@@003-PR010-13LM.qxp:Opmaak 1
15-05-2013
12:29
Pagina 2
COVERINTERVIEW Het denken over de dood en het overdenken van het verleden is grotendeels verloren gegaan, vindt Heinz Holliger. De dirigent, componist en hoboïst heeft rond het thema memento mori een programma samengesteld voor de AAA-serie van het Koninklijk Concertgebouworkest.
de actualiteit van de dood door floris don > illustratie olivia ettema > fotografie daniel vass en simon van boxtel
‘Memento mori, gedenk te sterven: dat motto is voor mij zo vanzelfsprekend,’ verklaart Heinz Holliger. ‘Als musicus ben je voortdurend bezig met het verleden en dat wat na de dood ligt. Ga maar na: alleen Orpheus mocht een kijkje nemen in de onderwereld, dat is een beeldhouwer of schilder nooit gegund geweest.’ Memento mori: dat is het thema van het AAA Festival deze maand. Aan de gerespecteerde Zwitserse hoboïst, componist en dirigent Heinz Holliger werd gevraagd een orkestprogramma samen te stellen. Een logische keuze: Hollliger is als componist altijd gefascineerd geweest door de filosofisch gelaagde muziek van de Laatromantiek en de vroegmoderne componisten van begin twintigste eeuw. Bovendien ziet hij het programmeren als een onderschatte kunst. ‘Ik wil geen stukken dirigeren die niet uit een innerlijke noodzaak op het programma staan. Elk werk moet uit het voorafgaande werk voortvloeien, en logisch vooruitwijzen naar het daaropvolgende.’ Zo kwam hij met een prachtige lijst: Alban Berg, Bernd Alois Zimmermann, en twee van zijn eigen composities die late werken van Franz Liszt en Claude Debussy als uitgangspunt hebben. Muziek over de dood, over tradities, herinneringen en tijdsbesef.
‘De exacte tijd zoals door een klok wordt aangegeven, is een illusie’
12
Hoewel hij niet zijn eigen instrument zal bespelen, biedt dit programma een uitstekende gelegenheid de musicus Holliger nader te leren kennen.
dialoog Holliger formuleert zorgvuldig en spreekt zacht, maar gezaghebbend. ‘Heb je het over de dood, dan kom je al snel uit bij de late Liszt. Zijn late werk is een soort begrafenisritueel, maar is zijn tijd ook ver vooruit. Denk aan Lugubre gondola of Am Grabe Richard Wagners, van de dood doordrongen werken die qua harmonieën reeds vooruitwijzen naar de twintigste eeuw. In mijn werk Zwei Liszt-Transkriptionen heb ik Liszts pianowerken Nuages gris en Unstern! bijna letterlijk verwerkt, maar ik laat deze muziek in slow motion klinken. Nuages gris verbeeldt wolken die bijna statisch blijven hangen. Als bovenlaag heb ik daar mijn eigen noten aan toegevoegd, schaduwen en echo’s. Zo hoop ik aan te tonen dat emotionele tijd veel langer voelt dan de werkelijke tijd. Ik gebruik daarbij een heel groot orkest, een familie van fluiten en klarinetten. Zeer ongebruikelijk voor Liszt. Waarom? Omdat het uiteindelijk mijn eigen muziek is. Hier is geen sprake van “slechts” een orkestratie.’ Een soortgelijke dialoog gaat Holliger aan in Ardeur noire. De oerbron is het pianowerk Les soirs illuminés par l’ardeur du charbon – ‘avonden beschenen door kolengloed’ >
@@003-PR010-13LM.qxp:Opmaak 1
15-05-2013
12:29
Pagina 3
@@003-PR010-13LM.qxp:Opmaak 1
15-05-2013
12:29
Pagina 4
COVERINTERVIEW
Heinz Holliger
– dat Debussy schreef in de oorlogswinter van 1917. Het werd pas in 2001 herontdekt. ‘In deze late compositie lijkt Debussy afscheid te nemen,’ vertelt Holliger, ‘alsof hij op zijn sterfbed ligt, omringd door vrienden die één voor één een buiging maken. Debussy citeert uit eigen werk en lijkt zich zijn hele leven in één ogenblik te herinneren. Het is een kort pianowerk van drie minuten. Ik heb het uitgebreid en er een soort synopsis aan toegevoegd van de werken waaraan Debussy refereert. Maar die referenties worden beleefd alsof het om één enkel moment gaat. Het is een samenballing van tijd, een “Kugelgestalt der Zeit” – ‘bolvormige tijd’ –, zoals Bernd Alois Zimmermann het noemde. Hij bedoelt te zeggen: muziek manipuleert het tijdsbesef. Een gecondenseerd werkje van Webern van vijftig seconden kan in emotioneel opzicht net zo lang aanvoelen als een hele Mahlersymfonie. De exacte tijd zoals door een klok wordt aangegeven, is een illusie.’ 13 EN 14 JUNI, GROTE ZAAL - Koninklijk Concertgebouworkest - Heinz Holliger, dirigent - Veronika Eberle, viool - Holliger, Berg, Zimmermann
14
zwanenzang Bernd Alois Zimmermann (1918-1970) werd bekend om zijn complexe composities waarin stijl- en muziekcitaten vaak onherkenbaar zijn ondergebracht in een gecondenseerde, extreem expressieve en soms bijna agressieve totaalklank. ‘Zimmermann was in staat om traumatische ervaringen, bijvoorbeeld van de Tweede Wereldoorlog, in muziek om te zetten. Hij kon uitstekend omgaan met grote vormen, had een unieke orkestratiesignatuur. En zijn muziek is pluralistisch, eclectisch. Ik bedoel dan niet het “anything goes” dat je bij veel jonge componisten hoort. Nee, het is alsof alle stijlen die de mensheid heeft voortgebracht bij Zimmermann in één brandpunt samenkomen, gevat in een sterke structuur. In zijn Alagoana, dat ons programma afsluit, hoor je Braziliaanse folklore. Maar het is nooit een letterlijk citaat. Het gaat om het proces van creatie en dood, natuur en menselijkheid, vergelijkbaar met Le sacre du printemps van Stravinsky. Het is een vulkaan waarin alle muziek van de twintigste eeuw is samengesmolten. Geniaal.’ ‘Helaas eindigde Zimmermann zijn leven op tragische wijze: na toenemende depressies pleegde hij zelfmoord in 1970. Had hij
@@003-PR010-13LM.qxp:Opmaak 1
15-05-2013
langer geleefd, dan zou hij de moderne muziek in een andere richting hebben gestuwd. Ik plaats hem op dezelfde hoogte als Schubert, Mahler, en Alban Berg.’ Over Berg gesproken, diens Vioolconcert staat ook op het programma. Dat zal zeker zijn omdat Berg het schreef ter nagedachtenis van de op achttienjarige leeftijd gestorven Manon Gropius, dochter van Alma Mahler? ‘Je hoeft het vanzelfsprekende niet te benadrukken. Maar inderdaad. En het vioolconcert is tevens zijn eigen requiem, zijn zwanenzang.’
geheugenverlies Het sterven gedenken en dus ook het verleden overdenken, dat is in de eenentwintigste eeuw volgens Holliger grotendeels verloren gegaan. ‘Typisch voor dit elektronische tijdperk is het geheugenverlies,’ vindt hij, ‘ontstaan door een teveel aan informatie. Maar we kunnen ons dit geheugenverlies eigenlijk niet permitteren, het leven is te kort. Natuurlijk, ik ben zelf ook met een hoop zaken tegelijk bezig. Maar wat ik doe, was in de achttiende en negentiende eeuw heel normaal, specialisten had men toen nog niet. Muziek is voor mij een eenheid: alles wat ik doe is daar onderdeel van, of ik nu componeer, dirigeer, speel, doceer of schrijf over muziek. Maar ik houd me alleen bezig met wat ik echt belangrijk vind. Dat is een privilege. Daarin schuilt in de huidige muziekindustrie een gevaar: dat je maar eindeloos doorgaat, als een machine, zonder er goed bij te kunnen nadenken. Jonge musici vallen makkelijk in een val, ze gaan stukken spelen waar ze niet echt in geloven.’ ‘Muziek heeft een gevaarlijke kant. Muziek kan worden aangewend om geld mee te verdienen, en leiden tot machtsmisbruik. Kijk naar de dirigent die zich als een despoot opstelt, of de solist die de creativiteit van een ander – namelijk de componist – opeist voor egoïstische doeleinden. En een popzanger voelt zich machtig omdat zijn stem elektronisch wordt versterkt. Muziek is dan een wapen: een versterking en verlenging van ons lichaam.’ Holliger wil muziek voor goede doeleinden aanwenden. ‘Memento mori is nog altijd actueel. Muziek kan ons ook helpen het geheugen terug te brengen. Muziek dwingt ons in
P R E L U D I U M - juni/juli 2013
12:29
Pagina 5
onszelf te kijken, en onze problemen onder ogen te zien. Daar is niets oppervlakkigs aan.’
Lucas Macías Navarro, solohoboïst van het Koninklijk Concertgebouworkest, studeerde vier jaar bij Heinz Holliger aan de Hochschule in Freiburg. Holliger geeft hier al les sinds 1966. De Spanjaard beschouwt Holliger als de grootste hoboïst van deze tijd. Navarro: ‘Daarover bestaat geen twijfel, hij heeft de geschiedenis van ons instrument veranderd. Alleen al omdat talloze componisten voor hem nieuwe werken hebben geschreven: Hans Werner Henze, Luciano Berio, Witold Lutosławski, Bruno Maderna, enzovoort. Dat heeft mede te maken met het feit dat Holliger een nieuwe techniek voor de hobo uitvond: als je net iets te hard blaast, hoor je twee of meer tonen tegelijk. Deze zogenaamde multiphonics leiden tot geheel nieuwe mogelijkheden op het instrument, hetgeen veel componisten heeft geïnspireerd. Maar bovenal is Holliger een groot musicus en een groot componist. Hij weet hoe harmonieën werken. En op het podium koppelt hij een enorme muzikale persoonlijkheid aan een vlekkeloze techniek.’ Navarro vroeg als student of hij bij Holliger voor mocht spelen. Hij werd prompt aangenomen. ‘Holliger was een geweldige docent die altijd dacht vanuit de structuur van de muziek. Hij besteedde weinig aandacht aan hobotechniek, hoewel hij me wel leerde dat je als hoboïst moet ademen als een zanger, heel natuurlijk en zonder te forceren. Maar bovenal bestudeerden we de partituur. Ik herinner me een les met de Romances van Schumann, een kwartier muziek waar we drie uur aan besteedden. Holliger begeleidde aan de piano maar stopte voortdurend, om mij van alles over onder meer de harmonieën uit te leggen.’ ‘Ik zou niet willen zeggen dat Holliger een bepaalde school vertegenwoordigt. Vroeger sprak men van een Franse school, die licht en vrijelijk was, tegenover een donkerder en preciezere Duitse school. Tegenwoordig is alles zeer gemengd. Holliger vertegenwoordigt het beste van twee werelden: hij speelt vrijuit maar overdrijft nooit en speelt de muziek op de best wenselijke manier. Dat is geen smaakkwestie, dat is gewoon zo.’ <
15