blad met een mening voor een wereld in beweging
Regio Aalst - NR 17 - vrijdag 4 OKTOBER 2019
We nemen te weinig middagpauze Belgische werknemers nemen een lunchpauze van gemiddeld 22 minuten. Veel andere Europeanen nemen meer tijd om de werkdag even te onderbreken. Dat blijkt uit een studie van jobsite StepStone. Amper veertig procent van de Belgen gebruikt de voorziene lunchpauze volledig. Vaak gaan ze dus sneller dan nodig terug aan het werk. De belangrijkste reden: er is te veel werk. Het is nochtans belangrijk om je lunchpauze goed te gebruiken. Op termijn kan je daarmee zelfs een burn-out voorkomen.
>7
4 oktober Werelddierendag
Dieren met een job
Zo voorkom je huiswerkstress
> 4-5 tweewekelijkse uitgave
beweging.net
cm.be
HETacv.be - jaargang 75 - afgifte brussel x - p806000 - volgend nR 18.10.2019 - REGIO
> 13 BLZ. 17
2
VAN DE WEEK
DE QUOTE
Ondertoon PETER WOUTERS, voorzitter beweging.net
B
ij het ter perse gaan van Visie hadden we de volledige teksten en cijfers van het Vlaams regeerakkoord nog niet gezien. Een echte evaluatie volgt dus pas in de komende dagen. En ongetwijfeld in het volgende nummer van Visie op 18 oktober. Toch merk ik, op basis van wat er over de plannen in de media verschijnt, al enkele dingen op. Uiteraard staan er in de tekst van 300 pagina’s goede voorstellen. Onder duidelijke druk van CD&V hebben de partijen begrepen dat ze mee moeten investeren in sociale vraagstukken. De regering heeft minstens de intentie om de wachtlijsten in de zorg terug te dringen. De Vlaamse sociale bescherming wordt verder uitgebouwd. Er zijn plannen voor het onderwijs, de ouderenzorg en mobiliteit. Dat is het goede nieuws. Het zijn de diverse ondertonen waar ik meer moeite mee heb. Dat maatschappelijke structuren het beleid in de weg zouden staan en te veel geld zouden kosten. Wat een jammerlijke vergissing. Wat een belediging voor de hard-
werkende Vlaming die zich na zijn uren engageert in de samenleving. De bescheiden structuren van middenveldorganisaties zorgen elke dag voor een vruchtbare wisselwerking tussen het beleid en de burger. Voor kennisopbouw en nieuwe inzichten. Zonder die structuren zal het beleid geen signalen krijgen en de burger geen goed beleid. Onze steden en gemeenten zijn belangrijke structuren, maar ze zijn niet geschikt om vernieuwing te organiseren. Ik roep nog eens op om ons unieke Vlaamse middenveld te koesteren. Actieve burgers hebben met hun betrokkenheid onze regio gekneed en gevormd. Alle landen rondom ons benijden ons hiervoor. Ik reken ook op jullie om dit uit te dragen en verder te versterken. De tekst van het regeerakkoord spreekt veelvuldig over de verantwoordelijkheid en burgerschap. Dat terwijl het op het belangrijkste moment om je burgerrechten te laten spelen blijkbaar niet uitmaakt of mensen hun stem uitbrengen of niet. Zo belangrijk is dat burgerschap dan toch weer niet. Als de aanleiding voor het afschaffen van de opkomstplicht het aantal niet-opgedaagde stemmers is, dan pleit ik graag voor een gepast sanctioneringsbeleid.
Dat zou onze politici ook motiveren hun relatie met de burgers te koesteren. Ik begrijp evenmin de keuze voor een extra kost voor een nieuw ‘Unia’, in plaats van te investeren in een gezonde relatie met de bestaande organisatie. Ik hoop verder dat deze regering haar adviesraden en inspraakorganen zal gebruiken om alle toekomstige vragen en problemen te begrijpen en ze samen met onze partners aan te pakken. Een regeerakkoord kan nooit alles voorspellen. Inspraak helpt om de steun van de bevolking te krijgen bij het bouwen aan een positief beleid. Wij wensen het Vlaams Parlement een mooie regeerperiode toe. Met actieve volksvertegenwoordigers die hun mond niet houden wanneer ze verbeteringen zien en voorstellen daartoe aanbrengen. Wij zullen alle ministers actief oproepen het best mogelijke beleid te voeren in functie van een ‘warm en zorgzaam Vlaanderen’.
‘De maatschappij veroordeelt je als je het als moeder niet geregeld krijgt. Mannen dragen die last niet. Als een vader zijn kind niet stil krijgt, zal niemand daar een opmerking over maken. Bij een vrouw wel. Die moet dat van nature kunnen.’ Presentatrice Sofie Lemaire in Het Nieuwsblad
HET CIJFER
100
Het is dit jaar honderd jaar geleden dat de Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen en Woonvertrekken werd opgericht. Deze maatschappij ondersteunde de al bestaande lokale bouwmaatschappijen. Het betekende een vliegende start voor de sociale huisvesting in ons land. Net na de Eerste Wereldoorlog werd een recordaantal sociale woningen gerealiseerd, vooral in zogenaamde tuinwijken.
M/V/X van de week
Tourist LeMC De Antwerpse hiphopzanger schreef met ‘Ubuntu’ het campagnelied van 11.11.11. De campagne werd vorig weekend afgetrapt, en staat in het teken van ‘changemakers’, mensen die van deze wereld een betere plaats proberen te maken.
Redactieadres: Visie, PB 20, 1031 Brussel - tel. 02 246 31 11 - e-mail: info@visieredactie.be • Lezersbrieven: lezers@visieredactie.be • Abonnementen: www.beweging.net/ abonnementvisie • Verantwoordelijke uitgever: Liesbeth De Winter (nationale pagina’s), artikels ‘regio’ vallen onder de resp. verantw. uitgevers • Redactie: Nils De Neubourg, Wim Troch, Marjan Cauwenberg, Tinne Van Woensel, Rooni Theeboom, David Vanbellinghen, Karen Zelderloo, Rachel Michel, Martine Creve, Dieter Herregodts, Stephanie Lemmens, Elien Steen, Anneleen Vermeire, Michiel Verplancke • Hoofdredactie: Amélie Janssens • Vormgeving: Gevaert Graphics • Druk: Coldset Printing Partners • Visie verschijnt tweewekelijks en is inbegrepen in het lidmaatschap van CM, ACV bouw - industrie & energie, ACV-CSC METEA, ACV-Transcom en ACV Voeding en Diensten •
actueel
3
Re-integratie
Opnieuw aan het werk na ziekte Ziek worden, een operatie ondergaan, het kan iedereen overkomen. Je blijft een tijdje thuis om te herstellen en/of te revalideren. Als het weer beter gaat, kan je stappen zetten om terug aan de slag te gaan. Maar hoe doe je dat dan of waar moet je allemaal rekening mee houden? Wij vroegen het aan Riky De Bièvre van het ACV. Zij zet enkele tips op een rijtje. TEKST Wim Troch
Sinds 2017 is een nieuwe regeling van kracht voor langdurige zieke werknemers. Via een re-integratietraject worden deze werknemers begeleid om opnieuw aan het werk te gaan. In hun vroegere functie als dat kan, in een aangepaste functie binnen hetzelfde bedrijf of iets helemaal anders als dat moet.
om een tijdelijke of definitieve arbeidsongeschiktheid, welke mogelijkheden er zijn voor tijdelijk of definitief aangepast werk voor jou, binnen je eigen organisatie. Indien de aanvraag niet via de adviserend arts kwam, kan de arbeidsarts beslissen dat het te vroeg is om over re-integratie te praten.’ Wanneer je definitief arbeidsongeschikt bent voor de job die je deed en er geen
Wie meer dan acht weken arbeidsongeschikt is, zal door zijn of haar ziekenfonds gevraagd worden een vragenlijst in te vullen. ‘In deze medische vragenlijst wordt nagegaan hoe je je eigen kansen ziet om op korte termijn weer aan de slag te gaan of welke aanpassingen je eventueel zelf ziet’, vertelt Riky De Bièvre van het ACV. ‘Ook je beroeps- en opleidingsverleden en de behandelingen en afspraken die nog gepland staan, worden bevraagd.’ Het verzoek tot een re-integratietraject wordt ingediend bij de arbeidsarts door jezelf, de werkgever (vanaf vier maanden onafgebroken arbeidsongeschiktheid) of de adviserend arts. ‘Na onderzoek neemt de arbeidsarts dan een beslissing of het gaat
aangepast werk voor jou is binnen de organisatie, heeft de werkgever het recht om ontslag door medische overmacht in te roepen. (zie kader)
‘De arbeidsarts gaat na welke mogelijkheden er zijn voor tijdelijk of definitief aangepast werk’ Riky De Bi vre, ACV
Re-integratie is niet van toepassing op slachtoffers van een arbeidsongeval of van een beroepsziekte. Voor die werknemers bestaat een andere procedure. Ook voor statutair personeel bij de overheid loopt de procedure anders.
>>> Wil je jouw kansen op een geslaagde re-integratie verhogen? Hulp nodig bij het solliciteren na ziekte? Vragen rond bijscholing? Meer info over ondersteunende maatregelen? Neem dan contact op met de bijblijfconsulenten van het ACV. Ondersteuning is gratis, zowel voor leden als voor niet-leden. www.teruginhetzadel.be www.acv-bijblijven.be
Wist je dat … er veel verschillende dokters je pad kruisen als je langdurig ziek bent? De ene arts is de andere niet. Naast je behandelende arts en je huisarts, die je zelf kiest, kunnen ook de adviserend arts, de arbeidsarts en de controlearts jou onderzoeken. De adviserend arts is de dokter van je ziekenfonds. Hij of zij gaat na of je al dan niet arbeidsongeschikt bent en dus recht hebt op een ziekteuitkering, en bekijkt of je eventueel opnieuw aan de slag kan. De arbeidsarts wordt betaald door de werkgever, maar is er voor jou. Hij of zij bekijkt je mogelijkheden om binnen het eigen bedrijf opnieuw aan het werk te gaan. Consultaties vinden plaats in een medisch centrum of in je bedrijf. Daarnaast is er ook de controlearts. Om te controleren of je echt ziek bent, kan de werkgever een controlearts sturen. De controlearts komt – onaangekondigd – bij jou thuis. Zulke controles mag je niet weigeren. … medische overmacht eigenlijk geen echt ontslag is? Als je de re-integratieprocedure hebt doorlopen, en je bent definitief arbeidsongeschikt bevonden, kan je werkgever medische overmacht inroepen. In de volksmond spreekt men over ‘medisch ontslag’, maar eigenlijk is het geen echt ontslag. Het contract wordt
ontbonden door overmacht. Daardoor heb je minder rechten dan iemand die zijn ontslag krijgt. Je contract stopt dan van het ene op het andere moment zonder opzeg of verbrekingsvergoeding. Je blijft wel je recht op ziekteuitkering (of werkloosheidsuitkering) behouden. … als je (opnieuw) gaat solliciteren, je niet verplicht bent om iets te zeggen over je medische situatie? Wettelijk ben je niet verplicht om een (nieuwe) werkgever in te lichten over je ziekteverleden. Maar soms kan het wel opportuun zijn om tijdens een gesprek daar iets over te vermelden. Het kan immers zijn dat je ziekenfonds je nieuwe werkgever vraagt de werkhervatting te bevestigen. Je ziekteverleden melden op je CV of in je motivatiebrief is zelden een goed idee. … je een opleiding of herscholing mag volgen tijdens je periode van arbeidsongeschiktheid? Je kan tijdens je arbeidsongeschiktheid een opleidingsvoorstel doen aan de adviserend arts. In sommige gevallen betaalt je ziekenfonds, je werkgever of de VDAB je opleiding. Wanneer je definitief arbeidsongeschikt bent komt het RIZIV (de ziekteverzekering) tussen in een volledige herscholing. Het RIZIV kan je niet verplichten te herscholen. Je adviserend arts kan je daar wel toe motiveren.
Hoe dan ook heb je steeds toestemming nodig van de adviserend arts om tijdens je periode van arbeidsongeschiktheid een opleiding te volgen, zelfs al is het een hele korte. … je ook opnieuw aan de slag kunt zonder re-integratieprocedure? Samen met je arbeidsarts praten over je terugkeer, kan ook zonder dat je de hele re-integratieprocedure moet doorlopen. Dit gesprek voorafgaand aan de werkhervatting kan in alle anonimiteit gebeuren. De werkgever en je ziekenfonds worden niet op de hoogte gebracht, als je dat vraagt aan je arbeidsarts. Je vraagt dit gesprek zelf aan bij je arbeidsarts (opgelet: zeg wel duidelijk dat je niet aanvraagt om de re-integratie op te starten, anders start de hele procedure op). Op basis van het werkhervattingonderzoek en gesprek met je arbeidsarts kan je dan beslissen om nog even te wachten, je arbeidsarts met de werkgever te laten overleggen of toch nog de procedure op te starten.
>>> ACV en Samana organiseren donderdag 28 november een studiedag rond re-integratie van langdurig zieken. Meer info: secretariaat.vlaamsebewegingsploeg@acv-csc.be
4
DOSSIER
Medewerker gezocht
Dier (m/v) met ervaring Vandaag, 4 oktober, staat in het teken van het dierenrijk. Op Werelddierendag krijgen de dieren wat meer aandacht, wordt er gesproken over hun rechten of krijgen onze dieren thuis misschien een extra knuffel. Visie ging op bezoek bij dieren die vandaag de aandacht dubbel en dik verdienen met hun job. Teks t Nils De Neubourg en Michiel Verplancke Foto Daniël Rys, Sophie Nuy ten en Marinella Geerts
Hoorhond geeft dove mensen zelfstandigheid ‘Als mijn gsm rinkelt, dan spitst Luca haar oren, zoekt ze de gsm en komt ze me even aantikken’, vertelt Linda Brosens. ‘Daarna open ik mijn armen om te tonen dat ik luister, zodat ze mij naar mijn gsm kan leiden. Luca is mijn wandelend paar oren.’
mensen plots van achter mij komen. Nu zie ik tenminste dat Luca haar kop even draait. Onlangs trok Luca me terug toen een motorrijder rakelings langs mij passeerde. Anders weet ik niet wat er gebeurd zou zijn.’
‘Ik ben doof geboren. Pas toen ik op mijn 20 jaar een cochleair implantaat liet steken, kon ik iets horen. Zo’n implantaat is beter dan niets, maar ik kan nog altijd geen klanken onderscheiden. Ik hoor geluid, maar ik weet niet vanwaar het komt.’
‘Luca is mijn wandelend paar oren’
Net motor ontweken ‘Doof zijn maakte dat ik bijvoorbeeld altijd erg gebonden was aan planning. Als mijn kinderen eens een kwartier vroeger thuis waren, dan moesten ze vaak blijven wachten aan de poort, omdat ik de bel of mijn gsm niet hoor. Ik ben ook eens in twee weken tijd twee gsm’s kwijtgeraakt. Ze waren uit mijn broekzak gevallen, zonder dat ik het door had. Luca waarschuwt mij nu of raapt de spullen op die ik laat vallen.’ ‘Het vervelendste vind ik nog dat ik constant alert moet zijn. Ik schrik soms als
Linda Brosens
‘Uit angst om mij te overslapen, sliep ik vroeger altijd heel licht. Nu word ik elke ochtend wakker gemaakt met een likje van Luca, een zalig gevoel. Ik slaap veel dieper. Door Luca kan ik weer zelfstandig zijn, moet ik niet rekenen op de hulp van andere mensen.’
Gediplomeerde hoorhond ‘Voor Luca had ik een andere hond, die me ook hielp, maar meer uit intuïtie, zonder opleiding. Bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) hoorde ik dat er ook opgeleide hoorhonden bestonden. Ik had Luca al gekocht, maar trok er toch mee naar Canisha vzw,
een opleidingscentrum voor assistentiehonden. Ze hebben daar eerst getest of Luca wel geschikt was als assistentiehond. Eigenlijk is het niet de bedoeling dat mensen hun eigen hond laten opleiden. Dat heeft ook een lage slaagkans. Maar dit was nu een uitzonderlijke situatie.’ ‘Luca heeft het heel goed gedaan. Ze heeft op twee jaar tijd geleerd wat anderen op 2,5 jaar leren. Als ze fouten maakte, lag dat eigenlijk aan mij.’ (lacht) ‘Canisha past de opleiding aan naar mijn mogelijkheden. Ik kan bijvoorbeeld niet alle woorden even goed uitspreken. Dan hebben ze met mij besproken welke bevelen wel kunnen, of het bijvoorbeeld met gebaren kon.’ ‘Het opleidingscentrum leidt ook andere assistentiehonden op. Bijvoorbeeld hulphonden voor mensen met een motorische beperking of autismehonden.’
gewerkte taak, bijvoorbeeld als Luca mijn gsm heeft getoond, geef ik haar een snoepje of aai ik haar. Ze blijft een hond, en die doet niets voor niets. Beloningen zijn nodig. Als andere mensen haar ook beginnen te aaien, zal Luca minder waarde hechten aan mijn beloningen, en me dus minder helpen.’
Niet aaien ‘Nog een tip voor wie een assistentiehond ziet op straat: aai hem niet. Na elke af-
Het politiepaard, uw vriend ‘Het zijn vaak zesjarigen die mij op straat aanspreken wanneer ze mij op Sheridan zien verschijnen. En het cliché klopt: dat zijn dan vooral meisjes, lacht Gunter Buyl, ruiter bij de federale politie. ‘Al wekken onze paarden sympathie bij iedereen, jong én oud’, nuanceert paardentrainer Christophe Botte. Volgens beiden geen onbelangrijke eigenschap van de politie te paard. Maar noem de ongeveer honderd paarden in de stallen geen sympathieke folklore. Gunter: ‘In de eerste plaats zijn wij gewoon deel van de politie. Alleen doen wij ons werk op een paard.’ Politieruiters hebben volgens Christophe soms zelfs een streepje voor op de collega’s. ‘Paarden zijn eigenlijk echte off-
roaders. Ze geraken zelfs waar geen enkele terreinwagen kan komen. Bovendien zorgt de hoogte voor een goed overzicht in verschillende situaties.’
‘Mijn paard en ik kunnen om met elkaars onvolmaaktheden’
Naar het voetbal
Gunter Buyl
Gunter valt zijn collega bij: ‘Wanneer iemand vermist is, kunnen wij bijvoorbeeld op zoek in het bos.’ Al is dat maar een van de vele taken van de politie te paard. Dat leert een blik op de Gunters agenda voor de komende dagen. ‘Morgen eerst een koninklijke escorte voor de ontvangst van enkele nieuwe ambassadeurs. Daarna volgt een oefening aan de kust, gevolgd door een training met jonge paarden. Zaterdag sluit ik de week af door met Sheridan een voetbalmatch in goede banen te leiden.’
Daarnaast kom je Gunter en Sheridan soms ook tegen op onder meer concerten, festivals of autorally’s. ‘Zelfs op jaarmarkten en carnaval’, vult trainer Christophe aan. ‘Dat zijn voor de paarden de moeilijkste opdrachten. De mensen zijn dan misschien niet agressief, zoals bij rellen, maar wel helemaal verkleed, uitgelaten en soms dronken. Op die momenten moeten de paarden grote moeite doen om hun kalmte te bewaren.’ Dat het paarden als
Sherdidan lukt om in zulke omstandigheden kalm te blijven is voor een groot deel te danken aan Christophes trainingen. ’Al bijna zeven jaar leid ik de politiepaarden op. Maar nooit is dat routine, want ieder paard is een nieuwe uitdaging en opdracht.’ ‘Het belangrijkste is het paard vertrouwen te geven. Dat vergt veel geduld. Ik ben zelf onrustig van aard, dus dat leer ik dan van hen.’ Christophe heeft intussen Sebes van stal gehaald. De hengst van vijf jaar zal – als alles goed gaat – in oktober afstuderen. ‘Maar ook na dat jaar leren de paarden nog steeds bij op het terrein. Voor de eerste keer over treinsporen lopen kan bijvoorbeeld heel beangstigend zijn, maar
DOSSIER
5
Knuffelpony’s toveren glimlach tevoorschijn ‘Toen ik zestien jaar was verloor ik een goede vriendin aan kanker. In die laatste periode zag ik hoe zij moed en troost vond bij haar paarden. Dat is voor mij altijd een drijfveer geweest.’ Sigrid Cornelissens vertelt geëmotioneerd waarom ze met haar knuffel- en therapiepaarden iets hoopt te betekenen voor anderen. Indigo, haar vijftienjarige merrie, merkt dat ook. Zachtjes drukt ze haar hoofd tegen Sigrids borst. Na een snelle knuffel vetrekken Sigrid en Indigo voor een nieuw rondje op de piste. In het zadel een jongetje uit het buitengewoon lager onderwijs. Hij brengt met zijn klas een middag door tussen de paarden van Sigrids organisatie Siann. Eens in het zadel verdwijnen spanningen en drukte en verschijnt er een rustige glimlach op alle gezichten. ‘Dat komt gewoon door het schudden van het paard’, legt Sigrid uit. ‘Je kan het vergelijken met een massage. Je hebt zelfs kinderen die al maanden niet meer hebben gelachen. Eenmaal in het zadel verschijnt er dan plots een glimlach.’
als de ervaren paarden dat doen, durven ze dat ook.’ Het paard is dus een echte meerwaarde voor het dagelijks politiewerk. ‘Maar voor ons zijn ze veel meer dan dat. Het zijn collega’s. Of zelfs vrienden’, vertelt Gunter vol vuur. ‘Dat is ook nodig, want je moet elkaar door dik en dun vertrouwen. Ik hang eigenlijk iedere dag af van de goodwill van Sheridan. Het instinct van een paard zegt dat het moet vluchten van gevaar. Op bijvoorbeeld een manifestatie vraag ik net
het tegenovergestelde. Ik moet dus vertrouwen hebben in mijn paard en hij in mij. Dat lukt alleen als er een klik is.’ Maar wat betekent dat dan, zo’n klik? ‘Geen enkel paard is perfect, maar ook geen enkele ruiter’, legt Gunter uit. ‘Wanneer die klik er is, kunnen mijn paard en ik om met elkaars onvolmaaktheden en zetten we ons daarover. Dat gevoel heb je vaak maar met één specifiek paard. Zo is Sheridan eigenlijk een nogal onrustige hengst. Maar bij mij ontspant hij helemaal.’
is dit hard werken. Na zo’n dag zijn ze echt afgemat. Als de kinderen straks vertrekken, vallen ze bijna meteen in slaap. Of misschien spelen ze daarvoor nog snel even alle stress weg.’ Die ontspanning en rust zijn voor Sigrid van groot belang. ‘Ik laat ze heel bewust alleen op woensdag en donderdag werken. De andere dagen van de week moeten ze gewoon paard kunnen zijn in hun wei. Ook tijdens het werk verplichten we de paarden tot niets. Ze geven hun eigen grenzen wel aan, weliswaar op een subtiele manier. Bijvoorbeeld met hun oren. Bovendien zijn ze ook gevoelig voor de sfeer. Onze job is gevoelig te zijn voor die signalen en op te merken wanneer ze iets niet meer aankunnen. Ik wil de paarden altijd in hun waarde laten.’
‘Het contact met de paarden werkt rustgevend voor de kinderen’
My Little Pony
Sigrid Cornelissens
Indigo is door Sigrid zelf opgeleid tot therapiepaard. Maar Indigo staat er niet alleen voor, want ze heeft ook kleinere collega’s met smakelijk klinkende namen: Cornetto, Magnum, Viennetta en Twix. Alleen Stardust valt wat uit de toon met haar naam. ‘Ik vrees dat we voor een tijdje vertrokken zijn met namen uit de tv-serie My Little Pony’, lacht Sigrid. Erop rijden lukt door hun kleine omvang niet. ‘Maar knuffelen doen ze eens zo graag’, verzekert Sigrid. De paarden laten zich dan ook gewillig wassen, omarmen en vlechtjes in hun manen draaien door het klasje. ‘Gewoon al het contact met die paarden werkt rustgevend voor de kinderen.’
De expertise van de paarden beperkt zich bovendien niet tot kinderen uit het bijzonder onderwijs. Sigrid: ‘Ook dementerende bejaarden zien ons graag komen in het woonzorgcentrum. Sommige paarden hebben het zelfs meer voor ouderen dan voor kinderen. Zo hebben ze allemaal hun eigen talent.’ Een bezoek aan een woonzorgcentrum betekent voor de paarden wel eerst van kop tot hoef een grondig ontsmetting. ‘Daarna krijgen ze hun werktenue aan. Die is er voor hygiënische redenen, maar zo weten de paarden ook dat ze aan het werk zijn. Ook in het ziekenhuis zijn we al op bezoek geweest.’
Waarom lijkt dat allemaal zo vanzelfsprekend te gaan, zelfs met kinderen die allemaal specifieke noden hebben? ‘Het is veel training, tot vijf uur per dag en dat jarenlang. Maar daarnaast leven paarden in het hier en het nu. Ze oordelen dus niet over mensen en nemen iedereen zoals hij of zij is.’ Voor een buitenstaander ziet het er allemaal heel gemoedelijk uit. Maar Sigrid weet beter. ‘Voor onze paarden
En of het druk is? ‘Eigenlijk zitten we tot 2021 volgeboekt. Maar soms komt er een vraag binnen waarvoor we toch alles op alles zetten om de – vaak allerlaatste – wens te vervullen. Dat is dan bijvoorbeeld een kind dat nog één keer op een paard wil zitten, of het gewoon nog eens wil knuffelen.’
6
OPINIE FORUM
Hoe houd jij het vol?
Edgard Eeckman Voorzitter Patient Empowerment VZW
MARC LEEMANS, voorzitter ACV
Patiënt en zorgverlener op gelijke voet
N
og te vaak hoor ik dat in de zorg het perspectief van de zieke mens wordt genegeerd. Het is niet omdat een medische behandeling kan dat ze voor een patiënt ook aanvaardbaar is. De behandeling kan het leven van een mens en zijn leefomgeving helemaal in de war sturen. De vraag kan dan rijzen of de remedie soms niet erger is dan de kwaal. Er is maar één iemand die deze afweging echt kan maken: de zieke zelf. Niemand voelt wat de patiënt voelt. Daarom is het in de relatie patiëntzorgverlener nodig dat beiden elkaars perspectief kennen. Tenslotte beslist de patiënt, als hij dat wil en kan. Geneeskunde is geen exacte wetenschap. Vaak is er geen duidelijke en zekere uitkomst. Daarom is het essentieel dat patiënt en zorgverlener elkaar proberen te begrijpen en zonder vooroordelen naar elkaar luisteren in de overtuiging dat ze samen met kennis van zaken doen wat de patiënt het beste vindt. Daarvoor zijn ze wederzijds afhankelijk. Mijn onderzoek toont aan dat een patiënt meer afhankelijk is van de arts dan omgekeerd. Het is dan ook aan de arts om zijn machtsoverwicht aan te wenden als een opportuniteit om de patiënt te sterken. De arts doet dan wat hij kan om de controle over wat gebeurt te delen met zijn patiënt. Daardoor heeft de patiënt zo min mogelijk een gevoel van controleverlies want dat voelt slecht aan, maakt zieker of creëert frustratie of woede. Het proces waarbij de zorgverlener tracht de autonomie van de patiënt te herstellen of behouden heet Patient Empowerment. De kern ervan is dat de relatie patiënt-zorgverlener gelijkwaardig is, in wederzijds respect.
>>>
‘Belgen nemen de kortste middagpauze’, leest u in het stuk op de volgende pagina. 22 minuten. Dit is symptomatisch voor hoe we in dit land omgaan met werk. ‘Alles geven’ is vaak de verwachting tegenover werknemers. Die gaan daar vaak ook in mee. Met alle gevolgen van dien: een grote groep mensen die het werk niet volhoudt en ziek uitvalt. Velen zeggen dat ze op die manier niet verder kunnen tot aan hun pensioen. Het zijn tekenen aan de wand dat het anders moet. De Belgen behoren tot de meest productieve werknemers ter wereld. Dat is goed voor veel welvaart en welzijn, maar we betalen er ook wel een hoge prijs voor. We zullen toch beter moeten nadenken over hoe we ons werkend leven beter kunnen inrichten. Op alle niveaus. Ik hoor bijvoorbeeld dat men dat in Zweden anders aanpakt. Op het werk zijn er daar per dag twee à drie ‘Fika-momenten’. Dat zijn momenten waarop het werk wordt onderbroken voor een koffie. En nee, het gaat dan niet om het snelle kartonnen bekertje zwarte drab dat koud is voor je er eindelijk kan van drinken. Koffie in alle rust. Samen met de collega’s. Volgens onderzoek zou dat goed zijn voor de sfeer. En zou het ook voor meer efficiëntie en dus hogere productiviteit zorgen. Toeval of niet, Zweedse werknemers hebben ook veel minder stress. Zulke Fika-momenten alleen zullen onze problemen met te weinig werkbare jobs niet oplossen. Er moeten ook meer structurele ingrepen komen. Tijdkrediet opnieuw naar waarde schatten in plaats van het af te bouwen. Meer en be-
taalbare kinderopvang. Meer investeringen in openbaar vervoer en telewerk, zodat we minder tijd in de file verliezen. Arbeidsduurvermindering in sectoren en bedrijven die dat aankunnen. Landingsbanen opnieuw toelaten vanaf 55 jaar. Mensen met een zwaar beroep uitzicht bieden op een realistische pensioenleeftijd.
‘Een stijging van productiviteit en meer werkbaarheid moeten samengaan’ En ik moet het in dit kader ook hebben over levenslang leren. Want zoals ik al in de aanhef schreef, zijn Belgen bij de meest productieve werknemers ter wereld. Internationaal slabakt onze voorsprong echter volgens de OESO. Maar nog harder werken is geen optie. Daarom moeten we zoeken naar een intelligente manier om productiviteit te verhogen zonder werkbaarheid te doen dalen. Zelfs omgekeerd: een stijging van productiviteit en meer werkbaarheid moeten samengaan. Meer investeren in de opleiding van werknemers is daarin een sleutelelement. Mensen die goed mee zijn, hebben minder stress op het werk. En zijn productiever. Stof genoeg om over na te denken bij een koffie. Maar niet te lang. Want ontspannen tijdens de pauze is belangrijker.
Om dat inzicht te promoten is er nu de VZW Patient Empowerment die gelijkgezinden verzamelt, zorgverleners én patiënten. www.patientempowerment.be
Jouw kijk
Medische fouten Ik las de mening van dokter Bafort over medische fouten. Voor mij is de belangrijkste zin: ‘Ik klaar incidenten zoveel mogelijk uit met mijn patiënten.’ Ik moest onlangs voor twee dagen naar het ziekenhuis voor mijn pacemaker. Bij de operatie raakte de dokter mijn long, met een klaplong als resultaat. Twee dagen ziekenhuis werden er zeven. De dokter is daarna wel met mij komen praten, maar verontschuldigingen of gewoon een ‘sorry’ kreeg ik niet. Hij was wel bezorgd over zijn imago. - J. De Kinder, Dendermonde
Ombudsman bouw De aannemers die hun stiel niet kennen , die onder de prijs werken, hun werk plots stoppen enzovoort. Als je daarmee geconfronteerd wordt, is het meestal je eigen schuld. Vooraleer je in zee gaat met een aannemer moet je zelf onder andere de referenties en vakbekwaamheid nagaan. Daarnaast zijn er de gerenommeerde bouwpromotoren die met verschillende bedrijfjes constructies opzetten. Bij de aankoop bij hen onderteken je dan een wurgcontract dat haaks staat op alle regels van de wet Breyne (wet die de bouw-
heer bescherming biedt, red.). Het is duidelijk dat dergelijke constructies door de politiek mogelijk werden gemaakt. De taak van de ombudsman zal niet gemakkelijk zijn. - L. Posmans Vergoeding bij missen doktersafspraak In bepaalde gevallen kunnen dokters patiënten die niet opdagen, een vergoeding vragen. Feit is dat de meeste dokters te veel afspraken plannen. Het gevolg is dat patiënten heel dikwijls meer dan een uur wachten vooraleer ze aan de beurt komen. Het zou dan ook
normaal zijn dat de patiënten daarvoor een vergoeding krijgen. Door patiënten langer te laten wachten, moeten zijn namelijk meer parkeergeld betalen, tot zelfs 2 euro per uur. Dit is onredelijk! - J. Leys Blende, Zelzate VN-Veiligheidsraad Ik ben ervan overtuigd dat ambassadeur Marc Pecsteen zijn werk voortreffelijk zal doen in de VN-Veiligheidsraad. Toch een opmerking over de wapenfabricatie. Er zou toegezien worden dat die wapens in de juiste handen vallen. Dat lukt blijkbaar niet altijd, frustre-
rend eigenlijk. Breng daar als Veiligheidsraad verandering in en doe een voorstel voor een wereldwijd verbod op wapenproductie! Als er geen wapens meer zijn, zullen er ook geen slachtoffers meer zijn. Voor de getroffen medewerkers uit de wapenindustrie zijn er genoeg Europese fondsen om ze op te vangen en te begeleiden. Of dat wordt ons toch wijsgemaakt. - F. Peeters, Zoersel
>>>
Viel jou ook iets op in Visie? Jouw reactie of lezersbrief kan je sturen naar lezers@visieredactie.be
7
© Belga
ACTUEEL
Te veel werk: Slechts 2 op de 5 werknemers gebruiken volledige lunchpauze
Belgen nemen kortste middagpauze Een studie van jobsite StepStone leert dat de Belgische werknemer slechts 22 minuten lunchpauze neemt. Dat is ongeveer de helft van de gemiddelde toegestane lunchtijd en aanzienlijk minder dan in andere landen. Teks t Wim Troch
Jobsite StepStone vroeg aan 10 000 werknemers in ons land, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk hoe lang ze middagpauze nemen. Daaruit bleek dat de Belg gemiddeld 22 minuten de tijd neemt om te pauzeren. Dat is twee minuten minder dan in het Verenigd Koninkrijk, drie minuten minder dan in Oostenrijk en Duitsland, en zeven minuten minder dan in Frankrijk. Slechts 42 procent van de ondervraagde Belgen geeft aan zijn of haar toegestane lunchpauze volledig te benutten. Alleen in Duitsland maken nog minder werknemers gebruik van hun volledige pauze (40 procent). Kanttekening daarbij is wel dat de Duitsers gemiddeld meer dan een uur (62 minuten) toegestane lunchpauze hebben, terwijl in ons land de gemiddelde toegestane lunchpauze 40 minuten bedraagt. De belangrijkste reden om geen volledige middagpauze te nemen, is dezelfde in alle landen: er is gewoon te veel werk. Andere redenen die naar boven kwamen, zijn de mogelijkheid om het werk vroegtijdig te verlaten en taken van collega’s die moeten worden overgenomen.
Wat zeg de wet? In principe is een pauze wettelijk verplicht voor iedereen die meer dan zes uur werkt op een dag. De duur van de (middag)pauze wordt per sector vastgelegd in een cao. De middagpauze overslaan of lunchen achter je bureau, mag eigenlijk niet. Bovendien mag je werkgever niet vragen om door te werken tijdens je pauze.
> Wat is een gezonde lunchpauze? Door een pauze te nemen kan je weer opladen, ben je minder vermoeid, meer gefocust en productiever. Op langere termijn kan het burnout helpen te voorkomen. Ga fysiek weg van je bureau, zodat je in een andere omgeving komt om op te laden. Beweeg. Neem de trap nemen, ga buiten een luchtje scheppen, ga lopen, doe mee aan een sessie yoga, mindfulness, stretchoefening, doe een spelletje tafelvoetbal … Praat met de collega’s (niet over het werk), ga samen eten. Doe voorstellen aan je werkgever om de eetplaatsen aantrekkelijker te maken, zodat ‘de
pauze nemen weg van het bureau’ gestimuleerd wordt. Maak gezonde salades, zorg dat je geen vork/ mes mee hebt zodat je gestimuleerd wordt dit in de keuken op te halen. Neem brood en beleg apart mee: maak je lunch on the job, zodat je gestimuleerd wordt om weg van je bureau te gaan. Als je thuiswerkt dreigen de grenzen tussen werk en pauze te vervagen. Ga daarom eens naar buiten tijdens de middagpauze. Doe boodschappen, maak een wandeling, doe stretchoefeningen ...
Zo kan het ook
> Voetballen tijdens de middagpauze Bij Remy Automotive Europe in Heist-op-den-Berg bewijzen ze dat je de middagpauze ook kunt gebruiken om op een leuke manier te bewegen, én het groepsgevoel te versterken. Afgevaardigde Tilly Verlinden vertelt hoe ze het daar aanpakken. ‘Een tweetal jaar geleden had een van de collega’s toevallig een voetbal in zijn auto liggen. Het was mooi weer, en zodoende gingen de jongens voetballen. Een traditie was geboren, want vanaf dan wordt er elke middag gespeeld. Ze proberen de bal rond te spelen, zonder dat die de grond raakt. Tijdens onze middagpauze van 30 minuten, maar ook tijdens de korte pauzes van vijf minuten in de voor- en namiddag.’
Bij de producent van startmotoren en alternators voor auto’s werken negentien mensen. ‘Ongeveer de helft van hen – vooral de dertigers en de veertigers – speelt mee. De anderen kaarten liever. Soms doe ik ook mee. Alleen als het heel erg regent, wordt er niet gevoetbald.’ ‘In het begin stond de werkgever wat weigerachtig tegenover het initiatief. Want wat als iemand zich zou blesseren tijdens het spel? Maar de jongens bleven aandringen, en nu is het geen probleem. Het heeft een positief effect, want de jongens zeggen dat ze tijdens het spel al hun frustraties kwijt kunnen.’ (lacht)
wij geven niet op
Mantelzorgers
Onderhandelingen dienstenchequesector verlopen moeilijk
Nieuw statuut nog niet toepasbaar
#wijgevennietop. Met een campagne op sociale media geeft ACV Voeding en Diensten aan dat ze de onderhandelingen voor de sector van de dienstencheques niet opgeven, ook al verlopen die moeizaam.
Vanaf 1 oktober zou een nieuw statuut voor mantelzorgers gelden. Dat heeft de federale overheid in april beslist. Het nieuwe statuut omvat onder meer het recht op erkend verlof voor mantelzorgers. De ziekenfondsen kregen de opdracht om dat nieuwe statuut toe te kennen aan mensen die aan de voorwaarden voldoen. Maar de ziekenfondsen kunnen de nieuwe wet nog niet toepassen, omdat de overheid de praktische uitvoering nog niet geregeld heeft. Het nieuwe statuut kan dus nu nog niet toegekend worden aan mantelzorgers. Het is niet bekend wanneer dat wel kan. Zodra dat het geval is, geeft CM alle informatie.
‘De werkgevers willen de verhoging van de lonen met 1,1 procent koppelen aan een openbare subsidie van de sector’, vertelt Pia Stalpaert van ACV Voeding en Diensten. ‘Pas als ze zeker weten dat het systeem van dienstencheques kan blijven rekenen op subsidies, willen ze de loonsverhoging goedkeuren. Ook wij vinden
dat de sector gesubsidieerd moet blijven, maar dat is een andere discussie. Daar moet het personeel niet de dupe van zijn. Die 1,1 procent loonsverhoging, de marge die binnen het interprofessioneel akkoord werd afgesproken, moet toegekend worden.’ De vakbond startte daarom een campagne op sociale media met de hashtag ‘wij geven niet op’. Een dubbele betekenis, volgens Pia Stalpaert. ‘Wij geven die loonsverhoging uiteraard niet op. Maar wij geven ook de onderhandelingen niet op.’
8
ACTUEEL
Te Gek!? met infomobiel op tournee langs scholen
Praat erover als je slecht in je vel zit Wie in de knoop zit met zichzelf probeert dat vaak te verdoezelen. Erover praten kan nochtans enorm opluchten. Te Gek!? komt jongeren op school daarvan overtuigen in de infomobiel. Teks t Martine Creve en Joeri Cludts Foto Frank Bahnmüller
O
p de speelplaats van het Atheneum in Ninove staat een lijnbus geparkeerd. ‘Ik heb mijn abonnement niet mee’, roept een jongen bij het instappen. Niet nodig, want de leerlingen gaan niet op uitstap. De meeste ramen van de bus zijn geblindeerd, in het midden is een groot tv-scherm gemonteerd, op de wanden staan foto’s en citaten van onder meer Selah Sue, vooraan liggen folders en krantjes. Met deze omgebouwde infomobiel trekt Te Gek!? naar scholen om met jongeren te praten over psychische problemen.
Selah Sue Een groep laatstejaars komt wat aarzelend binnen. ‘Of ze al van Te Gek!? gehoord hebben?’, steekt de bezieler van het initiatief Marc Hellinckx van wal. Wat onzeker mompelen en schudden de leerlingen van neen. ‘Maar Selah Sue, die kennen jullie wel’, probeert Hellinckx het ijs wat te breken. Een overtuigende ja, dit keer. Hij vertelt dat Selah Sue zich als jong meisje slecht voelde, maar daar moeilijk over kon praten. Dat ze hulp zocht en dat het nu veel beter gaat. ‘Op psychische problemen rust nog altijd een groot taboe. Te Gek!? wil dat doorbreken. Selah Sue is meter van het project’, legt Hellinckx uit.
Somber Esmee Minnaert (30) uit Oudenaarde die sinds kort voor Te Gek!? werkt en mee toert met de infomobiel, neemt over. Ook zij ging door een heel moeilijke periode. Ze wil haar verhaal aan jongeren vertellen. ‘Toen ik in het middelbaar zat, voelde ik mij vaak heel somber. Ik dacht dat ik niets interessants te vertellen had, dat niemand mij leuk vond, dat ik er niet goed uitzag’, begint Esmee. Op haar 18 jaar besloot ze op dieet te gaan. Ze legde zichzelf steeds strengere regels op. ‘Als ik op de weegschaal ging staan en merkte dat ik was afgevallen, voelde ik mij goed. Ik wilde heel erg vasthouden aan dat goed gevoel en bleef daarom investeren in afvallen. Zo bleef ik de somberheid de baas. Maar angst kwam in de plaats. Angst om te eten. Ik werd steeds magerder, maar zag dat zelf niet. Mijn leven hing aan een zijden draadje.’
Gekken ‘Ik moest in het ziekenhuis opgenomen worden’, gaat Esmee verder. ‘Eerst in een gewoon ziekenhuis om fysiek aan te sterken, nadien op een psychiatrische afdeling om te werken aan de onderliggende pro-
Esmee Minnaert toert mee met de infomobiel van Te Gek!? en vertelt over haar ervaringen.
‘Gevoelens erkennen en gewoon luisteren, is veel waardevoller dan oplossingen of adviezen te geven’ Esmee Minnaert
blemen.’ Daar had ze het heel moeilijk mee, want de patiënten waren in haar ogen gekken. Daar hoorde zij toch niet thuis? Esmee pauzeert even en kijkt de leerlingen aan. ‘De mensen die er verblijven, zijn mensen zoals jullie en ik. Het zijn mensen die ergens in hun leven tegenaan gebotst zijn en hulp nodig hebben om weer breder te kunnen kijken.’
CM lanceert ‘Hoe gaat het?’ is een beleefde begroeting. Mensen zeggen niet altijd hoe ze zich voelen. Daarom lanceert CM een nieuw leesteken. Vraag hoe het echt met iemand gaat met het Oprechte Vraagteken. Vier tips.
TIP 1: START CONCREET Heb je gezien dat iemand de laatste tijd bijvoorbeeld heel erg moe is of veel minder buitenkomt? Begin dan je gesprek met die signalen.
‘Ik heb vaak gedacht dat ik er nooit uit zou geraken’, geeft Esmee toe. Maar het is gelukt, met de ondersteuning van hulpverleners en de aanmoediging van familie en vrienden. Mijn mama was er altijd voor mij. Niet dat ik nu geen angst en somberheid meer voel. Dat zal altijd een deel van mij blijven. Maar ik blijf niet meer in die negatieve emoties hangen.’
Wekker zetten ‘Kunnen zeggen hoe je je echt voelt, is zo belangrijk’, beklemtoont Esmee. ‘Gevoelens erkennen en gewoon luisteren, is veel waardevoller dan oplossingen of adviezen te geven. Dat is allemaal goedbedoeld maar het helpt je niet vooruit. Integendeel, mensen die je zeggen hoe je het moet aanpakken, mijd je. Als je ’s morgens niet uit bed geraakt omdat je je zo slecht voelt,
heb je niets aan de raad dat je je wekker kunt zetten.’
Niet pushen Nochtans zondigde Esmee er zelf tegen. Toen ze beter was, zei ze aan jongeren die nog worstelden met een eetstoornis dat ze hun best moesten doen. Ze durfden er op den duur niet meer voor uit te komen hoe ze zich voelden. ‘Geef mensen de tijd en probeer ze niet te pushen’, herhaalt Esmee. ‘Maar heb geen schrik om hen aan te spreken’, voegt ze toe. Een leerlinge wil weten hoever je daarin gaat? ‘Durf doorvragen’, stelt Esmee haar gerust, ‘de persoon in kwestie zal zelf wel zijn grenzen stellen.’
>>> www.tegek.be
het Oprechte Vraagteken TIP 2: GEEF NIET METEEN OPLOSSINGEN Vaak proberen we zo snel mogelijk oplossingen aan te bieden. Maar mensen willen gewoon hun verhaal doen. Neem voldoende tijd om rustig te luisteren en toon begrip. TIP 3: LUISTER ACTIEF Neem actief deel aan het gesprek. Vat af en toe samen wat er gezegd is en stel regelmatig een vraag. Zo geef je aan dat je het gehoord hebt en dat je het wilt begrijpen. Mensen die hun verhaal vertellen zijn het meest op zoek naar begrip en een luisterend oor.
TIP 4: EINDIG POSITIEF Als je je gesprek afrondt, sta dan even stil bij hoe je gesprekspartner het gesprek ervaren heeft. Op die manier kun je de impact ervan inschatten. Probeer ook positief te eindigen. Je kunt de persoon met wie je sprak bijvoorbeeld bedanken voor het vertrouwen.
>>> www.cm.be/oprechtevraagteken
9
Goed want voor minder gaan we niet Ben jij klant in één van de apotheken van de Surpluspartners, de thuiszorgwinkels van CM of de Aurilis hoorcentra? Voortaan heten wij allemaal Goed en zijn we één grote familie. Met honderden zorgverleners die hun krachten bundelen. Elke dag willen we er staan met ons volledige zorgnetwerk. Om jouw levenskwaliteit te verbeteren met de juiste genees- en hulpmiddelen. En om advies te geven, daar waar je ’t nodig hebt. Zodat jij je gewoonweg ‘goed’ voelt.
www.goed.be
10 Marijke is mantelzorger voor haar moeder Elvira (73) en zoon Florian (16).
Goed denkt met ons mee “Nog snel wat haarlak, voor de foto …” Wanneer we in Klein Sinaai op bezoek gaan bij Elvira, wil ze er op haar best uitzien. Want vandaag voelt ze zich ook echt goed. Dankzij de hulp van haar dochters Marijke en Marina en de goede zorgen van Goed. En ja, ook omdat er volk over de vloer komt. Dat scheelt! Elvira is 73. Een paar jaar geleden werd ze wegens een dubbele hernia aan haar nek geopereerd. En dat liep niet helemaal zoals gepland. Met als gevolg een slopende revalidatie in Gent en ook vandaag nog heel veel ongemakken. Toch woont Elvira nu weer alleen thuis en dat doet haar zichtbaar goed.
een warm nest In de living, boven haar verzorgingsbed van de Goed thuiszorgwinkel hangen de portretten van haar 4 kinderen. Altijd dichtbij. Maar op wie ze nog trotser is? Dat zijn de kleinkinderen. Ze toont ons enkele foto’s: “Florian toen hij zijn eerste stapjes zette”, “Florian op zijn plechtige communie”, “Florian in de rolstoel” … Florian is de zoon van Marijke. Hij is 16 en heeft de ziekte van Duchenne, een progressieve spierziekte waardoor hij volledig afhankelijk is van zijn rolstoel. En toch laat Florian zich niet kennen. Hij volgt Moderne Wetenschappen in ‘De Moerbei’: een school met een nestklas – waar de kinderen blijven zitten en de leraren telkens van lokaal wisselen. Omdat Florian in een inclusieschool zit tussen ‘gewone’ kinderen, heeft mama Marijke de handen vol qua organisatie. “Florian wil absoluut een diploma halen in een gewone school, ook al is dat niet evident. Dat zorgt er wel voor dat de zorg voor hem zwaarder wordt.”
kleine oplossingen maken een groot verschil Marijke: “Florian heeft nogal een sterk karakter. Daardoor is hij ook zo ver gekomen. Net zoals zijn grootmoeder. En godzijdank kunnen we ook rekenen op de hulp van Goed. Ze denken echt met ons mee. Hoe kunnen kleine aanpassingen een groot verschil maken voor Florian of Elvira? Onlangs was er bij mama thuis een teamvergadering om alle zorg op elkaar af te stemmen, met een overlegcoördinator van de Goed thuiszorgwinkel uit de buurt. Omdat mama te weinig onder de mensen kwam en te veel opgesloten zat in haar huis, dacht het volledige zorgteam mee na over een oplossing. Zo kregen we van Ilse, de Goed-woningadviseur, een mobiele oprijplaat om uit te testen, op aanraden van de ergotherapeute. Op die manier kan mama na haar bezoek aan de markt in Moerbeke makkelijk binnenrijden in een plaatselijk café, om er een koffietje te drinken. En ze geraakt vlotter bij haar vriendinnen van de Vrouwenbond, voor een taartje of een namiddag bingo.”
“Het Goed-team bundelt zijn krachten: ieder met z’n eigen invalshoek, talent en expertise.” iedereen verdient comfort “Dankzij Goed heeft mama het comfort dat ze verdient: met een goed bed, haar rolstoel, een rollator, een voetfietsje om in beweging te blijven, een speciaal bestek, steunkousen. Noem maar op: we testen vanalles uit, hier thuis of in de Goed thuiszorgwinkel bij Linda in Stekene of bij Katrien en Els in Sint-Niklaas. Ze geven daar zo goed mogelijk advies en maken altijd tijd voor ons.” “Ilse kwam ook al bij me thuis, om te zien hoe we de badkamer veiliger en comfortabeler kunnen maken voor Florian, met speciale handsteunen aan de lavabo. En ze raadde ons ook een transferplank aan, zodat Florian makkelijker in en uit de auto kan. Die hebben we online gekocht via de Goed thuiszorgwinkel.”
één team, één familie “Je voelt dat het hele team van Goed perfect op elkaar inspeelt. Heb je een vraag? Dan kom je altijd bij de juiste persoon terecht: één van de winkelmedewerkers, een ergotherapeut, de mobiliteitsverstrekker, een woningadviseur aan huis … Het Goed-team bundelt zijn krachten: ieder met z’n eigen invalshoek, talent en expertise.” “Dankzij de ondersteuning van Goed hou ik zelf nog wat tijd en energie over om me te engageren voor de vzw ‘Hope for Duchenne’. Mijn mama redt zich goed in haar eigen huis. En Florian? Die droomt er ’s nachts van om rond te stappen. Maar toch is hij gelukkig, ondanks al zijn beperkingen. Dat is ook mijn streefdoel. Dat hij een mooi leven heeft. En het lukt!”
11
Goed wil voor elke klant ‘het beste’ Ben je een fervente festivalganger, fabrieksarbeider, motorrijder … en wil je ondanks veel decibels toch op je twee oren slapen? Of kamp je sinds kort of al langer met gehoorproblemen? Bij Goed hebben ze er oren naar. Aan het woord zijn Martine en Liesbeth: audiologen in de Goed hoorcentra van Tessenderlo en Beringen.
bij Goed voegen we de daad bij het woord
Annelies is het gezicht van de Goed apotheek in Mechelen.
Martine: “Bij het Goed hoorcentrum nemen we de tijd om naar mensen te luisteren. Of je nu een hoortoestel nodig hebt of je gehoor wil beschermen … Onze tijd is niet gelimiteerd. Samen zoeken we naar een oplossing op maat. Want bij Goed hebben we het beste voor met elke klant.
“Als je het gehoor stimuleert, gaat het minder snel achteruit.” Zo kwam er onlangs een koppel bij me langs. De dame voerde het woord in plaats van haar man, die al een hele tijd slecht hoorde. Hij begreep haar alleen door liplezing. Tot hij tien dagen later een hoorapparaat had. Ik zag die man echt openbloeien. Hij vertelde dat hij weer luisterde naar zijn oude cd’s van op zolder. En dat hun relatie terug opfleurde.”
“En het zijn zeker niet alleen senioren die hier langskomen. Laatst kwam er hier een studente over de vloer. Ze zat in haar laatste jaar aan de hogeschool en deed stage in een landschapsbureau. Lijkt gezellig, maar door haar gehoorproblemen kon ze haar collega’s niet begrijpen. Toen we voor haar op maat gemaakte hoortoestellen lieten maken, was ze ons achteraf zo dankbaar.”
Audiologen Martine en Liesbeth hoorden dat het goed was.
de drempel verlagen
samen voor onze klanten
Liesbeth: “Mensen wachten meestal veel te lang om langs te komen: gemiddeld tot 7 jaar. ‘Ik had veel eerder moeten komen’, zeggen ze dan. En dat klopt. Als je het gehoor stimuleert, gaat het minder snel achteruit. En goed horen helpt ook bij de zorg en integratie van mensen met dementie. Vanuit de verschillende diensten van Goed werken we eraan om mensen sneller te helpen, en de drempel te verlagen om een afspraak te maken.”
“Met Goed willen we één groep zijn om mensen te ondersteunen. We willen dat onze diensten in elkaar overvloeien. Zo zal de Goed apotheek hier tegenover binnenkort de onderhoudsproducten van onze hoortoestellen aanbieden. En komt er iemand in het hoorcentrum langs die een wekker wil met grote cijfers? Dan sturen we die door naar de Goed thuiszorgwinkel. Want ja, wij hebben er alleen maar die zeer luid zijn.”
Bij Goed in Mechelen heb je alle specialismen onder één dak: een Goed apotheek, een Goed thuiszorgwinkel en een Goed hoorcentrum. Maar er is ook een bandagist en een podoloog … “We hebben letterlijk alles in huis,” aldus Annelies, de apotheker. Zij vertelt ons meer over de ambitie van Goed. En hoe ze die kunnen waarmaken.
En het werkt ook in de omgekeerde richting. Mensen die na een chemokuur of een borstamputatie bij de bandagist langskomen voor hun prothese, passeren ook in de apotheek. Om hun verbrande of gekwetste huid te behandelen of preventief te beschermen: met een aangepaste zeep, dagcrème, make-up … Samen met het hele team zijn we het kloppend hart van Goed in Mechelen. En we zien het als onze prioriteit om mensen goed in hun vel te doen voelen. Zo organiseren we met Goed ook workshops, in samenwerking met merken van minerale, hypoallergene cosmetica. Op die manier zorgen we ervoor dat mensen zich terug mooi voelen.”
de daad bij het woord
Annelies is een apotheker met een missie. Ze wil haar patiënten meer aanbieden dan een doekje voor het bloeden of een pil om de pijn te verzachten. Als ‘huisapotheker’ garandeert ze een persoonlijke begeleiding en de beste zorg. “Elke patiënt heeft een verhaal. En het moet onze ambitie zijn om dat verhaal te ontrafelen. Alleen zo kunnen we de beste begeleiding bieden. En als vertrouwenspersoon onze patiënten doorverwijzen naar de andere diensten van Goed.”
“Soms komen mensen op aanraden van hun vrienden of kennissen langs voor een slaappilletje. Als apotheker probeer ik dan het ballonnetje te doorprikken. Wat is er echt aan de hand? Of is een stevig hoofdkussen of een betere matras geen beter idee voor hun slaapcomfort? Want dat kunnen ze onmiddellijk uittesten in onze Goed thuiszorgwinkel. Bij Goed voegen we de daad bij het woord.”
een betere wisselwerking
over drempelvrees
“Zo zijn er mensen die langskomen voor medicatie tegen spataders. Die verwijs ik door naar mijn collega Diane voor advies over compressiekousen. Of ik stel ze voor om een venoscan te laten maken door onze podoloog Thomas, om na te gaan of de doorbloeding wel goed zit. Hebben ze door de compressiekousen last van jeuk of droge benen? Dan kunnen ze opnieuw bij mij terecht in de apotheek voor een zalf of advies over een beter wasmiddel.
“En zo zijn er nog tal van voorbeelden. Van mensen die over de drempel van de apotheek stappen met serieuze problemen waar ze moeilijk over praten. Tot ze die eerste stap hebben gezet en merken dat iedereen hier in hetzelfde schuitje zit. Want elke patiënt is hier op zoek naar comfort. En bij Goed kan je gewoon zijn wie je bent.”
12 Goed is klaar om erin te vliegen!
agenda kom naar de venoscandagen
workshop ‘Hoe verzorg je je gevoelige huid?’
Last van zware of vermoeide benen, krampen, tintelingen of jeuk in je benen? Met een venoscan in de Goed thuiszorgwinkel weet je in een paar minuten of je bloed goed doorstroomt in je aders. Zo voorkom je veneuze aandoeningen zoals spataders, een aderontsteking of trombose …
Een venoscan kost je normaal op venoscandagen 20 euro. Nu krijg je ook nog een bon ter waarde van 20 euro, die je binnen de 6 maanden kan inruilen bij een aankoopbedrag vanaf 80 euro. Je venoscan inplannen? Bel 03 205 69 29 voor een afspraak in één van de Goed thuiszorgwinkels.
7/10
Beveren
23/10
Lokeren
8/10
Hasselt en Wijnegem
24/10
Antwerpen, Kalmthout
9/10
Westerlo
28/10
Meise, Mol
10/10
Antwerpen, Izegem, Kalmthout, Sint-Truiden
30/10
Liedekerke
4/11
Halle
6/11
Diksmuide, Tervuren
14/11
Deinze
18/11
Erpe-Mere
21/11
Eeklo
25/11
Oudenaarde
28/11
Gentbrugge
11/10
Genk, Tielt
14/10
Sint-Niklaas, Bilzen
15/10
Dendermonde
17/10
Linter, Turnhout
18/10
Mechelen, Sint-Joris-Winge
21/10
Leuven, Menen
22/10
Boortmeerbeek, Lier, Waregem
Een visagiste geeft je tips en tricks over het aanbrengen van minerale make-up van het merk ‘Cent Pur Cent’. Nadien kan je zelf aan de slag! Max. 8 personen per sessie. Schrijf snel in op www.thuiszorgwinkel.be/evenementen 8/10
Mechelen Markt 37
18 – 19.30 u. & 20 – 21.30 u.
15/10
Ieper Dehemlaan 8
14 – 15.30 u. & 16 – 17.30 u.
15/10
Lanaken Stationsstraat 1
19 – 22 u.
17/10
Sint-Katelijne-Waver Markt 18
19 – 22.30 u.
23/10
Turnhout Patersstraat 85
19 – 20.30 u. & 21 – 22.30 u.
5/11
Herentals Hofkwartier 5
11 – 14.30 u.
9/11
Rijkevorsel Hoek 16
13 – 16.30 u.
12/11
Beringen Koolmijnlaan 239
13.30 – 17 u.
19/11
Dendermonde Oude Vest 146
9 – 10.30 u. & 11 – 12.30 u.
26/11
Kalken Kalkendorp 33
14 – 18 u.
train je bekkenbodemspieren
één en al oor voor jouw gehoor
Een kinesist vertelt je alles over het belang van sterke bekkenbodemspieren. Want zo vermijd of bestrijd je incontinentie. In deze workshop kan je zelf meteen oefenen onder begeleiding. Onze incontinentie-specialisten verwelkomen 20 deelnemers per sessie.
Je gehoor is kostbaar. En dat besef je pas dubbel en dik als je niet meer goed hoort. Toch kan je ondanks gehoorverlies blijven genieten van een goed gesprek, fijne muziek of rustgevende omgevingsgeluiden. Leer tijdens een hoorevenement van onze Goed hoorcentra meer over efficiënte en hoogtechnologische hoorapparaten en hulpmiddelen. Schrijf je in via www.goed.be/hoorevent
Schrijf je in via www.thuiszorgwinkel.be/infosesssies-bekkenbodem of bel 03 205 69 29.
10/10
Turnhout
19.30 – 21 u.
18/11
Eeklo
18/10
Mechelen
13.30 – 16.30 u.
19/11
Kessel-Lo
25/11
Sint-Niklaas
14 – 16 u.
20/11
Kortrijk
28/11
Lier
13.30 – 16 u.
21/11
Genk
22/11
Mechelen
acties * Onze winkeladviseurs meten je benen op voor de juiste maat en uitvoering van je kousen. Deze korting is geldig op kousen met drukklasse 1, 2 of 3 van het merk Bauerfeind, Jobst, Juzo, Medi en Sigvaris. ** Boodschappentrolley ECOPEP Convert RG. Acties geldig van 1 t.e.m. 30 oktober 2019 in jouw Goed thuiszorgwinkel. Niet cumuleerbaar met andere voordelen en/of acties.
-15%
op medische compressiekousen*
gratis
boodschappentrolley** t.w.v. € 93,38 + 10% korting bij aankoop van een Revilaxzetel op maat of hoog-laag Gerlin zetel
ACTUEEL
13
Kinderen in de lagere school?
Vermijd huiswerkstress met deze tips De eerste schoolweken zijn voorbij, de kinderen zitten weer in het ritme. En daar hoort huiswerk bij. Soms zorgt dat voor stress, ook bij de ouders. Hoe pak je dat huiswerk best aan? Klasse, het multimediaal communicatieplatform voor onderwijs, geeft tips voor ouders van kinderen in de lagere school. Teks t Amélie Janssens FOTO James Arthur
V
isie ging langs bij het gezin van Pieter en Veerle. Dochter Lumen is acht jaar en zit in het derde leerjaar. Zij heeft regelmatig huiswerk terwijl broertje Felix na school rustig kan spelen. Hij zit in de derde kleuterklas. Visie kijkt mee tijdens het huiswerk. Bij elke foto vind je meteen een handige tip om thuis het huiswerk goed aan te pakken.
2
Laat je kind zelfstandig de boekentas uitladen, bepalen welke spullen het nodig heeft en de agenda bekijken.
Maak de situatie thuis huiswerkproof. Kies samen een plaats waar je kind huiswerk kan maken.
1
>>> Meer tips rond huiswerk? Zowel ouders als leerkrachten vinden ze op www.klasse.be
3 4
Vooraf even ontspannen is belangrijk, tussendoor pauzeren ook.
Supporter voor het huiswerk van je kind, maar laat het zelfstandig werken. Blijf wel in de buurt en vraag hoe het verloopt. Moedig je kind aan met een complimentje: ‘wat ben jij goed bezig’!
Het wat, waarom en hoe van huiswerk Wendy Peerlings, expert in huiswerkondersteuning
Wat
Waarom
5
Stimuleer je kind om zijn huiswerk na te kijken en te controleren of alles gemaakt is. Praat dan nog even over het huiswerk. Bekijk of er zaken zijn die je aan de leerkracht moet doorgeven.
Hoe
is goed huiswerk?
is huiswerk nuttig?
kan je als ouder best het huiswerk begeleiden?
‘De ideale huistaak is uitdagend, maar je kind moet het wel zelfstandig kunnen maken. Een opdracht die een kind al lang kan, is saai. Een taak die te moeilijk is, wekt frustratie op. Huiswerk moet dus afgestemd zijn op het niveau en de interesses van je kind.’
‘Met huiswerk oefent je kind de leerstof uit de klas zelfstandig in of bereidt het er de volgende les mee voor. Je ontdekt bovendien meteen wat je kind in de klas leert. Het geeft je als ouder ook de kans om met de leraar te communiceren over wat lukt of niet lukt.’
‘Het kan nooit de bedoeling zijn dat je een les breuken of Franse grammatica opnieuw geeft. Het huiswerk verbeteren of invullen doe je beter ook niet. Zo denkt de leraar dat je kind de leerstof beheerst en krijgt je kind opnieuw huiswerk dat te moeilijk is. Als het moeilijk gaat, blijf dan zelf rustig. Met vragen als hoe heb je dat in de klas gedaan? help jij je kind denken aan de uitleg van de leraar. Even pauzeren kan ook wonderen doen. En als het echt niet lukt, is stoppen soms de beste oplossing. Spreek de leraar, zorgcoördinator of een andere vertrouwenspersoon hierover aan op school. Noteer je vragen over huiswerk in de agenda. Of schrijf je boodschap op een post-it en kleef die op de huistaak. Leraren hebben daar begrip voor, maar jij moet er wel over communiceren.’
14
VRAAG & ANTWOORD
Heidi De Pauw (Child Focus)
‘Uit Brasschaat of uit Syrië: een kind is een kind’ Al meer dan twintig jaar neemt Heidi De Pauw het op voor kinderen. Met Child Focus behandelt ze elk jaar talrijke verdwijningen, gevallen van seksuele uitbuiting en ouderontvoeringen. Een gesprek over de wereld van vandaag en hoe we onze kinderen kunnen beschermen.
Teks t Amélie Janssens FOTO ID / Bart dewaele
Z
owel zoon 1 (10 jaar) als zoon 2 (6 jaar) voelen zich thuis in de wereld van games en online video’s. De oudste popelt om alleen naar school en terug naar huis te stappen. Tegelijkertijd spoken opsporingsberichten door mijn hoofd en hoor ik verhalen over online roofdieren die jagen op onze kinderen en jongeren. Als ik een uurtje mag aanschuiven bij Heidi De Pauw, CEO van Child Focus, is mijn eerste vraag dan ook: Is de wereld voor onze kinderen gevaarlijker dan pakweg 50 jaar geleden? ‘Gevaarlijker? Dat weet ik niet. We zijn in België nog altijd heel gevoelig als het gaat over onze kinderen. De zaak-Dutroux zindert nog na. Dat merkte je ook met de commotie rond de vervroegde vrijlating van zijn handlanger Michel Lelièvre. Maar we moeten niet denken dat ons land vol loopt met pedofiele kinderontvoerders. De mensen kennen Child Focus vooral van dat soort dossiers, dat zijn ook de meest zichtbare. Maar uiteindelijk behandelen we jaarlijks maar één of twee onrustwekkende verdwijningen met een ontvoering door een derde, dat is dus niet de grote massa. Dat het een andere wereld is, daar ben ik wel van overtuigd. Vroeger kende iedereen de creep van het dorp, je wist wie je als kind moest mijden. Vandaag zit de hele wereld in dat ene toestel (wijst naar de smartphone, red.). Je kinderen kunnen heel makkelijk contact leggen met om het even wie. En daarop heb je als ouder wat minder vat. Dat boezemt angst in.’
Child Focus > Opgericht in 1998, in de nasleep van de zaak-Dutroux > Officiële ondertitel: Stichting voor vermiste en seksueel uitgebuite kinderen > Behandelt: onrustwekkende verdwijningen, weglopers, internationale kinderontvoeringen door ouders, verdwijningen van nietbegeleide minderjarige vreemdelingen, ontvoeringen door derden, gevallen van seksuele uitbuiting, grooming, sexting en sextortion, meldingen van kinderpornografie, gevallen van aantasting van de seksuele integriteit van kinderen via ICT > 1 863 verdwijningsdossiers in 2018 > Altijd bereikbaar via &116 000
Heidi De Pauw: ‘Helaas merken we bij opsporingsberichten dat ze minder gedeeld worden als het gaat om een kind van vreemde origine. Wij betreuren dat.’ We moeten als ouders misschien wat meer moeite doen om de leefwereld van onze kinderen te begrijpen? ‘Dat vind ik wel. Je moet maar eens nagaan. Heel vaak praten we in negatieve termen over het online gedrag van onze kinderen. Ben je nu weer aan het gamen? Zou je niet beter je huiswerk maken? Zo schep je niet het vertrouwen dat kinderen nodig hebben om met vragen en problemen tot bij jou te komen. Mijn belangrijkste tip is dus: toon interesse in hun activiteiten. Stel natuurlijk grenzen, ik pleit hier niet voor onbeperkt gamen en schermtijd. Maar het is nu eenmaal wat hen bezighoudt. Vraag eens wat ze precies spelen, laat hen die spelletjes uitleggen, ook al begrijp je er geen snars van. (lacht) Vraag hen naar het grappigste filmpje dat ze die week hebben gezien. Als ze op die manier over hun online activiteiten met jou kunnen praten, dan zullen ze ook sneller tot bij jou komen als ze in de problemen zitten of als ze online benaderd worden en vreemde vragen krijgen.’ Niet het gevoel hebben dat ze met iemand kunnen praten, ligt dat vaak aan de basis van de wegloopdossiers, toch een aanzienlijk aandeel van jullie werking? ‘Met een volwassene kunnen praten als er iets scheelt, is de belangrijkste vorm van preventie. Maar niet iedereen heeft een warme omgeving, vriendenkring of familie. Gelukkig
‘Toon interesse in de activiteiten van je kinderen. Dan zullen ze sneller tot bij jou komen bij problemen’ Heidi De Pauw
zijn er ook organisaties zoals Awel waar kinderen en jongeren hun verhaal kwijt kunnen. Ook bij Child Focus kan dat. Toch blijven heel wat kinderen en jongeren met het gevoel zitten dat ze nergens terechtkunnen. En dan lopen ze weg. Elk jaar behandelen we toch ongeveer 1 000 wegloopdossiers. De problemen die aan de basis liggen zijn heel divers: zware pesterijen, misbruik, geweld. Jonge kinderen hebben soms het idee dat het probleem weg is als je er van wegloopt. Maar je draagt dat natuurlijk met je mee.’
Jaarlijks
1000 wegloopdossiers
De laatste jaren kregen jullie ook veel dossiers rond de verdwijning van niet-begeleide minderjarige vluchtelingen binnen. Hoe verlopen die? ‘Dat zijn vluchtelingen, jongeren maar soms ook heel jonge kinderen, die in België toekomen zonder ouders of voogd. Soms worden ze door smokkelaars meegenomen
15
zo zit dat en gewoon ergens achtergelaten, of de smokkelaars scheiden die kinderen onderweg van hun ouders om zeker te zijn dat ze betaald zullen worden. En als ze dan in België zijn, verdwijnen de kinderen bijvoorbeeld uit het politiekantoor of uit de instelling. Zo hadden we er ongeveer 270 vorig jaar, een stijgende trend. Dat zijn heel moeilijke dossiers want we hebben vaak weinig gegevens. Soms zelfs niet de juiste naam van het kind. We maken ons uiteraard veel zorgen over die kinderen. Want we weten dat legaal verder reizen niet aan de orde is. Dus nemen ze risico’s door met smokkelaars te werken. En het zijn sowieso heel kwetsbare jongeren die al veel hebben meegemaakt, in hun thuisland of onderweg. Er zijn rapporten over kinderen die onderweg misbruikt worden, klappen krijgen. Ze hebben dus een moeilijke weg afgelegd. Dit zijn zeer frustrerende dossiers. Want ook al wil je helpen, soms lukt het niet.’ Speelt de houding van de publieke opinie ook een rol in deze dossiers? ‘We moeten daar eerlijk over zijn, in heel Europa, en ook in ons land, voelen migranten zich niet welkom. Zij durven dan ook niet altijd de waarheid te vertellen. Het zou makkelijker zijn mocht een kind bij aankomst in België kunnen zeggen dat zijn papa in Duitsland verblijft en dat het ook naar Duitsland wil. Dan kan je proberen dat kind ervan te overtuigen om de procedures te doorlopen zodat het geen risico’s neemt. Maar die kinderen durven gewoon niet altijd de waarheid te vertellen. En ze zoeken dus naar andere manieren om bij hun ouders te geraken. We hebben ook straatkinderen, die al heel Europa hebben doorkruist en die af en toe kleine criminele feiten plegen. Dat mag natuurlijk niet, maar als je kinderen al vroeg als crimineel benadert, wordt het heel moeilijk om ze vertrouwen te doen krijgen in de hulpverlening.’ Toen u eind 2018 vond dat de Belgische kinderen in Syrië naar België teruggehaald moesten worden, kreeg u doodsbedreigingen. Zeggen dat de publieke opinie niet altijd mee is, is dan een understatement. ‘Net zoals voor de minderjarige vluchtelingen, is de publieke opinie niet mals voor deze kinderen. Helaas merken we bij opsporingsberichten dat ze minder gedeeld worden als het gaat om een kind van vreemde origine, en vooral om niet-begeleide minderjarigen. Dat is een signaal, en wij betreuren dat. We hadden de verrechtsing op 26 mei, of we dat nu willen of niet. Daar moeten we mee werken. Maar dat heeft zijn invloed op de manier waarop mensen naar dit soort dossiers kijken. En dat bemoeilijkt onze job. Want als er in de publieke opinie geen draagvlak is, beweegt er ook op politiek vlak niet veel. Dan is het voor politici niet interessant om hun nek voor die kinderen uit te steken. Maar Child Focus heeft beslist dat een kind een kind is. Of dat nu een kind uit Syrië is of uit Brasschaat. Gelijk welke leeftijd, afkomst, niveau, wat dan ook. Elk kind verdient dezelfde behandeling en manier van reageren, zowel van politie en justitie, als van het brede publiek.’
WEDSTRIJD Heidi De Pauw schreef het boek ‘Geen paniek! Waarom we onze kinderen met een gerust hart kunnen loslaten’. Visie geeft drie exemplaren weg. Beantwoord voor 16 oktober de wedstrijdvraag: Waar kunnen kinderen en jongeren, naast Child Focus, ook altijd terecht met hun problemen? A. Awel - B. Praat - C. Chathulp Doe mee op www.visiewedstrijd.be of stuur een kaartje naar Visie Wedstrijd, Postbus 20, 1031 Brussel.
preventie
Wanneer laat ik mij vaccineren tegen griep? Het is herfst, dat betekent dat het griepseizoen officieel is geopend. Hoge koorts, koude rillingen, keelpijn, spierpijn, hoofdpijn … Het zijn allemaal symptomen van griep. Vaccinatie is de enige manier om je ertegen te beschermen. Ben je zwanger, ouder dan 65 jaar, heb je een chronische aandoening of verblijf je in een instelling? Dan behoor je tot de risicogroep en laat je je het best vaccineren. Ook als je werkt in de gezondheidssector, onder hetzelfde dak woont met iemand uit de risicogroep of tussen 50 en 64 jaar bent, is het vaccin aanbevolen. De beste periode voor
vaccinatie is half oktober tot half december. Het vaccin beschermt ongeveer zes maanden. De kans om in die periode griep te krijgen verkleint. Krijg je de ziekte toch? Dan ben je minder ziek en treden er minder verwikkelingen op (zoals een longontsteking). Behoor je tot de risicogroep of ben je zorgverstrekker? Dan betaalt de ziekteverzekering een deel van het griepvaccin terug. Afhankelijk van het merk van het vaccin, betaal je 6 tot 8 euro. Je kunt ook in aanmerking komen voor een extra tegemoetkoming van CM. Zonder tegemoetkoming van de ziekte-
verzekering betaal je ongeveer 13 euro. Kom je in aanmerking voor terugbetaling, dan vermeldt je arts derdebetalersregeling van toepassing op het voorschrift. Geef het aan je apotheker, die op vertoon van je elektronische identiteitskaart of isi+-kaart de terugbetaling meteen zal verrekenen. Mensen die in een gesubsidieerd woonzorgcentrum (RVT of rusthuis) wonen, krijgen het vaccin gratis via het rust- of verzorgingstehuis.
>>> www.cm.be/griepvaccin
woon-werkverkeer
Heb ik recht op een fietsvergoeding als ik met de speed pedelec naar het werk kom? Werkgevers kunnen een vergoeding uitbetalen aan werknemers die (een deel van) hun woon-werkverkeer met de fiets afleggen. Dat is helaas nog geen automatisch recht. Er moeten daarover afspraken gemaakt worden in een cao voor de sector of het bedrijf. Dankzij een aanbeveling uit het recente Interprofessioneel Akkoord heeft nu wel zowat de helft van de werknemers uit de privésector recht op een fietsvergoeding. Deze vergoeding is vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen en belastin-
gen, en bedraagt maximaal 0,24 euro per afgelegde kilometer. In sommige sectoren wordt de fietsvergoeding wel gelimiteerd op een maximaal aantal kilometers per dag. Visie berichtte hierover uitgebreid in het vorige nummer. Een lezer vroeg ons naar aanleiding hiervan hoe het zit met speed pedelecs, de elektrische fietsen die snelheden tot 45 kilometer per uur halen? Dat is helaas niet zo eenduidig. In sommige sectoren en bedrijven wordt
een speed pedelec niet per se beschouwd als een fiets wat betreft het recht op de fietsvergoeding. Dat is jammer, want een speed pedelec maakt het voor veel mensen makkelijker om een langer traject van en naar het werk af te leggen. Parafiscaal (voor de bijdragen aan de sociale zekerheid) wordt het onderscheid tussen een fiets en een speed pedelec niet gemaakt. Dus, wie overweegt om met een speed pedelec te pendelen doet best navraag bij de vakbondsafgevaardigde.
energie
Hoe kan ik van gas- of elektriciteitsleverancier veranderen? Veel mensen sluiten een energiecontract af bij een leverancier, om dan vele tientallen jaren trouw bij hetzelfde bedrijf klant te blijven zonder zich veel vragen te stellen bij de factuur. Nochtans loont het om af en toe eens de prijzen te vergelijken, en eventueel van gas- en/ of elektriciteitsleverancier te veranderen. Dat is veel makkelijker dan het lijkt. De VREG (Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt) heeft een eenvoudige test op haar website, waarbij je op basis van je
eigen verbruik, woonplaats en gezinssituatie de meest voordelige formule kunt zoeken. Elke maand wordt de test geactualiseerd. Je kunt ook zien of de stroom al dan niet groen is. Als je een contract aangaat met een nieuwe leverancier, brengt die je oude leverancier op de hoogte. Je energiecontract opzeggen hoeft dus niet. Hou wel rekening met een opzegtermijn van één maand. Er zijn leveranciers met een wachtlijst voor nieuwe klanten. Check dus steeds bij je nieuwe leveranciers
vanaf wanneer die jou van gas en/ of elektriciteit kan voorzien. Je netbeheerder zal contact opnemen om je meterstand op te nemen. Zo kan je oude leverancier een eindafrekening maken. Het best is om aan je nieuwe leverancier je gemiddelde verbruik door te geven. Op basis daarvan kan die de tussentijdse facturen opmaken, zodat je niet voor onaangename verrassingen komt te staan.
>>> vtest.vreg.be
16
TOT JE DIENST
Website voor ouders
Praten over drugs en alcohol Als jongeren verder studeren, staan ze meer op eigen benen en wordt de afstand met de ouders groter. Toch hebben ouders nog altijd veel invloed. Ook als het gaat over alcohol en drugs. Het is belangrijk om daar met de jongeren over te praten en grenzen aan te geven. Om ouders te ondersteunen, lanceert de Druglijn een nieuwe website met advies en getuigenissen op maat. >>> oudersvanstudenten.druglijn.be
13 oktober
Dag van Chronisch Zieke Mensen Op zondag 13 oktober is het Dag van de Chronisch Zieke Mensen. Dan vraagt Samana aandacht voor mensen die kampen met een chronische aandoening en voor hun mantelzorgers. Ze wonen in elke buurt, in elke straat. Toch leven zieke mensen vaak wat vergeten in de rand van onze samenleving. Samana roept op om elkaar te ontmoeten.
>>> www.samana.be
Getrouwheidszegels bouw
Start verzending zegelkaart Werk je als bouwvakker bij een onderneming waarvan het rsz-kengetal begint met 024, 026, 044 of 054? Dan heb je recht op getrouwheidszegels. De zegelkaart levert je 9 % van het verdiende brutoloon in de periode van 1 juli 2018 tot en met 30 juni 2019 op. Vanaf deze week verzendt Constructiv de kaart naar je thuis. Je kan je ingevulde kaart indienen bij het plaatselijk ACV-dienstencentrum of rechtstreeks bij ACV bouw - industrie & energie. Uitbetaling volgt vanaf 28 oktober. Denk je recht te hebben op zegels maar ontving je geen kaart? Neem dan contact op met het ACV.
Vacatures CM zoekt Financieel analist verzekeringen Analist-programmeur Stafmedewerker kwaliteit en datamining Projectleider CM-gezondheids consulent Recruitment specialist 100% - Schaarbeek – onbepaalde duur
www.cmjobs.be
COV zoekt Sociaal-juridisch medewerker 100% - Schaarbeek - onbepaalde duur
www.cov.be
OKRA SPORT+ zoekt Administratief medewerker 50% - Schaarbeek - onbepaalde duur
www.okra.be
Geen vergoeding voor wettelijk samenwonenden
Dodelijk werkongeval: de ene partner is de andere niet Bij een dodelijk arbeidsongeval krijgen getrouwde partners maandelijks een financiële compensatie. Voor koppels die wettelijk samenwonen is dat niet het geval. Tenzij er een specifieke clausule in het samenlevingscontract is opgenomen. Discriminatie, vindt het ACV. Samen met de federale Ombudsman wil het snel een oplossing. Teks t Nils De Neubourg
Het verlies van een familielid is vaak al een zware klap. Dat is zeker zo wanneer je partner het leven laat na een arbeidsongeval. Bovendien zou het verlies ook nog eens kunnen leiden tot bijkomende financiële zorgen door het wegvallen van een inkomen in het gezin. Om dat te vermijden is in de wetgeving over arbeidsongevallen voorzien dat in bepaalde situaties een deel van het loon van de overleden werknemer verder wordt doorbetaald aan zijn of haar partner. Die vergoeding wordt lijfrente genoemd en dient om het financiële verlies voor die partner te compenseren. De federale Ombudsman merkte op basis van klachten een tijd geleden op dat aan wettelijk samenwonenden zelden die rente wordt uitbetaald terwijl dat voor gehuwden vanzelfsprekend is. ‘Het Grondwettelijk Hof oordeelde eerder dat de regeling voor die rente een
gerechtvaardigd onderscheid kan zijn tussen gehuwden en samenwonenden’, zegt Herman Fonck, expert bij het ACV. ‘Veel wettelijke samenwonenden blijven zo na een dodelijk werkongeval van hun partner met lege handen achter. Dat is gewoon discriminatie.’ Allesbepalende clausule Waar wettelijk gehuwden sowieso recht hebben op die rente, is dat niet zo voor mensen met een samenlevingscontract. Alles hangt af van de specifieke clausules in het contract. Fonck: ‘De wetgeving over het huwelijk zegt dat gehuwden elkaar hulp en economische bijstand verschuldigd zijn. Daarnaast gaan we ervan uit dat ze onderling economisch afhankelijk zijn.’ Een standaardversie van een wettelijk sa-
menlevingscontract kent zo’n clausule niet. Met grote gevolgen, want zonder die clausule is er volgens het Grondwettelijk Hof geen sprake van discriminatie als die rente niet wordt uitbetaald aan samenwonenden. Veel wettelijk samenwonende koppels dreigen zo bij een dodelijk werkongeval een aanzienlijke compensatie mis te lopen. Tot aan het pensioen wordt namelijk maandelijks dertig procent van het basisloon van de overleden partner uitbetaald. Die vorm van discriminatie moet weggewerkt worden vindt Fonck: ‘Het moet wettelijk geregeld worden, bijvoorbeeld door die clausule rond economische bijstand standaard in het contract van wettelijk samenwonenden op te nemen. Want wie denkt bij het samenwonen daar nu zelf aan?’
Trek deze winter als vrijwilliger naar de sneeuw Combineer je graag het aangename met het nuttige? Trek dan deze winter als vrijwilliger naar een van onze hotels in Frankrijk, Tsjechië of Zwitserland en geniet in je vrije tijd van sneeuwpret. Ter plaatse help je als afwasser, restaurantmedewerker, schoonmaker, animator of skimonitor en zorg je ervoor dat onze gasten een fijne vakantie beleven. Vrijwilligerswerk bij Intersoc is gratis. Daar bovenop zorgen wij voor het vervoer naar en van onze hotels en je verblijf in volpension. Verder krijg je credits voor drankjes en kan je gratis skimateriaal huren. Word je ziek tijdens je werkvakantie? Dan kan je kosteloos terecht bij onze medische dienst.
Begint het te kriebelen?
Ontdek dan meer op www.intersocwerkvakanties of bel ons op 02 246 47 34.
20 UITLAATKLEP Het leven is vaak rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. Net daarom staat Visie graag even stil en stellen we een Bekende of Boeiende Vlaming tien vragen om tot rust te komen.
Deze week zanger Guido Belcanto (66) tekst Nils De Neubourg
FOTO ID / Sarah Van looy
Guido, 1
Waarvoor is er te weinig aandacht in de samenleving?
‘Naastenliefde. Of je kan het ook mededogen noemen, want het komt op hetzelfde neer. We zijn allemaal ongevraagd ter wereld gekomen. En we hebben maar een zekerheid: ooit zullen we sterven. Daardoor zitten we allemaal in hetzelfde schuitje. Bijna alle discussies zijn tegenwoordig een wij-zij-verhaal terwijl we elkaar beter als lotgenoten zouden zien. Zo plaats je de ander in het juiste perspectief en word je herinnerd aan wat het meest noodzakelijk is.’
2
Welke mooie waarde(n) dank je aan je ouders?
‘Het allerbelangrijkste wat ik heb meegekregen is nederigheid. Ook wanneer je een belangrijke positie hebt mag je je niet beter voelen dan een ander. In de showbizz zie je toch wel wat mensen met streken. Omdat ik die belangrijke les thuis meekreeg zit dat helemaal niet in mijn aard.’
3
Wat zou je graag beter kunnen?
‘Beter gitaar spelen. Ik kan goed zingen en kan mooie liedjes schrijven, maar ik ben een slechte muzikant. Dat is mijn grootste frustratie. Ik speel dan wel goed genoeg om een liedje te componeren, maar een soloconcert geven zal ik niet doen. Daar heb je echt talent voor nodig.’
4
Waaraan besteed je te veel of net te weinig tijd?
‘Ik kijk te vaak tv. Omdat ik graag de actualiteit volg, zet ik het nieuws of duidingsprogramma’s op. Bijvoorbeeld De Afspraak met Bart Schols wil ik niet missen. Maar daarna blijf ik dan plakken. De jaren dat ik geen televisie had, waren vruchtbaarder voor mij. Ik schreef veel meer liedjes. Eigenlijk zou het goed zijn moest ik dat ding nog eens buitengooien.’ (lacht)
5
Welk boek heb je het laatst gelezen en heeft indruk op je gemaakt?? ‘Ik heb met veel plezier Een soort van liefde van Alicja Gescinska herlezen. Met een roman kom je veel meer te weten over de liefde dan met al die zelfhulpboeken. In het boek van Gescinska word je om de twee bladzijden getrakteerd op een filosofische gedachte. Het is een prachtig voorbeeld van hoe literatuur en filosofie in elkaar kunnen overvloeien.’
6
Wat zou je uitvinden om van de wereld een betere plek te maken?
‘Iets om het lawaai in de wereld te dempen. Wanneer ik in de stad kom, ervaar ik dat lawaai als een soort terreur. Het voelt als een aanslag op mijn innerlijke rust. Niet alleen het verkeer, maar ook bijvoorbeeld een telefoon die overgaat op de bus. Ik woon ongeveer vijftien jaar in de natuur en hier heb je soms nog echt pure stilte. Dat werkt heilzaam.’
7
Waar op de wereld zou jij je nog thuis kunnen voelen?
‘Dat is gemakkelijk: in het hooggebergte. Wanneer ik vakantie heb ga ik fietsen en wandelen in de Alpen of de Pyreneeën. Dat is mijn groot-
ste ontspanning. De woeste pracht van de natuur maakt je nederig. Het majestueuze van de bergen geeft me soms zelfs het gevoel dat er een god bestaat. De liefde is zelfs zo groot dat ik in de Pyreneeën een huisje heb gekocht waar ik vanaf volgend jaar deeltijds ga wonen.’
8
Wat zou iedereen op school moeten leren?
‘Liefde voor de kunst, en voor de literatuur in het bijzonder. Boeken hebben mij tot een rijker persoon gemaakt. Ik vraag me af hoeveel jonge mensen nog eens een écht boek vastnemen. Iedereen heeft z’n schermpje. Maar dat geeft je niet hetzelfde genoegen als je met een goed boek in de zetel te laten meeslepen door verhalen. Je kan me gerust een eenzaat noemen, maar met een boek in mijn handen voel ik me niet alleen. Dan lijkt het alsof er een vriend bij me is.’
9
Stel dat je eens zou kunnen afspreken met een bekend persoon - dood of levend - met wie zou je dan een terrasje willen doen en waarom? ‘Dan spreek ik graag met de filosoof Arthur Schopenhauer. Hij heeft het pessimisme tot kunstvorm verheven. Maar ondanks die sombere levensvisie biedt hij toch op een wonderlijke manier enorme troost. Ik vermoed dat er tussen hem en mij een verwantschap bestaat, want ik heb geen moeite om hem te begrijpen. In mijn liedjes heb ik het ook vaak over eenzaamheid, liefdesverdriet en tragiek. Dan hoop ik daarmee ook een soortgelijke troost te bieden.’
10
Welk beroep zou je uitoefenen, als je niet kon doen wat je nu doet?
‘Dan twijfel ik tussen dierenarts of psychiater. Maar doe toch maar het laatste, want ik ben heel gefascineerd door de kronkelingen van de menselijke geest. Mensen die buiten het zogenaamde normale vallen trekken mij enorm aan. Misschien omdat het soortgenoten zijn.’ (lacht)