2 minute read
Hoofdredactioneel
De gewaardeerde fysieke leefomgeving
De ruimte in Nederland is beperkt. Dat Nederland enorme opgaven in de fysieke leefomgeving heeft weten we dus al lang. Dat is geen nieuwe informatie. Nieuw lijkt wel het breed gedragen gevoel van urgentie. Dat er een gevoel van urgentie heerst, blijkt vooral uit het nieuwe toverwoord ‘crisis’ dat sinds een aantal maanden ineens overal opduikt. Er wordt veelvuldig bericht over de ‘woningcrisis’, de ‘klimaatcrisis’ en de ‘stikstofcrisis’. En dat is (nog lang) niet alles. We zitten middenin een ‘energiecrisis’, en stevenen af op een
Advertisement
‘waterkwaliteitscrisis’. Het zal niemand zijn ontgaan: de vele crises concentreren zich allemaal in de fysieke leefomgeving.
De crises worden steeds zichtbaarder in de fysieke leefomgeving. Dat gold de afgelopen maanden in ieder geval voor de klimaatcrisis. De enorm hete zomerdagen resulteerden in dichtzittende gordijnen en met aluminium beplakte ramen. Het gebrek aan neerslag heeft de natuur verdord en de bodem verdroogd. De waterstanden van de grote rivieren zijn laag. Deltacommissaris Peter Glas zegt, in een interview in dit nummer, dat de lage waterstanden ‘in de zomerperiodes (…) wel het nieuwe normaal kunnen worden’. Iets anders dat steeds zichtbaarder wordt in de fysieke leefomgeving is de bodem
die op sommige plekken in Nederland sluimerend daalt. De opgehoogde drempels en verzakkende tegels en rijbanen tonen de inklinking en verzakking van de Goudse bodem, zo laat het beeldessay in dit nummer illustratief zien. Toch zijn niet alle crises even direct zichtbaar in de fysieke leefomgeving. Dat onderstreept Theo Stauttener in zijn column, waarin hij de aandacht vestigt op de verdiepende woningcrisis.
Hoe (on)zichtbaar de crises ook zijn, één ding is zeker: het is nu tijd voor actie. Nietsdoen is geen optie. Dat realiseert ook kabinet-Rutte IV zich eindelijk. In politiek Den Haag lijkt het gevoel van urgentie niet langer te ontbreken. Door de opeengestapelde crises is de fysieke leefomgeving (weer) hoog op de politieke agenda beland. Het Rijk heeft aangekondigd dat zij opnieuw de regie gaat voeren. Dat wil zeggen: een richtinggevend toekomstbeeld en een integrale aanpak om de urgente ruimtelijke opgaven op te pakken. Het Rijk waardeert de fysieke leefomgeving dus weer. Dat is goed nieuws en aan te moedigen. Het is te hopen dat die herwaardering een permanent karakter heeft. De belangstelling voor de fysieke leefomgeving mag in politiek Den Haag niet opnieuw wegzakken.
Is de aangekondigde rijksregie dan de oplossing voor alle crises? Ik ben bang van niet. Laat de rijksregie niet de verwachting wekken dat alle urgente ruimtelijke opgaven opgelost zullen (of kunnen) worden. Alle oplossingen vragen immers om ruimte. Er moeten dus strategische keuzes gemaakt worden over de (her)verdeling van de Nederlandse ruimte. Dat is onontkoombaar. Herlees de eerste zin van dit redactioneel nog maar eens. Het wordt dus interessant (én spannend) als we stilstaan bij de ingrijpende ruimtelijke keuzes die de rijksregie tot gevolg heeft. En hoewel er de komende maanden nog verschillende knopen doorgehakt zullen worden, krijgt de rijksregie inmiddels vorm. De hoogste tijd om in dit nummer wat uitvoeriger bij die aangekondigde rijksregie stil te staan.
Lilian van Karnenbeek
Universiteit Utrecht