Jaargang 111 | Nummer 5 | Mei 2019
ZuivelZicht
Rabobank betrekt duurzaamheid bij ďŹ nancieringsaanvragen 11_Cover_01L.indd 1
GEI T ENZUI VEL Sector met volwassen uitdagingen
ONDER ZOEK Voedingswaarde en smaak melk niet te evenaren
13-05-19 15:42
NI
EU
W
VERDER INTRODUCEERT JEC Hygiënische lobben-, draaizuiger- en schroefspindelpompen Uw voordelen Perfecte reinigbaarheid; CIP/SIP EHEDG, 3A, FDA, EC1935/2004 Eenvoudig onderhoud Geschikt voor dunne, dikke en sheargevoelige vloeistoffen Uitvoering met zeer lage NPSH Eigenschappen SS316L standaard SS versnellingsbak beschikbaar Diverse rotoropties voor verschillende producten
VERDER B.V. Tel.: +31 (0)50-549 59 00 sales@verder.nl www.verder.nl
NIEUWE DAIRY QUANT GO UITBREIDING OP HET SUCCESVOLLE QUANT FT-NIR PLATFORM Sinds jaar en dag zijn er instrumenten die dagelijks analyses in vloeibare zuivelproducten uitvoeren. Gewend als we zijn moet er met pompjes en chemicalien gewerkt worden en zijn er diverse controle routines ingebouwd waardoor de operators steeds moeten wachten. Er moet bijvoorbeeld vaak worden gespoeld en ook de afvaltank dient geleegd te worden en na gebruik dient het complete systeem iedere dag opnieuw schoongemaakt te worden. Er mag ook beslist geen lucht in het systeem komen. Voor de wat stroperige monsters moet er verdund worden en de aanwezige klepjes en een homogenisator dienen ook onderhouden te worden. Het lijkt meer op een kleine chemische fabriek met vergelijkbare zorgen. Dit kan anders en is verleden tijd als u overgaat naar deze nieuwe Dairy Quant GO De Dairy Quant GO is ontwikkeld om met een slim Pivette™ systeem die de dikke of dunne melk opzuigt en het monster dan daarna direct in de verwarmde meetcel plaatst waarop de analyse direct kan worden uitgevoerd. Simpel, snel, geen cross-contaminatie en bijzonder effectief. De Pivette™ wordt direct weggegooid en de volgende analyse kan al worden ingezet. Nu wordt het voor de operator om deze analyses uit te voeren gemakkelijk gemaakt, de analyses zijn nauwkeurig en ook mogelijk voor de niet standaard melk producten. De unit is uitgerust met een zeer robuuste database, die eventueel op afstand via een remote server, App of Cloud toepassing kan worden gecontroleerd. De Dairy Quant GO is onderdeel van het succesvolle Quant platform en is voor de zuivelsector ook geschikt voor melkpoeders, boter en kaasproducten. Neemt u ook het 10 jarig onderhoudsvrije werken met de Quant in ogenschouw. Analyses uitvoeren op dit Quant platform betekent dus geld verdienen! Zo hebben wij onder andere ook voor de mengvoeder, ruwvoeder, biodiesel en eetbare olien en vetten complete FT-NIR oplossingen voor u.Robuuste ijklijnen worden ontwikkeld bij de bekende primaire branche gerelateerde laboratoria, die eveneens dagelijks met het Quant platform werken. Contact ons via www.anaspec.eu of bel 0182-304005
19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 2
13-05-19 10:59
INHOUD
26
20
18 Visie 6
Rabobank Nieuwe visie voor duurzamere voedselproductie
8
Kaas Nederlanders houden vooral van kaas uit eigen land
10 Zuivelpak Nieuwe campagne voor recycling drankenkartons Weidende koeien kenmerken de Nederlandse zuivelsector. Dat is een van de aspecten waarmee de Rabobank rekening houdt in haar toekomstvisie voor de agrarische sector. Foto: NZO
Bedrijf 11
Castrolanda SubstantiĂŤle Nederlandse bijdrage aan Braziliaanse zuivelsector
14 Burgerboerderijen Bioboeren Midden-Delfland gaan streekzuivel in de markt zetten
16 Lakeland CoĂśperatie wordt tweede speler op Ierse markt na fusie
18 Meggle Nieuw management aan het roer bij Duitse boterproducent
Markt 20 Geitenzuivel Volwassen sector geconfronteerd met volwassen uitdagingen
25 Versketens Strategische samenwerking biedt kansen
26 Dranken Smaak en voedingswaarde van melk zijn niet te evenaren
29 Marktcijfers www.zuivelzicht.nl
De ontwikkelingen op de internationale zuivelmarkt
ZuivelZicht mei 2019
11_Inhoud_01R.indd 3
3
13-05-19 15:44
Vakgerichte HBO Cursus Zuiveltechnologie BASIS CURSUS NU OOK OLOGIE, N H C TE AL ZUIVEL KLASSIKA ONLINE EN
start 5 september 2019
Cursussen op het gebied van microbiologie & kwaliteit, productontwikkeling en business & development. Kijk op www.haskennistransfer.nl voor ons totale aanbod.
N I U T J F? N E I DRI E O K BE IN
GA NAAR WWW.ZUIVELZICHT.NL VOOR ZUIVELNIEUWS UIT DE EERSTE HAND! 19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 4
13-05-19 10:59
ZuivelZicht
ZI JLI JN
ZuivelZicht is een uitgave van BDUvakmedia ISSN 0165-8573 Postbus 67, 3770 AB Barneveld www.bdumedia.nl
vakmedia
Dringen in het zuivelschap
Uitgeefteam Corina Kuipers (uitgever), Ron van de Hoef (salesmanager), Peter Vorstenbosch (hoofd content) Redactie ZuivelZicht Postbus 93044 2509 AA Den Haag T: 070 2191707 E: redactie.zuivelzicht@bdu.nl I: zuivelzicht.nl Hoofdredactie René van Buitenen E: r.v.buitenen@bdu.nl Contentregie Albert Schuurman E: redactie.vakmedia@bdu.nl Medewerkers aan dit nummer Jeen Akkerman, Ria Besseling, Sjoerd Hofstee, Hermann-Josef Martin, Simone Uijttewaal Advertenties Hielke van der Werf T: 020 5736056, E: h.v.d.werf@bdu.nl Abonnementen Abonnementsprijzen (12 nummers): € 127,90 (studenten € 72,29); buitenland: € 169,04. Proefabonnement (3 edities): € 11,81. Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan en lopen automatisch door, tenzij uiterlijk 2 maanden voor de vervaldatum is opgezegd bij de abonnementenservice. Zakelijke abonnementen worden niet tussentijds beëindigd. Abonnementenservice Abonnementenservice BDUvakmedia Postbus 67, 3770 AB Barneveld T: 0342 494882, E: abonnementen@bdu.nl Ontwerp: Giesbers Communicatie Groep, Duiven Druk: Vellendrukkerij BDU, Barneveld
Het zuivelschap in de supermarkten verandert voortdurend. Nieuwe concepten komen en gaan. Anders dan in het verleden bieden de jongste introducties geen technologische vooruitgang. Evenmin hebben zij een grotere voedingswaarde. Aanbieders zoeken het onderscheid nu in de wijze waarop de melk op de boerderij tot stand komt. Zo lanceerde Albert Heijn vorig jaar een eigen duurzaamheidslijn samen met producent Royal A-ware, introduceerde de Stichting Milieukeur onder haar keurmerk PlanetProof een aparte zuivellijn en mengde de Dierenbescherming zich met haar Beter Leven-sterrensystem recent ook in de strijd om de gunst van de zuivelconsument. Het is dringen in het zuivelschap. Het aanbod groeit, maar de schapruimte
Innovatieve concepten profiteren kort van de voorsprong die zij hebben
blijft krap. De doorlooptijd bepaalt of een product meer schapruimte verdient. Een product dat regelmatig slechts met een kortingssticker op het pak bijtijds de kassa haalt (voor de tht-datum), verdwijnt geruisloos uit het assortiment. Naamsbekendheid helpt. In dat opzicht lijkt het Beter Leven-keurmerk van de Dierenbescherming in het voordeel. De consument kent het sterrensysteem al van het vlees. Maar het melkvolume dat onder het sterrensysteem wordt aangeboden, is beperkt. Slechts een handjevol melkveehouders is in staat te voldoen aan de normen die de dierenbeschermers voor één ster hanteren. Die gaan hier en daar zelfs verder dan de eisen die zij aan biologische melk stellen. Dat roept de vraag op in hoeverre de biologische zuivelproductie nog vooroploopt in de verduurzaming. De consument zal uitmaken welke duurzaamheidsconcept de strijd wint en welke normen de nieuwe standaard gaan vormen. Want dat is waar het op uitdraait. Een product dat naar verloop van tijd een topper blijkt, wordt de nieuwe standaard en krijgt navolging. Zo gaat het altijd, zeker in de retail. Daarom is bijvoorbeeld weidemelk allang geen exclusief product meer; melk van weidend vee is gemeengoed geworden. In markten met grote volumes en kleine marges profiteren nieuwe innovatieve concepten kort van de voorsprong die zij hebben op de concurrentie. De toegevoegde waarde slinkt naarmate er meer kopieën komen. Op zo’n moment is er weer ruimte voor een nieuw innovatief concept dat zich onderscheidt en meerwaarde creëert. Dan begint de cyclus opnieuw. René van Buitenen Hoofdredacteur
ZuivelZicht mei 2019
11_Zijlijn_01R.indd 5
5
13-05-19 15:46
VISIE
Bank lanceert visie op agri & food
Rabobank hanteert duurzaamheidmatrix De Rabobank heeft een nieuwe visie op de toekomst van de land- en tuinbouw. Een duurzame voedselproductie staat daarin centraal. Tekst: René van Buitenen
‘Schouders onder de voedseltransitie’ luidt de titel van de nieuwe visie van Rabobank Food & Agri, het onderdeel van de Rabobank dat zich richt op de voedingssector. De directeur van Food & Agri Nederland bij de bank, Carin van Huët, presenteerde de visie deze maand
tijdens een bijeenkomst met journalisten in Utrecht. De titel van de visie slaat op de verandering van het voedselsysteem die naar het oordeel van de bank noodzakelijk is. “We staan voor enorme uitdagingen”, zegt Van Huët. “De wereldbevolking
groeit snel en de consumenten vragen om voedzame, gezonde voeding. Een opschaling en diversificatie van het aanbod is hard nodig, maar met minder impact op leefomgeving en het milieu. De huidige manier van produceren staat onder grote druk vanwege de impact op
Het grondgebonden karakter van een melkveebedrijf is een van de aspecten waarop de Rabobank financieringsaanvragen beoordeelt. (Foto: NZO)
6
22_Artikel_01L_3.indd 6
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:49
V I SI E
het klimaat, de leefomgeving en de biodiversiteit.”
Speerpunten Het moet dus duurzamer. De bank definieert duurzaam als ‘geen nadelige gevolgen achterlatend voor de volgende generatie’. “Wij willen in die verduurzaming een rol spelen. We hebben de kennis, de kunde en we kunnen verbindingen leggen”, motiveert zij. De bank wil dat de landbouw in 2030 groen en gezond is en gewaardeerd wordt. Zij heeft vijf speerpunten geformuleerd om dat te bereiken. De bank wil zich sterk maken voor: halvering van de uitstoot van broeikasgassen; kringlooplandbouw; biodiversiteit; halvering van de voedselverspilling en voor ondernemerschap.
Gezond inkomen Wat dat laatste betreft: de Rabobank vindt dat ondernemers een eerlijke prijs verdienen. Van Huët: “De marges zijn al 128 jaar niet groot. Als wij willen dat de sector investeert in duurzaamheid, dan heeft zij ook een gezond inkomen nodig. Dat betekent niet een maximaal inkomen, maar een inkomen waardoor je op een gezonde manier kan investeren. Dat vraagt ook iets van de consument. Want die zal een hogere prijs moeten betalen. Dat is best lastig.” De bank wil zich bij de realisatie van de visie op koplopers richten. “Die zijn voor ons heel interessant omdat die zoekende zijn naar oplossingen. Die ondernemers proberen we te ondersteunen waardoor we sneller kunnen zien welke interessante ontwikkelingen er in de sector gaande zijn. Dat betekent overigens niet dat we andere bedrijven niet financieren.”
Eisen In het kader van de visie heeft de bank voor elke sector een duurzaamheidsmatrix ontwikkeld. Daarmee kan bij een financieringsaanvraag worden bekeken in hoeverre de ondernemer voldoet aan bepaalde duurzaamheidseisen. Volgens Marijn Dekkers, sectorspecialist Melkvee bij de bank, gaat het dan om zaken als bijvoorbeeld grondgebondenheid,
biodiversiteit en dierenwelzijn. Een bedrijf dat hoog scoort op de index komt eerder in aanmerking voor rentekorting dan een bedrijf dat lager scoort. “De matrix houdt rekening met opvattingen die er in de maatschappij leven over de landbouw, maar wel op basis van harde criteria”, benadrukt Dekkers. “Op basis van emotie kunnen we niet financieren.”
Spandoeken Maatschappelijke acceptatie is voor de bank relevant. Een bank dat een bedrijf wil financieren waar de spandoeken aan de weg staan omdat de buurt het niet bedrijf niet accepteert, moet zich nog eens achter de orden krabben, vindt Dekkers. “Een veehouder die over de vereiste vergunning beschikt maar die zijn gelijk bij de rechter moet halen omdat zijn bedrijf maatschappelijk ongewenst is, daarvan vragen wij ons af of je die wel moet financieren. We zullen besluiten over financieringsaanvragen op de ratio baseren, maar door de publieke opinie kan het soms gaan schuiven.”
‘Wat je merkt is dat de grote discounters de lat steeds hoger leggen’ De matrix is opgesteld op basis van ontwikkelingen elders. “Wij bepalen niet zelf wat duurzaamheid is, maar wat in wetgeving en in marktconcepten als duurzaam wordt beschouwd. Dat is sectorbepaald context bepaald en is bovendien continu in beweging.” Wat duurzaamheid precies is wordt uiteindelijk bepaald door het supermarktkanaal, meent Martijn rol, sectorspecialist Food bij de Rabobank. “Supermarktketens zien de noodzaak van verduurzaming ook. Wat je merkt is dat de grote discounters de lat steeds hoger leggen.” Dat is volgens hem een logisch gevolg van de hevige concurrentie tussen de supermarktketens. De volumes zijn groot en de marges zijn flinterdun.
Van onze kaasplanken kun je eten )GEGTVKƂ EGGTF XQGFUGNXGKNKI
9Ď RTQFWEGTGP CN LCCT kaasplanken van formaat WKV JGV DGUVG 0QQTF 'WTQRGUG XWTGP
2TKOG 3WCNKV[ %JGGUG $QCTF 2CPGNU
LAMICO B.V. Papierbaan 16-22 9672 BH Winschoten Tel: +31 (0) 597 - 47 17 40 info@lamico.nl
www.lamico.nl 7
22_Artikel_01L_3.indd 7
13-05-19 11:49
VISIE
Het broodje kaas is kenmerkend voor de Nederlandse lunch. (Foto: NZO)
Marktonderzoeksbureau GfK:
Onderzoek bevestigt belang kaas voor Nederlandse cultuur Bij het woord ‘Nederland’ denken we spontaan het eerst aan thuis, daarna aan een fijn land en als derde aan kaas. Kaas blijkt onlosmakelijk verbonden aan de Nederlandse eetcultuur. Tekst: Jolande Valkenburg en Marjorie van der Ende
In hoeverre is kaas onderdeel van de Nederlandse cultuur? Dat was de hoofdvraag van een onderzoek dat marktonderzoeksbureau GfK begin dit jaar uitvoerde in opdracht van de
8
22_Artikel_02L_2.indd 8
Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO). De uitnodiging voor het onlineonderzoek werd naar 1.700 mensen uit de GfK-database verstuurd. Daarvan reageerde 65 procent. Die 1.042 deelne-
mers wisten niet dat het onderzoek over kaas ging. Op de vraag waar mensen aan denken bij Nederlands eten, kwam stamppot bij 45 procent van de respondenten als
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:50
V I SI E
eerste bovendrijven. Op de tweede en derde plek komen aardappelen (24 procent) en boerenkool (21 procent) en op de vierde kaas (16 procent). Voor veel mensen hoort kaas bij de Nederlandse cultuur (84 procent). Ander typisch Nederlands eten is volgens de Nederlander: erwtensoep, drop, een warme stroopwafel en beschuit met muisjes. Van het typisch Nederlandse eten is kaas de grote favoriet. Op de vraag ‘wat zou je niet kunnen missen?’ antwoordt 91 procent van de respondenten dat ze kaas niet of zeker niet kunnen missen. Opvallend genoeg is ook de liefde voor stamppot groot in Nederland. Zo’n 80 procent van de respondenten geeft aan niet zonder stamppot te kunnen.
Broodje kaas “Kaas is een echt symbool voor Nederland”, stelt Marcel Temminghoff die het onderzoek bij GfK uitvoerde. “Het product wordt natuurlijk ook veel gepromoot in het buitenland.” Volgens Temminghof laat het onderzoek zien dat kaas een vast onderdeel is van de Nederlandse dagelijkse voeding. “Bijna elke Nederland eet het en het broodje kaas is kenmerkend voor onze lunch.” Van alle Nederlanders eet 97 procent
weleens kaas. De meeste Nederlanders eten kaas op hun brood. Zo’n 40 procent belegt de boterham vrijwel dagelijks met kaas en 37 procent doet dat twee à drie keer per week. Hét moment voor de boterham met kaas is nog steeds de lunch (84 procent), maar ook ’s ochtends bij het ontbijt (50 procent) kiezen Nederlanders voor plakjes kaas op de boterham.
Campagne Uit onderzoek dat bureau PanelWizard in maart uitvoerde blijkt dat 65 procent van de Nederlanders van mening is dat Goudse kaas alleen in Nederland mag worden gemaakt. Terwijl Goudse kaas over de hele wereld wordt geproduceerd. De Nederlandse kaassector is daarom een campagne gestart die mensen bewust maakt dat Goudse kaas die écht uit Nederland komt, te herkennen is aan
Alleen bij kaas met het Gouda Holland-keurmerk weet je zeker dat de Goudse echt uit Nederland komt
Waar denk je aan bij Nederland ?
Thuis / thuisland Fijn / goed land
11% 9%
Kaas
7%
Vrijheid
7%
Molens
7%
Water / scheepsvaart / dijken
6%
Tulpen / bloembollen
6%
Het weer
6%
Klompen
5%
Mooi land
4%
Bron: GfK
het Gouda Holland-keurmerk op de verpakking. Gouda Holland-kaas is een 100 procent Nederlands product, dat beschermd is door de Europese Unie. “Als mensen Goudse kaas kopen, verwachten ze dat het Nederlands is. Alleen bij kaas met het Gouda Hollandkeurmerk – te herkennen aan de zegel ‘Beschermde Geografische Aanduiding’ – weet je zeker dat de Goudse echt uit Nederland komt,” zegt Johan Schildkamp van de NZO. “Omdat de kaassector in Nederland vindt dat Nederlanders het recht hebben te weten uit welk land hun Goudse kaas komt, starten we deze campagne.” Onder andere FrieslandCampina, DOC Kaas en Rouveen Kaasspecialiteiten hebben hun krachten gebundeld voor de
Geografische oorsprong Een Gouda Holland-kaas is natuurgerijpt en heeft een zacht romige tot een meer pittige smaak. De romige smaak wordt bepaald door de Nederlandse melk, eeuwenoude ervaring en het recept. Producten met een Beschermde Geografische Aanduiding hebben hun reputatie te danken aan hun geografische oorsprong en mogen alleen daar geproduceerd worden. Champagne is het bekendste voorbeeld hiervan. In opdracht van de overheid zien controleurs toe dat aan alle eisen van de EU Beschermde Geografische Aanduiding voor Gouda Holland-kaas wordt voldaan, zodat het Gouda Holland-keurmerk gebruikt mag worden.
campagne. Zij maken Gouda Hollandkaas volgens het eeuwenoude recept met Nederlandse melk. De kaas is op houten planken gerijpt en regelmatig gekeerd. “En dat proef je”, zegt Klaas Hokse algemeen directeur van Rouveen Kaasspecialiteiten, dat al sinds 1905 kaas maakt. “Kaasmeesters waarborgen continu de kwaliteit, zodat alleen díe kaas die voldoet aan alle eisen van de BGA-erkenning, Gouda Holland mag heten. Wij zijn er trots op dat onze Goudse kaas daaraan voldoet en vinden het jammer dat mensen onbedoeld Goudse uit het buitenland eten. Want echte Gouda Holland-kaas is echt het lekkerst.”
Herkomst De campagne speelt in op de trend dat mensen het steeds belangrijker vinden om te weten in welk land hun kaas is gemaakt. Bijna alle kaaseters (85 procent) geven de voorkeur aan kaas van Nederlandse melk. Nederlanders zijn dan ook gehecht aan hun kaas, zoals uit het GfK-onderzoek blijkt. De campagne bestaat uit diverse onlinevideo’s, advertenties en abriposters.
ZuivelZicht mei 2019
22_Artikel_02L_2.indd 9
9
13-05-19 11:50
VISIE
Nieuwe campagne voor recycling drankenkartons
‘Zuivelpak volledig recyclebaar’ Vorige maand is de campagne ‘Zuivelpak volledig recyclebaar’ van start gegaan. Hiermee willen de zuivelindustrie, de supermarktbranche en drankenkartonproducenten duidelijk maken dat zuivelpakken goed opnieuw te gebruiken zijn. Tekst: René van Buitenen
Een Nederlands gezin gebruikt jaarlijks zo’n 300 drankenkartons. Deze worden grotendeels gebruikt voor het verpakken van producten als melk, vla en yoghurt, maar ook voor producten als water, sap, frisdrank, soepen en sauzen. Een drankenkarton bestaat uit karton, een dop en dun laagje aan de binnen- en buitenzijde van plastic, en soms ook een binnenlaagje van aluminium. Al deze materialen kunnen tegenwoordig worden gerecycled, melden de initiatiefnemers van Zuivelpak: de zuivelindustrie, de supermarktbranche en drankenkartonproducenten. Zij lanceerden in april de campagne ‘Zuivelpak volledig recyclebaar’. Daarmee willen zij de consument informeren over de duurzaamheid van zuivelpakken en andere drankenkartons. “Zo wordt het karton gebruikt in nieuwe dozen, hygiënepapier zoals tissues, en kantoorartikelen. Bijzonder fraai zijn de houders voor
producten gemaakt. Waardevolle grondstoffen worden zo opnieuw ingezet, waardoor de milieudruk van verpakkingen afneemt, stelt Inge Eggermont, directeur van Hedra, de brancheorganisatie die de milieubelangen behartigt van de producenten van kartonnen drankverpakkingen. “We zijn trots op de recycling van drankenkartons. Door de grondstoffen vogelvoer voor in de tuin; ook gemaakt opnieuw in te zetten verlagen we de van gerecycled kunststof en aluminium uit milieudruk en dragen we bij aan de drankenkartons”, aldus de samenwertotstandkoming van een circulaire kende partijen. economie. Het is mooi dat we consu“Verpakkingen worden in Nederland menten via deze weg kunnen vertellen massaal gerecycled. Zo brengen we glas al hoe het zit met de recycling van jaren naar de glasbak en halen we blik met drankenkartons.” een magneet uit ons afval. De laatste jaren ‘Zuivelpak volledig recyclebaar’ is de is ook de recycling van drankenkartons op derde Zuivelpak-campagne. De eerste gang gekomen. Sinds enkele jaren worden campagne van Zuivelpak was gericht drankenkartons op verschillende manieop het voorkomen van voedselverspilren ingezameld en gerecycled.” ling door de juiste vouwwijze van het “Wij vinden het belangrijk dat alle drankenkarton te laten zien. In de verpakkingen in de supermarkt recycletweede campagne werden consumenbaar zijn. Deze campagne maakt ook de ten geïnformeerd over hernieuwbare consument daarvan bewust”, meldt René grondstoffen, waar steeds meer Roorda, algemeen directeur van het drankenkartons van zijn gemaakt. Centraal Bureau LevensmiddelenDe commercial ‘Zuivelpak volledig handel. recyclebaar’ is tot aan de zomer te zien bij Uitzending Gemist van de STER. Daarnaast wordt de campagne Circulaire economie gepromoot via socialmediakanalen, Van tissues tot stekkerdozen: van een website en diverse offline-media. drankenkartons worden allerlei nieuwe
Beeld uit de commercial die de consumenten bewust moet maken van de mogelijkheden om zuivelpakken opnieuw te gebruiken. (Foto: Zuivelpak)
10
11_Artikel_01L.indd 10
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:51
B E D R I JF
Nederlandse inbreng groot in grootste land Zuid-Amerika
Braziliaanse markt afhankelijk van binnenlandse economie Drie coöperaties met Nederlandse roots Castrolanda, Frisia en Capal vormen in Brazilië één zuivelaar: Unium. Met circa 1,2 miljard liter per jaar is het bedrijf na Nestlé en Bela Vista de grootste verwerker. “En wij groeien door, over twee jaar is onze nieuwe kaasfabriek up en running”, stelt Thomas Domhoff, ceo van Castrolanda. Tekst: Sjoerd Hofstee
Een heuse molen midden in de stad en beeltenissen gelijk aan Frau Antje. Het blijft een opzienbarend beeld om te zien midden in steden als Carambeí en Castro. Nederlandse emigranten, vooral uit de regio Rotterdam en de Noordelijke provincies, vestigden zich daar in de
jaren twintig en vijftig van de vorige eeuw en richten coöperaties op. Frisia, Capal en Castrolanda zijn er voorbeelden van. Laatstgenoemde is de grootste van de drie, zeker als het gaat om het collecteren van ledenmelk. Ondanks de
competitie en strijd die er heerst tussen de coöperaties, werken ze sinds een klein decennium samen in het zelf volledig verwerken van de melk. Het collecteren en verhandelen van de melk werd al veel langer geregeld door de coöperaties. Net zoals de coöperaties veelal garant staat voor gezamenlijke inkoop van kunstmest, zaden, bestrijdingsmiddelen en allerhande machines of benodigde attributen. Leden zijn niet verplicht alle handel te doen via de coöperatie, maar worden daartoe eigenlijk wel geacht. En het levert vaak ook voordeel op door de inkoopkorting die de coöperaties bedingen. Het zelf grootschalig verwerken van melk is vanzelfsprekend een grotere operatie; het brengt meer investeringen en risico’s met zich mee. Thomas Domhoff (49) is sinds één jaar ceo van Castrolanda en licht de toenmalige stap toe. “De hoofdreden om als coöperaties weer zelf de melkverwerking op te pakken, was dat onze melkveehouders steeds vaker niet uitbetaald kregen van afnemers. Ze leverden wel de melk, maar kregen hun melkgeld er niet voor terug. Daarbij komt dat het zelf verwerken van melk de kans biedt om als coöperatie ook daarin wat te verdienen.”
Versnipperd zuivellandschap Productielocatie Frisia van Unium. (Foto’s: Landpixel & Langs de Melkweg)
Zuivelbedrijf Unium verwerkt dagelijks nu zo’n 3,5 miljoen liter melk. Jaarlijks
ZuivelZicht mei 2019
33_Artikel_01L.indd 11
11
13-05-19 11:51
B E D R I JF
betekent dat een verwerking van circa 1,2 miljard liter wat hen ongeveer een vergelijkbare speler qua grootte maakt als Royal A-ware in Nederland. Een groot verschil met Nederland is dat Unium niet alleen met dit volume de op twee na grootste verwerker is; de grootste spelers Nestlé en Bela Vista zijn met respectievelijk circa 1,7 en 1,3 miljard kg melk per jaar maar amper groter. Het tekent de versnippering van de Braziliaanse zuivelsector. Die is namelijk enorm met zo’n 6.000 verschillende grote tot zeer kleine zuivelverwerkers. Circa 2.000 hebben een accreditatie om hun producten door het hele land te verhandelen. Dat is erg veel, al is Brazilië qua oppervlakte wel een enorm
Coöperaties spil in leven Paraná De coöperaties Castrolanda, Frisia en Castro zijn gelegen in de zuidelijke staat Paraná, circa 500 kilometer ten zuidwesten van metropool Sao Paulo. De coöperaties zijn opgezet door Nederlandse emigranten. Frisia was de eerste in de jaren twintig van de vorige eeuw en heette tot 2015 Batavo. Castrolanda en Capal zijn in de jaren vijftig opgericht. De coöperaties worden nog steeds grotendeels gerund door mensen met Nederlandse roots. Naast de verwerking van melk zijn de coöperaties onder andere ook actief in varkensvleesverwerking en handel in granen. Aan de inkoopkant wordt gezamenlijk zaden, gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest aangekocht. Ook bijvoorbeeld het afmesten van stiertjes en opfokken van vaarzen wordt mede door de coöperaties gefaciliteerd en geregeld. Met een stevige vinger in de pap richting kerk en scholen, is de invloed van de coöperaties in dit deel van Brazilië zodanig groot. Het resulteert in een relatief sterke agrarische sector met bovengemiddeld grote en winstgevende bedrijven. Dit maakt ook dat voor opvolging relatief gezien meer animo is dan in bijvoorbeeld Nederland.
groot land; bijna net zo groot als Europa in totaal. In totaal werd in 2018 circa 35 miljard kg melk geproduceerd. Circa 8 miljard daarvan, bijna een kwart, valt niet onder de geldende standaarden om tot zuivelproducten te verwerken en wordt direct verhandeld in kleine dorpen en steden.
Tweederde melk eigen boeren
Een voorbeeld van een modern melkveebedrijf dat in handen is van de tweede generatie Nederlanders in Brazilië. Dit bedrijf staat daarmee niet symbool voor het doorsnee Braziliaanse bedrijf dat slechts zeventien koeien telt.
12
33_Artikel_01L.indd 12
Terug naar Castrolanda en zuivelverwerker Unium. Van de 3,5 miljoen kg melk die daags wordt gecollecteerd, komt circa 2,5 miljoen kg van de ruim zevenhonderd melkveehouders die aan de drie coöperaties leveren. Met 380 leden-melkveehouders is Castrolanda de grootste van de drie. Zij levert 54 procent van de coöperatieve melk; 36 procent komt van Frisia-leden en 10 procent van Capal. De overige circa 1 miljoen kg daags wordt aangekocht. In drie verschillende fabrieken wordt de melk vervolgens verwerkt. Voor 95 procent voor merken van andere zuivelproducenten die op de Braziliaanse markt actief zijn. “Wij verzorgen 60 procent van alle producten die Nestlé in Brazilië vermarkt en 30 procent voor Danone”, licht Domhoff toe.
Van start met mozzarella Sinds 2009 is de eigen melkverwerking ruim verdubbeld. Die groei zet door, verwacht Domhoff. Hij rekent in 2019 op 100.000 kg melk daags meer, wat een groei van circa 4 procent betekent. Deze zomer nog kan een nieuwe poedertoren in gebruik worden genomen. “En we starten met de bouw van een nieuwe kaasfabriek. Die moet over twee jaar klaar en in productie zijn. Daar maken we dan mozzarella en cheddarkaas. Beide louter in fabrieksmatige blokken. Andere partijen mogen dit halffabricaat dan verder verwerken en vermarkten.” Waarom dat niet zelf oppakken, in Brazilië wordt toch ook pas verderop in de keten de marge gemaakt en de echte winst gemaakt? “Dat klopt helemaal, maar verder in de keten liggen ook de grotere risico’s. Het is ons vooral om de winning van wei te doen. Door de toenemende vraag naar hoogwaardige eiwitten verwachten we daarmee de echte winst te behalen.”
Nauwelijks export Om winst maken op haar zuivelverwerking en een goede melkprijs aan de leden-melkveehouders uit te kunnen betalen, is Unium net als eigenlijk alle
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:52
B E D R I JF
zuivelaars in Brazilië afhankelijk van de binnenlandse economie. De export van zuivel in Brazilië bedroeg in 2018 nog geen 0,5 procent en ook de import ligt met zo’n 3 procent laag. Als de 208 miljoen inwoners meer of minder geld te besteden hebben, bepaalt dat indirect de melkprijzen. Een goed voorbeeld daarvan is de grote staking van vrachtwagenchauffeurs in mei 2018. Die legde de binnenlandse economie circa twee weken plat, wat de vraag naar zuivel enorm stuwde. De coöperaties betaalden hun leden wel melkgeld uit, terwijl zij in die stakingsperiode fors verlies leden en de melk grotendeels dus ook niet opgehaald werd. Die kostenpost werd ruimschoots vergoed door het omhoog schieten van de prijzen op het moment dat de staking voorbij was. Nog altijd ligt de melkprijs een paar eurocent hoger dan in mei 2018. “De impact van dit soort zaken is hier enorm. Veel groter dan de meeste Europeanen zich voor kunnen stellen”, aldus Domhoff.
Melkprijs via melkpool De basismelkprijs voor de melkveehouders lag begin april op 1,25 real. Omgerekend zo’n 29 eurocent. Wie betere kwaliteit levert dan de basisstandaard en hogere gehalten in de melk aanlevert, kan een flinke plus verdienen. Daarbij komt de kwantumregeling die voor grote melkveehouders tot 8 procent extra melkgeld kan opleveren. Een klein bedrijf is daarbij een leverancier van minder dan 2.000 liter per dag. De categorie bedrijven die het kwantumvoordeel opstrijkt, levert 10.000 liter per dag of meer. In totaal kan de plus tot 40 procent oplopen, stelt Domhoff. Grotere melkveehouders in de regio Castro beamen dat. Zij verklaren momenteel een melkprijs van omgerekend 35 tot 37 eurocent te ontvangen. Unium bepaalt de hoogte van de melkprijs door een melkpool die alle drie coöperaties separaat ingesteld hebben. Per kwartaal zetten de leden van de melkpools de prijs door een plus op de dan geldende spotmarktprijs te bepalen. De criteria waar de melkprijs
Thomas Domhoff, ceo van coöperatie Castrolanda.
per bedrijf aan wordt getoetst zijn: kiemgetal, celgetal, gehalten en antibiotica in melk. Momenteel wordt daar de plus gestimuleerd om de gehalten te verhogen. Braziliaanse melkveehouders rekenen vooral nog in liters melk terwijl de zuivelverwerker graag wat hoger vet en eiwit per kilo melk ziet worden aangeleverd. In 2018 lagen de gehalten gemiddeld rond de 3,6 procent voor vet en 3,25 procent voor eiwit. Het leveren van melk met antibioticaresten erin is voor Unium ook nog een serieuze zaak. “Ik durf niet stellig te zeggen dat al onze verwerkte melk, en dus de zuivelproducten, altijd 100 procent vrij zijn van antibiotica”, geeft Domhoff toe. “Vanzelfsprekend controleren we er zo goed mogelijk op, maar gezien het karakter van de sector waarbij de afstanden groot zijn en er nog veel kleine boeren zijn, is het voor ons gewoonweg te duur om alles op boerderijniveau goed te controleren. Controlesystemen zoals die in de Europese zuivelindustrie, zijn voor ons onbetaalbaar. En de noodzaak hiertoe zit niet altijd bij iedereen tussen de oren. ‘This is Brazil’, wordt er dan gezegd.” engineered wood products
www.vidarwood.com
33_Artikel_01L.indd 13
13-05-19 11:52
B E D R I JF
Crowdfunding voor ontwikkelen mobiele zuivelinstallatie
Bioboeren gaan streekzuivel in de markt zetten Jeroen van der Kooi, Bas van den Berg en Roel van Buuren, drie biologische boeren in Midden-Delfland, gaan samen een mobiele zuivelinstallatie ontwikkelen. Met de installatie kunnen de boeren straks een deel van hun melk op de boerderij tot streekzuivel verwerken. Tekst: Ria Besseling
Jeroen van der Kooij is nu twaalf jaar biologisch ondernemer van melkveehouderij Rust-Hoff in Maasland en tevens weidevogelboer. Waarom heeft hij het plan opgevat om met twee collega-melkveehouders een eigen zuivelinstallatie te ontwikkelen? Er zijn immers al enkele andere systemen om verse melk van de boerderij direct te verwerken en te verpakken voor de consument. Denk aan het Orbiter systeem van Lely, aan Direct Dairy Holding en de technologie van TOP voor ElkeMelk om koespecifieke melk te verwerken en verpakken.
Eigen smaak “We willen starten met het kleinschalig verwerken van eigen producten”, vertelt Van der Kooij. “Belangrijk is dat we door
deze samenwerking met unieke streekzuivel kunnen beginnen terwijl de producten van ieder van ons een eigen smaak hebben. We zijn immers drie boeren met drie verschillende veestapels en drie unieke smaken zuivel. Daarbij hanteren we een gemeenschappelijke deler, namelijk die van een passie voor een zo natuurlijk mogelijke manier van werken. We ondernemen alle drie biologisch met veel aandacht voor weidevogels.” Van der Kooij draagt, net als zijn collega-melkveehouders, op zijn bedrijf met 67 melkkoeien bij aan de biodiversiteit op het boerenland en duurzame landbouw op een gezonde bodem. Daar zijn de grutto, kievit, graspieper en tureluur te zien en te horen. Het grasland is rijk aan kruiden: goed voor stuifmeel en nectar voor de bijen en insecten, het voedsel voor de weidevogels. De kruiden zijn goed voor de gezondheid van de koeien.
boerderij en kaasmakerij van vader Arie overnam. “We willen een eigen product in de markt zetten, zo puur mogelijk, zonder extra verwerkingen en vanuit een aparte melkstroom. Zelf verwaarden van onze melk betekent dat dit voedsel uit de eigen streek komt en ten goede komt aan de lokale economie.” Biologisch melkveehouder Roel van Buuren van Boerderij Landlust in Maasland, de derde partner in de samenwerking, streeft naar de productie van A2-melk van Jersey-koeien. Hij ziet een veranderende vraag naar voedsel met meer transparantie voor pure en lokale producten. Van Buuren wil de grond benutten voor de productie van natuurlijke melk met een goede prijs. Het onderscheidend vermogen van zijn bedrijf komt van het houden van een efficiënt ras koeien, Jerseys die zoveel mogelijk vers gras krijgen aangeboden door middel van beweiding.
Mobiliteit Korte keten
Jeroen van der Kooi, Arie van den Berg – zoon Bas nam het bedrijf inmiddels over – en Roel van Buuren, drie biologische melkveehouders in Midden-Delfland, gaan samen streekzuivel in de markt zetten.
14
22_Artikel_01L.indd 14
De melk van negentig koeien van het biologisch melkveebedrijf van Bas van den Berg van Hoeve Ackerdijk in Schipluiden, ongeveer 450.000 kg per jaar, gaat nu naar de melkfabriek van Campina in Maasdam. “Straks vormt een deel van die melk de opstart naar meer zelf zuivelen en een korte keten naar de consument”, vertelt melkveehouder Van den Berg die onlangs de
De techniek van de nieuwe installatie moet passend zijn bij de te verwerken melkstroom, is de voorwaarde van de drie melkveehouders. Van der Kooij: “We verwerken geen grote eenheden, dus enig handwerk is daarbij geen probleem. Verder gaat de installatie aan alle gestelde eisen voldoen wat betreft hygiëne en dergelijke.” Het grote onderscheid wordt de mobiliteit van het systeem, verwacht hij.
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:53
B E D R I JF
“De ene dag staat hij op het erf van een boer, de andere dag op het schoolplein midden in Rotterdam.” “Het wordt de grootst mogelijke aanhanger die geschikt is voor auto’s met een gewoon rijbewijs”, bevestigt Bas van den Berg. “Hierin staat de zuivelinstallatie die uit twee tobbes zal bestaan. Daarmee kan verse melk per dag tot zuivel worden verwerkt. De natte zuivel wordt in de ene ton gemaakt, goed voor verwerking van 600 liter melk tot 30 kilo boter per dag. In de andere tobbe wordt 300 liter melk dagelijks tot onder andere 30 kilo kaas verwerkt.” Het is de bedoeling dat de installatie telkens twee dagen bij de ene collega en dan weer twee dagen bij de andere op het erf staat. “Zo kunnen we kennis en kosten delen. Voor opslag en afzet zijn we zelf verantwoordelijk. We verwachten dat we op den duur een eigen productieruimte bij alle drie de bedrijven gaan opzetten. De mobiele installatie kan dan weer bij andere melkveehouderijen de opstap naar zelf zuivelen vormen”, vertelt Van den Berg. De drie melkveehouders hebben de ambitie om over enkele jaren de biologische melk van Midden-Delfland compleet lokaal verzuiveld op de markt te brengen.
Coöperatie Burgerboerderijen hield vorige maand voor betrokken boeren en bestuurders van Midden-Delfland en Eemland een informatiebijeenkomst over de crowdfunding voor de zuivelinstallatie. Jan Huijgen gaf een presentatie over de burgerparticipatie van de coöperatie. (Foto’s: Coöperatie Burgerboerderijen)
lijk gezonde voedselsystemen ontwikkelt en zowel boeren als burgers als leden heeft. “We hebben al meer dan een jaar contact met de boeren. Wij vernamen dat ze plannen hadden voor een mobiele zuivelinstallatie. Dat was mooi in lijn met onze missie om burgers en boeren langdurig aan elkaar te verbinden, niet alleen in het kopen van producten maar
Identiek label De drie denken aan vanaf de boerderij traceerbare streekproducten met in eerste instantie boter, karnemelk, yoghurt en kaas en dergelijke, uiteraard onder eigen label. “We zullen dus een gezamenlijk gezicht met een identiek label hanteren zodat de consument kan zien van welke boerderij het product komt. En het worden pure zuivelproducten, geen gestandaardiseerde gehomogeniseerde producten. Weidegang proef je”, aldus van der Kooij.
Crowdfunding De installatie is er nu nog niet. Hij verkeert in een ontwikkelfase en moet nog worden gebouwd. De boeren willen hiervoor via crowdfunding sponsoren en donateurs werven. De campagne is opgezet door Coöperatie Burgerboerderijen, een platform maatschappe-
‘De consument kan straks zien van welke boerderij het product komt’
en desgewenst achtergestelde leningen worden opgehaald van betrokken burgers. De installatie geeft biologische boeren in Midden-Delfland niet alleen de mogelijkheid om een deel van hun melk op hun boerderij te verwerken, zij kunnen zo tevens bijdragen aan een regionaal, maatschappelijk gezond voedselsysteem. Wanneer de yoghurt, karnemelk, kaas en boter van eigen erf naar meer smaken kan er meer melk met een vaste installatie op het bedrijf worden verzuiveld. “Dan kan de mobiele zuivelinstallatie bij melkveebedrijven elders in Midden-Delfland of buiten de regio worden ingezet. Met op termijn een uitrol naar collega’s komt productie van streekzuivel op eigen erf verder binnen bereik”, zo stelt Meijer.
Streekproducten via marktkraam ook in het financieel participeren. Vandaar dat we een crowdfundingactie hebben opgezet”, legt bestuurder Jaap Meijer van de coöperatie uit. Coöperatie Burgerboerderijen hield vorige maand hierover een informatiebijeenkomst voor betrokken boeren en bestuurders van Midden Delfland en Eemland. De coöperatie voert de campagne voor crowdfunding uit namens de boeren en bundelt de bedragen die via donaties, sponsoring
“Wanneer het zover is willen we de streekproducten van meer boeren via de marktkraampjes op de site van burgerboerderijen.nl gaan profileren. De kraampjes kunnen zonder kosten worden gebruikt voor ieder bedrijf dat werkt met lokale en regionale producten en de visie van een maatschappelijk gezonde voedselketen onderstreept. De organisatie kan tevens andere campagnes rondom streekproducten in Nederland opzetten”, aldus Meijer.
ZuivelZicht mei 2019
22_Artikel_01L.indd 15
15
13-05-19 11:53
B E D R I JF
Ierse onderneming realiseert doel strategisch plan
Lakeland Dairies tweede speler na bundeling met LacPatrick De Ierse zuivelonderneming Lakeland Dairies heeft haar positie verbeterd. Dankzij de recente fusie met de kleinere speler LacPatrick is het opponent Dairygold voorbijgestreefd. Tekst: Hermann-Josef Martin
Onder het motto ‘Samen staan we sterker’ zijn de Ierse zuivelcoöperatie Lakeland Dairies en LacPatrick vorige maand opgegaan in een nieuwe onderneming: Lakeland Dairies. Het
motto lijkt vooral op LacPatrick te slaan. De kleine partij in de fusie-onderneming verkeerde de laatste jaren in zwaar weer. Mede omdat grote investeringen zwaar op de financiële huishouding drukten.
Het bedrijf stak € 42 miljoen in een nieuwe melkpoederfabriek en € 30 miljoen in een innovatiecentrum. LacPatrick is zelf het resultaat van een fusie. In 2015 bundelden Town of Monaghan de krachten met de NoordIerse coöperatie Ballyrashane. De beoogde synergievoordelen bleven uit. Dat kwam begin vorig jaar aan het licht toen LacPatrick de melkprijzen in februari en maart aanzienlijk verlaagde tot onder het niveau van de concurrentie in Ierland en Noord-Ierland.
Lijstje Daarop gaf de raad van bestuur van de zuivelcoöperatie het management de opdracht om verschillende strategische opties te verkennen. In het bijzonder kreeg de directie het verzoek partnerschappen, joint-ventures en fusies met andere melkverwerkers te onderzoeken. Dat leverde een lijstje van mogelijke fusiepartners op. Onder anderen Glanbia, Aurivo, Dale Farms en Lakeland Dairies stonden op het lijstje. Uiteindelijk besloten de leden met Lakeland in zee te gaan. Veehouders van beide coöperaties stemden eind oktober in met het voorstel om te fuseren.
Geen kerstbonus
Dankzij de fusie met LacPatrick wordt Lakeland Dairies na Glanbia de grootste melkverwerker van Ierland.
16
22_Artikel_02L.indd 16
Hoe hoog de nood voor LacPatrick was geworden bleek uit de maatregelen die het management eind 2018 moest nemen om kosten te besparen; nog voordat de fusie met Lakeland Dairies
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:54
B E D R I JF
definitief beklonken was. De directie keerde de werknemers geen kerstbonus uit en schafte de ziektewetuitkering af. Alleen zo kon het bedrijf het aantal arbeidsplaatsen veilig stellen tot de fusie met Lakeland Dairies volledig in kannen en kruiken was. Dat gebeurde in maart van dit jaar. Toen gaven de kartelautoriteiten in Ierland en in het Verenigd Koninkrijk het groene licht voor de fusie. Het nieuwe Lakeland Dairies telt 3.200 leden uit Ierse en Noord-Ierland. In Ierland is het bedrijf met 1,8 miljard liter de op een na grootste melkverwerker, na Glanbia dat 2,7 miljard liter per jaar verwerkt. Daarmee streeft Lakeland Dairies in Ierland Dairygold voorbij. In Noord-Ierland is Lakeland Dairies nu de grootste melkverwerker. De Noord-Ierse leden leveren jaarlijks 750 miljoen liter melk. Tot voor kort was Dale Farm de grootste melkverwerker in NoordIerland. De onderneming heeft twee aandeelhouders: de coöperaties Lakeland Dairies dat 73 procent bezit en LacPatrick, dat een belang van 27 procent houdt.
Vangnet Aangezien LacPatrick en Lakeland Dairies deels in dezelfde regio melk ophaalden en verwerkten, zal de bundeling naar verwachting tot een flinke reductie van de operationele kosten leiden. Ook op het gebied van productie en marketing verwacht managing director Hanley synergievoordelen. Daarmee is de nieuwe onderneming volgens hem in staat om de aangesloten veehouders een sterker vangnet te bieden voor de mogelijk de gevolgen van de Brexit. De fusie helpt Lakeland Dairies dit jaar aan een omzet van naar schatting € 1,1 miljard. Dat zou een toename van 25 procent zijn ten opzichte van 2018 en ruimschoots een verdrievoudiging van de omzet uit 2009. De afgelopen jaren was Lakeland al gegroeid door de overname in 2016 van het Noord-Ierse Fane Valley Dairies en door investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit, mede mogelijk gemaakt door subsidies van de overheid.
Met de geraamde omzetgroei voor 2019 realiseert Lakeland meteen het doel van het huidige strategisch plan 2017 tot 2021. Daarin is een omzet van minimaal € 1 miljard per jaar beoogd in uiterlijk 2021. Lakeland Dairies is oudsher een onderneming die relatief veel exporteert, vanwege de beperkte groeimogelijkheden in de beide moederlanden Ierland en Noord-Ierland. De groep bedient meer dan tachtig landen over de hele wereld met ongeveer 240 verschillende producten, voornamelijk melkpoederproducten, caseïnaten en boter, die meestal aan industriële verwerkers worden verkocht. De laatste jaren heeft Lakeland Dairies zowel de omzet, de winst als het verwerkte volume aanzienlijk verhoogd; veel meer dan de meeste andere Ierse producenten, dankzij de succesvolle exportstrategie.
Droogte In het afgelopen boekjaar 2018 steeg de omzet met 5,3 procent tot € 810 miljoen. Dat is ruimschoots het dubbele van de omzetgroei die het veel grotere Glanbia in 2018 liet zien. De groei is te danken aan betere verkopen bij alle drie de bedrijfsonderdelen: de ingrediëntendivisie, Foodservice en de divisie Agribusiness. De laatste groep profiteerde het afgelopen jaar van de weersomstandigheden. Als gevolg van de droogte en de matige grasopbrengst steeg de verkoop van ruwvoerders. Daardoor kwam de omzet van de agrarische divisie liefst 19 procent hoger uit tot bijna € 74 miljoen. Uiteindelijk hield Lakeland Dairies onder aan de streep een nettoresultaat over van € 17,5 miljoen, een plus van ruim 4 procent ten opzichte van het voorgaande boekjaar.
Investeringen Afgelopen najaar opende Lakeland Dairies een volledig geautomatiseerd verpakkingscentrum bij haar fabriek in Newtownards in Noord-Ierland. Lakeland wil daarmee de exportmogelijkheden van de naburige fabriek van
Pritchitts beter benutten. Dit voormalige familiebedrijf is sinds 2003 in handen van Lakeland en produceert jaarlijks meer dan 100.000 ton zuivelproducten voor grootverbruikers, zoals UHT-melk, gemengde zuiveldranken, roomproducten en ijsmixen. In Newtownards heeft Lakeland inmiddels al zo’n € 31 miljoen geïnvesteerd. Vier jaar geleden opende het bedrijf er een logistiek centrum.
Subidies Lakeland heeft de afgelopen jaren herhaaldelijk kunnen profiteren van de subsidies waarmee de Ierse overheid de nationale zuivelindustrie een impuls heeft gegeven. Zo droeg Enterprise Ireland (het investeringsvehikel van het ministerie van werkgelegenheid, ondernemingen en innovatie) € 16 miljoen bijgedragen aan het Dairy Processing Technology Centre van de Universiteit van Limerick. De resterende € 9 miljoen werd opgebracht door acht Ierse zuivelbedrijven, waarvan Lakeland één miljoen investeerde. Daar werken wetenschappers aan nieuwe producten met een hoge toegevoegde waarde. Ook leverde Lakeland samen met andere zuivelbedrijven een bijdrage in de kosten van de modernisering van het onderzoekscentrum Moorepark Technology in Cork, Zuidoost-Ierland. De helft van het bedrag werd bijeengebracht door acht zuivelondernemingen. De andere helft is betaald door het advies- en onderzoeksinstelling Teagasc.
ZuivelZicht mei 2019
22_Artikel_02L.indd 17
17
13-05-19 11:54
B E D R I JF
Duits boterconcern Meggle ondergaat generatiewisseling
Nieuw management moet zorgen voor nieuwe impulsen Meggle is een van de voornaamste spelers op de Duitse botermarkt. Het familiebedrijf uit Beieren wordt al enige tijd geconfronteerd met een stagnerende omzet. Om de onderneming te laten groeien vond afgelopen jaar een generatiewisseling plaats.
Tekst: Hermann-Josef Martin
Decennialang was Toni Meggle het gezicht van de gelijknamige Beierse zuivelonderneming. Onder zijn leiding ontwikkelde het meer dan 130 jaar oude particuliere bedrijf zich van een regionale zuivelproducent tot een van de grootste spelers op de internationale
markt van boter, boterspecialiteiten, baguettes en gedroogde melkproducten. De 88-jarige eigenaar Toni Meggle is nog altijd voorzitter van de raad van commissarissen. De dagelijkse leiding van het concern laat hij inmiddels over
aan anderen. Sinds vorig jaar is dat een driemanschap, bestaande uit Marcus Hormuth (47), Matthias Oettel (52) en Stefan Schmale (55). “Hun benoeming is de volgende stap voor een succesvolle toekomst van Meggle�, aldus Toni Meggle toen hij
Meggle verwerkt de melk van circa 1.000 Zuid-Duitse melkveebedrijven tot een breed pakket boterproducten. (Foto’s: Meggle)
18
22_Artikel_02L_3.indd 18
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 15:41
B E D R I JF
Holding
Matthias Oettel, ceo van Meggle.
de benoeming van het trio bekendmaakte. Hij sprak van een generatiewissel.
Investeren Van de managers wordt verwacht dat zij de onderneming van nieuwe impulsen voorzien. De omzet bij Meggle stagneert al een aantal jaren. Daarom wil de nieuwe leiding investeren in zowel nieuwe producten als in marketing. De budgetten voor innovatie en marketing zijn dit jaar daarom met respectievelijk 50 en 30 procent verhoogd. Binnenkort komt het bedrijf met een aantal nieuwe producten die de omzet omhoog moeten brengen. In het afgelopen boekjaar 2018 waren de bedrijfsresultaten volgens Matthias Oettel al significant beter, ondanks de volatiele zuivelprijzen. Oettel is van de drie directieleden de nieuwe ceo. Hij werkte eerder voor de zuivelbedrijven Danone, Nöm en Zott. De omzet van Meggle bleef in 2018 net als in het voorgaande boekjaar stabiel op circa € 1 miljard. Het merendeel daarvan (zo’n 70 procent) kwam op naam van de divisie Consumer Products. Meggle heeft een breed pakket aan consumentenproducten: niet
Inmiddels heeft het bedrijf ook verkoopkantoren in Shanghai en Singapore
alleen boterspecialiteiten, maar ook room, melk, yoghurts, desserts en met boter gevulde bakkerijproducten. Ongeveer de helft van de omzet van deze groep (€ 350 miljoen) behaalde Meggle vorig jaar op de Duitse markt. De rest van de concernomzet (circa € 300 miljoen) is afkomstig van enkele kleinere bedrijfsonderdelen, zoals de foodservicedivisie die zich richt op professionele grootverbruikers. De producten voor deze doelgroep bestaan hoofdzakelijk uit boter in grootverpakking en boterpreparaten.
Medicijnen Met de divisie Excipients & Technology is Meggle al meer dan zestig jaar een partner voor de internationale farmaceutische industrie. Het portfolio van deze groep bestaat uit hulpstoffen voor medicijnen zoals lactose dat als drager van medicijnen wordt gebruikt. De producten worden via agentschappen in meer dan honderd landen verkocht. Ook cosmeticabedrijven nemen producten van deze divisie af. Het bedrijfsonderdeel Food Ingredients & Solutions produceert en distribueert wereldwijd zuivelingrediënten voor de voedingsmiddelenindustrie. Het gaat veelal om ingrediënten zoals caseïne, lactose, wei en melkproteïneconcentraten. Feed Ingredients is gespecialiseerd gedeeltelijk ontsuikerde weipoeders. Deze producten hebben een hoog eiwitgehalte waardoor ze volgens Meggle bijzonder geschikt zijn voor verwerking in diervoeding.
De activiteiten woerden aangestuurd vanuit Meggle AG. Onder deze holdingmaatschappij hangen de dochterbedrijven Molkerei Meggle Wasserburg, Meggle Eastern Europe en Meggle International. Molkerei Meggel Wasserburg bevat het in Wasserburg gevestigde productiebedrijf waar de melk van circa 1.000 melkveebedrijven wordt verwerkt tot vele boterproducten in allerlei verpakkingen, boterspecialiteiten en verschillende zuivelingrediënten. Een van de belangrijkste specialiteiten is de kruidenboter die de firma al in de jaren zestig ontwikkelde en in Duitsland introduceerde. Meggle al jarenlang marktleider op de Duitse botermarkt met een geschat aandeel van bijna 50 procent. Meggle Eastern Europe is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de marktpositie in van het bedrijf in Slowakije, Bulgarije, Kroatië, Servië, Albanië en Bosnië-Herzegovina. De overige buitenlandse activiteiten zijn ondergebracht in het dochterbedrijf Meggle International. Die bestaat al sinds 1977 toen Meggle een vestiging in Tokio opende. Inmiddels heeft het bedrijf ook verkoopkantoren in Shanghai en Singapore om de groeiende vraag naar lactose voor de farmaceutische producten op de Aziatischer markt te kunnen bedienen.
[ advertentie ]
• Nieuw en gereviseerde zuivelapparatuur
• RVS (proces) tanks • Ontwerp en realisatie van zuivellijnen Graafdijk oost 23 2973 XB Molenaarsgraaf The Netherlands T +31 184 64 1266 E info@heuvelzuivelmachines.nl www.heuvelzuivelmachines.nl
ZuivelZicht mei 2019
22_Artikel_02L_3.indd 19
19
13-05-19 15:41
MARK T
Geitenhouderij kan zich alleen nog ontwikkelen binnen strikte kaders
Volwassen sector, volwassen uitdagingen Geitenzuivel veroverde de afgelopen decennia een plaats in de Nederlandse zuivel. Na een periode van razendsnelle groei, breekt nu een fase aan waarin de geitenhouderij zich alleen nog kan ontwikkelen binnen strikte kaders. Een overzicht. Tekst: Jeen Akkerman
“Het dierenwelzijn is op grotere bedrijven vaak beter geregeld dan op kleine bedrijven�, stelt Jos Tolboom, voorzitter van de LTO-vakgroep geitenhouderij.
20
44_Artikel_01L.indd 20
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:55
MARK T
Tot 2012 was de geitenmelkprijs ruim 40 cent per liter, in de jaren daarna steeg die naar 60 tot 70 cent per liter.
Op de website van de Nederlandse GeitenZuivel Organisatie (NGZO) staat dat de geit ooit de “armeluiskoe” werd genoemd. Voor de Tweede Wereldoorlog was de geit voor veel plattelandsgezinnen een zeer functioneel dier: at bijna alles, kostte weinig en leverde melk op. Gegeten werd het beestje vrijwel niet en dat is tot op de dag van vandaag het geval. Na de oorlog groeide vooral de melkkoeienstapel. De geit werd eigenlijk alleen als hobbydier gehouden. Vaste prik op kinderboerderijen en bij liefhebbers van verschillende geitenrassen.
Melkquotering De groei naar de professionele geitenhouderij startte toen de melkquotering in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw een aantal jonge ondernemers frustreerde. Zij konden niet starten met een eigen melkveebedrijf op basis van koeien. Toen ze ontdekten dat geiten niet onder de Brusselse regelgeving vielen, begonnen ze met de professionele geitenhouderij. Met indrukwekkende resultaten. In het jaar 2000 waren er al 285 van dit soort bedrijven in Nederland (Bron: CBS Statline). In totaal hielden ze 179.000 melkgeiten. Dat aantal is gegroeid tot een kleine 600.000 melkgeiten vandaag. Die worden gehouden op 405 geitenbedrijven. Een enorme groei en schaalvergroting.
Want gemiddeld lopen er nu bijna 1.500 geiten op een bedrijf, terwijl dat er in 2000 nog ongeveer 630 waren. In recente jaren droeg ook de sterke stijging van de melkprijs bij aan de groei. Tot 2012 was de geitenmelkprijs ruim 40 cent per liter, in de jaren daarna steeg die naar 60 tot 70 cent per liter. Na het recordjaar 2015 (ruim 70 cent) is de laatste jaren sprake van een licht dalende tendens.
Twee procent Ondanks de snelle groei blijft de geit een klein duimpje in vergelijking met ‘grote zus’ koe. Uitgedrukt in liters melk per jaar: 300 miljoen is afkomstig van geiten, terwijl de Nederlandse koeien een plas van bijna 14 miljard produceren. De geitenzuivel is dus in omvang ongeveer 2 procent van de koe-zuivel. De groei is niet alleen veroorzaakt door de ‘push’ van startende ondernemers. Er is ook sprake van ‘pull’ vanuit
Inmiddels hebben al tien provincies een zogenoemde geitenstop afgekondigd
de markt. De vraag naar geitenzuivel groeit. Het wordt gezien als gezond en verantwoord; ook de typische smaak is bij steeds meer consumenten populair. Nederlandse zuivelbedrijven spelen daarop in. Traditioneel is geitenkaas een belangrijk artikel, waarmee ook internationaal aan de weg wordt getimmerd. Maar inmiddels zijn er ook verse geitenzuivelvarianten zoals melk, yoghurt en kwark. En babyvoeding op basis van geitenmelkpoeder groeit snel, vooral in Azië waar herkomstland Nederland extra aantrekkingskracht heeft.
Kanttekeningen Bij het succesverhaal van de geiten in Nederland zijn kanttekeningen te maken. De eerste heet Q-koorts, de tweede draagvlak in samenleving en politiek. In de continu stijgende lijn van aantallen geiten en liters melk zit precies één knikje omlaag. Dat is in 2010. In dat jaar daalt de geitenstapel licht, als gevolg van de Q-koortscrisis. Deze zoönose maakte destijds mensen ziek en enkele tientallen Nederlanders overlijden aan de gevolgen ervan. Om Q-koorts tegen te gaan, worden bedrijven met geïnfecteerde geiten geruimd. In de eerste helft van 2010 geldt een fokverbod. Dit verklaart de eenmalige daling van de geitenstapel.
ZuivelZicht mei 2019
44_Artikel_01L.indd 21
21
13-05-19 11:55
MARK T
Volksgezondheid
waargenomen. Een tweede mogelijkheid is een besmetting via de mest, bijvoorbeeld een bacterie die ontstaan bij de vertering van de mest. “En een derde optie is een nocebo-effect. Dat is vrij onbekend; het is het omgekeerde van het placebo-effect. Als je bang bent voor een geitenbedrijf, bijvoorbeeld omdat je de Q-koorts epidemie hebt meegemaakt, kun je alleen al daarom ziekteverschijnselen ontwikkelen.” Tolboom verwacht dat het issue volksgezondheid door de geitensector zal worden opgelost.
Voor veel mensen verandert de geitenhouderij hiermee van een onschuldig en aaibaar fenomeen in een bedrijfstak die gevaar voor de volksgezondheid kan opleveren. Zeker nu in het onderzoek Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (VGO) is vastgesteld dat mensen nabij geitenbedrijven een hogere kans hebben om longontsteking te krijgen. Inmiddels hebben al tien van de twaalf provincies in Nederland een zogenoemde geitenstop afgekondigd: geen nieuwvestiging van geitenbedrijven en/ of geen uitbreiding of omschakeling. Alleen Groningen en Drenthe hebben (nog) niet zo’n stop.
Bokjes
Argusogen De geitensector wordt door actiegroepen en politici met argusogen gevolgd, zeker nu er ook andere issues naar voren komen, zoals grootschaligheid en de ‘bokjes-problematiek’. Evenals in andere veehouderij-sectoren is grootschaligheid, in de volksmond al snel tot ‘megastallen’ gedoopt, in de ogen van criticasters negatief. Daar komt bij dat ook in de geitensector de mannelijke nakomelingen – de bokjes – een weinig aanlokkelijk vooruitzicht hebben, net als in de pluimveesector de pas uit het ei gekropen haantjes. De weerstand tegen het vroegtijdig doden van deze dieren neemt toe.
Oorzakelijk verband Geitenhouder Jos Tolboom is voorzitter van de LTO vakgroep geitenhouderij. Hij
Nico Verduin, voorzitter van de Nederlandse GeitenZuivel Organisatie.
erkent dat de sector voor uitdagingen staat, maar relativeert de vermeende problemen met de volksgezondheid. “Er is een correlatie tussen geiten en de kans op longontsteking, maar we weten nog niet wat het oorzakelijk verband is. Zodra we dat weten, kunnen we maatregelen nemen zodat de geitenstops van de provincies overbodig worden.” Hij noemt drie mogelijke verbanden: er kan sprake zijn van een zoönose, een ziektekiem die overdraagbaar is van dier op mens. Die kans acht Tolboom klein, omdat er geen ziekteverschijnselen bij de geiten worden
Ontdek de geit! Om het draagvlak voor de geitenhouderij in de samenleving te vergroten, is meer kennis over en beleving van de geitenhouderij noodzakelijk. Dat vinden boeren- en zuivelorganisaties, die daarvoor gezamenlijk de campagne ‘Ontdek de geit’ hebben opgezet. Naast draagvlak voor de geitenhouderij speelt ook de bekendheid van geitenzuivel een rol; uit onderzoek blijkt namelijk dat veel Nederlanders wel geitenkaas kennen, maar veel minder bekend zijn met geitenmelk, -yogurt en -kwark. De campagne kent online activiteiten in de vorm van een website (www.ontdekdegeit.nl) en berichtgeving via social media. Ook is er promotiemateriaal in de stijl van Ontdek de geit beschikbaar voor geitenhouders en -zuivelbedrijven om bijvoorbeeld open dagen aan te kleden en bezoekers van informatiemateriaal te voorzien.
22
44_Artikel_01L.indd 22
Ook het ‘bokjes-probleem’ is volgens hem al veel minder groot dan enkele jaren geleden. “Toen bleek uit controles door de NVWA dat de sterfte onder bokjes veel te hoog was. We hebben maatregelen genomen en bedrijven met een te hoge sterfte moeten een verbeteringsplan opstellen; de resultaten worden gemonitord.” Recente cijfers zijn niet voorhanden, maar Tolboom ziet in de praktijk dat steeds meer geitenhouders de bokjes op het eigen bedrijf afmesten of structurele samenwerking aangaan met een bokkenmester. “Er is minder ongecontroleerde handel en dat helpt”, aldus Tolboom.
Transparantie Blijft over de grootschaligheid, die door veel mensen niet wordt gewaardeerd. “Daar kunnen we niet zo veel aan doen, want de economie dwingt ons tot een bepaalde schaalgrootte. Hier moeten we zo transparant mogelijk over zijn en de burger laten zien wat er op onze bedrijven gebeurt. Ook kunnen we uitleggen dat bijvoorbeeld dierenwelzijn op grotere bedrijven vaak beter is geregeld dan op kleine bedrijven.” Zal dit alles leiden tot een volgende groeispurt van de sector? Tolboom denkt van niet. “Ook onder geitenhouders groeit de overtuiging dat we niet weer naar een te snelle groei moeten. Je ziet eigenlijk in elke sector dat het tot problemen leidt.” Tolboom doelt onder andere op de fosfaatproblematiek in de melkveehouderij. “En als wij met de geiten weer hard gaan groeien, brengen
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:56
MARK T
Geitenhouder Wim Berkhof in Zwartebroek De duizend melkgeiten van Wim Berkhof zijn net begonnen aan hun dagelijkse portie kuilgras. Lasagnekuil afkomstig van het voercentrum in Woudenberg, van constante samenstelling. Het is rustig in de twee jaar oude stal en dat is precies de bedoeling. “Geiten zijn eigenlijk een beetje autistisch. Je moet zo weinig mogelijk onverwachte dingen doen, dan presteren ze het beste.” Berkhof (37) melkt nu ruim twee jaar zijn geiten en heeft er plezier in. Zijn stal bouwde hij op de grond van het ouderlijk melkveebedrijf in het Veluwse Zwartebroek. Zijn ouders en broer runnen de melkveehouderij. “Ik moest wat anders zoeken en ben blij dat ik bij geiten ben uitgekomen. Het zijn leuke, pientere en aanhankelijke dieren.” Zomaar starten met een geitenhouderij was er overigens niet bij. De startende ondernemer heeft veel moeite moeten doen om vergunningen te krijgen, de afzet van zijn melk te regelen en de bank te overtuigen van de haalbaarheid van zijn plannen. “Achteraf kun je zeggen dat we net op tijd waren, want nu geldt de geitenstop.” Berkhof draait technisch goed, de gemiddelde melkgift is 1.428 liter per geit per jaar. De melkprijs is niet slecht, dus Wim houdt geld over. “Ja, om mijn schuld af te betalen”, voegt hij er aan toe. Graag zou hij op termijn doorgroeien naar 1.500 melkgeiten en een eigen opfokstal. Nu vindt de opfok plaats in een gehuurde stal. “Ik weet niet of dat
Wim Berkhof startte in 2017 met het melken van zijn geiten. “Ik zou niet meer terug willen naar de melkveehouderij.” (Foto: Ivo Hutten)
gaat lukken, want onze sector ligt onder een vergrootglas en het gaat over de volksgezondheid. Hopelijk komt er duide-
lijkheid, zodat we op een verantwoorde manier ons bedrijf kunnen blijven ontwikkelen.”
Verantwoorde groei
naar de exponentiële groei van de afgelopen decennia acht Tolboom onwenselijk en onwaarschijnlijk. Dat kan betekenen dat de geiten-melk-
Onlangs hebben Tolboom en andere bestuurders daarom het initiatief genomen om met geitenhouders en andere stakeholders in de keten een discussie te starten. Centrale vraag: hoe ziet een verantwoorde groei van de geitenhouderij in Nederland er uit? Het antwoord is er nog niet, maar terugkeer
‘De economie dwingt ons tot een bepaalde schaalgrootte’
plas minder snel groeit dan de marktvraag toeneemt. Nico Verduin, schapenhouder in Noord-Holland en onafhankelijk voorzitter van de Nederlandse GeitenZuivel Organisatie (NGZO), ziet dat probleem nog niet meteen opdoemen. Wel geeft hij aan dat de afzet van geitenzuivel toeneemt. “Vooral in Nederland groeit het sneller dan traditionele koe-zuivel. Internationaal zien we ook groei, maar daar gaat het meer gelijk op met de koe-zuivel.”
we andere bedrijven, bijvoorbeeld schapenhouders, in de problemen.”
ZuivelZicht mei 2019
44_Artikel_01L.indd 23
23
13-05-19 11:56
De Nr.1 specialist in gereviseerde zuivelmachines Melk Yoghurt Boter Margarine
Smeltkaas Kaas 2.000 machines in voorraad Garantie bij levering Snelle levertijden Lage investering Complete projecten
+31(0)348-558080 info@lekkerkerker.nl
SA
www.lekkerkerker.nl
Sijtsma N oor d bv
EMS SYST TY E F
F OO D
P C C A H
Specialisten in betonrenovatie, stralen, vloer- & wandcoating
IED
CERTIF
• Ruim 35 jaar dé specialist binnen de zuivel- en voedingsmiddelenindustrie • HACCP coating systemen voor vloeren, wanden, plafonds en pekelbaden • Werkzaamheden kunnen tijdens productieproces worden uitgevoerd 9&$ HQ +$&&3 JHFHUWLÀFHHUG
+31(0)517 23 22 00
19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 24
info@sijtsma-noord.nl
www.sijtsma-noord.nl
13-05-19 10:59
MARK T
Onderzoek naar samenwerking in versketens
Kansen voor strategische ketensamenwerking Strategische ketensamenwerking biedt kansen mits beide partners over het juiste DNA beschikken, concludeert het CBL. Tekst René van Buitenen
In opdracht van het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) onderzocht EFMI Business School de strategische samenwerking in de versketens. Ook de zuivelketen is tegen het licht gehouden, in het bijzonder de keten die Royal A-ware en Albert Heijn samen hebben opgezet. EFMI voerde het
Voorbeeld van een strategische samenwerking in de zuivelketen: Albert Heijn en Royal A-ware. (Foto: AH)
onderzoek afgelopen najaar uit door meer dan honderd spelers in de versketens te ondervragen naar het belang van samenwerking nu en de komende vijf jaar. De voornaamste conclusie: strategische ketensamenwerking biedt mogelijkheden voor innovatie en optimalisatie, maar alleen als de samenwerking relevant is voor de consument, de partners vitaal zijn en over het juist dna beschikken om te kunnen samenwerken. Een andere conclusie uit het onderzoek: alle spelers moeten beschikken over grote hoeveelheden data. Toeleveranciers, boeren, verwerkers of retailers, zij moeten allemaal precies weten wat er in de keten speelt zodat ze snel kunnen inspelen op de wensen van de grillige consument. Het steeds weer veranderende gedrag van de consument is dan ook een van de redenen waarom spelers in de keten elkaar opzoeken. Maar er zijn meer reden voor het toenemend aantal strategische samenwerkingsverbanden in versketens. De druk op de ketens neemt van alle kanten toe, stelt EMFI in het onderzoekrapport. De onderzoekers wijzen op de toenemende discussie over de houdbaarheid van het Nederlandse voedselsysteem. De duurzaamheidsthema’s zijn divers: klimaat, biodiversiteit, dierenwelzijn. Ook waterverbruik en de wereldwijde voedselvoorziening komen op termijn onder een vergrootglas, voorspelt EFMI. “En zo wisselen thema’s die soms ook met elkaar in tegenspraak zijn en blijft de duurzaamheidsagenda zeer dynamisch. De dynamiek vraagt om een integrale aanpak, zodat keuzes vanuit ketenperspectief worden gemaakt en de balans wordt bewaakt. Dat alles leidt naar verwachting tot meer strategische ketensamenwerking.”
AH en Royal A-ware In het onderzoek is onder meer de samenwerking tussen Albert Heijn en Royal A-ware nader bekeken. Zij hebben een duurzamere melkstroom opgezet voor het AH-merk. Volgens de onderzoekers scoort de samenwerking hoger dan het gemiddelde van andere versketens, zowel wat betreft toegevoegde waarde voor de consument, de intensiteit van de samenwerking en de schaalbaarheid van de samenwerking. De veehouders die deelnemen aan het concept krijgen een hogere melkprijs. Volgens de deelnemers aan de enquête van het EFMI-onderzoek is het Albert Heijn die het meest profiteert van de samenwerking, voor Royal A-ware en de melkveehouders.
‘Verbulking’ Een andere reden die ketenpartijen naar elkaar toe drijft is wat de onderzoekers de ‘verbulking’ van versproducten noemen. Daarmee bedoelen zij dat een product met toegevoegde waarde gewoon wordt naarmate het populairder wordt en meer beschikbaar komt voor het grote publiek. Veel supermarkten streven naar de bereikbaarheid van bijzondere producten. Daarom brengen zij vaak vergelijkbare varianten op de markt. Die ‘verbulking’ vergroot de noodzaak om te innoveren.
Dilemma’s Uit het onderzoek blijkt dat versketens voor enkele grote dilemma’s staan: om de keten te verduurzamen moeten zoveel mogelijk spelers samenwerken, maar dan wordt het lastiger om onderscheidend te blijven; de meerkosten voor verduurzaming komen terecht bij of de consument of ketenspelers zelf en strategische samenwerking leidt op den duur tot vaste structuren, terwijl de keten juist gebaat is bij flexibiliteit.
ZuivelZicht mei 2019
11_Artikel_02R.indd 25
25
13-05-19 11:57
MARK T
Zuivel is niet een-op-een te vervangen, concludeert de Consumentenbond na onderzoek.
Onderzoek Consumentenbond
Smaak en voedingswaarde van melk zijn niet te evenaren Zuivelvervangers op basis van plantaardige grondstoffen zijn steeds vaker in de schappen te vinden. Het assortiment begon met soja als basisingrediënt. Tegenwoordig worden ook dranken van haver, amandel, rijst, hazelnoot en kokos gemaakt. Kunnen deze vervangers tippen aan de voedingswaarde van zuivelproducten? Tekst: Simone Uijttewaal
Dranken op basis van soja en andere plantaardige producten mogen volgens de wet niet onder de naam melk worden verkocht. Ook termen als room, kaas en yoghurt zijn gereserveerd voor zuivel op basis van melk. Daarom bieden fabrikanten de plantaardige producten aan
26
22_Artikel_04L.indd 26
als ‘drinks’ of ‘dranken’. Kokosmelk is hier een uitzondering op. De Consumentenbond beantwoordde de vraag: ‘zijn zuivelvervangers net zo gezond als echte zuivel?’ Hiervoor vergeleken de onderzoekers van de bond de voedingswaarde van 68
plantaardige drinks en zestien plantaardige yoghurts met die van echte zuivelproducten. De conclusie: de voedingswaarde van de zuivelvervangers valt flink tegen. Calcium, vitamine B2 en B12 worden vaak toegevoegd aan zuivelvervangers
ZuivelZicht mei 2019
13-05-19 11:57
MARK T
om de voedingswaarde te verhogen. Calcium is essentieel voor opbouw en behoud van botten en het gebit; vitamine B2 helpt in de energievoorziening en vitamine B12 is essentieel voor de aanmaak van rode bloedcellen en het functioneren van het zenuwstelsel. Ondanks deze toevoegingen ziet het Voedingscentrum de plantaardige drinks niet als adequate vervanging voor zuivel. Het nuttigen van enkele echte melkproducten per dag is nog steeds het advies. Zuivel is een belangrijke bron van calcium en de vitamines B2 en B12. Ook mineralen als fosfor, kalium, magnesium en zink krijg je binnen via zuivel. Deze voedingsstoffen zijn niet terug te vinden in de meeste plantaardige drinks.
Lage eiwitgehaltes Halfvolle melk bevat minimaal 3 gram eiwit per 100 mm. De zuivelvervangers komen hier vaak niet bij in de buurt. In drinks gemaakt van rijst zit bijvoorbeeld maar 0,1 gram eiwit per 100 mm. Om hiermee aan de 3 gram eiwit te komen, moet je 3 liter rijstdrank drinken. Dit is al veel, en hierbij krijg je een hoop extra suiker binnen. Sojadrinks zijn de enige vervangers die bij het eiwitgehalte van melk in de buurt komen.
zochte amandeldrink 2 procent amandel. Dit betekent dat een glas amandeldrink maar twee amandelen bevat. Momenteel maken de zuivelvervangers ongeveer twee procent van de zuivelmarkt uit. Dat lijkt een klein aandeel en sommigen gaan ervan uit dat het een hype is die overvliegt. In het rapport ‘Dare not to Dairy’ waarschuwt de Rabobank voor deze gedachte. In België is een groei voorspeld naar een marktaandeel van 5 procent in 2020. Wereldwijd ligt het aandeel in de verkoop al op 12 procent. De Rabobank stelt dat de keuze van de consument voor zuivelvervangers niet alleen is gebaseerd op gezondheid. Er zijn meer factoren die de keuze voor een product bepalen. Op het gebied van voedingswaarde, prijs en smaak wint zuivel het. Echter, door de keuze voor duurzaamheid, een veranderende leefstijl en uit pure nieuwsgierigheid naar nieuwe producten, kopen steeds meer consumenten zuivelvervangers. Volgens de Rabobank kan de zuivelindustrie wat leren van het stijgende aandeel in de markt van zuivelproducten: de manier waarop de producenten van zuivelvervangers inspelen op de emoties van consumenten die graag gezonder en duurzamer willen leven.
Industriële koeling Highcare Kaasrijping Cleanrooms Airconditioning Maatwerk
Blonk consultants Smaak De Consumentenbond voerde ook een smaaktest uit. Het testpanel vond de kokosmelk het lekkerst. Deze bleek echter ook het meest ongezond. Kokosmelk bevat relatief veel onverzadigde vetten en weinig eiwit. Verder verschillen de smaken van het panel. Iedereen was het er over eens dat zuivelvervangers waterig zijn. Dit is ook op te maken uit de ingrediëntenlijsten op de producten. Zo bevatte de onder-
In drinks gemaakt van rijst zit bijvoorbeeld maar 0,1 gram eiwit per 100 mm
Of deze producten daadwerkelijk duurzamer zijn, is niet duidelijk. Blonk consultants deed hier onderzoek naar met verschillende methodes. Bij het bepalen van de duurzaamheid van een product werd vaak alleen gekeken naar emissies en gebruik van land. Hierbij is de geschatte impact op het milieu van sojadrank lager dan die van zuivel. Van andere vervangers is het nog niet bekend. Wat niet wordt meegenomen is de voedingswaarde van de producten. Wanneer de vervangers een lagere voedingswaarde hebben, moet de consument ter aanvulling andere producten kopen om de voedingswaarde op vergelijkbaar niveau te brengen. De vraag is of de impact op het milieu dan nog wel zo beperkt is als wordt verondersteld.
Voets & Donkers ontwikkelt met grote precisie luchtbehandelingssystemen die exact de juiste condities creëren voor kaasrijping.
www.voetsdonkers.nl
22_Artikel_04L.indd 27
13-05-19 11:57
T I D R E T ACH L E B A L E S E P O S R A A U K E E S D N A HT NEDERL V I N D J E ÉC
EUROPA MAAKT KAAS ÉCHT UIT NEDERLAND EENVOUDIG HERKENBAAR! Niet alle ‘Nederlandse’ kaas, zoals Goudse of Edammer, komt daadwerkelijk uit Nederland. Toch herken je de Nederlandse kaas gemaakt volgens traditioneel Nederlands recept, van Nederlandse melk en gerijpt in Nederland heel eenvoudig. Aan de lekkere smaak én aan het Europese BGA-label. Vind jouw kaas écht uit Nederland bij de kaasspecialist of in de supermarkt.
ND-KAAS.NL
MEER WETEN? WWW.GOUDAHOLLA
CAMPAGNE GEFINANCIERD MET STEUN VAN DE EUROPESE UNIE
DE SAMENSTELLER VAN DEZE PROMOTIECAMPAGNE IS ALS ENIGE VERANTWOORDELIJK VOOR DE INHOUD ERVAN. DE EUROPESE COMMISSIE EN HET UITVOEREND AGENTSCHAP VOOR CONSUMENTEN, GEZONDHEID, LANDBOUW EN VOEDING (CHAFEA) AANVAARDEN GEEN AANSPRAKELIJKHEID VOOR HET GEBRUIK DAT KAN WORDEN GEMAAKT VAN DE INFORMATIE DIE HET CAMPAGNEMATERIAAL BEVAT.
19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 28
13-05-19 10:59
MARK TCIJFERS PRODUCTIE Melkaanvoer mondiaal (jan’19 - feb’19; % t.o.v. ’18) EU-28
Verwerking EU (jan’19 - feb’19; % t.o.v. ’18) Kaas
-0,6%
waarvan: Duitsland Duitsland
-1,6%
Frankrijk Frankrijk
NMMP x 1.000 ton
x 1.000 ton 2.500
150
2.000
120
1.500
90
-2,6%
Nederland Nederland
-3,6%
Verenigde Staten
+0,5%
Nieuw-Zeeland
+2,6%
+4,3%
Argentinië
1.000
-8,5%
Australië
-11,7%
Wit-Rusland
+4,1% -1,7% -7,4%
500
+37,8%
30
+17,6% -18,1%
0 10
-18,8%
-3,1%
-9,0% 0
-13,7% 60
+0,5%
+0,2%
Uruguay
-16,6%
20
30
40
0
Overig IT
50
x miljard kg
NL FR
Overig FR
PL DE
BE DE
DK NL
PRIJZEN Marktprijs (apr’19 t.o.v. mrt’19, in %)
Gemiddelde melkprijs (mrt’19 t.o.v. feb’19, in %)
LTO melkprijsvergelijking 40
€/100 kg
7.000 5 jaarsgemiddelde '13-17 2018 2019
38 36 34 32
Mager melkpoeder ADPI
Boter 82% €/1.000
3.500
6.000
3.000
5.000
2.500 NL WM
3.000
30 jan
2.000 apr-17
dec
NL -1,5% WM -3,4%
2.000
4.000 -1,0%
€/1.000
+1,3% +13,7%
1.500
apr-18
apr-19
1.000 apr-17
apr-18
apr-19
EXPORT Kaas (jan’19, % t.o.v. ’18) Wereldhandel
Intrahandel EU
x 1.000 ton 100 80
500
60 +3,4% -3,6%
20
x 1.000 ton
0
250
+3,5%
NL*
VS
NZ
x 1.000 ton 50
300
150
30
200
100
20
+5,6%
50
-11,3% -6,8% +61,0%
0
0 EU*
Intrahandel EU
40
100
+6,2%
Wereldhandel x 1.000 ton
200 +16,5%
400
+8,4%
40
Niet mager melkpoeder (jan’19, % t.o.v. ’18)
EU
NL
NZ
EU*
NL*
VS
+27,8%
10
+4,6%
0 EU
NL
*Derde landen export
Bron: ZuivelNL
www.zuivelnl.org
ZuivelZicht mei 2019
11_Marktcijfers_02R.indd 29
29
13-05-19 11:58
BELRUBRIEK
BELRUBRIEK
KAASPROMOTIE
KAASBEWERKINGSMACHINES
INDUSTRIËLE AUTOMATISERING
Veilige totaaloplossingen voor procesautomatisering
U wilt: een betrouwbaar productieproces hoogwaardige automatiseringsoplossingen op maat een flexibele partner die uw business én relevante wet- en regelgeving kent Actemium biedt oplossingen en diensten voor de hele life cycle van uw industriële proces. Van advisering en engineering tot realisatie, inbedrijfstelling en onderhoud. Wilt u meer weten? Neem dan contact op met Sebastian Taken: sebastian.taken@actemium.com +31 (0) 88 83 18 200
www.actemium.nl
IN- EN VERKOOP TANKS
LUCHTBEHANDELING
KWALITEITSCONTROLE RVS TANK- EN APPARATENBOUW
inlichtingen: tel: 020-5736056 • fax 020-6242519 19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 30
14-05-19 09:43
BELRUBRIEK
kaasproductielijnenpekelsystemen T: +31 515 576523 klokslag@gea.com
Tetra Pak Processing Systems DĂŠ specialist in het leveren en onderhouden van productieoplossingen, componenten en turnkey oplossingen voor de volgende categorieĂŤn: Dairy, Cheese, Prepared Food, Beverage, Ice Cream en Cosmetics. www.tetrapak.com tpps.benelux@tetrapak.com +31 30 634 9999
+32 2 467 6848
Moving food forward. Together. Processing with Tetra Pak
kaasperssystemen weivatensysteem kaastransportsystemen spoeltunnels uitpakkers mouldhandling afblaassystemen merkenleggers
Joure - 0513 468 999 info@bosgraaf.net - www.bosgraaf.net
19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 31
13-05-19 11:00
19ZUI005_ADVERTENTIE.indd 32
13-05-19 11:00