10 minute read
Volgens Hans Holman zit er nog
BEDRIJFSREPORTAGE Door Erik Stroosma
OOK DEZE CRISIS VERWACHT HANS HOLMAN DOOR TE KOMEN
Wie de Facebook-pagina van H. Holman Transport bezoekt, kan niet ontgaan dat dit eenmansbedrijf 25 jaar bestaat. Trots kijkt Hans Holman op die jaren terug en ondanks de coronacrisis ziet hij de toekomst voor hem en andere KTO’ers positief tegemoet.
De toekomst als kleine transportondernemer duurt voor Hans Holman nog een kleine zeven jaar. “Dan word ik 67 en ga ik met pensioen. Of ik dan helemaal stop, weet ik nog niet, maar fulltime werken is dan voorbij.” Tegen die tijd zit de in Ridderkerk woon
achtige KTO’er vijftig jaar in het chauffeursvak. “Op mijn zeventiende ben ik begonnen, als bijrijder. Ik ben geboren in Haarlem en kom uit een gezin van negen kinderen. Mijn vader was vrachtwagenchauffeur en van mijn zes broers hadden er vijf een grootrijbewijs. Ik kan mij niet herinneren dat ik ooit iets anders wilde worden.” Tot ongeveer zijn 25ste werkte Holman bij verschillende transportbedrijven en vervoerde hij allerlei ladingen in binnen- en buitenland. “Zo heb ik nog een jaar samen met mijn vader met bloemen op Parijs gereden. Begin jaren tachtig verhuisde ik voor de liefde naar Ridderkerk. Toen ik daar een tijdje woonde, raakte ik op vakantie met een plaatsgenoot in gesprek. Die werkte bij Transportbedrijf C. Groenenboom in Ridderkerk en maakte mij enthousiast voor het zeecontainervervoer. Kort daarna ben ik dat ook gaan doen. Eerst bij Verachtert in Zwijndrecht en daarna bij Groenenboom.”
CHARTER
Een arbeidsconflict maakte in 1995 een einde aan Holmans dienstverband bij Groenenboom. “Er was, van beide kanten, sprake van miscommunicatie”, zegt hij daarover. “Intussen staan we al lang weer op goede voet met elkaar, maar toen betekende het dat ik een nieuwe baan moest zoeken. Ik besloot weer bij Verachtert te solliciteren. De manager daar, Aat van Noort, gaf aan vooral behoefte aan charters te hebben en vroeg of dat iets voor mij was. Ik had daar nooit zo over nagedacht, maar het leek mij wel wat. Thuis heb ik dat besproken en mijn vrouw zag er ook wel toekomst in. Zij is meteen met een boekhoudcursus begonnen en regelt tot de dag van vandaag de financiën. We zijn inmiddels gescheiden, maar gaan goed met elkaar om.” “Heel het gezin is altijd intensief bij het bedrijf betrokken geweest. Dat zie je bij veel KTO’ers. Ik heb twee zoons, Lars (29) en Nils (27). Hen betrek ik bij de aanschaf van nieuwe trucks. De zevende, en als het goed is de laatste auto van het bedrijf, nam ik eind vorig jaar in gebruik. Weer een Scania en weer een V8. Omdat het de laatste is en het bedrijf 25 jaar bestaat, is het een hele ‘dikke’ geworden. Die S650 V8 6x2 50 Years Special Edition zie ik als de kroon op het werk van de afgelopen 25 jaar. Als ik ernaar kijk, ben ik trots op wat we als gezin bereikt hebben met het bedrijf.”
MUZIEK
Spijt dat hij voor zichzelf is begonnen, heeft Holman nooit gehad. “Miljonair word je er niet van, maar ik heb als zzp’er altijd goed mijn brood verdiend in het wegtransport. Ook voor de jongere generatie zit er volgens mij nog genoeg muziek in een bestaan als KTO’er. Als een chauffeur eigen rijder wil worden, zou ik dat hem of haar niet afraden. Bij transportbedrijven zal altijd behoefte blijven aan de flexibiliteit die KTO’ers kunnen bieden. Tel daar de lagere kosten en werkgeversrisico’s bij op en je weet wat ons aantrekkelijk maakt voor opdrachtgevers. Dat was 25 jaar geleden zo en nu nog steeds.”
1. De Scania S650 V8 6x2 50 Years Special Edition die Hans Holman vorig jaar aanschafte, ziet hij als de kroon op zijn werk. 2. Hans Holman: “De vorige crisis kostte mij bijna mijn bedrijf.”
BESTAAN ALS KTO’ER’
Sinds de oprichting van zijn bedrijf vervoert Holman zeecontainers in met name het Rotterdamse havengebied. De laatste jaren doet hij dat voor logistiek dienstverlener Estron. “Hiervoor pendel ik hoofdzakelijk op en neer tussen de terminals op de Maasvlakte en bedrijven in de Botlek en Waalhaven. In al die jaren dat ik voor mijzelf werk, heb ik maar een keer of negen in mijn auto hoeven slapen. Korte ritten leveren per kilometer het meeste op en ik heb er ook geen hekel aan. Er is een hele groep chauffeurs die dit doet. We komen elkaar overal tegen in de haven en dat maakt het werk gezellig. De omgang met mensen vind ik sowieso het leukste van mijn werk.”
ASFALTWERK
Net als veel andere transportondernemers heeft ook Holman door de coronacrisis te maken met een teruglopende omzet. “Die ligt ongeveer 8 procent lager. Mijn vaste opdrachtgever is nog veel harder geraakt, maar is er gelukkig in geslaagd een grote nieuwe klant aan te trekken. Dat levert een hoop extra werk op waarmee we het verlies van de afgelopen periode kunnen compenseren.” “De vorige crisis kostte mij bijna mijn bedrijf. Ik was overgestapt naar het asfaltwerk en had daar een kipper voor gekocht. De vaste uren en collegialiteit in de wegenbouw bevielen mij erg goed, maar door de kredietcrisis viel het asfaltwerk op een gegeven moment compleet stil. Dankzij het werk dat ik van kennissen en medetransporteurs kreeg toegeschoven, hield ik het hoofd boven water. Nu zijn het weer onzekere tijden, maar ik heb er alle vertrouwen in dat mijn bedrijf ook deze crisis zal overleven en ik tot mijn pensioen KTO’er kan blijven.”
BRANDSTOFFEN Door René Welmers
TALKING TRAFFIC:
GOED GESPREK TUSSEN TRUCK EN VERKEERSLICHT
Verkeersregelingen kunnen steeds meer maatwerk leveren dankzij connectiviteit. Een connected vehicle kan op grond van z’n ‘identiteit’ prioriteit krijgen of het advies krijgen om af te remmen. Beweegbare afsluitingen laten zich zo ook aansturen. Wat zijn de ervaringen?
Een verkeersregeling vóór en dóór het verkeer. Dat is het kenmerk van een moderne intelligente verkeersregelinstallatie (ivri). “Voertuigen zijn via het internet verbonden met het regelnetwerk en zo zijn hun verplaatsingen bekend. En zo kunnen deze geanonimiseerd gebruikt worden om het verkeer slim te regelen”, schetst Folkert Bloembergen. Hij is vanuit Rijkswaterstaat programmamanager Talking Traffic, een landelijke en meerjarige samenwerking van onder meer verkeerstechnische en verkeerskundige bedrijven, telecommunicatieondernemingen, en tientallen publieke partijen. Zo zocht de gemeente Deventer onder meer contact met Vos Transport – met als thuisbasis Deventer – om deel te nemen aan de proef met intelligente VRI’s en de mogelijkheden voor prioriteitsverlening in deze gemeente. Toen de gemeente Deventer bij Vos Transport meldde dat er een pilot ging lopen
met prioriteitsverlening door middel van ivri’s in het kader van Talking Traffic, was manager Customer Service Roy van Verseveld er snel voor gevonden hieraan mee te werken. “Ons bedrijf is intensief bezig met duurzaamheid. We kregen dit jaar zelfs onze derde ster voor Lean & Green. Onze deelname aan de eerste en inmiddels ook de tweede en veel uitgebreidere priopilot van Talking Traffic hier in Deventer past hier goed in.”
CONTACT MET IVRI’S
Voor Vos Transport is dit aspect belangrijker dan de eventuele kostenbesparing die een betere doorstroming oplevert. “Ik heb wel eens uitgerekend wat het in grote lijnen oplevert als een vloot van vijftig vrachtauto’s per dag vijf keer minder hoeft te stoppen en op te trekken”, zegt Van Verseveld. “En daarbij ook berekend hoe veel bomen je zou moeten planten om de extra CO 2 -uitstoot daardoor de compenseren.” Zo’n berekening is altijd handig als de leiding over de streep moet worden getrokken om een beslissing te nemen. In dit geval was dat niet nodig; het management van Vos Transport zag zonder meer de winst. Van Verseveld had er ook geen zware klus aan om chauffeurs bereid te krijgen een toestel in hun cabine te plaatsen om met de ivri’s contact te hebben. Daarop is te zien of een verkeerslicht nog lang genoeg op groen blijft staan om die groenbeurt te halen. “De wegbeheerder bepaalt welke soorten verkeer prioriteit krijgen op basis van het lokale of regionale beleid. Daar krijgen wij geen inzicht in.” Dat gebrek aan terugkoppeling vindt Van Verseveld wel jammer, want daardoor heeft hij weinig zicht op het bredere rendement van de pilot. Maar, geeft hij aan, dit zal naar verwachting in de volgende fase veranderen.
1
Project op provinciale wegen
In Zuid-Holland is Gist Nederland een van de deelnemers aan de priopilot van Talking Traffic. Mark Lenselink is vanaf het begin bij betrokken vanuit zijn functie als verantwoordelijke voor kwaliteit en veiligheid bij Gist. “Voor ons betekent deelname een manier om een bijdrage te leveren aan efficiënter en duurzamer transport en daarvan willen wij werk maken.” Een geselecteerd aantal chauffeurs kreeg een voorziening op het dashboard waarop de chauffeur kon zien of hij bij het komende verkeerslicht groen zou krijgen of niet. “Zeven van onze chauffeurs rijden nu sinds december 2019 met kastjes die ervoor zorgen dat de vrachtwagens ‘connected’ zijn en met de ivri’s kunnen communiceren. Maar door het coronavirus is het verkeer zo veranderd dat het rendement momenteel lastig te meten is.” Dat betekent beslist niet dat Lenselink teleurgesteld is. “Het gaat ons ook om de potentie van het systeem en die is groot.” De testfase is verruimd en loopt nu door tot juni 2020 en omvat inmiddels een groter aantal provinciale wegen in ZuidHolland. “Wij zouden wel graag meer data uit het systeem willen krijgen. Bijvoorbeeld hoe vaak een auto zo’n ivri passeert en profiteert van een betere doorstroming. Dan kun je ook een berekening maken wat het bespaart aan CO 2 -uitstoot.” Voor Gist is dat duurzame element een belangrijke reden om aan de pilot te willen deelnemen.
De chauffeurs zijn ook enthousiast. “Wij zijn begonnen met vijf vrachtwagens en binnenkort breiden wij dat uit naar vijftien. Onze deelname beperkt zich tot de regio Deventer, maar onze chauffeurs rijden in de hele Benelux. Dan zien ze ineens op bijvoorbeeld de Ring van Antwerpen dat zij daar ook informatie van de vri’s krijgen.” Dat geeft aan dat intelligente verkeersregelinstallaties geleidelijk aan een landelijk dekkend netwerk zullen gaan vormen. En op deze manier zullen ze een bijdrage gaan leveren aan onder meer het voorkomen van veel onnodig stoppen en optrekken en daarmee aan besparingen op brandstof en uitstoot.
TALKING TRAFFIC IS MEER
Folkert Bloembergen maakt duidelijk dat Talking Traffic meer betekent dan dat bepaalde soorten verkeer prioriteit kunnen krijgen boven ander verkeer bij een verkeerslicht. Het gaat in brede zin om het uitwisselen van betrouwbare en toepasbare verkeersdata die omgezet kan worden in actuele en persoonlijke informatie voor alle soorten weggebruikers. Denk bij die data bijvoorbeeld aan informatie over maximumsnelheden, wegwerkzaamheden, omleidingsroutes of rode kruizen (matrixborden). Serviceproviders kunnen deze informatie gebruiken om weggebruikers een persoonlijk realtime advies te geven: via de smartphone of on-boardunit in de cabine of in het navigatiesysteem van het voertuig. “Een heel mooi voorbeeld is de gemeente Utrecht, waar de binnenstad langdurig grote hinder ondervond van allerlei bouwprojecten. Daar is toen een toegangscontrolesysteem geïntroduceerd waardoor uitsluitend het bouwverkeer wél toegang kreeg tot gebieden die voor anderen afgesloten waren. Met deze nieuwe technieken kunnen we dit systeem nog slimmer maken.” Moderne voertuigen zijn immers steeds vaker ‘connected’ en kunnen zonder technische drempels worden aangemeld voor deelname aan diverse initiatieven die op deze techniek zijn gebaseerd. Daarnaast kunnen ook apps worden geïnstalleerd op een smartphone om daaraan deel te kunnen nemen. “Denk bijvoorbeeld aan toegangscontrolesystemen die vrachtverkeer dat gebruikmaakt van twee brandstofsystemen kunnen onderscheiden. Dus een dieselvrachtwagen die ook elektrisch kan rijden en dan mits elektrisch rijdend wél in een milieuzone kan komen, waar ander verkeer juist wordt geweerd. Dan heb je echt op maatinformatie uit het voertuig nodig.”
1. Afhankelijk van het gebruikte systeem krijgt de chauffeur een toestel in zijn auto waarop hij de aanwijzingen krijgt vanuit de iVRI.