8 minute read

ELST PAGINA

Next Article
DORST PAGINA

DORST PAGINA

8

9

Advertisement

10

“Een grafheuvel in het centrum van Elst?”, zult u misschien denken. Jazeker, er is een grafheuvel gevonden in het centrum van Elst, aan de Valburgseweg. Of beter gezegd, er wás hier een grafheuvel. Voordat de Albert Heijn werd gebouwd in 2011, is in het gebied archeologisch onderzoek uitgevoerd. Tijdens deze opgraving werd een grafheuvel gevonden uit de ijzertijd (800 tot 12 voor Christus). Om verschillende redenen is deze opgraving echter nooit wetenschappelijk uitgewerkt, waardoor de grafheuvel ook nooit bekend is geworden bij de bewoners en bezoekers van Elst. De gemeente Overbetuwe en Rubicon Erfgoed vonden dat hier verandering in moest komen, want het is toch ontzettend jammer dat maar zo weinig mensen op de hoogte zijn van deze merkwaardige vondst. Zodoende ontstond het idee voor dit magazine!

Een zeldzaam groot exemplaar

De grafheuvel die in 2011 gevonden werd aan de Valburgseweg was opmerkelijk groot: zo’n 32 meter in diameter! Grafheuvels van dit formaat zijn vooral bekend uit de vroege ijzertijd (800 tot 500 voor Christus) en waren vaak voorzien van rijke grafgiften, zoals het beroemde ‘vorstengraf’ dat gevonden is in het Noord-Brabantse Oss en waarvan de spectaculaire vondsten te zien zijn in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Het heuvellichaam van de grafheuvel in Elst was vermoedelijk ooit enkele meters hoog en er lag een bijna perfect ronde kringgreppel omheen. Dat we niet helemaal zeker weten hoe hoog de heuvel ooit was, is omdat de bovenkant vermengd was geraakt met de moderne toplaag of bouwvoor. Dat komt doordat er jarenlang geploegd is op het bouwland waar de grafheuvel onder lag. Toen er eenmaal werd opgegraven, was de oorspronkelijke hoogte in de opgraving al niet meer te zien. Op basis van de grond die de archeologen wel hebben kunnen onderzoeken, lijkt het te gaan om een heuvel die

11

in twee fasen is aangelegd, waarbij de kringgreppel rond de heuvel in een later stadium is toegevoegd.

Puzzelen met sporen

Bij het archeologisch onderzoek hebben archeologen een zogenaamde ‘allesporenkaart’ getekend. Dit is de kaart waarop alle greppels, kuilen, paalgaten en paalkuilen – de sporen die in de grond werden gevonden – van bovenaf zijn weergegeven. Aan de hand van een dergelijke kaart proberen archeologen de activiteiten van de mensen die deze sporen ooit hebben achtergelaten beter te begrijpen. Dit is onderdeel van de archeologische puzzel. De kringgreppel die in een latere fase om de heuvel heen gegraven is, is duidelijk op deze kaart te zien. Aan de westzijde heeft deze een aftakking, waarvan de functie de onderzoekers op dit moment nog ontgaat. Ten zuiden van deze kringgreppel werden twee brede, evenwijdig aan elkaar lopende greppels aangetroffen, waarvan de meest noordelijke een kleine aftakking richting de kringgreppel laat zien.

Het lijkt erop alsof degene die de greppel heeft gegraven, rekening heeft gehouden met de ligging van de grafheuvel, al kun je dat natuurlijk niet met zekerheid zeggen. Daarnaast werden er losse kuilen, paalgaten en paalkuilen aangetroffen. Enkele van de sporen, gevonden tussen de noordelijke, brede greppel en de aftakking aan de westzijde van de kringgreppel, lijken een palenrij te vormen: deze sporen zouden bijvoorbeeld een ‘allee’ of toegangsweg kunnen hebben gevormd naar de grafheuvel toe. Er hebben al met al heel wat activiteiten plaatsgevonden in de nabijheid van de grafheuvel. Mensen vonden deze plek blijkbaar zeer de moeite waard; het speelde waarschijnlijk lange tijd een rol in hun geloofswereld. Ook onder de grafheuvel zelf werden enkele grondsporen aangetroffen. Mogelijk behoorden deze tot een ‘dodenhuisje’ (een afdakje over een brandstapel of graf), maar het kunnen ook restanten zijn van vroegere bewoning op deze locatie. Hierover kunnen we helaas alleen maar speculeren.

Een veelheid aan vondsten

Het overgrote deel van de aangetroffen sporen wordt in de ijzertijd gedateerd. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt in sporen van activiteiten die in de vroege ijzertijd (800-500 voor Christus) hebben plaatsgevonden en sporen uit de late ijzertijd (250 tot 12 voor Christus). Archeologen zijn voornamelijk op basis van het gevonden aardewerk dat in de betreffende sporen is gevonden tot deze dateringen gekomen (hoe dit zit en hoe een aardewerkspecialist te werk gaat, lees je elders in dit magazine). Vooral het aardewerk dat werd gevonden in de kringgreppel heeft ons geholpen om een datering voor de grafheuvel te bepalen. Dit aardewerk is namelijk

afkomstig uit de vroege ijzertijd, mogelijk zelfs uit de eerste fase daarvan, zo rond 800 tot 650 voor Christus. Ook het aardewerk dat werd aangetroffen in de verschillende (paal)kuilen stamt uit deze periode. We kunnen daarmee zeggen dat de grafheuvel mogelijk in deze tijd is aangelegd. Daarnaast troffen de archeologen bot aan, maar ook bouwmateriaal, metaal en natuursteen. Meer dan 1300 vondsten in totaal! Een ‘boodschappenlijstje’ hiervan zie je op de volgende pagina. Over een paar bijzondere objecten kom je meer te weten in de intermezzo’s bij dit artikel. >

“Op basis van het profiel zie ik een tweeperiode-heuvel, waarbij de greppel later is toegevoegd.”

Dr. Quentin Bourgeois (Assistant Professor Europese Prehistorie, Universiteit Leiden)

12

Inhoud Aantal

Aardewerk 965 Bot 298 Bouwmateriaal 20 Glas 1 Metaal 19 Metaalslak 9 Natuursteen 13 Steenkool 1 Verbrande klei 15

Totaal 1.341

Vondstenlijst van de grafheuvelopgraving (bron: Rubicon Erfgoed).

De sporen uit de ijzertijd van de grafheuvel op een ‘allesporenkaart’ (bron: Rubicon Erfgoed).

Meer dan 400 jaar zichtbaar

Nog even terug naar de sporen, om te laten zien hoe archeologen met grondsporen puzzelen en zo meer te weten kunnen komen over de mensen die in de vroege ijzertijd deze heuvel aanlegden. De noordelijke greppel, direct onder de grafheuvel, is iets meer dan 2 meter breed. Tijdens het opgraven van deze greppel bleek dat deze tot in het grondwater reikte en het ziet ernaar uit dat de greppel dwars door één van de eerder gegraven kuilen heen gegraven is. Hierdoor konden de archeologen bepalen dat de greppel jonger is dan deze kuil. Dit beeld komt ook overeen met het aardewerk dat is aangetroffen in de greppel, want dat stamt inderdaad uit een jongere periode, namelijk uit de late ijzertijd. Deze greppel lijkt dus enige tijd nadat de grafheuvel al aanwezig was te zijn aangelegd. Zoals eerder gezegd lijkt men met de kleine aftakking van deze greppel wel rekening te hebben gehouden met de aanwezigheid van de grafheuvel, dus mogelijk was deze nog zichtbaar zo’n 400 jaren later. Het is toch de moeite om daar even bij stil te staan, want dat betekent dat de heuvel al die tijd een rol is blijven spelen in de dagelijkse leefomgeving van de mensen die hier woonden. De zuidelijke brede greppel is ongeveer net zo breed als zijn evenwijdige partner. Het aardewerk afkomstig uit deze greppel kan eveneens in de late ijzertijd gedateerd worden, dus ook deze greppel lijkt te zijn aangelegd toen de grafheuvel al aanwezig was. Misschien zijn deze greppels gebruikt voor verdeling en inrichting van het land, of voor afwatering. Andere functies kunnen niet worden uitgesloten, omdat er vooralsnog helaas niet verder gegraven is en we niet weten wat er zich ooit in de omgeving heeft bevonden. We weten alleen wat we op de plek van de opgraving hebben gevonden.

Waar is het graf?

Tijdens de opgraving is geen enkel graf aangetroffen, ondanks dat men hier in het midden van de grafheuvel wel naar heeft gezocht. Hoe dat mogelijk is, blijft een mysterie. Graven kunnen tijdens de opgraving door de archeologen over het hoofd worden gezien. Dat

13

“De palen lijken op een allee, zoals bij Oss-Zevenbergen, maar

dan helaas incompleet.” Cristian van der Linde (BAAC, ’s-Hertogenbosch)

gebeurt wel eens, omdat ze moeilijk opvallen in de blauwige klei. Het kan ook zijn dat de archeologen het graf hebben gemist, omdat ze er alleen in het midden van de heuvel naar hebben gezocht. Natuurlijk kan het ook zijn dat een graf door eerdere verstoring al verloren was gegaan, bijvoorbeeld omdat het al was leeggeroofd of zelfs omdat er überhaupt nooit een graf aanwezig is geweest. Dit laatste klinkt raar, maar komt vaker voor bij grafheuvels: archeologen noemen dit verschijnsel pars pro toto, wat Latijn is voor ‘een deel in plaats van het geheel’. Er is dan geen lichaam of crematie in de heuvel bijgezet, maar er is met de aanleg van een dergelijke grote heuvel in het landschap gekozen voor een representatie van de overledene, als een soort symbool. Zo kan een onderdeel worden begraven, dat voor een compleet object staat. We kennen bijvoorbeeld uit Hallstatt (Oostenrijk) zeer grote vorstengraven uit de vroege ijzertijd, waarbij complete houten wagens werden meegegeven aan de overledenen. In het gelijktijdige vorstengraf van Oss is een soortgelijk idee denkbaar. Daar staan de paardenbitten die er zijn gevonden mogelijk symbool voor het geheel en ontbreekt een complete wagen.

Het mysterie blijft

In 2019 is Rubicon Erfgoed begonnen met het uitwerken van het archeologisch onderzoek van de grafheuvel, waarvan de vondsten toen al negen jaar in het depot lagen. Het was al met al een hele uitdaging om een helder verhaal te schrijven over een onderzoek dat bijna een decennium geleden heeft plaatsgevonden, maar ze hebben tijdens het uitwerken van de opgravingsresultaten enorm veel geleerd over de grafheuvel van Elst. Dat wil overigens niet zeggen dat we nu alles weten! Er blijven nog genoeg vragen over om te beantwoorden en dat maakt archeologisch onderzoek ook zo leuk, dat er altijd een mysterie op te helderen blijft. In de toekomst wordt misschien nog een keer extra diepgaand onderzoek gedaan naar de vele gegevens die het onderzoek aan deze heuvel opgeleverd heeft. Als dat zo is, hopen we de resultaten daarvan zo gauw mogelijk aan de bewoners en bezoekers van Elst te kunnen vertellen. ��

This article is from: