GKB 3-2019

Page 1

gereformeerd 72E JAARGANG • NUMMER 3 • 8 FEBRUARI 2019

KERKELIJK LEVEN

2

De jongere generaties lijken constant met gezondheid bezig: sporten, afvallen, health-checks. De samenleving is doordrenkt van gezondheid.

KERKBLAD IN DE SCHIJNWERPER

4

Sterven en opstaan – dat is de kern van het evangelie van Jezus Christus. Oorspronkelijk vierde de kerk dat dan ook ineen, in een doorwaakte nacht.

DENKEN EN DOEN

7

In het vorige artikel in deze genderreeks ging het over het geluk van twee vrouwen die door een operatie man waren geworden. Maar het kan ook anders.

Weerloze overmacht Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Een oog voor een oog en een tand voor een tand.” En ik zeg jullie je niet te verzetten tegen wie kwaad doet, maar wie je op de rechterwang slaat, ook de linkerwang toe te keren (Mat. 5:38,39). DOOR DS DAVID DE JONG Na het incident in Spijkenisse, waarbij een veertienjarige jongen in elkaar geslagen werd, lijkt dit woord van Jezus misplaatst. Je bent eerder geneigd om met premier Rutte te zeggen: “Ik zou die raddraaiers het liefst zelf in elkaar slaan”. Nu ontkent Jezus in de Bergre-

de niet de taak van de overheid om misdadigers te straffen. Maar een bepaling uit het strafrecht: oog om oog en tand om tand, is geen opdracht aan burgers van Gods koninkrijk om kwaad met kwaad te vergelden. Doe je dat wel, dan word je net zo slecht als diegene die kwaad doet. Jouw taak is goed te doen. Daar is geen grens aan, alsof je pas goed voor iemand hoeft te zijn, die goed is voor jou. Daar is niets uitzonderlijks aan: heidenen doen hetzelfde. Voor ons moet het uitzonderlijke gewoon zijn. Gods nieuwe wereld komt er niet door het geweld van de overheid. Dat geweld is een voorteken van het voorlaatste: het oordeel. Maar zachtmoedigheid is een voorteken van het laatste. Want de zachtmoedigen zul-

len het land bezitten. Dat het zo werkt, liet God zien door de gekruisigde op te wekken uit de dood. Alleen de weg van de weerloosheid heeft toekomst. Kun je geloven dat dat waar is, niet alleen voor Jezus, maar ook voor jou? De Bergrede verkondigt geen ideaal dat boven de werkelijkheid blijft zweven, maar wijst een begaanbare weg voor mensen Jezus volgen. Verbonden met Hem moet je ons niet laten overwinnen door het kwade, maar mag je het kwade overwinnen door het goede. Daar schrikt je voor terug, als je van jezelf iemand bent die niet over zich heen laat lopen. Sterken als ik moeten daarom maar veel bidden om de Geest van Jezus. Want in zachtmoedigheid wordt iets zichtbaar van de wereldvrede die komt.


KERKELIJK LEVEN

Verzoening en/of heiliging Ouderdom komt met gebreken. Alles wordt minder: zicht, gehoor, smaak, beweging. Mijn schoonvader, die dit jaar 75 wordt, kwakkelt meer en meer met zijn gezondheid. Veel lezers zullen dit wel herkennen bij zichzelf of bij (schoon)ouders. De jongere generaties lijken constant met gezondheid bezig: sporten, afvallen, health-checks. De samenleving is doordrenkt van gezondheid. DOOR JAC DE GROOT MA Ook ons kerkverband viert dit jaar haar vijfenzeventigste verjaardag. Is dat reden voor een gezondheidstest? Ja, het is immers goed te kijken hoe vitaal de kerk is. Vanuit Bijbels perspectief wordt de kerk aangesproken als een ‘corpus’, een lichaam. De kerk is een organisme, geen organisatie. Zoals elk organisme verandert ook de kerk naarmate de jaren vorderen. Deze verandering kan ten goede of ten kwade zijn, afhankelijk van het gezichtspunt van de onderzoeker.

Obsessie

Sommige mensen zijn obsessief bezig met hun gezondheid, dit is het ene uiterste. Het lichaam moet in vorm blijven (liefst slank, gespierd en niet te bleek). Ongeacht de leeftijd van deze persoon, lijkt het wel of het doel is: het lichaam behouden alsof het twintig was. Alle mogelijke middelen worden aangewend om dit doel te bereiken. Er lijkt een ontkenning te zijn voor ouder worden, terwijl dit een onomkeerbaar proces is. Hoe je het wendt of keert: het lichaam wordt ouder en is aan verandering onderhevig. Is het zo ook niet in de kerk? De kerk is aan verandering onderhevig. Op bepaalde manieren zal de kerk, zonder de Bijbelse boodschap van (erf)zonde en verlossing los te laten, moeten veranderen om vitaal te blijven. Het vasthouden aan taal en vorm uit lang vervlogen tijden maakt de kerk tot

een onbegrijpelijk fossiel en zullen de leden ervan zich niet meer gehecht voelen aan dit lichaam. Prediking in de stijl van de jaren veertig en vijftig zal voor veel GKv-ers zo wezensvreemd zijn, dat men wegblijft. Toch zijn er broeders en zusters, die aan de GKv van weleer willen vasthouden. Redenen hiervoor kunnen bijvoorbeeld liggen in de scherpere bewoordingen die vroeger werden gebruikt omtrent zonde en bekering. Het verzoenend lijden en sterven van Jezus Christus stond centraal in de eredienst; alles wees die richting op, zowel in Woord als Sacrament. Wanneer prediking in twee decennia harder verandert van een boodschap van verzoening naar een boodschap van heiliging, dan is het begrijpelijk dat er leden zijn die dit als verval bestempelen. Zonde en verzoening lijken uit de gratie in de GKv. Tekenend is het volgend voorbeeld: het ND kopte op 30 januari 2019 dat GKv Amersfoort-De Horsten de zinsnede dat een kind “uit zichzelf niets goeds kan doen” uit het doopformulier wil schrappen en hiervoor een voorstel wil neerleggen bij de GS van 2020. Eenzelfde ontwikkeling is zichtbaar in de GKv’s van Zwolle-Centrum en Leek, waar deze formulering is vervangen voor de positieve notie dat een kind een uniek schepsel van God is, maar doordat zonde en gebrokenheid in de wereld heersen, het kind hieraan deelachtig is. Dit lijkt te impliceren dat

zonde niet door de schuld van Adam en diens nageslacht in de wereld gekomen is, maar dat zonde een kracht is, die van buitenaf inwerkt op mensen. Dit betekent dat de schuld van de mens dus onterecht is en verzoening daarmee niet meer noodzakelijk. In Psalm 14 staat echter geschreven in vers 3 (vertaald uit Hebreeuws), dat alles is afgeweken, zij (de mensenkinderen uit vers 2) tezamen verdorven zijn, niet iemand er is die goed doet, niet een. Met de ontkenning dat een kind “uit zichzelf niks goed kan doen” gaat men dus tegen een Schriftwoord in. Ook Paulus verwijst naar dit Schriftgedeelte in Romeinen 3:12-18, waarbij hij de vertaling van de Septuaginta gebruikt, die veel uitgebreider is. Verwijzingen naar de Heidelbergse Catechismus en de Dordtse Leerregels laat ik nu rusten. Toch kan de kerk niet leven van een boodschap van verzoening alleen. Een boodschap van heiliging is noodzakelijk voor een bekeerd christen. Een boodschap van verzoening zonder een boodschap van heiliging kan defaitisme in de hand werken. Alles hangt van God af, dus heiliging komt wanneer Hij het wil. Een boodschap van heiliging zonder een boodschap van verzoening daarentegen lijkt op een aanmoediging om zelf je leven op orde te maken. De extreme uitwerking van deze boodschap is werkgerechtigheid. De genoemde verschuiving is mij vooral in de afgelopen jaren meer opgevallen en ik merk dat ik ook neig naar het obsessieve denken, teneinde vaker een verzoenende boodschap te horen. De kerk is echter niet enkel een heilsinstituut.

Onverschilligheid

Onverschilligheid is de andere extreme kant van gezondheidsmanie. Zoveel mensen als er obsessief bezig zijn met gezond blijven, zoveel mensen zijn er ook die het helemaal niet uitmaakt hoe hun lichaam functioneert. Het hele leven hangt af van kortstondig genot. Ook hier is ontkenning een belangrijke factor: ouder worden kan niet worden tegengehouden, maar het kan tot op zekere hoogte wel vertraagd worden. De ontkenning ligt

8 FEBRUARI 2019


NOG EVEN DIT

daarin dat iemand zelf invloed heeft op de kwaliteit van zijn of haar leven. In extrema is dit in kerkelijk Nederland ook te zien. Als de kerk toch al verandert, dan kunnen wij als kerk net zo goed zelf die verandering in eigen hand nemen: er wordt een boodschap gecreëerd waarin de gelovigen een woord meekrijgen, waarin gesteld wordt dat het met de zonde niet zo erg is en wanneer er naar behoren geleefd wordt iemand wel gered zal worden. De boodschap van verzoening staat hierbij op het spel: het is een feel-good boodschap, die vaak samengevat kan worden als: “ach, als je lief bent voor elkaar kom je ook wel in de hemel”. De vorm en taal in de kerk worden aangepast aan de huidige samenleving en de Bijbel wordt een voorbeeldenboek en laat zien hoe vroeger op een ‘eigentijdse manier’ werd omgegaan met de persoon van Jezus, en hierop kan de kerk voortborduren op eigentijdse wijze, zonder vastomlijnde vormen en meningen. Er is geen duidelijke boodschap meer, ook dit is een reden waarom mensen wegblijven: als de kerk geen toegevoegde waarde meer levert in het leven, waarom zou men er dan nog gebruik van maken? De kerk is óók niet enkel een gemeenschap van mensen met dezelfde levenshouding. De GKv staan niet bol van onverschilligheid, maar de boodschap van heiliging moet het wel steeds vaker zonder de boodschap van verzoening doen. Toch kan een vergaande eenzijdigheid op de boodschap van heiliging wel tot onverschilligheid leiden. Twee extremen omtrent gezondheid. Beide zijn te projecteren op de kerk als organisme. Los van elkaar hebben beide een ongezond effect op een organisme. Heilsinstituut of levenshouding? De kerk is niet een van beide, de kerk is beide. De boodschap van verzoening kan niet zonder de boodschap van heiliging en andersom. Heiliging is wel het gevolg van verzoening. Christelijk geloof begint met verzoening. Is de GKv obsessief of onverschillig? De vraag die er op voortborduurt: welk medicijn is nodig om vitaal te blijven?

Geloof kwijtgeraakt DOOR HEERCO WALINGA Twee artikelen in het ND (Gulliver) van 9 november gingen over jonge mensen die in hun leven afstand leken te nemen van ‘de God van hun jeugd’. Ze schreven er boeken over: Gerko Tempelman, aanvankelijk theologiestudent, maar later overgestapt naar filosofie, schreef ‘Ongeneeslijk religieus’. In het interview zegt hij, een – zeg maar – vrijgemaakte jongen: ‘Bij God wist je waar je aan toe was. De God die ik meekreeg kon je uitleggen.’ Een andere filosofiestudent, Michiel Bakker, schreef een roman. Hij beleefde zijn jeugd in een bevindelijke kring in Zeeland en schreef ‘Een leven bleek niet lang genoeg’, over de dood van God (Nietzsche). Hij zou, zo blijkt uit het interview met hem, niet weten of hij nog in God gelooft. Het bewustzijn van iets bovennatuurlijks zit in hem gebakken, zegt hij. Beide jonge mensen hebben afscheid genomen van het geloof zoals zij dat in hun kerkelijke gemeente en in hun gezinnen hebben meegekregen. Zijn ze ‘het geloof kwijtgeraakt’? Daar kan ik – zeker niet in dit bestek – geen antwoord op geven. Ik kan niet oordelen over het geloof van een ander. Maar waarvoor ik nu aandacht wil vragen is voor die gemeenschappelijke noemer van hen beiden: de geloofsinhoud van de gemeenten van hun jeugd (Gerko is 30 en Michiel 22 jaar), daarvan hebben ze duidelijk afstand genomen. En dan gaat het over de simpele beschrijving van uitverkiezing, vragen over het lijden in de wereld, Auschwitz en zo meer. Bij mij kwam, bij het lezen van deze twee interviews, de altijd weer onthutsende vraag op: Als iemand afscheid neemt van de antwoorden op levens- en theologische vragen, antwoorden die in zijn/haar kerkgenootschap als vanzelfsprekend worden beschouwd, verliest hij/zij dan ook het geloof in de Almachtige? Velen zeggen: iemand neemt afscheid van de kerk, maar heeft zijn geloof – gelukkig – behouden. Oppervlakkig gezien: niets aan de hand, dus. Anderen menen: als je rammelt aan de geloofsinhoud van de kerk, dan verlies je ook het contact met de drieënige God. Denkend over kinderen die anders kiezen dan hun ouders – en wat ’n verdriet en zorg kan dat opleveren bij die ouders, dat besef ik – denk ik dat we verschil moeten maken tussen het absolute ‘kwijtraken van het geloof’ en het meer beperkte ‘afscheid nemen van de geloofsinhoud zoals dat in de kerkelijke gemeenschap van hun jeugd gemeengoed was’. Daar zit wel degelijk verschil in, meen ik. Ingewikkeld, dat is waar. Niet ingewikkeld is de boodschap van het evangelie: God laat geen van Zijn kinderen uit Zijn hand vallen. hwalinga@walinga.org


IN DE SCHIJNWERPER

Evangelie van sterven en opstaan Sterven en opstaan – dat is de kern van het evangelie van Jezus Christus. Oorspronkelijk vierde de kerk dat dan ook ineen, in een doorwaakte nacht. Dan werden nieuwe leden gedoopt en werd het Avondmaal gevierd. Wij doen dat niet meer. Wij kunnen dat niet. Het is gevoelsmatig een te grote tegenstelling: het lijdensdrama, uitlopend op de duisternis van dood en graf, en het verblindende licht van de paasmorgen. Ondergang en overwinning. Van de diepste diepte tot de grootste hoogte. Een overgang zoals geen van ons ooit heeft doorgemaakt; het ligt voor ons nog in de toekomst. DOOR DRS P. HOUTMAN Geleidelijk ontwikkelde zich een kerkelijk jaar, met lijdensweken of de veertigdagentijd, en de paastijd, tot aan Hemelvaart en Pinksteren. Maar beide horen bij elkaar. De apostel Paulus vat het in één adem samen, in woorden die doen denken aan een oer-belijdenis: “…Dat Christus voor

onze zonden is gestorven…, dat Hij is begraven en op de derde dag is opgewekt…” (1 Kor. 15: 3v, in het lange, grote hoofdstuk over de opstanding). En: “…Hij die werd prijsgegeven om onze zonden en werd opgewekt omwille van onze rechtvaardiging” (Rom. 4: 25). Dat sluit aan bij de ma-

nier waarop Jezus er zelf van tevoren over sprak: de Mensenzoon moet sterven en na drie dagen opstaan. Zowel Jezus zelf als Paulus verwijzen daarvoor naar het Oude Testament. “Moest de Messias al dat lijden niet ondergaan om zijn glorie binnen te gaan?” (Lucas 24: 26). Het was zijn weg naar zijn doel, iets wat ook zijn leerlingen pas achteraf begrepen. Het was de weg van David, de koninklijke weg vanaf zijn geheime zalving: door vernedering naar verhoging. Een overvloed aan psalmen bezingt die weg, veelal in de ik-vorm, van binnenuit.

Vrijheid

De naam ‘Pasen’ herinnert nog aan die eenheid. Het is genoemd naar Pesach, het feest van het geslachte lam, waarbij Christus zijn Avondmaal instelde. Het Griekse ‘paschein’, lijden – waar wij nog het woord ‘passie’ van hebben – klinkt net zo als dat Pesach. Datzelfde woord ‘Pasen’ is de naam van het opstandingsfeest geworden. Ons kerkelijk jaar is een reeks van feest- en gedenkdagen geworden. De overgang van donker naar licht is verschoven, die vieren wij vooral met Kerst. Dat heeft met het jaargetijde te maken, met de winter in koudere streken. Maar onze Heer heeft één kerkelijk feest zelf ingesteld: het Avondmaal. Dat deed Hij tijdens Pesach, dat in het voorjaar viel. Het was het bevrijdingsfeest: Israël vierde de overgang van de slavernij in Egypte naar de vrijheid. Het Avondmaal is niet alleen maar een gedenken van een gebeurtenis in het verleden, het lijden en sterven van Jezus, treuren de dood van iemand van wie we hielden. De harten omhoog! Hij leeft en is nu daar, van daaruit voedt Hij ons door zijn Geest met de vrucht van de weg die Hij ging. We vieren zijn overwinning, we zegevieren met Hem.

Verfrist

Daarvan spreekt ook de doop. Wij zijn met onze Heer begraven – door de doop – in de dood. Doop betekent oorspronkelijk onderdompeling, en zo vindt die ook nog steeds vaak


plaats. Je gaat in het water onder. En je komt er ook weer uit naar boven, gereinigd, schoongewassen, verfrist, je kunt er opnieuw tegenaan. Sterven en opstaan, dat zijn ook trefwoorden als het over onze bekering gaat. De catechismus bespreekt in Zondag 33 het sterven van de oude en de opstanding van de nieuwe mens. Dat spraakgebruik sluit aan bij de Bijbel. Te denken valt aan Romeinen 6. Maar het meest uitvoerig komt het naar voren in Kolossenzen 3. Wij zijn innig verbonden met onze Heer in zijn dood en opstanding, intiem, maar daarin is altijd ons levensgedrag betrokken. Er zijn in die verbondenheid drie stappen.

Beleden

Eén: wij, onze oude mens, wij zijn met Christus gekruisigd, gestorven en begraven. Wij zijn ook met Hem opgewekt (Kol. 3: 1). Voor de duidelijkheid: dat is een feit (en dat geldt voor beide kanten, het sterven en het opstaan) door het geloof, doordat we in Hem geloven. Wij vallen terug op de historische feiten van zijn weg op aarde, de heilsfeiten. Twee – hier verschuift het beeld naar uit- en aankleden –: u hébt de oude mens afgelegd en de nieuwe aangedaan. Dat geloof waarmee we aan Christus verbonden zijn, dat hebben we beléden; we hebben Hem aangenomen. Er liggen beslissende momenten in het verleden, waarop we kunnen terugvallen. Christus heeft ons aan zich verbonden. Drie: hetzelfde evangelie is tegelijkertijd een oproep. Laat wat aards in u is afsterven! Vorige vertaling: Dood de leden die op de aarde zijn! De bedoeling is dat we nu ook een nieuw leven leiden; daar komt het op aan. In het klassieke kinderdoopformulier zijn deze verschillende elementen mooi verwerkt.

Authenticiteit

Die eenheid met Christus betreft overigens niet alleen de bekering. Paulus heeft het over zijn bestaan als apostel, zijn lijden en de kracht die hem op de been houdt, over verslagenheid en

over opnieuw er tegenaan kunnen, in een aangrijpende reeks tegenstellingen, die z’n hoogtepunt vindt in: “We dragen in ons bestaan altijd het sterven van Jezus met ons mee, opdat ook het leven van Jezus in ons bestaan zichtbaar wordt” (2 Kor. 4: 10); die tegenstelling doortrekt de hele brief. Weer iets anders is aan de orde in Galaten 2 en Filippenzen 3, waar Paulus zijn overgang van het jodendom naar het geloof in Christus zo sterk mogelijk uitdrukt als een sterven voor en met Christus en een nieuw leven hebben door Hem, door zijn opstanding. “Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij” (Gal. 2: 20) – een toppunt van authenticiteit. Het is moeilijk om beide uitersten bij elkaar te denken en te beleven. Er is strijd nodig geweest, al vanaf de tijd van het Nieuwe Testament, tegen de opvatting dat het niet kán: iemand die de Zoon van God is, die zelf God is, kan niet zo’n diepe vernedering ondergaan. En aan de andere kant: opstanding uit de dood bestaat niet. Die laatste discussie is nog steeds actueel.

Passion

In de westerse christenheid heeft de donkere kant nadruk gekregen. Bernard van Clairvaux gaf een sterke aanzet tot lijdensmystiek, het intens beschouwen van Jezus’ lijden, dat we nog kennen uit het oude gezang ‘O hoofd vol bloed en wonden’. Ook de

levensweg van Luther, die door een tunnel van rusteloos zondebesef heen tot zijn bevrijdende inzicht kwam, is een factor die tot vandaag doorwerkt. Piëtisme en Nadere Reformatie leerden dat je eerst door een fase van oprecht en hevig berouw heen moet voordat je rust kunt vinden in het geloof. De Passionen van Bach en consorten, en ‘The Passion’, grijpen een groot publiek aan, met die wonderlijke opstanding weten mensen veel minder raad.

Panorama

Hoe groot de tegenstelling ook is tussen sterven en opstaan, beide horen bij elkaar. Het gaat gelijk op, je leven lang: hoe meer je jezelf leert kennen, en hoe dieper je de leegte en de afgoderij met alle gevolgen in de wereld peilt, des te wonderlijker is het voor je dat je verlost bent. En omgekeerd: hoe rijker je bent met Jezus Christus, des te groter wordt je weerzin tegen het bestaan buiten Hem. Het is één weg: uit diepe ellende naar verlossing! Uit de dood naar het leven. Van het leven in de zonde naar het leven voor God! Tot nu toe hebben we het over onze individuele verbinding met Christus gehad. Kunnen we geen breder panorama open trekken? Is Hij, die stierf en opstond, niet de Heer van de wereld, de Heer van de machten? Daarover graag een volgende keer.


SCHRIFT WERK

Nooit gekend “IK HEB JULLIE NOOIT GEKEND. WEG MET JULLIE, WETSVERKRACHTERS!” MATTEÜS 7:23

Jezus gebruikt hier nogal krasse taal tegen mensen. Hij veroordeelt hen die wel de mond vol hebben over Jezus en hem “Heer, Heer” noemen, maar niet handelen naar de wil van de hemelse Vader. Een sterke aanklacht tegen hen die uiterlijk zich voordoen als profeten en in de naam van Jezus zijn opgetreden, maar toch niet binnengaan in zijn koninkrijk. Hoe is dat mogelijk?

DOOR DS HENK JAN VISSER Jezus laat zien dat hij spreekt met gezag. Hij laat zich Heer noemen. Hij komt met een gezaghebbend woord: “Ik zeg u,…” Jezus is Heer. Hij wil zo genoemd worden. Dat is schokkend voor de Joden. Want zij kenden wel de bekende belijdenis: “Luister, Israël, de HEER is God, de HEER is de enige!”Deut.6:4. Dat was de bekende belijdenis, die iedere jood kende. Is Jezus dan nu de HEER in ons midden? Johannes de Doper had al gezegd dat de Heer zelf zou komen. Nu is hij er. Jezus is God de Heer. Hij spreekt met gezag, want Jezus en de Vader zijn één. Er zullen profeten optreden in Jezus naam. Zoals onder het oude verbond profeten optraden, die door God waren gezonden, zo zullen profeten rondgaan, die in Jezus naam spreken en wondertekenen verrichten. Ook de apostelen krijgen de macht om duivelen uit te drijven. Jezus heeft goddelijk gezag en verleent zijn gezondenen goddelijk macht. Er gebeuren grote dingen in naam van Jezus. Veel zieken worden genezen, verlamden kunnen weer lopen, door boze geesten gekwelden worden bevrijd, blinden ontvangen het gezicht en velen komen tot geloof.

Bevoegd gezag

De beslissing over het binnenlaten in

6

het hemelrijk ligt bij Jezus. Hij kan en mag en zal oordelen over alle mensen. En sommige mensen zullen straks te horen krijgen dat ze niet welkom zijn in zijn koninkrijk. Wat hebben ze dan misdaan? Waarom mogen ze niet binnengelaten worden? Zeker zullen er velen wel binnengaan, die Jezus hebben erkend als Heer, maar ook velen niet. Zij gaan niet in, omdat ze niet gedaan hebben naar wat in de wet staat geschreven. Ze hebben de woorden van de wet niet serieus genomen en niet in praktijk gebracht. Ook al mochten ze in Jezus’ naam profeteren en grote dingen doen, toch deden ze er zelf niet naar. Het geloof bracht geen vrucht voort van levensheiliging en gehoorzaamheid. Zij komen het rijk niet binnen. Dat klinkt hard en meedogenloos. Maar het is volkomen terecht. Het waren mensen, die niet alleen zelf wetteloos leefden, maar ook anderen het leerden om af te wijken van Gods goede geboden. Jezus zal hen als toneelspelers ontmaskeren. Niet hun persoonlijk optreden als gepassioneerde en authentieke voorgangers, maar het effect ervan op de gemeente is maatgevend. Jezus is zelf bevoegd tot oordelen. Daarmee laat Jezus zien, dat hij de gezondene

is van de Vader in de hemel en zelf God is.

Onbekend

Weet Jezus dan helemaal niet wie het zijn, die zo in zijn naam hebben opgetreden? Zeker wel. Hij weet precies wat ze doen en hoe hun hart niet op Jezus is gericht. En toch zegt Jezus: “Ik heb jullie nooit gekend.” Jezus bedoelt ermee te zeggen, dat ze niet tot de kring van zijn kennissen, zijn discipelen behoren. Ze staan er voorgoed buiten. Ze zijn vreemden voor hem gebleven. Hoewel ze het evangelie zelf in de mond hebben genomen, hebben ze er niet naar geleefd en hebben het ook niet aan anderen geleerd om te gehoorzamen aan zijn geboden. Dat is een duidelijke waarschuwing aan het adres van alle dwaalleraren, de huurlingen, die de kudde laten verdwalen in de woestijn. Jezus waarschuwt de misleiders. Ze zullen worden weggestuurd. Ze komen het rijk niet binnen. Jezus kennen en liefhebben en door hem gekend zijn is doorslaggevend. Ben jij ook zo met Jezus verbonden, dat je hem kent. Dat is niet alleen dat je overtuigd bent van zijn bestaan, maar ook dat je hem lief hebt boven alles. Jezus geeft een krachtig getuigenis van zichzelf in de Bergrede. Hij laat zijn stem horen. Hij laat zich kennen als de Koning die gekomen is om zijn rijk te stichten. Dat rijk mag je binnengaan door geloof in Jezus. Geloof dat zichtbaar wordt in een gehoorzaam leven naar de wetten van het Koninkrijk. Jezus kondigt die wetten af. Laat je door hem kennen en ga de wil van de Vader in de hemel doen, zodat je leven vruchten draagt, die aan de bekering beantwoordt. Wie anderen leert de brede weg op te gaan en niet de smalle weg van Jezus geboden, die krijgt het uiteindelijk te horen, dat Jezus hem/haar niet gekend heeft. Het gaan op die smalle weg is niet gemakkelijk. Misschien word je voor ouderwets versleten of vinden ze je wettisch, maar uiteindelijk zal Jezus tegen je zeggen: “Ga binnen in het Koninkrijk, want ik ken je!”

8 FEBRUARI 2019


DENKEN EN DOEN

Gender (3) In het vorige artikel luisterden we naar verhalen van twee vrouwen die vanwege genderdysforie door een operatie man waren geworden. Zij waren er gelukkig mee. Maar het kan ook anders.

DOOR MR EMO BOS In een uitzending van Zembla kwam het verhaal van Patrick de Veen (40) uit Emmen aan de orde. Hij voelde zich in zijn puberteit meer een meisje. Aanvankelijk oordeelden de psychiaters van het UMC in Groningen hem niet als ‘transseksueel’. Patrick bleef echter verlangen vrouw te worden. Na zeven jaar werd hij weer psychologisch onderzocht en nog weer twee jaar later kreeg hij een verwijsbrief voor een operatie nadat hij een zogeheten ‘real life periode’ succesvol had doorlopen. In 2008 werd hij Patricia. Maar al drie maanden na de ingreep kreeg hij grote spijt. Zoveel, dat hij euthanasie overweegt. Zijn huidige psychiater denkt dat zijn wens om vrouw te worden, destijds een waangedachte was. Vermoedelijk hebben de psychiaters bij Patrick destijds onvoldoende doorgevraagd. Het is niet helemaal duidelijk of het vaak voorkomt dat transgenders spijt krijgen van een geslachtsverandering. De meest betrokkenen geven verschillende informatie. Wel deelde een door Zembla geraadpleegde psychiater mee dat nogal wat mensen met genderdysforie een psychiatrische problematiek kennen. Men noemt dat comorbiteit. De transgender belangenorganisaties Transvisie en Transgender Netwerk Nederland (TNN) menen dat het aantal mensen dat spijt van een geslachtsverandering heeft, niet mag worden overdreven. Datzelfde geldt ook voor comorbiteit. Zij verwijzen daarbij naar enkele onderzoeken. Het traject naar geslachtsverandering kenmerkt zich

volgens hen door grote zorgvuldigheid. In ieder geval moeten deze tegenstrijdige reacties over het proces van geslachtsverandering voor ons reden van zorg zijn. Zeker nu het aantal mensen dat zich meldt voor geslachtsverandering toeneemt doordat de mogelijkheid daarvoor laagdrempeliger is geworden.

Het genderdebat

Een verkenning op het internet laat zien dat het genderdebat gepolariseerd is. De polen zijn aan de ene kant de mensen die de genderidentiteit vrijwel gelijk stellen aan het biologische geslacht, en aan de andere kant mensen, die het psychologische en gevoelsmatige de doorslag geven voor het man of vrouw zijn. Veel christenen hebben de neiging om deze laatste groep te wantrouwen, omdat ze bij hen een ideologie zien die er op uit is de traditionele opvatting van man en vrouw, seksualiteit en het huwelijk te bestrijden. Zij willen vasthouden aan de ordening van de schepping en roepen daartoe op. De verklaring in het Reformatorisch Dagblad en ook het Nashville Statement geven dat ook zo aan. Overschrijding van de scheppingsorde zien ze als zonde. Maar dit maakt het wel lastig om mensen te helpen als hun biologische geslacht onduidelijk is of als zij een incongruentie ervaren tussen hun biologische geslacht en hun genderidentiteit. Wanneer je het probleem van deze mensen als zonde bestempelt, gaan ze zich schamen en schuldig voelen.

Een andere optie is om de genderdysforie te zien als een gevolg van de gebrokenheid in de schepping. Iets waar de betrokken persoon op zich niets aan kan doen. Deze visie stelt je in staat mensen die met hun geslacht worstelen te helpen, zonder hen een gevoel van schuld te bezorgen. Wel is het denkbaar dat je deze mensen als zielig gaat zien en ze daardoor onvoldoende in staat stelt hun waardigheid te behouden. Om dit laatste te voorkomen kan je het ook zoeken in de opvatting dat de schepping divers is. Dat de verschillen tussen gender en biologisch geslacht nu eenmaal een gegeven zijn en zelfs kunnen worden gewaardeerd. Deze zienswijze roept echter wel vragen op voor wie denkt vanuit het Bijbelse gegeven dat God de mens geschapen heeft als man of vrouw. Waar staan we in dit debat? Wat vinden we belangrijk? Voelen we de genderdysforie aan als een soort zonde, of vinden we ze een gevolg van de gebrokenheid van de schepping? Of moeten we genderdysforie zien als een gegeven, of zelfs als iets moois? Zou de Bijbel ons hier een uitweg bieden?

7


KORTE BERICHTEN

Vakantiekring ‘De Oase’ De vakantiekring “De Oase” organiseert al meer dan 50 jaar vakantieweken voor oudere broeders en zusters, die – normaal gesproken niet meer op vakantie kunnen, en vaak ook al jaren niet meer zijn geweest. De Oase werkt met vrijwilligers die helpen bij de algemeen dagelijkse (lichaams)verzorging, met hun meewandelen, gesprekken voeren, spelletjes doen en gezelligheid geven. Op de zondag worden er een bijeenkomst gehouden en in de week o.a. een modeshow, een uitgaansdag en verder veel plezier met elkaar. Dit jaar 2019 worden er opnieuw twee vakantieweken gehouden van: 6 t/m 13 september en 13 t/m 20 september. We verblijven in het mooie groepshotel “De Vrije Vogel” in Elsloo (Drents Friese wouden), waar we fijn als gasten onder elkaar zijn. Het geheel is aangepast voor rollators, rolstoelen en scootmobielen. De slaapkamers (2 persoons) zijn ruim opgezet, met eventuele hoog/laag bedden, voor gehandicapten en senioren geschikte badkamers. (Folder aanvragen? - Rein de Boer - telefoon 050-5731248) Deelname aan een vakantieweek

(maximaal 28 gasten per week) kost € 500,- + ann. verzekering € 33,25 (een complete all-in verzorging). U dient wel gebracht en gehaald te worden naar en van het groepshotel. De Oase roept iedereen op die graag mee wil/ kan. Als u onze gast wilt zijn, neem

dan contact op met de Oase. Alle informatie kunt u ook vinden op onze website: www.vakantiekringdeoase. nl. U kunt een inschrijfformulier aanvragen bij: Mw. K. Zuur- de Lange, Molenerf 36, 9617 BW Harkstede. Telefoon: 06-12201531.

Vacature deputaat Administratieve ondersteuning classis Hoogvliet De classis Hoogvliet is op zoek naar een nieuwe DAO met ingang van, uiterlijk, de september-vergadering in 2019. Maar aanmelding op zeer korte termijn is gewenst, opdat er een paar vergaderingen kan worden ‘meegelopen’. De deputaat moet belijdend lid zijn van de één van de kerken in de clas-

8

sis Hoogvliet en heeft de plicht tot geheimhouding over vertrouwelijke zaken. De werkzaamheden en taken concentreren zich rond de vier vergaderingen per jaar en bestaan vooral uit organisatorische en secretariële acties zoals de agenda opstellen en het maken

van de notulen/persverslag. De DAO is het contactpersoon voor de (landelijke) kerken als het om administratie gaat voor de classis Hoogvliet. Meer informatie of belangstelling? Meldt u s.v.p. bij uw kerkenraad of stuur een mailtje naar daoclassishoogvliet@gkv.nl

8 FEBRUARI 2019


RECENSIE

JC – Uitspraken van Jezus Christus in beeld Veel boeken zijn er geschreven over Jezus. Veelal met de bedoeling om over Zijn onderwijs na te denken. Daarin verschilt het boek JC Uitspraken van Jezus Christus in beeld niet met de andere boeken. Dit boek bevat vooral veel foto’s en daarin zit ‘m de crux.

een pagina scannen met de bijbehorende app. De app biedt ook mogelijkheden om eigen ideeën over de plaatjes door te geven. In hoeverre hier ook iets mee gedaan wordt, dat is niet bekend. De website Jesus.net, waaraan dit boek gelinkt is biedt daarnaast nog veel meer informatie over Jezus: wie was Hij, welke bekende feesten zijn naar Hem genoemd. Er is een film te bekijken: ‘the life of Jesus’ en nog tal van andere dingen. Dit boek is dus meer dan plaatjes met wat tekst: het is een poort naar een veel uitgebreidere wereld met informatie over Jezus Christus.

DOOR JAC DE GROOT MA Met het kiezen van verschillende uitspraken van Jezus lijkt geen rekening gehouden met de context waarin de uitspraken gedaan zijn. De nadruk in de titel ligt dan ook niet op het woord ‘uitspraken’, maar op de woordgroep ‘in beeld’. Het is een paradox: de Bijbeltekst fungeert in eerste instantie als illustratie bij de foto. Het zijn dan ook niet de teksten waarbij de bedoeling is om na te denken, maar de foto’s. Sommige foto’s zijn eenvoudig te traceren als passend bij de tekst, maar bij heel veel foto’s moet ook nagedacht worden. Foto 79, bijvoorbeeld, toont een man met de vinger voor de mond: “sst.” De tekst erbij is gehaald uit Marcus 15:2: “U zegt het”. Of de foto en de tekst komen hard binnen. Foto 33 toont het monument in Berlijn van de gevallen slachtoffers van de holocaust, al die betonnen blokken die op grafmonumenten lijken. De tekst die er genoemd wordt is Mattheüs 6:14-15: Want als gij aan de mensen hun fouten vergeeft, zal uw hemelse Vader ook u vergeven; maar als gij niet vergeeft aan de mensen, zal ook uw hemelse Vader uw fouten niet vergeven. Toch is het boek niet alleen maar foto’s met wat tekst erbij. Een belangrijk onderdeel om dit boek verder te

doorgronden is de app Jesus.net, die op de smartphone te downloaden is. Juist met de app erbij wordt duidelijk waarom dit boek een ware paradox is. In de app komt niet alleen de bron van de foto naar voren. Er is ook een doorverwijzing naar een website met uitleg over de context van de Bijbeltekst, en er volgt, in een kort audiofragment, de reden waarom de foto is genomen.

Echt 21ste eeuw

Het is echt een boek van de 21e eeuw, en ook voor de smartphone-gebruikers. Zonder een smartphone biedt dit boek weinig informatie en zal het met één keer lezen ook wel gauw in een hoek belanden. Met de smartphone erbij komt er heel wat meer informatie vrij, die dan ineens makkelijk toegankelijk is, omdat veel mensen toch al gauw een smartphone bij de hand hebben. Daarmee komt dit boek tegemoet aan een dagelijks momentje om meer uit de Bijbel te lezen, toch is daarin niet een boek waarbij het hele Evangelie doorgenomen wordt. Het zou ook een boek kunnen zijn dat prima fungeert in een wachtruimte van een arts of een bedrijf. Mensen kunnen gauw even doorbladeren, kort lezen en met iets meer tijd even

9


OPVOEDING

Kinderen en geld Hoeveel zakgeld geef ik mijn kind? Een vraag die bij elke ouder een keer langs komt. Op internet zijn daar best richtlijnen voor te vinden. Maar het blijft voor iedereen een eigen beslissing. Want waarom geef je een kind zakgeld? Wat mag hij/zij daarmee doen? Er zit een belangrijke opvoedkundige component aan: leren omgaan met geld. DOOR JETZE BAAS De naam zakgeld dekt feitelijk de lading niet meer in 2019. Want dat geld heb je niet meer in je zak als een kleinigheidje, om soms wat leuks of lekkers voor de kopen. Geld voor je kind maak je over op zijn privérekening. En via die rekening kan je kind sparen, of uitgaven doen.

NIBUD

In 2018 heeft het NIBUD (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) onderzoek gedaan onder kinderen over omgaan met geld. De belangrijkste conclusies zijn: - Tweederde van alle kinderen op de basisschool krijgt regelmatig zakgeld. - Driekwart van de ouders geeft dat contant. Dat aantal neemt af naarmate de kinderen ouder worden. Dan wordt het overgemaakt. - Tot het tiende jaar is het bedrag ongeveer € 1,00, daarna gaat het al snel omhoog. - Ongeveer een derde van de kinderen mag zelf weten hoe ze het geld besteden. - Kinderen krijgen geld voor klusjes. Autowassen, in de tuin helpen enz. Als ze ouder zijn via een baantje buiten de schooltijden. - 39% van de kinderen met een bankrekening heeft een pinpas. - De belangrijkste leermethodes van ouders van wie het kind al pint, zijn: uitleggen (51 %), voordoen (37 %) en meekijken (35 %). 32 % van de ouders gaf aan dat hun kind het al wist. - 72 % van de ouders waarvan het

10

kind pint, geeft aan dat er niemand kan meekijken bij het kind. - 78 % van de ouders vindt niet dat hun kind makkelijker geld uitgeeft met zijn/haar bankpas.

Meekijken

Veel ouders geven aan niet echt toe te komen aan het bespreken van de uitgaven met het kind. Het maakt daarbij verschil of je kind 10 jaar is, en nauwelijks eigen geld heeft, of dat je kind 16 jaar is, en kleedgeld heeft. Samen met je kind de financiën doornemen is belangrijk bij elke leeftijd. Niet als controle, maar bijvoorbeeld om je kind te leren met budgetten te werken. Als je iets moois wil kopen wat duur is, hoe doe je dat? Een zorgpunt bij het pinnen is vandaag het contactloos betalen. Uit het onderzoek van het Nibud is gebleken dat kinderen zo makkelijker geld uitgeven. Sommigen zijn daardoor hun pinco-

de vergeten. Ze betalen daardoor ‘onveilig’. Zo vraagt het omgaan met eigen geld tegenwoordig een eigentijdse aanpak.

Leren geven

Wat vrijwel buiten beeld blijft bij het NIBUD onderzoek, is het geef-gedrag van kinderen/jongeren. Uit gesprekken met ouders daarover, blijkt dat het meestal geen hoge prioriteit heeft. Dat is jammer. Het is voor veel kerken een uitdaging om jongeren aan de VVB te krijgen. Hoe is dat zover gekomen? Dat begint met hoe ik naar geld kijk. Is het van mezelf? Of kreeg ik het van Hem, die me gezondheid en werk gaf? Kinderen mogen leren dat God vraagt de eerstelingen Hem te wijden. Vroeger: het eerste lammetje, het eerste kalfje, de eerste korenschoof voor de Heer. En nu? Het eerste van je salaris, je zakgeld, apart gezet voor de Heer? En daarna komt wat jij mag besteden. De Bijbel kent de regel van de tienden. Hoe ga ik daar, als ouder, mee om? Net zo royaal, zoals onze God royaal is? Of is het beknibbelen… Kinderen leren het meeste via hun opvoeders. Zij zijn hun voorbeelden. Merken kinderen nog iets van het geefgedrag van ouders? Tegenwoordig gaat bijna alles via de bank, en in de collecte stop je collectemunten en dat lijkt net speelgoedgeld. Kinderen opvoeden met geefgedrag begint thuis: Hoe geef jij? Sluitpost of eersteling?

8 FEBRUARI 2019


KERK ONDERWEG

Waldenzen (4) Een terugblik. De Waldenzen in Calabrië (Zuid-Italië) zijn in 1561 en volgende jaren geheel uitgeroeid voor wat hun godsdienst betreft. De manier waarop er gedood is, heb ik weinig beschreven1. Maar een vergelijking met IS-praktijken is goed mogelijk. De onderzoekers van dit drama kunnen niet precies traceren hoeveel mensen vermoord zijn. De schattingen lopen uiteen: van minimaal 600 tot maximaal 6000. Ook de gevangen Waldenzen kregen te maken met mishandeling, marteling of verkrachting. Wat gebeurde met de overlevenden? DOOR DS H.K. BOUWKAMP Velen kwamen terecht op de Spaanse galeien. ‘De meer florissante vrouwen en kinderen’ werden verkocht als slaven. De wezen kregen een ‘heropvoeding’ in rooms-katholieke. instituten. Honderden werden verbannen. Een rest werd na afzwering vrijgelaten met verplicht boetehabijt. Over de verantwoordelijkheid voor deze uitroeiing is al geschreven2. Hier volgen nog enkele opvallende aspecten.

Snelrecht

Na het bloedbad in La Guardia (5 juni 1561) zaten in Montalto ongeveer 1600 Waldenzen in de kerkers gevangen (mannen en vrouwen). Snel werd een rechtbank gevormd met een driekoppig presidium: de regeringscommissaris Pirro Antonio Pansa, de vice-bisschop van Cosenza Orazio Greco en de inquisiteur Valerio Malvicino. Zij veroordeelden 150 gevangenen ter dood wegens rebellie, het dragen van wapens en ketterij (‘peccato in moltitudine’). Malvicino had bij het proces er geen moeite mee ‘stokslagen, klappen in het gezicht, stompen, trappen of rukken aan de baard’ uit te delen. Ze worden opgesloten in één huis. Op 11 juni 1561 gaat men over tot executie, die dag 88 man. Het gebeurde voor de kerk van San Francesco di Paola. De beul haalt de veroordeelden één voor één

op en keelt hen met een mes op het plein. De regeringscommissaris Pansa stond bovenaan de trappen met een stok de executie te drijven. Inquisiteur Malvicino was erbij. Ouden kwamen opgewekt om te sterven, jonge mannen bang. Pijnlijk voelt ook het getuigenis dat “allen een geweldig lachsalvo lieten horen, wanneer zij de slachtoffers de ‘naam van Jezus Christus hoorden inroepen’ en ‘hun geest in de handen van God’ hoorden aanbevelen’.

Ecclesia non sitit sanguinem

Veroordeelde ketters werden ‘overgedragen aan de seculiere arm’. Waarom? Wel, de overheid was gerechtigd een gewelddadige straf uit te voeren, de kerk niet. ‘De kerk dorst niet naar bloed’ was de leus. Daarom liet men de burgerlijke autoriteit zweren de veroordeelden met clementie te behandelen en hun leven te sparen. Maar, schrijft Simini, ‘in werkelijkheid was het een hypocriete eed (giuramento ipocrita), met als doel dat de kerkelijke autoriteit duidelijk niet beschouwd kon worden als verantwoordelijk voor de uitvoering van de doodstraf’. Een concilie-uitspraak uit 1244 zegt evenwel dat de burgerlijke autoriteit zelf als ketters behandeld zal worden, als zij lui blijkt in het bestrijden van ketters. Ook werden aflaten verleend voor het aanslepen van

brandhout voor een brandstapel3. En wat te denken van bovenstaand verhaal?

Kritiek

Uitroeiingsacties tegen de Waldenzen werden bekend in heel Europa. Protest of kritiek bleef niet uit. Hier één voorbeeld. Keurvorst Frederik III van de Palts schreef in 1566 aan zijn neef Emanuel Philibert, hertog van Savoye (toen de regio van de Frans-Italiaanse Alpen): ‘U kunt weten hoe ver men met de vervolging van de Waldenzen gaat de laatste veertig jaar, waarbij zij die zich katholieken noemen, zich van brandstapels, zwaarden, galgen, gevangenissen, pijnbanken en verbanningen bediend hebben. Verenig u niet met hun wreedheid en onmenselijkheid jegens lieden die geen ongelovigen maar christenen zijn, en geen zaak driftiger begeren dan zuiver en heilig in gehoorzaamheid aan Uwe Doorluchtigheid, God te dienen.’

Preek Ricca

Tot besluit het slot van een treffende preek van de Waldenzische prof. Paolo Ricca over Rom. 3:21-28 (Lutherse kerk Venetië 31 oktober 2016): ‘Hoezeer hebben wij nodig dat, zoals de apostel Paulus zegt, God niet alleen rechtvaardig is, maar ook rechtvaardigend (Rom. 3:26). Zoals wij immense behoefte hebben aan gerechtigheid overeenkomstig de wet, zo hebben wij immense behoefte aan gerechtigheid uit genade. Het evangelie biedt hier beide: gelukkig wie het ontvangt en het ontvangend gelooft en gelovende eruit leeft. Gelukkig ook de stad Venetië als zij zal weten plaats te maken voor de dubbele gerechtigheid van God en zo niet maar ‘Stad van de Reformatie’ worden, maar iets nog belangrijkers, namelijk ‘Stad van het Evangelie’. Amen.’ 1 Zie GKB 19 okt. 2018. 2 Zie GKB 30 nov. 2018. 3 Zo Ezio Maria Simini, Eretici e Inquisitori, Schio 2014, p. 39.

11


IN DE SCHIJNWERPER

400 jaar Dordrecht ACTA OFTE HANDELINGEN DES NATIONALEN SYNODI (6) De activiteiten van de synode lijken verminderd sinds de wegzending van de remonstranten. In elk geval is het aantal zittingen inmiddels geminderd. Niet meer dagelijks komen de synodeleden bijeen, dus ook minder synode-nieuws kan ik doorgeven. DOOR ARENT ADRIAENSZ HOUTSNEYDER Op 28 en 29 januari werden de onderwerpen met betrekking tot verkiezing en verwerping behandeld. Scultetus handelde daarin over verkiezing en zekerheid. Een andere Duitser: Daniel Eilshemius verklaarde daarbij dat hij dit al jaren zo leerde in de kerk van Emden, met grote eenstemmigheid bij de andere predikanten. Verkiezing is geen onzekere kwestie, maar iets waar een gelovige zeker van mag zijn.

12

Over de verwerping werden drie punten aangedragen: 1) God is niet de auteur van de zonde. 2) Hoewel zonde voortkomt uit de verwerping, is de enige oorzaak van de zonde de verdorven natuur van de mensen. 3) Verharding in en verblinding door de zonde ten aanzien van geloof zijn rechtvaardige oordelen van God, en kunnen dus wĂŠl aan God toegeschreven worden.

Op de markt gonst het van de geruchten dat de synode nu gauw over zal zijn. De remonstranten zijn weggezonden en hun leer zal vanuit hun geschriften worden beoordeeld. Dat hoeft niet al te lang te duren, immers het is duidelijk wat er door deze mannen geschreven is, en er zijn minstens zoveel tegengeschriften gekomen door de contraremonstranten. De synode hoeft nu alleen nog maar knipen plakwerk te verrichten. Het zal de rust in de stad wel ten goede komen als de synode voorbij is. Iedereen kan weer gewoon aan het werk, en de zondagse diensten zullen ook weer enkel door Dordtenaren gevuld worden. In de boekerij van Canin is het inmiddels een drukte van belang, om het manuscript van Mellinus te lezen en te zetten. Het wordt een flink boek, zoals ook te zien is op het plaatje. Meester Canin wil het boek dit jaar nog in de winkel hebben liggen. Maandag de 4e februari werd wederom

VRIJDAG 8 FEBRUARI 2019


de problematiek in Kampen aan de orde gesteld. De dominee Schotlerus, die inmiddels ook gedaagd was op de synode, had zich verontschuldigd over zijn afwezigheid vanwege ziekte. Van de andere predikant, die er ook niet was, was niks vernomen. Een van de Overijsselse gedelegeerden, Johannes Langius, deed uitvoerig uit de doeken hoe de zaak van Schotlerus in Overijssel was behandeld. Echter, de Overijsselse zaak, waarin naast Schotlerus de andere Kamper predikanten waren beschuldigd, was uitgesteld en op deze Nationale Synode gebracht. Tot nu toe lijkt de synode echter weinig te kunnen verrichten inzake de Kamper problematiek. Goswinius en Matthisius zijn 14 januari met de andere remonstranten de synode uit gezet door Bogerman; de andere twee Kamper predikanten zitten veilig in het verre Kampen. Hoe zal het zijn om dáár te moeten wonen, tussen zoveel remonstranten? Ook werd er verder gegaan op de weg omtrent de geschriften van de remonstranten. Over hun tweede Artikel, over de dood van Christus. Op de 6e februari hield doctor Steinius een disputatie over de genade van God en de wedergeboorte van de mens. Kan deze genade afgeslagen worden door de mens of niet? Dit stond ook in het teken van het tweede artikel van de remonstranten. Op de publieke tribune is het vaak erg druk. Heb ik dat wel eens gezegd? Laurent en ik zijn vaak samen in het publiek, maar wij zijn niet de enigen. Onlangs gebeurde er toch wat bijzonders … Op de publieke tribune verscheen opeens een vrouw. Een vrouw! Wat was er aan de hand? Wat dacht zij wel niet? Een beschaafde omgeving is toch geen plaats voor een vrouw? En dan beweerde deze Anna Walker, een Deense woonachtig in Engeland, ook nog een profetes te zijn. Wat een dwaasheid! Getrouwde vrouwen zijn geen profetessen. Zij zei dat ze vanuit Engeland naar Dordrecht was gekomen omdat de Heilige Geest haar had verteld de ware uitleg over de verkiezing door te geven, de bekering van de Joden

en het Laatste Oordeel te voorspellen. Iedereen op de tribune doet zij haar verhaal en wil graag dat de mannen beneden haar uitnodigen om het woord te voeren. Ze was zelfs naar de Magistraat gestapt om toegang te krijgen tot de synodevergadering, wat haar vanzelfsprekend geweigerd is. De eerwaarde broeders gedeputeerden hadden wel iets anders aan hun hoofd, dan het gebazel van een vrouwspersoon aan te horen: er bleek ook een boek van de remonstranten te zijn overgeleverd met hun gevoelen over het Eerste en Tweede Artikel en hun weerlegging van het tegengestelde gevoelen (de leer van de contraremonstranten). De politieke afgevaardigden hebben opdracht om binnen acht dagen ook andere boeken hierover in handen te krijgen. Voorbereidend werk voor het derde en vierde artikel worden opgenomen. De vaart zit er nu goed in bij de synodeleden. Er worden flinke hoeveelheden informatie binnengehaald over de leer van de remonstranten. Wanneer echt begonnen gaat worden met de beoordeling van die leer is nog niet helemaal duidelijk. Wel had de synode besloten op 30 januari dat de leeruitspraken niet eerder gedaan zou-

den worden voordat alles publiekelijk onderzocht en geëxamineerd zou zijn. Alles onderzoeken en examineren. Dat betekent dus wel dat de synode het werk grondig doet. Enfin, met een paar weken zal de drukte rondom de synode wel voorbij zijn en zal het gewone leven in Dordrecht weer zijn intrede doen. Vader en moeder Vlaswerker zijn weer naar Swindrecht afgereisd en met hen ook enkele van de remonstranten die wijder doorvoeren naar Holland. Met Adriaen tenslotte nog de zesde zondag onzer Catechismus doorgenomen, over de Middelaar die voor onze verlossing heeft gezorgd. Christus is onze wijsheid, rechtvaardigheid, heiligmaking en verlossing (antwoord 18).

13


UIT DE CLASSES

Classis Hattem 29 november 2018

We zijn vanavond te gast op ’t Harde. Alle kerken zijn wettig vertegenwoordigd. Het moderamen komt er wat anders uit te zien dan op de agenda staat, maar de vergadering voorziet erin. Dronten-Zuid is op zoek naar een consulent. Nunspeet wil een nieuwe kerkzaal gaan bouwen. Ds Maarten van Loon van Wezep is voor het eerst ter vergadering, en ondertekent met zijn handtekening het formulier dat ons bindt aan onze belijdenis. De notulen ondergaan een kleine wijziging ten opzichte van het concept. De notulen van de tweede zitting van de classis van 7 juni zijn intussen gearriveerd, maar moeten nog even in het bekende format gegoten worden. Op de tafel van de vorige classis lag een concept voor een nieuwe classisregeling. Voor de visitatieregeling gaan we de conceptregeling van deputaten kerkregering vergelijken met de regeling in het concept van de secretaris. Daar moet dan een voorlopig regeling uit komen waarmee we kunnen werken. De gemeente van Dronten-Noord voegt zich nu ook bij de samenwerking die al van start was gegaan van Dronten-Zuid met de plaatselijke CGK en NGK. Deputaten Kerkelijke Eenheid stemmen in met de regeling en de classis kan daarom unaniem besluiten dit traject goed te keuren. De classis benoemt op voordracht een tweetal broeders tot kerkvisitator: P. van Pelt (Wezep), en H. van der Stege (Wapenveld). We hebben vanuit de NGK-Regio Nunspeet een voorstel ontvangen voor een gezamenlijke kerkvisitatie. Er zijn al meerdere combi-gemeenten binnen ons ressort, wat overleg nodig maakt om een en ander te coordineren. Er worden twee commissies benoemd. Eén voor een regeling die speciaal bedoeld is voor die com-

14

bi-gemeenten, en één voor het stroomlijnen van de visitatieregelingen. Tot er iets nieuws ligt, werkt de classis met de regeling, die onlangs in concept is ontvangen.

Classis AmsterdamLeiden

Zr. Bos-Kaptein vraagt een beroepbaarstellend onderzoek (BSO) aan. Zij wil predikant worden in de Gereformeerde Kerken. We prikken daarvoor de datum van 10 januari 2019. Gezien het feit dat ze al recent (plaatselijke) preekbevoegdheid kreeg, zal het onderzoek aangepast worden, om geen dubbel werk te hoeven doen. Ze zal een preek houden en in het nagesprek zal gevraagd worden naar haar overtuiging in dezen. Vanuit een van de combi-gemeenten wordt materiaal aangeboden om eens door te praten over de vraag “wat voor kerk willen wij zijn?” Dat is nog in ontwikkeling, maar we maken er als classis graag gebruik van. De volgende classis wordt vastgesteld op DV 7 februari 2019, te houden in Hattem-Centrum. Zoals afgesproken, vond op donderdag 10 januari het BSO plaats van zr. Gerry Bos-Kaptein, pastoraal werkster in Dronten-Zuid. Het BSO heeft standaard plaats achter gesloten deuren en wordt bijgewoond door generale deputaten Predikantszaken. Standaard horen daar de onderdelen in van een gesprek over de motivatie; er wordt een preek gehouden en besproken en er wordt een gesprek gehouden over de plek die de kandidaat inneemt ten opzichte van de Schrift en de vandaaruit geformuleerde leer in de drie Formulieren van eenheid. Zo ook nu. Na de gesprekken gaat de classis overleggen. Na dit overleg kan de classis zr Bos meedelen, dat ze beroepbaar gesteld wordt. Ze ondertekent het formulier van binding aan de belijdenis van de kerk, en ontvangt de akte van beroepbaarstelling van de classis. We zingen haar de zegenbede van Psalm 134 toe. De secretaris regelt de publicatie.

Namens de samenroepende kerk van Lisse heeft ds. Geertsema de vergadering op christelijke wijze geopend. Ds. M. Boersema van de kerk van Leiden wordt welkom geheten binnen de classis en ondertekent het bindingsformulier. Er wordt een gesprek gevoerd met kandidaat J.M. de Jong, in het kader van het toelatend onderzoek naar aanleiding van zijn aangenomen beroep naar Amsterdam-Centrum. Op dit kennismakingsgesprek wordt door de classis en classicale en generale deputaten predikantszaken positief gereageerd. Kandidaat de Jong ondertekent het bindingsformulier en ontvangt de Akte van toelating. De classis neemt afscheid van ds. R.R. Roth van Oegstgeest in verband met zijn aangenomen beroep naar de kerk van Hengelo, hij wordt bedankt voor de inzet die hij heeft getoond voor de classis. De visitatieverslagen van Oegstgeest, Leiden, Valkenburg, Amsterdam-ZW, Amsterdam-C en Hoofddorp zijn binnengekomen bij de classis. Br. P. Jansen wordt benoemd als quaestor van de classis en van deputaten onderlinge ondersteuning, br. R Noort uit Oegstgeest wordt benoemd als 2e penningmeester. Br. R. Roorda uit Lisse wordt tevens benoemd in dit deputaatschap, naast ds. E.B. Buitendijk die eerder werd benoemd. De begroting voor de classis voor 2019 wordt goedgekeurd. De aanvragen vanuit deputaten onderlinge ondersteuning worden goedgekeurd door de classis, er wordt een quotum van €8 per ziel afgesproken en aanvullende landelijke steun aangevraagd. De classis bespreekt een notitie rondom plannen ter vergroting van de betrokkenheid van jonge mensen/ambtsdragers bij de classis. De volgende classisvergadering zal D.V. plaatsvinden op 7 maart 2019.

VOOR DE CLASSIS, DIEDERIK ENSING

VOOR DE CLASSIS, MN DEN BESTEN-NIEMEIJER, NOTULIST

6 december 2018

8 FEBRUARI 2019


COLOFON

Zonder commentaar Wetsvoorstel militaire dienstplicht vrouwen

REDACTIE-SECRETARIAAT Aanleveradres voor classisverslagen en persberichten: Jac. de Groot, Ballade 12, 8265 SB Kampen gereformeerd.kerkblad@gmail.com De redactie behoudt zich het recht voor verslagen en berichten in te korten

Op 14-03-2018 publiceerde Mr. D.J.H. van Dijk (lid van de Eerste Kamer voor de SGP) onderstaande column op de site van het RD.

EINDREDACTIE Ds Henk Jan Visser (eindredacteur) Jac de Groot MA

De huidige wet op de dienstplicht geldt alleen mannen. Dat is natuurlijk flagrant onrecht. Voor iedereen zal duidelijk zijn dat de positie van vrouwen sterk verbetert als ook zij een oorlogssituatie kunnen worden ingestuurd. Bovendien is er vast ergens een wetenschapper te vinden die aantoont dat meer diversiteit in de loopgraaf (of loopgravin?) leidt tot een hogere gevechtskracht. (…) Er is sprake van symboliek, maar bepaald geen onschuldige symboliek. Het wetsvoorstel vindt zijn achtergrond in het streven naar genderneutraliteit, niet in het streven naar een optimale krijgsmacht. Een groteske, ideologische benadering. Iemands geslacht zou niet voortvloeien uit biologische kenmerken, maar is slechts een kwestie van keuze, gevormd door de omgeving en de maatschappij. Men wordt niet als vrouw geboren, maar tot vrouw gemaakt. Het geconstrueerde onderscheid tussen man en vrouw moet daarom worden opgeruimd, waarbij overigens meestal de man de norm is waaraan de vrouw moet voldoen. Dwaas en extreem vrouwonvriendelijk. Man en vrouw zijn gelijkwaardig, maar niet hetzelfde. Mannen en vrouwen vullen elkaar op talloze manieren aan. Genderneutraliteit is net zo onzinnig als de gelijkheid van kleuren. Daarom moet het onderscheid tussen mannen en vrouwen niet worden weggepoetst, maar gekoesterd. (…) Ooit werden vooral christenen in verband gebracht met bevoogding. Misschien was deze kritiek soms terecht. Ook christenen bezwijken zomaar voor de verleiding om de overheidsmacht royaal in te zetten voor hun idealen. Die betuttelende rol is echter in overstelpende mate overgenomen door progressieve seculieren. Een dwangzuchtige overheid in combinatie met een seculiere, progressieve ideologie. Voor christenen een angstwekkend scenario. En het gaat snel. Hoe jong is nog het homohuwelijk. Maar wie zich hiertegen keert, is inmiddels net zo slecht als een racist. Het opkomen voor de Bijbelse waarheid wordt duurder. Het is goedkoper om op te komen voor bijvoorbeeld duurzaamheid, maar dit heeft weinig met het ware belijden van doen. Het ware belijden schúúrt.

REDACTIE mr E. Bos e.bos01@hetnet.nl J.A. de Groot MA groot.jac.de@gmail.com ds R.P. Heij rheij@hetnet.nl drs P. Houtman piet.houtman@hotmail.com ds H.J. Visser henkjanvisser8@gmail.com H. Walinga hwalinga@walinga.org (vacature)

Zonder Commentaar is een rubriek waarin redacteuren doorgeven uit allerlei bladen hoe men schrijft over christenen, geloof, bijbel, kerk enz. De redactie hoeft het helemaal niet eens te zijn met wat hierin wordt weergegeven, maar wil de lezer iets aanreiken van hoe men denkt.

REDACTIONEEL MEDEWERKER A.M. Pathuis anne-maaike@live.nl BLADMANAGEMENT BDUvakmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld Telefoon: 0342 49 48 46 Fax: 0342 49 29 99 Aanleveradres voor kerkdiensten: Kerkdiensten.gkb@bdu.nl Telefoon: 0342 494882

UITGEVER, ABONNEMENTEN EN BEZORGING BDUvakmedia, afd. abonnementen Postbus 67, 3770 AB Barneveld Tel. 0342 494884 – fax 0342 494299 abonneeservice@bdu.nl OPGAVE ADVERTENTIES Roel Abraham Tel. 06 54274244 r.abraham@bdu.nl PRIJS JAARABONNEMENT - binnenland - studenten - buitenland - proefabonnement (10 nrs)

€ 64,93 € 35,43 € 103,54 € 14,35

OPZEGTERMIJN 2 kalendermaanden voor de nieuwe betalingsperiode Voor mensen met een leeshandicap zijn de artikelen uit dit blad verkrijgbaar op CD. Informatie: CBB tel. 0341 565499, e-mail info@cbb.nl www.gereformeerdkerkblad.nl

15


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.