CONFESSIONEEL
Thema: Als het Pasen wordt
pag 4 Het ware paaslam is geslacht pag 5 Kruispunt Golgotha pag 8 Stille zaterdag 135e jaargang 6 april 2023 nr. 7
CREDO 533162.indd 1 4/3/2023 9:27:56 AM
Dit jaar zal met Pasen mij deze bijkomstigheid bezighouden: dat Petrus en Johannes de vrouwen zo serieus nemen, dat ze op een holletje naar het open graf gaan. Let wel: twee mannen nemen drie vrouwen serieus. En zo ontrolt de Eerste Paasdag zich in alle verwondering. Daar begint het mee: met elkaar serieus nemen. Om in dat licht te zien, hoe God ons serieus neemt, als Hij ons leven wil bestendigen.
In dit nummer gaat het over de onrust als het Pasen wordt: als de vrouwen op weg gaan, Johannes en Petrus rennen voor hun leven en Emmaüsgangers hun hoop en verwarring tonen en later hun hart voelen branden, achterna… Johann Sebastian Bach jut ons ook nog op met de opening van zijn Paasoratorium:
Kommt, eilet und laufet, ihr flüchtigen Füße, erreichet die Höhle, die Jesum bedeckt. Lachen und Scherzenbegleitet die Herzen; denn unser Heil ist auferweckt.
In de column laten we ons gidsen door
Arent de Gelder over wat er in Getsemane gaande is. Omdat het laatste avondmaal gaat over brood en wijn, verwijzend naar Jezus, is er een meditatief artikel over Lied 618 met als kern ‘Het ware paaslam is geslacht’. Keimpe Dijk kijkt nog eens goed naar wat er op Golgotha gebeurt. Robert-Jan van Amstel heeft een bijzonder schilderij van Rogier van der Weyden gezien, getiteld Pieta. En Gerco Lock vertelt over een schilderij van Hans Holbein de Jonge. Zo hebben we twee artikelen over de stille zaterdag: over stilte en leegte.
Er is aandacht voor Petrus en Johannes die op de Eerste Paasmorgen een sprintje trekken. Diemer de Jong observeert de Emmaüsgangers. Peter Verbaan ziet onder ogen wat hoop is, waarover de Emmaüsgangers zo veelzeggend hebben gesproken. Er gebeurt wel wat, als het Pasen wordt.
Dick Westerneng ziet bij Mozes al trekken van het Paasgebeuren.
Jan Dirk Wassenaar heeft twee kerkliederen op het oog, die ons laten vertellen wat we wel en niet mogen belijden
over het lijden en de opstanding van Christus. Er zijn twee gedichten van Jaap Zijlstra, waarvan er één ook goed te zingen is. In de kroniek gaat het over redeneringen en opvattingen, meningen en gedachtegangen. Hoe zingt het lied van Ad den Besten ook weer: “Sta op! Een morgen ongedacht, Gods dag is aangebroken, er is in een bewogen nacht een nieuwe lente ontloken.” Prachtig, zoals ook Paulus haast een conclusie trekt in dat bijzondere hoofdstuk 1 Korintiërs 15 over de opstanding: “laten we God danken, die ons de overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus. Kortom, geliefde broeders en zusters, wees standvastig en onwankelbaar en zet u altijd volledig in voor het werk van de Heer, in het besef dat de inspanningen die u voor de Heer verricht, nooit tevergeefs zijn.” Hier ontvouwt zich de diepe zin van het leven. Zoals Ad den Besten dat aangeeft op zijn manier: “Keerde de Heer der schepping weer, dan is het tevergeefs niet meer te bloeien en te minnen.”
ds. Wim Scheltens
INHOUDSOPGAVE 02 TER INLEIDING EN INHOUDSOPGAVE DS. WIM SCHELTENS 03 VURIG BEGEERD EN TOCH IN SLAAP GESUKKELD (COLUMN) DS. WIM SCHELTENS 04 HET WARE PAASLAM IS GESLACHT DR. JAN DIRK WASSENAAR 05 KRUISPUNT GOLGOTHA DS. KEIMPE DIJK 06 OM STIL VAN TE WORDEN DS. ROBERT-JAN VAN AMSTEL 08 STILLE ZATERDAG DS. GERCO LOCK 09 PAASLIED (GEDICHT) JAAP ZIJLSTRA 10 DE HEER IS WAARLIJK OPGESTAAN DS. WIM SCHELTENS 12 RETOURTJE JERUZALEM - EMMAÜS DS. DIEMER DE JONG 14 DE GOD DIE ONS HOOP GEEFT DR. PETER VERBAAN 15 THOMAS (GEDICHT) JAAP ZIJLSTRA 16 PASEN EN DE RIETZEE DS. DICK WESTERNENG 17 ANTI-JOODSE UITLATING UIT TWENTS PAASLIED GESCHRAPT DR. JAN DIRK WASSENAAR 18 KRONIEK DS. WIM SCHELTENS 1. RAAD VAN KERKEN EN ISRAËL 2. DANIËL DE WAELE OVER GELOOF 3. VERKIEZINGSUITSLAG PROVINCIALE STATEN 4. WAT IS ER AAN DE HAND IN ISRAËL? 5. PAASSTEMMING 22 HOE BEREIK JE GOD (JEUGDRUBRIEK) DS. PIET ROZEBOOM
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
2
TER INLEIDING
533199.indd 1 4/3/2023 9:27:47 AM
VURIG BEGEERD EN TOCH IN SLAAP GESUKKELD
Enkele musea hebben na de coronatijd flink uitgepakt met prachtige tentoonstellingen. In het Mauritshuis The Frick Collection uit New York, in het Rijksmuseum werken van Vermeer en in de Hermitage aan de Amstel een deel van de Leidse Collectie uit New York. Uit die laatste expositie heb ik de herinnering aan Arent de Gelder meegenomen over Jezus in Getsemane.
Ik denk: misschien helpt Pasen ons wel om te komen uit je eigen bubbel en je eigen comfort-zone. Omdat er dingen gebeuren die volstrekt anders zijn dan je zou denken en verwachten.
Zo hoor ik Jezus zeggen: “Ik heb vurig begeerd dit Pascha met u te eten.” Vurig begeerd – dat klinkt indrukwekkend. ‘Er hevig naar verlangd’ heeft de vertaling NBV21. ‘Vurig begeerd klinkt indrukwekkender. We hebben immers van jongs af aan geleerd: je mag niet begeren, niet begeren uws naasten huis en uws naasten vrouw, niet begeren het speelgoed van de ander of de brommer van de ander. Dat wist je wel: je mag niet begeren. En Jezus zegt hier, dat Hij wel begeert. Grappig is dat hè, die nuance – o, dat is zo leuk in de kerk en in het Evangelie van Jezus Christus, de nuance, dus niet zwart/wit, maar dat het ook ’s een keer anders is.
Dat ‘vurig begeerd’ is ergens een kenmerk van het begin van het Paasfeest. En ook die andere uitspraak van Jezus: “Kun je niet één uur met Mij waken?” Dat markeert ook het begin van Pasen. Het is ergens wel een beetje een desillusie. Je bent leerling van Jezus, je staat er met je neus boven op – wij moeten het allemaal van horen zeggen hebben. Zij staan er met de neus bovenop. En dat ze het verwijt krijgen, want dat is eigenlijk min of meer een verwijt: kun je nu niet even wakker blijven? Kun je niet één uur met Mij waken? Moet je begrijpen: zo ben je betrokken bij Jezus, zo dichtbij en dan krijg je dat verwijt, dat je in slaap sukkelt. Ja, dat zijn moeilijke dingen.
Ergens is dat dus een afknapper. Maar nu is het goed om te zien, dat dit te maken heeft met het geheel. Namelijk, dat als je in de spiegel kijkt en let op de mensen, dan valt het wel eens tegen. En daar moet je ook weer niet van onderste boven vallen, want wij zijn niet volmaakt.
Arent de Gelder heeft de ontmoeting van de engel met Jezus in Getsemane zo mooi geschilderd: die ontmoeting krijgt alle aandacht, in het volle licht: hoe de engel Jezus kracht geeft. De leerlingen van Jezus zie je nauwelijks. Het ontgaat hen ook helemaal. Ze zien niks van die engel. Ze zijn in slaap gesukkeld. Lukas vertelt er nog mild bij: uit verdriet. Ondertussen schildert De Gelder zo, dat je ontdekt: soms gebeurt er iets wat ik niet zie of zien kan, maar wat er wel is, wel gebeurt. En De Gelder schildert zo, alsof hij ons bij wil praten over de dingen die wij zomaar over het hoofd kunnen zien. Goede Paasdagen gewenst en misschien word je wel op Pasen bijgepraat over dingen waar je niet aan gedacht hebt.
ds. Wim Scheltens
COLUMN
3 533273.indd 1 4/3/2023 9:27:58 AM
HET WARE PAASLAM IS GESLACHT
In de ene gemeente wordt het Heilig Avondmaal op Witte Donderdag gevierd, in de andere op Goede Vrijdag. In het eerste geval komt het verband met het joodse pesachfeest duidelijker tot uitdrukking dan in het andere.
De evangelisten Matteüs, Marcus en Lucas beschrijven het laatste avondmaal van Jezus met Zijn leerlingen als een sederviering, het begin van het pesachfeest. Die viering gaat terug op wat in Exodus 12 met het oog op de uittocht van de Israëlieten uit Egypte wordt beschreven. Daar lezen we het volgende voorschrift: ‘Eet dan zeven dagen lang ongedesemd brood, en verwijder meteen op de eerste dag alle zuurdesem uit jullie huizen (…)’ Het ongedesemde brood zou voortaan herinneren aan de haast waarmee de Israëlieten uit Egypte waren vertrokken. In Exodus 12 wordt ook nog verteld dat ze voorafgaande aan hun vertrek een lam moesten slachten en het bloed daarvan aan hun deurposten dienden te strijken. Opmerkelijk is, dat Matteüs, Marcus en Lucas bij hun beschrijving van het laatste avondmaal geen gewag maken van het paaslam. Daarmee suggereren ze dat ze Jezus zelf als het paaslam zien. In die lijn gaat de evangelist Johannes verder wanneer hij laat weten dat de kruisiging op de dag van de sederviering viel. Alle vier evangelisten vermelden dus op hun wijze dat naar hun mening Jezus het paaslam is. De Reformator Maarten Luther heeft het verband met het pesachfeest heel mooi verwoord in een paaslied, waarvan een couplet luidt:
Het ware paaslam is geslacht en zonder klacht gestorven, de offerande is gebracht, de vrede is verworven.
Aan de deurpost spreekt het bloed ons van genade, God is goed, zijn dag licht aan, zingt vrolijk halleluja.
(Lied 618: 5, vgl. Gezang 203: 5)
Luther heeft die gedachte trouwens niet van zichzelf. Die komt namelijk al voor bij de apostel Paulus. In 1 Korintiërs
5: 6-8 schrijft hij: ‘U hebt geen enkele reden om zo zelfvoldaan te zijn. Weet u niet dat al een beetje desem het hele deeg zuur maakt? Doe de oude desem weg en wees als nieuw deeg. U bent immers als ongedesemd brood omdat ons pesachlam, Christus, is geslacht.
DOOR GIST WORDT BROOD SNELLER OUD. WELNU, DE ISRAËLIETEN MOESTEN ALS EEN NIEUW VOLK UIT EGYPTE VERTREKKEN, EN DAAROM DIENDE ALLES WAT TOT BEDERF ZOU KUNNEN LEIDEN – ZOWEL IN LETTERLIJKE, FEITELIJKE ALS IN FIGUURLIJKE, GEESTELIJKE ZIN – WORDEN VERMEDEN
Laten we daarom het feest niet vieren met de oude desem van kwaad en ontucht, maar met het ongedesemde brood van reinheid en waarheid.’ In dit gedeelte zien we dat gist symbool is voor bederf. Door gist wordt brood sneller oud. Welnu, de Israëlieten moesten als een nieuw volk uit Egypte vertrekken, en daarom diende alles wat tot bederf zou kunnen leiden – zowel in letterlijke, feitelijke als in figuurlijke, geestelijke zin –worden vermeden. Die morele, ethische toepassing neemt Paulus op zijn manier over. Met het oog daarop geldt: wie op Witte Donderdag of Goede Vrijdag het brood eet en de wijn drinkt, zal – levend uit het volbrachte werk van Jezus Christus – proberen ‘in nieuwheid des levens’ te wandelen. Zoals het laatste vers van Lied 618 / Gezang 203 zegt:
Het heilig feestmaal van het Lam verhoogt de vreugd van Pasen. Het oude zuurdeeg, doe het weg, wij zijn in Hem herschapen. Christus wil de maaltijd zijn, Hij voedt de ziel met brood en wijn, wij delen in zijn leven, halleluja.
dr. Jan Dirk Wassenaar
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
4
533360.indd 1 4/3/2023 9:27:48 AM
KRUISPUNT GOLGOTHA
Op weg naar Pasen lijkt het me zinvol om eens nader stil te staan bij waar het toen eigenlijk om ging. Stelt men de vraag wat men zich zoal voorstelt wat nu eigenlijk de betekenis van het gebeuren op Golgotha is, dan komen er dingen naar boven waarvan het toch wel goed is om die onder de loep te nemen. Om een voorbeeld te noemen: ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er niet weinigen zijn die ervan uitgaan dat de Here God eerst bloed wilde zien voordat het tot verzoening zou komen. Men spreekt dan ook wel van het offer dat Christus bracht; ‘het heeft zijn bloed gekost’, zingen we; er moest een schuld betaald worden; verzoening door voldoening heet dat. Ik meen dat je zodoende tekort doet aan de betekenis van dood en opstanding van Jezus.
Het is met name de brief aan de Hebreeën waarin gesteld wordt dat Jezus met het offer van zijn bloed verzoening heeft bewerkstelligd. Zonder bloed geen vergeving. Hebr. 9:22. Het hele betoog van de schrijver van genoemde brief moet gelezen worden in het licht van de offerwetgeving waaraan een groot deel van het boek Leviticus gewijd is. Maar er is een tekst in het boek Jeremia waar die hele offerwetgeving onderuit wordt gehaald, te weten in hoofdstuk 7:22 waarin staat dat God nooit die offers voorgeschreven heeft. Dat is natuurlijk nogal wat. Bovendien lezen we bij herhaling zowel in Oude als Nieuwe Testament dat God die offers helemaal niet wil; Hij wil het hart van de mensen, Hij wil barmhartigheid en dat men zijn wil doet. Het is overigens curieus dat al voordat Israël de offers krijgt voorgeschreven in Leviticus al in Genesis 3 sprake is van offers die gebracht worden, door Kaïn en Abel. Merkwaardig is dat men zich wel heeft afgevraagd waar Kaïn zijn vrouw vandaan haalde maar niet hoe hij en Abel op het idee kwamen om offers te brengen. Welnu, alom werden offers gebracht; Israël neemt die gewoonte over maar geeft er een eigen invulling aan. Eventueel is de actie van de offerwetgeving één van Gods linkerhand.
BLOED
Het is opmerkelijk dat in het Oude Testament het wezen van de zonde dit is dat men uit is op het bloed van de ander. Het is het kenmerk van de zonde om slachtoffers te maken, om zondebokken te zoeken, totterdood in het ergste geval. En nu zou niemand minder dan God zelf uit zijn op een zondebok om bloed met bloed te vergelden, eerst bloed dan vergeving. Maar wie waren uit op het bloed van Jezus? Dat waren toch de Joodse leiders van toen? Moest Jezus nu dood van God of van mensen?
De kruisiging van Jezus, dat het zover kon komen dat mensen de Zoon van God aan een kruis sloegen, zou je dat niet de ergste zonde kunnen noemen, één mens aangedaan? Ja maar Gods toorn moest toch verzoend worden, Gods toorn over de zonden van de mensheid? Maar hier gebeurt toch iets dat juist Gods toorn moet losmaken, dat mensen Zijn Zoon kruisigen. Overigens horen we niet dat God zo toornig was op de wereld dat Hij daarom Zijn eniggeboren Zoon heeft overgeleverd, maar ‘alzo lief’! Hoewel, de Catechismus heeft ons toch geleerd dat er voldaan moest worden aan Gods straffende gerechtigheid? Het wordt toch niet voor niets duister op Golgotha?
ZONDE ALS SCHULD, ZONDE ALS MACHT
Niettemin: Jezus moest niet dood van God maar van mensen. De gerechtigheid waaraan Jezus zou moeten voldoen door zijn dood is een barmhartige gerechtigheid. Jezus voldeed aan de liefde van God. En het kenmerk daarvan is dat het kwade ten goede gekeerd wordt. In die zin kun je zeggen dat het ook van God moest allemaal. De opzet daarvan is verandering van ons mensen, want het meest voorkomende grondwoord voor verzoening in de Bijbel betekent letterlijk verandering. En wat de schrijver van de Hebreeën betreft: hij schreef met name voor Joden(christenen) in aansluiting aan hun geloofswereld. We dienen ons ervoor te hoeden dat we verzeilen in een geloofsvoorstelling volgens de Here God eerst bloed wilde alvorens tot verzoening te komen. Anders krijgt nog die geleerde gelijk die ooit zei dat God het afgrijselijke voorrecht had niet uit liefde te kunnen vergeven. Met Jezus als zondebok en bliksemafleider. Hij was wel zondebok voor mensen met
als waarschuwing dat dat niet kan, medemensen tot zondebok maken. Jezus’ dood als offer? Maar dan in metaforische, overdrachtelijke zin; hij gaf alles van zichzelf en van God en nam vergevend alles van ons mensen. Maar moest niet op één of andere manier de schuld worden afbetaald? Schuld gaat over de macht van het negatieve verleden. Maar er is meer dan schuld; Paulus wijst op de mácht van het kwaad. Dat betreft ook de toekomst. Zie hier Gods rechterhand. Welnu, Jezus heeft in dood en opstanding deze macht zo gebroken dat voortaan (temeer) geldt dat ooit het goede overwint, dat liefde sterker is dan liefdeloosheid; en ‘schoner dan de schoonste dromen’ breekt de dag der vrijheid aan, met Pasen. Neem Col. 2:15, maar ook Rom. 6: de zonde zal niet langer heersen. ‘Een zondaar, een verlost’ o Heer, maar nu geen zondaar meer’! Het erge van de zonde is, dat we dat niet doen omdat we nu eenmaal zondaren zijn, maar terwijl we dankzij Jezus’ dood en opstanding (in principe ook ónze dood en ónze opstanding, nu al), dat niét meer zijn. Op het kruispunt Golgotha krijgt rechts voorrang.
ds. Keimpe Dijk, Duiven
5
533381.indd 1 4/3/2023 9:28:03 AM
Rembrandt - De Drie kruisen, 1653.
OM STIL VAN TE WORDEN
Stille Zaterdag is in de praktijk van alledag verre van stil, althans in mijn dagelijks leven. Naast alle voorbereidingen voor de kerkdiensten in de Veertigdagentijd uitlopend op het Paasfeest, is deze dag gevuld met het doen van het huishouden, de weekendboodschappen, het sporten van de kinderen op voet- en korfbalveld en sociaal verkeer. Stil is het dus vaak niet. Zeker, ik heb mij verschillende keren voorgenomen om de zaterdag als stil te beleven. De pogingen bleven in dat stadium pover steken.
Toch zou ik mij meer willen scherpen in de stilte van die toch bijzondere zaterdag. Welke stilte zou ik dan voor ogen kunnen hebben? Het eerste dat in mij opkomt is de rust van een begraafplaats, de dodenakker waar de lichamen verblijven in afwachting van ‘de opstanding van de doden op de laatste dag’ (Johannes 11, vers 24). Is met diezelfde verwachting Jezus Christus begraven, nadat Hij van het kruis is gehaald? Wat moeten de mensen gevoeld en gedacht hebben? De Heer heeft eerder gezegd: “Ik ben de opstanding en het leven”. Wie dus in Hem gelooft, zal nooit sterven (Johannes 11 vers 26). Nu geeft Hij zélf de geest. Met groot verdriet als teken van berouw gaan de meeste mensen naar huis. Een paar vrouwen (!) blijven achter in de stilte (Lucas 23 vers 48 en 49).
LICHAAM IN LINNEN DOEKEN
Dan volgt een opvallend detail in de lijdensgeschiedenis van Jezus is. In de vier evangeliën wordt nadrukkelijk verteld over Josef van Arimatea die het dode lichaam van Jezus in linnen doeken wikkelt. In de schilderkunst is het aantal kunstwerken met alleen hem en Jezus veel lager dan die waar we ook vrouwen erbij zijn afgebeeld. Kijk ik wat nauwkeuriger dan gaat het meestal om twee vrouwen: Maria, de moeder van Jezus en Maria van Magdala.
Een prachtig voorbeeld van zo’n schilderij is van de Vlaamse kunstenaar Rogier van der Weyden (1399/1400 – 1464), getiteld Pieta uit 1441. Het kunstwerk hangt in Brussel. Josef heeft van Pilatus toestemming gekregen om het lichaam van Jezus te begraven in het graf dat hij voor zichzelf bestemd heeft (Matteüs 27 vers 60), We zien hem wat door de knieën gezeten en houdt in zijn rechterhand het bovenlichaam vast, zijn
linker ondersteunt het hoofd van Maria, de moeder van Jezus.
Zij zit aan de voet van het kruis en heeft haar linkerarm over de buik van Jezus heen gelegd. Met haar rechterhand ondersteunt zij het hoofd van haar Zoon.
Bij zijn onderbenen zien we een doodskop als verwijzing naar de sterfelijkheid van de mens.
Maria van Magdala herkennen we aan het loshangende haar waarmee zij Jezus eerder de voeten heeft gedroogd. Naast haar zien we het witte kruikje waarmee zij Jezus heeft gezalfd. Waar de druppels op Jezus’ hoofd rood zijn, zien we bij Josef en de beide Maria’s dat zij heldere tranen in de wat toegesloten ogen hebben; zij zijn diep bedroefd. De grootste traan is die van de moeder van Jezus waarvan één op het gezicht van Jezus terecht is gekomen.
WAT MAAKT EEN MOEDER DOOR…
Waarlijk, een tafereel om stil van te worden, intiem en kunstig aan het doek toevertrouwd door Van der Weyden. En toch klopt het niet: want de moeder van Jezus wordt niet genoemd in de vier evangeliën bij de kruisafname en de wikkeling van het lichaam in doeken. De schilder staat in een de toen opkomende traditie die wortels heeft in de 13e eeuw van onze jaartelling in het Duitse Thüringen en Spanje. Men maakte doen zogenoemde Vesperbilder in een vorm van een houten beeldje met daarop een zittende Maria die haar overleden Zoon op schoot heeft. Deze Vesperbilder hadden een plek bij de mensen thuis in het kader van devotie.
Het overbekende beeld van de moeder Gods die haar pasgeboren kind Jezus op schoot heeft, was al langer wijdverbreid. De vrome gelovige kon zo focussen op het nieuwe leven uit de schoot van Maria. Met een Vesperbild of een
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
6
533392.indd 2 4/3/2023 9:27:57 AM
Pieta komt de nadruk te liggen op het ondergane lijden en de gruwelijke dood van de Zoon van Maria. Want de vraag leefde toen ook al: wat maakt een moeder door bij de aanblik van haar dode kind? Dat is één van de meest heftige ervaringen die een mens kan hebben: het verlies van een kind. In het kader van de oefening van de
mens in vroomheid en dus in het besef van afhankelijkheid van en gehechtheid aan God speelt dit mee in het zien van een Pieta zoals het schilderij van Van der Weyden, wat jou raakt wanneer de dode Heer Jezus in de schoot van jouw ziel ligt.
Tussen dood en herrijzenis in speelt de
stilte van de zaterdag een cruciale rol: ben ik mij ervan bewust wat, te midden van het dagelijkse, gewone leven, de dood van Christus voor mij als christen betekent?
Robert-Jan van Amstel, predikant GK Putten (Gld.) (www.amstel4.nl)
7
533392.indd 3 4/3/2023 9:28:02 AM
Pieta van Rogier van der Weyden; in het Koninklijke Museum voor Schone Kunsten van België in Brussel.
STILLE ZATERDAG
Je loopt je eigen huis binnen en ineens staat de eettafel er niet meer. Vreemd. Er stond toch altijd een tafel, denk je. Waarom is die er niet meer? “Zo voel ik me” – vertelde een gemeentelid me – “nu mijn beide ouders kort na elkaar zijn overleden. Ik kijk rond in mijn leven en het klopt niet. Ik mis hen. Iedere keer weer. Die lege plek daar in het midden van de kamer van mijn leven raakt me. Steeds weer. Vreemd. Niets lijkt hetzelfde als vroeger. Wat een vreemde stilte.”
In de Bijbel is er één dag waarop dit vreemde, lege gevoel alle ruimte krijgt. Een dag waarop je mist en niet weet welke kant het opgaat. Stille Zaterdag zijn we die dag gaan noemen. Jezus is gestorven en ligt begraven. Velen zitten er verslagen bij. Zonder perspectief. Er is alleen maar die lege plek waar je iedere keer aan herinnerd wordt.
SCHOKKEND
Kunstenaar Hans Holbein de Jonge maakte er een schilderij bij. Het hangt in een museum in Basel. Het is een schokkend beeld. Je ziet meteen dat Jezus Christus gestorven is. Er zit geen enkel leven meer in. Zijn gelaat is grauw. De plekken waar de spijkers geslagen zijn, zijn blauw uitgeslagen. Je kunt zien waar een soldaat zijn speer in zijn zij gestoken heeft. Zijn lichaam is uitgemergeld. De ogen gebroken. De mond wat open gezakt. Hans Holbein heeft Jezus afgebeeld in een zeer smalle ruimte. In een kist. Je krijgt het er als toeschouwer benauwd van. Wat een eenzaamheid. Wat een droevig gezicht. Een hopeloos tafereel. De dood heeft onmiskenbaar vat gekregen op hem. In zijn bundel Genadeklap heeft schrijver Willem Jan Otten een gedicht opgenomen bij dit schilderij. In dit gedicht laat hij allerlei museumbezoekers aan het schilderij voorbij trekken. Otten beschrijft vervolgens hoe Christus zelf, vanuit het schilderdoek hen ziet. Stuk
voor stuk. Met hun eigen verhaal. Hun eenzaamheid, hun angst, hun in zichzelf gekeerde leven.
NIET GOED VOELEN WORDEN
De Japanner bijvoorbeeld die meteen een foto maakt. Zichzelf geen tijd gunt voor reflectie. En het kind dat aan haar vader vraagt: “Wie is die meneer?” En de vader die daarop niet verder komt dan wat onhandig gemompel.
HET LAATSTE WOORD IS AAN HET LEVEN. HET WORDT PASEN.
ECHT WAAR. WACHT
MAAR AF. NOG
ÉÉN NACHT EN DAN
ZUL JE HET
ZELF ZIEN
Een arts in opleiding die door het schilderij herinnerd wordt aan de eerste keer dat hij een scalpel in een lichaam moest zetten. Een jongen met een capuchon over zijn hoofd die zich bij het zien van Christus niet goed voelt worden. Zijn eigen sombere gevoel komt bovendrijven. Een vrouwelijke suppoost – die onmiskenbaar aan Maria Magdalena doet denken – staat bij het schilderij en maant de bezoekers gedurende de dag: “raak hem niet aan.”
EIGEN LEEGTE
Een heel defilé van museumbezoekers trekt voorbij. Voor hen allen is het even een moment Stille Zaterdag. Ze zien Christus liggen in dat uiterst krappe graf. Ze denken vervolgens aan de leegte en aan dat wat doods is in hun eigen leven. Geen van hen heeft er enige notie van dat ze op hetzelfde moment door Christus worden waargenomen. Geen van hen beseft dat Christus hier - in de woorden van het Apostolicum – neerdaalt tot in het rijk van de dood. Hij daalt hier af in de leegte die bij ons vaak dichterbij is dan wij vermoeden.
DAN ONTWAAKT CHRISTUS
UIT DE DOOD
En dan, als iedereen weg is uit het museum, zo stelt Willem Jan Otten zich voor, ontwaakt Christus uit de dood.
Na sluitingstijd rolt hij zijn laatste rustplaats uit, geruisloos als een dief die zich had laten insluiten.
Hij heeft de lange vingers van zijn rechterhand zo wijd hij kon gespreid, en daarna koot voor koot geknakt, knak, knak.
Hij rekt zijn benen uit, het bloed gaat weer stromen in zijn oren. Hij stoot nog even zijn hoofd in de krappe
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
8
533411.indd 2 4/3/2023 9:28:03 AM
Hans Holbein de Jonge – Christus in het graf – 1521/1522
ruimte waarin Hij gelegd is, en dan stapt Hij de museumzaal in, gaat de gangen door en loopt de straat op. Hij gaat de verkeersdrukte in, het volle leven in. Daar ontmoet Hij hen, die Hem deze dag met hun eigen verhaal en eigen lijden zijn komen bekijken. Hij zoekt hen op. Juist hen die angstig en eenzaam zijn. Uitgerekend daar is Hij te vinden, naast de jongen met de capuchon over zijn hoofd als dekmantel. Naast hem komt Christus staan. En juist hem wordt direct volgend op de Stille Zaterdag gezegd dat aan het kolkende water dat hij onder zich voelt, het laatste woord niet is.
LAATSTE WOORD: LEVEN
Dat is precies wat Stille Zaterdag ons allen verkondigt: Het laatste woord is aan het leven. Het wordt Pasen. Echt waar. Wacht maar af. Nog één nacht en dan zul je het zelf zien. Dan gebeurt wat Otten indrukwekkend beschrijft:
De dag was hem geweest als nacht, waaruit hij nu ontslapen moest.
Hij laat zich glijden uit de lade van zijn graf, belandt op eigen benen, gaat door zijn knieën kort, springt dan overeind.
ds. Gerco Lock, Scheveningen
PAASLIED
Paaslied
Wij zingen bij de gratie van het graan dat opstaat als een man, de korrel die ontbonden is en uitbreekt in verrijzenis.
Van harte brengen wij U lof, o Heer, die opdaagt uit het stof, van alle oogst de eersteling, de garve van de opstanding.
Gij die gevallen zijt als zaad en vorstelijk te velde staat, de smalle vore van het graf werpt honderdvoud zijn vruchten af.
Heilige Geest, zo ver Gij waait, hebt Gij de akker ingezaaid met graan dat niet in vrede rust maar opstaat tot een lieve lust.
Dit lied is te zingen op de melodie van Psalm 134, of zo u wilt: Lied 363 uit het liedboek ‘Zingen en bidden in huis en kerk’.
GEDICHT
Door Jaap Zijlstra
9
533411.indd 3 4/3/2023 9:28:04 AM
DE HEER IS WAARLIJK OPGESTAAN
Vindt u het ook zo boeiend, dat op de Eerste Paasmorgen Petrus en Johannes de vrouwen zo serieus nemen, dat ze op een holletje naar het open graf gaan. Bij het krieken van de morgen gaan de vrouwen met hun specerijen naar het graf. Ze willen de uitgestelde handelingen verrichten, die bij de haastige begrafenis niet konden plaatsvinden, omdat de sabbat begon. Hun werkzaamheden kunnen niet meer, hoeven niet meer. Hun verbijstering daarover is grenzeloos. In die verwarring komen de vrouwen bij de leerlingen van Jezus. En dan nemen twee mannen de drie vrouwen serieus. Zo ontrolt de Eerste Paasdag zich in grote verwondering.
Daar begint het mee: met elkaar serieus nemen. Om in dat licht te zien, hoe God ons serieus neemt, als Hij ons leven wil bestendigen. Opeens wordt een nieuwe dimensie duidelijk van de woorden: Hij laat niet varen de werken zijner handen.
Het negatieve van bespotting, veroordeling en kruisdood krijgt te maken met een positief overwicht. “Dood, waar is uw prikkel, dood, waar is uw overwinning?” Dat zal Paulus later jubelen in 1 Korintiërs 15:55. God heeft die overwinning ons gegeven door Christus en daar is Paulus laaiend enthousiast over.
VERWONDERING EN GELOOF
Het is zo mooi om dat voor je ogen te zien: Petrus staat op en rent naar het graf. Hij bukt zich om te kijken, maar ziet alleen de linnen doeken liggen. Daarop gaat hij terug, vol verwondering over wat er gebeurd is. (Lucas 24:12).
In het Evangelie naar Johannes rennen Petrus en Johannes samen naar het graf. Johannes is als eerste bij het graf. Hij blijft bij de ingang voor de drempel staan. Als Petrus aankomt, gaat hij als eerste naar binnen en ziet de opgerolde doeken liggen en dan gaat Johannes naar binnen en dan lezen we: “Hij zag het en geloofde” (Johannes 20: 8).
Zo zien we twee houdingen ten opzichte van één gebeuren: verwondering en geloof. Dat zijn details van een gebeuren, waarover zo precies mogelijk wordt verteld. We zien ook twee karakters van mensen uit het allereerste begin van de kerk: Petrus is spontaan en Johannes is bedachtzaam. Die twee karaktertrekken zijn nog altijd als duo heel nuttig voor de kerk.
VERSCHEIDENHEID
Opdat wij weten van het geloof van Jo-
hannes en de verwondering van Petrus. Ik zou zeggen verwondering is een opening naar geloof. Maar die verscheidenheid doet zo weldadig levensecht aan. De één ervaart niet precies hetzelfde als de ander, terwijl het om één en dezelfde gebeurtenis gaat. Ik vergelijk het wel eens met een krantenverslag van een bijeenkomst waar je zelf bij bent geweest. Soms lijkt het of de journalist bij een andere bijeenkomst is geweest dan waar jij was. En soms lees je precies bij de journalist wat je eigen indrukken ook zijn geweest. Dan herken je het precies zoals jij het hebt beleefd. Of over sport. Of je in de Telegraaf leest over Ajax of in het Algemeen Dagblad. En het Algemeen Dagblad is weer meer enthousiast over Feyenoord dan de Telegraaf.
Maar dat in de Bijbel met Pasen twee manieren van beleven zichtbaar worden, dat is toch wel frappant. Des te groter is de kans dat er bij jou een herkenning is van je eigen manier van beleven. Nu zijn verwondering en geloof allebei wel positieve woorden. Wacht even: er is ook sprake van ‘kletspraat’ en ongeloof. Daarmee is het oordeel geveld van die leerlingen van Jezus, die het getuigenis van de vrouwen afdoen als waardeloos. Dus dan zijn er vier belevingen: kletspraat, ongeloof, verwondering en geloof. Tja, welke van die vier zou nu het beste bij jou passen?
FEITEN
Ik moet je wel waarschuwen, want het oordeel ‘kletspraat’ kan geen stand houden. Dat oordeel wordt ingehaald door de feiten van een leeg graf, opgevouwen doeken en binnen een dag is de opgestane Heer present in de kring: in hun midden. ‘s Morgens klinkt het nog aarzelend: de Heer is opgewekt
en ‘s avonds zwelt de lofzang aan: “De Heer is waarlijk opgestaan” en is verschenen.
En dat brengt me bij de vraag: wat gebeurt er met je als het Pasen wordt?
Wat gebeurt er met je als tot je door begint te dringen dat Jezus toch leeft?
Dat de goede Herder meer is dan het verleden; dat Hij is en blijft wie Hij is en was.
Als de vrouwen zijn teruggekomen van het graf waar ze de engelen hebben
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
10
533484.indd 2 4/3/2023 9:28:05 AM
Jeruzalem Via Dolorosa.
ontmoet, en ze doen hun verhaal, dan staat er zo kortaf: ‘Ze vonden het maar kletspraat; ze geloofden hen niet.’ Dat is een reactie die wij ‘kort door de bocht’ noemen. Jammer, als je jouw oordeel al zo vlug klaar hebt, alsof jij alle ins en outs kunt overzien. Op zijn minst ligt het wat genuanceerder. Of zou het komen, omdat het vrouwen zijn, die het onvoorstelbare vertellen?
In de Paasliederen en in het Paasverhaal in de Bijbel valt het ieder jaar weer op, dat op Pasen vrouwen zo’n belangrijke rol spelen rond de opstanding. Zij zijn er als eersten. En zij geloven als eersten. En dat mandje wat ze bij zich dragen met de specerijen en de olie, is toch indrukwekkend. Dat is toch een teken van zorgzaamheid en van zorgvuldigheid.
En dan is het heerlijk, dat Petrus zich losmaakt uit de kring en het spoor van de vrouwen volgt als een aansporing. En zo kan Petrus met eigen ogen ontdekken wat er voor ongelooflijk nieuws is gebeurd. Dus Petrus maakt zich los en ziet het spoor van de vrouwen als een aansporing. Dat detail in het ontvangen van de boodschap van de opstanding, dat is belangrijk.
EIGEN OPVATTING ONTWIKKELEN
Dat je niet op je eigen punt blijft hangen, maar dat je op het spoor van een ander op onderzoek gaat. Dat lijkt me zo van belang met Pasen. Dat je je niet iets laat aanpraten, maar dat je een eigen opvatting ontwikkelt aangaande het grote nieuws van de Paasmorgen: het lege graf – en dan niet leeggeroofd door onverlaten. Nee, leeg door een overmacht aan onweerstaanbaar licht. Zo is het graf van zijn bewakers en verzegeling ontdaan. En in dat licht heeft God de Vader zijn Zoon opgewekt en is de Zoon opgestaan. Iemand heeft eens gezegd: als je de opstanding zou willen fotograferen, dan lukt dat niet, want het resultaat zou zijn: overbelicht! Dat is mooi gezegd. Kan dat dan, te veel licht? Ja, dat kan blijkbaar. Wij horen tegenwoordig steeds van te veel aan duisternis, te veel verdriet, te veel angst, te veel zieke mensen, te veel zieke mensen voor de ziekenzorg.
WAT DOET HET JE?
En dan komt de vraag: wat doet je dat andere nieuws van al dat licht? Ontdoe je het nieuws van de mogelijkheid van nepnieuws? Of blijf je hangen in het onmogelijke van opstanding uit de dood, zodat je haast vanzelf naar het etiket van nepnieuws gaat neigen. Ik wil er
op wijzen, dat ‘opstanding uit de dood’ een onbekend en onmogelijk iets blijft in de Bijbel. Weet u wel, dat juist het wonderkarakter van de opstanding het uitzonderlijke van de opstanding van Jezus precies accentueert?
Nog even over dat licht. Dat staat er, dat er bliksem was en veel licht en dat de soldaten van het graf weken, weg deinsden. Weet u nog in de Kerstnacht? Daar was ook dat licht, dat onwaarschijnlijke licht midden in de nacht, het licht van Christus, het licht van God als antwoord op onze duisternis. Een klein accent, dat veelzeggend is. De verwarring en de verschillende meningen over dit alles, dat roept om nader onderzoek. Dat doet Petrus. Petrus gaat op onderzoek uit. En wat ziet Petrus? Hij ziet linnen doeken liggen in het verder lege graf. In het Evangelie naar Johannes staat er nog iets meer over: ‘Hij zag de linnen doeken en hij zag dat de doek die Jezus’ gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek.’ (Johannes 20: 6 en 7).
DETAILS
Waarom een zo gedetailleerde beschrijving? Omdat hier duidelijk wordt, dat er iets bijzonders aan de hand is. Als het lichaam van Jezus was gestolen, dan zou er in het graf helemaal niets meer te zien zijn geweest. Dan had Petrus een geheel leeg graf aangetroffen. Maar het graf is op de Paasmorgen niet helemaal leeg! Juist niet. Als het graf helemaal leeg was geweest, kon het lichaam van Jezus geroofd zijn. Petrus
heeft het dus gedetailleerd onderzocht en komt met een klinkklare bevestiging van het geluid van de vrouwen. De kleine details werpen licht op het grote gebeuren. Zodat ons hart dankbaar kan worden, omdat we deel krijgen aan het grote gebeuren van de opgestane Heer, die met ons is en nooit tegen ons zal zijn. Op het moment van de vroege ochtend van Pasen is de levende Jezus er niet. De linnen doeken liggen er als stille getuigen. Maar waarvan precies? Dat wordt pas ‘s avonds helder, als Jezus Zelf ‘in hun midden komt’, zoals in Lucas 24: 36 nauwkeurig staat.
HIJ IS ER WEER
Daar kunnen we van leren, hoe Pasen een proces is, zoals ook geloven een proces is. Het één wordt duidelijk door het ander. De engel geeft de voorzet met de vraag: ‘Waarom zoek je de Levende bij de doden?’ Dan ga je nadenken over die vraag. Wat betekent die vraag eigenlijk? En als je daar samen mee bezig bent, dan komt Jezus in de kring niet als toeschouwer, maar als middelpunt. Dàt betekent de vraag van de engel: dat Hij er weer is! Het Paaswonder is: de levende Heer Jezus is meer dan onze verwarring, onze afwijzing of onze verwondering. Hij is er gewoon - nou ja, gewoon, best bijzonder dus eigenlijk. Ondertussen is Hij ons geloof waardig. Zoals Petrus en Johannes - ze stemmen samen in geloof: De Heer is waarlijk opgestaan!
11
ds. Wim Scheltens
533484.indd 3 4/3/2023 9:28:07 AM
De Graftuin in Jeruzalem - ‘Hij is hier niet’.
RETOURTJE JERUZALEMEMMAÜS
Verslagen en verward gingen ze heen, warm en blij kwamen ze weer. Een retourtje JeruzalemEmmaüs, waarvan de heenreis in geen vergelijk met de terugreis stond.
Ze dachten dat Jezus bevrijding zou brengen. Hun hoop, dat was het toch, een vast vooruitzicht dat het zo zou gebeuren, was de grond ingeboord door het sterven van Jezus aan het kruis. Ze waren in verwarring. De berichten van de vrouwen hadden hen in verwarring gebracht. Die waren ’s morgens vroeg bij het graf geweest en zagen daar het lichaam van Jezus niet. De Heer was er niet. Ze hadden er engelen gezien en gesproken. Deze hadden gezegd dat Hij leeft. Toen waren er nog andere leerlingen naar het graf gegaan om te kijken, maar ze zagen Jezus niet. Dit was de stand van zaken.
NAAR HUIS
Ze liepen terug. Verwarring maakt vaak dat mensen in hun schulp kruipen. Je trekt je terug. Ze gaan terug naar Emmaüs. Daar wonen ze. Wat er feitelijk gebeurd is ook het volgende. Ze gaan dus bij de gemeenschap weg. Ze vertrekken en gaan alleen thuis zitten. Ik zou niet zeggen als een mokkend mens alleen op zijn kamer, maar toch lopen ze weg. Dat gebeurt vaak in ons leven. Je loopt bij de ander weg omdat het niet
gaat zoals je wilt. Dat is wel jammer. Soms heb je wat tijd nodig om tot jezelf te komen. Er is genoeg gezegd. Je bent er moe van. Iets nieuws kun je niet meer vertellen en van de anderen hoor je ook alleen maar dingen die al eens gezegd zijn. Je bent teleurgesteld en moe. Je gaat naar huis. Maar ja, dan ben je de verbondenheid ook kwijt.
HIJ GAAT MEE
Er is een mooi schilderij van deze twee die naar Emmaüs liepen. Naast hen is een derde figuur geschilderd. Een beetje transparant. Hij is er wel, maar misschien hebben die twee die er lopen dat niet door. Zo was het toen ook. Jezus was erbij en sprak hen ook aan. Dat is de werkelijkheid van het geloof. Hij is elke dag bij ons. Hij gaat niet weg. Als er verwarring is reageert Hij zo: Hij komt erbij. Maar wij hebben daar niet altijd oog en oor voor. Toch mag je ervan uitgaan dat Hij erbij is. Hij heeft het beloofd: Ik ben elke dag met jullie, Matteüs 28: 20.
CONFRONTERENDE VRAAG
Als Jezus met hen oploopt stelt Hij een
vraag. Hij zegt: Hebben jullie dan zo weinig verstand en zijn jullie zo traag van begrip? Ze kenden de profetenwoorden heus wel. Maar ze hadden een eigen uitleg daarvan en ze kwamen daar niet los van. Hun domheid had te maken met hun beeld van God. Zij hadden gedacht dat God zou ingrijpen en Jezus zou redden van het kruis en dat Jezus dan de Bevrijder zou worden. Zo interpreteerden zij de profetieën over de komende Messias. Deze zou het volk vrij maken van de bezetter en Hij zou Koning zijn over een rijk van vrede, concreet in hun wereld, werkelijk hier en nu. Met wetten en macht om die te handhaven en gerechtigheid en liefde zouden de boventoon voeren. Ze konden helemaal niet begrijpen dat lijden daarbij kon horen. Dat paste totaal niet vonden zij.
HET WOORD IS AANSTEKELIJK
Dit is het prachtige verhaal van twee leerlingen die hun geloof kwijt raakten. Het vuur brandde niet meer en ze gingen naar huis, ze verlieten de groep de gemeenschap, de warme verbondenheid. Want alles was hen uit handen
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
12
533697.indd 2 4/3/2023 9:28:14 AM
Het moderne Jeruzalem.
geslagen, geen hoop en geen geloof meer, een toestand van verwarring. Maar het wordt de geschiedenis van het retourtje. Ze gaan direct weer terug. Ze zoeken de groep weer op. Ze willen weer bij de gemeente zijn. Ze popelen om te delen wat hun overkomen is. Wat was hen dan overkomen? Het Woord was ingeslagen. Omdat Hij het sprak. Ze hadden de levende Heer gezien en gehoord en herkend. En juist in die gebeurtenis was hun hart weer warm geworden. Toen werd het licht van binnen en zagen ze Hem. Hun ogen waren vertroebeld, ze hadden een waas ervoor. Nu werden hun ogen geopend en begrepen ze het met hun harten, zagen ze en hoorden ze dat Jezus leeft. Het was gekomen toen Hij sprak. Dat de Messias zou lijden om te leven. Dat Hij zou dragen om te overwinnen. Dat Hij niet zomaar in een mensenleven zou komen om zich voor te stellen. Dat
Hij niet alleen een woord van troost en oproep zou hebben. Dat Hij niet zomaar een arm om de schouder zou leggen en zou spreken van een betere wereld. Nee, Hij sprong er midden in. In het lijden, in de schuld, in de aanklacht, in de strijd, in de duisternis. Hij droeg de zonde. En zoals een lam werd weggestuurd de woestijn in, zo droeg Hij de zonde van de mensen weg. Zo was de weg van de Messias. Door het lijden heen naar de glorie.
WAT WERDEN WE WARM HÈ?
Toen zij de Heer herkend hadden bij het breken van het brood thuis, was Hij gegaan. Zij zeiden toen tegen elkaar: werd jij ook zo warm van binnen? Was het in jouw hart ook alsof het vuur brandde, toen Hij vertelde van Gods Woord, toen Hij de Schriften echt opendeed?
Hij gaat mee. Je mag Hem uitnodigen. Hij brengt Gods Woord in je leven. En ze gingen meteen terug naar Jeruzalem.
De verwarring had verwijdering en eenzame verwarring gebracht, koude teleurstelling.
De levende Heer had sprekend over Gods Woord en belofte het vuur teruggebracht en de hoop en het verlangen om met Hem en de andere mensen samen te zijn. In het blijde geloof dat Hij leeft!
ds. Diemer de Jong
13
Rembrandt - Op weg naar Emmaüs, pentekening 1655.
Caravaggio - Avondmaal te Emmaüs.
533697.indd 3 4/3/2023 9:28:15 AM
Fritz von Uhde - Op weg naar Emmaüs.
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
DE GOD DIE ONS HOOP GEEFT
Er klinkt teleurstelling bij de Emmaüsgangers. “Wij leefden in de hoop dat Hij degene was die Israël zou bevrijden” (Luk 24:21). En zij zijn de enigen niet... Is het niet een oermenselijk gegeven, die (al of niet gefnuikte) hoop? Soms kunnen mensen, bepaalde leiders, religieus en/of politiek, werkelijk nieuwe hoop en verwachting genereren. Al kan die ook weer omslaan in teleurstelling en deceptie. Hoop is niet hetzelfde als optimisme, dat de één van karakter meer heeft dan de ander. Wel zegt de volksmond: hoop doet leven. Of fraaier verwoord, met een citaat van Hemingway: ‘De regen zal stoppen, de nacht zal eindigen, de pijn zal vervagen. Hoop is nooit zo verloren dat het niet kan worden gevonden’.
Tegelijk is hoop iets dat zomaar verdampt, ja verdwijnt. Eén telefoontje, een bericht over de app of via het nieuws, en wèg is alle hoop. De romeinse geschiedschrijver Livius vertelt van de romeinen dat ze een tempel hadden voor de godin van de hoop. Ze tekende haar – haar naam is Spes, daar komt ‘in spe’ vandaan – als een jong ontluikend meisje met een bloem in haar hand. En weet u wat er gebeurde met die tempel? Op een nacht dat het heel erg onweerde sloeg de bliksem erin. De hele tempel werd in de as gelegd. De hele godin van de hoop werd op deze wijze letterlijk en figuurlijk de grond ingeboord. Gaat het zo niet vaak met onze hoop? Het is daarom dat een existentie-filosoof als Jean Paul Sartre kon zeggen: we moeten zonder hoop leren leven!
HOOP IN DE BIJBEL
In de bijbel vinden we het woord hoop, als werkwoord en/of als zelfstandig naamwoord, meer in het Nieuwe Testament dan in het Oude Testament. Al hangt het daarbij wel van de gebruikte vertaling af! We vinden het een aantal keer in het bijbelboek Job en de Psalmen – ‘Mijn dagen haasten zich naar een einde zonder hoop’ (Job 7:6), ‘Laat mij met mijn hoop niet beschaamd uitkomen’ (Psalm 119:116) – en bij enkele profeten. Fraai is dat de profeet Jeremia op twee plaatsen God aanspreekt als ‘Bron van hoop voor Israël’ (Jeremia 14:8 en 17:13).
In het Nieuwe Testament valt op dat het begrip vooral in de brieven, en dan vooral in die van Paulus (13x in de Romeinenbrief) naar voren komt. Daarbij gaat het om een aantal bekende én geliefde teksten: ‘Dankzij Hem hebben we door het geloof toegang gekregen tot Gods genade, die ons fundament is, en
mogen we ons laten voorstaan op de hoop om in zijn luister te delen’ (Romeinen 5:2). ‘In deze hoop zijn we gered. Als we echter nu al zouden zien waarop we hopen, zou het geen hoop meer zijn. Wie hoopt er nog op wat hij al kan zien?’ (Romeinen 8:24). ‘Als wij alleen voor dit leven op Christus hopen, zijn wij de beklagenswaardigste mensen die er zijn’ (1 Korintiërs 15: 19). ‘Van Paulus, apostel van Christus Jezus in opdracht van God, onze redder, en van Christus Jezus, onze hoop’ (1 Timotheüs 1:1).
En natuurlijk de twee bekendste: ‘Geloof is de zekerheid dat alles waarop we hopen werkelijkheid wordt, het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien’ (Hebreeën11:1) én ‘Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde’ (1 Korintiërs 13:13).
GEGRONDE HOOP
Zeer fraai en vast bekend is ook, hoe hoop in de Hebreeënbrief met de metafoor van het anker wordt uitge-
14
533714.indd 2 4/3/2023 9:28:09 AM
werkt: ‘Het is onze toevlucht vast te houden aan de hoop op wat voor ons in het verschiet ligt. Die hoop is als een betrouwbaar en zeker anker voor onze ziel, en reikt tot voorbij het voorhangsel, waar Jezus als voorloper al is binnengegaan, ten behoeve van ons: Hij is de Hogepriester voor eeuwig, zoals Melchizedek’ (Hebreeën 6:18b-20).
Wie dit beeld op zich laat inwerken, wie deze woorden in de stille week overdenkt, heeft eigenlijk meer dan genoeg. Het is een preek van Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag en Paasmorgen inéén!
GEBAZEL
Maar dan is het wel zaak dat we ons niet laten verleiden om toch weer in algemene termen over hoop te denken en te praten. Nee, de geschiedenis, de economie, de mensheid, het voedt onze hoop bepaald niet altijd. Miskotte kon zich daar al boos over maken: ‘Het gebazel over geloof en hoop en liefde maar doorgaan.....maar geloof, hoop en liefde zijn niet iets algemeens!
Alleen voor ons mensen is dat lastig. Wij mensen houden ons liever aan veel dingen dan aan één ding vast. In die zin lijken we op de stoïcijnse filosoof Epictetus, een tijdgenoot van de eerste christenen, die al zei: ”Men mag een schip nooit aan één anker, het leven nooit aan één hoop vastleggen”.
SPES UNICA
Maar dat was nu juist het unieke van het christelijke geloof, en van de eerste volgelingen van de Opgestane. Heel het evangelie hangt aan de dood en opstanding van Jezus Christus. Hoe waren anders teleurgestelde Emmaüsgangers ooit tot de eerste getuigen van de Opgestane geworden, notabene bij het breken van het brood?
De kerk hield zich door de eeuwen heen uitsluitend vast aan deze slogan, en zal dat ook in de toekomst moeten blijven doen: Crux ave, spes Unica! (Wees gegroet o Kruis, onze enige hoop!) Het is een lied, een belijdenis. Te vinden als inscriptie in de St. Paulus buiten de muren te Rome en in het hoofdaltaar van de kerk van de St. Lazarus te Bethanië.
Maar vooral: De kern van het evangelie. We kunnen alleen maar meebidden met Paulus: ‘Moge God, die ons hoop geeft, u in het geloof geheel en al vervullen met vreugde en vrede, zodat uw hoop blijft toenemen door de kracht van de heilige Geest’ (Romeinen 15: 13).
dr. Peter Verbaan
Thomas
Denk niet dat ik hem niet heb liefgehad, want juist omdat ik zoveel van hem hield is nu mijn leven tot de grond vernield en zwerf ik vogelvrij buiten de stad.
Nog zie ik de menigte op muur en daken juichen om zoveel tijdverdrijf, soldaten rukken hem de kleren van het lijf, niet waard zijn schoenriem los te maken.
Adam kon in het struikgewas bescherming zoeken maar hij komt op een naakte heuveltop te staan, Maria die hem wikkelde in doeken ziet het beschaamd en schreiend aan.
Die waard is alle hulde te ontvangen hangt godverlaten aan een kruis, sinds zwerf ik ver van haard en huis, o was ik in zijn plaats gehangen!
En nu ik eenzaam langs het bloedspoor ga, kom mij niet aan met wat de ronde deedik wil alleen zijn met mijn bitter leed en aan de einder niets dan Golgotha.
Jaap Zijlstra
GEDICHT
15
533714.indd 3 4/3/2023 9:28:10 AM
PASEN EN DE RIETZEE
Majesteit, groot is zijn majesteit; dwars door de dood werd Hij verhoogd, Jezus regeert.
Bovenstaand lied (Opwekking 181) verwoordt de glorie van Pasen. Zo stelt Jezus zichzelf voor, zo is Hij Messias: de Mensenzoon moet veel lijden, gedood worden en na drie dagen opstaan (Mc 8:31). Na de opstanding horen de vrouwen hetzelfde. Het moet zo gaan in het leven van Jezus. Gods plan met en verklaring bij de gebeurtenissen rond Jezus is: dwars door de dood werd Hij verhoogd. Als het lijden aanbreekt bidt Jezus: ‘Vader, nu is de tijd gekomen, toon nu de grootheid van uw Zoon, dan zal uw Zoon uw grootheid tonen’ (Johannes 17:1). Dezelfde grootheid als die Hij toonde op de bruiloft in Kana, wanneer de wijn van vreugde rijkelijk blijft vloeien. Verschillende omstandigheden, één Koning.
EEN ELFDE PLAAG?
Exodus verkondigt Gods doel om het volk Israël uit de ellende weg te halen en te brengen naar een land dat overvloeit van melk en honing. De HEER zei bij de roeping van Mozes al, dat de farao niet zal toegeven, maar met harde hand moet worden gedwongen. Na de tiende plaag lijkt dat gelukt. Egypte verliest in de eerstgeborenen de toekomst en Israël mag gelovig op weg gaan. Gods ontferming is zichtbaar. Dan is het wrang als bij de Rietzee farao’s leger verschijnt. Is het een elfde plaag dat Israël klem komt te zitten tussen bergen, de zee en het Egyptische leger. Houdt de verdrukking nooit op? Doet God wat Hij zegt? Schenkt Hij wel zijn land van vrede en recht? Heeft de dood uiteindelijk niet het laatste woord?
ZO WIL IK HET
Waarom zoveel plagen? Ik heb farao halsstarrig gemaakt en Ik wil dat jij aan kinderen en kleinkinderen kunt vertellen welke wonderen Ik heb gedaan, zodat zij geloven dat Ik de enige God ben (Exodus 10:1-2). Waarom na de Uittocht die elfde plaag? Omdat God zegt dat het zo moet. ‘Hij liet het volk een omweg maken en door de woestijn naar de Rietzee trekken’ (Exodus 13:17). De weg terug moet
onmogelijk zijn, ook als het zwaar wordt en Gods volk spijt krijgt. Ook deze omweg hoort bij de Uittocht. De HEER maakt de Egyptenaren onverzettelijk, Hij strijdt voor Israël zonder dat het zelf iets hoeft te doen. Dat is zijn majesteit bij de Rietzee. Duisternis en dood voor de Egyptenaren, licht op Israëls levenspad door de zee, en dat tegelijk als verschijning van de ene HEER (zie Exodus 14:14-20).
MAJESTEIT EN GROOTHEID
God zegt: Ik toon mijn heerlijkheid door de plagen van Egypte en de redding uit de dood bij de Rietzee. Lijden, sterven en opstanding van Jezus Christus omschrijft Hij als het verheerlijken van Vader en Zoon (Johannes 17:1 - vertaling NBG51).
Het gaat om meer dan bange uren voor Gods volk die voorbijgaan, om meer dan het lijden van een gelovige waarop de overwinning volgt. Soms wordt Jezus in de verkondiging van de Stille Week volledig getekend als mens en nauwelijks als God zelf. Dan worden we boos om het onrecht dat Hem door mensen wordt aangedaan, we beklagen Hem om zijn wonden en pijn. We bewonderen Hem om zijn vasthoudend geloof, veel groter dan het onze. Zoals wij boos zijn over de inval in Oekraïne, het onrecht door verkeerde wetgeving en zoveel meer. En de strijders voor recht moreel steunen. Ook in het lijden verheerlijkt God zijn naam en zijn Zoon. Zo alleen wordt het Pasen. Lijden en opstanding zijn bijbels gezien beide Gods handelen. Op een verschillende manier.
LIJDEN ALS GODS WEG NAAR DE RIETZEE
Voor zijn sterven heeft Jezus zijn overwinning uitgeroepen: volbracht. God heeft naar zijn kinderen omgezien en zijn verbond met hen waargemaakt. ‘In Christus immers heeft God, voordat de wereld gegrondvest werd, ons uitgekozen om heilig en zuiver voor Hem te staan, en vol liefde heeft Hij ons naar zijn wil en verlangen voorbestemd om
door Jezus Christus zijn kinderen te worden’ (Efeziërs 1:4-5). Dat staat vast en alles dat gebeurt moet daaraan dienstbaar zijn: de Wet, de roep van de profeten en tenslotte Jezus. Alle haat, leed en pijn zijn in Gods hand, tot Jezus sterft. Hij verzoent in Christus de wereld met zichzelf. Volbracht! Uittocht uit satansland.
PASEN: GODS PAD DOOR DE RIETZEE
Het graf van Christus is als de Rietzee. Gods waarheid ligt achter de dood verborgen. De Uittocht is gaande, maar het beloofde land nog niet bereikt. Het graf van Christus is Gods omweg, een geloofsvraag aan Jezus’ volgelingen: Christus heeft geleden, is gestorven. Dat zag je en nu? Na drie dagen opstaan! Zoals Mozes zei: ‘Wees niet bang, wacht rustig af… de HEER zal voor u strijden, u hoeft zelf niets te doen.’ (Exodus 14:1314) Toch gaan vrouwen op weg met geurige olie. Met maar één probleem: wie zal voor ons de steen wegrollen? Ze staan stil tussen het leger van satan, de bergen van verdriet en de zee van de dood en antwoorden God: ‘Laat ons toch met rust’ (Exodus 14:12) Intussen bevrijdt Gods heerlijkheid hen. Geen verwijt van ongeloof: de steen wordt weggerold, boodschappers uitgezonden. Ze zien het pad zich openen: Hij is hier niet, Hij is opgewekt. Zo moest het gaan. Gods Geest laat hen in de bodem van de zee het pad van de Levende herkennen! En dat hoeft nooit meer te veranderen, in vreugde en pijn. God opende voorgoed de toekomst!
ds. Dick Westerneng
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
16
534405.indd 1 4/3/2023 9:27:50 AM
ANTI-JOODSE UITLATING UIT TWENTS PAASLIED GESCHRAPT
‘Christus is opgestanden, al van de mensen hun handen’, die zin zal voortaan op eerste en tweede paasdag in Ootmarsum bij het zogenaamde ‘vlöggeln’ gezongen worden. Dat heeft de Twentsche Courant Tubantia onlangs bericht. Bij dat ‘vlöggeln’, een oud paasgebruik, lopen de inwoners en anderen met de zogeheten ‘poaskearls’ voorop door de straten van het stadje.
Anders dan voorheen het geval was, zal de al heel lang omstreden zinsnede ‘al van der Joden ‘er handen’ dan niet meer klinken. Het betreft een zwaarbevochten aanpassing van de tekst van het lied, op verzoek van rabbijn Lody van de Kamp. De bisschoppelijk vicaris Ronald Cornelissen, vertegenwoordigers van de parochie van Ootmarsum en van de Stichting tot bevordering en instandhouding van de paasgebruiken in Ootmarsum en zelfs de burgemeester van de gemeente Dinkelland zijn er bij betrokken geweest. Jaren geleden heb ik onderzoek naar ‘Christus is opgestanden’ gedaan en daar een wetenschappelijke verhandeling aan gewijd¹. Aanleiding: ik was het lied tegengekomen in het boek Groote Christelycke Zee-vaert van de hand van Adam Westerman, een van mijn voorgangers in het Friese stadje Workum –van het boek zijn tussen 1611 en 1743 meer dan veertig drukken verschenen. In die bestseller staat ‘al van de Martelaers handen’.
De versie bij Westerman riep bij mij de vraag op of ‘al van der Joden ‘er handen’ wel de oorspronkelijke versie is. In de eerste Nederlandse tekst van het lied, in het Suyverlijck boecxken van kort na 1570, staat ‘al van der martelijen allen’. Op Urk was ‘al van de Moordenaars handen’ in 1693 bekend. In de uit 1938 daterende bundel Psalmen en gezangen voor den eredienst der Nederlandsche Hervormde Kerk is ‘Christus is opgestanden’ als Gezang 57 opgenomen. K.H. Heeroma stelt dat de tekst uit het Suyverlijck boecxken als uitgangspunt voor de bewerking heeft gediend, terwijl hij verder opmerkt: ‘De dichter van de moderne bewerking (Nijhoff?) wordt niet genoemd, de aangeboden tekst heet: ‘Nederlands Paaslied uit de 12de eeuw’.’ De eerste, minst
veranderde strofe luidt:
Christus is opgestanden uit de doodse banden! Daarom willen wij vrolijk zijn: Christus zal onze trooster zijn. Halleluja!
Voor het Liedboek voor de kerken, dat in 1973 uitkwam, paste Heeroma de tekst aan. Hij was niet gelukkig met de eerste strofe uit het Suyverlijck boecxken. De tweede regel vond hij voor een twintigste-eeuwse gemeente moeilijk meer te zingen. Met de verwijzing naar de Joden in de Ootmarsumse versie was de dichter ook niet gelukkig. Hij besloot voor die van Urk te kiezen. De eerste strofe van Gezang 211 werd:
Christus is opgestanden al uit der moordenaarshanden. Dus willen wij allen vrolijk zijn, Christus zal onze trooster zijn. Kyrieleis.
Die versie staat ook in het Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk (Lied 616).
Zoals gezegd, heeft niet alleen Van de Kamp grote moeite met de versie
van ‘Christus is opgestanden’ met de zinsnede ‘al van der Joden ‘er handen’ geuit. Al veel vaker is daar discussie over geweest. Zo heeft een Amsterdamse advocate zich in 1967 geërgerd aan het feit dat de Joden de schuld voor de kruisiging van Jezus kregen. Toen werd ‘Joden’ veranderd in ‘mensen’. Echter: in de praktijk werd de oude tekst weer gezongen. Slechts één jaar stond de aangepaste versie op de ‘poasbreve’, het blaadje met de tekst van het lied. Terug naar Pasen 2023 en later. Van de Kamp: ‘Hopelijk kan het oude gebruik van ‘vlöggeln’ in Ootmarsum nu tot in lengte van jaren doorgang vinden, zeker als oud ritueel gebruik, zonder die negatieve connotatie die heeft geleid tot de stappen waarvan wij vonden dat zij nodig waren.’ Overigens heeft een vertegenwoordiger van de genoemde Stichting opgemerkt dat in het stadje nooit sprake van Jodenhaat geweest zou zijn. Volgens hem was de Joodse gemeenschap geheel in die van Ootmarsum geïntegreerd.
¹ J.D.Th. Wassenaar, ‘Twents paaslied ‘Christus is opgestanden’ trotseert de eeuwen’, in: Jaarboek Twente 2010, p. 24-37.
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
17
534407.indd 1 4/3/2023 9:28:18 AM
De ‘poaskearls’ in Ootmarsum. Rabbijn Lody van de Kamp.
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
Kroniek
1. Raad van Kerken en Israël
2. Daniël de Waele over geloof
3. Verkiezingsuitslag Provinciale Staten
4. Wat is er aan de hand in Israël?
5. Paasstemming
1. Raad van Kerken en Israël De Raad van Kerken in Nederland is op bezoek geweest in Israël en in de Palestijnse gebieden, zo lees ik in het Nederlands Dagblad en in het Nieuw Israëlitische Weekblad. Die laatste krant pruttelt er sterk over. Dus dat betekent niet veel goeds, denk ik meteen. In het verslag is een passage van de scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, dr. De Reuver. In de omstreden passage staat: ‘Het bezoek aan Yad Vashem raakt ons ook nog op een andere manier. Wat wij de afgelopen week van Palestijnse christenen gehoord hebben, evenals de muren, hekken en checkpoints die we gezien hebben, dragen we met ons mee.’ (…) ‘Yad Vashem toont het onvergelijkbare kwaad en leed van de Holocaust. We zijn ons dit heel goed bewust. En toch - tegen wil en dank - roepen de beelden van scheiding en ‘Verboden voor Joden’ associaties op met wat we de afgelopen dagen hebben gezien. De oproep van Palestijnse christenen echoot na in onze oren: vertel wat je hebt gezien!’
Geen kennis van zaken Opperrabbijn Binyomin Jacobs uit Amersfoort vindt de vergelijking tussen de situatie van de Palestijnse christenen en de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog onacceptabel. ‘De situatie in Israël is ongelooflijk complex. De Raad van Kerken mag zeggen en denken wat ze wil, maar ze moet oppassen dat ze geen antisemitisme kweekt. Het is nota bene de Raad van Kerken.’ Volgens de opperrabbijn doet deze gebeurtenis de relatie tussen het jodendom en de kerk niet goed. ‘Ik ben al jaren aan het bouwen aan de relatie. Er is zoveel wat we als christenen en joden gemeen hebben. Maar ik heb het gevoel dat alles nu in één klap wordt weg gesabeld.’
Rabbijn Lody van de Kamp reageert en schrijft, dat het reisverslag weer aantoont dat ‘binnen uw kerkelijke gemeenschap geen kennis van zaken en begrip bestaat over de Shoah en wat tijdens die dramatische periode heeft plaatsgevonden’. Ik sta verteld. Staan ze bij de Raad van Kerken nooit stil bij 4 mei? Hoeveel bezinnende bijeenkomsten zijn er wel niet in ons land rond 4 mei?
En steeds gaat het over het grote kwaad en het o zo gevaarlijke verzet. En dan komt er zo’n reisverslag. Dat verslag maakt je deel van een probleem. Is het de roeping van de kerk juist niet veel meer om deel te zijn van de oplossing?
We hebben een paar jaar geleden een hele toestand gehad over het verzet en dat de kerk te weinig zou hebben gedaan. Daar is dan weer een heftige reactie gekomen met een overvloed aan materiaal met een meer genuanceerd beeld. (Zie bijvoorbeeld: Home (lo-lkp.nl), Home (wo2-verzet.nl).)
En nu is er een emotionele vergelijking, “associaties” geheten. Het is beschamend. In de kerk en in de politiek zijn vergelijkingen met de oorlogstijd, Anne Frank en de Shoah altijd ongepast. Rabbijn Jacobs heeft gelijk: de situatie in Israël is uitermate ingewikkeld. Israëli’s en Palestijnen mogen niet zomaar overal komen, terwijl wij met een Nederlandse pas overal kunnen komen.
Gewijzigd
Inmiddels is de tekst van het reisverslag gewijzigd. Nu staat daar te lezen: ‘Het bezoek aan Yad Vashem laat ons niet los. Het heeft ons nog meer bewust gemaakt van het ‘dit nooit meer!’ Elk mens is kostbaar in de ogen van God. Wees alert. Laat je niet meenemen in de ontmenselijking van wie dan ook, maar kom, zeker als kerk, op voor de waardigheid van elke kostbaar mensenkind.’
Onmacht
De pijn zit ‘m erin, dat aan een tekentafel de moord op joden is uitgedacht. Van baby tot bejaarde met berekening van targets erbij. Dit is onvergelijkbaar kwaad. Eerlijk gezegd lijkt het mij, dat er sprake is van onmacht om aan te voelen wat die vernietiging van grote delen van families veroorzaakt. Geen verjaardagbezoek, geen familiegeheugen, geen persoonlijke herinneringen of voorwerpen, juridische vragen rond rechten van eigendom. Daarbij komt, dat de kerk zich onmachtig voelt om op diaconale wijze rechtvaardigheid te bevorderen, omdat het Israëlisch-Palestijnse conflict onoplosbaar lijkt.
Geloofsmatig Je kunt niet overal verstand van hebben. Maar besef dan ook, dat je niet overal een mening over kunt hebben Zeker als je een brede achterban vertegenwoordigt. Het Nieuw Israëlitisch Weekblad wil graag dat de Raad van kerken stopt met politiek bedrijven. Weet u wat mij opgevallen is? Dat de apostel Paulus niet aan politiek doet, omdat hij geen kerk wil als revolutionaire beweging. Over slavernij geeft hij geen oordeel, wel aanwijzingen om van binnen uit geloofsmatig verhoudingen te verbeteren. Door “eenvoudig” te zeggen: “Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus.” (Galaten 3: 28).
2. Daniël de Waele over geloof Zowel het dagblad Trouw als het Nederlands Dagblad hebben een interessant gesprek gehad met Daniël de Waele. Hij is docent Nieuwe Testament in Brussel en schrijver van drie grote boeken: ‘Ontluikend christendom’, ‘Vergeten rijkdom: Joodse wereldliteratuur uit de klassieke oudheid’ en ‘Godenschemering - De geschiedenis van ons geloof in God’. In de gesprekken is hij persoonlijk en open: ‘Een voorbeeld uit mijn eigen leven. Op mijn zeventiende maakte ik als jonge Vlaming voor het eerst kennis met het geloof. Een straat-evangelist in Brussel sprak mij aan en zei: ‘Ga naar huis en bid of God in je leven komt’. Wel, dat heb ik gedaan en het gebeurde: God kwám in mijn leven. Hoe ik dat merkte? Ik veranderde, werd vrolijker en opener.
Yad Washem.
18 534408.indd 2 4/3/2023 9:28:08 AM
Anderen zagen het aan mij.’
Op de vraag waarom mensen liever geloven dat God dood is, antwoordt hij: ‘Nou, ik denk niet dat ze dat líever geloven. Het is eerder onverschilligheid. De godsvraag interesseert veel mensen simpelweg niet meer. Nietzsche was nog ontzet over zijn conclusie ‘God is dood’, maar dat geldt toch tegenwoordig voor bijna niemand meer? Veel mensen zijn met andere dingen bezig, niet met God.’
Hij vertelt: ‘Ik heb toen ik zeventien was God ontmoet. Dat was zo echt. Ik herinner me nog dat ik tegen mijzelf zei: ik gelóóf niet, ik weet het zéker! Dat ik geloof en niet níét geloof, dat heeft die ervaring toch bij mij gedaan. Én het lezen van het Nieuwe Testament. Ik weet nog hoe overdonderd ik was van de Bergrede. Daar gebeurde iets!’
Bergrede
Dat juist de Bergrede genoemd wordt, vind ik sterk. Want de Bergrede is er niet op gericht wat ik moet ervaren, maar hoe we een dienstbare rol kunnen spelen in ons leven. De Bergrede verwijst naar het Koninkrijk van God, waar liefde en genade een grote rol spelen. De toekomst en het heden worden in elkaar geschoven om hier en nu al tekenen van Gods Koninkrijk te kunnen opmerken.
De Waele stelt: ‘Geloven als het voor waar aannemen van een aantal dogma’s of leerstellingen, daar red je het niet meer mee. Gelovigen vandaag hebben het nodig om af en toe een concrete gebedsverhoring te hebben. Om God te vóélen. Niet altijd en overal. Maar af en toe heb je dat echt nodig. Ik tenminste wel.’ Voor hem is geloven gebaseerd op een relatie van vertrouwen en afhankelijkheid.
Aan de Waele wordt de vraag gesteld: ‘Hoe komen mensen ertoe om in God te geloven (of niet in God te geloven)?’ Dan luidt zijn antwoord: ‘Ik denk dat een heel belangrijke reden waarom mensen om God roepen hun nood is. Mensen verlangen naar een hulp die vanuit de hemel komt, die van buitenaf komt. Dat wij minder geloven in het Westen komt doordat we het hier erg goed hebben. We hebben God gewoonweg niet meer zo nodig. Als we ziek zijn,
gaan we naar de dokter. Als we ons psychisch niet lekker voelen, gaan we naar een therapeut. En dat is heel goed. Maar het heeft wel veel van de nood weggenomen om tot God te roepen. Ik denk dat dat op veel plaatsen buiten Europa toch nog heel anders ligt. En als hier de nood weer hoog zou worden, zouden mensen vermoed ik toch weer om God gaan vragen. Want het is een drang, een drijfveer in de mens. We hebben nood aan troost, aan hoop, aan hulp.’
Dan moet ik denken aan Dietrich Bonhoeffer, die het advies geeft om God geen ‘Lückenbüsser’, gatenvuller, te laten zijn. Haal God er niet alleen bij, als je niet meer weet hoe het verder moet. Laat God niet alleen toe, als het gaat om de dood en het leven na de dood. Maar zoek Hem vooral ook daar waar Hij wil zijn: niet alleen aan de grenzen, maar ook midden in het leven. Er is niets tegen, dat je geloof in verband brengt met troost en bemoediging. Als ook maar de aansporing en aanmoediging klinken om mens te zijn in zijn naam. Jezus motiveert en inspireert mensen tot het maken van keuzes, die ander mensen helpen en dienstbaar zijn aan het Koninkrijk.
3. Verkiezingsuitslag Provinciale Staten
In de twaalf Provinciale Staten in Nederland bezet de BoerBurgerBeweging (BBB) binnenkort maar liefst 139 zetels. Dat is een aanzienlijk deel van de 570 zetels in totaal. De grote winnaar van vier jaar geleden, Forum voor Democratie, kwam met 86 Statenleden in de Provinciale
Staten. De BBB is “de jongste pleisterplaats van een algemeen onbehagen, voor een groot deel gericht op het kabinet-Rutte IV”(Goslinga in Trouw). Nu is de BBB geen rare partij met dikke ego’s. Het beleid wat de BBB voor ogen staat is eigenlijk CDA-beleid zoals we dat zouden wensen: overeenkomsten sluiten met betrokkenen en geen onteigeningen en geen dwang van bovenaf.
De overheid is er om te faciliteren en de maatschappij moet organiseren en produceren. Of het nu het bedrijfsleven is, of het onderwijs of de gezondheidszorg, steeds komt het op datzelfde stramien neer. We begrijpen, dat de commentatoren in de media hoog opgeven van de prestatie van de partij met de slogan: “Iedere dag BBBeter”. In Overijssel riep de lijsttrekker van de BBB: “wen er maar aan!” Na 15 maart stond op de poster geplakt ”Stemmers, BBBedankt”. Een ander quote: “In plaats van regeltjes verzinnen, moet de overheid de mensen weer helpen.” Mensen willen gehoord worden. En Caroline van der Plas heeft de gave om mensen vertrouwen in te boezemen, dat het anders kan. De kilte uit Den Haag staat haaks op de sfeer van dankbaar zijn dat er voedsel is dankzij veeteelt en land- en tuinbouw. Schepping is niet alleen een theologisch woord. Schepping is ook een woord, waarmee ontzag en bewondering en verantwoordelijkheidszin meekomen. Bij de diensten rond biddag voor gewas en arbeid kreeg ik als voorganger intenties voor de voorbede in handen, die dit verwoordden.
19
534408.indd 3 4/3/2023 9:28:09 AM
THEMA: ALS HET PASEN WORDT
Achterban
Het is voor mij onbegrijpelijk, dat het CDA met beleidszaken als Groningse gas-narigheid en toeslagenellende, stikstof en boerenbedrijfsleven zich zo vervreemd heeft van de eigen achterban. Die achterban treffen we vooral aan rond kerken en diaconieën, voedselbanken, schuldhulpmaatjes, vluchtelingenwerk, vrijwilligerswerk rond opvang asielzoekers. Veel van deze mensen voelen zich niet meer vertegenwoordigd door het CDA.
Wie een berichtje stuurt naar een kamerlid, krijgt nauwelijks antwoord, zo is me zelf meermalen overkomen.
Wie bedenkt dat de politiek leider van het CDA, een partij in de vrije val, minister van Buitenlandse Zaken moet worden, begrijpt van politieke partijorganisatie bar weinig. En dan nog dit: de minister van Buitenlandse Zaken moet zich druk maken over internationaal recht, terwijl hij in een vorige baan als minister van Financien medeverantwoordelijkheid heeft gedragen voor ongekend onrecht vanuit zijn ministerie. Bij dat onrecht zijn gezinnen uit elkaar getrokken: als er iets on-CDA is, is het dit wel.
Naar een effectief milieu- en klimaatbeleid
Laten we niet vergeten, dat veel mensen en dus ook veel boeren een effectief milieu- en klimaatbeleid steunen. Maar dan wel op een ordelijke en rechtvaardige manier. Het huidige kabinet heeft de boeren geen enkel perspectief geboden. Hoe moet je met zoveel onzekerheid een bedrijf levensvatbaar houden? En is dat niet de eerste verantwoordelijkheid van de politiek, dat mensen op ordentelijke wijze zaken kunnen doen en hun brood verdienen? Daar is het ministerie van Economische Zaken toch voor opgericht?
Kortweg samengevat: men is in Den Haag meer bezig met cijfers en regels dan met mensen en omstandigheden. Hoewel dat natuurlijk geen tegenstellingen zijn: het gaat vaak om èn, èn.
Het CDA heeft in veel achtereenvolgende kabinetten leiding gegeven aan het landbouwbeleid. Vanuit christendemocratisch perspectief zou een beleid kunnen gevoerd worden vanuit rentmeesterschap, samenwerking en solidariteit. Misschien kan dat nog. Je kunt wel steeds benadrukken, dat
het gaat om ‘gemeenschapszin’ en ‘samen’ en een ‘volkspartij’ willen zijn, maar in Den Haag worden besluiten genomen. En een politieke partij is er voor om invloed uit te oefenen. Welke invloed heeft het CDA uitgeoefend, waardoor de achterban zich vertegenwoordigd weet?
4. Wat is er aan de hand in Israël? Het is al jaren een punt: Israël reageert op bedreigingen die op de staat afkomen. En je wilt zo graag, dat zij in staat zijn om de Bijbelse profetie te kunnen vorm geven: om te streven naar ploegijzers en snoeimessen in plaats van zwaarden en speren. De Evangelische Omroep heeft in orthodox-protestantse kring meegeholpen om te groeien naar een nieuwe Israëlvisie, die een afscheid betekent van de vervangingstheologie (alsof de kerk in de plaats van Israël zou komen).
Die vervangingstheologie houdt ook in, dat de bijzondere band van God met het Joodse volk zou zijn vervallen. In hoeverre het heil alleen door Christus ontvangen kan worden wordt nog steeds verschillend beleefd.
In Palestijns-christelijke kring is het geloof in Christus voorwaarde voor het ontvangen van Gods heil. Hoe meer dat beleefd wordt, hoe kritischer de houding wordt ten opzichte van de staat Israël. Theologisch interessant is de vraag: is het geloof voorwaarde of is het werk van Christus voorwaarde?
Het grote dilemma is: Israël doet dingen rond de Palestijnse gebieden die de vrede niet bevorderen; maar als Israël de repressie loslaat, komt de veiligheid in gevaar.
Media en onderwijs
Onderzoeksresultaten van de Israëlische ‘Palestinian Media Watch’ die de Palestijnse media volgt, laten zien, hoe inwoners van de Palestijnse gebieden dagelijks te horen krijgen, dat alle schuld voor de dagelijkse ellende ligt bij Israël.
In kleuterprogramma’s wordt gezongen over het verheerlijken van martelaars. Daarom ben ik blij, dat we vanuit Nederland een project hebben in Zababdeh, een dorp bij Jenin, waar vredesonderwijs bij Palestijnse kinderen centraal staat.
Palestijnse media geven ruim aandacht aan moeders, die vertellen dat ze Allah dankbaar zijn dat hun zonen martelaar zijn geworden nadat zij Joden vermoord hebben. Daarom ben ik blij, dat de ‘Parents Circle’ bestaat, waarin Israëlische en Palestijnse ouders van omgekomen kinderen werken aan verzoening. Politiek is er afstand, maar de gevoelens zijn overeenkomstig. Het blijft moeilijk, dat moordacties niet ontmoedigd worden. De familie van een martelaar wordt geëerd en krijgt een flinke financiële vergoeding. Zo ontstaat het idee, dat het niet anders kan dan dat de Palestijnse jeugd Israëli’s aanvalt. Zou daar in diplomatieke gesprekken niet wat meer aandacht voor kunnen komen?
Palestijns dorp aangevallen
Op zondag 26 februari 2023 is Huwara, een dorp bij Nablus op de Westelijke Jordaanoever, door Israëlische kolonisten gruwelijk aangevallen en is op grote schaal brand gesticht. De kranten hebben er over vol gestaan. De NRC van 3 maart 2023 schrijft: “Ik dacht dat dit het laatste oordeel was”, vertelt Mariam, terwijl ze haar
Protest in Tel Aviv, januari 2023.
20 534411.indd 2 4/3/2023 9:28:12 AM
jongste zoon van vier maanden op schoot een flesje melk geeft. “Het bangst was ik voor mijn kinderen. In grote haast pakte ik een tas met melk voor de baby en zijn geboortebewijs, voor als we zouden moeten vluchten. Het was afschuwelijk.” Haar getraumatiseerde zoontje van vijf jaar wordt volgens Mariam nog elke ochtend in paniek wakker. “Hij zegt dan dat we weer worden aangevallen.” Hun poes springt op de bank. Het beest ziet er nogal verfomfaaid uit. „Ik heb hem net gewassen”, zegt Mariams schoonmoeder Najah. „Hij stonk nog zo vreselijk naar rook.”
Het helpt natuurlijk niet als onbesuisde acties via de weg van eigenrichting gaan plaats vinden. En de politie en het leger van Israël laten dit toe. Dat is rechteloosheid in de praktijk. Het heeft niets met een vredesproces te maken. Het is om moedeloos van te worden. Je bent pas veilig, als je buren zich ook veilig voelen.
Democratisch eigene
Onder de huidige premier Netanyahu is een wet van kracht geworden, die de premier beschermt ook als een motie van wantrouwen door de meerderheid van de Knesset zou worden aangenomen. Zo komt het democratische eigene van de staat Israël onder druk te staan. Dat het hooggerechtshof minder macht krijgt, hoeft op zich niet erg te zijn. Maar dat het onpartijdige toetsen van besluiten op rechtmatigheid gaat verdwijnen, ondergraaft het democratisch eigene van de staat Israël wel degelijk. De Wet op Terugkeer gaat er nu vanuit, dat je met ‘één-grootouder’ al Jood bent. Dat moet worden: alleen een Joodse moeder. En bekering
geldt alleen als het erkend is door het orthodoxe Israëlische opperrabbinaat. Zo’n drie miljoen mensen met Joodse wortels kunnen worden geraakt. De Israëlische minister van Defensie Yoav Gallant heeft zijn ontslag gekregen, omdat hij tegen de omstreden juridische hervormingen is. Hij vindt, dat de regeringsplannen zorgen voor een verdeeldheid, die leidt tot gevaar voor de veiligheid van Israël.”
Zorgen
Er zijn veel zorgen: dat de illegale nederzettingen op de bezette Westoever verder mogen uitbreiden, dat er nog hardhandiger zal worden opgetreden tegen de Palestijnse gemeenschap, en dat de persoonlijke vrijheidsrechten kunnen worden aangetast. En als klap op de vuurpijl ligt de vrijheid van godsdienstige uitingen onder druk. De sfeer in Israël wordt grimmig. Dat is er aan de hand. En de regering is tot op heden niet bij machte om hierin goed leiding te geven.
5. Paasstemming
We zijn op weg naar Pasen en als het Pasen wordt, komen we voor een nieuw begin te staan. “Want nu de Heer is opgestaan, nu vangt het nieuwe leven aan”, jubelt het lied: “Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, die galmt door gans’ Jeruzalem; een heerlijk morgenlicht breekt aan: de Zoon van God is opgestaan!
“Geen graf hield Davids Zoon omkneld.” Het is een heerlijke gebeurtenis die bezongen wordt in het lied: “Christus, onze Heer, verrees, halleluja! Heilige dag na angst en vrees, halleluja! Die verhoogd werd aan het kruis, halleluja, bracht ons in Gods vrijheid thuis, halleluja!”
Want zijn lijden en zijn strijd heeft verzoening ons bereid. Aan de hand van deze Paasliederen komen we op het spoor van het nieuwe leven, waarbij we in Gods vrijheid worden uitgenodigd om de verzoening te vieren in dankbaarheid.
Wat zou dat nieuwe leven nu verder kleur kunnen geven? Dat we leven met de moed van de hoop. Dat we weten, dat het mooiste nog komen zal. Het lijkt erop, dat we bergafwaarts denderen. Maar Pasen laat ons zien, dat er een keer ten goede is gekomen. Zo is Pasen een tegen-
beweging, die laat zien, dat haat en minachting kunnen omslaan in verwondering en blijdschap. Dat gebeurt niet als we op onze lauweren rusten. Het gebeurt als wij actief worden en de Geest van Christus in ons laten doorwerken.
Het spoor van onze daden klaagt ons niet langer aan
Inge Lievaart zegt het zo indringend en bevrijdend in Lied 581: “Die vol was van genade is onze weg gegaan, het spoor van onze daden klaagt ons niet langer aan.” Zo werkt verzoening, zou ik zeggen - en dat kun je merken als het Pasen wordt.
De opgestane Heer zegt in alle duidelijkheid: “zoals de Vader Mij zond, zo zend Ik u.” En als we in zijn naam willen leven, gaat de vrucht van de Geest in ons vaardig worden vol liefde, geloof, geduld en hulpvaardigheid. Geloof, hoop en liefde brengen ons in de sfeer van het nieuwe leven, dat door Christus mogelijk wordt. Zo komen geloofsvertrouwen en diaconale dienstbaarheid samen als verticale en horizontale lijnen, die elkaar ontmoeten in een kruisvorm, waarbij we de weg van Christus kunnen herkennen als ijkpunt en oriëntatiepunt.
21
Dominus Flevit Kapel in Jeruzalem als herinnering aan Jezus. Had ook jij op deze dag maar geweten wat vrede kan brengen.
ds. Wim Scheltens
534411.indd 3 4/3/2023 9:28:13 AM
De kruisiging door Jacob Jordaens.
HOE BEREIK JE GOD?
Sinds mensenheugenis wordt er gezocht naar vrede op aarde, in harmonie met elkaar leven, onze kinderen goed opvoeden, dat ons leven wat te betekenen heeft. Waarom lukt dat maar niet, getuige de vele conflicten en complotten? De mens is tegelijk in staat tot nobele en schitterende maar ook tot weerzinwekkende gedachten en daden. Paulus verzucht dan ook “het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade dat ik niet wil, dat doe ik”. Hoe vinden wij verlossing? Daarin voorziet godsdienst met een scala aan voorschriften, gebeden, instructies en rituelen.
Maar let op: zo’n religie is het christelijk geloof niet! Het christelijk geloof is ervan overtuigd dat geen mens in staat is God te bereiken. Daarom komt God zelf in Jezus Zijn Zoon. Dit is zo ongelooflijk groot en ondenkbaar dat ook veel christenen dit niet zien. Stel jezelf maar eens de vraag: hoe word je christen? Het antwoord zal gaan over de 10 geboden, of de Bergrede, of de kerk en het gebed. Nikodemus, een leraar van Israël komt bij Jezus en uitgebreid hebben zij een gesprek. (Johannes 3). Deze erudiete leraar van Israël is complimenteus naar Jezus toe, maar Jezus zegt: je moet opnieuw geboren worden. Dit betekent niets meer of minder dan erkennen: ik mis het doel van God. Ik kan de kloof tussen mij en God niet herstellen, Hij Zelf doet dit in gratis genade.
ONBEGRIJPELIJK EN ONGELOOFLIJK
Toen Jezus was gestorven aan het
kruis en dit voor al zijn volgelingen het uiteenspatten van hun dromen betekende, stond Hij na drie dagen op uit de dood. Hij had dit voorzegd (“deze tempel zal worden afgebroken maar na drie dagen hersteld”), maar niemand begreep Hem. Er gingen na drie dagen vrouwen naar het graf om zijn lijk te balsemen. Toen het graf leeg bleek te zijn en hen door engelen werd gezegd, dat Hij was opgestaan werden ze bang. Toen ze het de apostelen vertelden reageerden die door te stellen dat dit te gek voor woorden was. Niemand begreep dit ongelooflijke!
OOGGETUIGEN
In de zo enthousiaste en geestdriftige christelijke gemeente van de havenstad Korinthe konden de christenen de opstanding van Jezus ook niet geloven. Maar Paulus zei: dit is het, anders is je geloof leeg. Trouwens,
er zijn wel 500 ooggetuigen van dit heilsfeit en die leven (toen) bijna allemaal nog, dus ga het maar vragen! (1 Korintiërs 15).
BEHOUD
Er is één naam tot behoud: Jezus Christus. Ook in Jesaja 43 wordt al gesproken over één HEER. In Amos 9 wordt weliswaar duidelijk gemaakt dat God met meer volken bezig is: Egyptenaren, Filistijnen en Arameeërs. God houdt van alle mensen – Hij heeft ze immers allen in liefde geschapen! God zoekt dus ook het behoud van alle mensen. Daartoe heeft Hij het grootst denkbare offer gegeven – zijn Zoon, zijn enige, Jezus, onze HEER. De verlossing komt door Hem. Dat sluit anderen echter niet uit, maar in. De liefde van Christus dringt ons tot getuigenis in daad en zo nodig in woord. God is niet onbarmhartig, dat Hij niet-christenen zou oordelen over Wie zij niet konden kennen (vgl. Romeinen 2). Hij zoekt het behoud van de gehele wereld. Christenen zijn bedelaars die brood gevonden hebben. In je enthousiasme deel je dat met collega-bedelaars die dit brood nog niet kennen. En dit gezegende brood is zo goed in Gods naam. Kortom: ik bereik God niet, Hij bereikt mij! Halleluja!
ds. Piet Rozeboom
JEUGDRUBRIEK
22
534413.indd 1 4/3/2023 9:28:27 AM
COLOFON
REDACTIE
Het bestuur van de Stichting tot Verspreiding van de Confessionele Beginselen is verantwoordelijk voor het verschijnen van het blad Confessioneel–Credo.
Voorzitter van de stichting is dr. Jan Dirk Wassenaar.
Het algemene e-mailadres voor het aanleveren van kopij is: redactieconfessioneel@gmail.com of dirkvanduijvenbode1965@gmail.com
HOOFDREDACTEUR
ds. Arien Treuren
EINDREDACTEUR
ds. Dirk van Duijvenbode
Koning Willem III weg 16 C 3151 HJ Hoek van Holland
Tel. 06 - 20628184
DEELREDACTIES
Wereldwijd:
ds. Hans van Dalen
Geloof:
ds. Arien Treuren, ds. Mart Jan Luteyn
Theologie: dr. Wim de Bruin
Vertel het maar:
ds. Dick Westerneng
Kerk:
dr. Jan Dirk Wassenaar
Samenleving:
dr. Jacques Schenderling en ds. Wim Scheltens
Gemeentewerk:
ds. Roberto Buijs
Cultuur:
ds. Annelieke Warnar
ds. Robert-Jan van Amstel
Themanummers:
ds. Robert-Jan van Amstel, ds. Diemer de Jong, ds. Dick Westerneng, ds. Wim Scheltens
Varia, persberichten en eindredactie: ds. Dirk van Duijvenbode
Vaste medewerkers:
dr. Wim de Bruin, drs. Fred Cupido dr. Wim de Ruyter, dr. Peter Verbaan
UITGEVER, ABONNEMENTEN EN BEZORGING
BDUvakmedia
Postbus 67
3770 AB Barneveld tel. 0342-494911 – fax 0432-494299 abonneeservice@bdu.nl
Opgave advertenties: Roel Abraham, tel. 06-54274244 e-mail: r.abraham@bdu.nl
Kosten abonnement bij vooruitbetaling:
Jaarabonnement € 86,10
Halfjaarabonnement € 48,90
Kwartaalabonnement € 30,25
Buitenland, jaarabonnement € 137,25
Jaarabonnement student € 46,90
Opzeggingen: Het abonnement wordt na de overeengekomen periode automatisch verlengd. Na deze abonnementsperiode is het abonnement per maand opzegbaar.
Deze uitgave is beschikbaar in gesproken vorm op daisy cd-rom voor mensen met een leesbeperking: CBB, Ermelo: tel. 0341-565477, klantenservice@cbb.nl
23
De gra egging van Christus door Caravaggio.
Midweek Stil worden en bezinnen Opladen en bijkomen Individueel met pastoraat in prachtige bosrijke omgeving PASTORAAL DIACONAAL CENTRUM de Herberg Retraite ------------------------------------------------------------------ Advertentie -----------------------------------------------------------------534414.indd 1 4/3/2023 9:28:17 AM
www.pdcdeherberg.nl 026 33 42 225
Je blijft niet zappen als je lol kunt trappen
Als het buiten leuk is, blijf je niet binnen. Daarom helpt Jantje Beton kinderen om hun eigen buurt weer leuk te maken. Want buitenspelen is essentieel voor de gezonde ontwikkeling van een kind. Help ook mee! Kijk op www.jantjebeton.nl.
Haal het kind naar buiten!
JAN13012-02_adv_A4 staand.indd 1 18-03-14 07:55 534415.indd 1 4/3/2023 9:27:54 AM