VISIE 13 - 5 september 2024

Page 1


LLES EROP EN ERAAN!

EPC B C D F E G

IJNA PERFECT!

AVA NOG!

AAR ZIJN WEL WAT KOSTEN AAN

NORM VEEL WERK AAN

IEUW, NIET MEER TE DOEN!

EEN HOOP VOOR DE KLEINE PORTEMONNEE

Renovatieplicht

Haalbaar voor iedereen?

De meerwaarde van meerwaardebelasting

Hoe de supernota de armoededaling bedreigt

Uit ervaring De OKANleerkracht

Limburg Schoolcoaches Arktos ondersteunen kwetsbare gezinnen

Ziek op vakantie

Dat je ziek kunt worden op vakantie, hebben velen wel al eens aan den lijve ondervonden. Vakantiedagen zijn niet immuun voor ongevallen, virussen of andere calamiteiten.

Dat mochten ook de 7.500 vrijwilligers van Kazou, die deze zomer maar liefst 36.400 jongeren meenamen op 910 vakanties, ervaren. Ze werden dit jaar zelfs een van de hoofdpunten van het nieuws, door een nietsontziende uitbraak van het norovirus in een aantal Spaanse vakantiegebieden. Vele

jongeren werden ziek, de monitoren en vakantieverantwoordelijken deden hun uiterste best om de zieken zo goed mogelijk te verzorgen, bijgestaan door medische professionals. Plezant is anders: niemand wil ziek worden op reis. Maar dat het gebeuren kan, is onvermijdelijk. Nulrisico-jongerenvakanties, die bestaan niet – of ze zouden zich onder een glazen stolp moeten afspelen, en daar is wellicht ook weinig leut te beleven. Een zorgeloze zomer, daar werken al onze vrijwilligers met man en macht aan. Hun doel is van elke vakantiedag een groot feest te maken,

maar ik wil hen graag ook bedanken voor hoe ze op de dagen dat het leven niet zo’n feestje is, ook op post zijn.

BELASTINGECONOOM KEVIN SPIRITUS OVER DE NOODZAAK VAN EEN MEERWAARDEBELASTING

‘De lobby zit mee aan tafel met Bouchez’

MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez wil van geen meerwaardebelasting weten. Maar dat blijft een cruciale schakel voor fiscale rechtvaardigheid, zegt econoom Kevin Spiritus, een van de experten die de hervormingsplannen van minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) adviseerde.

¬ Tekst Simon Bellens

De ‘supernota’ van Bart De Wever (N-VA) mikte bij de onderhandelingen over een nieuwe regering op een meerwaardebelasting van 10 procent. Die zou betaald moeten worden op de winst van verkoop van aandelen. Maar ondanks brede overeenstemming, wilde

MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez van geen meerwaardebelasting weten. De regeringsonderhandelingen spatten uit elkaar, en de meerwaardebelasting verdween in de prullenmand.

Wraakroepend, vindt Kevin Spiritus, Belgisch belastingeconoom aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. ‘Het gaat om eerlijkheid’, zegt hij. ‘Wat voorlag was in het geheel een belastingvermindering. Alleen zou een groep mensen met veel financiële draagkracht niet langer ontzien worden. De meeste mensen bezitten geen aandelen of interesten met meerwaarde. Die zitten vooral bij de rijkste 10 procent.’

Het laatste voorstel was al een sterk uitgedunde versie, met verschillende vrijstellingen en uitzonderingen.

SPIRITUS ¬ ‘Zodra er ook maar één gat in de fiscaliteit zit, zal wie de middelen heeft die achterpoortjes gebruiken. Als je meerwaarden zoals vandaag vrijstelt of gunstiger belast, zorgen zij ervoor dat hun vermogensinkomens er als meerwaarden uitziet. Dat stuurt bovendien hoe mensen hun geld investeren en is slecht voor de economie. We moeten alle kapitaalinkomens gelijk belasten.’

Hoe verklaart u de weerstand van MR-voorzitter Bouchez?

SPIRITUS ¬ ‘Zijn bedoeling is klaarblijkelijk om op papier wel een meerwaardebelasting te hebben, maar in de praktijk zijn achterban te ontzien met allerlei uitzonderingen. Daarom stellen ze een uitgebreide effectentaks voor als tegenvoorstel. Grootaandeelhouders gebruiken geen effectenrekeningen. Het is duidelijk dat de lobby mee aan tafel zit.’

Moeten we blij zijn met een meerwaardebelasting als toemaatje voor een verder asociaal regeerakkoord dat in de sociale zekerheid wil besparen?

SPIRITUS ¬ ‘Een meerwaardebelasting is een belangrijk onderdeel om tot een rechtvaardiger systeem te komen. Mensen met gelijke draagkracht moeten gelijk belast worden. Het is dan wel geen structurele hervorming zoals minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) voorstelde, maar een meerwaardebelasting neemt al een grote onrechtvaardigheid weg.’

‘Als je naar de partijprogramma’s kijkt, is er in het parlement een grote meerderheid voor een meerwaardebelasting. De onderhandelende partijen maken samen dan wel een rechtse coalitie (N-VA, MR, Vooruit, CD&V, Les Engagés, red.), maar als Vooruit zelfs dat niet kan binnenhalen, vraag ik me af wat ze in een regering te zoeken hebben.’

Redactieadres Visie, PB 20, 1031 Brussel ¬ e-mail: info@visieredactie.be ¬ Lezersbrieven lezers@visieredactie.be ¬ Abonnementen www.beweging. net/abonnementvisie ¬ Verantwoordelijke uitgever Liesbeth De Winter ¬ Redactie Djorven Ariën, Simon Bellens, Nils De Neubourg, Dominic Zehnder, Lies Van der Auwera, Lieven Bax, Tinne Van Woensel, Rooni Theeboom, David Vanbellinghen, Sim Geerts, Sofie Buysse, Martine Creve ¬ Hoofdredactie An-Sofie Bessemans, Wim Troch ¬ Vormgeving Gevaert Graphics ¬ Druk Coldset Printing Partners ¬ Visie verschijnt maandelijks en is inbegrepen in het lidmaatschap van CM, ACV bouw - industrie & energie, ACV-CSC METEA, ACV-Transcom en ACV Voeding en Diensten ¬ De beschrijving van de CM-diensten en -voordelen in deze publicatie heeft enkel een informatieve waarde. Bij twijfel of betwisting gelden enkel de statuten van het ziekenfonds. Meer info: www.cm.be/statuten

Luc Van Gorp, Voorzitter CM

Over 20 jaar kwart minder zorg voorhanden in woonzorgcentra

De komende twintig jaar zal de vraag naar zorg zodanig stijgen dat zelfs een groter aantal verpleegkundigen het werk niet langer zal kunnen bolwerken. Zo verliezen ziekenhuizen, woonzorgcentra en thuiszorg tot ruim een kwart van de huidige slagkracht om zorg te bieden aan wie dat nodig heeft. Als we dat niet aanpakken stevent onze zorg af op een crisis, concludeert ziekenfonds CM in een nieuwe studie. Een opdoemende vergrijzingsgolf maakt de vooruitzichten nog somberder.

¬ Tekst Nils De Neubourg ¬ Foto ID / Fred Debrock

De komende twee decennia kunnen we een groei van het aantal verpleegkundigen verwachten. Dat besluit CM in een nieuwe studie. Helaas stopt daar het goede nieuws, want de nood aan zorg zal volgens dezelfde studie nog eens zo hard groeien. Dat komt door het stijgende aantal ouderen, maar ook de hogere levensverwachting en complexere zorg zullen de hoeveelheid werk gevoelig verhogen. Zodanig zelfs dat het zorgpersoneel het niet zal kunnen bolwerken. CM vreest daarom een crisis in sectoren als ziekenhuizen of de thuiszorg. Maar vooral woonzorgcentra zullen de tekorten voelen.

Woonzorgcentra zullen het in verhouding tot de gevraagde zorg met ruim een kwart minder personeel dan vandaag moeten doen. De thuiszorg en de ziekenhuizen zullen dan weer bijna een vijfde minder personeel beschikbaar hebben voor alle

zorgnoden. Niet verwonderlijk dat de Wereldgezondheidsorganisatie van de VN het dreigend tekort aan gezondheids- en zorgmedewerkers in Europa zelfs een tijdbom noemt die tot een ramp kan leiden.

Familie en omgeving ingeschakeld

Niet enkel wie in de sector werkt of zorg nodig heeft zal de tekorten voelen. Ook de familie en de omgeving – al heeft niet iedereen die – zal meer ingeschakeld worden. Die is daar niet altijd op voorbereid, en moet de toenemende mantelzorg dikwijls combineren met werk.

Kiezen voor een speciaal verlofstelsel is dan een mogelijkheid, maar daarvoor is de uitkering te laag. Nu al geeft in een ACV-enquête een meerderheid aan het financieel echt te voelen wanneer er minder wordt gewerkt om voor iemand te

kunnen zorgen. ‘Tegelijk moet de crisis ook een opportuniteit zijn om anders naar zorg te gaan kijken, met meer sociale aandacht. Want louter vertrouwen op meer krachten zal niet volstaan’, geeft Luc Van Gorp, voorzitter van CM, aan.

Al tien jaar knelpuntberoep

Verpleegkundigen staan al ruim tien jaar in de lijst van knelpuntberoepen, vorig jaar zelfs nog op de betreurenswaardige eerste plaats in Vlaanderen. Ondertussen dook ook de zorgkundige op in de lijst. De functie die in theorie een deel van de werkdruk van verpleegkundigen moet opvangen, valt ondertussen al even moeilijk te vullen.

De vraag waarom vacatures in de sector moeilijk ingevuld worden, kent verschillende antwoorden. ‘Ten eerste studeren er te weinig verpleegkundigen af’, geeft Van Gorp aan. ‘Er zijn veel meer openstaande vacatures dan studenten die hun diploma halen. En wie wel aan de slag gaat met het diploma, loopt nadien weer een grote kans om uit te vallen met bijvoorbeeld een burn-out. Het bestaande personeelstekort creëert zo zelfs nog meer tekorten. Wat daarnaast ook niet helpt: een derde van het zorgpersoneel is momenteel ouder dan 50.’

‘CM bevestigt met deze uitvoerige studie de signalen die we al heel lang ontvangen uit

de sector’, zegt Olivier Remy. Als algemeen coördinator non-profit bij ACV Puls heeft hij de vinger aan de pols bij wie in de zorg werkt, niet alleen verpleegkundigen. ‘Voor heel wat functies blijven de vacatures oningevuld, en aan de andere kant verdwijnen heel veel mensen uit de sector door redenen die we eigenlijk kunnen aanpakken.’

Die redenen zijn volgens de vakbond onder meer de onvoldoende verloning en inhaalrust na onregelmatig werk, geen mogelijkheid tot voltijds werk wanneer daarom gevraagd wordt, personeelstekorten, slechte werk-privébalans en te veel administratie. ‘Meer mensen in de sector krijgen en houden is de enige manier om een zorgcrisis te vermijden’, vat Remy de uitdagingen samen.

Inderdaad, volgens de recente werkbaarheidsmonitor in de zorgsector kent meer dan de helft van het personeel werkgerelateerde klachten, met ziekenhuizen en woonzorgcentra als trieste koplopers. Vooral werkstress knaagt er aan het welzijn.

De werkomstandigheden verbeteren is ook wat CM betreft essentieel om de zorg weer menselijk te maken, voor zowel patiënt als wie in de sector werkt. Van Gorp: ‘De resultaten tonen aan dat er momenteel nog weinig ruimte overblijft voor de kerntaak van het verpleegkundige beroep: echt zorg dragen voor wie dat nodig heeft. Een gebrek aan tijd en mensen dragen bij aan de leegloop van een beroep dat net met hart en ziel uitgeoefend wordt.’

De gezamenlijke boodschap voor de toekomstige regeringen is heel duidelijk: ‘Maak van zorg en zorgberoepen een prioriteit de komende legislatuur. Anders komt er een ramp op ons af.’

Velen vragen me wat ik vind van de regeringsonderhandelingen.

Het makkelijkste antwoord zou zijn om iets te roepen.

‘Boe, knoeiers!’ Of ‘Goe bezig!’ De realiteit is echter ingewikkeld.

Het antwoord veel genuanceerder. En het vraagt ook meer sérieux in de onderhandelingen dan wat we tot dusver hebben gezien.

¬ Ann Vermorgen, voorzitter ACV

Boe / Goe / Sérieux

We leven in een van de rijkste regio’s ter wereld. Met de groeiende welvaart hebben we veel welzijn gecreëerd. Onze sociale zekerheid beschermt, mensen kunnen zich vormen en ontwikkelen, we genieten van een rijk cultureel veld ... Maar tegelijk komen mensen met een laag inkomen niet rond. Tegelijk moeten mensen harder en langer werken, maar houden ze dat niet vol. Met een enorm aantal langdurig zieken tot gevolg. Dit stelt onze productiviteit, de gangmaker van onze welvaart, enorm op de proef. We ondervinden ook dat openbare dienstverlening sputtert. De zorg, hulpdiensten, onderwijs, openbaar vervoer ... snakken naar adem, middelen en mensen. Terwijl werkende mensen wel een groot deel van hun inkomen afdragen om die diensten uit te bouwen, zijn het begrotingstekort en de staatsschuld onrustwekkend hoog. Daarbovenop vragen de vergrijzingsgolf, de dreigende klimaatcrisis en onvoorspelbare oorlogsstokers elders in de wereld veel extra middelen. Dat moet de nieuwe regering aanpakken. Verantwoord en evenwichtig. Daarom moeten de onderhandelaars werk maken van vier prioriteiten.

1. Een gevulde staatskas zodat er geïnvesteerd kan worden. In dienstverlening aan de burgers, en om vergrijzing en klimaatverandering op te vangen. Uit de nota’s van Bart De Wever blijkt dat de onderhandelende partijen een begroting op orde heel belangrijk vinden. Alleen hangt die begrotingsoefening met veel spuug en wat paktouw aan elkaar. De Wever rekent op 19 miljard ‘terugverdieneffecten’. Hij hoopt dus dat dat geld uit een of andere boom zal vallen. N-VA en MR zullen moeten aanvaarden dat hun achterban ook een serieuze bijdrage zal moeten leveren. Een uitgeholde meerwaardebelasting volstaat niet. Want dan zullen gewone

mensen het weer moeten betalen, wat ze nu al doen daar waar de plannen concreet worden.

2. Meer geld op de rekening van mensen zodat de levensstandaard op peil blijft. Zeker op de rekening van wie een laag loon of een ander laag inkomen heeft. De fiscale plannen die tot nu toe op tafel lagen, geven daar een aanzet toe, maar het mag geen nuloperatie worden voor die groep door vervolgens aan de lonen en index te morrelen. Of door opnieuw cadeaus uit te delen aan werkgevers.

3. De sociale zekerheid die echt iedereen zekerheid biedt, dat is de grootste verwezenlijking van onze welvaartstaat. Zorgen voor wie hulp nodig heeft, weg van een ieder-voor-zichmentaliteit. In wat nu voorligt worden mensen gestraft, vrouwen krijgen de volle laag. We moeten mensen kansen geven om aan het werk te raken en een langere loopbaan uit te bouwen. Als mensen die kansen echt krijgen, zullen ze die ook grijpen.

4. Onze economie moet vernieuwen, met meer aandacht voor onze industrie en openbare diensten. We moeten meer, maar vooral ook beter doen. Door beter en werkbaarder werk te voorzien zal de productiviteit verhogen. Mensen enkel meer en langer laten werken, in oproepcontracten, overuren en nachtarbeid, zonder kans om terug te schakelen wanneer het nodig is, is de snelweg richting burn-out en arbeidsongeschiktheid. Dat is sociaal én economisch onverantwoord.

Er is nog veel (evenwichts)werk aan de winkel voor de toekomstige regering. Maar dan moet er wel meer sérieux in de onderhandelingen komen. En minder pesterijen.

Cultuur. Een selectie

1.

VOORSTELLING SPREEKUUR

Sopraan Astrid Stockman opent haar ‘praktijk’ dit najaar in heel Vlaanderen voor een bijzonder spreekuur. Elke avond nodigt zij het publiek uit om plaats te nemen op haar sofa en te praten over een nummer dan een belangrijke plaats heeft in hun leven, waarna zij het live zal spelen. Elke voorstelling wordt zo een unieke belevenis.

~ astridstockman.com

2.

ERFGOED OPEN MONUMENTENDAG

Op 8 september kun je over het hele land erfgoed en monumenten langs hun beste kant bekijken. Tijdens de meer dan 1.100 activiteiten – waarvan de meeste vrij toegankelijk zijn – ontdek je eeuwenoude routes over land, spoor en water. In gaststad Leuven opent bovendien het prachtige stadhuis voor de laatste keer haar deuren voordat het voor vijf jaar sluit voor restauratie.

~ openmonumentendag.be

Fiscus loopt miljard euro mis door ‘achterpoortje’ familiebedrijven

De laatste vijf jaar liep de Vlaamse schatkist een miljard euro aan schenk- en erfbelasting mis door een ‘achterpoortje’ in de wet. Dat berekende fiscaal expert van het ACV Ive Rosseel. Om familiebedrijven vlot en economisch haalbaar over te dragen werd een uitzondering in de erf- en schenkwet voorzien.

Rosseel stelde vast dat het vastgoed dat zogezegd deel uitmaakt van een bedrijf niets met het bedrijf of de activiteiten hoeft te maken te hebben. ‘Ook personeel in dienst of zelfs de activiteit van het bedrijf behouden is geen vereiste. De vennootschap van een huisarts mag nadien dus gerust veranderd worden naar pakweg een frietkot.’

‘Vastgoed dat bestemd is als privéwoning moet uitgesloten worden van beide regelingen om in de toekomst niet langer miljarden mis te lopen’, zegt Stijn Gryp, nationaal secretaris van het ACV. ‘Daarnaast kan het tarief voor erfenissen en schenkingen volgens de systemen gerust omhoog naar respectievelijk vijf en drie procent. Ten slotte mag je ook wel verwachten dat het bedrijf minstens vijf jaar lang dezelfde activiteiten voortzet. Anders is er ook helemaal geen sprake van de voortzetting van het bedrijf waarvoor de gunstregeling nodig is.’

KANSSPELEN

Strengere gokregels van kracht

Sinds 1 september zijn de regels voor kansspelen in ons land strenger. De minimumleeftijd is opgetrokken tot 21 jaar, met uitzondering van de loterijspelen en krasloten van de Nationale Loterij, waar de minimumleeftijd op 18 jaar blijft liggen. Gokwebsites mogen geen gokvergunningen meer combineren en er mogen ook geen bonussen of cadeaus uitgedeeld worden om spelers aan het gokken te krijgen. Tegelijkertijd komt er ook een principieel verbod op gokreclame en worden er regels voor gokautomaten in jeugdhuizen en tankstations opgesteld.

Directeur Onderzoek en Ontwikkeling van beweging.net Sandra Rosvelds vindt elke verstrenging een stap vooruit. ‘Maar we moeten verder durven te gaan. Niet alleen de regels, ook de belasting op gokken moet worden aangepakt. Vandaag betaalt de sector nog steeds veel te weinig belastingen in vergelijking met andere landen.’

Je moet van atleten die meedoen aan de Paralympics geen helden maken. Het zijn mensen zoals iedereen, die toevallig graag sporten en er goed in zijn. Zij willen in competitie gaan op het allerhoogste niveau. Een beperking mag daarin geen beletsel zijn.

¬ LAURENS DEVOS Paralympisch tafeltennisspeler in Knack

VLAAMSE

Nooit eerder meer vrouwen en ouderen aan het sporten

Het aantal leden aangesloten bij een Vlaamse sportclub lag nooit hoger. In totaal tellen alle sportclubs samen vandaag een vijfde meer leden in vergelijking met tien jaar geleden. Van de 1,4 miljoen mensen die dit jaar bij een erkende Vlaamse sportclub aangesloten zijn, zijn vier op de tien vrouw, een record. 267.000 leden zijn dan weer ouder dan 60 jaar, wat eveneens een gevoelige stijging is ten opzichte van vorig jaar. Dat blijkt uit cijfers van de Vlaamse Sportfederatie.

De federatie wijst er wel op dat hoewel de evolutie van het aantal sporters over de ganse lijn positief is, het moeilijker wordt om leden te vinden die zich in het bestuur van hun club willen engageren, waardoor de besturen in sneltempo vergrijzen.

Ben je aangesloten bij een sportvereniging of neem je deel aan een erkende jog- of zweminitiatie? Dan heb je als CM-lid recht op een jaarlijkse terugbetaling tot 15 euro per persoon. Info en voorwaarden via cm.be

HET CIJFER

27.372

Zoveel liter zwerfvuil raapten de vrijwilligers van Proper Strand Lopers op in de maand juli op de Belgische stranden en in de kustgemeentes. Met hun actie willen ze zowel strandgangers sensibiliseren, voorkomen dat afval in zee belandt en de stadsbesturen van de kustgemeenten aanzetten tot actie

“Mijn opa blijft mijn opa! Altijd willen helpen... Maar nu is het aan mij om ervoor te zorgen dat hij nog lang in zijn huis kan blijven wonen. Dat doe ik samen met Goed thuiszorgwinkel

d Ontdek ons ruim aanbod hulpmiddelen, professioneel advies en oplossingen op maat.

Professor Wim Van Lancker:

‘Voorstellen uit nota van De Wever zouden daling armoede terugdraaien’

Decennialang waren de armoedecijfers verduiveld hardnekkig. Ongeveer een zevende van de Belgen leefde in armoede en dat ging veeleer in stijgende lijn. Maar nieuw onderzoek toont een opvallende daling sinds 2018. ‘De nieuwe regering kan dat tenietdoen.’

¬ Tekst Simon Bellens ¬ Foto’s ID/ Fred Debrock

In 2017 behoorde goed 16,4 procent van de Belgen tot de armste klasse, maar tussen 2018 en 2022 daalde dat met maar liefst 2,5 procentpunten. ‘Onmiskenbaar goed nieuws’, zegt sociaal wetenschapper Wim Van Lancker (KU Leuven). ‘Dit gaat over tienduizenden gezinnen met stabielere inkomens en een betere koopkracht. Ook in vergelijking met het buitenland is dat de sterkste daling die je kunt vinden. In Zweden of Frankrijk steeg de armoede.’

laagste lonen, stegen. Voor het eerst in twintig jaar was er een duidelijke beleidskeuze om iets voor de laagste inkomens te doen.’

Interessant is dat de hogere uitkeringen samengaan met meer tewerkstelling.

WIM VAN LANCKER

is professor sociaal beleid aan de KU Leuven, en een zeer gerespecteerde stem in het armoededebat. In 2022 schreef hij samen met onderzoeker Adeline Otto het boek Waarom gele hesjes niet met een bakfiets rijden.

Dat ligt voor een deel aan de steunmaatregelen van de Vivaldi-regering (20202024) tijdens de COVID-19-pandemie, zoals een ruimere tijdelijke werkloosheidsuitkering, en bij de daaropvolgende energiecrisis. ‘Denk maar aan het uitgebreid sociaal energietarief. Ook het systeem van automatische loonindexering is belangrijk. Maar wat opvalt is dat de daling van de armoede zich na die crisissen heeft voortgezet.’

In jullie rapport spreken jullie van een ‘trendbreuk’. Hoe structureel is die?

VAN LANCKER ¬ ‘Dat is nog een open vraag. De steunmaatregelen gingen samen met structurele ingrepen van de Vivaldi-regering, ook voor lagere en middeninkomens. OCMW’s kregen meer middelen. De welvaartsenveloppe die de sociale partners afspreken, verhoogde de uitkeringen boven de index. Een aantal minima, zoals voor pensioenen en de

VAN LANCKER ¬ ‘Politici denken dat ondersteuning minder nodig is als de tewerkstelling stijgt. Maar we zien net dat tewerkstelling op zichzelf onvoldoende is om mensen uit de armoede te helpen. Dat leidt pas tot een hogere levensstandaard, als het samengaat met een betere inkomensbescherming. Sociale zekerheid werkt tewerkstelling helemaal niet tegen. Integendeel, de sociale zekerheid creëert de omstandigheden waarin stijgende tewerkstelling leidt tot hogere welvaart.’

Hogere uitkeringen zetten geen rem op tewerkstelling

¬ WIM VAN LANCKER

‘Als hoge uitkeringen een rem zouden zetten op tewerkstelling, zou de tewerkstelling niet gestegen zijn bij de laagste inkomensgroepen. Maar dat is wel zo. Huishoudens waar niemand werkte, bekwamen toch één, soms deeltijds, inkomen. Alleen volstaat één inkomen niet om een gezin uit armoede te halen.

BIO

Zonder sociale bescherming maakt dat van een arm gezin een arm werkend gezin.’

‘De voorbije jaren wisten mensen zich op te werken naar de middenklasse. Maar het is natuurlijk mogelijk dat de volgende regering die verworvenheden terugdraait.’

De partijen die onderhandelen over een federale regering – N-VA, MR, Vooruit, Les Engagés en CD&V– wilden al bijvoorbeeld de

Voor het eerst in twintig jaar was er een duidelijke beleidskeuze om iets voor de laagste inkomens te doen
¬ WIM VAN LANCKER

welvaartsenveloppe halveren en de werkloosheidsuitkeringen beperken in de tijd.

VAN LANCKER ¬ ‘Wat in de supernota staat (van formateur Bart De Wever (N-VA), red.), vertrekt van het klassieke rechtse idee dat sociale zekerheid kosten zijn die mensen tegenhouden om te gaan werken. Maar wij zien nu net dat de armoededaling het gevolg is van het samengaan van tewerkstelling met een sterke sociale bescherming. Men wil eigenlijk het omgekeerde doen van wat ons empirisch onderzoek voorschrijft.’

‘Dan kunnen we verwachten dat de armoedecijfers opnieuw zullen stijgen. Ik hoop dat de onderhandelaars loskomen van de simplistische gedachte dat de uitgaven in de sociale zekerheid hoe dan ook te hoog zijn. De samenleving werkt beter met een goed werkende sociale zekerheid.’

‘We hebben nood aan globale doelstellingen voor de sociale zekerheid, zoals bestaanszekerheid verschaffen – ook door middel van goeie pensioenen – en tewerkstelling ondersteunen. Dat moet richting geven aan de hervormingen. Dat houdt meer steek dan: We moeten zoveel miljard euro besparen.’

Zitten we stilaan op een ondergrens van de armoede in België?

VAN LANCKER ¬ ‘We zitten nog steeds op een armoedecijfer van 12,3 procent, dat kan echt nog wel lager. Wij hebben nog een relatief grote groep korter geschoolden die niet aan de slag zijn en voor wie de sociale economie nog meer dan vandaag een oplossing kan bieden. De nieuwe Vlaamse regering moet daarin meer investeren.’

‘Ook onze sociale bescherming kan nog beter. Hoe kunnen we bijvoorbeeld de combinatie van een uitkering en een loon uit deeltijds werk verbeteren? We houden nog te veel vast aan de tweedeling tussen werk, óf een uitkering.’

Soms lijkt het erop dat we zo druk bezig zijn met aankaarten wat slecht gaat, dat we vergeten wat wel goed loopt in dit land. VAN LANCKER ¬ ‘Dat is misschien wel onze grootste valkuil. Sommige dingen gaan wel degelijk goed, zelfs al zijn de beleidskeuzes niet altijd zo duidelijk of doelbewust. Ik snap de terughoudendheid niet om te verdedigen wat goed loopt.’

‘Want er is natuurlijk geen garantie dat dit blijft duren. Laten we hopen dat dit een blijvende omwenteling in de armoedebestrijding kan zijn, en dat we niet binnen enkele jaren terugkijken op deze periode als een unieke terugval van de armoedecijfers in een voor het overige opgaande lijn, zoals met de maatregelen uit de supernota dreigt te gebeuren.’

Nergens is de impact van de klimaatcrisis op het werk groter dan bij ons

Europa warmt dubbel zo snel op als de rest van de wereld. Blootstelling aan extreme hitte op het werk nam daarom ook opvallend sterk toe: met een vijfde in slechts twintig jaar. Nergens ter wereld ervaren werknemers de klimaatverandering harder dan in Europa.

Het regende het voorbije jaar veel, héél veel. Daardoor bleef het ene hitterecord na het andere bijna onder de radar. Nochtans waren de dertien maanden voorgaand aan juli de warmste ooit gemeten op aarde. Tegelijkertijd waarschuwt Copernicus, het observatieagentschap van de EU, ervoor dat ons continent sinds 1980 dubbel zo snel opwarmt als de rest van de wereld.

Dringend tijd om te handelen. Niet in de laatste plaats voor wie in hitte werkt, waarschuwt de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO).

Want hittestress is een onzichtbare en stille doder. Met het risico op een zonnesteek, ziekte of zelfs overlijden zijn de mogelijke gevolgen niet min. Na lange blootstelling kunnen ook ernstige hart-, long- en

nierproblemen zich ontwikkelen.

‘Werkers in Afrika, de Arabische landen, grote delen van Azië en Oceanië ervaren momenteel nog de grootste blootstelling aan bovenmatige hitte’, schrijft de VN-arbeidsorganisatie in een nieuw rapport. Maar ook bij ons zijn er verontrustende signalen. ‘Samen met Centraal-Azië nam in Europa de blootstelling op het werk aan extreme hitte het hardst toe’, meldt de IAO in dat rapport. Die blootstelling groeide tussen 2000 en 2020 bij ons met ruim 17 procent, dubbel zo hard als elders in de wereld. Het logische gevolg is dat ook het aantal hittegerelateerde ziektes en aandoeningen een opvallend sterke opmars kende sinds 2000.

De gevolgen van overmatige hitte zijn dikwijls pas voel-

baar na een hittegolf. Daardoor is het verband niet altijd even zichtbaar. Zo zou bijvoorbeeld drie procent van alle nierproblemen terug te brengen zijn tot hoge temperaturen. Daarom pleit de IAO voor striktere klimaat- en hitterichtlijnen op het werk.

‘De bestaande regels voldoen vaak niet om de groeiende gevaren van de klimaatcrisis het hoofd te bieden’, klinkt het.

In België bestaan er wel al regels, zoals over de maximumtemperatuur op de werkplek, afhankelijk van de intensiteit van het werk. Toch ontbreken er volgens de IAO nog wel andere noodzakelijke richtlijnen over onder meer plaatsen om – letterlijk – af te koelen, hydratatie, gezondheidscontroles voor hitte en duidelijke opleiding en training over de risico’s.

Krijg ik vrij om te gaan stemmen als ik op zondag werk?

Op 13 oktober trekken we nog eens naar de stembus, deze keer voor onder meer de gemeenteraad. Anders dan alle voorgaande verkiezingen is er deze keer geen opkomstplicht meer. De regels die gelden als je die dag moet werken bleven dan weer ongewijzigd. Maar wat betekent dat in de praktijk?

Als je bent opgeroepen als bijzitter voor een enig of hoofdstembureau in je gemeente, kun je op je werk klein verlet inroepen. Die dag krijg je ook betaald zoals je die dag gewoon zou werken. Dat mag je werkgever niet weigeren.

Wil je gewoon gaan stemmen terwijl je die dag ook werkt, dan heb je recht om de tijd die daarvoor nodig is vrij te nemen. Ook dat mag de werkgever niet weigeren, al moet hij de niet-gewerkte uren in dat geval niet verplicht betalen. Werkgevers mogen in dat geval ook een document vragen als bewijs dat je werkelijk naar het stembureau bent gegaan. Opgelet, kun je nog voor of na je werk naar het stembureau, dan is de werkgever niet verplicht om je er tijd vrij voor te geven.

Om iedereen de kans te geven te gaan stemmen, is het raadzaam om in het bedrijf vooraf duidelijke afspraken te maken. Zo kunnen bijvoorbeeld afspraken gemaakt worden over het moment van de dag werknemers hun stem uitbrengen, om dat zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen. Met zulke afspraken kan de goede werking van de onderneming verzekerd blijven, en tegelijkertijd loonverlies voor de werknemers vermeden worden.

Piet Van den Bergh Juridisch expert ACV

Huidig renovatiebeleid vergroot de ongelijkheid’

Tegen 2050 elke woning energiezuinig maken. Dat is de ambitie van de Vlaamse regering. Wie sinds vorig jaar een woning met energielabel E of F koopt, moet die binnen de vijf jaar energetisch renoveren. Zo moeten we met z’n allen minder energie verbruiken en klimaatvriendelijker wonen. Maar kan de renovatieplicht daar in zijn huidige vorm voor zorgen?

¬ Tekst Djorven Ariën ¬ Foto Wouter Van Vooren

De renovatieplicht op zich is geen slecht idee’, stelt Josefine Vanhille, onderzoeker bij het Centrum voor Sociaal Beleid van de Universiteit Antwerpen. ‘Het is slim om in te zetten op renovatie op het moment dat er van eigenaar wordt gewisseld, omdat er dan ingrijpender wordt gerenoveerd. Door de verplichting zien we ook een prijsdaling van woningen met een slechtere energiescore.’

‘Een flankerend beleid dat het voor iedereen mogelijk maakt om te renoveren blijft echter achterwege. Het beleid is te lang heel eenzijdig gericht geweest op subsidies en premies voor mensen die de investering kunnen voorschieten. Daarmee bereik je een te kleine groep.’

Uit cijfers van de SERV, het adviesorgaan van de Vlaamse sociale partners,

Duurzaam renoveren vraagt ook duurzaamheid in de bouwsector

ACVBIE (bouw- industrie en energie) benadrukt het belang van genoeg gekwalificeerde mensen en voldoende tijd om de werken kwaliteitsvol te kunnen realiseren. Daarom moet harder worden ingezet op instroom en opleiding, en op meer veiligheid en welzijn op werven. Sociale dumping moet dringend worden aangepakt.

blijkt inderdaad dat premies er onvoldoende in slagen om de kwetsbaarste groepen te bereiken. Zo ging bij de Mijn VerbouwPremie van het budget van 1,1 miljard euro in 2022 maar liefst 80 procent naar de hoogste inkomensgroep.

Aan het huidige renovatietempo zal tegen 2050 maar 38 procent van de woningen het beoogde EPC-label A hebben, berekende de SERV. Bovendien heeft meer dan de helft van de gezinnen niet de middelen om die renovatie te betalen, ook niet met de bestaande premies en subsidies. Uit een studie van de Nationale Bank blijkt dat de maatregel een gemiddeld gezin tussen de 50.000 en 80.000 euro zal kosten. Zo lijkt voldoen aan de renovatieplicht enkel weggelegd voor een groep die het zich kan veroorloven.

Een zware klus

Vanhille ziet echter naast het financiële aspect een grote valkuil in het ontbreken van administratief-technische ondersteuning. ‘Mensen willen wel renoveren, maar de hele onderneming die een renovatie met zich meebrengt, inclusief de toegang tot de premies houdt ook hindernissen in. Het beleid heeft de reputatie in de hand gewerkt dat klimaatmaatregelen voorbehouden zijn aan een elite. Terwijl je de hele samenleving toekomstgericht wil laten wonen en leven.

Minder kwalitatieve huisvesting heeft ook een maatschappelijke kostprijs: het draagt bij tot gezondheidsproblemen en sociaal isolement. De ongelijke impact van het huidige woon- en renovatiebeleid komt zo bovenop de andere ongelijkheden die de klimaatontwrichting meebrengt: wanneer we in België worden getroffen door hittegolven of overstromingen, zien we dat de eerste slachtoffers de kwetsbaarste groepen zijn die wonen in slechtere huizen, terwijl zij er met hun kleinere ecologische voetafdruk het minst oorzaak van zijn.’

Door de slechtst geïsoleerde woningen eerst aan te pakken en kwetsbaarste huishoudens te ondersteunen, kan Vlaanderen de grootste sociale winst en klimaatwinst boeken, blijkt uit een studie in opdracht van de Bond Beter Leefmilieu (BBL).

‘Het is duidelijk dat Vlaanderen met de schaarse middelen hier prioriteit aan moet geven’, stelt Angelos Koutsis, beleidsexpert bij BBL. ‘Er is geen passe-partoutoplossing voor alle huishoudens, maar met op maat gemaakte voorfinanciering kan elke Vlaming in een gezonde energie-efficiente woning leven tegen 2050.’

Initiatieven zoals de Energiehuizen proberen alvast proactief kwetsbare groepen te bereiken. Sinds begin 2024 is er de Mijn VerbouwBegeleiding specifiek om mensen bij te staan bij

Renovatieplicht moet beter

De renovatieplicht ligt op de onderhandelingstafel bij de Vlaamse regeringsvorming. Er is sprake van dat wie fossielvrij verwarmt, niet meer verplicht zou worden om tot energielabel A te renoveren. Oplapwerk en een verkeerd signaal dat isoleren niet meer hoeft, aldus experts. En er zijn nog andere bedenkingen:

• De EPC-score schiet tekort omdat ze te algemeen is en niets zegt over bewoners en hun gedrag. De opbrengst van een energetische renovatie wordt daarom zwaar overschat.

• De EPC-score geldt enkel voor individuele gebouwen en staat collectieve initiatieven in de weg.

• Overheidsbudgetten voor premies schieten soms tekort waardoor verbouwers achterblijven met een financiële kater.

• De renovatietermijn is te kort en zou beter worden opgetrokken naar 15 jaar.

• Erfenissen zijn vrijgesteld van de renovatieplicht, maar schenkingen vreemd genoeg niet. Zodra je een schenking aanvaardt, moet je de woning binnen de vijf jaar renoveren zodat ze minstens EPC-label D haalt. Dat moet worden gelijkgesteld.

Josefine Vanhille: ‘Mensen willen wel renoveren, maar ze ondervinden hindernissen, bijvoorbeeld bij het aanvragen van premies.’

alles wat bij een verbouwing komt kijken. Via Mijn VerbouwLening kunnen gezinnen met afbetalingscapaciteit ook grotere bedragen lenen.

Collectieve aanpak

Het Vlaams renovatiebeleid is erg gericht op een vrijstaande woning van een gezin dat zijn eigen renovatie en fossielvrije verwarmingssystemen kan installeren. De realiteit is echter vaak anders. De woningmarkt in ons land is heel divers,

met veel verschillende soorten woningen en woonvormen, eigenaars, private en sociale huurders.

Het ACV wil de verantwoordelijkheid minder bij het individu leggen en ijvert voor een collectieve aanpak met de oprichting van een Vlaamse Renovatiemaatschappij. Daarin worden de Vlaamse overheid en lokale besturen samengebracht om wijken collectief te renoveren en aan te sluiten op collectieve en hernieuwbare-energienetten.

Ook de SERV dringt aan om in de volgende legislatuur meer in te zetten op collectieve initiatieven. Carien Neven, voorzitter van Energiehuis Limburg, ziet de kansen in de praktijk in haar provincie. ‘In de vroegere mijnwerkerswijken zetten we in op collectieve renovatie. Die wijken lenen zich er ook toe omdat ze dezelfde bouwstijl hebben. Hetzelfde zien we in sociale woonwijken.’

‘We moeten naast huiseigenaars ook private verhuurders aanzetten tot duurzaamheid en het potentieel meer benutten van sociale huisvesting, besluit Vanhille. ‘Zorg dat alle sociale woningen energieneutraal zijn en trek hun aandeel in het Vlaamse woningbestand fors op. Zo geef je de moeilijkst bereikbare doelgroepen al toegang tot energieneutrale huisvesting die kwalitatief en betaalbaar is. Dat is ook een hefboom tot verbetering van de onderkant van de private huurmarkt. Dat levert enkel voordelen op, want mensen die stabiele, kwalitatieve en betaalbare huisvesting hebben, kunnen vervolgens hun leven actiever vormgeven, wat de samenleving alleen maar ten goede komt.’

Mee-rij-banken

Begin deze zomer werden in de dorpen Oostkerke en Lampernisse, en in het centrum van Diksmuide zogenaamde Mee-rij-banken geïnstalleerd. Wie hier gaat zitten, maakt duidelijk dat hij of zij wil meerijden.

Marleen en Joël uit Oostkerke zagen de voorbije maanden enkel fietstoeristen met een picknick hier verpozen. De schrik zit er bij de dorpelingen in dat er gesnoeid zou worden in het openbaarvervoersaanbod. Voor de rit naar het werk of om kinderen veilig naar de stad te brengen hang je liever niet af van een toevallige passant. Even de benen laten rusten op een goed zitplekje, daar is de bank natuurlijk wel welkom voor.

Foto: Stefaan Beel

Van ‘t kofschip tot sappig

Tussen de lachende tieners en de betraande kleuters aan de schoolpoort stonden op 2 september ook de meer dan 8.000 jongeren van het Onthaalonderwijs voor anderstalige kinderen (OKAN).

Leerkracht Bin* is een van de trotse, gemotiveerde onderwijzers die anderstalige nieuwkomers tussen 12 en 18 jaar Nederlands aanleert. ‘Maar ook hoe je in België een treinkaartje koopt.’

¬ Tekst Dominic Zehnder

¬ Illustratie Mat

Hoe geef je les aan iemand zonder dat er een gemeenschappelijke taal is? ‘Dat houdt de grens tussen moderne kunst en plaatsvervangende schaamte’, grapt Bin. Zij gooit vaak haar hele lichaam creatief in de strijd. ‘Ik beeld dan dingen uit. Dat levert soms vreemde taferelen op wanneer ik bijvoorbeeld moet uitleggen wat een kalkoen is of wanneer we het over een bevalling hebben. Geen Oscar waard, maar wel efficiënt.’ (lacht)

Gelukkig zijn er intussen heel wat technologische hulpmiddelen, voegt de lerares toe, die kan terugblikken op een carrière van 25 jaar. ‘Vroeger moest ik zelf prentjes uit magazines en catalogussen knippen om een visueel woordenboek aan te leggen, vandaag kan ik foto’s op Google opzoeken

‘Het is zeker niet altijd makkelijk. De jongeren in mijn klas hebben niet gekozen om hier te belanden. Ze werden midden in hun puberteit uit ELKE MAAND

wanneer ik iets wil tonen. Ook tijdens oudercontacten komen apps goed van pas, waar je in je eigen taal kunt inspreken en de ouder de vertaling te horen krijgt.’

Vooroordelen

‘Het klinkt wollig, maar je kijk op de wereld verruimt met deze baan heel erg. Ik heb intussen al lesgegeven aan jongeren vanuit de hele wereld, van Frans-Guyana tot Italië, van oorlogsvluchteling tot kind van hoogopgeleide expats. Al die culturen en verhalen van dichtbij meemaken is een ongelofelijke verrijking. Dat sommige politici het beeld ophangen dat nieuwkomers van slechte wil zijn en niet willen integreren, begrijp ik niet. Toen ik in het volwassenenonderwijs stond hadden wij steevast een wachtlijst voor onze

cursussen, toch wordt de schijn gewekt dat nieuwkomers de taal niet willen leren.’ (zucht)

‘Mensen kijken vaak met argwaan naar de OKAN-klassen, ook binnen onderwijskringen. Sommige scholen denken dat ze problemen binnenhalen wanneer zij een OKAN-klas organiseren. Onze leerlingen zorgen niet voor meer problemen dan andere scholieren. Meer zelfs, die jongeren zijn doorgaans dankbaarder om naar school te mogen gaan. Voor een heel aantal van hen is het de eerste keer in hun leven dat ze kunnen plaatsnemen op de schoolbanken.’

dialect

OKAN-leerlingen zijn

vaak dankbaarder om naar school te mogen gaan.

¬ OKAN-LEERKRACHT BIN

WIJZIGING

Adres verdwijnt van gele klever

Sinds begin juli wordt op de gele CM-klever jouw adres niet meer op vermeld. De gele klevers waarop je adres nog staat, blijven geldig. Je hoeft dus geen nieuwe te bestellen. Dat is evenmin nodig bij een wijziging van je statuut. Op documenten voor CM zoals een doktersbriefje gebruik je een gele klever. Dat sluit verwarring uit bij het ziekenfonds door bijvoorbeeld een onduidelijk handschrift. Ook zorgverleners en apothekers kunnen jouw gele klever gebruiken.

hun vertrouwde omgeving gerukt. Vaak zitten er schrijnende verhalen en trauma’s achter de jonge gezichten. Het enige wat zij willen is erbij horen, vrienden maken en graag gezien worden, net als alle andere jongeren. Het is dan ook jammer dat ze voortdurend tegen allerhande vooroordelen moeten opboksen.’

Daten voor beginners

De job van Bin is pittig. De schooletiquette – op tijd komen, niet midden in een les zomaar uit de klas lopen of je hand opsteken bij een vraag – moet soms vanaf nul aangeleerd worden, ervaart Bin. Maar ook het leven in België moet algemeen vaak tekst en uitleg krijgen. ‘Dat kan gaan van

hoe je een treinkaartje koopt tot meer persoonlijker zaken, of iets wat ze op sociale media gezien hebben.’

Bij de start van het nieuwe schooljaar is Bin intussen weer aan een inhaalbeweging bezig. ‘Die twee maanden vakantie zijn eigenlijk te lang voor onze leerlingen. Ze vervelen zich, want ze hebben vaak niet de mogelijkheden om op reis te gaan of om leuke uitstappen te doen. Dat ze vaak wekenlang amper Nederlands spreken, proberen we te vermijden door ze te laten kennismaken met zomerschool of -kampen. Helaas weten die organisaties vaak niet goed hoe ze moeten omgaan met jongeren met een mindere kennis van het Nederlands. Nochtans is het een omgeving waarin jongeren enorme sprongen kunnen maken. Het is fantastisch wanneer je na de vakantie merkt dat een leerling plots sappige dialectwoorden opgepikt heeft’, glundert Bin.

*Bin is een schuilnaam

GRATIS WEBINAR

Voorkom diabetes type 2

Hoe is gezonder leven haalbaar op lange termijn?

Halt2Diabetes en Bewegen Op Verwijzing geven je in een gratis webinar op 24 oktober om 19.30 tot 21 uur praktische handvatten om diabetes type 2 en andere chronische aandoeningen te voorkomen.

~ Inschrijven via cm.be/agenda

VACATURES (M/V/X)

ACV zoekt

Consulent dienstverlening – Oost-Vlaanderen

Juridisch stafmedewerker – Schaarbeek

Vormingswerker – Brussel/Leuven

Diverse IT-profielen – Schaarbeek

~ hetacv.be/jobs

CM zoekt

Consulent CM-punten – Druivenstreek

Maatschappelijk werker – Zennevallei en Druivenstreek

Adviserend arts – Sint-Niklaas en Roeselare

Boekhouder Samana – Brussel

~ cm.be/jobs

Beweging.net zoekt

Administratief medewerker – Roeselare of Brugge

Directeur Vlaams-Brabant en Brussel

~ beweging.net/vacatures

‘Ik ben een wegwijzer’

Na een eerder pilootproject in Lier startte Arktos vorig schooljaar ook in Noord-Limburg met ‘Schoolcoaches’. Daarmee willen ze ouders versterken in de schoolse ondersteuning van hun kind en kinderen helpen bij hun schoolse ontwikkeling en hun welbevinden op school. Dit gebeurt in de brede gezinscontext. Maar wat betekent dat nu precies? We vroegen het aan enkele medewerkers van Arktos Noord-Limburg en aan Mieke die er als vrijwilliger aan de slag is als schoolcoach.

¬ Tekst en foto Bart Bynens

In Limburg is het project een samenwerking tussen Arktos en Welzijnsregio Noord-Limburg met steun van het agentschap integratie en inburgering.

KOEN DERICKX , coördinator Arktos verduidelijkt: ‘We leggen in dit project de verbinding tussen onderwijs, gezin en de schoolcoach. Die schoolcoach is een vrijwilliger waarbij in principe elke schoolcoach de begeleiding van één gezin opneemt. Door te werken in de context van het lager onderwijs kunnen we zeer preventief tewerk gaan en staan gezinnen sterker in hun schoenen op het moment dat de kinderen naar het secundair onderwijs gaan.’

EVA WINTERS, vormingswerker Arktos: ‘Zo een schoolcoach ondersteunt een

gezin aan huis met schoolse zaken zoals het opvolgen van de schoolagenda, brieven en facturen van de school, de werking van het digitaal schoolplatform, wat is er allemaal van vrijetijdsbesteding.’

SALINE MERTENS, vormingswerker Arktos: ‘We geven ook tips hoe ouders hun kinderen kunnen begeleiden in hun huiswerk. Voor puur huiswerkbegeleiding verwijzen we door naar andere organisaties.’

Mieke is actief als vrijwillige schoolcoach in Lommel. Nadat ze kennismaakte met het gezin en bij de school navraag gedaan heeft over wat volgens hen de noden zijn waarin het gezin ondersteuning kan gebruiken, ging ze onmiddellijk aan de slag.

MIEKE ¬ ‘Ik spreek elke maandag af met het gezin dat ik begeleid op het moment dat de jongen van school komt. Dan kan ik op basis van de agenda de rest van hun week overlopen. Je hebt hiervoor geen specifieke kennis nodig. Het belangrijkste is dat je je kan openstellen voor de school en het gezin. Ik geef ondersteuning in dingen die voor ons vanzelfsprekend zijn. Wat is een CLB? Hoe werkt een agenda? Wat is een zorgcoördinator? Hoe zit dat met die schoolfacturen? Ik leer hen in het begin hun weg te zoeken en na verloop van tijd kunnen ze heel veel zelf.’

Arktos voorziet vormingen en lezingen ter ondersteuning van hun schoolcoaches. Ze zorgen ook voor een persoonlijke opvolging.

KOEN ¬ ‘Elke schoolcoach heeft zijn eigen verhaal, een eigen gezin dat hij begeleidt en dus een eigen context waarmee hij aan de slag gaat. Dat geeft extra motivatie en maakt het project ook zo uniek.’

MIEKE ¬ ‘Ik vind het ook belangrijk om in verbinding te staan met deze mensen. Het gezin dat ik begeleid komt uit Afghanistan. Die mensen komen naar hier met een andere achtergrond en een andere cultuur. Ze willen hier integreren maar weten niet altijd hoe onze maatschappij

ARKTOS ZET SCHOOLCOACHES IN

< Schoolcoach Mieke (tweede van links), samen met Koen, Eva en Saline van Arktos.

werkt. Ik ben voor hen een wegwijzer die voor verbinding en ondersteuning zorgt! Je merkt dat je hen kunt helpen met heel kleine dingen en dat je zo aan een fijnere samenleving werkt.’

De basiswerking is het begeleiden van gezinnen in het schooltraject, maar het project bereikt nog veel meer dan dat.

MIEKE ¬ ‘Ik probeer hen ook in het verenigingsleven te betrekken. Ik heb de jongen in een voetbalclub ingeschreven. Die ouders zullen dan ook wel eens naar de match gaan kijken en op die manier leren ze ook weer andere mensen kennen.’

Oproep:

~ Wil jij graag vrijwilliger worden voor het project schoolcoaches?

Scan deze QR-code of ga naar www.arktos.be (zoekterm schoolcoach).

REACTIE VANUIT HET COV, DE GROOTSTE VAKBOND

VOOR HET BASISONDERWIJS

‘Wij hebben tonnen respect voor mensen die zich op die manier inzetten én voor ouders die bij hen hulp zoeken om hun kinderen nog meer kansen te geven’, zegt Marianne Coopman, algemeen secretaris COV. ‘Onderwijs en de zorg voor jonge kinderen is een maatschappelijke opdracht. Geëngageerde scholen en deskundige leraren kunnen het niet alleen. Daarom is zo’n vrijwilligerswerk erg waardevol.’

Voor het COV mag dit wel niet alleen afhangen van vrijwilligers. ‘Niet alleen omdat daardoor soms de continuïteit van de zorg niet verzekerd is. Ook omdat het een politieke verantwoordelijkheid is om scholen te ondersteunen in al de zorgvragen die op hen afkomen en om de samenleving zo te organiseren dat geen enkel kind nog uit de boot valt.’

ELKE

¬ Tekst Bart Bynens Burgerpanel.

MAAND LATEN DRIE LEZERS HUN LICHT SCHIJNEN

OVER EEN NETELIGE KWESTIE

DE STELLING

De schoolvakantie in de zomer duurt te lang.

Johan (58) woont in Hasselt en is lector en opleidingscoördinator bij UCLL.

Bahattin (52) is islamleerkracht en zeer actief in het verenigingsleven.

Jessica (27) is een Bilzense met Italiaanse roots en werkt als administratief bediende.

‘Een verschuiving van de problematiek naar een andere periode’

De keuze om vakanties meer te spreiden kadert vooral in de ‘vakantiemoeheid’ van jongeren maar ook de opvangproblematiek voor ouders. Een kortere zomervakantie lost dit laatste echter niet op maar vormt eerder een verschuiving van de problematiek naar een andere periode.Bovendien kunnen warme klaslokalen een uitdaging vormen voor zowel leerlingen als leerkrachten. Niet alle scholen bezitten de financiële middelen om lokalen te verkoelen.

‘Regelmatige

onderbrekingen zorgen voor continuïteit in het leren’

Het inkorten van de zomervakantie heeft zowel voor- als nadelen. Het biedt een betere spreiding van vakanties. Dit kan positief zijn voor het leerproces en de mentale gezondheid van leerlingen en leerkrachten. Regelmatigere onderbrekingen behouden de continuïteit in het leren, waardoor minder herhaling nodig is aan het begin van het nieuwe schooljaar. Aan de andere kant vraagt het meer flexibiliteit voor ouders. Dit is niet altijd evident en het kan tradities en bestaande structuren verstoren. Nochtans denk ik dat we moeten openstaan voor eventuele veranderingen.

‘Twee maanden om te bekomen van het schooljaar’

Ik ben geen voorstander om de zomervakantie in te korten. Je kan twee maanden bekomen van het -soms zware- schooljaar, de examens en al het studeren. Het biedt de mogelijkheid om langere vakanties te boeken. Als de ouders terug moeten werken, zijn er eventuele kampjes en speelpleinwerkingen. Dat de zomervakantie voor een opvangprobleem kan zorgen, is bekend. Maar dit probleem gaat niet weg door de schoolvrije weken meer te spreiden. Ook in die andere vakantieperiodes moeten ouders dan op zoek naar opvang.

‘Natuur is de beste psycholoog’

Groen op wandelafstand voor elke inwoner van Antwerpen. Dat is hoe de toekomst eruitziet nu de werken aan de Oosterweelverbinding van start zijn gegaan. Zo wordt het project niet alleen gepresenteerd als een oplossing voor een verkeersvraagstuk maar zal het ook extra publieke groene ruimte opleveren voor de stad en haar inwoners. Dat is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor onze gezondheid.

¬ Tekst Charlotte Allefs ¬ Foto Frederik beyens

‘De natuur is mijn beste psycholoog’, zegt Danny Hannes. ‘Ik geniet van de kalmte en rust die het groen te bieden heeft.’ Hij is geboren en getogen in Deurne en daar woont hij nu terug. ‘Ik mag niet klagen: ik woon mooi en er is groen in de buurt.’

Op z’n limiet

Om nog meer van het groen te kunnen genieten, trekt hij vaak naar parken zoals Rivierenhof en Park Spoor Noord.

‘Maar je voelt dat die parken op hun limiet zitten, ze zijn overvol. Als ik langs het roze fietspad fiets in Park Spoor Noord, zijn er fietsers, wandelaars en spelende kinderen. Dat kan tot gevaarlijke situaties leiden. Ik probeer de drukke momenten te vermijden en te gaan als het iets rustiger is.’

Zeven nieuwe parken

Het is dus goed dat Antwerpen meer groen wil aanleggen. Er komen maar liefst zeven ringparken bij. Die parken maken deel uit van ‘De Grote Verbinding’ en vijf van die parken zijn gekoppeld aan de werken van de Oosterweelverbinding. Er komt dus meer groen op wandelafstand om te sporten, wandelen en ontspannen. Een gunstige belofte voor de Antwerpenaren.

Gezondheidsvoordelen

‘Dat groen een gunstige impact heeft op onze gezondheid, is niet meer dan gezond verstand’, zegt Rembrandt De Vlaeminck van de dienst Duurzaam Milieuen Natuurbeleid van de provincie Antwerpen. ‘Maar het blijkt nu ook uit wetenschappelijk onderzoek. Nabijheid

van natuur zorgt ervoor dat we minder stress ervaren. Door bijvoorbeeld in een parkje te lopen of op een bank te zitten in een groene omgeving, dalen de stresshormonen en dat is goed voor je hart- en vaatstelsel, mentaal welzijn en nog veel meer.’

Meer dan bewegen

Zien bewegen, doet bewegen. Dat ondervindt Danny ook: ‘In het buitenland zie je vaak grote parken waar mensen sporten, dan krijg je meteen zin om zelf ook te bewegen. Het zou super zijn als er in Antwerpen parken zijn waar je kunt fitnessen, daar kijk ik naar uit.’

‘De gezondheidsvoordelen van natuur gaan verder dan aanzetten tot bewegen,’ zegt Rembrandt. ‘Door de klimaatverandering en hittegolven is er meer nood aan verkoeling. Daarvoor zijn parken met hoge bomen belangrijk. En parken bevorderen ook het sociaal contact. Als je bijvoorbeeld met je hond gaat wandelen en daar andere mensen ontmoet, is dit goed voor de fysieke en mentale gezondheid.’

Dichtbij

Het is belangrijk dat groen direct bij de mensen is. Rembrandt werkte mee aan het ontwikkelen van de nieuwe Vlaamse groennormen. ‘Dat zijn richtlijnen die aangeven hoeveel groen we nabij een woonomgeving willen’, zegt hij. De Vlaamse normen zijn gebaseerd op de 3-30-300-vuistregel.’

‘Dat betekent dat iedereen vanuit zijn woning drie bomen moet zien, dat er 30 procent klimaatgroen in een woonomgeving is en dat er bij iedereen een voldoende groot toegankelijk groengebied op wandelafstand moet zijn, binnen de 300 meter dus.’

Op wandelafstand

Iedereen moet dagelijks even in een groene omgeving kunnen vertoeven. ‘De effecten zoals het verminderen van stress, werken niet erg lang door. Je gaat wandelen en komt tot rust. Maar dat houdt geen week aan, je moet er dagelijks mee in contact komen.’

Volgens Danny is groen op wandelafstand een goede zaak. ‘Als iedereen groen in zijn omgeving heeft, zijn de parken die we nu hebben niet meer zo druk.’ En zo kan elke Antwerpenaar zen worden.

~ Op zoek naar groen in uw buurt? www.groenzoeker.be

de Regionale Landschappen pleiten voor maatwerk dat perfect past bij de regio

Bas Van der Veken is naast coördinator van het Regionale Landschap Kleine en Grote Nete in de Kempen, ook voorzitter van het Vlaams Overleg van de Regionale Landschappen. Omdat hij vanuit die stoel goed geplaatst is om de ontwikkelingen in Vlaanderen te kunnen overschouwen, legden we hem de Antwerpse plannen voor.

‘Natuurlijk is dit een goede evolutie. We komen van een periode waar bij grotere projecten links en rechts een toefje schaamgroen werd ingepland. Gelukkig ligt die tijd stilaan achter ons en zien we het besef groeien dat groen in de directe nabijheid van waar mensen wonen en werken echt wel belangrijk is. En ook al is die 3-30-300-vuistregel communicatief heel duidelijk en ook dikwijls heel werkbaar als leidend principe, toch is die nog nergens vervat in wetgeving. Dat hadden wij wel graag nog beter verankerd gezien, al zien we de groeiende aandacht ervoor bij de respectievelijke vergunningsverleners graag tegemoet. Wij beschouwen het eerder als een minimumnorm die zoveel mogelijk vertaald moeten worden in concreet beleid.’

‘Het is wel zo dat die vuistregel goed toepasbaar is in een stedelijke context of een dorpskern, maar net iets minder bruikbaar is in een landelijke omgeving. Daar is een grotere rol weggelegd voor de 18 Regionale Landschappen in Vlaanderen. Wij zoeken lokaal naar verbinding tussen de verschillende spelers op het terrein, zoals de beheerders van de natuurgebieden (Natuurpunt, Agentschap Natuur & Bos) en de landbouwers. Voor ons is het heel belangrijk om vanuit de specifieke lokale situatie te kunnen vertrekken. Want niet elk landschap in Vlaanderen is hetzelfde of heeft dezelfde natuurhistorische voorgeschiedenis. Waar regelgeving en overheden vaak streven naar gestroomlijnde verhalen, pleiten wij voor maatwerk dat perfect past bij de regio.’

‘Want laat ons wel wezen, er is stilaan echt wel voldoende wetenschappelijk onderzoek dat aantoont dat nabij en kwalitatief groen heilzame effecten heeft, zowel in de stad als op het platteland. Dus we zijn blij dat daar de discussie niet meer over hoeft te gaan.’

~ Meer info over het Regionale Landschap in uw buurt? www.regionalelandschappen.be

CONTACTEER JOUW REGIO

ACV provincie Antwerpen ¬ 02 244 30 00 ¬ CM provincie Antwerpen 03 221 93 39 ¬ beweging.net provincie Antwerpen ¬ 015 29 25 50

HANDVATTEN OM TE LEVEN MET DIABETES

‘Iedereen ervaart dezelfde drempels’

LEEFSTIJLPROGRAMMA

CM ontwikkelde een leefstijlprogramma voor mensen met diabetes type 2 in samenwerking met de Arteveldehogeschool, de Diabetes Liga en het Wit-Gele Kruis. In negen groepssessies, twee individuele sessies en een terugkommoment vertellen experts je alles over voeding, beweging, mentaal welbevinden, diabeteseducatie en Positieve Gezondheid.

Er start een leefstijlprogramma op: 10 oktober in Dilbeek ~ 16 oktober in Leuven

Schrijf je online in via www.cm.be/agenda.

Tien jaar geleden kreeg Dominik Van Sweevelt (63) diabetes type 2. Veel bewegen en gezond eten hield zijn bloedsuikerspiegel onder controle. ‘Maar doorheen de jaren kwam er slijt op mijn goede gewoontes.’ Gezondheidsconsulent Elisabeth Vanwingh legt uit welke handvatten het CM-leefstijlprogramma Gezond op weg met diabetes type 2 kan geven.

¬ Tekst Stephanie Lemmens ¬ Foto Guy Puttemans

‘Het was van mijn diagnose geleden dat ik een cursus volgde over de ziekte’, steekt Dominik van wal. ‘In dat prille begin was ik heel streng voor mezelf. Ik ging intensief fitnessen en dronk alleen maar water. Vandaag weeg ik 30 kilogram minder en heb ik nog nooit insuline hoeven te spuiten. Daar ben ik best trots op.’

‘Doorheen de jaren werd ik wel losser’, bekent hij. ‘Mijn dokter deed me inzien dat dat mag, ik ben ook maar een mens hé. Het is oké om af en toe een pak friet of een stuk pizza te eten. Maar ik had ook enkele zwaktes waar ik moeilijk vanaf geraakte, zoals roken en frisdrank drinken.’

Verrassende beweegtips

Uiteindelijk kreeg Dominik door de diabetes problemen met zijn bloedvaten. Plots had hij een bloedklonter in zijn been. Dat was schrikken, het drukte hem opnieuw met zijn neus op het belang van een gezonde levensstijl.

‘Veel mensen krijgen hun diagnose zonder meer’, verduidelijkt CM-gezondheidsconsulent Elisabeth Vanwingh en vaste coach tijdens het leefstijlprogramma. ‘Bij

ons komen ze te weten wat hun diagnose precies betekent, welke impact ze er zelf op hebben door een gezonde levensstijl en welke concrete handvatten ze elke dag kunnen toepassen. Elke sessie komt er een andere expert langs, van een diëtist tot een Bewegen Op Verwijzing-coach, diabeteseducator en psycholoog.’

‘Ik had nog nooit van de bewegingsdriehoek gehoord’, geeft Dominik toe. ‘Die was voor mij een ontdekking. De voedingsdriehoek kende ik wel al, maar die info zat toch ook al ver weg. We kregen concrete kooktips en simpele maar effectieve beweegtips. Ongelooflijk welke nuttige bewegingen je allemaal met een stoel aan tafel kunt doen, bijvoorbeeld. Ik herkende mezelf ook in veel van mijn medecursisten. Dat deed deugd, alleen is maar alleen.’

‘De kracht van de groep’, bevestigt Elisabeth. ‘Elke deelnemer aan de sessie weet hoe het is om te leven met diabetes. Iedereen ervaart dezelfde drempels. Ze erkennen elkaars moeilijke momenten, om vol te houden op sociale gelegenheden bijvoorbeeld. En ze steunen of bemoedigen elkaar als de suikerwaarden eens wat tegenvallen tijdens een controle bij de dokter.’

Ook het mentale luik komt dus uitvoerig aan bod. ‘Diabetes is tenslotte een chronische ziekte’, benadrukt Elisabeth. ‘Daar komt toch een stuk acceptatie bij kijken. En als je stress hebt of niet goed slaapt, kan dat ook je ziekte beïnvloeden. We merken dat veel mensen dat onderschatten.’

Genieten met water

‘Sinds de cursus ben ik gestopt met roken’, vervolgt Dominik. ‘Dat lukt vrij goed. En de afgelopen jaren fietste ik al duizenden kilometers bij elkaar. Vroeger belandde ik na elke fietstocht op een terras. Dat doe ik nu niet meer. Ik neem gewoon een flesje water mee en zet me ergens op een bank om van het uitzicht te genieten. In het begin vond ik dat saai, maar nu vind ik dat minstens even leuk.’

‘En er zijn mijn kleinkinderen natuurlijk. Zij zijn mijn grootste motivatie om zo lang mogelijk gezond te blijven. Zodat ik hen groot kan zien worden.’

Het gedacht van

Burgerpanel.

ELKE MAAND LATEN DRIE LEZERS HUN LICHT SCHIJNEN OVER EEN NETELIGE KWESTIE

DE STELLING

‘De zomervakantie is voor schoolkinderen te lang’

Koen (36) Koen van der Heijden werkt in het Imelda Instituut in Brussel.

Katrien (43)

Katrien Demaerschalk houdt van improvisatietheater en woont in Herent.

Luk (75)

Luk Michiels woont in Schaarbeek en is leesgrootouder in het eerste leerjaar van een Brusselse school.

Tijd om zichzelf te ontdekken

‘Leerlingen hebben een tijdje rust nodig, een pauze. Volgens mij is het goed voor jongeren om een periode te hebben waarin ze even afstand kunnen nemen van de dagelijkse verplichtingen. Een tijd die ze volledig voor zichzelf hebben, die ze kunnen gebruiken om te ontdekken wie ze zijn. School hoort hier uiteraard evengoed bij. Maar juist een intermezzo, waarin ze helemaal bij zichzelf kunnen komen, helpt om die batterij op te laden. Het draagt bij aan het ontdekken van wie ze zijn als mens. De wisselwerking van een tijd vakantie en de schoolperiode scheppen nu een juiste balans om zichzelf te kunnen vinden.’

Kinderen missen hun vriendjes

‘Mijn dochter Jutta (7 jaar) vond al van voor de start van de zomervakantie dat die te lang is. Ze dacht dat ze haar vriendjes zou missen en dat ze nog niet genoeg geleerd heeft, ahum. We vullen onze vakantie met leuke plannen: een familievakantie, een Kazou-kamp, een gezinsvakantie naar Bouillon, een nichtjeskamp en leuke dingen om thuis te doen. De zomerpuzzel gelegd krijgen bezorgt ons meestal stress. Zo blijkt het turnkamp inplannen in februari mislukt te zijn. Dus een kortere vakantie, met minder gepuzzel en minder stress? Graag!’

Frustratie door verloren schoolkennis

‘De zomervakantie wordt beter ingekort. In het Nederlandstalig onderwijs van Brussel komen heel wat kinderen uit anderstalige gezinnen waar de dagelijkse praktijk Nederlands vaak onvoldoende aanwezig is. De schools aangeleerde kennis van het Nederlands gaat tijdens de lange vakanties dan ook verloren met als gevolg frustratie bij de leerling en de leerkracht eens het nieuwe schooljaar begint. Een kortere zomervakantie is zeker een van de mogelijkheden om dit euvel tegen te gaan.’

Oost-Vlaanderen

Studenten Kompanjon lieten Farida ‘stijgen als een vliegtuig’

Al 15 jaar ondersteunt Kompanjon maatschappelijk kwetsbare kinderen en hun gezin. Hoe zou het ondertussen zijn met de gezinnen waar Kompanjon over de vloer kwam? Samen met Farida (17) uit Gent blikken we terug op haar ervaringen uit haar lagere schooltijd.

¬ Tekst en foto Nancy Vereecke

Kompanjon verbindt studenten uit het hoger onderwijs met maatschappelijk kwetsbare gezinnen. De studenten geven studie-ondersteuning aan huis, op maat van het gezin. Ze grijpen zo veel mogelijk kansen om samen met de kinderen én de ouders aan de slag te gaan. Zo wordt het hele gezin versterkt. Kompanjon is actief in Gent en Antwerpen.

Nieuw in de stad, moeilijkheden op school

Farida volgt humane wetenschappen en is nu een van de beste leerlingen van haar klas. Ze werkt ook veel. Dat is ze gewoon. Als kind had ze het niet makkelijk op

school. Haar gezin was nog niet lang in de stad en moest een paar keer verhuizen. Van een klein appartement naar een huurwoning, van een sociaal woonblok naar een grote sociale woning aan de stadsrand. Telkens moest Farida van school veranderen. Dat verwarde haar. Het bracht onzekerheid, zwakke resultaten en een jaar overzitten.

Toen Farida tien jaar was, kreeg ze een jaar steun van Kompanjon. Ze herinnert zich dat het leuk was, dat ze oefende en knutselde met de studente die bij haar thuis langskwam. Ze denkt nog af en toe terug aan die keer dat de studente haar

meenam naar een circusvoorstelling. Dat vond ze prachtig!

Toen ze nog met haar gezin in woontorens van Nieuw Gent woonde, wandelde Farida vaak met de studente mee naar de bushalte, zodat die niet alleen hoefde te wachten. Dat vonden ze allebei fijn.

Stijgen als een vliegtuig

De ouders van Farida herinneren zich zeer goed welk verschil Kompanjon voor hun dochter heeft gemaakt. Ze hadden veel zorgen en stress in die periode. Er hing Farida opnieuw een jaar zittenblijven boven het hoofd. Moeder Marie weet nog hoe bang ze was ‘dat haar kind de trein zou missen’. De steun van Kompanjon heeft ervoor gezorgd dat Farida de trein niet heeft gemist.

‘Integendeel’, lacht vader Moussa. Hij herinnert zich een oudercontact waarin de zorgcoördinator zei dat ze op school niet goed begrepen hoe Farida het deed. Haar

Ik herinner me dat het leuk was, dat ik oefende en knutselde met de studente die bij ons langskwam. Ik denk nog af en toe aan die keer dat de studente me meenam naar een circusvoorstelling. Dat vond ik prachtig!

FARIDA (17) over de ondersteuning die ze als 10-jarige van Kompanjon kreeg.

resultaten waren op korte tijd zoveel beter geworden. ‘Ze zijn gestegen als met een vliegtuig!’ En Moussa toont met zijn hand hoe die punten toen de hoogte in gingen…

Het hele gezin op weg gezet Farida is de oudste in een gezin met vijf kinderen. Ze vraagt zich af wat ze zal gaan studeren na het zesde jaar. ‘Iets in de sociale richting’, denkt ze. Ze voelt de verwachtingen van haar ouders, ze is de eerste in de rij en een voorbeeld voor haar zussen en broers. Zij kan de weg tonen, de trein nemen en zelfs het vliegtuig opstappen als ze dat wil.

ERVARINGEN OVER ZOEKTOCHT

NAAR KINDEROPVANG

Beste lezer

De voorbije jaren kwam het thema kinderopvang vaak in het nieuws, helaas meestal niet zo positief. We zijn benieuwd naar je ervaringen met (je zoektocht naar) een geschikte kinderopvang. Vind of vond je gemakkelijk een plekje dichtbij? Is er voldoende opvang in je gemeente? Vind je het een taak van je gemeente om in voldoende kwalitatieve en betaalbare kinderopvang te voorzien? Of net niet…

Wij van Visie zijn benieuwd naar jouw verhaal. Mail jouw ervaringen vóór 23 september 2024 naar waasendender@beweging.net. De verschillende getuigenissen worden verwerkt tot een artikel.

De redactie van Visie Oost-Vlaanderen

Burgerpanel.

ELKE MAAND LATEN DRIE LEZERS HUN LICHT SCHIJNEN

OVER EEN NETELIGE KWESTIE

Een kilometerheffing is een goede manier om de verkeersdrukte aan te pakken.

Jan (57)

Jan van der Meirsch heeft sinds 2017 een nietaangeboren hersenletsel en zit sindsdien in een rolstoel.

Pieter (45)

Pieter De Vis is sociaal bewogen, sportief en woont met zijn gezin in Gent.

Sofie (47)

Sofie Devogelaere is teamcoach, mama en sociale duizendpoot

Verkeersdruk verminderen

Het principe is dat bestuurders betalen voor het aantal kilometers dat ze rijden, wat vooral tijdens de spitsuren kan helpen om het aantal auto’s op de weg te verminderen. Dit zie ik als iets positiefs omdat ze met deze aanpak de verkeersdrukte willen verminderen, evenals de tijd die verloren gaat in files en de vervuilingspieken. Voor zwaar transport specifiek beschouw ik dit ook als een positieve maatregel die bijdraagt aan het verminderen van verkeerscongestie, milieuvervuiling en het stimuleren van efficiënter transport.

Grote fan van rekeningrijden

Nu betaalt iedereen evenveel wegentaks, ongeacht hoeveel men van onze wegen gebruikt maakt. Daarnaast komen er elk jaar nog steeds meer auto’s in het verkeer bij. Dat maakt dat onze wegen vol zijn en er permanente files staan. Rekeningrijden zal zeker de druk spreiden. De extra opbrengsten kunnen gebruikt worden voor het financieren van alternatieven zoals publiek transport en autodelen.

Geen totaaloplossing voor verkeersdrukte

Dit zal de verkeersdrukte niet drastisch verminderen. De vrachtwagens die overdag op onze snelwegen rijden zijn een van de grootste oorzaken van de files. Hen een kilometerheffing opleggen, zal de firma’s niet tegenhouden om minder te rijden. Ze zullen de kosten doorrekenen aan de consument. Zo’n heffing kan wel werken voor personenwagens. Men zal twee keer nadenken vooraleer de wagen te nemen. Als die heffing er komt dan moet de verkeersbelasting naar omlaag. Om minder druk verkeer te hebben, zouden ze ook de prijzen van treintickets kunnen verlagen en mensen sensibiliseren om samen te rijden. Ik zie nog veel auto’s rijden met enkel de bestuurder erin.

Samen met Samana naar een mantelzorgvriendelijke school

Wie aan mantelzorgers denkt, denkt niet meteen aan leerlingen. Ze zijn er nochtans wel. Eén op de vijf studenten neemt de zorg van een familielid op zich. ‘Dit heeft een grote impact op hun schoolcarrière’, vertelt Pam Verwilghen, scholencoach bij Samana. ‘Ze dienen taken niet in, komen te laat ... Ze zoeken een evenwicht tussen de thuissituatie en schoolwerk. Daar tracht Samana steun te bieden met het project Samen naar een mantelzorgvriendelijke school.’

¬ Tekst Cynthia Bulteel Foto Bas Bogaerts

Verrassende resultaten

‘Scholen die deelnemen aan het project krijgen een scholencoach zoals ik toegewezen’, vertelt Pam. ‘Ik begeleid al enkele jaren scholen in Oostende, Avelgem en Roeselare. Het eerste wat ik doe is leerlingen en leerkrachten bevragen. Zo krijgt de school een beeld van het aantal jonge mantelzorgers en hun workload. Keer op keer zijn de resultaten verrassend: zowel leerlingen als leerkrachten onderschatten het aantal mantelzorgers op school. Sterker nog, een uitspraak die ik regelmatig hoor na zo’n infomoment is: Ik wist niet dat

ik mantelzorger ben. Ik wist niet dat er een woord bestaat voor wat ik doe.’

Van brainstorm naar concrete acties

‘Na de bevragingen volgt de actiedag’, vervolgt Pam. ‘Het hoofddoel? Informeren. Via een spel of interactieve quiz schetsen we aan de leerlingen wat jonge mantelzorgers doen en welke uitdagingen dit met zich meebrengt. Vervolgens doen we een brainstorm in kleinere groepjes. Daar bedenken leerlingen zelf acties die een meerwaarde kunnen hebben voor

jonge mantelzorgers. De haalbare en relevante ideeën werken we verder uit tot concrete acties voor het slotmoment op het einde van het schooljaar.’

Gezelschapsspelen en beleidstips

‘Uit die brainstorms zijn heel wat mooie initiatieven gekomen. Zo maakten leerlingen een informatief gezelschapsspel over mantelzorg, monteerden ze een filmpje met als titel Een dag uit het leven van een jonge mantelzorger en kwam er een speciale knop op smartschool waar jonge mantelzorgers vragen kunnen stellen.

Een uitspraak die ik regelmatig hoor na het infomoment is: Ik wist niet dat ik mantelzorger ben. Ik wist niet dat er een woord bestaat voor wat ik doe.

< Samana-coach Pam maakt scholen en leerlingen bewust van het hoge aantal jonge mantelzorgers.

Sommige jongeren formuleerden zelfs tips voor aanpassingen op beleidsniveau, zoals het invoeren van een mantelzorgpasje. Hiermee zouden jongeren hun gsm kunnen checken tussen de lessen door, of uitstel kunnen vragen voor taken.’

Eindelijk erkenning

‘Ik herinner me een meisje dat zich tijdens zo’n brainstorm heel stilletjes op de achtergrond hield. Plots kwam ze af met een idee. Aanvankelijk waren haar medeleerlingen niet enthousiast, maar ze bleef volhouden dat haar idee iets kon betekenen voor jonge mantelzorgers. Uiteindelijk bekende ze dat ze zelf een jonge mantelzorger was, en werd iedereen stil. Plots stond een medestudent recht om dat meisje een knuffel te geven. Alle leerlingen besloten in zee te gaan met haar idee. Op dat moment voelde dat meisje zich eindelijk erkend, dat was hartverwarmend.’

Creëer een mantelzorgvriendelijke omgeving

Of Pam tips heeft voor scholen? ‘Eerst en vooral moeten jonge mantelzorgers beseffen dat ze mantelzorger zijn. Voer dus klasgesprekken rond het thema, maak de term bekend, haal het uit de taboesfeer. Geef aan dat leerlingen er altijd over mogen en kunnen praten. De tweede tip is eerder beleidsmatig: leerkrachten moeten beter geïnformeerd worden. Bijvoorbeeld tijdens pedagogische studiedagen. En last but not least : doorloop het traject Mantelzorgvriendelijke school van Samana. Het kan zo’n groot verschil maken voor leerlingen die thuis een zorgtaak opnemen.’

~ Maak ook van jouw school een mantelzorgvriendelijke omgeving. Ga naar www.samana.be/mantelzorgvriendelijke-school voor meer info.

Burgerpanel.

ELKE MAAND LATEN DRIE LEZERS HUN LICHT SCHIJNEN

OVER EEN NETELIGE KWESTIE

DE STELLING

‘De

zomervakantie is te lang’

Lot (28)

Lot Fouquet is leerkracht OKAN-onderwijs.

Sigrid (35)

Sigrid Van Hoof is moeder van 3. Het

Zomerschool als alternatief

‘Mijn mening is pro en contra. Ik merk eigenlijk al een verschil in het Nederlands van de leerlingen na een week vakantie. Dus de vakanties zouden erg veel ingekort moeten worden om geen verschil te merken. Tijdens de paas­ en zomervakantie volgen sommige leerlingen wel ‘zomerschool’. Dat is uitermate nuttig, zowel op vlak van Nederlands leren en spreken als op sociaal vlak.’

Vakantie moet rust brengen

‘Een schoolvakantie moet lang genoeg zijn om echt tot rust te kunnen komen, te kunnen ontspannen en (vooral in ons geval!) slaap te kunnen inhalen. Ik zal het flexibele dagritme van de zomer zeker missen wanneer het weer tijd is voor school. Maar als (groot)ouders veel minder vrije tijd hebben dan kinderen, gaat een deel van die rustwaarde van de vakantie verloren, bijvoorbeeld door opvangstress. Als de zomervakantie enkele weken korter zou zijn om daar wat meer balans in te brengen, zou ik daar zeker ook mee kunnen leven ­ ik verwacht wel luid protest van mijn kinderen!’

Johannes (42)

Johannes Claeys is vader van 2.

Verschuiving biedt kansen

‘Ons gezin geniet van het samen tijd doorbrengen en op vakantie gaan. Wanneer we als ouder terug aan het werk gaan, volgt onze oudste dochter boeiende kampjes (dans­, boerderij­ taalkamp …). Dit is wel een hele investering: er wordt op voorhand goed opgezocht en vergeleken, er wordt uiteindelijk best wel wat geld uitgegeven en de puzzel van het dagelijks brengen en ophalen is ook niet altijd evident. Als burger wil ik echter niet alleen vanuit mijn eigen situatie kijken. Een verschuiving, en dus geen zuivere vermindering, beperkt de leerachterstand en kennisverlies vooral bij de kwetsbare gezinnen. Daar is voldoende wetenschappelijk bewijs voor. Een verschuiving zou toestaan om vanuit pedagogisch oogpunt een beter uitgebalanceerde trimestriële schoolwerking uit te bouwen’.

Contact.

West-Vlaanderen

CM in West-Vlaanderen

Contacteer ons via 050 44 05 00, westvlaanderen@cm.be of kijk op www.cm.be/kantoren voor de dienstverlening.

ACV in West-Vlaanderen

Contacteer ons via www.hetacv.be/stel-je-vraag of 051 23 58 00. Boek een afspraak via www.hetacv.be/afspraak. Regioredactie Beweging.net West-Vlaanderen, westvlaanderen@beweging.net

Acteur, schrijver, vertaler en theatermaker

Michael De Cock

gevat in 5 woorden

Muurtjessloper

‘Ik leid de KVS (Koninklijke Vlaamse Schouwburg, red.) in Brussel, maar ik ken de wereld buiten de stad. Kleinere steden en gemeenten verdienen meer aandacht. De cultuurcentra verschralen, want er is steeds meer druk om succesvolle voorstellingen te programmeren. Daar lijden jonge makers onder, want er worden minder risico’s genomen en er is minder diversiteit. Veel mensen hebben niet de gewoonte om naar Brussel te komen. Er is angst voor de stad. Daar moeten we in beide richtingen iets aan doen.’

Experiment

‘Avant-gardekunst is niet voor iedereen. Sommige dingen moet je leren zien en lezen. Als je niet vaak naar theater gaat kan ik snappen dat Cadela Força, waar een jonge vrouw het over vrouwenmoord heeft en zich drogeert op het podium niet zo makkelijk is, of dat het je doet schrikken. Toch is het een belangrijke voorstelling. Artiesten onderzoeken en experimenteren. Misschien komen er meer mensen naar een voorstelling van bekende namen als Bruno Vanden Broecke en Valentijn Dhaenens, maar het is een vergissing om alles te reduceren tot cijfers.’

Onderwijs

‘Mijn hele familie stond in het onderwijs, ik heb zelf een diploma Romaanse talen. Een land als België moet het hebben van internationale contacten. Toch gaat onze kennis van het Frans altijd maar achteruit. We komen niet verder dan: Op de speelplaats moet je Nederlands spreken. Dat is triest. Terwijl immersie-onderwijs zoveel mogelijkheden biedt. Er wordt altijd gedacht dat het met minder kan, maar investeren is nodig. Dat zie je ook heel duidelijk in het openbaar vervoer en de zorg.’

Gelijkwaardigheid

‘Ik groeide op in een gezin met een grote sociale gevoeligheid. Het is erg dat we zoveel talent verloren laten gaan van jongeren of mensen die minder Nederlands spreken. Er is niet genoeg gelijkwaardigheid. Mensen verschillen van referentiekader, economische omstandigheden, of generatie, maar ik geloof niet in ‘wij-zij’-kampen. Denken dat de ene manier van leven beter is dan een andere, is een grote vergissing.’

Democratie

‘Een tanend democratisch besef is een probleem. Ik vind het jammer dat de opkomstplicht voor de gemeenteraadsverkiezingen is afgeschaft: een dag om de zes jaar gaan stemmen is niet zoveel gevraagd. We willen niet dat enkel fundamentalisten gaan stemmen. Navelstaarderij, alfamannetjes en machistisch gedrag in de politiek doen veel kiezers denken Get a life. Maar er zijn natuurlijk ook veel goede beleidmakers die dag in dag uit hun nek uitsteken.’

Deze maand gaat Hannibal van Michael De Cock en Junior Mthombeni in de KVS in première. Visie mag 5 duotickets wegschenken voor de voorstelling op zaterdag 14 september om 20 uur. Opgelet: er zijn voornamelijk staanplaatsen voorzien. Maak kans en stuur voor 10 september een e-mailtje naar lezers@visieredactie.be met je naam, telefoonnummer en het antwoord op volgende wedstrijdvraag: In welke stad vind je de KVS?

¬ Tekst An-Sofie Bessemans ¬ Foto Danny Willems

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.