5 minute read
Recensie
Recensies
Besproken door Like Bijlsma
Advertisement
Oases in de stad. Het hofje als architectonisch idee / Urban Oases
Willemijn Wilms Floet Uitgeverij NAI/010 ISBN 978-94-6208-660-9
AFGELOPEN DECENNIA IS
er veel geschreven over de moderne woningbouwtraditie in Nederland, zowel vanuit het planningsperspectief als vanuit erfgoed en sociale geschiedenis. Veel minder aandacht kreeg de premoderne voorloper van deze traditie: het ‘hofje van liefdadigheid’. Het boek ‘Oases in de stad’ brengt hier verandering in. Het beschrijft de ontstaansgeschiedenis en ontwikkeling van het hofje, verbeeld met prachtige tekeningen en fotografie. De eerste uitgave van Willemijn Wilms Floet, een bewerking van haar dissertatie ‘Het hofje, bouwsteen van de Hollandse stad 1400-2000’, verscheen in 2015. Deze nieuwe uitgave is grondig herschreven. Het positioneert de architectuur en woonpraktijk van het hofje niet alleen in de lokale stadhistorische omgeving, maar plaatst het ook in een bredere Europese context. Zo ontstaat zicht op de kwaliteiten van een bekende, maar tegelijkertijd onzichtbare, categorie van woonmilieus. Het idee van het hofje is simpel, maar doeltreffend: een tuin die wordt omringd door woningen en voordeuren. Naar buiten toe is het afgesloten en verborgen. De verbinding met de stad wordt slechts gelegd door een poort(je). De woonkwaliteiten zijn evident: stil, groen, kleinschalig en sociaal. Het hofje is ontstaan als een vorm van armenzorg, gesticht door ofwel de kerk, het stadsbestuur of door zakenlieden. Het typische Hollandse hofje bestaat uit het voornamen regentenhuis dat gekoppeld is aan een ensemble van armenhuisjes (in een iets eenvoudiger vormgeving). Deze opbouw heeft zich eeuwenlang doorgezet in verschillende vormen: denk aan prachtige monumentale voorbeelden, zoals het Hofje van Nieuwkoop in Den Haag (1661), of de gegroeide arrangementen rondom kerk en brink, zoals het Oude Bornhof in Zutphen (1340-1723).
Het hofje kreeg vorm binnen steeds wisselende ontwikkelingsvormen en bestuurlijk politieke contexten, waarbij de relatie tussen hofbewoners, regenten en stad architectonisch tot uitdrukking werd gebracht. Enerzijds zijn er onzichtbare hofjes, gelegen in binnengebieden achter de huizen en ontsloten door kleine poortjes en gangen, zoals het Hofje van Samuel de Zee in Leiden (1724). Anderzijds eisten stichters een prominente plek aan de straat op en openden het hof met
monumentale poorten en gevels, zoals het Teylershof in Haarlem (1787).
Het boek beschrijft het concept van het hofje als een ruimtelijke constante in de Nederlandse woningbouw. Het traditionele hofje wordt op moderne manier geïnterpreteerd in projecten als het Rotterdamse Justus van Effenblok (1925), het Haagse woonhotel Marlot (1934), binnenstedelijke invullingen als Le Medi in Rotterdam (2008), het Johan Enschedehof in Haarlem (2007) tot aan het sociale woningbouwcomplex Spaarndammerhart (2021), dat onlangs de Zuiderkerkprijs won. Het hofje krijgt in elke periode een nieuwe vorm: plattegronden maken een ontwikkeling door van een kamerwoning naar gezinswoning, architectonische elementen krijgen een nieuwe uitdrukking en de functie van de beplanting verschuift van gebruikstuin naar kijktuin naar klimaatbufnaar kijktuin naar klimaatbuffer. Maar het idee van het fer. Maar het idee van het hofje blijft overeind. Het heeft zich diep genesteld in heeft zich diep genesteld in de Nederlandse bouw- en de Nederlandse bouw- en wooncultuur en wordt als wooncultuur en wordt als een archetype herkend door een archetype herkend door bewoners, ontwerpers en bewoners, ontwerpers en ontwikkelaars, zoals de voorbeelden illustreren.
De vitaliteit van de historische binnenstedelijke hoven – waarvan het gebruik zich gedurende de tijd steeds heeft weten aan te passen aan veranderende wensen en eisen van de bewoners – toont bovendien aan hoe adaptief het gebouwtype is. Wilms Floet stelt de vraag of het hofje niet een veel grotere een rol zou kunnen spelen in het woningbouwontwerp in de 21e eeuw, en dan met name in de discussie rondom duurzame verdichting van de stad. Afgezien van de adaptiviteit van het type en de architectonische mogelijkheden om diverse ruimtelijke identiteiten, zowel binnenin het hof als naar de straat toe te creëren, biedt het vooral een rustige, groene en sociale woonomgeving. De vraag naar contextuele, sociaal inclusieve inpassingsprojecten, waarin ook groen een rol speelt, is groot. Deze studie laat zien dat er meer verdichtingsvarianten zijn dan de hoogbouwtoren. Het hofje creëert variatie, ruimte en bebouwing en een diversiteit aan omsloten plekken, in wisselende vormen van collectiviteit. Dit boek is een goede handleiding en excursiegids om deze kwaliteiten zelf eens te gaan verkennen.
Colofon
Ruimte en Wonen
103e jaargang, nummer 3, september 2022. Ruimte en Wonen is een vakblad en kennisnetwerk voor ruimtelijke professionals en woningmarktexperts, ontstaan uit de vakbladen S+RO en TVV. Het vakblad verschijnt 4x per jaar en zijn gekoppeld aan kennissessies. Lees ook mee op Twitter: @ruimteenwonen.
Uitgave
Aeneas Media bv, Veemarktkade 8, ruimte 4121, 5222 AE ‘s-Hertogenbosch, 073- 2051010, www.aeneas.nl, ruimteenwonen@aeneas.nl
Redactie
Annemiek Rijckenberg, Marrietta Haffner, Anne-Jo Visser, Like Bijlsma, Bob Witjes, Leo Pols, Frank Suurenbroek, Martijn Eskinasi, Paul Gerretsen, Evamarije Smit, Lilian van Karnenbeek, Jutta Hinterleitner, Bert Pots, Anouk Corel, Remko Zuidema
Community
Organisaties, bedrijven en instellingen kunnen partner worden van Ruimte en Wonen. Neem contact op met Yvette Vierhout, 073-2051028 of mail naar y.vierhout@aeneas.nl.
Advertentieverkoop
l.nijs@aeneas.nl, T 073-2051026
Contact
klantenservice@aeneas.nl, T 073-2051010
Lidmaatschappen 2021
Kijk voor informatie over onze lidmaatschappen op www.ruimteenwonen.nl of neem contact op met onze klantenservice via klantenservice@aeneas.nl of 073 2051010. Alle prijzen zijn op jaarbasis en exclusief btw.
Ontwerp en vormgeving
Twin Media bv
Redactie coördinator
Yvette Vierhout
Voorwaarden
Ruimte en Wonen wordt tevens elektronisch opgeslagen en geëxploiteerd. Alle auteurs van tekstbijdragen in de vorm van artikelen of ingezonden brieven en/of makers van beeldmateriaal worden geacht daarvan op de hoogte te zijn en daarmee in te stemmen, e.e.a. overeenkomstig de publicatie- en/of inkoopvoorwaarden. Deze liggen bij de redactie ter inzage en zijn op te vragen. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder toestemming van de uitgever. Hoewel de grootst mogelijke zorg wordt besteed aan de inhoud van het blad, zijn redactie en uitgever van Ruimte en Wonen niet aansprakelijk voor de gevolgen, van welke aard ook, van handelingen en/of beslissingen gebaseerd op de informatie in deze uitgave. Niet altijd kunnen rechthebbenden van gebruikt beeldmateriaal worden achterhaald. Belanghebbenden kunnen contact opnemen met de uitgever.
Ook de aandacht trekken van corporaties, bouwers, duurzaamheidstrategen en architecten? Kijk op www.ruimteenwonen.nl/adverteren voor de mogelijkheden of bel 073 205 10 23