Proefkatern Saga - leerwerkboek geschiedenis

Page 1

PROEFKATERN

Saga

Leerwerkboek Eerste editie Schooljaar 2018-2019 1 havo/vwo


2


PROEFKATERN

Monniken en ridders

Ola en het geheime genootschap

Eerste editie Schooljaar 2018-2019 1 havo/vwo

3


Thema’s leerjaar 1 1 havo/vwo

Thema 1 Jagers en boeren Dossier 14 Thema 2 Grieken De strijd van de Grieken Thema 3 Romeinen Rijk in Rome Thema 4 Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap Thema 5 Steden en staten De stad Thema 6 Tijdvakoverstijgend Migratie

4


Monniken en ridders

Ola en het geheime genootschap

Inhoudsopgave Tijdsprong Wat weet je al? In de tijd plaatsen Leertekst Tijd van monniken en ridders

6 7 8

Les 1 Ola’s missie – Karel de Grote Formulier Aantekeningen maken Leertekst De kroning van Karel de Grote

10 11

Les 2 Ola’s zoektocht begint – Macht in de vroege middeleeuwen En dus. Wat weet je nu over Karel? Leertekst Macht in de vroege middeleeuwen

13 14

Les 3 Een bijzondere vondst – Het leenstelsel Brief van Karel de Grote Leertekst Het leenstelsel

16 17

Les 4 Vuile handen – Het domein Leertekst Het domeinstelsel

20

Les 5 Duivels dilemma – Symbolen en macht Rubric Welk voorwerp moet Ola kiezen?

23

College 1 Verspreiding van het christendom Conceptmap Verspreiding van het christendom Leertekst Verspreiding van het christendom

24 25

College 2 Ontstaan en verspreiding van de islam Conceptmap Ontstaan en verspreiding van de islam Leertekst Ontstaan en verspreiding van de islam

28 29

Tijdlijn

32

Overzicht vaardigheden

34

Begrippen op alfabetische volgorde

38

Colofon en bronvermelding

42

5


Monniken en ridders

Tijdsprong

Ola en het geheime genootschap

Tijdsprong

Wat weet je al?

vroege middeleeuwen

6


5000 v.Chr.

1804

Kroning Napoleon

100

1

500 v.Chr.

Benoeming Hitler tot Führer 1934

500

500–1000

Monniken en ridders

Benoeming Poetin tot president 1999

Grieken en Romeinen 3000 v.Chr.– 500 n.Chr.

1000–1500

Steden en staten

1600

1700

1900

vanaf 1950

Televisie en computer

1900–1950

Wereldoorlogen

1800–1900

Burgers en stoommachines

1700–1800

Pruiken en revoluties

1600–1700

Regenten en vorsten

1500–1600

Ontdekkers en hervormers

1000

Middeleeuwen 500 n.Chr.-1500 n.Chr.

1500

Oudheid 3000 v.Chr. - 500 n.Chr.

Ola en het geheime genootschap

Kroning Karel de Grote 800

tot 3000 v.Chr.

Jagers en boeren

Prehistorie tot 3000 v.Chr.

1800

Nieuwe tijd 1500-1800 n.Chr.

2000

Nieuwste tijd 1800-2000 n.Chr.

Monniken en ridders Tijdsprong 7

In de tijd plaatsen


Monniken en ridders

Tijdsprong

Ola en het geheime genootschap

8

Leertekst Tijd van monniken en ridders

Dit heb ik gedaan

vroeger de Romeinen het gezag hadden. Vaak wordt

Je hebt je in deze les georiënteerd op het tijdvak

gedacht dat deze inval van Germaanse stammen veel

van monniken en ridders. Je hebt een tijdsprong

verandering teweeg heeft gebracht, maar veel is ook

gemaakt van het heden naar het verleden. Je hebt

niet veranderd. Germaanse stammen namen veel

nagedacht over het sleutelbegrip macht en hoe dat in

Romeinse zaken over. Zo bekeerden ze zich veelal

het heden en in het tijdvak van monniken en ridders

tot het christendom, leerden ze Latijn en probeerden

zichtbaar was. Je hebt je voorkennis over het tijdvak

ze zoveel mogelijk van de Romeinse overheid en

geactiveerd en je hebt een eerste zicht gekregen op de

administratie te behouden. Toch is er ook veel

standenmaatschappij die er toen was.

veranderd: Door het wegvallen van het centraal gezag was er geen centraal leger meer. Hierdoor ontstonden

Dit weet ik nu

kleine rijkjes. De Romeinse wegen raakten in verval.

Je weet dat elk tijdvak zijn machtige mannen heeft.

Onveiligheid en slechte wegen zorgden voor minder

Nu is Poetin, president van Rusland, één van de

handel. Door de afname van handel was er ook minder

machtigste mannen van de wereld. Om zijn macht te

geld in omloop.

behouden laat hij zich als een sterke man, maar ook als een gewone Rus zien. Zo kijken mensen tegen hem

De middeleeuwse samenleving was een

op, maar kunnen ze zich tegelijkertijd identificeren

standenmaatschappij. Iedereen behoorde tot 1

met hem. Poetin maakt ook goed gebruik van allerlei

van de 3 standen: de geestelijkheid, de adel of de

tradities, van de Russisch orthodoxe kerk en van

boerenstand. Deze standen waren afhankelijk van

allerlei keizerlijke symbolen. Daardoor lijkt het alsof

elkaar: Zo bad de geestelijkheid voor de andere 2

het logisch is dat hij aan de macht is en zo machtig is.

standen, de adel vocht en beschermde de andere 2 en de boeren zorgden voor voedsel voor iedereen.

Vóór Poetin waren er meer mensen die gebruik

Deze standenmaatschappij heeft bestaan tot ver na de

maakten van tradities om zichzelf te verheffen

middeleeuwen, tot het einde van de 18e eeuw.

tot keizer. Hitler noemde zijn gebied het Derde Rijk, Napoleon kroonde zich met een Romeinse lauwerkrans en Karel de Grote liet zich als eerste sinds de val van het West-Romeinse Rijk in Rome tot keizer kronen. Hij streefde bewust naar renovatio imperii romanorum, herstel van het Romeinse Rijk. Het tijdvak van monniken en ridders loopt van 500 tot 1000. Deze periode wordt ook wel de Vroege Middeleeuwen genoemd. Het begon met de val van het West-Romeinse rijk door onder andere invallen van Germaanse stammen. Deze stammen vestigden kleine koninkrijkjes op plaatsen waar

Begrippen Deze begrippen ken ik nu adel een groep mensen die landgoederen bezit en een bevoorrechte positie heeft. In de tijd van monniken en ridders was het de taak van deze groep om te vechten en anderen te beschermen.


Monniken en ridders

Tijdsprong

Ola en het geheime genootschap

9

Waarom is dit belangrijk? boerenstand de groep mensen die in de tijd van monniken en ridders boer was. In die tijd waren er verschillende soorten boeren. centraal gezag de organisatie van bestuur vanuit één vaste plaats.

Door de geschiedenis heen zijn er verschillende machthebbers geweest. Het is belangrijk om door te hebben wat macht betekent, omdat je dagelijks wordt geconfronteerd met het fenomeen macht. Mensen hebben macht over je, maar jij hebt ook macht over mensen. Door te onderzoeken hoe men in het

geestelijkheid de groep mensen die voor de Kerk werkt. In de tijd van monniken en ridders was het de taak van deze groep om voor iedereen te bidden.

verleden met macht omging en hoe men toen macht

keizer de hoogste mogelijke titel voor een vorst. Keizers hebben andere vorsten onder zich (bijv. koningen en hertogen).

Het is ook belangrijk je te oriënteren op een

macht de mate waarin invloed wordt uitgeoefend op anderen door een bepaald persoon of organisatie.

gebeurtenissen, ontwikkelingen en personen je aan

standenmaatschappij een samenleving die is verdeeld in groepen die ieder hun eigen rechten en functie hebben.

tussen het heden en verleden.

kreeg, leer je ook meer over de machtsverhoudingen in het heden, hoe mensen met macht omgaan en wat voor gevolgen dat kan hebben voor velen. tijdvak, zodat je een kapstok hebt waar je meer gebeurtenissen aan kan hangen. Hoe meer de kapstok van dit tijdvak kunt hangen, hoe meer betekenis het tijdvak voor je krijgt en hoe beter je vergelijkingen kunt maken en parallellen kunt trekken

symbool een betekenisdrager: iets tastbaars dat iets minder tastbaars voorstelt. tijdvak van monniken en ridders het tijdvak dat loopt van 500 tot 1000 en in West-Europa samenvalt met de Vroege Middeleeuwen. traditie gebruik dat generaties lang bestaat. Vroege Middeleeuwen de naam van de periode van 500 tot 1000 in de geschiedenis van West-Europa. Deze personen ken ik nu Hitler Führer van het Derde Rijk van 1934 tot 1945. Karel de Grote Keizer van het Heilige Roomse Rijk van 800 tot 814. Napoleon Keizer van het Franse keizerrijk van 1804 tot 1814. Poetin Leider van Rusland van 1999 tot nu.

Een keizerskroon uit de 10de eeuw, een symbool van macht.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Les 1 Ola’s missie Karel de Grote

Les 1 Ola’s missie

10


Monniken en ridders

Les 1 Ola’s missie

Ola en het geheime genootschap

11

Leertekst De Kroning van Karel de Grote

Dit heb ik gedaan

Karel de Grote heeft aan alle kanten zijn rijk uitgebreid

Je bent samen met je klas uitgekozen om hulplijn te

door oorlog te voeren. De Saksen waren lastige

zijn voor Ola in haar poging om lid te worden van het

tegenstanders. Karel gebruikte ook huwelijken om

geheime genootschap Luminati. Om lid te kunnen

bondgenootschappen te smeden en rust in de regio’s

worden moet Ola het voorwerp zoeken dat het beste

te creëren.

de macht van Karel de Grote weergeeft. Hiervoor heb je voor Ola achtergrondinformatie over Karel de Grote

Karel was een vrolijke en goedgeluimde man. Hij hield

verzameld. Je hebt naar een verhaal over de kroning

ervan om zelf eenvoudig te leven, zonder al te luxe

van Karel de Grote geluisterd en daar de belangrijkste

kleding en overdadige maaltijden waar veel andere

informatie uitgehaald. Deze aantekeningen heb je

leiders wel van hielden.

doorgegeven aan Ola, zodat zij verder onderzoek kan doen. Dit weet ik nu In de Sint-Pieterkerk in Rome in het jaar 800 werd Karel de Grote, koning van de Franken, door paus Leo III gekroond tot keizer van het Heilige Roomse Rijk. Als we de keizers van het Byzantijnse Rijk niet meetellen, was dit de eerste keizer in Europa sinds ruim 300 jaar. Karel kon in 800 tot keizer worden gekroond omdat er in die tijd tijdelijk geen keizer was in het Byzantijnse Rijk. De kerk zat vol met belangrijke mensen. Karel’s familie was er ook. Hij had 3 zoons: Karel, Pepijn en Lodewijk. Ook Alcuin, de oprichter van de paleisschool in Aken was aanwezig. Zijn leerling Einhard, de toenmalige leider van de school, was er ook. Aken was de hoofdstad van het rijk van Karel de Grote. Karel liet daar gebouwen naar Romeins voorbeeld bouwen. Hij probeerde daarmee de glorie van het oude Romeinse Rijk te herstellen. Alcuin was de oprichter van de paleisschool in Aken. Vanuit hier werd alles geregeld om het Romeinse Rijk te herstellen. De leerling van Alcuin heette Einhard. Hij volgde Alcuin op als baas van de paleisschool.

Begrippen Deze begrippen ken ik nu Byzantijnse rijk benaming voor het Oost-Romeinse rijk na de val van het West-Romeinse rijk. Franken Germaans volk dat vanaf de 5e eeuw een eigen koninkrijk had. paleisschool een school waar monniken werden opgeleid, verbonden aan een paleis. paus de hoogste functie binnen de Katholieke Kerk. Saksen Germaans volk.


Monniken en ridders

Les 1 Ola’s missie

Ola en het geheime genootschap

Begrippen Deze personen ken ik nu Alcuin leraar van Karel de Grote en oprichter van de paleisschool van Aken. Einhard leerling van Alcuin en opvolger van Alcuin als leider van de paleisschool van Aken. Leo III paus van de Katholieke Kerk van 795 tot 816.

12

Waarom is dit belangrijk? Door de geschiedenis heen zijn er verschillende machthebbers geweest. Karel de Grote is één van de bekendste, vooral als we het over de middeleeuwen hebben. Door onderzoek te doen naar Karel de Grote kom je meer te weten over hoe mensen macht kunnen krijgen en deze kunnen behouden. Karel maakte een eenheid van een groot deel van Europa en wordt daarom ook wel de ‘Vader van Europa’ genoemd. Zijn invloed op de geschiedenis van Europa was dus groot. Maar niet alleen om zijn invloed op de geschiedenis is Karel interessant. Vroeger deden de mensen dingen anders. Karel trouwde bijvoorbeeld niet uit liefde, maar om

Dit kan ik nu Je kunt aantekeningen maken bij een verhaal. Je kunt daarbij hoofd- en bijzaken uit een tekst of een verhaal halen. Je kunt onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Je kunt je aantekeningen vergelijken en aanvullen.

De kroning van Karel de Grote tot keizer door de paus in 800. Geschilderd in de 19e eeuw.

politieke redenen. Door bij het vak geschiedenis te horen over dit soort andere manieren van leven, kun je je beter bewust worden van wat jij eigenlijk belangrijk vindt en waarom. Hoe kijk jij tegen het huwelijk aan? En zou dat anders zijn geweest als je in een andere tijd geboren was?


Monniken en ridders

Les 2 Ola’s zoektocht begint

Ola en het geheime genootschap

Les 2 Ola’s zoektocht begint Macht in de vroege middeleeuwen En dus. Wat weet je nu over Karel de Grote?

oorlog voeren

de kerk

....................................

....................................

....................................

....................................

....................................

....................................

....................................

....................................

de macht van Karel de Grote

huwelijkspolitiek ..................................... ..................................... ..................................... .....................................

13


Monniken en ridders

Les 2 Ola’s zoektocht begint

Ola en het geheime genootschap

14

Leertekst Macht in de vroege middeleeuwen

Dit heb ik gedaan

hij dat deze families hem trouw bleven en niet in

Je hebt samen met je klas Ola geholpen door een

opstand kwamen. De koning trouwde dus niet omdat

aantal voorwerpen te onderzoeken die de macht

hij een vrouw leuk vond, maar omdat zijn rijk er groter

van Karel de Grote symboliseren. Je hebt met je klas

en sterker van werd. Bovendien was het voor Karel

3 voorwerpen onderzocht: het zwaard van Karel de

belangrijk om zonen te krijgen, zodat hij zeker wist dat

Grote, een tekening van 1 van de vrouwen van Karel

de door hem veroverde landen doorgegeven konden

en de kroon van de paus. Je hebt onderzocht waar de

worden aan zijn zonen en zo in de familie bleven. Karel

3 voorwerpen voor staan en wat het beste de macht

kreeg in totaal 18 kinderen.

van Karel de Grote symboliseert: zijn zwaard (oorlog), zijn vrouw (huwelijkspolitiek) of de kroon van de paus

Karel vergrootte zijn macht ook door samen te werken

(geloof en de kerk). Hierdoor kon je Ola adviseren welk

met de paus. De paus zocht steun tegen zijn vijanden.

voorwerp ze moet kiezen en naar welke locatie ze

Karel bood zijn hulp aan, omdat hij het christendom

moet gaan: Rome of Parijs.

belangrijk vond. Hij wilde ook dat alle inwoners in zijn rijk christen zouden zijn. Hij snapte dat het geloof voor

Dit weet ik nu

eenheid in zijn rijk zou zorgen en dat het daardoor

Karel de Grote was in de Vroege Middeleeuwen een

makkelijker te besturen was. Daarom hielp hij de paus.

machtige Frankische koning. Toen Karel het rijk erfde

Als beloning werd Karel in het jaar 800 door de paus

van zijn vader was het al aardig groot, maar Karel

tot keizer gekroond. Hiermee was Karel’s droom om

breidde het nog verder uit. Uiteindelijk regeerde hij

het Romeinse Rijk in ere te herstellen uitgekomen.

over bijna heel West-Europa. Karel de Grote had 3

Omdat hij degene was die Karel had gekroond, vond

manieren waarop hij zijn rijk uitbreidde: door oorlog

de paus dat hij nog wel boven Karel de Grote stond.

te voeren, door huwelijkspolitiek en door gebruik te

In werkelijkheid was niemand machtiger dan Karel de

maken van de Kerk.

Grote.

Door veel oorlog te voeren kreeg Karel de Grote er veel nieuw grondgebied erbij. Oorlog voeren was voor Karel een goed middel om zijn macht uit te breiden,

Begrippen

omdat hij de veroverde gebieden aan zijn rijk kon toevoegen. Tegelijkertijd kon hij de gebieden die hij

Deze begrippen ken ik nu

had veroverd plunderen en de nieuwe stukken land

bondgenootschappen landen of mensen die elkaar steun beloven.

gebruiken om zijn belangrijkste mensen te belonen. Zo bleven deze helpers tevreden en trouw aan hem. Karel de Grote is in zijn leven 5 keer getrouwd. Door met de juiste vrouwen te trouwen, kon hij bondgenootschappen sluiten en zijn macht uitbreiden zonder oorlog te voeren. Door met dochters van belangrijke mannen te trouwen, zorgde

huwelijkspolitiek het inzetten van huwelijken om bezit van grondgebied te vergroten of bondgenoten te krijgen.


Monniken en ridders

Les 2 Ola’s zoektocht begint

Ola en het geheime genootschap

15

Waarom is dit belangrijk? Het is belangrijk om te beseffen dat macht op verschillende manieren verkregen kan worden en er verschillende vormen en uitingen van macht zijn. Juist een combinatie van verschillende vormen van macht zorgt ervoor dat iemand echt machtig is. In deze les worden drie voorwerpen als symbool gebruikt voor de verschillende factoren die van belang waren voor de macht van Karel de Grote. Deze machtsfactoren zijn er nog steeds in onze samenleving, maar het belang ervan is voor veel mensen wel veranderd. Je ziet sommige zaken nog wel terug, zoals bij Poetin die militaire parades en grootschalige oefeningen gebruikt om zijn macht te laten zien. Ook laat hij duidelijk zien dat hij samenwerkt met de kerk in zijn land. Ook in de VS zie je dat de presidentskandidaten altijd moeten laten blijken dat ze een goede relatie hebben met het kerkelijk gezag. Een pauselijke “tiara�, een symbool van macht van de paus.

Het belang van huwelijkspolitiek is in onze westerse samenleving bijna geheel verdwenen. In andere delen van de wereld worden mensen nog wel gedwongen uitgehuwelijkt, bijvoorbeeld om de status van families hoog te houden. De functie van het huwelijk is door de tijd heen dus ook veranderd.

De veroveringen van Karel de Grote, 768-814.

Aken Parijs

Saksen Bohemen Moraven Beieren Avaren Longobarden

Moren rijk zoals Karel het erfde gebieden die Karel heeft veroverd afhankelijk gebied

Rome Benevento


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Les 3 De bijzondere vondst Het leenstelsel Brief van Karel de Grote

Les 3 De bijzondere vondst

16


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Les 3 De bijzondere vondst

17

Leertekst Het leenstelsel

Dit heb ik gedaan Ola heeft in Aken (Duitsland) een document gevonden

In afbeelding 5 zie je hoe Karel’s bestuur werkte. Karel

met de handtekening van Karel de Grote erop. Het

gaf zijn leenmannen 1 of meer stukken land te leen

document heeft te maken met het leenstelsel. Je

om dat te besturen. Zo’n stuk land noemen we een

hebt daarom het document onderzocht voor Ola

leen. Een leen bestond uit één of meer domeinen.

en bent erachter gekomen wat het belang was van

Een domein is een stuk land met een dorpje en

het leenstelsel voor de macht van Karel de Grote. Je

landbouwgrond. De meeste boeren die er woonden

hebt ook gekeken naar de voor- en nadelen van het

hoorden bij het domein. In ruil voor de macht over die

leenstelsel. Je hebt Ola geadviseerd of het leenstelsel

domeinen hadden de leenmannen de plicht om de

wel of niet belangrijk was voor de macht van Karel de

leenheer met raad en daad bij te staan: ze gaven Karel

Grote en of het document een geschikt voorwerp is

advies (raad), ze zorgden voor voedsel voor Karel en

om aan de Luminati door te geven.

zijn hofhouding, voor paarden, voor wapens en voor mensen voor het leger. En ze vochten zelf mee aan de

Dit weet ik nu

zijde van Karel in tijden van oorlog (daad).

Het rijk van Karel de Grote was enorm en de wegen waren slecht en gevaarlijk. Omdat hij geen geld

Na de dood van Karel ontwikkelde deze manier van

had voor ambtenaren die hem konden helpen

besturen zich verder tot het beroemde leenstelsel:

met besturen, maakte hij gebruik van vazallen en

leenmannen met veel grond leenden op hun beurt

leenmannen. Vazallen waren edelen die een eed

weer stukken land uit aan mannen die trouw aan hen

van trouw aan Karel gezworen hadden. Sommigen

waren en voor hen vochten. Deze mannen werden zo

kregen daarvoor in ruil een stuk land om zelfstandig te

de achterleenmannen van de koning of keizer. Het

besturen. Zij werden leenmannen genoemd. Karel was

leenstelsel bleef nog eeuwenlang de manier waarop

hun leenheer. Om regelmatig met zijn leenmannen

het bestuur georganiseerd werd.

in verschillende gebieden te kunnen spreken, reisde Karel veel. Daarvoor liet hij overal in zijn rijk paleizen bouwen om in te kunnen verblijven. Deze paleizen werden paltsen genoemd.

Het leenstelsel.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Onder Karel de Grote werkte het leenstelsel heel goed, maar onder zijn opvolgers werkte het leenstelsel steeds minder. Het stelsel had een aantal belangrijke nadelen: 1. In de regels voor de leenman stond dat de stukken land na de dood van de leenman weer in bezit kwamen van de leenheer. Maar nog geen 100 jaar na Karels dood werden alle lenen erfelijk gemaakt. Zonen van de leenmannen kregen de lenen automatisch als erfenis en beschouwden de grond als familiebezit. Dat betekende minder macht voor de koning. 2. Als de leenheer een opstandige leenman wilde aanpakken, had hij daarvoor de hulp van andere leenmannen nodig. Zij moesten de mannen leveren om te vechten tegen die opstandige leenman. De koning of keizer was dus afhankelijk van die hulp. 3. Tot slot is er het probleem van de achterleenmannen. Die waren vaak vooral trouw aan hún directe leenheer (dus aan de leenman van de koning) en dus minder trouw aan de leenheer van hun leenheer, de keizer of koning. Dat kon gevaarlijk zijn voor de macht van de koning.

Les 3 De bijzondere vondst

Begrippen Deze begrippen ken ik nu achterleenman leenman van de leenman van de koning of keizer. ambtenaar iemand die voor de regering werkt en daarvoor betaald wordt. domein een afgebakend stuk land met een dorpje en landbouwgrond. De meeste boeren die er woonden hoorden ook bij het domein. edelen mensen die behoren tot de adel. eed van trouw de plechtige belofte om iemand trouw te blijven, wat er ook gebeurt. leen een stuk land dat een leenman van een leenheer kreeg. Een leen bestond uit één of meerdere domeinen. leenheer een edelman die gebieden onder zijn gezag liet besturen door leenmannen. leenman een edelman die een gebied bestuurt in opdracht van een leenheer. palts een paleis van Karel de Grote. vazal iemand die een eed van trouw heeft afgelegd aan iemand anders.

18


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Les 3 De bijzondere vondst

19

Dit kan ik nu

Een belangrijk kenmerk van Karel’s macht was dat

Je kunt heel specifieke informatie uit een tekstbron

het persoonlijk werd gegeven. Door de eed van trouw

halen. Uit die informatie kun je reconstrueren hoe het

bond Karel mensen persoonlijk aan zich. Je ziet dit

leenstelsel heeft gefunctioneerd. Je kunt de voor-en

in onze wereld terug bij de maffia, bij bendes en bij

nadelen tegen elkaar afwegen, kiezen welke zwaarder

zogenaamde warlords. Als je naar deze groeperingen

wegen en hier argumenten voor geven.

kijkt, zou je kunnen zeggen dat het leenstelsel nog steeds bestaat. De maffiabaas geeft trouwe

Waarom is dit belangrijk?

volgelingen een gebied waar zij de ‘macht’ over

Karel de Grote en zijn opvolgers hadden geen

krijgen. In ruil daarvoor moeten de trouwe volgelingen

zakken vol geld om ambtenaren of een eigen leger te

‘belasting’ betalen aan de maffiabaas, trouw zweren

betalen. Ze hadden daar een slimme oplossing voor

en meevechten als de maffiabaas een conflict heeft

gevonden en bestuurden hun rijk in overleg met lokale

met een andere baas.

leenmannen. Een oplossing die goed bleek te werken

Deze manier om een leger bij elkaar te krijgen en het

en veel macht kon geven. Daarom heeft het leenstelsel

land te besturen is heel anders dan die van moderne

zich na de dood van Karel verder ontwikkeld en

leiders. Omdat je nu meer weet over het leenstelsel,

bestond het nog maar liefst 1000 jaar.

kun je een vergelijking maken met de manier waarop onze regering met leger en orde omgaat. Die manier is ingewikkelder, maar misschien wel ‘eerlijker’ dan hoe het in de tijd van Karel de Grote ging.

Leenheren, leenmannen en achterleenmannen, tekening uit de 14de eeuw.


Monniken en ridders

Les 4 Vuile handen

Ola en het geheime genootschap

20

Les 4 Vuile handen Het domein Leertekst Het domeinstelsel

Dit heb ik gedaan

Er waren in de Vroege Middeleeuwen verschillende

Ola is naar Verden gegaan en heeft daar een

soorten boeren. De vrije boeren hadden een eigen

archeologische vondst in handen gekregen. Het is

stuk land. Zij betaalden een deel van de oogst aan

een sikkel, die symbool staat voor het belang van de

de heer. Dat noem je pacht betalen. Zij mochten

landbouw. Je hebt met de klas uitgezocht voor Ola of

zelf beslissingen nemen en mochten hun land ook

de landbouw belangrijk was voor de macht van Karel

verlaten zonder toestemming van de heer. Maar als er

de Grote.

gevaar was, hadden ze geen recht op bescherming van de heer. Daar moesten ze vaak extra voor betalen.

Dit weet ik nu In de vroege middeleeuwen woonde en werkte bijna

De horigen waren niet vrij. Zij hoorden bij het land.

iedereen op het platteland. Ze leefden op een domein.

Dat wil zeggen dat ze dat land niet mochten verlaten

Het domein was van een landheer. Vaak had zo’n heer

zonder toestemming van de heer. Ze bewerkten een

meerdere domeinen. Hij bezocht die domeinen om

eigen stukje land, het hoevenland, waarvan ze de

de beurt, omdat hij er afhankelijk van was voor zijn

opbrengst mochten houden. Daarnaast moesten ze

voedsel.

herendiensten doen, zoals werken op het land van de heer, het vroonland. Ook zaken als karrendiensten

De heer zorgde voor rechtspraak in zijn domeinen.

voor de heer, hekken repareren en varkens houden

Ook zorgde hij ervoor dat alle horigen en lijfeigenen

waren herendiensten. De horige boeren hadden wel

die op zijn land woonden beschermd werden. De heer

recht op bescherming van hun heer.

moest dus ook tussen zijn domeinen reizen om alles goed te kunnen regelen.

Lijfeigenen hadden geen eigen grond. Zij woonden en werkten op het vroonland. Zij waren, net als de

In het midden van het domein lag de vroonhoeve.

horigen, niet vrij.

Hier woonde de heer in een versterkt huis (later een burcht of kasteel). In tijden van nood schuilden de

In de tijd van Karel de Grote gebruikten de boeren het

horigen en lijfeigenen daar ook. Alle opbrengsten

drieslagstelsel. Dit hield in dat al het akkerland op

van het land dat bij de vroonhoeve hoorde, het

een domein in drieĂŤn werd verdeeld. Elk jaar werd

vroonland, waren voor de heer. Hij en zijn huishouden

een derde van het land met zomergraan en een derde

leefden van deze opbrengsten en hiervan moest de

met wintergraan verbouwd. Het laatste, derde deel

heer ook zijn legertje onderhouden. Het land werd

lag braak, zodat dit het jaar erop weer vruchtbaar

bewerkt door lijfeigenen en horigen.

was. Het jaar erop rouleerden de gewassen op het akkerland, zodat op het stuk dat eerst zomergraan

Een domein moest zichzelf zien te redden en was

had, nu wintergraan werd verbouwd. Het gedeelte van

zelfvoorzienend oftewel autarkisch. Dat betekent dat

de wintergraan lag nu een jaar braak en het braakland

alles wat nodig is om te leven door de mensen die op

werd opnieuw verbouwd met zomergraan. Zo hadden

het domein leefden zelf werd gemaakt, zoals voedsel,

de boeren altijd twee derde van hun akkerland in

kleding en gereedschap.

gebruik.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Les 4 Vuile handen

Pocket-jaarkalender van een middeleeuwse boer uit de 14e eeuw.

Begrippen Deze begrippen ken ik nu autarkisch zelfvoorzienend; als alles wat nodig is om te leven door de mensen zelf wordt gemaakt. braak akkerland dat niet in gebruik is. burcht kasteel of versterkt huis drieslagstelsel een landbouwmethode waarbij roulerend een derde deel van het akkerland was verbouwd met zomergraan, een derde deel met wintergraan en een derde deel braak lag. hoevenland land op een Middeleeuws domein waarvan de horige boeren die het bewerkten de opbrengst zelf mochten houden. horige een niet-vrije boer die hoorde bij het land van een heer. Hij moest het land van zijn heer bewerken en herendiensten verrichten, maar had ook een eigen stukje land.

landheer een rijk, machtig persoon die één of meerdere domeinen bezat. lijfeigene een niet-vrije boer die hoorde bij het land van een heer. Hij had geen eigen stukje land. pacht een ander woord voor huur van een stuk land. In de Vroege Middeleeuwen werd deze huur betaald met een deel van de oogst. vrije boeren boeren die een eigen stuk land hadden waarvoor ze pacht betaalden. vroonhoeve een versterkt huis (later een burcht of kasteel) op een domein waarin een landheer woonde. vroonland land op een domein, waarvan alle opbrengsten naar de heer gingen.

21


Monniken en ridders

Les 4 Vuile handen

Ola en het geheime genootschap

22

Dit kan ik nu

Het contrast met nu kan ook niet groter zijn als je

Je kunt heel specifieke informatie uit een

bedenkt dat de meeste boeren in die tijd hun dorp

spelwerkvorm halen. Je kunt je inleven in een

waarschijnlijk niet of nauwelijks verlieten en in hun

horige boer uit de vroege middeleeuwen. Je kunt

leven nooit verder kwamen dan 20 kilometer buiten

samenwerken en aan de hand van een afbeelding het

hun gemeenschap.

domeinstelsel uitleggen. Waarom is dit belangrijk? De wijze waarop een domein was georganiseerd, is compleet tegenovergesteld aan hoe onze moderne

1

vroonhoeve / burcht

2

watermolen

3

smidse

4

braak

5

woningen van horigen

6

wintergraan

7

zomergraan

samenleving georganiseerd is. Op een domein leefde men van wat er op het domein geproduceerd werd. Hoewel er tegenwoordig steeds meer mensen zijn die proberen autarkisch te leven en zoveel mogelijk ‘lokale producten’ te kopen, kopen de meeste mensen in supermarkten en speciaalzaken producten van over de hele wereld. Dat is een luxe. Bedenk maar eens welk eten niet meer op tafel komt als we alleen nog maar lokaal voedsel zouden eten: bananen, mango’s, sinaasappelen, tonijn, zalm, rijst, en nog veel meer.

Reconstructietekening van een middeleeuws domein.

4 1

7

3

2

6

5


Monniken en ridders

Les 5 Duivels dilemma

Ola en het geheime genootschap

23

Les 5 Duivels dilemma Symbolen en macht Rubric Welk voorwerp moet Ola kiezen? Namen leerlingen:

1.

2.

3.

4.

Klas:

Onderdeel

Beginner

Gevorderd

Expert

Ontwerp: Verzorging

De vlog is slordig en er is geen aandacht aan het uiterlijk besteed.

De vlog ziet er verzorgd uit, maar niet alles is goed verstaanbaar.

De vlog ziet er verzorgd, aantrekkelijk uit en alles is goed verstaanbaar.

Ontwerp: Lengte

De vlog duurt korter dan een minuut.

De vlog duurt tussen 1-2 minuten of is meer dan 4 minuten.

Duurt tussen de 2 en 4 minuten.

Ontwerp: Originaliteit/ creativiteit

Standaard

Er zitten originele en/of creatieve elementen in

De hele vlog is creatief en origineel aangepakt en uitgewerkt

Inhoud: Onderbouwing top 3

Niet elke keuze in de top3 Niet elke keuze in de top 3 is is uitgelegd en de gegeven uitgelegd of de gegeven uitleg uitleg is niet duidelijk. is niet duidelijk.

Inhoud: Gekozen voorwerp

Er is geen uitleg over de keuze van het voorwerp gegeven.

Er is wel 1 voorwerp gekozen, Er is 1 voorwerp maar deze keuze is niet helder gekozen en die uitgelegd. keuze is goed uitgelegd.

Inhoud: Macht van karel

Er is geen verband gelegd tussen macht en het voorwerp.

Er is een verband gelegd tussen de macht van Karel de Grote en het voorwerp, maar deze is niet volledig en/of niet helemaal correct.

Er is in de uitleg een duidelijk verband gelegd tussen het voorwerp en de macht van Karel de Grote.

Vaardigheden: AUB-methode

De AUB-methode is niet gebruikt.

De AUB-methode is niet goed of niet consequent gebruikt.

De AUB-methode is goed gebruikt.

Vaardigheden: Opbouw

Er zit geen structuur/ opbouw in de vlog.

Er zit een opbouw in de vlog, maar deze is niet helemaal gelukt.

Er zit een begin, kern en conclusie in de vlog.

Proces: Samenwerking

Er is niet samengewerkt.

Er is wel samengewerkt, maar het kan beter.

Er is goed samengewerkt.

Proces: Planning

De vlog is meer dan 1 les te laat ingeleverd.

De vlog is maximaal 1 dag te laat ingeleverd.

De vlog is op tijd ingeleverd.

Beoordeling:

Elke keuze in de top 3 heeft een duidelijke uitleg.


College Verspreiding van het christendom Conceptmap

24 College Verspreiding van het christendom Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

De

Organisatie van de kerk Personen die voor de kerk werken zijn: is de leider van de kerk.

In de middeleeuwen was het christelijk gebied verdeeld in bisdommen, geleid door een: En elke kerk had een:

heten:

Tijdvak 4: van

en:

Kerstening

stammen het

Het christendom is ontstaan in het:

Monniken en ridders tot

Tijdens de Volksverhuizingen vielen

hebben.

en:

waren beroemde missionarissen.

Bekeren ging meestal vredig, maar soms met:

Iemand christelijk maken noemen we ook wel:

waren monniken die

Zij waren niet-christelijk en werden door christenen

Kloostergeloften:

2 Men mocht geen seks hebben.

1 Men mocht geen

dat werd geleid door een:

Sommige christenen sloten zich af van de wereld. Dit waren: Zij gingen samenwonen in een Mensen die wonen in een Hier had men regels.

In een klooster moesten zij de hele dag: en: Dit noemen we:

binnen.

genoemd.

bekeren.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Verspreiding van het christendom

25

Leertekst Verspreiding van het christendom

Dit weet ik nu

niet aan seks zouden doen en de abt altijd zouden

Het christendom is ontstaan in Jeruzalem in het

gehoorzamen. Ook beloofden ze hun dagen voortaan

Midden-Oosten. In die tijd was deze stad onderdeel

door te brengen met bidden en werken: ‘ora et

van het Romeinse Rijk. In de eerste eeuwen werd het

labora’ in het Latijn. In kloosters werden ook veel

geloof door de Romeinen verboden. Toch groeide

oude boeken overgeschreven en bewaard.

het aantal gelovigen, want het geloof sprak de mensen erg aan. Het duurde tot de 4e eeuw voordat

Toen het West-Romeinse Rijk aan het einde van de

het geloof werd toegestaan. Daarna werd het al

5e eeuw uit elkaar viel, kwamen er allerlei nieuwe

gauw de staatsgodsdienst. Dat betekende dat het

volken wonen in het gebied dat eerst Romeins was.

christendom het enige toegestane geloof werd. Het

Veel van deze volken, zoals de Germanen, waren niet

geloof verspreidde zich hierdoor direct over het hele

christelijk. Christenen gingen hun best doen om de

Romeinse Rijk.

niet-christelijke volken, die zij heidenen noemden, te bekeren. Ze gingen proberen het oude Romeinse

De christenen hadden hun geloof goed georganiseerd.

gebied opnieuw te kerstenen. Dat betekent ‘christelijk

Het hele rijk werd opgedeeld in kleinere gebieden

maken’. Dat kerstenen gebeurde onder andere door

waar een bisschop de leiding kreeg over het geloof.

missionarissen.

Zo’n gebied werd een bisdom genoemd. Ieder bisdom had één grote kerk waar de bisschop zelf

Missionarissen maakten gebruik van verschillende

de kerkdiensten verzorgde. Zo’n kerk werd een

methoden om een volk christelijk te maken. Allereerst

kathedraal genoemd. Verder werden er door het

probeerden ze vaak de koning van een volk te

hele rijk kleinere kerken gebouwd waar kerkdiensten

bekeren. Als dat lukte, dan nam de rest van het volk

werden gegeven door pastoors.

vaak ook de nieuwe godsdienst aan. Ook konden missionarissen daarna vaak rekenen op steun van

De machtigste man binnen het geloof werd de

die koning in het bekeren van andere volken. De

bisschop van de stad Rome. Hij werd later paus

Frankische koningen - zoals ook Karel de Grote -

genoemd.

hebben bijvoorbeeld vaak soldaten meegestuurd met missionarissen. De soldaten moesten op de

Alle mensen die voltijd voor de kerk werkten, zoals

eerste plaats de missionarissen beschermen als zij

de paus, de bisschoppen en de pastoors, werden

probeerden om op een vredelievende manier een

geestelijken genoemd. Ook monniken en nonnen

volk te overtuigen. Dat deden ze bijvoorbeeld door

hoorden bij de geestelijken. Dit waren mensen die

te beweren dat de christelijke God sterker was dan

in kloosters woonden en hun hele leven in dienst

hun eigen goden. Om dat aan te tonen vernielden

van het geloof stelden. Kloosters werden geleid door

ze heidense heilige plekken. Als er dan geen wraak

een abt. Mensen die in een klooster wilden gaan

kwam van de heidense goden, bekeerden velen zich

leven, moesten een kloostergelofte afleggen. Ze

vrijwillig. Gebeurde dat niet, dan werden de soldaten

moesten beloven dat ze geen bezit zouden hebben,

ook gebruikt om mensen met geweld te dwingen om


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Verspreiding van het christendom

christen te worden. Karel de Grote dwong bijvoorbeeld alle Saksen om zich te bekeren nadat hij een oorlog tegen ze had gewonnen. Hij dacht dat één geloof in zijn rijk voor eenheid zou zorgen. In Nederland zijn de missionarissen Willibrord en Bonifatius erg beroemd geworden. Zij hebben geprobeerd de Friezen te bekeren. Dat is hen niet helemaal gelukt. Bonifatius werd in 754 zelfs door hen vermoord. Willibrord is ook beroemd omdat hij de eerste kerk heeft opgericht in het gebied dat nu Nederland is, namelijk in Utrecht. Rond het jaar 1000 was West-Europa uiteindelijk weer zo goed als helemaal christelijk.

Begrippen Deze begrippen ken ik nu staatsgodsdienst de enige toegestane godsdienst in een land of rijk. bisschop een hoge geestelijke. Leider van een bisdom. bisdom een gebied waarin een bisschop de leiding heeft over het geloof van alle (christelijke) bewoners. kathedraal een grote kerk waar een bisschop kerkdiensten houdt. pastoor iemand die kerkdiensten houdt en de leiding heeft over het geloof in kleine gemeenschappen.

paus de bisschop van Rome. De hoogste functie binnen de Katholieke Kerk. geestelijken de groep mensen die voltijd voor de kerk werkt. monniken mannelijke bewoners van een klooster. nonnen vrouwelijke bewoners van een klooster. abt de leider van een klooster. klooster een plek waar monniken of nonnen leven. kloostergelofte de belofte die monniken en nonnen moeten afleggen voordat ze in een klooster mogen wonen. ‘ora et labora’ ‘bidden en werken’ in het Latijn. De hoofdtaken van monniken en nonnen in kloosters. heidenen het woord dat christen voor niet-christenen gebruikten in de tijd van monniken en ridders. kerstenen het christelijk maken van een bevolking. missionaris iemand die het christelijke geloof verspreidt. Deze personen ken ik nu Willibrord een missionaris uit de 7e en 8e eeuw die heeft geprobeerd de Friezen te bekeren en die de eerste kerk in het moderne Nederland heeft gebouwd. Bonifatius een missionaris uit de 7e en 8e eeuw die heeft geprobeerd de Friezen te bekeren, maar die in 754 door hen vermoord werd bij Dokkum.

26


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Verspreiding van het christendom

27

Bonifatius op missie bij de heidenen. 20e eeuwse schoolplaat.


College Ontstaan en verspreiding van de islam Conceptmap

28 College Ontstaan en verspreiding van de islam Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Mohammed kwam uit:

Ontstaan Daar stond de:

Hun gebedshuis heet de:

Mohammed moest in 622 de stad ontvluchten naar:

Dit moment is het begin van de: Mensen die zich aansluiten bij de islam zijn:

Als goed moslim dien je je aan de

4 Het vasten tijdens de

Tijdvak 4: van

tot

en

tussen:

genoemd.

die Ali volgden.

tegenover joden en christenen.

Verspreiding

In Europa veroverden de moslims bijna heel

4

3 verzwakte

2 een gedisciplineerd

1 duidelijke regels

De islam verspreidde zich snel door:

die de soenna (traditie) volgden.

Over de opvolging van Mohammed ontstond een

De opvolgers van Mohammed worden

Monniken en ridders

is de

Mohammed

van de

islam

naar Mekka.

te houden.

Het heilige boek van de islam heet de:

1 De geloofsbelijdenis

5 De

Dit zijn:

2 Het rituele 3 Het geven van


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Ontstaan en verspreiding van de islam

29

Leertekst Ontstaan en verspreiding van de islam

Dit weet ik nu De islam is ontstaan op het Arabische schiereiland

Mohammed deed wat de engel van hem gevraagd had

in de stad Mekka. Hier leefden toen verschillende

en hij kreeg steeds meer volgelingen in en rond Mekka.

rondtrekkende stammen die ieder hun eigen

Deze volgelingen werden moslims genoemd. Moslim

(polytheïstische) godsdiensten hadden. Mekka was

betekent letterlijk ‘iemand die zich overgeeft’. Moslims

een heilige stad voor veel van die stammen. In Mekka

gaven zich over aan God. Het geloof werd de islam

stond de Ka’ba: een gebouw met daarin een meteoriet

genoemd, wat ook ‘overgave’ betekent. De Arabische

die uit de ruimte was gevallen. Mensen dachten dat

naam van de god van Mohammed is Allah.

deze van de goden kwam en daarom vereerden ze het. De bestuurders van Mekka waren niet blij met de Rond het jaar 570 werd in Mekka Mohammed

populariteit van Mohammed. Zij verdienden geld

geboren. Mohammed behoorde tot de machtigste

aan de stammen die hun goden kwamen vereren bij

stam van het gebied. Mohammed dacht veel na over

de Ka’ba. Zij waren bang dat als die stammen over

de samenleving waarin hij leefde. Hij zonderde zich

zouden stappen op het geloof van Mohammed, zij

regelmatig af in de woestijn om beter te kunnen

de Ka’ba kapot zouden maken of in ieder geval niet

nadenken. Volgens de islam werd Mohammed in

meer naar de Ka’ba zouden komen en er dus minder

het jaar 610 daar bezocht door de engel Gabriël. De

geld verdiend kon worden. De bestuurders van Mekka

engel vertelde hem dat er maar één God was en dat

wilden Mohammed oppakken. Daarom vluchtte hij

Mohammed was gekozen om de boodschapper voor

in het jaar 622 naar de stad Medina. Deze vlucht van

God te zijn. Zo iemand noemen we een profeet. De

Mohammed werd bekend als de hedjra en werd het

boodschappen die Mohammed moest doorgeven zijn

begin van de islamitische jaartelling.

later opgeschreven in de Koran, het heilige boek van de islam.

De Ka’ba in Mekka


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Ontstaan en verspreiding van de islam

30

Mohammed kreeg ook in Medina steeds meer

Mohammed maakte de snelle verspreiding van zijn

volgelingen. Hij wist daar een groot leger bij elkaar te

geloof niet mee. Hij stierf twee jaar na de inname

krijgen waarmee hij een aantal jaar later Mekka innam.

van Mekka. Als opvolger werd een goede vriend

Eén van de eerste dingen die hij deed toen hij terug

van Mohammed aangewezen. De opvolgers van

was in Mekka was het weghalen van verschillende

Mohammed als leider van de islamitische wereld

godenbeeldjes bij de Ka’ba. Deze goden bestonden

werden kalief genoemd. De tweede en derde opvolger

niet volgens Mohammed. Hij maakte de Ka’ba tot een

waren ook vrienden van Mohammed, maar de vierde

heilige plaats ter ere van Allah, en geen andere goden.

was zijn neef en schoonzoon Ali. Ali eiste de titel van kalief op. Deze breuk met de traditie veroorzaakte een

Het geloof van Mohammed kreeg langzaam steeds

conflict onder de gelovigen. Dit conflict liep uit op een

duidelijkere regels. Zo kwamen er vijf verplichtingen

burgeroorlog tussen tegenstanders van de benoeming

waar elke moslim aan moest voldoen. Deze

van Ali (zij noemden zich soennieten) en voorstanders

verplichtingen worden de vijf zuilen van de islam

daarvan (zij noemden zich sjiieten). Tegenwoordig

genoemd en zijn: de geloofsbelijdenis; het rituele

is de islamitische wereld nog steeds verdeeld tussen

gebed; het geven van aalmoezen; het vasten tijdens de

soennieten en sjiieten.

Ramadan; en de pelgrimstocht naar Mekka (als je de middelen hebt).

In veel islamitische gebieden ging het lange tijd erg goed. Er ontstond een zeer ontwikkelde cultuur

De islam verspreidde zich veel sneller dan het

met veel aandacht voor kunst en wetenschap. De

christendom. De volgelingen van Mohammed

islamitische wereld was op dat gebied veel verder

veroverden in minder dan honderd jaar een heel

ontwikkeld dan de christelijke wereld in dezelfde tijd.

groot gebied: van Spanje in het westen tot India in het

Veel van die cultuur kun je nu nog terugzien in Spanje,

oosten. Dit had een aantal oorzaken:

waar de moslims van de 8e tot het einde van de 15e eeuw gebied in handen hadden. In het jaar 732 waren

Ten eerste sprak het geloof mensen heel erg aan

de moslims bij de Franse stad Poitiers tegengehouden

omdat het hele duidelijke regels had en iedereen

door de grootvader van Karel de Grote: Karel Martel. In

naar de hemel kon gaan als hij of zij goed had

1492 werd de laatste Europese stad, Granada, weer op

geleefd.

de moslims veroverd door christelijke legers.

Ten tweede bracht het geloof orde en discipline onder de mensen. Het was voor moslims verboden om tegen elkaar oorlog te voeren en samen konden ze nu een sterk leger bij elkaar brengen.

Vervolgens hielp het dat veel grote rijken, zoals het Byzantijnse Rijk en het Perzische Rijk, die al bijna honderd jaar oorlog voerden met elkaar, inmiddels erg verzwakt en dus makkelijk te verslaan waren.

Tot slot stelden de meeste moslims zich tolerant op tegenover mensen met een ander geloof in de gebieden die ze veroverden. Hierdoor kwam er weinig verzet.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

College Ontstaan en verspreiding van de islam

Begrippen Deze begrippen ken ik nu islam het geloof van Mohammed.

vijf zuilen van de islam de vijf verplichtingen die moslims hebben.

Ka’ba een heiligdom in Mekka.

kalief leider van de islamitische wereld. Opvolger van Mohammed.

profeet een boodschapper van God. Koran het heilige boek van moslims. moslim iemand die het geloof van Mohammed aanhangt. Allah de Arabische naam van God. hedjra de vlucht van Mohammed van Mekka naar Medina in 622.

Mohammed preekt voor zijn volgelingen, 17e eeuwse islamitische afbeelding.​

soennieten moslims die willen dat de opvolger van Mohammed volgens de traditie (‘soenna’ in het Arabisch) gekozen wordt. sjiieten moslims die willen dat de opvolger van Mohammed een bloedverwant van de profeet is (zoals Ali; sjiieten zijn ‘met Ali’).

31


Monniken en ridders

Tijdlijn

Ola en het geheime genootschap

32

Tijdlijn 610

410

....................................................................

....................................................................

Oudheid 500

3000 v.Chr. - 500 n.Chr.

Grieken en Romeinen 3000 v.Chr.– 500 n.Chr.

622 570

....................................................................

....................................................................


Monniken en ridders

Tijdlijn

Ola en het geheime genootschap

33

Wiibrord sticht eerste kerk in Utrecht

695

......................................................................

754

....................................................................

800

....................................................................

Rijk van Karel de Grote verdeeld over 3 kleinzoons

.........................................................................................

1000

843

Monniken en ridders 500–1000

814 782

732

....................................................................

....................................................................

....................................................................


Monniken en ridders

Overzicht vaardigheden

Ola en het geheime genootschap

34

Overzicht vaardigheden Vaardigheid 1:

Vaardigheid 2:

Aantekeningen maken

Hoofd- en bijzaken onderscheiden

Als je aantekeningen maakt, verzamel je de

Niet alles wat je hoort of leest tijdens de les is even

belangrijkste informatie van een verhaal. Door het

belangrijk om te onthouden. De hoofdzaak is de echt

maken van aantekeningen leer je op een actieve

belangrijke informatie. Deze gaat over de kern van het

manier. Je maakt aantekeningen om de informatie uit

verhaal. Zonder deze informatie klopt het verhaal ook

een tekst, of het onderwerp dat je docent bespreekt,

niet meer. Vaak heeft een tekst een centrale vraag die

goed te kunnen onthouden. Je leest de tekst of luistert

beantwoord wordt. Of je hebt zelf een vraag waar je

naar wat er gezegd wordt en schrijft tegelijkertijd de

een antwoord op zoekt. Alles dat je kunt gebruiken

informatie op die jij belangrijk vindt.

voor het beantwoorden van die hoofdvraag is dan een hoofdzaak. De bijzaken zijn minder belangrijk, zoals

Soorten aantekeningen

een voorbeeld of extra uitleg. Ze zijn een aanvulling

Er is niet 1 manier om aantekeningen te maken. Er zijn

op de hoofdzaak en de verhaallijn. Als je weet wat

verschillende manieren. Zo kun je bijvoorbeeld:

de hoofdzaak van een verhaal of een tekst is, kun je

losse woorden onder elkaar zetten in de volgorde

veel makkelijker aantekeningen of een samenvatting

van het verhaal;

maken. Zo onthoud je beter de informatie die er echt

woorden opschrijven en met pijlen met elkaar

toe doet.

verbinden; •

een woordweb maken over het verhaal;

Wat zijn bijzaken? Lees de volgende tips:

een tekening maken van het geheel (maar dit kost

wel veel tijd).

Extra uitleg, iets dat nog eens op een andere manier wordt uitgelegd.

Aansprekende voorbeelden, die bedoeld zijn

Hoe maak je goede aantekeningen? Lees

om het verhaal sterker te maken. Ze voegen

onderstaande tips:

geen informatie toe, maar maken de informatie

duidelijker.

Bedenk vooraf wat je wilt weten als je de tekst gelezen hebt of naar het verhaal van je docent

geluisterd hebt. Wat is je doel?

weten, maar zijn voor het begrijpen van het hele

Neem een actieve lees- of luisterhouding aan om

verhaal niet belangrijk.

zo de hoofdzaken uit de tekst of het verhaal van je

docent te halen. •

Details. Ze zijn bedoeld voor wie echt álles wil

Gebruik steekwoorden. Steekwoorden zijn de

Anekdotes, grappige weetjes. Ze zijn bedoeld om het verhaal aantrekkelijker te maken.

Afbeeldingen die geen belangrijke nieuwe

belangrijkste onderwerpen of inhouden die

informatie toevoegen aan het verhaal. Als je deze

worden besproken.

afbeeldingen weghaalt, is het verhaal nog steeds goed te volgen.


Monniken en ridders

Overzicht vaardigheden

Ola en het geheime genootschap

Tip: Aan sommige signaalwoorden kun je zien dat iets

35

Vaardigheid 4:

een bijzaak is. Woorden als ‘trouwens’ en ‘overigens’

Bronnen beoordelen op betrouwbaarheid

wijzen op dingen die extra toegevoegd worden, maar niet tot de kern behoren. Woorden als ‘bijvoorbeeld’, ‘Neem nou ...’ en ‘Zo heb je ...’ maken duidelijk dat er een voorbeeld volgt.

Als een bron bruikbare informatie heeft, moet je vervolgens kijken of de informatie die erin staat wel betrouwbaar is. Dit wil zeggen dat je probeert te

Vaardigheid 3:

ontdekken of de informatie waarschijnlijk klopt.

Bronnen beoordelen op bruikbaarheid

Als eerste kun je natuurlijk kijken of dezelfde informatie in andere bronnen terugkomt, dat maakt de inhoud al wat betrouwbaarder. Daarnaast zijn er

Er zijn 2 manieren om naar bronnen te kijken:

nog 2 manieren om de betrouwbaarheid van een bron

1. Je kunt een bron bekijken en kijken welke

te testen:

informatie de bron allemaal geeft. Als je bijvoorbeeld een nieuwe bron ontdekt in een

Als eerste kijk je naar de tijdsafstand tussen de

archief, stel je meestal de vraag wat deze bron ons

inhoud van de bron en de maker van de bron.

allemaal kan leren over het verleden.

Wanneer leefde de schrijver en wanneer gebeurde

2. Je kunt ook naar een bron kijken vanuit een

waar hij over schreef? Hoe kleiner deze afstand

vraagstelling. Vooraf weet je dan al waarnaar

is, des te betrouwbaarder de informatie (meestal)

je op zoek bent. Als je vooraf een vraag hebt,

is. Voorbeeld van een betrouwbare bron is de

bijvoorbeeld als je wilt weten wanneer Karel

beschrijving van een veldslag door iemand die

de Grote leefde, kun je gerichter naar bronnen

erbij was. Als iemand er 200 jaar later over schrijft,

zoeken. Om die vraag te beantwoorden, heb je

is het vaak een stuk minder betrouwbaar.

vaak maar een deel van de informatie uit een bron nodig. En niet alle bronnen geven antwoord op je vraag.

Als tweede kijk je naar de soort bron. Is het een bewuste of onbewuste bron? Bewuste bronnen zijn bronnen waar vooraf over nagedacht is

Meestal wordt eerst een vraag bedacht en dan naar

en die zijn geschreven zodat veel mensen het

het antwoord gezocht in bronnen. Je moet dus eerst

lezen. Alle gepubliceerde bronnen als kranten,

toetsen of je bronnen informatie bevatten die jij

boeken, enzovoort zijn bewuste bronnen.

nodig hebt; of de bronnen bruikbaar zijn. Een bron

Onbewuste bronnen zijn bronnen waarbij niet

is bruikbaar als deze informatie bevat die je zoekt en

vooraf bedacht is dat anderen het zouden kunnen

onbruikbaar als hij geen antwoord geeft op de vraag

lezen (buiten degene voor wie het bedoeld is).

die je hebt. Voorbeeld: Stel je vindt een liefdesbrief

Een voorbeeld van een onbewuste bron is een

van Karel de Grote aan zijn vrouw. Hier kunnen we veel

boodschappenlijstje of een liefdesbrief, die is

informatie uithalen over hoe Karel de Grote dacht over

immers maar voor 1 persoon bestemd.

zijn vrouw, dat hij blijkbaar de tijd nam om haar een brief te schrijven, enzovoort. Maar de bron geeft geen informatie op de vraag wanneer Karel leefde.


Monniken en ridders

Overzicht vaardigheden

Ola en het geheime genootschap

Vaardigheid 5:

Vaardigheid 6:

Informatie uit een bron halen

Betrouwbare informatie uit historische tekstbronnen halen

36

Als je hebt vastgesteld dat een bron bruikbaar en de

1 | Bepaal de tekstsoort.

informatie in de bron betrouwbaar is, kun je kijken

Er zijn heel veel soorten tekstbronnen. Voorbeelden

of de bron daadwerkelijk antwoord geeft op de vraag

van tekstbronnen zijn brieven, oorkondes,

die je hebt gesteld. Dit kun je doen door de volgende

reisverslagen, dagboeken en uitnodigingen. Bepaal

stappen te doorlopen:

eerst wat voor soort tekstbron het document is.

1 | Beschrijf wat je ziet.

2 | Analyseer de bron. Volg hiervoor de volgende

Bekijk de bron en stel jezelf de vraag waarover de bron

stappen:

zou kunnen gaan. Wat zie je als eerste als je naar de

Stap 1: WANNEER? Probeer erachter te komen

bron kijkt en wat valt je als eerste op?

wanneer het document is gemaakt. Vaak staat dit in de bron aangegeven. Soms staat er informatie in de tekst

2 | Bestudeer wat je ziet.

waaruit je kunt opmaken wanneer de bron ongeveer

Bekijk de bron nu meer in detail. Welke personen zie

gemaakt is. Soms moet je extra informatie opzoeken.

je? Zijn er voorwerpen of symbolen te ontdekken? Wat

Stap 2: WIE? Bepaal wie het document gemaakt heeft

doen de personen? Is er tekst bij de beeldbron en wat

of wie het heeft laten maken.

is daar dan uit op te maken? Bijvoorbeeld een jaartal?

Stap 3: WAAROM? Bepaal waarom het document geschreven is. Wat probeerde de maker van de bron te

3 | Leg uit wat je ziet.

bereiken met de bron? Om het doel van het document

Probeer te bedenken waarom de maker van de bron

te kunnen bepalen, bekijk wat je bij stap 1 en 2

dit heeft opgeschreven of getekend. Hiervoor gebruik

gevonden hebt.

je kennis die je al hebt. Leg uit wat de context is van de

Stap 4: WAT? Bepaal wat er in de bronnen staat.

bron. Over welke gebeurtenis gaat de bron?

Dit kun je al eerder doen, maar je kunt de inhoud pas goed begrijpen als je de eerste 3 stappen hebt

4 | Beoordeel wat je ziet.

doorlopen. Nu kun je ook pas goed bedenken of de

Beoordeel nu de bron. Ben je het eens met de maker

informatie betrouwbaar is.

van de bron? Geeft hij een eerlijk beeld of wil de maker jou zijn mening opleggen? Klopt het met andere informatie die je hebt over dit onderwerp?


Monniken en ridders

Overzicht vaardigheden

Ola en het geheime genootschap

37

Vaardigheid 7: Kiezen met argumenten

Een goede onderzoeker maakt niet zomaar op gevoel

Gebruik geloofwaardige argumenten

een keuze, maar gebruikt argumenten om zijn keuze

Als je argumenten geeft, is het belangrijk dat je

te onderbouwen. Dat betekent dus dat je redenen

geloofwaardig bent. Gebruik daarom zoveel mogelijk

kunt opnoemen waarom je vindt dat jouw keuze de

feiten en logica, want dan lukt het je het beste om

juiste keuze is.

mensen te overtuigen.

Hoe kun je dat doen?

Zeg: ‘Ik vind …, omdat … .’

Gebruik de AUB-methode. Je zegt wat je keuze is. (Ik

Geef zoveel mogelijk voorbeelden.

kies voor ...)

Gebruik zoveel mogelijk feiten.

(A) Je geeft een argument. (Ik kies hiervoor, omdat ...)

Gebruik verschillende argumenten.

(U) Je geeft uitleg bij het argument. (Daarmee bedoel

Het moet logisch zijn, dus kies een goede

ik dat ...) (B) Je geeft een voorbeeld bij je argument. (Bijvoorbeeld: ...) Je geeft nog enkele argumenten, steeds met een uitleg en een voorbeeld. Voorbeeld: Ik vind de tekening met de vrouw van Karel het beste voorwerp. De AUB-methode: Je Argument: Ik kies voor dit voorwerp, omdat huwelijken heel belangrijk waren in de middeleeuwen. Je Uitleg: Ik bedoel hiermee dat als Karel geen goede vrouw trouwde, hij veel macht verloor. Bijvoorbeeld: Als hij met een knappe boerendochter zou trouwen, zouden de rijke en invloedrijke families ontevreden zijn. Zij wilden dat Karel met 1 van hun dochters trouwde.

volgorde van je argumenten.


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Begrippen op alfabetische volgorde

Begrippen op alfabetische volgorde Begrip abt

Betekenis de leider van een klooster.

Pagina 26

achterleenman

leenman van de leenman van de koning of keizer.

18

adel

een groep mensen die landgoederen bezit en een bevoorrechte positie heeft. In de tijd van monniken en ridders was het de taak van deze groep om te vechten en anderen te beschermen.

9

Allah

het Arabische woord voor God.

31

ambtenaar

iemand die voor de regering werkt en daarvoor betaald wordt.

18

autarkisch

zelfvoorzienend; als alles wat nodig is om te leven door de mensen zelf wordt gemaakt.

21

bisdom

een gebied waarin een bisschop de leiding heeft over het geloof van alle (christelijke) bewoners.

26

bisschop

een hoge geestelijke. Leider van een bisdom.

26

boerenstand

de groep mensen die in de tijd van monniken en ridders boer was. In die tijd waren er verschillende soorten boeren. Het was de taak van deze groep om te zorgen voor eten.

9

bondgenootschappen

landen of mensen die elkaar steun beloven.

14

braak

akkerland dat niet in gebruik is.

21

burcht

kasteel of versterkt huis

21

Byzantijnse rijk

benaming voor het Oost-Romeinse rijk na de val van het West-Romeinse rijk.

11

centraal gezag

de organisatie van bestuur vanuit ĂŠĂŠn vaste plaats.

9

domein

een afgebakend stuk land met een dorpje en landbouwgrond. De meeste boeren die er woonden hoorden ook bij het domein.

18

38


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Begrippen op alfabetische volgorde

Begrip drieslagstelsel

Betekenis een landbouwmethode waarbij roulerend een derde deel van het akkerland was verbouwd met zomergraan, een derde deel met wintergraan en een derde deel braak lag.

Pagina 21

edelen

mensen die behoren tot de adel.

18

eed van trouw

de plechtige belofte om iemand trouw te blijven, wat er ook gebeurt.

18

Franken

Germaans volk dat vanaf de 5e eeuw een eigen koninkrijk had.

11

geestelijken

de groep mensen die voltijd voor de kerk werkt.

26

geestelijkheid

de groep mensen die voor de kerk werkt. In de tijd van monniken en ridders was het de taak van deze groep om voor iedereen te bidden.

9

hedjra

de vlucht van Mohammed van Mekka naar Medina in 622.

31

heidenen

het woord dat christenen voor niet-christenen gebruikten in de tijd van monniken en ridders.

26

hoevenland

land op een Middeleeuws domein waarvan de horige boeren die het bewerkten de opbrengst zelf mochten houden.

21

horige

een niet-vrije boer die hoorde bij het land van een heer. Hij moest het land van zijn heer bewerken en herendiensten verrichten, maar had ook een eigen stukje land.

21

huwelijkspolitiek

het inzetten van huwelijken om bezit van grondgebied te vergroten of bondgenoten te krijgen.

14

islam

het geloof van Mohammed.

31

Ka’ba

een heiligdom in Mekka.

31

kalief

leider van de islamitische wereld. Opvolger van Mohammed.

31

39


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Begrippen op alfabetische volgorde

Begrip kathedraal

Betekenis een grote kerk waar een bisschop kerkdiensten houdt.

Pagina 26

keizer

de hoogst mogelijke titel voor een vorst. Keizers hebben andere vorsten onder zich (bijv. koningen en hertogen). Het woord komt van het Romeinse Rijk.

9

kerstenen

het christelijk maken van een bevolking.

26

klooster

een plek waar monniken of nonnen leven.

kloostergelofte

de belofte die monniken en nonnen moeten afleggen voordat ze in een klooster

26

Koran

het heilige boek van moslims.

31

landheer

een rijke, machtige boer die één of meerdere domeinen bezat.

21

leen

een stuk land dat een leenman van een leenheer kreeg. Een leen bestond uit één of meerdere domeinen.

18

leenheer

een edelman die gebieden onder zijn gezag laat besturen door leenmannen.

18

leenman

een edelman die een gebied bestuurt in opdracht van een leenheer.

18

lijfeigene

een niet-vrije boer die hoorde bij het land van een heer. Hij had geen eigen stukje land.

21

macht

de mate waarin invloed wordt uitgeoefend op anderen door een bepaalde persoon of organisatie.

9

missionaris

iemand die het christelijke geloof verspreidt.

26

monniken

mannelijke bewoners van een klooster.

26

moslim

iemand die het geloof van Mohammed aanhangt.

31

nonnen

vrouwelijke bewoners van een klooster.

26

ora et labora

‘bidden en werken’ in het Latijn. De hoofdtaken van monniken en nonnen in kloosters.

26

pacht

een ander woord voor huur van een stuk land. In de vroege Middeleeuwen werd deze huur betaald met een deel van de oogst.

21

paleisschool

een school waar monniken werden opgeleid, verbonden aan een paleis

11

40


Monniken en ridders Ola en het geheime genootschap

Begrippen op alfabetische volgorde

Begrip palts

Betekenis een paleis van Karel de Grote.

Pagina 18

pastoor

iemand die kerkdiensten houdt en de leiding heeft over het geloof in kleine gemeenschappen.

26

paus

de bisschop van Rome. De hoogste functie binnen de katholieke kerk.

11+26

profeet

een boodschapper van God.

31

Saksen

Germaans volk.

11

sjiieten

moslims die willen dat de opvolger van Mohammed een bloedverwant van de profeet is (zoals Ali; sjiieten zijn ‘met Ali’).

31

soennieten

moslims die willen dat de opvolger van Mohammed volgens de traditie (‘soenna’ in het Arabisch) gekozen wordt.

26

staatsgodsdienst

de enige toegestane godsdienst in een land of rijk.

26

standenmaatschappij

een samenleving die is verdeeld in groepen (standen) die ieder hun eigen rechten en taak hebben.

9

symbool

een betekenisdrager: iets tastbaars dat iets minder tastbaars voorstelt.

9

tijdvak van monniken en ridders

een tijdvak dat loopt van 500 tot 1000 en in WestEuropa samenvalt met de vroege Middeleeuwen.

9

traditie

gebruik dat generaties lang bestaat.

9

vazal

iemand die een eed van trouw heeft afgelegd aan iemand anders.

18

vijf zuilen van de islam

de vijf verplichtingen die moslims hebben.

31

vrije boeren

boeren die een eigen stuk land hadden waarvoor ze pacht betaalden.

21

vroege Middeleeuwen

de naam van de periode van 500 tot 1000 in de g eschiedenis van West-Europa.

9

vroonhoeve

een versterkt huis (later een burcht of kasteel) op een domein waarin een landheer woonde.

21

vroonland

land op een domein, waarvan alle opbrengsten naar de heer gingen.

21

41


Colofon Hoofdredactie Koen Henskens Rinske Koehorst

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Conceptdesign Carla Wiechers Tine Daamen

welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke

mag worden gereproduceerd of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op toestemming van de uitgever.

Eindredactie Kris van den Heijkant

De uitgever heeft getracht alle rechthebbende te

Uitgever Firien Dubben

in aanmerking te komen, kan hij of zij zich tot de

Projectmanager Simone La Lau

achterhalen. Indien iemand meent als rechthebbende uitgever wenden. Eerste druk, eerste oplage 2018-03

Concept en Interactie Eelco Heuvelmans

Blink Educatie

Vormgeving Bob Coppieters

5201 AJ ’s-Hertogenbosch

Assetverwerving en -coĂśrdinatie Coen Doesborg

Postbus 380 www.blink.nl Blink Educatie ontwikkelt vernieuwende, digitale lesmethodes waarbij het bereiken van kinderen het uitgangspunt is. Doordat kinderen met deze methodes zelf zien, doen, voelen en beleven, begrijpen ze de lesstof sneller en onthouden ze deze beter. Zie voor meer informatie www.blinkeducatie.nl Blink Educatie is een zusje van Blink Media, bekend van onder andere Bobo, Okki, Wild van Freek en National Geographic Junior.


Bronvermelding afbeeldingen Shutterstock en eigen fotografie, tenzij anders vermeld. Blz. 2,3

AKG-images (Kroning Karel de Grote)

4,5

Imageselect (buste Karel de Grote)

7

Wikimedia Commons, Public Domain (Napoleon)

9

Wikimedia Commons, © Imperial Crown of the Holy Roman Empire, Markus Luttenberger

13

Wikimedia Commons, © Papal Tiara, Matthias Kabel

13

© Musée du Louvre, Dist. RMN GP / Philippe Fuzeau (zwaard)

21

Wikimedia Commons, Public Domain (pocket jaarkalender 14e eeuw)

31

Wikimedia Commons, Public Domain (Mohammed)


Proefkatern Saga Dit is een proefkatern van het thema Monniken en ridders uit het Saga leerwerkboek. Saga is een geschiedenismethode voor vmbo, havo en vwo, die is ontworpen vanuit de motivatie van leerlingen en aansluit bij hun belevingswereld. Het is een methode voor docenten die samen met leerlingen geschiedenis willen ontdekken en onderzoeken. Saga is ontwikkeld vanuit digitale didactiek om de voordelen van audiovisuele middelen te benutten, de geschiedenis tot leven te brengen en leerlingen een rol te geven in een interactief verhaal. Maar digitaal is geen doel op zich. Wat beter werkt op papier, zoals leerteksten en verwerkingsmaterialen, bundelen we samen in een leerwerkboek dat jaarlijks in een nieuwe editie verschijnt zodat het altijd up to date is.

De rol van het leerwerkboek in de methode Activerende didactiek is erop gericht om leerlingen eerst zelf te laten onderzoeken en ontdekken en vervolgens de benodigde kennis over te dragen. Een les begint in de digitale lesomgeving en van daaruit wordt verwezen naar het leerwerkboek. Het leerwerkboek staat dus niet op zichzelf en kan niet zonder digitale lesomgeving worden gebruikt. Je kunt het leerwerkboek tegen kostprijs aanschaffen of je kunt het materiaal zelf printen vanuit de digitale lesomgeving.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.