2 minute read
Erik Poel
Een mooie winter
Ondanks corona en alle daaraan gerelateerde toestanden hebben we als KNLTB best een goed jaar achter de rug. De ledenaantallen bleven stijgen, zowel tennis als padel zit enorm in de lift. En dat is fijn voor onze verenigingen, die hier ook van hebben geprofiteerd. We zien zelfs weer veel wachtlijsten bij verenigingen. Met onder anderen Botic en Tallon, onze paralympische ploeg en natuurlijk Diede met haar Golden Slam hebben we ook sportief gezien een uitstekend jaar gehad.
Waar ik me wel grote zorgen om maak, is het aantal indoortennislocaties. Dit holt in een rap tempo achteruit. De exploitatie van een indoortennisbaan wordt steeds lastiger. Op hetzelfde oppervlak kun je meerdere bowlingbanen, springkussens of padelbanen kwijt en dat dan ook nog eens jaarrond (in tegenstelling tot tennisbanen, die hoofdzakelijk van oktober tot en met maart bespeeld worden), dus dat levert per vierkante meter gewoonweg meer op.
Maar we hebben de indoortennislocaties hard nodig. Als we willen dat tennis – en zeker tennisles – het gehele jaar moet kunnen plaatsvinden, dan moet er in de winter ook binnen gespeeld kunnen worden. Het is belangrijk dat kinderen, ook als de temperatuur onder nul duikt, onder goede omstandigheden en zonder dikke winterkleding leren tennissen en zo optimaal plezier aan de sport kunnen beleven. Bovendien verdient de tennisleraar ook diep in de winter een goede plek om zijn of haar werk te doen.
Terecht of onterecht, veel mensen kijken hiervoor naar de KNLTB. Daarom schets ik graag waar we mee bezig zijn. Enerzijds willen we de indoortennislocaties beter ondersteunen en helpen met bijvoorbeeld competities en toernooien. Anderzijds willen we ook graag de verenigingen de helpende hand bieden. Want ook verenigingen kunnen de terugloop van het aantal indoorlocaties beperken door zelf in de winter gebruik te maken van een blaashal (eigenlijk moet je luchthal zeggen), waarmee relatief eenvoudig een aantal banen is om te toveren tot indoorbanen.
Ik heb het vaker gezegd: blaashallen hebben de laatste jaren een snelle ontwikkeling in kwaliteit doorgemaakt. Ze zijn vaak dubbelwandig, goed bestand tegen verschillende weersomstandigheden, goed bruikbaar in combinatie met gravel en snel op te zetten. Bovendien zien we bij verenigingen die een blaashal hebben, dat er gretig gebruik van wordt gemaakt. De investering verdient zich snel terug.
We zijn in gesprek met de drie voornaamste leveranciers hiervan in Nederland. Voor verenigingen die hierin geïnteresseerd in zijn, is er een mooi stappenplan. Kortom: denk hier als vereniging eens over na, in het belang van je eigen organisatie, je jeugdleden en zeker ook je leraren.
Erik Poel
Algemeen Directeur KNLTB