Cd's twijfelachtige esthetiek gemakkelijk op het ver keerde been zetten. Wat er zo uitziet, moet ook muzikaal verdacht zijn. Als je beter kijkt, blijkt de cover een parodie op platte publiciteits uitingen. Gelukkig is de muziek evenzeer een humoristische pastiche van nieuwe en oude jazzgenres die je soms op subtiele, dan weer op wat meer directe wijze iets anders voor spiegelen. VEIN is een Bazels pianotrio dat zich voorgenomen heeft om met traditionele stijlmiddelen muziek te maken die ook struc tureel expressief is. Daarnaast is er ook plaats voor onconventi onele improvisaties, zij het met mate. Michael Arbenz is een bijzonder helder intonerende pianist die graag ook als een percussionist te werk gaat. Dat bassist Thomas Lähms en drummer Florian Arbenz naast het opbouwen van elegante soundscapes ook stevig swingen toevertrouwd is, maakt de zeer gevarieerde muziek van dit album des te geloofwaardiger. Ken Vos
ving de Music Matters Award 2012, werd eind 2013 uitgeroepen tot nieuw Radio 6-talent, en was ambassadrice van Rotterdam gedu rende 2013. Ze maakte furore als zangeres van Re:Freshed Orchestra. Nu is er Moods, haar debuutalbum, geproduceerd en mede geschreven met Alexander van Popta (Re:Freshed, Ntjam Rosie). Op Moods laat de Rotterdamse met Kaapverdisch en Bra ziliaans bloed al haar verschillende stem mingen en kwaliteiten horen. Dat varieert van pop, soul en world tot r&b in het Engels en Portugees. Het is een sfeervol album dat met uptempo nummers als Time to Change, His Love Is Worth en Give Me The Love sterk doet denken aan Alicia Keys. Catchy is het sprankelende Lately. Daarnaast zijn er ook de ingetogen, verstilde liedjes, zoals Over you. Ondanks dat het album afwisselend is en fraaie (strijk)arrangementen en koortjes heeft, mist het soms wat diepgang en dynamiek en dan zijn vijftien tracks wat veel. Tevens trekt Vieira vocaal alles uit te kast, wat helemaal niet nodig is. Deze dame heeft genoeg in haar mars, dat is duidelijk! Angelique van Os
Nils Wogram Root 70 with Strings
Moods Eigen beheer Soul/world ***1/2 Het gaat singer-song writer Poliana Vieira voor de wind. Ze ont
Riomar Nwog Records Jazz ***** Het kwartet Root 70 heeft trombonist Nils Wogram voor dit album uitgebreid met drie strijkers. De viool, altviool en cello zijn niet zomaar aanhangsels voor het zoals altijd heel precies intonerende kwartet. Wogram heeft ervoor gezorgd dat de strijkinstrumenten een integraal deel van de elegante arrangemen ten vormen. Er zijn bijvoorbeeld ook enkele geslaagde solopartijen van altviolist Gareth Lubbe te horen. Als inspiratiebronnen dienden ongetwijfeld de Third Stream en West Coast-sound van de jaren vijftig. Het ritmisch fijnzin nige spel van bassist Matt Penman leent zich heel goed voor de uitwerking van die tradities. Een nog grotere indruk maakt het spel van drummer Jochen Rueckert die in één stuk tegelijk traditioneel en heden daags weet te swingen. Hayden Chisholm heeft op zijn altsax een licht voetige, flexibele toon die ook weer naar de esthetek van vervlogen tijden verwijst. Qua melodieuze creativiteit doet hij aan Lee Konitz denken. Geheel in stijl speelt Wogram waar dat uitkomt razendsnelle partijen met een soeplesse die de jaloezie van andere trombonisten zal opwekken. Spannend van begin tot eind. Ken Vos
86 JA N UA R I / F E B RUA R I 2 014
www.jazzism.nl
Poliana Vieira
North Sea Jazz Legendary Concerts Ella Fitzgerald Bob City/Greytown records/Agents after All (cd & dvd) Vocal jazz ***1/2
North Sea Jazz Legendary Concerts Buddy Rich Big Band Bob City/Greytown records/Agents after All (cd & dvd) Swing/bigband **** Pianist Paul Smith moest in 1979 de intro van Love Boat een beetje oprekken, want de bril van Ella Fitzgerald was van haar neus gegleden en moest van de grond worden opgevist. Het akke fietje stond een voldragen uitvoering niet in de weg, hoewel de daaropvolgende St. Louis Blues met veel meer vuur werd gebracht – maar dat lag ongetwijfeld aan de song zelf. Fitzgerald werkte dit concert in de PWA-zaal af met een doorkneed trio: Paul Smith, Keter Betts en Mickey Roker. In de eerste helft van het optreden moest haar stem er duidelijk nog inkomen, ze mopperde ook flink tegen opdringerige fotografen, maar daarna ging alles prima, behalve dan die bril. De set van Buddy Rich uit 1978 werd ingeleid door Michiel de Ruyter; hij schatte dat er ‘zeker 3,75% drummers’ in de zaal zaten. Rich was toen al een legendarische slagwerker die je het beste te vriend kon houden. De opvliegende bandleider had er een handje van zijn personeel te behande len zoals Louis van Gaal de pers; zag hij er ook geen been in om zijn formatie van week tot week anders samen te stellen. Dat deed hij niet met deze samenstelling, the Killer Force – die bleef bijna twee jaar bij elkaar. Dit optreden maakt duidelijk waarom: een intens en vlammend spelende unit, opgejaagd door een monumentaal ego achter de drums. Coen de Jonge