ZEEHAVENS
AMSTERDAM
Themanummer
Energie
AMSTERDAM BEVERWIJK IJMUIDEN ZAANSTAD
2012/nr4
Port Key
Slimme toegangspas voor de haven
Joloda
VCK beproeft nieuw laad- en lossysteem voor containers
2
September 2012
Zeehavens Amsterdam
Inhoud Themanummer
Energie 05 07 09 13 14 20 23 24 28 30 32 34 36 39 41 42 43 45 46 50
Evenwicht tussen fossiel en duurzaam Korte berichten Korte berichten
10
PortKey tilt havenveiligheid naar hoger plan
17
Amsterdam: energiehaven die zich meer mag laten gelden
Zeehavens Amsterdam: energiehaven in transitie Duurzame-energiehaven Amsterdam krijgt vorm
Samen met het bedrijf Secure Logistics is ORAM bezig een uniforme toegangspas te ontwikkelen voor de Amsterdamse haven. Ter Haak Group en CTVrede zijn de eerste deelnemers.
Zeehavens Amsterdam bereidt zich voor op ‘booming’ windenergie Haven Amsterdam onderzoekt walstroom voor zeeschepen Walstroom biedt kans op duurzame haven Tata Steel zet fors in op energiebesparing Rijden op frituurvet Innoveren voor een duurzame haven Zeehavens Amsterdam duurzaam met olie Kolen zijn betrouwbare energiebron OBA zet eerste stappen in biomassa
ORAM en Amports hielden deze zomer een rondetafelgesprek met een aantal energiespecialisten uit de Amsterdamse haven. Centraal stond de vraag hoe Amsterdam zijn sterke positie in olieproducten en kolen kan combineren met duurzame brandstoffen.
Golden Arrow eerste bunkerbedrijf met AEO-status VCK zet transport op de rails Efficiënt met energie, ook bij vergunningen Amsterdam Marina in aanbouw
Foto voorpagina: De Hemwegcentrale in Amsterdam bestaat uit een kolencentrale en een aardgascentrale die momenteel wordt vernieuwd. Mogelijk gaat NUON vanaf 2014 biomassa bijstoken, een vorm van duurzame energie. Foto: Ed Seeder
Op naar de driehonderd bedrijven! Het juiste doen op het juiste moment
Colofon: Zeehavens Amsterdam is een uitgave van Amports, De Ruijterkade 7, 1013AA Amsterdam. Directeur: Laura Keegstra. Tel: 020 627 37 06 E-mail: amports@amports.nl Twitter: @Amports
Redactie: Bart Stam (hoofdredacteur) Boris Coret (bureauredacteur) Advertenties: Chris van der Deijl vanderdeijl@amports.nl Ontwerp en opmaak: FIZZ Ondernemers in marketing en communicatie, Meppel Druk: Ten Brink, Meppel
Adverteerdersindex: 40 ABN AMRO 52 AYOP 8 BAM Civiel NW 6 Bek & Verburg B.V. 12 Blom B.V. 12 Cushman & Wakefield 12 C.V.V. 12 De Koperen Ploeg 44 EPMC Europe B.V. 32 Forkliftcenter
www.amports.nl
49 38 15 48 38 38 38 48 22 49
Golden Arrow Holland Repair and Services Iskes Towage & Salvage KVSA Libelle Service Marpol Services Megabarging B.V. MEO B.V. Rabobank Amsterdam Reym
15 22 2 44 44 16 4 48 6
Schot Verticaal Transport Machinefabriek Saedt B.V. SGS Group STC B.V. SWA Havens Ter Haak Group VCK Logistics Vollers Holland B.V. Waterland Terminal
S e p t e mber 2012
3
Port of Amsterdam +31 20 58 77 877 - info@vcklogistics.nl Port of Rotterdam +31 10 494 37 77 - info.ocean@vcklogistics.nl Amsterdam Airport Schiphol +31 20 65 49 100 - info.air@vcklogistics.nl www.vcklogistics.nl
4
September 2012
Zeehavens Amsterdam
Evenwicht tussen fossiel en duurzaam Als u deze column leest is de zomer al weer bijna voorbij. Een zomer die voor Zeehavens Amsterdam overigens een zeer positieve verrassing in petto had. Hoewel al weer enige tijd geleden, donderdag 21 juni om precies te zijn, wil ik graag nog even terugkomen op het voorkeursbesluit over de nieuwe zeesluis in IJmuiden. De drie belangrijkste overheidspartijen – de gemeente Amsterdam, de provincie Noord-Holland en het ministerie van Infrastructuur en Milieu - hebben gekozen voor een kunstwerk van 500 meter lang, 65 meter breed en 18 meter diep. Deze nieuwe zeesluis komt te liggen tussen de huidige Noordersluis en de Middensluis. We zullen trouwens nog even geduld moeten hebben voor het zover is, want zelfs bij een vlotte afwikkeling van de planologische procedures en het definitieve jawoord van alle partijen, start de bouw pas in 2015. Vier jaar later zullen de
ZEEHAVENS
AMSTERDAM
eerste schepen door de nieuwe sluis varen en gaat de Noordersluis, die sinds 1930 in bedrijf is geweest, eindelijk met pensioen.
STERKE ENERGIEHAVEN Deze editie staat voor een belangrijk deel in het teken van de Amsterdamse havenregio als sterke internationale energiehaven. Zo is Amsterdam uitgegroeid tot de grootste benzinehaven ter wereld, met dank aan de uitstekende faciliteiten op de terminals om te blenden. In de droge bulk profiteren OBA en Rietlanden Terminals onverminderd van de stijgende vraag naar steenkool vanuit het Duitse achterland. Tegelijkertijd ontwikkelt onze havenregio allerlei interessante projecten op het gebied van schone brandstoffen en duurzame energie. Daarbij gaat het met name om biomassa, biodiesel en offshore windenergie. OBA heeft in mei zijn eerste
substantiële lading biomassa aangevoerd uit Canada, om bij te stoken als schone brandstof in kolencentrales. Ondertussen draait Biodiesel Amsterdam (Greenmills) vanaf volgende maand op vol vermogen. De IJmond en Amsterdam-Westpoort tellen inmiddels tal van gespecialiseerde bedrijven voor de assemblage en het onderhoud van offshore windturbines. De kunst is om het evenwicht te vinden tussen de noodzakelijke groei van olieproducten en steenkool, goed voor zo’n 75 procent van de totale overslag aan het Noordzeekanaal, en een toename van duurzame energie die Amsterdam in 2020 aan de Europese top moet brengen. Ik ben ervan overtuigd dat onze vier ‘energieke’ zeehavens daarin zeker zullen slagen!
Michiel A. Wijsmuller, voorzitter Amports
AMSTERDAM BEVERWIJK IJMUIDEN ZAANSTAD
ZEEHAVENS AMSTERDAM
informatieblad over het Noordzeekanaalgebied, met de havens en het havenbedrijfsleven van Amsterdam, Beverwijk, IJmuiden en Zaanstad, is een uitgave van Amsterdam Ports Association. Verschijnt zes keer per jaar. E-mail: amports@amports.nl.
Mee r o v e r A m s t e r d a m P o r t s A s s o c i a t i o n e n z i j n 3 0 0 l e d e n : w w w. a m p o r t s . n l Themanummer
Energie
2012/nr4
Port Key
Slimme toegangspas voor de haven
Joloda
VCK beproeft nieuw laad- en lossysteem voor containers
www.amports.nl
S e p t e mber 2012
5
Specialist in: garbage-transport, removal of all types cargo residues, damaged cargo solutions, Cleaning/sweeping/barges
Zeehavens Amsterdam treinstellen:Opmaak 1
Contact: Email Internet
18-07-2012 ROTTERDAM - AMSTERDAM - DEN HELDER - IJMUIDEN DORDRECHT - SCHEVENINGEN - MOERDIJK
advertentie_februari_1.indd 1
13:40
020 - 486 76 40
(24/7)
info@bek-verburg.nl www.bek-verburg.nl
Pagina 1
24-1-2011 17:06:19
Houden we het droog vandaag?
In de grootste All Weather Terminal van Europa is het overslaan van kwetsbare produkten als staal, hout, papier en zelfs treinstellen voor de Olympische winterspelen niet afhankelijk van weersomstandigheden! Kijk op onze vernieuwde website en vraag de brochure of een vrijblijvend bezoek aan!
Waterland Terminal Stevedore and Terminal operator
Westpoort 5079 - Elbaweg 10 - 1044 AD Amsterdam T +31 20 44 80 620 E kantoor@waterlandterminal.eu W www.waterlandterminal.eu
6
September 2012
Zeehavens Amsterdam
KORTE BERICHTEN ZPMC wordt EPMC Europe
Akkoord over nieuwe zeesluis IJmuiden
ZPMC Europe aan de Nieuw-Zeelandweg in Westpoort heeft op 1 juli zijn naam veranderd in EPMC Europe BV, de afkorting van Electric, Parts, Maintenance & Consultancy. Hiermee wil het zelfstandige service- en onderhoudsbedrijf zijn sterke disciplines extra benadrukken. Het gaat uitsluitend om een naamswijziging, waarbij er geen directie- of personeelswijzigingen zullen plaatsvinden.
Een nieuwe zeesluis in IJmuiden van 500 meter lang, 65 meter breed en 18 meter diep is haalbaar, betaalbaar en inpasbaar. Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu), gedeputeerde Post (Noord-Holland) en wethouder Ossel van Amsterdam hebben hun voorkeur uitgesproken voor deze variant. De aanleg van de nieuwe sluis kost maximaal 848 miljoen euro. In een reactie zegt havenwethouder Ossel: “De nieuwe zeesluis is cruciaal voor de Amsterdamse havenregio. Deze nieuwe, grote ‘voordeur’ is goed voor de groei van de werkgelegenheid en maakt het mogelijk de komende eeuw aan de vraag van de markt te voldoen.” Elisabeth Post: “De nieuwe zeesluis is van groot belang voor de bereikbaarheid van het Noordzeekanaalgebied en versterkt nieuwe economische activiteiten in Noord-Holland.” Minister Schultz van Haegen: “Het is belangrijk dat de Nederlandse zeehavens de toenemende mondiale goederenstromen gaan afwikkelen. Amsterdam, de vierde haven van Europa, speelt hierbij een belangrijke rol.” De voorkeursbeslissing van de drie overheden is gebaseerd op onderzoek naar
EPMC Europe richt zich op offshoreprojecten en grote staalconstructies. Foto: EPMC
Vervanging van de sluisdeur van de Noordersluis in juli. Foto: Reinder Weidijk
Felison (Cruise) Terminal heeft iPhone-app KVSA heeft onlangs een gratis iPhone-app gelanceerd voor de Felison Terminal en de Felison Cruise Terminal. De iPhone-app bevat alle informatie over de terminals, zoals een lijst met schepen, de aankomst- en vertrektijden, plattegronden, routebeschrijvingen, winkels en horecagelegenheden. Ook is het mogelijk documenten op te vragen van conferenties die in de Felison Cruise Terminal plaatsvinden. De app is gratis verkrijgbaar in de iTunes App Store.
Marpol Services ook in haven van Amsterdam Marpol Services is sinds juli gevestigd in de haven van Amsterdam. De inzamelaar van scheepsafvalstoffen had al een vestiging in IJmuiden maar heeft gekozen voor een tweede locatie aan het Noordzeekanaal. Reden is de bouw van een nieuwe steiger in Havenkom A (Coenhaven), waardoor het bedrijf snel en efficiënt de Amsterdamse havens kan bedienen. Marpol is gespecialiseerd in het reinigen van oppervlaktewater, kades, zeeschepen, binnenvaartschepen, materialen en oliekerende schermen.
Havengildediner: ‘ruimte voor de haven' Het 67e Havengildediner, dat op vrijdag 30 november plaatsvindt in Hotel Okura, heeft als thema ‘Ruimte voor de haven’. De Amports-leden en hun genodigden krijgen medio oktober de uitnodiging in de bus. www.amports.nl
drie varianten voor een nieuwe zeesluis. Daarbij stonden de technische, ruimtelijke en nautische haalbaarheid, de investerings- en onderhoudskosten, de milieueffecten, de maatschappelijke kosten en baten, de planning en risico’s en ten slotte de financiering centraal. De beoogde locatie voor de nieuwe sluis, die rechte roldeuren zal krijgen, is tussen de Noordersluis en de Middensluis. Het onderzoek laat verder zien dat de nieuwe sluis, en een toename van de scheepvaart, nauwelijks extra milieueffecten opleveren voor de omgeving. Naar verwachting kan de aanleg in 2015 van start gaan. De oplevering zou dan in 2019 een feit kunnen zijn. De drie partijen hebben het maximale budget van 848 miljoen euro als volgt verdeeld. Het ministerie betaalt 574 miljoen, de provincie 58,3 miljoen euro en de gemeente Amsterdam 129,6 miljoen. Daarnaast rekenen de partijen op een Europese subsidie uit de Trans-Europese Vervoersnetwerken (TEN-T). Nu de voorkeursbeslissing een feit is, volgt de uitwerking van de plannen in de zogeheten planologische procedures. Dit zijn het provinciaal inpassingsplan, de milieueffectrapportage en de aanbesteding. Aan het eind van deze fase heeft de definitieve besluitvorming plaats over de financiering, gunning en realisatie van de nieuwe sluis.
MEER OVER AMSTERDAM PORTS ASSOCIATION EN ZIJN 300 LEDEN: WWW.AMPORTS.NL www.amports.nl
S e p t e mber 2012
7
BAM Industrie Service Samen meer.
Technische oplossingen voor industriële uitdagingen Sinds vele jaren ondersteunen BAM-werkmaatschappijen industriële bedrijven bij het realiseren van hun projecten. Nieuwbouwprojecten, uitbreidingen, maar ook modificaties van bestaande procesinstallaties, gebouwen en terreinen worden uitgevoerd door deskundige medewerkers. Bedrijven uit de voedingsmiddelenindustrie, de chemie, de afvalverwerking, staalindustrie en de olie- en gassector spreken over een succesvolle samenwerking. Onze dienstverlening start met alle voorbereidende studies met aansluitend de turnkey realisatie en onderhoud van industriële installaties. BAM Industrie Service is een gezamenlijk initiatief van BAM Techniek – Industrie, BAM Civiel, BAM Infratechniek, BAM Leidingen & Industrie, BAM Wegen, BAM Utiliteitsbouw en Tebodin Consultants & Engineers. Een initiatief bedoeld om in alle projectfasen aan uw verwachtingen te voldoen. Voor meer informatie belt u 088 400 80 83.
8
September 2012
www.bamindustrieservice.nl Tel. 088 400 80 83
KORTE BERICHTEN Havenfestival geslaagd Het negende Havenfestival in IJmuiden (25-26 augustus) heeft naar schatting zo’n tienduizend bezoekers getrokken. Volgens Jurriaan Blom, voorzitter van het organisatiecomité, is dit een goede score gezien de sterk wisselende weersomstandigheden. Ondanks het ontbreken van bijvoorbeeld Het Nijlpaard en de Ievoli Black van de Kustwacht, viel er aan de Trawlerkade genoeg te genieten. Schepen van Iskes, Svitzer, het Loodswezen, KNRM en CVV IJmuiden voeren volgepakt af en aan. DFDS Seaways organiseerde op zaterdag een trip met de ferry Princess Seaways naar het Prinses Amalia Windmolenpark. Thema van het havenfestival was ‘IJmuiden werkt’.
Grote publieke belangstelling voor de havenrondvaarten in IJmuiden. Foto: Willem Moojen
AEO voor USA Terminal United Stevedores Amsterdam (USA) heeft op vrijdag 3 augustus het gecombineerde AEO-certificaat ontvangen voor douanevereenvoudiging en veiligheid. AEO (Authorised Economic Operator) is bedoeld voor logistieke bedrijven. Als de bedrijfsvoering aan een aantal strenge richtlijnen voldoet, bijvoorbeeld op het gebied van (fysieke) controles en verslaglegging, dan krijgen deze bedrijven diverse privileges van de Douane, zoals minder oponthoud bij goederenafhandeling. USA is het tweede bedrijfsonderdeel van Ter Haak Group met een AEO-status, na Ter Haak Logistics (THL) in november 2009. Volgens Richard ter Haak, CEO van de Ter Haak Group, is de AEO-status een erkenning van het vertrouwen van de douane. “Tevens is het een belangrijke kwaliteitsgarantie voor onze klanten en toeleveranciers.” Bijzonder aan het AEO-certificaat voor de USA Terminal is dat het ook geldt voor gebruikte RoRo.
Lichte stijging Zeehavens Amsterdam in eerste halfjaar van 2012 Zeehavens Amsterdam heeft het eerste halfjaar van 2012 afgesloten met een stijging van één procent. De Amsterdamse havenregio kwam uit op een totale overslag van 46,6 miljoen ton. De Amsterdamse haven komt in het eerste halfjaar van 2012 uit op een overslag van 38,3 miljoen ton, een stijging van twee procent ten opzichte van 2011. IJmuiden noteerde in de eerste zes maanden 8,1 miljoen ton, een daling van ongeveer twee procent. De overslag in Beverwijk daalde met 26 procent naar 107.000 ton. Ook Zaanstad moest terrein prijsgeven en wel met 27 procent tot 47.000 ton.
EXTRA OVERSLAG OLIEPRODUCTEN De overslag van natte bulk is gestegen met ongeveer twee procent tot 21 miljoen ton. Dit komt met name door de nieuwe Vopak Terminal Westpoort aan de Afrikahaven. Droge bulk steeg met één procent naar 15,1 miljoen ton. De overslag van steenkool nam weliswaar toe met tien procent maar agribulk en bouwmaterialen moesten terrein prijsgeven. De sector containers en stukgoed steeg met twaalf procent naar 1,6 miljoen ton. Dertje Meijer, algemeen directeur van Haven Amsterdam: “De crisis is voor een aantal relevante sectoren nog niet ten einde maar mogelijk kan de haven verder gaan profiteren van de voorzichtige economische groei.”
Contargo start containertrein tussen Bazel en Genève Contargo is een nieuwe containershuttle gestart tussen de Zwitserse steden Bazel en Genève. De shuttletrein rijdt tweemaal per week en verruimt het vervoersaanbod tussen de zeehavens aan de Noordzee en Bazel. Contargo onderhoudt een van de grootste netwerken in de Europese containerlogistiek en vervoert per jaar ongeveer 1,6 miljoen TEU. Contargo exploiteert eigen binnenvaart- en spoorcontainerdiensten langs de Rijn, de Main en de Schelde. De onderneming integreert containerstromen tussen de Noordzeehavens en de Duitse zeehavens met het Europese binnenland. Het bedrijf heeft 25 inland containerterminals in Duitsland, Nederland, Frankrijk en Zwitserland.
Overslag van containers per goederentrein op de Basel Multi Terminal. Foto: Contargo
Uitreiking van het AEO-certificaat aan Richard ter Haak. Foto: Reinder Weidijk
MEER OVER AMSTERDAM PORTS ASSOCIATION EN ZIJN 300 LEDEN: WWW.AMPORTS.NL www.amports.nl
S e p t e mber 2012
9
I N N O VAT I E
Introductie identificatie- en registratiesysteem in 2013
PortKey tilt havenveiligheid naar een hoger plan
V
eiligheid en beveiliging hebben sinds de aanslagen van 11 september 2001 overal de hoogste prioriteit gekregen, dus ook in Zeehavens Amsterdam. Het nieuwe identificatie- en registratiesysteem PortKey sluit hier naadloos bij aan. De Ter Haak Group en CTVrede zijn de eerste bedrijven in Zeehavens Amsterdam die zich hebben aangesloten.
Grote belangstelling van het havenbedrijfsleven voor de presentatie van René Besselink voor de nieuwe PortKey tijdens een informatiebijeenkomst in het Havengebouw. Foto's: Ed Seeder
dat in de Rotterdamse haven zo’n 65 bedrijven de PortKey hebben geïntegreerd, en dat maar liefst 95 procent van het bedrijfsleven de kaart accepteert als legitimatiebewijs. De PortKey is overigens gebaseerd op hetzelfde concept als de CargoCard die sinds 1998 bestaat bij logistieke bedrijven. Deze kaart wordt onder andere gebruikt in de havens van Rotterdam en Amsterdam, maar ook op veel achterlandterminals.
BELANGENBEHARTIGING ORAM Cees Visser René Besselink, directeur van Secure Logistics, laat over de noodzaak van de PortKey geen misverstand bestaan: “De International Ship and Port Security Code (ISPS) maakt inmiddels onderdeel uit van de havenwet. Dat betekent bijvoorbeeld dat cruiseterminals ISPS-gecertificeerd moeten zijn. Dat betekent weer dat bezoekers van die terminals geïdentificeerd en geregistreerd moeten worden. De PortKey komt tegemoet aan deze eisen.”
SLIMME TOEGANGSKAART Secure Logistics in Barendrecht is gespecialiseerd in identificatiesystemen. Voor de Amsterdamse havenregio heeft het bedrijf nu de PortKey klaarliggen. In de kern bestaat het uit een ‘slimme’ toegangskaart waarop de persoonlijke gegevens van de eigenaar staan. Dit om een geavanceerd identificatie- en registratiebeleid te bereiken. Voor de goede orde: de PortKey is sinds 2004 in ontwikkeling en bestaat reeds in de Rotterdamse haven en in haven- en industriegebied Moerdijk. Besselink wijst erop 10
September 2012
Jurriaan Blom, interim-directeur van ORAM, vertelt dat de aangesloten leden van de ondernemersvereniging een sterke behoefte hebben aan een eenduidig toegangssysteem dat ‘tijdrovende procedures van papiertjes en regeltjes’ naar het verleden verwijst. Blom: “De PortKey is niet verplicht en moet worden gezien als een community system. Dat ORAM zich als coördinator inspant bij de invoering, heeft te maken met onze kernactiviteit: belangenbehartiging voor onze leden. De PortKey zien wij als een uiting daarvan.” Voor haar achterban neemt ORAM daarom ook plaats in de zogeheten Gebruikersgroep XS-Key, het overlegorgaan voor zowel de Cargocard als de PortKey. Enerzijds om invloed uit te oefenen op extra functionaliteiten van de kaart maar ook om eventuele wensen van de achterban kenbaar te maken. Besselink: “De conclusies die uit die gebruikersgroep naar voren komen, zijn voor ons niet vrijblijvend maar voortschrijvend.” Blom voegt er nog aan toe dat de PortKey ook een voorbeeld is van de toenemende samenwerking tussen Amsterdam en Rotterdam.
TERMINALS EN HAVENBEDRIJVEN De ORAM-directeur merkt verder op dat het besluit over de invoering van de PortKey inmiddels achter ons ligt. De laatste technologieën zijn gebruikt en ook de lay-out staat vast. Besselink voegt eraan toe dat het er nu om gaat de PortKey onder de aandacht te brengen van potentiële belangstellenden. Wie dat zijn? Het systeem heeft twee klantengroepen: de Amsterdamse terminals en havenbedrijven, en de kaartgebruikers zelf. Een bedrijf dat het kaartsysteem zou willen hanteren, ziet zowel zijn medewerkers als bezoekers regelmatig een bezoek aan de haven brengen. Blom: “Denk aan loodsen, onderhoudspersoneel, koeriersdiensten maar ook aan inspectiediensten, politie en douane.” Besselink zegt dat ‘zijn’ grootste fans de loodsen zijn: “Een registerloods heeft al snel tien tot twintig bedrijfspassen op zak.”
Zeehavens Amsterdam
I N N O V AT I E PRIVACY GEWAARBORGD De invoer van het PortKey-systeem raakt onmiddellijk aan de privacy van de gebruikers. Dat is meteen ook de grootste horde die Secure Logistics en ORAM moesten nemen. Het is om die reden dat het bedrijf uit Barendrecht is aangesloten bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Besselink: “De PortKey is een gesloten systeem waarvoor geen registratie nodig is. In dat licht is onze aansluiting op het CBP eigenlijk helemaal niet nodig. De informatie die op de kaart komt, is hetzelfde als de gegevens die iemand bij het betreden van een terminal toch al moet verschaffen. Dat zijn werkgeversgegevens, persoonsgegevens (naam en geboortedatum) en het legitimatiebewijs. Plus de opleidingen en diploma’s.”
BEWAKEN VAN DIPLOMA’S Dat laatste wekt in eerste instantie enige bevreemding, in tweede instantie niet. Voor chemiebedrijven bijvoorbeeld kan het ontbreken van bepaalde vaardigheden en opleidingen reden zijn iemand niet toe te laten. “Voordat je als een oliepijplasser een tankopslagbedrijf mag betreden, moet je eerst je diploma’s overleggen,” onderstreept Besselink. Voor controledoeleinden heeft Secure Logistics toegang tot de landelijke database van VCA (Veiligheid, Gezondheid en Milieu Checklist Aannemers), waar zich onder andere de diplomaregisters bevinden. Zo bewaakt het bedrijf ook de geldigheid van de opgegeven opleidingen en trainingen. Besselink: “Daarmee heb je zekerheid dat de informatie op de PortKey geldig en juist is.” Hij voegt eraan toe dat privacygevoelige gegevens louter en alleen op de PortKey-kaart staan. Deze informatie staat ook in het back office systeem van Secure Logistics maar het bedrijf mag deze data uitsluitend doorgeven aan een aangesloten terminal om de gegevens van bezoekers aan de poort te controleren. Met uitzondering van de contractpartners zal Secure Logistics deze informatie volgens Besselink nooit aan derden verstrekken. “Alles valt of staat met vertrouwen in ons bedrijf.” Alle informatie op de kaart, die volledig is versleuteld, voldoet aan de hoogste beveiligingseisen.
ADERS EN VINGERS Hoe dan ook, de PortKey blijft een technologisch hoogstandje. De kaart bevat namelijk ook biometrische gegevens, in casu een scan van de linkerhand van de eigenaar. En meer precies: de geometrie van de hand, het reliëf, de aders, de vingers, de hele vorm. Omdat het reliëf van een hand in de loop der jaren verandert, heeft bij elke scan een update van de linkerhand plaats. Dit omdat een chauffeur aan de poort dan eenvoudig bij een scanzuil zijn linkerhand naar buiten kan steken voor de identificatie en registratie. Alle informatie op de kaart is versleuteld en voldoet aan de hoogste eisen van beveiliging. Volgens Jurriaan Blom is een groot voordeel van de PortKey dat de terminals geen eigen kaart hoeven af te geven. “Kijk naar de CargoCard,” zegt Blom. “Bedrijven gebruiken dit systeem ook voor hun interne logistiek. De flexibiliteit van de PortKey is enorm. De kaart komt tegemoet aan de standaardprocedures die terminals toch al moeten uitvoeren als iemand het terrein betreedt. Belangrijk is bovendien dat de Port-
ns, rlei biometrische gegeve De PortKey bevat ook alle ar ena eig de van and gebaseerd op de linkerh
Key op zichzelf kan bestaan maar ook kan worden geïntegreerd met bestaande toegangssystemen van GET Time & Security Systems, Keyprocessor en NSecure.”
HOUDINI-ACT Besselink zei het al, de loodsen kunnen niet wachten op de komst van de PortKey. Vierkant achter de ontwikkelingen staat dus ook Willem Bentinck. De voorzitter van de Regionale Loodsencorporatie Amsterdam-IJmond vertelt dat loodsen zo’n zevenduizend zeeschepen per jaar van en naar Zeehavens Amsterdam varen. Bentinck: “We moeten dagelijks de terminals betreden waar deze schepen afmeren. Door de ISPS-code zijn de beveiligingsmaatregelen aanzienlijk verscherpt. De terminals zijn volledig omheind, en in veel gevallen ‘s nachts afgesloten. Het is ondoenlijk om voor elke terminal een aparte sleutel te hebben. Soms moet de registerloods een ware Houdini-act uitvoeren om aan of van boord te komen.” Bentinck, zelf werkzaam als registerloods, meent dat de PortKey uitkomst zal bieden: “Loodsen kunnen dan met één sleutel de terminals betreden. Op hun beurt hebben terminals zekerheid wie op welk moment waar is. Daarmee voldoen ze volledig aan de ISPScode. Doordat de PortKey persoonlijke gegevens van de eigenaar bevat, voorkomen we lange inschrijfprocedures aan de poort, en dat komt weer ten goede aan de inzet van alle loodsen. Deze producent heeft de privacy prima gewaarborgd: de beveiliging van de Portkey is geavanceerder en beter dan de OV-chipkaart!” www.secure-logistics.nl www.portkey.nl www.oram.nl
Jurriaan Blom (rechts) en René Besselink laten voor het Havengebouw een prototype zien van de nieuwe kaart. Foto Ed Seeder
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
11
Blom bv
TE HUUR
SLEEPDIENST EN DEKSCHUITENVERHUURDERIJ
• (Koppel)dekschuiten met spudpalen
• Watertransporten • Op- en overslagmogelijkheden
• Pontons / Beunbakken
• Duurzaam vervoeren *
• Sleepboten
* Duurzaam aan- en afvoeren van bouwstoffen en materialen
Blom Pier Afrika 10,bv 1013 BK Amsterdam S LEEPDIENST
EN DEKSCHUITENVERHUURDERIJ
Tel: 020 - 686 60 07 - 6866023 Fax: 020 - 686 60 82 www.dekschuitenenpontons.nl
Te huur bedrijfsruimte aan de Cacaoweg te Amsterdam: - ca. 30.000 m² - max. vloerbelasting 2.500 kg/m² - 48 loading docks - vrije hoogte 8,24 meter - units vanaf 2750 m² - vanaf €45,- per m²
www.cushmanwakefield.com
12
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
Amsterdamse havenregio: energiehaven in transitie
D
e Amsterdamse havenregio is als grootste benzinehaven ter wereld en tweede kolenhaven van Europa een belangrijke schakel in de regionale, landelijke, Europese en mondiale energievoorziening. Tegelijkertijd is er het streven om in 2020 tot de duurzaamste havens van Europa te behoren. Dertje Meijer, algemeen directeur van Haven Amsterdam, en Marleen van de Kerkhof, hoofd commercieel advies, vertellen over deze transitie.
Dertje Meijer. Foto: Haven Amsterdam
Berber Paarlberg
HOE KOMT HET DAT AMSTERDAM ZO’N GROTE ENERGIEHAVEN IS? Dertje Meijer: “Dat heeft dezelfde oorzaak als waarom Amsterdam zo’n dynamisch handelsknooppunt is geworden: we liggen aan drukbevaren scheepvaartroutes in de grootste delta van Europa, met natuurlijke waterverbindingen diep het continent in. Dat is essentieel bij de doorvoer van energiedragers als kolen en olie.”
DAT GELDT TOCH OOK VOOR ROTTERDAM? Meijer: “Dat klopt, maar daarin zijn beide havens wel uniek in Europa. De aanvoer van energiegrondstoffen wordt bewust over verschillende havens gespreid. Klanten in bijvoorbeeld het Duitse achterland, maar ook overslagterminals en verwerkingsbedrijven, willen niet afhankelijk zijn van één haven. Bovendien zou het voor Nederland onverstandig zijn de strategische energievoorraden op één plek te concentreren. Daarnaast kent elke haven zijn specialismen. Zo is Amsterdam gespecialiseerd in het bewerken van benzine voor verschillende markten in de wereld.”
HAVEN AMSTERDAM WIL IN 2020 TOT DE DUURZAAMSTE HAVENS VAN EUROPA BEHOREN. GAAT HET HIERBIJ OM EEN DUURZAAM HAVENGEBIED OF OOK OM HET OVERSLAAN VAN DUURZAME PRODUCTEN? Van de Kerkhof: “Als havenbedrijf hebben we vooral invloed op de verduurzaming van de inrichting van het havengebied, en op de op- en overslagmethoden. Denk aan de installatie van windturbines, clusters van bedrijven die elkaars reststromen en restwarmte hergebruiken, stimuleringsmaatregelen voor de installatie van dampverwerkingsinstallaties voor emissievrije benzine- en dieseloverslag, overdekte loopbanden voor stofarme kolenoverslag, stofmonitoring voor de luchtkwaliteit en LED-verlichting op terminals.” “Of er in de haven duurzame lading wordt overgeslagen, bepalen vooral consumenten, producenten en regelgevers. Als havenbedrijf stimuleren we dit wel. Zo hebben we ervoor gekozen tot 2020 geen nieuwe overslagterminals voor minerale energie (kolen- en olieterminals, red.) in het havengebied te vestigen, en werven we actief bedrijven op het gebied van duurzame energie.”
HOE RIJMT DE STERKE POSITIE VAN AMSTERDAM IN MINERALE ENERGIE MET HET STREVEN NAAR DUURZAAMHEID? Meijer: “Die sterke positie is juist een voorwaarde voor de transitie naar duurzame energie. Havenbedrijven hebben een schat aan logistieke kennis en ervaring. Ook is er een uitgebreide, hypermoderne infrastructuur voor de opslag, overslag en het bewerken en mengen van
www.amports.nl
energiedragers en landbouwproducten. De Amsterdamse havenregio heeft dus een sterke uitgangspositie om partijen aan te trekken in de duurzame-energiesector.”
WAAR WIL AMSTERDAM MET DEZE TRANSITIE NAAR TOE? Van de Kerkhof: “Wij zien de haven als een belangrijke plek die de transitie naar een duurzame energievoorziening en een biobased economy kan faciliteren. De haven is een internationaal knooppunt waar grondstoffen, reststromen, bewerking en energieproductie bij elkaar komen.” “In de biobased economy worden uit hernieuwbare grondstoffen en reststomen nieuwe materialen, chemicaliën, brandstoffen, gas, elektriciteit en warmte gewonnen. Met de projecten Afval=Grondstof en het Duurzaamheid- én Innovatiefonds (DIHA) stimuleert en ondersteunt Haven Amsterdam lokale initiatieven. ICL Fertilizers Europe CV gebruikt bijvoorbeeld fosfaatrijke reststromen uit het havengebied als grondstof voor zijn kunstmestproductie. Greenmills, een samenwerkingsverband van de bedrijven Orgaworld, Biodiesel Amsterdam en anderen (zie pagina 30 en 31), maakt duurzame biobrandstoffen en groene stroom uit organische reststoffen zoals gebruikte frituurolie, restpartijen uit supermarkten en gft-afval, waaronder - via een pijplijn - restpulp uit de productie van vruchtensappen bij Cargill. Het zou mooi zijn als de Amsterdamse haven een proeftuin wordt voor de biobased economy.” www.portofamsterdam.nl
S e p t e m ber 2012
13
ENERGIE
Houtpellets, biodiesel, restwarmte en offshore windenergie in opmars
Duurzame-energiehaven Amsterdam krijgt vorm
M
et een groot en specialistisch energiecluster is de Amsterdamse haven een belangrijke schakel in de regionale, landelijke én mondiale energievoorziening. Deze sterke positie past goed in de transitie van fossiele brandstoffen naar duurzame energie die Haven Amsterdam als doelstelling heeft.
Berber Paarlberg Overheden verplichten energieproducenten steeds meer tot het bijmengen van duurzame energiedragers – zoals biobrandstoffen en biomassa - bij traditionele fossiele brandstoffen (aardgas, olieproducten en kolen). Zo wil de Nederlandse overheid dat in 2020 veertien procent van het nationale energiegebruik uit hernieuwbare energiebronnen bestaat. De haven van Amsterdam kan dit uitstekend faciliteren.
BIJMENGEN BIODIESEL Zo biedt Oiltanking Amsterdam, met een opslagcapaciteit van 1,6 miljoen m3 de grootste tankterminal in de Amsterdamse haven, onderdak aan Vesta Biofuels. “Zij maken de biodiesel, wij bieden de havenfaciliteiten, zoals steigers, tanks, op- en overslag en blending,” zegt directeur Peter van Wessel van Oiltanking Amsterdam. Oiltanking doet dit ook voor andere klanten. “Wij volgen de markt,” zegt Van Wessel over het aandeel biobrandstoffen in zijn bedrijf. “De trend is dat er steeds meer wordt bijgemengd. Hoeveel dat is hangt af van wat de Europese Unie besluit, momenteel zo’n vijf procent. Wij faciliteren de oliehandel van onze klanten, maar doen dat wel zo duurzaam mogelijk.” Dus heeft Oiltanking qua dampverwerkingsinstallatie de best available technique geïnstalleerd op zijn terminal om emissies en geuroverlast te minimaliseren. Veiligheid staat op nummer één, terwijl het tankoverslagbedrijf permanent de voelsprieten heeft uitstaan voor nieuwe, duurzame ontwikkelingen. Dankzij de sterke focus op duurzaamheid van het Duitse moederbedrijf Marquard & Bahls zijn ook zusterbedrijven van Oiltanking actief in allerlei ‘biobusiness’, waaronder de handel in houtpellets (Denemarken), biogassen (Duitsland en India) en emissierechten (CO2-trading). 14
September 2012
OPKOMST BIOMASSA Ook biomassa komt op gang in de Amsterdamse haven. In mei 2012 arriveerde bij OBA Bulk Terminal de eerste lading biomassa in de Amsterdamse haven met de Egret Bulker. Deze bulkcarrier vervoerde bijna 47.000 ton houtpellets voor elektriciteitsmaatschappij RWE, moederbedrijf van onder andere Essent. “Amsterdam heeft een goede logistieke positie voor de doorvoer naar het achterland via het Amsterdam-Rijnkanaal en over zee naar Groot-Brittannië,” zegt Hans Mattheyer, manager van de commerciële afdeling van OBA. “Het lijkt er bovendien op dat centrales in de omgeving van Amsterdam biomassa gaan bijstoken. We verwachten de komende vier jaar zo’n 500.000 tot één miljoen ton biomassa per jaar te ontvangen op onze terminal.” Ontwikkelingen in Duitsland zijn hierin nog niet meegenomen. Mattheyer: “Het is nog niet duidelijk in hoeverre biomassa bij onze oosterburen aan de elektriciteitsopwekking gaat bijdragen maar in potentie is Duitsland een grote biomassamarkt. Hierin kan Amsterdam een belangrijke logistieke rol spelen.” Overslag van biomassa sluit volgens Mattheyer naadloos aan op de andere agribulkoverslag. “Het belangrijkste verschil is dat we bij biomassa meer gaan focussen op veiligheidsaspecten,” zegt de commercieel manager van OBA. “Bij houtpellets kunnen koolmonoxide en andere gevaarlijke gassen ontstaan. Meer dan bij andere ladingen meten we daarom intensief de gaspercentages in het ruim van het schip, en in de loodsen aan de wal. Ook de temperatuur is anders. In de twee loodsen die we nu voor biomassa gebruiken, hebben we allerlei sensoren geplaatst. We lezen nu online de actuele temperatuurstatus en -ontwikkelingen af, waarmee we spontane ontbranding kunnen tegengaan.” Ook andere
Luchtfoto van de Amerikahaven met op de voorgrond Vesta Biofuels en links daarvan Oiltanking Amsterdam. Foto: Haven Amsterdam
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE Amsterdamse bulkterminals (Maja Stuwadoors en IGMA) onderhandelen over biomassa. Ook het Afval Energiebedrijf (AEB) levert een flinke bijdrage aan duurzame energie. Het bedrijf verwerkt huishoudelijk en bedrijfsafval en zet het voor 99 procent om in energie waarvan 53 procent groene energie en grondstoffen. Jaarlijks produceert AEB één miljoen megawattuur elektriciteit, goed voor het stroomverbruik van driekwart (280.000) van alle Amsterdamse huishoudens. De warmte die bij de afvalverbranding vrijkomt, gebruikt het bedrijf in samenwerking met NUON voor stadsverwarming. Tot het jaar 2025 worden vijftigduizend nieuwe en bestaande woningen hierop aangesloten. AEB vergist ook rioolslib van ‘buurman’ Waternet tot biogas. Met ingang van dit najaar wordt dit bovendien omgezet in groengas, waarop onder andere vuilniswagens in Amsterdam-West gaan rijden.
DUURZAME STOOMFABRIEK “Wij willen zo groen mogelijk werken,” zegt Kees van den Berge, directeur Strategie en Middelen van AEB. De afvalverwerker werkt aan de transitie naar een duurzaam energieen grondstoffenbedrijf, en kijkt voortdurend hoe men nog meer rendement uit afval kan halen. Van den Berge: “Wij zijn één grote stoomfabriek. Wij kijken daarom of we met bedrijven in de omgeving een stoomnet kunnen opzetten dat weer nieuwe activiteiten in gang kan zetten. Met onze stoom kan Waternet bijvoorbeeld slib kraken waardoor er meer grondstoffen en biogas vrijkomen. Daarmee zou één van de drie huidige vergistingstorens van Waternet vrijkomen. Als wij manieren vinden om gft-afval te scheiden, dan kunnen we dat in die vrije toren vergisten en er groengas van maken, geproduceerd uit agrarische reststromen. Ook zijn wij aan het kijken of wij kooldioxide (CO2), dat vrijkomt bij het omzetten van biogas naar groengas, kunnen leveren aan de kassen bij Aalsmeer.”
HAVENREGIO IDEAAL Er zijn diverse veelbelovende ontwikkelingen waardoor de regio Amsterdam-IJmuiden een grote rol kan krijgen in het transport van turbines voor grootschalige windparken op zee die voor de kust van Groot-Brittannië en Duitsland in voorbereiding zijn. Zeehavens Amsterdam heeft een gunstige ligging en veel ruimte voor de aanvoer, opslag en assemblage van windturbines voor deze windparken. IJmuiden heeft dankzij het faciliteren van olie- en gasplatforms en de assemblage van twee windmolenparken voor de Nederlandse kust, al volop offshore-ervaring. Amsterdam heeft ruimte, relevante logistieke partijen en een goede infrastructuur. Daar komt bij dat in de regio zoveel technische,
maritieme en logistieke kennis aanwezig is dat dit de kosten in de logistieke keten van offshore windenergie kan verlagen.
GOEDE BUSINESS Energie uit duurzame bronnen is ook economisch aantrekkelijk. Peter van Wessel: “De vestiging van Vesta Biofuels op ons terrein betekent lange-termijnbusiness. De biodieselfabriek heeft continu een stroom producten nodig en levert ook weer een voortdurende stroom aan producten op. Daarmee houden we mensen aan het werk.” AEB voert duurzame vernieuwingen alleen door als ze rendabel zijn. Sommige investeringen zijn ronduit lucratief, zoals de winning van extra metalen uit bodemassen, het restproduct na verbranding. Van den Berge: “Daar zit zoveel waarde in dat het financieel heel interessant is.” Dankzij de centrale ligging, de goede mogelijkheden voor op- en overslag, bewerking, productie, vestiging en het toenemend aantal activiteiten op het gebied van duurzame energie, ontwikkelt de Amsterdamse haven zich steeds meer tot aantrekkelijk internationaal logistiek knooppunt voor duurzame energie. www.portofamsterdam.nl www.afvalenergiebedrijf.nl www.oba-bulk.nl www.oiltanking.com
Advertentie
Schot Verticaal Transport B.V. is een onderdeel van Schot Alkmaar Holding B.V.
Verhuur van: Telekranen t/m 400 ton Mobiele torenkranen t/m 60m Verreikers en Multicranes
“Kwaliteit “Kwaliteit ontmoet ontmoet eenvoud” eenvoud”
Postbus 230 - 1970 AE IJmuiden Tel. 24 hrs: +31 (0)255 56 19 01 - Fax : +31 (0)255 52 71 72 Internet: www.iskestugs.nl
Vestigingen: Alkmaar – Almere – Amsterdam – Den Helder Groningen - Heerenveen – Hoorn – IJmuiden – Noordwijk – Urk info@schotvt.com www.schotvt.com
www.amports.nl
Tel. : 0900-7246 888 Fax.: 072-541 40 59
S e p t e m ber 2012
15
Your Compass to Value-added Logistics
LOGISTICS DISTRIBUTION FORWARDING TERMINAL OPERATOR STEVEDORING STORAGE WAREHOUSING CONTAINER TRADING CONTAINER REPAIR CONTAINER LEASING CONTAINER TRANSPORT BARGE OPERATOR SHIPPING BROKERAGE AGENCY
Six top quality port and logistic related companies, one management, four generations of commitment and efficiency. The Amsterdam based Ter Haak Group is one of the few European companies that offers all of the various disciplines. The Multimodal Container Terminal in the port of Amsterdam offers classic or modern stevedoring, multimodal shipment services, warehousing, forwarding, container sales, leasing, repairs and transport. We do it all and we‘re good at it! Feel free to call us for an informal introduction or visit our website. • THL Ter Haak Logistics • USA United Stevedores Amsterdam • CCA Container Company Amsterdam • BCA Barge Company Amsterdam • CCY Cargo Company Ymond • CSY Container Stevedoring Ymuiden
TER HAAK GROUP Ruijgoordweg 80 - Westpoort 7989 - 1047 HM Amsterdam The Netherlands Phone +31 20 6116688 - info@terhaakgroup.com - www.terhaakgroup.com 16
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE Rondetafelgespek ORAM en Amports
Amsterdam: energiehaven die zich meer mag laten gelden
De deelnemers aan het rondetafelgesprek. V.l.n.r. Rein Aarts (ORAM), Ewald Breunesse (Shell), Piotr Skotnicki (OBA), Lex de Ridder (Haven Amsterdam) en Erik Kleine (Vopak). Foto's: Toon Büchner
Bart Stam
HOE BELANGRIJK IS ENERGIE VOOR ZEEHAVENS AMSTERDAM? Lex de Ridder: “Heel belangrijk, zo blijkt wel uit de cijfers. Inmiddels maken energieproducten zo’n 75 procent uit van de totale op- en overslag. Deze haven heeft de laatste jaren zeer sterk geprofiteerd van de internationale marktvraag. Dat percentage zou de komende jaren nog wel verder kunnen stijgen, afhankelijk van het succes in de nog relatief kleine sectoren stukgoed en containers.” “Wij willen ons echter niet alleen profileren met fossiele brandstoffen maar als een vitale, duurzame haven die sterk wil groeien in bijvoorbeeld droge biomassa en biodiesel. Dat betekent dat er na Vopak en Hydrocarbon Hotel geen nieuwe olie- en kolenterminals meer bijkomen. Wel kijken we samen met de huidige terminals hoe we de doorzetcapaciteit maximaal kunnen verhogen, want we willen blijven groeien in olieproducten en kolen.”
Z
eehavens Amsterdam is een toonaangevende internationale energiehaven, waarbij olieproducten en steenkool zo’n 75 procent vormen van de totale overslag. Tegelijkertijd wil de Amsterdamse havenregio in 2020 een van de duurzaamste zeehavens van Europa zijn, mede door een sterke uitbreiding van met name biobrandstoffen en (droge) biomassa. Hoe kan Amsterdam een toonaangevende haven voor olie en kolen blijven en tevens voldoen aan zijn ambitieuze milieudoelstellingen? Deze, en andere prangende vragen bespraken de energiespecialisten Lex de Ridder (Haven Amsterdam), Piotr Skotnicki (OBA), Erik Kleine (Vopak) en Rein Aarts (ORAM) tijdens een rondetafelgesprek onder leiding van Ewald Breunesse (Shell Nederland). “We mogen best wat trotser zijn op deze innovatieve energiehaven,” was een veelgehoorde opmerking.
Rein Aarts: “Eigenlijk is het raar dat Amsterdam op tal van fronten – bijvoorbeeld de financiële sector en de cultuur – tot de wereldtop wil behoren. Maar als we dan eenmaal de grootste benzinehaven ter wereld zijn, en een van de belangrijkste kolenhavens van Europa, dan mogen we niet meer uitbreiden! Het is alsof een design house zich meldt op een succesvolle meubelboulevard en dan te horen krijgt: we willen hier liever een groenteboer!”
OBA EN VOPAK ZIJN TWEE GROTE TERMINALS VAN DROGE EN NATTE BULK. WELKE ROL SPELEN JULLIE IN DEZE HAVEN? Erik Kleine: “Wij hebben hier twee terminals in Amsterdam. Een kleine, oudere terminal aan de Petroleumhaven en een gloednieuwe terminal van 1,2 miljoen m3 aan de Afrikahaven. Daarbij gaat het om het opslaan, bewerken en weer doorvoeren van benzineproducten, diesel en gasolie. Via binnenvaartschepen voeren onze klanten deze producten aan uit raffinaderijen in Rotterdam, het Duitse Ruhrgebied en Antwerpen. Vopak zorgt dan voor de noodzakelijke bewerkingsstappen, zoals het blenden van benzineproducten, voor de afnemers. Deze klanten zitten traditioneel aan de oostkust van de Verenigde Staten. De laatste jaren zijn daar West-Afrika, het Caribisch gebied en Latijns Amerika als afzetmarkten bijgekomen.”
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
17
ENERGIE
“Voor diesel is de route precies omgekeerd: de aanvoer geschiedt met grote tankers uit de VS en Rusland. Onze klanten slaan de diesel hier op, bewerken het en vervoeren het per binnenvaartschepen naar het achterland.” Piotr Skotnicki: “OBA Bulk Terminal Amsterdam (OBA) is een op- en overslagterminal van droge bulk. Vooral kolen maar ook mineralen, agribulk en sinds kort biomassa. Wat betreft kolen zijn we voor 95 procent een importterminal. Dat komt mede doordat Duitsland heeft besloten zijn binnenlandse kolenmijnen te sluiten vanwege de hoge kosten. Duitse elektriciteitscentrales en staalfabrieken bestellen deze kolen in alle delen van de wereld – Colombia, de VS, Zuid-Afrika en Rusland - die dan in bulkcarriers naar de ARAhavens komen (Amsterdam, Rotterdam en Antwerpen), waaronder onze terminal. Wij zorgen voor de op- en overslag en het verladen naar klanten in het achterland. Dat gaat hoofdzakelijk met binnenvaartschepen naar Duitsland, een klein deel gaat per goederentrein. Doordat Duitsland inmiddels voor zo’n twintig procent van zijn elektriciteitsvoorziening afhankelijk is van zonne- en windenergie, waarvan de opbrengst sterk kan wisselen, hebben deze kolencentrales een nog grotere buffervoorraad nodig en die verzorgen wij.” “Niet alle kolen gaan naar het Duitse achterland. Zo leveren we via een transportband alle kolen aan de naburige Hemwegcentrale van NUON. Ook vervullen we soms een bufferfunctie voor Tata Steel. Via lichters gaan de kolen dan in kleine volumes terug naar IJmuiden.”
HOE WAREN DE REACTIES OP DE EERSTE LADING BIOMASSA BIJ OBA? Skotnicki, lachend: “Iedereen is nu helemaal in extase, maar we moeten het wel in het juiste perspectief zien. We hebben in mei op onze terminal het eerste schip met 47.000
ton houtpellets uit Canada ontvangen en in augustus nog een schip met 27.500 ton uit de VS, een fractie van de circa tien miljoen ton steenkool die we hier jaarlijks op de terminal ontvangen.” “Natuurlijk willen we heel graag groeien in droge biomassa, daarvoor heeft OBA ook een unieke infrastructuur. Onze brugkranen kunnen houtpellets rechtstreeks lossen vanaf de zeeschepen in onze loodsen die we nog flink kunnen uitbreiden. Probleem is echter dat er in Nederland elke twee jaar een nieuwe regering zit, en op een steeds wisselend overheidsbeleid is het lastig om langdurige investeringen te baseren.”
VRIJWEL ALLE SCENARIO’S WIJZEN EROP DAT HET ENERGIEGEBRUIK IN EUROPA GAAT KRIMPEN. WAT BETEKENT DAT VOOR AMSTERDAM MET ZIJN STERKE OLIE- EN KOLENSECTOR? Skotnicki: “Ik ben daar niet zo somber over. Het totale kolenverbruik in Europa zal waarschijnlijk niet meer stijgen, maar zolang het verbruik in Duitsland stabiel blijft en de eigen productie verder afneemt, zullen onze oosterburen steeds meer steenkool moeten importeren. Daar profiteren wij van, samen met de andere terminals in de ARAhavens.” “Ook elektrisch autorijden gaat ongetwijfeld fors toenemen in Europa en die elektriciteit moet ook ergens worden opgewekt, bijvoorbeeld in een kolencentrale!” Kleine: “Ook ik zie voldoende groeimogelijkheden voor onze terminals, zowel in Amsterdam als in omringende zeehavens. Noordwest Europa heeft nog steeds een overcapaciteit aan raffinaderijen, waarvan dus een deel zal moeten verdwijnen. Maar die terugloop zal worden opgevangen door extra importen uit bijvoorbeeld het Midden-Oosten en India.”
WEET DE BUITENWACHT WEL HOE STERK DE ENERGIESECTOR IS IN AMSTERDAM? HOE VERTELLEN JULLIE DIE BOODSCHAP? Skotnicki: “Bijvoorbeeld door politici, bestuurders en burgers uit omliggende gemeenten op onze terminal uit te nodigen. Iedereen is altijd diep onder de indruk van de schepen en de activiteiten op de terminal. Niet voor niets krijgen we maandelijks verzoeken om hier te mogen filmen.” “Maar ik denk dat we meer moeten doen. Bijvoorbeeld door met hulp van ORAM, Amports en Haven Amsterdam het verhaal vertellen dat Amsterdam meer heeft dan alleen maar creatieve bedrijven of financiële dienstverlening. En door ervoor te zorgen dat er niet alleen rondvaartboten door de grachten varen maar ook door de haven.” De Ridder: “Daar ben ik het helemaal mee eens. Ik denk dat we de economische kracht en de successen van onze havens meer moeten laten zien aan alle stakeholders: burgers, politici, bestuurders en ook het bedrijfsleven. Daarvoor kun je het succes van de cruiseschepen perfect gebruiken! We moeten het maritieme cluster van IJmuiden tot de Oranjesluizen als één havengebied promoten.” Aarts: “In tegenstelling tot veel andere sectoren heeft de energiesector in de haven nauwelijks last van de crisis, dat moeten we laten zien. Mensen vinden het geweldig om bij Vopak of OBA die grote zeeschepen te zien, op slechts een paar kilometer van hun huis!”
Lex de Ridder: "Zeehavens Amsterdam meer promoten als energiehaven."
18
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE Piotr Skotnicki: "Kolenimport gaat voorlopig nog wel even door."
om te voldoen aan de strenge milieuvergunning van de provincie Noord-Holland. Overigens kunnen we de uitstoot van vluchtige organische stoffen heel nauwkeurig meten.” De Ridder: “Deze haven heeft de laatste jaren veel gedaan aan de uitstoot van schadelijke stoffen. Ik denk aan de moderne dampretoursystemen op de tankopslagbedrijven maar ook aan de maatregelen van de kolenterminals. Zo heeft Rietlanden Terminals vrijwillig een stofmonitoringsysteem neergezet, in samenwerking met Haven Amsterdam. Daarmee kunnen ze succesvol heel nauwkeurig vrijkomend kolenstof van de terminal in de Afrikahaven meten.’’
WE MAKEN EEN SPRONGETJE NAAR DE TOEKOMST: HOE ZIET AMSTERDAM ALS ENERGIEHAVEN ERUIT IN 2025?
WELKE ROL GAAN BIOBRANDSTOFFEN EN BIOMASSA IN DE TOEKOMST SPELEN? Kleine: “De groei van biobrandstoffen in Nederland en de Europese Unie zal wel doorgaan maar alleen op basis van overheidsregulering, bijvoorbeeld via belastingvoordelen. Want ten opzichte van benzine en diesel kunnen deze duurzame brandstoffen nog niet concurreren.” De Ridder: “Haven Amsterdam heeft heldere doelstellingen om te groeien in biomassa en biobrandstoffen, al blijven die tot 2020 relatief bescheiden ten opzichte van fossiele brandstoffen. Buitenstaanders denken soms dat duurzame energie kan groeien naar zo’n dertig tot vijftig procent binnen vijf jaar, maar realistischer is een aandeel van tien à vijftien procent de komende tien tot vijftien jaar.” Aarts: “Dat is ook de boodschap die we tijdens de driemaandelijkse energieontbijten van ORAM, Veban en Shell belichten. Fossiele en biobrandstoffen sluiten elkaar niet uit, ze kunnen elkaar prima versterken. Daarin heeft de Amsterdamse haven ook zo’n unieke uitgangspositie voor biobrandstoffen en biomassa.” Skotnicki: “Precies! De klanten die straks houtpellets gaan bijstoken, zijn dezelfde mensen die nu al kolen verstoken. Overigens heeft NUON serieuze plannen om vanaf 2014 houtpellets te gaan bijstoken in de kolengestookte Hemwegcentrale. We zijn nu in gesprek om deze biomassa via onze terminal aan te voeren, we hebben er de capaciteit voor!”
WAT MERKEN VOPAK EN OBA VAN DE STEEDS STRENGERE VEILIGHEIDS- EN MILIEUEISEN? Skotnicki: “We doen wat we kunnen om de overlast tot een minimum te beperken. Dat werkt blijkbaar, want het aantal klachten van omwonenden is jaarlijks op de vingers van een hand te tellen. We besproeien onze kolenvoorraden continu met cellulose, zodat er een afdeklaag ontstaat. Ook houden we de wegen zoveel mogelijk nat. Maar het komt wel eens voor dat we een bulkcarrier aan het lossen zijn en het hard waait, dan krijg je opwaaiend kolenstof.” Kleine: “We hebben op onze nieuwe terminal veel geïnvesteerd in veiligheid en milieu; alleen al onze dampverwerkingsinstallatie kost vele miljoenen. Dat moet ook wel
www.amports.nl
De Ridder: “We zullen in elk geval tot 2020 flink blijven groeien in olieproducten en steenkool. Deze haven is dan goed voor 50 miljoen ton olieproducten, waarvan 3,5 miljoen ton biobrandstoffen, en 24 miljoen ton kolen. Dat betekent dus nog tien miljoen ton olieproducten en zes miljoen ton kolen extra zonder uitbreiding van de terminals. Biomassa heeft rond die tijd een volume van vier tot zes miljoen ton.” “Onlangs heeft Haven Amsterdam een aardig lijstje gemaakt met mogelijke vormen van duurzame energie rond 2020. Naast droge biomassa en biobrandstoffen zijn dat bijvoorbeeld biokerosine voor Schiphol, biochemicals (biologische grondstoffen en halffabricaten voor de chemische industrie), het bunkeren van biogas, energiediensten, een stoomnet en LED-verlichting.” Breunesse: “Terwijl in opkomende economieën als China en India het energiegebruik enorm zal stijgen, neemt dat in Europa juist af. In Duitsland, de belangrijkste brandstoffenmarkt van Europa, gaat het benzine- en dieselverbruik voor personenauto's met maar liefst dertig procent naar beneden in 2030. Ik ben benieuwd hoe de Amsterdamse havenregio gaat inspelen op deze veranderingen.”
DEELNEMERS RONDETAFELGESPREK Rein Aarts, senior beleidsmedewerker voor onder andere industrie, energie, veiligheid, milieu en duurzaamheid van ORAM Piotr Skotnicki, directeur OBA Bulk Terminal Amsterdam Lex de Ridder, manager Bulk, Containers & Logistics van Haven Amsterdam Erik Kleine, directeur Vopak Terminals NoordNederland Discussieleider: Ewald Breunesse, manager energietransities Shell Nederland
S e p t e m ber 2012
19
ENERGIE
Zeehavens Amsterdam bereidt zich voor op ‘booming’ windenergie
D
e regio IJmuiden-Amsterdam kan in de nabije toekomst een nóg belangrijkere rol spelen wat betreft windenergieprojecten op zee. Er zijn voor de Nederlandse kust al twee windmolenparken in bedrijf die veelal vanuit Zeehavens Amsterdam zijn aangelegd en worden bediend. Het toekomstige windpark Luchterduinen (Q10) van Eneco ligt eveneens op bevaarbare afstand, en ook op langere termijn zijn de vooruitzichten rooskleurig.
Pieter van Hove “Naar mijn gevoel staan we op het gebied van offshore windenergie pas aan het begin,” zegt Ron Davio. De Velsenaar is sinds februari 2011 voorzitter van AYOP (Amsterdam Ymuiden Offshore Port) dat zich bezighoudt met de promotie van offshoregerelateerde bedrijven (olie-, gas en windenergie) aan het Noordzeekanaal. Ook de gemeenten langs het Noordzeekanaal, Zeehaven IJmuiden NV en Haven Amsterdam zijn lid. “De Nederlandse overheid wil dat er in 2020 voor 6000 MW aan windparken op de Noordzee staat. Als je beseft dat de huidige parken Egmond en IJmuiden een gezamenlijk vermogen hebben van 228 megawatt, dan betekent het dat deze sector booming is,’’ zegt Davio. “Alleen weet niemand wanneer die grote sprong voorwaarts is.”
ZOEKTOCHT IN HET ACHTERLAND Om klaar te zijn voor de grote doorbraak heeft AYOP in grote lijnen een toekomstscenario ontworpen. Dit naar aanleiding van de workshop AYOP wind@Work die vrijdag 6 april is gehouden in het Tata Steel Stadion in VelsenZuid. AYOP heeft deze bijeenkomst inmiddels vertaald naar vervolgstappen. “Iedereen was het erover eens dat de ligging van IJmuiden en Amsterdam erg goed is. De grootste uitdaging is het vinden van geschikte kaderuimte,” stelt de AYOP-voorzitter.
FEITEN EN CIJFERS Volgens voorzichtige schattingen van AYOP is de windenergiesector in de regio Amsterdam-IJmuiden goed voor zeshonderd tot duizend arbeidsplaatsen. Vestas, de grootste windturbinebouwer ter wereld, heeft een vestiging in IJmuiden. De Deense windmolenfabrikant opereerde aanvankelijk vanaf de Trawlerkade maar de onderneming betrok in december 2009 een gloednieuw pand aan de IJmondhaven. Het gebouw is eigendom van Maritime Service Centre IJmond (MSCIJ) dat offshorebedrijven in de IJmond faciliteert. MSCIJ, Zeehaven IJmuiden NV en de gemeente Velsen hadden destijds al het plan om met gevestigde regionale bedrijven vanuit de IJmondhaven de assemblage en bouw van offshore windmolenparken op de Noordzee te faciliteren. Ook grote bedrijven als Siemens kijken naar vestigingsmogelijkheden in de regio AmsterdamIJmond. Daarnaast zijn er tal van bedrijven die zich bezighouden met logistieke zaken, zoals het transport van onderdelen en het vervoer van werknemers naar de offshore windmolenparken. WindCat Workboats in IJmuiden vervoert personeel en materiaal van en naar de windturbineparken met snelle catamarans, de WindCat’s. Voor Iskes Towage & Salvage in IJmuiden leveren de offshore windparken eveneens veel werk op. Reeds tijdens de aanleg was het sleepvaartbedrijf erbij betrokken met het verslepen van de installatievaartuigen. Ook verzorgde Iskes onder andere de personeelstransfers tussen de IJmondhaven en de bouwlocatie. Voorts is de onderneming betrokken bij de bouwactiviteiten van het London Array windmolenpark in de monding van de Theems, het grootste park ter wereld. Tot eind 2012 nemen twee sleepboten van Iskes de aanvoer van de funderingspalen en andere onderdelen op pontons voor hun rekening. Het Chinese ZPMC, met een agentschap in Amsterdam (EPMC Europe), is gespecialiseerd in het vervoer van grote kranen en staalconstructies. ZPMC levert al het merendeel van de Chinese boorplatforms en wil dat nu ook in de rest van de wereld gaan doen. “Natuurlijk zijn er ook ondernemingen die indirect werkzaam zijn in de windenergiesector,” stelt Ron Davio. “Denk maar aan Shipdock dat onderhoudt pleegt aan schepen voor windmolenparken.”
GOEDE UITGANGSPOSITIE “De ligging van IJmuiden en Amsterdam is erg goed,” aldus Ron Davio. “Verder hebben we een goede verbinding met het achterland en ligt Schiphol dichtbij. Bovendien zijn kennis en ervaring aanwezig, en kunnen industrieën hun krachten bundelen. Tijdens beurzen wijzen wij bedrijven erop dat het Britse deel van de Noordzee vanuit IJmuiden net zo gemakkelijk te bereiken is als vanuit Groot-Brittannië." Volgens Davio zijn er drie andere offshore regio’s in Nederland: Vlissingen, Den Helder (’dat echter te weinig ruimte heeft’) en de Eemshaven. “We zijn deels collega’s, deels concurrenten van elkaar. Maar bij megaprojecten als East Anglia is schaalvergroting onontkoombaar, en dat kan alleen door samenwerking.”
Eén van de vervolgstappen voor de komende periode is dus het vinden van voldoende 20
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE AYOP-voorzitter Ron Davio bij de windturbines langs het Noordzeekanaal in Velsen-Noord. Foto: Reinder Weidijk
ruimte voor de opslag en prefabricage van complete windturbines. Hierbij moeten we volgens Davio denken aan het ’achterland’; in dit geval de USA Terminal aan de Amerikahaven, de Amsterdam Project Cargo Terminal, HoogTij in Zaandam en industriegebied De Grote Hout in Velsen-Noord. De uiteindelijke assemblage kan dan geschieden op locaties direct aan zee, zoals de IJmondhaven, en overige locaties in IJmuiden. "Als we maar slim omgaan met de beschikbare ruimte voor en achter de sluis, en we goed samenwerken om het logistiek allemaal voor elkaar te krijgen. Als vervolg op de workshop van 6 april zijn we als AYOP met onze leden in gesprek over logistieke oplossingen," aldus Davio.
KRACHTENBUNDELING Ook aan mogelijkheden tot verdere samenwerking binnen het regionale bedrijfsleven, de zogeheten supply chain, gaat AYOP aandacht besteden. De verwachtingen zijn volgens Davio bemoedigend. Eén van de resultaten van de workshop op 6 april was dat kennis en ervaring in de regio aanwezig zijn, en dat industrieën hun krachten kunnen bundelen. "Samen met de Kamer van Koophandel Amsterdam gaan we onderzoeken welke bedrijven in de regio een rol kunnen spelen in de offshore wind supply chain," aldus Davio.
VEEL NIEUWE WERKNEMERS Volgens de AYOP-voorzitter blijkt uit onderzoek dat de windenergiebranche binnen tien jaar twaalfhonderd nieuwe werknemers kan gebruiken. “Dat betekent dat we personeel moeten opleiden. Vandaar dat AYOP kijkt waar die opleidingen kunnen worden gehouden.” Op vrijdag 7 september heeft de branchevereniging een bijeenkomst gehouden in het Havengebouw in Amsterdam, waar onderwijsinstellingen en belanghebbenden van gedachten konden wisselen. Davio neemt als voorbeeld Het Noorderpoort in Delfzijl. Dit is een onderwijsinstelling voor voortgezet onderwijs op mbo-niveau en volwasseneneducatie. Hier komt een trainings- en opleidingscentrum offshore windenergie voor mbo’ers, waarmee de school wil inspringen op de vraag naar extra werknemers. Het Noorderpoort zelf investeert 1,1 miljoen euro extra in zaken als praktijkruimten en simulatoren en trainingen windenergie, certificering van docenten, marketing en de werving van personeel. De school gaat de opleiding inrichten naar de behoefte van het bedrijfsleven. Ondernemingen in NoordNederland en – in de toekomst ook uit Noord-Duitsland – gaan daarbij helpen.
NIEUWE PARKEN OP DE NOORDZEE Sinds 2006 is het Park Noordzeewind voor de kust bij Egmond aan Zee (blok Q8) in bedrijf. Dit park telt 36 turbines van 3 MW, genoeg voor de elektriciteitsvraag van 100.000 huishoudens. Noordzeewind is een joint-venture van Shell en NUON. Twee jaar later (2008) werd het Prinses Amaliawindpark (Q7) met zestig turbines in gebruik genomen, op 23 kilometer buiten IJmuiden. Daarnaast heeft Eneco vergevorderde plannen voor een windpark met vele tientallen windmolens, zo’n 23 kilometer voor de kust van Noordwijk en Zandvoort (Luchterduinen, blok Q10). Eneco heeft reeds in 2009 een aanvraag ingediend om offshore windturbines te mogen bouwen in blok Q10. De plannen zijn nu in een stroomversnelling gekomen. De windturbines zouden er binnen een paar jaar kunnen staan. Het gebied is ruim 20 km2 groot en kan tot 75 windmolens omvatten. Er is ook een plan voor een windmolenpark op veertig kilometer voor de kust van Hoek van Holland. Op deze afstand zijn de turbines nauwelijks zichtbaar vanaf de kust. Een enorm project (7000 MW) is East Anglia voor de kust van Great Yarmouth. Een deel van de installatie en de latere bevoorrading en het onderhoud kunnen volgens Ron Davio geschieden vanuit de regio AmsterdamIJmuiden.
www.ayop.com
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
21
Grenzen verleggen. Dat is het idee. Internationaal Zakendoen bij de Rabobank betekent dat u profiteert van onze kennis van de meest uiteenlopende markten over de hele wereld en van ons netwerk buitenlandse kantoren. Grensverleggend zakendoen met de persoonlijke benadering die u van uw Rabobank gewend bent.
Internationaal Zakendoen. Rabobank Amsterdam. Rabobank. Een bank met ideeën.
www.rabobank.nl/internationaal
. . . .
Eigen machinale werkplaats Revisie van pompen, ventilatoren, roerwerken en tandwielkasten Steiger vluchtladder systemen ARC keramische coatings (extreem chemisch, corrosieen erosiebestendig voor de industrie en scheepvaart)
Pomprevisie voor scheepvaart, industrie en overheid
Westhavenweg 45 1042 AL Amsterdam • T. 020 4486448 • F. 020 4486444 • info@saedt.nl • www.saedt.nl
22
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
Haven Amsterdam onderzoekt walstroom voor zeeschepen
W
alstroom voor zeeschepen is een lastige en kostbare zaak, zo bleek op 22 juni op een conferentie in IJmuiden (zie ook pagina 24 en 25). In Zeehavens Amsterdam is het niet anders, aldus de resultaten van een onlangs afgeronde haalbaarheidsstudie.
René Didde Voor riviercruiseschepen en een deel van de binnenvaart zijn walstroomkasten inmiddels realiteit in de haven van Amsterdam (zie overzichtskaart). Voor de grote cruise- en zeeschepen, zoals containerschepen, zal dit nog wel enige tijd op zich laten wachten. Dit blijkt uit een recent afgeronde haalbaarheidsstudie van Haven Amsterdam. “Voor de zeevracht is walstroom sowieso niet haalbaar, omdat er bij een terminal te veel verschillende schepen afmeren die dan allemaal zouden moeten worden aangepast,” zegt Ton van Breemen. Hij is projectleider infrastructuur en milieu van Haven Amsterdam.
VUISTDIKKE KABELS NODIG Voor zeecruiseschepen zou walstroom onder voorwaarden haalbaar kunnen zijn. “Er is alleen draagvlak onder de reders als meerdere havens in Europa voorzieningen treffen. Enige kostenverhoging is bespreekbaar, maar het mag ook niet de spuigaten uitlopen in vergelijking met dieselgeneratoren,” aldus Van Breemen. Het zijn bekende redenen waarom walstroom voor de zeevaart een lastige zaak is. Er moeten enorme vermogens, variërend van 12 tot 20 MW (megawatt), beschikbaar zijn. “Daarvoor moeten er vuistdikke kabels zijn en zware stekkers worden aangesloten,” zegt de projectleider van het Amsterdamse havenbedrijf. Voorts moeten transformatoren de spanning van het openbare net (11.000 Volt) omzetten naar de gevraagde 6600 Volt. Ook frequentieverschillen drijven de kosten flink op. Veel zeeschepen zijn op Amerikaanse leest geschoeid en hebben
Overzichtskaart van alle walstroomaansluitingen voor binnenvaart- en riviercruiseschepen in Westpoort. Voor zee- en cruiseschepen is het nog niet zo ver. Bron: Haven Amsterdam
daarom elektriciteit van 60 Hertz nodig. In Europa heeft het elektriciteitsnet een frequentie van 50 Hz. “We hebben berekend dat de aanleg van walstroom voor Passenger Terminal Amsterdam (PTA) 4,5 miljoen euro zou gaan kosten, waarvan alleen al 1,5 miljoen voor de frequentieomvorming,” aldus Ton van Breemen.
ENORME HOED NODIG Haven Amsterdam heeft onder andere een proefproject onderzocht om de uitlaatgassen te reinigen in een gaswasinstallatie, met de fraaie naam Advanced Maritime Emission Control System (AMECS). Ook dat bleek niet haalbaar. “We zouden dan eigenlijk een enorme hoed over de schoorsteen moeten plaatsen, hetgeen een kostbare installatie op de kade vergt. Bovendien introduceer je een extra geluidsbron en verschuif je het probleem naar het water. Deze techniek vraagt om extra filters alvorens het schip zijn afvalwater op het riool mag lozen,” zegt Van Breemen.
MOTIE GEMEENTERAAD Groen Links diende vlak voor het zomerreces een motie in waarin zij het stadsbestuur van Amsterdam aanspoort op zoek te gaan naar gelijkgestemde havens in Europa, teneinde het door de reders gevraagde gelijke voorzieningenniveau te bewerkstelligen. De gemeenteraad nam deze motie aan. Van Breemen: “Na de zomer gaan we kijken hoe we er invulling aan kunnen geven. Dit jaar doen zo'n 150 zeecruiseschepen Amsterdam aan, volgend jaar zijn het er zelfs 166. De meeste cruises gaan naar Scandinavië, Noord-Duitsland en West-Europa. Dus het ligt voor de hand deze havensteden en de betrokken reders die de zeecruises verzorgen, te benaderen.” www.portofamsterdam.nl
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
23
ENERGIE
Walstroom biedt kans op duurzame haven Walstroomkast voor binnenvaartschepen in Amsterdam. Foto: Haven Amsterdam
Z
eeschepen veroorzaken luchtvervuiling en geluidshinder als ze in de haven liggen. De dieselgeneratoren moeten dan elektriciteit leveren voor onder meer verlichting, verwarming en koeling aan boord. Walstroom kan een substantiĂŤle oplossing bieden, met name voor de Europese kustvaart (short sea). Voor de intercontinentale zeescheepvaart lijkt walstroom op dit moment nog een brug te ver, zo bleek op een symposium op 22 juni in de nieuwe Felison Cruise Terminal in IJmuiden.
24
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
GEEN INTERNATIONALE STANDAARD
René Didde
Vooral verwarming, verlichting en koeling aan boord, en niet te vergeten het lossen en weer laden van de zeeschepen, kost veel energie. Daarvoor gebruiken de schepen kleinere hulpmotoren die draaien op scheepsdiesel. Deze motoren drijven de aggregaten aan die elektriciteit produceren, hetgeen gepaard gaat met de uitstoot van vervuilende stoffen. “Naast stikstofoxiden gaat het om verzurende zwaveloxiden, roet, vluchtige organische stoffen als benzeen en ook fikse hoeveelheden fijnstof,” zegt Jaap Kolpa, beleidsmedewerker van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. “Dit fijnstof zorgt jaarlijks voor naar schatting vijfduizend vroegtijdige sterftegevallen in Nederland.”
Wat tot nog toe walstroom niet bijster vooruit helpt, is het ontbreken van een internationale standaard voor walstroomaansluitingen voor zeeschepen. Momenteel werken vier internationale instanties samen om zo’n standaard van de grond te tillen. Als elk nieuw schip dezelfde elektrische circuits heeft, dan is walstroom gemakkelijker in te voeren. Nieuwbouwschepen worden steeds meer uitgerust met een voorziening voor elektriciteit vanaf de kade. In de Verenigde Staten, met name in de staat Californië, hebben stringente milieuwetten (voor luchtkwaliteit) al geleid tot walstroomaansluiting voor zeeschepen. Sterker nog, een schip zonder walstroomvoorzieningen komt de haven van Los Angeles niet meer binnen, zegt Ruijs. Ook de alom verwachte stijging van de bunkerolieprijs speelt walstroom in de kaart, al is er niemand die het grillige prijsverloop kan doorgronden.
OOK GELUIDSOVERLAST
WALSTROOM OF LNG
Niet onbelangrijk is ook dat de generatoren aan boord voor een behoorlijke geluidsoverlast zorgen. Uit Kolpa’s voordracht komt het beeld naar voren dat de emissies van vrachtwagens spectaculair afnemen, maar dat de uitstoot van koopvaardijschepen op zee en in de havens fors toeneemt. Zowel Okkerse als Kolpa is daarom – onder voorwaarden - voorstander van walstroom voor zeeschepen. Simpel gezegd kan een elektriciteitskabel vanaf de wal veel narigheid nabij grote bevolkingsconcentraties voorkomen. Zeker als er sprake is van groene stroom, is walstroom een schone en duurzame optie.
Er is nog een andere oplossing mogelijk in de toekomst. Draagt walstroom aan de ‘achterkant’ bij aan een betere luchtkwaliteit, schonere brandstoffen kunnen aan de voorkant een duit in het zakje doen. Diverse deelnemers aan de bijeenkomst in IJmuiden brachten de kansen voor LNG (liquified natural gas) naar voren. Dit door koeling vloeibaar gemaakte aardgas (-163 graden Celsius) is een relatief schone brandstof. Toch zal het nog enige tijd duren voordat LNG gemeengoed is in de scheepvaart. Bovendien doet vloeibaar aardgas niets aan de geluidsoverlast en de opwarming van de aarde. Walstroom, mits opgewekt uit duurzame bronnen, lijkt daarom meer een optie voor zowel de korte als de middellange termijn.
De emissie van stikstofoxiden (NOx) door zeeschepen in het Rotterdamse havengebied komt overeen met de uitstoot van de vier raffinaderijen in het Rijnmondgebied. “Zij het dat de impact van zeeschepen op de luchtkwaliteit groter is dan van de raffinaderijen omdat deze op grotere hoogte lozen,” zegt Willem-Jan Okkerse, specialist luchtkwaliteit en emissies van DCMR Milieudienst Rijnmond. Okkerse was één van de deelnemers aan de conferentie ‘Walstroom voor zeeschepen’ die KIMO, de organisatie van Nederlandse en Belgische kustgemeenten, en de Milieudienst IJmond hielden op vrijdag 22 juni. Locatie was de gloednieuwe Felison Cruise Terminal.
VEEL FIJNSTOF
Uit de bijdragen van sprekers van Groningen Seaports, Havenbedrijf Rotterdam en Havenbedrijf Antwerpen blijkt dat walstroom bezig is aan een gestage opmars. Rotterdam geeft een gedifferentieerde korting op de havengelden van zeeschepen. “Naarmate een schip qua emissies schoner is dan de standaard loopt de korting op,” zegt Maurits Prinssen van Havenbedrijf Rotterdam (HbR). In de Maasstad geldt voor bepaalde gebieden zelfs een verbod op dieselgeneratoren. Voor de pleziervaart, riviercruiseschepen en de binnenvaart is walstroom doorgaans geen al te zware investering. Ook voor bijvoorbeeld cruiseschepen, ferry’s en RoRo-schepen is er sprake van één schip dat steeds dezelfde vaarroute aflegt en dezelfde terminals aandoet, vooral op het Europese continent. De benodigde aanpassingen voor walstroom, zowel op de wal als op het schip, zijn relatief eenvoudig. Een overheidssubsidie kan het beslissende zetje in de rug geven, zo bleek bijvoorbeeld op de terminal van Stena Line in Hoek van Holland. Hier droeg het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 750.000 euro bij op een totale investering van 2,8 miljoen euro.
ENORME VERMOGENS Voor grote containerschepen en olietankers geldt een ander verhaal. Vooral de containervaart is op Amerikaanse leest geschoeid, zegt adviseur Alex Ruijs van ingenieursbureau Royal Haskoning in Rotterdam en deelnemer aan de paneldiscussie. “Het Amerikaanse elektriciteitsnet heeft een frequentie van 60 Hertz. Omdat containerschepen daarop zijn aangepast, is walstroom in grote havensteden als Los Angeles en Seattle relatief eenvoudig.” Er moet natuurlijk wel voldoende capaciteit voorhanden zijn. “Een coaster of ferry vergt al snel een vermogen van 2 tot 3 MW (megawatt), voor een enorm containerschip als de Emma Maersk kan dit oplopen tot 8 MW,” aldus Ruijs. Het Europese hoogspanningsnet is uitgelegd op een frequentie van 50 Hertz. Om Amerikaanse containerschepen in Europa op walstroom aan te sluiten, moeten er dus kostbare frequentieomvormers komen.
www.amports.nl
MAATWERK Havenbedrijven, exploitanten van terminals en reders moeten vooral per geval kijken wat de effectiefste maatregel is. Met andere woorden: wat levert de meeste emissiereductie op per geïnvesteerde euro. “Het is maatwerk,” zegt Frauke Marly van DFDS Seaways. “Voor een schip dat verse groente of bloemen vervoert en slechts drie uur aan de kade ligt, is walstroom geen interessante optie. Daar bereiken we meer met zuiniger varen. Als we echter twaalf uur met minder verse producten in de haven van Gotenburg liggen - die over walstroom beschikt – dan is het mogelijk wel een interessante optie.” www.onshorepowersupply.org www.portofamsterdam.nl www.walstroom.nl
S e p t e m ber 2012
25
ZEEHAVENS AMSTERDAM IN BEELD
De zomer is doorgaans een periode waarin er minder nieuws te melden valt. Hoe anders was de situatie de afgelopen maanden in Zeehavens Amsterdam toen er ook midden in de vakantieperiode diverse heuglijke nieuwsfeiten waren. Allereerst was er natuurlijk op 21 juni het o zo belangrijke financieringsakkoord tussen de gemeente Amsterdam, de provincie Noord-Holland en het Rijk over de nieuwe zeesluis in IJmuiden
die maximaal 848 miljoen euro gaat kosten. Voorts waren er allerlei bijzondere projecten, zoals het plaatsen van een nieuwe sluisdeur in de Noordersluis, het transport van tien power boats vanaf de USA Terminal en natuurlijk het transport van vijftig containers voor het Holland Heineken House in Londen. We zullen maar zeggen dat onze haven aan de basis heeft gestaan van de voor Nederland zo succesvolle Olympische Spelen…(BS)
De Hemwegcentrale van NUON bestaat uit een aardgascentrale (Hemweg-7) van 599 MW en een kolencentrale van 630 MW. Momenteel is de bouw van de nieuwe eenheid Hemweg-9 op aardgas in volle gang. Deze centrale gaat binnenkort in productie als vervanging van de huidige centrale. Rechts zien we één van de vele windturbines in Westpoort, waardoor we op deze foto een mooi zicht hebben op zowel het gebruik van fossiele brandstoffen als van duurzame energie. Foto: Ed Seeder
mei vervangen. In Noordersluis de ijde. n ez va ze n de re deur aan ide sluisdeu 9 juli volgde de to: Reinder Weidijk n maanden be ag pe lo nd ge aa m af op de t heeft s jaar. Fo beurt en l per vier à ze Rijkswaterstaa alzijde aan de gaans eenmaa r aan de kana or eu do sd t ui ur sl be de ge was euren n van de sluisd Het vervange
26
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ZEEHAVENS AMSTERDAM IN BEELD
Spectaculaire fo to’s leverde oo k het transport snelle power bo op van tien ats West-Afrika. He vanaf de USA Terminal naar Ga t bijzondere tra nsport was nodi bon in Class 1-race va g voor de n 12 tot en met 14 juli, zeg maa 1 op het water. r de Formule CCY (Container Company IJmon het vervoer van d) verzorgde de snelle boten in samenwerkin Sallaum Lines. g met rederij Foto: Harry Veld man
Maar liefst vijftig contai ners vertrokk maandag 9 en juli vanuit S CS Multiport op de Madagas aan carhaven na ar Londen, vo opbouw van or de het Holland Hei Foto: Haven Amsterdam neken House.
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
27
ENERGIE
Tata Steel zet fors in op A
ls grootste verbruiker van Nederland neemt Tata Steel in IJmuiden energiebesparing zeer serieus. Een lagere consumptie betekent immers lagere kosten en minder CO2-uitstoot.
Jan van den Berg “Tata Steel in IJmuiden is de grootste afzonderlijke energieverbruiker van Nederland.” Aan het woord is Gerard Jägers, programmamanager energie-efficiëntie bij het staalbedrijf. “We hebben het over vier procent van het totale verbruik van ons land.” Het totale energiegebruik in Nederland bedroeg in 2010 zo’n 2850 petajoule (1015 joule). Het streven naar energiebesparing is overigens niet van vandaag of gisteren. Tata Steel IJmuiden, vroeger Hoogovens en Corus geheten, is hier al in 1989 mee begonnen in de zogeheten Meerjarenafspraak met het ministerie van Economische Zaken.
TWEEHONDERD PROJECTEN
28
Jägers en zijn negen medewerkers inventariseren sinds eind 2010 alle kansrijke maatregelen voor energiebesparing. Ze hebben een lijst opgesteld van tweehonderd mogelijke projecten. “We zijn nu aan het kijken welke daarvan financieel haalbaar zijn.” Tata Steel gebruikt de meeste energie voor het smelten van erts om ruwijzer te verkrijgen, het maken van cokes om de hoogovens te stoken en de staalproductie. Verder is er een lange reeks aan processen op het terrein die ook veel energie gebruiken.
MINDER DRAAIEN
Het streven naar energiebesparing leidt soms tot fundamentele veranderingen in het productieproces. Zo heeft Tata Steel in 1999 de zogeheten Direct Sheet Plant (DSP) in gebruik genomen. Bij dit gietwalsproces wordt staal direct vanuit een hoogoven warm gewalst. Voorheen werd het staal gegoten en in een separaat proces gewalst. Daarvoor moest het staal worden verwarmd. Deze stap in het productieproces is
Elf projecten hebben te maken met pompen. Hoeveel er op het totale bedrijfsterrein staan, weet Jägers slechts bij benadering. “Ik ga ervan uit dat we ongeveer drieduizend pompen in bedrijf hebben. De energiekosten daarvan liggen tussen de tien miljoen en vijftien miljoen euro per jaar. We willen in elk geval tien procent hierop gaan besparen.” De bulk zit in het verpompen van koelwater. Jaarlijks gaat het om 220 miljoen m3, waarvan tweederde uit zeewater bestaat. Tata Steel gebruikt het koelwater grotendeels in gesloten systemen in de twee hoogovens (HO 6 en HO 7), de staalfabriek en de warmbandwalserij. Jägers heeft intussen een behoorlijk goed beeld van wat de pompen kunnen besparen. “Met vrij beperkte middelen is er al veel mogelijk,” constateert hij. “We
September 2012
niet meer nodig. Ook de Direct Sheet Plant staat op Jägers' lijst van tweehonderd projecten. De installatie telt 250 rollen die zorgen voor het staaltransport. De huidige stalen rollen mogen niet te heet worden omdat dan de vuurvaste buitenlaag kan afbreken. Koeling is daarom noodzakelijk. Tata Steel is momenteel bezig nieuwe rollen te installeren die niet gekoeld hoeven te worden. Hierdoor bespaart het bedrijf jaarlijks evenveel aardgas als bijna tienduizend huishoudens. In oktober zal Tata Steel de laatste 110 rollen vervangen.
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
energiebesparing
STAAL MAKEN IN IJMUIDEN Tata Steel is de op één na grootste staalproducent van Europa. Het concern produceert achttien miljoen ton staal in Nederland, België, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. In IJmuiden produceert het bedrijf jaarlijks zo’n zeven miljoen ton staal. Dit wordt met name verwerkt in de automobielindustrie, de bouw en de verpakkingsindustrie. Het materiaal wordt verder toegepast in batterijen, buizen, industriële voertuigen en witgoed (koelkasten en fornuizen). Naast productie is Tata Steel IJmuiden ook verantwoordelijk voor consultancy en voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van staal en nieuwe productiewijzen hiervan. Het omvangrijkste project is Hisarna. Hierin werkt Tata Steel samen met andere Europese producenten aan een nieuwe manier om Xxxx staal te maken, waarvoor twintig procent minder energie nodig is. “Voordat we de Hisarna-technologie op grote schaal kunnen toepassen, zijn we zeker vijftien jaar verder,” zegt woordvoerder Robert Moens. Luchtfoto van de erts- en kolenvoorraden bij Tata Steel in IJmuiden. Foto: Flying Focus
richten ons in de eerste plaats op projecten waarvoor geen of geringe investeringen nodig zijn. Het bleek ons dat veel pompen veel meer staan te draaien dan dat strikt noodzakelijk is. Door een simpele start-stopbesturing voorkomen we dat.” Zo bleken de grote koelwaterpompen van de DSP permanent te draaien, ook buiten de productie. Een start-stopschakeling zorgt meteen voor de helft van de totale besparing die bij de pompen haalbaar is. Vooralsnog hebben de meeste maatregelen te maken met de aansturing. Vaak is dat een kwestie van schakelingen installeren of de software aanpassen. Het grote voordeel hiervan is dat de kosten laag zijn. Jägers: “Veel werk kunnen we doen als we toch bezig zijn met onderhoud. Een pomp hoeft er meestal niet apart voor buiten bedrijf gesteld te worden.”
GREEN DEAL Lang niet alle projecten zijn bedrijfseconomisch rendabel. Om deze mogelijkheden toch te benutten, geeft de overheid financiële steun via zogeheten Green Deals. “Dat geeft ons extra mogelijkheden,” legt Jägers uit. Tata Steel heeft drie Green Deals, goed voor zo’n tien miljoen euro. Het gaat onder andere om de benutting van restwarmte van Warmbandwalserij 2. Voor het walsen worden de plakken staal in de ovens verhit tot 1100 graden. Het warme koelwater is uitstekend geschikt voor de verwarming van gebouwen.
www.amports.nl
De tweede Green Deal betreft frequentieregelaars voor de elektromotoren die ventilatoren in de staalfabriek aandrijven. Hierdoor kan het bedrijf het vermogen dat de motoren leveren, aanpassen aan de vraag. Tot slot de expansieturbines van beide hoogovens. Deze installaties onttrekken energie aan het hoogovengas, als de druk omlaag gaat van 3 naar 1,05 bar. Dankzij de optimalisatie van het hoogovenproces, is de productie van ruwijzer toegenomen en daarmee ook de hoeveelheid hoogovengas. Om dit gas beter te benutten, moet Tata Steel de expansieturbines aanpassen. In het eerste kwartaal van 2013 moet de inventarisatie van alle besparingsmogelijkheden klaar zijn. www.tatasteel.nl
S e p t e m ber 2012
29
ENERGIE
Biodiesel Amsterdam produceert jaarlijks 100.000 ton in Amsterdam-Westpoort
Rijden op frituurvet Chris Linderman, chief executive officer van Biodiesel Amsterdam. Foto's: Reinder Weidijk
A
ls in oktober de productiehal van Biodiesel Amsterdam aan de Hornweg in Amsterdam-Westpoort in bedrijf gaat, wordt er voortaan honderdduizend ton vetafval omgezet in biodiesel. Deze forse stroom afgewerkte plantaardige olie bestaat uit het frituurvet van maar liefst vijftienduizend locaties, doorgaans in Noord- en ZuidHolland. Van de patatzaak om de hoek tot en met een grote keten als Mac Donald’s.
René Didde Biodiesel Amsterdam verwerkt meer dan alleen frituurvet. Er zitten ook boterrestanten in de grondstof alsmede andere vetten van ‘over-de-datum’-producten uit de supermarkten. Ook gaat het om misproducten van Unilever, zoals Unox-rookworsten en ijsjes van Ben & Jerry’s. Ten slotte vinden ook restanten uit vetputten van bedrijven en vettig afvalwater uit de tankcleaning hun weg naar Biodiesel Amsterdam. Zusterbedrijf Rotie zamelt deze vetten in. 30
September 2012
CONCEPT GREENMILLS Tot voor kort genoot Biodiesel Amsterdam vooral bekendheid onder de naam ‘Greenmills’ dat in Lijnden (Haarlemmermeer) vetafval inzamelt en omzet in biodiesel. Greenmills moeten we nu meer zien als een concept, waarbij diverse samenwerkende bedrijven restproducten omzetten in energie. Zelfs afvalstoffen uit die restproductie krijgen een nieuw leven, zegt Chris Linderman, chief executive officer van Biodiesel Amsterdam. Het bedrijf, waarvan de productiehal twee hectare groot is, zet al die restproducten om in biodiesel (zie kader) dat gretig aftrek vindt bij grote oliemaatschappijen als Shell, BP en Total, zo vertelt Linderman. Gretig omdat, conform de EU-eisen, oliemaatschappijen verplicht zijn 4,5 procent biodiesel toe te voegen aan conventionele diesel. “Niemand ter wereld maakt op deze schaal biodiesel uit restproducten,” zegt Linderman niet zonder trots. In Biodiesel Amsterdam hebben diverse partijen circa honderd miljoen euro geïnvesteerd. Het bedrijf, waarin intussen 180 mensen werken, heeft een jaaromzet van zo’n 250 miljoen euro. Indrukwekkend is de samenwerking met de dochterbedrijven in de holding Simadan Group, waarvan ook Biodiesel Amsterdam onderdeel uitmaakt. Niet alleen fungeert Rotie als een toeleverancier van de ingezamelde vetten, ook zusterbedrijf Tank Storage
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
Amsterdam levert olie en vetten. “We hebben hier circa honderd tanks die we regelmatig moeten schoonspoelen,” legt Linderman uit. Deze cilindervormige tanks worden deels gebruikt door NOBA, het vierde zusterbedrijf. “Deze handelsmaatschappij produceert jaarlijks ongeveer 250.000 ton diervoeding uit soja- en vetmengsels.” Het vijfde zusterbedrijf, CSA Cleaning, doet hetzelfde voor tientallen vrachtwagens die dagelijks af en aan rijden. Tot voor kort maakte nog een zesde bedrijf, Orgaworld, onderdeel uit van de holding. Dit bedrijf vergist jaarlijks zo’n honderdduizend ton organisch afval, zoals groente- en fruitresten, tot een energierijk biogas. Orgaworld is echter recent verkocht aan de grote afvalverwerker Shanks die wel de biogasproductie continueert.
RESTPRODUCTEN Biodiesel Amsterdam verwerkt aan de Hornweg organische reststromen tot energieproducten. Ook worden de restwarmte en restproducten nuttig gebuikt, zowel op het bedrijfsterrein als elders. “De restwarmte van Biodiesel Amsterdam en Orgaworld verwarmt de opslag van vetten in het tankpark van Tankstorage Amsterdam. Hierdoor blijven de vetten vloeibaar en kunnen we ze altijd verpompen,” legt Linderman uit. In het biodieselproces komen reststoffen vrij die opnieuw worden gebruikt, vervolgt hij. “We werken glycerine op tot een hogere kwaliteit waardoor deze chemische stof bruikbaar is voor de verfproductie. Als we in de toekomst een nog hogere kwaliteit bereiken, dan ligt zelfs toepassing in lucratieve cosmetica in het verschiet.” Ook de zogeheten bioheating oil dient om de eigen boilers van Biodiesel Amsterdam te verstoken, hetgeen aardgas uitspaart. Toch is het volgens Linderman een misverstand te denken dat met de gestegen brandstofprijzen de productie van biodiesel steeds lucratiever wordt. “Ook de inkoop van restproducten wordt daardoor duurder waardoor onze marges gering blijven,” vult hij aan.
DUURZAAM IMAGO Bij Haven Amsterdam is Marcel Gorris blij met dergelijke duurzame initiatieven. “Ze dragen bij aan de versterking van het groene imago en het duurzame karakter van het Amsterdamse havengebied. Wij willen in 2020 tot de Europese top van duurzame havens behoren,” zegt de energiespecialist van het havenbedrijf. Gorris volgt de transitie van fossiele naar duurzame energie met grote interesse. “We slaan nu al veel conventionele diesel en benzine over, de infrastructuur ligt er. Datzelfde geldt voor agrarische stromen als graan en soja. In de olietanks kunnen we ook bio-ethanol en biodiesel opslaan, terwijl loodsen en silo’s geschikt zijn voor opslag van biomassa. Stel je eens voor dat de Hemwegcentrale, die nu nog voor honderd procent op steenkool wordt gestookt, voor een kwart overschakelt op houtsnippers! De haven is in elk geval klaar voor de ontvangst en overslag van bio-energie,” besluit Marcel Gorris. www.biodiesel-amsterdam.nl www.portofamsterdam.nl
Chris Linderman: "Ook de inkoop van restproducten wordt duurder, waardoor onze marges gering blijven"
www.amports.nl
EERSTE, TWEEDE EN DERDE GENERATIE Biobrandstoffen uit suikerriet, palmolie, tarwe en maïs werden tot circa vijf jaar geleden nog omarmd als een schoon alternatief voor brandstoffen als benzine en diesel. Totdat enkele misoogsten, waaronder in Australië, de wereldgraanprijs in 2008 sky-high opdreven. Sindsdien kwamen met name milieu- en derdewereldorganisaties met kritische rapporten. De teelt van gewassen voor de productie van biobrandstoffen kost veel energie (bewerkingen als ploegen, kunstmest, zaaigoed), wat in sommige gevallen zelfs een negatieve balans oplevert. Erger nog is dat de teelt concurreert met landbouw, waardoor milieuvriendelijke transportbrandstoffen de hongersnood in de wereld in stand zouden houden, zo luidde de beschuldiging. In tropische landen zou de teelt ten koste kunnen gaan van het regenwoud. Mede daarom zetten veel producenten en onderzoeksinstellingen in op de zogeheten tweede generatie biobrandstoffen die vooral uit reststoffen bestaat. Bijvoorbeeld door, zoals Biodiesel Amsterdam, gebruik te maken van afvalolie en -vetten vervalt het argument van concurrentie met de voedselproductie. Andere voorbeelden van deze tweede generatie zijn houtsnippers, bermgras en andere plantenresten die niet geschikt zijn als voedsel. In een veelal experimentele fase verkeert de derde generatie biobrandstoffen, waarbij algen en bacteriën bijvoorbeeld de productie van biodiesel voor hun rekening nemen.
VESTA BIOFUELS Het Amsterdamse havengebied kent nog een tweede biodieselproducent. Vesta Biofuels aan de Amerikahaven, naast Oiltanking, is met 200.000 ton per jaar zelfs tweemaal zo groot als Biodiesel Amsterdam. De nagelnieuwe fabriek staat echter al een jaar stil, zonder dat er één ton plantaardige olie is omgezet in biodiesel. “Wij zijn geëquipeerd voor de verwerking van vooral koolzaad- of raapzaadolie,” vertelt Ton Klomp van Vesta. Anders dan Biodiesel Amsterdam richt Vesta zich op de verwerking van primaire olie. “De inkoopprijs van de zuivere plantaardige oliën is momenteel zeer hoog, waardoor de op deze manier geproduceerde biodiesel in Nederland een negatieve waarde heeft.” Vesta Biofuels heeft bovendien veel last van de negatieve houding van milieuorganisaties, de discussie over verdringing van landbouwgrond en de veel strengere houding van de Europese Unie. “Aanvankelijk wilde de EU tien procent biodiesel bijmengen, nu is dat nog amper vijf procent.” Om de Vesta-fabriek net als Biodiesel Amsterdam geschikt te maken voor restolie en restvet, is een forse additionele investering nodig. Daarin ziet eigenaar Mercuria, een Zwitserse energietrading, voorlopig geen heil. Wekelijks komt er een dag in de week een monteur over uit een zusterfabriek bij Hamburg om het basisonderhoud te verrichten.
S e p t e m ber 2012
31
ENERGIE
Bedrijven profiteren van Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA)
Innoveren voor een duurzame haven
H
aven Amsterdam stimuleert bedrijven tot een actieve bijdrage aan een innovatieve, duurzame havenregio rond het Noordzeekanaal. Daarom richtte zij in 2009 het Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA) op dat al diverse interessante projecten heeft opgeleverd.
Harmen Veldman, projectleider DIHA. Foto: Haven Amsterdam
Noor Backers Harmen Veldman is bij Haven Amsterdam projectleider DIHA en vertelt over enkele kansrijke projecten die het fonds financieel heeft ondersteund. Dit zijn onder andere Vento-Clean, een mobiele dampverwerkingsinstallatie van STS (Specialised Tanker Services), de terugwinning van koper uit schroot door Koster metalen BV in Beverwijk, en het wassen van uitlaatgassen door Transfennica. Dit is een dochterondeneming van rederij Spliethoff Groep in Amsterdam-Westpoort.
OPVANG VRIJKOMENDE DAMPEN Specialised Tanker Services (STS) aan de Westhavenweg ontving drie jaar geleden 32
September 2012
200.000 euro subsidie uit één van de eerste DIHA-tenders voor de ontwikkeling van het Vento-Clean systeem. Het project bevindt zich nu in de eindfase. Vento-Clean is een gesloten systeem dat bij boord-boordoverslag tussen twee tankers alle vrijkomende dampen van een vluchtige lading opvangt en terugbrengt naar de oorspronkelijke vloeistof. Dit alles zonder emissies en stankoverlast. “Bij een tanker kun je al snel één kubieke meter benzine terugwinnen,” vertelt Harmen Veldman. “Het is een mooie combinatie van duurzaamheid én innovatie.” Inmiddels is Vento-Clean in bedrijf en heeft STS het systeem getest met water (stoom). Rond deze periode start de testronde met benzine(componenten). Dit vervolgproject ontvangt subsidie uit de regeling Zeehaven Innovatie Projecten (ZIP) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Hiermee maakt STS het Vento-Cleansysteem specifiek geschikt voor boord-boordoverslag in de Afrikahaven.
KOPER UIT SCHROOT Koster metalen BV in Beverwijk verwerkt jaarlijks 170.000 ton schroot tot grondstof voor de metaalindustrie. Volgens Veldman is de door Koster ontwikkelde Clean Scrapmachine en het testen daarvan, een mooi voorbeeld van een demonstratieproject waar-
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
aan DIHA subsidie verleent. “Het is een technisch vernuftig en innovatief project. De Clean Scrap-machine kan koper verwijderen uit het schroot van een afvalverbrandingsinstallatie als AEB, het Afval Energiebedrijf Amsterdam.” In schroot uit de verbrandingsovens zit ongeveer 2,5 procent koper. Door dit metaal te verwijderen, kan de staalindustrie het schroot beter toepassen en wordt het koper teruggewonnen.Het schroot levert Koster vervolgens aan het hoogovenproces van Tata Steel in IJmuiden en aan staalbedrijven in India en Turkije.
GOEDE VOORUITZICHTEN De Clean Scrap-machine heeft een capaciteit van ongeveer 50.000 ton per jaar. Resteel, een spin-offbedrijf van de TU-Delft, heeft het systeem ontwikkeld en geleverd. Veldman: “Dit project is van waarde voor wetenschappelijk onderzoek. Ook valt er veel milieuwinst te behalen. Het productieproces van koper is milieubelastend. Met deze nieuwe technologie is het mogelijk waardevolle grondstoffen te hergebruiken die daardoor niet weglekken uit de kringloop. Bovendien zorgt deze machine voor een lager energieverbruik, en dus voor een lagere CO2-uitstoot. De machine is nu twee maanden in werking en de vooruitzichten zijn heel goed. Bovendien sluit het project goed aan bij het Europees beleid om grondstofen zo optimaal mogelijk te benutten. Ook geeft de machine zowel Koster metalen als AEB een betere prijs voor hun restproduct.”
GASWASSER OP VRACHTSCHIP De Europese Unie stelt steeds strengere eisen aan emissies van SOx (zwaveloxiden) in kwetsbare zeegebieden, Emission Control Areas (ECA´s) genaamd. Spliethoff Groep is de grootste rederij van Nederland en dochteronderneming Transfennica gaat een gaswasser implementeren op één van haar schepen, het 205 meter lange RoRo-vrachtschip ms Plyca. De projectleider: “Daarmee wil de rederij ervaring opdoen met het reinigen van uitlaatgassen. Dit om in te spelen op toekomstige milieueisen en om concurrerend te blijven varen ten opzichte van het wegvervoer. Veel van de (short sea) vaarroutes van Spliethoff in de Noord- en Oostzee liggen namelijk in deze ECA- zones en zijn van groot belang voor Zeehavens Amsterdam.” Alle motoren op het schip van Transfennica krijgen een aansluiting op de nieuwe gaswasser. Het is een gesloten systeem dat zwavel terugwint dat in de havens wordt af-
DIHA IN HET KORT Haven Amsterdam ziet duurzaam ondernemen als een belangrijke voorwaarde voor verdere groei. Sinds 2009 stelt het havenbedrijf jaarlijks twee miljoen euro subsidie beschikbaar voor bedrijven in het hele Noordzeekanaalgebied via het Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA) dat is opgedeeld in tenders. De eerstvolgende tender is gestart op 1 september en loopt tot 1 november 2012. Daarnaast kunnen bedrijven het gehele jaar haalbaarheidsaanvragen indienen. Later dit jaar publiceert DIHA een evaluatie wat het fonds tot nu toe heeft bereikt en welke bijdrage de projecten hebben geleverd aan de CO2reductie. gegeven voor verdere verwerking. Veldman: “Een innovatieve aanpak want tot nu toe was het gebruikelijk alleen de hoofdmotor uit te rusten met een open systeem. De gaswasser zorgt voor minder uitstoot van SOx en fijnstof, waardoor de luchtkwaliteit in kustgebieden en havens verbetert. Een succesvol project kan leiden tot synergie met de toeleveringsindustrie in het Noordzeekanaalgebied.” www.portofamsterdam.nl/diha
Advertentie
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
33
ENERGIE
Zeehavens Amsterdam duurzaam met olie
Z
eehavens Amsterdam heeft een zeer sterke internationale positie in de op- en overslag van olieproducten. Met de Vopak Terminal Westpoort (1,2 miljoen m3) en twee kleinere terminals erbij, is het nu onbetwist de grootste benzinehaven ter wereld.
Bart Stam en Mareijn de Wit Volgens het IEA (International Energy Agency) groeit de primaire energievraag in de wereld tussen 2008 en 2035 met zo’n 36 procent. Ondanks alle inspanningen op het gebied van duurzame energie blijven fossiele brandstoffen dus nog geruime tijd de dominante energiedragers, met olie als koploper. Voor Zeehavens Amsterdam betekent dit een stijging in de overslag van 37 miljoen ton in 2011 naar 45 miljoen ton in 2020, en 48 miljoen ton tien jaar later. “Mede door
de miljoeneninvesteringen van de afgelopen jaren heeft Amsterdam een heel sterke internationale positie in de opslag van olieproducten,” zegt Ruud van Stralen, commercieel manager olie en chemie van Haven Amsterdam. “We zijn een soort spin in het web. De Amsterdamse havenregio telt een aantal zeer moderne terminals die geschikt zijn om deze producten te blenden (mengen) volgens de meest uiteenlopende specificaties. Daarbij ligt deze zeehaven optimaal ten opzichte van het achterland, met name Duitsland, Zwitserland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.”
VOPAKS TWEEDE TERMINAL Vopak had tot vorig jaar één terminal in het Amsterdams havengebied maar heeft sinds 26 oktober 2011 zijn grote, tweede terminal aan de Afrikahaven. De ‘oude’ terminal aan de Petroleumhaven heeft een capaciteit van 85.000 m3, telt 21 opslagtanks en twee steigers voor zee- en binnenvaartschepen. In de opslagtanks worden verschillende stookolie-, benzine- en gasolieproducten opgeslagen.
Boord-boordoverslag tussen twee tankers in de Afrikahaven, mogelijk dankzij de nieuwe palen die Haven Amsterdam in 2011 heeft laten bouwen. Foto: Ed Seeder
34
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
Luchtfoto van de Jan van Riebeeckhaven (vooraan) en Petroleumhaven in de haven van Amsterdam, waar EuroTank Amsterdam, MAIN, Gulf Oil en Vopak zijn gevestigd. Foto: Flying Focus
met elkaar verbonden. Op die manier ontstaat dus een gesloten systeem waaruit vrijwel geen vluchtige organische stoffen kunnen ontsnappen.
HYDROCARBON HOTEL
Nieuw in de Amsterdamse havenregio is Hydrocarbon Hotel, een joint-venture van Blue Ocean Associates en Argos-North Sea Group. Deze terminal aan de Amerikahaven is begin 2012 in productie gegaan. De hoofddoelen van Hydrocarbon Hotel zijn OILTANKING AMSTERDAM import en export en het blenden van benMet een opslagcapaciteit van 1,6 miljoen m3 heeft Oiltanking Amsterdam de grootste zine, de opslag van benzinecomponenten tankopslagterminal van de Amsterdamse haven, ook na de opening van de Vopak en biobrandstoffen, en het bevoorraden van Terminal Westpoort. In de 83 opslagtanks, alle met drijvende daken, slaat Oiltanking depots in het achterland. De capaciteit van veel brandstoffen op, zoals een breed scala aan benzineproducten en verder gasolie, de nieuwe terminal bedraagt 140.000 m3, verspreid over elf tanks. diesel, nafta en Jet A1. Ook vinden we op Oiltanking beschikt als enige over een pijpleiding van twintig “Mede door de miljoeneninvestede nieuwe locatie kilometer naar Schiphol, waarmee deze terminal in ruim vijftig ringen van de afgelopen jaren heeft een vuilwatertank, procent van de totale kerosinevraag van onze nationale luchteen pompstation en haven voorziet. Ook slaat Oiltanking een deel van de strategiAmsterdam een heel sterke interdrie steigers voor zeesche olievoorraden op voor de Nederlandse staat. nationale positie in de opslag van schepen, coasters en olieproducten” OMVANGRIJKE INVESTERING BP AMSTERDAM binnenvaartschepen. Ook BP Amsterdam aan de Amerikahaven is met een opslagOm het blenden efcapaciteit van circa één miljoen m3 een zeer grote import- en exportterminal voor ficiënt uit te voeren, krijgen alle tanks een cironder andere benzineproducten, gasolie, diesel, propaan en butaan. BP Amsterdam culatiesysteem met zogeheten venturi blend heeft in 2009 een omvangrijk investeringsprogramma afgerond van 65 miljoen euro. nozzles. Daarbij ging het vooral om de aansluiting van de nieuwe steiger voor zeeschepen op GULF OIL NEDERLAND de moderne dampverwerkingsinstallatie. Eind 2009 heeft BP ook twaalf bestaande Tot slot aandacht voor Gulf Oil Nederland dat jetty’s – negen voor binnenvaartschepen, drie voor zeeschepen – aangesloten op een in oktober 2011 een benzineopslag- en distritweede systeem voor dampverwerking. butiepunt heeft geopend aan de PetroleumHONDERD MILJOEN EURO BIJ EUROTANK haven, naast de terminal van zusterbedrijf EuroTank Amsterdam is nog tot 2015 bezig met een grootschalig investeringsproMAIN. Voor dit project moest Haven Amstergramma van zijn bestaande terminals (totaal 1,4 miljoen m3), waarvoor het bedrijf dam eerst twee hectare droogleggen door het ruim honderd miljoen euro uittrekt. Deze investeringen verbeteren vooral de veiligslaan van damwanden, het aanvullen van het heid, het milieu en de infrastructuur. Onderdeel van het investeringsprogramma is zand en het inklinken van de grond. Vervolhet opwaarderen van de bestaande laad- en losplaatsen voor zeeschepen, zoals de gens kon het havenbedrijf de grond bouwrijp capaciteitsvergroting van de laad- en losarmen en het opknappen van de jetty’s. maken. Gulf Oil, dat zelf de kade heeft aangeDaarnaast heeft Eurotank reeds in 2009 vier nieuwe opslagtanks voor benzineproduclegd, heeft een benzineterminal gebouwd van ten gebouwd van in totaal 150.000 m3. Medio 2011 zijn daar nog eens vier tanks voor acht tanks, goed voor een totale opslagcapacigasolieproducten bijgekomen, samen goed voor 75.000 m3. Niet als uitbreiding maar teit van 60.000 m3. Ook is er een laadinstallater vervanging van een aantal verouderde tanks. tie waar vier tankwagens gelijktijdig kunnen worden behandeld. Het gaat om een investeSPECIALE OPSLAGTANKS NUSTAR TERMINALS ring van dertig miljoen euro. Sinds 2005 is NuStar Terminals gevestigd in de Amsterdamse haven. Deze terminal www.oiltanking.com heeft een opslagcapaciteit van zo’n 600.000 m3, verdeeld over 45 opslagtanks. Hier www.bp.com slaat NuStar stookolie, gasolie, benzine en biobrandstoffen op- en over. De terminalwww.nustarenergy.com operator bezit twee aanlegsteigers voor zeeschepen en vijf voor binnenvaartschepen. www.vopak.com Opvallend aan de opslagtanks van NuStar is dat ze geen drijvende daken hebben, zowww.northseagroup.com als de meeste terminals. De terminal werkt namelijk met een geautomatiseerde dampwww.harvestenergy.co.uk verwerkingsinstallatie. Hierbij zijn alle tanks en steigers op de terminal via leidingen De nieuwe terminal aan de Afrikahaven heeft een totale opslagcapaciteit van 1.190.000 m3 met 41 bovengrondse opslagtanks en zes slobtanks (voor de afvalwaterzuivering). Ook heeft de terminal elf ligplaatsen aan twee vingerpieren, één kademuur en één insteekhaven.
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
35
ENERGIE
Zeehavens Amsterdam heeft marktaandeel van 25 procent
Kolen zijn betrouwbare energiebron
Luchtfoto van OBA Bulk Terminal aan de Westhaven. Foto: OBA
Rob Schoemaker Betrouwbaar en betaalbaar, dat zijn de sterke punten van steenkool. Met de bewezen voorraden in de wereld kunnen we nog eeuwen vooruit. Ook kan steenkool als zogeheten swing supplier functioneren om fluctuaties op te vangen bij de winning van duurzame energie, of als er – om wat voor reden dan ook – een andere grote energiebron wegvalt. En hoewel steenkool ook omstreden is vanwege zijn ‘vieze imago’ zal volgens het International Energy Agency (IEA) het aandeel in de wereldwijde energiemix stijgen van de huidige 25 naar 29 procent in 2030.
CONSTANT IN BEWEGING Hoewel er in Europa nog veel kolencentrales met een hoog rendement gepland staan – die dankzij de CCS-technologie (Carbon Caption and Storage) op de lange termijn veel kooldioxide zullen afvangen – zal door het gebrek aan maatschappelijke acceptatie het aandeel van kolen in de Europese energiemix niet heel hard stijgen. Dit verwacht Lex de Ridder, unitmanager Bulk, Containers & Logistics, van Haven Amsterdam. “De import stijgt in elk geval wel vanwege de sluiting van de steenkolenmijnen in Duitsland, Polen en Tsjechië.” Maar, zo benadrukt hij, er zijn veel onzekerheden. “De energiemix is voortdurend in beweging. Denk maar aan de voorgenomen sluiting van de kerncentrales in Duitsland, veranderende milieudoelstellingen, onduidelijkheden over biomassa en de toenemende winning van schaliegas.” 36
September 2012
J
aarlijks verschepen bulkcarriers bijna één miljard ton over de wereldzeeën waarvan zo’n zeventig miljoen ton de zeehavens in de range Hamburg-Le Havre binnenkomt. De Amsterdamse havenregio speelt met een marktaandeel van 25 procent een voorname rol in de bevoorrading van met name Duitse industrieën en elektriciteitsproducenten.
FORSE INVESTERINGEN Binnen de range Le Havre-Hamburg heeft Zeehavens Amsterdam, inclusief Tata Steel in IJmuiden, dus een aandeel van 25 procent in de import van kolen. Rotterdam, goed voor zo’n 33 procent, is vooral sterk in zogeheten cokeskolen voor de Duitse staalindustrie. Ten opzichte van het Duitse achterland zijn de Amsterdamse en Rotterdamse overslagterminals het best gepositioneerd, vanwege de uitstekende binnenvaartverbindingen via de Rijn. Ook de efficiënte spoorverbindingen zijn een belangrijke factor. Voor de Duitse afnemers is de aanwezigheid van twee concurrerende havens in meerdere opzichten positief. “Uitgaande van het huidige marktaandeel gaan we voor Amsterdam uit van een groei van 19 miljoen ton in 2011 naar 24 miljoen ton in 2020,” stelt De Ridder. Hij wijst op het feit dat de twee grote kolenterminals in Amsterdam, OBA en Rietlanden Terminals, de afgelopen jaren fors hebben geïnvesteerd – ook in innovatie - om ook in de toekomst binnen de milieugrenzen te blijven. Daarbij gaat het zowel om de op- en overslag als om speciale bewerkingsactiviteiten als ontijzeren, wassen, zeven, crushen en blenden.
DOORVAREN NAAR HET ACHTERLAND Dankzij de 17,80 meter diepe IJgeul vanaf de Noordzee kunnen ook de grootste capesizers volgeladen IJmuiden bereiken. Vanwege de beperking van de diepgang richting de haven van Amsterdam zorgen drijvende kranen voor het sluizencomplex, op de zogeheten IJpalen, voor het gedeeltelijk lossen van de kolen in lichters die rechtstreeks doorvaren naar de eindgebruikers in het Duitse achterland. Zodra de diepgang van de bulkcarriers 13,70 meter bedraagt, varen deze grote kolenschepen door naar OBA en Rietlanden Terminals in de haven van Amsterdam. OBA heeft een centrale terminal aan de Westhaven waar brugkranen de kolen razendsnel kunnen lossen, waaronder de nieuwe 60-tons brugkraan. Daarnaast lost OBA kolen op Terminal Noord aan de Westhaven met de 50-tons drijfkraan "Het Nijlpaard". Op de drie afzonderlijke locaties van Rietlanden Terminals (Afrikahaven, Amerikahaven/ Aziëhaven en Westhaven) gebeurt het lossen met drijfkranen. Ook aan de ‘achterdeur’, het achterlandvervoer per binnenvaartschip of goederentrein, hebben de Amsterdamse terminals de afgelopen periode fors geïnvesteerd in extra kades voor lichters en beladingsinstallaties voor goederentreinen. Dat merkt ook KeyRail, exploi-
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE STEENKOOL IN ZEEHAVENS AMSTERDAM, ONDERVERDEELD NAAR LANDEN VAN HERKOMST (2010):
KOLEN VANUIT AMSTERDAM NAAR:
10% : eig
sla
nd
40%:
Colom
bia
: per 20% rentrein e e o g d rland e acht
Af idZu
naar
60%: per binnenvaart naar achterland
on esi
%:
nd ë
10
:I
10%: overig
5%
rik
a
Ru
egio
%:
10 pe %: Sca r fee Ko ndi der nin na na kri vië, ar jk, Ve Po ren len ig d
en r
25
tant van de Betuweroute. In 2011 is het aantal treinen op deze moderne goederenspoorlijn tussen de havens van Amsterdam en Rotterdam en het Ruhrgebied verdubbeld. OBA vervoert jaarlijks 1,5 à 2 miljoen ton steenkool per spoor. Rietlanden Terminals is sinds 2011 goed voor zo’n 600.000 tot 700.000 ton per jaar.
OP- EN OVERSLAG Ook vanwege de rol als swing supplier neemt het belang van kolenopslag voor de Amsterdamse havenregio snel toe. Dankzij een slimmere veldbezetting, en het gebruik van verder reikende opwerpers en transportbanden, heeft alleen OBA al zijn opslagcapaciteit verdubbeld tot drie miljoen ton, hetzelfde als Rietlanden. Beide overslagbedrijven hebben zich erop toegelegd om vrijkomend stof bij de op- en overslag tot een minimum te beperken. Directeur Karl Schot van Rietlanden Terminals: “We beperken de milieuoverlast via een scala aan maatregelen. Zo hebben wij op onze moderne terminal aan de Afrikahaven samen met Haven Amsterdam een monitoringsysteem met snuffelpalen geïnstalleerd dat de stofconcentratie in de lucht meet en onze bijdrage hieraan berekent. Zonodig nemen wij extra maatregelen als het afdekken met een celluloselaagje en het sproeien van de overstortpunten. Ook openen we onze kolengrijpers pas op het laatste moment en geldt er een lage rijsnelheid op al onze terminals. We analyseren en reinigen regenwater altijd voordat we het lozen op het oppervlaktewater. Onze stille machines, zoals kranen, opwerpers en transportbanden, gebruiken zwavelarme brandstoffen.”
SCHAALVERGROTING De rol die de Amsterdamse haven speelt in de bulkoverslag, heeft zowel een regionale als een Europese dimensie. Bulkoverslag zorgt namelijk voor een stevige economische basis, waardoor de havenvoorzieningen op een hoog niveau blijven. Natuurlijk moeten de betrokken partijen alles uit de kast halen om stof- en geluidsoverlast te beperken. De Ridder: “Het Amsterdamse havenbedrijfsleven en de overheid hebben creatief moeten investeren vanwege de beperkingen van het sluizencomplex in IJmuiden en de diepgang van het Noordzeekanaal. Als het Panamakanaal in 2014 is verbreed tot zo’n 52 meter, kan
dat de opmaat zijn tot een nieuwe schaalvergroting. Het duurt dan zo’n vijf tot tien jaar voordat deze bulkcarriers in de vaart komen. Tegen die tijd moet de nieuwe zeesluis bij IJmuiden gereed zijn.” In 2014 gaat men de zogeheten Averijhaven uitbaggeren die buiten de sluizen van IJmuiden op de noordoever ligt. Hierdoor wordt daar boord-boordoverslag van lichterschepen mogelijk, in plaats van aan de IJ-palen. Op termijn moeten hier ook twee capesizers gelijktijdig worden behandeld.
TIJD VOOR UITBREIDING OBA-directeur Piotr Skotnicki: “We zouden graag zien dat de mogelijkheden voor het lichteren voorbij de sluizen worden verruimd. Om te kunnen blijven voldoen aan de groeiende vraag naar importkolen in Duitsland, zullen we namelijk meer capesizers moeten lichteren. Gebeurt dat niet, dan zal het marktaandeel van Amsterdam teruglopen doordat een aantal schepen zal uitwijken naar Rotterdam. Wat dat betreft zien we de opening van de Averijhaven vol verwachting tegemoet.” www.oba-bulk.nl www.rietlanden.com
De kolenterminal aan de Afrikahaven is een van de drie locaties van Rietlanden in de Amsterdamse haven. Foto: Reinder Weidijk
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
37
Steel Repairs - Constructions Works Pipe Works - Lay by berth 300m x 7m Engine Repairs - Electrical Repairs
Vlothavenweg 16 • 1013 BJ Amsterdam • Harbour 2311 • +31 (0)20-682 90 05 • www.hors.nl
ww
Office Elst Industrieweg-Oost 16 6662 NE Elst Phone: +31 (0)88-1011206 Fax: +31 (0)88-1011208 E-mail: info@megabarging.nl Office Amsterdam Ruijgoordweg 100 1047 HM Amsterdam Phone: +31 (0)20-4801400 Fax: +31 (0)20-3347571 E-mail: info@megabarging.nl
www.MegaBarging.nl
Quality in logistics a4 advertentie marpol.indd 1
38
September 2012
16-05-11 13:51
Zeehavens Amsterdam
ENERGY
OBA zet eerste stappen in biomassa
Opslag van houtpellets in de loodsen van OBA aan de Westhaven. Het ging om de eerste substantiële lading biomassa in Zeehavens Amsterdam. Foto: OBA
Helen Hill OBA slaat aan de Westhaven jaarlijks ongeveer tien miljoen ton kolen over, net als een half miljoen ton mineralen en 800.000 ton agribulk. In mei van dit jaar arriveerde de eerste grote lading biomassa. Het 190 meter lange vrachtschip “Egret Bulker” kwam vanuit Vancouver met 47.000 ton houtpellets aan boord. De lading biomassa was bestemd voor de energiecentrales van Essent en RWE in respectievelijk Geertruidenberg (Amercentrale) en Tilbury (Groot-Brittannië).
DIRECTE OVERSLAG Hans Mattheyer, commercieel manager van OBA, vertelt: “We hebben vijf overdekte opslagloodsen binnen het bereik van de brugkranen. Hierdoor kan het losproces extreem efficiënt verlopen. De loodsen hebben schuifluiken waardoor de grijper van de kraan de lading direct vanaf het schip in de loodsen kan overbrengen. Bovendien is er geen risico dat de biomassa vervuild raakt omdat we geen transportbanden gebruiken. Daarnaast is biomassa op deze manier minder kwetsbaar voor opwarming," zo benadrukt hij. In de 22.000 m2 loodsruimte die OBA tot zijn beschikking heeft, kan het overslagbedrijf 110.000 ton biomassa opslaan. Vanuit Amsterdam kunnen duwbakken de houtpellets vervoeren naar energiecentrales in Zuid-Nederland voor het produceren van groene energie. Daarnaast zijn bestemmingen als Groot-Brittannië en Scandinavië ook goed te bereiken vanaf het OBA-terrein met kleine zeeschepen (coasters).
M
et het afhandelen van een grote lading houtpellets heeft OBA de eerste stappen gezet in de opkomende markt voor biomassa. Het op- en overslagbedrijf verwacht de komende jaren meer ladingen naar Amsterdam te halen.
Omdat biomassa in temperatuur stijgt wanneer het ligt opgeslagen, heeft OBA speciale sensoren in de opslagloodsen geplaatst. De gegevens hiervan kunnen via de computer continu worden afgelezen en de operators kunnen direct actie ondernemen als de temperatuur te hoog dreigt te worden. Naast de temperatuur voert OBA ook voortdurend controles uit op gassen die ook een indicatie zijn dat er zelfontbranding (broei) plaatsvindt.
BIJSTOKEN IN KOLENCENTRALES De Europese Unie wil de CO2-uitstoot verminderen. Daarom zijn er nu al in een aantal lidstaten, waaronder Nederland, energiecentrales waar biomassa en kolen samen worden gestookt. De verwachting is dat dit in de toekomst verplicht wordt, waardoor er meer vraag zal komen naar biomassa. Vanwege de gunstige ligging van Amsterdam is het tevens mogelijk om ladingen te verschepen naar Groot-Brittannië of, in de toekomst, naar Duitsland. Dichter bij huis ligt naast het terrein van OBA de Hemwegcentrale waar NUON binnenkort de nieuwe gasgestookte centrale Hemweg 9 van 435 MW in gebruik gaat nemen. Deze nieuwe eenheid vervangt de gascentrale Hemweg 7 (599 MW) uit 1979. De kolengestookte centrale Hemweg 8 (630 MW), die in 1994 in bedrijf kwam, is via een transportband verbonden met de OBA-terminal. De verwachting is dat deze kolencentrale in 2014 ook biomassa gaat bijstoken. OBA heeft dan de perfecte locatie om de biomassa aan te leveren. Hans Mattheyer bevestigt dit: “We zijn erg overtuigd van de goede ligging van OBA maar ook van de Amsterdamse haven in het algemeen om een groot deel van de markt voor biomassa te pakken.”
BUITENOPSLAG Op dit moment worden er ook andere soorten biomassa ontwikkeld. Een voorbeeld hiervan is het torreficeren van houtachtig materiaal, het roosteren bij 280 tot 300 graden. De biomassa wordt hierdoor waterafstotend. Mattheyer: “Hierdoor kan deze biomassa worden opgeslagen op onze grote buitenopslagterreinen. Wij kunnen deze biomassa dan met de bestaande transportbanden en stackers behandelen.” Haven Amsterdam, dat biomassa uit landen als Canada, de Verenigde Staten en Brazilië behandelt, verwacht in 2020 een volume van zes miljoen ton biomassa te bereiken. www.oba-bulk.nl
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
39
FROM CRUDE OIL TO SMART SOLUTIONS In a world where energy projects are increasingly complex, you need a bank that offers more than just financing. ABN AMRO has a track record in innovative structured finance solutions. But our support goes deeper than dollars. We partner clients across the full energy value chain. Using our global presence and recognised sector expertise to help you develop the right strategy for your growth ambitions. Add fast decision-making, flawless execution, and strong risk management solutions, and it may explain why we tend to measure client partnerships not in deals but decades. To learn more about how we can support your growth ambitions, please visit abnamro.com/ect
40
September 2012
Zeehavens Amsterdam
ENERGIE
Golden Arrow eerste bunkerbedrijf met AEO-status
G
olden Arrow is het enige, echt onafhankelijke Amsterdamse bunkerbedrijf met een AEO-certificaat. Sterker nog: het is het eerste bunkerbedrijf in de gehele ARA-range (Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen) met een dergelijke douanestatus. Directeur Gerrit Versteeg: “Zo’n AEO-status is natuurlijk gemakkelijk maar belangrijker in onze branche is een goede prijs. Natuurlijk moeten we altijd het vertrouwen waarmaken dat klanten in ons stellen.”
Rob Schoemaker
besloten Marco en ik in 2010, met toestemming van Lukoil, weer een onafhankelijk bunkerbedrijf te starten. Het verwerven van de AEO-status (Authorised Economic Operator) van de Douane, waarbij alle bedrijfsprocessen duidelijk omschreven moeten zijn, lag bij het opstarten van het nieuwe bedrijf voor de hand. Waarom zouden we op dit terrein niet voorop lopen? Onze klanten hebben er alleen maar voordeel van want het beperkt immers fysieke douanecontroles.”
NICHESPELER De klanten van Golden Arrow zijn rederijen waarvan de schepen het Noordzeekanaalgebied aandoen en gasolie willen bunkeren. Versteeg: “Als jouw prijs goed is, en je staat goed bekend omdat je op tijd én goede kwaliteit én de juiste kwantiteit levert, dan ben je in business. In de Amsterdamse haven beleveren wij via onze lichter Boris, een langdurige time charter, zo’n duizend tot elfhonderd schepen per jaar. De volumes variëren daarbij tussen de tien en vijfhonderd ton. Wij zijn daarmee een nichespeler. Zo nodig charteren we nog een extra bunkerboot. Binnenkort gaan we ook stookolie doen dat in tegenstelling tot gasolie in meerdere specificaties verschijnt. We gaan vanuit een tank, die we hebben gehuurd bij de Vopak-terminal aan de Petroleumhaven, ook leveringen per truck doen in diverse andere Nederlandse havens.” Op tijd leveren, benadrukt Versteeg, is cruciaal omdat de zeevaart steeds tijdskritischer wordt. “Het maakt daarbij niet uit of het nu gaat om droge-ladingschepen, tankers of cruiseschepen.”
BAAS IN EIGEN BEDRIJF
Golden Arrow Olieproducten BV bestaat pas sinds 2010 maar de expertise in trading en de levering van olieproducten van de directeuren Marco Duikersloot en Gerrit Versteeg gaat al decennia terug. Beiden werkten bij het Amsterdamse bunkerbedrijf Modusa dat in 2006 werd overgenomen door de Russische oliemaatschappij Lukoil. Versteeg: “Het bloed kroop waar het niet gaan kon. Daarom
Versteeg en Duikersloot genieten dagelijks van het ‘eigen-baas-zijn’. Het voordeel van een groot bedrijf zit in de ruime back-upfaciliteiten. Maar een klein en onafhankelijk bedrijf geeft volgens hen meer vrijheid, kan sneller schakelen èn anticiperen. Versteeg: “Het is leuk om voor eigen risico te werken, al is de prijsdruk wel enorm. Aan de andere kant; van de crisis merken we nog niet zoveel. De Amsterdamse havenregio staat bijvoorbeeld nog fier overeind als benzinehub, terwijl de wereldwijde onbalans in olieproducten nog steeds realiteit is.” www.goldenarrow.nl
De Vopak-terminal aan de Petroleumhaven waar Golden Arrow een tank heeft gehuurd voor leveringen per tankwagen. Foto: Vopak
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
41
I N N O VAT I E
Slim laad- en lossysteem voor containers
VCK zet transport op de rails
O
nlangs heeft VCK Logistics samen met zijn klant Gulf Extrusions uit Dubai een hoogwaardig laaden lossysteem in gebruik genomen. Kort gezegd plaatst het systeem de lading op een houten frame dat via ‘rolschaatsen’ op een rail de container wordt binnengeschoven. Een groot deel van het trailorpark van VCK is al uitgerust met het Joloda skate and track systeem voor het transport van rollen papier.
Karel van der Weide Rolf van Strijbos, terminalmanager van VCK Logistics, vertelt enthousiast over het zogeheten ‘One Shot Container Loading systeem’ dat het Britse bedrijf Joloda Loading System heeft ontwikkeld. Zware en lange ladingpakketten kunnen hiermee in één keer (‘One Shot’) in een standaard ISO 40 ft container (circa 12,20 meter) worden geschoven. Voorheen was hiervoor een open-topcontainer nodig. Bij dit type plaatst het personeel de lading met een bovenloopkraan via de open
bovenkant in de container, waarna de bovenzijde met een zijl wordt afgedekt. De open-topcontainer is echter minder beschikbaar, kent hogere positioneringskosten en is hierdoor flink duurder. In Nederland loopt VCK Logistics voorop met het gebruik van het Joloda-systeem: een groot deel van het trailerpark beschikt al over dit nieuwe laad- en lossysteem voor het transport van rollen papier.
HYDRAULISCHE POMP Van Strijbos legt het Joloda-systeem uit. Eerst wordt de lading opgebouwd op een houten frame en gezekerd. In de lege container legt het personeel twee rails die men verbindt met de rails onder de klaarstaande lading. De rails, gemaakt van roestvrijstaal, bestaan uit segmenten van pakweg anderhalve meter die aan elkaar worden geschroefd. In de rails onder de lading liggen ‘schaatsen’ die met een hydraulische pomp worden geheven. De lading komt los van de vloer en schuift de container in. Na het laden verwijdert het personeel de schaatsen en de rails, om ze bij een volgende klus opnieuw te gebruiken. De container hoeft niet aangepast te worden en de belading geschiedt doorgaans vlot, uiteraard afhankelijk van het soort vracht.
MINDER RISICO’S Het Joloda laad- en lossysteem blijkt een ideaal en efficiënt systeem voor Gulf Extrusions, producent van aluminiumprofielen voor zeer diverse toepassingen als de bouw en constructies, de auto-industrie, cilinders en trailers. Met deze investering bespaart het bedrijf op de transportkosten in de open-topcontainers. Verder verkleint Gulf Extrusions het risico op schade aan de vaak kwetsbare lading. Geheel indachtig de oorsprong van het Joloda-systeem. Zo’n vijftig jaar geleden zocht het Britse leger naar een manier om pallets met een gevaarlijke lading, bijvoorbeeld munitie, te verplaatsen. Voor Zeehavens Amsterdam ziet Van Strijbos enkel voordelen om dit systeem te implementeren. Het vergroot immers de mogelijkheden om producten in standaardcontainers te vervoeren. Niet ten onrechte denkt VCK Logistics ook aan zichzelf. De speerpunten van de logistieke dienstverlener – ladingpakketten als papier, plywood, ferro en non-ferro metalen - stagneren door de economische crisis. De exploitatie van een dergelijk laad- en lossysteem is voor het bedrijf een kans om zich meer te gaan richten op de markt voor containerladingen. VCK Logistics biedt zijn klanten immers het totale logistieke proces aan: van stuwadoorsactiviteiten, voorraadbeheer en forwarding tot douanefaciliteiten. Informatietechnologie is daarbij van cruciaal belang. www.vcklogistics.nl
Medewerkers van VCK Logistics installeren de rails van het nieuwe Joloda-systeem voor het lossen van de aluminiumprofielen voor Gulf Extrusions. Foto: VCK
42
September 2012
Zeehavens Amsterdam
JURIDISCHE HAVENZAKEN
Efficiënt met energie, ook bij vergunningen
E
rnst Bulthuis is maritiem advocaat bij Van der Steenhoven advocaten in Amsterdam. Elk nummer behandelt hij een actueel thema voor het bedrijfsleven in Zeehavens Amsterdam. Ditmaal: de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO) en de invloed op de energiewinning op zee.
Ernst Bulthuis In dit nummer staat energie centraal. Energie die tegenwoordig veel buitengaats wordt gewonnen. Dergelijke 'offshore' winning, van bijvoorbeeld windenergie of fossiele brandstoffen, heeft het voordeel van de locatie. Ondanks de toename van het scheepvaartverkeer brengt de plaatsing van een windpark op zee letterlijk meer overzichtelijke uitdagingen met zich mee dan plaatsing ervan in een dichtbevolkt gebied. Echter, de uitdagingen zijn van een geheel andere orde. Dat geldt in praktische zin maar niet per definitie ook vanuit juridisch oogpunt. Energiewinning heeft voor de energieleverancier of exploitant publiek- en privaatrechtelijke kanten. Het privaatrecht behelst de onderlinge verhouding tussen burgers of bedrijven, zoals contracten tussen bedrijven en leveranciers. Een goed voorbeeld zijn contracten tussen energieleverancier en offshorewerkschepen voor de plaatsing van monopiles of de bevoorrading van platforms. Het publieke recht behelst de verhouding overheid versus burger of bedrijf. Hierbij spelen onder andere veiligheidswetgeving en vergunningen een rol. Bij deze vergunningen wil ik langer stilstaan.
DE NIEUWE WABO WABO staat voor Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Waar voorheen een partij verschillende vergunningen voor diverse aspecten van het werk separaat moest aanvragen, ieder met eigen loketten en bevoegde instanties, zijn sinds 2010 één loket, één aanvraagformulier en één procedure geïntroduceerd. Eén omgevingsvergunning vervangt veel, voorheen apart benodigde vergunningen, zowel op het land als op het water (zie ook www.omgevingsloket.nl)
Maritiem advocaat Ernst Bulthuis. Foto: Reinder Weidijk
Met de nieuwe WABO zijn de volgende stappen van belang: bepaal wat en waar u iets gaat doen, en bepaal om welke activiteiten het gaat. Overleg met de gemeente of centrale overheid of u alle benodigde vergunningen in beeld hebt, en maak een planning van de activiteiten. Van belang hierbij is ook het bij de WABO behorende Besluit omgevingsrecht van 25 maart 2010, waarvan bijlage I specifieke vergunningsplichtige inrichtingen aanwijst alsmede de gevallen waarin een ander overheidsorgaan dan B&W het bevoegd gezag is. Vervolgens dient de initiatiefnemer/indiener een vergunningenplan op te stellen met kritieke tijdsmomenten die men ook met de verantwoordelijke overheidsinstantie moet communiceren. Naast het aanvragen en verkrijgen van één omgevingsvergunning is, onder omstandigheden, een ‘opgeknipte’ aanvraag nog steeds mogelijk, waarbij men op onderdelen separate omgevingsvergunningen kan krijgen. Tot slot kan men bij onlosmakelijke activiteiten, zoals milieu en bouw, gefaseerd een omgevingsvergunning aanvragen, waarbij voor elke fase een beschikking volgt die samen zorgen voor één omgevingsvergunning. Dit laatste kan raadzaam zijn indien men bijvoorbeeld eerst wil weten of er een milieuvergunning zal worden verleend, voordat de bouwplannen in detail worden uitgewerkt.
ÉÉN PROCEDURE De rechtsbeschermingprocedures ziet er globaal als volgt uit. Waar voorheen elke vergunning haar eigen rechtsprocedure van bezwaar en beroep kende, heeft de omgevingsvergunning in principe één procedure. Deze sluit aan op de Algemene wet bestuursrecht (AWB). Als er een omgevingsvergunning is aangevraagd voor het hele project, dan hebben belanghebbenden één moment om hun zienswijze, inspraak of bezwaar kenbaar te maken. Hierdoor hebben alle betrokkenen sneller duidelijkheid of het plan kan doorgaan. Aangezien de AWB uniforme regels kent voor het indienen van bezwaar of beroep, kan er ook bij conflicten efficiënt worden gehandeld. Hierbij is het goed om in gedachten te houden dat de termijnen voor het indienen van een bezwaarof beroepschrift relatief kort zijn, namelijk zes weken na publicatie van het overheidsbesluit. Het bestuursorgaan dat het besluit neemt - bijvoorbeeld de weigering van een WABO-vergunning voor windenergie op zee - moet aangeven op welke termijn en bij welke instantie een partij bezwaar of beroep kan aantekenen, bij gebreke waarvan voornoemde termijnen minder stringent kunnen worden geacht.
GOEDE COMMUNICATIE MET DE OVERHEID Al met al een geslaagde efficiencyslag, deze nieuwe WABO. Echter, juridische haken en ogen liggen op de loer. Goede communicatie is daarbij essentieel, zeker (of vooral) met de overheid. Neemt men de overheidsinstantie stap voor stap bij de hand, waarvoor bijvoorbeeld één persoon binnen de organisatie verantwoordelijk is voor zowel de WABO-procedure als de vergunningsplichtige projecten binnen het bedrijf, dan kunnen alle deelnemers in de energiewinning profiteren van de nieuwe WABO. Op het eerste gezicht een open deur, maar wel eentje die maar al te vaak gesloten blijkt. Aan de inhoud van dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend. Voor een reactie of meer informatie kunt u e-mailen met: bulthuis@vandersteenhoven.nl
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
43
STC B.V. training van deur tot deur, thuis en op locatie
cursussen
Transport en Logistiek Talen overzicht -
Duits voor Transport Engels voor Transport Frans voor Transport Russisch voor Transport Standard marine communication phrase
Havens/Logistieke richting - BTW in het internationale
-
handelsverkeer - Cargadoor I - Cargadoor I verkort
-
(vooropleiding HBO diploma) - Cargadoor II - Customer service
-
Douane recht Douane vervoer en transit Expediteur Magazijnbeheerder Magazijnmedewerker Management Training voor het middenkader Operator Tanker Agencies Schademelding Scheepvaart Vervoer & Expeditie Transportdocumenten Transport/logistiek introdagen Waterklerk Zeebevrachter
| 0 1 0 2 8 3 2 3 0 0 | W W W. S T C - B V. N L
Werk voor de boeg SWA Havens is de havenpool: een vaste ploeg gemotiveerde krachten die inzetbaar zijn op piekmomenten, 24 uur per dag. Meer weten? T (020) 680 26 11 of kijk op onze site. SWA Havens Nieuwe Hemweg 10 E info-havens@weetvanwerken.nl
H AV E N S
Electric, Parts, Maintenance & Consultancy EPMC Europe is een veelzijdig bedrijf, gespecialiseerd in de verkoop, onderhoud en inspectie van haven- en overslagkranen, boorplatforms en on- en off-shore staalconstructies zoals bruggen, sluizen, alsmede monopiles en jackets t.b.v. windmolenparken. Onderhoud van hijs- en hefwerktuigen en besturingssystemen. Werkzaamheden aan elektrisch-, mechanisch en hydraulisch installaties; dit alles merkonafhankelijk.
www.epmceurope.com
weetvanwerken.nl
44
September 2012
T +31 (0)20 606 99 00 | info@epmceurope.com
Zeehavens Amsterdam
WAT E R S P O R T R E C R E AT I E Hiswa te Water voor het eerst in Amsterdamse haven Farouk Nefzi, directeur van Hiswa Multimedia. Foto's: Evert Bruinekool
Amsterdam Marina in aanbouw De bouw van de nieuw
e jachthaven in juni van
dit jaar
O
p de NDSM-werf aan de Noordelijke IJ-oever wordt hard gewerkt aan de bouw van Amsterdam Marina. Op 1 oktober kunnen vaste ligplaatshouders de jachthaven in gebruik nemen.
Evert Bruinekool “Amsterdam is een wereldstad aan het water maar een jachthaven met grootstedelijke allure had de stad nog niet,” stelt directeur André Vink van Hiswa Vereniging. “Met de Amsterdam Marina komt daarin verandering. Dit wordt een moderne, volledig geoutilleerde jachthaven met 350 ligplaatsen voor jachten van tien tot dertig meter.” De nieuwe jachthaven maakt deel uit van het Hiswa Nautisch Centrum Amsterdam waarin ook het hoofdkantoor, een restaurant met rondom terrassen en tal van nautische bedrijven een plek krijgen. “De NDSM-werf wordt de komende jaren dé nautische hotspot van de hoofdstad,” voorspelt Vink.
GEEN EXTRA OVERLAST Fred Redeker, directeur/eigenaar van Marina Projects, zorgt voor de investering en exploitatie van Amsterdam Marina.”Er was vooraf veel kritiek op onze plannen. Zo was men bang dat de zeil- en motorjachten heel veel extra vaarbewegingen op het Markermeer zouden veroorzaken. Uit de milieueffectrapportage (MER) blijkt echter dat die stijging heel beperkt is. Zelfs op een zeer drukke dag.” Ook de risico’s op aanvaringen tussen beroeps- en recreatievaart zijn volgens Redeker uiterst klein. “Schippers op jachten van tien tot dertig meter kunnen doorgaans goed varen en zijn zich bewust van de risico’s. Daarnaast informeren wij onze ligplaatshouders over de gevaren. Zo komen er bij de twee havenuitgangen grote borden met de bood-
schap: Opletten. Stuurboordwal houden. Haaks oversteken! Wij doen alles om de veiligheid te optimaliseren!”
EERSTE HISWA TE WATER IN AMSTERDAM Van dinsdag 4 tot en met zondag 9 september is op de NDSM-werf de eerste Hiswa te Water in Amsterdam gehouden. Circa driehonderd open zeilboten, zeiljachten, luxe catamarans, motorjachten, sloepen, tenders, sportboten en RIB’s (Rigid Inflatable Boat) lagen aan de steigers van Amsterdam Marina. Burgemeester Van der Laan opende de beurs op 4 september. “Het wordt een groot spektakel op en rond het water,” voorspelde Farouk Nefzi, directeur van organisator Hiswa Multimedia, voor aanvang. “Op deze locatie zullen wij boten en bootjes, variërend van 5 tot 23 meter lang, rond drie thema’s presenteren. Op het Adventure Island zijn dat vooral snelle, open boten. Pleasure Island is het domein van toervaarders, terwijl luxe motor- en zeiljachten te vinden zijn op Luxury Island. Elk eiland biedt een combinatie van motor- en zeilboten en sloepen, en is helemaal in die sfeer opgebouwd.” In het ‘Watertheater' op de kade stonden dagelijks lezingen, workshops en presentaties op het programma. Een van de sprekers was de beroemde zeezeiler Henk de Velde. Voorts was ook de Clipper Stad Amsterdam, een van de bekendste Nederlandse Tall Ships, een grote trekpleister. De 76 meter lange driemaster was vrijdagmiddag en in het weekeinde gratis te bezoeken. In een afgeschermd deel van het IJ was een groot bassin voor allerlei activiteiten, zowel voor volwassenen als voor kinderen. Bezoekers konden onder andere meedoen aan manoeuvreerwedstrijden in een sloep van Waterspoor, op SUP-safari (stand-up paddling) gaan, waterfietsen door de haven, meevaren met RIB’s, mastklimmen, gratis manoeuvreerclinics op een zeiljacht volgen en zeilles krijgen in de Delta Lloyd Optimisten Arena. Daarnaast gaven professionele jetskiërs demonstraties. Wie het liever droog wilde houden, kon aan boord stappen van één van de zeil- en roeisimulatoren op de kade.
SAMENWERKING MET SCHOLEN Bijzonder is ook de samenwerking van Hiswa met scholen in Amsterdam-Noord. “Wij hebben deze scholen aangeboden kinderen uit groep 8 kennis te laten maken met de watersport,” legt Nefzi uit. “Zo’n driehonderd kinderen kregen een actief programma aangeboden waarbij zij op de bootshow allerlei vormen van de watersport konden uitproberen. Vanzelfsprekend onder deskundige begeleiding." www.hiswa.nl
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
45
DIENSTVERLENING Stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam wil meer deelnemers in Westpoort
“Op naar de driehonderd bedrijven!”
D
e Stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam (CBA) is een publiek-privaat samenwerkingsverband voor bedrijfs- en industrieterreinen in Amsterdam, Diemen en Ouder-Amstel. Een van de speerpunten is havengebied Westpoort waar CBA het aantal deelnemers de komende periode flink wil verhogen: van de huidige 140 naar 300. “Dat kan door goed te luisteren naar de wensen van bedrijven,” zegt directeur Aat Eerenberg.
Bart Stam In de jaren negentig was AmsterdamWestpoort geen prettig gebied om in de nachtelijke uren te vertoeven. Vandalisme, inbraken, autodiefstallen en illegale straatraces kwamen met grote regelmaat voor, terwijl de politie onvoldoende mankracht had om effectief op te treden. Deze situatie is inmiddels flink verbeterd, mede dankzij de Stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam (opgericht in 1996). “Onze stichting heeft dankzij de publiekprivate samenwerking een hoge toegevoegde waarde,” zegt directeur Aat Eerenberg. “Particuliere bedrijven vinden het prettig om eerst met ons te overleggen, in plaats van direct met een commercieel beveiligingsbedrijf. Wij zijn een stichting zonder winstoogmerk die hele korte communicatielijnen heeft met partijen als politie en justitie, de gemeente Amsterdam en de stadsdelen, het havenbedrijf, de ondernemersverenigingen en de beveiligingsbranche.”
MEER SLAGKRACHT Ook al is de veiligheidssituatie in Westpoort sinds de jaren negentig flink verbeterd, we zijn er nog niet, meent Eerenberg. “Elke inbraak of autodiefstal is er een te veel. Slagen we erin om meer bedrijven deelnemer te maken, dan neemt onze slagkracht ook verder toe. Met meer 46
September 2012
Aat Eerenberg, directeur van de Stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam (CBA). Foto: Martin Hendriksen
betalende participanten kunnen we dan nog efficiënter surveilleren door meer auto’s in te zetten. En het wordt gemakkelijker om te investeren in nieuwe technologieën, zoals geavanceerde camera’s of ICT-systemen.” De stichting CBA richt zich momenteel op de collectieve beveiliging in twee grote gebieden: Amsterdam Zuid-Oost (Amstel I en II, Bullewijk, Diemen, Duivendrecht en Zeeburg) en havengebied Westpoort. In Westpoort gebeurt de surveillance door Securitas, in Zuid-Oost is G4S daarvoor verantwoordelijk. Het gaat hierbij om het bewaken van wegen en de openbare ruimte die grenst aan de bedrijven en bedrijfsterreinen. Daarbij gaat het ook om de zogeheten buitenschil van de bedrijven, dus zaken als de gevels, parkeerterreinen en het hekwerk. De mobiele surveillancewagens patrouilleren zeer frequent tussen 19.00 en 7.00 uur op werkdagen, in het weekeinde tussen vrijdag 19 uur en maandag 7.00 uur. Eerenberg: “Daarbij ligt het accent vooral op het signaleren van verdachte personen en voertuigen, maar de beveiligers kijken ook naar bijvoorbeeld defecte verlichting, openstaande ramen of kapotte hekwerken.”
HOGERE DEELNAME WESTPOORT In Westpoort zijn momenteel zo’n 140 bedrijven aangesloten bij de stichting CBA maar dat moeten er volgens Aat Eerenberg veel meer worden. “Een voorzichtige schatting laat zien dat nu slechts tien procent van alle bedrijven deelnemer is. Daarom is ons streven om dit jaar in de Amsterdamse haven te groeien naar zo’n tweehonderd bedrijven. In 2013 moeten dat er driehonderd zijn. Want alleen zo kunnen we de collectieve beveiliging blijven verbeteren, en houden we deze dienstverlening betaalbaar.” Momenteel kunnen de bedrijven in negentig procent van de gevallen rekenen op een aanrijtijd van maximaal zeven minuten na een alarmmelding. Dit heeft de stichting vastgelegd in een zogeheten raamovereenkomst met het beveiligingsbedrijf. Eerenberg: “Gemakkelijk is dat niet gezien de grootte van Westpoort, maar dat garanderen we wel. Mocht de aanrijtijd twaalf of vijftien minuten bedragen, dan willen we natuurlijk wel weten hoe dat komt. Eens per maand bespreken we, aan de hand van een rapportage, samen met het beveiligingsbedrijf en de politie alle alarmmeldingen en de aanrijtijden, en onderzoeken we vervolgens hoe het beter kan.”
Zeehavens Amsterdam
DIENSTVERLENING
PROACTIEVE HOUDING Heel belangrijk voor een grotere participatiegraad is volgens Eerenberg dat de stichting proactief is richting het (haven)bedrijfsleven. “Dat is ook het grote verschil met de beginperiode toen de stichting aan het eind van elk kwartaal een overzicht kreeg met de cijfers van het aantal inbraken, diefstallen en vernielingen, zonder dat daar veel mee gebeurde. Tegenwoordig stappen we veel meer op bedrijven af om te vragen wat hun wensen zijn. Zo kunnen we steeds meer advies op maat geven.” Een goed voorbeeld is het plan van acht bedrijven aan de Westhaven voor een intensieve 24-uurs surveillance van het gebied. Eerenberg: “We zijn nog met elkaar in gesprek maar dat is een hele interessante ontwikkeling. Dat concept gaat verder dan de mobiele surveillance, want dan kijken we naar de beveiliging van deze acht bedrijven samen. Alles is wat ons betreft bespreekbaar.”
CONVENANT WESTPOORT In Amsterdam Zuid-Oost heeft de stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam in 2011 al een convenant ondertekend met het particuliere beveiligingsbedrijf (G4S) en de politie. De verwachting is dat Westpoort snel zal volgen, waarschijnlijk reeds deze maand (september). Eerenberg: “Het wachten is op de definitieve goedkeuring door het openbaar ministerie. In zo’n convenant leggen de drie partijen vast welke gegevens politie, de stichting en particuliere beveiligingsbedrijven mogen uitwisselen, bijvoorbeeld over signalementen van verdachte personen of kentekens.”
DRIE MAANDEN GRATIS Een van de mogelijkheden die de stichting ziet om het aantal deelnemers in Westpoort te verhogen, is een gratis lidmaatschap van drie maanden voor nieuwe deelnemers, waarbij ze volwaardig meedraaien in de mobiele collectieve surveillance en ook alle informatie van de stichting ontvangen via e-mail en nieuwsbrieven. Ook kunnen ze deelnemen aan voorlichtingsbijeenkomsten. Eerenberg: “Ik verwacht een grote respons, ook nu het economisch wat minder gaat. Na drie maanden vragen we bedrijven naar hun ervaringen en krijgen ze een contract aangeboden. Als ze tevreden zijn hopen we natuurlijk dat ze deelnemer worden.”
UITBREIDING VAN HET WERKTERREIN De stichting heeft plannen om in de toekomst de dienstverlening uit te breiden naar andere bedrijfsterreinen of industriegebieden. Eerenberg: “Maar we hebben in het bestuur heel duidelijk afgesproken: eerst zorgen we dat we in Amsterdam Zuid-Oost en Westpoort de zaken op orde hebben. Al kan het nooit kwaad alvast
wat oriënterende gesprekken te voeren over de Zuidas, Amsterdam-Noord en het Sciencepark Watergraafsmeer. Want hoe meer partijen er uiteindelijk meedoen, des te meer we kunnen doen!” www.collectievebeveiliging.eu
DE STICHTING COLLECTIEVE BEVEILIGING AMSTERDAM (CBA) De Stichting Collectieve Beveiliging Amsterdam (CBA) is een publiek-private samenwerkingsvorm voor de collectieve beveiliging van bedrijfs- en industrieterreinen. Directeur is Aat Eerenberg die zich onder andere bezighoudt met acquisities, netwerken en relatiebeheer. Voorts is Debora Lenten aangetrokken als extern veiligheidsspecialist. Zij richt zich onder andere op kwaliteitsbewaking, nieuwe producten en ontwikkelingen, en op het Convenant Westpoort. Het bestuur bestaat uit voorzitter René Jongbloed (AlgaSpring), penningmeester Remco ter Steege (registeraccountant Mazars) en secretaris Claudia Brinkman (Haven Amsterdam). De overige leden zijn Bart Lubbers (Meinema en Bedrijvenvereniging Amsterdam Zuid-Oost) en Gerard Peereboom (Chemtura en bestuurslid van ORAM). De bijdrage die bedrijven jaarlijks betalen, is onder andere afhankelijk van de grootte van het bedrijfsterrein, het aantal werknemers, de ligging en het niveau van de eigen beveiliging. De jaarlijkse bijdrage varieert van 500 euro (klasse 1) tot maximaal 6500 euro (klasse 6).
Één van de vijftien nieuwe informatieborden in Westpoort die duidelijk laten zien welke partijen samenwerken in de beveiliging van het Amsterdamse havengebied. Foto: Dick van den Berg
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
47
48
September 2012
Zeehavens Amsterdam
Industrial Services our concern
Golden Arrow OLIEPRODUCTEN AMSTERDAM BV
De Reym Groep is een grote vooruitstrevende dienstverlener op het gebied van industriële reiniging, transport en afvalmanagement. Bij Reym werken bijna 550 medewerkers, die hun professionele talenten inzetten om onze opdrachtgevers een hoogwaardig product te leveren.
Years of proven reliability and commitment to delevering high quality marine fuels
Reym verbetert continu om er voor te zorgen dat werkzaamheden veiliger en efficiënter worden uitgevoerd én minder belastend zijn voor mens en milieu. Reym Amsterdam Postbus 58108 1040 HC Amsterdam Dukdalfweg 5 1041 BC Amsterdam Tel: 020 – 613 29 73 E-mail: amsterdam@reym.nl
Golden Arrow Olieproducten Amsterdam BV is a physical oil supplier and trader at the ports of Amsterdam, Zaandam, Beverwijk, IJmuiden (IJmond Area), Den Helder, Harlingen, Delfzijl, Eemshaven and also Emden. In the above ports we are able to deliver competitively priced marine fuels. From our office in Amsterdam, the capital city of the Netherlands, we work with a highly experienced team of traders and planners to fulfil the clients bunker needs.
Reym Beverwijk Postbus 276 1940 AG Beverwijk Nijverheidsweg 50 1948 PV Beverwijk Tel: 0251 – 22 92 33 E-mail: beverwijk@reym.nl
In 2012 Golden Arrow Olieproducten BV is certified according to Authorized Economic Operator. The AEO certification proves that Golden Arrow Olieproducten BV meets the standards set by the Customs Administrations in the EU and complies with customs rules, safety and security and management systems. Contact: Le Mairekade 77, 1013 CB Amsterdam Tel.: +31 20 684 42 99 Fax: +31 20 684 68 57 bunkers@goldenarrow.nl - www.goldenarrow.nl
Adv_Reym_2803_A6.indd 1
VERGADEREN OP TOPNIVEAU? 15-08-12 13:37
H
avenzaal
Dat kan in de Havenzaal op de 13e verdieping van het Havengebouw. Met schitterend uitzicht op ‘t IJ en het Noordzeekanaal. Meer informatie? Bezoek www.amports.nl of bel 020 627 37 06
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
49
BEDRIJFSPROFIEL
BAM Civiel denkt mee met zijn klanten
Het juiste doen op het
N
atuurlijk is de naam BAM vooral verbonden met grote ‘natte’ en ‘droge’ bouwwerken voor de overheid en de industrie, zoals de nieuwe Vopak Terminal Westpoort aan de Afrikahaven. “Maar in service en onderhoudswerk, hoe kleinschalig ook, kan onze expertise net zo onderscheidend zijn,” zegt Paul de Heus, directeur van BAM Civiel Noordwest in Amsterdam-Noord. “Het juiste doen op het juiste moment is cruciaal,” beaamt Jan Leen van der Vlies, directeur van BAM Speciale Technieken, een bedrijfsonderdeel van BAM Civiel. “Voor onze klanten maar ook voor ons.”
50
September 2012
Rob Schoemaker Aan de Toetsenbordweg in Amsterdam-Noord, vlakbij de plek waar ooit op de roemruchte NDSM-werf de schepen van de hellingen liepen, heeft BAM Civiel Noordwest, een van de vier regiokantoren van BAM Civiel, sinds zeven jaar een plek gevonden voor zijn zestig medewerkers. In hetzelfde gebouw werken ook de honderd personeelsleden van BAM Speciale Technieken. In dit bedrijfsonderdeel is de expertise gebundeld op het gebied van boor- en graaftechnieken, geheide technieken/waterbouw en werktuigbouwkundige technieken. BAM Speciale Technieken voorziet naast het moederbedrijf (Koninklijke BAM Groep) ook externe partijen van specialistische kennis, mankracht en apparatuur. Dat dit bedrijfsonderdeel het pand deelt met BAM Civiel Noordwest heeft te maken met de uitstekende ligging in Amsterdam-Noord, direct aan het water. Technici van BAM Speciale Technieken treffen we aan in onder andere Zeehavens Amsterdam, de Eemshaven en de Rotterdamse haven, inclusief de Tweede Maasvlakte.
SERVICE EN ONDERHOUD Paul de Heus: “BAM Civiel staat synoniem voor grote nieuwbouwprojecten rond wegen waterbouw, betonconstructies, funderingen, steigerwerk en kademuren. Minstens zo belangrijk zijn service en onderhoud van deze projecten. Goede, betaalbare service en onderhoud kunnen niet zonder expertise. Bij de in oktober 2011 opgeleverde Vopak Terminal Westpoort aan de Afrikahaven doen wij de komende jaren het onderhoud van de civiele werken plus het terreinbeheer. Wij weten wat daar aan onderhoud nodig is,
Zeehavens Amsterdam
BEDRIJFSPROFIEL
juiste moment want we hebben deze terminal zelf gebouwd! Bij sommige klanten bewandelen wij de omgekeerde weg van onderhoud naar nieuwbouw, of doen we alleen onderhoud. Voor tien extra palen van dertig meter voor een afmeerconstructie, nemen we met liefde de telefoon op!” “Correctief en reactief onderhoud is van alle tijden, dat zijn meer de reparaties,” vervolgt De Heus zijn betoog. “Preventief onderhoud bespaart op de kosten zoals wij bij de installaties van Tata Steel in IJmuiden hebben laten zien. Enerzijds door het inzetten van mankracht, anderzijds doordat het bedrijf zelf het tijdstip van een eventuele stillegging kan kiezen.” Inderdaad, beaamt Van der Vlies: “Expertise heeft BAM Civiel als geen ander. Doe je niets, dan is de schade vaak niet te overzien en dat is zonde van het geld.”
LUISTEREN EN MEEDENKEN Hij vervolgt: “Bij zowel nieuwbouw als renovatie is de verhouding tussen klant en aannemer de laatste jaren duidelijk veranderd. Al geruime tijd zijn wij ons ervan bewust dat het niet alleen gaat om het briljant of efficiënt oplossen van een technisch probleem, maar ook om het meedenken met de klant en aandacht voor de middellange en lange termijn, de voortgang van de productie en de lifecycle van wat de klant wil met zijn installaties.” De Heus: “Precies! Dat is ook de manier waarop we de nieuwbouw van de Vopakterminal hebben benaderd. Speciaal aan dit project was dat we de opdrachtgever
Werkzaamheden aan de Vopak Westpoort Terminal aan de Afrikahaven, het meest aansprekende project van BAM Civiel van de afgelopen jaren in Zeehavens Amsterdam. Foto’s: Ed Seeder
moesten meenemen in zijn keuzes voor het ontwerp. Wat de afwegingen moesten zijn bij het ontwerpen van de installatie. Wij moesten de juiste vragen stellen om Vopak te laten specificeren wat ze precies wilden. Dat is in een heel goede samenwerking verlopen: op tijd, binnen het budget en zonder dat iemand van de bouwers kwetsuren opliep in één miljoen manuren.” Van der Vlies vult aan: “We hebben bij dit project volop gebruik gemaakt van prefab betonelementen die BAM Civiel Noordoost heeft geleverd. BAM Speciale Technieken heeft zich onder meer verdiept in de complexe waterhuishouding op het terminalterrein.” De Heus ten slotte: “Luisteren naar en meedenken met de klant loont zich binnen alle projecten.” www.bamindustrieservice.nl www.bamciviel.nl
BAM EN ZIJN WERKMAATSCHAPPIJEN Koninklijke BAM Groep behoort tot de grootste Europese bouwondernemingen en voert projecten uit in meer dan dertig landen. Het concern is marktleider in Nederland. Wereldwijd heeft BAM 27.000 werknemers in dienst en een omzet van bijna acht miljard euro (eind 2011). BAM Civiel bewerkt de Nederlandse civiele markt via vier regiokantoren die onderling nauw samenwerken. Deze regiokantoren staan dichtbij de lokale markt, en zijn betrokken bij kleine en heel grote projecten zoals de renovatie van de IJ-tunnel. BAM Speciale Technieken is een specialistisch bedrijfsonderdeel van BAM Civiel dat de regiokantoren voorziet van kennis, mankracht en apparatuur, met name bij de zogeheten ‘natte projecten’. Bij BAM Industrie Service kunnen industriële bedrijven voor de uitvoering van hun projecten een nog ruimer beroep doen op de expertise en inzet van de werkmaatschappijen binnen de BAM-groep. Hierbij gaat het onder andere om de voedingsmiddelenindustrie, chemische bedrijven, afvalverwerkers, de staalindustrie en de olie- en gassector. BAM Industrie Service is een gezamenlijk initiatief van de BAM-onderdelen Techniek-Industrie, Civiel, Infratechniek, Leidingen & Industrie, Wegen, Utiliteitsbouw en Tebodin Consultants & Engineers.
www.amports.nl
S e p t e m ber 2012
51
52
September 2012
Zeehavens Amsterdam