouw. T/m 2 juli. Armando: door de ogen van een vriend. Tentoonstelling doorvlochten met gesprekken tussen Armando en levensvriend Cherry Duyns. T/m 3 september in Museum van Bommel van Dam. vanbommelvandam.nl
VENRAY
> Door de bomen, het bos. Werk van schilder Bas de Weerd. T/m 15 juli. Shifting Horizons. Tentoonstelling met site-specifiek werk van kunstenaars die zich hebben laten leiden door de verhalen en geografie van de omgeving. T/m 16 juli in Odapark. odapark.nl
WEERT
> Reshuffle #2. Collectiepresentatie met werk van Jan Dibbets, Frans Franciscus, Gijs Frieling, Jan Tullemans, Eli Content en Daniël Groen. T/m 10 september. Adagio Violente – op pelgrimage met Frans Franciscus. Oud en nieuw werk van Frans Franciscus, variërend
42 PAPER 5/2023
foto Wiosna van Bon
24 JUNI
agendatip T/M
van schilderijen op groot formaat tot fotografie en keramiek. Van 13 mei t/m 29 oktober in Museum W. museumw.nl
WIJLRE
> Spark birds & the loneliness of species. In deze tentoonstelling wordt door de lens van kunstenaars gekeken naar vogels, en hoe deze ons iets kunnen leren over wie we zijn. Van 17 mei t/m 3 december in Buitenplaats Kasteel Wijlre. kasteelwijlre.nl
Fotografie &film
ANTWERPEN
> Susan Meiselas – Meditations. Meiselas vestigt de aandacht op minderheden en conflicten die vaak over het hoofd gezien worden. Melanie Bonajo – When the Body says Yes. Immersieve videoinstallatie over de aanraking als remedie. T/m 4 juni. Grace Ndiritu reimagines the FOMU Collection. De Brits-Keniaanse kunstenaar stelt een fotografisch universum samen van schilderkunst, textiel en interieurontwerp. T/m 7 januari in het FOMU. fomu.be
EINDHOVEN
> Harry Penningsprijs. Groepsexpositie met genomineerden voor de Harry Penningsprijs. Van 6 mei t/m 24 juni. Prijsuitreiking met juryprijs en publieksprijs op 10 juni om 16.00 uur. Het beeld hervonden. Expositie
Rudi Struik met gebruikmaking van gevonden fotografisch beeld na aardbeving in Iran in 2003. Van 13 mei t/m 24 juni. Workshop Verhalende Fotografie. Workshop van Forum BEELDtaal. Op 13 mei om 10.00 uur. Non-Photography Photography. TalentWall: Karsten Kronas. Zoektocht naar de ware essentie van analoge fotografie. T/m 24 juni in Pennings Foundation. penningsfoundation.com
HELMOND
> Alex Webb - Errand and Epiphany / Photographs 1978-2022. Webb toont de wereld als een bijzondere plek waar het alledaagse zich soms als iets buitengewoons openbaart. T/m 1 oktober in Kunsthal Helmond. museumhelmond.nl
> Goeikes - Achter de schermen. Openluchtexpositie bij fotofestival voor amateurfotografie. T/m 25 juni in de binnenstad van Helmond. goeikes.nl
MAASTRICHT
> Hrair Sarkissian: The Other Side of Silence. Met levensgrote foto’s legt de Syrisch-Armeense kunstenaar Hrair Sarkissian de wonden van conflicten bloot. T/m 14 mei in Bonnefanten. bonnefanten.nl
MONSCHAU
> Von Menschen und Kunst. Fotografietentoonstelling met de museumbezoeker als onderwerp.
Hannes Killian: Fotografien 1937–1976. Werk van een van Duitslands belangrijkste naoorlogse fotografen. T/m 11 juni in Fotografie-Forum. kuk-monschau.be → →
BONNEFANTEN MAASTRICHT, EN DINGEMAN KUILMAN, DIRECTEUR STEDELIJK MUSEUM BREDA, SCHRIJVEN HIER BIJ TOERBEURT OVER BEELDENDE KUNSTEN EN ANDERE ZAKEN.
De sluitertijd van Vermeer
Mijn vader, inmiddels 91, vertelde me een keer over de periode dat hij in de leer was bij een gerenommeerde kinderarts. Op een dag kwam een jongetje de behandelkamer binnen. Mijn vader liep op hem af om hem te onderzoeken. ‘Wacht even,’ zei de kinderarts. ‘Je moet eerst kijken, naar houding, beweging, oogopslag. Eerst kijken en reflecteren op je indrukken, anders mis je straks essentiële informatie.’
De kinderarts deelde de opvatting van Goethe dat denken belangrijker is dan weten, maar dat kijken nog belangrijker is.
Ik zal de grote Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum niet bezoeken, uit angst dat ik daar niet kan kijken. Ondanks de ruime opzet lijkt het me onmogelijk om Vermeer tussen de andere, vrolijk fotograferende bezoekers de vereiste aandacht te geven. Ook de veelheid aan informatie zit me in de weg. Bij Vermeer voel ik de sterke behoefte om zijn schilderijen steeds opnieuw met een onbevangen blik te bekijken. Net zoals ik soms een dierbaar boek opnieuw voor het eerst zou willen lezen.
Ieder schilderij kun je zien als een reflectie op het fenomeen tijd. Landschappen verwijzen naar de seizoenen, portretten naar een levensfase. In de belangrijkste werken van Vermeer lijkt alles te draaien om het moment. Ik ken geen andere schilder die de tijd zo scherp observeert en in beeld brengt. Het gezicht op Delft toont het korte moment dat het licht op de kerktoren valt. Het was al voorbij voordat de kunstenaar zijn schetsboek had opengeslagen. Het meisje met de parel kijkt achterom, maar voordat hij haar blik kon beantwoorden had ze het hoofd weer gedraaid.
Vermeer maakte vermoedelijk gebruik van een camera obscura, de voorloper van de fotocamera. Dat hij daarmee de werkelijkheid kon vastleggen in licht en kleur, is op zichzelf al een wonder. Maar dat hij op die manier ook het moment wist vast te houden, is ronduit verbluffend. Vermeer begreep al wat een foto was voordat de techniek die mogelijk maakte. Kijk maar naar het straaltje melk uit de kan van het melkmeisje: Vermeer is de schilder met de kortste sluitertijd.
43 PAPER 5/2023 column
DINGEMAN KUILMAN
STIJN HUIJTS, DIRECTEUR
‘Wacht even,’ zei de kinderarts. ‘Je moet eerst kijken.’
Koraal (1968-1970) van Piet Killaars, te zien in het Bonnefanten in Maastricht. foto Peter Cox
Zomer in het Nederlands Openluchtmuseum
dans, muziek &toneel
BREDA
> Muzieksalon Spronk met Carmina Burana. Carmina Burana: imposant, uniek en vol humor. Muziekverhaal door dirigent Lex Wiersma. Op 23 mei om 15.00 uur in Mariëndal en op 25 mei om 20.15 uur in Het Gele Huis. My People' door Credo Mutwa. Met verteller Jetje van Wijk op piano en Astrid Schijns op cello + live Afrikaans slagwerk. Op 5 juni om 15.00 uur in de Nieuwe Veste. muzieksalonspronk.nl
> Beethovens Eroïca én Noa Wildschut. In deze lofzang op echte heldenmoed triomfeert Beethovens geniale muzikale stem over aardse bekommernissen. Op 13 mei om 20.30 uur. Hannes Minnaar speelt Mozart. Meesterpianist Hannes Minnaar soleert in Mozarts
25e Pianoconcert. Op 26 mei om 20.30 uur in Chassé Theater. philharmoniezuidnederland.nl
EINDHOVEN
> Hexagon Ensemble. Familievoorstelling
Beauty & The Beast voor kinderen van zes tot honderdzes. Op 7 mei om 14.00 uur in Podium Klassiek Eindhoven. podiumklassiekeindhoven.nl
> Beethovens Eroïca én Noa Wildschut. In deze lofzang op echte heldenmoed triomfeert
Beethovens geniale muzikale stem over aardse bekommernissen. Op 14 mei om 14.15 uur. Hannes Minnaar speelt Mozart. Meesterpianist Hannes Minnaar soleert in Mozarts 25e pianoconcert. Op 25 mei om 20.15 uur in het Muziekgebouw. philharmoniezuidnederland.nl
> Orphée aux Enfers. In de dolkomische opera gaat meestersatiricus Jacques Offenbach
Het Openluchtmuseum in Arnhem barst deze zomer weer uit zijn voegen van de activiteiten. U kunt circa honderd historische gebouwen ontdekken en leren van de ambachtslieden die hun vak demonstreren.
Een rode draad is Zorg voor elkaar: hoe zorgen we nu voor elkaar en hoe deden we dat vroeger? Dat is onder andere te zien in de tentoonstelling (On)beperkt. Leven met een handicap. Hier vertelt het museum verhalen van mensen met een handicap aan de hand van voorwerpen, foto’s en videoportretten. Onder hen Mary Tebbens (1935-2018). Het museum spiegelt haar levensverhaal aan de verhalen van vier mensen met een handicap van nu. In video’s vertellen Glenn, Jeanette, Jaheed en Nimco over hun leven. Daarnaast vertellen Reizigers (woonwagenbewoners) over hoe zij voor elkaar zorgen, van de wieg tot het graf. In het Openluchtmuseum zijn twee woonwagens geplaatst; een zogenaamde VROM-wagen uit de jaren 1970 en een ‘pipowagen.’
Nieuw is Bosrand, het spiksplinternieuwe deelgebied waar het Openluchtmuseum de geschiedenis ontrafelt van het recreëren in Nederland. Er staan drie vakantiewoningen: een vakantiehuis uit Warnsveld met interactief gepresenteerde verhalen over vluchten en verzet in aanloop naar de Tweede Wereldoorlog, een klassieke Pemberton-stacaravan en een Rietveldvakantiehuisje.
aan de haal met het beroemde verhaal van Orfeus’ reis naar de onderwereld. Op 21 mei om 14.30 uur in het Parktheater. philharmoniezuidnederland.nl
KERKRADE
> Beethovens Eroïca én Noa Wildschut. In deze lofzang op echte heldenmoed triomfeert Beethovens geniale muzikale stem over aardse bekommernissen. Op 11 mei om 20 uur in Theater Kerkrade. philharmoniezuidnederland.nl
MAASMECHELEN
> Claron McFadden en Alexander Melnikov. Vox Humana is een bont programma van 20steeeuwse stemkunst in al haar vormen. Op 3 mei om 20.15 uur in de Sint-Pieterskerk in Leut. ccmaasmechelen.be
> Lisbeth Gruwez & Maarten Van Cauwenberghe. Nomadics is een adembenemende choreografie van voeten voor acht performers,
begeleid door bezwerende muziek. Op 6 mei om 20.15 uur. Omar Pene & Super Diamono De Dakar. De eredivisie van de Senegalese muziek geeft een genereus concert in een mix van traditionele mbalax, blues, jazz en latin. Op 12 mei om 20.15 uur. Bryggen, Bruges Strings/ Hanne Struyf. Zwanen is een ode aan de liefde en het gemis en aan kunnen zijn wie je wilt zijn. Met muziek van Jean Sibelius, Edvard Grieg, Max Richter en Nicholas Britell. Op 14 mei om 15.00 uur in CC Maasmechelen. ccmaasmechelen.be
MAASTRICHT
> Beethovens Eroïca én Noa Wildschut. In deze lofzang op echte heldenmoed triomfeert Beethovens geniale muzikale stem over aardse bekommernissen. Op 12 mei om 20.00 uur. Orphée aux Enfers. In de dolkomische opera gaat meester-satiricus Jacques Offenbach aan de haal met het beroemde verhaal van Orfeus’ reis
44 PAPER 5/2023
openluchtmuseum.nl agendatip
DEZE ZOMER
naar de onderwereld. Op 25 mei om 19.30 uur in Theater aan het Vrijthof. philharmoniezuidnederland.nl
SINT-TRUIDEN
> Sunday Sessions. Orgelconcert met Felipe Dominguez. Op 7 mei. Orgelconcert met Francesca Ajossa en Alessia Crema (dans). Op 14 mei in de Begijnhofkerk. limburg.be/ erfgoedbegijnhofkerksinttruiden
TILBURG
> Jörgen van Rijen. Cellist en Bach-specialist Anner Bijlsma schreef speciaal voor Van Rijen een arrangement voor trombone. Op 2 mei om 20.30 uur. Cello Octet Amsterdam. In het programma West of the Moon gaat Cello Octet Amsterdam ver voorbij de donkere, melancholische klank die lage strijkers eigen is. Op 16 mei om 20.30 uur in Het Cenakel. delink.nl
> Orphée aux Enfers. In de dolkomische opera gaat meester-
Diversen
ARNHEM
> (On)beperkt | Leven met een handicap. Deze tentoonstelling laat zien dat mensen de wereld ontoegankelijk maken, niet de handicap die iemand heeft. Ontmoet de museumpresentoren. De museumpresentatoren nemen u mee op een reis door de tijd. Anton de Kom – strijder, schrijver, wegbereider. De in Suriname geboren Anton de Kom (1898-1945) was een antikoloniaal denker, schrijver, dichter, mensenrechtenactivist en verzetsstrijder. Canon van Nederland. In deze tentoonstelling ziet u spectaculaire 'filmsets', die in elkaar overlopen en verhalen vertellen uit de Canon, verdeeld over 10 achtereenvolgende tijdvakken. In het Nederlands Openluchtmuseum. openluchtmuseum.nl
DEN BOSCH
> Efteling. Tentoonstelling over 70 jaar De Efteling. T/m 21 mei in Het Noordbrabants Museum. hetnoordbrabantsmuseum.nl
HELMOND
Maas. T/m 2 juli in De Domijnen. dedomijnen.nl
TEGELEN
> Demonstratie 3D-printer. De keramist legt u uit hoe hij van een ontwerp op het computerscherm komt tot een object in klei. Op 3 mei om 14.00 uur. Lezing Marie en Simon Bellego. In aansluiting op de expositie Keramische Signalen vertellen de kunstenaars over hun werk en werkwijze. Op 7 mei om 14.00 uur. Demonstratie kalibreerapparaat. Voor de demonstraties wordt een originele kalibreermachine gebruikt van omstreeks 1940. Op 11 mei om 14 uur. Lezing Ricardo Campos. In aansluiting op de expositie Keramische Signalen vertelt Campos over zijn werk en werkwijze. Op 20 mei om 14.00 uur. Demonstratie pottenbakken. Op 21 mei om 14.00 uur in Keramiekcentrum Tiendschuur. tiendschuur.net
VALKENBURG
satiricus Jacques Offenbach aan de haal met het beroemde verhaal van Orfeus’ reis naar de onderwereld. Op 23 mei om 20.15 uur in de Schouwburg. philharmoniezuidnederland.nl
TURNHOUT
> Titi Robin Trio & Robert Saadna. Catalaanse flamenco en palmas. Op 12 mei om 20.15 uur in de Warande. Festival In Vennen en Velden. Festival in de natuur met theater, natuurbeleving, workshops, dans en meer. Op 13 en 14 mei in Klein Engelandhoeve. warande.be
VENLO
> Orphée aux Enfers. In de dolkomische opera gaat meestersatiricus Jacques Offenbach aan de haal met het beroemde verhaal van Orfeus’ reis naar de onderwereld. Op 27 mei om 20.15 uur in De Maaspoort. philharmoniezuidnederland.nl
> De Kasteeltuin. 700 jaar kasteeltuingeschiedenis. T.m 29 oktober in Kasteel Helmond. museumhelmond.nl
HEERS
> Hex Tuinfestival. Ontmoetingsplaats voor liefhebbers van tuin, horticultuur en natuur. Van 2 t/m 4 juni in Kasteel Hex. hex.be
KERKRADE
> Expeditie. Themawerelden over gezondheid, voeding, wonen, werken en leren. Aarde theater. Spectaculaire bioscopen met een uniek zicht op onze planeet. Zeker Weten?! Expo vol ontdekkend en onderzoekend leren voor toekomstige wetenschappers en nieuwsgierige wereldburgers van morgen. Wanderful.stream. Expositie over circulariteit. T/m 31 december in Discovery Museum. discoverymuseum.nl
SITTARD
> Mens en Maas. Overzichtstentoonstelling over de
> Crises en Catastrofes in Valkenburg. Museum Valkenburg organiseert een speciale tentoonstelling over de watersnood 2021 en andere dramatische gebeurtenissen. T/m 16 juli in Museum Valkenburg. museumvalkenburg.nl
colofon &paper
&PAPER is het service- en agendakatern van ZOUT. &PAPER bevat sponsored content en valt buiten de verantwoordelijkheid van de ZOUT-redactie.
Coördinatie en eindredactie Christiane Gronenberg
Wilt u advertorials of agendatips plaatsen? Kijk op zoutmagazine.eu/adverteren
Wilt u agenda-items aanleveren? Kijk voor de voorwaarden op zoutmagazine.eu/zout-agenda
45 PAPER 5/2023
Noa Wildschut speelt deze maand met philharmonie zuidnederland Beethovens Eroïca. foto Simon van Boxtel
ONDERTUSSEN IN...
AMSTERDAM
Van Gogh in Auvers - Werken uit de laatste, zeer productieve levensmaanden die Vincent van Gogh in het Franse dorp Auverssur-Oise doorbracht. - Van 12 mei t/m 3 september in het Van Gogh Museum. vangoghmuseum.nl
General Idea- Het uit Felix Partz, Jorge Zontal en AA Bronson bestaande collectief General Idea (1967-1994) was een voorloper van creatief activisme. De kunstenaars vroegen met hun humoristische en kritische werk aandacht voor het fenomeen van massamedia, voor sociale ongelijkheid en de aidscrisis. - T/m 16 juli in het Stedelijk. stedelijk.nl
BERLIJN
Timeless - Tien hedendaagse Oekraïense kunstenaars gaan in dialoog met objecten uit de 3e tot 18e eeuw uit de collectie van het museum. - T/m 17 maart 2024 in het Bode-Museum. smb.museum
Retrotopia - Over de invloed van design in de landen van het voormalige Oostblok en exJoegoslavië in de jaren 1950 tot 1980. Tijdens de Koude Oorlog muteerden design en architectuur tot een spiegel van de geopolitieke confrontatie tussen de VS en de USSR. - T/m 16 juli in het Kunstgewerbemuseum. smb.museum
Dreams Have No Titles - Het Franse paviljoen gemist op de Biënnale
van Venetië? Zineb Sedira biedt ons in Hamburger Bahnhof een tweede kans om haar installatie te ontdekken: een filmset van de avant-garde filmproductie in de jaren 1960 en ‘70 die veel vertelt over het mislukken van de dromen van de emancipatie. - T/m 30 juli in Hamburger Bahnhof. smb.museum
BRUSSEL
The Harlem Fantasy 82 - In 1982 kreeg de toen 21-jarige fotograaf Nick Kuskin een bijzondere uitnodiging: de jaarlijkse Harlem Fantasy Ball II vast te leggen, een historische avond van avantgardistische zelfexpressie van mensen uit queer en zwarte gemeenschappen. - Van 20 mei t/m 17 september in Bozar. bozar.de
Swedish Ecstasy - Bozar presenteert een aantal boegbeelden van de Zweedse kunstscène bij wie mystiek en esoterische motieven als een rode draad door hun oeuvres lopen. Met onder anderen Ernst Josephson, Hilma af Klint, Carsten Höller en Cecilia Edefalk. - T/m 21 mei in Bozar. bozar.be
DEN HAAG
Escher. Andere wereld - M.C. Eschers beroemde prenten met optische illusies en onmogelijke architectuur worden gecombineerd met installaties van het Belgische kunstenaarsduo Gijs Van Vaerenbergh. - T/m 10 september in het Kunstmuseum. kunstmuseum.nl
Vlaams expressionisme. Heerlijke herinneringen - Over een kunststroming van de jaren 1920 waarin Gustave De Smet (1877-1943) en Frits Van den Berghe (1883-1939) een sleutelpositie innemen. Het Vlaams expressionisme, met zijn vereenvoudiging van vormen en uitgesproken geestigheid vormt een hoogtepunt van de moderne figuratieve schilderkunst in België. - T/m 20 augustus in het Kunstmuseum. kunstmuseum.nl
46 PAPER 5/2023
Affiche van O. M. Scott & Sons voor een gazon verzorgingsproduct, uit Life (1959) © Vitra Design Museum, foto Andreas Sütterlin. Te zien in Vitra Design Museum in Weil am Rhein.
Groeipijn - Adolescentie is het overkoepelende thema van deze collectiepresentatie. De levensfase tussen 10 en 20, vol kwetsbaarheid, energie en het testen van grenzen, intrigeerde talloze kunstenaars, van Ferdinand Hodler tot Hellen van Meene. - T/m 4 juni in het Kunstmuseum. kunstmuseum.nl
Strike a Pose - Zeventig foto’s uit het leven van Piet Mondriaan tonen andere kanten van de ‘serieuze eenling’ en vertellen welke rol fotografie in het leven van de kunstenaar speelde. - T/m 21 mei in het Fotomuseum. fotomuseumdenhaag.nl
FRANKFURT
Niki de Saint Phalle - De Nanas, de kleurrijke sculpturen van vrouwen op groot formaat, zijn nog steeds het handelsmerk van Niki de Saint Phalle (1930-2002). Schirn toont circa honderd werken uit het veelzijdige oeuvre van de FransAmerikaanse visionair. - T/m 21 mei in Schirn. schirn.de
KEULEN
Ursula - That’s Me. So What?Ursula Schultze-Bluhm (1921-1999) ondermijnde met haar kunst graag de werkelijkheid en daagde
sociale en artistieke autoriteiten uit. Museum Ludwig, dat een groot deel van haar artistieke nalatenschap in beheer heeft, wijdt een groot retrospectief aan de schilderes.
- T/m 23 juli in Museum Ludwig. museum-ludwig.de
LONDEN
Every Tangle of Thread and RopeMet haar grote geweven sculpturen introduceerde de Poolse Magdalena Abakanowicz (1930-2017) in de jaren 1960 en 1970 een nieuwe soort installatiekunst: organisch, zacht en ambigu. - T/m 21 mei in Tate Modern. tate.org.uk
Hilma af Klint & Piet Mondriaan. Forms of Life - De twee kunstenaars hebben elkaar nooit ontmoet, maar hun gedeelde interesse in spiritualiteit, wetenschappelijke ontdekkingen en wijsbegeerte bieden inspirerende aanknopingspunten voor een duopresentatie. - T/m 3 september in Tate Modern. tate.org.uk
MILAAN
Cere Anatomiche - Twee verschillende perspectieven op het menselijk lichaam: anatomische wassen beelden uit de 18e eeuwse in combinatie met korte films van de Canadese filmregisseur David Cronenberg. - T/m 17 juli in Fondazione Prada. fondazioneprada.org
PARIJS
Avant l’orage - Een twintigtal kunstenaars exposeert in het voormalige beursgebouw, gerestaureerd voor en door de Pinault collectie. Danh Vo creëerde voor de tentoonstelling een monumentale installatie in de Rotunda van het museum. - T/m 11 september in de Bourse de Commerce. pinaultcollection.com
Norman Foster - Meer dan honderd projecten van de Britse architect en ontwerper Norman Foster. - Van 10 mei t/m 7 augustus in Centre Pompidou. centrepompidou.fr
Germaine Richier - Dit retrospectief volgt chronologisch het artistieke parcours van de Franse beeldhouwer Germaine Richier (1902-1959) en
belicht haar belangrijkste thema's: mensen, dieren en mythen. - T/m 12 juni in Centre Pompidou. centrepompidou.fr
Léon Monet - Léon Monet (18361917) was kleurchemicus, industrieel en verzamelaar en speelde een sleutelrol in de carrière van zijn broer Claude. De expositie toont een honderdtal werken uit Léons collectie, archiefdocumenten en familiefoto's. - T/m 16 juli in Musée du Luxembourg. museeduluxembourg.fr
Voyage vers l’intérieur - Eerste grote solo-expositie voor het abstracte expressionisme van de Noorse Anna-Eva Bergman (1909-1987). - T/m 16 juli in het Musée d’art moderne de Paris. mam.paris.fr
ROTTERDAM
Metamorphosis - De Australische kunstenaar Patricia Piccinini pakt in haar solo expositie alles uit waarbij je denkt als het woord hyperrealisme valt: naakte huid met rimpels, haren, onverwachte combinaties van al deze met stukken kleding of dierlijke vormen. Voor de kunstenaar is het een manier om een toekomst te
onderzoeken ‘waarin mens, natuur en technologie in harmonie kunnen bestaan.’ - T/m 4 juni in de Kunsthal. kunsthal.nl
WEIL AM RHEIN
Garden Futures - Welke ideeën hebben ons beeld van de ideale tuin gevormd? Welke bijdrage leveren tuinen aan een waardevol leven? Vitra Museum schetst de geschiedenis en toekomst van de moderne tuin. - T/m 3 oktober in Vitra Design Museum. design-museum.de
WENEN
Andy Warhol bis Damien HirstTweede deel in een serie van het museum over de geschiedenis van de prentkunst. De focus ligt op de periode vanaf 1960 met als kenmerken: serialiteit, de monumentaliteit van de prenten en de zeefdruk als nieuwe techniek.T/m 23 juli in Albertina. albertina.at
47 PAPER 5/2023
Oleksii Revika, Invasion Sumy, 2022 © Oleksii Revika. Te zien in het Bode-Museum in Berlijn.
PAPER 5/2023