Visie nr06-2017

Page 1

Regio Mechelen Vrijdag 24 maart 2017

Dossier wonen en betonstop België heeft een traditie van bouwen, wonen, winkelen en werken zonder al te veel planning. De Vlaamse regering wil daar met de betonstop paal en perk aan stellen. Is het een mirakeloplossing voor onze mobiliteit, schone lucht en open ruimte? • Hoe ziet de ruimtelijke ordening van de toekomst eruit? • Loopt het platteland leeg? • Nederland doet het anders

Bruno Kristo volgt rookstopbegeleiding

‘Een nicotineverslaving is stevig, ik wou niet alleen stoppen’

‘Gewone mensen leveren allemaal in’

Julian (9) heeft leukemie en volgt les met de webcam

‘Dankzij Bednet kan ik met mijn vriendjes naar het vijfde leerjaar’

> p. 9

> p. 4-7

> p. 10-11

> p. 16-17

ACV Samenwerker wil iedereen mee op het werk

TV-maker een maand dakloos op straat.

‘Ik wil mijn kinderen weer plezier laten krijgen in het leven’

> p. 3

www.beweging.net

‘Werken aan de positie van kansengroepen komt alle werknemers ten goede’

Mohamed El Bachiri verloor zijn vrouw bij de aanslagen

> p. 19

www.cm.be

www.acv-online.be

jaargang 73 ¬ visie nummer 06 afgiftekantoor brussel x ¬ p806000 volgend nummer op 7 april 2017

> p. 14-15

Regionieuws > p. 20


2

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Okra werkt mee aan onderzoek KU Leuven bij 75-plussers

‘Betekenis ervaren in je leven helpt tegen depressie’ Hoe gaan 75-plussers om met moeilijke levensfasen en hoe ervaren ze zin en betekenis in hun leven? Dat is de insteek van een onderzoek van de KU Leuven. ‘We zijn blij dat men voor dit onderzoek mensen van 75 jaar en meer bevraagt. Dat gebeurt te weinig’, zegt Johan Truyers van Okra.

de natuur of mindfulness kunnen factoren zijn die betekenis geven aan het leven.’

opinie

Geert Vanden Wijngaert

O

nderzoek wees al uit dat betekenis en zin ervaren in het leven een positieve invloed heeft op je psychische functioneren en op je fysieke gezondheid’, vertelt Jessie Dezutter van de KU Leuven. ‘Het kan bijvoorbeeld helpen om depressie of slapeloosheid tegen te gaan. In het onderzoek willen we te weten komen hoe en waar oudere mensen die zin of betekenis ervaren. Hoe ouder we worden, hoe meer stressvolle situaties we meemaken, zoals afscheid nemen van geliefden of zelf ziek worden.

uuEen nieuw onderzoek van de KU Leuven onderzoekt hoe 75-plussers sneller opnieuw betekenis vinden in het leven na een stressvolle situatie. Als we weten waar oudere personen betekenis uit halen, kunnen we er misschien ook voor zorgen dat ze die na zo’n moeilijke periode sneller terugvinden.’

‘We nemen de termen betekenis en zin vrij ruim’, gaat Jessie Dezutter verder. ‘We bevragen mensen over hun religieuze beleving, maar bijvoorbeeld ook voeling met

In een eerste fase van het onderzoek werden bewoners van woonzorgcentra bevraagd. Nu doet de KU Leuven een beroep op gepensioneerdenbeweging Okra. Zo’n 750 Okra-leden van 75 jaar of ouder die nog zelfstandig thuis wonen zullen de vragenlijst beantwoorden. ‘Het is lang geleden dat een wetenschappelijk onderzoek zich richt op mensen van hoge leeftijd’, vertelt Johan Truyers van Okra. ‘De meeste onderzoeken stoppen bij 65 jaar, alsof twintig procent van de bevolking er niet toe doet.’

✔✔Voor de uitvoering van dit onder-

zoek zoekt Okra nog vrijwilligers – enquêteurs om bij de mensen thuis de vragenlijsten te overlopen. Er is een opleiding voorzien op 21 april. Meer informatie: ellen.ophalvens@okra.be of 02/246 39 45

Verjaardag op een historisch keerpunt

D

e Europese Unie viert zijn zestigste verjaardag. Een verjaardag die mag gevierd worden. Want Europa presteerde wel wat, de voorbije zestig jaar. We kwamen uit twee verschrikkelijke wereldoorlogen, snakkend naar vrede. We ontwikkelden een verstevigde economische samenwerking als middel om nieuw bloedvergieten te vermijden. In plaats van elkaar naar het leven te staan, kozen we resoluut om met elkaar te handelen. De Europese Gemeenschap (en later de Europese Unie) zag het daglicht en mag gerust beschouwd worden als een vrij geslaagde poging om landen bijeen te brengen rond vrede en welvaart. En ééntje zonder precedent. Later kwam er naast een economische een sociale dimensie bij: gelijk oversteken zodat de ene geen economisch profijt haalt uit het achterblijven van anderen. En nog later de ecologische dimensie: lucht, water en klimaat laten zich aan grenzen niet tegenhouden. Het is ondertussen voor vele generaties vanzelfsprekend dat de toekomst in Europa ligt. Ook voor de jongere generaties die enkel een wereldoorlog kennen van horen zeggen. Maar ze herinneren zich nog wel de Koude Oorlog van een in twee gesplitst Europa. Of de horror van het uiteen vallen van het voormalige Joegoslavië. En ze horen hun ouders spreken over de Belgische frank, die vandaag is vervangen door de euro. Enkel de voormalige tolhuisjes en onbemande grensposten verwijzen nog naar een niet zo ver verleden. De Europese Unie blijft een bron van hoop voor wie gelooft dat internationaal bestuur cruciaal

is voor ons overleven in een samenhangende en harde wereld.

daag dat we belangrijke Europese sociale regelgeving nodig hebben. Met nieuwe afdwingbare sociale rechten. En vervolgens instrumenten om die rechten te doen naleven.

Toch is Europa vandaag niet bij iedereen even populair. Daarbij moeten we ons ernstig afvragen in welke mate de nationale en Europese politici Er dienen zich daartoe dit jaar cruciale kansen de huidige populistische golf en het anti-Europe- aan. Zoals een minimum inkomen, iets wat de se discours aan zichzelf te danken hebben. Om- Europese pijler van Sociale Rechten vandaag al wille van het veelgehoorde en dikwijls gelogen als recht voorziet. We vragen de daadwerkelijke excuus: ‘het moet van Europa’. Maar vooral ook uitvoering van dat recht. En Europees Commissaris Thyssen moet erin slagen omdat politici het sociale Eurode sociale dumping te doen oppa al te lang voor zich uitschuiEuropa en de houden. ven. Met alle schade van dien: lidstaten moeten de het gebrek aan sociale bescherzestigste verjaardag Europa kan dat, het heeft daarming, aan rechten van gewone van Europa aangrijtoe de bevoegdheden. En het mensen, aan economie en aan pen om de draad heeft in het verleden bewezen collectieve diensten. daar gebruik van te kunnen materug op te pikken. ken. Europa, met inbegrip van De Europese commissie, met Met versterkte de lidstaten, moet dit momenmensen als Juncker en Thyssen, arbeidsrechten en tum en haar verjaardag aangrijlijkt vandaag te beseffen dat het met impulsen voor pen om de draad terug op te piktijd is om het tij te keren. ‘Dit is een betere sociale ken. Met versterkte arbeidshet Europa van de laatste kans’, zekerheid. rechten. Met impulsen voor een zei Juncker bij zijn aantreden. betere sociale zekerheid. Met Het sociale Europa moest sterker uit de verf komen. Maar die zwenking botst meer aandacht voor een betere, grensoverschrijopnieuw op zware tegenstand. Neoliberale feti- dende gezondheidzorg. Met een harmonisering sjen zoals deregulering en belastingverlaging van fiscaliteit. Dat is de weg die we willen gaan. voor bedrijven blijven het Europese debat over- Voor een sterker, maar dan wel een ander Europa. spoelen. Maar ook omdat meer sociaal georiën- Waar zowel de Europese burgers als de EU zelf teerde landen vrezen dat Europa via platte com- moreel, economisch en sociaal alleen maar beter promissen hun eigen hoge nationale normen on- van worden. deruit zal halen. Op deze zestigste verjaardag van Europa willen Patrick Develtere, voorzitter beweging.net we daarom aandringen op een sterk en sociaal Marc Leemans, voorzitter ACV beleid vanuit de Commissie Juncker. Het is van- Luc Van Gorp, voorzitter CM


3

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Tv-maker Wannes Deleu kijkt terug op zijn maand als dakloze in ‘Op straat’

‘Je gaat in overlevingsmodus, al de rest schakel je uit’ Een maand leefde tv-maker Wannes Deleu op straat tussen de thuislozen in Antwerpen. Anderhalve maand later kijkt hij terug: ‘Ik ben ervan geschrokken hoe snel ik afgleed in de hopeloosheid.’

L

iefst 800 000 kijkers volgden hoe tv-maker Wannes Deleu (33) van 24 december tot 24 januari één maand als dakloze op straat leefde in Antwerpen. Vlaanderen telt minstens 5 400 dak- en thuisloze mensen (die geregistreerd zijn), in Antwerpen leven er 700. ‘Ik was net verhuisd naar de stad en besefte dat ik hen letterlijk elke dag voorbijliep. Maar vaak met een grote bocht, zoals velen onder ons, zonder ook maar een beetje te begrijpen hoe het is om op straat te leven.’

‘Stop als het niet meer gaat’, zei je vriendin bij het afscheid. Ben je dichtbij dat punt gekomen? ‘Bij de VRT hadden ze duidelijk gezegd Ken je grenzen, stop als het niet meer gaat. En ik heb er letterlijk elke dag aan gedacht om te stoppen. Waarom zou ik dit mezelf nog

Zelf kunnen beslissen wat je met dat beetje geld doet, dan voel je je weer even mens. Wannes Deleu

aandoen? Maar ik kon dat niet maken tegenover al die mensen die ik op straat al had leren kennen. Welk signaal gaf ik als ik wat zij elke dag doormaken zelfs geen maand volhoud, terwijl zij geen enkel vooruitzicht hebben op een eindpunt?’ Dacht je op voorhand: ‘Dit klaar ik wel even?’ ‘Nee, ik ben met veel schrik vertrokken. Ik ben geen stoere beer, dus ik was bang voor de kou, de honger, of om een longontsteking op te lopen. Maar uiteindelijk heb ik het lichamelijk goed overleefd, behalve dat mijn huid nog altijd extreem droog is door de koude. Mentaal dacht ik dat ik sterk in

VRT

Vond je dat je dit als tv-maker moest doen? Je werkte eerder al als eindredacteur voor Jonas & Van Geel en bij programma’s als ‘Foute vrienden’, twee heel andere programma’s. ‘Ongelofelijk leuk om te doen, maar puur entertainment. Ik ben opgevoed met veel engagement, mijn vader was diensthoofd van Ziekenzorg Mechelen. Mijn broers en zus en ik gingen van kinds af al mee naar activiteiten. Ik wil dat engagement ook in mijn tv-werk leggen. Het zou bijna misdadig zijn om dat met zo’n krachtig medium niet te doen.’ uuWannes Deleu: ‘Als Op straat ervoor gezorgd heeft dat minder mensen met een grote bocht rond thuislozen lopen dan weet ik dat ik er goed aan gedaan heb.’ mijn schoenen stond, ik ben over het algemeen een vrolijke mens. Maar ik ben ervan geschrokken hoe snel ik afgleed in de hopeloosheid. Die klap die je krijgt van de verveling, eenzaamheid, doelloosheid, het feit dat je je zelfbeslissingsrecht en eigenwaarde kwijtraakt. Dat trekt je ongelofelijk hard de dieperik in.’ In de eerste aflevering zagen we je nog rondlopen als een soort van Kuifje, vanaf de tweede zie je het inderdaad allemaal een stuk somberder in. ‘Ik kon dat niet tegenhouden. Je zit in een situatie waar alles een probleem is dat je moet oplossen. Of je nu naar het toilet moet, koud hebt of honger. Waar je moet slapen. Je langetermijnperspectief verdwijnt, en je bent enkel bezig met nu. Je lichaam gaat in een soort overlevingsmodus en al de rest wordt uitgezet. Emoties, het feit dat ik een tv-programma moest maken? Dat was het minste van mijn zorgen. Ik moest enkel die maand zien door te komen. Een vreemd gevoel.’ Zo heb je misschien wel een ‘echtere’ ervaring meegemaakt dan je op voorhand dacht? ‘Misschien wel, maar het zou arrogant zijn

om te beweren dat ik nu echt weet hoe het is om dakloos te zijn. Ik begrijp op zijn hoogst een paar dingen beter waar zij dagelijks mee worstelen. Waarom ze al hun bezittingen in tientallen zakjes dicht bij zich willen houden, of waarom ze liever Cara-pils kopen als een flesje water evenveel kost. Van de pils vergeet je je miserie tenminste even. Ik zal zelf ook altijd eerder geld geven dan eten. Eten krijg je overal wel, maar zelf kunnen beslissen wat je met dat beetje geld doet, dan voel je je weer even mens. Ook al koop je daar dan sigaretten en alcohol mee.’ Je hebt uit de eerste hand ervaren hoe de hulpverlening is voor daklozen. Wat loopt er goed en fout? ‘Er is veel voor hen. Er is altijd een dagopvang open waar je kan douchen en eten, er is nachtopvang waar je voor 2,5 euro een warm bed en een maaltijd krijgt. Maar het is een kluwen. Er zijn zoveel initiatieven dat het moeilijk is je weg te vinden. Je krijgt veel tegenstrijdige informatie, ik leefde bijvoorbeeld al vijf dagen op straat voor ze me doorverwezen naar een plek waar ik een slaapzak kon krijgen. Men gaat er ook van uit dat thuislozen zelf wel aankloppen bij het OCMW om hulp. Maar mensen probe-

ren het altijd zo lang mogelijk zelf uit te zingen. Je wil niet toegeven dat je het niet alleen aankan. Er is misschien ook te veel, waardoor mensen te lang dakloos blijven. In Scandinavië focust men erop thuislozen zo snel mogelijk weer een dak te geven. Want hoe langer je op straat leeft, hoe moeilijker het is om weer tussen die vier strakke muren te gaan leven. Daarom moet je die periode op straat zo kort mogelijk maken.’ Met welk gevoel kijk je nu terug? ‘Vorige zaterdag zag ik Freddy (een van de thuislozen die Wannes leerde kennen, red.) terug aan de Delhaize in Antwerpen waar hij altijd staat en toen bleek dat hij sinds de uitzendingen ongelofelijk veel herkend wordt. Mensen stoppen en doen een praatje met hem. Hij wordt weer als mens gezien. Meer wil hij eigenlijk niet. Als Op straat ervoor gezorgd heeft dat minder mensen met een grote bocht rond thuislozen lopen – inclusief mezelf – dan weet ik dat ik er goed aan gedaan heb.’ Kaatje De Coninck

✔✔Je kan de afleveringen van

‘Op straat’ op www.vrtnu.be nog een weekje gratis bekijken


4

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

DOSSIER

België staat bekend om zijn bier, zijn wafels en … zijn ruimtelijke verrommeling. We hebben een traditie van kris kras bouwen zonder al te veel planning. De Vlaamse regering wil daar met de betonstop paal en perk aan stellen. Is het een mirkaloplossing voor onze mobiliteit, schone lucht en open ruimte? Of staan er tussen droom en werkelijkheid te veel barrières? Allerlei doemscenario’s en bezorgdheden duiken op. We zochten het voor jou uit in deze special met experten Lien Poelmans (VITO), Pascal De Decker (KU Leuven) en Kobe Boussauw (VUB). tekst: Hilde Van Malderen

Hoe ziet de ruimtelijke ordening van de toekomst eruit?

‘We moeten niet allemaal naar de stad’ Of we nu willen of niet, in de toekomst zullen we anders moeten omgaan met ons ruimtegebruik en onze wooncultuur. Niet zo evident, als je weet dat de helft van de bouwgronden in Vlaanderen slecht gelegen zijn. Hoe ziet onze woontoekomst eruit? Lien Poelmans, expert ruimtelijk gebruik, kijkt alvast vooruit.

Kaart van Vlaanderen met de voorzieningen versus openbaar vervoer

L

ien Poelmans is verbonden aan de Vlaamse Onderzoeksorganisatie VITO, die onlangs een studie uitbracht waaruit bleek dat de helft van de nog beschikbare bouwgrond slecht gelegen is. ‘Het probleem is dat heel veel van de goed gelegen bouwgrond op is’, zegt ze. ‘Hoe meer bebouwing er bijkomt, hoe verder alles uitdijt van bestaande kernen en hoe verder mensen zich moeten verplaatsen om eender wat te doen. Met alle gevolgen van dien. De Vlaamse bouwmeester heeft dat treffend verwoord. ‘De Vlaming wil op het platteland wonen, maar intussen is er bijna geen platteland meer.’ Uit jullie studie blijkt dat de helft van de nog beschikbare bouwgrond slecht gelegen is, zo’n 36 000 hectare. Wat is dat eigenlijk ‘slecht gelegen’. ‘Voor de ruimte die op het gewestplan nog ingekleurd staat als woongebied hebben we op vraag van het departement Ruimte Vlaanderen twee zaken tegenover elkaar gezet. In het kader van hun Witboek (zie kader) wilden ze inzetten op kernen die goed gelegen zijn ten opzichte van basisvoorzieningen en openbaar vervoer. Je hebt locaties die goed bereikbaar zijn, zoals Erps-Kwerps, maar waar er weinig voorzieningen zijn en dan heb ik het over basisvoorzieningen als lagere scholen, bakkers en dokters, maar ook over regionale voorzieningen zoals middelbare scholen en ziekenhuizen. Dan heb je locaties met veel voorzieningen, maar weinig openbaar vervoer zoals op veel plaatsen in Limburg het geval is. En je hebt plaatsen waar beiden ontbreken zoals de diepe Westhoek. Daar is nog wel een bakker en een café, maar vaak al geen scholen meer. Met bouwgronden die slecht gelegen zijn bedoelen we dus gebieden waar geen open-

VOORZIENINGEN

Zeer goed Goed Matig Beperkt Beperkt Matig Goed Zeer goed

OPENBAAR VERVOER

uuOp deze kaart wordt weergegeven welke bouwgronden goed of slecht gelegen zijn ten opzichte van basis en regionale voorzieningen en het openbaar vervoer.

baar vervoer is en weinig tot geen voorzieningen.’

Het planbureau voor­ spelt een krimp in de bevolking in gemeentes die in de uithoeken van ons land liggen. Lien Poelmans

Maar de Vlaming blijft wel een baksteen in zijn maag hebben. Kan je dat wel veranderen? ‘In het Witboek wordt niet gesproken over het afbreken van woningen. Het probleem is dat lokale besturen vaak nog moeten worden overtuigd, omdat het dan gaat om gemeentefinanciering. Als er geen bouw-

gronden zijn, knabbelt dat aan hun inkomsten, want dan komen er geen jongen gezinnen wonen, veroudert het platteland en loopt het leeg. Maar dat zie je nu al. Ik zag een advertentie voor de Westhoek. Kom in Veurne wonen, het is hier tof en je hebt hier geen mobiliteitsproblemen. Neen, als je in Veurne werkt niet, maar als je naar Brussel moet, heb je wel een probleem. Het planbureau voorspelt trouwens een krimp in de bevolking in gemeentes die in de uithoeken van ons land liggen. Dus die trend zet zich wel al een beetje in.’ Veel mensen zijn het eigenlijk wel eens met het principe van de bouwstop, maar hebben tegelijk ook schrik dat ze niet meer kunen bouwen of wonen waar ze willen. ‘Ik heb inderdaad het gevoel dat iedereen het in grote lijnen wel eens is, maar de specifieke uitvoering zal voor problemen zorgen. Omdat het over iets privé gaat. Je kan

ook moeilijk zeggen jij woont hier slecht en je moet weg. Het gaat vooral over de vraag of we op bepaalde plaatsen nog moeten bij bouwen. Het wordt ook wat op flessen getrokken. Het is echt niet zo dat iedereen nu in de stad moet gaan wonen. Ook in bepaalde dorpskernen is er geen probleem. Het is dus geen verhaal stad versus platteland. Wel kern versus verkaveling.’ Alle functies zijn ook uit elkaar getrokken. Waarom wonen we niet boven de baanwinkels om wonen en winkelen te combineren? ‘Wat het Witboek wil nastreven is verweving. Wonen krijgt natuurlijk het meeste aandacht, maar het gaat eigenlijk over alle functies die plaats nodig hebben. Je kan woongelegenheid op baanwinkels bouwen, maar hun ligging naast steenwegen is nu al heel slecht. Daar staan heel veel files waarover je niets hoort op de radio, maar die minstens even erg zijn. Het gaat


5

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

• Het expertenpanel •

Lien Poelmans (VITO)

Pascal De Decker (KUL)

Kobe Bossauw (VUB)

De betonstop in 4 vragen

Wist je dat… … er elke dag zes hectare extra ruimte ingenomen wordt door de mens om te wonen, werken, winkel of ontspannen? Dat zijn twaalf voetbalvelden. … we in 2013 met 6,4 miljoen Vlamingen waren? Als het huidige groeitempo aanhoudt zijn we in 2060 met 7,2 miljoen.

Iedereen heeft zijn mond vol over de betonstop. Mogen we echt niet meer bouwen? Wordt onze bouwgrond minder waard? En duwen ze ons collectief de stad in? Er is heel wat stof voor discussie en die zal er de volgende jaren ongetwijfeld genoeg zijn. Maar laten we beginnen met het begin. De betonstop in vier simpele vragen. Wat?

Hoe?

De Vlaamse Regering keurde het Witboek voor een nieuw Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (BRV) goed. Officieel bestaat de term betonstop niet, de media bedacht die naam en eigenlijk is het ook geen echte betonstop. Het is niet zo dat Vlamingen in de toekomst geen huis meer mogen bouwen. De Vlaamse overheid wil vooral dat er geen extra ruimte meer wordt ingenomen. Dat wil ze bijvoorbeeld bereiken door mensen dichter bij elkaar te laten wonen in dorpskernen en in de stad.

De overheid zal uitmaken waar er nog mag gebouwd worden. Dat zal gebeuren op basis van ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s). Die bepalen waar er woningen of bedrijventerreinen mogen komen. En welke gebieden bestemd zijn voor landbouw en natuur. Dat belooft een werk van lange adem te worden. Het doel is om mensen zoveel mogelijk te laten wonen op plaatsen waar er veel openbaar vervoer is. Concreet wil dat zeggen dat men binnen een straal van één kilometer rond zo’n vervoersknooppunt wil komen tot 35 woningen per hectare. Dat gaat niet enkel over de steden, maar ook over de dorpskernen.

Nick Hannes

Wanneer?

uuDe betonstop wil ons doen nadenken over waar we gaan bouwen en wonen.

altijd over de Antwerpse en Brusselse ring, maar op die steenwegen kan je heel veel tijd verliezen. Op die locaties extra woongelegenheden bouwen, kan het probleem dus misschien enkel maar verergeren in plaats van een oplossing bieden.’ Verdichten is een woord dat ook vaak terugkeert, maar hoe moet dat dan? ‘Wij hebben bijvoorbeeld zelf ons huis gekocht van een koppel zeventigers dat naar een kleinere woning is verhuisd in het centrum van ons dorp, recht tegenover de bakker. Een projectontwikkelaar heeft daar huizen afgebroken en opnieuw compacter gebouwd. Ze wonen daar nu in een huisje met een tuintje dat nog altijd groot genoeg is. Maar dat doen wij als Vlamingen bijna niet. We zijn zo honkvast. Mijn grootouders wonen nog steeds in een groot, afgelegen huis met een grote tuin waar mijn nonkel het gras moet gaan afmaaien, want zij kunnen dat niet meer. De toekomst zit onder andere in serviceflats. Die kan je aan een hoge dichtheid plaatsen. Ze hebben daar toegang tot verzorging. Het Wit-Gele Kruis moet dan niet overal ten lande gaan rondrijden. En er is een centrale tuin die voor hen onderhouden wordt.’ Veel mensen vragen zich nu wel af: wat met onze bouwgronden? ‘Moeilijk te zeggen, misschien komt er wel een rush op de bouwgronden in de steden.

Maar als je meer mensen laat wonen op een stuk bouwgrond in plaats van er een villa neer te zetten, mag de bouwgrond nog duurder worden, als je dat met meer mensen deelt wordt het niet duurder per gezin. Er wordt ook gezegd dat de gronden op het platteland goedkoper gaan worden. Ik weet dat niet. Er zullen nog altijd mensen zijn die daar willen wonen en bereid zijn daarvoor te betalen. Ik denk persoonlijk dat je dat niet helemaal aan de vrije markt kan overlaten. Ik denk dat de toekomst eerder gaat naar projectontwikkelaars, zoals in Nederland al vaak het geval is. Ze kopen meteen een plot op en zetten er woningen neer aan grotere dichtheden, die er uniform uitzien met een centraal stuk groen voor iedereen. Tegen 2060 zouden er 800 000 mensen bij komen. En dat niet alleen. Er is ook een groei in het aantal huishoudens. Want tegen 2060 zullen veel meer mensen alleen wonen. Dus dat betekent niet alleen meer mensen, maar ook meer huizen. Ruimte zal een schaars goed worden, dus willen of niet, dichter bij elkaar wonen zal ook een beetje van moeten zijn.

Tot 2025 mag er slechts drie hectare vrije ruimte per dag worden ingenomen, tegen 2040 komt er een totale betonstop en moet alle vrije ruimte die wordt ingenomen gecompenseerd worden door elders ruimte vrij te maken. Concreet wil dat zeggen dat er van 72 000 hectare ruimte die nu nog voorzien is voor uitbreiding, maar 24 600 zal mogen ingenomen worden tot 2040. Een huis afbreken en daar een nieuwe woning op bouwen, kan wel nog perfect.

Waarom? Te veel auto’s op de baan. Steeds langer wordende files. Daarmee gepaard gaande slechte luchtkwaliteit. Overstromingsgevoelige gebieden die worden volgebouwd. De biodiversiteit die achteruitgaat. De hoge kosten voor nutsvoorzieningen voor ver afgelegen woningen. Er zijn heel wat redenen om het uitdijende beton een halt toe te roepen, want de kost van files, vervuiling, wegenonderhoud en nutsleidingen is gigantisch.


6

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

DOSSIER

Wat heeft de betonstop te maken met onze mobiliteit en fiscaliteit? Laat de Vlaming doen en hij rijdt met zijn auto de bakkerij binnen voor een brood. Het is een boutade, maar niemand kan ontkennen dat het autogebruik de pan uit swingt. Vooral omdat we zo verspreid wonen. De betonstop is dus onlosmakelijk verbonden met mobiliteit en fiscaliteit, de sleutels om een mentaliteitswijziging teweeg te brengen.

Mobiliteit De situatie zoals die nu is op de weg, is moeilijk houdbaar. Vorige week bleek uit cijfers van het Verkeerscentrum dat de avondfile op één jaar tijd toegenomen is met zestien kilometer tot een gemiddelde van 121 kilometer per dag. Omdat heel wat mensen zo verspreid wonen, vaak ver van het werk en van het centrum waar ze boodschappen doen, moeten ze voor alles de auto nemen. Ook om de kinderen naar school te brengen of naar hun hobby’s. Maar zal de betonstop ons mobiliteitsprobleem ook oplossen? ‘De betonstop is een goede zaak’, zegt mobiliteits-expert Kobe Boussauw (VUB). ‘Maar het is veel te laat om significant te zijn. Tachtig procent van de woningen staat er al. Dus het zal geen grote omslag teweegbrengen.’ Toch is hij helemaal niet pessimistisch. ‘Het zal toekomstige generaties wel aanzetten om meer oordeelkundig om te gaan met hun keuzes, zoals waar ze gaan wonen en werken en op welke manier ze zich zullen verplaatsen naar het werk. Zij zullen daar meer over nadenken dan onze ouders. Dus er is wel degelijk verbetering op komst, maar dat zal niet meteen zichtbaar worden in de

Fiscaliteit files. Want mensen die nu in de file staan, zitten vast in een patroon. Zij hebben hun huis gekocht toen er nog geen files waren en zitten met een hypotheek en hun sociaal weefsel dat al uitgebouwd is. De nieuwe generaties die op de arbeidsmarkt komen zullen minder kiezen voor de verkavelingen en meer voor rijhuizen. Zij zijn veel flexibeler.’ Mobiliteit valt dus niet los te zien van de betonstop, al is het geen mirakeloplossing. Volgens Kobe Boussauw zijn er andere oplossingen die meer auto’s van de weg kunnen houden. ‘Een slimme kilometerheffing bijvoorbeeld. Zodat je meer moet betalen op drukke momenten, zoals in de spits. Of de Kennedytunnel betalend maken, behalve ’s nachts. Ik denk dat het draagvlak groeit voor zo’n systemen. Dat kan voor een groot verschil zorgen om mensen aan te moedigen andere keuzes te maken.’ Er zijn nog mogelijkheden, zoals een ander parkeer beleid. ‘Maar dat zijn al meer complexe zaken. Je ziet nu ook de Lage Emissiezones die worden ingevoerd. Daarmee vergroen je je wagenpark, maar dat zorgt er niet voor dat mensen minder met de auto gaan rijden.’

Het is nog even wachten op het resultaat, maar VITO heeft net een studie opgestart om te kijken wat de kosten en de baten zijn van de versnippering in Vlaanderen. Lien Poelmans legt het doel uit. ‘We zullen onder andere met de mensen van het Wit-Gele Kruis kijken hoeveel het kost om mensen te verzorgen die verspreid op het platteland wonen, waar je heel veel kilometers moet afleggen om hen te bereiken. En dat zullen we vergelijken met de verzorging in een serviceflat, waar meerdere mensen tegelijk kunnen bezocht worden. Hetzelfde gaan we doen voor zaken als de postbedeling en de nutsvoorzieningen. Hoeveel kost het om de kabel te leggen, de rioleringen enzovoort.’ Zo wil VITO in beeld brengen wat het de maatschappij kost, maar ook wat het mensen privé kost. ‘Het is goedkoper om op het platteland te wonen door een lager KI, maar welk resultaat krijg je als je ook alle uren meerekent die je in de auto doorbrengt om je kinderen naar hun hobby’s te brengen in plaats van dat ze met de fiets of het openbaar vervoer kunnen gaan?’ Op die manier zullen we meteen de vergelijking tussen de kernen en de verkavelingen kunnen maken. Het resultaat wordt binnen twee jaar verwacht. Sowieso is er al heel wat discussie over het KI. Moeten we dat verhogen voor mensen die weg van de kern wonen en verlagen voor mensen

die in de dorpskern of in de stad wonen? ‘Daar bestaat heel weinig politiek draagvlak voor’, zegt Kobe Boussauw. ‘Daarmee snijden ze in hun eigen vel. Bovendien kan er ook een pervers verdringingseffect komen. Centraal gelegen locaties zullen aantrek-

Het KI veranderen kan perverse gevolgen hebben. Kobe Boussauw

kelijker worden voor kopers. Daardoor zullen kansarme mensen, die doorgaans huren, mogelijk worden verdrongen naar slechter gelegen gebieden met minder openbaar vervoer. Dat maakt dat hun toegang tot de arbeidsmarkt zal dalen, omdat zij vaak geen auto hebben. Dat zal dus onlosmakelijk een invloed hebben op hun jobkansen.’ Pascal De Decker, hoofddocent architectuur aan de KULeuven, denkt ook niet dat het KI zo’n grote invloed zal hebben op onze keuzes. ‘Onze woonfiscaliteit zit compleet fout, maar mensen beslissen niet op basis van KI of ze een huis al dan niet kopen. Zij kijken naar waar het gelegen is, want tweeverdieners kunnen dat toch betalen. De kost van onze ruimtelijke ordening is eigenlijk gigantisch, maar dat wordt niet doorgerekend.’

Wat is het Kadastraal Inkomen (KI)?

Het Kadastraal Inkomen, KI, is een term uit de Belgische belastingswetgeving. Het heeft te maken met een kadastraal perceel, dat kan zowel een stuk grond zijn als het gebouw dat erop staat. Voor ieder huis of appartement wordt een schatting gemaakt hoeveel het zou opbrengen als je het zou verhuren min forfaitaire kosten. De wet bepaalt dat het KI iedere tien jaar moet aangepast worden, maar sinds 1975 heeft men dat niet meer gedaan, wat wil zeggen dat het niet meer de reële waarde vertegenwoordigt en veel mensen dus eigenlijk te weinig KI betalen.


7

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Ruimtelijke ordening in Nederland: Saai of efficiënt?

Piepen bij de buren Nederland is niet voor alles een gidsland, maar één ding moet je hen nageven. Hun ruimtelijke ordening is een voorbeeld van orde en structuur. Je kan het saai noemen, of gewoon heel erg efficiënt. Waarom zijn de verschillen tussen Vlaanderen en Nederland zo groot, terwijl we toch buurlanden zijn?

H

et verschil heeft deels een religieuze kant’, zegt Pascal De Decker. ‘Het protestantse Nederland heeft een andere attitude naar de overheid toe. Veel volgzamer. Terwijl we in België een meer katholiek liberale geest van anarchie kennen.’ Dus Nederlanders houden zich sowieso meer aan de regels. Daarnaast heeft hun ruimtelijke ordening zich helemaal anders ontwikkeld.’ ‘Zij zijn pas later geïndustrialiseerd, waardoor ze minder snel naar de steden trokken. Zij hebben ook altijd veel meer ingezet op sociale huisvesting. Als iemand geen huis kon betalen, konden ze het huren. In België promootte men het bezit van een eigen huis. Wij zien sociale huisvesting eerder als iets aanvullend.’

Nederland is het land van de sociale huisvesting. Pascal De Decker

pen naar Brussel rijden zonder dat je het platteland ziet, omdat je de hele tijd tussen gebouwen en terreinen rijdt. Zij hebben een geschiedenis van ruimtelijke ordening. Terwijl wij hier wetten hebben gehad die mensen net stimuleerden om huizen te kopen op het platteland. Het omgekeerde van wat in Nederland gebeurde.’ uu‘In Nederland bouw je niet zomaar wat. De regels zijn veel strikter. Het verschil in ruimtelijke ordening tussen Nederland en België is deels religieus ingegeven.’

Geen stukje grond De Nederlanders willen dus niet elk hun eigen stukje grond om een huis(je) op te zetten. ‘Tachtig procent van Amsterdam was lange tijd in gemeentehanden. Dat is pas recent beginnen te veranderen. In België zetten we huisje per huisje. Bij onze noorderburen zijn er grote projecten voor sociale huisvesting’, aldus Pascal De Decker. ‘En dat zorgt uiteraard voor enige uniformiteit. Na de Tweede Wereldoorlog was zeventig procent van de huizen bestemd

voor sociale huisvesting, bij ons is dat slechts 25 procent. Wij zitten veel met kleine verkavelingen.’ Lees: ieder zijn stijl. Lien Poelmans vult aan. ‘Als je er Europese studies op naslaat, heeft Nederland een even grote bevolkingsdichtheid als België, maar ze zijn wel gespreid over een kleinere oppervlakte bebouwbare ruimte. Neem Rotterdam, dat is een grote stad, maar rij daarbuiten en je zit tussen de windmolens op het platteland. Hier kan je van Antwer-

Franse Alpen Ook in andere landen wonen mensen dichter bij elkaar. Dat is deels geografisch bepaald. Je kan nu eenmaal niet in de Franse Alpen gaan wonen. ‘Het probleem stelt zich daar minder, omdat bijvoorbeeld Frankrijk immens groot is voor het aantal mensen dat er woont’, zegt Lien Poelmans. ‘En de helft woont dan nog in Parijs. Het platteland ontvolkt er wel. Daar is een echte braindrain. Maar Vlaanderen is zo klein. Je hoeft niet per se te verhuizen voor je werk. Je kan altijd wel pendelen. Terwijl niet iedereen iedere dag vanuit de rest van Frankrijk iedere dag naar Parijs kan rijden voor het werk. Dan moet je wel naar de stad.’

Hoe een eigen huis moest zorgen voor minder stakingen

‘Bezit moest arbeiders binden aan het systeem’ Hoe is het toch zover kunnen komen? België en Vlaanderen hebben een hele geschiedenis, behalve op het vlak van ruimtelijke ordening. Tot de jaren zeventig was niemand daar eigenlijk mee bezig en bestond er zelfs geen plan, met ruimtelijke chaos tot gevolg. Pascal De Decker geeft een kleine geschiedenisles.

B

elgië kent een vroege industrialisering. Daardoor krijg je hier in de negentiende eeuw al verstedelijking. Mensen trekken weg van het platteland op zoek naar werk. De steden groeien snel, maar er zijn geen rioleringen, er is weinig licht, geen afvalverwerking. Het resultaat is een vuilnisbelt die doet denken aan de derde wereld nu.’

‘De adel, de clerus en de fabriekspatrons hadden het voor het zeggen. Dat was de sociale orde op dat moment. De verstedelijking bracht voor hen drie bedreigingen. Ten eerste de ontkerkelijking. Zij hadden angst dat het religieuze zou afnemen, als mensen naar de steden trokken. Ten tweede ging verstedelijking gepaard met morele problemen zoals prostitutie en alcoholgebruik. En dan was er nog een derde kwestie. De

De eerste regels rond ruimtelijke ordening kwamen er pas in 1962. Pascal De Decker

arbeiders begonnen zich te verenigen, dat was een nieuwe macht die opkwam.’ ‘De bestaande machtshebbers probeer-

den om de mensen weg te houden uit de steden, onder andere door een dicht spoorwegnet uit te bouwen. Vroeger waren er ook veel meer trams. Zo kon men de concentratie aan arbeiders beperken en bleven ze op het platteland wonen onder de auspiciën van de pastoor.’

Bouwpremie ‘In 1869 is bijvoorbeeld al het sociaal abonnement uitgevonden, dat is bijna nergens gebeurd en dat kende een enorm succes. Later kwam de eerste huisvestingswet. Met een bouwpremie moedigde men arbeiders aan om een eigen huis te kopen met als achterliggende gedachte dat ze niet zouden staken, als ze een hypotheek af te betalen hadden. Op die manier wilde men arbeiders binden aan het systeem.’ ‘De combinatie van een goedkope mobiliteit, een eigen woning en geen ruimtelijke ordening zorgde ervoor dat men

overal huizen zette, liefst met een tuintje zodat mensen zelf kippen of konijnen konden houden en een groentetuintje hadden. Als arbeiders in hun eigen eten konden voorzien, was dat nog extra manier om de lonen laag te houden.’ ‘De eerste echte wet rond ruimtelijke ordening kwam er pas in 1962. Die had eigenlijk pas effect vanaf de tweede helft van de jaren zeventig en toen lagen de contouren van de ruimtelijke ordening al vast, want er was daarvoor al heel veel gebouwd. De betonstop komt dus veel te laat. We zien nu wel al verschuivingen van mensen die naar de ruit Gent-Antwerpen-Brussel-Leuven trekken. Maar ze gaan niet in die ruit wonen. Er komt geen verschuiving naar de steden, wel naar de opritten van autostrades en naar stations.’


8

¬ post

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

VACATURE m/v CM zoekt • Redacteur • Manager Gezondheidspromotie en CM-beweging • Interne auditor • Directie-assistent • Expert boekhouder Voltijds – onbepaalde duur – Schaarbeek Meer info over deze en andere vacatures op www.cmjobs.be

ACV-Transcom zoekt • Stafmedewerker/jurist (m/v) Voltijds – onbepaalde duur – Brussel Meer info: www.acv-transcom.be

ACV-Openbare Diensten zoekt • Vakbondsverantwoordelijke Limburg (m/v) Voltijds – onbepaalde duur – Hasselt Meer info: www.acv-openbarediensten.be

UW

GEDACHT

Sociaal telefoontarief Dank voor de vermelding van het recht op sociaal tarief voor telefoon, gsm of internet in Visie nr. 3. Bij navraag bleek dat dit voordeel niet is toegepast op mijn internet toen ik mijn vaste lijn had opgezegd. Ik had dat maar moeten weten volgens mijn provider, ook al was ik tot vier keer toe in de winkel geweest. Ik kreeg een standaard schadevergoeding van 54,57 euro voor vier maanden. Het sociaal tarief zal nu wel worden toegepast op mijn internet. Alles samen betaalde ik nog 163,83 euro te veel. Dat krijg ik niet vergoed. Ik had maar vroeger moeten reageren. Voor verdere klachten werd ik doorverwezen naar de ombudsman telecommunicatie. Zeer teleurstellend voor een bedrijf waar men prat gaat op de service. ••• Naam en adres bekend bij de redactie

Parodontologie De lezersbrief over tandsteen verwijderen in het vorige nummer trok mijn aandacht. Ik ben al geruime tijd in behandeling bij een niet-geconventioneerde parodontoloog. Onlangs kreeg ik een behandeling onder lokale verdoving om tandsteen te verwijderen ‘in de diepte’, een zogenoemde curatieve behandeling. Voor de vier kwadranten betaalde ik telkens 130 euro. Dat is 520 euro in totaal, waarvan ik niets kreeg terugbetaald wegens te hoge leeftijd. Ik was op dat moment 59 jaar. Dringt er zich geen terugbetaling op voor dergelijke aandoeningen gezien de toekomstige risico’s? ••• Eddy Vervaeke, Oudenaarde Aan de terugbetaling voor parodontologische verstrekkingen zijn strikte voorwaarden gekoppeld. Voor een parodontaal mondonderzoek en tandsteenreiniging ‘in de diepte’ is een terugbetaling voorzien tussen 18 en 55 jaar. CM pleit er al langer voor om de leeftijdsgrens voor tandzorg op te heffen. Daarvoor

is meer budget nodig en dat is op dit moment een heikel punt. Met de vergrijzing van de bevolking zal het aantal parodontologische behandelingen inderdaad toenemen om de tanden te kunnen behouden.

Fiets (1) Reactie op het artikel ‘We durven niet meer met kinderen op de fiets’. Hoe is het zo ver kunnen komen? Het antwoord is duidelijk: de auto heeft de voetganger en de fietser weggedrukt. Om (terug) meer mensen op de fiets te krijgen is het nodig dat de fietser méér ruimte krijgt op de weg zodat fietsen veiliger en comfortabeler wordt. Er is al een zekere kentering: de aanleg van bredere fietspaden, afgescheiden van de wegen voor gemotoriseerd verkeer. En ja er zijn al goede realisaties in Vlaanderen en Brussel maar het netwerk van veilige fietspaden moet nog fel uitgebreid worden en logisch verknoopt. Naast een plaatsje krijgen op de weg is er ook nog de bescherming van de fietser. Een verbod van auto’s in de schoolbuurten op drukke momenten kan de vicieuze cirkel doorbreken. Een duidelijk signaal dat niet de auto de koning is op de weg maar de fietser kan bijdragen tot de noodzakelijke ommekeer. ••• Luk Hulpiau, Waasmunster

Fiets (2) Steeds minder kinderen gaan met de fiets naar school: het is namelijk veel veiliger in en met de auto. Ook wij ondervinden al deze tekortkomingen. Bijna wekelijks worden we bijna van onze fietsen gereden tot zelfs op het zebrapad aan de school opgeschept of moeten we uitwijken. Je moet verdorie gek en koppig zijn om toch te volharden. Ik heb reeds diverse keren contact opgenomen met het gemeentebestuur om dit aan te kaarten. Steeds worden we ‘doorverwezen’ naar iemand die de materie en de problematiek niet kent. ••• Naam en adres gekend bij de redactie

Stuur je lezersbrief naar Redactie Visie, Postbus 20, 1031 Brussel of naar lezers@visieredactie.be. Vermeld je woonplaats. De redactie kan de teksten inkorten of niet opnemen bij plaatsgebrek. Onder elke brief publiceren wij de volledige naam en woonplaats van de auteur. Als je je reactie liever zonder deze gegevens ziet verschijnen, vermeld dit dan uitdrukkelijk.

GECITEERD Streep op elke regel de letters weg, die samen het woord vormen dat overeenkomt met de omschrijving. De resterende letters vormen van boven naar beneden citaat 250_DS13_citaat 250_DS13.qxd 17-03-17 09:05 Pagina 1 en van links naar rechts een citaat. 1. Openbaren; 2. deelteken; 3. schichtig; 4. verdovend middel; 5. roofdiertje; 6. windrichting; 7. devies; 8. omvangrijk; 9. tint; 10. made; 11. eskimoboot; 12. toeschouwer; 13. aspect; 14.naakt. Citaat 250

1 H U 2

I

E T E T N

Wedden dat ... Samana voor jou de gepaste vakantie heeft?

T M R E O M A E

3 S C

I

H L U IJ W

4 K O P S

I

U M T

5 M E A R H T E R 6 N O U O W R E D 7

L M O IJ T K T O

8

L

I

IJ V S

I

G D

9 K L A E T U M R 10 L E A T R D V E 11 K A E

J

I

A K D

12 K E IJ A K E L R 13 E F A V C R E T 14 B O L O U O T W Oplossing: ’Het citaat is van F. Jansen:“Het moeilijkste huwelijk is dat met de ideale rouw”.

Citaat 250

Streep op elke regel de letters weg, die samen het woord vormen dat

CHRONISCH ZIEK? MANTELZORGER? LIEVER INDIVIDUEEL OP VAKANTIE? Neem contact op met ons team van de verrassende vakanties. Samen vinden we jouw gepaste vakantie, met de nodige zorg. In groep reizen of individueel? Naar het buitenland of liever in België? We zoeken het samen uit! Bel ons op 02 246 26 90 of mail naar vakanties@samana.be.


¬ hoe gaat het met u?

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

9

Beperkte bijdrage voor rookstopbegeleiding

‘Zonder steun lukt stoppen met roken niet’ ‘Als ik in de zetel zit, wil ik een sigaret.’ Of: ‘Het is moeilijk te weigeren als iemand een sigaret aanbiedt.’ Stoppen met roken is niet evident. Wie rookstopbegeleiding volgt, staat er niet alleen voor. En, je betaalt maar een beperkte bijdrage.

D

Het is de vijfde sessie. De meeste deelnemers zijn twee weken gestopt met roken. ‘Lukt het bij jou?’, is de evidente vraag wanneer iemand binnenkomt. ‘Ik heb al zestien dagen niet gerookt’, zegt een dame trots. Matthias Haazen (36) knikt vol bewondering. ‘Ik heb nog drie sigaretten gerookt. Maar ik heb ze niet zelf gekocht’, voegt hij er snel aan toe. ‘Ik wil stoppen met de begeleiding’, zucht een deelneemster. ‘Het lukt niet.’ ‘We praten straks nog even’, stelt tabakologe Els Bosch haar gerust. Het is een groepssessie, toch is begeleiding op maat belangrijk.

Gewicht onder controle ‘Het thema van vanavond: stoppen met roken en je gewicht’, zegt Els. Er komt meteen reactie: ‘Goed! Ik ben vier kilo bijgekomen sinds ik gestopt ben.’ Els toont een filmpje: ‘Elke sigaret laat teer achter in je longen. Je verbrandt 200 tot 300 calorieën per dag om je lichaam op te ruimen. Die verbrand je niet meer als je stopt. Dat kun je al zien aan de weegschaal.’

Thomas Geuens

insdagavond. Ik installeer me in het lokaal waar straks een groepssessie rookstopbegeleiding start. Wat kan ik verwachten? Ik rook niet, ik ben hier uit nieuwsgierigheid voor dit artikel. Toch heb ik veel vragen. Met welk gevoel zouden de deelnemers aan deze achtdelige cursus begonnen zijn?

uuBruno Kristo: ‘Stilaan voel ik dat roken niet meer bij mij hoort.’

uuMatthias Haazen: ‘De gewoonte om een sigaret te nemen, moet ik afleren.’

eens te stoppen. Overdag ging het, maar tegen de avond lukte het minder. Hij zag een advertentie over begeleiding in groep. Met een duwtje in de rug van zijn vriendin schreef hij zich in. ‘Zonder e-sigaret zou het niet lukken. Die nicotineverslaving bouw ik geleidelijk af. Ook de gewoonte om een sigaret te nemen, moet ik afleren. Ik ben in twee weken toch drie keer gezwicht. Mijn e-sigaret deed het niet. Iemand bood me een sigaret aan. Het smaakt me minder. Ik wil niet meer op zo’n aanbod ingaan. En de e-sigaret wil ik afbouwen. Nu lijkt het alsof ik niet echt gestopt ben.’

Een evenwichtig eetpatroon met elke dag drie maaltijden, ook ontbijt, veel groenten en enkele trucjes om goestingskes te overwinnen, kan helpen. Els: ‘Heb je een hongertje, eet groenten, plattekaas of yoghurt en drink water. En beweeg. Je verbrandt die calorieën door 20 minuten per dag te wandelen, fietsen of zwemmen.’ ‘Als ik in de zetel zit en niets eet, begin ik te roken’, klinkt het. Els: ‘Soep of groenten zijn oké. Vermijd chips.’ ‘Wanneer is het moeilijk om niet te roken?’, vraagt Els. Matthias probeerde al

wilde het niet alleen doen. Ik merk dat de zin in een sigaret vermindert. Stilaan voel ik dat roken niet meer bij mij hoort.’ De sessie zit erop. Els polst nog even bij de deelneemster die twijfelde. ‘Nu ik jullie hoor, zie ik het weer zitten. Ik rookte dertig sigaretten per dag, nu twaalf. Ik ben op de goede weg. Zonder steun lukt het niet. Ik kom zeker terug.’ Els heeft nog een bemoedigende boodschap: ‘Stop op je eigen tempo. Jullie zijn goed bezig. Geef jezelf tijd.’ Anneleen Vermeire

Volhouden De andere deelnemers herkennen het gevoel. ‘Ik kreeg ook sigaretten aangeboden.’ Of: ‘Sommigen vinden de sessies belachelijk of zeggen dat een hulpmiddel niet echt stoppen is.’ ‘Jullie zijn echt gestopt’, sust Els. ‘Stoppen gaat in fasen. Als je merkt dat een sigaret minder smaakt en als je de lat hoger legt, ben je goed bezig. Ooit zal je die sigaret niet meer willen. Jullie houden anderen een spiegel voor.’

Thomas Geuens

Matthias is niet de enige die het soms moeilijk heeft. ‘Als ik alleen ben, is het lastig’, vertelt een deelnemer. ‘Vandaag heb ik geklust. Nadien heb ik een sigaret gerold. Na twee trekjes heb ik hem gedoofd. Ik moet iets anders zoeken om die gewoonte af te leren.’ De tip van Els: ‘Haal geen tabak in huis.’

uuOok bij een groepssessie is begeleiding op maat belangrijk.

Bruno Kristo (39) rookte sinds zijn 17e. Vier jaar geleden probeerde hij al te stoppen. Midden januari maakte hij de klik: ‘Ik ben in een keer gestopt, zonder hulpmiddelen. Maar een nicotineverslaving is stevig. Ik

Tegemoetkoming bij tabakoloog Inwoners van Vlaanderen betalen maximaal 7,50 euro per kwartier voor individuele begeleiding bij een erkende tabakoloog of 1 euro bij groepsbegeleiding. Wie jonger is dan 21 of recht heeft op de verhoogde tegemoetkoming betaalt 1 euro of 0,50 euro. Het aantal tegemoetkomingen wordt berekend via een puntensysteem. Voor inwoners van Brussel geldt de oude regeling nog. Zij krijgen over een periode van twee jaar acht zittingen terugbetaald. Ook Victor, de online gezondheidscoach van CM, helpt je om te stoppen met roken.

✔✔www.cm.be/

rookstopbegeleiding www.cm.be/victor


10

¬ hoe gaat het met u?

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Bij de les met Bednet

‘Ziek, maar toch met vriendjes praten’ ‘Dankzij Bednet zal ik naar het vijfde leerjaar kunnen.’ Julian Dams (9) uit Gent vecht tegen leukemie. Hij volgt de lessen thuis via de webcam. ‘Zo kan ik ook met mijn vriendjes praten.’

H

et is een zonnige ochtend wanneer ik aanbel bij Julian. Een vrolijk kereltje doet de deur open. ‘Jij gaat mee les volgen met Bednet, he?’ In de woonkamer zie ik meteen zijn bureau. Daarop een hele uitrusting. ‘Een computer met headset, een printer en scanner’, toont Julian. ‘Zo kan ik oefeningen en toetsen maken. Ik kan ze afprinten en doorsturen naar de juf.’ ‘Binnen een half uur start de rekenles’, waarschuwt mama Marlies. ‘Hoofdrekenen’, zucht Julian. Die vrolijke jongen was een tijd geleden erg ziek. Op 31 mei 2016 viel de diagnose: leukemie. ‘Hij heeft maar twee keer gehuild’, vertelt Marlies. ‘Toen ik hem vertelde dat zijn haar zou uitvallen en toen hij hoorde dat we niet op reis zouden gaan.’ Julian: ‘Ik wilde graag naar Rome.’

Toch op reis

uuJulian Dams: ‘Ik mis de leuke momenten. Met Bednet kan ik de les volgen en praten met mijn vrienden.’ ziekenhuis voor chemo. En ik mocht niet naar buiten.’ Marlies: ‘Je mocht niet ziek worden. Er kon amper bezoek komen en je moest kiemvrij eten.’ Maar Julian bleef niet bij de pakken zitten: ‘Ik heb ruimtetuigen gebouwd. En ik heb Rome bezocht via Google Earth. Ik deelde alles via sociale media. Nadien postte ik bijna elke dag een foto van een reis. Rond Kerst heb ik zelfs een KAALender gemaakt om geld in te zamelen voor Bednet. Voor de foto’s heb ik me verkleed in bekende kaalkoppen. En gelukkig kwamen mijn klasgenootjes soms zwaaien aan het raam.’ Die vriendjes waren een groot gemis. In het ziekenhuis leerde Julian Bednet kennen. Via Bednet kunnen kinderen en jongeren die ziek zijn of tijdelijk niet naar

school kunnen, volgen wat in de klas gebeurt. Sinds september volgt Julian les met Bednet. ‘Elke dag een of twee uurtjes.’ Vier uur per week komt een juf aan huis. ‘Julian maakt taken en toetsen en krijgt een rapport’, vult Marlies aan. Julian: ‘Dankzij Bednet zal ik naar het vijfde leerjaar kunnen, samen met mijn vriendjes.’

Lachen en rekenen Tijd voor de rekenles. Op het scherm verschijnen Tijl en Gust. Het is speeltijd maar de jongens zijn in de klas gebleven om Julian te verwelkomen. ‘Ik mis de leuke momenten. Nu kan ik al wat praten met mijn vrienden’, vertelt Julian. De bel gaat, de leerlingen komen het lokaal binnen. Ze zwaaien uitbundig. ‘Ze zien mij op een scherm achteraan in de klas. De juf ge-

bruikt een microfoon en er zijn knopjes om mijn hand op te steken en blaadjes door te sturen als ik een oefening gemaakt heb.’ De les gaat over rekenen met breuken. Er verschijnt een som op het bord. Julian steekt meteen zijn hand op. ‘Jouw antwoord is helemaal juist’, zegt de juf. Voor een volgende oefening moet Julian het antwoord op een bordje noteren, net als de andere leerlingen. ‘Toon jullie bordjes maar’, vraagt de juf. Julian houdt het zijne dicht bij de webcam. Ook dit antwoord is juist. Marlies: ‘Hij kan goed volgen, en hij heeft geen schrik om vragen te stellen.’ Klasgenootjes Richard en Gust vinden het leuk dat Julian zo de les kan volgen. ‘Maar we hebben hem liever in de klas.’ Lise: ‘Soms moeten we lachen, bijvoorbeeld als we zijn kat horen.’ ‘Of als hij zijn neus snuit!’, zegt Tijl. ‘Na de paasvakantie mag ik weer naar school’, vertelt Julian. ‘Ik moet nog maar om de drie weken een dag naar het ziekenhuis. Ik moet wel veel pillen nemen. En, soms voel ik me droevig.’ Marlies: ‘Alles is

Hoe kun je huidschimmel voorkomen? Jeuk, een branderig gevoel. Een schimmelinfectie van de huid kan lastig zijn. Probeer infecties te vermijden. Wat is een schimmelinfectie? Schimmels vind je overal, ook op je lichaam. Als ze de huid of nagel binnendringen, kun je een infectie krijgen. Wat zijn de symptomen? Je kunt rode ringvormige plekken zien die vergroten. Ze jeuken of voelen branderig aan. Aan de rand merk je soms schilfers, blaasjes of puistjes. In het midden lijkt de huid te genezen. Bij een infectie van de behaarde hoofdhuid kunnen je haren afbreken of uitvallen. Zo kun je kale plekken krijgen. Bij voetschimmel heb je roodheid, schilfering en jeuk tussen de tenen. Je kun ook pijnlijke kloofjes krijgen. Een

schimmelnagel kleurt wit of geel en kan verdikken of loskomen. Wat is de oorzaak? Door veel te wassen met zeep of door strakke kleding of schoenen te dragen, neemt de weerstand van je huid af. Dat kan ook als je huid verweekt is door te zwemmen of zweten. Zo kunnen schimmels binnendringen. Die loop je meestal op via besmette huidschilfers. Schimmels in de haren krijg je door besmette haren van anderen of door kammen, hoofddeksels en textiel te delen. Voetschimmel en schimmelnagels loop je op door in zwembaden, douches of kleedkamers op blote voeten te lopen. Ook huisdieren kunnen schimmels verspreiden.

Wat kun je zelf doen? Gebruik enkel bij voetschimmel zelf een schimmelremmende crème van de apotheek. Smeer die tot twee weken nadat de plekken verdwenen zijn. Behandel sokken en schoenen met een schimmeldodend product. Helpt dit na drie weken niet, raadpleeg dan je arts. Probeer een infectie te voorkomen. Droog je goed af met je eigen handdoek. Was je niet te vaak met zeep. Was textiel geregeld op 60°C. Gebruik alleen eigen kleding en toiletgerief. Draag kleding en schoenen die niet knellen of schuren en katoenen sokken en ventilerende schoenen. Draag slippers in openbare douches, zwembaden of sauna’s. Een schimmelinfectie is besmettelijk. Heeft iemand er last van, deel dan zeker geen kleding, maak regelmatig schoon en ontsmet kammen en scheerapparaten.

Wanneer ga je naar de dokter? Ga naar je arts bij een infectie. Die zal bekijken of een behandeling met een schimmelremmende crème of met orale tabletten nodig is. Maak de behandeling af, ook als de symptomen weg zijn. Elise Rummens, preventie-arts CM www.cm.be/ dehuisdokter

Stefan Dewickere

HUIS dOKTER

‘De wereld stond negen maanden stil’, blikt Julian terug. ‘Ik moest geregeld naar het

Lieven Van Assche

‘Een week eerder was ik op stadsklassen’, vertelt Julian. ‘Ik was ’s avonds erg moe, ik had koorts en mijn benen en schouders deden pijn. Het leek groeipijn. Maar ik werd niet beter. Op een bepaald moment dacht de dokter dat ik een blaasontsteking had.’ Een vergrote milt zorgde voor buikpijn. ‘Typisch voor leukemie’, legt Marlies uit. ‘Maar er was geen ontsteking. Een echo bracht duidelijkheid. De huisdokter vroeg ons om snel te komen. Toen wist ik het. Julian besefte niet dat hij erg ziek kon zijn.’ Of niet helemaal. ‘Toen je in de gang ging bellen, dacht ik wel dat het een beetje erg kon zijn.’ Marlies: ‘We zijn nadien rechtstreeks naar het ziekenhuis gereden.’ Julian: ‘Ik dacht dat ik snel thuis zou zijn. Maar ik moest drie weken blijven.’

uuDe klasgenootjes van Julian: ‘We vinden het leuk dat Julian


¬ hoe gaat het met u?

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

11

Arbeidsongeschikt, maar al wat beter?

Re-integratietraject helpt wie ziek is aan aangepast werk Ben je arbeidsongeschikt en voel je je al beter? Maar niet goed genoeg om je gewone job te hervatten? Met een re-integratietraject kun je misschien gedeeltelijk aan de slag, aangepast werk doen of een opleiding volgen.

Lieven Van Assche

A zo de les kan volgen.’ van de ene op de andere dag veranderd. Plots mag hij weer alles eten, mag hij naar buiten. Dat was wennen.’ Ook van een trip naar Rome mag Julian weer dromen. ‘Nog niet deze zomer’, zegt hij realistisch. ‘Eerst moet ik helemaal beter zijn.’ Anneleen Vermeire

Kinderen en jongeren kunnen Bednet aanvragen wanneer ze minstens een maand gebruik zullen maken van het systeem (aansluitend of verdeeld over losse of halve lesdagen).

✔✔www.bednet.be Ouders van kinderen met een chronische aandoening kunnen ook een beroep doen op vrijwilligers van CM-Oppas aan huis.

✔✔www.cm.be/oppashulp

?!

ls je niet kunt werken door ziekte of een ongeval, ben je arbeidsongeschikt. Met een aangifteformulier verwittig je je ziekenfonds en vraag je een ziekte-uitkering aan. De adviserend geneesheer beslist of hij je arbeidsongeschiktheid erkent. Binnen de twee maanden na je aangifte werpt hij een nieuwe blik op je medische gegevens. Dan bekijkt hij of het nuttig is om het zogeheten re-integratietraject op te starten.

Niet voor iedereen Het re-integratietraject is een nieuwe regeling van de federale regering. Ze geldt voor werknemers en werklozen die na 1 januari arbeidsongeschikt werden. De bedoeling is om de terugkeer naar de arbeidsmarkt zo makkelijk mogelijk te maken. Voor zelfstandigen en vastbenoemde ambtenaren geldt de maatregel niet. Ook als je arbeidsongeschikt werd door een arbeidsongeval of beroepsziekte is de regeling niet van toepassing. De adviserend geneesheer beslist op basis van je medische gegevens of hij een re-integratietraject opstart. Als je binnen de zes maanden na je aangifte je gewone werk kunt hervatten, is een traject meestal niet nodig. Ook als je door je gezondheidsproblemen langdurig niet of nooit meer kunt werken, is het niet aan de orde. Kun je tijdelijk niet aan de slag omdat je een medische behandeling ondergaat, dan zal de adviserend geneesheer je dossier over twee maanden opnieuw evalueren. Met andere woorden, het re-integratietraject wordt pas opgestart als je je al beter

Hoe kunnen we je helpen? CM geeft raad.

Hoe verkrijg ik als chronisch zieke sociale rechten? Ben je door een chronische ziekte arbeidsongeschikt of minder zelfredzaam, dan kun je in aanmerking komen voor sociale voordelen. Om recht te krijgen op sociale voordelen zoals belastingvermindering of lager tarief voor openbaar vervoer moeten chronisch zieke mensen aantonen dat ze arbeidsongeschikt zijn en/of hun dagelijkse activiteiten minder goed of niet meer kunnen doen. Soms gelden bijkomende voorwaarden voor gezinssituatie en inkomen. Ben je lang arbeidsongeschikt en ontvang je een ziekte-uitkering, dan krijg je een attest van het ziekenfonds. Verminderde zelfredzaamheid kun je bewijzen met een at-

uuDe bedoeling van het re-integratietraject is om de terugkeer naar de arbeidsmarkt zo makkelijk mogelijk te maken. voelt, maar je eigen job nog niet of niet volledig aankunt.

Met of zonder arbeidscontract Hoe het traject verloopt, hangt af van je professionele situatie. Heb je een arbeidscontract, dan neemt de arbeidsgeneesheer van je werkgever de regie over. Samen met jou bekijkt hij in hoeverre je gezondheid werk toelaat. Met jouw akkoord kan hij ook overleggen met je behandelende arts en adviserend geneesheer. Alle mogelijkheden worden overlopen. Denk aan een terugkeer naar je baan, eventueel met aanpassingen op de werkplek. Of aan een gedeeltelijke terugkeer, een andere job of een beroepsopleiding. De conclusies maakt de arbeidsgeneesheer over aan je werkgever. Die gaat vervolgens na hoe hij een concreet re-integratieplan kan opmaken. Heb je geen arbeidscontract, dan maakt de adviserend geneesheer samen met jou en je behandelende arts het re-integratieplan op. Ook hier is het de bedoeling dat het

plan leidt naar een baan die aangepast is aan je mogelijkheden en talenten, of naar een opleiding. Als je aan de slag gaat, beslist de adviserend geneesheer of je arbeidsongeschiktheid erkend blijft. Zo kan bij deeltijds werk je inkomen aangevuld worden met een ziekte-uitkering.

Ook op eigen initiatief Overigens hoef je niet op de adviserend geneesheer te wachten om in een re-integratietraject te stappen. Je mag altijd zelf contact opnemen met de arbeidsgeneesheer om de mogelijkheden te bekijken. Ook je behandelende arts kan met jouw akkoord het initiatief nemen. En als je minstens vier maanden arbeidsongeschikt bent, kan de arbeidsgeneesheer op vraag van je werkgever de procedure starten. Tom Van Geertsom

✔✔www.cm.be/ziekte-uitkering

beelding

UIT

test van de Directie-generaal Personen met een handicap. Dat kun je zelf online aanvragen via www.myhandicap.belgium.be. De dienst Maatschappelijk Werk, de gemeente of het OCMW kunnen je daarbij helpen. Je krijgt onder meer vragen voorgelegd over hoe mobiel je nog bent, welke huishoudelijke taken je nog kunt doen en of je jezelf nog kunt verzorgen. Beantwoord ze zo volledig mogelijk en vermeld zeker de naam van je huisarts. Dan kunnen indien nodig extra medische gegevens worden opgevraagd. Een arts beslist of een attest kan toegekend worden. Mogelijk word je uitgenodigd voor een onderzoek.

✔✔infochronischzieken@cm.be tel. 078 05 08 05

21 maart was Werelddag van de Maatschappelijk Werker. Ook voor de dienst Maatschappelijk Werk van jouw ziekenfonds.


12

¬ hoe gaat het met u?

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Veelgestelde vragen over geneesmiddelen

Ging jij ook mee op CM-kamp? Heb jij aan je vakantietijd met de jeugddienst van CM een mooi verhaal overgehouden? Laat het ons weten. Wie weet wordt jouw verhaal gepubliceerd. Sinds 1947 organiseert CM vakanties voor kinderen en jongeren. Dit jaar blaast Kazou 70 kaarsjes uit. De jeugddienst is op zoek naar je mooiste herinneringen uit de geschiedenis van Preventieve Luchtkuren (1947-1971), van Jeugd & Gezondheid (1971-2006) en van Kazou (sinds 2006). Op een online platform kun je herinneringen delen. Post er je verhaal en maak kans op een ferme retroprijs. Na de zomer publiceert Kazou de zeventig leukste verhalen.

✔✔verhalen.kazou.be

Gratis kankertesten

Om kanker vroegtijdig op te sporen, organiseert de Vlaamse overheid bevolkingsonderzoeken. Dikkedarmkanker is een vaak voorkomende kanker. Poliepen kunnen worden opgespoord en verwijderd voordat er kankercellen worden gevormd. Ben je tussen 56 en 74 jaar, dan kun je om de twee jaar gratis een stoelgangstaal laten testen in een labo. Ook baarmoederhalskanker is een traaggroeiende kanker die bijna volledig te genezen is als hij vroeg wordt ontdekt. Vrouwen tussen 25 en 64 jaar kunnen om de drie jaar een uitstrijkje laten nemen. Op de leeftijd van 50 tot 69 krijgen ze om de twee jaar de kans om zich gratis te laten screenen op borstkanker.

✔✔www.bevolkingsonderzoek.be

‘Lees de bijsluiter en volg het advies van je arts en apotheker. Wijzig je medicatie niet op eigen houtje.’ Jocelijn Stokx, apotheker bij de medische directie van CM, staat stil bij enkele vragen over geneesmiddelen. ‘Elk geneesmiddel kan ongewenste effecten veroorzaken.’ Moet je op je voeding letten als je medicijnen neemt? Jocelijn Stokx: ‘Het ene geneesmiddel moet je nuchter innemen, het andere bij de maaltijd. Dat lees je in de bijsluiter. Je leest er ook dat je soms op je voeding moet letten. Want sommige combinaties verminderen de werking van het medicijn of verhogen de kans op bijwerkingen. Zo drink je beter geen pompelmoessap als je statines (cholesterolverlagers) neemt. Als je bepaalde bloedverdunners slikt, beperk je het best voeding met veel vitamine K zoals spruitjes of broccoli.’

Mag je alle geneesmiddelen combineren? ‘Geneesmiddelen beïnvloeden elkaar wel vaker. Er zijn combinaties die je beter vermijdt. Soms los je dit op door de middelen met voldoende tussentijd in te nemen. Soms, bijvoorbeeld tijdens een antibioticakuur, moet je een tijdje stoppen met een medicijn, zelfs al neem je het al jaren.

Welke informatie lees jij altijd in de bijsluiter? Laat het ons weten: lezers@visieredactie.be, Persdienst CM, PB 40, 1031 Brussel.

Je arts en apotheker zullen je hierover informeren. Vraag een medicatieschema aan je apotheker. Dat helpt om het overzicht te bewaren als je veel geneesmiddelen moet nemen. Het is ook handig om je zorgverleners te informeren over je geneesmiddelengebruik.’

Hebben geneesmiddelen invloed op je rijvaardigheid? ‘Slaap- en kalmeringsmiddelen en sterke pijnstillers kunnen je reactievermogen verminderen. En er zijn nog geneesmiddelen die zulke bijwerkingen kennen. Denk aan bepaalde middelen tegen ADHD, epilepsie, hooikoorts en depressie. Je leest er meer over in de bijsluiter. Als je wazig ziet of suf bent, kruip je beter niet achter het stuur. Ook machines bedienen of op ladders klimmen is gevaarlijk. Wacht ermee tot het medicijn uitgewerkt is. Soms heb je alleen in het begin van een behandeling last van sufheid en concentratieverlies. Na verloop van tijd verminderen de bijwerkingen en kun je weer autorijden.’

Wat is het effect van alcohol op geneesmiddelen? ‘Alcohol versterkt de werking van onder andere slaap- en kalmeringsmiddelen. Daardoor loop je ook een groter risico op meer of hevigere bijwerkingen. Bij andere geneesmiddelen neemt de werking net af. Bijvoorbeeld als je dagelijks alcohol drinkt, stijgt je bloeddruk en zijn bloeddrukverlagers minder werkzaam. Sommige geneesmiddelen versterken op hun beurt het effect van alcohol, waardoor je slaperig wordt en je concentratie vermindert. Dat is het geval bij verapamil, een middel dat onder meer tegen hartritmestoornissen wordt gebruikt.’

Wat als je ongewenste effecten merkt? ‘Pillen zijn geen snoepjes. Elk geneesmiddel kan ongewenste effecten veroorzaken.

Guy Puttemans

knipsels

‘Pillen zijn geen snoepjes’

uuJocelijn Stokx: ‘Vraag een medicatieschema aan je apotheker.’ Hoe ernstig die zijn, hangt af van het middel en varieert ook van persoon tot persoon. Je moet de voordelen afwegen tegen de nadelen. Zo veroorzaakt een middel tegen kanker vaak hevige bijwerkingen, maar het behandelt wel een ernstige ziekte. Meld bijwerkingen altijd aan je arts of apotheker, ook al staan ze niet op de bijsluiter. Als ze aanhouden of te hevig zijn, kan je arts beslissen om de dosis te verminderen of een alternatief geneesmiddel te zoeken. Je arts of apotheker geeft je melding ook door aan het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen. Je kunt ook zelf bijwerkingen melden aan het FAGG via www.fagg.be.’

Zijn vervallen geneesmiddelen schadelijk? ‘Er staat niet voor niets een vervaldatum op het doosje. Eens die datum verstreken, kan de werking van het middel verminderen. In sommige gevallen is dat gevaarlijk. Neem dus geen risico en breng je vervallen geneesmiddelen terug naar een apotheek.’ Tom Van Geertsom

✔✔www.cm.be/geneesmiddelen

Samana verkoopt loten

Samana organiseert elk jaar een solidariteitsactie om langdurig zieke mensen te steunen. De opbrengst gaat naar het Fonds Hulp aan Zieken. Dat helpt mensen die door ziekte hoge medische kosten hebben die niet worden terugbetaald. De solidariteitsactie steunt ook de regionale en plaatselijke werking van Samana. Je kunt loten kopen bij de plaatselijke Samana-kernen of via overschrijving op rekeningnummer BE82 7995 5039 4368 van Samana, PB 40, 1030 Brussel (met vermelding ‘Tombola’). Noteer op het overschrijvingsformulier je adres. Een tombolaboekje met vijf loten kost 5 euro. Er zijn tientallen aankoopcheques te winnen met een waarde van 25 tot 1 250 euro, samen goed voor 500 000 euro. Koop je een volledig boekje loten, dan krijg je een gratis omslaglot waarmee je onder meer een Audi A4 kunt winnen. De trekking vindt plaats op 19 mei in Brussel.

✔✔www.samana.be

Dossenheim

Cultuurvakantie met de bus Ga mee op ontdekking in de streek van de Elzas en de Vogezen. Naast hooggelegen kastelen, vakwerkhuizen, prachtige natuur en de heerlijke keuken, mogen de bekende wijnroute en een proeverij ook zeker niet in ons programma ontbreken. Je logeert er in het mooie Vacanciel-hotel in Dossenheim, midden in de natuur. Periode en prijs in volpension: 481 euro, toeslag single 68 euro. Opstapplaatsen in Antwerpen en Brussel. Boek snel via 070 233 119 of www.intersoc.be.

Intersoc-werkvakanties

Nieuwe medewerkers gezocht: treinbegeleiders (m/v) Als treinbegeleider zorg je ervoor dat onze vakantiegasten zonder zorgen aankomen op hun vakantiebestemming. Je onthaalt de mensen in het station, wijst hun plaatsen toe en legt het traject samen met hen af. Bij onverwachtse omstandigheden zoals vertragingen of technische problemen zal jij hen op de hoogte houden van eventuele wijzigingen in het reistraject. Interesse? Contacteer ons voor meer info via 02 246 47 44 of via personeelsdienst@intersoc.be.


¬ hoe gaat het met u?

13

Guy Puttemans

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

uuStijn Verbiest met mama Ann en papa Geert: ‘Ik ga elke maand naar het praat- en danscafé in Leuven. Dansen is super.’

Basisondersteuningsbudget nu ook voor jongeren

‘Stijn komt graag onder de mensen’ Bepaalde mensen met een handicap die op een wachtlijst staan, krijgen een basisondersteuningsbudget dat ze vrij kunnen besteden. Voortaan komen ook minderjarigen in aanmerking. Daar is de mama van Stijn Verbiest (17) blij mee. ‘We willen het geld gebruiken voor oppas, want er moet altijd iemand bij Stijn zijn.’

Wachtlijst

ls je aanbelt bij de familie Verbiest in Wezemaal, is de kans groot dat een vrolijke tiener je welkom heet. ‘Stijn is heel sociaal’, bevestigt mama Ann Boffé (47). ‘Je zou haast vergeten dat hij veel zorg nodig heeft. Maar laat je niet misleiden, we kunnen Stijn geen moment alleen laten.’

Het basisondersteuningsbudget maakt deel uit van de Vlaamse sociale bescherming en wordt uitgevoerd door CM-Zorgkas. Volwassenen met een handicap die op een wachtlijst staan, krijgen het sinds september 2016. Het gaat om mensen die op 31 december 2014 én op 1 januari 2016 geregistreerd stonden op de Centrale Registratie van Zorgvragen van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH).

A

De situatie van Stijn is complex. Hij heeft een visuele beperking waardoor zijn hersenen niet altijd correct registreren wat hij ziet. Door een vorm van hersenverlamming kan hij onder meer zijn rechterarm niet gebruiken. Een autismespectrumstoornis zorgt ervoor dat hij moeilijk kan omgaan met onverwachte situaties. Maar het is vooral door epilepsie dat er altijd iemand bij Stijn moet zijn. ‘Die raakt niet onder controle’, zegt Ann. ‘Je moet er rekening mee houden dat hij elk moment een aanval kan krijgen.’

Om hulp te vragen, werd Stijn geregistreerd bij de Intersectorale Toegangspoort van het Agentschap Jongerenwelzijn van de Vlaamse overheid. Op die manier kwam hij op een wachtlijst terecht. Sinds begin dit jaar hebben jongeren met een handicap die zoals Stijn op een wachtlijst staan en aan bepaalde voorwaarden voldoen, recht op het basisondersteuningsbudget. Dat bedraagt 300 euro per maand.

Op stap gaan ‘Die 300 euro is meer dan welkom’, vertelt Ann. ‘Ik werk deeltijds om er zoveel mogelijk te zijn voor Stijn, maar ik kan niet altijd voor hem klaarstaan. Vooral tijdens de vakanties wordt het moeilijk. Mijn man werkt voltijds en de oma’s worden een dagje ouder. Daarom willen we het geld gebruiken voor oppas. Stijn komt graag onder de mensen. Hij vindt het zalig om met jonge gasten op stap te gaan. We hopen iemand te vinden die een paar keer per week

bij hem komt. Iemand die hem meeneemt naar de cinema of het zwembad.’ ‘Ik ga ook heel graag op restaurant,’ vult Stijn aan. ‘Ik speel elke dag op de Wii. En elke maand ga ik naar het praat- en dans­ café in Leuven. Dansen is super.’

Het Zavelhuis Ook naar school gaat Stijn graag. Hij volgt buitengewoon onderwijs in Heverlee. ‘We gaan binnenkort op openluchtklas naar De Pinte. Daarvoor maken we met de klas nu al het eten’, vertelt hij. ‘Ik kook graag. Ik kan al spaghetti maken. En chili con carne en chili sin carne.’ ‘Op die school wil ik altijd blijven’, besluit Stijn. Ann vult aan. ‘We denken ook al aan later. We zijn in een project gestapt van en-

kele ouders van zijn klasgenoten. Het Zavelhuis heet het. Wanneer Stijn over een paar jaar stopt met school, kan hij er wonen met zijn vrienden. Ze zullen er ondersteuning krijgen van ons, de ouders, maar ook van vrijwilligers en professionele zorgverleners. Om de zorg en dagbesteding te financieren, zal het basisondersteuningsbudget niet volstaan. We hopen dan ook over te stappen naar het persoonsvolgend budget.’

Contact Kom je in aanmerking voor het basisondersteuningsbudget, dan zal CM-Zorgkas contact met je opnemen. Je kunt zelf geen aanvraag doen. Wil je meer informatie, mail dan naar contactzorgkas@cm.be of bel 078 15 40 40. Tom Van Geertsom

Waarom betaal je een bijdrage aan CM-Zorgkas? CM-Zorgkas brengt de Vlaamse sociale bescherming in de praktijk. Daarvoor betaalt elke Vlaming jaarlijks 50 euro aan zijn zorgkas, of 25 euro als hij recht heeft op de verhoogde tegemoetkoming. Brusselaars sluiten vrijwillig aan. Je eerste bijdrage betaal je in het jaar dat je 26 wordt. Met jouw solidaire bijdrage help je niet alleen het basisondersteuningsbudget te financieren. De Vlaamse sociale bescherming bestaat ook uit de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden en de Vlaamse zorgverzekering. Denk er dus aan om je bijdrage voor eind april te betalen. Zo help je zorg voor iedereen betaalbaar te houden.

✔✔www.cm.be/zorgkas


14

¬ uw job, ons werk

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Iedereen mee op het Iedere werknemer heeft baat bij een werkplek waar hij zich goed voelt en die aan iedereen kansen geeft. Dat geldt zeker voor wie het moeilijker heeft op de arbeidsmarkt. Een belangrijk instrument om dat te realiseren is een werkbare job en een goed personeelsbeleid. ACV zet hier volop in met zijn dienst Samenwerker.

S

‘Daarnaast toonde de Werkbaarheidsmonitor aan dat de werkbaarheid van jobs de laatste jaren sterk gedaald is (zie infografiek over werkbaarheid, red.). Het aantal werknemers met een ziekte-uitkering is dan weer sterk gestegen. In 2015 waren er 370 400 werknemers langdurig ziek. Dat is een toename met acht procent ten opzichte van 2014. Samen met werknemers werken we daarom aan een beter werkklimaat en een betere arbeidsorganisatie.’

Plan van aanpak

amenwerker is de nieuwe naam voor de dienst Diversiteit. Een naamsverandering was nodig, omdat ‘diversiteit’ de lading niet meer dekte. De dienst is immers niet enkel bezig met personen met een migratieachtergrond, maar heeft een veel bredere werking. Stefaan Peirsman, coördinator van Samenwerker, verduidelijkt. ‘Het gaat om de omkadering op je werk, de bedrijfscultuur, ofwel het zachte HR-beleid. Thema’s zijn bijvoorbeeld een goed onthaal voor nieuwe werknemers, ruimte voor doorgroeien en opleidingen, respectvol samenwerken, werkbare jobs, discriminatie voorkomen en een duidelijke communicatie.’

uuFragment uit de campagnevideo op www.samenwerker.be. Samenwerker zet in het bijzonder in op kansengroepen, zoals personen met een arbeidshandicap.

Kansengroepen Samenwerker is er voor iedereen, maar in het bijzonder voor werknemers uit kansengroepen. ‘Het gaat om personen met een arbeidshandicap, mensen met een migratieachtergrond, 50-plussers, werknemers die na een langdurige ziekte weer aan het werk gaan, enzovoort. Voor hen ligt de

Werkzaamheid in Vlaanderen

Hoe werkbaar vinden Vlamingen hun job?

100

Wie zijn de ACVSamenwerkers?

80

· · ·

70

80

60 50

60

40

40

30

·

20

20 0

drempel tot de arbeidsmarkt hoger (zie infografiek over tewerkstellingsgraad, red.) en ook in hun job kunnen zij extra hindernissen tegenkomen. De ervaring heeft ons bovendien geleerd dat werken aan de arbeidspositie van kansengroepen alle werknemers ten goede komt.’

10 Algemeen

Arbeidshandicap

Geboren buiten EU

55 plussers

Bron: Focus op Talent barometer 2015

0

· 2004 Acceptabele situatie

2007

2010

2013

Werkstressklachten

2016 Burn-outsignalen

Antwerpen: katleen.parijs@acv-csc.be Oost-Vlaanderen: delfien.delputte@acv-csc.be West-Vlaanderen: marieke.vanbeselaere@acv-csc.be en geert.lein@acv-csc.be Brussel-Halle-Vilvoorde-Leuven: saida.isbai@acv-csc.be Limburg: hanan.nahas@acv-csc.be

✔✔Meer weten? www.samenwerker.be

Bron: Werkbaarheidsmonitor

Europa te laks in strijd tegen sociale dumping Belgische bedrijven worden steeds spitsvondiger in het inschakelen van goedkope buitenlandse werkkrachten. Daarom voerden ACV BIE en ACV- Transcom actie om de wantoestanden aan te kaarten. VRT-journalist Tom Van de Weghe trok naar Slovakijje om te kijken hoe het zit met de Belgische postbusfirma’s die vanuit Oost-Europa in de transportsector actief zijn. Op die manier zetten ze personeel in België aan het werk aan veel goedkopere voorwaarden. Bleek dat er daar zelfs bedrijfjes bestaan die adviseren hoe je de Belgische wetgeving kan omzeilen. Het is een praktijk waar ACV Transcom al jaren tegen strijdt. Afgelopen weken trokken ze naar snelwegparkings om buitenlandse chauffeurs op hun loon- en arbeidsvoorwaarden te wijzen. ‘We klagen al jaren de Belgische transporteurs aan die mensen via Oost-Europa tewerkstellen,’ zegt Jan

Maar hoe gaat de dienst nu tewerk? ‘In elke Vlaamse provincie en in Brussel zijn er Samenwerkers actief (zie kader). Samen met militanten en vakbondssecretarissen werken zij aan een beter personeelsbeleid in bedrijven en organisaties. Dat kan leiden tot een uitgewerkt plan van aanpak, waarbij uiteraard de werkgever betrokken wordt. Leden kunnen ook rechtstreeks contact opnemen met de Samenwerkers. Afhankelijk van het probleem contacteren wij de ondernemingskern en formuleren we een oplossing naar de werkgever toe. En dat alles in de overtuiging dat wanneer iedereen mee kan op het werk, we er allemaal op vooruit gaan.’

Sannen van ACV Transcom. ‘We richten ons daarbij naar de overheid, maar we wilden bij deze actie ook buitenlande chauffeurs betrekken, zodat ze weten dat ze andere rechten hebben dan dat ze nu krijgen.’ Ook in de bouwsector gaat het van kwaad naar erger. Op vijftien maart trok ACV BIE daarom naar zowel het gebouwvan de dienst Interne Markt van de Europese Commissie, als naar het kabinet van Minister Kris Peeters om actie te voeren tegen het voorstel omtrent de e-dienstenkaart. Die e-dienstenkaart zou bedrijven en zelfstandigen makkelijker in staat moeten stellen om aan de slag te gaan in een andere lidstaat. Zo’n kaart is tevens het bewijs dat het om een correcte onderneming zou gaan. Alleen is de controle op die correctheid eerder laks. Vooral voor de Belgische bouwsector zou het de deuren openzetten naar nog meer sociale dumping, terwijl het aantal buitenlandse werknemers sinds

2007 toenam van 50 000 naar 400 000 in 2015. Op die manier komen spotgoedkope bouwvakkers uit Europa hier werken aan de voorwaarden uit hun thuisland. De afgelopen vijf jaar gingen er op die manier 20 000 Belgische jobs verloren. ‘Terwijl de Dienst Werk van de Europese Unie voorstellen doet om de problematiek van de sociale dumping aan te pakken, zal DG Grow dit net in de hand werken door de eventuele invoering van de e-dienstenkaart’, zegt Tom Deleu, internationaal secretaris bij ACV BIE. ‘Dit is echt onaanvaardbaar voor Belgische en Europese bouwvakbonden. We pleiten voor een intrekking van het voorstel.’ Het kabinet Peeters bevestigde dat het namens de Belgische regering de uitsluiting van de bouwsector inzake de e-dienstenkaart zal verdedigen bij de Europese Commissie. (HVM)

Koen De Mey nieuwe voorzitter van ACV-Transcom Koen De Mey begon zijn carrière bij ACVTranscom in 2006. Na drie jaar als communicatieverantwoordelijke groeide hij door tot executief secretaris. In 2012 stapte hij over naar de belangengroep spoorwegen als nationaal secretaris. Als voorzitter wil hij ACV-Transcom klaarstomen voor de toekomst. De Mey: ‘Onze centrale staat voor enorme uitdagingen op politiek-syndicaal vlak, zowel in de overheid- als de privésectoren. Samen met de leden en de militanten, de basis van onze werking, zal ik trachten om de sterke positie van ACV-Transcom in het syndicale landschap verder uit te bouwen. Ik wil mijn voorgangster bedanken voor de stappen die hierin al werden gezet en wens haar alle succes met haar verdere carrière.’


15

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

werk

Tekst: Leen Grevendonck

Militanten Bosch Tienen timmeren samen aan werkbaar werk

‘Collega’s met stress kunnen terecht bij vertrouwenspersonen’ stap te zetten. Zij wijten hun problemen aan zichzelf, terwijl het om een samenspel van factoren gaat.’

Bij ruitenwisserfabrikant Bosch in Tienen staat één Samenwerkersthema hoog op de agenda van de vakbond, en dat is werkbaar werk. Het personeel ervaart veel stress ten gevolge van een herstructurering. Een aparte werkgroep in het bedrijf brengt de knelpunten in kaart.

Er is dus een opvangnet bij Bosch Tienen, maar beter is natuurlijk stress voorkomen. ‘Maar dat is niet eenvoudig in een omgeving waarin mensen afvloeien en de werkdruk hoog is. We zullen nu per dienst nagaan wat de specifieke struikelblokken zijn. Een externe preventieadviseur maakt daar een rapport over.’

I

n 2014 kondigde de directie van Bosch aan dat er 308 jobs zouden verdwijnen tegen 2020. Dat terwijl de vorige herstructurering van 2009-2010 nog maar net verteerd was. Op dit moment werken er zo’n duizend mensen bij Bosch, waarvan 60 procent arbeiders.

Evenwicht werk-privéleven

‘Voor de bedienden en middenkaders die zijn overgebleven, is de werklast vrij hoog’, vertelt Dany Van Goethem, délégué voor LBC-NVK. ‘We zien een opvallende stijging van collega’s die last hebben van stressklachten en zelfs van een burn-out. Als vakbond hebben wij die signalen opgepikt en zijn we nagegaan wat we daartegen kunnen doen. We hebben de arbeiders erbij betrokken en zijn te rade gegaan bij Saida Isbai van ACV (de Samenwerker in regio Leuven, red.). Zij heeft ons aangemoedigd om voldoende gegevens te verzamelen over de problematiek.’

Rob Stevens

Stress en burn-out

uuBij Bosch Tienen werken de vakbonden van arbeiders (ACV-CSC METEA) en bedienden (LBC-NVK) nauw samen rond het anti-stressbeleid en werkbaar werk. Op de foto: Wendy Devroye (ACV-CSC METEA), Dany Van Goethem (LBC-NVK) en Eddy Pulinckx (ACVCSC METEA).

Werkgroep Uiteindelijk werd er binnen het bedrijf een werkgroep opgericht die zich enkel en alleen bezighoudt met stress. Die werkgroep vergadert maandelijks. ‘Onze eerste reali-

satie is dat er vertrouwenspersonen zijn aangesteld. Nu is er zowel tijdens de dag als de nacht iemand aanwezig waarbij je terechtkunt met psychosociale problemen. Soms wachten werknemers te lang om die

Werkbaar werk gaat niet alleen over zo weinig mogelijk stress, maar ook over een goed evenwicht tussen werk en privéleven. Die balans zit wel goed bij Bosch, zo spreekt Wendy Devroye, militante voor ACV-CSC METEA, uit ervaring. ‘Het is geen probleem om ouderschapsverlof en tijdskrediet op te nemen. Zo werk ik 80 procent sinds de geboorte van mijn oudste dochter die nu negen is. Ik ben afwisselend op dinsdag en woensdag vrij. Wat ook mogelijk is, is om als koppel tegengestelde uurroosters te krijgen. Dan werkt de ene van 6 tot 14 uur en de andere van 14 tot 22 uur. Op die manier kan er altijd iemand voor de opvang van de kinderen zorgen.’ Leen Grevendonck

‘Langdurig zieken worden hier goed opgevangen’

Wie fysieke arbeid verricht, loopt een risico op letsels. Dat geldt ook voor de arbeiders bij Bosch Tienen. ‘Daarom is er enkele jaren geleden een rotatiesysteem ingevoerd, waardoor je verschillende taken doet binnen dezelfde dienst’, vertelt Eddy Pulinckx, délégué van ACV-CSC METEA. ‘Afwisseling van werk is beter voor de ergonomie en zo daalt de kans op letsels. Met die werkwijze is Bosch vooruitstrevend.’

Re-integreren Uiteraard doet het zich nog voor dat werknemers ziek uitvallen en daarna de draad weer moeten oppikken. ‘Ik vind dat langdurig zieken hier goed worden opgevangen. Als syndicale delegatie begeleiden we dat proces. Maandelijks vergaderen we met de werkgever over de mogelijkheden die er zijn om langdurig zieken te re-integreren. Hierbij maken we een onderscheid tussen mensen die wellicht 100 procent zullen kunnen terugkomen en mensen die nooit meer volledig zullen revalideren.’

Aangepast werk Op dit moment zitten er zo’n 15 mensen in het re-integratieteam. Allemaal heb-

Bosch

Een kansengroep die bij Bosch Tienen bijzondere aandacht krijgt, zijn de langdurig zieken. Zij kunnen rekenen op aangepast werk, met oog op hun reintegratie in het bedrijf.

uuBij Bosch Tienen krijgen langdurig zieken aangepast werk, zodat zij makkelijker de draad kunnen opnemen. Een computersysteem vergelijkt hun mogelijkheden met de beschikbare functies. ben zij aangepast werk. ‘Wij hebben een computersysteem met een overzicht van alle functies in het bedrijf. Hierin kun je het letsel invoeren en dan zoekt de computer naar functies die je kunt doen. Op basis daarvan bepaalt de arbeidsgeneesheer welk aangepast werk aangewezen is voor iemand. Dat systeem is vrij

uniek in België. Andere bedrijven komen bij Bosch bekijken, hoe wij dit aanpakken.’

✔✔Meer info over terug aan het werk gaan na langdurige ziekte vind je op www.teruginhetzadel.be.


16

¬ uw job, ons werk

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Regering maakt er knoeiboel van, vindt ACV Energiefactuur explodeert De hogere BTW op elektriciteit (van 6 naar 21 procent) om de taks shift te financieren. De Turteltaks. Allerlei stijgende heffingen en tarieven. Het maakt dat onze elektriciteitsfactuur explodeert. En dat is niet de enige factuur die fors verhoogt. Water, kinderopvang, studiegeld, dokterskosten, telecom… Regeringen en bedrijven schuiven vlot hun rekening door aan de gewone burger. De grote verontwaardiging over vergoedingen aan politici die zetelen in beheer- en adviesraden van bedrijven en intercommunales komt niet uit de lucht vallen.

Gewone mensen le België is het enige EU-land waar de brutolonen in 2016 daalden. Dat zegt een studie van het Europees Vakbondsinstituut die vorige week voor heel wat ophef zorgde. ACV-voorzitter Marc Leemans is niet verbaasd. ‘Dat onze brutolonen vorig jaar achteruitgingen, stond vorige maand al te lezen in het jaarverslag van de Nationale Bank. Dat wordt nu alleen maar scherper gesteld. De indexsprong van 2 procent was met de onderhandelingsmarge van 0,8 procent niet goed te maken. En dan hebben we het nog alleen over de werkenden. Mensen met een pensioen of uitkering leverden nog meer in.’

O

veral in Europa stegen de lonen. Dat toont een studie van het Europees Vakbondsinstituut (Etui). Overal, behalve in België. Door de indexsprong en loonmatiging stegen de Belgische lonen te weinig om de levensduurte te kunnen volgen. Dus gaan Belgische werknemers er als enigen in Europa op achteruit. ‘Deze studie is nog maar het topje van de ijsberg’, stelt Marc Leemans. ‘Niet alleen de lonen leveren zwaar in. Ook mensen

Pensioengelijkstelling landingsbanen: beroep bij raad van state ingediend Minister Bacquelaine beperkte met terugwerkende kracht de gelijkstelling van een landingsbaan voor de pensioenberekening. Al wie sinds 1 januari 2015 in een landingsbaan ’55-plus en 35 jaar loopbaan’ stapte, ontvangt door deze beslissing later een lager pensioen. De vakbonden gingen op 20 maart in beroep bij de Raad van State. Dat is niet het enige prangende pensioendossier. De pensioenleeftijd werd verhoogd tot 67 terwijl dat in geen enkel verkiezingsprogramma stond. Het dossier zware beroepen zit politiek compleet geblokkeerd. De gelijkstelling van periodes van werkloosheid en SWT voor het pensioen wordt afgebouwd. Wie vroeg is beginnen te werken en op het einde van zijn loopbaan ziek valt, dreigt minder pensioen te krijgen. Terwijl er wel geld te over is om de solidariteitsbijdrage op de hoogste pensioenen met een kwart te verminderen.

die het moeten rooien met ziektegeld, met pensioen of een werkloosheidsuitkering delen zwaar in de klappen. Gewone mensen leveren allemaal in.’

Daar is niet alleen de indexsprong verantwoordelijk voor. De ACV-voorzitter ziet een algemene tendens. ‘Deze regering sneed al ruim 3 miljard in de sociale zekerheid. De welvaartsvastheid van uitkeringen werd ingekrompen. Dertigduizend jonge werkloze mensen verloren hun werkloosheidsuitkering. Pensioenminister Bacquelaine verlaagde de uitkering van toekomstige gepensioneerden. En nu komt minister De Block met sancties voor zieken en invaliden. Onvoorstelbaar toch? Mensen die het fysiek, psychisch en financieel niet makkelijk hebben wil men extra aanpakken om het gat in de begroting te vullen. Alsof die mensen om die situatie gevraagd hebben.’ De ACV-voorzitter vreest bovendien dat het leed allesbehalve geleden is. Hij wijst erop dat 58 procent van de tax shift financieel niet is afgedekt. ‘Dat is een put van 6,6 miljard euro die ooit zal moet e n w or d e n g e -


17

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

everen allemaal in dicht. Samen met alle gaten die het wanbeleid op Financiën slaat.’ Voor Marc Leemans is het dan ook onbegrijpelijk dat de drie liberale regeringspartijen via een hervorming van de vennootschapsbelasting overwegen om nog een bijkomende put te graven. ‘De belasting voor bedrijven bedraagt gemiddeld 11 procent. En die wil men nu nog verlagen? Dat krijg je toch niet uitgelegd aan burgers die zwaar inleveren en die ruim de helft van hun inkomen aan de fiscus afdragen? Op papier zou het moeten gaan om een neutrale operatie voor de schatkist. Maar wie gelooft dat nog, na de tax shift?’ Volgens Leemans moet de regering eindelijk lessen trekken. ‘Mensen die werken of rekenen op de sociale zekerheid hebben de voorbije twee jaar meer dan 10 miljard euro ingeleverd door de indexsprong en de besparingen in de sociale zekerheid. Waar is dat geld naartoe? Bovendien groeit onze

economie trager dan in de rest van Europa. En we hangen aan de Europese staart inzake jobcreatie. Het zou nog slechter zijn zonder de tax shift, zegt de regering nu. Is dat zo? Het Planbureau berekende vorig jaar wat de effecten zijn van de 3 miljard aan sociale bijdragen die de werkgevers minder moeten betalen. Effect op de groei: min 0,07 procent. Effect op de koopkracht: min 0,55 procent. En de 39 840 nieuwe jobs kosten enorm veel geld. 74 021 euro per job.

En dan is nog geen rekening gehouden met de neerwaartse druk op groei, werkgelegenheid en koopkracht als de rekening wordt gepresenteerd voor het gat in de financiering van de tax shift. Intussen wrijven de aandeelhouders zich in de handen. De Bel-20 bedrijven keerden een record dividend uit. Het wordt hoog tijd dat inkomens uit vermogen ook een grotere inspanning leveren.’

Franky en Tanja Franky en Tanja werken beiden voltijds. Franky verdient 2 500 euro bruto en Tanja 4 000 euro bruto. Ze hebben drie kinderen, Joke (18), Filip(16) en Carla (15). Ze hebben 1 dieselwagen en er zijn geen rokers in het gezin. Ze verliezen door de regeringsmaatregelen samen 1 011,23 euro. Dat is 84 euro per maand.

Netto kostprijs indexsprong, na belastingen, via de geïndexeerde schalen Opbrengst fiscale maatregelen en de sociale correcties De grootste kostprijs voor hen zijn de talrijke maatregelen die de ‘kosten’ van het gezinsbudget verhogen Franky en Tanja verliezen

€ -578,04

Jongeren werken onder het minimumloon Jonge mensen worden deze dagen niet gespaard. Al dertigduizend jonge mensen verloren hun werkloosheidsuitkering. En nu wil de regering jongeren die beginnen werken onder het minimumloon betalen. Wie op 18 begint te werken zou maar 82 procent van het minimumloon verdienen. De regering ging dat compenseren zodat ze netto evenveel overhouden. P ro bleem: die compensatie kost meer dan 50 miljoen euro aan de staatskas. Bovendien heeft dit gevolgen voor pensioen, ziekteverzekering, eindejaarspremie, vakantiegeld,… van de jonge werknemers. Want dat wordt allemaal berekend op het brutoloon.

€ 1.177,66 € -1.610,85

€ -1.011,23 Kraken onder flexibiliteit

Els Els is een alleenstaande. Ze werkte tot haar ongeval in februari 2016 voltijds (3 400 euro bruto). Dit loon stemt bij benadering overeen met het gemiddelde loon van een voltijdse werknemer. Vandaag heeft ze een ziekte uitker ing van 1 870 euro br uto. Ze heeft geen kinderen. Ze rookt niet en heeft ook geen dieselwagen. Ze verliest 728,18 euro. D at i s 6 0 e u r o p e r maand.

Netto kostprijs indexsprong, na belastingen, via de geïndexeerde schalen

€ -143,84

Opbrengst fiscale maatregelen en de sociale correcties

€ -111,16

De grootste kostprijs voor haar zijn de talrijke maatregelen die de ‘kosten’ van het gezinsbudget verhogen

€ -473,18

Els verliest

€ -728,18

Het stokpaardje van liberale partijen: bouw arbeidsvoorwaarden af, dat is beter voor werkgevers. En niet alleen onze lonen zijn het slachtoffer. We moeten ook almaar flexibeler werken. Nachtarbeid wordt vanzelfsprekend, graag zonder toeslag. Bijbaantjes zonder sociale zekerheid in de horeca. En als het van Open VLD afhangt, weldra ook bij de bakker of slager. Overuren moeten gemakkelijker en goedkoper. Met alle gevolgen van dien. Hoe minder impact mensen hebben op hun job, hoe meer ze kampen met onzekerheid en hoge druk, hoe slechter ze zich voelen. Dat verklaart een groot deel van het stijgend aantal burn-outs en langdurig zieken.

Bereken ook je inkomensverlies op www.berekenjeinkomensverlies.be


18

¬ uw job, ons werk

DOSSIER

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Moeilijk inzetbare werkzoekenden moeten beter begeleid worden

‘Je mag nooit iemand afschrijven’ Langdurig werkzoekenden met ernstige psychische, sociale of gezondheidsproblemen krijgen vandaag niet de juiste begeleiding. Bovendien lopen zij een verhoogd risico op uitsluiting uit de werkloosheid. Dat zeggen Ides Nicaise en Wouter Schepers van het Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (HIVA) van de KU Leuven. Ze pleiten voor een gecombineerd traject dat inzet op zowel werk als welzijn.

‘Het gaat over een grote groep mensen, vele duizenden, die werkloos zijn maar daarnaast ook een niet-arbeidsgebonden problematiek hebben’, vertelt Ides Nicaise. ‘Zij komen omwille van gezondheidsredenen, sociale of psychische problemen niet in aanmerking voor onmiddellijke activering en krijgen vaak de stempel niet-toeleidbaar, omdat ze niet naar de arbeidsmarkt kunnen geleid worden. En ons werkloosheidsysteem draait nu net om activeren, om mensen zo snel mogelijk weer aan het werk te krijgen.’

Geen begeleiding Het gaat deels over mensen die een inschakelingsuitkering krijgen, omdat ze na het verlaten van de school nog onvoldoende werkervaring kunnen aantonen voor een volledige werkloosheidsuitkering. Die inschakelingsuitkering is door de vorige federale regering beperkt in de tijd. Maar sommigen blijven net steken in de werkloosheid door psychosociale of medische hinderpalen. ‘Zij zijn in feite het eerste slachtoffer, omdat daar de tijdslimiet van drie jaar is ingesteld. Velen zijn waarschijnlijk al uitgesloten geweest. Voor anderen werd de tijdslimiet met een jaar verlengd, maar dat biedt eigenlijk alleen uitstel omdat ze niet de juiste begeleiding krijgen. En als de uitkering stopt, stopt voor hen alles.’

ID/Benoit De Freine

Vandaag lanceert het HIVA het rapport ‘Werklozen tussen wal en schip’. Daarin onderzochten professor Ides Nicaise en Wouter Schepers welke sociale bescherming de moeilijkst inzetbare werkzoekenden genieten en van welke diensten zij gebruik kunnen maken.

uuDe onderzoekers schuiven onder meer vrijwilligerswerk naar voor als oplossing voor moeilijk inzetbare werklozen. ‘Zo bloeien ze weer open en vinden ze aanknoping bij de samenleving’, zegt onderzoeker Ides Nicaise. Het gaat daarnaast ook over volledig werkloze personen met een bijkomende medische of psychiatrische problematiek. Zij moeten aantonen dat ze in een begeleidingstraject zitten of actief naar werk zoeken om hun uitkering te kunnen behouden. ‘Maar de paradox is dat velen nog geen aanbod of advies hebben gekregen van de VDAB voor een begeleidingstraject. Ook zij riskeren daardoor uitgesloten te worden en zonder inkomen te vallen’, zegt Wouter Schepers.

Werkloosheid, leefloon, ziekteverzekering? Mensen van wie de uitkering wordt stopgezet, kunnen bij het OCMW aankloppen voor een leefloon. ‘Daar zien we een forse toename van het aantal aanvragen’, zegt Wouter Schepers. ‘In de laatste twee jaren alleen al steeg het aantal gerechtigden met meer dan 20 procent. Maar de OCMW’s hebben de middelen niet meer om al deze mensen te begeleiden. Dus ook daar krijgen ze niet altijd wat ze nodig hebben: een

‘Meer aangepast werk’ ‘Duizenden mensen met een verminderde arbeidsgeschiktheid hebben het heel moeilijk om werk te vinden’, zegt Karim Dibas van ACV. ‘Deze studie brengt Karim Dibas, ACV dat probleem heel goed in kaart. En doet goede voorstellen om deze mensen meer perspectief op een waardig werk en leven te bieden. Die voorstellen zijn absoluut nodig, want de huidige aanpak om mensen bruutweg hun werkloosheidsvergoeding af te pakken werkt helemaal niet. Onder druk van het ACV kregen mensen met een fysiek of psychisch probleem wel een verlenging van drie jaar van hun uitkering. Maar eind dit jaar is die verlenging voorbij. Het wordt dan ook hoog tijd voor een oplossing ten gronde. Delen van die oplossing zitten in deze studie. Daarnaast wil het ACV ook meer aangepast werk.’

persoonlijke aanpak op maat. Bovendien durven velen de stap naar het OCMW niet te zetten. Zij vallen dan uit de boot. Ook bij de ziekteverzekering kunnen ze vaak niet terecht, omdat ze slechts gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn, of integendeel omdat ze nog hebben kunnen werken.’ ‘Nochtans vind ik dat je nooit iemand mag afschrijven’, gaat Ides Nicaise verder. ‘Ik heb mensen gekend met grote gezondheidsproblemen, getekend door hun miserie. En hoe zwaar zij ook in de put zitten, hun verlangen is altijd ik wil werken. Werk blijft voor de meeste mensen het ideaal. Ik vind dat onze samenleving het zich niet kan permitteren om te zeggen: jij hoort hier niet in thuis.’

Werk en welzijn Wat moet er dan gebeuren? Nicaise en Schepers pleiten voor de volledige toepassing en uitvoering van de W2 (w-kwadraat) aanpak. De Vlaamse overheid lanceerde dit in 2013, maar de uitvoering ervan bleef uit voor de personen met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt. ‘In het W2-concept wordt gestreefd naar de combinatie werk en welzijn in de begeleiding’, legt Wouter Schepers uit. ‘Deze begeleiding is dan niet enkel gericht op de arbeidsmarkt, op het vinden van een job, maar ook op het welzijn van de cliënt.’ ‘We willen dat er over twee zaken anders nagedacht wordt’, vervolledigt Ides Nicaise. ‘Aan de ene kant is er de inkomensverzekering. Misschien is het werkloosheidstelsel niet de juiste plek voor deze mensen? Na verloop van tijd worden de uitkeringen er zo krenterig dat we mensen in de armoede duwen. Het leefloon is dan het alternatief, maar het is ook niet ideaal. En dan is er de ziekteverzekering waarvoor je minimaal 66 procent arbeidsongeschikt moet zijn in vergelijking met de laatst uit-

geoefende job. Maar wat met mensen die nooit de kans gehad hebben om te werken, of die minder dan 66 procent arbeidsongeschikt zijn? Ofwel moet de ziekteverzekering dus verruimd worden. Ofwel moet de werkloosheidsverzekering meer garanties bieden voor die groep en in een degelijke begeleiding voorzien.’

Sociale activering ‘Rond de activering stellen we verschillende pistes voor. In de eerste plaats de verdere invulling van het W2-concept door de VDAB. Maar dat kost tijd en geld. Daarnaast zijn er enkele initiatieven binnen de ziekteverzekering die de juiste kant op gaan. De progressieve tewerkstelling, bijvoorbeeld, waarbij mensen na een ziekteperiode eerst deeltijds aan de slag gaan en geleidelijk aan opbouwen. En dan is er nog de sociale activering. Mensen die niet naar de arbeidsmarkt kunnen toegeleid worden, kunnen geleidelijk en op vrijwillige basis een vorm van participatie realiseren in de sociale sfeer. Dat kan beginnen met heel eenvoudige stappen om uit je huis te komen. Zoals naar een sociaal restaurant gaan of je engageren bij een vrijwilligerswerking. Op die manier bloeien mensen weer open en vinden ze aanknoping bij de samenleving. Dit concept wordt door heel veel beleidsmakers verworpen als een valkuil, een soort van bezigheidstherapie die mensen afhoudt van de arbeidsmarkt. Mensen voelen zich maatschappelijk geïntegreerd, nuttig en krijgen meer zelfvertrouwen. Vanuit de overheid komt er niet veel steun voor dit concept. Ik denk dat dit op termijn een zeer gevaarlijke houding is. Dit kan als een boemerang terugkomen en de armoede alleen maar vergroten’, besluit Ides Nicaise. ’ Amélie Janssens


gewikt en gewogen ¬

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

ZEGT

19

Mohamed El Bachiri blijft een jaar na de aanslagen van 22/3 oproepen tot een ‘jihad van liefde’

‘De enige manier om zin te geven aan het verlies van Loubna’ Een jaar geleden verloor Mohamed El Bachiri (36), Molenbekenaar van Marokkaanse afkomst en moslim, zijn vrouw Loubna Lafquiri bij de aanslag in de metro van Maalbeek. Hij ontroerde miljoenen mensen toen hij rond kerst opriep tot een ‘jihad van liefde’. Vandaag, een jaar na de aanslagen, vormt zijn oproep een boek.

A

ls eerbetoon aan zijn vrouw Loubna boog Mohamed het onvoorstelbare verlies dat hem en zijn gezin is overkomen om in een boodschap van liefde en (mede)menselijkheid. Schrijver David Van Reybrouck zette zijn woorden nu op papier.

Mijn grote hoop is dat dit boek jongeren bereikt. Te zorgen dat ze lezen, nadenken, discussiëren. Mohamed El Bachiri

buiten te laten komen. De liefde voor elkaar en voor de ander. Om moeite te doen de ander te begrijpen. Het is het enige antwoord op de terroristen die ons met hun haat en terreur proberen te verdelen.’ De liefde, zegt u, is ook het enige dat u rechthoudt. ‘Ik heb mijn oproep in De Afspraak gedaan aan de vooravond van Kerstmis. Een magische tijd van verbondenheid waarin we vooral aan de ander denken. Ik had die ongelofelijke ontvangst niet verwacht (meer dan 5 miljoen mensen bekeken zijn oproep al, red.), zeker niet in Vlaanderen, een gemeenschap die ik als Franstalige Brusse-

WIN

©Cia Jansen

De ‘jihad van de liefde’: wat betekent dat voor u? Mohamed El Bachiri: ‘Ik snap dat die uitdrukking sommigen shockeert, maar extremisten hebben dat woord gekaapt. Jihad betekent eigenlijk je inspannen om een beter mens te worden. Ik roep dus elke mens op om moeite te doen om liefde naar uuMohamed El Bachiri roept op tot liefde: ‘Onze god is er een van liefde en verbinding, niet van terreur en geweld.’ laar niet goed kende. De mensen weten dat niet, maar door al hun steun en liefde te voelen, kon ik mezelf weer bijeenrapen en proberen te overleven.’ U heeft alles nu in boekvorm gegoten, vertaald en geholpen door schrijver David Van Reybroeck. Wat staat er in? ‘De basis is de poëzie die ik schreef nadat Loubna was gestorven. Mijn liefde voor haar ligt aan de oorsprong van dit alles. Verder mijn ideeën over samenleven in liefde, over een Westerse, meer humanistische vorm van de islam. David heeft alles heel toegankelijk gemaakt, want mijn grote hoop is dat dit boek jongeren bereikt. Jongeren die zoekende zijn. Het is onze taak hun blik te verruimen. Te zorgen dat ze lezen, nadenken, discussiëren. Zouden al onze kinderen niet beter af zijn als ze van jongs af filosofie krijgen op school? Of meer geschiedenis. Dan zouden jonge moslims bijvoorbeeld weten dat de islam in se

BOEK Een jihad van Liefde

Visie mag 7 exemplaren weggeven van het boek ‘Een Jihad van liefde’. Antwoord op volgende vraag: In welk programma deed Mohamed El Bachiri zijn oproep tot een jihad van liefde? a. Terzake - b. Van Gils & Gasten - c. De Afspraak. Stuur voor 3 april 2017 een kaartje met het juiste antwoord naar Visie, wedstrijd ‘Een jihad van liefde’, PB 20, 1031 Brussel of doe mee op www.beweging.net.

EEN JIHAD VAN LIEF DE Mohamed El Bachiri OPGETEKEND DOOR

David Van Reybrouck

een open godsdienst is die diversiteit omarmt. Die verschillen als een verrijking ziet. Met meer context zouden ze weten dat ze teksten uit de zevende eeuw niet letterlijk mogen nemen.’

Het is moeilijk hé. Ik geloof en zeg hen dat alle mensen broers en zussen zijn van elkaar. Is Khalid El Bakraoui dan ook een broer van ons? Ja, sommige broeders gaan het verkeerde pad op, en jammer genoeg kies je je familie niet.’

Het is nu een jaar geleden. Maar voor ons, de slachtoffers, voelt het als gisteren.

We zijn nu een jaar na de aanslagen. Hoe beleeft u deze periode? ‘Ik wacht op de grote golf van verdriet die me onderuithaalt. Mijn leven, mijn hoofd is nog altijd één chaos. Hoe moet je verder na de dood van je grote liefde? Loubna was mijn complice, mijn beste vriendin, mijn partner, mijn handlanger. Onze maatschappij verlangt dat we snel weer doorgaan, maar dat kan ik niet. Natuurlijk leeft iedereen met ons mee, maar voor de meesten is 22 maart nu een jaar geleden. Voor ons, de slachtoffers, voelt het als gisteren. Elke dag is een gevecht.’

Mohamed El Bachiri

Is het boek ook een vorm van therapie? ‘Door mijn liefde en verdriet neer te schrijven, werd het iets draaglijker. Het is een manier om Loubna te vereeuwigen. Haar dood is gruwelijk en onrechtvaardig, maar zo zal ze eeuwig verbonden zijn aan deze boodschap tegen terreur, voor de mensheid. Maar het is vooral ook een manier om in zinloosheid wat zin en troost te zoeken, én te bieden.’ Intussen doet u zo goed en zo kwaad mogelijk verder voor uw drie zonen van 10, 8 en 3 jaar oud. ‘Zij zijn de enige reden waarom ik blijf doorgaan. Ze zijn boos natuurlijk. Hoe kan ik hen ervan overtuigen dat we in een goede wereld leven als hun moeder, die het toppunt van goedheid was, hen is afgenomen? Maar we moeten verder. Ik moet hen weer laten lachen, spelen, plezier krijgen in het leven. En mijn grootste drijfveer is hen te kunnen opvoeden in een harmonieuze wereld, met een open geest. Maar soms weet ik ook niet hoe ik dat moet doen.

U woont met uw gezin nog in Molenbeek, niet ver van waar de terroristen zich ophielden. Hebt u er ooit aan gedacht om te verhuizen? ‘Neen, niet daarvoor. Ik heb het moeilijk in ons huis. Zonder Loubna voelt dat leeg. Maar de buurt? Dat zijn mijn vrienden, mijn familie. Geloof mij: de meeste moslims moeten net als mij niets hebben van geweld in de naam van Allah. Onze god is er een van liefde en verbinding, niet van terreur en geweld.’ Kaatje De Coninck

✔✔Mohamed El Bachiri opgetekend door David van Reybrouck Een jihad van liefde, De Bezige Bij, 96 pagina’s


24 TeleVISIE

Visie ¬ vrijdag 24 maart 2017

Tv-actrice Tine Embrechts over liefde, vriendschap en engagement

‘Soms voel ik me tekortschieten’ Ze kan zingen, acteren, parodiëren en laat haar stem horen voor de goede zaak. Tine Embrechts is een multitalent. Dat mag ze nu onder andere botvieren in het personage Nicole uit de één-reeks ‘Zie mij graag’. De titel dekt vele ladingen. Want het gaat over graag zien, niet meer graag zien en alle gradaties daartussen. Het leven zoals het echt is, maar dan overgoten met een geestige saus.

te spelen. Nicole floept de dingen er soms heel ongenuanceerd uit en dat overkomt me ook wel eens. Maar we komen ook te weten dat ze al drie scheidingen achter de rug heeft en dat er telkens bedrog in het spel was. Daardoor heeft ze het hoofdstuk liefde afgesloten, omdat ze denkt dat het niets voor haar is. Je ziet dat soms bij mensen en dat maakt hen cynisch. In de loop van de reeks merk je dat er ook nog een andere kant is. Dat het ook maar een eenzaam zieltje is dat doet alsof ze heel sterk is.’ Denk je dat mensen hun geluk zelf kunnen maken? ‘Voor een deel wel, al is dat ook een beetje afhankelijk van het deel van de wereld waarin je woont. Ik was in de kerstvakantie in Gambia en dat is zo’n arm land met hele lieve, fijne mensen, maar die moeten wel ploeteren. Ik denk dat je misschien niet helemaal verantwoordelijk bent voor je eigen geluk, maar wel voor de manier waarop je met de dingen omgaat en hoe je wordt.’

‘Zie mij graag’ kan vele betekenissen hebben. Wat moeten we er volgens jou in zien? ‘De titel klinkt romantischer dan de reeks is. Het is geen romantische komedie met een happy end. Het startpunt is de scheiding van een koppel, iets wat voor vele mensen tegenwoordig herkenbaar is. In België zitten we intussen aan één op de drie koppels die scheiden. Dus de reeks gaat over het nog graag zien van iemand waar je een heel stuk van je leven mee gedeeld hebt, die de vader of moeder van je kinderen is. Maar ook over het graag zien van je kinderen en hoe je omgaat met die nieuwe situatie én over vriendschap. Over de mensen die je steunen op zo’n moment.’ Dat lijkt wel harde materie, maar toch mag er ook gelachen worden. ‘Het is zeker luchtig, maar niet louter luchtig. Er zit ook een bepaalde tristesse onder. De situaties die je ziet zijn vaak grappig. We hebben het onder andere over de eerste keer dat de kinderen een week weg zijn. De leegte die je dan voelt als je thuiskomt. Over opnieuw gaan daten. Over je alleen voelen. Dat zijn fijne situaties om iets geestig mee te doen, maar ik ben blij om te zien dat het niet alleen grappig is. Dat je ook wel een beetje voelt dat het echte mensen van vlees en bloed zijn. Het zijn geen stripfiguren. We gaan niet over de top acteren.’ Je zei het net zelf al, veel huwelijken draaien uit op een echtscheiding. Hoe zie je de maatschappij op dat gebied veranderen? ‘Het evolueert. Ik ben zelf gescheiden, dus ik weet hoe het is. Je hoort vaak zeggen dat mensen het tegenwoordig te snel opgeven. Als ik voor mezelf spreek, kan ik zeggen dat dat zeker niet het geval was. Maar we leven wel in een andere tijd dan dertig jaar geleden. Als ik kijk naar de generatie van mijn ouders was scheiden bijna niet mogelijk. Het is echt niet zo dat onze generatie minder kan liefhebben dan de vorige. Ik denk dat er nu gewoon veel meer evenwicht is omdat mannen en vrouwen werken. Het aspect dat vrouwen afhankelijk zijn van hun man valt weg. Wat er natuurlijk voor zorgt dat vrouwen, maar ook mannen, niet meer dertig jaar in een

colofon

uuDe reeks ‘Zie me graag’ draait rond een scheiding. ‘Het is echt niet zo dat onze generatie minder kan liefhebben dan de vorige’, zegt Tine Embrechts daarover.

Mijn vrienden staan misschien wel boven mijn partner. Tine Embrechts

routineus systeem blijven zitten als ze niet meer gelukkig zijn.’ Gescheiden ouders zijn ook al lang geen rariteit meer. ‘Klopt. Als ik kijk naar de klas van mijn kinderen dan zijn ze geen uitzondering. Pas binnen tien jaar zal ik hen kunnen vragen of alles wel oké was. Ik kan alleen maar proberen om het zo goed mogelijk te doen in een situatie waarvan niemand droomt. Want niemand gaat scheiden om zijn kinderen maar om de week te zien. Het is niet wat je gepland hebt. Je ziet het wel overal, dus vind ik het goed dat er over zo’n situaties een reeks gemaakt wordt. Dat was één van de redenen waarom ik heb toegezegd, omdat ik een scheiding als uitgangspunt van een reeks nog nooit gezien had. Dus ik denk dat het wel leuk is voor mensen om er naar te kijken, ook naar de luchtigheid, want hoe pijnlijk en hartverscheurend een scheiding ook is, ik kan me ook nog herinneringen dat mijn vrienden op dat

moment de belangrijkste mensen in mijn leven waren. Als die er niet waren geweest, hadden ze me kunnen wegsteken. De verhoudingen tegenover mensen veranderen ook. Je partner is niet meer de belangrijkste persoon. Je moet kunnen rekenen op de mensen rondom je. Dus de reeks gaat ook heel fel over vriendschap.’ Denk je dat in dat opzicht vriendschap in de huidige maatschappij aan belang zal winnen? ‘Als ik nu naar mijn relatie kijk, zijn mijn vrienden gelijkwaardig aan mijn partner, misschien staan ze er zelfs nog iets boven. Omdat dat een zekerheid is. Sommigen ken ik al van toen ik tien jaar was. Ik ben ook wel benieuwd naar de generatie van onze kinderen, die toch meer dan wij afhankelijk zijn van sociale media. Ik hoop dat hun sociaal leven zich niet enkel op internet afspeelt en dat ze toch ook in het echt vriendschappen kunnen opbouwen. Ik vind dat wel boeiend hoor, ik ben niet zo’n fataliste die roept dat vroeger alles beter was.’ Je speelt Nicole, één van de vriendinnen, een cynisch personage. Ben je zelf een cynicus? ‘Neen, en ik zie dat ook niet graag bij andere mensen. Het was dan ook moeilijk om

Ben je vaak bezig met wat er in de wereld gebeurt? ‘Absoluut, maar ik vind het soms ook moeilijk om te weten hoe ik me tegenover alles moet verhouden. Ik probeer me te engageren voor een aantal dingen zoals het meterschap van Loop naar de maan van Kom op tegen Kanker of het dossier rond Ringland en het BAM-tracé. Ik kan me daar enorm in opboeien. Ik heb bijvoorbeeld ook ontzettend veel bewondering voor mensen zoals Wouter Deprez die een goede pen heeft, goed kan praten en zo iets teweegbrengt. Of de schrijver Jeroen Olyslaegers die fulmineert op Facebook. Dan voel ik mezelf tekortschieten, omdat ik dat talent niet heb. Dus ik probeer alvast om zo weinig mogelijk fout te doen, door mijn gezin met normen en waarden op te voeden zoals zoveel mogelijk met de fiets te rijden bijvoorbeeld. Ik moet keuzes maken.’ In de reeks gaat het ook over de relaties tussen mannen en vrouwen. Gaan we elkaar ooit begrijpen? ‘Neen! Maar dat is ook niet erg, want anders zou het leven wel heel saai zijn (lacht). Maar je kan het wel proberen uit te leggen. Als je goed kunt praten, sta je al ver. Zelf kan ik algemeen gezien slecht om met conflictsituaties. Als er iets scheef zit tussen mensen, dan moet dat uitgeklaard worden. Soms maakt iemand fouten, ik ook en dan hoop ik dat ik een tweede kans krijg. Als ik jonger was, was ik nog wat koppiger, maar hoe ouder ik word, hoe makkelijker ik dat kan.’ Hilde Van Malderen

Visie is een tweewekelijks ledenblad, inbegrepen in het lidmaatschap van CM en ACV Voeding en Diensten, ACV-CSC METEA, ACV Bouw - industrie & energie en ACV Transcom • Verantw. Uitg. nat. pag.: Linde De Corte • Hoofdredacteur: Jurgen D’Ours • Redactie beweging.net en ACV: Kaatje De Coninck, Leen Grevendonck, Amélie Janssens, Hilde Van Malderen, Monique Braam, David Vanbellinghen, Karen Zelderloo, Kris Six, Gianni Greco, Marjan Cauwenberg • Redactie CM: Dieter Herregodts (coördinatie), Martine Creve, Eric De Maegd, Nele Verheye, Anneleen Vermeire, Tom Van Geertsom • Vormgeving: Bart Gevaert, Rutger Van Parys • Redactie Visie: PB 20, 1031 Brussel, tel. 02 246 31 11 • lezers@visieredactie.be • Druk: Coldset Printing Partners, A.Gossetlaan 30, 1702 Groot-Bijgaarden • Artikels regionale bladzijden (20-23) vallen onder de resp. verantw. uitgevers. •


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.