ZuivelZicht 1 2019

Page 1

Jaargang 111 | Nummer 1 | Januari 2019

ZuivelZicht

Het dienend leiderschap van Evert Kremer

ZE LF ZUI VELEN De boer verovert een plek in het koelvak

U E L ZE N A Duitse coรถperatie wapent zich tegen prijsschommelingen


Gebundelde competentie:

SULBANA wordt deel van de ALPMA-groep ALPMA groep In de toekomst bundelenn we onze onz nzee competentie comp co mpetten enti tiee op de de gebieden gebi ge bieden en ggesneden esne es nede denn ka kaas kaas, as,, harde kaas en mozzarella onder het merk ALPMA-SULBANA. A PMA-SULBBANA. AL ALPMA bouwt met deze stap de wereldwijd omvangrijkste en toonaangevende

Procestechniek Kaasmakerijtechniek Snijtechniek Verpakkingstechniek

aanbodvariÍteit op het gebied van de machine- en installatiebouw van de kaasmakerijbranche verder uit. ALPMA – de complete aanbieder voor kaasmakerijen over de hele wereld.

Mozzarella Gesneden kaas

www.alpma.de/sulbana

Harde kaas


INHOUD

20

14

22 Visie 6

Evert Kremer ‘We zijn een relatief kleine zuivelspeler maar dat is ook in ons voordeel’

8

Weidegang Zuivelketen behaalt doelstelling

10 Verduurzaming Uitstoot broeikasgassen boerderijmelk verder verminderd Evert Kremer is de nieuwe voorzitter van Cono Kaasmakers. (Foto: Ingrid Sweers)

13 Biodiversiteit Organisaties slaan handen ineen voor Deltaplan

Bedrijf 14 Zelfzuivelaar Melkveehouders zoeken eigen weg naar het koelvak

18 Fonterra ‘s Werelds grootste zuivelexporteur investeert in CO2-arme productie

20 Uelzena Duitse coöperatie moderniseert bedrijvenpark

22 Arla Foods Aankoop Mondeléz versterkt positie in het Midden-Oosten

24 Zuco Friese ondernemers starten ambachtelijke zuivelmakerij

Markt 25 Marktcijfers De ontwikkelingen op de internationale zuivelmarkt

www.zuivelzicht.nl

ZuivelZicht januari 2019

3


Tel 0522-463684

info@koster-nl.com

www.koster-nl.com

Overtollige tanks of machines? Wij zijn doorlopend op zoek naar: - RVS tanks - Warmtewisselaars - Pompen - Poedermengers - Zeefmachines - Indampers - Losse roerwerken

www.koster-nl.com


ZI JLI JN ZuivelZicht ZuivelZicht is een uitgave van BDUvakmedia ISSN 0165-8573 Postbus 67, 3770 AB Barneveld www.bdumedia.nl

vakmedia Uitgeefteam Corina Kuipers (uitgever), Ron van de Hoef (salesmanager), Peter Vorstenbosch (hoofd content) Redactie ZuivelZicht Postbus 93044 2509 AA Den Haag T: 070 2191707

Wijdverbreide misverstanden Tijdens de Grüne Woche in Berlijn maakte minister Schouten deze maand weer klinkende cijfers bekend over de landbouwexport. De uitvoer van Nederlandse agrarische producten naar Duitsland kwam vorig jaar uit op € 90,1 miljard. Ook de zuivelsector liet zich niet onbetuigd. Circa 9 procent daarvan betreft zuivel.

E: redactie.zuivelzicht@bdu.nl I: zuivelzicht.nl Hoofdredactie René van Buitenen E: r.v.buitenen@bdu.nl Centrale redactie Albert Schuurman (contentregisseur), Linda Hulsman, Job van der Mark; E: redactie.vakmedia@bdu.nl Medewerkers aan dit nummer Jeen Akkerman, Ria Besseling, Bert Kleiboer, Hermann-Josef Martin, Bert Westenbrink Advertenties Hielke van der Werf T: 020 5736056, E: h.v.d.werf@bdu.nl Abonnementen Abonnementsprijzen (12 nummers): € 127,90 (studenten € 72,29); buitenland: € 169,04. Proefabonnement (3 edities): € 11,81. Schriftelijke beëindiging (vóór 1 november) per einde kalenderjaar. Abonnementenadministratie Abonnementenadministratie BDUvakmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld T: 0342 494882, E: abonnementen@bdu.nl Ontwerp: Giesbers Communicatie Groep, Duiven

Criticasters willen nog weleens beweren dat de zuivelsector louter voor de wereldmarkt produceert. Dat de zuivel zijn overschotten tegen dumpprijzen naar de andere kant van de wereld stuurt. Klinkklare onzin. Grofweg 80 procent van alle melk die door zuivelbedrijven wordt verwerkt, blijft in de Europese Unie. Het gros daarvan eten en drinken de buren op. Alleen al

80 procent van alle melk die Nederland verwerkt, blijft in de Europese Unie

Duitsland, België en Frankrijk nemen meer dan de helft af van alle zuivel die we exporteren. Duitsland op zich is al goed voor een kwart van de zuivelexport, wat overigens ook in veel andere agrarische sectoren het geval is. Dat we hier in Nederland louter voor Verweggistan produceren, is een van de wijdverbreide misverstanden over de agrarische sector. De impact van de veehouderij op het klimaat is er ook zo een. Onlangs nog moest het Planbureau voor de Leefomgeving na aandringen van de stichting Agri Facts erkennen dat het een verkeerde voorstelling van zaken had gegeven over de impact van de veehouderij op de uitstoot van broeikasgassen. Die uitstoot is minder groot dan de overheidsinstantie deed voorkomen. Wat helemaal niet wegneemt dat ook de zuivelketen aan de bak moet om schoner te produceren. Melkveehouders en zuivelfabrieken moeten ook maatregelen nemen om broeikasgassen te reduceren. Zij hebben hun plannen ingebracht voor het ontwerpklimaatakkoord dat vlak voor Kerst naar buiten kwam. Daaruit bleek de bereidheid om constructief bij te dragen aan de oplossing van het klimaatprobleem. Dat kan niet gezegd worden van de milieuorganisaties die vlak voor het sluiten van de markt, afhaakten aan de overlegtafel. Zij hebben het klimaatdebat aangejaagd, maar toen het er op aan kwam, en er compromissen gesloten moesten worden, gaven ze niet thuis. Teleurstellend.

Druk: Vellendrukkerij BDU, Barneveld

René van Buitenen Hoofdredacteur

ZuivelZicht januari 2019

5


V I SI E

Evert Kremer, de nieuwe voorzitter van Cono Kaasmakers: “‘Ik heb een duidelijke visie die ik samen met mijn bestuursteam, directie en de organisatie wil uitvoeren.” (Foto: Ingrid Sweers)

Evert Kremer, nieuwe voorzitter van Cono Kaasmakers:

‘Groei bedrijf ondersteunen met eigentijds bestuur’ Succes in de markt en een eerlijke melkprijs komen eerst. Daarna de voorwaarden die aan de veehouders worden gesteld. Dat vraagt om een eigentijds bestuur van de coöperatie. In gesprek met Evert Kremer, sinds kort voorzitter van Cono Kaasmakers. Tekst: Jeen Akkerman

Een nieuweling kun je de man die sinds 14 november 2018 voorzitter is van Cono Kaasmakers niet noemen. Evert Kremer, melkveehouder in het

6

ZuivelZicht januari 2019

Overijsselse Stegeren, draait geruime tijd mee in de bestuurlijke zuivelwereld. Al in 2000, negen jaar nadat coöperatie De Vechtstreek samen ging

met Cono, werd hij vicevoorzitter van het bestuur. Zelf omschrijft hij deze functie in alle bescheidenheid als onderdeel van het destijds gezochte evenwicht tussen de twee fusiepartijen. Later, in 2005, werd hij secretaris van het bestuur. Deze functie vervulde hij tot afgelopen jaar, toen hij Klaas Sluis opvolgde als voorzitter. Dit betekent meteen dat Kremer niet lang voorzitter van Cono zal zijn, hij zit in zijn laatste bestuurstermijn en is in 2021 aftredend en niet herkiesbaar.


V I SI E

Dienend leider In het afgelopen jaar bereidde Kremer zich voor op zijn nieuwe rol. “Ik heb me vooral verdiept in het thema dienend leiderschap. Dat is wat vandaag de dag wordt gevraagd van een coöperatiebestuurder. Ik heb een duidelijke visie die ik samen met mijn bestuursteam, directie en de organisatie wil uitvoeren.” Naast bestuurlijke vorming bestond de voorbereiding op het voorzitterschap uit maatregelen op het bedrijf in Stegeren. Als we Kremer spreken is hij net gestart met twee nieuwe robots, die zijn 115 melkkoeien automatisch melken. Daarmee, en met de inzet van de vaste medewerker op het bedrijf, verwacht Kremer voldoende armslag te hebben om zijn rol als voorzitter goed te kunnen invullen.

Governance Als speerpunt noemt de nieuwe voorzitter de verdere professionalisering van de governance bij Cono. “Ik heb in de afgelopen jaren onze onderneming enorm zien groeien. De bedrijfsvoering is steeds verder geprofessionaliseerd. Een voorbeeld is de ontwikkeling van onze marketing, met name voor ons topmerk Beemster. Om dit A-merk in Nederland een stevige positie te geven hebben we een professionele marketing en sales organisatie ontwikkeld.” Volgens Kremer vraagt dat ook van hem en zijn medebestuurders continue

ontwikkeling. “Een van de zaken die we hebben geregeld, is dat we portefeuilles verdelen. Ik vind het goed dat elk bestuurslid zijn eigen aandachtsgebied heeft.” Een ander voorbeeld van aandacht voor governance is het belang dat Cono hecht aan het strategisch opleidingsplan voor haar bestuurders. Al deze zaken kosten tijd en aandacht. Cono moet daarin scherpe keuzes maken. “We zijn een relatief kleine zuivelspeler maar dat is ook in ons voordeel”, weet Kremer. Zo zit het bestuur dicht bij het beleid van de onderneming. “We overleggen intensief en frequent met elkaar, waardoor we daadkrachtig kunnen ondernemen.”

‘De smaak en ‘smedigheid’ van onze kaas staan altijd bovenaan’ Kaasmakerij Die betrokkenheid is volgens Kremer een positieve zaak. “Onze melkveehouders weten dat we een eerlijke melkprijs betalen op basis van onze sterke positie met bijzondere kaas. Wij hebben geen kaasfabriek, maar een kaasmakerij. De smaak en ‘smedigheid’ van onze kaas staan altijd bovenaan. Wij doen nooit

Het belang van voer Wat de koe eet, proef je in de kaas. Het is in de zuivel bekend, maar Cono Kaasmakers besteedt er extra aandacht aan. De coöperatie heeft een speciale Voercommissie, waarin bestuur, directie en andere experts van de onderneming overleggen over het voer dat de ongeveer 50.000 koeien van alle Conoveehouders krijgen voorgeschoteld. Ze bepalen niet het rantsoen, maar geven wel advies en soms voorschriften aan hun collega’s. Dat begon in 2012 toen tarwegistconcentraat in het rantsoen smaakafwijkingen in de kaas veroorzaakte. En in 2017 besloot Cono als enige zuivelonderneming in Nederland om de toepassing van zogenoemde pensbestendige vetten in het rantsoen te verbieden. Er zijn namelijk aanwijzingen dat dit de kaas harder en dus minder ‘smedig’ maakt. Een gevaar voor het natuurlijke en authentieke imago van Beemster en dus niet toegestaan, zo besloot het coöperatiebestuur op voorspraak van de commissie.

Gras maaien bij mooi weer Evert Kremer is en blijft op de eerste plaats melkveehouder. Samen met zijn vrouw Allina en hun zonen Nick en Thijs is hij geworteld in de regio Salland. Geen van de kinderen heeft interesse in het boerenvak. Dat weerhoudt Kremer er niet van zijn bedrijf door te ontwikkelen naar de eisen van vandaag de dag. Soms is dat een uitdaging, maar gelukkig blijven er altijd de momenten waarvan je als boer volop geniet. Voor Evert Kremer is dat bijvoorbeeld: ervaren dat de bemesting van je grond het gewenste effect heeft, als je op een mooie zomerdag het gras maait. “Economisch is het waarschijnlijk verstandiger om de ruwvoerwinning uit te besteden. Maar ik geef dat niet uit handen.”

concessies aan de kwaliteit. We maken onze kaas met ambachtelijke elementen. Onderdeel daarvan is het met de hand roeren van de wrongel in de traditionele open draineerbak. Onze manier kost meer tijd, maar dat komt de kwaliteit van de kaas ten goede en dat proef je.” Kremer glimt als hij het vertelt. Hij is, net als veel andere leden van Cono, trots op het ambacht en het eindproduct.

Samen sterk De sterke marktpositie van met name Beemster draagt bij aan de relatief goede melkprijs die Cono aan de leden kan betalen. Dat maakt ook dat de Cono-veehouders bereid zijn om op hun bedrijven maatregelen te nemen om die marktpositie te versterken. Cono loopt met haar programma Caring Dairy al jaren voorop in verduurzaming, bijvoorbeeld als het gaat om premies voor weidegang. Hierbij is ook de samenwerking met Ben & Jerry’s belangrijk. Cono levert al jaren de room en melkcondens voor hun ijs in Europa. Kremer: “Veehouders willen best hun bedrijfsvoering aanpassen als dat een betere melkprijs oplevert. Dat werkt het beste als je in de markt daadwerkelijk meerwaarde en dus hogere financiële opbrengsten realiseert. Onze boeren zien dat we dat over een langere periode waarmaken met onze merkkaas.”

ZuivelZicht januari 2019

7


V I SI E

Zuivelketen realiseert doelstelling en wens kabinet

Recordaantal melkveehouders laat de koeien buiten lopen Onder melkveehouders is het weer een trend om het vee tijdens het weideseizoen te laten grazen. Na jaren van afname neemt de weidegang weer toe. Vooral het afgelopen jaar was een bijzonder weideseizoen. Niet eerder gingen op zoveel melkveebedrijven de koeien naar buiten. Tekst: RenĂŠ van Buitenen

Het aantal melkveebedrijven waar de koeien buiten lopen, is in het afgelopen weideseizoen naar recordhoogte gestegen. Uit gegevens van de zuivelondernemingen blijkt dat inmiddels 82,0 procent van de melkveehouders de koeien laat grazen. Niet eerder was het percentage zo hoog, sinds de zuivelsector in 2012 de weidegang van koeien stimuleert. Toen zetten tientallen partijen uit de

8

ZuivelZicht januari 2019

zuivelketen hun handtekening onder het Convenant Weidegang om de koe in de wei te houden. Concreet was de doelstelling om weidegang te behouden op minimaal het niveau van 2012. Die doelstelling is vorig jaar gehaald, meldden LTO Nederland en de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO). De zuivelsector komt met het realiseren van zijn doelstelling tegemoet aan de wens van het kabinet. Die stelt in het

regeerakkoord dat de zuivelsector uiterlijk in 2020 zijn eigen doelstelling voor weidegang moet behalen.

Nieuwe weiders De toename van de weidegang is onder meer te danken aan nieuwe weiders. Op honderden melkveebedrijven besloten veehouders de koeien weer buiten te laten lopen, nadat zij hun vee eerder het hele jaar door op stal hielden. Partijen in


V I SI E

de zuivelketen hebben de afgelopen jaren diverse acties ondernomen om weidegang te stimuleren. Zo keren zuivelondernemingen een premie uit aan veehouders die hun koeien buiten laten lopen. Ook hebben zij met succes producten van weidemelk op de markt gebracht. Veehouders kunnen twee vormen van weidegang op hun bedrijf toepassen: volledige weidegang waarbij de koeien ten minste 120 dagen zes uur lang per dag buiten lopen of deelweidegang, waarbij minimaal een kwart van de veestapel buiten komt. De laatste jaren is vooral het aandeel bedrijven dat alle koeien buiten laat lopen, sterk toegenomen.

het percentage melkveebedrijven dat een vorm van weidegang toepast (volledige weidegang of deelweidegang). Dat percentage wordt vastgesteld door ZuivelNL, de ketenorganisatie in de zuivelsector, aan de hand van geborgde gegevens van veertien individuele zuivelondernemingen, die de melk verwerken van de melkveebedrijven in Nederland. Deze zuivelondernemingen hebben zich verbonden aan het Convenant Weidegang; zij verwerken ruim 98 procent van alle melk in Nederland. De Duurzame Zuivelketen publiceert het weidegangcijfer jaarlijks in december over het afgelopen weideseizoen.

Van onze kaasplanken kun je eten

CBS Convenant Het Convenant Weidegang is een initiatief van de Duurzame Zuivelketen, het samenwerkingsverband van LTO Nederland en de NZO om de zuivelketen verder te verduurzamen. Meer dan tachtig partijen uit de zuivelketen hebben het convenant ondertekend, waaronder overheden, supermarktketens, banken, veevoerleveranciers en diverse maatschappelijke organisaties. Het nieuwe weidegangcijfer werd eind december bekendgemaakt tijdens een bijeenkomst met de convenantpartners. Die verwelkomden de nieuwe ondertekenaar Hogeschool Inholland. De Duurzame Zuivelketen (samenwerkingsverband tussen de Nederlandse Zuivel Organisatie en LTO Nederland) drukt het niveau van weidegang uit in

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) telt het niveau van weidegang vast op basis van de Landbouwtelling, een enquête die het CBS in samenwerking met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland jaarlijks uitvoert onder alle agrarische ondernemers in Nederland. Alle agrarische ondernemers in Nederland zijn verplicht om deze in te vullen. Op basis van de door veehouders verstrekte gegevens over het voorafgaande kalenderjaar berekent het CBS het percentage melkgevende koeien van de totale melkveestapel dat gedurende het weideseizoen van dat jaar één of meerdere dagen buiten heeft gelopen. Het CBS publiceert dit percentage doorgaans enkele maanden na uitvoering van de enquête.

)GEGTVKƂ EGGTF XQGFUGNXGKNKI

9Ď RTQFWEGTGP CN LCCT kaasplanken van formaat WKV JGV DGUVG 0QQTF 'WTQRGUG XWTGP

De partners van het Convenant Weidegang vierden vorige maand de realisatie van hun doelstelling met gebak.

2TKOG 3WCNKV[ %JGGUG $QCTF 2CPGNU

LAMICO B.V. Papierbaan 16-22 9672 BH Winschoten Tel: +31 (0) 597 - 47 17 40 info@lamico.nl

www.lamico.nl


V I SI E

Melkaanvoer bij Rouveen Kaasspecialiteiten. De zuivelketen maakt steeds meer gebruik van duurzame energie. (Foto: NZO)

Uitstoot broeikasgassen boerderijmelk verder verlaagd

Zuivelsector zet stap vooruit in verduurzaming van de keten De Nederlandse zuivelketen is opnieuw duurzamer geworden. Melkveehouders en zuivelondernemingen zijn op verschillende thema’s een stap dichter bij hun doelen gekomen, blijkt uit de jaarlijkse monitoring van de verduurzaming van de zuivelketen. Tekst: René van Buitenen

Melkveehouders en zuivelondernemingen in Nederland streven gezamenlijk naar een toekomstbestendige en verantwoorde zuivelsector. Daarvoor hebben hun belangenorganisaties LTO Nederland en de Nederlandse Zuivel Organisatie aan het begin van dit

10

ZuivelZicht januari 2019

decennium de Duurzame Zuivelketen opgezet. Die laat jaarlijks de verduurzaming van de zuivelketen onafhankelijk beoordelen door Wageningen Economic Research. In de onlangs verschenen rapportage over de resultaten in 2017 constateert

het onderzoeksinstituut dat de zuivelketen flinke inspanningen levert om de gestelde doelen te realiseren. Op veel thema’s is vooruitgang geboekt ten opzichte van het voorgaande jaar. Het fosfaatreductieplan had in 2017 een belangrijke invloed op de resultaten. Dit


V I SI E

plan leidde onder andere tot minder melkkoeien, een lagere jongveebezetting en een hogere productie per koe. Dat was gunstig voor diverse doelen die de zuivelsector nastreeft. De afname van het aantal melkkoeien was wel ongunstig voor de gemiddelde levensduur van de melkveestapel.

Minder methaanemissie In 2017 nam de uitstoot van broeikasgassen op het melkveebedrijf aanzienlijk af. De uitstoot die wordt toegerekend aan boerderijmelk verminderde met 6 procent tot 1.143 gram CO2 per kg melk. In 2016 lag de gemiddelde emissie per kg melk voor het eerst onder het niveau van de nulmeting in 2011. In 2017 zette die daling dus door. De opstellers van het monitoringsrapport zoeken de verklaring in de toegenomen melkproductie per koe en in de lagere jongveebezetting op de bedrijven. “Hierdoor was per kg melk minder onderhoudsvoer nodig en is er dus ook minder methaanemissie uit pens en darmfermentatie.” Sinds 2012 is de uitstoot die in Nederland aan boerderijmelk wordt toegerekend met bijna 10 procent gereduceerd. De carbon footprint van de hele keten (gerekend vanaf het voer tot en met de verwerking en verpakking van de melk in de fabriek) werd in 2017 2,8 procent kleiner ten opzichte van 2016. Dat was voor het eerst sinds de nulmeting.

neer op een gebruik van 61,2 kuub en is dus – al sinds 2015 – gehaald.

Diergezondheid Op het gebied van diergezondheid- en dierenwelzijn is een van de doelstellingen ook al bereikt: vermindering van de antibioticaresistentie door een verantwoord gebruik van antibiotica in de melkveehouderij. Vrijwel alle melkveebedrijven in Nederland (99,9 procent) hebben een antibioticagebruik dat onder de actiewaarde ligt die de Stichting Autoriteit Diergeneesmiddelen hanteert. De doelstelling van de Duurzame Zuivelketen luidt dat minimaal 90 procent van de melkveebedrijven onder de actiewaarde moet zitten. Wat betreft weidegang kwam het doel in 2017 in zicht. Het percentage bedrijven dat een vorm van weidegang toepast kwam dat jaar dicht bij het beoogde doel: het niveau van 2012. Inmiddels is duidelijk dat de sector dit doel in het onlangs beëindigde weideseizoen heeft gehaald.

Harmonize your production process Innovative solutions and Products. Fully Integrated Industrial Process Automation utilizing:

De zuivelketen levert flinke inspanningen om de gestelde doelen te realiseren

Meer duurzame energie

Aanbeveling

Tegelijkertijd maakte de zuivelketen in 2017 opnieuw meer gebruik van duurzame energie. De productie van duurzame energie als percentage van het totale energiegebruik steeg naar 4,4 procent. De afstand tot het doel (16 procent) is nog fors, constateert het rapport. Beter vergaat het met de energie-efficientie. Het primaire brandstofgebruik in de zuivelketen (melkveehouderij, melktransport en melkverwerking) bedroeg 57,5 kuub aan aardgasequivalenten per 1.000 kg melk. De doelstelling voor 2020 (een reductie van 2 procent per jaar in de periode 2005-2020) komt

Om ook de overige doelen te kunnen behalen beveelt Wageningen Economic Research de Duurzame Zuivelketen aan de huidige werkwijze voort te zetten. Die geeft melkveehouders inzicht in hun duurzaamheidsprestaties en biedt hen handelsperspectief voorverbetering, gestimuleerd door prikkels om de verandering daadwerkelijk door te voeren. “Het is daarbij belangrijk om dit in samenhang te bekijken en te ontwikkelen. Juist omdat op het melkveebedrijf alle thema’s bij elkaar komen en voorkomen moet worden dat maatregelen op het ene thema voor negatieve effecten zorgen op het andere.”

For more information ask for Guido Sival: Phone:

+31 88 77 65 400

E-mail:

info-nl@proleit.nl

Internet: www.proleit.nl


De Nr.1 specialist in gereviseerde zuivelmachines Melk Yoghurt Boter Margarine Smeltkaas Kaas 2.000 machines in voorraad Garantie bij levering Snelle levertijden Lage investering Complete projecten

+31(0)348-558080 info@lekkerkerker.nl

www.lekkerkerker.nl

• Nieuw en gereviseerde zuivelapparatuur

• RVS (proces) tanks • Ontwerp en realisatie van zuivellijnen Graafdijk oost 23 2973 XB Molenaarsgraaf The Netherlands T +31 184 64 1266 E info@heuvelzuivelmachines.nl www.heuvelzuivelmachines.nl


V I SI E

Deltaplan voor herstel biodiversiteit Een brede coalitie van partijen wil de biodiversiteit in Nederland herstellen. Vorige maand presenteerden de deelnemers hun plan. Tekst: René van Buitenen

Kennisinstituten, landbouwvertegenwoordigers, bedrijven, natuur- en milieuorganisaties hebben de handen ineengeslagen om de biodiversiteit te herstellen. Zij vinden dat Nederland een voorbeeld moet worden van “een dichtbevolkte delta waar we natuur en economische ontwikkeling verbinden en onze kwaliteit van leven – en die van toekomstige generaties – borgen.” Om dat te bereiken is het Deltaplan Biodiversiteit opgesteld. Daarin stellen de initiatiefnemers dat herstel van biodiversiteit van belang is voor een rijkere natuur én de basis vormt het welzijn en de welvaart in Nederland. Eerdere inspanningen van veel grondgebruikers hebben volgens de opstellers van het plan nog niet het gewenste resultaat opgeleverd. Zij willen concrete acties ondernemen die wel effect sorteren.

Drie routes De kern van de aanpak is dat iedereen grondgebruikers, zoals natuurbeheerders, boeren, overheden en particulieren, kan stimuleren en waarderen voor

hun prestaties die bijdragen aan herstel van biodiversiteit. De komende tijd worden drie routes uitgewerkt: natuur, openbare ruimte en landbouw. Maatregelen waar boeren en tuinders volgens de initiatiefnemers aan kunnen denken zijn bijvoorbeeld het aanleggen van houtwallen en ander groen, bloemrijke bermen en akkerranden, en het bodemleven bevorderen met bijvoorbeeld compost. Het meten van resultaat waar agrarisch ondernemers zélf invloed op hebben staat centraal. De Biodiversiteitsmonitor die al in de melkveehouderij is ontwikkeld, is daarom als voorbeeld gesteld voor andere sectoren. Onder andere LTO Nederland en Duurzame Zuivelketen staan achter het Deltaplan. “Het Deltaplan is een unieke samenwerking om de biodiversiteit in Nederland te vergroten. Het uitgangspunt is dat biodiversiteit een gedeeld belang en een gedeelde verantwoordelijkheid is. Dit is belangrijk nieuws voor boeren”, aldus Ben Haarman, portefeuillehouder Natuur- en Landschapsontwikkeling bij LTO Nederland. “Het Deltaplan is een unieke samenwerking om de biodiversiteit in Nederland te vergroten”, aldus Ben Haarman (LTO Nederland).

engineered wood products

www.vidarwood.com


B E D R I JF

De opkomst van de zelfzuivelaars

De boer verovert een plek in Millennials willen weten waar hun voedsel vandaan komt. Oudere consumenten waarderen de smaak van vroeger. Boerderijzuivel is in. Dat is te merken in de supermarkt en daarbuiten. “Daar profiteert de hele sector van.” Tekst: Bert Kleiboer

“Elke dag vers van eigen koeien”, belooft de tekst op het pak yoghurt van Den Eelder. Dit boerderijzuivelmerk heeft al meer dan 25 jaar een bescheiden maar vaste plek in de koelvakken van verschillende supermarktketens. ‘Zuiver ambachtelijke zuivel. Ouderwets lekker en 100 procent echt!’ De yoghurts, vla en karnemelk van Den Eelder krijgen steeds meer gezelschap van andere speciale producten. Zuivel met een verhaal is populair.

Generatie Z en millennials Senior analyst dairy Peter Paul Coppes van RaboResearch Food & Agribusiness herkent hierin een trend. “Steeds meer willen consumenten weten waar hun voedsel vandaan komt en hoe het zit met de sustainability.” Vooral jonge consumenten stellen die vragen, zegt hij. “Alle studies wijzen erop: de generatie Z en de millennials, de twintigers en dertigers van nu, stellen vragen en ze verwachten antwoorden. Dat zie je niet alleen in Nederland, maar ook in andere landen.” “Als producent van boerderijzuivel hebben wij die antwoorden”, zegt Willem van der Schans, ‘boerenzoon’ bij Melkveehouderij en Zuivelbedrijf Den Eelder. “Omdat we zelf koeien houden en het land bewerken zijn we betrokken bij het hele productieproces. Wij kunnen

14

ZuivelZicht januari 2019

De Smaak van Hier: Verbinding met consument in achtertuin Rob en Lonneke Denissen hebben een melkveebedrijf met een kleine zeventig koeien in Heukelom (NoordBrabant). Hun boerderij, de Piet van Meintjeshoeve, staat in de buurtschap Heukelom, aan de rand van een nieuwbouwwijk van Oisterwijk. De consumenten wonen in hun achtertuin en ondernemers zoeken de verbinding. Ze ontvangen schoolklassen, organiseren groepsactiviteiten en Lonneke heeft een kapsalon aan huis. Als melkveehouder heeft Denissen een voorliefde voor een extensieve en natuurvriendelijke bedrijfsvoering. “Wij willen niet mee in de ratrace van schaalvergroting en kostenreductie. Wij hebben een gangbaar melkveebedrijf, maar schuiven steeds meer op naar een natuurinclusieve en circulaire landbouw.” De boer krijgt hiervoor bijval vanuit zijn verstedelijkende omgeving. Dat bracht hem op het idee om die sympathie tot waarde te brengen in zijn eigen boerderijzuivel. Hij begon met een melktap aan huis. Inmiddels heeft hij een uitgebreider assortiment zuivelproducten onder het merk De Smaak van Heukelom, met melk, yoghurt, verschillende soorten vla, havermout en rijstepap. Hij laat deze maken bij een kleinschalige verwerker in het naburige Goirle. De Smaak van Heukelom richt zich op de afnemers die waarde hechten aan de regionale herkomst en duurzame productie. Dat zijn niet alleen consu-

Rob Denissen: “Wij willen niet mee in de ‘rat race’ van schaalvergroting en kostenreductie.” (Foto: Wilfried Scholtes)

menten, ook kleine retailers en horeca zijn potentiële klanten. Vanuit de overtuiging dat deze benadering ook in andere regio’s werkt, heeft Denissen samen met compagnon Vincent van Rijsewijk ‘De Smaak van Hier’ opgezet. “Collega’s in andere plaatsen kunnen ook hun eigen zuivel vermarkten


B E D R I JF

het koelvak laten zien waar onze melk vandaan komt en wat de impact van ons bedrijf is op de omgeving en de natuur.” Het bedrijf van de familie Van der Schans in Well (Gelderland) is een van de grotere boerderijzuivelbedrijven van Nederland (Zie kader: Vaste waarde in de supermarkt).

Melk per koefamilie gebotteld

onder ‘De Smaak van...’ zonder dat ze het wiel opnieuw hoeven uit te vinden. De formule is bedoeld voor melkveehouders die niet willen groeien in volume, maar zich inzetten voor betere producten en waarde willen toevoegen door dier- en omgevingsvriendelijk te produceren.” Denissen is de eerste producent in het

concept. “We zijn nu voor het tweede jaar bezig en we verkopen op dit moment tussen de 1.000 en 1.500 liter per week. Dat heeft ons verrast.” Denissen en zijn compagnon zien groeipotentie. De Smaak van Hier heeft eind 2017 een marketingmedewerker aangenomen om de verkoop verder uit te bouwen.

Supermarktketen Albert Heijn heeft verschillende boerderijzuivelproducten in het assortiment, waaronder die van Den Eelder. Wie bij AH winkelt, vindt regelmatig iets nieuws in het zuivelvak. Yoghurt van Jersey-melk, bijvoorbeeld. Of de melk van de Aukjes op boerderij De Dobbelhoeve in Udenhout, waar de productie per koefamilie wordt gebotteld. “Wij zijn blij met dit soort initiatieven”, zegt Henk Sierksma, categorymanager zuivel bij de supermarktketen. “Als klanten erom vragen, bieden we het graag aan.” De belangstelling voor de speciale zuivel blijft volgens Sierksma niet beperkt tot de millennials. “Ik geloof dat een brede groep consumenten transparantie en herkenbaarheid steeds belangrijker vindt. Zeker bij zuivel. Een puur product, direct van de boerderij, spreekt ook oudere consumenten aan. Die herkennen de vertrouwde smaak van vroeger.” Sierksma trekt een vergelijking met bier. “De opmars van lokale speciaalbieren komt tegemoet aan de behoefte aan een product van dichtbij. Dat is duurzaam, fair voor de kleine producent én goed voor de lokale economie.”

Boerderijzuivel onder private label Albert Heijn verkoopt boerderijzuivel ook onder private label. Het gaat om biologische producten van leverancier Weerribben Zuivel. Sierksma: “Voor onze eigen boerderijzuivel hebben we

ZuivelZicht januari 2019

15


B E D R I JF

Den Eelder: Vaste waarde in de supermarkt Als Ernst van der Schans begin jaren tachtig samen met zijn vrouw Jacomine het melkveebedrijf van zijn familie overneemt, heeft hij ambitieuze plannen. Na een ruilverkaveling hebben ze een stal gebouwd waarmee ze anticiperen op een verdubbeling van de veestapel. Dan komt ineens de quotering: ze kunnen ‘slechts’ 130 koeien melken, terwijl ze hebben geïnvesteerd op 250. Willem van der Schans: “Door onze eigen receptuur en productiewijze kunnen we ons onderscheiden van de grote zuivelconcerns.” (Foto: Wilfried Scholtes)

gekozen voor een bedrijf uit een aansprekend gebied. En traditioneel gemaakte producten, zoals niet-gehomogeniseerde melk en ouderwetse karnemelk.” De categorymanager denkt dat het segment boerderijzuivel weliswaar ‘iets’ zal groeien, maar de ruimte is beperkt. “Ik verwacht niet dat de boerderijzuivel

16

ZuivelZicht januari 2019

Na lang wikken en wegen besluiten ze boerderijzuivel te produceren. Daarmee kunnen ze boven het vastgestelde (fabrieks)quotum melken en zelf waarde toevoegen aan hun melk. Als boerderijzuivelaars produceren Jacomine en Ernst zuivel in pakken en richten zich vanaf het begin op de supermarkten in de regio. Want ze hebben volume nodig. Hun opzet slaagt. In 1991 verwerken ze in hun eerste fabriekje ongeveer 1.000 liter per week. Sindsdien zijn ze elk jaar een beetje gegroeid. Den Eelder heeft een vaste plaats veroverd in het koelvak bij verschillende supermarktketens en niet alleen in de regionale filialen. Het huidige volume van Den Eelder is circa 200.000 tot 300.000 liter per week. De eigen melkproductie is nog altijd de basis, dit wordt nu deels (een derde tot de helft) aangevuld met melk van collega-veehouders. Het eigen melkveebedrijf blijft de kern. De veestapel omvat nu 550 koeien. Zonen Gerben (melkveehouderij) en Willem (zuivel) draaien mee in de onderneming, die inmiddels aan 25 mensen werk biedt. Het succes rust op twee pijlers, verklaart zoon Willem. De eerste is de smaak. “Je kunt als boer een sympathieke uitstraling hebben, maar als je niet iets speciaals biedt, blijven herhalingsaankopen uit. Door onze eigen receptuur en productiewijze kunnen we ons onderscheiden van de grote zuivelconcerns. Wij kunnen onze yoghurt warm afvullen en onze karnemelk is echt gekarnde melk. Dat verschil proef je.” Om consumenten te blijven verrassen brengt Den Eelder regelmatig nieuwe producten op de markt. De tweede pijler is het verhaal. “Wij kunnen laten zien waar onze melk vandaan komt en wat de impact van ons bedrijf is op de omgeving en de natuur.” Dat een deel van de melk van derden komt, doet daar volgens Willem weinig aan af. “We hebben korte lijnen met een klein clubje boeren die voldoen aan onze kwaliteitsnormen en duurzaamheidsvoorwaarden.” De boerderijzuivelproducent investeert in de relatie met zijn consumenten. Ook daarin denkt Den Eelder groot. Willem: “We willen de mensen letterlijk naar ons toe halen. Met onze laatste open dag, in juni van het afgelopen jaar, hebben we 10.000 mensen op ons bedrijf gehad. Op 29 juni hebben we weer een open dag. We willen ons verhaal vertellen aan zo veel mogelijk mensen. We willen van consumenten fans maken.”

de gangbare zuivel kan vervangen, vanwege het prijsverschil. Bovendien ontwikkelt de gangbare zuivel zich ook verder. Voor de gewone zuivel werken we bijvoorbeeld samen met een gesloten keten van driehonderd boeren.” Rabo-analist Peter Paul Coppes denkt ook dat het prijsverschil te groot is voor

een grote verschuiving. “Als de melk twee keer zo duur wordt, kijken veel consumenten toch naar hun portemonnee. Dat is ook zo bij ‘craft beer’ ten opzichte van een doorsneepils.” Hij ziet wel degelijk kansen voor individuele ondernemers. Die liggen ook buiten de supermarkt, onder meer bij


B E D R I JF

speciaalzaken en horeca. Zelfs verkoop via internet moet mogelijk zijn. “Er is een goed ontwikkelde infrastructuur voor pakketbezorging. Die kun je ook voor zuivel benutten. Zo raar is dat toch niet? Vroeger bezorgde de SRV-man ook aan huis.”

‘Prijs niet grootste issue’ Zuivelbereider Froukje Kingma richt zich niet op verkoop via de supermarkt. Ze concentreert zich op de fijnproever, de bewuste consument die een “puur en eerlijk product” waardeert. Ze mikt op speciaalzaken en horeca. “Prijs is in dat segment niet het grootste issue. Het gaat vaak om het gemak en de beschikbaarheid.” Samen met haar partner Chris Jansen heeft ze een melkveebedrijf in Ommen (Overijssel). Ze hebben hun eigen merk ontwikkeld: Puur Vechtdal (Zie kader: Pure smaak voor fijnproevers). Anders dan Den Eelder of Weerriben Zuivel verwerkt Kingma slechts een deel van de eigen melkproductie in de boerderijzuivel. Het grootste deel van de melk levert ze aan de industrie, in haar geval coöperatie Cono Kaasmakers.

Imago van de hele sector De situatie van Rob Denissen in Heukelom bij Oisterwijk is vergelijkbaar. Deze Brabantse melkveehouder is lid van FrieslandCampina en laat een deel van zijn melk lokaal verwerken als streekproduct onder het merk De Smaak van Heukelom (Zie kader: Verbinding met consument in achtertuin). Dat kan prima naast elkaar bestaan, stelt de ondernemer. De coöperatie heeft zelfs een regeling voor kleinschalige marktinitiatieven waarmee leden ontheffing van de leverplicht kunnen krijgen. Denissen: “Als je kijkt naar het volume en de prijsstelling zijn wij totaal geen concurrent. Ik ben er juist van overtuigd dat we elkaar kunnen versterken. Ik heb FrieslandCampina nodig voor de rest van mijn melk. Aan de andere kant draag ik met regionale boerenzuivel bij aan het imago van de melkveehouderij en de zuivel. Daar profiteert de hele sector van.”

Froukje Kingma: “Als melkveehouders doen we alles op gevoel en emotie.” (Foto: Margreet Vloon)

Puur Vechtdal: Pure smaak voor fijnproevers Voor een goed product met een onderscheidende smaak is markt, stelt Froukje Kingma. “De ene melk is de andere niet. Er zijn genoeg fijnproevers die voor het beste gaan. Dat zijn klanten die blijven terugkomen.” Froukje Kingma heeft samen met haar partner Chris Jansen een melkveebedrijf in Ommen (Overijssel). Tien jaar geleden namen ze de boerderij van Chris’ familie over – een klein gemengd bedrijf met dertig koeien. Ze besluiten te zich specialiseren in melkvee – waar hun hart ligt – en een deel van de melk zelf te verwerken. Momenteel melken ze zeventig koeien. Ze hebben plannen voor verdere groei. De vergunning voor uitbreiding van het melkveebedrijf is al binnen, maar ze wachten nog even met de uitvoering. Eerst willen ze hun boerderijzuiveltak verder professionaliseren. Het volume daarvan is nog bescheiden, 1.000 tot 1.500 liter per week. “Een jaar geleden zaten we op 1.500 tot 2.000 liter per week, maar toen waren we dag en nacht aan het werk. We doen alles ambachtelijk, met heel veel handwerk. We willen groeien en daarvoor gaan we de productie deels automatiseren. We hopen dat we voor de afzet

kunnen samenwerken met een groothandel, het liefst met een landelijke distributie.” De ondernemers hebben hun eigen merk ontwikkeld: Puur Vechtdal, op basis van eigen receptuur en verpakt in statiegeldflessen met een uniek ontwerp. Kingma: “Met de flessen gaan we terug naar de basis en een milieuvriendelijk karakter. Glas heeft een uitstraling die hoort bij een kwaliteitsproduct en heeft bovendien geen enkele invloed op de smaak.” Wat maakt hun product bijzonder? Kingma: “Als melkveehouders doen we alles op gevoel en emotie. We zorgen goed voor onze dieren, we maken onze eigen keuzes in de voeding, de gezondheid en het welzijn van de dieren. Dat vertaalt zich in vitale en weerbare koeien”, zegt ze. “Als je een goede en gezonde veestapel hebt, krijg je betere melk.” Kingma verkoopt haar exclusieve zuivel aan huis en via boerderijwinkels, speciaalzaken en horeca in de regio tussen Zwolle en Hoogeveen. De beroemdste klant is toch wel het hotel van het Zwolse driesterrenrestaurant De Librije, dat de yoghurt van Froukje en Chris bij het ontbijt serveert.

ZuivelZicht januari 2019

17


B E D R I JF

Focus op reductie broeikasgassen en vervuiling oppervlaktewater

Fonterra zet tandje bij om productie te verduurzamen Ook ’s werelds grootste zuivelexporteur Fonterra ontkomt er niet aan: de productie moet duurzamer. De ecologische voetafdruk van de NieuwZeelandse melkverwerker is van nationale betekenis. Tekst: Bert Westenbrink

Melkveehouder Garry Reymer uit Cambridge laat zich door een medewerker van Fonterra adviseren over het Farm Environment Plan waarmee hij de productie op zijn bedrijf kan verduurzamen. (Foto: Fonterra)

De Nieuw-Zeelandse zuivelcoĂśperatie Fonterra zet een tandje bij om de bedrijfsvoering duurzamer te maken. De grootste zuivelexporteur ter wereld wil de komende jaren verder investeren in een CO2-arme productie. In 2050 moet de wereldwijde productie van Fonterra

18

ZuivelZicht januari 2019

emissievrij zijn. Dat valt op te maken uit het tweede duurzaamheidsverslag dat de zuivelproducent heeft gepubliceerd. Daarbij zet Fonterra in op drie pijlers: voeding, milieu en sociaal. Op alle drie terreinen heeft de melkverwerker ambities geformuleerd voor de

korte en middellange termijn. Die doelstellingen gelden voor de verwerking en productie maar ook voor de circa 10.000 leden/melkveehouders die melk leveren. Zij moeten in hun bedrijfsvoering inspanningen leveren om de belasting van het milieu te


B E D R I JF

verminderen. Directeur duurzaamheid Carolyn Mortland van Fonterra laat in een toelichting op het jaarverslag optekenen dat de melkveehouders het voortouw hebben genomen om vervuiling van oppervlaktewater te stoppen, maar andere milieuopgaven, zoals het verlagen van de uitstoot van broeikasgassen, vergen meer inspanning en tijd. “Zowel op het melkveebedrijf als in de melkverwerking.”

Schaalgrootte Fonterra speelt in de Nieuw-Zeelandse CO2-discussie een belangrijke rol. Het bedrijf heeft door zijn enorme schaalgrootte een grote impact op het milieu. Zo produceren de melkveebedrijven die aan Fonterra leveren, broeikasgasgassen die gelijk staan aan 20 miljoen ton CO2 per jaar. De dertig productielocaties in het land zijn goed voor nog eens twee miljoen ton CO2-equivalent en gebruiken 59 miljoen m3 water, wat van invloed is op de kwaliteit van het oppervlaktewater. De ecologische voetafdruk is van nationale betekenis, realiseert Miles Hurrell, de nieuwe ceo van Fonterra, zich. “Dat is precies waar we aan werken. Dat doen we door zuivel te produceren op een manier die zorgt voor mensen, dieren en het land, en op lange termijn waarde oplevert voor onze gemeenschappen.” Maar ook stelt de topman vast dat Nieuw-Zeelandse melkveehouders wereldwijd vooroplopen in vele aspecten van duurzame melkveehouderij, met een hoge productiviteit, jaarrond weiden en een laag gebruik van vee- en krachtvoer. Met een emissie van 0,87 kg CO2-e/kg melk, heeft de melkveehouderij in Nieuw-Zeeland een van de laagste broeikasgasemissies per ingezamelde liter melk (gecorrigeerd voor vet en eiwit) ter wereld, claimt de melkverwerker.

Water In haar ambities wil de coöperatie de impact van de melkveehouderij op het water terugdringen, door vermindering van watergebruik op de productielocaties en betere zuivering van het afvalwater. In Nieuw-Zeeland wordt de melkveehoude-

rij als belangrijke veroorzaker gezien van de verontreiniging van oppervlaktewater (uitspoeling fosfaat, nitraat), waarvan 40 procent niet veilig is om in te zwemmen. De publieke en politieke druk om de milieu-impact op water te verminderen wordt almaar groter. In de plannen van de overheid om de waterkwaliteit te verbeteren (in 2040 moet 90 procent van het water zwemveilig zijn), moeten melkveehouders vanaf 2017 het vee uit water houden. Fonterra stelt dat aan die voorwaarde is voldaan; 99,6 procent van de waterwegen is omheind door de melkveehouders en daar waar vee waterwegen passeert zijn bruggen of duikers geplaatst. Om melkveehouders te helpen bewuster met water om te gaan helpt de melkverwerker boeren om zogeheten Farm Environment Plans (FEP) op te stellen; in 2025 moeten alle melkveebedrijven zo’n plan hebben. Deze omgevingsplannen moeten bijdragen aan verbetering van zoetwaterwinningen. Fonterra heeft toegezegd vijftig van deze vervuilde gebieden te herstellen – een ambitie waarmee de melkverwerker overigens achterloopt op schema, aldus het jaarverslag. Op de productielocaties zet de coöperatie in op de implementatie van nieuwe zuiveringstechnieken van afvalwater, zoals omgekeerde osmose en membraanfiltratiesystemen. Deze systemen worden in 2019 geïnstalleerd op de fabriek in Darfield. In 2026 moeten alle productielocaties wereldwijd het afvalwater zuiveren volgens de hoogste standaarden voor zuivering van proceswater.

Energie Voor de energie die nodig is om melk te verwerken en zuivel te produceren wil de coöperatie het energieverbruik op de productielocaties efficiënter maken. Het energieverbruik is ten opzichte van 2003 al met 19,3 procent verminderd, waarmee de zuivelproducent al bijna de doelstelling voor 2020 (20 procent) heeft gerealiseerd. Om een flinke stap te zetten in reductie van de CO2-uitstoot wil Fonterra het

Voeding en sociaal Op het gebied van voeding en sociaal ondernemerschap heeft de zuivelproducent eveneens ambities. Zo heeft de melkverwerker een nieuwe afdeling opgezet voor de productie van medische voeding. Deze unit moet voedingsproducten ontwikkelen die bijdragen aan het herstel van zieken en gezond leven van ouderen. Verder moeten in 2025 alle producten voldoen aan de voedingsrichtlijnen van de Nieuw-Zeelandse Voedingsstichting. Nu is dat nog 75 procent. Ook wil de zuivelproducent de traceerbaarheid van de producten verder verbeteren van 92 procent nu naar 100 procent in 2020. Fonterra wil ook investeren in het versterken van samenleving en de eigen onderneming met een aantal uiteenlopende actiepunten, variërend van schoolmelk- en ontbijtprogramma’s in het land voor kinderen tot verder verkleinen van de loonverschillen tussen mannen en vrouwen in gelijke functies in het eigen bedrijf.

gebruik van steenkool afbouwen. De melkverwerker wil de switch maken naar elektriciteit. In 2050 moeten de productielocaties wereldwijd emissievrij zuivel maken. Zover is het nog lang niet. In NieuwZeeland maakt een derde van de Fonterra-fabrieken nog gebruik van steenkool als brandstof, met name op het Zuidereiland. Vorig jaar nam het gebruik van steenkool zelfs nog toe. En dat zal nog wel even aanhouden, betrouwbare en rendabele alternatieven zijn niet een-twee-drie voorhanden op het Zuidereiland, schrijft de melkverwerker in het jaarverslag. Op het Noordereiland zoekt de coöperatie naar mogelijkheden om over te stappen op andere brandstoffen die minder schadelijke zijn, zoals aardgas. “Maar we snappen dat de transitie naar hernieuwbare energie de beste optie is.” In de fabriek in Brightwater waar volle melkpoeder wordt geproduceerd, wordt sinds afgelopen november biomassa bijgestookt, een conversie die de CO2-uitstoot met ongeveer 2.400 ton per jaar vermindert. In Stirling wordt de overstap gemaakt naar elektriciteit, waardoor jaarlijks circa 10.000 ton steenkool minder wordt verbruikt, zo claimt de melkverwerker.

ZuivelZicht januari 2019

19


B E D R I JF

Duitse coöperatie wapent zich tegen prijsschommelingen

Uelzena investeert in modernisering en uitbreiding Al ruim zestig jaar is Uelzena een belangrijke leverancier van zuivelingrediënten voor de Duitse voedingsmiddelenindustrie. Om zich te wapenen tegen de sterk fluctuerende prijzen van basiszuivelproducten heeft de topcoöperatie een investeringsprogramma opgesteld. Tekst: Hermann-Josef Martin

De directie van Uelzena heeft de afgelopen maanden de organisatie onder handen genomen. De in het noorden van Duitsland gevestigde coöperatieve zuivelonderneming groeide in de loop der jaren uit tot een middelgrote groep van kleine gespecialiseerde zuivelbedrijven. Twee daarvan

heeft Uelzena in het najaar gebundeld: de dochtermaatschappijen Hoche Butter in Uelzen en Trilactis in Saarbrücken. Beide bedrijven behoren al tientallen jaren tot de belangrijkste leveranciers in Duitsland van boter en botervetten en kazen voor de groothandel. Zij zijn samengevoegd tot de nieuwe onderne-

ming Hoche Butter. Die is verantwoordelijk voor het hele assortiment en voor de verkoopactiviteiten van beide dochterondernemingen. Binnen de Uelzena-groep is Hoche Butter ook verantwoordelijk gesteld voor de distributie naar afnemers in de bakkerijsector, de groothandel en de detailhandel. De verkoop aan industriële klanten blijft in handen van het moederbedrijf Uelzena. De fusie is volgens de directie noodzakelijk om de organisatie te stroomlijnen en de verkoop te optimaliseren.

Forse omzetgroei

In de Altmark-kaasfabriek in Bismark wil Uelzena de productie met een kwart vergroten. (Foto’s: Uelzena)

20

ZuivelZicht januari 2019

Het bedrijf behaalde in 2017 een forse omzetstijging. Die groeide met 33 procent naar € 703 miljoen. Dat was met name een gevolg van sterk verbeterde marktprijzen. Vrijwel alle productgroepen droegen bij aan de hogere omzet. De meeste omzet kwam op naam van de productgroep boter, botervet en premixen. Daar bereikte Uelzena een omzetgroei van 67,5 procent dankzij de sterk gestegen verkoopprijzen van melkvetproducten. Wat omzet betreft was melkpoeder in 2017 het tweede product van de Duitse onderneming, met een opbrengst van € 146 miljoen. Dit was 11,5 procent meer dan in het voorgaande jaar. In termen van verkoopvolume was melkpoeder het belangrijkste product van de coöperatieve groep. Uelzena bracht in 2017 ruim


B E D R I JF

Uelzena-groep

Uelzena wil de efficiëntie in zijn fabrieken verbeteren. Ook de melkpoederfabriek in Uelzen wordt gemoderniseerd.

76.600 ton product op de markt, een toename van 6,9 procent. De speciaalproducten, waaronder instantdranken, gezondheidsproducten, speciale droge ingrediënten waren goed voor € 111 miljoen omzet. Dat was vrijwel gelijk aan de omzet uit 2016. Het verkoopvolume viel 1,5 procent lager uit tot een totaal van 44.000 ton. Met kaas behaalde Uelzena betere resultaten. De omzet steeg tot € 94 miljoen, een plus van 45 procent. Het volume nam beperkt toe met 3 procent tot ruim 31.000 ton. Het betrof voornamelijk Edammers en Goudse kaas, die voor een groot deel bij de voedselverwerkende industrie terechtkwamen. Onder aan de streep hiel Uelzena in 2017 € 9,3 miljoen over, waardoor het eigen vermogen naar 39,1 procent van de totale balans groeide.

Duitsland. Ten opzichte van het voorgaande boekjaar kwam de melkprijs 35 procent hoger. Dat was voor een groot deel te danken aan de hoge boterprijzen waarmee Uelzena de lage eiwitprijs ruimschoots kon compenseren.

Nieuwe koers

Bovengemiddelde melkprijs

Het bedrijf heeft een nieuwe strategie ontwikkeld, die ertoe moet leiden dat Uelzena minder afhankelijk is van de sterk fluctuerende verkoopprijzen van haar belangrijkste producten melkpoeder, boter en kaas. Om dat te bereiken zijn alle productgroepen en vestigingen tegen het licht gehouden. Er is een plan opgesteld om nieuwe productconcepten te ontwikkelen en om de fabrieken te moderniseren. Het moet ertoe leiden dat het concern efficiënter gaat draaien, meer waarde kan toevoegen voor zijn partners en dus

Uelzena verwerkt de melk van 760 melkveebedrijven die bij zes verschillende coöperaties zijn aangesloten. Deze coöperaties zijn op hun beurt lid van de coöperatie Uelzena. De veehouders leverden in 2017 470 miljoen kg melk, zo’n 15 procent meer dan in 2016. Daarvoor ontvingen zij een bovengemiddelde melkprijs. Die lag met 36,54 cent per kg 0,35 cent boven het gemiddelde niveau van de melkprijzen in

De melkprijs lag met 36,54 cent per kg 0,35 cent boven het gemiddelde niveau in Duitsland

De Uelzena-groep is in 1952 opgericht om de melk van 31 zuivelbedrijven uit Nedersaksen tot waarde te brengen. Door overnames en organische groei is de coöperatieve onderneming in de loop der jaren uitgegroeid tot een belangrijke leverancier van zuivelproducten aan de Duitse voedingsmiddelenindustrie. Het bedrijf produceert ingrediënten voor de voedingsmiddelenindustrie waaronder melkpoeder, melkvet, gezoete gecondenseerde melk; instantdranken (cacao- en koffiedrankpoeders, toppings, koffiecreamers); speciale gezondheidsproducten (om gewichtsverlies tegen te gaan en sportvoeding) en basiszuivelproducten als boter, botervet en kaas. De producten worden op de markt gebracht onder de merknamen als Uelzena, Butaris, Hoche Butter, Buvita, Buti, Trilactis, Grubon en Scho.

een betere concurrentiepositie krijgt. Daardoor kan het structureel goede bedrijfsresultaten boeken en de veehouders bovengemiddelde melkprijzen blijven uitbetalen. De prioriteiten van de investeringsprojecten liggen in de speciale producten, melkpoeder en kaas. Uelzena acht zich in deze productcategorieën kansrijk op de markt. De productie van deze producten wordt de komende jaren opgevoerd. Daarbij wil het bedrijf de balans bewaren tussen de verwerkingscapaciteit, de afzetmogelijkheden en de melkaanvoer van de leden. Voor de investeringen heeft Uelzena de komende vijf jaar € 100 miljoen beschikbaar. Bijna een derde van dat bedrag gaat naar de melkpoederfabriek in Uelzen waar twee nieuwe droogtorens, nieuwe verpakkingslijnen en een nieuw pakhuis worden gebouwd. Een andere investering betreft de uitbreiding van de kaasfabriek Altmark in Bismark. De productiecapaciteit gaat daar met 25 procent omhoog tot 40.000 ton. De fabriek verwerkt de melk van veehouders die geen genetisch gemodificeerd voeders aan hun koeien voeren. De fabriek is gecertificeerd volgens de normen van Vlog, de Duitse vereniging die verantwoordelijk is voor de certificatie en uitgifte van het ‘Ohne Gentechnik’-label.

ZuivelZicht januari 2019

21


B E D R I JF

Overname kaasactiviteiten Mondeléz past in strategisch plan

Arla Foods verstevigt positie in het Midden-Oosten Aan de ene kant groeit Arla Foods, mede door de aankoop van andere bedrijven. Aan de andere kant snoeit het concern, door minder rendabele activiteiten af te stoten. Tekst: Hermann-Josef Martin

Vlak voor de jaarwisseling kondigde Arla Foods de overname aan van de kaasactiviteiten die de Amerikaanse voedingsmiddelenproducent Mondeléz exploiteert in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Het gaat met name om smeltkaasproducten die in licentie voor het voedingsconcern Kraft worden geproduceerd en op de markt worden gebracht. De overname wordt door Arla beschouwd als een ware ‘gamechanger’

voor zijn eigen activiteiten in die regio. Want een belangrijk onderdeel van de overeenkomst, die naar verwachting eind mei definitief wordt, is de overname van een kaasfabriek in Bahrein. Deze in 2008 gebouwde fabriek heeft een jaarcapaciteit van 66.000 ton. Daarmee kan Arla Foods zijn positie in deze regio behoorlijk verstevigen. Tot nu toe werden de meeste producten van Arla Foods geproduceerd in Europa. Slechts een deel van de productie voor

het Midden-Oosten kwam uit zijn fabriek Riyad, Saoedi-Arabië.

Strategische stap “We hebben een gevestigde en groeiende onderneming in het MiddenOosten en kennen onze consumenten en klanten goed in dit deel van de wereld”, stelt Arla’s topman Peder Tuborgh. “Deze deal is een uitstekende strategische stap voor ons, aangezien het ons in staat stelt om zowel onze aanwezigheid in het merkkaassegment te vergroten als onze lokale productiecapaciteit uit te breiden.” Het Midden-Oosten en Noord-Afrika vormen een van de belangrijkste geografische regio’s in het strategisch plan van Arla (Good Growth 2020). Sinds 2010 heeft het Scandinavische zuivelconcern zijn omzet in het Midden-Oosten en Noord-Afrika verdubbeld, onder meer door sterke posities op te bouwen in kaas, boter, melkpoeder en UHT-melk. Het bedrijf verwacht dat de omzet uit deze regio over 2018 zal doorgroeien naar circa € 560 miljoen.

Productinnovatie

Arla Foods probeert met de recente overname in Bahrein zijn positie op consumentenmarkt in het Midden-Oosten te verstevigen.

22

ZuivelZicht januari 2019

Een andere recente aankondiging van Arla Foods is de vorming van een nieuwe organisatie die zich op productinnovatie gaat toeleggen. Deze groep, die onder leiding komt van executive vice-president Lars Dalsgaard, illustreert het belang dat Arla Foods hecht aan de ontwikkeling van nieuwe producten. De


B E D R I JF

Industriële koeling Highcare Ook op het Arla-hoofdkantoor in Aarhus verdwijnen banen als gevolg van het saneringsprogramma Calcium.

koers van het concern is erop gericht dat ongeveer de helft van de beoogde omzetgroei uit innovatie moet komen. Aan Good Growth 2020 zijn diverse financiële doelstellingen gekoppeld. Om die te realiseren werd vorig jaar het herstructureringsprogramma Calcium opgezet. Dat moet uiterlijk in 2021 leiden tot een structurele kostenbesparing van € 400 miljoen. Met deze operatie reageerde de concerndirectie op de aanhoudende krimp van de marges, ontstaan door onder andere ongunstige wisselkoersen en hoge grondstofkosten. Hiermee kregen veel Europese zuivelondernemingen in 2017 mee te maken.

Maatregelen In het onlangs beëindigde boekjaar voerde Arla al diverse maatregelen door. Een greep uit de maatregelen. Zowel in juni als in november van het vorige jaar werden reorganisaties aangekondigd, waardoor ongeveer 335 banen verloren gaan. De meeste arbeidsplaatsen verdwijnen op het Deense hoofdkantoor in Aarhus. Ook in diverse productiebedrijven in Europa zet Arla Foods het mes. Zo zal het Zweedse dochterbedrijf nog voor het einde van dit jaar de productie in de kaasfabriek in Boxholm afbouwen en het distributiecentrum sluiten. Dat gaat ten koste van 25 arbeidsplaatsen, maar het levert het concern wel jaarlijks € 1,4 miljoen op. Deze maatregel is een gevolg van de hevige concurrentie op de Zweedse kaasmarkt waar Arla mee te maken heeft. Volgens het concern wordt zo’n 60 procent van de Zweedse

Kaasrijping Cleanrooms Airconditioning Maatwerk

kaasmarkt geïmporteerd. Dat zet de opbrengstprijs van de kazen die Arla in Boxholm maakt, onder druk. In eigen land zal Arla naar verwachting halverwege dit jaar de zuivelfabriek Braband sluiten vanwege een gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden. Het bedrijf produceert yoghurt, skyr en crème fraîche. Er werken 160 mensen. De productie van yoghurt en skyr wordt verplaatst naar andere Arla-bedrijven in Europa.

Niet rendabel Afgelopen najaar kondigde Arla al de sluiting aan van de Deense kleine kaasfabriek Endrup. Het noodlijdende bedrijf was een jaar eerder door Arla overgenomen, maar het concern is tot de conclusie gekomen dat de fabriek niet rendabel te maken is. Om vergelijkbare redenen gaat over enkele maanden een kaasfabriek in Lillebaelt dicht, waar onder meer de merkkaas Castello wordt gemaakt. De productie wordt overgeheveld naar andere fabrieken die efficiënter kunnen produceren. Bij de presentatie van de halfjaarcijfers over 2018 maakte ceo Tuborgh duidelijk dat Calcium in zes maanden tijd al € 9,5 miljoen had opgeleverd. Voor heel 2018 zei hij toen uit te gaan van een besparing van minstens € 50 miljoen. Aanvankelijk ging Arla voor 2018 nog uit van een totale besparing van hooguit € 30 miljoen. Het exacte bedrag dat Calcium aan besparingen oplevert, moet blijken uit de definitieve jaarcijfers. Die zal Arla Foods volgende maand publiceren.

Voets & Donkers ontwikkelt met grote precisie luchtbehandelingssystemen die exact de juiste condities creëren voor kaasrijping.

www.voetsdonkers.nl


MARK T

Zuivelcoöperatie wil naar melkstromen op klantvraag

Ambachtelijke zuivelmakerij Zuco van start in Dokkum In Dokkum beginnen drie ondernemers volgende maand een ambachtelijke zuivelmakerij. Agrarisch ondernemer en voormalig melkveehouder Hessel Jan Sinnige van de Molkerij, patissier Wiebe de Jong van Shock o Laté en Sander Wijnstra van Vinostra hebben hiervoor Zuco UA opgericht. De zuivelcoöperatie wil melkstromen op klantvraag gaan verwerken. Tekst: Ria Besseling

De ondernemers produceren aan De Dijk in Dokkum volle melk, karnemelk, boter, yoghurt, kwark, kefir en roomijs. De producten worden in de fabriekswinkel van de zuivelmakerij direct aan consumenten verkocht, maar ook geleverd aan de boerderijwinkels van de Molkerij, aan Jumbo-supermarkten met La Place-assortiment in Dokkum en aan lokale en landelijke horeca.

Naar meer melkstromen De producten worden verwerkt van circa 7.000 liter melk die de coöperatie wekelijks afneemt via Holland Jersey van maatschap Ykema Schneider in Raard en van de eigen Molkerijmelkstroom. Deze melk komt van de kleinschalige Fries-Hollandse veestapel als basis voor de circulaire natuurinclusieve Dokkumer regioketen. “’Tot nu toe werken we samen met één melkveehouder, maar we willen uitbreiden naar meer melkstromen”, vertelt Sinnige. De coöperatie wil dit jaar uitbreiden naar 150.000 liter, volgend jaar naar 365.000 liter en in 2021 moet de capaciteit op circa 500.000 liter liggen. “De groei vindt plaats op basis van de vraag”, verwacht Sinnige. Hij wil starten met het klantgestuurd verwerken van diverse melkstromen, waaronder A2-melk. “Afnemers bepalen van welke melk zij hun zuivelproducten door ons willen laten produceren. Wij

24

ZuivelZicht januari 2019

De drie ondernemers van zuivelcoöperatie Zuco: Hessel Jan Sinnige van de Molkerij (midden), patissier Wiebe de Jong van Shock o Laté en Sander Wijnstra van Vinostra (Foto’s: Hester Bosch).

zoeken er vervolgens de melkstroom bij, bij voorkeur uit de regio, maar de melk kan ook van elders worden aangevoerd. We hebben een rmo achter onze auto en kunnen de melk straks snel naar onze locatie in Dokkum brengen. Belangrijk is dat we altijd een transparante keten tonen, dus duidelijk maken waar de melk vandaan komt.”

Voedings- en lifestylecoach Jersey melk wordt een van de eerste melkstromen die Zuco gaat verwerken. De nieuwe zuivelcoöperatie gaat hiervoor samenwerken met de voedings-

en lifestylecoach van Health Coach Dokkum, die vanuit het ziekenhuis in Dokkum werkt. De zuivelmakers gaan voor hun klanten kefir, vette yoghurt en roomijs produceren met A2-melk en willen dit aanbod verder uitbouwen naar vraag van de markt. De melk komt van melkveebedrijven in Flevoland en wordt geleverd door Holland Jersey in Nijkerk. Sinnige: “Jersey-melk bevat veel hoge gehaltes. We gaan er naast deze producten veel roomboter mee maken. Ook Jumbo in Dokkum heeft belangstelling voor zuivel van deze melk.”


M A R K T CI JFE R S PRODUCTIE Melkaanvoer mondiaal (jan’18 - okt’18; % t.o.v. ’17) EU-28

Verwerking EU (jan’18 - okt’18; % t.o.v. ’17) Kaas

+1,0%

waarvan: Duitsland Duitsland

+2,1%

Frankrijk

NMMP

x 1.000 ton

x 1.000 ton

10.000

750

8.000

600

+0,4%

Nederland

-2,2%

+1,0%

Verenigde Staten

+1,1%

Nieuw-Zeeland

-1,2%

+2,1%

Argentinië

4.000

+5,6%

Australië

-0,6%

Wit-Rusland

2.000

-19,5% -2,3% +19,8% 0

0

30

-11,6%

150

+1,0%

+6,0% 0

+9,2% 300

-2,2% +1,4% +2,2%

+0,7%

Uruguay

-8,0% 450

6.000

60

90

120

Overig IT

150

x miljard kg

PL FR

NL DE

Overig FR

BE DE

DK NL

PRIJZEN Melkprijs (nov’18 t.o.v. okt’18, in %)

Marktprijs (dec’18 t.o.v. nov’18, in %)

LTO melkprijsvergelijking 45

Boter 82%

€/100 kg

7.000

40

-0,5%

35

3.000

5.000

2.500

4.000

25

3.000 nov-17

€/1.000 kg NL +4,0% WM -2,9%

2.000 NL -2,7% WM -7,8%

2.000 dec-16

nov-18

3.500

6.000

30 20 nov-16

Mager melkpoeder ADPI

€/1.000 kg

dec-17

1.500 1.000 dec-16

dec-18

dec-17

dec-18

EXPORT Kaas (jan’18 - sep’18, % t.o.v. ’17) Wereldhandel

Niet-mager melkpoeder (jan’18 - sep’18, % t.o.v. ’17)

Intrahandel EU

x 1.000 ton 750

5.000

x 1.000 ton

-0,7% 600

+3,4%

300

-4,7%

+0,4%

150

200

3.000

600

150

2.000

400 -2,2%

NL*

VS

NZ

200

EU

NL

x 1.000 ton +7,9%

100

-14,1% -14,4% +96,8%

0

0 EU*

250

+1,4%

1.000

0

Intrahandel EU

800

4.000

450

Wereldhandel x 1.000 ton 1.000 +0,5%

50

-14,9%

0 NZ

EU*

NL*

VS

EU

NL

*Derde landen export

Bron: ZuivelNL

www.zuivelnl.org

ZuivelZicht januari 2019

25


BELRUBRIEK KAASPROMOTIE

KAASBEWERKINGSMACHINES

INDUSTRIËLE AUTOMATISERING

IN- EN VERKOOP TANKS

LUCHTBEHANDELING

KWALITEITSCONTROLE RVS TANK- EN APPARATENBOUW

inlichtingen: tel: 020-5736056 • fax 020-6242519


Tetra Pak Processing Systems DĂŠ specialist in het leveren en onderhouden van productieoplossingen, componenten en turnkey oplossingen voor de volgende categorieĂŤn: Dairy, Cheese, Prepared Food, Beverage, Ice Cream en Cosmetics. www.tetrapak.com tpps.benelux@tetrapak.com +31 30 634 9999

+32 2 467 6848

Moving food forward. Together. Processing with Tetra Pak

kaasperssystemen weivatensysteem kaastransportsystemen spoeltunnels uitpakkers mouldhandling afblaassystemen merkenleggers

Joure - 0513 468 999 info@bosgraaf.net - www.bosgraaf.net


®

KALASE

EEN STREMSEL KIEZEN IS NOG NOOIT ZO LEKKER GEWEEST ®

MILASE PREMIUM

Kiezen tussen traditioneel of microbieel stremsel, is kiezen tussen lekker èn lekker. De coagulanten van Koninklijke CSK zijn al decennia lang een garantie voor prijswinnende kazen. Naast de merknaam Kalase® voor traditioneel stremsel, zijn wij er in geslaagd om met het unieke microbieel stremsel onder de merknaam Milase Premium®, net zulke opvallend goede prestaties te behalen. Zoals u dat van Koninklijke CSK mag verwachten hoeft u geen consessie op smaak te doen, ook niet bij langere rijping. Met het oog op de consumententrend naar meer clean-label en vegetarische producten is dat voor u als kaasbereider wel net zo lekker. Kies maar.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.