Hester Koelman - Desolate lands

Page 1

WOESTE GRONDEN Een regenlandschap in de Achterhoek Hester Koelman



WOESTE GRONDEN Een regenlandschap in de Achterhoek

Het herstellen van een hoogveen door een nieuwe omgang van boeren met het regenwater.

Hester Koelman hesterkoelman@gmail.com Master Landschapsarchitectuur Academie van Bouwkunst Juli 2021 Commissie: Roel van Gerwen (mentor) Yttje Feddes Bruno Doedens Toegevoegde leden t.b.v. het examen: Harma Horlings Gert-Jan Wisse


SAMENVATTING

Korenburgerveen Het Korenburgerveen is een prachtig en heel bijzonder natuurgebied in de Achterhoek. Het is een hoogveen, dat is een landschap dat gevormd wordt door planten die leven van regenwater, en een heel interessant ecosysteem. Hoogvenen besloegen ooit de helft van Nederland en hebben een grote rol gespeeld in de geschiedenis van ons land. Het bestaat uit op elkaar gedrukt organisch materiaal dat zich over eeuwen heen heeft opgehoopt, en hier ligt ontzettend veel CO2 in opgeslagen. De hoogvenen van de wereld hebben twee keer zoveel CO2 opgeslagen dan alle bossen bij elkaar, en ze beslaan maar 3% van het oppervlak. Ze spelen dus een belangrijke rol bij de strijd tegen klimaatverandering. Het Korenburgerveen is een van de laatste stukjes van Nederland die niet in cultuur is gebracht, hier is nog echte ‘woeste grond’. Dat maakt dit hoogveen voor mij heel interessant en mooi. Je voelt hier veel rust en kalmte maar het is het hier ook mysterieus, met vreemde natuur en mistvlagen ‘s ochtends vroeg. Je bent even afgesloten van de samenleving. Het ligt als eilandje waar de tijd heeft stilgestaan in een landschap dat juist de afgelopen 100 jaar het hardst is veranderd: van bos met heide naar grootschalige landbouw met veel intensieve veeteelt en graslanden waar veel mest en water voor nodig is. Met deze intensivering zijn ook problemen ontstaan voor het hoogveen. Wateronttrekking zorgt voor veel droogte, omdat de Achterhoek van regenwater afhankelijk is. En overmatig gebruik van kunstmest en veel vee zorgt voor een stikstofoverschot dat de natuur vermest waardoor er planten gaan groeien die hier niet thuis horen. Beetje bij beetje wordt zo niet alleen het hoogveen, maar het hele landschap verpest. Door de verkeerde functie op de verkeerde plek. Wie bedenkt er nou dat je op de meest droge en onvruchtbare plekken een van de meest veelvragende gewassen gaat verbouwen?

Complex landschap Al snel kwam ik erachter dat dit landschap is opgebouwd uit heel veel subtiel verschillende lagen, met verschillende geomorfologie, bodemopbouw, hoogteverschillen en op elke plek een eigen watersysteem. Om de complexiteit van het landschap goed te snappen ben ik heel systematisch te werk gegaan. Dit systematische heb ik ver doorgevoerd

4

Samenvatting

en heeft de basis gelegd voor mijn ontwerp, zodat ik met maatwerk het probleem op kan lossen op verschillende plekken. In mijn ontwerp wordt de kleinschaligheid van de Achterhoek hersteld door de verschillen in reliëf en bodemopbouw weer zichtbaar en voelbaar te maken. De landbouw heeft zich lange tijd niets aangetrokken van deze subtiele verschillen en is over het hele gebied hetzelfde. De boeren houden juist heel veel van het landschap en zien ook dat ze bezig zijn met een race naar de bodem. Door hen te stimuleren om de transitie naar kringlooplandbouw te maken wordt er slimmer omgegaan met de aanwezige nutriënten en wordt er weer geluisterd naar het landschap.

Ingrepen aan het watersysteem Mijn ingrepen zijn vooral aan het watersysteem. Door dit eerst te doen wordt het droogteprobleem aangepakt en veranderen de condities in het landschap. Het watersysteem wordt omgevormd van zo snel mogelijk regenwater afvoeren naar water zo lang mogelijk vasthouden. Laagtes in het microreliëf van de Achterhoek worden hiervoor gebruikt en zo worden de verschillen tussen hoog en laag weer zichtbaar. Door het water overal veel meer op te stuwen zal er veel meer in de bodem infiltreren. Hierdoor wordt de grondwaterstand in het gebied sneller bijgevuld in de zomer en zal deze hoger zijn. De ingrepen zorgen voor gradiënten voor ecologie en een prachtig landschap voor recreanten en bewoners dat op elke plek weer net iets anders is. Het nieuwe watersysteem vormt een fijnmazig netwerk waarlangs dieren en mensen zich kunnen bewegen over het hele landschap en het vormt nieuwe plekken om te ontdekken. Regen zorgt ervoor dat de landschappen ook telkens veranderen. Ik breid het gevoel van het hoogveen, het afgesloten zijn van de samenleving, uit naar het buitengebied door kleinschalige plekken te maken die je moet ontdekken en waar je alleen kunt zijn. Door het water te volgen van hoog naar laag kom je op de mooiste plekjes uit. Zo kunnen mensen het gebied op een nieuwe manier ervaren.


Meer woeste grond Om het stikstofprobleem aan te pakken moet de landbouw heel sterk veranderen: er moet worden gestopt met het gebruik van kunstmest en er moeten veel minder koeien worden gehouden. Ook kan de landbouw een grote rol spelen in het droogteprobleem. Ik heb een alternatieve landindeling bedacht die is gebaseerd op de hoogteverschillen en op de bodem. Dit bepaalt namelijk hoe het water zich gedraagt, waar het naartoe stroomt en hoe snel, en welke plekken van nature meer vruchtbaar zijn dan andere. Dat heeft grote consequenties voor wat er mogelijk is qua landbouw. Ik wil het oppervlak woeste grond weer uitbreiden en meer wildernis in Nederland toevoegen. Op de meest cruciale plekken in het landschap (hoog/droog en laag/nat) is geen plek meer voor reguliere landbouw. Deze gebieden wil ik vernatuurlijken. In plaats van de grond uit te kopen en om te vormen naar natuur wil ik hier speciale boeren het landschap laten beheren die ecosysteemdiensten vervullen voor de overige landbouw.

Dit kunnen diensten zijn zoals water vasthouden of zuiveren, organische stof aanvoeren en de biodiversiteit verhogen. De natuurbuffers die er zo ontstaan vormen daarnaast regionale verbindingen voor ecologie en voor recreanten. Verschillende Natura 2000 gebieden worden aan elkaar verbonden, waardoor de natuur nog robuuster wordt en het nog interessanter wordt om dit gebied te bezoeken. Subtiele ingrepen aan het watersysteem in een groot en complex landschap zorgen zo voor kansen voor landbouw en recreatie. De landbouw speelt hierop in en daardoor zal het hoogveen natter zijn en minder stikstof ontvangen. Dat zorgt ervoor dat veel berken, varens en grassen langzaam verdwijnen uit het veen, en de veenmossen en veenpluizen weer zichtbaar worden. Dat is heel bijzonder om te zien, en er zullen dus nog meer mensen naar dit gebied komen.

Samenvatting

5


Korenburgerveen, bron: Natuurmonumenten


INHOUDSOPGAVE

1. Inleiding

p. 8

Onderzoek 2. Context 3. Probleem 4. Visie

p. 18 p. 38 p. 48

Ontwerp 5. Strategie 6. Uitwerking 7. Bijlage

p. 60 p. 96 p. 138


8 Korenburgerveen


1. INLEIDING

9


Een hoogveen in de Achterhoek Het Korenburgerveen is een prachtig en heel bijzonder hoogveen natuurgebied in de Achterhoek. Het is een hoogveen, dat is een landschap dat gevormd wordt door planten die leven van regenwater, en een heel interessant ecosysteem. Het Korenburgerveen is een van de laatste stukjes van Nederland die niet in cultuur is gebracht, hier is nog echte ‘woeste grond’. Woeste grond was vroeger een benaming voor delen van het land die niet in cultuur konden worden gebracht omdat ze te nat en onbegaanbaar waren of te droog en voedselarm. Het waren vooral de veengronden en heidebossen. Dat dit hoogveentje nooit compleet in cultuur is gebracht vind ik persoonlijk heel interessant en mooi: je voelt hier veel rust en kalmte maar ook is het hier mysterieus. Het hoogveen voelt voor mij echt als een plek om je in terug te kunnen trekken, los van de samenleving. In een druk land als Nederland waar het bijna moeilijk is om alleen te kunnen zijn in de natuur, vind ik zo’n stukje onherbegzaamheid echt een plek van rust. Mijn ouders komen uit de Achterhoek, en ik heb hier veel herinneringen uit mijn jeugd aan. Overal stonden stukjes bos en bomenrijtjes waar reeën ineens achtervandaan konden springen en ik fantaseerde altijd over wilde dieren die met onze auto meerenden. Voor mij was dit een plek van avontuur waar je vrij kon spelen, heel anders dan het dorp in de polder waar ik vandaan kwam. Ook nu zijn hier nog heel veel oude boerderijen en kronkelige zandweggetjes, soms lijkt het net alsof je terug in de tijd bent gegaan.

10

Inleiding


Met mijn familie aan het wandelen in het Achterhoekse landschap.

Het veenmos dat niet meer leeft kan niet vergaan door het zure, zuurstofloze milieu. Bron: Carbon Landscape Trainees

11

Inleiding


CO2-opslag

Er zijn nu nog maar een paar hoogveentjes over. Het Korenburgerveen vormt samen met 5 andere hoogvenen een reeks op de Duitse grens. De CO2 die opgeslagen lag in dit materiaal is nu dus allemaal in de lucht terecht gekomen. Alsnog spelen hoogvenen een belangrijke rol tegen klimaatverandering: De hoogvenen van de wereld hebben twee keer zoveel CO2 opgeslagen dan alle bossen bij elkaar, en ze beslaan maar 3% van het oppervlak.

12

Inleiding

Ontstaan van een hoogveen.

Een hoogveen ontstaat op een plek waar water niet weg kan en waar plantenmateriaal zich onder het water ophoopt. Op den duur wordt het water opgevuld tot net onder het oppervlak, en dan kan daar een speciaal mos op gaan groeien, dat alleen van regenwater leeft. Dit is veenmos en zorgt voor een extreem zuur milieu waarin niets kan vergaan, ook het mos zelf niet. Daardoor hoopt het zich steeds hoger op en ontstaat een bolliggend veen. Het is extreem nat doordat het mos het grondwater tot aan de levende bovenlaag opzuigt. Zo ligt hier ontzettend veel CO2 opgeslagen.


Verdeling veengebieden in de wereld. Bron: https://www.grida.no/resources/12546

Hoogvenen in Nederland.

Hoogveen

13

Inleiding


Ontstaan en geschiedenis van hoogvenen in Nederland

Hoogvenen besloegen ooit ongeveer de helft van Nederland en hebben een grote rol heeft gespeeld in de geschiedenis van ons land. De turf die hieruit gewonnen werd was een grote bron van energie. Al sinds de eerste menselijke bewoning wordt het hoogveen gezien als een gevaarlijk gebied waaruit je weg moest blijven uit angst voor witte wieven. In de Germaanse tijd werden hier mensen geofferd aan goden, die in de moerasplassen een portaal vormden naar een andere wereld. Veel van deze veenlijken zijn extreem goed gepreserveerd in het zure en zuurstofvrije milieu en zijn nog helemaal onvergaan teruggevonden met zelfs hun maaginhoud nog intact.

de grond nog de takjes van heide kon vasthouden die hier 1000 jaar geleden hebben gegroeid. De preserverende kracht van het hoogveen heeft daarvoor gezorgd. Het is een klimaatarchief: door vezels van planten in de bodem te analyseren kun je precies aflezen of het toen natter of droger, warmer of kouder was.

14

Door het zure milieu zijn de takjes en vezels nooit vergaan.

Op excursie in het veen. 1 meter grondboor laat 1000 jaar veenopbouw zien.

Samen met een groep ecologen ben ik het hoogveen ingetrokken en ben zo veel te weten gekomen over de specifieke flora en fauna. Wat mij het meest verwonderde is dat je bij het maken van boringen in

Inleiding


Witte wieven. Bron: Dancing Fairies, 1866, August Malmström

Veenlijk. Bron: Silkeborg Museum

Bedekking veen in Nederland in 800 n. Chr. Bron: Deltares

15

Inleiding


Bijzondere natuur

De hoogveenkern bestaat alleen uit veenmos en is een extreem nat en open gebied. Aan de rand van het hoogveen staan veel elzen, berken en wilgen. Deze vormen de overgang naar het omliggende landschap. Verschillende reptielen en amfibieën maken gebruik van het hoogveen, maar ook verschillende vogels. Korhoenen, goudplevieren en zelfs kraanvogels zitten hier om te broeden of te overnachten omdat roofdieren hier nauwelijks komen en foerageren in de voedselrijkere randzone of landbouwpercelen in de buurt.

16

Inleiding


Kraanvogels. Bron: Buiten-beeld

Levendbare hagedis. Bron: Free Nature Images

Randzone met kleinschalig Open hoogveen met berken- Kwelwatergevoed berken- Kwelwatergevoede hooilandcultuurlandschap broek in randzone broekbos en elzenbroekbos jes, natte heide en veenmoeras

Inleiding

17


18 Zandweg over het platteland.


2. CONTEXT

19


Ontstaan van het landschap

Het Korenburgerveen heeft zich ontwikkeld op een plek tussen een hogergelegen plateau en een aantal dekzandruggen in, op een waterondoorlatende laag keileem. Zo kon het water niet wegstromen.

Ligging

Het Korenburgerveen ligt op het Oost-Nederlands Plateau. Dat is een hogergelegen gebied waar door plaattektoniek oude lagen omhoog zijn geperst. Tijdens een van de laatste ijstijden is er een dikke laag keileem op dit plateau afgezet. Daarbovenop lag landijs, waaronder smeltwaterrivieren hebben gestroomd. Die hebben weer wat van het keileem weggenomen, waarna deze dalen zich met zand en klei hebben opgevuld.

Groenlo

Lichtenvoorde

Korenburgerveen

Winterswijk

Aalten

0

20

Context

1 km

2 km


Centrale middendeel

Terrasrand

Oost-Nederlands Plateau

Winterswijk

50m 40m 30m 20m

Korenburgerveen Lichtenvoorde

Keileem

Uitsparing door smeltwaterrivier, opgevuld met zand

-60m

5km

10km

Hoogtekaart

19m

27m

40m

50m Hoog

Laag 0

1 km

2 km

Context

21


Occupatiegeschiedenis

In de middelleeuwen ontwikkelde een feodaal systeem met verschillende klassen. Mensen hadden zich al eeuwenlang gevestigd tussen de hoogste en laagste delen van het landschap in, in de buurt van de beken. Op de hogere delen maakten ze akkertjes en op de lage delen bij de beek hooilanden. De woeste gronden op de hoge delen waren toen uitgestrekte bossen en heidevelden, op de lage delen bestond het uit veen- en broekgebieden en natte heide. Het Korenburgerveen lag hier middenin. Ook lag er een ander hoogveengebied dat nog steeds min of meer intact is: het Zwillbrocker Venn, net in Duitsland. Rond 1600 hadden ze een slim landbouwsysteem bedacht: het potstalsysteem. Alle delen van het landschap hadden een plekje in dat systeem. De gradiënt van droog naar nat werd goed benut. Op de nattere delen hadden ze nog steeds hooilanden, die voerden de koeien. De woeste gronden waren markegronden, dat betekent dat deze gronden in gemeenschappelijk eigendom waren en alleen gebruikt mochten worden door boeren die bij de marke hoorden. Op de woeste gronden, tussen het hei, lieten ze schapen grazen. Ze haalden ook plaggen heide daarvandaan. Die legden ze op de grond van de potstal, waar de dieren hun mest in trapten. Dit mengsel legden ze op hun akkers, de essen, die daar vruchtbaar van werden. In verloop van tijd zijn die essen helemaal bol komen te staan, dat zie je nog goed in het landschap nu. Op die essen verbouwden ze voornamelijk granen. In deze tijd waren koeien en schapen ondergeschikt aan de akkers: ze werden gehouden omdat de mest nodig was voor de akkers. Het oppervlak akkers breidde zich verder uit, en daardoor ook het oppervlak hooiland.

Verdeling van de markegronden in de droge woeste gronden en grootschalige ontginning

22

Door bevolkingsgroei kwam er meer druk op het landschap te staan. Er moesten meer akkers komen omdat de vraag naar graan groeide. In 1700 werd er een begin gemaakt met het ontginnen van de natte woeste gronden, vooral heide en broekgronden. De bevolking bleef groeien en uiteindelijk worden in 1800 de laaggelegen markegronden verdeeld over privé-eigenaren. In deze tijd verschuift het potstalsysteem naar een meer gemengde bedrijfsvoering. Vee is dus niet meer ondergeschikt aan akkerbouw. De hooilanden breidden zich uit naar deze lage woeste gronden. In 1900 worden alle markegronden verdeeld over privé-eigenaren. Door oprichting van waterschappen konden er grote ingrepen worden gedaan aan het watersysteem. Daardoor konden de lage woeste gronden op grote schaal worden afgewaterd en ontgonnen. Ook werd de heidemij opgericht die met machines de droge woeste gronden te lijf kon gaan. Door uitvinding en invoering van kunstmest konden deze vervolgens vruchtbaar worden gemaakt. Het landschap begon sterk te veranderen. Het kampenlandschap en landschap rond de beken stonden tot dan vol met houtwallen en houtsingels om het vee in te perken. Het hoogveen hebben ze nooit echt aangeraakt. Doordat het ingesloten ligt in een kom was het lastiger af te wateren, en door de kleine omvang was dit het ook niet echt waard. Er is wel wat turf gestoken maar dit was meer voor eigen gebruik van de boeren uit de omgeving.

Hooilanden Hoge, droge woeste gronden

Grootschalige ontginningen in de natte woeste gronden

Lage, natte woeste gronden

Dorpen

Korenburgerveen

Wegen

Dekzandruggen

Essen met akkers

Vlak dekzandgebied

Beken

Centrale dekzandgebied met diep zand

Context


1600

1700

1900

1800

200.000 jaar geleden

1500

0

2 km

4 km

Context

23


Het potstalsysteem rond 1600. Alle delen van het landschap werden benut.

kampenlandschap beek

elzen

hooiland, koeien

mest, zoden

water

nat

vochtig

woeste gronden

huizen bouwland eiken heide, schapen hakhout en plaggen

mest

matig vochtig

toenemende natuurlijke voedselrijkdom

Context

hoogveen

zeer droog

matig vochtig tot nat

mest, zoden

toenemende vochtigheid

24

eiken-berkenbos, strooisel

droog


Grootschalige ontginningen maakten een einde aan de uitgestrekte bossen en heidevelden.

25

Context


Huidig gebruik

Maar als je nu door de Achterhoek rijdt dan zie je nog steeds de kronkelige weggetjes, grote eikenbomen en bosjes en het golvende reliëf van essen. Schijn bedriegt echter ook. Achter het romantische beeld van het Achterhoekse platteland zitten veel problemen verborgen, die alsmaar groter worden.

Huidig landgebruik

Het kleinschalige landschap is na 1900 door blijvende intensiveringen langzaam verdwenen. De landbouw is steeds geavanceerder geworden wat betekende dat ineens bijna alles overal kon. Dat zie je ook terug op de topografische kaart: bijna alles is gras geworden en het landschap is ineens een veeteelt gebied geworden in plaats van het traditionele gemengde gebruik.

Bebouwing

Akkers

Gekanaliseerde beken en afwateringssloten

Grasland

Bos

26

Context

0

1 km

2 km


De gradiënten van het landschap die bij het potstalsysteem allemaal werden benut zijn verdwenen. De natte lage gronden worden sterk ontwaterd, en de droge hoge gronden worden vruchtbaar gemaakt door kunstmest en nat gemaakt door het oppompen en besproeien met grondwater.

beek, gekanaliseerd

intensieve veehouderij

hui-

woeste gronden bouwland

intensieve veehouderij met kunstmest en bere-dennenboshoogveen gening

export producten

water

matig vochtig

matig vochtig tot nat

Het huidige gebruik van het landschap. De gradiënten zijn verdwenen.

kampenlandschap

door de mens veroorzaakte concentratie van voedselrijke bestanddelen

Context

27


Landschapstypen Het landschap is complex. Het is opgebouwd uit verschillende landschappen die met verschillende bodems en op verschillende hoogtes eeuwenlang rollen hebben gespeeld in de geschiedenis van de Achterhoek.

anderd in de afgelopen 100 jaar. Ze zijn van bos en heide gegaan naar open gebied met veel grasland en grote stallen voor koeien, hier is de intensivering het meest zichtbaar. Hierop volgt een korte samenvatting van deze verschillende landschappen.

Landschapstypen

Tegenwoordig vervullen de gebieden dus allemaal min of meer dezelfde rol. De voormalige woeste gronden, met name de droge, zijn het sterkst ver-

28

Beekdalen

Kampenlandschap

Droogdalen

Essen

Hoge woeste gronden

Smeltwatergeul

Lage woeste gronden

Korenburgerveen

Context

0

1 km

2 km


Kampenlandschap

Het kampenlandschap is het oudste landschap in het gebied, waar de boeren zich het eerst hebben gehuisvest. Het ligt tussen hoog en laag in, is vrij vlak maar kenmerkt zich door het microreliëf van essen en dekzandruggen. De onregelmatige verkaveling en veelheid aan landschapselementen is nog sterk aanwezig. De bodem strekt van meer voedselrijk - de enkeerdgronden van de essen en beekeerdgronden - naar voedselarm - de gooreerdgronden en podzolgronden van de hogere delen. Het oppervlaktewater en grondwater stroomt vooral oppervlakkig naar de lagergelegen beekdalen toe. Alleen boven de smeltwatergeul komen diepere kwelstromen voor.

Context

29


Beekdalen

De beekdalen vormen de laagste delen in het landschap. Hierin liggen de beken die het water verplaatsen en deze zijn bijna altijd nat. De oude kronkelige beken zijn veelal veranderd in meer gekanaliseerde vormen. Het beekdallandschap kenmerkt zich nog wel door de onregelmatige verkaveling en de landschapselementen. Het landschap heeft alleen geen verschillende rol meer van het kampenlandschap. De bodems zijn lemig, waardoor water ook langer kan blijven liggen en het land vruchtbaarder is. De oppervlakkige kwel uit de omgeving komt hier omhoog.

30

Context


Hoge woeste grond

De hoge woeste gronden zijn de hoogste plekken in het landschap. Ze wateren af naar beneden en worden veel beregend vanuit grondputten in droge perioden. De verkaveling is erg rigide en regelmatig, met grote plots en rechte lijnen. Er liggen hier vooral podzolgronden. Die zijn heel voedselarm, dus er is veel kunstmest nodig. Er is een laag organischestofgehalte, laag leemgehalteen de het gras dat hier wordt verbouwd heeft een geringe bewortelingdiepte. Dat maakt dat er snel een vochttekort voor het gewas optreedt.

31


Droogdalen

Droogdalen lopen door de hoge woeste gronden naar beneden. Ze zijn over tijd uitgeërodeerd door afstromend water. In de dalen lagen ooit beekjes, maar zijn nu vaker afwateringssloten die droogvallen in de zomer. Ze doen mee in de rigide verkaveling van de woeste gronden. Er liggen meer lemige bodems door het water dat hier overheen heeft gelopen. In de droogdalen komt oppervlakkige kwel omhoog vanuit de hogere omgeving.

32

Context

Context


Lage woeste grond

Dit zijn de laagste plekken in het landschap, die niet behoren tot de beekdalen. Vroeger waren dit broekgronden en natte heide, maar nu ligt hier vooral nat grasland. Door de late ontginning is ook dit landschap erg rigide verkavelt. Er liggen veengronden, moerige gronden en podzolgronden.

Context

33


Smeltwatergeul

De smeltwatergeul die hier is ontstaat tijdens een van de laatste ijstijden vervuld een belangrijke rol voor het hoogveen. Zoals eerder vermeld is het hoogveen heel zuur. Maar de smeltwatergeul voert juist basisch (kalkrijk) grondwater aan, in een anders basenarme omgeving. In de randzone vermengd zuur veenwater zich met het kalkrijke grondwater en door de aanwezigheid daarvan is het hoogveen nog sneller gaan groeien. De gradiënt van zure hoogveenkern naar meer basisch moerasrandzone is in het huidige Korenburgerveen nog steeds aanwezig en dat is heel bijzonder. Het kwelwater dat is de moeraszone (ook wel lagg genoemd) omhoog komt, komt uit een infiltratiegebied tussen Winterswijk en het Korenburgerveen in.

het geval. Vanaf de noord- en westkant stroomt er namelijk water vanaf het plateau het hoogveen in. Dit water is vervuild door meststoffen (eutroof), en deze zijn niet wenselijk in de hoogveenkern, waar het juist heel voedselarm is. Daarnaast wordt het infiltratiegebied nu veel ontwaterd, waardoor de kweldruk te laag is. Er staan hier veel naaldbomen, die veel water verdampen omdat ze hun blad in de winter niet verliezen. Daardoor is de grondwaterstand niet zo hoog als hij zou kunnen zijn en komt er niet veel kwel in de laggzone omhoog.

Doorsnede door de smeltwatergeul.

Het hoogveen leeft verder alleen van regenwater om compleet gezond te zijn. Dat is hier niet helemaal

west

Korenburgerveen

oost

Waterondoorlatende lagen Waterdoorlatende lagen Basenarm en eutroof water Basenarm water Basenrijk (kalkrijk) water

34

Context


Watersysteem werking in het Korenburgerveen.

0 Oppervlakkig (eutroof) water, 1km zone: voedt centrale deel

1 km

2 km

Basenrijk kwel komt naar boven, lagg zone

Diepe grondwaterstromen, basenrijk Infiltratiegebied

Context

35


36

Context


Foto’s van de randzone van het hoogveen.

37

Context


38 Lage waterstand in het natuurgebied Bekendelle door aanhoudende droogte in de zomer.


3. PROBLEEM

39


Droogte

De zomers van 2018-2020 waren extreem droog. Vooral op hoge gronden zoals de Achterhoek veroorzaakt dit veel problemen. Aan de andere kant kan er ineens een piekbui in één klap zo veel water neerstorten op het landschap dat het watersysteem het niet aankan en er overstromingen ontstaan. Door klimaatverandering wordt het weer steeds extremer, zomers zijn steeds heter en droger. Al een aantal jaar opeen is dit gebied een van de droogste gebieden van heel Nederland. 150 jaar oude eikenbomen beginnen zelfs langzaam af te sterven, en boeren moeten steeds meer beregenen om hun gewassen te redden, waardoor de grondwaterstand nog verder naar beneden gaat. Er zijn naast klimaatverandering nog andere oorzaken voor deze aanhoudende droogte.

Verlaagde grondwaterstand voor landbouw

Onregelmatige waterafvoer

Dat zorgt voor een lage en onregelmatige grondwaterstand, terwijl het hoogveen een hoge en stabiele grondwaterstand nodig heeft.

Regenwaterafhankelijk, meer onvoorspelbaar weer

Intensieve beregening uit grondwater

Hoogveen kan niet tegen droogte

Snelle afwatering

ca. 5m dik watervoerend pakket

Huidig landgebruik

40

De Achterhoek is van regenwater afhankelijk. Er is hier geen aanvoer van grote rivieren, maar alleen van kleine beekjes die allemaal hun bron heel dicht bij het gebied vinden. Doordat op het Oost-Nederlands Plateau keileem heel dicht aan het oppervlak ligt, 5m ongeveer, is er ook geen grote grondwatervoorraad. Het centrale middendeel ligt lager en heeft diep zand waardoor het grondwater heel diep kan uitzakken. Zo trekt dit deel heel veel van het grondwater aan uit het plateaudeel. Intensieve afwateringsstelsels zorgen er nog eens extra voor dat het gebied meteen leegloopt en dat de beken een hele onregelmatige waterafvoer hebben.

Probleem


Het laagliggende deel van de Achterhoek trekt al het water naar zich toe. Bron: WRIJ

Rivierengebied

Centrale middendeel

Terrasrand

Oost-Nederlands Plateau

Winterswijk Korenburgerveen

Lichtenvoorde IJssel

1e watervoerende pakket Ondoorlatende basis Regionale stroming

Probleem

Ook het grondwater wordt naar het laagliggende deel getrokken.

Veluwe

41


Stikstof

Stikstofuitstoot in Europa. Bron: Louis Bolke Instituut

Stikstof zorgt ervoor dat er in het hoogveen overal grassen en berken groeien, in plaats van dat er een zee van groen mos te zien is. Stikstof wordt uitgestoten door vee en door het gebruik van kunstmest. Kunstmest heeft ervoor gezorgd dat grote delen van de hoge woeste gronden ineens geschikt konden worden gemaakt voor landbouw. Maar het jarenlange gebruik ervan heeft ook ervoor gezorgd dat de bodem is verarmd en dat de veerkracht van de bodem is verdwenen, omdat het bodemleven dood is gemaakt. Ook wordt er altijd veel meer gebruikt dan de plant kan opnemen, daardoor zit er nu heel veel stikstof in onze oppervlakte- en grondwater en in de lucht. In de zee zit zelfs zo veel stikstof, dat die nu ook een grote bron van uitstoot in de lucht is geworden. Stikstof is een groot probleem voor heel veel voedselarme natuurgebieden in Nederland. Hoogvenen zijn de meest voedselarme natuurgebieden die we hebben en hebben er dan ook het meeste last van. Het Korenburgerveen specifiek het allermeeste. Het ontvangt zo’n 76% teveel aan stikstof op dit moment. Dit stikstof is vooral afkomstig vanuit landbouw. Nederland, maar ook West-Duitsland en België zijn hier grootuitstoters in zoals je ziet op het kaartje hiernaast. Het probleem met stikstof in de lucht is dat het ontzettend ver kan reizen. Zo komt de stikstof die wij hier uitstoten nog in meren in Zweden terecht.

Overschot aan meststoffen

42

Probleem

Bodemverarming door kunstmestgebruik

Achteruitgang hoogveen door depositie stikstof


Stikstofgevoelige Natura 2000 gebieden en de grootte van de overschrijding.

76%

50-75%

5-10%

25-50%

<5%

10-25%

niet stikstofgevoelig

43

Probleem


Verplaatsing van stikstof in de lucht werkt als volgt: als een bron stikstof uitstoot, dan slaat de hoogste piek van die stikstof dicht bij de bron weer neer, maar het meeste van die stikstof reist veel en veel verder. Zo valt er binnen 10km al 33% van de depositie neer, maar na 1000 km is pas 80% van de stikstof neergeslagen en er zit dus nog 20% in de lucht. Dat betekent dus ook dat als het Korenburgerveen af wil van die 76% teveel aan depositie, dat dan ook alle bronnen in een straal van 1000 km moeten worden weggehaald. Dat is een enorme schaal en lastig om voor te ontwerpen. Daarom heb ik een kleiner gebied genomen waarbinnen ik een voorstel doe voor hoe het ook voor de rest van het hogere zandlandschap aangepakt kan worden.

Overschrijding van depositie

76

Herkomst depositie

43 100

47

Totaal aan depositie (100%)

Landbouw (43%)

Overschrijding van depositie (76%)

Buitenland (47%) Consumenten (4%) Wegverkeer (3%) Scheepvaart (2%) Overig verkeer (1%) Industrie (1%) Ammoniak uit de zee (1%)

44

Probleem


Verspreiding van stikstof in de lucht verlooppt exponentieel.

In de eerste 10 km slaat 33% van de depositie neer In de volgende 90 km maar 27%

In de volgende 900 km maar 20%

De schaal waarop gesaneerd zou moeten worden om het teveel aan depositie weg te nemen.

45

Probleem


Verkeerde functie op de verkeerde plek

De intensivering van de landbouw heeft dus veel problemen veroorzaakt in het landschap. Er worden veel bestrijdingsmiddelen en kunstmest gebruikt, er worden alleen maar dezelfde gewassen verbouwd die de bodem uitputten, de grond wordt verdicht met grote zware machines en de waterstanden moeten worden verlaagd om dit allemaal te kunnen doen. Zo is de natuurlijke gradiënt van het landschap, van droog naar nat en van voedselarm naar voedselrijk helemaal verdwenen. Beetje bij beetje wordt zo het hele landschap verpest: door de verkeerde functie op de verkeerde plek. Wie bedenkt er nou dat je op de meest droge en onvruchtbare plekken een van de meest veelvragende gewassen gaat verbouwen? Er speelt momenteel heel veel binnen de landbouwwereld. Het rapport van PBL dat net is uitgebracht heeft het precies over het soort gebieden als in mijn project. Zij zeggen: niet overal kan nog landbouw als je de natuur wilt beschermen, zelfs niet met restricties. Dat is precies waar ik met mijn project een antwoord voor heb bedacht.

46


47


48


4. VISIE

49


Systematische benadering

Al snel kwam ik erachter dat dit landschap is opgebouwd uit heel veel subtiel verschillende lagen, met verschillende geomorfologie en bodemopbouw, hoogteverschillen en elk hun eigen watersysteem. Ik ben in mijn proces begonnen met de hypothese dat alles in de ring om het hoogveen op te lossen zou zijn, toen ik erachter kwam hoe groot het stikstofprobleem is ben ik gaan kijken naar een veel groter gebied. Maar al die laagjes en verschillen in reliëf zorgde ervoor dat ik geen grootschalige oplossing kon bedenken die alles in één keer zou oplossen, en wat ik bedacht werd direct teniet gedaan door ecologen en hydrologen die ik sprak. Om de complexiteit van het landschap goed te snappen ben ik heel systematisch te werk gegaan. Dit systematische heb ik heel ver doorgevoerd en heeft de basis gelegd voor mijn ontwerp zodat ik echt als een soort maatwerk het probleem op kon lossen op alle verschillende plekken.

50

Visie


Complex landschap

0 Wegen

Lage woeste gronden

Beken

Kampenlandschap

Bos

Essen

Beekdalen

Smeltwatergeul

Droogdalen

Korenburgerveen

1 km

2 km

Hoge woeste gronden

Visie

51


Leren van het verleden

In het verleden moesten boeren zich meer houden aan de restricties die het landschap aan hun gaf. Niet overal kon alles. Dat zorgde ook voor een variëteit aan condities en verschillende gewassen op verschillende plekken. Dat was natuurlijk ook goed voor de biodiversiteit en zorgde ook voor mooie en spannende landschappen. Door innovaties kan nu ineens alles overal. De problemen die hiermee zijn ontstaan zorgen voor veel problemen. In mijn plan wil ik een beetje terugwerken naar het verleden: door meer naar hoogteverschillen, bodem en water te kijken komen de juiste functie weer op de juiste plaats.

Kringlooplandbouw. Bron: WUR

Bodem volgt functie. Bron: RLI

52

Visie


Landgebruik hetzelfde over hele landschap Het huidige landgebruik houdt geen rekening met het landschap.

Laagtes worden afge-Intensief afwateringsstelsel waterd Beregening vanuit grondwater

Gekanaliseerde beek

Watervoerende laag +/- 5m

Visie

53


Ingrepen aan het watersysteem

Mijn ingrepen zijn vooral aan het watersysteem. Door dit eerst te doen wordt het droogteprobleem aangepakt en veranderen de condities in het landschap. Het watersysteem wordt omgevormd van zo snel mogelijk regenwater afvoeren naar water zo lang mogelijk vasthouden. Hiervoor maak ik vooral gebruik van laagtes in het microreliëf. Dit zijn ingesloten plekken die nu vaak worden afgewaterd, maar waar ik bufferplekken van wil maken, die met elkaar verbonden worden in plaats van dat ze direct in de beek afwateren. Daarnaast wil ik de hoogste delen van het landschap het water zo lang mogelijk laten vasthouden in bijvoorbeeld loofbossen met een dikke humuslaag, en wordt het hele beekdal weer ingericht voor overstroming, doordat de beek wordt verontdiept en verbreed. Zo worden de verschillen tussen hoog en laag weer zichtbaar. Het droogteprobleem wordt voor een deel opgelost, omdat het water dat er valt in de zomer niet snel meer oppervlakkig het landschap uit stroomt. Door het water overal veel meer op te stuwen zal er veel meer in de bodem infiltreren en beschikbaar zijn voor gewassen en natuur, in plaats van dat het water direct naar het laagliggende zanddeel ten westen van het Oost-Nederlandse plateau wordt getrokken. Hierdoor wordt de grondwaterstand in het gebied veel sneller bijgevuld in de zomer en zal deze hoger zijn. Door alle waterbufferplekken die er nu zijn van hoog naar laag zal de beek ook een veel regelmatiger aanvoer van water krijgen, dat is ook heel gunstig voor de ecologie. Langs dit nieuwe watersysteem wil ik een recreatiestructuur aanleggen waardoor mensen op een nieuwe manier dit landschap kunnen ontdekken.

54

Visie


Hoogtste delen landschap houden water vast Laagtes met elkaar verbinden

Laagtes gebruiken om water te verzamelen

Dichten afwateringssloten

Recreatief netwerk gekoppeld aan waternetwerk

Beek verbreden en verontdiepen

Hele beekdal inrichten voor overstroming

Grondwaterstand wordt verhoogd

Verhoogde bufferwerking zorgt voor minder onregelmatige waterafvoer

Visie

55


Een nieuwe landindeling

De nieuwe condities in het landschap geven kansen voor de landbouw. Om het stikstofprobleem aan te pakken moet de landbouw heel sterk veranderen: er moet worden gestopt met het gebruik van kunstmest en er moeten veel minder koeien worden gehouden. Ook kan de landbouw een grote rol spelen in het droogteprobleem. Er zal moeten worden gestopt met opppompen van grondwater voor beregening. Dat, samen met de hogere grondwaterstanden, zorgen ervoor dat de huidige landbouwvoering niet meer kan bestaan. Monoculturen en uitgeputte bodems zorgen ervoor dat er niet veel water wordt vastgehouden in de bodem. Daarnaast moet er nagedacht worden hoe we hier richting kringlooplandbouw kunnen gaan. Ik heb een alternatieve landindeling bedacht die is gebaseerd op de hoogteverschillen en op de bodem: dit bepaald namelijk hoe het water zich gedraagt, waar het naartoe stroomt en hoe snel en welke plekken van nature meer vruchtbaar zijn dan andere. Ik wil het oppervlakte woeste grond uitgebreiden en zo meer wildernis in Nederland maken. Op de meest cruciale plekken in het landschap (hoog/droog/ voedselarm en laag/nat) is geen plek meer voor reguliere landbouw. Maar deze gebieden kunnen wel belangrijke ecosysteemdiensten vervullen voor de overige landbouw die in de delen van het landschap tussen hoog en laag in liggen. Dit kunnen diensten zijn zoals water vasthouden of zuiveren, organische stof aanvoeren en de biodiversiteit verhogen. Zo ontstaan er buffers die voor meer natuur zorgen in Nederland. Deze gebieden worden niet zomaar uitgekocht van boeren en omgevormd naar natuur, dat is compleet onhaalbaar. Speciale ecosysteemdienstboeren gaan deze plekken beheren en zij worden daar goed voor betaald, aangezien zij essentiële taken vervullen voor de rest van het landschap. De overige boeren worden gesteund om producten te gaan verbouwen die beter bij de bodem passen.

56

Visie


Nat

uur b dro uffer og Lan ma dbouw tig dro og Lan ma dbouw tig vo tig chNat

uur bu nat ffer

Stoppen met kunstmest

Bodem bepaalt functie

Stoppen met beregenen

Diversiteit in gewassen

Droogtebestendige gewassen op hogere drogere plekken

Herstel vitale bodems door organische stof toevoer

Visie

57


Verbindingen

Het Korenburgerveen maakt onderdeel uit van een reeks van 6 hoogveentjes op de Duitse grens. Door de uitbreiding van woeste grond zullen er nieuwe ecologische verbindingen ontstaan tussen de hoogvenen. Zo kunnen flora en fauna zich verplaatsen tussen de natuurgebieden, en zo zal de natuur robuuster en sterker worden. Ook recreanten kunnen gebruik maken van deze nieuwe regionale routes.

58

Visie


ENSCHEDE

AAMSVEEN HAAKSBERGEN

WITTE VEEN HAAKSBERGERVEEN

EIBERGEN

DUITSLAND GROENLO

ZWILLBROCKER VENN

KORENBURGERVEEN

WINTERSWIJK

WOOLDSE VEEN

Visie

59


60


5. STRATEGIE

61


Structuurplan

In het structuuplan worden de verschillen in hoogte en bodem weer zichtbaar en laat ik zien waar het microreliëf ligt, waar water langer kan worden vastgehouden. De ingrepen aan het watersysteem zorgen voor gradiënten voor ecologie en een prachtig landschap voor recreanten en bewoners waarin de kleinschaligheid van de Achterhoek wordt versterkt. Het nieuwe watersysteem vormt een fijnmazig netwerk waarlangs dieren en mensen zich kunnen bewegen over het hele landschap. Door het water te volgen van hoog naar laag kom je op de mooiste plekjes uit en er valt veel te ontdekken. Daarnaast wordt het boerenland toegankelijker en mooier door het toevoegen van wandel- en fietspaden langs alle watergangen. Door een spannender en toegankelijk landschap zullen er meer toeristen naar dit gebied komen waardoor boeren goed kunnen bijverdienen aan verblijfsrecreatie. Dit vormt de drijfveer voor de rest van de landbouw om te veranderen: door een mooier en toegankelijker landschap zullen er meer toeristen komen en ontstaat er ruimte voor veranderingen.

62

Strategie


Hoogteligging

De hoogteligging bepaald waar het droger is en waar het natter is. De ingrepen aan het watersysteem zorgen ervoor dat deze condities worden uitvergroot ten opzichte van de huidige situatie. Het landgebruik moet hierop worden aangepast.

Droog

Matig vochtig

Middel droog

Vochtig

Matig droog

Nat

0

1 km

2 km

Periodiek nat en droog

Strategie

63


Voedselrijkdom van de bodem

De voedselrijkdom van de bodem bepaald welk soort gewassen op welke plek passen. Zo hoeft er geen extra kunstmest te worden gebruikt. Het toevoegen van organische stof, afkomstig uit plantresten en verwerkte dierlijke mest, wordt belangrijker. In de bijlage van dit afstudeerboek doe ik een aantal voorstellen voor soorten gewassen die per bodemsoort geschikt zouden zijn.

0

64

Veengronden (voedselarm)

Gooreerdgronden (matig voedselrijk)

Moerige gronden (voedselarm)

Beekeerdgronden (matig voedselrijk)

Podzolgronden (voedselarm)

Hoge bruine/zwarte enkeerdgronden (voedselrijk)

Vaaggronden (voedselarm

Keileem (zeer voedselrijk)

Strategie

1 km

2 km


Waterlatendheid van de bodem

De grondsoorten hebben een verschillend leemgehalte. Hoe meer leem, des te waterkerender is de bodem. Op plekken waar keileem aan het oppervlak ligt zakt het regenwater helemaal niet in tot het grondwater. Plekken waar het water langer kan blijven liggen kunnen worden ingericht als natuur- of recreatieplassen of als waterbuffers voor landbouw.

0

1 km

2 km

Zeer waterdoorlatend (leemarm)

Zeer weinig waterdoorlatend (veen en moerige gronden)

Waterdoorlatend (leemarme beekeerdgronden)

Waterkerend (keileem)

Weinig waterdoorlatend (lemig fijn zand)

Strategie

65


Microreliëf

Het microreliëf is heel belangrijk in mijn verhaal. Ik wil ervoor zorgen dat de kleine ingesloten plekken die zichtbaar zijn op deze kaart niet meer worden afgewaterd, maar juist het water opstuwen. Zo ontstaan er plekken waar ofwel het water lang blijft liggen (waar veel leem in de bodem zit), ofwel het water vertraagd afgeven aan het grondwater. Zo wordt de grondwaterstand verhoogd en wordt het watersysteem ontlast. Ook zorgt het voor een altijd veranderend en spannend aanzien van het landschap, met meer variëteit.

Ingesloten vlaktes

66

Strategie

0

1 km

2 km


Strategie

67


68

Strategie


Structuurplan

Natura 2000 grens Bestaand bos Beek in beekdal Essen Ingesloten microreliëf Droogdalen Natte bufferzone Nieuwe natuur Smeltwatergeul

0

1 km

2 km

Strategie

69


Watersysteem Zoals eerder uitgelegd wordt het nieuwe watersysteem omgekeerd van afwateren naar water vasthouden. Dit hangt een op een samen met de hoogteverschillen in het landschap. De hoogste delen en het ingesloten microreliëf zullen het water zo lang mogelijk vasthouden zodat het tot het grondwater kan infiltreren. Alles wat niet infiltreert zal via droogdalen richting de beekdalen of natte bufferzones worden vervoerd. Op sommige delen kan het water heel lang blijven liggen, omdat er keileem of andere lemige bodems onder liggen. Deze gebieden kunnen als waterbuffers worden gebruikt, of als zwem- of natuurwater.

Ecologie Doordat de hoogste en laagste plekken in mijn plan natuurlijk worden beheerd door de ecosysteemboeren, zullen hier mooie natuurverbindingen ontstaan, zowel droog als nat. Dit zal verschillende natuurgebieden met elkaar verbinden. Er komt een verbinding tussen het Korenburgerveen naar het Zwillbrockervenn, en een via het Bekendelle naar het Wooldse veen hoogveengebied. Door betere verbindingen te maken worden deze veengebiedjes ook een stuk robuuster. Mensen kunnen ook gebruikmaken van deze verbindingen, als een meer regionale route langs allerlei mooie natuurgebieden.

Droogdalen worden nu voor landbouw gebruikt.

In het hoogveen zitten vooral amfibieën, reptielen en moerasvogels en trekvogels, die veilig in het hoogveen broeden en in het cultuurland foerageren. Door meer bos hieromheen aan te leggen onstaan er meer bosranden die veilige plekken bieden voor vogels. Het wordt niet allemaal bos, maar meer afwisselende plekken met schraalgrasland en droge en natte heide. De microrelief plekken en natte buffers zijn ook belangrijke plas-dras gebieden

70

Strategie

voor veel weidevogels en reptielen en amfibieën en die kunnen zich daar ook langs verplaatsen. Veel andere dieren maken ook gebruik van afwisseling van bomenlanen, zandpaden, bos, heide, akkers, graslanden: ree, wezel, das, vos. Deze nieuwe verbindingen lopen precies over het Gelders Natuurnetwerk. De ambitie van dit netwerk is om verbindingen te maken, nat en droog tussen verschillende natuurgebieden zodat grotere dieren, maar ook vogels en amfibieen, zich makkelijker over het landschap kunnen verplaatsen. Daarnaast kan de nieuwe natuur onderdeel uitmaken van het Natuurnetwerk Nederland. Een doelstelling van het NNN is om tot 2027 nog 40.000 ha natuur erbij te realiseren en nog 37.000 ha bos erbij.

Recreatie Er liggen veel kleine landgoederen in het gebied. Deze landgoederen zijn deels nog herkenbaar, met een landhuis en stukken bos, maar er zijn ook veel bijna helemaal verdwenen. De natuurverbindingen kunnen dit soort plekken nieuw leven inblazen door ze op een andere manier met elkaar te verbinden en zouden mooie plekken zijn voor bijvoorbeeld natuurcampings of boerencampings, of plekken waar Tiny houses neergezet kunnen worden.

Landbouw Landbouw zal zich dus weer moeten aanpassen aan de verschillende abiotische omstandigheden. Van hoog en droog naar laag en nat heb ik daar een nieuw soort samenwerkingssysteem voor bedacht waar alle boeren profijt van zullen hebben. Dit wordt verderop uitgelegd.


Watersysteem

Natuurbuffer hoog Droogdalen Beekdal Ingesloten microreliëf

Natuurbuffer laag

Condities in het landschap

Droogst Middeldroog Essen (middeldroog) Licht droog tot licht vochtig

Licht vochtig tot nat

Ecologische en recreatieve verbindingen Natura 2000 Nieuwe droge natuur

Nieuwe natte natuur Natura 2000

Natura 2000

Strategie

71


Microreliëf in het landbouwgebied

Zo kunnen die microreliëf plekken eruit zien: een laagte in het land met meer extensieve graslanden of akkers staan, want het zal regelmatig plas-dras staan of met een laag water erop. Dat is ook heel goed voor verschillende amfibieën, insecten en weidevogels. Er worden kanaaltjes gegraven, die de lage plekken in het microreliëf verbinden. Aan het einde van het microreliëf staat een dijkje dat het water eerst opstuwt voordat het naar het volgende microreliëf stroomt. De kanaaltje volgen de weg van de minste weerstand, dus de weg van de laagste delen van het landschap. Ernaast ligt een pad, dat zorgt voor een verbinding voor mensen kris kras door het boerenland.

72

Strategie


ca. m -0.5

-0,2 -0.755m m

1,5m

2m

ca. m -0.5

-0,2 -0.755m m

1,5m

2m

Strategie

73


Droogdalen

De droogdalen zorgen voor verbindingen van hoog naar laag. Dat zijn diep uitgesleten dalen die van de randen van het plateau naar beneden lopen. Er liggen beekjes of afwateringskanalen doorheen die in de zomer vaak helemaal droogvallen. Ze zijn momenteel bijna helemaal in gebruik als landbouwgrond. De beekjes die er doorheen lopen zijn weggestopt. Ik wil die beekjes verontdiepen en het droogdal natuurlijker inrichten met extensieve graslanden en stukjes bos. Als het droog is in de zomer kan je door het droogdal naar beneden lopen. Als het regent dan stroomt het ineens vol. Het water wordt opgestuwd door boomstammen in de stroomgeul te leggen, dat is ook goed voor de ecologie.

74

Strategie


Strategie

75


3 typen boeren

Dit schema laat zien hoe de kringloop tussen boeren zou kunnen werken. Deze worden hierna verder toegelicht. Eerder werden al kort de ecosysteemboeren genoemd die op de hoogste en laagste plekken zouden passen. De indeling van hoog naar laag is verder afgemaakt met nog 2 typen boeren. Deze kunnen met elkaar samenwerken om zo het meeste uit het landschap te halen, op een duurzame manier. Als het regent gaat het water stromen van hoog naar laag. Het komt eerst de ecosysteemdienstboeren tegen, die het water zo lang mogelijk vasthouden in bossen en het verzamelen voor lagergelegen boeren. Ze leveren ook organische stof aan voor hun. Daaronder krijgen boeren die meer een hoogproductieve en gemengde bedrijfsvoering hebben dit water en organische stof aangevoerd. Het water dat zij niet verwerken stroomt verder en komt uit in de laagste plekken, waar ecosysteemdienstboeren het weer opvangen, bufferen en reinigen voordat ze het naar de beken laten stromen, het gebied uit. Dit kan bijna als een nieuw potstalsysteem werken, de woeste gronden spelen zo weer een belangrijke rol in de toevoer van nutriënten voor de overige delen van het landschap.

76

Strategie


HOOG Nut

riën

Org

ten

anis

che

stof

Ov nu ertol trië lige nte n

Wat er

Ov er wa tollig ter

Wa te

r

Organ

ische

stof Nutrië

nten Ov er wa tollig ter Ov nu ertol trië lige nte n

LAAG

Strategie

77


Ecosysteemdienstboeren hooggelegen • Gelegen op de hoogste plekken in het landschap met lange droge perioden, op de hoge woeste gronden. • Houden regenwater goed vast • Zorgen voor water en nutriënten die de andere boeren nodig hebben, worden daarvoor gecompenseerd door subsidies • Groot aantal ha nodig (extensief) • Veel ruimte voor recreatiemogelijkheden

Mest- en compostverwerking omgeving

Opvang regenwater in humuslaag bossen en graslanden

Biodiversiteit

Opvang regenwater in microreliëf

78

Strategie


Hoogproductieve boeren • Gelegen op de middel droge tot matig vochtige plekken in het landschap, op de hoge woeste gronden. • Clusters met ecosysteemdienstboeren • Efficiënt landgebruik voor landbouw • Sluiten kringloop door samenwerking met ecosysteemdienstboeren • Weinig aantal ha nodig

Intensieve permacultuur, voedselbossen

Aanvoer water vanaf hooggelegen delen

Diervriendelijke, emissiearme stallen

Mest- en compostverwerking wordt door ecosysteem-dienstboeren gedaan

Insectenteelt in leeggekomen stallen Kleinschalige glastuinbouw

Strategie

79


80

Strategie

Ecosysteemboeren hooggelegen.


Strategie

81


Gemengde bedrijven met een gesloten kringloop

• Gebieden met voldoende wateraanvoer, met name op het kampenlandschap • Gemengde bedrijven met zowel veeteelt als akkerbouw (met alternatief vee, droogtebestendige gewassen) • Sluiten de kringloop binnen het bedrijf, waarbij ze samenwerken met andere gemengde boeren • Groot aantal ha nodig • Ruimte voor recreatiemogelijkheden

Akkerbouw met droogtebestendige gewassen, strokenteelt

Aanvoer water vanaf hooggelegen delen

Mestverwerking en composteren gewasresten

82

Strategie

Gewasresten als veevoer

Opvangen water in microreliëf

Veeteelt met alternatieve rassen en droogtebestendig gras Agroforestry


Ecosysteemdienstboeren laaggelegen • Gelegen op de laagste plekken in het landschap met afwisselend natte en droge perioden, op de lage woeste gronden • Opvang van overtollig water en nutrienten van andere boeren,, worden daarvoor gecompenseerd door subsidies • Groot aantal ha nodig (extensief) • Ruimte voor recreatiemogelijkheden

Natte teelten

Water schoongemaakt van afstromende nutrienten

Hooilanden

Natte natuur met recreatie

Opvang regenwater van omgeving

Strategie

83


84

Strategie

Gemengde bedrijven


Strategie

85


86

Strategie

Ecosysteemboeren laaggelegen.


Strategie

87


Economisch model

Vroeger had je hier de Scholteboeren. In hun landbouwsysteem vormen 10 boeren samen een verbond en alles wat zij produceerden werd via hun landheer verkocht en daar kregen zij allen hetzelfde voor betaald. Zo’n soort constructie zou hier nu ook weer passen. De doorsnede van hoog naar laag zouden samen een mooie businesscase kunnen zijn, waarin ze diensten aan elkaar leveren en de winsten delen. Zo kan er worden tegengegaan dat er grote verschillen in opbrengst en winst zijn afhankelijk van je plek als boer in het landschap. Ook worden zo de kansen in inkomsten goed gespreid, en zal een mislukte oogst of een slechte toeristische zomer niet het einde betekenen van de boer, omdat er nog genoeg inkomsten uit andere bronnen komen. Het nieuwe subisidiestelsel van de EU waarin wordt gekeken naar bijdrage aan vergroening in plaats van het aantal hectare zal hieraan kunnen bijdragen. Boven alles moet de economie op een andere manier worden ingericht. Dit landschap, net als heel veel landschappen in Nederland, is gewoon niet geschikt voor massaproductie voor export. Het is wel een heel mooi landschap wat mensen graag bezoeken. Daar moet meer gebruik van worden gemaakt. In dit plan gaat de economie veel meer richting recreatie. De ingrepen zorgen ervoor dat het landschap een nieuwe recreatiestructuur krijgt die dwars door natuur- en boerenland heen steekt. Daardoor wordt het landschap toegankelijker en spannender en zullen er meer toeristen naar dit gebied komen waardoor boeren goed kunnen bijverdienen aan verblijfsrecreatie. Ze kunnen meer interessante verblijfsplekken zoals Tiny houses en natuur- en landbouwcampings op hun land aanleggen en zo een deel van hun inkomsten behalen.

88

Strategie


Hoge woeste gronden

Kampenlandschap

Beekdalen en lage woeste gronden

Subsidie Recreatie

Producten

Producten Recreatie Subsidie Recreatie

Gedeelde inkomsten

Strategie

89


Landschappen De ingrepen en de soorten boeren gaan een spel spelen met de landschappen in het gebied. De condities in het gebied worden versterkt: laag wordt veel natter en hoog veel droger. Het landgebruik moet zich daarop gaan aanpassen.

90

Strategie


Beekdalen De beekdalen doorsnijden de kampenlandschappen en karakteristiseren zich ook door het kleinschalige relief van hoogtes van essen en laagtes. het hele beekdal wordt weer gebruikt om te vernatten door de beek te verbreden en te verontdiepen. De droogdalen die van de hellingen hierin afkomen worden weer vernat door de beken daar ook te verontdiepen en sluiten aan op de beekdalen om ecologische verbindingen te maken. In de beekdalen komt ook een recreatienetwerk te liggen, dat de dorpen met elkaar verbindt, en de droogdalen de hellingen op verbind. Zo wordt dit een soort recreatiesnelweg in het gebied. Ecosysteemboeren zorgen ervoor dat er water geborgen kan worden als het nodig is en zorgen ervoor dat het water gezuiverd wordt.

Ecosysteemdienstboeren laaggelegen Hele beekdal vernatten door verbreden en verontdiepen beek, regionale waterbuffering

Natte teelten, rietland en natuur zuivert het water

Aansluiting op natuur en recreatieroutes droogdalen Recreatieroutes door dal verbinden de dorpen Aanplant bos op zuidkant om Aansluiten op verdamping beek Hooilanden of tegen te gaan vloeiweiden, wa- kleinschaligheid kampenlandschap terberging

Strategie

91


Kampenlandschap

Het kampenlandschap ligt in de middenzone tussen hoog en laag. Het is een meer vlak soort dekzandgebied met veel kleine verschillen in reliëf door essen en kampen en de laagtes in microreliëf daartussen. Het water komt vanaf de hellingen van het plateau aangevoerd naar deze gebieden. Daar verzameld het zich in de microreliëf laagtes, waartussen een waternetwerk wordt aangelegd met een recreatiestructuur die mensen dwars door het landschap en de boerderijen stuurt. Door de laagtes te verbinden met elkaar in plaats van het water zo snel mogelijk naar de beken te vervoeren, blijft het regenwater grotendeels in het gebied en kan het tot het grondwater infiltreren. Zo stijgt de grondwaterstand. In deze gebieden is genoeg wateraanvoer en redelijke bodems om gemengde bedrijfsvoering te kunnen handhaven. Boeren zullen hier met elkaar samenwerken om kringlopen te sluiten.

Gemengde bedrijven

Versterken kleinschaligheid, met bosschages en landschapskamers

Recreatienetwerk langs waternetwerk Water opvangen in microreliëf

92

Strategie

Verblijfsrecreatie langs microreliëf Microreliëf met elkaar verbinden

Diepwortelende gewassen op essen

Naaldbos omvormen naar loofbos

Gemengde bedrijven met gewassen geschikt voor bodem


Jonge heideontginningen laaggelegen

Dit zijn gebieden die vooral als bufferzone werken voor hoogveen of het water dat van de plateaurand afstroomt. Door deze gebieden helemaal te vernatten ontstaat er tegendruk voor het hoogveen en zal er niet snel water afstromen vanaf het hoogveen. Het water dat van de plateaurand afstroomt verzameld zich hier eerst en kan worden gebufferd en gezuiverd voordat het de beek in stroomt. Ecosysteemboeren laag zorgen hiervoor.

Ecosysteemdienstboeren laaggelegen

Natte natuur, hooilanden of natte teelten zorgen voor waterbuffer voor hoogveen Aansluiting op natuur en recreatieroutes droogdalen

Hoogveen

Water wordt gezuiverd voordat het de beken in stroomt

Strategie

93


Hoge woeste gronden

De rigide ontginningsstructuren zorgen voor een heel open gebied met grote kavels en veel grote stallen voor koeien. De hoogste delen worden omgevormd naar natuurbuffers met bos en natuurlijk grasland, waar het water wordt vastgehouden, beheerd door ecosysteemboeren. Een waternetwerk verbind vanaf daar de laagtes in microreliëf met elkaar naar het droogdal. In het droogdal wordt de vaak diep geërodeerde beek verontdiept waardoor het hele dal kan worden gebruikt als het hard regent. Een recreatienetwerk komt langs dit waternetwerk te liggen. Landbouw is droogtebestendig en kan tegen een sterke vermindering in nutriënten, op deze plekken zijn daar waarschijnlijk meer technische oplossingen en precisielandbouw voor nodig en lenen zich voor hoogproductieve bedrijven.

Ecosysteemboeren hooggelegen

Hoogproductieve bedrijven

Hele droogdal vernatten door dempen beken

Verblijfsrecreatie op rand droogdalen

94

Strategie

Hoogproductieve bedrijven die droogtebestendig zijn

Water opvangen Natuurbuffer in microreliëf houdt water vast Recreatienetwerk langs waternetMicroreliëf werk met elkaar verbinden


Strategie

95


96


6. UITWERKING

97


Twee deelgebieden

De twee deelgebieden laten allebei een andere rand van het hoogveen zien. De westkant ligt op het plateau en is voormalige hoge woeste grond waar veel intensieve landbouw is. De oostkant is een veel glooiender overgang met de gradienten van het hoogveen naar kampenlandschap.

West Hooggelegen landbouwgebied

98

Uitwerking

Oost Infiltratiegebied voor moeraszone. Glooiende overgang van veen naar omliggend cultuurlandschap.


Uitwerking

99


Deelgebied oost - natuur en recreatie in het infiltratiegebied

Dit gebied ligt in het kampenlandschap ligt in de middenzone tussen hoog en laag. Het is een meer vlak soort dekzandgebied met veel kleine verschillen in reliëf door essen en kampen en de laagtes in microreliëf daartussen. Er staat ontzettend veel naaldbos dat te veel verdampt van het grondwater dat juist nodig is voor de moeraszone. In deze gebieden staan veel bosjes en landschapselementen, alleen zijn er hier veel naaldbomen bij. Het gebied ligt boven de smeltwatergeul. Het is een belangrijk gebied voor het hoogveen omdat het water dat hier infiltreert opkomt in de kwelwaterzone aan de oostkant van het veen. In deze zone komen zuur en basisch water samen en dit vormt bijzondere natuur. Ook vormt deze moeraszone voor tegendruk zodat het hoogveen niet snel leeg wordt getrokken. Het gebied wordt nu afgewaterd richting het zuiden. Daarnaast is er weinig ecologische verbinding met het cultuurland en andere natuurgebieden, het hoogveen reikt maar tot de natura 2000 grens en daarbuiten houdt het meteen op. De aanpak die ik hier laat zien kan worden uitvergroot op het hele kampenlandschap; overal ontstaat een nieuw watersysteem van aan elkaar gesloten microreliëf, dat zich uiteindelijk leidt naar het laagte punt van dat gebied waar het nieuwe kleine zwemplassen kan vormen.

100

Uitwerking oost


Uitwerking oost

101


Huidige situatie

102

Natura 2000 grens

Vochtig natuurlijk grasland

Botanisch grasland

Grasland (landbouw)

Gemengd bos (loof en naald)

Oppervlaktewater

Botanisch akkerland

Akkerland

Loofbos

Heide

Uitwerking oost


Hoogtekaart 31m

27m

28m 29m

30m 31m

30m

32m

28m

m

30

m

30

30m

Watersysteem

Natuur en landbouwverdeling

Recreatieve routes en landgoederen

0

100

200

300 m

Uitwerking oost

103


Nieuwe situatie

104

Uitwerking oost


Natte natuur Water Loofbos Natte en droge heide Microreliëf in bos Verbindingen tussen microreliëf

Microreliëf op akkers Microreliëf of grasland Verbindingen tussen microreliëf Zwemplas op laagste deel

0

100

200

300 m

Uitwerking oost

105


Huidig

In dit gebied wordt meer natuur en recreatie aangelegd die aansluit bij het hoogveen en iets van het karakter van het teruggetrokken zijn van de samenleving in zich heeft. Zo kan er meer toerisme op het hoogveen afkomen zonder dat er teveel mensen het hoogveengebied verstoren. Het hoogveen wordt zo ook beter ingebed in de omgeving. Door alle microreliëf laagtes als waterbuffers in te richten en geen water het gebied uit te laten stromen zal er veel meer water infiltreren in de bodem, en dus meer water opkwellen in de moeraszone van het hoogveen. Dit zullen plekken worden waar je als bezoeker even helemaal alleen kan zijn, en je moet echt op zoek naar deze plekjes in het landschap.

Na

tu

ra

20

00

Ec

os ys

te

em

di

en

st

bo

er

en

Ge

m

en

gd

eb

ed

106

Uitwerking oost

rij

ve

n


Uitwerking oost

107


Verbindingen voor mens en dier langs het water

Het hoogveen wordt hier ook beter ingebed door in een brede zone eromheen ecosysteemdienstboeren het landschap te laten beheren. Zo komt er meer bos met open plekken en plas dras grasland, zodat het een verbinding kan maken richting de beeknatuur en vervolgens richting een volgend hoogveentje op Duitste grens, aan de zuidoostelijke richting. Dit vormt ook een nieuwe interessante regionale route voor wandelaars en fietsers. De naaldbossen zullen worden omgevormd tot loofbosjes, want op een akker met loofbomen zakt 150 tot 200 mm meer water de grond in dan op een akker met naaldbomen. Hierdoor komt er veel hout beschikbaar, waar boeren gebruik van mogen maken om bijvoorbeeld Tiny houses mee te bouwen die ze op hun erf kunnen neerzetten of aan de rand van het microreliëf voor toeristen. Er zijn nog twee landbouwclusters dan mogelijk, met gemengde bedrijfsvoering. Cultuurland in de omgeving is ook heel belangrijk voor de vogels die in het hoogveen zitten en het draagt ook bij aan de romantiek van dit gebied voor toeristen.

108

Uitwerking oost


Recreatie Padenstructuur langs water

Verblijfsplekken

Landgoederen

Landbouw en natuur

Na

tu

ra

20

00 Ec di

en

os ys

te

st

bo

em

-

er

en

Ge be men dr gd ijv e en

Uitwerking oost

109


Watersysteem

De microreliëf laagtes worden met elkaar verbonden door middel van padenstructuren waar mensen overheen kunnen lopen, en waar water langs stroomt als het hard regent. De microreliëflaagtes liggen allemaal op net andere hoogtes. Ik heb gekeken welke hoger en welke lager liggen en hoe het water zich daartussen zou verplaatsen. De waterverbindingen volgen de weg van de minste weerstand, door de laagtes van het landschap. In plaats van dat het water het gebied uitstroomt zal alles naar het laagste middendeel worden vervoerd, waar het zich ophoopt en waar een mooie natuurplas ontstaat waar mensen in kunnen zwemmen zal ontstaan. De microreliëfplekken worden ook verblijfsplekken voor toeristen. De padenstructuren langs het water verbinden die met elkaar op een hele onhierarchische manier, dwars door de bossen en over het boerenland.

Microreliëf met verblijfsplekken Watersysteem Natte natuur tussen microreliëf Padenstructuur langs water

110

Uitwerking oost

Natuurzwembad op laagste plek


Microreliëf in het bos

Uitwerking oost

111


112

Uitwerking oost

Microreliëf als open plek in het bos.


Uitwerking oost

113


Verbindingen tussen microreliëf in het bos

-0.25

m

1,5m

114

Uitwerking oost

1.25m


Akkerranden

-0,25

m

1m

Verbindingen tussen microreliëf landbouw

-0,25

m

-1m

1.5m

1.25m 2m

-0,5m

Uitwerking oost

115


116

Uitwerking oost

VErbindingen tussen het microreliëf in het bos,


Uitwerking oost

117


Natuurzwembad

118

Uitwerking oost


Uitwerking oost

119


Deelgebied west - landbouwgebied op de hoge woeste gronden

Dit gebied ligt op de hoge woeste grond en heeft een rigide ontginningsstructuren, daardoor is hier een heel open gebied met grote kavels en veel grote stallen voor koeien. Het vormt de terrasrand van het Oost-Nederlands Plateau naar het lagergelegen zanddeel toe. Het loopt vanaf het middenstuk beide kanten af. Het gebied wordt snel afgewaterd door slootjes, en wordt door droogdalen weggeleid naar beneden. Onderaan het plateau bij Lichtenvoorde is regelmatig wateroverlast. Dit is het hoogste, droogste en van nature meest voedselarme deel. De grond wordt hier vooral gebruikt voor intensieve veehouderij, met grote stallen, veel gras en wat snijmais. Buiten de grens van het Natura 2000 gebied houdt de natuur hier meteen op. Het gebied wordt snel afgewaterd een intensief stelsel van slootjes, en wordt door droogdalen weggeleid naar beneden. Er wordt hier vooral gras verbouwd.

120

Uitwerking west


Uitwerking west

121


Huidige situatie

Natura 2000 grens

Vochtig natuurlijk grasland

Botanisch grasland

Grasland (landbouw)

Gemengd bos (loof en naald)

Oppervlaktewater

Botanisch akkerland

Akkerland

Loofbos

122

Uitwerking west


Hoogtekaart 31m

32m

29m

29m 34m

33m

34m

31m

32m

30m

33m

m 30

m 29

m 31

33m

35m

m 28

32m

32m

34m

Watersysteem

Natuur en landbouwverdeling

Recreatieve routes

0

100

200

300 m

Uitwerking west

123


Nieuwe situatie

124

Uitwerking west


Loofbos Extensief grasland Infiltratiegeulen Stuwen Hoogproductieve bedrijven Microreliëf Droogdal Hoogveenkern Akkerland

0

100

200

300 m

Uitwerking west

125


Huidig

Hier wordt een buffer van natuur aangelegd op de hoogste plekken, voor zowel de droogte als voor het hoogveen. Dwars op de helling liggen een aantal brede geulen die het water afstromend tegenhouden. In het westdeel ligt meer microreliëf waar het water heen wordt geleid, voordat het naar de droogdalen gaat. Het watervoerend pakket is hier maar heel dun, 5m ongeveer. Daaronder ligt de ondoordringbare laag keileem. Naar het veen toe zie je de smeltwatergeul. Het middendeel met het bos ligt op de hoogste plek. En de landindeling met de typen boeren volgen de hoogteligging.

ngde

Geme

126

Uitwerking west

jven

bedri


0

a 200

Natur

Hoog

n

drijve

ve be

ctie produ

eren

nstbo

mdie

stee Ecosy

Uitwerking west

127


Verbindingen voor mens en dier langs het water

Het hoogste deel wordt beheerd door ecosysteemboeren. De delen met beekeerdgrond lenen zich voor extensief grasland of verbouw van groenbemesters of vanggewassen voor de overige landbouw, de gronden met podzolgrond wordt bos op aangeplant. Zo wordt het water hier al flink gebufferd en ontstaat er ook een nieuw mooi natuurgebied dat het hoogveen beter inbed in het cultuurland en dat een ecologische verbinding vormt over de hele rug van de terrasrand. Het middendeel, nog steeds erg droog en voedselarm, kan met hulp van de ecosysteemboeren omgevormd worden tot meer hoogproductieve bedrijven. Daarbij wordt bemest met compost of dierlijke mest, de bodem goed geanalyseerd, met behulp van druppelirrigatie ervoor gezorgd dat er niet teveel water wordt gegeven en ervoor gezorgd dat de bodem altijd bedekt is zodat hij niet uitdroogt. Een aantal van de vrijgekomen koestallen kan worden omgevormd om bijvoorbeeld insecten te gaan telen. Het overige gebied is nog steeds geschikt voor gemengde bedrijfsvoering. Rondom de droogdalen is beekeerdgrond en dus geschikt voor graslanden. Op de essen moet meer diepwortelende gewassen zoals granen of meerjarige gewassen komen. Hier is ook weer wat microreliëf aanwezig dat het water op kan vangen op zijn weg naar beneden.

128

Uitwerking west


Recreatie

Vrij wandelen door natuur Vrij wandelen door droogdalen met verblijfsrecreatie aan de randen

Nieuwe paden langs geulen

Paden langs waterstructuur

Bestaande paden

Landbouw en natuur

0

a 200

ngde

Geme

jven

bedri

ctieve produ Hoog rijven bed

Natur

nstb

mdie

stee Ecosy

oeren

Uitwerking west

129


Watersysteem

Door geulen toe te voegen die van hoog naar laag het water tegenhouden wordt het water vertraagd naar beneden beetje bij beetje afgegeven. Er komt een watergang aan de westzijde van het hoogveen te liggen die het afstromende water vanaf het hogere deel afvoert naar beneden. De grond hier is voor 100 jaar ontzettend vervuild met kunstmest en pesticiden en dit water moet niet het hoogveen in kunnen stromen. Het wordt naar beneden geleid richting het natte buffer. Het netwerk langs het watersysteem sluit hier aan bij al bestaande wegen en paden. Zo kun je vanaf hier het pad het hoogveen in nemen of vrij door het natuurbuffer van de ecosysteemdienstboeren wandelen en kamperen of door het droogdal naar Lichtenvoorde wandelen.

Microreliëf Droogdalen

130

Uitwerking west

Regelbare stuwen

Infiltratiegeulen Afwatering


Infiltratiegeulen

-1m 1,5m 15m

Uitwerking west

131


Geul natuurkant

-0.75

m

1,5m 7,5m

132

Uitwerking west


Uitwerking west

133


134

Uitwerking west

De infiltratiegeul met het pad ernaast.


Uitwerking west

135


136


BRONNEN

Gesproken experts Waterschap Rijn en IJssel Hein Pieper - Dijkgraaf Twan Rosmalen - Hydroloog Nila Tamniniau - Adviseur Watersystemen Anne-Rieke Reurink - Adviseur Watersystemen

Stichting Bargerveen Andre Jansen - Ecoloog, schrijver boek ‘Hoogvenen’ Remco Versluis - Ecoloog

Literatuur Hoogvenen, 2019 - Andre Jansen, Ab Grootjans Mogelijke toekomstbeelden natuurinclusieve landbouw, 2019 - WUR Bekenland in beweging, 2000 - J.A. Kleijn, C. Kwakernaak Inrichtingsplan Optimalisatie Watersysteem Lichtenvoorde, 2017 - Twan Rosmalen, Marjan Sommeijer De Bodem Bereikt, 2020 - Raad voor de leefomgeving en infrastructuur PAS gebiedsanalyse 061 Korenburgerveen - Provincie Gelderland Achterhoek in Topvorm, 2013 - Staring Advies Inzichten stikstofdepositie op natuur, 2019 - WUR

Afbeeldingen Hester Koelman, tenzij anders vermeld

137


138


7. BIJLAGE

139


Geschikte gewassen per bodem Podzolgronden

Droge schrale grond, houdt vanzichzelf weinig vocht vast door ontbreken leem en klei, laag organisch stofgehalte, geringe bewortelingsdiepte.

Geschikte gewassen moeten voldoen aan: • Regenwater beter vasthouden door terugbrengen humuslaag • Toevoegen organische stof (dierlijke mest/compost) • Bodem bedekt houden om uitdroging te voorkomen • Diepwortelende gewassen • Gewassen die weinig voedingsstoffen nodig hebben

Eiken/berken

Diepwortelend

Lavendel

Quinoa

Droogteresistent

Weinig voedingsstoffen nodig Product: hout

Weinig water nodig

Producten van lavendel

140


Luzerne

Diepwortelend gras

Diepwortelend

Diepwortelend

Diepwortelend

Droogteresistent

droogteresistent

Droogteresistent

Weinig voedingsstoffen nodig

Weinig voedingsstoffen nodig

Eiwitrijk voedergewas

Weinig water nodig

Weinig water nodig

Eiwitrijk (voeder)gewas voor mens en dier

Eiwitrijk (voeder)gewas voor mens en dier

Stikstofbindend

Stikstofbindend

141


Enkeerdgronden Matig voedselrijke lemige zandgrond, grondwaterstand zakt diep uit maar water wordt beter aan de bodem gebonden.

Geschikte gewassen moeten voldoen aan: • Toevoegen organische stof (dierlijke mest/compost) • Bodem bedekt houden om uitdroging te voorkomen • Diepwortelende gewassen

Zonnebloemen

Sorghum

Diepwortelend

Granen

Oude landbouwgewassen haver, gerst Diepwortelend

Insecten

Gaat efficiënt om met water, nutrienten, licht

Voegt veel organische stof toe

Product: olie, pitten, bloemen

142

Gaat efficiënt om met nutriënten en water

Goed alternatief voor snijmais


Hennep

Vlas

zoals rogge, spelt, boekweit,

Diepwortelend

Eiwitrijk (voeder)gewas voor mens en dier

Diepwortelend

Diepwortelend

Producten: linnen, canvas, zeildoek en touw maar ook diverse constructiematerialen, isolatie, vezelversterkte kunststoffen

Nauwelijks bestrijdingsmiddelen nodig

Producten: linnen, canvas, zeildoek en touw maar ook diverse constructiematerialen, isolatie, vezelversterkte kunststoffen

143


Beekeerdgronden Matig voedselrijke lemige zandgrond, ondiepe grondwaterstand en soms overstromingen.

Geschikte gewassen moeten voldoen aan: • Toevoegen organische stof (dierlijke mest/compost) • Omgaan met vochtige grond

Grassen (hooiland)

Eiwitrijk veevoer

144

Natte teelten

Cranberry

Omvorming landbouwgrond naar natuurgrond

Zure omgeving, bodembed

Haalt veel nutriënten uit bodem

Weinig nutri


Hennep

Vlas

dekkend Diepwortelend

Diepwortelend

Producten: linnen, canvas, zeildoek en touw maar ook diverse constructiematerialen, isolatie, vezelversterkte kunststoffen

Nauwelijks bestrijdingsmiddelen nodig

iënten nodig

Producten: linnen, canvas, zeildoek en touw maar ook diverse constructiematerialen, isolatie, vezelversterkte kunststoffen

145



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.