CC 21-2022

Page 1

CREDO

ADVENT 2022: PAARS EN TROOST

In de adventstijd is de liturgische kleur: paars. Een teken van berouw, inkeer, ingetogenheid. Dat betekent dat je in de drukte van de decembertijd stilstaat bij het wereldgebeuren en je eigen leefwereld.

In de grote wereld zijn problemen en dreigingen alleen maar toegenomen. Steeds meer onschuldig vergoten bloed schreeuwt van de aarde. De milieuproblematiek neemt met forse schreden toe. Het vraagstuk Oekraïne en Rusland blijft ook een dissonant in de feestvreugde. Het is wel duidelijk dat wij hier geen vrede op aarde maken, ook al zingen we het elk kerstfeest uit volle borst. Daar komt dus blijkbaar meer voor kijken.

Het inzicht van onze menselijkheid en feilbaarheid maakt ons klein als wereldburgers voor het aangezicht van God. In je eigen leven kan er ook heel wat overhoop liggen. Totaal geen kerstgevoel of kerstsfeer. Het beroerde is ook nog, dat je door de uitbundige feestvreugde van anderen, je eigen pijn en verdriet des te meer voelt. Dat is heel schrijnend. Kerst op de puinhoop met de brokstukken van gebroken geluk of een bezoekje aan de begraaf-

plaats, om je geliefde te gedenken. Het is goed en nodig elkaar op te roepen om de oppervlakkigheid voorbij te gaan en voorbij te komen. De diepte van het leven leert andere dingen. Dat brengt je ook dichter bij de soberheid van het Christuskind. Laten we maar bescheiden en dankbaar zijn als mensen in Europa. Ondanks alles hebben we toch meer dan mensen in andere delen van de wereld. Als ik goed om me heen kijk en mijn oor te luister leg, is er ook een schreeuw om troost, in kerk en maatschappij. Het ‘troost, troost Mijn volk’ is een veelgehoorde roep, op allerlei manieren. Met de naam van God en nog meer zonder de naam van God. Het lege gevoel van hier-beneden-is-het-niet komt steeds meer naar boven en aan de oppervlakte. Wat je echt geluk geeft en wat blijvende vreugde in je hart brengt. Waar moet ik dat zoeken en waar vind ik dat? Een oud leerboekje uit Heidelberg weet raad. Op de diepste zinvraag van het leven. Zowel in leven als in sterven. Zowel lichamelijk als geestelijk. Dat ik niet van mijzelf ben, maar het eigendom van mijn trouwe Zaligmaker Jezus Christus. Hij heeft volkomen betaald met Zijn bloed. Voor al mijn zonden. Hij heeft mij verlost van alle heerschappij van de boze. Hij bewaart mij zo, dat zonder mijn hemelse Vader, geen haar van mijn hoofd valt. Alles moet meewerken tot mijn behoud. Hij verzekert mij van eeuwig leven, door Zijn Heilige Geest. Hij maakt mij gewillig en bereid om voortaan voor hem te leven. Als dat de uitkomst is van het paars van de ingetogenheid en de troost van het evangelie, kun je gezegend het kerstfeest 2022 tegemoet zien!

ds. Dirk van Duijvenbode

CONFESSIONEEL
pag 2 Engelen zonder vleugels pag 4 Het kan
en duurzaam pag 10 Wetenschap een bedreiding? 134e jaargang 1 december 2022 nr. 21
eerlijk
499807.indd 1 11/28/2022 8:53:59 AM

ENGELEN ZONDER VLEUGELS

Als we in de komende adventstijd lezen in het Evangelie naar Lucas, dan komen we onherroepelijk de engel Gabriël tegen, die Zacharias en later Maria zal toespreken over het grote nieuws dat baanbrekend is. Mooi, als je net als Toon Hermans vertrouwelijkheid ervaren mag bij die engel Gabriël. Zijn naam is veelzeggend: gabber van God.

Op een recente boekverkoping in Braunschweig ontdek ik het boekje van Claus Westermann, ‘Gottes Engel brauchen keine Flügel’, dat bij het begin van zijn professoraat van 1958-1978 in Heidelberg verschenen is. Westermann is dan hoogleraar Oude Testament. Het spreken over engelen laat zien, dat God nabij kan komen via mensenwoorden. Het boekje is vele malen herdrukt. Ik herinner me, hoe we tijdens de studietijd in Kampen daar hele discussies over hadden.

KIJK EENS

Het gaat dus niet om engeltjes die door het luchtruim zweven met vederlichte vleugeltjes. Het gaat over de vraag: is God alleen een God op afstand? En dan zegt Westermann kijk maar ’s in de bijbel. Dat lijkt me een goed advies. Kijk ‘s in de bijbel, hoe engelen bezig zijn. En dan ontdek je, dat er in het Oude Testament zonder nadruk over engelen wordt gesproken. Engelen zijn functioneel voor het droppen van een bericht en verder geen kapsones. Geen opgeblazen ik voor een engel. Als Jakob aan Jozef in Egypte vertelt over zijn leven, spreekt hij over de engel die hem bevrijd heeft (Genesis 48: 16). Ik denk aan de Jabbok, waar dat gevecht is en die verwonding van de heup en die nieuwe naam Israël, omdat Jakob met de Heer gevochten heeft - een bevrijding dus. Mozes ervaart de engel bij de brandende braamstruik in de Sinaï (Exodus 3:2) en zo begint de bevrijding uit de slavernij.

De engel van God handelt namens God: hij leidt en beschermt een individu, zoals bij de oudste knecht van Abraham, die op zoek gaat naar een vrouw voor Isaak (Genesis 24). De engel van God geeft leiding aan het volk en handelt namens God (Exodus 14: 19). Een engel geeft Gods Woord aan een profeet, zoals in 2 Koningen 1:3 “Een engel van de HEER zei tegen de Tisbiet Elia:‘Ga de boden van de koning van Samaria tegemoet en zeg hun: U gaat Baäl-Zebub, de god van Ekron, raadplegen, alsof

Israël zelf geen God heeft.’ Die engel heeft wel een punt.

EENVOUDIG GESPREK

In het Nieuwe Testament valt het op, hoe een engel een eenvoudig gesprek voert, dat sterk gericht is op Gods daden. De engel van de Heer begeleidt de beslissende gebeurtenissen van verlossing: de komst van Christus naar deze aarde (Matteüs 1 en Lucas 1 en 2) en zijn vertrek (Matteüs 28 en Lucas 24, zoals in Johannes 20 en in Handelingen 1:10). De engelen markeren de heilsgeschiedenis. De betekenis van het spreken over engelen in het Nieuwe Testament is de verbinding van de Christusgebeurtenis, zijn komst en zijn vertrek, zijn voortdurende werk in de christelijke gemeenschap en zijn terugkeer in heerlijkheid en oordeel. Want Gods koninkrijk omvat meer dan alleen de werkelijkheid die voor mensen herkenbaar is.

Claus Westermann schrijft in zijn boekje, dat we niet te veel hoeven op te zien naar een engel. Hij wijst dan op Johannes in het laatste bijbelhoofdstuk, als die dankbaar wil knielen voor de engel die hem immers alles wat hij heeft opgeschreven eerst heeft laten zien. Wat zegt de engel dan als Johannes neigt om te knielen: doe het niet, aanbidt God; ik ben immers een dienaar zoals jij en je medeprofeet.

GEWENST OF ONGEWENST

Tenslotte wil ik nog nadenken over het nawoord van een theoloog, die de Schriften napluist. Het gaat er niet om, of we het geloven of niet. Het wil ons stilzwijgend bewust maken om bereid te zijn Gods berichten te ontvangen. Hoe de boodschap van God bij de mensen komt, is aan God. Die behoeven morgen niet te komen op dezelfde manier als gisteren. Modern gezegd: willen we Gods gedachten in de mailbox gewenst of ongewenst terecht laten komen? Westermann geeft ons nog een hint: de engelen waarover het in de bijbel gaat zijn niet te overzien en niet weg te stre-

pen; ze zijn tekenen van het feit, de wij mensen op aarde, onderweg en thuis, niet alleen blijven, maar bezoek krijgen. Mij klinkt als muziek in de oren, wat onze engel Gabriël op bezoek bij Maria tegen haar zegt: je hebt genade gevonden in de ogen van God. En nu mogen wij in de ogen van Jezus genade vinden voor ons…

Toon Hermans zingt over zijn Engel Gabriël:

Ik had een eigen engel - die heette Gabriël.

Die engel had ik nodig want ik kneep ‘m als de hel.

Hij sloeg meteen zijn vleugels uit bij elk gevaarlijk spel.

Een heilig soort gevogelte: m’n engel Gabriël.

Onder een glazen stolp zag ik de Madonna staan.

Daar brandde dan een lampie bij en voor het slapen gaan werden alle kinderen gewassen in de teil.

En dan het Onze Vader knielend op ‘t kouwe zeil.

Soms zit ik te denken wat dat bidden toch zou zijn.

Dat deed ik vroeger nooit - daarom ging het toen zo fijn.

Ik steek nog wel eens een kaarsje aan, sla nog wel eens een kruis.

Maar het gaat toch niet zo lekker meer als vroeger bij ons thuis.

Toch heb ik heimwee naar mijn engel Gabriël, ik heb hem wat verwaarloosd: dat is waar, ik weet ’t wel.

Maar zit ik in de piepzak, in de rats of in de rouw, dan roep ik net als vroeger: Gabriël, waar zit je nou.

HOOFDARTIKEL
2
499812.indd 2 11/28/2022 8:53:58 AM

LICHTTHERAPIE

VERS 20

Al eeuwen is bekend dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de aanwezigheid van licht en onze geestelijke gezondheid. We bestrijden onze winterdepressie, het teveel aan melatonine, met licht. In de geestelijke gezondheidszorg werken we met de EMDR-techniek. We bootsen de snelle oogbewegingen na die ook in onze slaap optreden en waarmee we de ervaringen van de dag verwerken. Zo worden onze traumatische ervaringen minder scherp, beter hanteerbaar. Je zou kunnen zeggen: licht trekt ons uit diepte en depressie. Een mens kan niet zonder licht. En niet alleen de mens, want: zonder licht geen leven! Achter deze materiële waarheid schuilt een geestelijke werkelijkheid. Het is niet alleen zo dat niets zou zijn ontstaan als er geen licht was. Zonder het licht van deze waarheid verliezen we ook alle moed in het leven. Dan is er geen perspectief, niets om voor te leven.

Israël weet er over mee te praten. Wat het met je doet als het licht van je bestaan gedoofd lijkt. Dan kun je wel wat lichttherapie gebruiken. En daar krijgen we iets van mee in deze schitterende hoofdstuk uit Jesaja. Wat een hoopgevend perspectief! Daar zaten ze wel om verlegen aan de oevers van de Eufraat. Wie in die tijd om zich heen keek werd niet vrolijk van de omstandigheden. Die waren bepaald niet ‘om over naar huis te schrijven’. Des te bijzonderder worden deze woorden uit Jesaja en het perspectief dat deze profetie ons geeft. De theologen ten tijde van Israëls ballingschap schouwen nieuwe tijden. Een glorieuze toekomst weggelegd voor Israël en in het bijzonder voor Jeruzalem. De hele aarde gehuld in het duister maar over Jeruzalem schijnt licht. Het heeft een bijzondere aantrekkingskracht. Alsof alle volken en heel de mensheid aanvoelt dat dit licht leven betekent. Jeruzalem het hart van de wereld en van de wereldgeschiedenis, met Goddelijke glans en glorie bekleed.

Je zou het eigenlijk niet geloven. Luchtfietserij zou je zeggen. De verdrietige en

hopeloze omstandigheden, het trauma waarin ze gevangen zitten, is naar hun hoofd geschoten. Want kijk naar de feiten! Israël in ballingschap. Het zicht op een zelfstandig bestaan als volk en natie is verloren. En waar moeten ze trouwens heen? Het centrum van hun volksbestaan én van hun geloofsleven ligt in puin. Letterlijk met de grond gelijkgemaakt. Alle glorie en glans verloren. In Jeruzalem is voorgoed het licht gedoofd.

Wie durft nu nog te spreken over herstel? Dat is volslagen onrealistisch, ondenkbaar! En zo kan het voor ons ook voelen. Wat er is gebeurd voelt alsof het licht is gedoofd. De vreugde van het leven lijkt voorgoed verdwenen. Gevangen in hopeloosheid. De feiten bevestigen het. En als we in ons persoonlijke leven niet die ervaring hebben dan kan de wereld om ons heen dat idee wel geven. De waarheid wordt geweld aangedaan. Tirannie en oorlogsgeweld alom.

JERUZALEM IS DE PLEK GEWORDEN WAAR HET LICHT IS GAAN SCHIJNEN EN WAAR ALLE VOLKEN NAAR OP WEG GAAN. DAT IS ZO GEKOMEN DOOR ÉÉN PERSOON. ENE JEZUS UIT NAZARET. HET BEGON AL KORT NA ZIJN GEBOORTE. DRIE KONINGEN OP WEG, VAN HEINDE EN VER. OM OVER HET BREDE THEOLOGISCHE PERSPECTIEF MAAR NIET TE SPREKEN DAT IN BEELD KOMT OP DIE ENE PINKSTERDAG! HOEZO WAREN JESAJA’S WOORDEN LUCHTFIETSERIJ?

Maar de feitelijke werkelijkheid waarin wij zitten zegt niet alles. We doen er goed aan om ons hart op te halen aan het profetische licht van Jesaja! Bij wijze van lichttherapie. Want hoe onrealistisch het toen ook klonk, Wat deze

heren mochten aanschouwen met hun geestelijke ogen, is gebleken zo gek nog niet te zijn! De contouren van de lichte werkelijkheid die ze met hun profetische ogen zagen is verbazingwekkend dicht bij de realiteit gekomen.

We kunnen hieruit concluderen dat we ons niet te veel door de werkelijkheid van vandaag ‘in de luren moeten laten leggen’. Het lichte en hoopgevende perspectief waarvan de contouren hier geschetst wordt is wel degelijk waar gebleken. Israël is wonderwel uit de ballingschap bevrijd geworden. Jeruzalems muren zijn herbouwd, om over de tempel nog maar niet te spreken. Haar heerlijkheid zou groter zijn dan die van koning Salomo!

Jeruzalem is de plek geworden waar het licht is gaan schijnen en waar alle volken naar op weg gaan. Dat is zo gekomen door één Persoon. Ene Jezus uit Nazaret. Het begon al kort na zijn geboorte. Drie koningen op weg, van heinde en ver. Om over het brede theologische perspectief maar niet te spreken dat in beeld komt op die ene pinksterdag! Hoezo waren Jesaja’s woorden luchtfietserij?

Heb vertrouwen in de profetische woorden uit de bijbel en de boodschap van Jezus Christus! Ze zijn geen handig hulpmiddeltje dat we ons aan de hand zodat we beter met de werkelijkheid weten om te gaan. Integendeel. Laat je beschijnen door het licht dat in Jeruzalem is gaan schijnen. Laat het je richting wijzen in het leven. Gebruik het als lichttherapie zodat onze traumatische ervaringen dragelijker en hanteerbaarder worden. Laat het je geest, je ziel, gezond maken! Het is weliswaar een werkelijkheid die verborgen is, schuil gaat achter een vreemde en bevreemdende feitelijkheid, maar ze is ondertussen wel de dragende realiteit die al het leven draagt. Kijk daarvoor naar Jezus Christus. Uit duisternis en dood verrezen en opgeheven tot de lichte eeuwigheid.

ds. Hubrecht Z. (Huib) Klink, Marken

MEDITATIE
3
“…WANT DE HEER ZAL JE EEUWIG LICHT ZIJN. DE DAGEN VAN JE ROUW ZIJN VOORBIJ.” JESAJA 60
499812.indd 3 11/28/2022 8:53:58 AM

HET KAN EERLIJK, HET KAN DUURZAAM: JUST ENOUGH

Het kan eerlijk. Het kan duurzaam. Die twee zinnetjes liggen aan de basis van de jonge beweging Just Enough, een platform dat betrokken Nederlanders, bedrijven en politici in beweging wil brengen, met een nieuwe koers: weg van de uitputting van de aarde en de medemens.

vergelijking: de toenmalige beroepsbevolking van ons land omvatte nog geen 5 miljoen mensen. Vijftig jaar later is de ‘apocalyptische ernst’ dramatisch toegenomen. ‘We rijden plankgas naar de klimaathel’, constateerde VN-baas Guterres tijdens de mislukte klimaattop in Egypte. Intussen blijkt uit recent onderzoek van het Nederlands Dagblad en de Groene Kerken dat ‘klimaatverandering’ bij de meeste ‘actieve christenen’ nog geen prioriteit heeft. Op het gebied van duurzaamheid verschillen hun keuzes nauwelijks van de gemiddelde Nederlander.

KAN HET ANDERS?

Stel nu eens dat het rapport van de Club van Rome ‘Grenzen aan de groei’ (1972) als een bom was ingeslagen, laten we zeggen, net zoals de donderpreek van Jona te Ninevé. Mensen én dieren, iedereen, van hoog tot laag, ging in de rouw. ‘Zo lieten ze zien dat ze spijt hadden van hun slechte gedrag’ (Jona 4:5).

Had gekund, want de boodschap loog er niet om. En de opinion leaders, ook in christelijke kringen, hadden drommels goed door waar het op vast zat. Lees even mee, in de kerkelijke pers, eerste helft jaren zeventig: ‘In onze wegwerp-plastic maatschappij zijn we gevoerd naar een levensstandaard, die voor ons allen het element

van soberheid wel tot een minimum heeft gereduceerd. We hebben voor eigen oververzadiging roofbouw op het geschapene gepleegd. We voelen ons allen even machteloos om hierin verandering te brengen, omdat het gestroomlijnde leven ons allen meeneemt in de maalstroom. Zou het nodig zijn dat we als enkeling en gemeenschap weer de bijbelse deugd van de soberheid gaan betrachten? De apocalyptische ernst van de tijd dwingt er toe.’

KLIMAATTOP EGYPTE

Het rapport van de Club van Rome ging miljoenen keren over de toonbank; verhoudingsgewijs het meest in Nederland: een kwart miljoen (!) keer. Ter

Daarom nog eens de vraag: stel dat het rapport van de Club van Rome destijds werkelijk als een wake-up call zou hebben gefunctioneerd, hoe zou de samenleving van Nederland als ‘gidsland’ er dan uitzien? Paul Schenderling geeft in zijn recente boek ‘Er is leven na de groei’ (2022) in een ‘gedachtenexperiment’ antwoord op die vraag. Een van de eerste dingen die ons was opgevallen, is dat er een stuk minder opzichtige luxe te zien was (…). We kwamen er in de jaren zeventig namelijk al snel achter dat we alleen grenzen konden stellen aan de groei als dat op een eerlijke manier gebeurde. Daarom werd er voor individuele consumenten een heffing op consumptie ingevoerd, die steeg als mensen veel verbruikten. Het gevolg van de heffing was dat ondernemers werden uitgedaagd om producten te maken met een lange levensduur, met zo min mogelijk milieu-impact. Het is maar één voorbeeld uit de schets van een ander Nederland. Niet als utopie, om lekker bij te dagdromen, maar om ons voorstellingsvermogen te prikkelen, bij het nadenken over twee actuele vragen: Kan het duurzamer? Kan het eerlijker? Als je het gesprek aan gaat, blijken veel consumenten ervan overtuigd dat er in hun dagelijkse

SAMENLEVING
4
499821.indd 2 11/28/2022 8:54:07 AM

keuzes nog heel wat stappen gezet kunnen worden naar een duurzamer, eerlijker leefpatroon. Maar ze voelen zich machteloos. Waar moet je beginnen? En haalt je inzet ‘in jouw klein hoekje’ wel wat uit? Het is een herkenbaar gevoel. Het is één van de redenen waarom onlangs stichting Just Enough is gestart. Het platform van betrokken burgers biedt concrete handvatten om andere keuzes te maken.

BEWEGING JUST ENOUGH

Voor de realisatie van onze doelen werken we samen met het Britse ‘Ethical Consumer’. Deze partnerorganisatie heeft in de afgelopen ruim 30 jaar een netwerk opgebouwd van 200.000 leden en doet onderzoek naar de eerlijkheid en duurzaamheid van producten. Daarbij gaat het om vragen als: Wat is de (verborgen) impact van de productie op het leefmilieu? Hoe is er omgesprongen met grondstoffen? Hebben ‘moderne slaven’ een bijdrage geleverd aan het productieproces? Zijn de rechten van mensen en dieren gerespecteerd?

We vertalen de beschikbare 40.000 productbeoordelingen naar de Nederlandse markt en verrijken de resultaten waar nodig met onze eigen gegevens. Aan de hand van de verworven kennis over de productieketens zetten we bedrijven ertoe aan om zichzelf te blijven verbeteren. Daarbij sluiten we ludieke en constructieve acties niet uit. En gezamenlijk oefenen we druk uit op overheid en politiek om productieprocessen eerlijker en duurzamer te laten maken. De naam Just verwijst naar rechtvaardigheid; Enough staat voor: genoeg; zó leven dat er genoeg is voor iedereen, binnen de grenzen van wat de aarde aankan. Samen gaan we door tot het rechtvaardig genoeg is, Just Enough.nl

CHRISTENEN

Het is een uitdagend avontuur, om kritische vragen te stellen bij de vanzelfsprekendheden van de huidige westerse samenleving, over (economische) groei, productie en prestatie, macht en status, hebben en houden.

Juist in de christelijke gemeente kennen we de geestelijke dimensie van deze levensstijl. In plaats van ‘het leven winnen’ kiezen we liever voor ‘het leven delen’. Werken om te leven in plaats van leven om te werken. Waarom zou je je bijkans burnout werken, als je ook kunt rondkomen met 80 procent van je salaris – mits je je ook consumptiepatroon eens kritisch doorlicht. Waarom zou je spullen, speelgoed, gereedschap aanschaffen, als je ze heel goed kunt delen? En is repareren niet een veel betere optie dan nieuw aanschaffen? Just Enough heeft een open platformstructuur. Iedereen kan er bijdragen aan leveren, dus beschouw dit als een uitnodiging… Volg de actuele ontwikkelingen van de organisatie via de nieuwsbrief (zie justenough.nl). En als uw gemeente graag een impuls wil geven aan de bezinning op dit terrein, nodig ons gerust uit voor een spreekbeurt.

5
499821.indd 3 11/28/2022 8:54:08 AM
dr. Matthias Olthaar, Lector Green Economics & Process Optimization aan de Stenden Hogeschool

OP HET SCHERP VAN DE SNEDE

Paul Visser en Johan Visser verzorgden samen in de Noorderkerk te Amsterdam een serie preken over het Bijbelboek Job. Deze serie preken vormden het uitgangspunt voor dit lezenswaardige boek over Job. In het boek zijn een dertigtal overdenkingen terug te vinden waarin n.a.v. van het verhaal van Job gereflecteerd wordt op het thema van geloof en lijden.

GEMEENTEWERK
6 499823.indd 2 11/28/2022 8:54:03 AM

In het boek wordt Job nauwkeurig gevolgd. Eerst is er de satan, die voor de Heer verschijnt en vrijheid vraagt om het geloof van Job op de proef te stellen. De satan wil aantonen dat wanneer Job alles kwijtraakt hij zeker God zou vervloeken. Maar niets is minder waar. Ook al verliest Job al zijn rijkdom en zelfs zijn kinderen toch vervloekt hij God niet. De satan mag zelfs nog een stap verder gaan en Job overdekken met zweren. Zo zit Job berooid van alles in het stof en tussen het vuil met een potscherf in zijn hand om zijn jeukende zweren te krabben. Ook dan vervloekt Job God niet. En ook niet als zijn vrouw aandringt om God te vervloeken en te kiezen voor de dood. Job botst met zijn vrienden, die hem komen troosten. Ze komen namelijk met verklaringen voor zijn lijden. Er moet een reden of doel zijn voor het lijden. De grote vraag is of Job trouw blijft aan God. Alles is hij kwijt, zijn lijden is onbeschrijfelijk groot en zijn verhouding met God staat onder grote druk. Zo lezen we in het boek:

‘Blijvend vertrouwen. Dat was de inzet geweest. Tussen de satan en God. Met als vraag: of Job daarin volharden zou. De uitkomst van de vuurproef is verbazingwekkend. Al ging het een –en andermaal langs de rand en gleden zijn voeten meer dan eens uit, hij is niet in de afgrond van ongeloof beland. Alle grote woorden voorbij, zegt hij alleen: ‘Zie, ik ben te gering; wat zou ik U antwoorden?’’(p.124).

LEVEN MET LIJDEN

Het boek bepaalt ons bij de onbegrijpelijkheid van het lijden dat ons mensen overkomst. De schrijvers zijn dan ook van mening dat het lijden ook voor wie gelooft niet volledig te verklaren is. Vragen zullen altijd blijven. Elk antwoord is te beperkt en schiet te kort. De schrijvers peilen de diepte van het menselijk lijden. Ze hebben oog voor de worsteling met God in het geloof. Wat ze vooral willen is in geloof zoeken naar wat houvast kan bieden. En zo, dat je

ondanks alles, het toch niet opgeeft om op God te vertrouwen terwijl alles je uit de handen glipt. Zo wordt Job iemand met wie we ons in ons lijden kunnen identificeren. Maar ook een voorbeeld om juist in de diepte, op de bodem van het bestaan, toch nog verlangend naar God uit te zien.

VECHTEN

Wanneer Job geconfronteerd wordt met zijn lijden keert hij zich niet tegen God, maar gaat wel het ‘gevecht’ aan met God. We kunnen veel leren van deze wijze van je verhouden tot God:

‘Bedenk ook dit: als je te snel wilt berusten, dan blijft het onderhuids wel gisten. Gelatenheid heet dat. En gelatenheid is geladen met een gevaarlijke springstof, die onverwachts kan exploderen als er nog een tegenslag bij komt. Want gelatenheid is nog geen overgave. Je kunt beter wat langer vechten met God dan je te snel bij je lot neerleggen. In vechten zit leven, gelatenheid is de dood in de pot.’ (p.47)

WACHTEN

Ook Job krijgt van God geen antwoord op zijn vragen over zijn lijden. Maar God komt uiteindelijk wel dichtbij Job. Een mooi gedeelte is wanneer alles is gezegd. De vrienden hebben gesproken over het waarom of het waartoe van het lijden. Job zelf heeft zijn ziel uitgestort. Dan verschijnt God in de storm. In het boek lezen we dan:

‘God spreekt nooit voor Zijn beurt. Net zomin als Hij ooit Zijn beurt voorbij laat gaan. Want als alles is gezegd en het stilvalt, steekt er een storm op en neemt Hij het woord…’ (p.111)

God spreekt, maar dat betekent ook dat je soms moet wachten. Zo lezen we:

‘Dit is denk ik uiteindelijk de weg van geloven. Wachten op het woord van God. Het verwachten van het spreken van God. Wij geloven in de Levende die

spreekt. De God die de Eerste en de Laatste is en dus ook het eerste en het laatste woord heeft. Laat Hij dan maar spreken.’ (p.106)

LEZEN

Paul Visser en Johan Visser schreven een boek dat uitnodigt om te lezen en te herlezen. Het reikt gedachten en inzichten aan om te reflecteren over het lijden en het geloof. Het is boek kan het best gelezen worden met de Bijbel bij de hand en daarin te lezen hoe de weg van Job wordt beschreven. De inhoud van het boek zet ook aan tot nadenken over de vraag wat jezelf in geloof houvast geeft wanneer het gaat stormen in je leven. Ik kan me ook goed voorstellen dat een aantal hoofdstukken er uit gekozen worden voor een serie gespreksavonden over geloof en lijden.

ds. Roberto Buijs

N.a.v.: Paul Visser en Johan Visser, Op het scherp van de snede. Praten met Job over lijden

7
en geloven, Utrecht 2022
499823.indd 3 11/28/2022 8:54:04 AM
PAUL VISSER EN JOHAN VISSER SCHREVEN EEN BOEK DAT UITNODIGT OM TE LEZEN EN TE HERLEZEN. HET REIKT GEDACHTEN EN INZICHTEN AAN OM TE REFLECTEREN OVER HET LIJDEN EN HET GELOOF. HET IS BOEK KAN HET BEST GELEZEN WORDEN MET DE BIJBEL BIJ DE HAND EN DAARIN TE LEZEN HOE DE WEG VAN JOB WORDT BESCHREVEN. DE INHOUD VAN HET BOEK ZET OOK AAN TOT NADENKEN OVER DE VRAAG WAT JEZELF IN GELOOF HOUVAST GEEFT WANNEER HET GAAT STORMEN IN JE LEVEN.

HET CONSULENTSCHAP IS NIET MEER WAT HET WAS… (2)

IN DE PROTESTANTSE KERK IN NEDERLAND

Voor de Protestantse Kerk in Nederland werd in 2004 in de ordinantie met de titel ‘Consulent en vervanging’ bepaald dat een vacante (wijk)gemeente (of een (wijk)gemeente waarvoor door andere omstandigheden dan een vacature geen predikant beschikbaar was) een consulent werd aangewezen. Dat gebeurde door het breed moderamen van de classicale vergadering of door het ringverband. (Het ringverband moet niet verward worden met de vroegere ring. Het was een modalitair bepaald geheel van gemeenten. Het moet ook niet verward worden met de huidige ring. Dat is een cluster van gemeenten dat in de meeste gevallen het gebied van de voormalige classis omvat.)

In de versie-2004 van de kerkorde is over de taak van de consulent te lezen: ‘De consulent maakt met de kerkenraad een afspraak over de te verrichten werkzaamheden. De consulent wordt uitgenodigd voor de vergaderingen van de kerkenraad en zijn moderamen en heeft in de vergaderingen van de kerkenraad en het moderamen een adviserende stem.’ En; ‘Bij het beroepen van een predikant begeleidt de consulent het beroepingswerk.’ (Het beroepen van een predikant voor een evangelisch-lutherse gemeente wordt begeleid door de president van de evangelisch-lutherse synode of door zijn plaatsvervanger, die als consulent fungeert.)

Het was vanaf 2004 dus niet meer zo dat de consulent in de vacante gemeente als ‘pastor loci’ fungeerde, zijn taak was beperkter geworden. Hij was voortaan beschikbaar voor het adviseren van de kerkenraad en het begeleiden van het beroepingswerk. Het was verder de bedoeling dat zijn werkzaamheden voor de vacante gemeente niet meer dan gemiddeld zes uur per week zouden gaan omvatten en dat die in mindering zouden komen op de arbeidstijd in de eigen (wijk)gemeente. Hij kreeg dan ook alleen een onkostenvergoeding voor zijn inzet. Alleen als er (in onderling overleg) meer tijd werd besteed aan het consulentschap, kon hij daarvoor ook betaald worden. Als het meer omvattende consulentschap vanwege ziekte (dus niet bij een langdurige vacature) langer dan zes maanden duurde, ontving de gemeente van de consulent daarvoor een vergoeding.

Sinds 2004 behoren de ‘vacaturebeurten’ tot het verleden. In de vacante ge-

meente is het een verantwoordelijkheid van de kerkenraad zelf om voorgangers voor de kerkdiensten te zoeken. De last om daarin te voorzien wordt dus niet langer mee gedragen door de predikanten (en de gemeenten) van de naburige gemeenten.

Na 2004 is er weer het een en ander veranderd. Er is een tijd geweest dat de consulent door de werkgemeenschap van predikanten of het ringverband werd aangewezen. Overigens: hij behoefde niet tot de werkgemeenschap of het ringverband te behoren, ook een beroepbaar predikant of een emeritus-predikant kon (en kan) voortaan consulent zijn, uiteraard alleen op vrijwillige basis en tegen betaling. Ook konden kerkenraden een verzoek tot het breed moderamen van de classis richten als er om een bijzondere reden behoefte aan een consulent was. Als het breed moderamen van oordeel was dat een consulent moest worden toegewezen, was het de taak van de werkgemeenschap of het ringverband om die aan te wijzen. De taken van de consulent bleven nauwkeurig omschreven: het adviseren van de kerkenraad en het begeleiden van het beroepingswerk. De zes uur per week werden in twaalf uur per maand gewijzigd. De werkzaamheden bleven in mindering komen op de arbeidstijd voor de eigen gemeente. De eerste zes maanden waren er geen kosten aan het consulentschap door een predikant uit de werkgemeenschap of het ringverband verbonden. Alleen als het langer ging duren, moest aan de gemeente van de consulent een vergoeding betaald worden.

De tijd dat de consulent door de werkgemeenschap van predikanten of het ring-

verband wordt aangewezen, is inmiddels voorbij. In ord. 4-10 staat nu dat de kerkenraad van een vacante gemeente een predikant van de kerk uitnodigt om als consulent op te treden. Dat is de regel, de standaard. Wel kan men de werkgemeenschap verzoeken om uit zijn midden een predikant voor gewone werkzaamheden als consulent aan te wijzen. Volgens de betreffende generale regeling stelt de (wijk)gemeente die haar predikant als consulent voor een andere (wijk)gemeente afstaat, hem voor maximaal twaalf uur per maand ter beschikking. Daarbij is de gemeente waarin de consulent werkzaam verplicht om daarvoor een vergoeding van de traktementslasten naar rato van de gemaakte uren aan de gemeente van de consulent te betalen, en wel meteen (dus niet na zes maanden).

Interessant is de nieuwe bepaling dat de werkzaamheden van een consulent buiten de werktijd van de eigen gemeente uitgevoerd kunnen worden, als incidentele of structurele hulpdiensten. Dan gaat het dus om een bijverdienste voor de predikant die als ‘freelancer’ optreedt. Dat bedoel ik met de ‘outsourcing’ oftewel de ‘privatisering’ van het consulentschap. We zijn hiermee ver van de aloude hervormde gedachte van solidariteit tussen gemeenten bij predikantsvacatures verwijderd – de aan de werkgemeenschap gevraagde consulent is een noodvoorziening. Was het consulentschap in het verleden uitdrukking van de oproep ‘Draagt elkanders lasten’ aan kerkenraden en gemeente, veeleer lijkt het adagium thans ‘Red uzelf’ te zijn. Dat betreur ik. Ik voeg er nog een ervaring aan toe. Dat

KERK
8
499826.indd 2 11/28/2022 8:54:02 AM

INTERESSANT IS DE NIEUWE BEPALING DAT DE WERKZAAMHEDEN VAN

EEN CONSULENT BUITEN DE WERKTIJD VAN DE EIGEN GEMEENTE UITGEVOERD KUNNEN WORDEN, ALS INCIDENTELE OF STRUCTURELE HULPDIENSTEN.

DAN GAAT HET DUS OM EEN BIJVERDIENSTE VOOR DE PREDIKANT DIE ALS ‘FREELANCER’ OPTREEDT.

DAT BEDOEL IK MET DE ‘OUTSOURCING’ OFTEWEL DE ‘PRIVATISERING’ VAN HET CONSULENTSCHAP.

WE ZIJN HIERMEE VER VAN DE ALOUDE HERVORMDE GEDACHTE VAN SOLIDARITEIT TUSSEN GEMEENTEN BIJ PREDIKANTSVACATURES

VERWIJDERD – DE AAN DE WERKGEMEENSCHAP GEVRAAGDE CONSULENT IS EEN NOODVOORZIENING

doe ik als eerste scriba van de classis Overijssel-Flevoland. Ik merk nogal eens dat consulenten weinig van hun taak maken. Zou dat te maken kunnen hebben met het feit dat die taak minder dan in het verre verleden in de bovenplaatselijke structuren van de kerk verankerd is?

dr. Jan Dirk Wassenaar

Voornamelijk ontleend aan:

P. van den Heuvel, De Hervormde Kerkorde. Een praktische toelichting (Zoetermeer 1991; 20012, herziene druk).

P. van den Heuvel (red.), De toelichting op de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland (Zoetermeer 2004; 20132, herziene uitgave).

F. Tobias Bos en Leo J. Koffeman (red.), Nieuwe toelichting op de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland (Utrecht 2019).

IN MEMORIAM –EGBERT KNOEFF

Deze keer staat mijn bijdrage in de rubriek ‘van de voorzitter’ in het teken van het heengaan van Egbert Knoeff.

Op 28 oktober overleed Egbert Arent Knoeff in de leeftijd van 80 jaar in zijn woonplaats Zwartsluis; de leeftijd van de sterken zoals hij wel eens placht te zeggen met Psalm 90. Hij werd op 15 januari 1942 in Kampen geboren; een oorlogskind. Zijn overlijden werd aangekondigd met een tekst uit de Bergrede van Jezus: Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken (Mat. 5:16 – NBG51).

De dankdienst voor zijn leven is op 3 november gehouden in de Hervormde kerk te Zwartsluis. Namens de vereniging was er vanuit het hoofdbestuur een afvaardiging aanwezig.

Nog niet zo heel lang geleden namen wij als vereniging afscheid van hem als bestuurder. In tal van verbanden was hij actief als bestuurslid van de Confessionele Vereniging, als motivator van de fusie tussen de Confessionele Vereniging en het Confessioneel Gereformeerd Beraad en als bestuurslid van de Confessionele Beweging. Met een bekend gebaar waarvoor hij dikwijls zorg droeg voor anderen die afscheid namen, namen we afscheid van hem.

Dit alles in de verwachting elkaar binnen de vereniging van tijd tot tijd te zullen ontmoeten. Hij was en bleef een verenigingsman in hart en nieren. Zijn plotselinge overlijden doet ons nu de herinneringen resten aan zijn inzet voor onze vereniging.

Onze paden binnen de vereniging kruisten elkaar voor het eerst toen hij samen met nog een bestuurslid afreisde naar Nijega

voor een bestuursfunctie in de op te richten

te

Tot die tijd was Egbert Knoeff iemand die ik van naam kende en die – voor mijn tijd – wel eens voorging in de gemeente waar ik nu sta. Bij onze kennismaking merkten we een grote mate van congenialiteit op grond waarvan wij beiden actief waren binnen de vereniging en warm werden van de verkondiging van onze Heer Jezus Christus.

Dit centrale punt in de grondslag van onze vereniging weerspiegelde het geloof van Egbert Knoeff en zijn Godsvertrouwen waarin hij is ontslapen. Na het afscheid van zijn geliefde vrouw in 2019 en de onderbrekingen door de coronapandemie hoopte hij weer volop te kunnen gaan genieten van zijn plekje in Oostenrijk waar hij en zijn vrouw altijd vele weken verbleven en waar hij actief was in het verzorgen van kerkdiensten voor Nederlandse toeristen. De kerk en de verkondiging van Jezus Christus gingen altijd mee, zogezegd. De liefde voor Christus en zijn kerk heeft Egbert Knoeff op diverse manieren gestalte gegeven, zowel in de kerk als in het maatschappelijke leven.

Bij zijn afscheid van het bestuurswerk van onze vereniging gaf hij aan dat het tijd was om plaats te maken voor een volgende generatie. Bij alle begrip voor dit besluit en de blik vooruit die daaruit sprak, gingen we ook zijn bestuurlijke ervaring en inbreng missen. Het bericht van zijn plotselinge overlijden bepaalde ons bij de voorlopigheid van dit aardse bestaan. Dankbaarheid voor de vaste grond waarin het anker van ons bestaan voor eeuwig hecht en waarvan Egbert Knoeff getuigde moge onze vereniging tezamen met gedachtenis aan hem tot zegen zijn.

dr. Jurrien Mol, voorzitter

VAN DE VOORZITTER
om mij polsen stichting Schrift en Belijden.
9
499826.indd 3 11/28/2022 8:54:02 AM

WETENSCHAP EEN BEDREIGING VOOR DE GEREFORMEERDE TRADITIE?

In de kerken van de reformatie zijn predikambt en opleiding nauw met elkaar verbonden. De reformatoren Maarten Luther en Johannes Calvijn hadden zelf een duidelijk intellectuele belangstelling. Hun theologie ontwikkelden zij langs de lijnen van de toenmalige wetenschap. In de eeuwen die volgden is de protestantse theologie vaak academische discussies gevolgd.

Vanuit dat perspectief las ik in het Reformatorisch Dagblad van 18 november met enige verbazing het pleidooi van dr. M. Klaassen e.a. voor ‘een gelovig, bijbels en daadkrachtig antwoord’ op de wetenschap. Ik noem hier alleen de naam van Klaassen omdat hij, zover ik weet, de enige in dit gezelschap is die afkomstig is uit onze Protestantse kerk.

Hoewel ik het niet met het pleidooi voor een antwoord op de wetenschap eens ben, vind ik het wel een interessante stellingname. De laatste twee eeuwen is de traditionele christelijke voorstellingswereld inderdaad steeds verder verwijderd geraakt van de huidige wetenschappelijke visie op de werkelijkheid. Dat hier spanning gevoeld wordt, is begrijpelijk. Ik wil daarom het pleidooi van Klaassen welwillend overwegen. Kan de kerk buiten wetenschappelijke beschouwingen?

TWEESPORENBELEID

In de geschiedenis van de kerk is er altijd een tweesporenbeleid geweest wanneer het ging om aanpassing aan de intellectuele wereld buiten de kerk. Aan de ene kant was er het verhaal van Paulus op de Areopagus en aan de andere kant was er de uitspraak van Jezus: ‘Ik loof U, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat U deze dingen voor wijzen en verstandigen verborgen hebt gehouden, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld’ (Matteüs 11:25). De apologeten vanaf de tweede eeuw gingen duidelijk de confrontatie met de intellectuele elite aan. In hun spoor volgden bijna alle theologen die niet altijd met de bestrijders van buiten bezig waren, maar het geloof wel beschreven volgens de denklijnen van hun tijd. De volksvroomheid kon hele andere sporen volgen. Maar helaas is die minder goed overgeleverd.

MIDDELEEUWEN EN REFORMATIE

In de latere middeleeuwen ontstond de

behoefte het christelijk geloof systematisch rationeel te doordenken. We kunnen hier denken aan Anselmus van Canterbury (1033-1109) en Thomas van Aquino (1225-1274). Het christendom werd een kloppend systeem.

Niet geheel toevallig verscheen in die tijd ook de universiteit op het toneel. De theologie werd een universitaire discipline.

Nu was wetenschap aan een middeleeuwse universiteit iets totaal anders dan wetenschap in onze tijd. Wetenschap baseerde zich op de bijbel, de kerkvaders, andere oude overleveringen en de menselijke logica. Wetenschappelijke argumenten waren dus vooral uiteenzettingen waarin oude bewijsteksten in logisch verband werden gepresenteerd. Eigen empirisch onderzoek vond niet of nauwelijks plaats.

De reformatie heeft deze manier van wetenschapsbeoefening niet echt blijvend beïnvloed. De gereformeerde scholastiek was vooral een voortzetting van het middeleeuwse denken. Een radicale verandering van dit denken vindt pas plaats in het midden van de negentiende eeuw. Vanaf toen was niet

meer de logica, maar empirisch onderzoek uitgangspunt voor wetenschappelijk onderzoek. Natuurlijk waren er in de eeuwen daarvoor wel steeds kleine aanzetten geweest die deze omwenteling mogelijk hadden gemaakt. Maar de grote lijn was toch dat tot de eerste helft van de negentiende eeuw het denken tot aanvaardbare wetenschappelijke resultaten leidde.

MODERNE WETENSCHAP

Vanaf het midden van de negentiende eeuw kwam alles op wat Klaassen verafschuwt: moderne bijbelkritiek, een relativerend historisch denken en een seculier wetenschapsideaal. Het idealisme van het begin van de negentiende eeuw werd vervangen door het empirisme. Wetenschappelijke bevindingen moesten controleerbaar zijn. In het Nederlandse protestantisme zien we verschillende reacties op deze veranderde wetenschap. Het modernisme aanvaardt de nieuwe wetenschappelijke inzichten en reduceert het geloof tot wat nog acceptabel is. De ethische theologie gaat het gesprek aan. Veel gereformeerden, waaronder Abraham

THEOLOGIE
10
499842.indd 2 11/28/2022 8:54:03 AM
dr. M. Klaassen.

Kuyper (1837-1920), nemen de agenda van de moderne wetenschap over maar willen de empirische gegevens anders interpreteren.

Er waren echter ook gereformeerden die een andere kant op gingen. Zij bleven trouw aan de wetenschapsbeoefening zoals die voor 1850 aan de universiteiten gangbaar was. Hierbij kan men denken aan de Stichting Gereformeerd Erfgoed en aan de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten in Rotterdam.

THEOLOGIE IS GEEN WISKUNDE

Dr. M. Klaassen lijkt nu als een van de

weinigen in de Protestantse kerk voor deze laatste lijn te pleiten. Theologische wetenschap kijkt niet naar een historische context, bespeurt geen ontwikkeling in geloofsvoorstellingen, maar zoekt slechts de eeuwige (en daarmee tijdloze) waarheid. Theologische afwegingen vinden dan ook niet plaats in de tijd, maar in de eeuwigheid. Als gedachtenexperiment kan het mij boeien. Maar het kan mij niet overtuigen. Theologie is geen wiskunde.

Voor mij begint de theologie met de gedachte dat het Woord vlees geworden is. God heeft zijn naam in onze historische werkelijkheid willen schrijven.

Daarmee reist dat Woord ook door veranderende tijden mee. Een consequentie daarvan is dat een zelfde woord in een andere tijd een andere betekenis heeft. Hermeneutische discussies zijn daarom voor theologen onvermijdelijk. Ondertussen begrijp ik wel iets van de weerzin van Klaassen. Met geloven ben je nooit klaar. Je moet steeds weer opnieuw beginnen met luisteren.

dr. Wim de Ruyter

Wim de Ruyter is als predikant verbonden aan de Protestantse Gemeente van Maasland

11
499842.indd 3 11/28/2022 8:54:04 AM

DE VREUGDE VAN DE VERKIEZING

Sommige mensen kun je je niet oud voorstellen en dat geldt ook voor John van Eck. Toch valt het niet te ontkennen dat hij 70 jaar is geworden. Om dat te markeren is een flink aantal artikelen van de jubilaris samengesteld en in een bundel bijeengebracht onder de

verkiezing.

Ik ken John vanaf de tijd dat hij en ik lid werden van het theologisch dispuut Voetius. Van de inwijdingsceremonie herinner ik me niets meer. Wel dat we na afloop ik meen in een kelder terecht kwamen waar een piano stond. John ging erachter zitten en rammelde er een populair lied uit, dat ik niet kende maar wat tot mijn verbazing door een aantal echt wel stevige Voetianen werd meegezongen. John was sowieso een bijzondere vogel in de kooi want hij was gepromoveerd classicus. En wat zijn verrichtingen aan de piano betreft, na zijn actieve loopbaan als krijgsmachtspredikant is hij lessen compositie gaan volgen aan het conservatorium. Daartussen ligt dus zijn werkzame leven als krijgsmachtpredikant. In de loop van de jaren heeft John veel geschreven en gesproken. De bundel die nu is uitgekomen, is daar een selectie van.

Zoals de subtitel duidelijk maakt, de inhoud van het geheel draait om de uitverkiezing. Misschien is dat niet de eerste associatie die je maakt bij een krijgsmachtspredikant. Een binnenkerkelijker thema lijkt er niet te zijn. Maar dat is volgens Van Eck nu juist het misverstand. De uitverkiezing van God is nu juist zo wijd als de wereld en zo ruim als de mensheid. Dat vraagt wel enige toelichting.

TREKGAT

Vaak wordt met enig afgrijzen richting de synode van Dordt gekeken, en vooral vanwege de Dordtse Leerregels. Die zouden verantwoordelijk zijn voor een sfeer van angst en zorg over de eigen uitverkiezing en mensen ervan weerhouden in te gaan op de welgemeende uitnodiging om tot Jezus te komen. Van Eck is op de hoogte van deze afslag en kent deze van nabij. In de artikelen die expliciet over de Leerregels

‘Het mooiste, dat wat je leven ten diepste bepaalt, het beslissende, dat overkómt je.’

De uitverkiezing staat hoog genoteerd op het lijstje versmade theologische thema’s. Het leerstuk gaf niet alleen aanleiding tot kerkelijke strijd, het hinderde ook velen in het geloven. De meeste mensen zijn blij dat je er in de 21e eeuw weinig meer over hoort. Maar daar denkt theoloog John van Eck anders over. Het spreken over de predestinatie mag dan ‘uit’ zijn, voor de goede verstaander is het thema nog altijd ‘in’. Vandaar dat Van Eck ter gelegenheid van zijn 70e verjaardag op verzoek een bundel samenstelde met artikelen en preken die hij er in de afgelopen decennia over schreef. Ze vormen een gloedvol getuigenis van de verkiezing, die een glans legt over het gewone leven.

Dr. John van Eck is classicus en theoloog. Van 1981 tot 2008 was hij werkzaam als legerpredikant. Hij publiceerde op het gebied van gereformeerd belijden en exegese Nieuwe Testament.

RECENSIE
titel Dobberen op de genade, de vreugde van de Het betreft een samenstel van preken, artikeltjes en delen uit eerder gepubliceerde boeken van zijn hand.
9 789493 291119 > NUR 700 ISBN 978 94 932 9111 9
Dr. J. van Eck DOBBEREN OP DE GENADE
BOdobberen.indd 1 12 499845.indd 2 11/28/2022 8:54:06 AM

gaan, bestrijdt hij deze interpretatie echter te vuur en te zwaard. Als er al sprake is van een uitverkiezing in een soort achterkamertje van een goddelijk raadsbesluit, dan kom je dat eerder bij Calvijn tegen dan bij Dordt (al dat dat geen recht aan de héle Calvijn). De sfeer van bekommerde zielen die een heel leven lang om de vraag blijven tollen of ze uitverkoren zijn, is strijdig

met teneur en inhoud van Dordt. Ik denk dat Van Eck gelijk heeft, al blijft de vraag overeind of, zoals Dordt stelt, God ook besloten heeft om mensen niet te verkiezen (want dat is de vorm die de verwerping aanneemt), en dat zonder nadere reden of oorzaak. Hoezeer Dordt een exegese van het evangelie van Gods welbehagen wil zijn en ook is, ergens blijft er toch een

verontrustend trekgat bestaan dat in bepaalde situaties vat kan krijgen op mensen.

TOEVALLIGE ONTMOETINGEN

DOBBEREN OP DE GENADE DE VREUGDE VAN DE VERKIEZING

Nu doet Van Eck méér dan het bestrijden van een misvatting en het openleggen van de ware intenties van Dordt. Voor hem is de verkiezing van God de onmisbare hoge achtergrond van zijn werk als legerpredikant. God kiest uit welbehagen en gaat daarin voorbij aan onderscheidingen, die vooral de vrome mens maakt. Er is een directe lijn van Gods wil en welbehagen en de wereld. Alle pogingen om deze wil en dit welbehagen te dempen en in te wikkelen in het kerkelijk garen van een incrowd, wordt de pas afgesneden. Die verkiezing van God heeft daarbij zijn eigen voorkeuren, waarbij het de arme, geringe en verlegen mensen zijn die in de lichtkring van Gods genade komen te staan. De vruchten van deze verkiezing van God, zoals daar zijn bescheidenheid, hulpvaardigheid, menselijkheid, ook al staan ze voor de betreffende mensen niet altijd expliciet op naam van Christus en de Geest, doemen voor Van Eck op in soms toevallige ontmoetingen en gesprekken met mensen die hij als legerpredikant tegenkomt. In het spoor van vooral Noordmans ziet hij zo sporen van een werkzame God, midden in de wereld. Passages waarin dat oplicht, vormen het hoogtepunt van deze bundel.

God kiest. Gelukkig, zo zeggen we met Van Eck. Die wil van God is een hevel die de wereld uit de ellende wrikt. Zonder een willende en kiezende God valt het leven op zichzelf terug. Wellicht is God dan nog een fluïdum dat alles en ieder omgeeft en doordringt, maar met dat al drijven we dan hooguit richting een Nirvana. Alleen door een verkiezende God horen we van de vergeving van de zonden, de wederopstanding van het lichaam en het eeuwige leven. Dat ons te binnen brengen is de waardevolle betekenis van Dobberen op de genade.

dr. Arjan Plaisier, Amersfoort

Naar aanleiding van Dobberen op de genade; de vreugde van de verkiezing, uitgeverij Brevier, Kampen, 192 pag. € 19,99.

11-10-2022 18:38 13
DE GENADE
499845.indd 3 11/28/2022 8:54:06 AM

PRESTATIESAMENLEVING: VOLG JE DROOM!

Keer op keer hoor je het: we leven met teveel stress. Maar waardoor komt dat eigenlijk? En wat kunnen we als christenen er tegenover zetten? Een zoektocht met jonge mensen naar hun roeping.

In de afgelopen jaren is er veel gesproken over de zogenoemde ‘prestatiesamenleving’. In het kort betekent het dat jongere generaties zich ‘gedwongen’ voelen om goede cijfers te halen, veel bijbaantjes te hebben en allerlei andere ervaringen op te doen buiten hun studie. Dit doen ze zodat ze meer kans hebben op een baan, want alleen een studie is niet meer genoeg, zo wordt vaak gedacht.

Maar ik vraag me af of het voor deze jongere generaties, de tieners en twintigers van nu, wel gaat over presteren. Vanuit mijn ervaring denk ik namelijk dat de twijfel van deze jongeren gaat over het willen weten wat je wil presteren. Oftewel: veel van mijn leeftijdsgenoten zoeken naar hun droom, hun roeping.

Een voorbeeld hiervan is het filmpje op YouTube, getiteld ’70 mensen van 5-75 jaar geven advies voor iemand die jonger is dan zijzelf’. Veel ouderen geven een advies dat lijkt op: volg je hart, doe wat je wilt, ga je droom achterna. Toen ik het filmpje bekeek, werd ik gedwongen om te bedenken wat mijn droom eigenlijk is. En of ik die aan het najagen ben. Want uit dit filmpje blijkt dat doen wat je ten diepste echt wil doen het beste is. Dat is het mooiste wat je in het leven kan bereiken. En juist dat geeft stress.

WAT IS JE ROEPING?

Dat merkte ik bijvoorbeeld in de tienergroep waar ik tijdens mijn studie leiding aan gaf. Jongens en meiden tussen de twaalf en zestien jaar hadden het vaak over wat ze wilden worden. Ze wilden eigenlijk graag zeker weten wat hun droom was, zodat ze in die extra activiteiten naast school en studie zich alvast konden voorbereiden. Dan zou hun droom uit kunnen komen! Wij als leiding zeiden dan weleens tegen hen

dat ze best rustig aan konden doen. Wij wisten op die leeftijd echt ook niet wat we wilden worden (of niet eens wat we wilden studeren) en toch kwam het goed.

In de ethiek is er de laatste jaren ook een discussie over de relatie tussen roeping en werk. Veel populaire schrijvers zien in navolging van Luther dat een christen geroepen is tot zijn of haar werk, wat dat ook precies is. Want daar waar jouw talent en de nood van de wereld samenkomen, daar is jouw plek.

Maar er zijn ook auteurs die daar kritisch over zijn. Want als het goede leven draait om je werk, welke plek is er dan nog voor arbeidsongeschikten?

Of voor mensen die werk doen dat ze zelf als zinloos ervaren (iets wat vaak het geval is)? Je roeping is volgens hen juist dat wat je naast je werk doet, zoals contacten met familie en vrienden of vrijwilligerswerk.

HET BESTE IN HET LEVEN Misschien is het probleem dus niet dat jongeren moeten presteren, maar dat ze moeten weten wat ze willen. Want op Instagram zie je de mooie foto’s voorbij komen van mensen die een betere keuze lijken te hebben gemaakt dan jij. En dan komt de stress: ik wil ook het beste maken van mijn leven! Ik denk dat we als kerk een plek kunnen en moeten zijn waarin we juist tegen die stress ingaan. Waarin we mensen waarderen zoals ze zijn en met de gewone dingen die ze doen. Zoals Matthijn Buwalda zingt in zijn liedje ‘Wacht maar af’: Ligt de lat weer veel te hoog? / Loop er dan lachend onderdoor / Wie heeft gezegd dat je erover moet? Maar neem hun zoektocht wel serieus! Het is niet zomaar een egoïstische begeerte om het beste uit jezelf te halen. Het is namelijk net zo goed een waardevol verlangen naar erbij horen, het is de wil om iets bij te dragen in deze wereld. Alleen in een tijd met veel nutteloze banen wordt het steeds onduidelijker hoe je jouw talenten goed kunt inzetten. En dan mag de kerk een vrijplaats bieden!

GELOOF
14
499849.indd 1 11/28/2022 8:54:11 AM

PASTORAAL DIACONAAL CENTRUM de Herberg

Pleisterplaats

Rust en herstel Verdieping en perspectief Structuur en pastoraat

Inhoudsopgave

01 opening - Advent 2022: paars en troost ds. Dirk van Duijvenbode 02 hoofdartikel - Engelen zonder vleugels ds. Wim Scheltens 03 meditatie - Lichttherapie ds. Hubrecht Kink 04 samenleving - Het kan eerlijk en duurzaam dr. Matthias Olthaar 06 gemeentewerk - Op het scherp van de snede ds. Roberto Buijs 08 kerk - Over het consulentschap (deel 2) dr. Jan Dirk Wassenaar 09 van de voorzitter - In memoriam – Egbert Knoeff dr. Jurrien Mol 10 theologie - Is de wetenschap een bedreiging? dr. Wim de Ruyter 12 recensie - Dobberen op de genade dr. Arjan Plaisier 14 geloof - Prestatiesamenleving: volg je droom! ds. Mart Jan Luteijn 15 colofon

REDACTIE

Het bestuur van de Stichting tot Verspreiding van de Confessionele Beginselen is verantwoordelijk voor het verschijnen van het blad Confessioneel–Credo. Voorzitter van de stichting is dr. Jan Dirk Wassenaar.

Het algemene e-mailadres voor het aanleveren van kopij is: redactieconfessioneel@gmail.com of dirkvanduijvenbode1965@gmail.com

HOOFDREDACTEUR ds. Arien Treuren

EINDREDACTEUR ds. Dirk van Duijvenbode Koning Willem III weg 16 C 3151 HJ Hoek van Holland Tel. 06 - 20628184

DEELREDACTIES

Wereldwijd: ds. Hans van Dalen Geloof: ds. Arien Treuren, ds. Mart Jan Luteyn Theologie: dr. Wim de Bruin Vertel het maar: ds. Dick Westerneng Kerk: dr. Jan Dirk Wassenaar Samenleving: dr. Jacques Schenderling Gemeentewerk: ds. Roberto Buijs Cultuur: ds. Annelieke Warnar ds. Robert-Jan van Amstel Themanummers: ds. Robert-Jan van Amstel, ds. Diemer de Jong, ds. Dick Westerneng, ds. Wim Scheltens Varia, persberichten en eindredactie: ds. Dirk van Duijvenbode Vaste medewerkers: dr. Wim de Bruin, drs. Fred Cupido dr. Wim de Ruyter, dr. Peter Verbaan

UITGEVER, ABONNEMENTEN  EN BEZORGING BDUvakmedia Postbus 67 3770 AB Barneveld tel. 0342-494911 – fax 0432-494299 abonneeservice@bdu.nl

Opgave advertenties: Roel Abraham, tel. 06-54274244  e-mail: r.abraham@bdu.nl

BEROEPINGSWERK

BEROEPEN TE:

Zijderveld(herv.), B.M. v.d. Bosch, Linschoten(herv.). Nunspeet(herv., Dorpskerk), J.J. ten Brinke, Oud-Beijerland(herv.). Moordrecht(Bethel) en Kampen(herv., Broederkerk), W.C. Polinder, Putten(herv.).

AANGENOMEN NAAR:

Hardenberg(Heemse), G. Rohaan, De Krim(prot.) en G.G. Rohaan- v.d. Kamp, Bergentheim(prot.).

Nijkerkerveen(Eben-Haezer), I. de Graaf, Katwijk.

Ede(herv., Oude kerk), J.C. Breugem, Boven-Hardinxveld(herv.).

BEDANKT VOOR:

Yerseke(herv., Rehoboth), J.J. ten Brinke, Oud-Beijerland(herv.). Waddinxveen( herv., wijk Oost), J.C. Breugem, Boven-Hardinxveld(herv.).

Kosten abonnement bij vooruitbetaling: Jaarabonnement € 79,70 Halfjaarabonnement € 45,30 Kwartaalabonnement € 28,00 Buitenland, jaarabonnement € 127,10 Jaarabonnement student € 43,45

Opzeggingen: Het abonnement wordt na de overeengekomen periode automatisch verlengd. Na deze abonnementsperiode is het abonnement per maand opzegbaar.

Deze uitgave is beschikbaar in gesproken vorm op daisy cd-rom voor mensen met een leesbeperking: CBB, Ermelo: tel. 0341-565477, klantenservice@cbb.nl

COLOFON 15
225
www.pdcdeherberg.nl 026 33 42
Liefdevolle aandacht voor mensen die te maken hebben met bijv. spanning en uitputting. ------------------------------------------------------------- Advertentie ------------------------------------------------------------499853.indd 1 11/28/2022 8:54:10 AM

als je kunt bungelen

Je blijft niet slungelen

Als het buiten leuk is, blijf je niet binnen. Daarom helpt Jantje Beton kinderen om hun eigen buurt weer leuk te maken. Want buitenspelen is essentieel voor de gezonde ontwikkeling van een kind. Help ook mee! Kijk op www.jantjebeton.nl.

Haal het kind naar buiten!

JAN13012-02_adv_A4 staand.indd 4 18-03-14 07:55 499864.indd 1 11/28/2022 8:54:19 AM

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.