13 minute read
PAGINA
5
Beste lezer,
Advertisement
Overbetuwe is rijk aan cultuurhistorie. De gemeente heeft verschillende monumenten en plekken waar het verleden voelbaar is. Over die plekken zijn heel veel verhalen te vertellen en er is veel te zien.
Zonder verhalen is het erfgoed in onze gemeente alleen maar een samenstelling van hout en steen. Juist door het vertellen van de verhalen achter de gebouwen en plekken, wordt de cultuurhistorie beleefbaar en tastbaar. Op die manier draagt cultuurhistorie bij aan de identiteit van onze dorpen en de gemeente.
Voor u ligt de eerste editie van Ondergronds Overbetuwe. In dit magazine maakt u kennis met verhalen uit de gemeente die op het eerste gezicht niet zichtbaar zijn. We duiken daarvoor in de ondergrond van onze gemeente. Daar vinden we oude, misschien wel de oudste verhalen die verteld kunnen worden over gemeente Overbetuwe.
Deze eerste editie neemt u mee naar Ondergronds Elst. Heel alledaagse plekken komen terug in de verhalen, u kunt er bijvoorbeeld boodschappen doen, of buiten spelen. Duikt u de ondergrond in, dan zijn er Romeinse tempels, villa’s en een prehistorische grafheuvel. Dit erfgoed in Elst is uniek voor Nederland en zelfs voor de hele wereld. De Gallo Romeinse tempels onder de Grote Kerk in Elst zijn in Elst is aangewezen als UNESCO Werelderfgoed.
Ik hoop dat de verhalen in dit magazine tot uw verbeelding gaan spreken en ik wens u veel leesplezier.
Dimitri Horsthuis-Tangelder
Wethouder Kunst, Cultuur en Erfgoed gemeente Overbetuwe
Monument van Vrede
Wie Elst zegt, zegt Werenfridus. Deze heilige hoort bij het dorp; je ziet zijn naam overal. Het katholieke godshuis, waar je nu in de tuin staat, heet bijvoorbeeld de St. Werenfriduskerk. De protestantse Grote Kerk is ook aan Werenfried (zijn protestantse naam) gewijd. In het hart van het wapen van de gemeente Overbetuwe staat zelfs een bootje met daarop een doodskist. Juist, die is van Werenfridus!
Het wapen van Elst
Werenfridus leefde in de 7e en 8e eeuw na Chr. Als metgezel van Willibrordus en later als rondreizend prediker bekeerde hij mensen tot het christendom. Hij stierf in Westervoort, bij Arnhem. Volgens de overlevering wilde hij in Elst begraven worden. Omdat de mensen van Westervoort graag wilden dat hij daar zou blijven, werd de doodskist in een bootje op de Nederrijn gelegd om een godsoordeel af te wachten. Het scheepje voer tegen de stroom in en kwam vlakbij Elst tot stilstand. Daarom werd het bootje vereeuwigd op het gemeentewapen. De resten van de heilige werden bijgezet in de Grote Kerk, waar Werenfridus zelf de eerste kerk van Elst stichtte, bovenop de Romeinse tempels.
Vier kerken
De St. Werenfriduskerk achter je heeft misschien wel net zo’n bijzondere geschiedenis als de man waar het gebouw naar is vernoemd. Wist je dat dit maar liefst de vierde katholieke kerk op deze plek is? Dat heeft te maken met de geschiedenis van de katholieken in Elst na de Reformatie (16e eeuw). Katholieken waren gedwongen om in schuilkerken hun geloof te belijden. In 1802 besloten de Elster katholieken een eigen kerk te bouwen. Het beeld van Werenfridus dat in dit eenvoudige, driebeukige gebouw stond, bestaat nog steeds en is nu te vinden in ontmoetingscentrum De Hoeksteen, achter je.
Het reliek van Werenfridus, een stuk bot, is verloren gegaan.
Groeiende gemeenschap
Veertig jaar later was de parochie zo gegroeid, dat mensen op het muurtje bij de buren moesten proberen de mis mee te krijgen. Een grotere kerk was geen overbodige luxe. In 18411842 werd deze gebouwd met steun van Rijkswaterstaat. Daarom werd deze ook wel ‘Waterstaatskerk’ genoemd. De bouwstijl van die tijd kennen we als het neoclassicisme: geïnspireerd op de klassieke oudheid leken deze kerken ook wel op Romeinse tempels. De gedenksteen die in de Elster Waterstaatskerk was gemetseld vind je nu nog terug in de muur van het huidige gebouw.
Derde kerk
In 1901 is de kerk wederom te klein! Zeven jaar later verrijst de derde kerk, bijna twee keer zo groot als de Waterstaatskerk. Dit prachtige nieuwe gebouw doet bijna veertig jaar dienst, maar krijgt tijdens de Tweede Wereldoorlog te lijden onder oorlogsgeweld, hoewel minder dan de Grote Kerk verderop. De derde katholieke St. Werenfriduskerk maakt plaats voor het gebouw waar je nu voor staat. De tweede gedenksteen die je in de muur ziet is die van de kerk die beschadigd werd tijdens de oorlog.
De huidige kerk
In 1951 wordt op Werenfridusdag, 14 augustus, de vierde en huidige katholieke St. Werenfriduskerk ingewijd. Gelukkig staat deze wederopbouwkerk nog steeds fier overeind. Hij is in de afgelopen decennia meermaals verbouwd. Vandaag de dag is dit godshuis nog steeds een levendige plek van geloofsbetuiging. Als monument markeert het een periode van langdurige vrede. Een mooie gedachte om eens bij stil te staan.
Wil je meer weten over de geschiedenis van katholiek Elst? Kijk dan op de website van de R.K. parochie H. Maria Magdalena.
De impressie op dit bord is van de Waterstaatskerk midden 19e eeuw.
Opdrachtgever - gemeente Overbetuwe Uitvoerder- Rubicon Erfgoed [coördinatie en tekst] - Lonneke Beukenholdt [ontwerp en opmaak] - Rick Hertel Art [impressie] Mede mogelijk gemaakt door - provincie Gelderland en R.K. parochie H. Maria Magdalena ±800
Het schip van Werenfridus komt aan wal bij Elst
Uiteindelijk ging de teruggave niet door en werd besloten dan maar een nieuwe eigen kerk te bouwen. Deze derde St. Werenfriduskerk werd gebouwd op de plaats waar nu de ingang is naar de appartementen boven de Dillenburg. Deze eenvoudige kerk kwam in 1802 gereed en toen werd de nieuwe parochie St. Werenfridus gesticht. De pastoor werd pastoor Obbenkaerte, die ook pastoor in Eimeren was. De kerk was driebeukig met aan het einde van de middenbeuk het priesterkoor met apsis. Naast het wit geschilderde en met goud gedecoreerde altaar stonden aan weerszijden een beeld van St. Werenfridus en van St. Willibrordus. Beide zijn tot de Tweede Wereldoorlog in de opeenvolgende kerken blijven staan. Vandaag de dag bestaat alleen het beeld van St. Werenfridus nog, dat staat in zaal 1 van De Hoeksteen. Verder was de kerk volledig wit gestuukt en bevond zich achter het altaar een schildering van de gekruisigde Christus. Links van het priesterkoor was de sacristie en rechts de biechtruimte.
±1580
In 1812 overleed pastoor Obbenkaerte en volgde pastoor Erdkamp hem op. Zes maanden later stierf de eerwaarde heer 1802 alweer en begin 1813 werd pastoor Van Driel – overigens niet afkomstig uit Driel – de pastoor van Elst. In 1820 werd hij benoemd tot professor der Retorica in Gemert en verliet hij Elst. In zijn plaats kwam pastoor Vos. Deze had van meet af aan al een moeilijke verhouding met de parochianen en met name het parochiebestuur. In de jaren 1820‘Hagenpreken en schuilkerken voor de -30 heerste in verschillende parochies, zo ook in Elst, een laïcisme, oftewel lekenbewind. Leken, met name in het bestuur, hadden een dusdanig eigen kijk op het kerk-zijn dat ze het de pastoor haast onmogelijk maakten zijn funckatholieke gemeenschap van Elst’ tie uit te oefenen. De botsingen tussen parochianen en met name het kerkbestuur met pastoor Vos waren zo ernstig, dat de gezondheid van de pastoor eronder ging leiden. Na dit toch nog 7 jaar vol te hebben gehouden vroeg hij in 1827 bij de aartspriester (de bisschoppelijke hiërarchie was immers nog niet hersteld) ontslag aan om gezondheidsredenen. De parochianen hadden pastoor Vos letterlijk weggepest.
Zijn opvolger werd in 1827 pastoor Roelofsen. Hij kende de situatie en maakte in de preek tijdens zijn eerste mis in Elst meteen duidelijk wat hij ervan dacht. “Je hebt een Vos weggejaagd, maar je hebt er een wolf voor teruggekregen.” Deze zin is nog generaties een gevleugelde uitspraak gebleven. Heel passend in de pastorale thematiek van herder en schapen. De schapen konden misschien een vos wegpesten, maar een wolf zeker niet. Het moest kortom maar eens afgelopen zijn met die eigengereide parochianen; de pastoor is de herder en het is de herder die de leiding heeft en niet de schapen.
Op 22 augustus 1827 werd een Koninklijk Besluit ondertekend dat vanaf 1829 verbood om binnen de bebouwde kom te begraven. Er moest een begraafplaats buiten het dorp aangelegd worden. Onder pastoor Roelofsen werd de huidige begraafplaats aan de Valburgseweg aangelegd, met kapel en doodgraverswoning. Nadien is de begraafplaats nog meerdere malen uitgebreid.
3
huidige kerk. Links, op een zuil voor het Heilig Hartbeeld, staat het beeld van de Heilige Antonius van Padua, dat ook in de huidige kerk terug te vinden is. Welk beeld er op de zuil daar tegenover staat is niet helemaal duidelijk. Het lijkt iets in de vooruit gestoken hand te houden, maar wat is ook onduidelijk. Op de zuil daarvoor is de fraai gedecoreerde preekstoel te zien. Waarschijnlijk is dit de preekstoel uit de oude kerk, want over een nieuwe is niets geschreven. het onderwijs. Naast dat hij voor de bouw van de pastorie zorgde was hij ook de kracht achter het zustershuis annex meisjesschool, elk aan weerszijden van de kerk. De pastorie vinden we vandaag de dag nog links van de kerk. Het zustershuis heeft de Tweede Wereldoorlog niet overleefd. Pastoor Lowes overleed na acuut ziek te zijn geworden in 1891. Pastoor Dericks volgde pastoor Lowes op. Hij had een passie voor koorzang en voorzag het koor onder meer van nieuwe bundels en meerstemmige missen. Na slechts negen jaar kwam in 1900 aan zijn pastoraat een einde. Pastoor Dievelaar volgde hem op, maar zijn pastoraat was met nog geen vijf maanden extreem kort.
1842 1908 1951
De neoclassicistische voorgevel kende een fronton met daarin een gedenksteen. Deze gedenksteen bevindt zich nu tegen de buitengevel van de kerk aan de zijde van de Dorpsstraat.
Ondanks dat pastoor Roelofsen zich aankondigde als wolf, werd hij een zeer gerespecteerde pastoor. Tijdens zijn pastoraat werd ook in 1853 de bisschoppelijke hiërarchie hersteld en ging Elst weer bij het aartsbisdom Utrecht horen. Na een pastoraat van maar liefst 45 jaar overleed pastoor Roelofsen op 78jarige leeftijd in november 1872. Hij kreeg een haast koninklijke uitvaart waarbij de hele parochie vertegenwoordigd was en als eerste priester werd hij op 9 november 1872 bijgezet in het priestergraf op ‘zijn’ begraafplaats.
Niet lang daarna werd de al drie jaar in Elst aanwezige kapelaan Lowes aangesteld als opvolger van pastoor Roelofsen. Waar pastoor Roelofsen ‘de krachtige en stoutmoedige’ genoemd zou kunnen worden, kan pastoor Lowes ‘de liefderijke en zachtmoedige’ genoemd worden. Hij had in pastoor Roelofsen een goede leermeester gehad. In zijn pastoraat had hij speciale aandacht voor de armen en
5 In 1901 kwam pastoor Logtenberg naar Elst om pastoor Dievelaar op te volgen als herder van de Elster katholieken. Na 60 jaar werd ook de fraaie Waterstaatskerk te klein. De Waterstaatskerk werd afgebroken en op deze plaats verrees een statige en grote neogotische kerk met 924 zitplaatsen – meer dan twee keer zoveel als de waterstaatskerk – die in 1908 ingewijd werd. Ook nu werden de preekstoel, het orgel, de communiebank en de doopvont, maar ook de twee zijaltaren uit de oude kerk meegenomen naar de nieuwe.
6 Eeuwig heiligdom
Romeinse tijd (12 voor Chr. tot 450 na Chr.)
Rond 50 na Chr. wordt een stenen tempel gebouwd op de plek van een bestaande openlucht- cultusplaats. Omstreeks 100 na Chr. wordt deze vervangen door een grotere Gallo-Romeinse omgangstempel. De tempel was waarschijnlijk gewijd aan de god Hercules-Magusanus, die populair was onder Romeinse soldaten.
Vroege Middeleeuwen (450 tot 1050 na Chr.)
Na het vertrek van de Romeinen woonden in deze omgeving de Franken. Zij lieten in een graf vlakbij deze plek prachtige kralen uit de 6e eeuw achter. Bijzonder is dat tussen deze kralen ook een blauwgroene meloenkraal zat uit de Romeinse tijd! Rond 720 na Chr. brengt de Ierse monnik Werenfried het christendom naar Elst (en omgeving). Hij bouwt hier door hergebruik van Romeinse stenen een romaanse zaalkerk. In 760 na Chr. wordt hij hier bijgezet. Later wordt Werenfridus heiligverklaard. In de 10e eeuw vergroot de bisschop van Utrecht de zaalkerk met een crypte. Elst wordt een bedevaartsplaats naar de relikwieën van de heilige Werenfried. In deze periode wordt ook ‘het meisje van Elst’ begraven in een stolpgraf.
Opdrachtgever - gemeente Overbetuwe Uitvoerder- Rubicon Erfgoed [coördinatie en tekst] - Lonneke Beukenholdt [ontwerp en opmaak] - Rick Hertel Art [impressie] Mede mogelijk gemaakt door - provincie Gelderland, Tempel|Kerk Museum Elst (TKME) en Romeinse Limes Nederland
www.pg-elst.nl
R OMEINSE
LIME S
Late Middeleeuwen (1050 tot 1500 na Chr.)
In de 15e eeuw maakt de romaanse zaalkerk plaats voor een groter, gotisch gebouw met een markante toren. In 1484 wordt de nieuwe kerk ingewijd.
Nieuwe Tijd (1500 tot heden)
In 1588, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, wordt de kerk door Spaanse soldaten geplunderd en van haar schatten beroofd.
In 1701 slaat de bliksem in de torenspits, die vervolgens brandend neerstort op de kerk. Tot 1717 vinden restauratiewerkzaamheden plaats en krijgt de kerk nieuwe klokken.
Tweede Wereldoorlog (1940-1945)
In 1944, tijdens de Tweede Wereldoorlog, branden toren en kerk opnieuw uit, nu door Duits granaatvuur.
https://spannendegeschiedenis.nl/de-romeinen/elst-gallo-romeinse-tempel In 1947-1948 vinden archeologische opgravingen plaats, waarbij overblijfselen van de Middeleeuwse kerken én van de Romeinse tempels ontdekt worden. De restauratie van de kerk vindt plaats van 1948 tot 1953. In 1957 wordt in de kerk het museum geopend.
In 2020 wordt een deel van de Romeinse rijksgrens, de Limes, voorgedragen als UNESCO Werelderfgoed. Hiertoe behoren ook de resten van de Romeinse tempels.
ZIE PAGINA 50 Schatkamertje Informatiepaneel
7
Stille wateren, diepe gronden
Rivieren zijn tegenwoordig niet weg te denken uit het landschap van de Betuwe, de prachtige landstreek tussen Waal en Nederrijn waar de gemeente Overbetuwe haar naam aan dankt. Maar wist je dat hier al duizenden jaren rivieren hebben gestroomd en weer droog zijn gevallen, om vervolgens te verdwijnen.
Hier in Elst, ook op de plek waar je nu staat, komen rivieren uit een ver verleden allemaal samen. Je ziet ze niet meer, maar de sporen ervan zijn nog steeds te vinden voor wie goed kijkt. Op de kaart zijn acht verschillende rivieren weergegeven, elk met een eigen kleur. Soms overlappen ze elkaar, dan liggen oudere rivieren dieper dan jongere exemplaren. Een jongere rivier ‘verbergt’ dan zijn voorganger, zoals in het geval van de rivier de Ressen. Soms is dat niet meer dan een halve meter, maar het kan ook zijn dat je eerst drie meter de bodem in moet.
Op de kaart zien de oude rivierstromen er erg groot uit ten opzichte van de ondergrond. Wat we zien is het hele stroomgebied van een kronkelende rivier in haar eeuwenlange bestaan. In de loop van haar leven kon zelfs de grootste rivier behoorlijk ‘opschuiven’. Dat is iets wat we ons tegenwoordig nauwelijks meer kunnen voorstellen, want een rivier zoals de Waal wordt nu door dijken op haar plaats gehouden. De natuur kon zich vroeger vrijer bewegen. Onderaan het bord zie je een tijdlijn. Hierop is voor elk van de acht oude rivieren aangegeven in welke periode er water stroomde en mensen op de oevers konden leven. Vroeger woonde men graag hoog en droog, maar wel in de buurt van water. Nadat een rivier niet meer watervoerend was, droogde zij op. De zandige bodem was dan vaak eeuwen later nog als hogere rug in het landschap zichtbaar. Daarom vinden archeologen vaak sporen van vroeger op deze plekken.
Zo liep een deel van de Grote Molenstraat, de belangrijkste verbinding tussen Elst en Driel, precies in de loop van de opgedroogde rivier de Santacker-Driel. Het is natuurlijk geen toeval dat op diezelfde plek tweeduizend jaar eerder een Romeinse weg liep! Dat weten we zeker, omdat archeologen bij de Grote Molenstraat sporen van deze weg hebben gevonden. Dat is tot nu toe maar op weinig plekken in Gelderland aangetroffen.
Doe je ogen eens dicht en probeer je een wereld voor te stellen die misschien wel dichterbij is dan je denkt. Kan je het water ruiken? Hoor je het riet wuiven aan de oevers? Voel je de wind in je haar?
Welkom in het rivierengebied, welkom in Elst!
Opdrachtgever - gemeente Overbetuwe Uitvoerder- Rubicon Erfgoed [coördinatie, tekst en kaart] - Lonneke Beukenholdt [ontwerp en opmaak] - Rick Hertel Art [impressie] Mede mogelijk gemaakt door - provincie Gelderland