7 minute read
Rolstoeltennis als volwaardig onderdeel van de tennisvereniging
Met de campagne ‘Nederland Tennisland. Iedereen doet mee.’ die in 2019 werd gelanceerd, wil de KNLTB zo veel mogelijk mensen laten tennissen en vooral benadrukken dat werkelijk iedereen welkom is. Dat geldt dus ook voor mensen met een beperking. Met rolstoeltennis kan iedereen die niet (meer) staand kan spelen namelijk heel goed meespelen, ook met lopende spelers. Tennis is daarvoor zelfs bij uitstek geschikt. Toch zijn zowel spelers als tennisverenigingen nog niet altijd bekend met die mogelijkheden. “Die mindset moeten we echt veranderen”, zegt Judith Peek, Coördinator Aangepast Tennis bij de KNLTB. Met het Ontwikkelprogramma Rolstoeltennis worden verenigingen daarom gestimuleerd om het rolstoeltennis beter in te bedden in hun organisatie. Het verenigingsbestuur, de spelers, maar zeker ook de tennisleraar hebben daarbij een belangrijke rol.
@ Pieter van der Meer
– Judith Peek
Tennis is een van de weinige sporten die zowel staand als in een rolstoel te beoefenen is. De regels zijn zelfs zo ingericht, dat het mogelijk is om het samen te spelen, dus spelers in een rolstoel (rollers) tegen spelers die kunnen lopen (lopers). “Als je in een rolstoel zit en samen wilt spelen met je vriend(in) of je kinderen, is tennis de ideale sport”, legt Peek uit. Zij benadrukt dat het bij rolstoeltennis bovendien geen voorwaarde is dat een speler in het dagelijks leven in een rolstoel moet zitten. Rolstoeltennistopper Diede de Groot is daar het levende bewijs van. Zij is geboren met een aanzienlijk beenlengteverschil, waardoor zij in het dagelijks leven afhankelijk is van een prothese. Bij een clinic van de Esther Vergeer Foundation kwam ze voor het eerst in aanraking met rolstoeltennis. Dat bleek, gezien de vele grand slams die zij inmiddels op haar erelijst heeft staan, een schot in de roos.
Gemengd spelen
Tennis kan dus prima gemengd beoefend worden, door lopers én rollers. Hoe dat in de praktijk kan werken, zag Peek bij Oudenrijn Tennisclub. Daar speelt Taco Nijhoff als enige roller competitie in een team met lopende spelers. De thuiswedstrijden kan hij altijd meedoen, omdat hij op zijn thuisclub weet dat hij met zijn rolstoel overal kan komen. “Maar bij de uitwedstrijden moet hij eerst bellen of hij met zijn rolstoel wel op de club kan komen. Soms kan hij dan niet meedoen, omdat hij bij een vereniging niet bij het toilet kan of zelfs op de baan kan komen doordat de hekjes te smal zijn”, vertelt Peek naar aanleiding van een video die over hem werd gemaakt. “Terwijl het geweldig zou zijn als meer rollers met de KNLTB-toernooien en -competities kunnen meedoen. Rolstoeltennis leent zich daar prima voor. Zijn tegenstanders gaven in het filmpje ook aan dat ze eerst even moesten wennen, maar dat ze vooral een superleuke wedstrijd hadden samen. En daar doe je het voor!”
De ervaringen van Taco Nijhoff leren dat toegankelijkheid van tennisparken een essentieel punt is om rolstoeltennissers te verwelkomen op de vereniging. In het Ontwikkelprogramma Rolstoeltennis, waar de KNLTB in 2019 mee is gestart, is dat ook een belangrijke pijler. Peek beseft dat het aanpassen van een tennisaccommodatie op toegankelijkheid soms ook wat creativiteit vraagt. “Wij adviseren verenigingen daarom altijd om een sporter daarbij te betrekken. Als je dat zelf gaat doen, kan het lastig zijn aan alles te denken. Iemand in een rolstoel weet precies wat nodig is en dan ben je toch al een stap verder.”
Het adviseren van tennisverenigingen over rolstoeltennis gaat veel verder dan het zorgen voor ruimere parkeerplaatsen en drempelvrije clubhuizen en tennisbanen, benadrukt Peek. Het moet vooral gezien worden als een totaalplan, dat rust op drie duidelijke pijlers: de verenigingen, de tennisleraren en de spelers zelf. In eerste instantie was de strategie gericht op het werven van rolstoeltennissers, om die vervolgens naar verenigingen door te sturen. Die focus is verlegd, zegt Peek. “We willen nu eerst zorgen dat de basis van verenigingen en tennisleraren goed is, zodat we spelers met een goed gevoel daar naartoe kunnen sturen.”
Warm welkom
In totaal zijn er zestig verenigingen met rolstoeltennisaanbod in Nederland. Ongeveer veertig verenigingen doen mee aan het ontwikkelprogramma.
“De overige twintig hopen we ook nog mee te kunnen krijgen.” Peek gaat bij dat traject samen met sportadviesbureau NMC Bright door het land om gesprekken te voeren met die verenigingen. “We maken dan een actieplan voor die club, waarbij ze vooral kunnen aangeven hoeveel acties ze willen doorvoeren en welke ambitie ze hebben met rolstoeltennis. Het is zo maatwerk per vereniging.”
Een van de thema’s die daarbij in ieder geval aan bod komt, is het werven van rolstoeltennissers. “Een warm welkom vind ik daarbij belangrijk. Het is natuurlijk voor iedereen fijn als je je gelijk thuis voelt, maar dat is bij deze doelgroep extra belangrijk. Daarom hebben we bij alle clubs in het ontwikkeltraject ook eerst gevraagd om hun informatievoorziening op orde te brengen. Als iemand gaat zoeken naar een vereniging, dan is het fijn dat je bij de juiste persoon verder komt. Daar begint het bij.”
Tennisleraren
En heeft iemand de weg naar de vereniging gevonden, dan is er ook een belangrijke rol weggelegd voor de leraar. “Die rol mag bij rolstoeltennis echt niet worden onderschat”, zegt Peek. “Want negentig procent van de rollers volgt trainingen bij een tennisleraar, dat is een heel hoog percentage. Bij rolstoeltennis zijn tennisleraren essentieel om spelers te motiveren en te stimuleren deel te nemen aan wedstrijden en activiteiten. Zij zijn vaak hét aanspreekpunt en heel belangrijk bij het behouden van spelers voor de vereniging.” Uit de adviesgesprekken met verenigingen kwam daarom ook de wens naar voren om tennisleraren meer kennis en vaardigheden te geven op het gebied van rolstoeltennis. De KNLTB sprong op die vraag in door de bestaande ‘klassikale’ Workshop Rolstoeltennis te vervangen door een e-learningmodule Rolstoeltennis in combinatie met een Praktijkdag Rolstoeltennis voor tennisleraren. De vernieuwde bijscholing geeft ook specifieke technische kennis over het rolstoeltennis mee, met mobiliteitsoefeningen en het rolstoelvaardig worden. “Een leraar gaat zelf ook ervaren hoe het is om in een rolstoel te tennissen. Dat is natuurlijk wel belangrijk als je tennisles geeft aan rollers.”
Inclusieve vereniging
Met het Ontwikkelprogramma Rolstoeltennis wil de KNLTB zorgen voor meer verenigingen waar rolstoeltennissers terechtkunnen voor goed en passend aanbod. Dat heeft volgens Peek voor verenigingen ook een duidelijke meerwaarde. “Ik denk dat het belangrijk is dat je als vereniging het signaal geeft dat iedereen welkom is, dat je een inclusieve vereniging bent.” De KNLTB streeft met het ontwikkelprogramma naar een goede regionale spreiding van verenigingen waar rolstoeltennissers terechtkunnen voor goede trainingen. Daarbij wordt gewerkt met drie profielen. Brons voor tennisverenigingen die rolstoeltennis omarmen, zilver voor tennisverenigingen die rolstoeltennis hebben geïntegreerd en goud voor verenigingen die plek bieden voor rolstoeltennissers met topsportambities.
– Judith Peek
Samenwerking met Esther Vergeer Foundation
Behalve over werving en tennisleraren adviseert de KNLTB verenigingen die met rolstoeltennis aan de slag willen ook over de mogelijkheden om steun te krijgen bij financiële vraagstukken, zoals subsidies en sponsoring voor “het betaalbaar houden van de trainingen en het organiseren van activiteiten”. Samenwerkingen met andere organisaties zoals de Esther Vergeer Foundation is daarbij ook een vast onderdeel van de gesprekken. De KNLTB en de Esther Vergeer Foundation werken intensief samen op het project Join the Club. Hierbij worden verenigingen ondersteund met het toegankelijk maken van de verenigingen voor kinderen met een beperking. Ze zorgen er vervolgens voor dat een vereniging een warm welkom kan bieden en dat kinderen die vereniging ook weten te vinden. Daarnaast organiseert de Esther Vergeer Foundation ook veel clinics en andere activiteiten door het hele land om kinderen te laten kennismaken met rolstoeltennis. Peek is erg blij met de fijne samenwerking met de Esther Vergeer Foundation. Zij ziet dat de foundation een belangrijke functie vervult richting verenigingen en jeugdspelers. “Zij zorgen er met al hun acties voor dat kinderen betrokken en enthousiast blijven. Ze dragen er ook aan bij dat zo veel mogelijk jeugdspelers bij verenigingen sporten en daarin zichzelf ontwikkelen. Voor deze kinderen geeft sport ook een enorme boost aan hun zelfvertrouwen: ze kunnen iets wat ze niet gedacht hadden te kunnen. Dat is een belangrijk aspect waar de Esther Vergeer Foundation belangrijk werk in verricht.”
Meer weten?
Wil je rolstoeltennis op jouw vereniging aanbieden en weten waar je precies begint? Kijk dan op Centrecourt.nl/rolstoeltennis of neem contact op met de KNLTB via rolstoeltennis@knltb.nl.