HET LAND VAN
09
2016
LANNERS
10e JAARGANG
zuiderlucht
BOULI
JOHAN SIMONS Kamel Daoud
Joery Wilbers Andreas Gursky Sjef Hutschemakers
LIZE SPIT ZL XT:
DOCFEST BELEEFT TWEEDE EDITIE 1
zuiderlucht.eu
september 2016
BROEdER Muziektheater : Die Fremden Naar Kamel Daoud Reinbert de Leeuw, Johan Simons, Aernout Mik vanaf 02 sept 2016 : Zeche Auguste Victoria, Marl
Festival der kunsten
2
zuiderlucht.eu
september 2016
Linge 5 t s n u K rd e s 6131 MT Sitta Hedendaag l .n n e de domijn Linge 5 nst Hedendaagse Ku 6131 MT Sittard de domijnen.nl
t gse Kuns Hedendaa en.nl de domijn
Linge 5 ittard 6131 MT S
e i t c e l l Co e i e i t t c c e l l A Cino e i t c e l l e o i C t in Ac tie in Ac ijnen, useum De Dom M n va is u th e het nieuw n,aald tsijngeeh tard-Geleen, is it S e n Deonom g Li useuuitmdeDednep n w t u o rd o eb , w g ie e w ct u u lle M ie ij Het n uis uvsaenum De Dom r dan 2h0etjanaieruco we th ehaald unst. Mee K M se n g a is a a , v d dgeephoatsag n en e e is ld d ed le u e it h u t -G u e rd n w t afdeling H ta it ieu collectie wordit de depots erg & Palm Trees ne Sto is gh.et2n n ouwinLgigst o enel, lin geb ueumaanden: Iceb en jaar wordint dnri lest e 0 G n a open rd nieourwoenze d r ta e it Het vo ie n e t S ke M c er e e t. w n ll s st n o n ig en u rondo2 c ne s. rie arku e OTnre m0dja agrzsaemKel Ser n& dave agelm va gnegbHoeudweaLn’s P d n g e in a x d w Fi rg r u & e s e g b ie n e e li n ki a e re Ic & Palm T t. Monstelling. Het afd Drie themgse Kunsn en Bre maandene:rg Castero tendtoen in drie eobg zo ve daoapening,sLo g van Josta n n n Ic lli meeer.Onnen. e a : C d rk n e e e H d tw . e n g z g a n n n Marc Dion onstellin om drie ku on vaneelSOenrg maattengen g ie in nen. afdelinvoorva r eb ix d d F , ’s in d & to a n n m n rg kem o en Breakin ing van Se n. svteerzameld roucatikev grra ro g e p in e w t n s e n p u o tr ’s ed ee s -Gel el meer. gen, m drieg van Jota Ca reakin g &inFSixitntaord oetldinro voor onDzrieeMth onatmm nst etem angBse eku e, LondnednoCallnintd n egezl omveeer. e a e d n en ro a e t z ed r tt s h a e a ek b v C n ek Ligne,voan Jota gramma’s, d ’sarc Dio aM g zo v g atieve pro Drie thveamnKo llin m en onndtd tten eninnSoittard-Geleen. Cna, e a n b e e c u d d , o ’s L a , m en. tinge nst Dion kunst graem pro Hedendaagse ku van MaMrcet ontmoe , educatieoventd dendaaugnsset in Sittard-Gele h k e d tar Sit 5, , n ne Lig aagse k oetinge ek Ligne Met onKtomm en ontd ne, ontdek hedend ig Lzuiderlucht.eu september 2016 gse kunst n ontdek
3
Bouli Lanners, hoofdrolspeler en regisseur van Les premiers, les derniers. Zie pagina 18. foto ……….
INHOUD
09
als e-paper te lezen op zuiderlucht.eu/e-paper
16
AFFAIRS
7 BOOKS
8
EDITORIAL - Grenzen? Welke grenzen?
VREEMDELING IN EIGEN LAND
Theatermaker Johan Simons bewerkte Moussa – of de dood van een Arabier van Kamel Daoud voor het theater. Het stuk, over de kloof tussen de islamitische wereld en het Westen, gaat in première tijdens de Ruhrtriennale.
CULTURE
11
BEELDSPRAAK - Aards en religieus Sjef Hutschemakers beeldt een wereld af die niet meer bestaat in een stijl die niet meer gangbaar is.
12
ECI ROERMOND BEGINT OPNIEUW
16
SPREAD - Megagroot en messcherp De enorme afmetingen en de scherpe detaillering maken de foto’s van Andreas Gursky tot een hallucinerende ervaring.
18
HET LAND VAN BOULI LANNERS
Joery Wilbers moet als nieuwe directeur het verschil maken bij ECI Cultuurfabriek in Roermond. De schulden zijn van tafel, de ambities bijgesteld. ‘Op zeker moment kon ECI helemaal niks goeds meer doen.’
Een persoonlijker film dan Les premiers, les derniers zal Bouli Lanners niet gauw meer maken. Maar waar ligt toch dat land waar die met een peilloze tristesse gevulde Chevrolets rondrijden?
4
zuiderlucht.eu
september 2016
18
EXTRA 12
UITNEEMBARE CULTUURAGENDA
21 DESIGN
22
EDITS
25
11
PLEASED TO MEET YOU - ‘Muzikant, neem ik aan?’ Er zijn weinig bands die zich met zoveel overtuiging neerleggen bij hun commerciële devaluatie als Therapy?
3D PRINTEN ALS AMBACHT
Hoe zat het ook alweer met die revolutionaire 3D-printer die de wereld ging veranderen? De één-druk-op-de-knop productie bleek een fabeltje, maar op ambachtelijk vlak is de printer niet te stuiten.
2 5 9 21 22 24
POST ZL - Kippen zonder kop Je maakt een noodstop met de auto en er komt een cd-box met colleges van Hermann von der Dunk tevoorschijn. ‘Sommige mensen hebben de historische horizon van een kip zonder kop.’
26
DE VOORKEUR VAN… LIZE SPIT
27
APPELGEBAK - In La Boverie in Luik | BOEKENTOP10
28
KIDZONLINE - Met Pokémon Go op jacht naar insecten
Met haar debuut Het smelt bestormt ze de bestsellerlijsten. Er komt een film en er zijn negen vertalingen in de maak. Lize Spit over melancholie, Kaas en de mogelijkheden van een behangtafel.
5
zuiderlucht.eu
september 2016
ZL Cultuuragenda Vondst van de maand Doc/Fest 2016 Ondertussen in… Podium en galeries Zuiderleven
XT9
6
zuiderlucht.eu
september 2016
EDITORIAL
GRENZEN? WELKE GRENZEN?
A
Proosdijpark Meerssen ontwerp park en brug
cteur-regisseur Bouli Lanners werd geboren in Moresnet, een snipper grond bezuiden het drielandenpunt bij Vaals. In 1919 werd Moresnet, na iets meer dan een eeuw, opgeheven als ministaatje: een 340 hectare grote, 2500 inwoners tellende weeffout in de Europese geschiedenis. In een interview in De Standaard, eerder dit jaar, vertelt Lanners hoe hij als kind, onderweg naar school, door een bos de weg afsneed en dan over Nederlands en Duits grondgebied liep. Zijn vader was douanier, zijn moeder werkte in Aken, boodschappen deed de familie in drie landen. Ooit begonnen als schilder heeft Lanners met Les premiers, les derniers zijn vierde speelfilm gemaakt, waarin hij, samen met zijn hond Gibus, ook de hoofdrol speelt. De personages in zijn films zijn buitenstaanders, onderweg door weidse landschappen. In deze ZL probeert onze filmmedewerker Ronald Rovers te achterhalen waar de regisseur het landschap in zijn films toch vandaan haalt. Wie wel eens in Moresnet is geweest of anderszins door Wallonië is gereden, heeft wel een vermoeden. Bouli Lanners houdt niet van grenzen. Wij ook niet, liever gaan we er overheen. We doen het in elke uitgave van Zuiderlucht, het is het bestaansrecht van dit blad. Vandaar dat we Cyrille Offermans vroegen De vreemdeling van Albert Camus en het daarop gebaseerde Moussa – of de dood van een Arabier van Kamel Daoud te plaatsen tegen de groeiende kloof tussen de Islamitische wereld en het Westen. Regisseur John Simons bewerkte het boek van Daoud voor theater, het gaat als Die Fremden in première tijdens de Ruhrtriennale. Het is amper een uur rijden, u moet wel de grens over. Aan deze kant van de grens, in Roermond om precies te zijn, staat ECI Cultuurfabriek, sinds de start in 2013 niet minder dan een tranendal. Onder de nieuwe directeur Joery Wilbers maakt ECI, met gedecimeerde ambities, een doorstart. Emile Hollman vroeg hem of het nu wel gaat lukken – en waarom. Schilder Sjef Hutschemakers gaat zelden over een grens, hij blijft het liefst in zijn vertrouwde Zuid-Limburgse heuvelland. Duncan Liefferink zocht hem op en bekeek zijn werk. Het gaat over een wereld die niet meer bestaat, geschilderd in een stijl die niet meer gangbaar is. Hoe erg is dat? Voor onze nieuwe rubriek De voorkeur van… toog Annemarie Staaks naar Brussel waar ze Lize Spit onderhield over haar succesvolle debuutroman Het smelt en de dingen die haar naast het schrijven bezig houden. Tussendoor laten we u kennisnemen met de muziek van Therapy?, de fotografie van Andreas Gursky en gingen we appelgebak proeven in het museum Le Boverie Luik. Grenzen genoeg geslecht zo?
ZIJN VADER WAS DOUANIER, ZIJN MOEDER WERKTE IN AKEN, BOODSCHAPPEN DEED DE FAMILIE IN DRIE LANDEN.
WIDO SMEETS hoofdredacteur w.smeets@zuiderlucht.eu
7
zuiderlucht.eu
september 2016
CYRILLE OFFERMANS
– Johan Simons las Moussa – of de dood van
een Arabier van Kamel Daoud en bewerkte het boek voor het theater. Wat is er immers actueler dan de kloof tussen islam en het Westen. Minder dan een jaar later beleeft De vreemden, in een enscenering van Aernout Mik en met muziek van Reinbert de Leeuw, zijn première tijdens de Ruhrtriennale.
8
zuiderlucht.eu
september 2016
BOOKS
VREEMDELING IN EIGEN LAND
Op het strand van
de Middellandse zee vlakbij Algiers ligt een dode man – hoe hij heet of waar hij vandaan komt, is onbekend. Dat is voor de westerse nieuwsconsument inmiddels een zo vertrouwd beeld dat het hem nauwelijks nog raakt, hij is gewend aan honderden mannen, vrouwen, kinderen die op hun vlucht uit het Midden-Oosten of Afrika verdrinken en soms aanspoelen op een vreemde kust – vrijwel altijd naamloos. Ook in de identiteit van de dode op het Algerijnse strand was tot voor kort niemand geïnteresseerd, misschien logisch in zoverre het een literaire dode betreft, een romanfiguur uit een ver verleden zelfs, ook geen verdronken vluchteling maar “een Arabier” die zojuist door een Franse kantoorbediende, een zekere Meursault, met vijf pistoolschoten is vermoord. Curieus genoeg – en dat geeft het desbetreffende verhaal iets onwaarschijnlijks – wordt hem die moord door zijn rechters nauwelijks aangewreven, ook al heeft hij er geen enkel behoorlijk motief voor. Veel erger vinden zij het dat Meursault geen spoor van mededogen vertoont bij het overlijden van zijn moeder. In de talloze literaire commentaren en proefschriften die de roman zou uitlokken, gaat alle aandacht uit naar de moordenaar, en meer nog: naar de door hem belichaamde filosofie van de absurditeit van het bestaan. Naar de dode “Arabier” op het strand bij Algiers wordt niet meer omgekeken, zijn ongeïdentificeerde lijk verdwijnt in de donkere kelders van de wereldliteratuur, waaruit het pas verleden jaar is opgediept. Dat gebeurde door een tot dan onbekende Algerijnse journalist, Kamel Daoud (1970), voor wie de desinteresse voor zijn vermoorde landgenoot, al betrof het een fictief personage, onverdraaglijk was – misschien mede vanwege de algehele westerse desinteresse in dode
9
“Arabieren” op Europese stranden. Hij herlas het boek over Meursault, een beroemd boek dat hij als scholier al had moeten lezen en dat ook in Nederland vele drukken beleefde: De vreemdeling van Albert Camus, de in Algiers geboren Fransman die met Sartre, en vooral ook tegen Sartre, als invloedrijkste en meest bediscussieerde auteur van de jaren vijftig geldt. Daouds boek heet Meursault – contre-enquête, een titel die rekent op lezers die onmiddellijk begrijpen welk literair appeltje hier wordt geschild. Dat de uitgever van de Nederlandse vertaling niet meer vertrouwde op die vanzelfsprekende literairhistorische kennis kan
DE REPRESSIEVE MACHT VAN EEN FANATIEKE, INTOLERANTE, IN ZICHZELF GEKEERDE ISLAM BLEEF ONAANGEVOCHTEN. niet verbazen, hij bracht het boek veiligheidshalve op de markt onder de titel Moussa – of de dood van een Arabier. Je kunt het boek van Daoud goed als op zichzelf staand werkstuk lezen, maar dan ontgaat je de essentie; het wint aan betekenis en diepgang als je het in combinatie met, liefst ná, De vreemdeling leest. Moussa is een parallelboek van De vreemdeling, of liever: het negatief ervan. Daoud ageert tegen niet minder dan “de literaire misdaad” van Camus, al noemt hij diens naam noch boek met zoveel woorden in zijn tegenonderzoek. Wel zijn er vanaf de eerste zin talrijke parallellen met, verwijzingen naar en – vooral tegen het einde – citaten uit het boek dat zijn steen des aanstoots is.
Vermoedelijk begon Daouds ergernis al bij de titel van Camus: “de vreemdeling” verwijst niet naar de vermoorde Arabier maar naar Meursault. En om een weinig voor de hand liggende reden, want niet, zoals vanuit Algerijns perspectief voor de hand zou liggen, omdat de amorele Meursault als pied-noir (net als Camus zelf) een representant is van de Franse kolonisatoren, maar omdat hij Camus’ diep pessimistische filosofie van het absurde moet illustreren. In die filosofie zijn wij, ongeacht herkomst en politieke of maatschappelijke context, allemaal vreemdelingen, ten dode opgeschreven wezens in een zinloos rondtollende wereld zonder God en in een onverschillige natuur. Dat De vreemdeling in een gekoloniseerd land speelt, is irrelevant, net zo irrelevant als de naam van de vermoorde “Arabier”. Dat onrecht wil Daoud rechtzetten. Zijn verteller is een oude man die in een café in een lange, tot een zwijgende journalist gerichte monoloog terugblikt op de moord van Meursault en de nasleep daarvan. Hij heet Haroen, de vermoorde Arabier is zijn oudere broer Moussa. Haroens moeder is haar hele leven vergeefs op zoek geweest naar haar geliefde zoon; haar enige houvast zijn twee in het Frans gestelde krantenberichten over het proces, maar die kan zij niet lezen, ze is analfabeet en spreekt geen woord Frans – het ontraadselen van die berichten wordt de taak van Haroen. Overigens openen die namen voor de moslimlezer onmiddellijk een breder perspectief: Haroen is de moslimvariant van de Bijbelse Aäron; Moussa is ‘onze’ Mozes, die ook in de Koran een hoofdrol speelt. Haroen is daar een wat meegaande, maar zeer welbespraakte man, die als woordvoerder optreedt van Moussa – precies zoals Daouds Haroen dat doet voor zijn oudere broer. Vanaf zijn ‘ontdekking’ eind vijftiende eeuw heeft de vreemdeling, meestal als indiaan, wilde of inboorling, een belangrijke rol gespeeld in het
>>
zuiderlucht.eu
september 2016
BOOKS
VEELBELOVEND IS DAT SIMONS ZICH HEEFT VERZEKERD VAN BELANGWEKKENDE MEDEWERKERS ALS AERNOUT MIK EN REINBERT DE LEEUW.
etnografische, filosofische en criminologische Europese discours. Aanvankelijk, al bij Columbus, als geïdealiseerd tegenbeeld van de door de beschaving gecorrumpeerde Europeaan: voor Montaigne was hij een soort aristocraat van de wildernis, voor Rousseau l’homme naturel en le bon sauvage. Maar door de conquistadores, de wildemannen van de VOC en de latere imperialistische legers werd hij allerminst met de egards behandeld die bij die eerbiedwaardige titels zouden passen, integendeel, als hij het twijfelachtige geluk had niet direct te worden vermoord, had hij zich te schikken naar het brute recht van de sterkste: de blanke indringer. In openhartige schaamteloosheid wordt het lot van de vreemdeling misschien nog het best beschreven door Daniel Defoe’s destijds mateloos populaire Robinson Crusoe (1719), het verhaal van de schipbreukeling op een onbewoond eiland in de monding van de Orinoco. Robinson gedraagt zich geen moment als gast. Gestuurd en beschermd als hij zich waant door de Goddelijke Voorzienigheid, beschouwt hij zich van meet af aan “als koning en heer van dit land”, hij acht zich “onschendbaar” en heeft “het recht van bezit”, al heeft hij nog geen benul waar hij precies is terechtgekomen. Mogelijke bewoners kunnen niet anders zijn dan “kannibalen of menseneters die elk menselijk lichaam dat in hun handen valt vermoorden en verslinden.”
Niet meer dan
logisch dus ook dat die oorspronkelijke bewoners vroeg of laat zouden terugslaan, dat ze aan de poorten van de rijke wereld – of hun representanten in eigen land – zouden rammelen om hun rechten op te eisen. Het verlangen naar onafhankelijkheid, aangewakkerd door de welbespraakte Haroens aller landen, leidde na de Tweede Wereldoorlog tot een golf van bloedige dekolonisatieoorlogen. Algerije verwierf het zelfbeschikkingsrecht op 18 maart 1962, maar de economische, technologische en militaire afhankelijkheid van de vroegere overheersers bleef onveranderd. En Daouds Moussa laat zien dat er van een Verlichting in Europese stijl al helemaal geen sprake was. De repressieve macht van een fanatieke, intolerante,
10
Pierre Bokma tijdens de repetities voor Die Fremden. foto NT Gent
duistere, in zichzelf gekeerde islam bleef in grote lijnen onaangevochten, zozeer zelfs dat zijn ongelovige romanheld in de ogen van zijn landgenoten steeds meer een vreemdeling wordt. Daarom verbaast het ook niet dat Haroen zich steeds meer – via letterlijke citaten uit het boek van Camus – vereenzelvigt met Meursault. Hij pleegt na de onafhankelijkheidsverklaring een moord op een Franse koloniaal, even willekeurig als de moord op zijn broer, maar gelukkig wordt hij daar niet van – “Moussa’s dood was onvoorstelbaar gratuit. En nu werd mijn wraak dat ook.” En zoals Meursault in zijn dodencel de zalvende bijstand van een priester afwijst, zo wil Haroen niks te maken hebben met een imam. Meursault is een vreemdeling per definitie, Haroen een vreemdeling in eigen land, Camus en Daoud zijn beiden pleitbezorgers van een partijloos humanisme waarvoor alleen moed, waardigheid en vrijheid tellen. Moussa - of de dood van een Arabier heeft allerwegen enthousiaste reacties uitgelokt, begrijpelijk, alleen in Algiers en de overige islamitische wereld was men gereserveerder,
zuiderlucht.eu
ook begrijpelijk. Vast staat dat het laatste woord over dit geëngageerde boek voorlopig nog niet is gezegd. Zo is er alle reden om uit te zien naar de theaterbewerking die Johan Simons voor de Ruhrtriennale voorbereidt, temeer omdat zowel het boek van Daoud, waarin geen dialoog voorkomt, als de actuele politieke omstandigheden, waarin de dialoog vooral met gewelddadige middelen wordt beoefend, om een vrije, scherpzinnige en zelfkritische interpretatie vragen. Veelbelovend is dat Simons zich voor zijn enscenering van Die Fremden heeft verzekerd van belangwekkende medewerkers: installatiekunstenaar/filmer Aernout Mik en dirigent/componist Reinbert de Leeuw, die met een kamerorkest onder meer muziek van Ligeti, Kagel en Vivier zal uitvoeren. Die Fremden. Muziektheater door Johan Simons, Aernout Mik en Reinbert de Leeuw. Met o.a. Pierre Bokma, Benny Claessens en Elsie de Brauw. Van 2 t/m 10 september in de Kohlenmischhalle van Zeche Auguste Victoria in Marl. ruhrtriennale.de
september 2016
Beeldspraak
AARDS EN RELIGIEUS
E Sjef Hutschemakers, Pluisjesblazer (2009).
SJEF HUTSCHEMAKERS BEELDT EEN WERELD AF DIE NIET MEER BESTAAT, IN EEN STIJL DIE NIET MEER GANGBAAR IS.
en zaaiende boer in een okergeel landschap, mannen in bruine kielen die aardappels rapen van bruine grond, een jongetje in een groene wei met koeien – aardse thema’s en aardse kleuren overheersen in de schilderijen die staan uitgestald in een gang in abdij Rolduc. Eén schilderij is anders. Het is lila, lichtblauw, grijs, wit, verstild en stelt het Laatste Avondmaal voor. Met Sjef Hutschemakers en twee vrijwilligers van Museum Land van Valkenburg ben ik bij de opslag van de schilder. Ze zoeken werk uit voor een tentoonstelling ter gelegenheid van Hutschemakers’ 85e verjaardag. Hutschemakers – levendige bruine ogen, kort grijs baardje – praat, gebaart, zeult met grote doeken, hij lijkt onvermoeibaar. Over het Laatste Avondmaal ontstaat een korte discussie. Het museum wil de expositie richten op het profane werk. “Voor mij is het religieuze werk het belangrijkste”, laat de schilder weten. Sjef Hutschemakers (Banholt, 1931) werd opgeleid door Jaap Min, de schilder van de Bergense School die in de tweede helft van de jaren vijftig lesgaf aan de Jan van Eyck Academie in Maastricht. “Een goede schilder, maar geen goede leraar”, glimlacht Hutschemakers. “Hij had de woorden niet. Hij kwam een keer naast mijn ezel staan en zei: ‘Jij schildert niet’. Toen had ik al een jaar of vier les van hem gehad! Ik zei tegen hem: ‘Laat maar eens zien hoe het dan wel moet!’ Hij pakte het palet en begon te schilderen dat de ezel ervan stond te dansen. ‘Nu jij weer’, zei hij toen hij klaar was. Meer niet. Maar ik begreep wel wat hij bedoelde. Schilderen doe je vanuit je lijf, vanuit je hart. Dat heb ik altijd vastgehouden.” Het kloeke expressionisme van Jaap Min, de Bergense School en Vlaamse tijdgenoten als Constant Permeke is goed herkenbaar in de boerentaferelen van Hutschemakers. En dan gaat het niet alleen over de stijl, de bruintinten, de bonkige figuren en de ontzagwekkende landarbeidershanden. Het zit hem vooral in de suggestie van een onverbrekelijke, haast mystieke band tussen de mens en de grond die hij bewerkt, de cyclus van leven en dood waaraan alles en iedereen op deze aarde onderworpen is. Hutschemakers staat aan het einde van een traditie, hij beeldt een wereld af die niet meer bestaat, in een stijl die niet meer gangbaar is. Dat mag ook als je vijfentachtig bent. Toch is het te makkelijk om zijn werk af te doen als ouderwets of nostalgisch. Daarvoor is het te krachtig. En vooral: daarvoor staat er teveel op het spel. In tijden van gentechnologie en klimaatverandering is de band tussen de mens en de aarde actueler dan ooit. Ik zie niet in waarom een plaatje van een smeltende gletsjer dat beter zou symboliseren dan een goed schilderij van een ploegende boer. Tegen het einde van haar leven vroeg de moeder van Sjef Hutschemakers waarom hij niet religieus schilderde. Hutschemakers vertelt het verhaal in een documentaire die in april 2016 werd uitgezonden door de KRO. “Dat doe ik toch”, antwoordde hij. “Ja”, zei ze, “maar je begrijpt heel goed wat ik bedoel.” Na haar overlijden beschilderde hij het kerkje van zijn geboorteplaats Banholt in haar lievelingskleuren: lila, lichtblauw, grijs, wit. Het zijn de kleuren die ook terugkomen in het Laatste Avondmaal dat ik zie op de gang in Rolduc. Aardse tinten voor de boerentaferelen, etherisch lila voor de religieuze voorstellingen: het lijkt of de twee werelden gescheiden zijn door een kleurbarrière. Wij weten wel beter. DUNCAN LIEFFERINK Sjef Hutschemakers en zijn vrienden. Van 21 augustus t/m 13 november in Museum Land van Valkenburg. museumlandvanvalkenburg.nl De documentaire: is te zien op kro-ncrv.nl/katholieknederland/ seizoenen/2016/30-145097-12-04-2016
11
zuiderlucht.eu
september 2016
ECI
BEGINT OPNIEUW
Joery Wilbers, de nieuwe directeur van ECI Cultuurfabriek in Roermond: “Als iemand begint te wiebelen op zijn stoel, wiebelt de hele rij mee.” foto Ruben Reehorst
12
zuiderlucht.eu
september 2016
CULTUUR FABRIEK
CULTURE
EMILE HOLLMAN -
Joery Wilbers moet als nieuwe directeur het
verschil maken bij ECI Cultuurfabriek in Roermond. De schulden zijn van tafel, de ambities naar beneden bijgesteld. “Op zeker moment kon ECI helemaal niks goeds meer doen.”
Sinds Joery Wilbers in januari
werd aangesteld als de nieuwe directeur van ECI Cultuurfabriek, heeft hij taal noch teken vernomen van zijn voorganger René Lebens. En daar kan hij zich wel iets bij voorstellen. Tot aan het einde van zijn dienstverband bleef de immer optimistische Lebens volhouden dat het allemaal goed zou komen met het Roermonds cultuurhuis. Hij dokterde een plan tot reanimatie uit maar mocht de operatie zelf niet ter hand nemen. “René was met een onmogelijke opdracht opgezadeld, daar moet je reëel in zijn. Maar er zijn ook dingen misgelopen”, zegt Wilbers. Joery Wilbers, tot begin dit jaar directeur van de Heerlense popzaal Nieuwe Nor, wist hoe de vlag erbij hing in Roermond. In een poging te redden wat er te redden viel, klopte Lebens een jaar geleden bij De Nieuwe Nor en andere podia aan voor hulp in de programmering popmuziek. Want bands en publiek lieten het afweten. De opdracht was om 30.000 bezoekers te trekken met 85 concerten, een gemiddelde van 350 per keer. In de Nieuwe Nor had Wilbers er negen jaar over gedaan om dat te halen. “De popmuziek in Roermond ligt volledig op zijn gat”, constateert Wilbers in de foyer van ECI Cultuurfabriek, een voormalige chemiefabriek aan de oever van de Roer. “En Lebens had niet echt
ideeën om er wat aan te doen. Ik zou niet weten waar ik hier 85 optredens vandaan zou moeten halen.” Dus stelde hij de prognose bij naar 10.000, het aantal popactiviteiten op vijftig. “Op het gebied van de popmuziek zijn de kaarten geschud in deze provincie. Een beetje band komt hooguit twee keer naar Limburg. In Roermond kunnen we niet concurreren met Maastricht, Heerlen,
‘Jouw club is er een van wouzen en nono’s.’ Sittard of Venlo. Natuurlijk heb ik mijn tong blauw geluld bij bookers om goede bands naar Roermond te halen. Het is niet eens een kwestie van geld, met anderhalve ton kun je best vooruit. Maar het fundament is weg. Willem Venema van Mojo Concerts zei: “Mijn ervaring met je club is bijna irrelevant. Ik kan mij alleen een zootje wouzen en nono’s heugen.” Ik beaam dat niet hè, maar hij doelde op de programmering in ECI. Het geeft aan dat we helemaal opnieuw moeten beginnen.” Tot 2006 was Joery Wilbers (Maastricht, 1973) consulent popmuziek bij het Huis voor de Kunsten. Daarna maakte hij van de Nieuwe Nor in Heerlen een goed draaiende popzaal. “Dat stond goed en ik wilde wel wat groters, mezelf in de wind zetten, in een grotere organisatie, met meerdere disciplines.
Ik hou ook van dans en theater.” Hij wist waar hij aan begon in Roermond. Twee jaar na de opening in 2012 dreigde voor ECI Cultuurfabriek, waarin 18 miljoen euro was gepompt, een faillissement. De 6500 vierkante meter grote ECI biedt onderdak aan een theater, een filmhuis, een expositieruimte, een poppodium, een muziekschool, volwasseneneducatie, twee restaurants en een theatercafé. Voor zijn aantreden wist Wilbers dat de huurschuld van negen ton werd weggepoetst. En dat gebouw en horeca losgekoppeld werden van de hoofdopdracht: cultuur. “Een schone lei”, noemt hij het zelf. Maar wat is schoon? Het theatercafé bevindt zich nog steeds achterin het gebouw, op een onmogelijke plek. Wel zijn theaterbezoekers met de komst van restaurant Lounge 44 niet langer aangewezen op het sterrenrestaurant One, ook ondergebracht in ECI. De ambities zijn aangepast, de grootstedelijke allure is verdwenen. ECI is er voor Roermond en de regio. Vier jaar geleden werd ook het Duitse publiek meegenomen in de prognoses. Het antwoordapparaat in ECI spreekt nog steeds Duits. “Dat doet de gebouwbeheerder. Ik heb het gehoord, ik bel ook wel eens om te kijken hoe lang het duurt voor je de juiste informatie hebt.
>>
13
zuiderlucht.eu
september 2016
DO 27 T/M ZA 29 OKT 16
DO 27 OKT 2016
NEON DANCE Empathy (Belgische première) BAROKKSOLISTENE The image of melancholy TERJE ISUNGSET IJsconcert
festival uit het Noorden
VR 28 OKT 2016
VERNERI POHJOLA QUARTET + ODDARANG ZA 29 OKT 2016
HET HOUTEN HUIS, OORKAAN & NORDLAND VISUAL THEATRE Onbekend land (6+) POST UIT HESSDALEN, MUZIEKTHEATER TRANSPARANT & WINTERVUUR Poolnacht EXEC + SØREN JUUL + LIIMA
C Geysir © The Icelandic journey
CONNECT
CLUB CLASSIQUE
theater, muziek & performance rond familieverhalen van 31 oktober tot 08 november 2016
caleidoscopische trip van 04 oktober 2016 tot 05 mei 2017
MA 31 OKT 2016
BERLIN
Zvizdal - [Chernobyl - So far so close] VR 04 NOV & ZA 05 NOV 2016
HET NIEUWSTEDELIJK & HOUSE CRYING YELLOW TEARS Zwischen (première)
DI 04 OKT 2016
VR 04 NOV 2016
Triosonates van J.S. Bach
LUCILLA GALEAZZI Napoli continente
CLUB#1 - JEAN RONDEAU, LEONARDO GARCIA ALARCÓN & THOMAS DUNFORD ZO 06 NOV 2016
DI 08 NOV 2016 JAHA KOO Lolling and rolling
CLUB#2 - HET COLLECTIEF
Zwischen © Katrijn Van Giel
Jean Rondeau
Le quatuor pour la fin du temps
cultuurcentrum hasselt
ONTDEK HET VOLLEDIGE PROGRAMMA OP WWW.CCHA.BE
14
zuiderlucht.eu
september 2016
CULTURE
Van 240.000 naar 50.000 bezoekers In de prognoses van ECI Cultuurfabriek uit 2010 werd uitgegaan van 240.000 bezoekers per jaar. In een interview met Zuiderlucht eind 2014 beweerde de toenmalige directeur René Lebens dat dit aantal in 2016 alsnog gehaald zou kunnen worden. In het bedrijfsplan van zijn opvolger Joery Wilbers zijn de bezoekersaantallen bijgesteld tot 48.500. Wilbers gaat uit van 9.000 bezoekers voor het theater, 10.000 voor de popzaal, 3.700 voor evenementen, 15.000 voor het filmhuis, 4.700 voor projecten, 1.500 deelnemers aan cursussen en 5.000 losse bezoekers. Voor de expositieruimte heeft hij geen bezoekersaantallen begroot.
De grens is lastig, bij de Nieuwe Nor lukte het alleen met een heel specifiek programma om publiek in Aken te bereiken. In september hebben we hier Shakatak, een Britse jazzfunkband, daar moet het Duitse publiek wel warm voor lopen. We programmeren vooral voor stad en streek en we verschillen niet veel van de programmering in Weert of Reuver.” Nog even over die popmuziek. Hoe ga je dat aanpakken? “We moeten daar weer een fundament voor bouwen. In ECI repeteren geen bands. Dat kan toch niet waar zijn in een stad als Roermond? Ooit waren hier bands als Dreadlock Pussy, Supergroover en Cooler than Jesus. We beginnen klein, we huren nu vijf dagen per week de Azijnfabriek in de binnenstad, er komt een repetitieruimte en de theaterschool brengen we er onder. Maar ook een DJ-lab. Echt bedoeld voor jonge gasten.” Waarom haal je die niet naar ECI? “Het heeft geen zin om jonge bands te laten spelen in een zaal voor 550 bezoekers. Theaterschool en dansschool zijn gescheiden door een tussenwand maar gebruiken dezelfde vloer. Dat betekent geluidsoverlast. Er is in het verleden veel gesoebat hoe dat anders zou moeten, maar het is niet op te
15
lossen. Daarom wijken we uit naar de Azijnfabriek.” In de theaterzaal van ECI is de lei evenmin helemaal schoon. Wilbers spreekt van een “te gek zaaltje van 235 stoelen.” Alleen kom je binnen op het voortoneel. Als de deur dicht is, kom je er niet meer in of uit. Ook het klimaat is er niet erg prettig. “De warmte komt van boven maar daar zit ook de afzuiging, soms is het er te koud. Niet zo heel handig gemaakt dus.” En de kwaliteit van de stoelen is ook al niet top. “Als iemand begint te wiebelen op zijn stoel, wiebelt de hele rij mee.” Kennelijk is er slecht nagedacht bij de inrichting van het gebouw? “Het eerlijke verhaal is dat daar heel goed over is nagedacht. Alleen is het in de uitvoering, omwille van het budget, niet gelukt. Vandaar die vreemde constructie met de dansvloer en de theaterzaal. En ook het drumlokaal van de muziekschool kan alleen gebruikt worden in overleg met de eronder gelegen Rugzorg-praktijk. Dat heeft me verbaasd. Je kunt er boos om worden, maar dat levert niks op. Zulke dingen moeten we aanpakken.” Is daar geld voor? “Dat moet er komen en daarover ben in gesprek met de gemeente.” Hoe ziet je wensenlijstje eruit dan? “De theaterzaal moet optimaal zijn. Dus prima stoelen en een goed klimaat. De geluidsproblemen in de muzieklokalen moeten worden aangepakt net als de hinderlijk rollende bas in de popzaal. We hebben een vast en trouw theaterpubliek van zo’n tienduizend bezoekers. Als we die problemen aanpakken, kan dat alleen maar groeien.” Tienduizend bezoekers per jaar? “We hebben een zaalbezetting van 44 procent en dat is fors lager dan het landelijk gemiddelde. Het ligt in elk geval niet aan het gebouw, want dat is vet.” Misschien ligt het aan wiebelende stoelen? “Het heeft vooral te maken met het slechte imago van ECI. Op een gegeven moment kon ECI helemaal niks goed meer doen.” Waar komt het publiek voor? “Het is een beetje gissen, maar ik denk dat we het vooral moeten hebben van de last minute bestellingen. Het is heel onduidelijk wat het hier
zuiderlucht.eu
nou goed doet. Het schiet alle kanten op en we krijgen er nog geen vinger achter. We zijn er flink mee aan de slag.” Waar liggen je persoonlijke ambities qua programmering? “Geëngageerde makers als Toneelgroep Maastricht en choreograaf Joost Vrouenraets wil ik heel graag binnen hebben. Met talentenmakelaars Via Zuid brengen we een try-out van Marie van Vollenhoven in het kader van het Limburg Festival. Van enthousiaste jonge makers krijg ik goede zin. Een van mijn ambities is om theatermakers hier producties te laten maken. En ik wil de verhalen uit de streek zichtbaar maken. Ook de expositieruimte wil ik daarvoor inzetten. Zo bouw je aan een nieuw publiek.” Snappen ze bij de gemeente waar je het over hebt? “We hebben om de twee weken overleg. Ik wil precies weten waar de realiteitsfactor zit. Ik ben geen luchtfietser. Ik ga niet roepen dat het geweldig gaat als dat niet zo is. Ik proef dat er politieke rust is. De raad heeft gekozen voor een herstart van ECI.” Dit jaar werkt ECI Cultuurfabriek met een begroting van 2,3 miljoen euro. Bijna één miljoen daarvan wordt gesubsidieerd door de gemeente. Drie jaar geleden was dat respectievelijk 3,5 miljoen en 1,2 miljoen. Zo’n 56 procent van de exploitatiekosten moet ECI dus zelf verdienen. De beste verdienmodellen zitten volgens Wilbers in het filmhuis en de cursusafdeling. ECI verloor de afgelopen jaren de danceevenementen en de amateurverenigingen. Hoe ga je die terug krijgen? “De dance-organisatoren zijn hier gillend weggerend. Voorheen moesten bezoekers geleid door TL-licht naar de zaal. Dat was niet zo gezellig. Nu hebben we een echte techno-feel gerealiseerd met gedimd licht en lasers. We denken met hen mee. Ik heb heel wat organisatoren gesproken en er staan weer nieuwe festivals op de agenda.” “De amateurverenigingen vertrokken ook vanwege geluidsproblemen. We bieden ze nu ook plek in de Azijnfabriek. Ze komen langzaam terug. De grauwsluier verdwijnt, het is weer relaxed hier, dat voel ik ook bij de mensen die hier werken.”
september 2016
Andreas Gursky, Mediamarkt, 2016, C-Print, 184,2 x 367,2 x 6,2 cm. © Andreas Gursky / VG Bild-Kunst, Bonn 2016, Courtesy Sprüth Magers
16
zuiderlucht.eu
september 2016
MEGAGROOT EN MESSCHERP In de tentoonstelling Nicht abstrakt onderzoekt fotograaf Andreas Gursky het abstractievermogen van het medium. In museum K20 aan de Grabbeplatz in Düsseldorf reageert hij in twintig reusachtige (soms tot vier bij twee meter) foto’s op de fijnmazige grootschaligheid die de samenleving in haar greep houdt: een opstelling van zonnepanelen in een heuvellandschap, het interieur van een winkel van MediaMarkt en een boekenopslag bij Amazon. De enorme afmetingen in combinatie met de messcherpe detaillering maken het bekijken van een Gursky-foto tot een hallucinerende ervaring. Andreas Gursky – Nicht abstract. Van 2 juli t/m 6 november in K20 Düsseldorf. kunstsammlung.de Andreas Gursky. foto Dominik Asbach © Kunstsammlung NRW
17
zuiderlucht.eu
september 2016
HET LAND
VAN
BOULI LANNERS
Hoofdrolspelers David Murgia en Aurore Broutin.
RONALD ROVERS
– Een persoonlijker film dan Les Premiers, les Derniers
(De eersten, de laatsten) zal Bouli Lanners niet gauw meer maken. Maar waar ligt toch dat land waar die met een peilloze tristesse gevulde Chevrolets rondrijden?
18
zuiderlucht.eu
september 2016
CULTURE
HET IS EEN OUDER BELGIË, WAAR DE BINNENWEGEN NOG VAN DIE BETONNEN PLATEN HADDEN, WAARDOOR HET LEEK ALSOF JE IN EEN AUTO ALS EEN TREIN OVER DE RAILS REED.TA-DAM, TA-DAM, TA-DAM.
Bouli Lanners heeft geen
zin in films die zich in een grauwe stadsbuurt van Luik afspelen. Zijn eigen woorden. Die opzichtige verwijzing naar de films van de broers Dardenne, ook standplaats Wallonië, geeft al aan waar Lanners het wel zoekt: in de weidse, open ruimte. Lanners’ debuut uit 2005, Ultranova begint nochtans af in een grauwe stadsbuurt in Luik. De hoofdpersoon, een verlegen en eenzame makelaar die aanvankelijk niet helemaal geschikt lijkt om mensen de zonnige kant van grauwe stadsbuurten aan te praten, gooit de garagedeur open en rijdt het oneindige landschap in. Het was een manier voor de filmmaker om te laten zien wat hij achter zich liet en waar hij naar toe ging. Sindsdien maakte Lanners drie films: Eldorado (2008), Les Géants (2011) en nu Les Premiers, les Derniers. Vier roadmovies die dankzij de gemankeerde helden die er rondlopen en een permanent heersende dreiging ook altijd iets van westerns hebben. Wat is dat voor een land, waar de films van Bouli Lanners, in 1965 geboren in het Waalse Moresnet, zich afspelen? Wie de films heeft gezien en de gesprekken heeft gelezen waarin Lanners over ze vertelt, heeft al snel door dat ze zich allemaal op dezelfde plek afspelen. België misschien, Wallonië, waarschijnlijker. Moresnet wellicht, tot 1919 een dwergstaatje (340 hectare, 2500 inwoners) op een boogscheut van het Zuid-Limburgse Vaals. Maar zo concreet is het niet. Bij de première van Les Premiers, les Derniers tijdens het filmfestival van Berlijn noemde hij het een land in zijn hoofd.
Een realistisch droomland. Realistisch omdat hij met de onderlinge verhoudingen tussen de personages wel degelijk iets wil zeggen over verhoudingen in de echte wereld. Dromerig omdat het land niet bestaat. Het is een ouder België, zo je wilt, waar de binnenwegen nog van die betonnen platen hadden, waardoor het leek alsof je in een auto als een trein over de rails reed. Ta-dam, ta-dam, ta-dam. Nu er overal asfalt ligt, maken de wegen geen geluid meer. Alles wat Lanners doet, draagt zijn persoonlijke signatuur. Als acteur en regisseur filmt hij alleen op plaatsen waar hij zonder vliegtuig kan komen. Vliegangst. Voor Je suis mort mais j’ai des amis, waarin hij de hoofdrol speelt, moest hij naar Canada. Dat betekende zes dagen op de boot. Hij groeide buiten op, en houdt van buiten filmen. Daarom zitten er zo weinig interieurshots in zijn films. Ooit begon hij als schilder, duistere landschappen met grote luchten waren zijn specialiteit. Die landschappen werden later het vaste decor van zijn films. De plot in Lanners’ films is meestal bijzaak. Het draait om sfeer, en om de ontdekking dat anderen, als je goed kijkt en een beetje je best doet, vaak onverwacht dichtbij staan. De ontdekking van iets menselijks waar je alleen weerstand verwachtte. Net als Ultranova werd ook Lanners’ tweede film Eldorado bevolkt door eigenzinnige, gemankeerde personages, onderweg door oneindig laagland. En ook daar hield de sfeer het midden tussen absurde humor en een soort tristesse waarvan alles en iedereen doordrongen is, ook de wegen en de
gebouwen. Eldorado begint met een handelaar in oude Amerikaanse auto’s die een dief onder z’n bed vindt. Zoals Lanners zelf ook ooit overkwam. In plaats van hem te straffen neemt hij de man in een oude Chevrolet mee op reis naar zijn ouders, waarbij ze onderweg het ene na het andere bizarre personage tegenkomen. Soms ligt het accent op die absurde humor, soms op de liefde (Ultranova), soms op nostalgie (Les Géants, een sprookjesachtig avontuur van drie jongens die voor het eerst zonder ouders op reis zijn, zoals Lanners zelf ook op dertienjarige leeftijd deed), en soms op de ondergang van de wereld. De droefenis in die eerdere films is vooral een mix van nostalgie en verdriet om wat mensen elkaar aan kunnen doen. Les Premiers, les Derniers is van een andere orde. Lanners noemt het zelf de meest persoonlijke film die hij ooit zal maken. Het is opnieuw een roadmovie die van nergens naar nergens gaat. Twee verliefde koningskinderen, Esther en Willy, allebei niet heel scherp, vinden zwervend door het laagland een mobiele telefoon. Precies de telefoon waarnaar twee premiejagers, Gilou en Cochise, op zoek zijn, omdat die gevoelige informatie over hun opdrachtgever bevat. Esther is ondertussen bang voor het einde van de wereld. Min of meer toevallig zwerft een messiaanse figuur luisterend naar de naam Jesús over de wegen in buurt en komen twee oude wijze mannen raadgeven, gespeeld door de acteerlegendes Michael Lonsdale en Max von Sydow. Dit is Lanners ten voeten uit: de
>>
19
zuiderlucht.eu
september 2016
HET IS GEEN FILM OVER GOD, AL VERWIJST DE TITEL DAAR WEL NAAR, MAAR LANNERS VOELDE NA VIJFTIG JAAR DE BEHOEFTE OM HET GELOOF, DE HOOP OP IETS BETERS EN HET VERTROUWEN IN IETS GOEDS TE VERKENNEN.
Michael Lonsdale als orchideeënkweker in Les premiers, les derniers.
absurditeit, de droefheid, die schitterende verlaten monorail die traag door het oneindige landschap slingert maar nergens meer toe dient. De angst voor het einde van de wereld is een angst die hij zelf ook voelt, vertelde hij in interviews. Niet alleen vanwege internationale spanningen, ook omdat hij net als het personage Gilou, dat hij zelf speelt, het afgelopen jaar aan zijn hart geopereerd moest worden. Het is geen film over God, al verwijst de titel daar wel naar, maar Lanners voelde, na vijftig jaar te hebben
20
gezwegen over zijn persoonlijke geloof, wel de behoefte om dat geloof, de hoop op iets beters en het vertrouwen in iets goeds, te verkennen. Niet dogmatisch maar met een open blik. Het leverde zijn beste film tot nu toe op. Duisterder en melancholischer dan alles wat ervoor kwam. Maar ook hoopvoller. Overigens moest hij de verlaten monorail in Frankrijk filmen omdat ook in België, ook in het afgelegen Moresnet met zijn oude zinkindustrie, steeds sneller wordt opgeruimd wat niet meer
zuiderlucht.eu
van nut is. Kon hij voor Eldorado nog gewoon door Wallonië rijden voor het geschikte landschap, nu ligt het land van zijn verhalen steeds meer in scherven verspreid over Europa. Les Premiers, les Derniers is vanaf 14 oktober te zien tijdens het openingsprogramma van de nieuwe huisvesting van Lumière Cinema aan het Bassin in Maastricht. Bouli Lanners is een van de gasten in de openingsweek. lumiere.nl
september 2016
Pleased t0 Meet You
‘MUZIKANT, NEEM IK AAN?’
I Therapy?, pop vermomd als metal.
‘IK KEN WEINIG BANDS DIE ZICH MET ZOVEEL OVERTUIGING HEBBEN NEERGELEGD BIJ HUN EIGEN COMMERCIELE DEVALUATIE.’
edere artiest vindt zijn laatste plaat de beste, zoals iedere schrijver zijn laatste boek zijn beste. Zo hoort het ook te zijn. Althans: voor een tijdje. Daarna groeit de afstand, alleen al in tijd, en kan de maker pas beoordelen waar in zijn oeuvre het werkelijk past. Andy Cairns, de zanger van het Ierse rocktrio Therapy?, kreeg onlangs in een interview de vraag of hij alle albums van de band (inmiddels twaalf) in volgorde van liefde wilde zetten. Cairns was eerlijk en zelfkritisch: hij kon ook uitleggen welke albums zijn minst favoriete waren en waarom. Het laatste album Disquiet zette hij hoog, en terecht. Maar ook Andy Cairns zelf kon er niet omheen: het allerbeste album van Therapy? is en blijft Troublegum uit 1994. Een paar jaar geleden speelde de band het een keer integraal en toen viel andermaal op: er staat geen nummer op dat niet raak is. Het album kwam precies op het goede moment: toen metal groter was dan ooit, en een volledige generatie open stond voor harde muziek. Troublegum is pop vermomd als metal: er staan eigenlijk veertien popliedjes op met gitzwarte teksten en een messcherp, hard geluid. Therapy? was even een beroemde band, en werd daardoor al snel een doodongelukkige band. Toen ze in 1999 het volstrekt ontoegankelijke Suicide Pact – You First uitbrachten, was het vrij snel afgelopen met het bespelen van de hoofdpodia van Rock Werchter en Pinkpop. Therapy? werd een band voor festivals als Boerenrock, Appelpop en Breda Barst - en is dat nog steeds. De Therapy?-leden zelf vinden het prima. Ik ken weinig bands die zich met zoveel overtuiging hebben neergelegd bij hun eigen commerciële devaluatie, en die nog zoveel plezier hebben in optreden, hoe klein de podia ook zijn. In 2014 tourde Cairns in zijn eentje, en zag ik hem in een piepklein zaaltje in Hasselt. Hij speelde een aantal solonummers, wat covers, en zo’n twintig Therapy?-nummers. Het publiek hielp hem door de melodielijnen te zingen die hij op zijn gitaar moest overslaan; het leek wel een huiskamerconcert. Temeer omdat Cairns een klassieke Ierse verhalenverteller is. Hij vertelde hoe hij het nummer If it Kills Me had geschreven toen hij een avond alleen was in zijn nieuwe huis, en het huis ernaast nog leeg stond. Steeds harder had hij If it Kills Me gespeeld en gekrijst, terwijl hij de ene fles wijn na de andere leegdronk en het nummer steeds beter vond worden. Uiteindelijk was hij in slaap gevallen tussen de lege flessen. ‘s Ochtends liep hij in zijn ochtendjas naar buiten om, voor zijn gezin terug kwam van een weekend weg, de flessen naar de glasbak te brengen. Toen hij de zoveelste fles erin had gegooid, hoorde hij stemmen. Er stond een gezin naast de glasbak dat verschrikt naar de verlopen man in ochtendjas keek. Het bleken zijn nieuwe buren. De nieuwe buurman gaf hem een hand, en zei: “Musician, I presume?” Therapy? speelt 22 november in Muziekgieterij in Maastricht. Akoestisch, met stoelen. Muziekgieterij.nl
21
zuiderlucht.eu
september 2016
3D 22
zuiderlucht.eu
september 2016
DESIGN
PRINTEN ALS AMBACHT JEROEN JUNTE
– Hoe zat het ook alweer met de 3D-printer? De
aangekondigde derde Industriële Revolutie laat nog op zich wachten: “De één-druk-op-de-knop productie is een fabeltje.”Maar het ambacht heeft zich door de 3D-printer helemaal vernieuwd.
“Binnen tien jaar
heeft iedere Nederlander een 3D-printer in huis. Gebruiksvoorwerpen maar ook eten worden dan hiermee vervaardigd. We gaan zelfs bouwen op de maan, dankzij de 3D-printer!” Een jaar of vijf geleden weet tech-evangelist Alexander Klöpping, gezeten aan de DWDDtafel, het zeker: de 3D-printer gaat een nieuwe Industriële Revolutie inluiden. Ontwerpen kunnen voortaan met één druk op de knop worden gerealiseerd. De consument wordt producent; iemand met extreem grote handen kan zelf handschoenen in maat XXL produceren. Vraag en aanbod zijn in balans, overproductie en transportkosten zijn verleden tijd. De vraag naar nieuwe producten vermindert sowieso, want iedereen kan reserveonderdelen voor reparaties uitprinten. Kortom, een nieuwe tijd zou aanbreken. We zijn weliswaar pas halverwege de tien jaar van Klöppings profetie, maar kunnen nu al vaststellen dat die niet gaat uitkomen. Nog steeds heeft minder dan één procent van de bevolking een 3D-printer thuis. De Ultimaker 2, een instapmodel, kost nog altijd 2299 euro. De jaarlijkse omzet van de Nederlandse 3D-printindustrie wordt door ABN AMRO geschat op 45 miljoen euro in 2015. Kortom, waar is het misgegaan met die derde Industriële Revolutie? Allereerst is de kwaliteit van de huistuin-en-keuken 3D-printer nog laag. Er kan
uitsluitend worden geprint met bioplastic, een broos materiaal. Doordat ze laag voor laag zijn opgebouwd kunnen ze niet veel trek- en duwkracht aan. Tweede probleem: de objecten kunnen nooit groter zijn dan de 3D-printer zelf. Tenslotte is de software om producten te ontwerpen complex. Wie een product wil ontwerpen of aanpassen moet meer weten dan de plaats van de toets shift-F7. Vergelijk het met het bouwen van een website: het kan wel,
Neuzen, oren en wellicht ook nieren en hartkleppen laten we maken door een hightech 3D-printer, zij het niet op zolder. maar je bent er al gauw een weekend mee bezig. Samengevat: de één-druk-op-de-knop productie is een fabeltje. Natuurlijk worden baanbrekende innovaties gedaan in 3D-printen. Ontwerper Joris Laarman bijvoorbeeld laat stoelen printen van titanium. Maar deze kosten tienduizenden euro’s en worden uitsluitend verkocht in een elitair circuit van kunstgaleries. De geavanceerde 3D-printers waarmee Laarman zijn kunstzinnige designobjecten vervaardigd zijn zeer kostbaar en
daarom gepatenteerd door specialistische startups in de medische sector (tandprotheses) en de automotive-industrie. De kloof tussen de zolderkamerproducent en de hightech maakindustrie wordt gedicht door traditionele bedrijven. Marktleider in 3D-geprinte consumentenproducten is Shapeways, dat produceert in de VS en vandaar verscheept over de wereld. In fabriekachtige loodsen bij New York staan 3D-printers als een lopende band opgesteld. Wat ze produceren zijn hoofdzakelijk sieraden, bloemvaasjes en heel veel iPhone-hoesjes. Door de niet ingeloste belofte van de bevrijde consument ontstaat een zekere vermoeidheid bij het 3D-printen, die nog eens verder wordt aangewakkerd door de groeiende ‘maakbeweging’. In creatieve disciplines als design en mode zijn niet 3D-printers maar onze eigen twee handen het belangrijkste gereedschap. De gangbare bioplastics zijn weliswaar goedkoop en makkelijk in gebruik. Toch roept dit materiaal vooral associaties op met Chinese roetfabrieken en zielloze gebruiksvoorwerpen. De digitale perfectie van het 3D-printen wordt gezien als kil en steriel – er is eerder sprake van een nieuwe industriële massaproductie dan van een Industriële Revolutie. Een lokaal bier of een glutenvrij koekje van de stadboerderij is eerlijker, puurder en dus hipper dan een hightech 3D-gadget waarvan we niet eens waar of waarvan deze is gemaakt. De jongste lichting ontwerpers – niet toevallig digital natives, een generatie die is
>>
23
zuiderlucht.eu
september 2016
3D
Terwijl er steeds meer virtual reality is, groeit de behoefte aan een ‘echte’ wereld die juist zo analoog mogelijk is.
opgegroeid met een iPad op schoot – zoekt naar dergelijke ambachtelijke toepassingen van de 3D-printtechniek. Ze hebben geen ontzag voor de complexe technologie maar proberen deze naar hun hand te zetten. Hoe kan met een 3D-printer toch een expressief gebruiksvoorwerp worden vervaardigd dat het unieke handschrift van de maker draagt, die vraag houdt jonge ontwerpers meer bezig dan perfecte reproductie. Ze buigen zich dan ook niet over specialistische toepassingen als vliegtuigonderdelen of medische protheses maar ontwerpen lowtech producten met een bijna amateuristische uitstraling. De 3D-printer wordt de Workmate van het digitale tijdperk.
Ontwerper Dirk Vander
Kooij bouwde een afgedankte robotarm uit de Chinese auto-industrie eigenhandig om tot een reusachtige 3D-printer. Door de software aan te passen en een dikke printspuit aan het uiteinde te monteren, maakt de robotarm nu stoelen van lange draden van hergebruikt plastic van oude koelkasten. Deze techniek heeft Vander Kooij inmiddels zo verfijnd dat hij een Endless collection met stoelen, salontafels en transparante lampen van gerecyclede cd-hoesjes produceert. Hij kan honderd identieke stoelen uitprinten maar ook elke stoel een andere kleur, afmeting of zelfs vorm geven. Met een oldschool industriële robotarm heeft Vander Kooij een soort digitale timmerwerkplaats bedacht waar hij stoelen op maat print. De consument heeft nog steeds volledige keuzevrijheid maar hoeft zich niet te bekommeren om het productieproces. De broers Jesse en Aron Kirschner, die in Heerlen een 3DWorkshop runnen, hebben samen met Unfold Design Studio uit Antwerpen de productie-op-maat door de consument vereenvoudigd met een systeem van digitale meetapparaatjes. Daarmee kan de consument koppelstukken kan printen voor zelf te maken producten. Met deze koppelstukjes maak je van een plantengieter een waterkan en van een bloempot een lampenkap. De afmetingen van deze koppelstukken worden met een ouderwetse
24
passer of schuifmaat bepaald die gekoppeld zijn aan een computer. Gebruikersvriendelijke software berekent vervolgens de vorm van de lampenkap of schenktuit. De consument hoeft alleen het printcommando te geven. Het is deze mix van digitaal en analoog die de toekomst lijkt te hebben. Een trend die overigens ook buiten design zichtbaar is: Spotify is alomtegenwoordig, maar ook de verkoop van vinyl groeit; Netflix wint aan populariteit, tegelijkertijd stijgt ook het bioscoopbezoek. Ontwerper Olivier van Herpt, twee jaar geleden cum laude afgestudeerd aan de Design Academy Eindhoven, ontwikkelde een 3D-printer die klei laag voor laag opbouwt. Klei is een grillig materiaal dus toeval speelt een rol in het eindresultaat. Met geluidskunstenaar Ricky van Broekhoven experimenteert Van Herpt met geluidsgolven die de textuur van de geprinte voorwerpen beïnvloedt. Een vaas van klei wordt dan een verbeelding van bijvoorbeeld een doorleefde folksong. Dichter bij een lokaal bier of een thuis gebakken koekje kun je niet komen als productontwerper. De omgebouwde robotarmen en zelfgebouwde printapparaten maken de digitale 3D-productietechniek begrijpelijk. De ultieme stap is dan een 3D-printer waar helemaal geen computer meer aan te pas komt. Daniel de Bruin,
zuiderlucht.eu
in 2014 jaar afgestudeerd aan de HKU, deed het. Zijn This New Technology is een ‘printer’ die werkt op zwaartekracht. De printspuit beweegt zich in rondjes over een plaat. Door een stukje staaldraad waarlangs deze spuitkop beweegt in een grillige vorm te buigen, krijgt het object verwante grillige ronde vorm. Een 15 kilo zwaar contragewicht zorgt voor de aandrijving. Deze kleiprinter is eigenlijk meer een geautomatiseerde pottenbakkersschijf. Element van tijd, aandacht, energie en toeval zijn aan het productieproces toegevoegd. De Bruin kan met zijn analoge 3D-printer op kleine schaal voorwerpen maken die daarvoor nog niet mogelijk waren. Het is een samenwerking van mens en machine: als het contragewicht even hapert, dan levert dat een grillige wand op. Dat maakt de voorwerpen uniek en dus waardevol. Het is verleidelijk om deze ambachtelijke revival af te doen als een contrarevolutionaire vlucht naar achter. Uiteindelijk kunnen deze houtje-touwtje machines geen alternatief vormen voor de bestaande industriële massaproductie, noch voor de digitale efficiëntie van hightech 3D-printers. Zal de ambachtelijke 3D-printer net als de racefiets en het lokale bier door dezelfde achterdeur verdwijnen als de hipster? Onze neuzen, oren en wellicht ook nieren en hartkleppen laten we maken door een hightech 3D-printer, zij het niet op zolder. Tegelijkertijd neemt de vraag naar materiële voorwerpen met een menselijke en authentieke uitstraling toe. De computergestuurde 3D-printtechnologie wordt gecombineerd met ouderwets handwerk. In een leven dat steeds meer wordt beheerst door de digitale techniek en virtual reality, groeit de behoefte aan een ‘echte’ wereld die juist zo analoog mogelijk is. Naast een hightech wonderapparaat wordt de 3D-printer ook een ouderwetse machine, waarmee producten worden vervaardigd met een handmatige expressiviteit. Voor een industriële omwenteling zal dit niet zorgen. Maar het ambacht heeft zich helemaal vernieuwd – nota bene dankzij de 3D-printer. 3D Print: NOW! A Design (R)evolution. Van 14 juli t/m 4 december Cube Design Museum, Museumplein, Kerkrade. cubedesignmuseum.nl
september 2016
Post ZL
KIPPEN ZONDER KOP
H BEHALVE EEN IDOOL WAS FORTUYN, NET ALS DONALD TRUMP NU, EEN ONGELEID PROJECTIEL.
et verleden bestaat niet, placht oud-hoogleraar cultuurgeschiedenis Hermann von der Dunk te zeggen. Of heeft iemand het misschien ergens gezien? Feiten? Feiten kunnen niet praten. Mensen wel. Die kunnen hun herinneringen laten spreken, die we zo objectief mogelijk moeten opschrijven. Dat noemen we geschiedwetenschap. Bovenstaande alinea’s vormen de weergave van een herinnering. Afgelopen zomer zat ik in een auto toen tijdens een plotse stop vanonder een stoel de cd-box Cultuurgeschiedenis van Europa naar voren schoot, ingesproken door Hermann von der Dunk. De kostelijke en onbeschaamd erudiete, uit het hoofd ingesproken voordrachten van Von der Dunk laten zien hoe grotesk de misvatting is dat hoorcolleges paternalistisch en ouderwets zijn. Een paar weken voor de coming out van de cd-box las ik een interview met Von der Dunk. Het ging, net als zijn jongste boek, over de macht van het getal en de vervlakking in politiek, cultuur en sociale leven die er het gevolg van is. Zeg maar de ellende die het meten-isweten-syndroom aanricht. Ook had hij het over de hysterie van de vernieuwing waar we sinds de jaren zestig slachtoffer van zijn. Misschien wel sinds 1945, de oorlog heeft zo’n enorme indruk achtergelaten dat we sindsdien niet meer achterom willen (of durven) kijken. Toen de uitverkiezing van Pim Fortuyn, twaalf jaar geleden, tot grootste Nederlander aller tijden ter sprake kwam, zei Von der Dunk: “Het laat zien dat velen een historische horizon hebben van een kip zonder kop. Maar het toont ook aan dat veel Nederlanders op zoek zijn naar houvast. Er is grote behoefte aan idolen.” Behalve een idool was Fortuyn, net als Donald Trump nu, een ongeleid projectiel. “Ze weten goed wat niet deugt, maar hebben geen visie omdat ze geen wortels in het verleden hebben. Terwijl in het verleden de krachten liggen die je hebben gevormd en inspireren voor de toekomst.” Niet meer willen (of durven) omkijken is, kortom, niet zo verstandig. Des te schrijnender is de nonchalante, zeg maar gerust roekeloze manier waarop in Nederland met het geschiedenisonderwijs wordt omgesprongen. De kippen zonder kop waar Von der Dunk het over heeft, winnen nog steeds aan macht. Zie het Brexit-referendum in het Verenigd Koninkrijk, en de aanhang van de stokebranden die met Nederland dezelfde kant op willen. Enige kennis van het verleden kan helpen om het heden te relativeren. Er zijn mensen die door het gewelddadige jihad-extremisme doodsangsten uitstaan omdat ze menen dat de invoering van de sharia nabij is; de jihad is klein bier in vergelijking met de in wreedheid onovertroffen godsdienstoorlogen die een eeuw of vier geleden in ons christelijke Europa werden uitgevochten. Waarmee niets is gezegd over de afloop van de jihad-terreur, de geschiedenis valt zelden in herhaling. Hoe politiek en samenleving onder druk kunnen ontsporen, staat huiveringwekkend beschreven in Onderworpen van Michel Houellebecq - in de werkelijkheid zal het anders gaan, een roman is geen profetie. Ook de volksverhuizingen die we nu waarnemen, zijn niet nieuw. We zullen er aan moeten wennen dat onze streken mede bevolkt gaan worden door mensen van elders, vaak vluchtelingen die, gedwongen door armoede en geweld, hun heil elders zoeken. In tal van varianten is het al ontelbare keren eerder gebeurd. Het wordt pas erg als we als hooggeschoolde samenleving de nieuwe werkelijkheid tegemoet treden met de historische horizon van kippen zonder kop. WIDO SMEETS
25
zuiderlucht.eu
september 2016
APPELGEBAK 28
de voorkeur van...
Appelgebak, elk museumcafé heeft het in huis. Zoals in het ‘nieuwe’ museum La Boverie in Luik, mits je op tijd bent.
LIZE SPIT MET HAAR DEBUUTROMAN HET SMELT BESTORMT ZE DE BESTSELLERLIJSTEN. HET BOEK WORDT VERFILMD EN ER ZIJN
LUIKSE TOESTANDEN
NEGEN VERTALINGEN IN DE MAAK. LIZE SPIT OVER MELANCHOLIE,
Vroeger, toen vuilnisophalers in Nederland nog dreigden
Op kousenvoetjes opent ze de deur.
met stakingen, waarschuwde de overheid voor Luikse toestanden: metershoge bergen van stinkende, wekenlang niet opgehaalde zakken grof vuil. Dat was Luik ruim een kwart eeuw geleden: een failliete stad waar je met een wasknijper op de neus doorheen reed om de Route du Soleil te bereiken. Die zon schijnt alweer een tijdje in de stad zelf, die een wonderbaarlijke gedaanteverandering heeft ondergaan. Neem het Parc de la Boverie, het zuidelijke deel van het Maaseiland Outremeuse. Daar stond lange tijd het Musée d’Art Moderne et d’Art Contemporaine (MAMAC), de tongbrekende naam voor een neoklassieke bouwval met een wat diffuse collectie. Het dit voorjaar heropende, opgeknapte en uitgebreide museum heet nu La Boverie, genoemd naar het omringende park dat er ook weer pico bello bijligt en door een juweel van een voetgangersbrug is verbonden met station Guillemins – nog zo’n trekker van het moderne Luik. Deze zondagmiddag wordt het park bevolkt door enkele duizenden flanerende en picknickende Luikenaren; het is zo’n plek waar mensen elkaar nog liken zonder op een thumbs up button te drukken. De renovatie en uitbreiding zijn indrukwekkend, maar hebben de museale problematiek van het gebouw – veel zuilen, weinig wanden - niet echt opgelost. Ook het profiel van het museum is ons nog steeds niet duidelijk. Bij de opstelling van de vaste collectie in het souterrain geven we het op. Op dus naar de buitenlucht, naar het weldadige terras van restaurant Madame Boverie (sic!) is gedoopt en waar we ons een uur lang opperbest vermaken, onder meer met een voorbij rennende, over hun smartphone gebogen horde Pokémon-zombies, van wie zeker de helft volwassenen. Minpuntje: het appelgebak is op. De vervangende, knisperverse bosbessentaart valt helaas buiten onze recensie-opdracht, maar wie houdt van lering én vermaak kan niet langer om deze stad heen. Thumbs up voor het nieuwe Luik! (WS)
26
zuiderlucht.eu
KAAS EN DE MOGELIJKHEDEN VAN EEN BEHANGTAFEL.
Lize Spit regelt haar zaakjes zelf, maar hoe lang nog? Na de ludieke promo van Uitgeverij DasMag, die in juli honderden exemplaren van haar boek in Nederlandse treinen liet liggen, is dat de vraag. En tja, die interviews. Eigenlijk kan ze alleen fatsoenlijk formuleren op papier, zegt ze, maar in haar knusse appartement in de wijk Curegem – “ja, hier wonen de misdadigers” – komt ze toch aardig uit haar woorden. Er is thee en chocola en de kat snort – of is dat haar laptop waar ze even op googelt?
Muziek “Ik schrijf met een vaste playlist. Tijdens Het smelt luisterde ik Leonard Cohen en Hans Zimmer, melancholische muziek. Ik ben een
Cohen-fan, met dank aan mijn ouders. Als ik naar hem luister is het alsof er een register aan herinneringen wordt opgetrokken. Van Zimmer draaide ik vooral zijn filmmuziek van The Dark Knight en Interstellar. Zijn duistere en meeslepende composities brachten me in de juiste sfeer voor dit boek. Ik voelde me minder eenzaam als ik ’s nachts schreef, het was alsof een heel orkest achter me stond. Veel muziek glijdt zo van me af, maar wat me afgelopen jaar overweldigde was het optreden van Jamie Woon in Botanique. De kwetsbaarheid en overgave waarmee hij op dat podium stond…”
Theater “Het is al even terug, maar House of European History in Exile van de Brusselse theatermaker Thomas
BOEKEN TOP 10 Deze lijst is
samengesteld
op basis van de
verkoopcijfers van de boekhandels Dominicanen (Maastricht), Krings (Sittard), Malpertuis (Genk), Van Piere (Eindhoven) en de Tribune (Maastricht).
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Jack Thorne/J.K. Rowling - Harry Potter and the Cursed Child Marcia Luyten - Het geluk van Limburg Hanya Yanagihara - Een klein leven
Elena Ferrante - De geniale vriendin Saskia Noort - Huidpijn Jeff Kinney - Leven van een loser deel 10 Lize Spit - Het smelt
Karen Slaughter - Verborgen Arnon Grunberg - Moedervlekken Liane Moriarty - Grote kleine leugens
september 2016
COLOFON
EDITS
BlendR & FiltR in augustus VROUWEN “Vrouwen laten zich oplichten door een geslacht dat zich op cafés laveloos staat te drinken, terwijl het met een belachelijke sjaal om de nek naar zoiets onnozels als voetbal zit te kijken. Wij zijn het domme geslacht.” Comedian Bill Burr.
Gitaar
•
“Een gitaarband is iets voor rijkeluiskindjes geworden. Kids uit de arbeidersklasse downloaden gewoon illegale software en maken muziek achter hun computer.” Gitarist Jamie Hince van The Kills.
Lize Spit (Viersel, 1988) is scenarist, roman-schrijver en columnist voor De Morgen. Ze do ceert aan de LUCA School of Ar ts en woont samen met haar vriend in Brussel.
Bellinck vond ik zeer indrukwekkend. Het is een voorstelling die de rise and fall van Europa toont, vanuit de toekomst gezien. Bewonderenswaardig hoe hij zo een politiek statement afgeeft. Zelf zou ik dat niet kunnen, te weinig bagage. Soms overweeg ik een studie geschiedenis of filosofie om dat fundament te leggen. Iets heel anders is Kiss and Cry van de Belgische filmmaker Jaco van Dormael, die van Mr. Nobody. Dat was live-cinema gefilmd vanuit een rondrijdend treintje in een mini-decor met een ballet van handen en vingers. Pure magie. Theater is zo bevrijdend, het laat zien hoe alles interessant kan zijn. Zo zag ik ooit een voorstelling van NT Gent waarbij een acteur eindeloos klungelde met een behangtafel. Zoiets lucht me op: we hoeven niet altijd grote thema’s aan te snijden.”
Film “Hoe de Griekse filmmaker Yorgos Lanthimos in The Lobster en Dogtooth menselijke relaties in een duister, absurd kader plaatst, vind ik heel straf. Borgman van Alex van Warmerdam valt in diezelfde categorie. Oh, en Allen Ball, de scenarist van Six Feet Under. Zijn personages worden zo echt, dat ze bijna familie worden naarmate je kijkt. Ik heb een voorliefde voor duistere films. Dingen waar licht op schijnt, boeien me minder, die zijn al gezien. Nu Het smelt verfilmd wordt, verwijs ik vaak naar Fien Troch van Kid en Unspoken. Zij is iemand die genadeloos
UIT DE HEL
•
“We huilen als we slachtoffers bergen. Vatenbommen komen rechtsreeks uit de hel. Soms treffen we kinderen zonder hoofd aan.” Hulpverlener Ismail Alabdullah van de White Helmets.
de rauwe kanten van het Vlaamse plattelandsleven toont.”
Diagonaal
“We waren ooit in een hotelkamer waar de houten lambrisering aan het plafond diagonaal liep in plaats van rechtuit – vreselijk.”
Design “Ik ben veel bezig met interieur, op eigen nestjesniveau. Scandinavisch design vind ik mooi, maar inmiddels is het zo common, dat ik het bijna beu word. De meeste meubels heb ik na lang speuren gevonden. In die zoektocht zit een deel van de schoonheid. Mijn smaak leidt tot discussies in huis: ik verkies een mooie zetel boven een comfortabele. Als ik kleding winkel, ben ik als een ekster, ik stuif af op alles dat blinkt.”
Schrijfster Myrthe van der Meer.
A’dam
Boeken “Ik ben niet zo’n veellezer. Als schrijver zonder ik me af in mijn bubbel en als ik vastloop, sla ik een boek open
•
“Amsterdam is natuurlijk niet de echte wereld, die stad is meer een soort Disneyworld voor volwassenen. (…) Ik wil niet oud worden in Amsterdam, dat zou een grote teleurstelling zijn.” Regisseur Pieter Kuijpers.
GRATIS
•
“Het moderne leven zoals het was bedoeld, maar dat je in werkelijkheid zelden aantreft. Misschien heeft die gids in onze tijd wereldwijd wel meer impact dan ideologieën of religies.”
Beeldende kunst “Iemand zei over mijn column in De Morgen dat het net een schilderij van Edward Hopper was, een enorm compliment. Ik hou van de verstilde eenzaamheid en de sfeer in zijn werk. Ik houd van hedendaagse realistische schilderkunst waarin de techniek zichtbaar wordt, zoals bij Michaël Borremans. Ik moet er iets in herkennen, wil het me ontroeren. Met van die manifest-kunst kan ik niks. Zo van: we gaan nu alleen met onze vingers schilderen want dan is het puur en dat dan de volgende komt: nee, we mogen enkel met onze tenen schilderen want dat is pas puur. Vermoeiend.”
•
Columnist Aleid Truijens over de nieuwe, gratis Ikeacatalogus (oplage 211 miljoen).
om te zien hoe je ook alweer het ene woord na het andere zet. Als scenarist heb ik iets met graphic novels, zoals die van Rosinski en Brecht Evens. De spanning tussen beeld en tekst kan me echt ontroeren. Deze zomer las ik Joe Speedboot van Tommy Wieringa en Bonita Avenue van Peter Buwalda. Fijne romans die je leest als een film. Kaas van Elsschot heb ik pas ontdekt. Toen kon ik even niet meer schrijven. Die taal is zo krachtig en smeuïg. Dat vond ik ook van Werther Nieland van Reve. Er is veel te ontdekken, maar ik vind al die romans ook intimiderend. Alsof ik met elk boek dat ik lees mijn mogelijkheden als schrijver zullen krimpen.”
Zuiderlucht is een onafhankelijk maandblad met een oplage van 14.000. Zuiderlucht is een uitgave van Bodosz, in opdracht van de Stichting Zuiderlucht. De gedrukte versie is gratis verkrijgbaar op meer dan 350 plekken in Zuid-Nederland en Vlaanderen. Digitaal: zuiderlucht.eu E-paper: zuiderlucht.eu/e-paper Inschrijven voor de ZL-nieuwsbrief kan via zuiderlucht.eu /nieuwsbrief Begunstigers krijgen ZL voor 57 euro per jaar thuisbezorgd. Hun inbreng is onontbeerlijk voor het voortbestaan van het blad. Begunstiger worden kan via zuiderlucht.eu/begunstigers Adres: Capucijnenstraat 21 C10 6211 RN Maastricht 0031 43 350 05 91 info@zuiderlucht.eu Uitgever: Bodosz / Christiane Gronenberg 0031 43 350 05 91 0031 6 10 661 205 c.gronenberg@zuiderlucht.eu Hoofdredacteur: Wido Smeets 0031 43 350 05 91 0031 6 53 338 905 w.smeets@zuiderlucht.eu Commercie: 0031 43 350 05 91 commercie@zuiderlucht.eu Administratie: administratie@zuiderlucht.eu ZuiderLeven: Christiane Gronenberg 0031 610 661 205 c.gronenberg@zuiderlucht.eu Medewerkers: Maria Barnas, A.H.J. Dautzenberg, Edo Dijksterhuis (Amsterdam), Fons Geraets, Said El Haji, Emile Hollman, Wim Jacobs (Brussel), Jeroen Junte, Gerard Kessels, Koen Kleijn, Duncan Liefferink, Ad van Liempt, Alma Mathijsen, Harald Merckelbach, Marente de Moor, An Olaerts, Cyrille Offermans, Adrienne Peters, Patricia Pisters, Ronald Rovers, Merlijn Schoonenboom (Berlijn), Annemarie Staaks, Paul van der Steen, Leon Verdonschot, Patrick van IJzendoorn (Londen). Tekstcorrectie: Anna Peeters Vormgeving: Obidesign Druk: RBD Düsseldorf Bankrekening: IBAN NL55SNSB 093 67 79 675 Distributie: Ursem Koeriers Venlo ISSN: 1875-7146
27
zuiderlucht.eu
september 2016
Zo vang je ze!
KIDZONLINE.EU
van Sam Forey (10)
Wanneer je een wilde Pokémon gaat vangen, moet je wachten tot de gekleurde cirkel in het midden van de witte cirkel komt. Dan heb je betere kans op vangen. Wanneer je de Pokéball gooit en hem blijft draaien, wordt het een curve ball. Dit maakt de Pokémon wat moeilijker om te raken, maar je hebt meer kans om hem te vangen. Bovendien, áls je raakt, krijg je meer XP (Experience Points). Ik ga om de drie dagen Pokémons vangen en ga altijd met iemand uit mijn familie die ouder is dan ik. Twee van de Pokémons die ik gevangen heb:
Dratini Hij is de beste manier om Dragonite te krijgen. Dragonite heeft de hoogste CP (Combat Power) en ik denkt dat het de schattigste is. Hij groeit alleen waar er veel water is, of waar er veel Pokémon Go-spelers zijn.
Hitmonchan Ik heb deze net gekregen. Hij is de hoogste CP Pokémon die ik heb. Ik heb deze gewonnen door een 10km ei, van een PokéStop. Je moet het ei uitbroeden over 10km, en dan komt ie uit. Ik heb dit gehaald met mijn broer en mijn vader. Het koste me drie dagen lopen. Maar dat was het wel waard!
POKÉMON SPECIAL WIST JE DAT… … de uitvinder van Pokémon geïnspireerd is door de insecten die hij als kind verzamelde? De uitvinder heet Satoshi Tajiri, is 51 jaar oud en komt uit Japan. Als kind verzamelde hij in zijn vrije tijd insecten. Daarom werd hij door zijn vrienden soms ‘Meneer Kever’ genoemd. Tajiri wilde eigenlijk entomoloog werden, zo noem je een wetenschapper die insecten onderzoekt. Leuk weetje: de figuur Ash Ketchum lijkt op Tajiri als kind. Hij werd niet wetenschapper, maar begon op zijn zeventiende over videogames te schrijven. Omdat hem vaak opviel dat spellen niet goed bedacht waren, besloot hij samen met vrienden om zelf games te ontwikkelen.
… het zes jaar geduurd heeft om de eerste Pokémon-game te maken? Satoshi Tajiri had het eerste idee voor Pokémon (toen nog voor de Gameboy) al in 1990. Het heeft nog zes jaar geduurd om het spel te maken. Dit waren moeilijke jaren voor Tajiri en zijn team, omdat zij nog geen geld konden verdienen met het spel, maar natuurlijk wel ergens van moesten leven. Vijf medewerkers van Tajiri zijn daarom gestopt met werken bij hem, en hijzelf leefde sindsdien op kosten van zijn vader. In 1996 kwam
28
zuiderlucht.eu
Pokémon eindelijk uit en werd een onverwacht groot succes. Inmiddels zijn er naast de videogames ook een kaartspel, televisie series en films, stripboeken en speelgoed van Pokémon. En sinds kort dus Pokémon Go voor de smartphone. Met deze producten hebben Nintendo en twee andere bedrijven samen al 42 miljard euro verdiend. Met dat geld zou bijvoorbeeld iedere inwoner van Maastricht een eigen huis kunnen kopen.
… je met Pokémon Go zelf ook geld kunt verdienen? Sinds de opkomst van Pokémon Go zie je op sommige plekken veel mensen bij elkaar staan, voornamelijk jongeren. Die zijn natuurlijk Pokémons aan het vangen. Een student in Maastricht heeft zo’n plek in het stadspark gespot, spontaan een ijswagentje gekocht en verkoopt nu in de weekenden tig-tallen horentjes ijs. Wil jij flyers voor een schoolevenement uitdelen? Of wil je bosjes bloemen of appeltjes uit de eigen tuin verkopen? Dan zijn de Pokémon-hotspots goede plekken om met je actie te beginnen want daar is het op vrije dagen gegarandeerd druk.
september 2016
#MYPOKÉMON
HOE SPEEL JIJ POKÉMON GO?
Dylano (10) uit Ittervoort: “Ik heb vroeger ook al met Pokémon-kaarten gespeeld en ook de series op televisie gezien. Daardoor weet ik bij welke generatie een Pokémon hoort. Dat weet niet iedereen! Mijn doel is om alle Pokémons te vangen, het zijn er in totaal ongeveer honderdvijftig. Ik speel momenteel op de smartphone van mijn moeder, omdat we daarvoor net een nieuw internetabonnement hebben gekocht. Ik speel sinds twee weken, elke dag minstens vijftien minuten. Dan kijk ik of er nieuwe Pokémons zijn. Omdat binnenshuis meestal geen Pokémons zijn, ben ik nu wat vaker buiten. Mijn beste vangst tot nu toe was Aerodactyl, een Pokémon met 722 CP (Combat Power). Ik zit nu op level 13, maar hoeveel levels er in totaal zijn weet ik niet. Oneindig veel waarschijnlijk!” Mabel (13) uit Nieuwegein, op bezoek in Maastricht: “Ik vind Pokémon Go heel slim bedacht. De Pokémons zitten vooral bij monumenten, musea en in parken. Zo komen
kinderen op plekken waar ze normaal niet komen. Je mag bij het spelen niet te snel bewegen, dus niet in de auto of op een scooter. Dan krijg je een bericht waarin staat dat je te snel gaat. Het motiveert kinderen dus om te lopen of the fietsen. Ik zelf speel niet regelmatig. Maar als ik ineens veel mensen met een smartphone zie, dan kijk ik even welke Pokémons er in de buurt zijn. Mijn twee jaar oudere zus vindt Pokémon Go tijdsverspilling en iets voor jongens. Maar mijn vader speelt wél af en toe.”
Alsjeblieft aanraken! Je kent het vast, het bordje ‘Gelieve niet aan te raken’. Misschien heb je het al eens in een winkel gezien, en vast en zeker in het museum. Wilde je je net op een stoel laten ploffen, of even aan dat mooie beeld voelen, staan daar weer die vijf verbiedende woorden. Bij de expositie Spielerei in Heerlen is dat anders. Hier wordt kunst gepresenteerd waarmee je juist iets moet doen. Dat was namelijk de gedachte van de kunstenaars: het publiek moet ook in actie komen, anders is het kunstwerk niet af. Dit idee hadden kunstenaars al vijftig jaar geleden, bijvoorbeeld de groep GRAV uit Frankrijk. Naast hun objecten zijn er nieuwere werken te zien die gebruik maken van Virtual Reality. Wil je nóg meer actie, vraag dan bij de balie naar de museumtas, daar zitten vragen en opdrachten in. Spielerei | 28 augustus t/m 27 november in Schunck in Heerlen | schunck.nl
Enrique (13) uit Maastricht: “Ik speel op mijn i-Phone 5, die heb je ook minstens nodig, met een i-Phone 4 kun je het bijvoorbeeld niet spelen. Pokémon Go is gratis, maar je kan ook dingen erbij kopen, bijvoorbeeld andere soorten balletjes waarmee je op de Pokémons kunt schieten. Na twee dagen spelen zit ik nu op level negentien. De beste Pokémon die ik heb gevangen, is Slowbro, die heeft 1206 CP. Ik speel samen met vrienden van mij die ik normaal ook zou ontmoeten. En we kunnen ook bij Pokémon Go samen in een team spelen.”
Colofon Uitgever: Bodosz, in opdracht van de Stichting Zuiderlucht Capucijnenstraat 21 C10, 6211 RN Maastricht Eindredactie: Christiane Gronenberg / Email: c.gronenberg@zuiderlucht.eu / Telefoon: 06 10 66 12 05 Mede mogelijk gemaakt door: Provincie Limburg, Bic Multimedia.
29
NOG MEER SPELEN, MAAR DAN ANDERS?
zuiderlucht.eu
WIL JE NÓG MEER ACTIE, VRAAG DAN BIJ DE BALIE NAAR DE MUSEUMTAS.
september 2016
kunst om mee te spelen
#12
28 AUG T/M 27 NOV 302016
zuiderlucht.eu
september 2016
VNK Limburgse Koordagen 2016
Kunst dagen
7 t/m 9 oktober diverse locaties Roermond
foto: Pascal Moors
Wittem
2-25 september 2016 KloosterbibliotheeK Wittem
www.hklimburg.nl/limburgsekoordagen
ConCerten / expositie www.kunstdagenwittem.nl
31
zuiderlucht.eu
september 2016
Van 16 tot en met 24 september staat C-mine in Genk in het teken van design, recycling en upcycling.
Met designers die afgedankte spullen een nieuwe identiteit aanmeten, ze exposeren en nadien veilen tijdens De Veiling der Dingen. Maar ook een grote closetsale-en stockverkoop, een repaircafĂŠ en workshops. TOT EN MET
32
meer info op c-mine.be en onbetaalbaar.com zuiderlucht.eu
september 2016