Atelier Pro Het Nationale Toneel Gebouw
1
Atelier Pro / Het Nationale Toneelgebouw
4
Inhoud
Voorwoord 5 Maarten Schmitt Van Franse Opera tot Haags Toneelkwartier 6 Marlies van der Riet Dialoog in de Schouwburgstraat 16 Interview met Hans van Beek Cees Boekraad Tegentonen in het Toneelkwartier 42 Interview met Evert de Jager Cees Boekraad Summary 54 Cees Boekraad
Uitzicht vanaf de derde verdieping richting Spuikwartier
5
‘Zonder de schaal van het Ministerie van Financiën over te nemen, reageert het Nationale Toneelgebouw er in detaillering en uitstraling op, zodat de straat plotseling weer echt een straat wordt. Het werkt als een katalysator in een ontwikkeling die tien jaar geleden niet voor mogelijk was gehouden, maar die nu heel vanzelfsprekend lijkt. De Schouwburgstraat wordt opnieuw een kloppende ader in een levendig cultureel stadskwartier.’
Voorwoord
een ideeënprijsvraag onder drie
een katalysator in een ontwikkeling
Maarten Schmitt
architectenbureaus. Uit de voorstel-
die tien jaar geleden niet voor moge-
len van De Zwarte Hond, Atelier Pro
lijk was gehouden. Op de hoek van de
De Schouwburgstraat lijkt een onder-
en de Architectenkombinatie Bos
Casuariestraat en Schouwburgstraat
geschikt binnenstraatje in het histori-
Rosdorff Wiebing koos een beoorde-
wordt ruimte gemaakt voor een vesti-
sche Haagse stadskwartier tussen
lingsgroep met mensen als Noorda-
ging van de Leidse Universiteit. Als de
Hofvijver en Koekamp, maar schijn
nus, Simone Kleinsma, Jeltje van
Amerikaanse ambassade vertrekt
bedriegt. De Casuariestraat, het
Nieuwenhoven en Johan Doesburg
kunnen die lelijke barriers uit de stra-
Bleijenburg en de Houtstraat bren-
van het Nationale Toneel het ontwerp
ten. Op de plaats van de Franse
gen dit kwartier al van oudsher tot
van Atelier Pro. Toen gingen de pop-
ambassade komt een nieuw gebouw
leven, waar de Schouwburgstraat in
pen aan het dansen.
voor de Hoge Raad. Dus de hele con-
de negentiende eeuw op een juiste
De locatie ligt in een beschermd
text verandert. Over de toekomst van
manier aan werd toegevoegd om de
stadsgezicht en valt onder een gevel-
de plek waar nu nog de uitbouw aan
Koninklijke Schouwburg, die in 1804
wandregeling. De dienst monumen-
het Ministerie van Financiën staat,
zijn deuren aan het Korte Voorhout
tenzorg voerde een sterk conser-
heb ik altijd een droom gehad: ik zie
opende, ook aan de zij- en achterkant
verend beleid en verzette zich met
er een autonoom ‘ding’, een campa-
te kunnen ontsluiten. De bouw van
hand en tand tegen het nieuwbouw-
nile, die het hele Voorhout positio-
het Ministerie van Financiën, een op-
plan want men wilde de bestaande
neert. De uitbouw is ‘losgeweekt’
vallende schepping van rijksbouw-
gevel behouden. Men had geen oog
van Financiën en de discussie erover
meester Jo Vegter in brutalistisch
voor de mooie thema’s in het plan
is gestart. Het zou niet zozeer een
beton, en de weinig fijngevoelige
van Pro – een knipoog naar het film-
accent op de hoek moeten zijn, maar
verbouwingen en uitbreidingen aan
café en theater van Herman Hertz-
een scharnierpunt die deze uitzon-
de achterzijde van de Koninklijke
berger aan het Spui – en voor de
derlijke plek in de stad ruimtelijk arti-
Schouwburg veranderde de Schouw-
krachtige dialoog met de omgeving,
culeert.
burgstraat na de oorlog in de vorige
met het ministerie en met het kerkto-
Met het trefzekere theatergebouw
eeuw in een weinig aantrekkelijk
rentje. Het heeft heel lang geduurd
van Atelier Pro is een opgaande
straatje. Stap voor stap komt daar de
voordat dat doordrong. Ik heb het als
beweging in gang gezet die nu heel
laatste tien jaar verandering in. Soms
schokkend ervaren dat er in de dis-
vanzelfsprekend lijkt. De Schouw-
helpt een gelukkige samenloop van
cussie met de Rijksdienst Monumen-
burgstraat wordt opnieuw een klop-
omstandigheden een handje.
tenzorg zoveel argumenten nodig
pende ader in een levendig cultureel
Evert de Jager en ik kenden elkaar al
waren om toestemming te krijgen,
stadskwartier.
uit onze Groningse tijd, waar ik hem
terwijl het plan zelf overliep van over-
behulpzaam was bij de verbouwing
tuiging: de overgang van de schaal
van een leegstaande elektriciteits-
van de Koninklijke Schouwburg, die
centrale tot Theater de Machinefa-
zo herkenbaar verbouwd is door
briek. In het zelfde jaar dat ik in
Charles Vandenhove, de manier
Den Haag werd benoemd tot stads-
waarop de inrit van de bevoorrading
stedenbouwer kwam ook Evert de
wordt ingepast, de prachtige, haast
Jager naar Den Haag en werd direc-
constructivistische compositie van de
teur van het Nationale Toneel. Al
gebouwdelen, en dan de elegante
spoedig kwam hij met voorstellen
aanpassing aan de schaal van de
om de Guido de Moorzaal te verbou-
Schouwburgstraat. Zonder de schaal
wen, maar de overtuiging groeide,
van het Ministerie van Financiën over
ook bij wethouder Peter Noordanus,
te nemen, reageert de nieuwbouw er
dat een grondiger aanpak – niet op
in detaillering en uitstraling op, zodat
de laatste plaats vanuit stedenbouw-
de straat plotseling weer echt een
kundig oogpunt – wenselijk was. Er
straat wordt. De nieuwbouw van het
werd geld beschikbaar gesteld voor
Nationale Theater functioneert als
7
Van Franse Opera tot Haags Toneelkwartier Marlies van der Riet
8
In september 2007 werd de pakkende
De geschiedenis van het Toneelkwar-
Het erf van Van Nassau-Weilburg
naam Haags Toneelkwartier gelan-
tier gaat terug tot 1709, het jaar dat
grenst aan ‘het slop van de Comedie’.
ceerd. Deze naam doet recht aan de
de Franse Comedie een voormalige
Carolina en haar man vertrekken in
historie van dit deel van de stad dat
kaatsbaan aan de Casuaristraat be-
1769 definitief naar Weilburg, drie
wordt begrensd door Casuaristraat,
trekt. Vijftig jaar later koopt het pas
jaar later overlijdt Pieter de Swart.
Houtstraat, Lange en Korte Voorhout
getrouwde adellijke paar Carolina en
Het paleis blijft beperkt tot een corps-
en dat al drie eeuwen een belangrijk
Karel van Nassau-Weilburg, dat al
de-logis, een voorgebouw dat vanwe-
centrum is in het Haagse toneelleven.
twee huizen aan het Korte Voorhout
ge zijn elegantie en verfijnde symme-
Deze geschiedenis wordt hier belicht,
bezit, hier een drietal provisorisch
trische voorgevel door menig buiten-
met speciale aandacht voor de veran-
samengevoegde panden. Hier houdt
lands bezoeker wordt bejubeld. Het
deringen die het hart van dit gebied
Carolina haar culturele salon. In 1766
staatsbewind koopt in 1799 het stads-
in de loop der tijd heeft ondergaan.
verhuist het echtpaar naar een huis
paleis en neemt de zeshonderd daar
verderop en maakt het provisorische
gelegerde Franse infanteristen op de
onderkomen plaats voor de ambiti-
koop toe.
Plattegrond van Den Haag, ingekleurde gravure (1776)
euze nieuwbouw van een groots stadspaleis. Een ontwerp van de invloedrijke Pieter de Swart, de hofarchitect die in Den Haag de rococostijl introduceerde. Het ontworpen stadspaleis van Nassau-Weilburg is in maat en allure écht vorstelijk en wordt mooi in de stad ingepast.
Volbouwde vleugel van het huis van de prins van NassauWeilburg (1767) Ontwerp van de eerste verdieping van het Paleis van Nassau-Weilburg. Tekening van J. van Duifhuijs naar Pieter de Swart (ca. 1760)
9
Koninklijke loge Schouwburgstraat (ca 1910)
Korte Voorhout, litho gebroeders Van Lier (1836) vlnr: Paleis van Prins Frederik; Gouvernement van Zuid-Holland; woning Gouverneur van Zuid-Holland
10
A.J. van der Duyn van Maasdam; particuliere woning met erf; Koninklijke Schouwburg; particuliere woning; SociĂŤteit De Groote Club; Houtstraat
De negentiende eeuw
In 1853 doet Willem III het theater
Het staatsbewind geeft in 1802 het
over aan de stad. In deze tijd liep het
stadspaleis van Nassau-Weilburg in
steegje langs de voormalige Franse
erfpacht aan een vijftal voorname
Comedie in de Casuaristraat dood in
burgers om er een theater in te vesti-
een slop. De doorgang tussen het erf
gen. Achter het gebouw komt een
van de schouwburg en dat van het
theaterzaal, die aansluit op de asym-
pand ernaast wordt in 1863 publieke-
metrische indeling van het stadspa-
lijk toegankelijk. Dat jaar begon een
leisje. De tuin links naast en achter
grote verbouwing waarbij stadsarchi-
de schouwburg blijft in gebruik als
tect Van der Waeyen Pieterszen het
erf. Daar staat een houtloods, wel-
theater zijn definitieve vorm gaf.
licht een erfenis uit de kazernetijd.
Boven het toneel bevestigen de let-
Eind april 1804 wordt de nieuwe
ters SPQH – dat staat voor Senatus
Haagse schouwburg feestelijk ge-
Populesque Haganus – de rol van het
opend. Vanaf het begin brengt de
theater voor het bestuur en het volk
schouwburg Franse en Nederlandse
van Den Haag. De nieuwe koninklijke
voorstellingen, een dubbelbespeling
loge en salon kregen een uitgang in de
die meer dan een eeuw zal duren. In
Schouwburgstraat. Een nauwe straat
1830 dragen de aandeelhouders het
zonder trottoirs, die alleen verbreed
schouwburgbeheer over aan de ge-
kon worden ‘…deels door wegneming
meente. Willem I steunt het Franse
van een deel van de woning en stal-
gezelschap vanaf datzelfde jaar als
houderij van den heer Ritzenthaler
zijn hof definitief Brussel verlaat.
en van de daarnevens staande huizen;
Willem II maakt het tot Hoftheater.
deels door aantrekking, voor zoveel
Dankzij de koninklijke subsidie wordt
noodig, van den tuin, behoorende
de Haagse schouwburg, na de Parijse
bij het huis naast den tegenwoordige
Opéra en het Keizerlijk theater in
doorloop van den Schouwburg.’ Het
Petersburg het derde operahuis in
zou nog een eeuw duren voor dat ge-
Europa!
beurde.
Schouwburgstraat vanaf het Bleijenburg, rechts op de plek van de voormalige Franse Schouwburg de stalhouderij van Ritzenthaler (ca 1890)
11
12
De Schouwburg Quaestie Tegen het eind van de negentiende eeuw is het schouwburggebouw oud, gevaarlijk en ontoereikend. Het inwonertal van Den Haag groeit drastisch door de toevloed van ambtenaren, middenstanders en oud-Indiëgangers. In 1901, na de zoveelste waarschuwing van de brandweer, maakt het decormagazijn op het erf plaats voor een eigen elektriciteitshuis. De
Bladzijde 10, boven: vlnr plattegrond van de bestaande Schouwburg, die in het plan van Fellner & Helmer en van de schouwburgen in Amsterdam en Rotterdam. Met kleuren zijn het toneel, de gangen en de kleedkamers aangegeven (druk, 1913).
Bladzijde 10, onder: uitsnede kadastrale kaart Den Haag met links de situatie van de Schouwburg omstreeks 1907 en rechts de vergrote situatie voor een nieuwe schouwburg.
gemeenteraad benoemt een Raadscommissie inzake het schouwburgvraagstuk. Twee jaar later presenteert deze vijf mogelijke locaties voor een nieuwe schouwburg. Geen een is acceptabel. In 1910 besluit de gemeenteraad tot afbraak van de schouwburg en nieuwbouw op dezelfde plek.
Gevel Schouwburgstraat en perspectief voorzijde Schouwburg te ’s Gravenhage. Ontwerp Bureau Fellner & Helmer Wenen (1912).
In een besloten competitie worden Europa’s belangrijkste theaterarchitecten gevraagd om ontwerpen te leveren. Het plan van het Weense bureau Fellner & Helmer wordt verkozen boven dat van het Engelse bureau Frank Matcham & Co. Er zijn grootse plannen: Korte Voorhout 1, al gemeentebezit, mag opgaan in het nieuwe theater. En als perceel Schouwburgstraat 6 te koop komt, aarzelt de gemeente geen moment om de waarde van haar bezit te vergroten, ‘zelfs al mocht tot de bouw van een nieuwen schouwburg op den plaats van de tegenwoordige niet worden overgegaan.’ Bureau Fellner & Helmer ontwerpt een groots theater voor 1200 stoelen. Architecten, oudheidkundigen en burgers tekenen protest aan. Emotionele bijeenkomsten en gemeenteraadsvergaderingen volgen. Dan blijken de Weense plannen te begrotelijk – de zo onvervreemdbaar Haagse schouwburg blijft bewaard. Gemeentearchitect J.J. Gort renoveert de publieksruimten en geeft de entree een nieuw aanzien.
13
Verbouwing van het toneel en het achterhuis (april 1929)
De Haagse Stijl
Oorlog, bevrijding en wederop-
Vanaf 1914 herbergt Schouwburg-
bouw
straat 6 het kantoor van de Directie
Op 10 mei 1940 valt een bom in de
en Administratie van de Franse Opera
Casuaristraat. Deze vernielt veel
en de Koninklijke Schouwburg. Enke-
ruiten, beschadigt het huis van de
le jaren later betrekt de directeur van
directeur, de decorloodsen en de
de schouwburg de bovenverdieping.
ontlaadruimte, een schade die rede-
Tijdens de twee jaar durende verbou-
lijk snel kan worden hersteld. Van
wing van de schouwburg zag de Haag-
1942 tot september 1944 speelt het
se beau monde op de Herengracht het
Deutsches Theater in den Niederlän-
‘societytoneel’ van Eduard Verkade.
den in de schouwburg. In de oorlogs-
En aan de overkant, in de nieuwe Prin-
tijd lijdt de inventaris schade door
sesse Schouwburg op de hoek van de
vernietiging, verwaarlozing en roof.
Prinsessegracht en het Korte Voor-
Het Gemeenteverslag vermeldt ver-
hout, speelde diens leerling Cor van
der de beschadiging van toneel en
der Lugt Melsert met zijn Hofstad
het verloren gaan van de verlichtings-
Tooneel. Beiden zouden hun stempel
installatie evenals de hele décorvoor-
drukken op de Koninklijke Schouw-
raad. Maar dat blijkt niets als het
burg. De Franse Opera had, ondanks
abusievelijk bombardement van
alle steun, de tand des tijd niet door-
maart 1945 de bebouwing aan het
staan en gaf de laatste voorstelling in
Korte Voorhout in puin legt. Op de
1919. Nadat Verkade té vernieuwend
Koninklijke Schouwburg na.
en vooruitstrevend bleek, contrac-
In 1947 formeert Cees Laseur een
teert de schouwburg in 1922 het ge-
nieuw huisgezelschap, De Haagse
zelschap van Van der Lugt Melsert.
Comedie, waarmee hij samen met
De intieme schouwburgzaal lijkt
de even vermaarde acteur Paul Steen-
gemaakt voor het gedistingeerde
bergen legendarisch theater brengt.
ensemblespel en de verzorgde
In de jaren zestig herbergt de Konink-
decors. De Haagse stijl is geboren.
lijke Schouwburg het meest succes-
In 1929 wordt ook het achterhuis
volle en productieve Nederlandse
gemoderniseerd. De toneeltoren
gezelschap. Voor het eerst krijgt een
wordt verhoogd. Op de drie verdie-
gezelschap een eigen plek. Met het
pingen hierachter komen kleedka-
argument dat de toestand van het
mers, een artiestenfoyer en kan-
achtergebouw beneden de waardig-
toren. Bovenin komt het schilders-
heid van de Haagse Comedie is, subsi-
atelier, evenals decormagazijnen die
dieert de gemeente de renovatie van
eerst aan weerszijden van het toneel
1967. De drie decormagazijnen aan de
lagen. Het toneel wordt verbreed en
Schouwburgstraat 8 maken plaats
vier meter verdiept en bovendien
voor repetitielokalen, artiesten- en
voorzien van een ultramodern draai-
directieruimten. Tegelijkertijd verrijst
toneel; nuttig bij de changementen
aan de overkant van de nu verbrede
van de zo populaire kamerstukken.
Schouwburgstraat, op de plek van het sinds 1945 gapende gat, het moderne Ministerie van Financiën. Twee jaar later opent de jonge garde van de Haagse Comedie het HOT, nadat begin jaren zestig enkele jongeren experimenteerden in het Paradijs-
14
theater op de zolder van de schouwburg. Waar andere gezelschappen in deze tijd gedwongen zijn tot drastische vernieuwing of stoppen speelt de Haagse Comedie
Het Korte Voorhout na de verwoestende bommen van 3 maart 1945, links voor lag de Princesse Schouwburg (mei 1945)
nog twintig jaar door. In 1986 besluit de Haagse raad tot de bouw van een nieuw Theatercentrum achter de Koninklijke Schouwburg. Dit ter vervanging van het HOT en het Theater aan de Haven. In het plan van architectenbureau Budding en Wilken zou Schouwburgstraat 6-8 twee nieuwe zalen krijgen – voor driehonderd en honderd bezoekers – evenals repetitieruimten, decor-, schildersen kostuumateliers, kantoren voor Koninklijke Schouwburg en de Haagse Comedie en een theatercafé. De raad prijst het plan dat ‘een optimaal verkeer tussen de theater- en productieruimten achter en in de Schouwburg mogelijk maakt’. Het plan gaat echter niet door. De raad kiest voor de bouw van een nieuw cultuurcentrum aan het Spui.
1986 ontwerp van Rob Budding, architectenbureau Budding en Wilken voor een Theatercentrum achter de Koninklijke Schouwbrug aan het Voorhout. Bijlage Rapport Bouwcommissie Theatercentrum Voorhout, Raadsvoorstel 168-1986
15
Radicale transformaties
Bebouwing Schouwburgstraat 6 en 8 A voor 1990 B na 1992 met de Guido de Moorzaal C na 2007 met het nieuwe Nationale Toneelgebouw
Eind jaren tachtig is ook het Haagse toneel toe aan vernieuwing. De Haagse Comedie maakt plaats voor Het Nationale Toneel, dat door Atelier Pro het decoratelier op de eerste verdieping laat uitbreiden – boven de binnenplaats van de Schouwburg – tot een eigen repetitielokaal annex theaterzaal. Het wordt geopend in 1992 en later vernoemd naar de
CASU
ARIES
TRAA T
overleden acteur Guido de Moor. De gevelrenovatie van 1989 maakt scherp duidelijk hoe gedateerd de schouwburg is. Directeur Hans van Westreenen maakt het tot zijn levens-
1
werk de Koninklijke Schouwburg gereed te maken voor de eenentwintigste eeuw. Eerst maakt architect
A
Charles Vandenhove de entree transparant: de zo chaotische begane grond wordt een ruime hal met een kassa-aanbouw in de Schouwburgstraat. Beeldend kunstenaar Sol LeWitt ontdoet de hal van zijn negentiendeeeuwse uitstraling. In 1997-1999 CASU ARIES TRAA T
wordt vervolgens de toneeltoren vergroot door de zijwanden van de zaal uit 1804 weg te breken, waardoor ruimte ontstaat voor nieuwe elektrische installaties. In de Schouwburg-
1
straat komt, naast het toneel een laad- en losruimte met daarboven kantoren. Op de grens van de theater-
B
zaal en het achttiende-eeuwse stadspaleisje verschijnt een transparant trappenhuis. In 1999 treedt Evert de Jager aan als algemeen directeur bij Het Nationale Toneel en volgt de transformatie tot
CASU
ARIE
STRA
AT
het volwaardige Nationale Toneelgebouw aan de Schouwburgstraat. Zowat driehonderd jaar na de opening van de Franse Comedie in de 1
Casuasaristraat, ruim tweehonderd jaar na de opening van de Schouwburg aan het Korte Voorhout en bijna hon-
C
16
derd jaar na de goede afloop van de
Schouwburg Qaestie maakt dit het gebied met recht tot het Haagse Toneelkwartier.
Voornaamste geraadpleegde bronnen en literatuur 1 Gemeenteverslagen 1851 - 1955, Haags Gemeentearchief 2 Verslagen en Handelingen van de Gemeenteraad 1851-2005, Haags Gemeentearchief 3 Archief van het kadaster van de gemeente ’s Gravenhage 1832 - 1987, Haags Gemeentearchief 4 Archieven van de commissies en commissarissen belast met het beheer van de Koninklijke Schouwburg 1802-1945, Haags Gemeentearchief 5 Archieven van de directie van de Koninklijke Schouwburg en van het Deutsches theater in den Niederländen, Haags Gemeentearchief 6 Tuja van den Berg, Vorstelijk decor, negentiende eeuwse achterdoeken van de Koninklijke Schouwburg (Amsterdam 1996) 7 Mr. F.C. Donker Curtius, Proeve eener bijdrage tot verfraaijing der residentie (’s Gravenhage 1864) 8 P. Korenhof (red.) De Koninklijke Schouwburg 1804-2004, een kleine Haagse cultuurgeschiedenis (Zutphen 2004) 9 Aldo Lieffering, ‘De Franse Comedie in Den Haag 1749-1793: Opera, toneel en het stadhouderlijk hof in de Haagse stedelijke cultuur’ (academisch proefschrift Utrecht 1999) 10 Marlies van der Riet, ‘De Haagse Schouwburg 1802-1830, de aandeelhouders van de Schouwburg’ in: Jaarboek Die Haghe 2001, p. 88-141 11 André Rutten, Haagse Comedie 40 jaar (Den Haag 1987) 12 F.H. Schmidt, Pieter de Swart, Architect van de Achttiende eeuw (Zwolle / Zeist 1999)
Koninklijke Schouwburg na de renovatie (1999) met wandschilderingen van Sol LeWitt
17
Dialoog in de Schouwburgstraat Interview met Hans van Beek
De ervaring van Atelier Pro met opdrachten in de Haagse toneelwereld gaat terug tot de jaren zestig, toen Hans van Beek samenwerkte met
Cees Boekraad
Sjoerd Schamhart aan de verbouwing van een kerk tot het Haags Ontmoetingscentrum voor Theaterkunsten (HOT), dat ruimte bood aan de jonge garde van de Haagse Comedie. In de jaren zeventig is de paardentramremise in Scheveningen door Van Beek Schrijven Hans Croiset aan Hans van Beek (november 1992)
omgetoverd tot een flexibel theater voor het gezelschap De Appel. Aan het eind van de jaren tachtig vernieuwde de Haagse Comedie zich onder de artistieke leiding van Hans Croiset en kreeg de naam het Nationale Toneel. In 1990 kreeg Atelier Pro de opdracht om achter de schouwburg een grotere repetitieruimte te maken. Dat was toen al een ingewikkelde puzzel. Er werd een zaal gemaakt waarvan de vloer tweeënhalve meter boven het maaiveld lag. Er onder lag een flinke kruipruimte als berging.
Hans Croiset bij de viering van het hoogste punt van de Guido de Moorzaal (februari 1992)
Getuige de woorden van Croiset was dit een opmerkelijke verbetering voor het gezelschap. Maar het had ook zijn beperkingen. Als men elders moest spelen, moesten alle decors in een vrachtwagen getakeld worden. De repetitieruimte leende zich ook goed tot het geven van voorstellingen, maar een geschikte publieksaccommodatie ontbrak eigenlijk. En de bezoekers moesten altijd een hoge trap op. In 1999 trad Evert de Jager aan als nieuwe directeur en vanaf dat moment is er een discussie op gang gekomen of men zich tevreden moest stellen met ‘pappen en nathouden’ of dat er een principieel betere oplossing voor de speel- en oefenruimte van het Nationale Toneel moest worden gecreëerd. De keuze viel op de tweede optie. Deze opgave was
18
dermate ingewikkeld dat de directie daarvoor meerdere ideeën wilde laten ontwikkelen. Er werd een prijsvraag uitgeschreven onder drie architectenbureaus: De Zwarte Hond, Architektenkombinatie Bos Rosdorff Wiebing en Atelier Pro. Voor de inpassing van een vrij uitgebreid programma op een historisch beladen en ‘grillige’ locatie werd door Atelier Pro een vernuftige en heldere oplossing bedacht, die werd verkozen als beste van de drie. Dat plan is in eerste instantie gebruikt om de gemeente Den Haag er voor te interesseren en om de financiering rond te krijgen. Dat lukte en vervolgens is het plan uitgewerkt en gelukkig zo dat het oorspronkelijke idee overeind is gebleven.
Prijsvraagontwerpen van boven naar beneden: Atelier Pro, Architectenkombinatie Bos Rosdorff Wiebing, De Zwarte Hond (1999).
Overzicht van de bebouwing achter de toneeltoren van de Schouwburg (januari 1985)
Gemaakte ruimte ten behoeve van de bouw van de Guido de Moorzaal
19
De Schouwburgstraat voor en na de bouw van het Nationale Toneelgebouw. De horizontale ramen gaan een ‘gesprek’ aan met het ministeriegebouw aan de overzijde en in een tegenbeweging ‘speelt’ de glazen toren met de toren van de Duitse Kerk.
20
Een unieke kans
waren die geen rekening houden met
de straat staat. En binnenkort, als
De bestaande situatie, waarin Atelier
de schaal in de binnenstad.
de verbouwing van het Ministerie
Pro een decennium eerder de Guido
Dat moest maar eens stoppen. Men
van Financiën gereed is, is de Schouw-
de Moorzaal had ingevoegd, is in zijn
nam dus een principieel standpunt in,
burgstraat een aangename, open
geheel opgeruimd. Dat is eigenlijk
waar eigenlijk niet over viel te praten.
publieke ruimte geworden die ook
geheel tegen de gewoonte van het
Ons standpunt is steeds geweest dat
’s avonds iets te vertellen heeft.’
bureau in, omdat er altijd naar wordt
het vernieuwen van het Nationale
gestreefd oude, waardevolle elemen-
Toneelgebouw juist een unieke kans
ten te behouden. In de ogen van Hans
was om de verknipte straat weer in
van Beek, samen met Menno Roefs
het stedelijk weefsel op te nemen.
architect van Het Nationale Toneel-
Er lagen aan de ene kant nog enkele
gebouw, waren er twee redenen
kleinschalige rudimenten en aan de
waarom dat in dit geval niet is
andere kant een ongelooflijk groot
gebeurd: ‘Om de puzzel goed te
brutalistisch ministeriegebouw, dat
leggen had je alle stukjes nodig.
zich in het geheel niets aantrekt van
Een ‘verstoring’ daarin zou de zaak
de schaal van de stad. Het wordt
uit balans hebben gebracht. Aan de
momenteel gerenoveerd en het zal
andere kant was dat ook niet nodig
naar mijn mening opmerkelijk verbe-
omdat er geen heel bijzondere,
teren. Het wordt minder brutaal,
karakteristieke onderdelen waren.
transparanter en opener, maar het
Sterker nog, het was een wat schle-
blijft een groot, horizontaal gebouw.
mielig gebouw, hokkerig en naar de
Het opnieuw vullen van het gat achter
straat toe absoluut gesloten.’ Archi-
de schouwburg bood een unieke
tect en gebruiker waren van mening
gelegenheid om de balans te herstel-
dat er een dubbelslag geslagen moest
len door een trait d’union aan te bren-
worden. Er moesten niet alleen goede
gen tussen de grote maat en horizon-
repetities en voorstellingen mogelijk
taliteit van het ministerie en de klein-
zijn, maar ook de uitstraling naar
schaligheid van de binnenstad. Er is
buiten toe, de zichtbaarheid van het
in het nieuwe gebouw daarom niet
gezelschap, moest veel prominenter
alleen maar met verticale ramen
worden. Vanuit de stad gezien viel er
gewerkt, zoals je in historiserende
ook genoeg te winnen. De Schouw-
architectuur vaak ziet, maar we
burgstraat was ’s avonds wat donker
hebben willens en wetens een deel
en obscuur. Het toevoegen van een
met horizontale ramen uitgevoerd
levendige functie zou een directe ver-
om ‘het gesprek’ met de overkant
betering aldaar betekenen. Het was
aan te kunnen. Als tegenhanger
niet moeilijk om de stedenbouwkun-
daarvoor is er een verticaal element
digen ervan te overtuigen dat hier
toegevoegd, waarin niet alleen een
een kans lag om met een modern
functioneel noodtrappenhuis is op-
gebouw weer een balans te krijgen in
genomen, maar dat tevens drager is
het straatje. Bij de dienst monumen-
van het beeldmerk van het Nationale
tenzorg ging dat evenwel, herinnert
Toneel en markering van de entree.
zich Hans van Beek, alles behalve
Als men nu vanaf de Amerikaanse
gemakkelijk: ‘Het is een langdurig
Ambassade aan het Korte Voorhout
gevecht geweest. Bij deze dienst
de Schouwburgstraat inkijkt valt op
vond men ten eerste dat er in de bin-
dat deze glazen toren inderdaad dat
nenstad al genoeg gesloopt is en ook
gesprek aangaat met de spits van de
dat er genoeg te grote gebouwen
oude Duitse kerk, die wat verderop in
Bladzijde 20-21: Levendige publieke ruimte in de Schouwburgstraat Bladzijde 22-23: Open kijk van buiten in de feestelijk verlichte foyer van het Nationale Toneelgebouw
21
22
23
24
25
D A 3
6
7
5
B
B
C
C 3 11
1
2
D 0
5
10
15
20
4
A
Begane grond
25
2
10 9 11 8
12
23400
Eerste verdieping
Aanzicht Schouwburgstraat
26
1 hal 2 foyer 3 opslag 4 laad-en loszone 5 zaal 1 6 entree/berging 7 tuin 8 greenroom 9 zaal 2 10 vide 11 lift 12 kantoren 13 kleedruimte 14 dakterras 15 werkplaatsen 16 cabine licht en geluid 17 zaal 3 18 rekwisietenopslag 19 brug
13
10
11 12
Tweede verdieping
17 16
14 18 15 19 11 12 Derde verdieping
12 12 9 2
12 3
Doorsnede CC
27
2 foyer 3 opslag 5 zaal 1 7 tuin 12 kantoren 13 kleedruimte 15 werkplaatsen 17 zaal 3 18 rekwisietenopslag 19 brug
19
15 13 2
5
3 Dwarsdoorsnede BB over zaal 1
12
17
15
12 12
5 3
Langsdoorsnede AA over zaal 1
Historische verwevenheid
hammondorgel – waar het Haagse
belangrijkste bespeler is van de
Voor de relatie tussen de Koninklijke
Metropool een voorbeeld van was –
Koninklijke Schouwburg, maar dat
Schouwburg en het Nationale Toneel-
plaatsmaken voor een pluriforme ver-
het in feite twee autonome organisa-
gebouw is het van belang te weten
zameling van zalen. Met het nieuwe
ties zijn, die wel dicht bij elkaar zitten
dat de schouwburg in het begin van
Nationale Toneelgebouw is er een
en elkaar goed aanvullen. Er zijn dan
de twintigste eeuw serieus nieuw-
complex gekomen waarvan de mooie
ook verbindingen tussen het Natio-
bouw heeft overwogen, omdat het
schouwburg, die inmiddels prachtig
nale Toneelgebouw en de Koninklijke
gebouw te klein werd voor het groei-
opgeknapt is, onverminderd deel uit
Schouwburg. Een van de ateliers
ende publiek. Amsterdam en Rotter-
maakt. Ondanks de naar de eisen van
waarover men beschikte, de vroegere
dam hadden al de weg gewezen met
deze tijd te kleine toneelopening, is
Chris Kobuszaal, is verlengd door een
kloeke nieuwe schouwburgen. Dat is
het nog steeds geschikt voor speci-
aantal spanten toe te voegen en is
uiteindelijk een eeuw later gebeurd,
fieke stukken. Maar anderzijds was
Zaal 3 geworden. Deze is nu van twee
maar op een totaal andere wijze dan
het meer en meer een knellend
kanten te bereiken en te gebruiken.
men zich toen kon voorstellen, in een
keurslijf voor een modern toneelge-
Er is ook nog een glazen verbindings-
periode dat men de Koninklijke
zelschap. De aanwinst van drie nieu-
brug tussen het Nationale Toneelge-
Schouwburg helemaal wilde slopen
we repetitie- en uitvoeringszalen
bouw en de Koninklijke Schouwburg
en vervangen door een tweemaal zo
zorgt voor een prachtig nieuw en-
aangebracht, die aansluit op de
grote opvolger. Hans van Beek ziet
semble met een diversiteit aan zalen
kleed- en grimekamers, die dus ook
voordelen in deze ontwikkeling: ‘De
en uitvoeringsmogelijkheden.’
bij bepaalde voorstellingen in het
laatste jaren zie je een tendens dat
Hierbij kan aangetekend worden dat
Nationale Toneelgebouw gebruikt
grote bioscoopzalen compleet met
het Nationale Toneel nog steeds de
kunnen worden.
28
Een hart voor het gezelschap
stelling worden gekeken. De trap,
De weg die moest worden afgelegd
de vide en de gang op de verdieping
om van het programma naar een uit-
doen op die manier ruimtelijk en qua
gekristalliseerd concept van het Nati-
luchtvolume mee om de beperkte
onale Toneelgebouw te komen ver-
hoogte van de foyer te compenseren.’
liep niet linea recta, maar is gaande-
Een ander groot verschil met de oude
weg ontdekt. Anders dan destijds bij
situatie heeft te maken met prakti-
de Guido de Moorzaal, waar het ge-
sche logistieke eisen. De Guido de
bruik als uitvoeringszaal later werd
Moorzaal stond op paaltjes, waardoor
ontdekt en toegevoegd, was het nu
eronder plaats was voor een kelder-
nadrukkelijk een van de randvoor-
achtige berging. In verband met het
waarden dat tenminste de grote zaal
laden en lossen van decors werd de
ook voor voorstellingen gebruikt zou
eis gesteld dat de zaal op maaiveld-
moeten worden. In een later ont-
hoogte moest komen te liggen. Dat
werpstadium ging voor de tweede
gaf aanleiding tot een radicale omke-
zaal hetzelfde gelden. De foyer, die
ring. De rekwisietenberging en de
hieronder ligt, vervult de dubbelfunc-
werkplaatsen liggen nu boven de
tie van bedrijfscantine. Daar is intuï-
grote zaal. Dat is echter niet zonder
tief door Atelier Pro aan toegevoegd
risico omdat je daarmee geluidsbron-
dat de foyer goed zichtbaar moest
nen pal boven de zaal legt. Dat is op-
zijn van buiten, waardoor immers de
gelost door de nodige akoestische
straat veel levendiger zou worden.
maatregelen te treffen.
Op de derde verdieping loopt men tussen de werkplaatsen (links) en de rekwisietenberging naar de toegang van Zaal 3
Het oude gebouw was hokkering, je kwam elkaar nauwelijks tegen en men werkte daardoor langs elkaar heen. Dat moest volgens Hans van Beek veranderen: ‘In het nieuwe gebouw hebben we geprobeerd het andere uiterste te bereiken. Waar je ook werkt, je bent betrokken bij het gebeuren van het gezelschap. Op het moment dat je binnenkomt sta je al in de foyer en heb je ook oogcontact met de ruimte waaraan de kantoren liggen. Het gaat er immers niet alleen om het programma te huisvesten, maar om het gezelschap een hart te geven, een centrale ruimte die verbindend werkt met alles wat zich er verder afspeelt. De ruimte onder de tweede zaal, de foyer met een uitloop naar de tuin van Bas van Pelt, heeft een zekere beperking in de hoogte. Maar het aardige is dat die ruimte geruisloos overgaat in de publiekstrap omhoog. Daar kan informeel op gezeten worden, maar ook op een zondagmiddag naar een kindervoor-
29
‘Waar je ook werkt, je bent betrokken bij het gebeuren van het gezelschap. Op het moment dat je binnenkomt sta je al in de foyer en heb je ook oogcontact met de ruimte waaraan de kantoren liggen. Het gaat er immers niet alleen om het programma te huisvesten, maar om het gezelschap een hart te geven, een centrale ruimte die verbindend werkt met alles wat zich er verder afspeelt.’ 30
31
Blz 30-33: ‘De ruimte onder de tweede zaal, de foyer met een uitloop naar de tuin, heeft een zekere beperking in de hoogte. Maar het aardige is dat die ruimte geruisloos overgaat in de publiekstrap omhoog. Daar kan informeel op gezeten worden, maar ook op een zondagmiddag naar een kindervoorstelling worden gekeken. De trap, de vide en de gang op de verdieping doen op die manier ruimtelijk en qua luchtvolume mee om de beperkte hoogte van de foyer te compenseren.’
32
33
34
35
36
Links de aluminium platen rondom Zaal 2 en rechts boven de bekleding van de kleedkamers op de tweede verdieping
9 Doorsnede DD 2  foyer 9  zaal 2
2
Trap naar de bovenfoyer met zicht naar de tuin
37
38
Autonomie én continuïteit
hek, dat grenst aan de straat. Hoe
Dat werden platen van geponst alu-
De bijzondere architectonische kwali-
kleiner de spleet gemaakt zou kun-
minium. In een omgeving waar je
teit van het Nationale Toneelgebouw
nen worden hoe beter, maar de laad-
eigenlijk historiserend moet bouwen
is dat er met drie in principe dichte
en loszone moest wel bereikbaar
is dat best heftig, maar vanuit de
zalen toch een enorme ruimtelijkheid
blijven voor vrachtwagens. Dit is
functie is het een goede greep.
is bereikt. Hoe is dat bereikt? Hans
opgelost door op de begane grond
Tegenover de ‘overkant’ heb je dit
van Beek: ‘Toen vaststond dat de
ruimte te houden, maar op de ver-
soort middelen ook nodig.’ Aan de
grote zaal op het maaiveld moest
dieping de kantoorvleugel zo dicht
straatzijde torent het ‘opgepiekte’
worden gelegd, was er maar één plek
mogelijk tegen de schouwburg door
glazen noodtrappenhuis uit boven
waar dat kon, namelijk daar waar de
te laten lopen. De opening tussen
de ingang, waardoor deze geaccen-
oude Guido de Moorzaal lag, die dus
beide gebouwen heeft daardoor én
tueerd wordt als wegwijzer naar het
moest worden gesloopt. Voor de
door middel van de verbindingsbrug
theater. In de toren trekt ’s avonds
tweede zaal hebben we de oplossing
op de tweede verdieping een intrige-
bewegend, programmeerbaar en
gevonden om die als een autonoom,
rende plastiek gekregen.
kleurrijk licht de aandacht, een kunst-
gaaf doosje in het hele conglomeraat
Wat betreft de materialisatie is er aan
werk van de lichtkunstenaar Reinier
te hangen. En dat werkt! Het volume
de ene kant gekozen voor een materi-
Tweebeeke, die ook de verlichting in
van de zaal werkt zich letterlijk los van
aal dat van oudsher in binnensteden
de foyer heeft ontworpen, op zo’n
de vloer, maar ook van de zijkanten.
overheerst, namelijk metselwerk in
manier dat de sfeer kan worden aan-
Al van buiten kun je daardoor aflezen
een wat ruwe, rustieke steen. Door
gepast aan de voorstelling die op dat
wat er binnen gebeurt. Het was echt
stootvoegloos te metselen ontstaat
moment te zien is.
puzzelen op de centimeter. Het paste
er een horizontale nerf. Door dit met-
als we de doos één meter door de
selverband krijgt deze ‘nostalgische’
rooilijn konden schuiven. Bovendien
steen een modern uiterlijk. Voor het
was dat mooi ten opzichte van de
zaaltje heeft Pro daarentegen nadruk-
openheid van de onderkant en tege-
kelijk gezocht naar een verbijzondering:
lijk functioneerde het als een ‘uit-
‘Omdat het een los volume is dat uit-
hangbord’ in de straat. Maar vanuit
steekt wilden we het aan alle kanten
de historische stad gezien was het
bekleden met hetzelfde materiaal.
Bladzijde 36: Intrigerende ruimte tussen het Nationale Toneelgebouw en de Schouwburg met een erker op de eerste verdieping en een verbindingsbrug op derde verdieping.
Toren als markering van de entree en stralend baken met wisselende kleurbeelden
juist weer discutabel. We hebben dat toch verdedigd, omdat het bij de toneeltoren van de Koninklijke Schouwburg ook het geval was. Door dit – nu niet op het maaiveld, maar in de hoogte – te herhalen, verbind je de nieuwe invulling met de schouwburg. Nog een argument was dat we dit soort ‘brutaliteiten’ nodig hadden om tenminste enig tegenwicht te bieden vis-à-vis de overkant.’ Tegelijkertijd laat Atelier Pro het nieuwe gebouw via een vulstuk aansluiten op de kleine korrel van het bestaande pandje. Aan de kant van de aansluiting op de Koninklijke Schouwburg riep de verlangde continuïteit van de straatwand een probleem op. Er lag tussen beide gebouwen een soort achterterrein, afgesloten door een
39
Zicht vanaf de verbindingsbrug in de richting van het Nationale Toneelgebouw
40
Gangen en werkruimten in de kantoorvleugel
Zicht op de verbindingsbrug en Schouwburg op de derde verdieping van de kantoorvleugel
41
Zaal 1 heeft een reeks openingen in de wanden ten dienste van flexibiliteit in het gebruik. De ruimte rond de zaal kan op die manier deel worden van een voorstelling.
42
‘Een goed zittend pak’
installaties. Ook de kantorengroep
Nu het gebouw een jaar in gebruik is
heeft een dergelijk koelbalans venti-
kunnen de eerste ervaringen worden
latiesysteem, dat na kantoortijd kan
opgevangen. Medewerkers vinden
worden benut voor de foyer, waarvan
het een ‘goed zittend pak’, waar je
de vloer bovendien is aangesloten op
van opfleurt. De acteurs ontdekken
een koudwatermachine om voor koe-
nieuwe speelmogelijkheden, waar
ling te kunnen zorgen. De energiezui-
een zeer gemêleerd publiek op af-
nige verlichting is in het hele gebouw
komt. Er zijn in dit eerste jaar mooie
centraal bedienbaar en controleer-
voorstellingen geweest, waarmee
baar.
het gebouw heeft laten zien waar het
Kortom er is een professioneel en
voor ontworpen is, namelijk om crea-
veelzijdig toneelgebouw bijgekomen,
ties uit de lokken die de architect niet
dat niet alleen het toneelleven maar
van te voren heeft kunnen bedenken,
ook deze plek in stad tot nieuwe luis-
maar die wel mogelijk zijn omdat er
ter kan brengen en zo samen met de
de faciliteiten voor zijn aangebracht,
Koninklijke Schouwburg kan op-
met name in en om de grote zaal. Het
bloeien tot een echt Theaterkwartier.
publiek, maar ook de toneelspelers, kunnen de zaal op heel veel manieren benaderen, zowel op de begane grond als via de brede trap vanuit de foyer en zelfs over de trappen naar de kantoorruimten. Dat wil zeggen dat het gebied rond de zaal onderdeel van de voorstelling of het toneel kan zijn. Dat heeft al tot verrassende oplossingen geleid. Doordat de zaal een flexibele stoelopstelling heeft kan er van alles gemaakt worden. In plaats van een vaste toneeltoren zijn er in de zalen de nodige INP-hoofddraagprofielen gemonteerd, waaraan middels loopkatten en trussliggers de decors naar ieder punt in de zaal gebracht kunnen worden. Van wat kan is pas het begin ontdekt. Tenslotte, ook installatietechnisch is het gebouw geheel up to date en ontvlochten van de installaties van de Koninklijke Schouwburg. Op de binnenplaats is daartoe een nieuwe ondergrondse stadsverwarmingskelder aangelegd, waarin warmtewisselaars zijn geplaatst. De nieuwbouw is voorzien van een luchtbehandelingstechniek met een energieterugwinning van negentig procent. De zalen hebben individueel regelbare klimaat-
43
‘Er is ruimte voor andere impulsen, gedachten en kijkmethoden, aansluitend op de huidige samenleving. Dat dit kan is dankzij het gebouw. Dit is echt een cadeau. De tijd was er rijp voor. Je merkt nu dat de mensen zich er thuis voelen. Je kunt er daadwerkelijk ‘tegentonen’ maken. Daarmee is in feite het Toneelkwartier geboren, waar de gevestigde bovenklasse, ‘gewone’ mensen en vooral een jongere generatie elkaar kunnen vinden en met elkaar in dialoog gaan.’ 44
Tegentonen in het Toneelkwartier Interview met Evert de Jager Cees Boekraad
Voor Evert de Jager naar Den Haag
uiteenlopende bevolkingsgroepen
iedere Hagenaar blindelings weet
kwam vervulde hij in Groningen een
die een stad telt. In Groningen is dat
waar hij moet zijn. Het Theater aan
vergelijkbare functie. Hij deed er er-
op geschikte kruispunten, soms let-
het Spui en de Koninklijke Schouw-
varingen op, die ook voor zijn functie
terlijk, gebeurd. Maarten Schmitt was
burg werden door het zelfde gezel-
als directeur van het Nationale Toneel
daar nauw bij betrokken en hij doet
schap bespeeld. Maar die twee zijn
waardevol zijn gebleken. ‘In Gronin-
de laatste tien jaar iets vergelijkbaars
niet te mixen.’
gen had het bestuur de vooruitstre-
nu in Den Haag. Ik doe daar graag aan
Dat riep de vraag op hoe die situatie is
vende visie dat er op strategische
mee in de overtuiging dat gebouwen
ontstaan en hoe die kon worden ver-
punten in de stad gebouwen moes-
met culturele functies een grote
beterd, bijvoorbeeld door naar goede
ten worden neergezet, waarvoor ver-
meerwaarde kunnen hebben voor
voorbeelden te kijken. De Jager heeft
volgens een functie moest worden
een stad.’
een plausibel antwoord gevonden: ‘Er is geen land ter wereld waar het toneel-
bedacht. De wethouders hadden oog voor cultuur en wij kregen de
Zoeken naar één herkenbare plek
bestel zo is georganiseerd als in Ne-
opdracht om die gebouwen ‘te laten
Maar Den Haag is in vele opzichten
derland, waar de gezelschappen geen
swingen’. Het opbergen van culturele
een totaal andere stad dan Goningen.
gebouwen hebben en de gebouwen
functies in een willekeurige ‘doos’
De Jager geeft van de situatie die hij
geen gezelschappen. Dat zijn twee
werkt niet. Allereerst moet je erover
aantrof in 1999 een scherpe analyse:
gescheiden eenheden. Dat is ooit zo
nadenken hoe de stad in elkaar zit,
‘Uniek is uiteraard de vertederende
ontstaan in de jaren vijftig na de oor-
waar zich welke functies bevinden en
Koninklijk Schouwburg, vanouds een
log, vanuit een sociaal-democratische
hoe die kunnen verschuiven. Ik ont-
conventioneel bastion. Dat is het nog
opvatting over cultuurspreiding. Dat
dekte op een indertijd nog vrij doods
steeds een beetje, een ontmoetings-
heeft zijn goede kanten gehad, maar
oud industrieterrein, Ciboga aan de
plek van de bourgeoisie – dat bedoel
is nu achterhaald. We gaan terug naar
rand van de binnenstad, een leeg-
ik niet negatief – die in een stad als
stedenculturen en het invoeren van
staande fabriek van rond 1900. Die
Den Haag nog steeds leeft. Dat is een
stadsgezelschappen is daarin een hele
is toen met medeweten van burge-
factor die je niet mag veronachtza-
goede stap. Wat in Den Haag werkt is
meester Ouwerkerk gekraakt. In die
men, maar ik vond geen plek waar ik
dat een gebouw en een gezelschap
Machinefabriek zijn we toneelvoor-
de ‘anarchie’, de tegendraadsheid,
aan elkaar worden gekoppeld. Kijk
stellingen en festivals gaan organise-
de ‘tegentonen’ kon organiseren.
naar het gezelschap en het theater De
ren. Het is het begin geweest van een
Daarvoor was eigenlijk Theater aan
Appel, een concept dat al veertig jaar
enorme opbloei van de hele buurt. Ik
het Spui bedoeld, een politiek be-
werkt. In het geval van het Nationale
begon te merken dat een gebouw,
stuurlijk compromis voor de opvolger
Toneel vond ik dat we uit moesten
dat wordt geladen met culturele acti-
van het HOT dat immers was afgebro-
gaan van de herkenbaarheid van het
viteiten, een sneeuwbaleffect kan
ken. Overigens heb ik zelf als acteur
gezelschap op één plek in de stad: de
hebben op andere functies. Zo is de
nog in het HOT gespeeld. Het stond
Koninklijke Schouwburg. Direct ver-
hele stad gaan bloeien door het Gro-
op de plek waar nu de Hoftoren, het
bonden met de Koninklijke Schouw-
ninger Museum. Dergelijke specifieke
Ministerie van OCW, staat. Er waren
burg is er aan de achterzijde een plek
gebouwen, waarin culturele activitei-
in de jaren tachtig plannen om nieu-
gevonden om de nodige ‘tegentonen’
ten plaatsvinden, zijn van wezenlijk
we zalen achter de schouwburg te
te organiseren, het Nationale Toneel-
belang voor het functioneren van een
bouwen, maar er was een sterke
gebouw. Samen vormen die gebou-
stad. Sociale functies hebben bij uit-
lobby om de concertzaal, danszaal
wen het Toneelkwartier.’
stek een menselijke dimensie. Het
én het theater aan het Spuiplein te
Om de juiste ‘tegentonen’ te vinden
gaat erom of je daarin een dynamiek
leggen. Die cultuurcluster is daar
moet je volgens De Jager uitgaan van
kunt aanbrengen, afgestemd op de
niet zo helder terecht gekomen, dat
de sociale gelaagdheid van de stad:
45
46
‘Den Haag heeft een brede middle
Bij de besprekingen over het ontwerp
dige samenleving. Dat dit kan is dank-
class met een politieke component,
met Atelier Pro heb ik gezegd dat het
zij het gebouw. Dat is echt een cadeau.
een internationale component en een
gebouw een menselijke maat moet
De tijd was er rijp voor. Alle wethou-
gegoede burgerij. Maar we mogen
hebben, zodat men zich er thuis voelt.
ders, nadat zij waren komen kijken in
het overige deel van de bevolking niet
De plafonds mogen niet te hoog zijn,
de oude potdichte Guido de Moorzaal
overslaan. Er zijn grote tegenstellin-
het moet een open sfeer ademen,
zonder publieksfuncties, vonden dat
gen in de stad. Rij eens met de tram
want de bezoeker wil niet het idee
het zo niet verder kon en ook dat de
van Station Hollands Spoor naar Sche-
hebben dat hij in een dichte doos
nieuwbouw tegen de schouwburg
veningen: de kleur van de reizigers
moet. Hij wil naar buiten kunnen
aan moest plaatsvinden. Het idee
verschiet haast per halte. Dat wijst op
kijken en door het gebouw heen
daarover is dus bij de politiek in twin-
de dynamiek, de zenuw van de stad,
kunnen lopen. Dus veel glas aan de
tig jaar radicaal veranderd! Je merkt
die je niet moet ontkennen. Ik wil in
straatkant en een uitloop naar een
nu dat de mensen zich er inderdaad
het nieuwe gebouw ook het tegen-
tuin aan de achterkant.’
thuis voelen. Je kunt er daadwerkelijk
draadse, het andere repertoire bren-
Nu het gebouw in gebruik is genomen
‘tegentonen’ maken. Daarmee is in
gen met een andere kijk op de wereld,
constateert De Jager dat het uitste-
feite het Toneelkwartier geboren,
een jonger wereldbeeld. Wij zijn vijfti-
kend werkt: ‘Als je binnenkomt sta je
aangezien er niet alleen maar voor-
gers met een bepaalde levensvisie,
in één klap op de hoofdkruising in het
stellingen voor de gevestigde boven-
maar iemand van tweeëntwintig kijkt
gebouw. Dat heeft Hans van Beek bril-
klasse worden gegeven, maar ook
heel anders, ziet andere dingen, rea-
jant gedaan: alles wijst zich op een
voor ‘gewone’ mensen en vooral een
geert op andere impulsen. De beeld-
vanzelfsprekende manier. Het is ver-
jongere generatie. Die moeten elkaar
taal is anders, meer gefragmenteerd,
volgens aan de theatermakers om het
vinden en met elkaar in dialoog gaan.
associatiever. Ouderen hebben nog
in de zalen waar te maken. Er zijn alle
Dat is naar mijn idee de enige manier
narratieve en causale verbanden
condities geschapen om daar op een
– een puur idealistisch standpunt –
nodig. Dat is voor een nieuwe genera-
andere manier mee aan de slag te
om enige progressie in de samenle-
tie minder aan de orde. Dat uit zich in
gaan dan volgens de conventionele
ving te krijgen.’
een andere vormgeving, in een ande-
methoden. Nu het gebouw één jaar
re beleving van het theater dan vanuit
open is kan geconstateerd worden
Een toneelgebouw met een eigen
het pluche naar een postzegel kijken
dat de zalen een fantastische bezet-
leven
die het toneelhuis heet. Je moet er ín
ting van negentig procent hebben
Over de ruimtelijke configuratie van
zitten.’
gehaald. Dat betekent dat er blijkbaar
het gebouw en de zalen is De Jager
een behoefte aan was. Nog een con-
uitgesproken: ‘Behalve dat het
Ruimte voor ‘tegentonen’
statering is dat de acteurs op het ge-
gebouw architectonische kruispun-
Het scheppen van ruimte voor ‘tegen-
bouw reageren. Deze interactie is
ten heeft, heeft het ook in de tijd van
tonen’ heeft onvermijdelijk gevolgen
zeer belangrijk voor de ontwikkeling
de ochtend tot de avond kruispunten.
voor de architectuur van het nieuwe
van het theater en voor de perceptie
Dat is mooi. Maar het gebouw moet
toneelgebouw. De Jager wijst er op
en beleving van de toeschouwer van
wel ‘veroverd’ worden. Het wordt wel
dat je uit moet gaan van een ervaring
de voorstelling. De opdracht aan de
van ons en van de bezoekers, maar
die eigenlijk al begint op het moment
theatermaker is om aan de toeschou-
het is weerbarstig. Het reageert ook
dat de mensen de deur in stappen:
wer het idee te geven dat hij ieder
net alsof het een eigen leven leidt.
Daar begint de voorstelling. Ze heb-
moment in een andere ruimte kan
Om het voor elkaar te krijgen was heel
ben een verwachtingspatroon en een
stappen. Het gaat om de verhouding
spannend. Jan Nies, de projectleider
manier van opereren. Dus is de ruim-
van de tribune tot het toneelbeeld.
van de gemeente, heeft dat uitste-
te, het voorportaal van de zaal, waarin
Dat kan soms conventioneel zijn,
kend gedaan. Hij werd van die thea-
je hen ontvangt van wezenlijk belang.
maar soms totaal onverwachts, bij-
termensen af en toe helemaal gek: zij
Het klinkt misschien stichtelijk of
voorbeeld een geheel witte ruimte in
wilden het nooit hebben zoals men
mystiek, maar als het publiek zich bij
plaats van een donkere. Er is ruimte
dacht dat het moest, maar altijd
binnenkomst unheimisch voelt gaat
voor andere impulsen, gedachten en
anders.
het niet goed de zaal in.
kijkmethoden, aansluitend op de hui-
47
Bladzijde 44: De ruimtelijke configuratie heeft kruispunten in ruimte en tijd
Schetsen van Marcos Vi単als Bassols voor de decors van Red Rubber Balls, waarbij Zaal 1 is opgedeeld in twee gescheiden zalen
48
De verhoudingen en maten van de
Verantwoording voor de plek in de
twee zalen zijn goed, maar verschil-
stad
lend. Als je in Zaal 2 zit heb je een heel
Hoe verloopt nu het gezamenlijk ge-
andere ervaring dan in Zaal 1. In Zaal 1
stalte geven aan het Toneelkwartier?
kun je op een theatrale manier uitpak-
Evert de Jager is helder over de rolver-
ken op een manier als in de grote zaal
deling: ‘Oscar Wibaut, de directeur
van de schouwburg. De breedte van
van de Koninklijke Schouwburg, heeft
veertien meter van het toneel is let-
zijn eigen programmering. Wij spre-
terlijk overgenomen in Zaal 1. Thea-
ken het aantal avonden af dat wij per
traal gezien moet je lange looplijnen
seizoen in de schouwburg spelen, ge-
kunnen maken en ze zo kunnen be-
middeld zo’n honderd. Daarmee ver-
lichten dat je geen spots in je blikveld
zorgen wij een substantieel deel van
ziet. Dat wil zeggen dat je daarvoor
de bespeling van de schouwburg.
genoeg hoogte moet hebben. Er
Soms spelen we er maanden achter
moet een ‘slootje’ van circa drie
elkaar. We zijn de backbone van de
meter zitten tussen de rand van het
schouwburg, maar er is ook een
speelvlak en de eerste rij stoelen. Dat
andere programmering. We overleg-
betekent opgeteld een zaallengte van
gen regelmatig hoe zich die tot elkaar
zevenentwintig meter, een ervaring
verhouden. Het is voor mij een tame-
die ik al in de Machinefabriek had op-
lijke luxe dat deze schouwburg een
gedaan. Je hebt zo de theatrale moge-
toneelschouwburg is, dus hoef ik niet
lijkheden van een grote zaal, maar de
meer uit te leggen dat toneel belang-
intimiteit van een kleine. Je hebt die
rijk is, waar ik tussen de Urban Kids
lengte ook nodig om de acteurs onder
Couperus moet zien te brengen. De
een juiste hoek te zien en niet vanaf
profilering van de schouwburg loopt
steile tribunes op hun voorhoofden.
over in de profilering van het gezel-
Gelukkig trekken theatermakers zich
schap en andersom. De samenwer-
daar weer niets van aan en maken ook
king met de schouwburg is cruciaal,
opstellingen in de breedte.
maar de programmering ervan doe
Wij kunnen echt in serie spelen en dat
ik niet. Het bijt elkaar niet, dat is van
geeft ongekende voordelen. Het
belang. Bij het lanceren van het To-
gebouw geeft aanleiding om het in
neelkwartier hebben we geroepen
‘Den Haag’ te laten zijn, die functie
dat er vijfhonderd voorstellingen per
in de stad waar te maken en niet met
jaar worden gehouden. Tweehon-
decors door het hele land te hoeven
derdvijfig daarvan zijn van ons. Wij
slepen. Daardoor wordt de decoront-
zijn daarmee grootaandeelhouder
werper heel gelukkig: het hoeft niet
van deze plek. Dat legt de verant-
licht en demontabel te zijn. Hij kan
woording op je iets met de plek in
zijn dromen en fantasieën veel meer
de stad te gaan doen.’
Ieder van de drie zalen biedt aan de decorbouwers specifieke mogelijkheden om voor elk toneelstuk een passend en verrassend decor te ontwerpen. Voorbeelden uit het eerste seizoen zijn: Bladzijde 48-49: Decor Hollandse Spoor in Zaal 1 Bladzijde 50-51: Uitvoering Dagelijks Brood in Zaal 2 Bladzijde 52-53: Uitvoering Springtij in Zaal 3
uitleven dan bij een decor voor een reisvoorstelling. Wij hadden bijvoorbeeld Red Rubber Balls met een darkroom nooit kunnen maken, evenmin als Dagelijks Brood met die witgeverfde wanden en tientallen lampen, als het op reis had gemoeten. Hollandse Spoor: idem.’
49
50
51
52
53
54
55
Summary
construction of the palace remained
ted church and launched the HOT,
limited to a corps-de-logis, an elegant
which in the 1980s moved to the new
prefatory building. Prominent citizens
Theatre on the Spui.
added a theatre auditorium at the
In the late-1980s the Haagse Comedie
rear of the building in 1804, where
was replaced by the National Theatre.
The Foreword by the city architect
Dutch plays and French opera were
Architect Charles Vandenhove radi-
Maarten Schmitt places the National
performed.
cally restored the Royal Theatre to
Theatre’s new building in its urban
Its great success meant that by 1863
make it ready for the 21st century.
context. The development that has
adaptations to and around the thea-
In 1999 Evert de Jager took office as
been set in motion in this area, which
tre were needed. A passageway crea-
manager at the National Theatre and
was badly damaged during the war,
ted between the grounds of the thea-
started thinking about radically trans-
would not have been thought possi-
tre and those of the adjacent building
forming its space at the rear of the
ble a decade ago. The renovation of
became accessible to the public in
Royal Theatre.
Ministry of Finances opposite, the
1863 as the Schouwburgstraat.
relocation of the American Embassy,
Towards the end of the nineteenth
It is noteworthy that in the early
the expansion of an auxiliary branch
century the theatre building again
1990s Atelier Pro had already fitted
of Leiden University and new buil-
became inadequate. It was not until
in a rehearsal and performance audi-
dings intended for the Supreme Court
1910 that the city council decided to
torium at the site to be occupied by
will give the area a better appearance.
demolish the theatre and to construct
the new National Theatre building.
An important and contemporary sti-
a new building on the same site.
But now a much more radical solution
mulus for this is given by the apposite
A competition was held and the Vien-
was chosen. Because of the complex-
National Theatre building. Now that it
nese firm of Fellner & Helmer emer-
ity of the proposed assignment and
has been completed it is difficult to
ged with the winning scheme. They
given the difficult location, three
understand, says Schmitt, why so
were grandiose plans: 1 Korte Voor-
architectural offices were asked to
many arguments were needed to
hout and 6 Schouwburgstraat were
supply a draft design. Pro won the
convince the Department for the Pre-
supposed to merge into the new
competition.
servation of Monuments and Historic
theatre. But then the Viennese plans
There were two major preoccupations
Buildings of its appropriateness.
turned out to be too expensive - the
that had to be dealt with, one regar-
so inalienable Hague theatre was pre-
ding the programme and one regar-
In September 2007 the arresting
served.
ding how it would look from the
name Hague Theatre Quarter was
During the period 1940-45 the con-
outside After careful consideration,
launched for the neighbourhood
tents suffered damage through des-
Atelier Pro opted for a modern buil-
between the Casuaristraat and the
truction, neglect and theft. The mis-
ding, seeing as this would enable a
Korte Voorhout, which has functio-
taken bombardment of March 1945
traite d’union to be introduced be-
ned for more than three centuries as
left almost all the buildings on the
tween the large size of the Ministry
a centre of theatre life in The Hague.
Korte Voorhout in ruins. Apart from
opposite and the small-scale, adja-
Marlies van der Riet sheds light on
the Royal Theatre. After the war a new
cent buildings. For this reason part
this eventful history, which goes back
house company, De Haagse Comedie,
of the building was deliberately given
to 1709, the year in which the French
was launched. In the 1960s the Royal
horizontal windows, with a powerful
Comedy moved into a former fives
Theatre accommodated the most
vertical element added as a counter-
court on the Casuaristraat. Fifty years
successful and productive Dutch com-
part. This contains not only the emer-
later, Carolina and Karel van Nassau-
pany, which for the first time now had
gency staircase, but also bears the
Weilburg purchased lots on the adja-
its own home. On the other side of the
logo of the National Theatre at the
cent Korte Voorhout in order to build
finally broadened Schouwburgstraat
top and marks the entrance. In this
an ambitious city palace according to
arose the colossal Ministry of Finan-
way a ‘conversation’ is entered into
a design by the Court architect Pieter
ces, built in the modern style.
with the other side of the street and
de Swart. Because of the aristocratic
In 1969 the younger members of the
with the tower of the old German
couple’s departure for Weilburg, the
Haagse Comedie occupied a renova-
Church further along the street.
by Cees Boekraad
56
It took a great deal of effort to persu-
and the Royal Theatre was a yard, a
according to conventional methods.
ade the Department for the Preserva-
loading and delivery zone for the two
Now that the building has been open
tion of Monuments and Historic Buil-
theatres. This ‘crevice’ was narrowed
for a year we see that the auditoriums
dings, which generally takes up a con-
on the upper floors by situating the
have achieved a fantastic occupation
servative stand regarding building in
offices as close as possible to the
of ninety percent. This means that
the inner city, of the validity of these
theatre.
there was apparently a need for it.
choices.
Another observation is that the actors
The old building was closed and po-
In 1999, Evert de Jager was appointed
respond to the building, an interac-
key. People were working there obli-
director of the National Theatre in The
tion that is very important for the
vious of each other. That had to be
Hague. Before this he had fulfilled a
development of the theatre and for
completely different. Hans van Beek:
similar function in Groningen. In his
the spectator’s perception and expe-
‘As soon as you enter the building you
experience, specific buildings in
rience of the performance.’
are already in the foyer and you have
which cultural events take place are
The measurements and proportions
eye-contact with the space contai-
of essential importance for the func-
of Auditorium 1 and Auditorium 2 are
ning the offices. It was not just a ques-
tioning of a city.
different. In Auditorium 1 you can be
tion of accommodating the program-
De Jager came across no place in The
theatrically lavish because of its
me, but of giving the company a
Hague, besides the familiar, rather
length and breadth. Furthermore,
heart, a central space that effectively
conventional Royal Theatre, where he
runs of plays can also be put on and
establishes a link with everything else
could organise ‘counter tones’. The
this enables it to fulfil its function of
going on there. The space under the
Theatre on the Spui was supposed to
focussing on The Hague. The scenery
second auditorium, the foyer with an
replace the demolished HOT Theatre.
builder also has many more possibili-
extension leading to the neighbour’s
De Jager found that he had to take as
ties, as the performances of the last
garden, has a certain limitation in
his basis a single recognisable place in
year have shown. There is good colla-
terms of height. But this space
the city for the National Theatre. A
boration with the Royal Theatre. With
quietly proceeds to the public stair-
place at the rear of the Royal Theatre
100 performances a year the National
case upwards, where you can sit infor-
and directly connected to it has now
Theatre is the backbone of the thea-
mally.’ Another novelty is that the
been found for organising ‘counter
tre, accounting for half of the 500 per-
props department and the workshops
tones’. The social contrasts in The
formances in the Theatre Quarter.
are situated above the large audito-
Hague are enormous, and this produ-
That also creates, says Evert de Jager,
rium. This necessitated certain acous-
ces a great dynamism. De Jager also
the responsibility to really do some-
tical measures. Auditorium 1 lies
points to the fact that the young
thing with this place in the city.
exactly at the spot formerly occupied
generation responds very differently
by the Guido de Moor Hall, but now,
from people in their fifties, for exam-
in connection with logistical demands,
ple. This has consequences for the
on the ground floor. Auditorium 2 is
architecture of the new building. The
suspended in space as an autono-
space should not be unfriendly, the
mous ‘box’. It sticks out a metre from
public should feel at home. The buil-
the building line and thus functions as
ding should exude an open atmos-
a ‘signboard’ in the street. It is clad all
phere with views to the outside and
round in punched aluminium sheets.
an extension towards a garden. De
This contrasts with the office wing,
Jager feels that Hans van Beek has
which is clad with raw, rustic brick-
succeeded excellently in this: ‘On en-
work. The glazed emergency stair-
tering the building you are immedia-
case, under which lies the entrance,
tely standing at its junction. It is then
sticks out above everything and at-
up to the theatre makers to live up to
tracts attention at night with a colour-
this in the auditoriums. All the condi-
ful work of light art. On the street be-
tions have been created to get crac-
tween the National Theatre building
king with this in a different way than
57
adres Schouwburgstraat 6-8, Den Haag ontwerp/bouwperiode 2004-2007 opdrachtgever Dienst Onderwijs Cultuur & Welzijn, Gemeente Den Haag gebruiker Het Nationale Toneel architect Atelier Pro architekten: Hans van Beek en Menno Roefs (projectleiding: Fred Alebregtse; prijsvraagontwerp: Hans van Beek en Hans Kalkhoven) bouwdirectie Atelier Pro architekten (Ernstjan Cornelis)
adviseur W/E installaties installatie bouwdirectie Krimpen’s adviesburo Energique bv adviseur constructies Adviesburo beton- en staalconstructies Broersma adviseur akoestiek Peutz bv hoofdaannemer Hillen & Roosen bv aannemer W-installaties Technisch Bureau Massier bv aannemer E-installaties Steegman Elektrotechniek aannemer liftinstallaties Kone bv
Herkomst illustraties Architectenkombinatie Bos Rosdorff Wiebing 17(bm) Atelier Pro 14, 17(b), 18(b), 24, 25, 26, 35(b) Deen van der Meer 50,51 De Zwarte Hond 17 (bo) Fran van der Hoeven 17(ro) Haags Gemeentearchief 6t/m 13, 17(lo) Hans Koreman omslag Hans van Beek 16(b), 30, 35, 38 (b)(m), 39(b)(o), 40(o) Joeri van Beek 40(b) Leo van Velzen 31(b) Marcos Viñals Bassols 46 Marsel Loermans 15 Peter de Ruig 2, 18, 20, 21, 22, 23, 27, 29, 31(o), 32, 33, 34, 36, 37, 38, 39(r), 44, 48, 49, 52, 53 Theo Böhmers 16(o) l= links r=rechts b= boven o= onder m= midden Met dank aan: Evert de Jager, Tom Schenk, Lena Muller, Marcos Viñals Bassols, Emma van der Maarel, Anouk Goorman, Architectenkombinatie Bos Rosdorff Wiebing, De Zwarte Hond.
Colofon Deze uitgave is een initiatief van: Atelier Pro en mede mogelijk gemaakt door: Het Nationale Toneel Gemeente Den Haag Stichting Koninklijke Schouwburg Hillen en Roosen bv Peutz bv Adviesbureau beton en staal constructies Broersma Krimpen’s adviesburo Energique bv Steegman Elektrotechniek Technisch Bureau Massier bv uitgever Atelier Pro redactie Cees Boekraad tekstbijdragen Marlies van der Riet, Ferry Bloemendaal, Maarten Schmitt vormgeving Atelier Pro (Joeri van Beek) i.s.m. Bureau Piet Gerards vertaling Michael Gibbs druk Ando bv, Den Haag © Atelier Pro architekten Den Haag, september 2008 www.atelierpro.nl isbn 978 90 809551 6 5 nur-code 648
58
Den Haag is sinds eeuwen een theaterstad, die zich steeds heeft vernieuwd. In 2007 opende het Nationale Toneelgebouw zijn deuren. Hiermee kwamen drie zalen gereed voor bespeling door het Nationale Toneelgezelschap. Samen met de aangrenzende Koninklijke Schouwburg heeft deze bundeling de naam Haags Toneelkwartier gekregen. De Hofstad heeft hiermee een culturele injectie gekregen die zijn vruchten zal afwerpen voor een veelkleurig dynamisch leven in de hele stad. 60