4 minute read
BIOLOGISCHE BRASSICA’S
ARBEIDSINTENSIEF EN ZEER KWETSBAAR: DE BIOLOGISCHE TEELT VAN BRASSICA’S IS EEN VAK APART. IN BIDDINGHUIZEN HEBBEN ZE DAT VAK OMARMD EN LIGT DE FOCUS SINDS EEN AANTAL JAAR OP DE BIOLOGISCHE TEELT EN VERWERKING VAN WITTE KOOL, RODE KOOL, SPITSKOOL EN CHINESE KOOL. AAN HET WOORD ZIJN HUIB (64) EN JOOST (28) RIJK, DIE SAMEN MET HUIB ZIJN VROUW HENNIE DE MAATSCHAP RIJK-HARTKAMP VORMEN.
Van gangbare akkerbouw naar biologische groenteteler
Biologische akkerbouw had altijd al Huib zijn sympathie. Vanaf 1984 zag hij steeds meer boeren de overstap maken, maar overtuigd dat het ook wat voor hem was, was hij niet direct. Vanaf 1990 kreeg het bedrijf verschillende tegenslagen te verwerken en het perspectief was, mede door het relatief kleine perceel, niet rooskleurig. In 1993, het laatste jaar dat je direct kon omschakelen, waagde Huib de overstap: tot de herfst runde hij het bedrijf volgens de gangbare akkerbouw, het jaar daarop teelde hij biologisch.
“Bij Bejo is veel ontwikkeling op biologisch vlak. Wij trekken hierin graag samen op.”
Joost Rijk
Vele handen maken licht werk
De verschillen met gangbare landbouw zijn op het gebied van Brassica’s groot. Joost: “In de gangbare akkerbouw gaat het over vrachtauto’s, wij werken met pallets. Ook is de kwaliteit echt een ding, vanwege de kwetsbaarheid van de gewassen.” Huib: “Bio is gewoon leuk. Vroeger werkte ik altijd alleen. Ik wist niet beter, maar achteraf was het best saai. Nu hebben we altijd mensen nodig. Veel boeren aarzelen om de overstap naar biologisch te maken omdat ze opzien tegen het runnen van personeel. Maar dat is iets waar je in kunt groeien.” Joost en Huib geven de werkers altijd het advies ‘niet hard werken, wel veel doen’. Dat kan maar op een manier: efficiënt werken. Joost: “Het zit ‘m vaak in de details. Onkruid wieden met de hak lijkt eenvoudig, maar is één van de moeilijkste klusjes vanwege de techniek die je onder de knie moet hebben. Het is precies werk, ruwe omgang met de oogst levert al snel schade op.” Vorige zomer namen Joost en Huib deel aan het initiatief ‘De Seizoensarbeiders’, van Bionext en NIJK Agro om horecamedewerkers en mensen uit de culturele sector te helpen aan werk tijdens de pandemie. Huib: “Het was prettig werkvolk: aanpakkers met een brede belangstelling. Leuke mensen maken het werk lichter.”
Een gewas apart
Waarom de focus op Brassica’s? Joost legt uit: “Een paar jaar geleden nam de vraag naar biologische kool enorm toe. We bouwden een nieuwe
vlnr: Joost en Huib Rijk
bewaarschuur en hebben een verwerkingslijn opgezet. Doordat we jaarrond kunnen leveren, zijn we een interessante leverancier voor een diverse groep afnemers: zowel voor supermarkten als voor snijderijen in binnen- en buitenland.” Joost vervolgt: “Iedereen is op zoek naar verbreding van het bouwland, maar niet iedereen begint aan kool. Voor de lange bewaring móet je met de hand oogsten. We werken wel met andere telers samen: voor een aantal biologische akkerbouwers in de buurt verwerken we bij elkaar zo’n 20 hectare kool. Dit oogsten we zelf of we leveren er de mensen en materialen voor.”
Samen optrekken
Om doorlopend te kunnen leveren, hanteren Joost en Huib een strakke planning, in samenwerking met Bejo en de plantenkweker. “Wij kiezen de rassen, Bejo verzorgt de zaadproducten. De plantenkweker kweekt de planten op. Deze moet 8 weken op voorhand weten hoeveel planten hij van welk gewas moet opkweken.” Ronald Hand, de vaste vertegenwoordiger vanuit Bejo, ondersteunt en adviseert bij het opstellen van het teeltschema. “Ronald komt veel bij andere telers en vindt het leuk om mee te denken en zijn kennis te delen,” zegt Joost. “Er zit veel kennis bij de ontwikkelaars, wij maken daar graag gebruik van.” Wat Huib en Joost ook kunnen waarderen, is dat Bejo open staat voor experimenten. “Bij Bejo is veel ontwikkeling op het biologisch vlak. Ook wij vinden het leuk om bezig te zijn met kruisingen en nieuwe rassen en trekken hierin graag samen op.”
Plannen en perspectieven
Joost is naast zijn werk op het akkerbouwbedrijf bedrijfsleider van het biobedrijf van de WUR Open Teelten in Lelystad. Daar heeft hij het erg naar z’n zin, maar deze baan wordt lastig te combineren met de arbeidsintensieve brassica’s teelt op het moment dat Huib met pensioen gaat. Hij zal dus moeten kiezen. Op dit moment is de toekomst nog open. “We staan voor veel uitdagingen met het bedrijf. Allereerst blijft de personele bezetting een punt van aandacht. Omdat wij weinig gemechaniseerd doen, is het vooral voor Roemeense en Poolse werkers niet altijd even aantrekkelijk werk. Daarnaast is de kwaliteit van biologische gewassen grillig en staan de gewassen bloot aan bijvoorbeeld trips en aardvlooien. Ten slotte lopen alle bijkomende kosten ook hoog op en is de versmarkt niet altijd een zekere afnemer.”
Een gegarandeerde afzet biedt wel perspectief. “Gefermenteerde gerechten zijn tegenwoordig weer hip, zoals zuurkool en kimchi. Vorig jaar hebben we twee keer 25 ton Chinese kool geleverd aan zuurkoolfabriek GKZ. Ook zijn we als maatschap sinds vorig jaar (weer) lid van telerscoöperatie Nautilus Organics. Vooral vanwege de administratie, zo gaat de facturatie tegenwoordig via hen. Maar ook de afzet wordt geregeld en nieuwe handel kan ook bij onze maatschap terecht komen. Dit lidmaatschap zorgt dat we minder overgeleverd zijn aan de verschillende afnemers.”