gereformeerd 72E JAARGANG • NUMMER 18 • 27 SEPTEMBER 2019
KERKBLAD @GerefKerkBlad
KERKELIJK LEVEN
2
God wil niet dat Zijn bestaan ‘bewezen’ wordt binnen de menselijke begrippen. Wat is ‘geloven in de Almachtige’ anders dan liefde en vertrouwen?
PERISCOOP
4
Je loopt de kerk uit en de eerste die je spreekt maakt duidelijk dat hij de preek maar ‘niks’ vindt. Een vernietigend oordeel. Wat moet je hier nu mee?
WWW.GEREFORMEERDKERKBLAD.NL
BOEK VAN HET JAAR
12 Deprijsshortlist voor de jaarlijkse voor het beste theologische boek is bekend. Uit de vele tientallen ingezonden boeken zijn vijf titels geselecteerd.
Zijn en zin Als de wezens zich bewogen, gingen de wielen mee (Eze. 1:19)
DOOR DS DAVID DE JONG
Als Ezechiël door God geroepen wordt, is nog niet het hele volk in ballingschap. Alleen de elite is weggevoerd. Ondertussen gaat het leven in land van God en de eredienst in het huis van God gewoon door. Maar Ezechiël zal straks aan de ballingen in Babel moeten vertellen dat ook daar een einde aan komt. In hoofdstuk 10 ziet hij hoe de Here de tempel in Jeruzalem verlaat op een rijtuig met dezelfde
vier wielen als hij in hoofdstuk 1 al gezien had. En toch is er in dat oordeel ook genade. Want dezelfde God die verdwijnt uit Jeruzalem verschijnt in Babel. Ook daar heeft Híj het voor het zeggen en niemand anders. Hij trekt zijn eigen plan, dwars door de trots van Babel en de wanhoop van Israël heen. Al het kwaad dat zijn volk aangedaan wordt en alle zonde die zijn volk zelf doet, kan niet verhinderen dat zijn plan van vrede voor de hele schepping werkelijkheid wordt. Ja, je zou bijna zeggen dat al dat kwaad en al die zonde eraan mee moet werken dat Gods plan werkelijkheid wordt. Want in het visioen van Ezechiël gaan de vier wezens en de vier wielen steeds dezelfde kant op. Waar voor ons gevoel onze wereld
en Gods koninkrijk steeds verder uit elkaar groeien, mag Ezechiël zien dat ze juist samen opgaan, omdat het God is die alles in allen uitwerkt (1 Kor. 12:6). Er is een negrospiritual over het visioen van Ezechiël: Ezekiel saw the wheel. Voor slaven in Amerika had dat wiel blijkbaar iets te maken met de loop van hun leven. Het bestaat niet dat we recht op onze ondergang af gaan, nu we dat wiel gezien hebben. God zal ons de weg naar het leven wijzen, ook als wij slechts met de dood voor ogen leven. Maar dan moeten we wel met God mee bewegen. Want ook al hangen de wezens en de wielen samen, ze vállen niet samen. Je beantwoordt niet automatisch aan je doel. Dat je er bent betekent niet dat je er al bent. Zijn is nog geen zin.
KERKELIJK LEVEN
Godsbewijs… hou ermee op! De laatste tijd las ik van alles over ‘het bewijs’ dat God bestaat, waaronder ook een thriller van een niet-christelijke uitgeverij. Allemaal loffelijke pogingen, vind ik, waarmee ik mijn waardering uitspreek over de drijfveren van al die schrijvers en denkers. Maar ze zullen de mensen die niet geloven in de drieënige God niet overtuigen. Dat geloof ik stellig. Waarom? Omdat ik denk dat God niet wil dat Zijn bestaan ‘bewezen’ wil worden binnen de menselijke begrippen. Immers: wat is ‘geloven in de Almachtige’ anders dan liefde en vertrouwen?
staat? Nou, het lijkt me dat we als kerkmensen vaak in de ‘overtuigingsmodus’ staan. Als we te maken krijgen met mensen die niet geloven in de God van de Bijbel, dan proberen we hen vaak te overtuigen van Zijn bestaan. ‘Kijk maar naar de natuur,’ zeggen we dan wel eens en we wijzen hen op de wonderen waarin we de hand van de Schepper hebben ontdekt. Of we vertellen van die honderdtallen voorbeelden die in allerlei boeken en publicaties genoemd zijn. Of van persoonlijke ervaringen bij genezing, redding uit lastige omstandigheden, of van wonderlijke gebeurtenissen in ons leven zoals de geboorte van een zoon of dochter.
DOOR HEERCO WALINGA
Niet kunnen overtuigen
Die ‘loffelijke pogingen’ zijn me sympathiek. Die schrijvers willen mensen overtuigen van het bestaan van God, en dat verdient waardering. Want vanuit het geloof dat zij kregen willen ze zeggen: ‘Dat gun ik iedereen!’. En wie wil dat niet?
Mankementen
In de verschillende publicaties, die ik met meer dan gemiddelde belangstelling en spanning heb gelezen kwamen de schrijvers naar mijn gevoel soms heel dichtbij, moet ik zeggen. En die spanning ontstond dan door de vraag HOE dichtbij ze zouden komen. ‘Zouden ze inderdaad een bewijs van Gods bestaan leveren?’ Maar ik was sceptisch, want mijn basisgedachte was dat een bewijs van Gods bestaan het geloof in de Almachtige overbodig zou maken. En ten diepste wilde ik niet dat dat zo zou zijn. Want geloof is zoveel mooier en rustgevender dan exacte wetenschap, bewezen kennis en logische redeneringen. De impact van die overbodigheid is overigens zeer verstrekkend. Denk maar aan wereldreligies, Islam, Boeddhisme en welke dan ook maar. Wat moeten die miljoenen mensen met hun geloof als onomstotelijk wetenschappelijk bewijs zou worden geleerd dat de God van de Bijbel bestaat?
2
Het was, gek genoeg, die thriller die daarvan melding maakte: chaos, oorlogen, losgeslagen bevolkingsgroepen van immense omvang. Een ramp van ongekende omvang, dus. Mijn vooroordeel bracht ook met zich mee dat ik kritisch bleef lezen of de redeneringen mankementen vertoonden. En die waren er. Zelfs als leek en niet-wetenschapper kon ik die wel aanwijzen vanuit de filosofie, of vanuit exactere wetenschappen. Veel van de auteurs kwamen uiteindelijk niet verder dan ‘gezien alle feiten kan het toch niet anders dan dat God bestaat’. En hun opsomming was zeker indrukwekkend. Vanuit de biologie, de astronomie, de (vroege) historie, en zelfs vanuit de wereldwijde letterkunde (denk aan de oude verhalen uit Zuid-Amerika die treffende gelijkenissen vertonen met het zondvloedverhaal uit de Bijbel), dragen deze godsbewijzen honderdtallen elementen aan die allemaal één richting uitwijzen: er bestaat een hogere macht, dat kan niet anders. Maar echt wetenschappelijk bewijs… nee, dat gaf niemand. En ik was eigenlijk wel een beetje opgelucht…
Overtuigen
Wat heeft dit te maken met ‘Kerkelijk Leven’, de rubriek waarin dit verhaal
Op zich is daar niets mis mee, maar we kunnen er niet mee ‘bewijzen’ dat God bestaat. Dus zal het iemand die niet in God gelooft niet kunnen overtuigen. Daarom denk ik dat we – noch in evangelisatie, noch in persoonlijke gesprekken – niet moeten willen overtuigen. Het is gewoon niet mogelijk. En die onmogelijkheid wordt des te wranger als we met een geliefde te maken krijgen die het geloof vaarwel zegt. Een zoon, een zus, een kleinkind. Die zouden we van harte willen overtuigen van Gods bestaan. Niet omdat dat onze theorie zou bevestigen, maar omdat we die zoon of zus zo liefhebben en hem of haar de warmte van Gods liefde willen laten ervaren. We zouden het geloof het liefste stevig in zijn of haar bestaan vastschroeven, in beton gieten en verankeren in onwankelbare eenheden en wat niet al, als ze het maar geloven. Voor mezelf denk en zeg ik soms: ‘ik wil je nu graag ontmoeten, daar geniet ik van, maar vooral zou ik je willen zien en spreken in het Koninkrijk. Om samen te genieten van de God die dan ‘alles is in allen’. Maar we moeten het echt vergeten dat we dat hier op aarde kunnen regelen of bewerkstelligen! We geloven dat Gods Geest het geloof in de harten van mensen werkt. Niet wij. Zelfs niet bij onze kinderen en kleinkinderen die ons zo lief zijn, hoe graag en
20 SEPTEMBER 2019
NOG EVEN DIT
van harte we dat ook zouden willen. Gods Geest komt niet met bewijzen, maar met omvormingsmateriaal: van steen naar vlees, van kunnen naar willen, van scepticisme naar overgave. Laten we eerlijk zijn: zo kunnen wij niet werken. Hij wel. Dus laten we er maar op vertrouwen dat Hij Zijn werk doet, zelfs ondanks de belemmeringen die wijzelf opwerpen of hebben opgeworpen door ons gedrag, onze starheid, onze beste bedoelingen en onze oordelen.
Ophouden met bewijzen?
Ja, in het opzicht van ‘Kijk dan, het kan toch niet anders dan dat God bestaat!’ Maar niet in het aanvaarden van geloof als ‘bewijs van dingen die we niet zien’. Want, en dat vind ik altijd een prachtig woord in dit verband, geloof begint waar de wetenschap ophoudt. Dat geeft rust in de nervositeit van de overtuiging. Getuigen van die rust is voor de ander absoluut wat waard. De basis voor geloof is niet wat we zien, controleren of experimenteren, maar dat zijn de beloften van de Almachtige Vader in de hemel. Vele malen beter dan de formules, de microscopen en de laboratoria. Want daarvan weten we – zeker de laatste 50 jaar – dat de onzekerheids- en toevalsfactoren niet alleen niet uit te sluiten zijn, maar zelfs een belangrijk element in berekeningen zijn geworden. Relativiteit heet dat, meen ik. ‘God dobbelt niet,’ zei Einstein eens. Hij heeft vast gelijk, maar wij mensen, dobbelen wel. En soms is het een 2 en een andere keer een 5. Alleen als we valsspelen hebben we er invloed op. Zo is God niet, blijkt uit de Bijbel. Hij spreekt en het is er. Hij belooft en het zal gebeuren: ook het planten van het geloof in de harten van Zijn kinderen, mijn kinderen, uw kinderen, onze kleinkinderen. Vertrouw er maar op, want bewijs is niet op aarde te vinden. Het gaat om geloven en vertrouwen, niet om bewijs. Praat daar dan ook maar over met wie dan ook en zeg maar: ‘Ik kan het niet bewijzen, maar ik geloof… ik vertrouw.’
De vrouwen II DOOR HEERCO WALINGA ‘En Joël 3 : 1 dan?’ mailde een gewaardeerde lezer, toen hij mijn column van vorige keer had gelezen. Ik schreef daar: ‘…dit soort voorbeelden (…) geven aan dat de zwijgsteksten gaan over profeteren en spreken in klanktaal en niet over de pastoraat, gemeentelijk leven, liturgie, gemeenschap der heiligen.’ Ah, er ontstond kennelijk iets wat ik niet bedoelde en het zette me aan het denken, want zoiets gebeurt vaker. In mijn overtuiging dat Paulus in de zogenaamde zwijgteksten niet sprak over pastoraat, organisatie of liturgie, schreef ik dat op. Met de bedoeling om aan te geven dat er op die terreinen van het kerkelijk leven alle ruimte is voor activiteit van onze zusters. De genoemde gewaardeerde lezer trok de conclusie dat ik de zwijgteksten van toepassing maakte op o.a. het profeteren van een zuster. Zij mogen in de gemeente heel veel, zo zou ik beweren, maar profeteren en spreken in klanktaal, nee, dat behoort niet tot de mogelijkheden van onze zusters. En dat bedoelde ik nou net niet. Want Joël 3 : 1 staat ook in de Bijbel. Klip en klaar. En dat niet als iets wat per ongeluk een keer gaat gebeuren, nee, het is een gevolg van de activiteit van de Almachtige die Joël laat zeggen: ‘Ik zal Mijn Geest uitgieten over al wat leeft. Jullie zonen en dochters zullen profeteren…’ Hoe kan dat nou? vroeg ik me af. Enerzijds geeft Joël aan dat de Geest ook dochters aandrijft tot profeteren, anderzijds schrijft Paulus dat ze dat in de gemeente niet mogen. De enige mogelijkheid die er dan is, is dat Paulus – die als Schriftgeleerde zeker de tekst van Joël kende – een specifieke situatie op het oog moet hebben gehad toen hij zijn ‘zwijgteksten’ schreef. Ik ga dat hier niet verder uitwerken, want iedereen kent het wel: de situatie in de gemeenten aan wie Paulus schreef. Waar het me om gaat: ik kan, als ‘gewone bijbellezer’ niet anders concluderen dan dat Paulus misstanden aanwijst en afkeurt. Maar geen goede gebeurtenissen in een gemeente, zoals zusterlijke wijsheid en zorg. Wie helpt mij? Is er een andere mogelijkheid? Kan het inderdaad zo zijn dat Paulus verbiedt wat Joël voorzegt? Laat het me weten. Maar dan wel graag in eenvoudige uitleg van beide Schriftgedeelten en niet via ingewikkelde constructies. Mogelijk ben ik niet de enige die hartstochtelijk verlangt naar helderheid hierin. Een oproep dus, deze column: wie spreekt het finale woord in deze kwestie die broeders en zusters diepgaand verdeelt? hwalinga@walinga.org
3
PERISCOOP
Hoe geef je kritiek? LIEFDEVOLLE, FIJNGEVOELIGE HOUDING IS ONONTBEERLIJK Je komt de kerk uit en je voelt je sterk aangesproken door de preek. Je loopt naar buiten en de eerste die je spreekt, kijkt je meewarig aan en maakt duidelijk dat hij de preek maar ‘niks’ vindt. Een vernietigend oordeel. Wat moet je hier nu mee? DOOR A. PALS De zegen van de preek staat meteen in de schaduw. Wanneer is kritiek opbouwend en wanneer is kritiek afbrekend?
Kritiek is nodig
Kritiek functioneert in de gemeente prima wanneer het bijdraagt aan de opbouw van de gemeente. We moeten waakzaam zijn op de prediking, zodat deze naar bijbelse maatstaven niet tekortschiet. Kritiek op de prediking is niet per definitie verkeerd, alleen is het de vraag wanneer en hoe deze gegeven wordt. Ook in de Bijbel is er sprake van kritiek en vermaning. In een pedagogische relatie is het volgens de Spreukendichter goed dat een vader zijn zoon die hij goedgezind is, vermaant wanneer dat nodig is (Spr.3:11,12). De brief aan de Hebreeën (Hebr.10:24,25) roept ons op onze onderlinge bijeenkomsten niet na te laten, maar elkaar aan te vuren tot liefde en tot goede werken. De Statenvertaling formuleert het zelfs als het ‘aanscherpen in liefde’. Dat dit geen vrijblijvende wens is, volgt uit vers 25, waar staat: ‘zoveel te meer als u de grote dag ziet naderen’. Elkaar aanscherpen en bemoedigen staat hier in het licht van het komende oordeel. Laten we elkaar daarom dus opscherpen in liefde, tot opbouw van de gemeente.
Geven en ontvangen
Kritiek omschrijf ik als ‘een zachte regen, iemands groei bevorderen zonder zijn wortels te ondergraven’. Het
4
wordt nogal eens ervaren als persoonlijke afwijzing en dan bereikt het zijn doel niet. Het gaat dan niet meer over de inhoud, maar het raakt de wortels van iemands bestaan. Dit zegt niet alleen iets van het geven van kritiek, maar ook van de manier waarop het ontvangen wordt. Belangrijk is het dat de gever van kritiek iemands gedrag beschrijft zonder de persoon af te wijzen door met een beschuldigende vinger te wijzen: ‘Jij bent….’ Wie kritiek geeft, moet ook niet vergeten een alternatief te geven hoe het dan beter zou kunnen. Anders verergert het iemands onmacht er iets aan te doen. Ook kan het ontvangen van kritiek fout gaan. Iemand kan alles zo op zichzelf betrekken dat er bij kritiek altijd een gevoel van afwijzing ontstaat. Dit zegt natuurlijk iets over de persoon die ontvangt, maar het zegt ook iets over goed luisteren. ‘Wie antwoordt voordat hij geluisterd heeft, het is hem tot dwaasheid en schande.’ (Spr.18:13)
Liefde
Aan de gemeente is een diversiteit aan genadegaven geschonken. Onze gaven staan niet op zichzelf, maar hebben altijd verbinding met anderen in de gemeente. Leden van het lichaam van Christus zijn met Hem als Hoofd verbonden en vullen elkaar aan en stimuleren elkaar. De ambtsdragers hebben als taak goed leiding te geven aan de opbouw van de gemeente als spieren van het lichaam (Ef.4:16).
Paulus noemt niet voor niets aan het einde van 1 Korinthe 12 over het inzetten van genadegaven, dat er een weg is die dit alles nog overtreft. Hier bedoelt hij dat dit niet kan zonder liefde zoals in hoofdstuk 13 beschreven, de liefde tot God en de naaste. Zonder deze liefde zijn onze gaven koud, leeg en hol. Dan missen ze hun doel, namelijk de eer van God en de opbouw van de gemeente. Natuurlijk is het hier nog niet perfect, want ‘we kennen nu nog maar ten dele’. Er komt een moment dat de gemeente volledig tot zijn doel komt, oog in oog met Christus. Verschillen mogen er zijn, elkaar aanscherpen in liefde en elkaar aansporen tot liefde en goede werken is een must. Belangrijk is het echter wel dat gebeurt vanuit een houding van liefde die verbindend is, ondanks alle verschillen die er zijn. Ik denk dat kritiek dan inderdaad zijn doel niet mist en dat gemeenteleden zich niet zo snel afgewezen voelen, maar ervaren erbij te horen. Laat de gemeente dan ook een veilige omgeving zijn waar ruimte is om elkaar in alle openheid te bevragen en aan te spreken.
Verdieping
Wanneer onze kritiek opkomt vanuit een houding van liefde, gericht op de opbouw van de gemeente, doen we dit alleen vanuit de liefde tot Christus. Leven van genade zorgt ervoor dat we ook in het geven van kritiek niet een te grote broek aantrekken. Paulus bidt dat onze liefde steeds overvloediger wordt (Filip.1:9). Hij vertrouwt erop dat Hij Die in u een goed werk begonnen is, dat zal voltooien tot op de dag van Jezus Christus (Filip.1:6). In die tussentijd is het van belang te groeien in de liefde en wel concreet uitgewerkt in drie kenmerken. Onze houding van liefde verdiept zich allereerst in kennis en fijngevoeligheid. Dit kennen houdt naast geloofskennis ook erkennen in. Dat betekent dat je de ander ook als persoon wilt leren kennen en erkennen. Fijngevoeligheid betekent hier vooral sensitiviteit. Dat is het vermo-
20 SEPTEMBER 2019
wanneer we het oneens zijn met elkaar. Wanneer kritiek geven oprecht is en we blijven in verbinding met de ander, dan hoeft het geen aanstoot te geven, maar zet het elkaar aan tot denken. Zo bouwen we elkaar op in liefde.
Bij jezelf
gen personen en dingen goed te kunnen aanvoelen en inschatten. Terug naar ons onderwerp van het geven van kritiek: houden we rekening met wie we voor ons hebben met onze kritiek en welk effect het zal hebben? Hoe we onze kritiek formuleren doet er natuurlijk toe, maar dit doen vanuit een houding van liefdevol erkennen en aanvoelen, is vooral onontbeerlijk. We hebben er toch niets aan wanneer mensen zich afgewezen voelen en niets met onze kritiek doen? De gemeenteleden die de gave van sensitiviteit niet hebben, moeten oefenen in het zetten van een wacht voor de lippen (Ps.141) en om de juiste liefde bidden (Fil.1:9,10). In het uiterste geval is het goed een ander in te schakelen voor activiteiten die om sensitiviteit vragen.
Wat echt belangrijk is
Het tweede kenmerk van verdiepende liefde is het onderscheiden van wat wezenlijk is. Het gaat hier over het kunnen onderscheiden tussen ‘goed en kwaad’, ‘belangrijke en minder belangrijke zaken’ en het ‘zinvolle en zinloze’. Wanneer het geven van kritiek voortkomt uit irritatie, is dat meestal een projectie van eigen on-
vrede of het reageren vanuit een allergie die opgedaan is. Zelfreflectie en zelfkennis zijn belangrijk om dit te onderkennen en bij te sturen. We hebben wijze en evenwichtige mensen nodig die weten waar het op aan komt en die dicht bij de Heere leven. Mensen die zichzelf niet ten koste van de ander profileren. Ook is de gave van onderscheid gericht op het zorgvuldig afwegen van tijd en plaats om kritiek te geven. De context doet ertoe. Geef geen kritiek wanneer iemand onder stress staat of op het punt staat in te storten. Gebruik dit ook niet als smoes om géén kritiek te geven. Wijsheid is geen dogma, maar wordt doortrokken door het ‘ontzag voor de Heere’.
Vanuit oprechtheid
Het derde kenmerk is oprechtheid en het geen aanstoot geven. Eerlijkheid en transparantie zijn belangrijke eigenschappen. We noemen dit in deze tijd ook wel authenticiteit. Veel kritiek in de gemeente zorgt voor aanstoot en verwarring. Vanuit een oprechte houding kritiek geven vanuit de liefde tot Christus en Zijn gemeente heeft meer kans op een positief effect. Er is veel van elkaar te leren, ook
Iemand die net uit de kerk komt en vertelt dat hij de preek maar niks vond, terwijl een ander die juist gesticht is dit aan moet horen, geeft geen goede vorm van kritiek. Beter is het te zeggen dat de preek je minder bracht dan je gehoopt had. Laten we het in ieder geval bij onszelf houden en geen vaststaand oordeel geven. Dat kan de zegen van de ander wegnemen. Al zou de persoon gelijk hebben, het is nog niet wijs om het op dat tijdstip te doen, net na de dienst. Wijsheid houdt rekening met de context en het tijdstip waarop kritiek gegeven wordt. We hebben als ‘kritiekgevers’ een les nodig in liefde die zich concretiseert in fijngevoeligheid, sensitiviteit en weten waar het op aan komt in liefde die zichzelf niet zoekt. Daarmee zeg ik niet dat we een predikant geen kritiek mogen geven op de preek. De hoorders weten het beste hoe een preek landt en dat kan een predikant helpen beter te communiceren of beter de boodschap vorm te geven. Het gaat hier meer om het ‘hoe’ van het geven van kritiek als vorm van gemeenteopbouw. Dat is allereerst met gevouwen handen en bidden om te groeien in liefde. Christus ging ons hierin voor. Leer van Mij dat ik zachtmoedig ben en nederig van hart (Matt.22:16). Volgende keer het slot van dit tweeluik, over het uitspreken en ontvangen van waardering in de christelijke gemeente. Noot van de redactie: Anne Pals uit Rhenen is docent en begeleidingskundige aan de Christelijke Hogeschool Ede. Dit artikel verscheen op 7 februari 2019 in De Waarheidsvriend en is met toestemming van de redactie overgenomen.
5
SCHRIFT WERK
Dromende ouderen JULLIE ZONEN EN DOCHTERS ZULLEN PROFETEREN, OUDE MENSEN ZULLEN DROMEN DROMEN, EN JONGEREN ZULLEN VISIOENEN ZIEN; JOEL 3:1
De Geest zal worden uitgestort. Dan gaan er wonderlijke dingen gebeuren. God gaat zich openbaren aan de mensen. Maar waar lezen we van dromen, die oude mensen dromen? Wat is de bedoeling en de betekenis van die dromen? Welke jongeren hebben visioenen ontvangen? Kunnen we daar vandaag ook nog iets mee? Wil God vandaag nog steeds via dromen en visioenen zijn plan aan ons bekend maken? DOOR DS HENK JAN VISSER
Dromen zijn bedrog, wordt vaak gezegd. Veel dromen zijn nogal vreemd en staan ver buiten de werkelijkheid. Andere dromen zijn soms zo levensecht, dat als je wakker wordt, je denkt dat je het echt hebt meegemaakt. Toch heeft God onder het oude verbond meermalen zijn boodschap in dromen en visioenen aan de profeten bekend gemaakt. Zo lezen we bijvoorbeeld in Numeri 12:6: “Luister goed. Als er bij jullie een profeet van de HEER is, maak ik mij in visioenen aan hem bekend en spreek ik met hem in dromen.” Dus met dromen en visioenen maakte God duidelijk, wie hij was en wat er zou gaan gebeuren. Dat deed hij via de profeten. Alleen met Mozes heeft God rechtstreeks gesproken. Mirjam, de zus van Mozes, moet daarom respect hebben voor de man die God verkozen heeft. Maar de profetie van Joel wordt door Petrus aangehaald op de Pinksterdag om duidelijk te maken aan de samengestroomde mensen, wat er gaande is. Hij zegt dan: “Wat hier nu gebeurt, is aangekondigd
6
door de profeet Joel.” Handelingen 2:16. Met Pinsteren begint het laatste deel van geschiedenis die uitloopt op de grote dag die zal aanbreken, als Jezus terug komt op de wolken. We leven in de laatste dagen. In die dagen laat God van zich horen ook door middel van dromen en gezichten. Denk maar aan Petrus zelf als hij in Joppe op het dak is en hij een gezicht ontvangt over die reine en onreine dieren. Petrus wordt direct daarna geroepen om naar de heiden Cornelius te gaan om daar het evangelie te brengen. Denk maar aan de droom die Paulus krijgt met die Macedonische man aan de overkant van de zee., die hem roept om te komen. En Paulus is gehoorzaam aan die oproep en zet voet aan land in Europa. Ja, in het verloop van de evangelieprediking in het boek Handelingen laat God weten wat zijn wil is. Door dromen en gezichten wordt duidelijk, wat de christenen moeten doen. Zo openbaart God zich onder hen in die begintijd van de christelijke gemeente.
Vandaag
Maar heeft dat voor ons vandaag betekenis? Kan God zich vandaag nog op die manier openbaren? De Geest van Jezus is uitgestort op de Pinksterdag. Hij heeft gesproken door dromen en visioenen. Hij heeft mensen in beweging gezet om Gods woorden door te geven. We hebben vandaag de weerslag van dat werk van de Geest in de Bijbel zelf. Gods openbaring is compleet, daar mag niets meer aan toegevoegd worden of van worden afgedaan. Maar wil dat dan zeggen dat God vandaag niet meer via dromen of visioenen zich zou kunnen openbaren. God is machtig en hij kan door zijn Geest ons vandaag nog steeds dingen duidelijk maken. Er gebeuren wonderen en er zijn onverklaarbare dingen. Dromen zijn niet altijd bedrog en komen soms uit. De Geest werkt in mensen en maakt de wil van God aan ons bekend. Maar dat gaat nooit tegen het woord van God in of komt daar mee in strijd. De Geest kan namelijk niet tegen zichzelf ingaan. Daarom moeten we alles toetsen aan de schriften. Daar staat alles in wat we moeten weten om gered te worden. Zeker is God bij machte ook vandaag ons zijn wil te doen kennen door middel van dromen en visioenen. De Geest is uitgestort en woont in het midden van de gemeente van Jezus Christus. Daar wordt de Bijbel uitgelegd en toegepast op het leven van ons vandaag. De profetie klinkt in verstaanbare taal en we doen er goed aan daar acht op te slaan. Soms kan iemand door een bepaalde gebeurtenis of een bijbeltekst duidelijkheid krijgen over de keuze die iemand moet maken. Is dat van de Geest? Ja, maar laat dat toetsen door anderen in de gemeente. Je kunt soms ook je eigen geest volgen zonder dat het van de heilige Geest komt. Daarom kun je niet onbeschermd elke droom of gezicht beschouwen als openbaring van de Geest. Maar dat God zich ook vandaag nog zo kan openbaren, lijkt me duidelijk uit dit schriftgedeelte.
20 SEPTEMBER 2019
DENKEN EN DOEN
Dorian Een orkaan heeft de Bahama’s getroffen. De beelden spreken boekdelen van ellende. Een grote ravage is achtergelaten door deze orkaan van categorie 5. Inmiddels vijftig doden zijn er geteld, maar nog 2400 mensen zijn vermist. Wat kan het leven door zo’n orkaan verwoest worden. Noodhulp komt op gang. Ook Nederlandse militairen zijn ingezet om eerste hulp te bieden. Het orkaanseizoen is begonnen. DOOR DS HENK JAN VISSER
Orkanen krijgen de meest prachtige namen. Afwisselend een jongens- en daarna een meisjesnaam. Dat willen ze nu ook in Europa gaan doen. Lage drukgebieden gaan namen krijgen. Ze worden zo wat persoonlijker. De kracht van een orkaan is indrukwekkend en angstaanjagend. Mensen vluchten ervoor weg uit hun huizen naar gebieden meer in het binnenland. Zodra de orkaan aan land komt vermindert de kracht ervan. Vandaar dat vooral de kustgebieden hun adem inhouden als de baan van de orkaan op die plaats lijkt af te stevenen. Meteorologen speuren voortdurend naar de computerberekeningen om te kunnen voorspellen welke weg de orkaan gaat en hoe groot de kracht ervan is en hoeveel neerslag er gaat vallen. Ongekende hoeveelheden water veroorzaken overstromingen en modderstromen. Hele gebieden komen blank te staan. Huizen worden weggeblazen, bomen ontworteld, heel het openbare leven komt tot stilstand. Niemand is veilig tegen het natuurgeweld.
God
Wat een macht toont God ons in de natuur. Misschien vraag je je af waarom God zulke dingen laat gebeuren. Waarom moeten mensen worden getroffen en in rouw worden gedompeld? Waarom moeten mensen geliefden missen en al hun spullen? Oogsten gaan verloren, het land ver-
andert in een bouwval. Zoveel materiële en immateriële schade wordt er geleden. Waar is dat allemaal goed voor? Wij staan machteloos en stellen zo onze vragen. Toch is God er. Hij regeert alle dingen. Ook orkanen heeft hij in zijn hand. Het is voor ons een waarschuwing rekening te houden met hem, die oordeelt over deze wereld en bezig is met de komst van zijn koninkrijk. Natuurgeweld gaat niet buiten God om. Wij begrijpen het allemaal niet en stellen onze waaromvragen. We hebben er moeite mee, dat een God die liefde is, zulk gruwelijk natuurgeweld laat losbreken. Toch is het Gods liefde dat hij nog steeds mensen wil waarschuwen en laat nadenken over al het kwaad dat er op aarde is. Hij werkt zelfs door middel van het kwaad aan het herstel van alle dingen. Dat geloof kan ons houvast geven in alle stormen, die we moeten doorstaan in dit leven. God vergist zich niet. Het loopt hem nooit uit de hand. Het is geen noodlot dat ons treft. Het is God die zijn weg gaat met ons mensen. Job moest ook de meest gruwelijke dingen horen uit de mond van zijn slaven die waren ontkomen. Zijn runderen en ezelinnen gestolen, zijn knechten gedood, de schapen en herders met vuur uit de hemel gedood, zijn kamelen meegenomen, zijn knechten gedood, zijn zonen en dochters omgekomen door een stormwind uit de woestijn, waardoor
het huis is ingestort en bovenop hen viel. Ze werden allemaal gedood. We kunnen het ons nauwelijks voorstellen wat dat betekent moet hebben voor Job. Maar hij scheurt dan zijn mantel en zegt: ‘Naakt ben ik uit de schoot van mijn moeder gekomen en naakt zal ik in haar schoot terugkeren. De HEER heeft gegeven en de HEER heeft genomen; de naam van de HEER zij geprezen.’ Job 1:21.
God prijzen
Hoe kun je God prijzen midden in een wereld vol ellende en dood, vol dreiging en geweld? Alleen als je gelooft in een God die redt en die zijn liefde in Jezus Christus aan ons heeft getoond. Liefde voor ons bracht Jezus ertoe zijn leven te geven in de dood. En daarom is er hoop voor levenden en overlevenden. Je hebt het leven te danken aan God, daarom komt hem de dank toe voor jouw leven. Jij hebt het ook niet verdiend, dat je tot nu toe bij de overlevenden mag horen. Begin dan elke dag met God te prijzen, Hem te danken en te loven. Daarvoor ben je hier op aarde. Dat is de zin van dit bestaan. Welke naam je ook draagt in dit aardse bestaan: Dorian, Erin, Fernand, Gebrielle, Humberto, Imelda, Jerry, Karen, Lorenzo, Melissa, Nestor, Olga, Pablo, Rebekah, Sebastien, Tanya, Van of Wendy. Laten ieder voor zich en allen samen God prijzen voor zijn macht en grootheid, voor zijn liefde en trouw.
7
KORTE BERICHTEN
Verras vluchtelingenkinderen in Nederland STICHTING GAIN EN GAVE ORGANISEREN RUGTASACTIE Vluchtelingenkinderen in Nederland hebben het niet makkelijk. Op een asielzoekerscentrum (azc) is de angst voor oorlog vervangen door onzekerheid over de toekomst. Er verblijven op dit moment ongeveer 4.500 kinderen tot 11 jaar in een azc. Stichting GAiN en Gave willen hen opvrolijken met een rugtas vol verrassingen. Scholen, kerken of particulieren bestellen rugtasjes en vullen die met speelgoed en schrijfwaren. Rond de kerstvakantie worden de rugtasjes op verschillende azc’s in Nederland uitgedeeld. De kinderen vullen de tasjes met speelgoed en schrijfwaren, zoals een autootje, popje, kleurboek en potloden. Ze geven daarmee steun aan kinderen die in totaal andere omstandigheden leven dan zij. Een meisje van negen jaar vertelde ons: “Ik heb meegedaan met de actie omdat wij heel veel speelgoed hebben en zij bijna niets. Dus als wij ze speelgoed geven, hebben zij ook wat op mee te spelen. Dat is fijn voor hen en omdat ze gevlucht zijn en misschien veel dingen van hen weg zijn.” Het inleveren van de tasjes kan op diverse plaatsen in Nederland. De stichtingen regelen vervolgens het uitde-
len van de rugtasjes aan de kinderen op de azc’s. Een vrijwilliger die meehielp tasjes uitdelen vertelde: “Toen ik na het uitdelen weer op de begane grond kwam, was er bijna geen doorkomen aan. De hele gang zat vol met kinderen die vol trots hun tasjes (met inhoud) aan elkaar lieten zien, om vervolgens gezamenlijk hiermee te spelen.”
Meer informatie
Inleverpunten: Amsterdam, Creil, Eindhoven, Groningen, Nunspeet, Overberg, Sleeuwijk, Sneek, Waarde, Zegveld, Zuidland en Zutphen Kosten: 3 euro per tasje Tijd: augustus-november Informatie: www.gave.nl/rugtasactie
Aangepaste dienst Ommen Zondag 22 september is er weer een aangepaste kerkdienst voor mensen met een verstandelijke beperking. Aanvang: 15.00 uur Plaats: Geref. Kerk het Baken Trompstraat 2 Ommen. Voorganger: ds. Ard te Brinke. Thema: “Wat is alles mooi gemaakt”. Je mag je knuffel meenemen naar de kerk. Muzikale begeleiding: band Timeless. Tot ziens in deze kerkdienst, na afloop is er gelegenheid om samen koffie te drinken.
8
20 SEPTEMBER 2019
LITURGIE
Lied van de Maand – augustus 2019 LB 62A, B, C – GEEN BEWEGING ZONDER RUST Stel je voor dat er geen rust zou bestaan. Alleen maar beweging, eindeloos doorgaande beweging, een wereld vol van perpetuum mobile’s. De filosofische vraag of we dan überhaupt de begrippen rust en tot stilstand komen zouden kennen, laten we maar achterwege. De gedachte aan een wereld zonder rust is op zich al bedreigend genoeg; zelfs de actiefste actieveling, de hoogst genoteerde topsporter of de snelste hoogintelligente uitvinder heeft op gezette tijden rust nodig. Zonder rust leidt beweging uiteindelijk alleen maar tot uitputting. Daarom eindigt het Lied van de Maand 2018-2019 met het begin van Psalm 62: ‘Alleen bij God vindt mijn ziel haar rust, van hem komt mijn redding. Hij alleen is mijn rots en mijn redding, mijn burcht, nooit zal ik wankelen.’ DOOR ANJE DE HEER
Hoe en wanneer zing je kernverzen? Dat kan op allerlei manieren, maar de tekst van 62a, b en c vragen om een meditatieve context. In ieder geval ‘Bij God alleen verstilt mijn ziel’ en ‘Mon âme se repose’ komen het meest tot hun recht bij herhaling. Alleen dit herhalen werkt al verstillend, al zingend en verstillend kom je langzamerhand steeds dichter bij dat wát je samen zingt. Het is goed mogelijk om de lezing van psalm 62 te omlijsten met een van de drie kernverzen. Denk ook aan de context van een pastoraal gesprek, een bijeenkomst in kleine kring, opening en afsluiting van een gebed. Denk vooral ook aan de vakantieperiode, als de drukte van het dagelijks leven even verdwenen is en je tijd en ruimte kunt nemen voor een diepere laag van rust. Vergeet dan niet al die mensen die geen vakantie hebben. Zing ook voor hen! Noot van de redactie: deze tekst is met toestemming overgenomen van de website van het Steunpunt Liturgie van de Gereformeerde Kerken in Nederland
Na de berijmde versie van Psalm 62 biedt het Liedboek nog drie korte liederen bij deze psalm: ‘Bij God alleen verstilt mijn ziel’ (62a), ‘Mon âme se repose’ (62b) en ‘Stel je vertrouwen op God alleen’ (62c). Alle drie de liederen vallen in de categorie ‘kernvers’. Kernvers: dat is een toonzetting van één of hooguit enkele zinnen uit de Bijbel. Het woord wijst er ook op dat het gaat om de kern van een groter geheel; de tekst van het kernvers roept veel meer op dat alleen de letterlijke betekenis van de woorden. De melodie voegt daar het hare aan toe. Dat is bij deze drie korte gezangen heel goed te merken. De een is ingetogen, een innerlijke dialoog (62b, ‘Mon âme se repose’, uit Taizé). De andere zijn opener (62a, ‘Bij God alleen verstilt mijn ziel’) en zekerder (62c, ‘Stel je vertrouwen op God alleen’, uit Iona). 62a en b komen het best tot hun recht als ze meerstemmig worden gezongen.
9
OPVOEDING
Richtingwijzers Ik wil jullie net als de vorige keren weer laten delen in ‘mijn opvoeding’. Ik wil letterlijk uit mijn verschillende scholen klappen: de gereformeerde basisschool waar ik werk en mijn leven dat ook een leerschool is. Wie weet leren we er samen iets van.
DOOR MARINA VAN DER PLOEG-SCHUURMAN
We gaan naar een afscheidsconcert van Elly en Rikkert. De zaal zit vol. Er zijn veel kinderen met opa’s, oma’s en ouders. Voordat het concert begint is er al een feestelijke stemming. Er klinkt een druk geroezemoes. Er rennen kinderen door de kerk die nog snel even naar de wc moeten. En dan… dan gaat het beginnen. Daar komen Elly en Rikkert met hun begeleiders de zaal binnen. Ze nemen hun plekje in op het podium. Het feest begint meteen met het eerste liedje; “Gefeliciteerd, je mag er zijn!” De hele zaal zingt en beweegt mee. Ze zingen nieuwere liedjes die ik ook vaak met de kleuters in de klas zing, maar ook enkele oudere liedjes. Ik heb ze nog geleerd op mijn kleuterschool. Het is alsof er een luikje open gaat. Ik voel me weer kind tussen de kinderen. Vrij, geliefd en dankbaar. Ik moet er even van huilen.
Verbondseis
Ik zing mee dat Jezus de goede Herder is. Ik zing dat Hij me kent, dat ik van waarde ben. En ik besef dat de boodschap van dit liedje pas laat in mijn leven echt realiteit werd. Nu zing ik het refreintje elke avond bij mijn dochters bedje. Omdat ik bid en hoop dat zij het eerder gaat beseffen. Dat ze een geliefde, waardevolle meid is voor God onze Vader. Ik besef hoe kostbaar deze liedjes zijn. Hoe kostbaar deze mensen zijn.
10
Naast alle Godsbeelden die ik onbewust had meegekregen uit kinderbijbels en preken van een strenge God met zijn verbondseis, zijn wraak, zijn rechtvaardigheid, kwam er door de liedjes meer evenwicht. Werd mijn Godsbeeld en mensbeeld breder. God is vooral een God van liefde. Het is Zijn liefde die Hem drijft. Mensen zijn geschapen naar Gods beeld. Kostbaar, waardevol, geliefd. Deze liedjes en de invloed van mensen als Elly en Rikkert gaan dus een leven met me mee. Zo zijn er nog meer mensen die richting hebben gegeven aan mijn geloofsleven.
Begraven
Ik denk er nog even over door. Mijn ouders hebben voor een groot deel de basis van mijn geloofsleven gelegd. Ouders gaan niet letterlijk een leven lang met je mee. Deze vakantie hebben we mijn schoonvader begraven. Jaren eerder al mijn eigen vader. Als opa en oma ga je loop je nog korter in het leven van je kleinkinderen mee. Mirthe, onze dochter, heeft haar opa nauwelijks leren kennen. Hij is overleden toen ze nog maar 14 maanden was. Aan ons de taak om zijn geloofsvoorbeeld aan haar te vertellen, door te geven. Naast ouders, zijn ontmoetingen met geloofsgenoten belangrijk voor mij geweest. Met vrienden waarmee je langer oploopt, maar ook met wildvreemden op een conferentie, of in
een ontmoeting heb ik soms zomaar iets heel wezenlijks kunnen delen. Soms lopen mensen maar kort met je op en is hun invloed toch groot. Ik dank God voor al die mensen die in mijn leven een richtingwijzer naar Jezus zijn geweest.
Evenwichtig
Op school ga ik ook maar even met de kinderen mee. In september wordt het altijd heel duidelijk. De kleuters van groep 2 die ik vorig jaar had, zie ik nauwelijks meer. Ze hebben haast geen tijd meer voor een praatje. Ze voelen zich groot en zijn druk bezig zijn met het wennen in groep 3. Ze zijn me al haast weer vergeten. Mijn gebed voor dit schooljaar is dat ik mooie geloofsontmoetingen met de kleuters mag hebben. Waarin we beiden van elkaar leren hoe mooi en groot God is. Mijn gebed is dat ik een evenwichtig Godsbeeld laat zien. Dat we met vallen en opstaan Jezus meer mogen gaan volgen. En u, jij. Wie was er van invloed op uw geloofsleven? Wat doen we met de tijd die ons gegeven is? Wat geven we aan onze kinderen en kleinkinderen mee? Tegen wie zeg jij: Gefeliciteerd, je mag er zijn! Op welke levens oefen jij invloed uit? Ik hoop en bid dat jullie ook dit kerkseizoen mooie geloofsontmoetingen mogen hebben waarin we voor elkaar richtingwijzers mogen zijn. Zodat we samen Jezus kunnen volgen.
20 SEPTEMBER 2019
KERK ONDERWEG
Ware en valse kerk Sommige mensen hebben hele warme gevoelens bij de term ware kerk. Deze term komt uit artikel 29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis, samen met de term valse kerk. Zijn wij, vrijgemaakten, niet de ware kerk? Zo is er wel gedacht in het verleden. Als gereformeerd vrijgemaakte zat je in de goede kerk, misschien zelfs wel in de enige goede kerk. Je kunt warme gevoelens hebben aan die tijd, de dingen waren duidelijk. DOOR DS RUTGER HEIJ Niet iedereen deelt deze warme gevoelens. Je kunt van oorsprong uit een andere kerk zijn gekomen. Door (bijvoorbeeld) je huwelijk kwam je bij de vrijgemaakten terecht, die (al zeiden ze het niet hardop) toch wel vonden dat jij uit een valse kerk kwam. Ook onder jongeren merk ik soms een forse allergie tegen het ware en valse kerk denken. Genoeg veertigers en vijftigers kunnen er ook niet meer mee uit de voeten: hoezo zou alleen de vrijgemaakte kerk een goede kerk zijn?
Bruiden
Hier stuiten we op een verschil tussen de theorie en de praktijk. In artikel 27 NGB zeggen we dat er maar één kerk is. Dat heeft ook iets logisch want de kerk is de bruid van Christus (Efeziërs 5:25-32, Openbaring 19:7 en 21:9) en van een bruid heb je er maar één. Maar in de praktijk zien we dat er meerdere (soorten) kerken zijn. Kerken die los van elkaar staan en los van elkaar functioneren en van zichzelf zeggen: wij zijn de kerk van Christus. Dus toch meerdere bruiden. Hoe kan dat? In het verleden hebben die bruiden elkaar wel zwart gemaakt. Dat zwart maken is er wel een beetje af, nu zoeken we eerder naar verbindingen over kerkgrenzen heen. Maar daarmee blijft het probleem, die
spanning tussen de theorie en de praktijk.
Christus-belijders
In Matteüs 16:13-18 openbaart Jezus iets over zijn kerk. Wanneer Petrus zegt: ‘U bent de messias, de Zoon van de levende God,’ zegt Jezus: ‘Deze belijdenis heeft God de Vader in je hart gelegd.’ En: ‘Jij bent Petrus, de rots waarop ik mijn kerk zal bouwen.’ Het is daarom deze belijdenis die de bodem vormt onder de kerk. God laat mensen belijden dat Jezus de Gezalfde Zoon is, en samen vormen zij de kerk. De kerk wordt gevormd en gevuld door de Christus-belijders. Artikel 27 zegt: ‘Zij is een heilige vergadering van de ware gelovigen.’
Te smal
Dit betekent dat je niet te smal over de kerk moet denken. Dan kom je al gauw in de buurt van de gedachte dat de vrijgemaakte kerk de enige ware is. De termen waar en vals kun je ook anders opvatten. Denk aan waar en vals geld. Gelukkig is het meeste geld echt. Je kunt dat controleren aan de hand van verschillende kenmerken zoals het watermerk. Zo is het ook met de kerk. Er kunnen meerdere ware kerken zijn. Hopelijk is dat zelfs de standaard. Controleer gewoon de kenmerken: is dit een kerk van Jezus
of is het namaak? Zie voor de kenmerken artikel 29. Bij geld is het valse geld de uitzondering. Als het over de kerk ging dachten we als vrijgemaakten vaak dat het ware de uitzondering was: alle kerken waren vals behalve die ene (onze) kerk.
Te breed
Tegelijk moet je ook niet te breed over de kerk denken. De formulering dat de kerk bestaat uit allen die Christus oprecht belijden is heel breed. Breder dan wij het vaak in ons hoofd hebben en breder ook dan onze kerkelijke praktijk van dit moment. Veel kerkmensen staan opener en gemakkelijker tegenover groeiende eenheid over kerkgrenzen heen. Tegelijk roept dit spanning op: er is een bepaalde eenheid maar we zijn niet één. Als we wel één zouden worden krijg je een andere spanning: wel één, maar niet eens over allerlei zaken. De gebroken werkelijkheid -dat er maar één kerk is maar ik zie er meerdere- kun je op verschillende manieren duiden. Je kunt ervoor kiezen om te zeggen: als er maar één kerk is dan moeten al die andere kerken wel vals zijn. Je kunt er ook voor kiezen om te zeggen: er is inderdaad maar één kerk, maar het foute aan het bestaan van al die verschillende kerken zijn wij, de gelovigen. Ons lukt het niet om de eenheid te hebben die er zou moeten zijn.
Jezus’ woord
In de kerk kunnen er twee dingen misgaan. Het kan gebeuren dat Jezus’ woord terzijde wordt geschoven. Dan hou je op kerk te zijn. Wat ook kan gebeuren is dat je jouw woord tot de enige mogelijke uitleg van de bijbel verklaart: je maakt jouw woord tot Jezus’ woord. Dan hou je net zo goed op kerk te zijn. Hoe laten we het werkelijk waar zijn dat Jezus het op alle fronten voor het zeggen heeft in de kerk? Hoe geven we dan antwoord in actuele vraagstukken? Ik ben blij dat ik mag weten dat het uiteindelijk God zelf is die voor de kerk zorgt. Hij liet mensen Christus belijden. Zo begon de kerk, zo bewaart Hij de kerk.
11
BOEK VAN HET JAAR
Nominaties Theologisch Boek van het Jaar De shortlist voor de jaarlijkse prijs voor het beste theologische boek is bekend. Uit de vele tientallen ingezonden boeken zijn vijf titels geselecteerd. Het beste theologische boek wordt tijdens de, inmiddels bekende, Nacht van de Theologie bekend gemaakt. Dit evenement vindt dit jaar plaats op DV 16 november 2019. Hierbij een overzicht van de vijf genomineerde boeken. DOOR JAC DE GROOT MA De jury wordt gevormd door recensenten van Trouw en het Nederlands Dagblad. Tijdens de Nacht wordt ook bekendgemaakt wie de nieuwe Theoloog des Vaderlands wordt, en dus de opvolger van Stefan Paas, die het afgelopen jaar deze titel mocht dragen.
Ongeneeslijke religieus Gerko Tempelman
Wondermooi, zoals u mij gemaakt hebt Onder redactie van Carl Buijs, Wielie Elhorst, Jolanda Molenaar en Heleen Zorgdrager
uitgeverij KokBoekencentrum
Lezen en laten lezen Arnold Huijgen uitgeverij KokBoekencentrum
Over muren heen. Een hoopvolle briefwisseling Lody van de Kamp en Oumaima Al Abdelaoui
uitgeverij KokBoekencentrum
uitgeverij KokBoekencentrum
Groene theologie Trees van Montfoort uitgeverij Skandalon
12
20 SEPTEMBER 2019
VOOR U AAN HET WERK
Maak tijd voor elkaar! • 16% VAN DE NEDERLANDSE STELLEN TUSSEN 18 EN 49 JAAR BESTEEDT MINDER DAN EEN UUR PER WEEK TIJD AAN ELKAAR
• TIJD VOOR ELKAAR MAKEN, BLIJKT DE SLEUTEL TOT GELUKKIGE RELATIES TE ZIJN – ZO BLIJKT UIT ONDERZOEK.
• VOOR MEER INFO EN DE CAMPAGNEVIDEO: TIJDVOORELKAAR.NL
manier de gevolgen te laten zien van het maken van tijd voor elkaar. In de campagne is er bijvoorbeeld een stel te zien dat hun persoonlijk record conflicten oplossen verbeterd heeft met 0,034 seconden. De Marriage Course helpt stellen om beter te worden in het oplossen van conflicten. Bekijk de video op tijdvoorelkaar.nl.
Beter leren kennen Sinds maandag 26 augustus daagt Alpha Nederland stellen uit om meer tijd voor elkaar te maken door middel van een grote campagne. Uit een groot, representatief onderzoek blijkt namelijk dat ‘tijd voor elkaar’ de sleutel is tot een gelukkige relatie. Directeur Arnoud Drop: “Partners willen graag meer activiteiten samen doen, betere gesprekken voeren met elkaar en betere seks, blijkt uit onderzoek, maar vinden het moeilijk om daar tijd voor te maken. Op de Marriage Course gaan ze precies met deze en andere thema’s aan de slag.”
Alpha Nederland liet een onafhankelijk, representatief onderzoek doen naar relaties onder 1.002 respondenten in een vaste relatie van minimaal één jaar. Dit onderzoek is uitgevoerd door Gr8 Purpose. Uit het onderzoek blijkt dat stellen die hun relatie een 8 of hoger geven meer tijd voor elkaar en voor vrienden maken, dan stellen die hun relatie een 7 of lager geven. Bovendien besteden de stellen met een relatiescore van 8 of hoger significant minder tijd aan werk, kinderen en beeldschermen. Maar liefst 27,1% van alle stellen besteedt per week maximaal twee uur aan elkaar. De stellen met hogere relatiescores en meer tijd voor elkaar hebben ook significant minder ruzie, dan stellen met lagere scores.
Opvallende cijfers
Kijkend naar de resultaten uit het onderzoek, zie je opvallende zaken. Tijd voor wat cijfers: Tijdsbesteding • 48,5% van de tijd van stellen gaat naar ‘werk/huishouden/school’ (21,5%), ‘kinderen’ (14,5%) en ‘smartphone/tv/Netflix/internet’ (12,5%).
• 15,9% besteedt een uur per week of minder aan de partner. Communicatie • 34,5% van de partners vindt dat de partner niet goed (genoeg) luistert. • 48,8% wil meer praten over hun relatie. Conflicten • 31,2% praat meningsverschillen niet (goed) uit. • 71,3% vraagt zijn of haar partner niet of amper om vergeving. • Ruzies gaan het vaakst over: ‘geld’ (20,4%), ‘huishouden/taakverdeling’ (17,7%) en ‘kinderen’ (16,2%). • 80,6% van de partners denkt dat er een weg is om samen uit de problemen te komen. Investeren • 47,7% zou niemand raadplegen of zou niet weten wie hij of zij moet raadplegen als de relatie onder druk komt te staan. • 84,6% vindt dat alles onderhoud vraagt, ook een relatie.
Persoonlijk record
Als je tijd voor elkaar maakt, heeft dat dus een positief effect op je relatie. De campagne ‘Tijd voor elkaar’ speelt daarop in door op een humoristische
Waarom deze campagne? Door tijd voor elkaar te maken, leren partners elkaar beter kennen, verbetert de communicatie onderling en weet je wat de ander belangrijk vindt. Op de campagnewebsite van Tijd voor elkaar vind je alle Marriage Course-locaties en achtergrondinformatie over de campagne: tijdvoorelkaar.nl.
Waarom Marriage Course?
“Ik denk dat niemand in een relatie zit te wachten op ruzies. Meer tijd voor elkaar zorgt concreet voor minder conflicten”, duidt Drop. “Ook daarom nodigen we stellen uit om meer tijd voor elkaar te maken op een Marriage Course.” Tijdens zeven avonden uit maken stellen tijd voor elkaar. Onder het genot van een diner voor twee krijgen ze uitleg over thema’s als taakverdeling, vergeving, goede seks en communicatie. Daarna gaat elk stel afzonderlijk met concrete vragen en oefeningen aan de slag. Ook worden ze uitgedaagd om na de Marriage Course tijd voor elkaar te blijven maken. “Als je dan ruzie krijgt, weet je tenminste hoe je die op een goede manier uitpraat”, lacht Drop, “Een deelnemer van de Marriage Course vertelde me: ‘Waarom zouden we wachten tot het fout gaat? Je auto laat je ook APK keuren, zelfs als die nog prima rijdt en je nergens last van hebt.’ Dat is precies wat het onderzoek aantoont: ruim vier vijfde van de mensen in een vaste relatie is ervan overtuigd dat alles onderhoud vraagt, ook een relatie.” Noot van de redactie: dit artikel is een ingezonden persbericht en daarom niet voorzien van een auteursnaam.
13
UIT DE CLASSES
Classis Hilversum
Classis Rotterdam
Twee avonden hebben de kerken in de regio Hilversum vergaderd om de agenda van de april-classis af te handelen. Voor een groot deel geschiedde dat in besloten zitting. Van wat besproken is in publieke zitting kan in dit persverslag vermeld worden dat de documenten voor de overkomst van ds. J.J. Meijer naar Spakenburg-Zuid in orde zijn bevonden. Verder is een herziene regeling voor de kerkvisitatie vastgesteld. We hebben ook besproken we hoe we als classis omgaan met het M/V besluit met betrekking tot de vervulling van de ambten. Er zijn immers in de kerken best wel verschillen van inzicht. Een notitie is opgesteld door ds H.J. Room en br. J.P.A. Boersema (Hilversum). Na uitvoerige bespreking besluiten we als classis in te stemmen met de voorgestelde besluittekst: ´Gelet op de lopende revisieverzoeken tegen het genomen M/V-besluit zal de classis tot aan de nadere besluitvorming door de eerstvolgende generale synode geen besluit nemen ter effectuering van het M/V-besluit in de vorm van kerkelijke examens.´ In een rondje ‘wel en wee’ van de kerken leven we met elkaar mee. Een aantal kerken vraagt advies over vertrouwelijke zaken. Als afgevaardigden naar de Particuliere Synode West (die zaken betreffende de komende Generale Synode Goes 2019-2020 zal voorbereiden) worden aangewezen ds J. Janssen en br. A. Nicolai, en als secundus ds M.K. Drost, allen lid van de kerk te Bunschoten-West
De samenroepende kerk is Capelle aan den IJssel Noord. De vergadering wordt geopend door br. J. Visscher. Preses is ds J.W. Boerma. Bij de rondgang in de kerken binnen de classis blijkt in veel gemeenten een proces rondom M/V en ambt afgerond. Enkele kerken hebben een besluit geëffectueerd en hebben als ambtsdragers ook vrouwelijke kandidaten voorgedragen of reeds bevestigd. Deputaten Toerusting Ambtsdragers hebben een bezinningsdag op 14 september 2019 georganiseerd. De vorige bijeenkomst stimuleerde tot voortzetting. Naast de classis Rotterdam en Hoogvliet participeert nu ook de classis Dordrecht- Gorkum. Prof dr. W. van Vlastuin zal een lezing verzorgen over “Ambtsdragers in dienst van het koninkrijk van Christus”. Daarnaast zal in werkgroepen doorgesproken kunnen worden over 1. geestelijk leidinggeven, suggestie: tucht? 2. kerk zijn van alle generaties, jong en oud, hoe doen we dat? 3. pastorale gesprekken met gemeenteleden. 4. het diaconale hart van de gemeente Er worden enkele nieuwe benoemingen gedaan. Als quaestor van de classis wordt benoemd naast br. K.Vliegenthart (primus) te Rotterdam Centrum, als sec. Zr J. Kool- Halma te
11 april en 9 mei 2019
16 mei 2019
Krimpen aan den IJssel. De kerkenraad te Berkel en Rodenrijs vraagt approbatie van het beroep op Ds A.A.M. Wilschut te Zwartsluis. Het gaat hier om een partiële aanstelling. Ook deputaten Predikantszaken hebben daarom advies gegeven. De classis gaat akkoord. De bevestiging en intrede zal plaatsvinden op DV 8 september 2019. De kerk te Bergschenhoek wordt verzocht de classis daarbij te vertegenwoordigen. Met dankbaarheid wordt kennisgenomen van goede invulling van functies bij Mission Rijnmond (= voorheen MAR). In 2016/2017 heeft de Classis een nieuwe Regeling aanvaard. Deze is opnieuw doorgenomen en bijgesteld, door ds J.B. de Rijke. De nieuwe teksten worden unaniem goedgekeurd. Met dankbaarheid wordt aandacht gegeven aan ambtsjubilea. Ds W.H. de Groot en ds R.J. Vreugdenhil waren 25 jaar predikant. Ds D.Th. Vreugdenhil, emeritus Capelle aan den IJssel ZuidWest was 50 jaar predikant. De classis sprak opnieuw over verdere digitalisering van administratieve ondersteuning. De classis koos voor een proef met een onderling “”cloud””-systeem, gedurende twee jaar. De volgende vergadering van de classis zal worden gehouden op donderdag 19 september 2019 in De Voorhof, Capelle aan den IJssel. Samenroepende kerk zal zijn Capelle aan den IJssel ZuidWest.
De volgende classisvergadering zal worden gehouden op D.V.12 september 2019 te Nijkerk.
14
20 SEPTEMBER 2019
COLOFON
Zonder commentaar Mensen zijn gelukkig saai Ik ben nog opgevoed met de gedachte dat een betrokken burger regelmatig de krant moet lezen en het journaal kijken. Hoe beter we het nieuws volgen, hoe beter we geïnformeerd zijn, hoe gezonder de democratie. Maar wetenschappers komen inmiddels tot heel andere conclusies: het nieuws schaadt je mentale gezondheid, je kunt er cynisch en somber van worden. Met ‘het nieuws’ bedoel ik natuurlijk niet de talloze informatieve vormen van journalistiek die je helpen om de wereld beter te begrijpen. Maar wel de verslaggeving over recente, incidentele en sensationele gebeurtenissen. Ik zie het moderne mediageweld als een strijd tegen het alledaagse. Want laten we eerlijk zijn: de meeste levens van de meeste mensen zijn saai. Sympathiek, maar saai. En ja, iedereen wil saaie en sympathieke buren (en de meeste buren zijn dat ook). Maar met ‘saai’ trek je geen aandacht. Met ‘sympathiek’ verkoop je geen advertenties. Het goede in de mens legt het ondertussen af in de berichtgeving. Want juist het goede is alledaags. Ons negatieve mensbeeld heeft ook diepere wortels. Dat mensen van nature egoïstisch zijn, is een leerstuk dat in het Westen al eeuwen wordt onderwezen. Grote denkers als Augustinus, Machiavelli, Hobbes, Luther, Calvijn, Burke, Bentham, Nietzsche, Freud en de Amerikaanse Founding Fathers onderschreven de vernistheorie van de beschaving. Ze gingen er allemaal vanuit dat we op Planeet B wonen. En het vreemde is, zulke denkers zijn steevast ‘realistisch’ genoemd. Pas sinds enkele jaren komt de ene na de andere wetenschapper, vanuit totaal verschillende disciplines, tot de conclusie dat ons duistere mensbeeld aan een volledige herziening toe is. Dit besef is nog zo pril, dat wetenschappers het vaak niet eens van elkaar weten. Of zoals een vooraanstaand psycholoog uitriep, toen ik haar vertelde over nieuwe stromingen binnen de biologie: Oh God, so it’s happening there as well? Rutger Bregman in Trouw, Letter en Geest 7 september 2019
REDACTIE-SECRETARIAAT Aanleveradres voor classisverslagen en persberichten: Jac. de Groot, Ballade 12, 8265 SB Kampen gereformeerd.kerkblad@gmail.com De redactie behoudt zich het recht voor verslagen en berichten in te korten EINDREDACTIE Ds Henk Jan Visser (eindredacteur) Jac de Groot MA REDACTIE mr E. Bos e.bos01@hetnet.nl J.A. de Groot MA groot.jac.de@gmail.com ds R.P. Heij rheij@hetnet.nl drs P. Houtman piet.houtman@hotmail.com ds H.J. Visser henkjanvisser8@gmail.com H. Walinga hwalinga@walinga.org (vacature) REDACTIONEEL MEDEWERKER A.M. Pathuis anne-maaike@live.nl BLADMANAGEMENT BDUvakmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld Telefoon: 0342 49 48 46 Fax: 0342 49 29 99 Aanleveradres voor kerkdiensten: Kerkdiensten.gkb@bdu.nl Telefoon: 0342 494882
UITGEVER, ABONNEMENTEN EN BEZORGING BDUvakmedia, afd. abonnementen Postbus 67, 3770 AB Barneveld Tel. 0342 494884 – fax 0342 494299 abonneeservice@bdu.nl OPGAVE ADVERTENTIES Roel Abraham Tel. 06 54274244 r.abraham@bdu.nl PRIJS JAARABONNEMENT - binnenland - studenten - buitenland - proefabonnement (10 nrs)
€ 64,93 € 35,43 € 103,54 € 14,35
OPZEGTERMIJN 2 kalendermaanden voor de nieuwe betalingsperiode Voor mensen met een leeshandicap zijn de artikelen uit dit blad verkrijgbaar op CD. Informatie: CBB tel. 0341 565499, e-mail info@cbb.nl www.gereformeerdkerkblad.nl
15